02.09.2013 Views

de toepassing van het internationaal verdrag ... - Kinderrechten.nl

de toepassing van het internationaal verdrag ... - Kinderrechten.nl

de toepassing van het internationaal verdrag ... - Kinderrechten.nl

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

DE TOEPASSING VAN HET IVRK IN VREEMDELINGENZAKEN 115<br />

De rechtbank Den Haag (zittingsplaats Amsterdam) laat <strong>de</strong> vraag of aan artikel 5<br />

IVRK rechtstreekse werking toekomt, in <strong>het</strong> mid<strong>de</strong>n. 63 Het gaat hier om een bewaringszaak.<br />

De vreem<strong>de</strong>linge stelt on<strong>de</strong>r meer dat in strijd met <strong>de</strong> artikelen 5 en 9 IVRK<br />

wordt gehan<strong>de</strong>ld, indien zij niet in <strong>de</strong> gelegenheid wordt gesteld om <strong>de</strong> op<strong>van</strong>g en<br />

<strong>het</strong> gezag voor haar kind te regelen. De rechtbank is <strong>van</strong> mening dat <strong>het</strong> beroep op <strong>de</strong><br />

artikelen 5 en 9 IVRK niet kan slagen:<br />

Daartoe overweegt <strong>de</strong> rechtbank dat, voor zover <strong>de</strong> artikelen 5 en 9 <strong>van</strong> <strong>het</strong> IVRK al<br />

rechtstreekse werking hebben, <strong>de</strong>ze artikelen er niet toe kunnen lei<strong>de</strong>n dat, in <strong>het</strong> geval<br />

dat als gevolg <strong>van</strong> <strong>het</strong> han<strong>de</strong>len <strong>van</strong> <strong>de</strong> ou<strong>de</strong>r <strong>het</strong> kind <strong>van</strong> <strong>de</strong> ou<strong>de</strong>r is geschei<strong>de</strong>n en<br />

<strong>de</strong> ou<strong>de</strong>r niet (alle) ou<strong>de</strong>rlijke plichten kan vervullen, <strong>de</strong> overheid is gehou<strong>de</strong>n aan <strong>de</strong>ze<br />

scheiding een ein<strong>de</strong> te maken. Nu eiseres illegaal in Ne<strong>de</strong>rland verblijft en er gron<strong>de</strong>n<br />

zijn om haar in bewaring te stellen, komt <strong>het</strong> voor haar rekening dat zij thans is geschei<strong>de</strong>n<br />

<strong>van</strong> haar kind. Ter zitting is voorts gebleken dat <strong>het</strong> kind <strong>van</strong> eiseres door familiele<strong>de</strong>n<br />

wordt opge<strong>van</strong>gen, zodat <strong>het</strong> <strong>de</strong> vereiste zorg ont<strong>van</strong>gt.<br />

Overig<br />

Artikel 5 IVRK is driemaal bij <strong>de</strong> Af<strong>de</strong>ling tevergeefs ingeroepen. 64 De Af<strong>de</strong>ling komt<br />

hier niet aan een inhou<strong>de</strong>lijk beoor<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> artikel 5 IVRK toe, omdat <strong>de</strong> vreem<strong>de</strong>ling<br />

niet heeft voldaan aan verschillen<strong>de</strong> procedurele vereisten, zoals <strong>het</strong> on<strong>de</strong>rbouwen<br />

<strong>van</strong> <strong>het</strong> beroep. 65<br />

In an<strong>de</strong>re gevallen laat <strong>de</strong> rechter <strong>de</strong> bespreking <strong>van</strong> artikel 5 IVRK achterwege,<br />

omdat <strong>de</strong> rechter reeds een grond heeft gevon<strong>de</strong>n op basis waar<strong>van</strong> hij in <strong>het</strong> voor<strong>de</strong>el<br />

<strong>van</strong> <strong>de</strong> vreem<strong>de</strong>ling beslist .66<br />

Artikel 6 (Recht op leven en ontwikkeling)<br />

1. De Staten die partij zijn, erkennen dat ie<strong>de</strong>r kind <strong>het</strong> inherente recht op leven heeft.<br />

2. De Staten die partij zijn, waarborgen in <strong>de</strong> ruimst mogelijke mate <strong>de</strong> mogelijkhe<strong>de</strong>n tot overleven<br />

en <strong>de</strong> ontwikkeling <strong>van</strong> <strong>het</strong> kind.<br />

Artikel 6 IVRK wordt in achttien uitspraken genoemd. Volgens <strong>de</strong> Af<strong>de</strong>ling heeft artikel<br />

6 IVRK geen rechtstreekse werking. In lagere rechtspraak is geoor<strong>de</strong>eld dat artikel<br />

6 lid 2 IVRK geen rechtstreekse werking heeft. Slechts één keer heeft <strong>het</strong> beroep op<br />

63 Rb. ’s-Gravenhage (zittingsplaats Amsterdam) 11 augustus 2005, LJN AU2937.<br />

64 ABRvS 11 juni 2004, JV 2004/306; ABRvS 31 oktober 2006, JV 2006/457; ABRvS 13 februari 2009,<br />

LJN BH3708.<br />

65 ABRvS 13 februari 2009, LJN BH3708. Vgl. Rb.’s-Gravenhage (zittingsplaats Haarlem) (vzr.) 21 juni<br />

2007, AWB 07/12400 en 07/9609.<br />

66 Rb. ’s-Gravenhage (zittingsplaats Zwolle) 14 mei 2002, LJN AE6368; Rb.’s-Gravenhage (zittingsplaats<br />

Utrecht) (vzr.) 23 oktober 2003, LJN AO5287; Rb. ’s-Gravenhage (zittingsplaats Dordrecht) 7 september<br />

2004, AWB 02/6950 en 03/22025; Rb. ’s-Gravenhage (zittingsplaats Utrecht) 8 april 2005, LJN<br />

AT6237; Rb. ’s-Gravenhage (zittingsplaats Maastricht) 2 maart 2006, AWB 05/30407.

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!