de toepassing van het internationaal verdrag ... - Kinderrechten.nl
de toepassing van het internationaal verdrag ... - Kinderrechten.nl
de toepassing van het internationaal verdrag ... - Kinderrechten.nl
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
DE TOEPASSING VAN HET IVRK IN PERSONEN-, FAMILIE- EN CIVIELE JEUGDZAKEN 23<br />
Rechtstreekse werking<br />
Tot dusverre is in <strong>de</strong> rechtspraak geen rechtstreekse werking toegekend aan artikel 4<br />
IVRK. De voorzieningenrechter <strong>van</strong> <strong>de</strong> rechtbank Haarlem bepaal<strong>de</strong> in twee zaken dat<br />
artikel 4 IVRK niet direct toepasbaar is. 61 De voorzieningenrechter motiveert dit in één<br />
zaak als volgt:<br />
Volgens vaste jurispru<strong>de</strong>ntie <strong>van</strong> <strong>de</strong> Af<strong>de</strong>ling bestuursrechtspraak <strong>van</strong> <strong>de</strong> Raad <strong>van</strong> State<br />
bevatten <strong>de</strong> artikelen 3 en 37 <strong>van</strong> <strong>het</strong> IVRK gelet op <strong>de</strong> formulering, geen normen die<br />
zon<strong>de</strong>r na<strong>de</strong>re uitwerking in nationale wet- en regelgeving door <strong>de</strong> rechter direct toepasbaar<br />
zijn. Binnen <strong>het</strong> beperkte toetsingska<strong>de</strong>r <strong>van</strong> dit kort geding is <strong>de</strong> voorzieningenrechter<br />
vooralsnog <strong>van</strong> oor<strong>de</strong>el dat dit evenzeer geldt voor <strong>de</strong> artikelen 4, 6 lid 2, 18<br />
en 20 <strong>van</strong> <strong>het</strong> IVRK, zodat daarop geen beroep kan wor<strong>de</strong>n gedaan. 62<br />
Verdragsconforme uitleg en <strong>toepassing</strong><br />
De <strong>de</strong>r<strong>de</strong> uitspraak heeft betrekking op <strong>verdrag</strong>sconforme uitleg en <strong>toepassing</strong>. De<br />
rechtbank Maastricht verwijst in <strong>de</strong>ze zaak naar artikel 4 IVRK. 63 In casu gaat <strong>het</strong> om<br />
<strong>de</strong> verlenging <strong>van</strong> <strong>de</strong> machtiging tot uithuisplaatsing. De kin<strong>de</strong>rrechter constateert dat<br />
<strong>de</strong> min<strong>de</strong>rjarige al een jaar in <strong>de</strong> instelling wacht op <strong>de</strong> noodzakelijke orthopedagogische<br />
behan<strong>de</strong>ling. De kin<strong>de</strong>rrechter spreekt zijn zorg uit over <strong>de</strong> effectiviteit <strong>van</strong> <strong>de</strong><br />
wijze waarop in <strong>de</strong> gezinsvoogdij-instelling gehan<strong>de</strong>ld wordt dan wel gehan<strong>de</strong>ld kan<br />
wor<strong>de</strong>n. Deze situatie valt naar <strong>het</strong> oor<strong>de</strong>el <strong>van</strong> <strong>de</strong> kin<strong>de</strong>rrechter voorts binnen <strong>de</strong> artikelen<br />
3, 4 en 20 IVRK en artikel 1:261 BW die ‘alle <strong>het</strong> belang <strong>van</strong> <strong>de</strong> verzorging en<br />
opvoeding <strong>van</strong> <strong>het</strong> kind voorop stellen.’ Volgens <strong>de</strong> kin<strong>de</strong>rrechter is ‘een aanzie<strong>nl</strong>ijk<br />
snellere opname in een orthopedagogische setting, dan nu mogelijk blijkt, in <strong>het</strong> belang<br />
<strong>van</strong> dit kind.’ De rechtbank verlengt <strong>de</strong> termijn <strong>van</strong> <strong>de</strong> machtiging tot uithuisplaatsing,<br />
omdat zij dit in <strong>het</strong> belang <strong>van</strong> <strong>de</strong> min<strong>de</strong>rjarige acht, maar bepaalt ook dat een langere<br />
wachttijd dan tot uiterlijk <strong>het</strong> begin <strong>van</strong> mei juridisch en ethisch onacceptabel is.<br />
Artikel 5 (De rol <strong>van</strong> <strong>de</strong> ou<strong>de</strong>rs)<br />
De Staten die partij zijn, eerbiedigen <strong>de</strong> verantwoor<strong>de</strong>lijkhe<strong>de</strong>n, rechten en plichten <strong>van</strong> <strong>de</strong><br />
ou<strong>de</strong>rs of, indien <strong>van</strong> <strong>toepassing</strong>, <strong>van</strong> <strong>de</strong> le<strong>de</strong>n <strong>van</strong> <strong>de</strong> familie in ruimere zin of <strong>de</strong> gemeenschap<br />
al naar gelang <strong>het</strong> plaatselijk gebruik, <strong>van</strong> wettige voog<strong>de</strong>n of an<strong>de</strong>ren die wettelijk verantwoor<strong>de</strong>lijk<br />
zijn voor <strong>het</strong> kind, voor <strong>het</strong> voorzien in passen<strong>de</strong> leiding en begeleiding bij <strong>de</strong> uitoefening<br />
door <strong>het</strong> kind <strong>van</strong> <strong>de</strong> in dit Verdrag erken<strong>de</strong> rechten, op een wijze die verenigbaar is met <strong>de</strong> zich<br />
ontwikkelen<strong>de</strong> vermogens <strong>van</strong> <strong>het</strong> kind.<br />
Er zijn in totaal acht zaken gevon<strong>de</strong>n die betrekking hebben op artikel 5 IVRK. Slechts<br />
in één zaak wordt <strong>de</strong> rechtstreekse werking <strong>van</strong> <strong>het</strong> artikel besproken en wel door<br />
Advocaat-Generaal Rank-Berenschot in haar conclusie voor <strong>de</strong> beschikking <strong>van</strong> <strong>de</strong><br />
61 Rb. Haarlem (vzr.) 9 november 2006, LJN AZ1904; Rb. Haarlem (vzr.) 7 <strong>de</strong>cember 2007, LJN BB9628.<br />
62 Rb. Haarlem (vzr.) 7 <strong>de</strong>cember 2007, LJN BB9628.<br />
63 Rb. Maastricht 9 april 2002, LJN AE2093.