02.09.2013 Views

de toepassing van het internationaal verdrag ... - Kinderrechten.nl

de toepassing van het internationaal verdrag ... - Kinderrechten.nl

de toepassing van het internationaal verdrag ... - Kinderrechten.nl

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

DE TOEPASSING VAN HET IVRK IN STRAFZAKEN 251<br />

Artikel 7 (Recht op naam en nationaliteit)<br />

1. Het kind wordt onmid<strong>de</strong>llijk na <strong>de</strong> geboorte ingeschreven en heeft <strong>van</strong>af <strong>de</strong> geboorte <strong>het</strong> recht<br />

op een naam, <strong>het</strong> recht een nationaliteit te verwerven en, voor zover mogelijk, <strong>het</strong> recht zijn of<br />

haar ou<strong>de</strong>rs te kennen en door hen te wor<strong>de</strong>n verzorgd.<br />

2. De Staten die partij zijn, waarborgen <strong>de</strong> verweze<strong>nl</strong>ijking <strong>van</strong> <strong>de</strong>ze rechten in overeenstemming<br />

met hun nationale recht en hun verplichtingen krachtens <strong>de</strong> <strong>de</strong>sbetreffen<strong>de</strong> internationale<br />

akten op dit gebied, in <strong>het</strong> bijzon<strong>de</strong>r wanneer <strong>het</strong> kind an<strong>de</strong>rs staatloos zou zijn.<br />

Artikel 7 IVRK is in één zaak aan bod gekomen. In <strong>de</strong>ze uitleveringskwestie betreft<br />

<strong>het</strong> een kort geding, waarop een uitspraak in hoger beroep volgt. Eiser doet een beroep<br />

op <strong>de</strong> artikelen 7 lid 1, 9 en 18 IVRK. Daarnaast beroept hij zich op artikel 8 EVRM<br />

en artikel 24 <strong>van</strong> <strong>het</strong> Handvest <strong>van</strong> <strong>de</strong> grondrechten <strong>van</strong> <strong>de</strong> Europese Unie.<br />

In <strong>het</strong> kort geding komt <strong>de</strong> rechtbank Den Haag niet toe aan <strong>de</strong> toetsing <strong>van</strong> <strong>de</strong><br />

artikelen <strong>van</strong> <strong>het</strong> IVRK, aangezien <strong>de</strong> rechter <strong>de</strong> Ne<strong>de</strong>rlandse Staat als gedaag<strong>de</strong> in<br />

<strong>de</strong> gelegenheid stelt om informatie in te winnen. 76 In hoger beroep wordt door <strong>het</strong> hof<br />

geoor<strong>de</strong>eld dat <strong>het</strong> vertrouwensbeginsel eraan in <strong>de</strong> weg staat <strong>de</strong> Ne<strong>de</strong>rlandse Staat i<strong>nl</strong>ichtingen<br />

in te laten winnen. 77 Het beroep op <strong>de</strong> ingeroepen <strong>verdrag</strong>sbepalingen faalt.<br />

Het hof oor<strong>de</strong>elt dat <strong>de</strong> minister genoegzaam tegemoet is gekomen aan <strong>de</strong> belangen<br />

<strong>van</strong> <strong>de</strong> kin<strong>de</strong>ren <strong>van</strong> <strong>de</strong> eiser, omdat <strong>de</strong> uitlevering <strong>van</strong> <strong>de</strong> moe<strong>de</strong>r – me<strong>de</strong> op grond<br />

<strong>van</strong> <strong>de</strong> belangen <strong>van</strong> <strong>de</strong> kin<strong>de</strong>ren – is geweigerd. Ver<strong>de</strong>r stelt <strong>het</strong> hof dat <strong>het</strong> tij<strong>de</strong>lijk<br />

geschei<strong>de</strong>n zijn <strong>van</strong> <strong>het</strong> gezin inherent is aan uitlevering; <strong>de</strong>ze inbreuk wordt ingevolge<br />

artikel 8 lid 2 EVRM gerechtvaardigd door <strong>de</strong> tegen eiser gerezen ver<strong>de</strong>nking.<br />

Ten slotte stelt <strong>het</strong> hof dat <strong>de</strong> eiser een aan hem opgeleg<strong>de</strong> ge<strong>van</strong>genisstraf niet in <strong>de</strong><br />

Verenig<strong>de</strong> Staten hoeft te on<strong>de</strong>rgaan, waardoor hij snel naar Ne<strong>de</strong>rland zal terugkeren.<br />

Artikel 8 (Recht op eerbiediging i<strong>de</strong>ntiteit)<br />

1. De Staten die partij zijn, verbin<strong>de</strong>n zich tot eerbiediging <strong>van</strong> <strong>het</strong> recht <strong>van</strong> <strong>het</strong> kind zijn of<br />

haar i<strong>de</strong>ntiteit te behou<strong>de</strong>n, met inbegrip <strong>van</strong> nationaliteit, naam en familiebetrekkingen zoals<br />

wettelijk erkend, zon<strong>de</strong>r onrechtmatige inmenging.<br />

2. Wanneer een kind op niet rechtmatige wijze wordt beroofd <strong>van</strong> enige of alle bestand<strong>de</strong>len<br />

<strong>van</strong> zijn of haar i<strong>de</strong>ntiteit, verlenen <strong>de</strong> Staten die partij zijn passen<strong>de</strong> bijstand en bescherming,<br />

tenein<strong>de</strong> zijn i<strong>de</strong>ntiteit snel te herstellen.<br />

Slechts in één uitspraak is een beroep gedaan op artikel 8 IVRK, naast <strong>de</strong> artikelen 3 en<br />

9 IVRK. 78 In <strong>de</strong>ze zaak faalt <strong>het</strong> beroep. Een ge<strong>de</strong>tineer<strong>de</strong> va<strong>de</strong>r klaagt over <strong>de</strong> nieuwe<br />

bezoekopstelling <strong>van</strong> <strong>de</strong> penitentiaire inrichting. Hierdoor is <strong>het</strong> onmogelijk om meer<br />

76 Rb. ’s-Gravenhage (vzr.) 14 november 2002, LJN AF0505.<br />

77 Hof ’s-Gravenhage 5 juni 2003, LJN AF9613.<br />

78 Rb. ’s-Gravenhage (vzr.) 1 oktober 2008, LJN BF8833.

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!