02.09.2013 Views

de toepassing van het internationaal verdrag ... - Kinderrechten.nl

de toepassing van het internationaal verdrag ... - Kinderrechten.nl

de toepassing van het internationaal verdrag ... - Kinderrechten.nl

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

DE TOEPASSING VAN HET IVRK IN SOCIALEZEKERHEIDSZAKEN 185<br />

met <strong>het</strong> recht op sociale zekerheid, zoals dat is neergelegd in verschillen<strong>de</strong> <strong>verdrag</strong>en.<br />

In dit ka<strong>de</strong>r doet appellante on<strong>de</strong>r an<strong>de</strong>re een beroep op artikel 5 IVRK in combinatie<br />

met artikel 27 IVRK. Volgens <strong>de</strong> Centrale Raad is <strong>de</strong> stelling <strong>van</strong> appellante dat <strong>de</strong><br />

terugvor<strong>de</strong>ring <strong>van</strong> <strong>het</strong> voorschot in strijd is met (internationale) grondbeginselen <strong>van</strong><br />

sociale zekerheid niet of nauwelijks on<strong>de</strong>rbouwd. Daarnaast wordt <strong>de</strong>ze stelling niet<br />

door <strong>de</strong> Centrale Raad on<strong>de</strong>rschreven. De Centrale Raad betrekt daarbij on<strong>de</strong>r meer<br />

dat een onverschuldigd betaal<strong>de</strong> voorschot op grond <strong>van</strong> <strong>de</strong> WAO dient te wor<strong>de</strong>n teruggevor<strong>de</strong>rd<br />

en dat appellante over een inkomen gelijk aan <strong>de</strong> beslagvrije voet blijft<br />

beschikken.<br />

Artikel 6 (Recht op leven en ontwikkeling)<br />

1. De Staten die partij zijn, erkennen dat ie<strong>de</strong>r kind <strong>het</strong> inherente recht op leven heeft.<br />

2. De Staten die partij zijn, waarborgen in <strong>de</strong> ruimst mogelijke mate <strong>de</strong> mogelijkhe<strong>de</strong>n tot overleven<br />

en <strong>de</strong> ontwikkeling <strong>van</strong> <strong>het</strong> kind.<br />

Artikel 6 IVRK is in vier zaken aan bod gekomen. De rechter heeft zich niet uitgelaten<br />

over <strong>de</strong> rechtstreekse werking <strong>van</strong> dit artikel. In één uitspraak besteedt <strong>de</strong> Centrale<br />

Raad naar aa<strong>nl</strong>eiding <strong>van</strong> een beroep op artikel 6 lid 2 IVRK aandacht aan <strong>de</strong> ontwikkeling<br />

<strong>van</strong> <strong>het</strong> kind.<br />

Rechtstreekse werking<br />

Over <strong>de</strong> rechtstreekse werking <strong>van</strong> artikel 6 IVRK heeft <strong>de</strong> rechter niet geoor<strong>de</strong>eld.<br />

In één zaak laat <strong>de</strong> voorzieningenrechter <strong>van</strong> <strong>de</strong> rechtbank Haarlem in <strong>het</strong> mid<strong>de</strong>n of<br />

dit artikel rechtstreeks werkt. 44 In <strong>de</strong>ze zaak is in geschil of twee min<strong>de</strong>rjarige vreem<strong>de</strong>lingen<br />

(eisers) recht hebben op bijstand. Namens eisers is een beroep gedaan op <strong>de</strong><br />

artikelen 3, 6 en 26 IVRK. De gemachtig<strong>de</strong> <strong>van</strong> eisers stelt zich op <strong>het</strong> standpunt dat<br />

<strong>de</strong>ze artikelen, op grond <strong>van</strong> artikel 8 EVRM, rechtstreekse werking hebben. Daarnaast<br />

stelt <strong>de</strong> gemachtig<strong>de</strong> dat <strong>het</strong> IVRK een verplichting schept <strong>de</strong> belangen <strong>van</strong> <strong>de</strong><br />

kin<strong>de</strong>ren tenminste mee te wegen bij <strong>de</strong> beoor<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> <strong>de</strong> aanvraag waar <strong>het</strong> <strong>de</strong><br />

primaire levensbehoeften betreft. Volgens <strong>de</strong> voorzieningenrechter staat <strong>het</strong> bij artikel<br />

26 IVRK gemaakte voorbehoud aan een geslaagd beroep op <strong>de</strong> artikelen 3, 6 en 26<br />

IVRK in <strong>de</strong> weg:<br />

2.10. De voorzieningenrechter moet vaststellen dat Ne<strong>de</strong>rland bij <strong>de</strong> bekrachtiging <strong>van</strong><br />

dit <strong>verdrag</strong> on<strong>de</strong>r meer bij artikel 26 een voorbehoud heeft gemaakt. Ne<strong>de</strong>rland heeft<br />

<strong>de</strong>ze bepaling geaccepteerd on<strong>de</strong>r <strong>het</strong> voorbehoud dat <strong>de</strong>ze bepaling niet verplicht tot<br />

een zelfstandig recht <strong>van</strong> kin<strong>de</strong>ren op sociale zekerheid, daarbij inbegrepen sociale verzekering.<br />

Dit impliceert, met an<strong>de</strong>re woor<strong>de</strong>n, dat dit <strong>verdrag</strong> geen aanspraken in <strong>het</strong><br />

leven roept voor kin<strong>de</strong>ren, wier ou<strong>de</strong>rs in overeenstemming met <strong>de</strong> nationale wet <strong>van</strong><br />

<strong>de</strong> verstrekkingen zijn uitgesloten. En dat laatste is hier <strong>het</strong> geval. Het beroep op <strong>de</strong><br />

44 Rb. Haarlem (vzr.) 17 mei 2005, LJN AT6534.

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!