02.09.2013 Views

10 jaar sportonderzoek en -beleid - Sportzeeland kennisplein

10 jaar sportonderzoek en -beleid - Sportzeeland kennisplein

10 jaar sportonderzoek en -beleid - Sportzeeland kennisplein

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

<strong>10</strong> <strong>jaar</strong><br />

<strong>sportonderzoek</strong><br />

<strong>en</strong> -<strong>beleid</strong><br />

Essay ter geleg<strong>en</strong>heid van het ti<strong>en</strong>jarig bestaan van het Mulier Instituut<br />

Ko<strong>en</strong> Breedveld,<br />

Hugo van der Poel<br />

<strong>en</strong> Agnes Elling


<strong>10</strong> <strong>jaar</strong><br />

<strong>sportonderzoek</strong><br />

<strong>en</strong> -<strong>beleid</strong>


Colofon<br />

Mulier Instituut<br />

Sociaal-wet<strong>en</strong>schappelijk <strong>sportonderzoek</strong><br />

Postbus 85445<br />

3508 AK Utrecht<br />

T. 030-72<strong>10</strong>220<br />

E. info@mulierinstituut.nl<br />

I. www.mulierinstituut.nl<br />

© 2012 Arko Sports Media, Nieuwegein<br />

Behoud<strong>en</strong>s uitzondering door de wet gesteld mag, zonder schriftelijke toestemming van de<br />

rechthebb<strong>en</strong>de(n) op het auteursrecht, c.q. de uitgever van deze uitgave door de rechthebb<strong>en</strong>de(n) gemachtigd<br />

nam<strong>en</strong>s hem (h<strong>en</strong>) op te tred<strong>en</strong>, niets uit deze uitgave word<strong>en</strong> verveelvoudigd <strong>en</strong>/of op<strong>en</strong>baar<br />

gemaakt door middel van druk, fotokopie, microfilm of anderszins, hetge<strong>en</strong> ook van toepassing is op de<br />

gehele of gedeeltelijke bewerking.<br />

De uitgever is met uitsluiting van ieder ander gerechtigd de door derd<strong>en</strong> verschuldigde vergoeding<strong>en</strong><br />

voor kopiër<strong>en</strong>, als bedoeld in art. 17 lid 2. Auteurswet 1912 <strong>en</strong> in het KB van 20 juni 1974 (Stb. 351) ex<br />

artikel 16b., te inn<strong>en</strong> <strong>en</strong>/of daartoe in <strong>en</strong> buit<strong>en</strong> rechte op te tred<strong>en</strong>.<br />

Transnational health care and medical tourism: understanding 21st-c<strong>en</strong>tury pati<strong>en</strong>t mobility


<strong>10</strong> <strong>jaar</strong><br />

<strong>sportonderzoek</strong><br />

<strong>en</strong> -<strong>beleid</strong><br />

Essay ter geleg<strong>en</strong>heid van het ti<strong>en</strong>jarig bestaan van het Mulier Instituut<br />

Ko<strong>en</strong> Breedveld, Hugo van der Poel <strong>en</strong> Agnes Elling<br />

Utrecht, 12 december 2012<br />

Preface


Transnational health care and medical tourism: understanding 21st-c<strong>en</strong>tury pati<strong>en</strong>t mobility


inhoud<br />

1. inleiding: dec<strong>en</strong>nium in vogelvlucht 6<br />

2. sportaanbod <strong>en</strong> –<strong>beleid</strong>: op weg naar effectiviteit 9<br />

2.1 Het sport<strong>beleid</strong> 9<br />

2.2 Sportaccommodaties 13<br />

2.3 Interv<strong>en</strong>ties 15<br />

2.4 Ontwikkeling<strong>en</strong> in sportaanbod <strong>en</strong> de organisatie <strong>en</strong><br />

uitvoering van het sport<strong>beleid</strong> 17<br />

2.5 Uitdaging<strong>en</strong> voor het sport<strong>beleid</strong> <strong>en</strong> het <strong>beleid</strong>sonderzoek 19<br />

3. deelname: de belle epoque van de sportbeoef<strong>en</strong>ing? 22<br />

3.1 Beleid 26<br />

3.2 Onderzoek 29<br />

3.3 Ag<strong>en</strong>da 32<br />

4. Maatschappelijke betek<strong>en</strong>iss<strong>en</strong> van sport: van ‘grote’ verhal<strong>en</strong><br />

naar contextspecifieke betek<strong>en</strong>iss<strong>en</strong> 34<br />

4.1 Naar e<strong>en</strong> hoogconjunctuur van sport als middel 35<br />

4.2 E<strong>en</strong> breed palet aan persoonlijke betek<strong>en</strong>iss<strong>en</strong> 36<br />

4.3 De betek<strong>en</strong>is van sport door de sam<strong>en</strong>leving 38<br />

4.4 Naar de toekomst 42<br />

5. epiloog 45<br />

5.1 Verander<strong>en</strong>d k<strong>en</strong>nislandschap 45<br />

5.2 Ag<strong>en</strong>da 49<br />

5.3 Mulier 2.022 50<br />

not<strong>en</strong> 52<br />

literatuur 53<br />

Preface


6<br />

Hoofdstuk 1<br />

inleiding:<br />

dec<strong>en</strong>nium in vogelvlucht<br />

In de rangorde van meest memorabele jar<strong>en</strong> zal 2002 vermoedelijk altijd<br />

hoog blijv<strong>en</strong> staan, althans in Nederland. 2002 was niet het <strong>jaar</strong> van ‘9-11’,<br />

maar wel het <strong>jaar</strong> van de moord op Pim Fortuyn. Het was het laatste van<br />

acht <strong>jaar</strong> ‘Paars’ <strong>en</strong> daarmee van de politicus Kok, <strong>en</strong> het was het eerste van<br />

de in totaal acht jar<strong>en</strong> dat de christ<strong>en</strong>democraat Jan Peter Balk<strong>en</strong><strong>en</strong>de zijn<br />

naam aan vier ope<strong>en</strong>volg<strong>en</strong>de kabinett<strong>en</strong> zou verbind<strong>en</strong>.<br />

In 2002 was er wel al internet, maar er was nog ge<strong>en</strong> Facebook, <strong>en</strong> ook<br />

ge<strong>en</strong> Twitter. Dagblad<strong>en</strong> kwam<strong>en</strong> uit op het formaat dat ze al hadd<strong>en</strong> in de<br />

neg<strong>en</strong>ti<strong>en</strong>de eeuw.<br />

Voor de sport, zeker voor Rotterdammers, zal 2002 mét Fortuyn ingaan<br />

als het <strong>jaar</strong> dat Fey<strong>en</strong>oord voor het eerste sinds 1974 weer e<strong>en</strong> Europese beker<br />

won. Op 8 mei, twee dag<strong>en</strong> na de moord op Fortuyn, kon het legio<strong>en</strong> na<br />

e<strong>en</strong> 3-2 overwinning op Borussia Dortmund in de eig<strong>en</strong> Kuip weer in gejuich<br />

uitbarst<strong>en</strong>. Het was niet het <strong>en</strong>ige sportieve succes in die periode. Kort daar-<br />

voor, in 2000, in Sydney, hadd<strong>en</strong> de unieke tal<strong>en</strong>t<strong>en</strong> Pieter van d<strong>en</strong> Hoog<strong>en</strong>-<br />

band, Leonti<strong>en</strong> van Moorsel, Anky van Grunsv<strong>en</strong> <strong>en</strong> Inge de Bruijn ervoor<br />

gezorgd dat Nederland als achtste eindigde op de medaille-index. Nooit eerder<br />

(<strong>en</strong> ook nooit meer) won Nederland zoveel medailles op de Spel<strong>en</strong>.<br />

Beleidsmatig war<strong>en</strong> het jar<strong>en</strong> van veelbelov<strong>en</strong>de nieuwe vergezicht<strong>en</strong>.<br />

Sportkoepel NOC*NSF formuleerde in 2000 zijn ambities in het pamflet Nederland<br />

Sportland, de rijksoverheid kwam e<strong>en</strong> <strong>jaar</strong> later met het niet minder<br />

ambitieuze Sport, Beweg<strong>en</strong> <strong>en</strong> Gezondheid. Het kort ervoor, in 1999,<br />

opgerichte NISB, was bezig zich op Pap<strong>en</strong>dal naast grote broer NOC*NSF<br />

e<strong>en</strong> plaats te verover<strong>en</strong> in het sportlandschap. Elders in het land, in Bunnik,<br />

ontfermde het in 2001 uit e<strong>en</strong> fusie voortgekom<strong>en</strong> NebasNsg zich over de<br />

gehandicapt<strong>en</strong>sport. LC (Landelijk contact) <strong>en</strong> IOS (Interprovinciaal Overleg<br />

Sport) war<strong>en</strong> druk do<strong>en</strong>de om sport bij respectievelijk geme<strong>en</strong>t<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

provincies hoog op de ag<strong>en</strong>da te houd<strong>en</strong>.


In die periode van politieke <strong>en</strong> sportieve dynamiek voltrok zich in 2002<br />

nog e<strong>en</strong> andere gebeurt<strong>en</strong>is. Niet e<strong>en</strong> die de landelijke media haalde <strong>en</strong> die<br />

de gemoeder<strong>en</strong> van het brede publiek bezighield, maar toch wel e<strong>en</strong> die voor<br />

de sport <strong>en</strong> het <strong>sportonderzoek</strong> op termijn van betek<strong>en</strong>is kon word<strong>en</strong>. Op<br />

12 april 2002 vond de oprichting van het W.J.H. Mulier Instituut - c<strong>en</strong>trum<br />

voor sociaal-wet<strong>en</strong>schappelijk <strong>sportonderzoek</strong> plaats. Drie universiteit<strong>en</strong>,<br />

van Utrecht, Tilburg <strong>en</strong> Amsterdam, <strong>en</strong> het private onderzoeksbureau Diopter<br />

– Janss<strong>en</strong>s & Van Bott<strong>en</strong>burg BV beslot<strong>en</strong> om voortaan gezam<strong>en</strong>lijk<br />

op te tred<strong>en</strong> in het opstell<strong>en</strong> <strong>en</strong> uitvoer<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> wet<strong>en</strong>schappelijk onderzoeksprogramma.<br />

Als zetel voor de nieuw opgerichte stichting werd gekoz<strong>en</strong><br />

voor D<strong>en</strong> Bosch, strategisch gepositioneerd op neutraal terrein tuss<strong>en</strong> de<br />

meewerk<strong>en</strong>de universiteit<strong>en</strong> in.<br />

Ti<strong>en</strong> <strong>jaar</strong> verder, is ‘het MI’ inmiddels driemaal verhuisd, de laatste maal<br />

in 2011 naar stadion Galg<strong>en</strong>waard in Utrecht. In die periode werd<strong>en</strong> twee<br />

grote onderzoeksprogramma’s afgerond <strong>en</strong> werd e<strong>en</strong> derde programma gestart<br />

– e<strong>en</strong> programma dat in 2013 zal overgaan in het NWO-programma<br />

Sport: Meedo<strong>en</strong>. Er werd<strong>en</strong> leerstoel<strong>en</strong> ingesteld – die van Annelies Knoppers<br />

over sportpedagogiek, van Ruud Koning over sporteconomie, <strong>en</strong> van<br />

Maart<strong>en</strong> van Bott<strong>en</strong>burg over sportontwikkeling – <strong>en</strong> proefschrift<strong>en</strong> geschrev<strong>en</strong>.<br />

Er werd geïnvesteerd in datasets, zoals de Ver<strong>en</strong>igingsmonitor<br />

<strong>en</strong> later Sportersmonitor<strong>en</strong>, <strong>en</strong> er werd<strong>en</strong> initiatiev<strong>en</strong> ontplooid om de<br />

aandacht te vestig<strong>en</strong> op sport <strong>en</strong> <strong>sportonderzoek</strong> (zoals via de Jaarboek<strong>en</strong><br />

Sport, de Mulier Debatt<strong>en</strong> <strong>en</strong>, sinds 20<strong>10</strong>, de Dag van het <strong>sportonderzoek</strong>).<br />

Maar ook elders is de afgelop<strong>en</strong> ti<strong>en</strong> <strong>jaar</strong> voortvar<strong>en</strong>d gewerkt aan meer<br />

<strong>en</strong> beter <strong>sportonderzoek</strong>. Meest in het oog spring<strong>en</strong>d daarin is de opkomst<br />

van k<strong>en</strong>niskring<strong>en</strong> <strong>en</strong> lectorat<strong>en</strong>, in 2002 nog dungezaaid (Harry Stegeman<br />

bekleedde vanuit de Calo e<strong>en</strong> van de eerste sportlectorat<strong>en</strong>) maar inmiddels<br />

geme<strong>en</strong>goed aan het groei<strong>en</strong>de aantal hogeschol<strong>en</strong> dat in meer of mindere<br />

mate het thema sport omarmd heeft. Universiteit<strong>en</strong> ontdekt<strong>en</strong>, zij het<br />

schoorvoet<strong>en</strong>d (Stuij <strong>en</strong> Stokvis 20<strong>10</strong>) sport als aandachtsterrein. Buit<strong>en</strong> het<br />

hoger onderwijs war<strong>en</strong> het institut<strong>en</strong> als het SCP, RIVM, TNO <strong>en</strong> nieuwe organisaties<br />

als InnoSportNL die de sport ontdekt<strong>en</strong> als e<strong>en</strong> interessant nieuw<br />

aandachtsterrein.<br />

Preface<br />

Inleiding:<br />

dec<strong>en</strong>nium in vogelvlucht<br />

7


8<br />

Anno 2012 is sport niet meer weg te d<strong>en</strong>k<strong>en</strong> uit het straatbeeld, uit het<br />

politieke landschap of uit de onderzoekgeme<strong>en</strong>schap. Er wordt meer dan<br />

ooit aan sport gedaan, naar sport gekek<strong>en</strong>, over sport geschrev<strong>en</strong> <strong>en</strong> gedebatteerd.<br />

Veelal is dat in positieve zin, niet zeld<strong>en</strong> ook is de toon kritisch, of<br />

e<strong>en</strong> van teleurstelling.<br />

In dit essay, opgesteld ter geleg<strong>en</strong>heid van het ti<strong>en</strong>jarig bestaan van het<br />

Mulier Instituut, blikk<strong>en</strong> we terug op ti<strong>en</strong> <strong>jaar</strong> <strong>sportonderzoek</strong> <strong>en</strong> -<strong>beleid</strong>.<br />

We do<strong>en</strong> dat in het vaste besef dat in e<strong>en</strong> essay de ruimte ontbreekt om op<br />

alle facett<strong>en</strong> van de sport <strong>en</strong> het <strong>sportonderzoek</strong> in te gaan. We bested<strong>en</strong><br />

weinig tot ge<strong>en</strong> aandacht aan topsport, <strong>en</strong> ev<strong>en</strong>min aan sport als mediaspektakel<br />

of aan de ontwikkeling<strong>en</strong> in het bewegingsonderwijs. Bij andere geleg<strong>en</strong>hed<strong>en</strong><br />

bested<strong>en</strong> we graag meer uitgebreid aandacht aan deze belangwekk<strong>en</strong>de<br />

thema’s.<br />

Omwille van de ruimte hebb<strong>en</strong> we ons beperkt tot drie aandachtsterrein<strong>en</strong><br />

die van oudsher c<strong>en</strong>traal staan in het werk van het MI: het sport<strong>beleid</strong><br />

<strong>en</strong> de sportvoorzi<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>, het deelnem<strong>en</strong> aan sport, <strong>en</strong> de maatschappelijke<br />

betek<strong>en</strong>iss<strong>en</strong> van sport. Voor elk van die thema’s belicht<strong>en</strong> we de ontwikkeling<strong>en</strong><br />

in de afgelop<strong>en</strong> ti<strong>en</strong> <strong>jaar</strong>, <strong>en</strong> sluit<strong>en</strong> we af met e<strong>en</strong> bespiegeling voor<br />

de jar<strong>en</strong> die kom<strong>en</strong>. Aan het einde van het essay br<strong>en</strong>g<strong>en</strong> we de lijn<strong>en</strong> sam<strong>en</strong>,<br />

<strong>en</strong> kom<strong>en</strong> we tot e<strong>en</strong> synthese over wat ti<strong>en</strong> <strong>jaar</strong> <strong>sportonderzoek</strong> heeft<br />

gebracht <strong>en</strong> waar uitdaging<strong>en</strong> ligg<strong>en</strong> voor de aankom<strong>en</strong>de ti<strong>en</strong> <strong>jaar</strong>.<br />

Transnational health care and medical tourism: understanding 21st-c<strong>en</strong>tury pati<strong>en</strong>t mobility


sportaanbod <strong>en</strong> -<strong>beleid</strong>:<br />

op weg naar effectiviteit<br />

Preface<br />

Hoofdstuk 2<br />

In het eerste <strong>jaar</strong> van zijn bestaan kwam het Mulier Instituut uit met rapport<strong>en</strong><br />

over de behoefteplanning van sportvoorzi<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> in de westelijke<br />

tuinsted<strong>en</strong> van Amsterdam, e<strong>en</strong> marktverk<strong>en</strong>ning voor de verschill<strong>en</strong>de<br />

bond<strong>en</strong> actief in de sfeer van de vechtsport, <strong>en</strong> twee rapport<strong>en</strong> waarin werd<br />

gekek<strong>en</strong> naar initiatiev<strong>en</strong> gericht op de stimulering van sport<strong>en</strong> <strong>en</strong> beweg<strong>en</strong><br />

door bepaalde doelgroep<strong>en</strong>. Het zijn onderwerp<strong>en</strong> waar het MI zich ti<strong>en</strong> <strong>jaar</strong><br />

later nog steeds mee bezighoudt: sportaccommodaties, interv<strong>en</strong>ties gericht<br />

op het stimuler<strong>en</strong> van sport <strong>en</strong> beweg<strong>en</strong>, <strong>en</strong> vraagstukk<strong>en</strong> van organisatieverandering<br />

<strong>en</strong> marktontwikkeling.<br />

Wat is er de afgelop<strong>en</strong> ti<strong>en</strong> <strong>jaar</strong> veranderd in (het onderzoek naar) de<br />

aanbodszijde van de sportmarkt <strong>en</strong> wat zijn de vooruitzicht<strong>en</strong> voor de kom<strong>en</strong>de<br />

ti<strong>en</strong> <strong>jaar</strong>? We kijk<strong>en</strong> naar de ontwikkeling<strong>en</strong> in het <strong>beleid</strong> (inclusief<br />

de financiering daarvan), <strong>en</strong> de belangrijkste <strong>beleid</strong>smiddel<strong>en</strong>: de accommodaties<br />

<strong>en</strong> de interv<strong>en</strong>ties. Het vierde thema is de organisatie <strong>en</strong> uitvoering<br />

van het <strong>beleid</strong> <strong>en</strong> de organisaties die daarbij betrokk<strong>en</strong> zijn (ver<strong>en</strong>iging<strong>en</strong>,<br />

bond<strong>en</strong>, koepels <strong>en</strong> de opkomst van nieuwe netwerkachtige spelers).<br />

In term<strong>en</strong> van <strong>beleid</strong>sanalyse: we kijk<strong>en</strong> in deze paragraaf vooral naar de<br />

voorwaard<strong>en</strong> voor (input) <strong>en</strong> organisatie (throughput) van sportpraktijk<strong>en</strong>,<br />

waar in de volg<strong>en</strong>de paragraf<strong>en</strong> naar de directe uitkomst<strong>en</strong> zoals aspect<strong>en</strong><br />

van sportdeelname (output) wordt gekek<strong>en</strong>, <strong>en</strong> naar de wijdere persoonlijke<br />

<strong>en</strong> maatschappelijke betek<strong>en</strong>iss<strong>en</strong> <strong>en</strong> effect<strong>en</strong> (outcome).<br />

2.1 Het sport<strong>beleid</strong><br />

Eind jar<strong>en</strong> tachtig <strong>en</strong> begin jar<strong>en</strong> neg<strong>en</strong>tig van de vorige eeuw zijn diverse<br />

studies gedaan waarbij op de achtergrond de vraag speelde naar de rol van<br />

de overheid op het terrein van de sport (Beckers <strong>en</strong> Serail 1991; Crum 1991).<br />

E<strong>en</strong> ‘nieuwe’ rol voor de overheid werd gevond<strong>en</strong> in de bevordering van de<br />

sport(deelname) als verdi<strong>en</strong>stelijk goed (merit good). Daarbij is de belang-<br />

Sportaanbod <strong>en</strong> -<strong>beleid</strong>:<br />

op weg naar effectiviteit<br />

9


<strong>10</strong><br />

Het Mulier instituut is sinds 2011 gehuisvest<br />

in stadion Galg<strong>en</strong>waard.<br />

Transnational health care and medical tourism: understanding 21st-c<strong>en</strong>tury pati<strong>en</strong>t mobility


ijkste legitimatie van het sport<strong>beleid</strong> niet langer de sociale <strong>en</strong> geografische<br />

spreiding van sportvoorzi<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> (sport als doel op zich, dat voor iedere<strong>en</strong><br />

toegankelijk di<strong>en</strong>t te word<strong>en</strong> gemaakt), maar het bereik<strong>en</strong> van sportexterne<br />

doelstelling<strong>en</strong> als (nev<strong>en</strong>)effect van sport (sport als middel).<br />

E<strong>en</strong> belangrijke aanzet tot deze ‘instrum<strong>en</strong>tele’ of ‘functionalistische’<br />

b<strong>en</strong>adering is gegev<strong>en</strong> door het rapport ‘Sport als bron van inspiratie voor<br />

onze sam<strong>en</strong>leving’, dat de fusie markeerde van de federatie van sportbond<strong>en</strong><br />

(NSF) <strong>en</strong> het Nederlands Olympisch Comité (NOC) tot NOC*NSF (NOC*NSF<br />

Kearney 1992). Vervolg<strong>en</strong>s werd in het eerste kabinet Kok (Paars 1) oudolympisch<br />

zwemster Erica Terpstra geïnstalleerd als staatssecretaris met<br />

sport in haar portefeuille, bij e<strong>en</strong> ministerie dat voor het eerst sport in haar<br />

naam voerde, het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn <strong>en</strong> Sport.<br />

Onder verantwoordelijkheid van Terpstra kwam de nota ‘Wat sport beweegt.<br />

Contour<strong>en</strong> <strong>en</strong> speerpunt<strong>en</strong> voor het sport<strong>beleid</strong> van de rijksoverheid’<br />

(VWS 1996) tot stand. Niet alle<strong>en</strong> was dit de eerste serieuze rijksnota op het<br />

gebied van sport sinds 1974, het was ook de nota waarmee de dominantie<br />

van de instrum<strong>en</strong>tele b<strong>en</strong>adering van sport in het sport<strong>beleid</strong> werd vastgelegd<br />

<strong>en</strong> het uitgangspunt werd voor het sport<strong>beleid</strong> in de jar<strong>en</strong> daarna. De<br />

instrum<strong>en</strong>tele pot<strong>en</strong>ties van sport werd<strong>en</strong> ruim gezi<strong>en</strong>. De nota bevatte ti<strong>en</strong><br />

thema’s of terrein<strong>en</strong>, van economie <strong>en</strong> welzijn tot ontwikkelingssam<strong>en</strong>werking<br />

<strong>en</strong> milieuzorg, waaraan sport zou kunn<strong>en</strong> bijdrag<strong>en</strong>.<br />

Met meer nadruk op de instrum<strong>en</strong>tele waarde van de sport wint de vraag<br />

hoe de effect<strong>en</strong> van ‘sport’ te met<strong>en</strong> aan belang. Om te beginn<strong>en</strong> is het daarbij<br />

nodig zicht te hebb<strong>en</strong> op de precieze omvang van de sportdeelname <strong>en</strong> de<br />

ontwikkeling daarvan. Allereerst om de effectiviteit van sportstimuleringsprogramma’s<br />

te kunn<strong>en</strong> met<strong>en</strong> (output), <strong>en</strong> vervolg<strong>en</strong>s om ontwikkeling<strong>en</strong><br />

in de aan die sportdeelname toegedichte effect<strong>en</strong> te kunn<strong>en</strong> met<strong>en</strong> (outcome).<br />

Maar VWS ervoer dat, afhankelijk van welk bureau of universiteit e<strong>en</strong><br />

onderzoek uitvoerde op het gebied van sportdeelname of sportstimulering,<br />

m<strong>en</strong> geheel verschill<strong>en</strong>de antwoord<strong>en</strong> kreeg. In e<strong>en</strong> verk<strong>en</strong>n<strong>en</strong>d onderzoek<br />

hiernaar door Van Bott<strong>en</strong>burg <strong>en</strong> Bröer (1996), to<strong>en</strong>tertijd verricht vanuit<br />

Diopter, e<strong>en</strong> voorloper van het Mulier Instituut, kwam<strong>en</strong> sportdeelnameperc<strong>en</strong>tages<br />

op tafel die varieerd<strong>en</strong> van 30 tot 80 proc<strong>en</strong>t. Enige afstemming<br />

Preface<br />

Sportaanbod <strong>en</strong> -<strong>beleid</strong>:<br />

op weg naar effectiviteit<br />

11


12<br />

in dit type onderzoek vond VWS wel w<strong>en</strong>selijk. Concreet heeft dit geleid tot<br />

wat uiteindelijk de Richtlijn Sportdeelname Onderzoek (RSO) is gaan het<strong>en</strong>.<br />

1<br />

De totstandbr<strong>en</strong>ging van de RSO bracht de verschill<strong>en</strong>de partij<strong>en</strong> die<br />

dit soort onderzoek ded<strong>en</strong> met elkaar in gesprek. In 2002 leidde dat tot de<br />

oprichting van het Mulier Instituut, als overlegkader van de betrokk<strong>en</strong> universiteit<strong>en</strong>.<br />

Diopter ging op in het Mulier Instituut als bureauorganisatie <strong>en</strong><br />

uitvoerder van opdrachtonderzoek. Het Mulier Instituut werd opgezet als<br />

stichting, met tak<strong>en</strong> op het gebied van fundam<strong>en</strong>teel <strong>en</strong> toegepast onderzoek,<br />

monitoring van ontwikkeling<strong>en</strong> in de sport, de afstemming van onderzoek<br />

<strong>en</strong> onderzoeksmethodiek<strong>en</strong> (zoals bijvoorbeeld de RSO), <strong>en</strong> de actieve<br />

verspreiding van de onderzoeksresultat<strong>en</strong>. Het volg<strong>en</strong>, voed<strong>en</strong> <strong>en</strong> evaluer<strong>en</strong><br />

van het sport<strong>beleid</strong> op lokaal, provinciaal <strong>en</strong> nationaal niveau heeft daarmee<br />

van meet af aan e<strong>en</strong> belangrijk deel uitgemaakt van de werkzaamhed<strong>en</strong> van<br />

het instituut.<br />

In 2005 kwam staatssecretaris Ross met e<strong>en</strong> nieuwe sportnota ‘Tijd voor<br />

sport’ (VWS 2005). Ook hierin lag de nadruk op de instrum<strong>en</strong>tele waarde<br />

van sport, maar nu meer gefocust op de drie aandachtsgebied<strong>en</strong> van VWS:<br />

vitaal (Volksgezondheid), meedo<strong>en</strong>/participatie (Welzijn) <strong>en</strong> prester<strong>en</strong><br />

(Sport). Wat verder vrij vernieuw<strong>en</strong>d was voor dit type nota, was de behoorlijk<br />

’SMART’ geformuleerde <strong>beleid</strong>saanpak: de doelstelling<strong>en</strong> war<strong>en</strong><br />

Specifiek <strong>en</strong> Meetbaar geformuleerd, Acceptabel <strong>en</strong> Realistisch, <strong>en</strong> voorzi<strong>en</strong><br />

van e<strong>en</strong> duidelijke Tijdsgr<strong>en</strong>s. Daarmee zette het ministerie de lijn voort die<br />

eerder was ingezet met de nota ‘Sport, beweg<strong>en</strong> <strong>en</strong> Gezondheid’, uit 2001.<br />

Het Mulier Instituut werd gevraagd om de voortgang te monitor<strong>en</strong> (Van d<strong>en</strong><br />

Heuvel 2007; Van d<strong>en</strong> Heuvel <strong>en</strong> Van Sch<strong>en</strong>del 2008), <strong>en</strong> later ook om het<br />

<strong>beleid</strong> te evaluer<strong>en</strong> (Breedveld e.a. 2011).<br />

Op rijksniveau is het budget voor het sport<strong>beleid</strong> de afgelop<strong>en</strong> ti<strong>en</strong> <strong>jaar</strong> bijna<br />

verdubbeld, van 67 miljo<strong>en</strong> in 2002 naar 130 miljo<strong>en</strong> in 2012 (zie figuur 1).<br />

De al meer dan vijf <strong>jaar</strong> aanslep<strong>en</strong>de crisis lijkt de verdere groei van het budget<br />

gestopt te hebb<strong>en</strong>, maar heeft zich nog niet vertaald in e<strong>en</strong> substantiële<br />

verlaging van het sportbudget bij VWS. Op lokaal niveau wordt sport gezi<strong>en</strong><br />

Transnational health care and medical tourism: understanding 21st-c<strong>en</strong>tury pati<strong>en</strong>t mobility


als e<strong>en</strong> ‘belangrijke bijzaak’. Er is nog steeds redelijk veel politiek draagvlak<br />

voor overheidssteun voor sport(accommodaties). Niettemin is duidelijk dat<br />

in veel geme<strong>en</strong>t<strong>en</strong> de beschikbare budgett<strong>en</strong> voor het sport<strong>beleid</strong> onder<br />

druk staan (Hoekman 20<strong>10</strong>; Hoekman <strong>en</strong> Gijsbers 20<strong>10</strong>).<br />

Figuur 1 Gerealiseerde uitgav<strong>en</strong> voor sport 2002-2012, begroting VWS.<br />

Bron: VWS, bewerking door Mulier Instituut.<br />

2.2 Sportaccommodaties<br />

Sportaccommodaties vorm<strong>en</strong> de voornaamste kost<strong>en</strong>post op de lokale sportbegroting.<br />

Dat was ti<strong>en</strong> <strong>jaar</strong> geled<strong>en</strong> zo, <strong>en</strong> dat is het nog steeds. Onderzoek<br />

naar sportaccommodaties <strong>en</strong> ruimte voor sport draagt bij aan het efficiënter<br />

lokaliser<strong>en</strong> <strong>en</strong> inzett<strong>en</strong> van sportaccommodaties, beter beheer <strong>en</strong> exploitatie<br />

van sportaccommodaties, <strong>en</strong> e<strong>en</strong> meer gefundeerd of rationeel accommodatie<strong>beleid</strong>.<br />

Op het eerste onderzoek naar de (toekomstige) behoefte aan<br />

sportvoorzi<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> in de westelijke tuinsted<strong>en</strong> van Amsterdam (Roques <strong>en</strong><br />

Van d<strong>en</strong> Heuvel 2002), zijn er dan ook nog vele gevolgd. De ontwikkelde<br />

methodiek is in de loop van de tijd doorontwikkeld, waardoor er meer mogelijkhed<strong>en</strong><br />

tot vergelijking zijn ontstaan (b<strong>en</strong>chmarking).<br />

Interessante ontwikkeling<strong>en</strong> op dat vlak de afgelop<strong>en</strong> ti<strong>en</strong> <strong>jaar</strong> zijn de<br />

opkomst van nieuwe informele sport- <strong>en</strong> speelpleintjes als Cruyff Courts<br />

<strong>en</strong> Krajicek Playgrounds (Breedveld e.a. 2009; Vermeul<strong>en</strong> e.a. 20<strong>10</strong>) <strong>en</strong> de<br />

steeds sterkere verbinding<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> buurt, onderwijs <strong>en</strong> sport. Mede hier-<br />

Preface<br />

Sportaanbod <strong>en</strong> -<strong>beleid</strong>:<br />

op weg naar effectiviteit<br />

13


14<br />

door is er de afgelop<strong>en</strong> jar<strong>en</strong> waarneembaar meer interesse gekom<strong>en</strong> in onderzoek<br />

naar de ruimtelijke inbedding van sport. Die interesse heeft onder<br />

andere geleid tot e<strong>en</strong> quick scan sportinfrastructuur (Hoekman e.a. 2011)<br />

<strong>en</strong> tot e<strong>en</strong> mooi uitgegev<strong>en</strong> monografie Sport in de stad (Van d<strong>en</strong> Heuvel<br />

e.a. (red.) 2011) met daarin e<strong>en</strong> duidelijke inbr<strong>en</strong>g vanuit de ruimtelijke ord<strong>en</strong>ing<br />

zelf. Zichtbaar is dat de sport meer als gesprekspartner wordt gezi<strong>en</strong><br />

dan ti<strong>en</strong> <strong>jaar</strong> geled<strong>en</strong> – met dank aan het Olympisch Plan 2028.<br />

Des te frustrer<strong>en</strong>der is het daarom dat er op landelijk niveau tot voor kort<br />

nog nauwelijks goed zicht was op de sportaccommodaties in Nederland. Met<br />

de Sportatlas2 is e<strong>en</strong> start gemaakt om hier verandering in te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>. Het<br />

Mulier Instituut participeert sinds 20<strong>10</strong> in dit initiatief, dat erop gericht is<br />

om tot meer inzicht te kom<strong>en</strong> in het thema sport <strong>en</strong> ruimte. Hiertoe wordt<br />

onder andere geïnvesteerd in het sam<strong>en</strong>br<strong>en</strong>g<strong>en</strong> van gegev<strong>en</strong>s over sportaccommodaties<br />

in één (op<strong>en</strong>baar) bestand. Inmiddels zijn van 13.000 accommodaties<br />

basisgegev<strong>en</strong>s als naam <strong>en</strong> adres bek<strong>en</strong>d; naar schatting 85 proc<strong>en</strong>t<br />

van het totale aantal sportaccommodaties in Nederland. Het strev<strong>en</strong><br />

is dit bestand volledig te mak<strong>en</strong>, <strong>en</strong> per accommodatie ook over gegev<strong>en</strong>s<br />

te kunn<strong>en</strong> beschikk<strong>en</strong> als aantal <strong>en</strong> type veld<strong>en</strong>/ban<strong>en</strong>/bad<strong>en</strong>, etc., gebruikers<br />

<strong>en</strong> stichtingsdatum. E<strong>en</strong> eerste grote publicatie op basis van de reeds<br />

beschikbare data komt begin 2013 uit (Hoekman e.a. 2013). De publicatie<br />

levert niet alle<strong>en</strong> kaart<strong>en</strong> met gegev<strong>en</strong>s over spreiding <strong>en</strong> dichtheid van de<br />

verschill<strong>en</strong>de sportvoorzi<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>, maar bevat ook prognoses van toekomstige<br />

overschott<strong>en</strong> of tekort<strong>en</strong> aan voorzi<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> <strong>en</strong> verdiep<strong>en</strong>de studies<br />

voor t<strong>en</strong>nis, voetbal <strong>en</strong> zwemm<strong>en</strong>. Daarbij wordt de pot<strong>en</strong>tie zichtbaar van<br />

het type analyses dat mogelijk is wanneer gegev<strong>en</strong>s van de Sportatlas word<strong>en</strong><br />

gekoppeld aan bijvoorbeeld gegev<strong>en</strong>s over de bevolkingsontwikkeling,<br />

de sportdeelname of het lidmaatschap bij e<strong>en</strong> bepaalde bond.<br />

Uit onderzoek naar (tr<strong>en</strong>ds in) de sportdeelname (Tiess<strong>en</strong>-Raaphorst<br />

20<strong>10</strong>; Tiess<strong>en</strong>-Raaphorst e.a. (red.) 20<strong>10</strong>) wordt duidelijk dat er veel groei<br />

zit in sport<strong>en</strong> in de op<strong>en</strong>bare ruimte, zowel in meer traditionele vorm<strong>en</strong><br />

(paardrijd<strong>en</strong>, fiets<strong>en</strong>, wandel<strong>en</strong>), als in nieuwe vorm<strong>en</strong> van sportbeoef<strong>en</strong>ing,<br />

zoals de zog<strong>en</strong>aamde leefstijlsport<strong>en</strong> (Lucass<strong>en</strong> <strong>en</strong> Wisse 2011). Het kabinet<br />

Rutte I heeft min of meer e<strong>en</strong> punt gezet achter het (landelijke) recreatie<strong>beleid</strong><br />

<strong>en</strong> fors bezuinigd op het natuur<strong>beleid</strong>. Dit heeft als direct effect gehad<br />

Transnational health care and medical tourism: understanding 21st-c<strong>en</strong>tury pati<strong>en</strong>t mobility


dat het K<strong>en</strong>nisc<strong>en</strong>trum Recreatie, gevestigd in D<strong>en</strong> Haag, in 20<strong>10</strong> is opgehoud<strong>en</strong><br />

te bestaan. Het K<strong>en</strong>nisc<strong>en</strong>trum Recreatie beschikte over veel gegev<strong>en</strong>s<br />

<strong>en</strong> k<strong>en</strong>nis over ‘sportieve’ recreatievoorzi<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> als op<strong>en</strong>zwemwater,<br />

fietsroutes, golfban<strong>en</strong>, ruiterpad<strong>en</strong>, vaarroutes, surfplass<strong>en</strong> <strong>en</strong> -strand<strong>en</strong>, <strong>en</strong><br />

dergelijke. Deze gegev<strong>en</strong>s <strong>en</strong> (GIS-)expertise zijn overg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> door het MI<br />

<strong>en</strong> waar mogelijk geïntegreerd in de Sportatlas.<br />

2.3 Interv<strong>en</strong>ties<br />

Accommodaties zijn te beschouw<strong>en</strong> als algem<strong>en</strong>e voorzi<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> of infrastructuur.<br />

Sommige accommodaties zijn sporttakspecifiek, zoals t<strong>en</strong>nisban<strong>en</strong><br />

of voetbalveld<strong>en</strong>, maar ze zijn nooit doelgroepspecifiek.<br />

Interv<strong>en</strong>ties zijn in de regel juist wel doelgroepspecifiek. Het gaat dan<br />

om groep<strong>en</strong> die door het g<strong>en</strong>erieke <strong>beleid</strong> niet (voldo<strong>en</strong>de) word<strong>en</strong> bereikt,<br />

die aparte voorzi<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>, begeleiding of aanbod vrag<strong>en</strong>, of die actief geholp<strong>en</strong><br />

moet<strong>en</strong> word<strong>en</strong> om e<strong>en</strong> (sociaal-culturele) drempel te nem<strong>en</strong> voor<br />

sportdeelname (Elling <strong>en</strong> Kemper (red.) 2011).<br />

In het landelijk <strong>beleid</strong> is de beweging van g<strong>en</strong>eriek naar doelgroepgericht<br />

<strong>beleid</strong> al in de jar<strong>en</strong> tachtig ingezet. Het gebruik van het begrip ‘interv<strong>en</strong>tie’<br />

voor e<strong>en</strong> doelgroepspecifieke aanpak gericht op sport- <strong>en</strong>/of beweegstimulering<br />

is in de sportwereld echter iets van de laatste ti<strong>en</strong> <strong>jaar</strong>. Het verraadt<br />

e<strong>en</strong> to<strong>en</strong>em<strong>en</strong>de integratie van de afdeling sport in e<strong>en</strong> ministerie dat zich<br />

verder overweg<strong>en</strong>d met volksgezondheid <strong>en</strong> welzijn bezighoudt.<br />

Vanuit medisch perspectief is goed te begrijp<strong>en</strong> dat m<strong>en</strong> e<strong>en</strong> bepaalde behandel-<br />

of g<strong>en</strong>eeswijze pas op grote schaal gaat toepass<strong>en</strong> als duidelijk is wat<br />

de werkzame bestanddel<strong>en</strong> zijn in de behandelwijze, dat die behandelwijze<br />

aantoonbare positieve effect<strong>en</strong> heeft, <strong>en</strong> ge<strong>en</strong> of verwaarloosbare nev<strong>en</strong>effect<strong>en</strong>.<br />

In de prev<strong>en</strong>tieve gezondheidszorg gaat het daarbij niet om medicijn<strong>en</strong><br />

of therapie, maar om vorm<strong>en</strong> van (stimulering van) gedragswijziging,<br />

zoals stopp<strong>en</strong> met rok<strong>en</strong> of het minder<strong>en</strong> van alcoholgebruik. Vandaar is het<br />

vervolg<strong>en</strong>s e<strong>en</strong> kleine stap naar vorm<strong>en</strong> van beweeg- <strong>en</strong> sportstimulering<br />

(‘leefstijl’).<br />

E<strong>en</strong> groot verschil tuss<strong>en</strong> g<strong>en</strong>eeskunde <strong>en</strong> sport is ev<strong>en</strong>wel dat sportstimulering<br />

historisch gezi<strong>en</strong> van onderop komt <strong>en</strong> door vrijwilligers is <strong>en</strong><br />

Preface<br />

Sportaanbod <strong>en</strong> -<strong>beleid</strong>:<br />

op weg naar effectiviteit<br />

15


16<br />

wordt gedrag<strong>en</strong>. In de g<strong>en</strong>eeskunde daar<strong>en</strong>teg<strong>en</strong> kom<strong>en</strong> wet<strong>en</strong>schappers<br />

met vernieuwing<strong>en</strong> in aanpak of medicatie, die bij bewez<strong>en</strong> effectiviteit van<br />

bov<strong>en</strong>af word<strong>en</strong> uitgerold. Vaststell<strong>en</strong> wat effectief is, is in de sport, als sociaal<br />

domein, sowieso minder e<strong>en</strong>voudig dan de meer door wetmatighed<strong>en</strong><br />

omgev<strong>en</strong> medische wereld.<br />

Nadrukkelijk wordt de sport die wereld van evid<strong>en</strong>ce based policy making<br />

‘ingezog<strong>en</strong>’, met de budgett<strong>en</strong> uit de gezondheidszorg als w<strong>en</strong>k<strong>en</strong>d perspectief.<br />

Stimuleringsprogramma’s als de Breedtesportimpuls (BSI), Buurt-<br />

Onderwijs-Sport (BOS), Meedo<strong>en</strong> Allochtone (later: Alle) Jeugd door Sport<br />

(MAJS) <strong>en</strong> het Nationaal Actieplan Sport <strong>en</strong> Beweg<strong>en</strong> (NASB) hebb<strong>en</strong> de afgelop<strong>en</strong><br />

jar<strong>en</strong> gewerkt als brandstof voor de professionalisering <strong>en</strong> opschaling<br />

van allerlei lokale initiatiev<strong>en</strong> van sportver<strong>en</strong>iging<strong>en</strong> <strong>en</strong> andere aanbieders.<br />

Initiatiev<strong>en</strong> die voortkwam<strong>en</strong> uit lokale ervaring <strong>en</strong> ingeving<strong>en</strong>, <strong>en</strong> die<br />

drev<strong>en</strong> op het <strong>en</strong>thousiasme van de direct betrokk<strong>en</strong><strong>en</strong>, zoals het overgrote<br />

deel van de georganiseerde sport drijft op de inzet <strong>en</strong> de volharding van vrijwilligers,<br />

die plezier hal<strong>en</strong> uit de promotie van hun eig<strong>en</strong> sport.<br />

Uit het feit dat er meetbare doelstelling<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> geformuleerd vloeide ook<br />

de behoefte voort te kunn<strong>en</strong> gaan beschikk<strong>en</strong> over interv<strong>en</strong>ties die bewez<strong>en</strong><br />

effectief zijn. ‘Tijd voor sport’ heeft zo e<strong>en</strong> grote stimulans gegev<strong>en</strong> aan drie<br />

typ<strong>en</strong> <strong>beleid</strong>sonderzoek. T<strong>en</strong> eerste monitoring: het volg<strong>en</strong> van de <strong>beleid</strong>suitvoering,<br />

met het idee te wet<strong>en</strong> of de gestelde doel<strong>en</strong> volg<strong>en</strong>s plan word<strong>en</strong><br />

bereikt, <strong>en</strong> zo niet, om mogelijkhed<strong>en</strong> tot bijsturing te hebb<strong>en</strong>. T<strong>en</strong> tweede<br />

evaluatieonderzoek, om na afloop te zi<strong>en</strong> of de gestelde doel<strong>en</strong> zijn bereikt,<br />

ev<strong>en</strong>tueel te kunn<strong>en</strong> duid<strong>en</strong> waarom wel of niet, <strong>en</strong> leerpunt<strong>en</strong> op te lever<strong>en</strong><br />

voor nieuw <strong>beleid</strong>. En t<strong>en</strong> derde onderzoek naar de effectiviteit van interv<strong>en</strong>ties,<br />

t<strong>en</strong>einde bij het <strong>beleid</strong>sontwerp <strong>en</strong> in de uitvoering op voorhand<br />

te kunn<strong>en</strong> beschikk<strong>en</strong> over project<strong>en</strong> <strong>en</strong> concept<strong>en</strong> waarvan eerder is aangetoond<br />

dat ze do<strong>en</strong> wat ze belov<strong>en</strong>. Het lop<strong>en</strong>de onderzoeksprogramma<br />

Effectief Actief, waaraan het Mulier Instituut sam<strong>en</strong> met TNO, NIVEL <strong>en</strong><br />

NISB uitvoering geeft, is e<strong>en</strong> goed voorbeeld van deze laatste ontwikkeling.<br />

Transnational health care and medical tourism: understanding 21st-c<strong>en</strong>tury pati<strong>en</strong>t mobility


2.4 Ontwikkeling<strong>en</strong> in sportaanbod <strong>en</strong> de organisatie<br />

<strong>en</strong> uitvoering van het sport<strong>beleid</strong><br />

Wil het <strong>beleid</strong> kunn<strong>en</strong> kapitaliser<strong>en</strong> op de (nev<strong>en</strong>)effect<strong>en</strong> van sportbeoef<strong>en</strong>ing,<br />

zoals gezondheidsbevordering of wijkbinding, dan moet er wel eerst<br />

word<strong>en</strong> gesport. In Nederland veronderstelt ‘kunn<strong>en</strong> sport<strong>en</strong>’ van oudsher<br />

het goed functioner<strong>en</strong> van ver<strong>en</strong>iging<strong>en</strong>. Effectief sport<strong>beleid</strong> is daarmee<br />

uiteindelijk afhankelijk van de continuïteit in de beschikbaarheid <strong>en</strong> inzet<br />

van de vrijwilligers die de sportver<strong>en</strong>iging<strong>en</strong> draai<strong>en</strong>de houd<strong>en</strong>. Het is dan<br />

ook niet zo vreemd dat er nogal wat onderzoek is <strong>en</strong> wordt gedaan naar<br />

sportver<strong>en</strong>iging<strong>en</strong> <strong>en</strong> sportvrijwilligers. Niet voor niets vierde de Ver<strong>en</strong>igingsmonitor<br />

kort geled<strong>en</strong> zijn ti<strong>en</strong>jarig jubileum. In de monitor wordt het<br />

wel <strong>en</strong> wee van ver<strong>en</strong>iging<strong>en</strong> op de voet gevolgd (zie o.a. Van Kalmthout <strong>en</strong><br />

De Jong 20<strong>10</strong>; Van Kalmthout <strong>en</strong> Lucass<strong>en</strong> 2008; Van Kalmthout <strong>en</strong> Lucass<strong>en</strong><br />

2005; Van Kalmthout <strong>en</strong> Janss<strong>en</strong>s 2000).<br />

E<strong>en</strong> volg<strong>en</strong>de stap is om ook hier meer de ‘diepte in te gaan’. Bijvoorbeeld<br />

door op basis van de uitkomst<strong>en</strong> van de Ver<strong>en</strong>igingsmonitor ver<strong>en</strong>iging<strong>en</strong><br />

te onderscheid<strong>en</strong> op de mate van ‘vitaliteit’ of pot<strong>en</strong>tie om e<strong>en</strong> actieve rol<br />

te spel<strong>en</strong> in het bereik<strong>en</strong> van sportexterne doelstelling<strong>en</strong> (zie bijv. Romijn<br />

<strong>en</strong> Van Kalmthout 20<strong>10</strong>). Het achterligg<strong>en</strong>de idee is dat e<strong>en</strong> geme<strong>en</strong>te met<br />

deze k<strong>en</strong>nis e<strong>en</strong> gediffer<strong>en</strong>tieerd <strong>beleid</strong> kan voer<strong>en</strong> t<strong>en</strong> aanzi<strong>en</strong> van de sportver<strong>en</strong>iging<strong>en</strong><br />

in de geme<strong>en</strong>te. Kort door de bocht; bij ver<strong>en</strong>iging<strong>en</strong> die laag<br />

scor<strong>en</strong> op de vitaliteitsindex gaat de aandacht meer uit naar ondersteuning,<br />

revitalisering, fusie of opheffing. Vitale ver<strong>en</strong>iging<strong>en</strong> die het als sportver<strong>en</strong>iging<br />

goed do<strong>en</strong>, maar om wat voor red<strong>en</strong> dan ook weinig extern gericht zijn,<br />

krijg<strong>en</strong> e<strong>en</strong> basale vorm van ondersteuning (beschikbaarstelling accommodatie).<br />

En vitale <strong>en</strong> extern gerichte ver<strong>en</strong>iging<strong>en</strong> zijn partners in <strong>beleid</strong> gericht<br />

op wijkontwikkeling, stimulering van sport- <strong>en</strong> beweegdeelname bij<br />

bijzondere groep<strong>en</strong>, prev<strong>en</strong>tief gezondheid<strong>beleid</strong> <strong>en</strong> dergelijke. Afhankelijk<br />

van de locatie van zo’n ver<strong>en</strong>iging komt die ver<strong>en</strong>iging bijvoorbeeld als eerste<br />

in aanmerking voor de aanstelling van e<strong>en</strong> combinatiefunctionaris.<br />

De mate van vitaliteit van ver<strong>en</strong>iging<strong>en</strong> wordt door e<strong>en</strong> groot aantal interne<br />

<strong>en</strong> externe factor<strong>en</strong> bepaald. De laatste jar<strong>en</strong> is e<strong>en</strong> begin gemaakt met<br />

onderzoek dat poogt meer zicht te krijg<strong>en</strong> op de factor<strong>en</strong> die bepal<strong>en</strong> of e<strong>en</strong><br />

ver<strong>en</strong>iging zich wel of niet ontwikkelt of kan ontwikkel<strong>en</strong> tot e<strong>en</strong> ‘sociale on-<br />

Preface<br />

Sportaanbod <strong>en</strong> -<strong>beleid</strong>:<br />

op weg naar effectiviteit<br />

17


18<br />

derneming’, <strong>en</strong> wat de betek<strong>en</strong>is <strong>en</strong> effect<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> zijn van e<strong>en</strong> dergelijke<br />

ontwikkeling voor de ver<strong>en</strong>iging <strong>en</strong> de sportbeoef<strong>en</strong>ing georganiseerd door<br />

de ver<strong>en</strong>iging (zie Boess<strong>en</strong>kool e.a. 2011 ). Verwacht mag word<strong>en</strong> dat hier de<br />

aankom<strong>en</strong>de jar<strong>en</strong> nog veel aandacht naar uit zal gaan. 3 Thema’s die dan aan<br />

de orde kom<strong>en</strong> zijn onder meer de relatie met het onderwijs <strong>en</strong> de buit<strong>en</strong>schoolse<br />

kinderopvang; professionalisering van bepaalde traditionele tak<strong>en</strong><br />

van de ver<strong>en</strong>iging <strong>en</strong> de opkomst van commerciële elem<strong>en</strong>t<strong>en</strong> in de wereld<br />

van de ver<strong>en</strong>igingssport (clubmanagers; t<strong>en</strong>nis-, schaats-, zwemschol<strong>en</strong>;<br />

uitbesteding van horeca; sponsoring; schoonmak<strong>en</strong> <strong>en</strong> administratie, et cetera);<br />

participatie in <strong>en</strong> relatie met exploitatiestichting<strong>en</strong>; <strong>en</strong> meer algeme<strong>en</strong><br />

de druk te participer<strong>en</strong> in vorm<strong>en</strong> van interorganisationele sam<strong>en</strong>werking.<br />

Harde conclusies zijn er uit die lijn<strong>en</strong> nog niet te trekk<strong>en</strong>. Wat wel vaststaat,<br />

is dat vrees voor het einde van de ver<strong>en</strong>iging, zo vaak geuit in het verled<strong>en</strong>,<br />

definitief naar het rijk der fabel<strong>en</strong> verwez<strong>en</strong> kan word<strong>en</strong>. Daarvoor betoont<br />

de ver<strong>en</strong>iging zich te veerkrachtig, <strong>en</strong> e<strong>en</strong> institutie in de ware zin van het<br />

woord: e<strong>en</strong> duurzaam antwoord, op duurzame vrag<strong>en</strong> uit de sam<strong>en</strong>leving.<br />

Het overheids<strong>beleid</strong> heeft naast de ver<strong>en</strong>iging<strong>en</strong> te mak<strong>en</strong> met steeds meer<br />

nieuwe spelers in het sport<strong>beleid</strong>sveld. Het is e<strong>en</strong> ontwikkeling die al langer<br />

gaande is (Van d<strong>en</strong> Heuvel <strong>en</strong> Van der Poel 1999), maar de laatste jar<strong>en</strong><br />

versneld doorzet. Zo is er schot gekom<strong>en</strong> in de al dec<strong>en</strong>nialang bepleite betere<br />

afstemming met het onderwijs, hetge<strong>en</strong> zich op lokaal niveau vertaalt<br />

in (poging<strong>en</strong> tot) concrete sam<strong>en</strong>werking tuss<strong>en</strong> schol<strong>en</strong>, ver<strong>en</strong>iging<strong>en</strong>, kinderopvang<br />

<strong>en</strong> buurtorganisaties. Concept<strong>en</strong> als ‘schoolsportver<strong>en</strong>iging<strong>en</strong>’<br />

<strong>en</strong> ‘sport actieve schol<strong>en</strong>’ gev<strong>en</strong> uiting aan die w<strong>en</strong>s om ver<strong>en</strong>iging<strong>en</strong> meer<br />

te lat<strong>en</strong> zijn dan e<strong>en</strong> optelsom van zijn led<strong>en</strong> (Van der Werff e.a. 2012; Stuij<br />

e.a. 2011; Lucass<strong>en</strong> e.a. 2011; Stuij 20<strong>10</strong>).<br />

Via de brug ‘beweg<strong>en</strong>’ hebb<strong>en</strong> ook steeds meer partij<strong>en</strong> uit de gezondheidssector<br />

e<strong>en</strong> link gekreg<strong>en</strong> met de sportsector, al dan niet geholp<strong>en</strong> door<br />

programma’s als het Nationaal Actieplan Sport <strong>en</strong> Beweg<strong>en</strong> (NASB) <strong>en</strong> organisaties<br />

als het Nederlands Instituut voor Sport <strong>en</strong> Beweg<strong>en</strong> (NISB). Verder<br />

heeft het commerciële sportaanbod (maneges, fitnessc<strong>en</strong>tra, klimhall<strong>en</strong>,<br />

et cetera) vanaf de jar<strong>en</strong> neg<strong>en</strong>tig e<strong>en</strong> grote vlucht g<strong>en</strong>om<strong>en</strong> (zie o.a. Hover<br />

e.a. 2012; Van Kalmthout <strong>en</strong> Van der Werff 20<strong>10</strong>), net als de organisatie<br />

Transnational health care and medical tourism: understanding 21st-c<strong>en</strong>tury pati<strong>en</strong>t mobility


van ev<strong>en</strong>em<strong>en</strong>t<strong>en</strong> (bijv. marathons, EK’s <strong>en</strong> WK’s)(zie onder andere Hover<br />

<strong>en</strong> Romijn 2012; Van d<strong>en</strong> Heuvel e.a. 20<strong>10</strong>). Tot slot zijn er allerlei nieuwe<br />

vluchtige <strong>en</strong> netwerkachtige vorm<strong>en</strong> van organisatie opgekom<strong>en</strong>, vaak steun<strong>en</strong>d<br />

op het gebruik van social media (Lucass<strong>en</strong> <strong>en</strong> Wisse 2011).<br />

Deze nieuwe spelers zorg<strong>en</strong> voor dynamiek, vernieuwing <strong>en</strong> verbreding<br />

in <strong>en</strong> van het sport<strong>beleid</strong>sveld, <strong>en</strong> soms ook voor verdringing of substitutie<br />

(zie ook hoofdstuk 3). Regelmatig klinkt daarbij de vraag om afstemming<br />

<strong>en</strong> regie. Op ‘werkvloerniveau’ kan de inzet van combinatiefunctionariss<strong>en</strong><br />

word<strong>en</strong> gezi<strong>en</strong> als de introductie van e<strong>en</strong> nieuw <strong>beleid</strong>smiddel, dat vrij letterlijk<br />

probeert het werk van de verschill<strong>en</strong>de (oude <strong>en</strong> nieuwe) spelers in de<br />

sportwereld te combiner<strong>en</strong>, dat wil zegg<strong>en</strong>, onderling op elkaar af te stemm<strong>en</strong><br />

<strong>en</strong> zo van één <strong>en</strong> één drie te mak<strong>en</strong> (Beth e.a. 2011; Von Heijd<strong>en</strong> e.a.<br />

2011). Op landelijk niveau zi<strong>en</strong> we dat van het Ministerie van VWS regie<br />

wordt gevraagd om te kom<strong>en</strong> tot heldere ag<strong>en</strong>da’s <strong>en</strong> rolafbak<strong>en</strong>ing, waarbij<br />

de verschill<strong>en</strong>de partij<strong>en</strong> elk vanuit hun eig<strong>en</strong> kracht, belang <strong>en</strong> expertise<br />

e<strong>en</strong> bijdrage kunn<strong>en</strong> lever<strong>en</strong> aan de ambities zoals uitgesprok<strong>en</strong> in het<br />

Olympisch Plan (Breedveld e.a. 2011).<br />

2.5 Uitdaging<strong>en</strong> voor het sport<strong>beleid</strong> <strong>en</strong> het<br />

<strong>beleid</strong>sonderzoek<br />

De afgelop<strong>en</strong> ti<strong>en</strong> <strong>jaar</strong> war<strong>en</strong> niet slecht voor de sport. Eig<strong>en</strong>lijk kunn<strong>en</strong> we<br />

wel zegg<strong>en</strong> dat ‘de sport’ in Nederland nu op het allerhoogste niveau presteert<br />

voor e<strong>en</strong> land met de omvang, rijkdom <strong>en</strong> mogelijkhed<strong>en</strong> van Nederland.<br />

De sportparticipatie is alle<strong>en</strong> hoger in de Scandinavische land<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

de kwaliteit <strong>en</strong> waardering voor het voorzi<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>niveau is vrijwel nerg<strong>en</strong>s<br />

hoger dan in Nederland (Hover e.a. 20<strong>10</strong>). Met e<strong>en</strong> vrij constante plaats tuss<strong>en</strong><br />

de ti<strong>en</strong> <strong>en</strong> twintig op de olympische medaillespiegel, doet Nederland het<br />

ongek<strong>en</strong>d goed in de topsport. Natuurlijk leeft er de w<strong>en</strong>s om het nog beter<br />

te do<strong>en</strong>. In het Olympisch Plan is de ambitie geformuleerd de sportparticipatie<br />

te lat<strong>en</strong> stijg<strong>en</strong> tot 75 proc<strong>en</strong>t <strong>en</strong> e<strong>en</strong> structurele plaats in te nem<strong>en</strong> in<br />

de top ti<strong>en</strong> van de medaillespiegel. Maar de realiteit gebiedt te zegg<strong>en</strong> dat<br />

het al e<strong>en</strong> <strong>en</strong>orme prestatie zou zijn als we over ti<strong>en</strong> <strong>jaar</strong> kunn<strong>en</strong> zegg<strong>en</strong> dat<br />

we het huidige niveau hebb<strong>en</strong> vastgehoud<strong>en</strong>.<br />

Preface<br />

Sportaanbod <strong>en</strong> -<strong>beleid</strong>:<br />

op weg naar effectiviteit<br />

19


20<br />

Nederland vergrijst <strong>en</strong> verarmt, <strong>en</strong> zowel huishoud<strong>en</strong>s als overhed<strong>en</strong><br />

zijn de kom<strong>en</strong>de jar<strong>en</strong> gedwong<strong>en</strong> steeds verder de broekriem aan te hal<strong>en</strong>.<br />

De sportvoorzi<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> in de plattelandsgebied<strong>en</strong> in het noord<strong>en</strong>, oost<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

zuid<strong>en</strong> van het land hebb<strong>en</strong> te mak<strong>en</strong> met ontvolking, vergrijzing (het zijn<br />

vooral de jonger<strong>en</strong> die wegtrekk<strong>en</strong>) <strong>en</strong> schaalvergroting door fusies van geme<strong>en</strong>t<strong>en</strong>.<br />

De Randstad heeft minder last van de vergrijzing, maar k<strong>en</strong>t wel<br />

e<strong>en</strong> conc<strong>en</strong>tratie van bevolkingsgroep<strong>en</strong> met e<strong>en</strong> traditioneel lage sportparticipatie<br />

<strong>en</strong> e<strong>en</strong> hoge vraag naar sociale voorzi<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> <strong>en</strong> ondersteuning.<br />

Verwacht mag word<strong>en</strong> dat de geme<strong>en</strong>telijke budgett<strong>en</strong> de aankom<strong>en</strong>de jar<strong>en</strong><br />

onder grote druk kom<strong>en</strong> te staan. Dat betek<strong>en</strong>t dat er minder geld beschikbaar<br />

zal zijn voor de instandhouding van sportvoorzi<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> <strong>en</strong> voor<br />

het voer<strong>en</strong> van sportstimulerings<strong>beleid</strong>.<br />

Teg<strong>en</strong> de achtergrond van de geschetste ontwikkeling<strong>en</strong> is het niet moeilijk<br />

te voorspell<strong>en</strong> dat er van de sport nog meer gevraagd zal word<strong>en</strong> om de<br />

effectiviteit van de instrum<strong>en</strong>tele inzet van de sport aan te ton<strong>en</strong>, <strong>en</strong> te zoek<strong>en</strong><br />

naar manier<strong>en</strong> waarop dit efficiënter kan. Omdat verreweg het meeste<br />

(overheids)geld naar accommodaties gaat, ligt het voor de hand dat er met<br />

name interesse zal zijn in de vraag hoe het voorzi<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>aanbod kan word<strong>en</strong><br />

geoptimaliseerd. Vanuit dezelfde optiek zal er ook vraag zijn naar k<strong>en</strong>nis<br />

over de effectiviteit <strong>en</strong> doelmatigheid van interv<strong>en</strong>ties gericht op stimulering<br />

van sport <strong>en</strong> beweg<strong>en</strong>, de factor<strong>en</strong> die topsportprestaties bevorder<strong>en</strong>,<br />

<strong>en</strong> de factor<strong>en</strong> die het succes <strong>en</strong> fal<strong>en</strong> van sportev<strong>en</strong>em<strong>en</strong>t<strong>en</strong> verklar<strong>en</strong>.<br />

De aankom<strong>en</strong>de jar<strong>en</strong> zal er e<strong>en</strong> grote vraag naar meer fundam<strong>en</strong>teel, toets<strong>en</strong>d<br />

<strong>en</strong> experim<strong>en</strong>teel/vergelijk<strong>en</strong>d onderzoek te zi<strong>en</strong> zijn. Onderzoek dat<br />

theoretisch is ingebed <strong>en</strong> waarbij gebruikgemaakt kan word<strong>en</strong> van kwalitatief<br />

goede tijdreeks<strong>en</strong>. In dit kader past bijvoorbeeld het strev<strong>en</strong> om te kom<strong>en</strong><br />

tot e<strong>en</strong> serieuze ‘accommodatiemonitor’, als landelijk dekk<strong>en</strong>d <strong>en</strong> actueel<br />

bestand van alle sportaccommodaties in Nederland. Met zo’n bestand<br />

kan onderzoek word<strong>en</strong> gedaan waarbij hypothes<strong>en</strong> word<strong>en</strong> geformuleerd,<br />

die vervolg<strong>en</strong>s in vergelijk<strong>en</strong>d onderzoek word<strong>en</strong> getoetst. Bijvoorbeeld<br />

welke factor<strong>en</strong> bepal<strong>en</strong>d zijn voor het aanbod van sportvoorzi<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> (‘in<br />

fusiegeme<strong>en</strong>t<strong>en</strong> in regio’s met e<strong>en</strong> afnem<strong>en</strong>de bevolkingsomvang krimpt<br />

het aanbod van sportvoorzi<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> sneller dan in geme<strong>en</strong>t<strong>en</strong> die zelfstan-<br />

Transnational health care and medical tourism: understanding 21st-c<strong>en</strong>tury pati<strong>en</strong>t mobility


dig blijv<strong>en</strong>’), of hoe het aanbod van sportvoorzi<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> van invloed is op<br />

de sportdeelname (‘hoe meer sportvoorzi<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> met e<strong>en</strong> reistijd van e<strong>en</strong><br />

kwartier of minder te bereik<strong>en</strong> zijn, hoe hoger de sportdeelname’). K<strong>en</strong>nis<br />

over de werkzame bestanddel<strong>en</strong> in het sportaanbod is cruciaal om te kom<strong>en</strong><br />

tot meer effectief <strong>en</strong> doelmatig sport<strong>beleid</strong>.<br />

Naarmate de sportwereld er beter in slaagt duidelijk aantoonbaar effectief<br />

<strong>beleid</strong> te voer<strong>en</strong> door de inzet van sport ter bestrijding van bewegingsarmoede<br />

<strong>en</strong> overgewicht, versterking van sociale band<strong>en</strong> in wijk<strong>en</strong>, of<br />

socialisatie in gedisciplineerd gedrag, wordt de sport ook e<strong>en</strong> interessanter<br />

gespreks- <strong>en</strong> <strong>beleid</strong>spartner voor andere sector<strong>en</strong> in de sam<strong>en</strong>leving. Misschi<strong>en</strong><br />

moet dit wel de ambitie voor het <strong>sportonderzoek</strong> zijn: overtuig<strong>en</strong>d<br />

aanton<strong>en</strong> hoe sport van waarde kan zijn voor het bereik<strong>en</strong> van w<strong>en</strong>selijke<br />

maatschappelijke effect<strong>en</strong> <strong>en</strong> teg<strong>en</strong>gaan van ongew<strong>en</strong>ste maatschappelijke<br />

verschijnsel<strong>en</strong>. Lukt dat, dan kan <strong>beleid</strong>smatig word<strong>en</strong> ingezet op het bevorder<strong>en</strong><br />

van e<strong>en</strong> toch al aang<strong>en</strong>ame vorm van vrijetijdbesteding, in plaats<br />

van het bestrijd<strong>en</strong> van negatieve effect<strong>en</strong> die optred<strong>en</strong> door het achterwege<br />

blijv<strong>en</strong> van die vorm van vrijetijdsbesteding.<br />

Deze ambitie neemt niet weg dat er wel rek<strong>en</strong>ing mee gehoud<strong>en</strong> moet<br />

word<strong>en</strong> dat wet<strong>en</strong>schap met sport de eig<strong>en</strong>schap deelt dat je wel iets kunt<br />

will<strong>en</strong>, maar je pas aan het eind van de wedstrijd weet of je ook b<strong>en</strong>t geslaagd<br />

in wat je wil. Zoals Coalter (2007) laat zi<strong>en</strong>, valt het wedstrijdresultaat<br />

nog wel e<strong>en</strong>s teg<strong>en</strong>. Als wet<strong>en</strong>schap keer op keer aantoont dat bepaalde<br />

gew<strong>en</strong>ste of verwachte effect<strong>en</strong> niet optred<strong>en</strong>, of zelfs dat er ook negatieve<br />

effect<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> optred<strong>en</strong>, zal de sport zich ook e<strong>en</strong> keer e<strong>en</strong> sportief verliezer<br />

moet<strong>en</strong> ton<strong>en</strong> <strong>en</strong> van toe-eig<strong>en</strong>ing van de positieve effect<strong>en</strong> moet<strong>en</strong><br />

afzi<strong>en</strong>.<br />

Preface<br />

Sportaanbod <strong>en</strong> -<strong>beleid</strong>:<br />

op weg naar effectiviteit<br />

21


22<br />

Hoofdstuk 3<br />

deelname:<br />

de belle epoque van de<br />

sportbeoef<strong>en</strong>ing?<br />

Sport is, in de gevleugelde woord<strong>en</strong> van oud-staatssecretaris <strong>en</strong> voorzitter<br />

van NOC*NSF Erica Terpstra, ‘machtig om naar te kijk<strong>en</strong> <strong>en</strong> prachtig om<br />

te do<strong>en</strong>’. Daar zit in beslot<strong>en</strong> dat je niet per se zelf hoeft te sport<strong>en</strong> om er<br />

van te g<strong>en</strong>iet<strong>en</strong>. Ook op de bank, of in het stadion kan sport plezier verschaff<strong>en</strong>.<br />

Maandagocht<strong>en</strong>d is de sport bij veel koffietafels e<strong>en</strong> gewaardeerd<br />

gespreksonderwerp, ook voor niet-sporters. Veelal hebb<strong>en</strong> we het dan over<br />

wat de Amsterdamse sportsocioloog Stokvis (2009) de ‘kijksport’ noemt, de<br />

absolute bov<strong>en</strong>laag van professioneel beoef<strong>en</strong>de sport<strong>en</strong> die door voldo<strong>en</strong>de<br />

massa’s toeschouwers wordt gewaardeerd om uitgezond<strong>en</strong> te word<strong>en</strong>. Naast<br />

voetbal hebb<strong>en</strong> we het dan eig<strong>en</strong>lijk alle<strong>en</strong> nog over t<strong>en</strong>nis, wielr<strong>en</strong>n<strong>en</strong>, golf,<br />

darts <strong>en</strong> schaats<strong>en</strong>, de top-6 sport<strong>en</strong> die goed zijn voor 75 proc<strong>en</strong>t van de<br />

z<strong>en</strong>dtijd <strong>en</strong> 83 proc<strong>en</strong>t<br />

van de kijktijd (Tiess<strong>en</strong>-<br />

Raaphorst e.a. 20<strong>10</strong>).<br />

Voor het sport<strong>beleid</strong><br />

is die passieve sportbeoef<strong>en</strong>ing<br />

van betek<strong>en</strong>is<br />

omdat het bijdraagt<br />

aan de cohesie (zie het<br />

volg<strong>en</strong>de hoofdstuk) <strong>en</strong><br />

daarmee e<strong>en</strong> belangrijke<br />

legitimatie vormt voor<br />

het sport<strong>beleid</strong>. Toch<br />

wordt het klopp<strong>en</strong>d<br />

hart van het sport<strong>beleid</strong><br />

al sinds <strong>jaar</strong> <strong>en</strong> dag ge- Aandachtig publiek tijd<strong>en</strong>s de tweede editie van de<br />

Dag van het <strong>sportonderzoek</strong> op 4 november 2011 in<br />

vormd door het sportsti- Amsterdam.<br />

Transnational health care and medical tourism: understanding 21st-c<strong>en</strong>tury pati<strong>en</strong>t mobility


mulerings<strong>beleid</strong>, het <strong>beleid</strong> dat erop gericht is om m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> zelf te lat<strong>en</strong> sport<strong>en</strong>.<br />

Vreemd is dat niet. Immers zonder zelf actief te zijn, gaat er van de sport<br />

ge<strong>en</strong> gezondheidswinst uit, is er ge<strong>en</strong> sprake van echte ‘participatie’ <strong>en</strong> is er<br />

ook ge<strong>en</strong> red<strong>en</strong> om het zo bejubelde ver<strong>en</strong>igingslev<strong>en</strong> overeind te houd<strong>en</strong>.<br />

Het afgelop<strong>en</strong> dec<strong>en</strong>nium is op dat vlak voor de sport niet ongunstig geweest.<br />

Met name in de eerste jar<strong>en</strong> van het mill<strong>en</strong>nium nem<strong>en</strong> we waar dat<br />

meer m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> aan sport ging<strong>en</strong> do<strong>en</strong> (figuur 2). Dat geldt vooral voor de<br />

groei<strong>en</strong>de groep ouder<strong>en</strong>. In to<strong>en</strong>em<strong>en</strong>de mate zi<strong>en</strong> we dat ouder<strong>en</strong> zich niet<br />

meer te oud voel<strong>en</strong> om nog te sport<strong>en</strong> (Van Lindert 2009). Onder jonger<strong>en</strong><br />

is <strong>en</strong> was de sportdeelname hoog, al zijn jonger<strong>en</strong> daarmee niet automatisch<br />

ook beweegvaardiger dan voorhe<strong>en</strong>, to<strong>en</strong> buit<strong>en</strong>spel<strong>en</strong> nog veel meer<br />

de norm was (Collard 20<strong>10</strong>).<br />

Figuur 2 Sportdeelname, 1999-2011.<br />

Bron: SCP, TNO, bewerking Mulier Instituut.<br />

Sport<strong>en</strong> die sterk aan populariteit wonn<strong>en</strong> zijn onder meer hardlop<strong>en</strong>, fitness,<br />

hockey <strong>en</strong> golf. De eerste twee zijn beide zogehet<strong>en</strong> ‘solo-sport<strong>en</strong>’,<br />

sport<strong>en</strong> die gemakkelijk alle<strong>en</strong> te do<strong>en</strong> zijn op elk mom<strong>en</strong>t van de dag, <strong>en</strong><br />

zonder sterke competitieve lading. Beide sport<strong>en</strong> ook, waar de commercie<br />

stevig aan trekt (fitnessc<strong>en</strong>tra, ev<strong>en</strong>em<strong>en</strong>t<strong>en</strong>organisator<strong>en</strong> <strong>en</strong> sportproduc<strong>en</strong>t<strong>en</strong>)<br />

<strong>en</strong> waar ze steeds weer met nieuwe product<strong>en</strong> <strong>en</strong> concept<strong>en</strong> kom<strong>en</strong>.<br />

Preface<br />

Deelname:<br />

de belle epoque van de<br />

sportbeoef<strong>en</strong>ing?<br />

23


24<br />

In zekere mate geldt dat ook voor golf, al is de behoefte om zich sociaal te<br />

onderscheid<strong>en</strong> én de w<strong>en</strong>s om buit<strong>en</strong> te kunn<strong>en</strong> zijn, zonder kans op blessures,<br />

voor golf ev<strong>en</strong>e<strong>en</strong>s van groot belang. Hockey mag zich als e<strong>en</strong> van de weinige<br />

teamsport<strong>en</strong> e<strong>en</strong> groeisport noem<strong>en</strong>. Telde de hockeybond in 2002 nog<br />

156.000 led<strong>en</strong>, in 2011 war<strong>en</strong> dat er 231.000 <strong>en</strong> het einde lijkt nog niet in zicht.<br />

Die positie dankt de sport vermoedelijk aan e<strong>en</strong> m<strong>en</strong>geling van k<strong>en</strong>merk<strong>en</strong>,<br />

waarvan het prettige imago dat de hockey aankleeft (geslaagd, beschaafd) <strong>en</strong><br />

het contact tuss<strong>en</strong> de seks<strong>en</strong> waarschijnlijk beide van betek<strong>en</strong>is zijn.<br />

Sport<strong>en</strong> die het moeilijk hadd<strong>en</strong>, betroff<strong>en</strong> onder andere gevestigde<br />

sport<strong>en</strong> als alle racketsport<strong>en</strong>, zwemm<strong>en</strong> <strong>en</strong> turn<strong>en</strong>. Zwemm<strong>en</strong> profiteert<br />

daarbij weinig van zijn positieve imago als gezondste sport (Hover <strong>en</strong> De<br />

Jong 2011), <strong>en</strong> lijkt veel concurr<strong>en</strong>tie te ondervind<strong>en</strong> van het meer wervel<strong>en</strong>de<br />

<strong>en</strong> flexibele aanbod van de fitnesswereld. Datzelfde geldt voor het turn<strong>en</strong>,<br />

dat in bewegingsess<strong>en</strong>tie niet veel anders is dan het op commerciële<br />

leest geschoeide fitnessaanbod (Stokvis <strong>en</strong> Van Hilvoorde 2008). Toch is de<br />

laatste aan e<strong>en</strong> ware triomftocht bezig in de sport. De afgelop<strong>en</strong> jar<strong>en</strong> steeg<br />

het aantal fitnessc<strong>en</strong>tra met 54 proc<strong>en</strong>t (van 1.072 in 2002 naar 1.652 in<br />

2011)(Hover e.a. 2012). In diezelfde periode daalde het aantal turnver<strong>en</strong>iging<strong>en</strong><br />

met 8 proc<strong>en</strong>t (van 1.208 naar 1.118 in 2011) <strong>en</strong> het aantal led<strong>en</strong> met<br />

14 proc<strong>en</strong>t (van 295.000 in 2002 naar 246.000 in 2011).<br />

Niet verrass<strong>en</strong>d verloor de georganiseerde sport de afgelop<strong>en</strong> jar<strong>en</strong> wederom<br />

marktaandeel. Anno 2011 telde sportkoepel NOC*NSF 4,8 miljo<strong>en</strong><br />

led<strong>en</strong>. Dat zijn er weliswaar 375.000 meer dan in 2002, maar in die periode<br />

kreeg Nederland er ook zo’n 0,6 miljo<strong>en</strong> inwoners bij <strong>en</strong> (geschat) 1,9 miljo<strong>en</strong><br />

sporters. Vel<strong>en</strong> van h<strong>en</strong> koz<strong>en</strong> er niet voor om lid te word<strong>en</strong> van ver<strong>en</strong>iging<strong>en</strong>.<br />

De groei in de sportdeelname lijkt echter niet oneindig. Vanaf grofweg<br />

2006, 2007 lijkt het aandeel m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> dat sport niet verder te groei<strong>en</strong> (figuur<br />

2). Grote surveys gev<strong>en</strong> onafhankelijk van elkaar aan dat er ge<strong>en</strong> schot<br />

meer zit in de groei van het aandeel sporters (of van het aandeel m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> dat<br />

voldo<strong>en</strong>de beweegt). Ev<strong>en</strong>min lat<strong>en</strong> de meeste surveys zi<strong>en</strong> dat de sociale<br />

verschill<strong>en</strong> in sportdeelname veel kleiner word<strong>en</strong>. Hoger <strong>en</strong> lager opgeleid<strong>en</strong><br />

zijn de afgelop<strong>en</strong> dec<strong>en</strong>nia meer gaan sport<strong>en</strong>, maar het gat tuss<strong>en</strong> beide<br />

groep<strong>en</strong> lijkt er niet veel kleiner op te word<strong>en</strong> (figuur 3, zie Van Lindert<br />

Transnational health care and medical tourism: understanding 21st-c<strong>en</strong>tury pati<strong>en</strong>t mobility


e.a. 2008 die tot dezelfde conclusies kom<strong>en</strong> waar het de gehandicapt<strong>en</strong>sport<br />

betreft). Ev<strong>en</strong>als dat het geval is op het terrein van de cultuur, of van de<br />

gezondheid in het algeme<strong>en</strong>, geeft de sportdeelname nog steeds blijk van<br />

e<strong>en</strong> sterke sociale gelaagdheid, e<strong>en</strong> gelaagdheid waarin Nederland trouw<strong>en</strong>s<br />

allerminst alle<strong>en</strong> staat (Van Tuyckom 2011).<br />

Figuur 3 Sportdeelname naar opleidingsniveau, 1983-2007.<br />

Bron: SCP, bewerking Mulier Instituut.<br />

Die gelaagdheid betreft niet alle<strong>en</strong> e<strong>en</strong> verschil in opleidingsniveau of inkom<strong>en</strong>,<br />

maar ook in etnische achtergrond. Naarmate m<strong>en</strong> dieper doordringt<br />

in de haarvat<strong>en</strong> in de sport, van clublidmaatschap naar vrijwilligerswerk tot<br />

bestuurlijk kader, daalt het aandeel verteg<strong>en</strong>woordigers van etnische minderhed<strong>en</strong><br />

(Breedveld 2006). Overig<strong>en</strong>s doet de sport het op dit vlak ‘beter’<br />

dan m<strong>en</strong>ig andere sector van het maatschappelijk lev<strong>en</strong> (zoals de cultuur!)<br />

<strong>en</strong> is er ook wel <strong>en</strong>ige beweging zichtbaar, zoals in de sekseverhouding<strong>en</strong>.<br />

Vraag is ook of het erg is, dat niet iedere<strong>en</strong> in dezelfde mate aan sport doet,<br />

of op dezelfde wijze actief is in de sport. Homoseksuel<strong>en</strong> bijvoorbeeld, do<strong>en</strong><br />

ev<strong>en</strong>veel aan sport als heteroseksuel<strong>en</strong>, maar zijn minder vaak lid van sportver<strong>en</strong>iging<strong>en</strong><br />

of do<strong>en</strong> aan teamsport<strong>en</strong>. Ligt daar e<strong>en</strong> punt van <strong>beleid</strong>sma-<br />

Preface<br />

Deelname:<br />

de belle epoque van de<br />

sportbeoef<strong>en</strong>ing?<br />

25


26<br />

tige aandacht? Niet als m<strong>en</strong> hierin vooral e<strong>en</strong> persoonlijke voorkeur w<strong>en</strong>st<br />

te zi<strong>en</strong>, wel als m<strong>en</strong> vermoedt dat achter die voorkeur e<strong>en</strong> subtiele vorm<br />

van uitsluiting schuil gaat. E<strong>en</strong> sociaal proces dat maakt dat individu<strong>en</strong>, ook<br />

zonder e<strong>en</strong> nadrukkelijk verzoek daartoe, de sport ‘spontaan’ de rug toeker<strong>en</strong><br />

(Elling <strong>en</strong> Kemper 20<strong>10</strong>).<br />

Al met al gev<strong>en</strong> de cijfers aanleiding tot vreugde, maar zijn er ev<strong>en</strong> zoveel<br />

punt<strong>en</strong> van aandacht. Meer m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> do<strong>en</strong> aan sport, maar lang niet allemaal<br />

in dezelfde mate <strong>en</strong> bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> de laatste jar<strong>en</strong> niet automatisch meer dan<br />

het <strong>jaar</strong> ervoor. Dat roept de vraag op naar het <strong>beleid</strong> dat de afgelop<strong>en</strong> jar<strong>en</strong><br />

is gevoerd.<br />

3.1 Beleid<br />

Het sportdeelname<strong>beleid</strong> wordt gek<strong>en</strong>merkt door e<strong>en</strong> aane<strong>en</strong>rijging van<br />

kleinere <strong>en</strong> grotere stimuleringsmaatregel<strong>en</strong>, van steeds <strong>en</strong>kele jar<strong>en</strong>. Ruim<br />

ti<strong>en</strong> <strong>jaar</strong> terug heette die maatregel BSI (Breedtesportimpuls), later werd<br />

dat BOS, dat op zijn beurt werd opgevolgd door het Meedo<strong>en</strong>-programma,<br />

door de Combinatiefunctionariss<strong>en</strong>regeling <strong>en</strong> thans de Sportimpuls/<br />

buurtsportcoaches. Waar BSI <strong>en</strong> BOS zich vooral richtt<strong>en</strong> op lokale overhed<strong>en</strong>,<br />

war<strong>en</strong> het in het Meedo<strong>en</strong>-programma neg<strong>en</strong> bond<strong>en</strong> die e<strong>en</strong> impuls<br />

onderging<strong>en</strong>. In de Sportimpuls zijn het de sportaanbieders zelf (ver<strong>en</strong>iging<strong>en</strong>,<br />

exploitant<strong>en</strong>) die middel<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> aanvrag<strong>en</strong>. De ‘Combi-fies’ regeling<br />

<strong>en</strong> de buurtsportcoaches zijn vooral gericht op de creatie van intermediaire<br />

functies die lokaal e<strong>en</strong> stimulans moet<strong>en</strong> gev<strong>en</strong> aan sam<strong>en</strong>werkingsverband<strong>en</strong><br />

tuss<strong>en</strong> sport, onderwijs, welzijn <strong>en</strong> geme<strong>en</strong>te (zie ook hoofdstuk 2).<br />

Welke van die maatregel<strong>en</strong> nu het meest effectief is geblek<strong>en</strong>, is lastig<br />

aan te gev<strong>en</strong>. De cijfers pleit<strong>en</strong> voor de vroegste programma’s. In die periode<br />

immers steeg de sportdeelname het meest. Ev<strong>en</strong>goed speelt hier e<strong>en</strong> andere<br />

factor in mee. Bijvoorbeeld de economie die to<strong>en</strong> nog bloeide, of het feit dat<br />

de social media nog niet zozeer opgeld hadd<strong>en</strong> gedaan, <strong>en</strong> tijd <strong>en</strong> aandacht<br />

wegsnoept<strong>en</strong> van toch al drukbezette consum<strong>en</strong>t<strong>en</strong>.<br />

Van het Meedo<strong>en</strong>-programma kan met <strong>en</strong>ige zekerheid gesteld word<strong>en</strong><br />

dat het heeft bijgedrag<strong>en</strong> aan het zelfbewustzijn van zowel meewerk<strong>en</strong>de<br />

bond<strong>en</strong> als ver<strong>en</strong>iging<strong>en</strong>, aan de sam<strong>en</strong>werking tuss<strong>en</strong> bond<strong>en</strong>, ver<strong>en</strong>iging<strong>en</strong><br />

(<strong>en</strong> geme<strong>en</strong>t<strong>en</strong>), <strong>en</strong> aan e<strong>en</strong> to<strong>en</strong>em<strong>en</strong>de naar-buit<strong>en</strong>-gerichtheid van<br />

Transnational health care and medical tourism: understanding 21st-c<strong>en</strong>tury pati<strong>en</strong>t mobility


ver<strong>en</strong>iging<strong>en</strong> (Hoekman e.a. 2011). Ook project<strong>en</strong> als de ‘Proeftuin<strong>en</strong>’ hebb<strong>en</strong><br />

daaraan bijgedrag<strong>en</strong>, ev<strong>en</strong>als eerdere programma’s rond Ver<strong>en</strong>igingsmanagers<br />

<strong>en</strong> Professionalisering in de Sport (Prins). Ook de zogehet<strong>en</strong><br />

‘sportmarketingplann<strong>en</strong>’ hebb<strong>en</strong> ertoe bijgedrag<strong>en</strong> dat bond<strong>en</strong> <strong>en</strong> ver<strong>en</strong>iging<strong>en</strong>,<br />

schoorvoet<strong>en</strong>d soms, meer marktgericht zijn gaan d<strong>en</strong>k<strong>en</strong> (<strong>en</strong> soms<br />

ook do<strong>en</strong>; Van ’t Verlaat 20<strong>10</strong>).<br />

De meerwaarde van g<strong>en</strong>oemde programma’s is dat er meer grote ver<strong>en</strong>iging<strong>en</strong><br />

zijn gekom<strong>en</strong> die in staat zijn om als gesprekspartner van geme<strong>en</strong>te<br />

<strong>en</strong> onderwijs te funger<strong>en</strong>; dat binn<strong>en</strong> geme<strong>en</strong>t<strong>en</strong> het sport- <strong>en</strong> beweeg<strong>beleid</strong><br />

sterker is geworteld dan ooit; <strong>en</strong> dat ook binn<strong>en</strong> het onderwijs er meer<br />

dan ooit wordt gekek<strong>en</strong> naar de kans<strong>en</strong> van sam<strong>en</strong>werking met de sport (zie<br />

hoofdstuk 2).<br />

Wat dit uiteindelijk heeft betek<strong>en</strong>d in term<strong>en</strong> van sportparticipatie, laat<br />

zich niet goed bepal<strong>en</strong>. De grootste groei in sportparticipatie heeft zich voorgedaan<br />

op plaats<strong>en</strong> waar noch geme<strong>en</strong>t<strong>en</strong>, noch ver<strong>en</strong>iging<strong>en</strong> bijzonder actief<br />

zijn geweest (hardlop<strong>en</strong>, fitness, golf) <strong>en</strong> onder bevolkingsgroep<strong>en</strong> die<br />

weinig op hebb<strong>en</strong> met ver<strong>en</strong>iging<strong>en</strong> of het onderwijs (ouder<strong>en</strong>).<br />

Wie de programma’s de revue laat passer<strong>en</strong>, ontkomt ook niet aan de indruk<br />

dat elk programma vooral op zichzelf staat. De g<strong>en</strong>oemde programma’s<br />

hebb<strong>en</strong> ieder e<strong>en</strong> eig<strong>en</strong> invalshoek, maar k<strong>en</strong>merk<strong>en</strong> zich niet echt door e<strong>en</strong><br />

duidelijke lijn. In welke mate <strong>en</strong> hoe wordt voortgeborduurd op de ervaring<strong>en</strong><br />

uit eerdere programma’s, is nauwelijks zichtbaar in de opzet van de programma’s<br />

zelf, <strong>en</strong> wordt ev<strong>en</strong>min geëxpliciteerd in de programmatekst<strong>en</strong> of<br />

toelichting<strong>en</strong>. De BSI was breed opgezet, waarna de BOS-impuls meer focus<br />

k<strong>en</strong>de (onderwijs, buurt). Die lijn van focus werd doorgetrokk<strong>en</strong> in het Meedo<strong>en</strong>-programma.<br />

Maar in de rec<strong>en</strong>te Sportimpuls lijkt het adagium vooral<br />

te zijn om duiz<strong>en</strong>d bloem<strong>en</strong> te lat<strong>en</strong> bloei<strong>en</strong>. Gevarieerd wordt er ook met de<br />

sturingsfilosofieën <strong>en</strong> verantwoordingsmethodiek<strong>en</strong>. Naarmate de tijd vorderde<br />

lek<strong>en</strong> die losser te word<strong>en</strong>, met minder papierwerk <strong>en</strong> meer plaats voor<br />

vertrouw<strong>en</strong>. De nieuwe Sportimpuls daar<strong>en</strong>teg<strong>en</strong> k<strong>en</strong>t, zoals destijds ook de<br />

BSI, weer e<strong>en</strong> heldere structuur van projectaanvrag<strong>en</strong> <strong>en</strong> -verantwoording<strong>en</strong><br />

(op te stell<strong>en</strong> door voor ver<strong>en</strong>iging<strong>en</strong> dit keer!).<br />

Algem<strong>en</strong>e noemer voor alle programma’s is de stimulering van lokale<br />

sam<strong>en</strong>werking – e<strong>en</strong> lijn die ook in de rec<strong>en</strong>te Sportimpuls wordt doorge-<br />

Preface<br />

Deelname:<br />

de belle epoque van de<br />

sportbeoef<strong>en</strong>ing?<br />

27


28<br />

trokk<strong>en</strong>. Uniformiteit<br />

is er ook in de doelstelling<br />

die m<strong>en</strong> uitstraalt<br />

– naar 75 proc<strong>en</strong>t<br />

sportdeelname, sinds<br />

2008 – <strong>en</strong> in de lijn dat<br />

de sport buit<strong>en</strong> de ver<strong>en</strong>iging<br />

van betek<strong>en</strong>is<br />

wordt geacht. Die lijn,<br />

duidelijk b<strong>en</strong>oemd in<br />

de Sportag<strong>en</strong>da 2016<br />

Clém<strong>en</strong>ce Ross-van Dorp (to<strong>en</strong>malig staatssecretaris van NOC*NSF, mag<br />

van Volksgezondheid, Welzijn <strong>en</strong> Sport) op<strong>en</strong>t het pand<br />

zonder meer e<strong>en</strong> door-<br />

aan de Postelstraat in D<strong>en</strong> Bosch op 25 april 2005.<br />

braak g<strong>en</strong>oemd word<strong>en</strong>.<br />

De sportkoepel die zich ontfermt over heel de sport <strong>en</strong> de ver<strong>en</strong>iging<br />

niet meer heilig verklaart: het is e<strong>en</strong> lijn die ti<strong>en</strong> <strong>jaar</strong> geled<strong>en</strong> ond<strong>en</strong>kbaar<br />

zou zijn geweest. Het is e<strong>en</strong> tek<strong>en</strong> ook van het gegroeide zelfbewustzijn bij<br />

bond<strong>en</strong> <strong>en</strong> ver<strong>en</strong>iging<strong>en</strong> – al valt te bezi<strong>en</strong> hoeveel er van dat zelfbewustzijn<br />

overblijft als de crisis diepe wond<strong>en</strong> slaat in de portemonnee van burgers <strong>en</strong><br />

daarmee in de interesse om contributies te betal<strong>en</strong> voor ver<strong>en</strong>igingslidmaatschapp<strong>en</strong>.<br />

Het Olympisch Plan is de afgelop<strong>en</strong> jar<strong>en</strong> belangrijk geweest om lijn te<br />

br<strong>en</strong>g<strong>en</strong> in de ambities, ook t<strong>en</strong> aanzi<strong>en</strong> van de breedtesport. Van sportkoepel<br />

tot overheid, geme<strong>en</strong>te <strong>en</strong> provincie, naar ‘75 proc<strong>en</strong>t’ is e<strong>en</strong> algeme<strong>en</strong><br />

aanvaarde <strong>en</strong> herk<strong>en</strong>bare doelstelling geword<strong>en</strong>. Veel minder e<strong>en</strong>sgezindheid<br />

is er over hoe we die 75 proc<strong>en</strong>t bereik<strong>en</strong>. Van diverse groots opgezette<br />

voorstudies <strong>en</strong> plann<strong>en</strong> die in de periode 2006-2008 werd<strong>en</strong> opgesteld <strong>en</strong><br />

gepres<strong>en</strong>teerd als onderdeel van het Olympisch Plan 2028, is nadi<strong>en</strong> weinig<br />

meer vernom<strong>en</strong> (Olympisch Vuur 2008; Van d<strong>en</strong> Dool e.a. 2008). Spelers<br />

die daarbij betrokk<strong>en</strong> war<strong>en</strong> kreg<strong>en</strong> andere functies of ging<strong>en</strong> elders aan de<br />

slag, opvolgers war<strong>en</strong> met het materiaal niet bek<strong>en</strong>d of herk<strong>en</strong>d<strong>en</strong> zich er<br />

niet in.<br />

Misschi<strong>en</strong> is het e<strong>en</strong> illusie om te verwacht<strong>en</strong> dat er automatisch voortgang<br />

zit in het sportstimulerings<strong>beleid</strong>. Beleid is m<strong>en</strong>s<strong>en</strong>werk. En waar m<strong>en</strong>-<br />

Transnational health care and medical tourism: understanding 21st-c<strong>en</strong>tury pati<strong>en</strong>t mobility


s<strong>en</strong> werk<strong>en</strong>, word<strong>en</strong> thema’s toegeëig<strong>en</strong>d <strong>en</strong> geïncorporeerd in persoonlijke<br />

ag<strong>en</strong>da’s <strong>en</strong> geschied<strong>en</strong>iss<strong>en</strong>. Die dynamiek wordt nog verhevigd door de<br />

politiek. Zelfs al is de sport niet het meest belad<strong>en</strong> politieke hangijzer, ook<br />

de sport ontkomt niet aan de logica van e<strong>en</strong> verkiezingssysteem <strong>en</strong> politici<br />

die daarin succes will<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> boek<strong>en</strong>. Dat maakt dat het <strong>beleid</strong> elke vier<br />

<strong>jaar</strong> (of korter) opnieuw moet word<strong>en</strong> ‘uitgevond<strong>en</strong>’. Voor grote thema’s als<br />

de gezondheidszorg of het onderwijs is dat minder problematisch dan in de<br />

sport. In de sport is de bewijsvoering voor de effectiviteit van het <strong>beleid</strong> beperkt.<br />

Dat biedt veel vrijheidsgrad<strong>en</strong> om het <strong>beleid</strong> opnieuw vorm te gev<strong>en</strong>.<br />

Het grote voordeel dat de sport in deze heeft, is dat <strong>beleid</strong> er eig<strong>en</strong>lijk niet zoveel<br />

toe doet. Wat de politiek ook doet, de sportdeelname beweegt toch mee<br />

op de golv<strong>en</strong> van de cultuur <strong>en</strong> de economie. Belangrijker dan wat de politiek<br />

doet, is dat de politiek wát doet: dat ze stimuleert, aanjaagt, ondersteunt <strong>en</strong><br />

het belang van sport onderschrijft. En toch bleek ook dat niet g<strong>en</strong>oeg, getuige<br />

het gebrek aan groei in de sportdeelname de afgelop<strong>en</strong> vijf <strong>jaar</strong>.<br />

3.2 Onderzoek<br />

Had de sportdeelname verder kunn<strong>en</strong> blijv<strong>en</strong> groei<strong>en</strong> als er meer in onderzoek<br />

was geïnvesteerd? Voor onderzoekers is het e<strong>en</strong> strel<strong>en</strong>de gedachte,<br />

maar de werkelijkheid ligt complexer. De sociale wet<strong>en</strong>schapp<strong>en</strong> zijn altijd<br />

al sterker geweest in terugkijk<strong>en</strong> dan in voorspell<strong>en</strong>. Sportonderzoek vormt<br />

ge<strong>en</strong> uitzondering op die regel. De modell<strong>en</strong> die wet<strong>en</strong>schappers hanter<strong>en</strong><br />

ter verklaring van de sportdeelname, kom<strong>en</strong> doorgaans niet veel verder dan<br />

<strong>10</strong>-15 proc<strong>en</strong>t ‘verklaarde variantie’. De rest blijft giss<strong>en</strong>.<br />

Betere modell<strong>en</strong> zijn e<strong>en</strong> noodzakelijke eerste stap om te kom<strong>en</strong> tot effectiever<br />

<strong>beleid</strong>. Voorwaarde daarvoor is dan wel dat de k<strong>en</strong>nis die binn<strong>en</strong> de<br />

wet<strong>en</strong>schap wordt geproduceerd, ook ‘landt’ binn<strong>en</strong> het <strong>beleid</strong>. Ook daar ligt<br />

nog wel e<strong>en</strong> opgave, zo kwam naar vor<strong>en</strong> in de K<strong>en</strong>nisag<strong>en</strong>da Sport (Breedveld<br />

e.a. 20<strong>10</strong>). Onderzoekers <strong>en</strong> <strong>beleid</strong>smakers sprek<strong>en</strong> niet dezelfde taal.<br />

Het vergt tijd, geduld <strong>en</strong> <strong>en</strong>ergie om dat gat te dicht<strong>en</strong>. Maar zelfs de beste<br />

k<strong>en</strong>nis van de wereld vormt nog ge<strong>en</strong> garantie dat we daarmee ‘de 75%’ gaan<br />

hal<strong>en</strong>. Daartoe ontbeert het sport<strong>beleid</strong> niet alle<strong>en</strong> de noodzakelijke k<strong>en</strong>nis,<br />

maar vooral ook de b<strong>en</strong>odigde middel<strong>en</strong> (Breedveld e.a. 2011).<br />

Preface<br />

Deelname:<br />

de belle epoque van de<br />

sportbeoef<strong>en</strong>ing?<br />

29


30<br />

Terugkijk<strong>en</strong>d (!) kunn<strong>en</strong> de afgelop<strong>en</strong> ti<strong>en</strong> <strong>jaar</strong> gerust als ‘belle epoque’<br />

van het sportdeelname-onderzoek word<strong>en</strong> betiteld. Aan de aanvang van die<br />

periode ligt er e<strong>en</strong> mooie richtlijn (RSO, Richtlijn Sportdeelname Onderzoek)<br />

<strong>en</strong> e<strong>en</strong> fraaie datareeks (de serie AVO-onderzoek<strong>en</strong> van het SCP). Het<br />

SCP gebruikt die reeks gegev<strong>en</strong>s, die teruggaan tot 1979, als rugg<strong>en</strong>graat<br />

voor e<strong>en</strong> fraaie reeks Rapportages Sport. De vier edities die daarvan uitkom<strong>en</strong><br />

– in 2003, 2006, 2008 <strong>en</strong> 20<strong>10</strong> – vestig<strong>en</strong> de aandacht op de sport<br />

<strong>en</strong> het <strong>sportonderzoek</strong> <strong>en</strong> bied<strong>en</strong> geleg<strong>en</strong>heid voor <strong>sportonderzoek</strong>ers om<br />

elkaar te ontmoet<strong>en</strong>. Het onderzoek naar de sportdeelname maakt daar<br />

e<strong>en</strong> belangrijk deel van uit. Andere institut<strong>en</strong> bouw<strong>en</strong> tegelijkertijd andere<br />

monitors op – TNO <strong>en</strong> Veiligheid.NL met Obin, het Mulier Instituut <strong>en</strong><br />

NOC*NSF invester<strong>en</strong> in Ver<strong>en</strong>igings- <strong>en</strong> Sportersmonitor<strong>en</strong>. Zeld<strong>en</strong> war<strong>en</strong><br />

er zoveel cijfers over sportdeelname beschikbaar.<br />

In die ti<strong>en</strong> <strong>jaar</strong> roept die rijkheid aan cijfermateriaal ook nieuwe vrag<strong>en</strong> op.<br />

Het uitschrijv<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> richtlijn blijkt in de praktijk nog ge<strong>en</strong> garantie voor<br />

echt vergelijkbare uitkomst<strong>en</strong> (Hoekman <strong>en</strong> Van d<strong>en</strong> Dool 2009). De sportdeelname<br />

blijkt sterk beïnvloed te word<strong>en</strong> door kleine aanpassing<strong>en</strong> in vraagstelling<strong>en</strong><br />

(Breedveld <strong>en</strong> Tiess<strong>en</strong>-Raaphorst 2009). Gekoppeld aan de relatief<br />

beperkte invloed die het <strong>beleid</strong> kan uitoef<strong>en</strong><strong>en</strong>, betek<strong>en</strong>t dit dat de foutmarges<br />

in de onderzoek<strong>en</strong> al snel de <strong>beleid</strong>smatige marges overtreff<strong>en</strong>. Relaties legg<strong>en</strong><br />

tuss<strong>en</strong> input, throughput <strong>en</strong> output <strong>en</strong> outcome blijkt in de praktijk niet zo e<strong>en</strong>voudig.<br />

Wellicht ook hierom zi<strong>en</strong> we dat het <strong>beleid</strong> rec<strong>en</strong>t weer afstand lijkt te<br />

nem<strong>en</strong> van het b<strong>en</strong>oem<strong>en</strong> van kwantitatieve doelstelling<strong>en</strong>.<br />

De wereld zelf is ondertuss<strong>en</strong> complexer geword<strong>en</strong>. De verbreding van<br />

sport naar sport <strong>en</strong> beweg<strong>en</strong> doet nieuwe vrag<strong>en</strong> rijz<strong>en</strong> naar definities <strong>en</strong><br />

afbak<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>. Met speels gemak legt de gezondheidswereld zijn normering<strong>en</strong><br />

op aan het sportveld (de squash bijvoorbeeld). De sport moet daarin bevecht<strong>en</strong><br />

wat voor de sport van belang is (lidmaatschap van clubs, deelname<br />

aan competities, sporttak specifieke informatie). Zuur voor de sport is dat ze<br />

niet bij machte is om de databases die ze zelf heeft opgebouwd, zoals de befaamde<br />

reeks AVO-onderzoek<strong>en</strong>, te continuer<strong>en</strong>. Daarmee maakt de sport<br />

zich afhankelijk van kwalitatief minder onderzoek, of van onderzoek dat ook<br />

mede andere doel<strong>en</strong> moet di<strong>en</strong><strong>en</strong> – met alle bijbehor<strong>en</strong>de verwatering<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

aderlating<strong>en</strong> tot gevolg.<br />

Transnational health care and medical tourism: understanding 21st-c<strong>en</strong>tury pati<strong>en</strong>t mobility


Preface<br />

E<strong>en</strong> andere uitdaging die het sportdeelname-onderzoek wacht, is om na<br />

alle mooie tijdreeks<strong>en</strong> <strong>en</strong> monitorgegev<strong>en</strong>s ook meer verdiep<strong>en</strong>d onderzoek<br />

uit te voer<strong>en</strong> naar de achtergrond<strong>en</strong> van (niet-)sportdeelname. Periodiek zijn<br />

hierover in g<strong>en</strong>oemde periode <strong>en</strong>kele belangwekk<strong>en</strong>de werk<strong>en</strong> versch<strong>en</strong><strong>en</strong>:<br />

de proefschrift<strong>en</strong> van Elling (2002) <strong>en</strong> Van der Meul<strong>en</strong> (2007) bijvoorbeeld,<br />

alsmede het capitaselecta werk van Elling <strong>en</strong> Kemper (20<strong>10</strong>). Veel van dat<br />

werk kwam tot stand op basis van of in het verl<strong>en</strong>gde van de meerjar<strong>en</strong>onderzoeksprogramma’s<br />

van het Mulier Instituut. Ook vanuit de Rapportage<br />

Sport-reeks kwam impuls<strong>en</strong> voor inzicht in determinant<strong>en</strong> van sportdeelname<br />

(zie De Haan <strong>en</strong> Breedveld 2000, Breedveld 2003, Breedveld 2006,<br />

Tiess<strong>en</strong>-Raaphorst e.a. 20<strong>10</strong>).<br />

Op basis van die werk<strong>en</strong> wet<strong>en</strong> we vrij goed wat bepal<strong>en</strong>d is voor de vraag<br />

of iemand aan sport doet. Belangrijkste hierin is het opbouw<strong>en</strong> van e<strong>en</strong><br />

‘sporthabitus’, e<strong>en</strong> positieve grondhouding jeg<strong>en</strong>s sport. Wie dat opbouwt<br />

tijd<strong>en</strong>s zijn jeugd, zal ook op latere leeftijd vrijwel zeker aan sport blijv<strong>en</strong><br />

do<strong>en</strong>. Sport<strong>en</strong>de ouders, positieve ervaring<strong>en</strong> tijd<strong>en</strong>s de eig<strong>en</strong> jeugd <strong>en</strong> voldo<strong>en</strong>de<br />

beweegvaardighed<strong>en</strong> zijn daarin doorslaggev<strong>en</strong>d. Goed bewegingsonderwijs<br />

is hierin belangrijk, maar niet zaligmak<strong>en</strong>d.<br />

Daarnaast is de sociale omgeving van groot belang. Zijn er adequate voorzi<strong>en</strong>ing<strong>en</strong><br />

in de buurt, wat do<strong>en</strong> belangrijke ander<strong>en</strong>? Hoger opgeleid<strong>en</strong> verker<strong>en</strong><br />

in kring<strong>en</strong> waar meer m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> aan sport do<strong>en</strong>, <strong>en</strong> zuig<strong>en</strong> elkaar daarin<br />

mee. Bij lager opgeleid<strong>en</strong> spel<strong>en</strong> soms andere prioriteit<strong>en</strong> <strong>en</strong> andere zorg<strong>en</strong>,<br />

<strong>en</strong> versterk<strong>en</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> elkaar in het mak<strong>en</strong> van andere keuzes (televisie kijk<strong>en</strong>,<br />

bijvoorbeeld). Verder is van belang of het aanbod wel aanspreekt. Tref<br />

ik er de m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> met wie ik graag wil omgaan, kan ik er de ding<strong>en</strong> do<strong>en</strong> die ik<br />

wil? Veel sportver<strong>en</strong>iging<strong>en</strong> adem<strong>en</strong> e<strong>en</strong> naar binn<strong>en</strong> gerichte cultuur. Het is<br />

de plaats waar led<strong>en</strong> elkaar al jar<strong>en</strong>lang treff<strong>en</strong> <strong>en</strong> onderling ding<strong>en</strong> regel<strong>en</strong>.<br />

Voor buit<strong>en</strong>staanders (zoals etnische minderhed<strong>en</strong>) is dat niet altijd uitnodig<strong>en</strong>d<br />

om bij aan te sluit<strong>en</strong>. Het competitieve elem<strong>en</strong>t trekt aan, maar stoot<br />

ook af. En twee her<strong>en</strong> di<strong>en</strong><strong>en</strong>, dat gaat in de praktijk niet.<br />

Wat te vaak verget<strong>en</strong> wordt, is dat m<strong>en</strong> sport ook gemakkelijk laat. Sport<br />

is vermoei<strong>en</strong>d <strong>en</strong> vergt inspanning, zak<strong>en</strong> waar m<strong>en</strong> wel de <strong>en</strong>ergie voor moet<br />

hebb<strong>en</strong>, zeker als daar zoveel andere, prettige <strong>en</strong> comfortabele alternatieve<br />

tijdsbesteding<strong>en</strong> teg<strong>en</strong>over staan. Ge<strong>en</strong> tijd, kans op blessures, of e<strong>en</strong> slechte<br />

Deelname:<br />

de belle epoque van de<br />

sportbeoef<strong>en</strong>ing?<br />

31


32<br />

gezondheid, zijn gemakkelijk gegev<strong>en</strong> excuses. Er zijn beduid<strong>en</strong>d meer m<strong>en</strong>s<strong>en</strong><br />

die sport ooit leuk hebb<strong>en</strong> gevond<strong>en</strong>, dan dat er m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> aan sport do<strong>en</strong>. 4<br />

Dat betek<strong>en</strong>t dat er kans<strong>en</strong> ligg<strong>en</strong> om iets van dat <strong>en</strong>thousiasme weer aan<br />

te wakker<strong>en</strong>. Het sportaanbod zou daar actief op moet<strong>en</strong> inspring<strong>en</strong>, maar<br />

blijkt met uitzondering van de fitnessindustrie daar niet of nauwelijks voor<br />

geëquipeerd. Sport is voor veel m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> allesbehalve top of mind. Er zijn zat<br />

concurr<strong>en</strong>t<strong>en</strong> die veel beh<strong>en</strong>diger de aandacht opeis<strong>en</strong> van de drukbezette<br />

consum<strong>en</strong>t (zoals iPhones, social media, werk <strong>en</strong> winkel<strong>en</strong>). De belangrijkste<br />

red<strong>en</strong> waarom m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> niet aan sport do<strong>en</strong>, is omdat we niet goed in staat<br />

zijn om ze uit te nodig<strong>en</strong> om te kom<strong>en</strong> sport<strong>en</strong> (<strong>en</strong> te blijv<strong>en</strong> sport<strong>en</strong>).<br />

E<strong>en</strong> quick fix om de sportdeelname te beïnvloed<strong>en</strong> is er niet. Het zal altijd<br />

e<strong>en</strong> sam<strong>en</strong>spel van factor<strong>en</strong> <strong>en</strong> sam<strong>en</strong>werk<strong>en</strong>de organisaties zijn, dat ertoe<br />

leidt dat m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> geprikkeld word<strong>en</strong> om actief te word<strong>en</strong> <strong>en</strong> te blijv<strong>en</strong>. Veel<br />

factor<strong>en</strong> die van invloed zijn op de sportdeelname, zijn voor de sport ook niet<br />

gemakkelijk te beïnvloed<strong>en</strong> (zoals de cultuur, de politiek, de stand van de<br />

economie, de fysieke gesteldheid van burgers, het werkzame bestaan, zelfs<br />

niet het bewegingsonderwijs).<br />

Er is de laatste jar<strong>en</strong> veel <strong>en</strong> goed sportdeelname-onderzoek gedaan. Wat<br />

nog mist, is om de inzicht<strong>en</strong> die her <strong>en</strong> der zijn <strong>en</strong> word<strong>en</strong> opgebouwd, om<br />

te zett<strong>en</strong> tot e<strong>en</strong> meer omvatt<strong>en</strong>d model (vgl. Elling <strong>en</strong> Kemper 2011). Of om<br />

echt met goed onderzoek aan te ton<strong>en</strong> welk (lokaal, internationaal) <strong>beleid</strong> nu<br />

waarom succesvol is geblek<strong>en</strong>. Hier speelt ook mee dat het het <strong>sportonderzoek</strong><br />

nog weinig gelukt is om door te dring<strong>en</strong> tot de meer mainstream sociale<br />

wet<strong>en</strong>schapp<strong>en</strong>. Sport blijft het domein van e<strong>en</strong> select groepje geïnteresseerd<strong>en</strong>.<br />

Weliswaar is er in to<strong>en</strong>em<strong>en</strong>de mate belangstelling voor dit exotische<br />

onderzoeksveld, maar tot substantiële investering<strong>en</strong> in tijd <strong>en</strong> moeite heeft<br />

dit niet geleid. Ook voor de wet<strong>en</strong>schap blijft de sport vooralsnog de belangrijkste<br />

bijzaak in het lev<strong>en</strong>.<br />

3.3 Ag<strong>en</strong>da<br />

De afgelop<strong>en</strong> ti<strong>en</strong> <strong>jaar</strong> heeft de sport zich in e<strong>en</strong> to<strong>en</strong>em<strong>en</strong>de belangstelling<br />

mog<strong>en</strong> koester<strong>en</strong>. Mede als gevolg daarvan is de sportdeelname gesteg<strong>en</strong>.<br />

Vooral ouder<strong>en</strong> zijn meer gaan sport<strong>en</strong>. Tegelijk zijn de verschill<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong><br />

bijvoorbeeld m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> met hogere <strong>en</strong> lagere opleidingsniveaus niet veel klei-<br />

Transnational health care and medical tourism: understanding 21st-c<strong>en</strong>tury pati<strong>en</strong>t mobility


ner geword<strong>en</strong>, is de sportdeelname<br />

de laatste jar<strong>en</strong><br />

ook niet verder gegroeid <strong>en</strong><br />

verliez<strong>en</strong> sportver<strong>en</strong>iging<strong>en</strong><br />

marktterrein.<br />

In hoeverre het sport-<br />

Het eerste Mulierdebat: ‘De versporting van de<br />

<strong>beleid</strong> hierin e<strong>en</strong> rol van sam<strong>en</strong>leving’ op 27 maart 2003, met geheel rechts<br />

betek<strong>en</strong>is heeft gespeeld, Ko<strong>en</strong> Breedveld <strong>en</strong> daarnaast Hugo van der Poel.<br />

valt op basis van de beschikbare<br />

gegev<strong>en</strong>s niet vast te stell<strong>en</strong>. Geconstateerd kan word<strong>en</strong> dat het<br />

<strong>beleid</strong> door e<strong>en</strong> aane<strong>en</strong>rijging van stimuleringsmaatregel<strong>en</strong> impuls<strong>en</strong> heeft<br />

gegev<strong>en</strong> aan de lokale sam<strong>en</strong>werking <strong>en</strong> inbedding van de sport. Mede daardoor<br />

zijn sport, onderwijs <strong>en</strong> welzijn elkaar beter gaan vind<strong>en</strong>, <strong>en</strong> is het voor<br />

geme<strong>en</strong>t<strong>en</strong> gemakkelijker geweest om zich uit te sprek<strong>en</strong> voor het lokale<br />

sport<strong>beleid</strong>. Tegelijk kan word<strong>en</strong> geconstateerd dat de winst in de sportdeelname<br />

zich vooral heeft voorgedaan op vlakk<strong>en</strong> waar de overheid zich weinig<br />

mee bemoeit, zoals ouder<strong>en</strong> <strong>en</strong> de commerciële sport.<br />

Het sportdeelname-onderzoek heeft zich de afgelop<strong>en</strong> ti<strong>en</strong> <strong>jaar</strong> sterk ontwikkeld.<br />

Er zijn mooie richtlijn<strong>en</strong> <strong>en</strong> datareeks<strong>en</strong> opgebouwd, <strong>en</strong> e<strong>en</strong> groei<strong>en</strong>d<br />

aantal institut<strong>en</strong> bekommert zich over dit aandachtsgebied. De aankom<strong>en</strong>de<br />

jar<strong>en</strong> wacht het sportdeelname-onderzoek nieuwe uitdaging<strong>en</strong>: om<br />

bestaande richtlijn<strong>en</strong> door te ontwikkel<strong>en</strong>, om social media toe te pass<strong>en</strong> als<br />

middel om gegev<strong>en</strong>s te verzamel<strong>en</strong> <strong>en</strong> uitkomst<strong>en</strong> te verspreid<strong>en</strong>, om het onderzoek<br />

te verdiep<strong>en</strong> <strong>en</strong> echt zicht te krijg<strong>en</strong> op effectiviteit van <strong>beleid</strong>, <strong>en</strong> om<br />

te kom<strong>en</strong> tot betere kruisbestuiving tuss<strong>en</strong> wet<strong>en</strong>schappelijke disciplines <strong>en</strong><br />

tuss<strong>en</strong> <strong>sportonderzoek</strong> <strong>en</strong> main stream wet<strong>en</strong>schapsbeoef<strong>en</strong>ing. Voorwaar<br />

e<strong>en</strong> ag<strong>en</strong>da om de onderzoeksvingers bij af te likk<strong>en</strong>!<br />

Afgaand op het regeerakkoord zal de kom<strong>en</strong>de tijd echter niet de gemakkelijkste<br />

tijd word<strong>en</strong>, voor burgers niet <strong>en</strong> ev<strong>en</strong>min voor overhed<strong>en</strong> of voor<br />

maatschappelijke organisaties. In die context zal het niet gemakkelijk blijk<strong>en</strong><br />

om sport hoog op de ag<strong>en</strong>da te houd<strong>en</strong>. Als er e<strong>en</strong> onwrikbare uitkomst is uit<br />

het sportdeelname-onderzoek, dan is het wel dat sport makkelijk te lat<strong>en</strong> is.<br />

Sport<strong>beleid</strong>smakers <strong>en</strong> -onderzoekers hebb<strong>en</strong> er baat bij om dat niet te lat<strong>en</strong><br />

gebeur<strong>en</strong>.<br />

Preface<br />

Deelname:<br />

de belle epoque van de<br />

sportbeoef<strong>en</strong>ing?<br />

33


34<br />

Hoofdstuk 4<br />

Maatschappelijke betek<strong>en</strong>iss<strong>en</strong><br />

van sport: van ‘grote verhal<strong>en</strong>’ naar<br />

contextspecifieke betek<strong>en</strong>iss<strong>en</strong><br />

Zoals b<strong>en</strong>oemd in de vorige hoofdstukk<strong>en</strong>, heeft gedur<strong>en</strong>de het ti<strong>en</strong>jarig<br />

bestaan van het Mulier Instituut e<strong>en</strong> verdere vermaatschappelijking van<br />

de sport plaatsgevond<strong>en</strong>. Deze verschuiving richting e<strong>en</strong> meer functionalistische<br />

b<strong>en</strong>adering van sportdeelname, van doel naar middel, was reeds<br />

ingezet aan het eind van de vorige eeuw (Tamboer <strong>en</strong> Ste<strong>en</strong>berg<strong>en</strong> 2000).<br />

Vooral onder <strong>beleid</strong>smakers is e<strong>en</strong> ‘sport als middel’-b<strong>en</strong>adering steeds<br />

gangbaarder geword<strong>en</strong>, <strong>en</strong> daarmee ook binn<strong>en</strong> het sociaal wet<strong>en</strong>schappelijke<br />

<strong>sportonderzoek</strong> <strong>en</strong> onder sportparticipant<strong>en</strong>. Dit is bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> ge<strong>en</strong><br />

typisch Nederlandse ontwikkeling. De inzet van sport voor maatschappelijke<br />

doeleind<strong>en</strong> is internationaal herk<strong>en</strong>baar in westerse <strong>en</strong> niet-westerse<br />

land<strong>en</strong> (Coalter 2007; Coakley 2011; United Nations 2003).<br />

Zeker de laatste jar<strong>en</strong> bestaat er e<strong>en</strong> grote behoefte ‘in het veld’ aan wet<strong>en</strong>schappelijke<br />

validering van de overtuiging dat sport ‘goed’ is, zowel<br />

voor het individu, als voor de sam<strong>en</strong>leving als geheel. Niet alle<strong>en</strong> voor de<br />

breedtesport groeide de noodzaak onder <strong>beleid</strong>smakers voor het in kaart<br />

br<strong>en</strong>g<strong>en</strong> van het ‘nut’ van sport, ook de topsport wordt in to<strong>en</strong>em<strong>en</strong>de<br />

mate belangrijke maatschappelijke waard<strong>en</strong> toegedicht. De nationale overheid<br />

liet in 1996 reeds de maatschappelijke betek<strong>en</strong>is van sport onderzoek<strong>en</strong><br />

(Van Bott<strong>en</strong>burg <strong>en</strong> Schuyt 1996). Onlangs volgde e<strong>en</strong> overzicht van<br />

de maatschappelijke betek<strong>en</strong>is van topsport (Van Bott<strong>en</strong>burg e.a. 2012a).<br />

Naast landelijke <strong>en</strong> lokale overhed<strong>en</strong> ging<strong>en</strong> ook sportbond<strong>en</strong> (Elling <strong>en</strong><br />

Wisse 20<strong>10</strong>; Elling e.a. 2012) <strong>en</strong> publiek-private initiatiev<strong>en</strong> (Boonstra <strong>en</strong><br />

Herm<strong>en</strong>s 2011) op zoek naar wet<strong>en</strong>schappelijk bewijs voor de positieve<br />

effect<strong>en</strong> van sportdeelname. In deze paragraaf staan we stil bij de ontwikkeling<br />

van het sociaalwet<strong>en</strong>schappelijke <strong>sportonderzoek</strong> op het gebied van<br />

de betek<strong>en</strong>is <strong>en</strong> waard<strong>en</strong> van (top)sport. We richt<strong>en</strong> ons daarbij met e<strong>en</strong><br />

Transnational health care and medical tourism: understanding 21st-c<strong>en</strong>tury pati<strong>en</strong>t mobility


korte aanloop vooral op de afgelop<strong>en</strong> ti<strong>en</strong> <strong>jaar</strong> <strong>en</strong> kijk<strong>en</strong> tev<strong>en</strong>s vooruit<br />

naar onderzoeksuitdaging<strong>en</strong> voor de toekomst.<br />

4.1 Naar e<strong>en</strong> hoogconjunctuur van sport als middel<br />

Met zijn studie naar de ‘versporting van de sam<strong>en</strong>leving’ stelde Bart Crum<br />

(1991) twee dec<strong>en</strong>nia geled<strong>en</strong> vast dat sport was opgeschov<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> min<br />

of meer marginaal cultureel verschijnsel, naar e<strong>en</strong> maatschappelijk belangrijk<br />

f<strong>en</strong>ome<strong>en</strong>. Deze vaststelling kreeg e<strong>en</strong> meer populaire draai in de rapportage<br />

‘Sport als bron van inspiratie voor de sam<strong>en</strong>leving’ (NOC*NSF/<br />

Kearney). In hun bredere literatuurstudie steld<strong>en</strong> Maart<strong>en</strong> van Bott<strong>en</strong>burg<br />

<strong>en</strong> Kees Schuyt (1996) echter dat de maatschappelijke betek<strong>en</strong>is van (top)<br />

sport veelal tweezijdig is, <strong>en</strong> zowel e<strong>en</strong> positieve (binding) als negatieve lading<br />

(uitsluiting) kan hebb<strong>en</strong>. Knoppers uit zich nog stelliger als ze stelt dat<br />

sport steeds meer gezi<strong>en</strong> wordt als (wonder)middel om grote maatschappelijke<br />

problem<strong>en</strong> (sociale cohesie, overgewicht, sociale ongelijkheid) aan<br />

te pakk<strong>en</strong>, zonder dat hiervoor overtuig<strong>en</strong>d empirisch bewijs is (Knoppers<br />

2000, 2006). Het omvangrijke oeuvre van de (internationale) sportsociologie<br />

b<strong>en</strong>oemt <strong>en</strong> analyseert eig<strong>en</strong>lijk vooral de schaduwzijd<strong>en</strong> van (top)sport,<br />

zoals reproductie van sociale ongelijkheid <strong>en</strong> doping (bijvoorbeeld Coakley<br />

<strong>en</strong> Pike 2009).<br />

Niettemin wordt het ‘kapitaal van de sport’ steeds nadrukkelijker erk<strong>en</strong>d,<br />

zo stelt Maart<strong>en</strong> van Bott<strong>en</strong>burg in zijn oratie in 2006. Vooral onder<br />

ervaringsdeskundige (ver<strong>en</strong>igings)sporters <strong>en</strong> vrijwilligers heerst e<strong>en</strong> sterke<br />

overtuiging van de ‘alledaagse kracht van sport’, dat sport er toe doet (Verweel<br />

2007; Verweel <strong>en</strong> Wolterbeek 2011). Ook de Nederlandse bevolking<br />

lijkt de meerwaarde van sport voor onder meer opvoeding <strong>en</strong> sociale cohesie<br />

te onderk<strong>en</strong>n<strong>en</strong> (Van d<strong>en</strong> Dool, e.a. 2009), <strong>en</strong> de overheid ‘omarmt’ in to<strong>en</strong>em<strong>en</strong>de<br />

mate de sport gericht op gezondheid, meedo<strong>en</strong> <strong>en</strong> prester<strong>en</strong> (o.a.<br />

VWS 2005, 2008, 2011).<br />

De twee derde van de Nederlandse bevolking die regelmatig sport <strong>en</strong> de<br />

27.000 sportver<strong>en</strong>iging<strong>en</strong> met hun 5 miljo<strong>en</strong> led<strong>en</strong> <strong>en</strong> 1,5 miljo<strong>en</strong> vrijwilligers,<br />

zijn het lev<strong>en</strong>de bewijs dat sport maatschappelijk van betek<strong>en</strong>is is<br />

(bijv. Van Kalmthout e.a. 2009). Dat geldt tev<strong>en</strong>s voor topsport, getuige<br />

de massale wijze waarop topsportev<strong>en</strong>em<strong>en</strong>t<strong>en</strong> via de media <strong>en</strong> ‘langs de<br />

Preface<br />

Maatschappelijke betek<strong>en</strong>iss<strong>en</strong><br />

van sport: van ‘grote<br />

verhal<strong>en</strong>’ naar contextspecifieke<br />

betek<strong>en</strong>iss<strong>en</strong><br />

35


36<br />

lijn’ gevolgd word<strong>en</strong> (Van Bott<strong>en</strong>burg e.a. 2012a). Niet alle<strong>en</strong> EK’s <strong>en</strong> WK’s<br />

voetbal <strong>en</strong> de Olympische Spel<strong>en</strong> trekk<strong>en</strong> e<strong>en</strong> miljo<strong>en</strong><strong>en</strong>publiek, maar ook<br />

schaatskampio<strong>en</strong>schapp<strong>en</strong> <strong>en</strong> de wekelijks eredivisie bind<strong>en</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> aan de<br />

buis. Bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> levert sport veel arbeidsplaats<strong>en</strong> (CBS 2012; Lucass<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

Van der Werf 2006). Maar de betek<strong>en</strong>iss<strong>en</strong> van sport zijn niet voor iedere<strong>en</strong><br />

gelijk <strong>en</strong> zijn bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> niet alle<strong>en</strong> maar positief.<br />

4.2 E<strong>en</strong> breed palet aan persoonlijke betek<strong>en</strong>iss<strong>en</strong><br />

De afgelop<strong>en</strong> ti<strong>en</strong> <strong>jaar</strong> vond e<strong>en</strong> <strong>en</strong>orme productie plaats op het terrein van<br />

sportdeelname-onderzoek gekoppeld aan individuele motiev<strong>en</strong> om al dan<br />

niet deel te nem<strong>en</strong> (zie ook hoofdstuk 3). Op basis van talrijke studies wet<strong>en</strong><br />

we inmiddels meer over de (verander<strong>en</strong>de) betek<strong>en</strong>iss<strong>en</strong> die m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> verl<strong>en</strong><strong>en</strong><br />

aan sport, <strong>en</strong> hoe deze betek<strong>en</strong>iss<strong>en</strong> verschill<strong>en</strong> naar sociale groep<strong>en</strong><br />

<strong>en</strong> sportcontext<strong>en</strong>. Zo verl<strong>en</strong><strong>en</strong> jonger<strong>en</strong> over het algeme<strong>en</strong> e<strong>en</strong> speelser <strong>en</strong><br />

minder instrum<strong>en</strong>tele betek<strong>en</strong>is aan sport dan volwass<strong>en</strong><strong>en</strong> <strong>en</strong> ouder<strong>en</strong>;<br />

voor ouder<strong>en</strong> <strong>en</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> met beperking<strong>en</strong> is juist naast gezondheid vooral<br />

ook sociale betek<strong>en</strong>is van belang <strong>en</strong> voor etnische minderhed<strong>en</strong> staat sportdeelname<br />

vaker in het tek<strong>en</strong> van ‘respect’ dan voor autochtone sporters (Elling<br />

2002, 2007; Elling <strong>en</strong> Kemper 2011; Van d<strong>en</strong> Dool e.a. 2009; Janss<strong>en</strong>s<br />

e.a. 2003; Janss<strong>en</strong>s <strong>en</strong> Frelier 2007; Kemper 20<strong>10</strong>; Van Lindert e.a. 2008,<br />

2009; Verweel <strong>en</strong> Wolterbeek 2011).<br />

Betek<strong>en</strong>iss<strong>en</strong> die m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> aan sport verl<strong>en</strong><strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> verschill<strong>en</strong><br />

in relatie tot takk<strong>en</strong> van sport <strong>en</strong> verschill<strong>en</strong>de sportcontext<strong>en</strong> waarin<br />

sporters actief zijn, zoals ver<strong>en</strong>igingssport, fitnesssport, pleintjessport <strong>en</strong><br />

leefstijlsport<strong>en</strong> (Anthoniss<strong>en</strong> <strong>en</strong> Dortants 2006; Anthoniss<strong>en</strong> <strong>en</strong> Van Sterk<strong>en</strong>burg<br />

2006; Van Bott<strong>en</strong>burg <strong>en</strong> Hover 2009; Breedveld e.a. 2009; Cevaal<br />

<strong>en</strong> Romijn 2011; Hover e.a. 2012; Lucass<strong>en</strong> <strong>en</strong> Wisse 2011). Fitnessers zijn<br />

minder prestatiegericht <strong>en</strong> verl<strong>en</strong><strong>en</strong> over het algeme<strong>en</strong> minder sociale betek<strong>en</strong>is<br />

aan hun deelname vergelek<strong>en</strong> met ver<strong>en</strong>igingssporters. Voor leefstijlsporters<br />

is naast het aspect van ongebond<strong>en</strong>heid of ‘vrijheid’ veelal ook de<br />

expressie van hun id<strong>en</strong>titeit door sport extra van betek<strong>en</strong>is.<br />

Algem<strong>en</strong>e red<strong>en</strong><strong>en</strong> voor (blijv<strong>en</strong>de) deelname zoals gezondheid, plezierbeleving<br />

<strong>en</strong> sociabiliteit word<strong>en</strong> weliswaar door vrijwel alle groep<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

in alle sportcontext<strong>en</strong> g<strong>en</strong>oemd, maar hebb<strong>en</strong> niet voor alle sporters de-<br />

Transnational health care and medical tourism: understanding 21st-c<strong>en</strong>tury pati<strong>en</strong>t mobility


zelfde lading. Prester<strong>en</strong>,<br />

spanning, respect, vrijheid,<br />

afleiding, persoonlijk<br />

groei <strong>en</strong> zelfverdediging<br />

zijn andere (sportspecifieke)<br />

betek<strong>en</strong>iss<strong>en</strong> die<br />

voor sporters belangrijk<br />

kunn<strong>en</strong> zijn in relatie tot<br />

hun sportdeelname. Maar<br />

zoals studies van onder<br />

Atletiekleg<strong>en</strong>de Tommie Smith is aanwezig bij het<br />

meer Anton Anthoniss<strong>en</strong>, Sportfilm <strong>en</strong> –docum<strong>en</strong>tairefestival ‘Sport <strong>en</strong> politiek’<br />

in 2008. Van links naar rechts: Ko<strong>en</strong> Breed-<br />

Inge Claringbould, Agnes<br />

veld, Tommie Smith <strong>en</strong> voormalig directeur Jan<br />

Elling, Jan Janss<strong>en</strong>s, An- Janss<strong>en</strong>s.<br />

nelies Knoppers <strong>en</strong> Paul<br />

Verweel in het afgelop<strong>en</strong> dec<strong>en</strong>nium hebb<strong>en</strong> lat<strong>en</strong> zi<strong>en</strong>, verschill<strong>en</strong> deze betek<strong>en</strong>iss<strong>en</strong><br />

in de waarde die ze hebb<strong>en</strong> voor diverse sociale groep<strong>en</strong> <strong>en</strong> kunn<strong>en</strong><br />

deze bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> verander<strong>en</strong> gedur<strong>en</strong>de de lev<strong>en</strong>sloop.<br />

Niet voor iedere<strong>en</strong> heeft sport bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> louter positieve betek<strong>en</strong>iss<strong>en</strong>,<br />

zelfs niet onder sporters. Waar voorhe<strong>en</strong> alle<strong>en</strong> die m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> aan sport ded<strong>en</strong><br />

die het vooral ook ‘leuk’ vond<strong>en</strong>, is e<strong>en</strong> steeds groter groei<strong>en</strong>de groep actief<br />

omdat ‘het moet’ (o.a. Elling 2007; Elling <strong>en</strong> Kemper 2011; Hover e.a. 2012).<br />

Zij fitness<strong>en</strong> of jogg<strong>en</strong> bov<strong>en</strong>al om ‘iets aan de conditie’ te do<strong>en</strong> of om ‘af te<br />

vall<strong>en</strong>’, <strong>en</strong> niet per se omdat ze plezier belev<strong>en</strong> aan de betreff<strong>en</strong>de sportactiviteit.<br />

Bij ferv<strong>en</strong>te niet-sporters roept sport ook veel negatieve associaties op<br />

(tijdverspilling, hekel aan zwet<strong>en</strong>), bijvoorbeeld vanwege negatieve ervaring<strong>en</strong><br />

in het bewegingsonderwijs, of gewoon omdat ze andere vrijetijdsactiviteit<strong>en</strong><br />

leuker vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> sport niet bij h<strong>en</strong> vind<strong>en</strong> pass<strong>en</strong>.<br />

Dat sportdeelname voor veel m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> e<strong>en</strong> belangrijke persoonlijke betek<strong>en</strong>is<br />

heeft, geeft sport reeds maatschappelijke waarde. Maar wat lever<strong>en</strong> de<br />

individueel b<strong>en</strong>oemde motiev<strong>en</strong> <strong>en</strong> betek<strong>en</strong>iss<strong>en</strong> van de grote groep sporters<br />

de sam<strong>en</strong>leving als geheel verder op?<br />

Preface<br />

Maatschappelijke betek<strong>en</strong>iss<strong>en</strong><br />

van sport: van ‘grote<br />

verhal<strong>en</strong>’ naar contextspecifieke<br />

betek<strong>en</strong>iss<strong>en</strong><br />

37


38<br />

4.3 De betek<strong>en</strong>is van sport voor de sam<strong>en</strong>leving<br />

Het belang dat de overheid hecht aan meedo<strong>en</strong> aan sport, komt vooral voort<br />

uit de aan sport toegeschrev<strong>en</strong> grote maatschappelijke waarde in term<strong>en</strong><br />

van gezondheid, opvoeding, binding <strong>en</strong> integratie (VWS 1996, 2005). Voor<br />

topsport zijn de belangrijkste toegek<strong>en</strong>de waard<strong>en</strong>: inspiratie (om te participer<strong>en</strong>/prester<strong>en</strong>),<br />

nationale id<strong>en</strong>tificatie <strong>en</strong> trots <strong>en</strong> buit<strong>en</strong>lands prestige<br />

(Ministerie van VWS 2008, 2011; Van Bott<strong>en</strong>burg e.a. 2012a, 2012b). Voor<br />

zowel breedte- als topsport geldt ook de economische meerwaarde als belangrijke<br />

legitimatie voor <strong>beleid</strong>sstimulering <strong>en</strong> ondersteuning, op lokaal <strong>en</strong><br />

nationaal niveau.<br />

De laatste jar<strong>en</strong> is vanuit verschill<strong>en</strong>de <strong>beleid</strong>scontact<strong>en</strong> <strong>en</strong> organisaties<br />

de vraag naar de maatschappelijke meeropbr<strong>en</strong>gst<strong>en</strong> van sport steeds explicieter<br />

gesteld. Wat draagt wijksport bij aan de leefbaarheid? Kan sportdeelname<br />

schoolprestaties verbeter<strong>en</strong> <strong>en</strong> schooluitval voorkom<strong>en</strong>? Draagt<br />

sport voor minderheidsgroep<strong>en</strong> <strong>en</strong> lagere sociale statusgroep<strong>en</strong> als etnische<br />

minderhed<strong>en</strong> <strong>en</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> met beperking<strong>en</strong> bij tot emancipatie <strong>en</strong> integratie?<br />

Er is de afgelop<strong>en</strong> ti<strong>en</strong> <strong>jaar</strong> veel onderzoek verricht naar de meeropbr<strong>en</strong>gst<strong>en</strong><br />

van sport voor de sam<strong>en</strong>leving. Hoewel deze studies onteg<strong>en</strong>zeggelijk<br />

meer cijfers <strong>en</strong> inzicht hebb<strong>en</strong> opgeleverd, zijn de uitkomst<strong>en</strong> lang niet altijd<br />

e<strong>en</strong>duidig <strong>en</strong> is er in de meeste gevall<strong>en</strong> ev<strong>en</strong>min sprake van aangetoonde<br />

causale verband<strong>en</strong>. Dat sporters het beter do<strong>en</strong> op school, minder vaak overgewicht<br />

hebb<strong>en</strong>, langer lev<strong>en</strong>, meer vertrouw<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> in de medem<strong>en</strong>s,<br />

minder vaak crimineel zijn <strong>en</strong> gelukkiger dan niet-sporters, betek<strong>en</strong>t nog<br />

niet dat sportdeelname ook de verklar<strong>en</strong>de factor is voor de waarg<strong>en</strong>om<strong>en</strong><br />

verschill<strong>en</strong>. Veel van bov<strong>en</strong>g<strong>en</strong>oemde aspect<strong>en</strong> hang<strong>en</strong> sterk sam<strong>en</strong> de sociaaleconomische<br />

status van m<strong>en</strong>s<strong>en</strong>, waaronder opleidingsniveau. En juist<br />

opleidingsniveau is nog steeds e<strong>en</strong> belangrijke voorspeller van sportdeelname<br />

(zie hoofdstuk 3).<br />

De uitgevoerde studies hebb<strong>en</strong> veel waardevolle informatie opgeleverd<br />

over sam<strong>en</strong>hang<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> sportgedrag <strong>en</strong> het optred<strong>en</strong> van bepaalde maatschappelijk<br />

gew<strong>en</strong>ste k<strong>en</strong>merk<strong>en</strong> of gedraging<strong>en</strong>. We wet<strong>en</strong> echter nog<br />

steeds betrekkelijk weinig over de mate waarin positieve verband<strong>en</strong> met<br />

sportdeelname (meer zelfvertrouw<strong>en</strong>), met de aanwezigheid van sportinfra-<br />

Transnational health care and medical tourism: understanding 21st-c<strong>en</strong>tury pati<strong>en</strong>t mobility


structuur (grotere veiligheid) of het volg<strong>en</strong> van topsport (hogere nationale<br />

trots) daadwerkelijk de ‘verdi<strong>en</strong>ste’ zijn van (top)sport.<br />

Het verrichte onderzoek heeft ons vooral meer inzicht gegev<strong>en</strong> in de<br />

meerduidigheid van sport <strong>en</strong> de complexiteit om optred<strong>en</strong>de positieve verband<strong>en</strong><br />

toe te schrijv<strong>en</strong> aan sportdeelname of topsportsucces. We wet<strong>en</strong><br />

steeds beter dat het niet zo e<strong>en</strong>voudig, zo niet vrijwel onmogelijk is om door<br />

middel van empirisch onderzoek de effectieve invloed van sport vast te stell<strong>en</strong>.<br />

Sport is ge<strong>en</strong> pil, waarvan de werking is vast te stell<strong>en</strong> door op verschill<strong>en</strong>de<br />

mom<strong>en</strong>t<strong>en</strong> in de tijd meting<strong>en</strong> uit te voer<strong>en</strong> <strong>en</strong> deze onder laboratoriumcondities<br />

te vergelijk<strong>en</strong> met e<strong>en</strong> controlegroep. Sport is ingebed in de<br />

lev<strong>en</strong>sloop van m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> <strong>en</strong> vindt altijd in e<strong>en</strong> bepaalde sociale context plaats.<br />

Sportinterv<strong>en</strong>ties staan niet op zichzelf, maar gaan gepaard met andere verandering<strong>en</strong><br />

op persoonlijk niveau <strong>en</strong>/of in de sociale <strong>en</strong> fysieke omgeving.<br />

Wel wijz<strong>en</strong> diverse studies op de belangrijke sleutelrol van pedagogisch<br />

compet<strong>en</strong>te <strong>en</strong> ervar<strong>en</strong> trainers of sportbegeleiders om bredere maatschappelijke<br />

doel<strong>en</strong> te bereik<strong>en</strong> door sportdeelname (zie het proefschrift van Esther<br />

Rutte (2007), <strong>en</strong> verder Elling <strong>en</strong> Wisse 20<strong>10</strong>; Hoekman e.a. 2011).<br />

E<strong>en</strong> overzicht van <strong>en</strong>kele belangrijke thema’s <strong>en</strong> de hiernaar verrichte<br />

studies:<br />

• (Top)sport <strong>en</strong> leerprestaties: sport<strong>en</strong>de jonger<strong>en</strong> do<strong>en</strong> het beter op school<br />

<strong>en</strong> ook topsporttal<strong>en</strong>t<strong>en</strong> prester<strong>en</strong> bov<strong>en</strong>matig goed, ondanks hun hoge<br />

trainingsarbeid, zo laat het Groninger <strong>sportonderzoek</strong> van Chris Visscher<br />

<strong>en</strong> collega zi<strong>en</strong> (o.a. Visscher 2008, Visscher e.a. 2011). Het proefschrift<br />

van Jonker (2011) richt zich daarbij met name op de belangrijke factor<br />

zelfregulering daarbinn<strong>en</strong>. Harde causale effect<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> niettemin niet<br />

word<strong>en</strong> aangetoond (bijvoorbeeld Cevaal & Lucass<strong>en</strong> 2011; Stegeman<br />

2007): selectie-effect<strong>en</strong> op basis van cultureel kapitaal spel<strong>en</strong> e<strong>en</strong> belangrijke<br />

rol in de sportdeelname (hoger opgeleid<strong>en</strong> sport<strong>en</strong> meer <strong>en</strong> lat<strong>en</strong> hun<br />

kinder<strong>en</strong> vaker sport<strong>en</strong>). Bax (2011) laat verschill<strong>en</strong> zi<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> de perceptie<br />

van de Nederlandse bevolking <strong>en</strong> vakdoc<strong>en</strong>t<strong>en</strong> t<strong>en</strong> aanzi<strong>en</strong> van de<br />

maatschappelijke betek<strong>en</strong>iss<strong>en</strong> van het bewegingsonderwijs.<br />

Preface<br />

Maatschappelijke betek<strong>en</strong>iss<strong>en</strong><br />

van sport: van ‘grote<br />

verhal<strong>en</strong>’ naar contextspecifieke<br />

betek<strong>en</strong>iss<strong>en</strong><br />

39


40<br />

• Het aanlegg<strong>en</strong> van laagdrempelige sportfaciliteit<strong>en</strong> (bijv. trapveldjes) in<br />

de wijk, verlaagt de drempels voor sportdeelname voor kinder<strong>en</strong> met culturele<br />

<strong>en</strong> economische barrières (bijvoorbeeld met niet-westerse etnische<br />

achtergrond<strong>en</strong>) <strong>en</strong> kan positief uitwerk<strong>en</strong> op de leefbaarheid (Breedveld<br />

e.a. 2009; Hover <strong>en</strong> Romijn 2011; Vermeul<strong>en</strong> e.a. 20<strong>10</strong>). Maar we wet<strong>en</strong><br />

nog betrekkelijk weinig over in hoeverre de aanleg van sportfaciliteit<strong>en</strong><br />

ook daadwerkelijk problem<strong>en</strong> kan oploss<strong>en</strong> met bijvoorbeeld jeugdcriminaliteit<br />

of bijdraagt tot hogere ervar<strong>en</strong> veiligheid (Van d<strong>en</strong> Heuvel e.a.<br />

2011). Trapveldjes of andere sportfaciliteit<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> de ervar<strong>en</strong> sociale<br />

veiligheid in de buurt vergrot<strong>en</strong>, maar kunn<strong>en</strong> ook leid<strong>en</strong> tot extra ergernis<br />

onder buurtbewoners.<br />

• Op het terrein van etnisch gem<strong>en</strong>gd <strong>en</strong>/of apart sport<strong>en</strong> <strong>en</strong> de bijdrage<br />

tot het vergrot<strong>en</strong> van wederzijds vertrouw<strong>en</strong>, positieve beeldvorming <strong>en</strong><br />

bridging sociaal kapitaal vond e<strong>en</strong> <strong>en</strong>orme onderzoeksproductie plaats,<br />

waaronder diverse promoties (o.a. Boonstra <strong>en</strong> Snel 2005; Elling 2002;<br />

Kemper 20<strong>10</strong>; Van der Meul<strong>en</strong> 2007; Sterk<strong>en</strong>burg 2011; Verweel 2007;<br />

Verweel <strong>en</strong> Wolterbeek 2011). Niettemin bestaat vooralsnog weinig hard<br />

bewijs dat sportdeelname heeft bijgedrag<strong>en</strong> aan de maatschappelijke integratie<br />

van etnische minderhed<strong>en</strong>, of aan het voorkom<strong>en</strong> of oploss<strong>en</strong> van<br />

etnische conflict<strong>en</strong>. Deze kom<strong>en</strong> soms ook juist expliciet <strong>en</strong> uitvergroot<br />

naar vor<strong>en</strong> in de sport of impliciet via de reproductie van stereotype etnische<br />

<strong>en</strong> raciale beeldvorming. Etnische minderhed<strong>en</strong> blijk<strong>en</strong> bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong><br />

sterk onderverteg<strong>en</strong>woordigd op leidinggev<strong>en</strong>de posities in de sport. Het<br />

onderzoek toont echter veel ‘mooie verhal<strong>en</strong>’ over vanzelfsprek<strong>en</strong>de etnische<br />

to<strong>en</strong>adering <strong>en</strong> ‘verbroedering’ in de sport. (Top)sport kan hierin e<strong>en</strong><br />

krachtig instrum<strong>en</strong>t zijn <strong>en</strong> heeft e<strong>en</strong> belangrijke symbolische waarde.<br />

• T<strong>en</strong> aanzi<strong>en</strong> van de emancipatie <strong>en</strong> maatschappelijke integratie van vrouw<strong>en</strong>,<br />

seksuele minderhed<strong>en</strong>, <strong>en</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> met beperking<strong>en</strong>, is het nog lastiger<br />

dan bij etnische minderhed<strong>en</strong> om te lat<strong>en</strong> zi<strong>en</strong> hoe sport hierin positief<br />

van betek<strong>en</strong>is is geweest. Sport wordt soms juist gezi<strong>en</strong> als e<strong>en</strong> sector die<br />

‘achterloopt’, als het gaat om gelijkwaardige deelnamekans<strong>en</strong> <strong>en</strong> positieve<br />

beeldvorming, zoals voor vrouw<strong>en</strong> <strong>en</strong> seksuele minderhed<strong>en</strong> (Claringbould,<br />

2008; Elling e.a.2011). Voor m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> met e<strong>en</strong> beperking geldt dat<br />

bijvoorbeeld Paralympische Spel<strong>en</strong> veel hebb<strong>en</strong> betek<strong>en</strong>d voor deze maat-<br />

Transnational health care and medical tourism: understanding 21st-c<strong>en</strong>tury pati<strong>en</strong>t mobility


schappelijke groep, maar dat er nog e<strong>en</strong> lange weg te gaan lijkt aleer ook<br />

m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> met e<strong>en</strong> beperking in de sport zijn geïntegreerd (Breedveld e.a.<br />

20<strong>10</strong>; Van Lindert e.a. 2008, 2009).<br />

• Ver<strong>en</strong>iging<strong>en</strong> will<strong>en</strong> wel e<strong>en</strong> bredere maatschappelijke rol vervull<strong>en</strong>,<br />

maar miss<strong>en</strong> hiervoor vaak expertise <strong>en</strong> middel<strong>en</strong> (Hoekman e.a. 2011;<br />

Van Kalmthout e.a. 2009). Sport in ver<strong>en</strong>igingsverband heeft socialisatiepot<strong>en</strong>tie<br />

<strong>en</strong> kan bijdrag<strong>en</strong> tot opvoedkundige waard<strong>en</strong>, zoals prosociaal<br />

red<strong>en</strong>er<strong>en</strong> (Rutte 2007). Maar ver<strong>en</strong>igingssport is niet altijd ev<strong>en</strong> inclusief,<br />

zeker niet naar motorisch minder vaardig<strong>en</strong> (Buisman 2002; Claringbould<br />

2011). Bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> komt pest<strong>en</strong>, geweld <strong>en</strong> seksueel misbruik ook<br />

voor in sportver<strong>en</strong>iging<strong>en</strong> (Baar 2012; Van Kalmthout <strong>en</strong> Van der Werff<br />

2011;Lucass<strong>en</strong> <strong>en</strong> Van Kalmthout 2003). Wat betreft de maatschappelijke<br />

meerwaarde van sportver<strong>en</strong>iging<strong>en</strong> op het gebied van sociale activering<br />

van bijvoorbeeld werkloz<strong>en</strong>, m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> met psychische problem<strong>en</strong> of sociaal<br />

geïsoleerde vrouw<strong>en</strong> uit etnische minderheidsgroep<strong>en</strong> zijn vooral meer inv<strong>en</strong>tariser<strong>en</strong>de<br />

studies verricht (Janss<strong>en</strong>s e.a. 2002; Lucass<strong>en</strong> e.a. 2004;<br />

Elling e.a. 20<strong>10</strong>).<br />

• Onderzoek naar de (economische) effect<strong>en</strong> van sport <strong>en</strong> van (topsport)<br />

ev<strong>en</strong>em<strong>en</strong>t<strong>en</strong> heeft e<strong>en</strong> belangrijke impuls gekreg<strong>en</strong> door het Olympisch<br />

Plan. In twee grote studies is de economische waarde van sport nauwgezet<br />

geboekstaafd, <strong>en</strong> becijferd op 1 proc<strong>en</strong>t van de economie <strong>en</strong> 1,5 proc<strong>en</strong>t<br />

van de werkgeleg<strong>en</strong>heid (CBS 2012; PRC 2008). Verder is er veel <strong>en</strong>ergie<br />

uitgegaan naar de maatschappelijke effect<strong>en</strong> van topsportev<strong>en</strong>em<strong>en</strong>t<strong>en</strong><br />

(Van d<strong>en</strong> Berg e.a. 20<strong>10</strong>; Blok e.a. 2011; Hover <strong>en</strong> Old<strong>en</strong>boom 20<strong>10</strong>; Hover<br />

<strong>en</strong> Romijn 2012). Dit blijkt e<strong>en</strong> zeer complexe aangeleg<strong>en</strong>heid, waarbij<br />

onder meer sector/belanghebb<strong>en</strong>de, werkingsgebied <strong>en</strong> -duur kunn<strong>en</strong><br />

word<strong>en</strong> onderscheid<strong>en</strong> <strong>en</strong> de afbak<strong>en</strong>ing van determinant<strong>en</strong> die word<strong>en</strong><br />

meeg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> e<strong>en</strong>voudige zaak is. Uit diverse haalbaarheids- <strong>en</strong> evaluatiestudies<br />

is duidelijk dat de organisatie van topsportev<strong>en</strong>em<strong>en</strong>t<strong>en</strong> niet<br />

zonder meer leidt tot positieve (economische) effect<strong>en</strong>, <strong>en</strong> dat ook andere<br />

vorm<strong>en</strong> van nalat<strong>en</strong>schap (legacy) verre van vanzelfsprek<strong>en</strong>d zijn. De<br />

meeste econom<strong>en</strong> kom<strong>en</strong> tot de slotconclusie dat wereldkampio<strong>en</strong>schapp<strong>en</strong><br />

voetbal of de Olympische Spel<strong>en</strong> niet economisch r<strong>en</strong>der<strong>en</strong>d zijn. Dit<br />

betek<strong>en</strong>t natuurlijk nog niet dat ze ge<strong>en</strong> maatschappelijk effect kunn<strong>en</strong><br />

Preface<br />

Maatschappelijke betek<strong>en</strong>iss<strong>en</strong><br />

van sport: van ‘grote<br />

verhal<strong>en</strong>’ naar contextspecifieke<br />

betek<strong>en</strong>iss<strong>en</strong><br />

41


42<br />

hebb<strong>en</strong>. Dat deze zowel positief (toerist<strong>en</strong>, werkgeleg<strong>en</strong>heid) als negatief<br />

(belastingbetaler, overlast) kunn<strong>en</strong> zijn, erk<strong>en</strong>t ook de Nederlandse burger,<br />

<strong>en</strong> verklaart wellicht waarom de animo voor de organisatie van de<br />

Olympische Spel<strong>en</strong> in 2028 de afgelop<strong>en</strong> jar<strong>en</strong> nog relatief gering was (Elling<br />

<strong>en</strong> Van R<strong>en</strong>s 2012).<br />

• Naast plaatsgebond<strong>en</strong> opbr<strong>en</strong>gst<strong>en</strong>/kost<strong>en</strong> van topsportev<strong>en</strong>em<strong>en</strong>t<strong>en</strong> voor<br />

de sam<strong>en</strong>leving k<strong>en</strong>t topsport ook e<strong>en</strong> bredere maatschappelijke waarde<br />

vanwege de betek<strong>en</strong>is voor tal van toeschouwers ‘langs de lijn’ of via de<br />

media (Van Bott<strong>en</strong>burg e.a. 2012a, 2012b; Van d<strong>en</strong> Heuvel 2003; Van d<strong>en</strong><br />

Heuvel e.a. 20<strong>10</strong>). Topsport is e<strong>en</strong> belangrijke vorm van <strong>en</strong>tertainm<strong>en</strong>t<br />

die jonger<strong>en</strong> <strong>en</strong> volwass<strong>en</strong><strong>en</strong> kan inspirer<strong>en</strong> <strong>en</strong> kan di<strong>en</strong><strong>en</strong> tot lokale, nationale<br />

of groepsspecifieke id<strong>en</strong>tificatie <strong>en</strong> trots, waarbij de negatieve kant<br />

van de medaille onder meer bestaat uit overid<strong>en</strong>tificatie (Van Bott<strong>en</strong>burg<br />

e.a. 2012a). Nederlands longitudinaal trotsonderzoek van 2008-2012 laat<br />

zi<strong>en</strong> dat nationale trots <strong>en</strong> sportieve trots in sterke mate sam<strong>en</strong>hang<strong>en</strong>,<br />

maar ook dat nationale trots stabiel blijft ondanks topsportsucces of -fal<strong>en</strong><br />

(Elling e.a. 2012). E<strong>en</strong> duidelijk effect op de sportdeelname is tot op hed<strong>en</strong><br />

nog nerg<strong>en</strong>s overtuig<strong>en</strong>d aangetoond, wel dat sporters zelf als gevolg van<br />

e<strong>en</strong> succesvol sportev<strong>en</strong>em<strong>en</strong>t besluit<strong>en</strong> om vaker te sport<strong>en</strong> of e<strong>en</strong> andere<br />

sport op te pakk<strong>en</strong> (Van Bott<strong>en</strong>burg e.a. 2012a; Hover <strong>en</strong> Romijn 2012).<br />

4.4 Naar de toekomst<br />

De vermaatschappelijking van de sport <strong>en</strong> de daarmee gepaard gaande<br />

groei<strong>en</strong>de <strong>beleid</strong>smatige aandacht voor sport lijkt voorlopig nog niet t<strong>en</strong><br />

einde. Ook al ligt de hoogste top wellicht achter ons nu het Olympisch Plan<br />

voorlopig is opgeborg<strong>en</strong>. Sam<strong>en</strong> met de voortgaande verandering<strong>en</strong> in de<br />

sam<strong>en</strong>leving <strong>en</strong> de sport, de toeg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> noodzaak voor publieke verantwoording<br />

van overheidsinvestering<strong>en</strong> én het mak<strong>en</strong> van gefundeerde evid<strong>en</strong>ce<br />

based <strong>beleid</strong>skeuzes, zal er ook de kom<strong>en</strong>de jar<strong>en</strong> e<strong>en</strong> grote vraag<br />

blijv<strong>en</strong> naar onderzoek naar de betek<strong>en</strong>is van sport voor Nederland.<br />

We hebb<strong>en</strong> beargum<strong>en</strong>teerd dat het onderzoek naar maatschappelijke<br />

opbr<strong>en</strong>gst<strong>en</strong> van sport op het gebied van opvoedingsvraagstukk<strong>en</strong>, sociale<br />

sam<strong>en</strong>hang <strong>en</strong> economische waarde in de breedte- <strong>en</strong> topsport vooral<br />

heeft aangetoond dat gevond<strong>en</strong> positieve verband<strong>en</strong> nog ge<strong>en</strong> causaliteit<br />

Transnational health care and medical tourism: understanding 21st-c<strong>en</strong>tury pati<strong>en</strong>t mobility


aanton<strong>en</strong> <strong>en</strong> dat de maatschappelijke<br />

betek<strong>en</strong>iss<strong>en</strong><br />

contextueel bepaald zijn.<br />

Dat wil zegg<strong>en</strong> dat de aan<br />

sport toegeschrev<strong>en</strong> waard<strong>en</strong><br />

veelal niet geld<strong>en</strong> voor<br />

‘de’ sport <strong>en</strong> voor alle sociale<br />

groep<strong>en</strong> in de sam<strong>en</strong>le-<br />

Pl<strong>en</strong>air debat tijd<strong>en</strong>s de Dag van het sportving<br />

<strong>en</strong> meestal slechts ononderzoek op 7 oktober 20<strong>10</strong> in Amsterdam.<br />

der bepaalde voorwaard<strong>en</strong> Met v.l.n.r.: Cees Vervoorn, George de Jong,<br />

Clém<strong>en</strong>ce Ross, Nico van Meeter<strong>en</strong>, Paul Ver-<br />

tot stand kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> weel <strong>en</strong> dagvoorzitter Jan Rijpstra.<br />

gebracht. E<strong>en</strong> belangrijke<br />

uitdaging voor sociaalwet<strong>en</strong>schappelijke onderzoekers in de kom<strong>en</strong>de jar<strong>en</strong><br />

is dan ook geleg<strong>en</strong> in het zo gedeg<strong>en</strong> mogelijk vaststell<strong>en</strong> welke verband<strong>en</strong><br />

<strong>en</strong> effect<strong>en</strong> optred<strong>en</strong>, <strong>en</strong> hoe deze mogelijk verander<strong>en</strong> door de tijd. Is het<br />

daadwerkelijk zo dat motorische ontwikkeling ook bijdraagt tot cognitieve<br />

ontwikkeling of trapveldjes aanlegg<strong>en</strong> de buurtcohesie kan vergrot<strong>en</strong> <strong>en</strong> wat<br />

zijn daarbij dan de belangrijkste factor<strong>en</strong> <strong>en</strong> voorwaard<strong>en</strong>? Geld<strong>en</strong> deze voor<br />

alle groep<strong>en</strong> jonger<strong>en</strong> in dezelfde mate <strong>en</strong> hoe kunn<strong>en</strong> we dan zorg<strong>en</strong> dat<br />

deg<strong>en</strong><strong>en</strong> die er het meest baat bij hebb<strong>en</strong>, daar ook optimaal van profiter<strong>en</strong>?<br />

En hoe verander<strong>en</strong> bestaande (effect)relaties onder brede maatschappelijke<br />

ontwikkeling<strong>en</strong> zoals social media?<br />

Voor de toekomst lijkt het ev<strong>en</strong>e<strong>en</strong>s des te meer van belang om de wet<strong>en</strong>schappelijke<br />

integriteit te behoud<strong>en</strong>. Onderzoekers moet<strong>en</strong> zich niet lat<strong>en</strong><br />

verleid<strong>en</strong> door <strong>beleid</strong>smakers of andere opdrachtgevers die vooral bevestigd<br />

will<strong>en</strong> zi<strong>en</strong> dat de beoogde maatschappelijke doel<strong>en</strong> van sportstimuleringsinterv<strong>en</strong>ties<br />

<strong>en</strong> topsport/ev<strong>en</strong>em<strong>en</strong>t<strong>en</strong><strong>beleid</strong> word<strong>en</strong> behaald. Die druk zal<br />

naar verwachting de kom<strong>en</strong>de jar<strong>en</strong> zeker niet afnem<strong>en</strong>. Resultat<strong>en</strong> van sociaalwet<strong>en</strong>schappelijk<br />

onderzoek bevestig<strong>en</strong> veelal bestaande vermoed<strong>en</strong>s<br />

of algem<strong>en</strong>e ervaringsk<strong>en</strong>nis, maar onderzoek kan <strong>en</strong> moet ook bestaande<br />

breed gedeelde ideeën <strong>en</strong> mythes ontmasker<strong>en</strong>.<br />

Uitdaging<strong>en</strong> voor toekomstig maatschappelijk relevant <strong>sportonderzoek</strong><br />

ligg<strong>en</strong> er dan ook volop. Naast de persoonlijke <strong>en</strong> maatschappelijke betek<strong>en</strong>iss<strong>en</strong><br />

van sport nog specifieker <strong>en</strong> g<strong>en</strong>uanceerder in kaart te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

Preface<br />

Maatschappelijke betek<strong>en</strong>iss<strong>en</strong><br />

van sport: van ‘grote<br />

verhal<strong>en</strong>’ naar contextspecifieke<br />

betek<strong>en</strong>iss<strong>en</strong><br />

43


44<br />

te blijv<strong>en</strong> volg<strong>en</strong> (monitor<strong>en</strong>), is meer gedeg<strong>en</strong> verklar<strong>en</strong>d effectonderzoek<br />

w<strong>en</strong>selijk (zie ook de vorige hoofdstukk<strong>en</strong>). Bij voorkeur wel in sam<strong>en</strong>hang<br />

met meer begrijp<strong>en</strong>d onderzoek <strong>en</strong> ook fundam<strong>en</strong>tele sociaalkritische analyses<br />

van het sport<strong>beleid</strong> <strong>en</strong> ontwikkeling<strong>en</strong> in de (top)sport. En naast het<br />

producer<strong>en</strong> van publicaties die nog beter afgestemd zijn op de praktijk, ligt<br />

er voor Nederlandse sociaalwet<strong>en</strong>schappelijke sportwet<strong>en</strong>schappers ook e<strong>en</strong><br />

uitdaging om meer internationaal te publicer<strong>en</strong> in peer reviewed journals.<br />

Sport is van zichzelf te waardevol om de brede maatschappelijke betek<strong>en</strong>is<br />

alle<strong>en</strong> in haar maatschappelijke functionaliteit te beoordel<strong>en</strong> bij het<br />

oploss<strong>en</strong> van sociale problem<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> belangrijke maatschappelijke waarde<br />

van sport is wellicht dat we haar meerwaarde juist niet zo e<strong>en</strong>voudig in harde<br />

cijfers kunn<strong>en</strong> uitdrukk<strong>en</strong>. Dat moet<strong>en</strong> we dan ook niet will<strong>en</strong>.<br />

Transnational health care and medical tourism: understanding 21st-c<strong>en</strong>tury pati<strong>en</strong>t mobility


Preface<br />

Hoofdstuk 5<br />

epiloog<br />

To<strong>en</strong> het Mulier Instituut ti<strong>en</strong> <strong>jaar</strong> geled<strong>en</strong> werd opgericht, k<strong>en</strong>de de sport<br />

nog ge<strong>en</strong> lector<strong>en</strong>, was er ge<strong>en</strong> Sectorplan, ge<strong>en</strong> K<strong>en</strong>nisag<strong>en</strong>da, ge<strong>en</strong> Rapportages<br />

Sport, <strong>en</strong> ge<strong>en</strong> NISSI. Van sport hadd<strong>en</strong> ze bij NWO nog nooit gehoord,<br />

<strong>en</strong> niemand in de sport sprak nog over valorisatie of over interv<strong>en</strong>ties.<br />

In die ti<strong>en</strong> <strong>jaar</strong> is veel in gang gezet, in de sport <strong>en</strong> in het <strong>sportonderzoek</strong>.<br />

Het Mulier Instituut heeft daarop mog<strong>en</strong> meelift<strong>en</strong>, <strong>en</strong> daar zijn bijdrage<br />

aan mog<strong>en</strong> lever<strong>en</strong>. In de vorige hoofdstukk<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> we de ontwikkeling<strong>en</strong><br />

<strong>en</strong> uitdaging<strong>en</strong> in het <strong>beleid</strong>, in de sportdeelname <strong>en</strong> in de betek<strong>en</strong>iss<strong>en</strong><br />

van sport meer in detail de revue lat<strong>en</strong> passer<strong>en</strong>. In deze epiloog verschuiv<strong>en</strong><br />

we de aandacht naar de organisatie van het <strong>sportonderzoek</strong>.<br />

5.1 Verander<strong>en</strong>d k<strong>en</strong>nislandschap<br />

We beginn<strong>en</strong> dan met de constatering dat het k<strong>en</strong>nislandschap sport aanmerkelijk<br />

drukker bevolkt is geraakt. E<strong>en</strong> groei<strong>en</strong>d aantal universiteit<strong>en</strong> wil<br />

zich met sport bezighoud<strong>en</strong>. Dat aantal lijkt, mede onder invloed van het<br />

NWO-programma Sport, eerder te groei<strong>en</strong> dan te slink<strong>en</strong>. Daarnaast zijn de<br />

(sport)hogeschol<strong>en</strong> opgekom<strong>en</strong> als nieuwe spelers, met hun lector<strong>en</strong> <strong>en</strong> bijbehor<strong>en</strong>de<br />

k<strong>en</strong>niskring<strong>en</strong>. Tot slot zijn verschill<strong>en</strong>de ’veldpartij<strong>en</strong>’ (bond<strong>en</strong>,<br />

koepels) zich nadrukkelijker gaan profiler<strong>en</strong> als k<strong>en</strong>nisc<strong>en</strong>trum.<br />

Daarnaast stell<strong>en</strong> we vast dat we steeds minder kunn<strong>en</strong> sprek<strong>en</strong> van e<strong>en</strong><br />

heldere tweedeling in fundam<strong>en</strong>teel <strong>en</strong> toegepast onderzoek. In plaats daarvan<br />

zi<strong>en</strong> we e<strong>en</strong> veelheid van in elkaar overlop<strong>en</strong>de vorm<strong>en</strong> van onderzoek<br />

<strong>en</strong> k<strong>en</strong>nisontwikkeling, verschol<strong>en</strong> achter hed<strong>en</strong>daagse begripp<strong>en</strong> als ‘validering’,<br />

‘valorisatie’, ‘verspreiding’, ‘embedded research’, ‘b<strong>en</strong>chmarking’,<br />

‘monitoring’, ‘<strong>beleid</strong>sevaluatie’, ‘innovatie’ <strong>en</strong> zo meer.<br />

Het in elkaar overlop<strong>en</strong> van deze verschill<strong>en</strong>de onderzoeks- <strong>en</strong> k<strong>en</strong>nisactiviteit<strong>en</strong><br />

maakt de institutionele taakverdeling tuss<strong>en</strong> de hiervoor ge-<br />

Epiloog<br />

45


46<br />

noemde diverse spelers diffuser. Dit proces wordt nog versterkt door e<strong>en</strong><br />

derde ontwikkeling, te wet<strong>en</strong> de steeds sterkere neiging sport in één adem te<br />

noem<strong>en</strong> met iets anders: beweg<strong>en</strong>, gezondheid, ev<strong>en</strong>em<strong>en</strong>t<strong>en</strong>, welzijn. Deze<br />

‘integralisering’ van de sport of versporting van de sam<strong>en</strong>leving (al twintig<br />

<strong>jaar</strong> actueel!) verbindt sport met andere <strong>beleid</strong>sterrein<strong>en</strong>, <strong>en</strong> dus ook met<br />

alle bijbehor<strong>en</strong>de onderzoeks- <strong>en</strong> k<strong>en</strong>nispartij<strong>en</strong>.<br />

De voorlopige culminatie van bov<strong>en</strong>g<strong>en</strong>oemde ontwikkeling<strong>en</strong> is te zi<strong>en</strong><br />

in de totstandkoming van het Sectorplan Sportonderzoek <strong>en</strong> -onderwijs<br />

2011-2016 (Van Veldhov<strong>en</strong> <strong>en</strong> Van Vucht Tijss<strong>en</strong> 2011) <strong>en</strong> in het verl<strong>en</strong>gde<br />

daarvan het NWO-programma Sport. Met het Sectorplan wordt beoogd het<br />

onderwijs <strong>en</strong> onderzoek in Nederland op ‘olympisch niveau’ te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong> –<br />

het is (was?) de p<strong>en</strong>dant van het Olympisch Plan op het gebied van hoger<br />

onderwijs <strong>en</strong> onderzoek. Dat betek<strong>en</strong>t allereerst dat de universiteit<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

hogeschol<strong>en</strong>, hoeders van de eerste geldstroom die rechtstreeks van het Ministerie<br />

van OCW komt, e<strong>en</strong> deel van die middel<strong>en</strong> moet<strong>en</strong> gaan richt<strong>en</strong><br />

op sportonderwijs <strong>en</strong> -onderzoek. Veelbelov<strong>en</strong>de rec<strong>en</strong>te signal<strong>en</strong> zijn de<br />

oprichting van lokale institut<strong>en</strong> of netwerk<strong>en</strong> zoals het Sport Sci<strong>en</strong>ce Institute<br />

Groning<strong>en</strong> <strong>en</strong> Sport & Society in Utrecht. In beide gevall<strong>en</strong> bundel<strong>en</strong><br />

de lokale hogeschool <strong>en</strong> universiteit hun kracht<strong>en</strong> op het gebied van sport,<br />

onderzoek <strong>en</strong> onderwijs. Soortgelijke ontwikkeling<strong>en</strong> vond<strong>en</strong> <strong>en</strong> vind<strong>en</strong> ook<br />

elders plaats, zoals in Amsterdam <strong>en</strong> in Eindhov<strong>en</strong>, waar de Fontys Sporthogeschool<br />

haar sportopleiding<strong>en</strong> heeft geconc<strong>en</strong>treerd in e<strong>en</strong> nieuw gebouw<br />

midd<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> gebied met diverse (top)sportvoorzi<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>.<br />

Daarnaast is het voor de realisatie van de Sectorplan-ambities uiteraard<br />

w<strong>en</strong>selijk dat er nog meer middel<strong>en</strong> vrijkom<strong>en</strong>, zoals bijvoorbeeld van (grote)<br />

bedrijv<strong>en</strong> <strong>en</strong> het Ministerie van ELI, voor innovatie <strong>en</strong> onderzoek in de<br />

sfeer van sport <strong>en</strong> technologie. Het Sectorplan k<strong>en</strong>t dan ook e<strong>en</strong> Stuurgroep,<br />

die als e<strong>en</strong> soort Raad van Advies het belang van (invester<strong>en</strong> in) sportonderwijs<br />

<strong>en</strong> onderzoek op de ag<strong>en</strong>da moet krijg<strong>en</strong> <strong>en</strong> houd<strong>en</strong> bij ministeries <strong>en</strong><br />

grote bedrijv<strong>en</strong>, <strong>en</strong> er voor moet zorg<strong>en</strong> dat de sport alert kan reager<strong>en</strong> op<br />

grote <strong>beleid</strong>smatige initiatiev<strong>en</strong> of traject<strong>en</strong>, zoals het ‘topsector<strong>en</strong><strong>beleid</strong>’.<br />

Transnational health care and medical tourism: understanding 21st-c<strong>en</strong>tury pati<strong>en</strong>t mobility


E<strong>en</strong> eerste stap in de verruiming van onderzoeksmiddel<strong>en</strong> is de bewerkstelliging<br />

van het NWO-programma Sport. NWO staat voor tweedegeldstroomonderzoek,<br />

dat wil zegg<strong>en</strong>: fundam<strong>en</strong>teel onderzoek, uitgevoerd bij<br />

universiteit<strong>en</strong> <strong>en</strong> e<strong>en</strong> select groepje van KNAW-institut<strong>en</strong>. Toek<strong>en</strong>ning van<br />

middel<strong>en</strong> gebeurt op basis van competitie tuss<strong>en</strong> aanvragers, die daarbij<br />

beoordeeld word<strong>en</strong> op hun wet<strong>en</strong>schappelijke prestaties. Bij het NWO-programma<br />

Sport zijn er aanvull<strong>en</strong>de eis<strong>en</strong>. De aanvrager di<strong>en</strong>t zorg te drag<strong>en</strong><br />

voor minimaal 30 proc<strong>en</strong>t cofinanciering door veldpartij<strong>en</strong>, <strong>en</strong> van het budget<br />

moet minimaal 5 proc<strong>en</strong>t van de programmaomzet besteed word<strong>en</strong> aan<br />

‘valorisatie’. Voorstell<strong>en</strong> word<strong>en</strong> niet alle<strong>en</strong> beoordeeld op hun wet<strong>en</strong>schappelijke<br />

merites, maar tev<strong>en</strong>s op hun relevantie voor de sportsector. Met<br />

de eis tot cofinanciering wordt het volume-onderzoeksgeld met minimaal<br />

30 proc<strong>en</strong>t vermeerderd. Maar met ook nog de eis te kom<strong>en</strong> met e<strong>en</strong> valorisatieplan,<br />

is het NWO-programma Sport feitelijk e<strong>en</strong> hybride van tweede<strong>en</strong><br />

derdegeldstroomonderzoek, of misschi<strong>en</strong> beter nog: e<strong>en</strong> programmatische<br />

versie van opdrachtonderzoek.<br />

Niet alle<strong>en</strong> door de eis<strong>en</strong> tot cofinanciering, het vorm<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> consortium<br />

met veldpartij<strong>en</strong> <strong>en</strong> valorisatie, maar ook door de formulering van (de<br />

hoofdvrag<strong>en</strong> van) het programma zelf komt de nadruk in het programma<br />

vanzelf te ligg<strong>en</strong> op wat hiervoor de instrum<strong>en</strong>tele of functionalistische b<strong>en</strong>adering<br />

is g<strong>en</strong>oemd. Eig<strong>en</strong>lijk laat het NWO-programma Sport ge<strong>en</strong> ruimte<br />

voor (want ge<strong>en</strong> vraag naar) onderzoek naar de sport zelf: de verander<strong>en</strong>de<br />

organisatie <strong>en</strong> inrichting van de sport, de dynamiek achter ontwikkeling<strong>en</strong><br />

in spelregels, het verander<strong>en</strong>de spelkarakter van sport, de betek<strong>en</strong>is van<br />

sport voor de deelnemers, de definitie van sport (!), of de ontstaansgeschied<strong>en</strong>is<br />

van (verschill<strong>en</strong>de takk<strong>en</strong> van) sport, et cetera. Daar waar sport og<strong>en</strong>schijnlijk<br />

het meest aan zijn trekk<strong>en</strong> komt, in de pijler Prester<strong>en</strong>, domineert<br />

ev<strong>en</strong>zeer de instrum<strong>en</strong>tele b<strong>en</strong>adering: het onderzoek dat direct vooral moet<br />

bijdrag<strong>en</strong> aan prestatieverbetering in de sport (de topti<strong>en</strong>ambitie).<br />

In de loop van 2013 zal de stof van het NWO-programma neerdal<strong>en</strong>. Er zull<strong>en</strong><br />

winnaars zijn (person<strong>en</strong>, institut<strong>en</strong> <strong>en</strong> onderwerp<strong>en</strong>), die voor vier <strong>jaar</strong><br />

aan de slag gaan <strong>en</strong> op de geselecteerde thema’s voor verdere ontwikkeling<br />

<strong>en</strong> valorisatie van k<strong>en</strong>nis zull<strong>en</strong> gaan zorg<strong>en</strong>. Er zal daarnaast e<strong>en</strong> veelvoud<br />

Preface<br />

Epiloog<br />

47


48<br />

aan verliezers zijn, die niet zijn geselecteerd <strong>en</strong> waarvoor ge<strong>en</strong> middel<strong>en</strong> uit<br />

het onderzoeksprogramma Sport zull<strong>en</strong> kom<strong>en</strong>. In het sombere sc<strong>en</strong>ario<br />

bloed<strong>en</strong> al deze aanzett<strong>en</strong> dood, <strong>en</strong> gaan partij<strong>en</strong> over tot de orde van de<br />

dag. De onderwerp<strong>en</strong> die in 2012 nog relevant lek<strong>en</strong>, verdwijn<strong>en</strong> rap weer<br />

van de onderzoeksag<strong>en</strong>da. In e<strong>en</strong> meer optimistisch sc<strong>en</strong>ario zitt<strong>en</strong> de consortiumpartners<br />

niet bij de pakk<strong>en</strong> neer, maar besluit<strong>en</strong> door te zett<strong>en</strong>. M<strong>en</strong><br />

heeft elkaar immers gevond<strong>en</strong> rond e<strong>en</strong> interessant <strong>en</strong> relevant onderwerp,<br />

<strong>en</strong> m<strong>en</strong> gaat alsnog aan de slag. Met minder middel<strong>en</strong>, maar overtuigd van<br />

het nut van het voorg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> onderzoek.<br />

Welk sc<strong>en</strong>ario ook werkelijkheid wordt, we kunn<strong>en</strong> niet he<strong>en</strong> om het feit<br />

dat de grootste landelijke partij<strong>en</strong> met middel<strong>en</strong> voor meer fundam<strong>en</strong>teel<br />

onderzoek <strong>en</strong> onderzoek ‘tot algeme<strong>en</strong> nut’, met de financiering van het<br />

NWO-programma Sport hun meeste kruit voor de kom<strong>en</strong>de vier <strong>jaar</strong> wel<br />

verschot<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong>. Terwijl de ambities natuurlijk verder reik<strong>en</strong>. Zoals gezegd,<br />

uiteindelijk is het NWO-programma Sport maar één manier om vorm<br />

te gev<strong>en</strong> aan de veel verdergaande plann<strong>en</strong> vervat in het Sectorplan Sportonderzoek<br />

<strong>en</strong> -onderwijs.<br />

E<strong>en</strong> deel van die ambities zal vervolg krijg<strong>en</strong> in het Netherlands Institute<br />

for Sport Sci<strong>en</strong>ce and Innovation (NISSI). Oorspronkelijk was dit e<strong>en</strong> initiatief<br />

van de VU Amsterdam <strong>en</strong> de Rijksuniversiteit Groning<strong>en</strong> (RUG) om hun<br />

kracht<strong>en</strong> te bundel<strong>en</strong> op het gebied van <strong>sportonderzoek</strong>, in het bijzonder op<br />

wat nu wordt aangeduid als de ‘pijlers’ Prester<strong>en</strong> <strong>en</strong> Vitaal (gezondheid). Inmiddels<br />

is ook InnoSportNL aangehaakt bij dit initiatief. De volg<strong>en</strong>de stap<br />

is – vermoedelijk – dat ook de pijler Meedo<strong>en</strong> uit het Sectorplan aansluit<br />

op deze ontwikkeling. 5 NISSI wordt daarmee de nieuwe netwerkorganisatie<br />

voor de coördinatie van het <strong>sportonderzoek</strong> in Nederland. De eerderg<strong>en</strong>oemde<br />

Stuurgroep opereert dan als e<strong>en</strong> Raad van Advies, <strong>en</strong> sluit het<br />

<strong>sportonderzoek</strong> aan op relevante geldstrom<strong>en</strong>. NISSI faciliteert de opstelling<br />

van onderzoekslijn<strong>en</strong> <strong>en</strong> programma’s, <strong>en</strong> tracht naast de financiers van<br />

het NWO-programma Sport nog meer partij<strong>en</strong> te vind<strong>en</strong> die geïnteresseerd<br />

kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> om in het <strong>sportonderzoek</strong> te invester<strong>en</strong>.<br />

Transnational health care and medical tourism: understanding 21st-c<strong>en</strong>tury pati<strong>en</strong>t mobility


5.2 Ag<strong>en</strong>da<br />

Met het NWO-programma <strong>en</strong> institut<strong>en</strong> als (onder andere) het NISSI heeft<br />

het <strong>sportonderzoek</strong> sterke troev<strong>en</strong> in hand<strong>en</strong> om de aankom<strong>en</strong>de ti<strong>en</strong> <strong>jaar</strong><br />

zijn vleugels uit te slaan. Overzi<strong>en</strong>d wat ti<strong>en</strong> <strong>jaar</strong> <strong>sportonderzoek</strong> heeft gebracht,<br />

kom<strong>en</strong> we dan tot e<strong>en</strong> ag<strong>en</strong>da met drie c<strong>en</strong>trale thema’s:<br />

T<strong>en</strong> eerste is dat e<strong>en</strong> verdiepingsslag in verklar<strong>en</strong>d onderzoek naar de werkzame<br />

bestanddel<strong>en</strong> in de sport. Die slag is nodig om te kunn<strong>en</strong> bijdrag<strong>en</strong> aan<br />

de gew<strong>en</strong>ste verhoging van de effectiviteit <strong>en</strong> doelmatigheid van het sport<strong>beleid</strong>.<br />

De sport wordt op alle front<strong>en</strong> bevraagd op zijn betek<strong>en</strong>is <strong>en</strong> hoe die het<br />

meest efficiënt kan word<strong>en</strong> gerealiseerd. Om doelstelling<strong>en</strong> als de 75 proc<strong>en</strong>t<br />

sportdeelname te realiser<strong>en</strong>, is het dring<strong>en</strong>d gew<strong>en</strong>st om het inzicht in<br />

sportgedrag te verdiep<strong>en</strong>, om meer te begrijp<strong>en</strong> van wat sport voor sommige<br />

m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> zo boei<strong>en</strong>d maakt, <strong>en</strong> voor ander<strong>en</strong> juist niet. Wet<strong>en</strong>schappers uit<br />

uite<strong>en</strong>lop<strong>en</strong>de disciplines van binn<strong>en</strong> én buit<strong>en</strong> de sport zull<strong>en</strong> daartoe nog<br />

veel meer de hand<strong>en</strong> ine<strong>en</strong> moet<strong>en</strong> slaan, om theorievorming te stimuler<strong>en</strong>,<br />

data te pool<strong>en</strong> <strong>en</strong> inzicht<strong>en</strong> te del<strong>en</strong>. Uiteraard geldt voor onderzoek naar de<br />

maatschappelijke effect<strong>en</strong> <strong>en</strong> betek<strong>en</strong>iss<strong>en</strong> van sport, op terrein<strong>en</strong> als gezondheid,<br />

welzijn, economie <strong>en</strong> ruimtelijke ord<strong>en</strong>ing, onverkort hetzelfde.<br />

T<strong>en</strong> tweede: het op- <strong>en</strong> uitbouw<strong>en</strong> van sterke <strong>en</strong> betrouwbare tijdreeks<strong>en</strong><br />

<strong>en</strong> monitor<strong>en</strong>, die kunn<strong>en</strong> di<strong>en</strong><strong>en</strong> als rugg<strong>en</strong>graat achter het verdiep<strong>en</strong>de<br />

onderzoek, mogelijkhed<strong>en</strong> creër<strong>en</strong> om te b<strong>en</strong>chmark<strong>en</strong> (lokaal, internationaal)<br />

<strong>en</strong> in kaart br<strong>en</strong>g<strong>en</strong> <strong>en</strong> help<strong>en</strong> uitlegg<strong>en</strong> hoe de sport evolueert. Tijdreeks<strong>en</strong>,<br />

bijvoorbeeld op het gebied van sportdeelname, aanbieders <strong>en</strong> accommodaties,<br />

kunn<strong>en</strong> zowel de <strong>beleid</strong>sag<strong>en</strong>da bepal<strong>en</strong> (doordat ze positief<br />

of negatief gewaardeerde ontwikkeling<strong>en</strong> zichtbaar mak<strong>en</strong>), als nuttig zijn<br />

als het gaat om <strong>beleid</strong>sevaluatie (omdat erin zichtbaar wordt of bijvoorbeeld<br />

<strong>beleid</strong> gericht op vergroting van de sportdeelname tot zichtbaar effect leidt).<br />

Vanuit doelmatigheidsoverweging<strong>en</strong> is het noodzakelijk dat partij<strong>en</strong> hiervoor<br />

de hand<strong>en</strong> ine<strong>en</strong>slaan, <strong>en</strong> data c<strong>en</strong>traal word<strong>en</strong> bijgehoud<strong>en</strong> (maar<br />

dec<strong>en</strong>traal zijn uit te splits<strong>en</strong>, <strong>en</strong> ook zo zijn opgebouwd). Dat kan door ze<br />

als e<strong>en</strong> ‘publiek goed’ te beschouw<strong>en</strong> <strong>en</strong> vrij te lat<strong>en</strong> zijn voor gebruik door<br />

derd<strong>en</strong>. Daar hoort dan ook e<strong>en</strong> c<strong>en</strong>trale financiering bij. Daar zull<strong>en</strong> mo-<br />

Preface<br />

Epiloog<br />

49


50<br />

dell<strong>en</strong> voor moet<strong>en</strong> word<strong>en</strong> ontwikkeld, met de partij<strong>en</strong> die baat hebb<strong>en</strong> bij<br />

g<strong>en</strong>oemde tr<strong>en</strong>dreeks<strong>en</strong>.<br />

T<strong>en</strong> derde: bundel<strong>en</strong> <strong>en</strong> del<strong>en</strong> van k<strong>en</strong>nis. De tijd dat onderzoek plaatsvond<br />

in ivor<strong>en</strong> tor<strong>en</strong>s, is lang voorbij (heeft dat beeld ooit wel <strong>en</strong>ige betek<strong>en</strong>is<br />

gehad voor de sport?). Sportonderzoek is e<strong>en</strong> toegepaste wet<strong>en</strong>schap. Als<br />

dusdanig heeft het baat bij int<strong>en</strong>sief contact tuss<strong>en</strong> onderzoek <strong>en</strong> praktijk.<br />

Beide beschikk<strong>en</strong> over waardevolle k<strong>en</strong>nis <strong>en</strong> inzicht<strong>en</strong>. Het is de kunst<br />

om die k<strong>en</strong>nis gezam<strong>en</strong>lijk tot bloei te lat<strong>en</strong> kom<strong>en</strong>, <strong>en</strong> niet direct neer te<br />

sabel<strong>en</strong> bij elk afwijk<strong>en</strong>d gezichtspunt. Daarvoor is het gew<strong>en</strong>st dat beide<br />

partij<strong>en</strong> over gelijke uitgangsposities beschikk<strong>en</strong>, <strong>en</strong> zich daadwerkelijk onafhankelijk<br />

kunn<strong>en</strong> voel<strong>en</strong>. Daarnaast is frequ<strong>en</strong>t <strong>en</strong> op<strong>en</strong> contact van groot<br />

belang, om vertrouw<strong>en</strong> te kunn<strong>en</strong> lat<strong>en</strong> opbloei<strong>en</strong> <strong>en</strong> om elkaar te will<strong>en</strong><br />

vind<strong>en</strong>. Mondelinge k<strong>en</strong>nisoverdracht is nog steeds de snelste <strong>en</strong> flexibelste<br />

wijze van communicer<strong>en</strong>. Dergelijke nauwe contact<strong>en</strong> zijn ook des te harder<br />

nodig, omdat verwacht mag word<strong>en</strong> dat de hoeveelheid k<strong>en</strong>nis voor <strong>en</strong> over<br />

sport de aankom<strong>en</strong>de jar<strong>en</strong> nog verder zal groei<strong>en</strong>. Overzicht houd<strong>en</strong> <strong>en</strong> creer<strong>en</strong><br />

zal daarin steeds belangrijker word<strong>en</strong>. Het is van groot belang om de<br />

opgedane k<strong>en</strong>nis actief te beher<strong>en</strong>, te ord<strong>en</strong><strong>en</strong>, te filter<strong>en</strong>, te vertal<strong>en</strong> én te<br />

del<strong>en</strong>. Dat is ge<strong>en</strong> taak van één instituut alle<strong>en</strong>, maar vergt de inzet van e<strong>en</strong><br />

groot aantal betrokk<strong>en</strong><strong>en</strong>, op uite<strong>en</strong>lop<strong>en</strong>de plaats<strong>en</strong> in de k<strong>en</strong>nisket<strong>en</strong> van<br />

de sport.<br />

5.3 Mulier 2.022<br />

De afgelop<strong>en</strong> ti<strong>en</strong> <strong>jaar</strong> heeft het Mulier Instituut als ‘c<strong>en</strong>trum voor sociaalwet<strong>en</strong>schappelijk<br />

<strong>sportonderzoek</strong>’ werk gemaakt van het do<strong>en</strong> van <strong>sportonderzoek</strong>,<br />

het vertell<strong>en</strong> over <strong>sportonderzoek</strong> <strong>en</strong> het bije<strong>en</strong>br<strong>en</strong>g<strong>en</strong> van m<strong>en</strong>s<strong>en</strong><br />

met interesse in <strong>sportonderzoek</strong>. Inmiddels is de naam gemoderniseerd<br />

<strong>en</strong> is het woord ‘c<strong>en</strong>trum’ uit de aanduiding verdw<strong>en</strong><strong>en</strong>. De sportwereld is<br />

complexer geword<strong>en</strong>, de eis<strong>en</strong> die aan onderzoek word<strong>en</strong> gesteld ligg<strong>en</strong> hoger,<br />

<strong>en</strong> er is meer (onderzoeks)deskundigheid gekom<strong>en</strong>.<br />

Aan de ambities van het MI verandert dat weinig. Ook op weg naar 2022 wil<br />

het Mulier Instituut de ontwikkeling<strong>en</strong> in de sport nauwgezet blijv<strong>en</strong> volg<strong>en</strong>,<br />

Transnational health care and medical tourism: understanding 21st-c<strong>en</strong>tury pati<strong>en</strong>t mobility


lijv<strong>en</strong> begrijp<strong>en</strong> waarom de sport zich ontwikkelt zoals ze doet, <strong>en</strong> inzicht<strong>en</strong><br />

uit <strong>sportonderzoek</strong> blijv<strong>en</strong> bundel<strong>en</strong> <strong>en</strong> verspreid<strong>en</strong>. Het instituut zal<br />

zich sterk mak<strong>en</strong> voor de opbouw <strong>en</strong> het beheer van betrouwbare tijdreeks<strong>en</strong>,<br />

<strong>en</strong> die ter beschikking te stell<strong>en</strong> voor onderzoek <strong>en</strong> <strong>beleid</strong>sontwikkeling.<br />

Het zal daarin sam<strong>en</strong>werk<strong>en</strong> met partij<strong>en</strong> die over relevante gegev<strong>en</strong>s<br />

of methodische expertises beschikk<strong>en</strong>, landelijk <strong>en</strong> lokaal, binn<strong>en</strong> de sport<br />

<strong>en</strong> daarbuit<strong>en</strong>. Door verdiep<strong>en</strong>d <strong>en</strong> meer praktijkgeoriënteerd onderzoek<br />

combiner<strong>en</strong> we the best of both worlds, <strong>en</strong> begrijp<strong>en</strong> we hoe <strong>en</strong> wanneer<br />

<strong>beleid</strong> effectief kan zijn. Ook hierin werk<strong>en</strong> we, traditiegetrouw, sam<strong>en</strong> met<br />

relevante partij<strong>en</strong> (zoals universiteit<strong>en</strong> <strong>en</strong> hogeschol<strong>en</strong>). Het MI zal daarbij,<br />

als onderzoeksorganisatie, e<strong>en</strong> actieve rol blijv<strong>en</strong> spel<strong>en</strong> in de geme<strong>en</strong>schap<br />

van <strong>sportonderzoek</strong>ers. Door het – met ander<strong>en</strong> – organiser<strong>en</strong> van debatt<strong>en</strong>,<br />

lezing<strong>en</strong> <strong>en</strong> studiedag<strong>en</strong>, het lever<strong>en</strong> van confer<strong>en</strong>tiebijdrag<strong>en</strong>, het zitting<br />

nem<strong>en</strong> in redacties <strong>en</strong> klankbordgroep<strong>en</strong>, <strong>en</strong> het sam<strong>en</strong>stell<strong>en</strong> van databases<br />

<strong>en</strong> overzichtspublicaties, <strong>en</strong> zo meer, zal het instituut blijv<strong>en</strong> werk<strong>en</strong><br />

om de ontwikkelde k<strong>en</strong>nis te verspreid<strong>en</strong> <strong>en</strong> met veldorganisaties te del<strong>en</strong>.<br />

In 2022 wint Nederland het WK voetbal in Qatar. Het zou fantastisch zijn<br />

als we teg<strong>en</strong> die tijd snapt<strong>en</strong> waarom...<br />

Not<strong>en</strong> & Literatuur<br />

51


52<br />

not<strong>en</strong><br />

1. Die wordt nog steeds toegepast, zie http://www.mulierinstituut.nl/project<strong>en</strong>/monitoringproject<strong>en</strong>.html.<br />

Zie verder o.a. Van Bott<strong>en</strong>burg 1999;<br />

Hoyng e.a. 2003, Breedveld <strong>en</strong> Tiess<strong>en</strong>-Raaphorst 2009).<br />

2. De Sportatlas was oorspronkelijk e<strong>en</strong> initiatief van Sportservice Zuid-<br />

Holland. Stapsgewijs werd informatie over accommodaties verzameld,<br />

eerst binn<strong>en</strong> de eig<strong>en</strong> provincie <strong>en</strong> later landelijk. De afgelop<strong>en</strong> jar<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong><br />

ook InnoSportNL, het Mulier Instituut <strong>en</strong> Arko Sports Media financieel<br />

ertoe bijgedrag<strong>en</strong> dat de binn<strong>en</strong> Sportatlas ontwikkelde database kon<br />

word<strong>en</strong> uitgebouwd <strong>en</strong> beheerd. Hiertoe is e<strong>en</strong> aparte stichting opgericht,<br />

statutair gevestigd in D<strong>en</strong> Bosch.<br />

3. Zie de aankom<strong>en</strong>de proefschrift<strong>en</strong> van Jan-Willem van der Roest, over<br />

consum<strong>en</strong>tisme bij ver<strong>en</strong>iging<strong>en</strong>, of van Maikel Waard<strong>en</strong>burg. Beid<strong>en</strong><br />

participer<strong>en</strong>, sam<strong>en</strong> met medewerkers van het Mulier Instituut, in het<br />

in het onderzoeksprogramma ‘Betwe<strong>en</strong> Planning and Practice’ dat thans<br />

wordt uitgevoerd aan de USBO.<br />

4. 82 proc<strong>en</strong>t heeft sport ooit leuk gevond<strong>en</strong>; 65 proc<strong>en</strong>t doet minimaal<br />

twaalf keer per <strong>jaar</strong> aan sport (Van d<strong>en</strong> Dool e.a. 2009).<br />

5. En in het kielzog daarvan, de minder sterk ontwikkelde pijlers Kaart<br />

(ruimte) <strong>en</strong> Beeld (economie).<br />

Transnational health care and medical tourism: understanding 21st-c<strong>en</strong>tury pati<strong>en</strong>t mobility


literatuur<br />

• Anthoniss<strong>en</strong>, A. & M. Dortants (2006). Respect voor discipline: e<strong>en</strong> studie<br />

naar id<strong>en</strong>tificaties van getal<strong>en</strong>teerde boksers. Amsterdam: Uitgeverij<br />

SWP.<br />

• Anthoniss<strong>en</strong>, A. & J. van Sterk<strong>en</strong>burg (2006). Battles om aanzi<strong>en</strong> <strong>en</strong> respect:<br />

e<strong>en</strong> studie naar id<strong>en</strong>tificatie van skaters met hun hobby. Amsterdam:<br />

Uitgeverij SWP.<br />

• Baar, P. (2012). Peer aggression and victimization in Dutch elem<strong>en</strong>tary<br />

schools and sports clubs : preval<strong>en</strong>ce, stability, and approach across differ<strong>en</strong>t<br />

contexts. Utrecht: Utrecht University.<br />

• Bax, H. (20<strong>10</strong>). De sam<strong>en</strong>leving over de kwaliteit van beweg<strong>en</strong> & sport<br />

op school: e<strong>en</strong> spiegel voor de vakwereld. Zeist: Jan Luiting Fonds.<br />

• Beckers, Th. & T. Serail (1991). Nieuwe verhouding<strong>en</strong> in de sport. Tilburg:<br />

KUB/IVA.<br />

• Berg, M. van d<strong>en</strong>, M. de Nooij & C. Koopmans (20<strong>10</strong>). K<strong>en</strong>getall<strong>en</strong> kost<strong>en</strong>-bat<strong>en</strong>analyse<br />

van het WK voetbal. Amsterdam: SEO.<br />

• Beth, J., A. von Heijd<strong>en</strong> & J. Lucass<strong>en</strong> (2011). De impuls van e<strong>en</strong> combinatiefunctionaris:<br />

outcome monitor Impuls brede schol<strong>en</strong>, sport <strong>en</strong> cultuur.<br />

D<strong>en</strong> Bosch: W.J.H. Mulier Instituut.<br />

• Blok, P., G. Fernhout, E. Gerdes, H. Kandel, S. Sch<strong>en</strong>k, C. Tunnel & T.<br />

Bridges (2011). Verk<strong>en</strong>ning Maatschappelijke Kost<strong>en</strong> <strong>en</strong> Bat<strong>en</strong> van de<br />

Olympische <strong>en</strong> Paralympische Spel<strong>en</strong> 2028 in Nederland – Eindrapport.<br />

Rotterdam/Amsterdam: Rebel/Arup.<br />

• Boess<strong>en</strong>kool, J., J. Lucass<strong>en</strong>, M. Waard<strong>en</strong>burg & F. Kemper (2011). Sportver<strong>en</strong>iging<strong>en</strong>:<br />

tuss<strong>en</strong> tradities <strong>en</strong> ambities. D<strong>en</strong> Bosch/Nieuwegein:<br />

W.J.H. Mulier Instituut/Arko Sports Media.<br />

• Boonstra, N. & N. Herm<strong>en</strong>s (2011). De maatschappelijke waarde van<br />

sport. E<strong>en</strong> literatuurreview van de inverdi<strong>en</strong>effect<strong>en</strong> van sport. Utrecht:<br />

Verwey Jonker instituut.<br />

• Boonstra, N. & E. Snel (2005). De waarde van interetnisch contact: e<strong>en</strong><br />

onderzoek over initiatiev<strong>en</strong> <strong>en</strong> <strong>beleid</strong>sproject<strong>en</strong> om interetnisch contact<br />

te bevorder<strong>en</strong>. Enschede/Utrecht: Universiteit Tw<strong>en</strong>te/Verwey-Jonker.<br />

Not<strong>en</strong> & Literatuur<br />

53


54<br />

• Bott<strong>en</strong>burg, M. van (1999). De RSO beproefd: de betek<strong>en</strong>is van de proef-<br />

onderzoek<strong>en</strong> voor de Richtlijn<strong>en</strong> sportdeelname-onderzoek. D<strong>en</strong> Bosch:<br />

Diopter-Janss<strong>en</strong>s <strong>en</strong> Van Bott<strong>en</strong>burg.<br />

• Bott<strong>en</strong>burg, M. van (2006). Het kapitaal van de sport. D<strong>en</strong> Bosch: W.J.H.<br />

Mulier Instituut.<br />

• Bott<strong>en</strong>burg, M. van, S. Brinkhof, A. Elling, P. Hover & D. Romijn (2012a).<br />

De maatschappelijke betek<strong>en</strong>is van topsport. Literatuurstudie in opdracht<br />

van het Ministerie van VWS. Nieuwegein: Arko Sports Media.<br />

• Bott<strong>en</strong>burg, M. van & C. Broër (1996). Afstemming van vraag <strong>en</strong> aanbod<br />

op de sportinformatiemarkt. Amsterdam: Diopter.<br />

• Bott<strong>en</strong>burg, M. van, B. Dijk, A. Elling & N. Reijgersberg (2012b). Bloed,<br />

zweet <strong>en</strong> tran<strong>en</strong> – <strong>en</strong> e<strong>en</strong> mom<strong>en</strong>t van glorie. 3-meting topsportklimaat<br />

in Nederland. Nieuwegein: Arko Sports Media.<br />

• Bott<strong>en</strong>burg, M. van & P. Hover (2009). Ev<strong>en</strong>em<strong>en</strong>t<strong>en</strong>lopers in beeld:<br />

onderzoek naar de succesfactor<strong>en</strong> van loopev<strong>en</strong>em<strong>en</strong>t<strong>en</strong> op grond van<br />

de motivatie, beleving <strong>en</strong> waardering van de deelnemers. Utrecht/D<strong>en</strong><br />

Bosch: Universiteit Utrecht/W.J.H. Mulier Instituut.<br />

• Bott<strong>en</strong>burg, M. van & K. Schuyt (1996). De maatschappelijke betek<strong>en</strong>is<br />

van sport. Arnhem: NOC*NSF.<br />

• Breedveld, K. (2003). Sport <strong>en</strong> cohesie: de relatie tuss<strong>en</strong> sportdeelname<br />

<strong>en</strong> sociaal kapitaal. In: Breedveld, K. (red.) ‘Rapportage Sport 2003’. D<strong>en</strong><br />

Haag: SCP, pp. 247-283.<br />

• Breedveld, K. (2006). Verschill<strong>en</strong> in sportdeelname. In: K. Breedveld <strong>en</strong><br />

A. Tiess<strong>en</strong>-Raaphorst (red.), Rapportage sport 2006. D<strong>en</strong> Haag: SCP, pp.<br />

299-321.<br />

• Breedveld, K., J.W. Bruining, S. van Dorsselaer, R. Mombarg & W. Nootebos<br />

(20<strong>10</strong>). Kinder<strong>en</strong> met gedragsproblem<strong>en</strong> <strong>en</strong> sport: bevinding<strong>en</strong> uit<br />

de literatuur <strong>en</strong> uit rec<strong>en</strong>t cijfermateriaal. D<strong>en</strong> Bosch: W.J.H. Mulier Instituut.<br />

• Breedveld, K. & R. Hoekman (2011). ‘Measuring sports participation in<br />

the Netherlands – the need to go beyond guidelines’. European Journal<br />

for Sport and Society, 8(1+2), 117-132.<br />

Transnational health care and medical tourism: understanding 21st-c<strong>en</strong>tury pati<strong>en</strong>t mobility


• Breedveld, K., G. Molleman, F. Smits & N. Reijgersberg (20<strong>10</strong>). K<strong>en</strong>nisa-<br />

g<strong>en</strong>da sport 2011-2016. D<strong>en</strong> Bosch/D<strong>en</strong> Haag: W.J.H. Mulier Instituut/<br />

ZonMw.<br />

• Breedveld, K. & S. Mull<strong>en</strong>eers (2011). Ge<strong>en</strong> tijd: smoes of realiteit? In:<br />

A. Elling <strong>en</strong> F. Kemper (red.) ‘Het kost veel tijd <strong>en</strong> je wordt er moe van’.<br />

Verklaring<strong>en</strong> voor sportdeelname <strong>en</strong> inzicht<strong>en</strong> in de leefwereld van nietsporters.<br />

D<strong>en</strong> Bosch/Nieuwegein: W.J.H. Mulier Instituut/Arko Sports<br />

Media, pp. 57-73.<br />

• Breedveld, K., H. van der Poel, M. de Jong & D.C.M. Collard (2011). Beleidsdoorlichting<br />

sport: hoofdrapport. D<strong>en</strong> Bosch: W.J.H. Mulier Instituut.<br />

• Breedveld, K., D. Romijn & A. Cevaal (2009). Scor<strong>en</strong> op het Cruyff Court,<br />

winn<strong>en</strong> in de wijk: e<strong>en</strong> studie naar het gebruik <strong>en</strong> de effect<strong>en</strong> van moderne<br />

trapveldjes. D<strong>en</strong> Bosch: W.J.H. Mulier Instituut.<br />

• Breedveld, K. & A. Tiess<strong>en</strong>-Raaphorst (red.)(2006). Rapportage sport<br />

2006. D<strong>en</strong> Haag: Sociaal <strong>en</strong> Cultureel planbureau.<br />

• Breedveld, K. & A. Tiess<strong>en</strong>-Raaphorst (2009). Sport<strong>en</strong> gemet<strong>en</strong>. Methodologische<br />

aspect<strong>en</strong> van het onderzoek naar sportdeelname. D<strong>en</strong> Haag/<br />

D<strong>en</strong> Bosch: Sociaal <strong>en</strong> Cultureel Planbureau (SCP)/W.J.H. Mulier Instituut.<br />

• Buisman, A. (2002). Jeugdsport <strong>en</strong> fair play in het Nederlandse sport<strong>beleid</strong><br />

van de jar<strong>en</strong> neg<strong>en</strong>tig. Amsterdam: SWP uitgeverij.<br />

• CBS (2012). Sportsatellietrek<strong>en</strong>ing<strong>en</strong>. D<strong>en</strong> Haag: C<strong>en</strong>traal bureau voor<br />

de Statistiek.<br />

• Cevaal, A. & J. Lucass<strong>en</strong> (2011). Maatschappelijke nev<strong>en</strong>effect<strong>en</strong> van<br />

Playing for Succes!: kwalitatieve studie naar de maatschappelijke nev<strong>en</strong>effect<strong>en</strong><br />

van Playing for Succes. D<strong>en</strong> Bosch: W.J.H. Mulier Instituut.<br />

• Cevaal, A. & D. Romijn (2011). Pubers, panna’s <strong>en</strong> playgrounds: opvatting<strong>en</strong><br />

van jonger<strong>en</strong> over het sport<strong>en</strong> op moderne playgrounds. D<strong>en</strong><br />

Bosch: W.J.H. Mulier Instituut.<br />

• Claringbould, I. (2008). Mind the gap: the layered reconstruction of g<strong>en</strong>der<br />

in sport related organizations. D<strong>en</strong> Bosch: W.J.H. Mulier Instituut.<br />

Not<strong>en</strong> & Literatuur<br />

55


56<br />

• Claringbould, I. (2011). Sport is ge<strong>en</strong> kinderspel. E<strong>en</strong> onderzoek naar<br />

de betrokk<strong>en</strong>heid van volwass<strong>en</strong><strong>en</strong> bij jeugdsport in sportver<strong>en</strong>iging<strong>en</strong>.<br />

Nieuwegein: Arko Sports Media.<br />

• Coakley, J. (2011). ‘Youth Sports. What Counts as ‘Positive Developm<strong>en</strong>t?’.<br />

Journal of Sport and Social Issues, 35(3), 306-324.<br />

• Coakley, J. & E. Pike (2009). Sports in society: Issues and controversies.<br />

Boston: McGraw Hill.<br />

• Coalter, F. (2007). A wider social role for sport. Who’s keeping the score?<br />

Lond<strong>en</strong> <strong>en</strong> New York: Routledge.<br />

• Collard, D.C.M. (20<strong>10</strong>). IPlay-Study – Developm<strong>en</strong>t and evaluation of<br />

a school-based physical activity-related injury prev<strong>en</strong>tion programme<br />

(dissertatie). Vrije Universiteit Amsterdam.<br />

• Crum, B.J. (1991). Over de versporting van de sam<strong>en</strong>leving. Reflecties<br />

over bewegingsculturele ontwikkeling<strong>en</strong> met het oog op sport<strong>beleid</strong>.<br />

Rijswijk: Ministerie van WVC.<br />

• Dool, R. van d<strong>en</strong>, A. Elling & R. Hoekman (2009). SportersMonitor 2008.<br />

E<strong>en</strong> beschrijving van actuele sportissues. D<strong>en</strong> Bosch/Nieuwegein: W.J.H.<br />

Mulier Instituut/Arko Sports Media.<br />

• Dool. R., van d<strong>en</strong>, R. van der Meul<strong>en</strong> & K. Breedveld (2008). Van 60 naar<br />

75. Bouwst<strong>en</strong><strong>en</strong> voor e<strong>en</strong> <strong>beleid</strong> gericht op verhoging van de sportdeelname.<br />

D<strong>en</strong> Bosch: W.J.H. Mulier Instituut.<br />

• Elling, A. (2002). Ze zijn er (niet) voor gebouwd. In- <strong>en</strong> uitsluiting in de<br />

sport naar sekse <strong>en</strong> etniciteit. D<strong>en</strong> Bosch/Nieuwegein: W.J.H. Mulier Instituut/Arko<br />

Sports Media.<br />

• Elling, A. (2007). Het voordeel van thuis spel<strong>en</strong>. Sociale betek<strong>en</strong>iss<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

in- <strong>en</strong> uitsluitingsprocess<strong>en</strong> in sportloopban<strong>en</strong>. D<strong>en</strong> Bosch/Nieuwegein:<br />

W.J.H. Mulier Instituut/Arko Sports Media.<br />

• Elling, A., I. van Hilvoorde & R. van d<strong>en</strong> Dool (2012). ‘Topsport als motor<br />

voor nationale trots?’, M<strong>en</strong>s <strong>en</strong> maatschappij, 87(2), <strong>10</strong>1-124.<br />

• Elling, A., M. de Jong & E. Wisse (20<strong>10</strong>). ‘We zijn nog wel e<strong>en</strong> beetje zoek<strong>en</strong>de.’<br />

Eindrapportage monitoring <strong>en</strong> evaluatie pilotproject<strong>en</strong> KNVB <strong>en</strong><br />

KNGU participatie allochtone vrouw<strong>en</strong> in de sport. D<strong>en</strong> Bosch: W.J.H.<br />

Mulier Instituut.<br />

Transnational health care and medical tourism: understanding 21st-c<strong>en</strong>tury pati<strong>en</strong>t mobility


• Elling, A. & F. Kemper (2011). ‘Het kost veel tijd <strong>en</strong> je wordt er moe van’:<br />

verklaring<strong>en</strong> voor sportdeelname <strong>en</strong> inzicht<strong>en</strong> in de leefwereld van nietsporters.<br />

D<strong>en</strong> Bosch/Nieuwegein: W.J.H. Mulier Instituut/Arko Sports<br />

Media.<br />

• Elling, A. & F. van R<strong>en</strong>s (2012). Draagvlakmeting Olympische Spel<strong>en</strong><br />

2028: 1-meting 2011. Utrecht: Mulier Instituut.<br />

• Elling, A., F. van R<strong>en</strong>s & F. Smits (2012). ‘Om mijn hers<strong>en</strong><strong>en</strong> te train<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

voor de gezelligheid.’ Motiev<strong>en</strong> voor <strong>en</strong> opbr<strong>en</strong>gst<strong>en</strong> van deelname aan<br />

k<strong>en</strong>nismakingscursuss<strong>en</strong> bridge. Utrecht: Mulier instituut.<br />

• Elling, A., F. Smits, P. Hover & J. van Kalmthout (2011). Seksuele diversiteit<br />

in de sport: sportdeelname <strong>en</strong> acceptatie. Utrecht: Mulier Instituut.<br />

• Elling, A. & E. Wisse (20<strong>10</strong>). Beloft<strong>en</strong> van vechtsport. D<strong>en</strong> Bosch/Nieuwegein:<br />

W.J.H. Mulier Instituut/Arko Sports Media.<br />

• Haan, J. de & K. Breedveld (1999). Tr<strong>en</strong>ds in determinant<strong>en</strong> in de sport.<br />

Eerste resultat<strong>en</strong> uit het AVO 1999. D<strong>en</strong> Haag: SCP.<br />

• Heuvel, M. van d<strong>en</strong> (2003). De maatschappelijke betek<strong>en</strong>is van sport op<br />

televisie. D<strong>en</strong> Bosch: W.J.H. Mulier Instituut.<br />

• Heuvel, M. van d<strong>en</strong> (2007). Evaluatie <strong>en</strong> monitoring VWS-nota Tijd voor<br />

Sport: instrum<strong>en</strong>tontwikkeling <strong>en</strong> plan van aanpak 2006-20<strong>10</strong>. D<strong>en</strong><br />

Bosch: W.J.H. Mulier Instituut.<br />

• Heuvel, M. van d<strong>en</strong>, R. Hoekman & H. van der Poel (2011)(red.). Sport in<br />

de stad: over de maatschappelijke, ruimtelijke <strong>en</strong> economische rol van<br />

sport in de stedelijke context. D<strong>en</strong> Bosch/Nieuwegein: W.J.H. Mulier Instituut/Arko<br />

Sports Media.<br />

• Heuvel, M. van d<strong>en</strong>, P. Hover & K. Breedveld (20<strong>10</strong>). De maatschappelijke<br />

betek<strong>en</strong>is van het WK 2018: e<strong>en</strong> verk<strong>en</strong>n<strong>en</strong>de notitie. Utrecht/D<strong>en</strong><br />

Bosch: Remarkable Research/W.J.H. Mulier Instituut.<br />

• Heuvel, M. van d<strong>en</strong> & H. van der Poel (1999). Sport in Nederland. E<strong>en</strong><br />

<strong>beleid</strong>sgerichte toekomstverk<strong>en</strong>ning. Haarlem: de Vrieseborch<br />

• Heuvel, M. van d<strong>en</strong> & M. van Sch<strong>en</strong>del (2008). Startrapportage monitoring<br />

<strong>en</strong> evaluatie van tijd voor sport, sam<strong>en</strong> voor sport <strong>en</strong> de kracht van<br />

sport. D<strong>en</strong> Bosch: W.J.H. Mulier Instituut.<br />

Not<strong>en</strong> & Literatuur<br />

57


58<br />

• Heijd<strong>en</strong>, A. von, M. Leij<strong>en</strong>horst, J. van Kalmthout, J. Hilhorst, E. Boers,<br />

J. Beth & J. Lucass<strong>en</strong> (2011). Impuls lokaal bekek<strong>en</strong>: meer <strong>en</strong> beter. Verdiepingsonderzoek<br />

naar effect<strong>en</strong> <strong>en</strong> process<strong>en</strong> van de inzet van combinatiefunctionariss<strong>en</strong><br />

binn<strong>en</strong> zes eerste tranche geme<strong>en</strong>t<strong>en</strong>. Utrecht/Nijmeg<strong>en</strong>:<br />

W.J.H. Mulier Instituut/K<strong>en</strong>nispraktijk.<br />

• Hoekman, R. (20<strong>10</strong>). Recessiepeiling geme<strong>en</strong>t<strong>en</strong> 20<strong>10</strong>: doorwerking economische<br />

recessie op geme<strong>en</strong>telijk sportbudget. D<strong>en</strong> Bosch: W.J.H. Mulier<br />

Instituut.<br />

• Hoekman, R., D.C.M. Collard & Cevaal, A. (2011). Sportinfrastructuur in<br />

Nederland: quickscan sportaccommodaties <strong>en</strong> sportorganisaties. D<strong>en</strong><br />

Bosch: W.J.H. Mulier Instituut.<br />

• Hoekman, R. & R. van d<strong>en</strong> Dool (2009). Sportdeelname in grote sted<strong>en</strong>:<br />

e<strong>en</strong> wereld van verschil?: e<strong>en</strong> beschrijving van de sportdeelname in Almere,<br />

Amsterdam, D<strong>en</strong> Haag, Eindhov<strong>en</strong>, Rotterdam <strong>en</strong> Utrecht van<br />

2006 tot 2008. D<strong>en</strong> Bosch: W.J.H. Mulier Instituut.<br />

• Hoekman, R., A. Elling, J.W. van der Roest & F. van R<strong>en</strong>s (2011). Opbr<strong>en</strong>gst<strong>en</strong><br />

van Meedo<strong>en</strong>: eindevaluatie programma Meedo<strong>en</strong> Alle Jeugd<br />

door Sport. D<strong>en</strong> Bosch: W.J.H. Mulier Instituut.<br />

• Hoekman, R. & M. Gijsbers (20<strong>10</strong>). Sport in collegeprogramma’s: belangrijke<br />

bijzaak. Analyse van sport in collegeprogramma’s geme<strong>en</strong>t<strong>en</strong><br />

20<strong>10</strong>-2014. D<strong>en</strong> Bosch: W.J.H. Mulier Instituut.<br />

• Hoekman, R., K. Ho<strong>en</strong>derkamp & H. van der Poel (2013). Sportaccommodaties<br />

in beeld. Nieuwegein: Arko Sports Media (in druk).<br />

• Hover, P. & M. de Jong (2011). Van ev<strong>en</strong>beeld tot teg<strong>en</strong>pool: over de imago’s<br />

van vijfti<strong>en</strong> sporttakk<strong>en</strong> volg<strong>en</strong>s de Nederlandse bevolking. Utrecht:<br />

Mulier Instituut.<br />

• Hover, P., S. Hakkers & K. Breedveld (2012). Tr<strong>en</strong>drapport fitnessbranche<br />

2012. Utrecht/Nieuwegein: Mulier Instituut/Arko Sports Media.<br />

• Hover, P. & E. Old<strong>en</strong>boom (20<strong>10</strong>). Investering van overheidsmiddel<strong>en</strong><br />

vereist meer k<strong>en</strong>nis over maatschappelijke bat<strong>en</strong>. Oosterbeek: Sportlokaal,<br />

VSG.<br />

• Hover, P. & D. Romijn (2011). Cruyff Courts monitor 2011: tabell<strong>en</strong>rapportage:<br />

resultat<strong>en</strong> van de derde meting. D<strong>en</strong> Bosch: W.J.H. Mulier Instituut.<br />

Transnational health care and medical tourism: understanding 21st-c<strong>en</strong>tury pati<strong>en</strong>t mobility


• Hover, P. & D. Romijn (2012). Factsheet sportev<strong>en</strong>em<strong>en</strong>t<strong>en</strong>: katalysator<br />

voor participatie <strong>en</strong> cohesie? Utrecht: Mulier Instituut.<br />

• Hover, P., D. Romijn <strong>en</strong> K. Breedveld (20<strong>10</strong>). Sportdeelname in cross nationaal<br />

perspectief: b<strong>en</strong>chmark sportdeelname op basis van de Eurobarometer<br />

20<strong>10</strong> <strong>en</strong> het International Social Survey Programme 2007. D<strong>en</strong><br />

Bosch: W.J.H. Mulier Instituut.<br />

• Hoyng, J., C. Roques & M. van Bott<strong>en</strong>burg (2003). Kerngegev<strong>en</strong>s sportdeelname:<br />

sportdeelname in Nederlandse geme<strong>en</strong>t<strong>en</strong>. D<strong>en</strong> Bosch/<br />

Nieuwgein: W.J.H. Mulier Instituut/Arko Sports Media.<br />

• Janss<strong>en</strong>s, J., A. Elling & J. van Kalmthout (2003). Het gaat om de sport:<br />

e<strong>en</strong> onderzoek naar de sportdeelname van homoseksuele mann<strong>en</strong> <strong>en</strong> lesbische<br />

vrouw<strong>en</strong>. D<strong>en</strong> Bosch/Nieuwegein: W.J.H. Mulier Instituut/Arko<br />

Sports Media.<br />

• Janss<strong>en</strong>s, J. & M. Frelier (2007). Wat beweegt kinder<strong>en</strong>? e<strong>en</strong> onderzoek<br />

naar het sport- <strong>en</strong> beweeggedrag van kinder<strong>en</strong>. D<strong>en</strong> Haag: NICIS.<br />

• Janss<strong>en</strong>s, J., J. Lucass<strong>en</strong> & J. van Sterk<strong>en</strong>burg (2002). Sport <strong>en</strong> sociale<br />

activering: e<strong>en</strong> inv<strong>en</strong>tarisatie van initiatiev<strong>en</strong>. D<strong>en</strong> Bosch: W.J.H. Mulier<br />

Instituut.<br />

• Jonker, L. (2011). Self-regulation in sport and education: important for<br />

sport expertise and academic achievem<strong>en</strong>t for elite young athletes. Groning<strong>en</strong>:<br />

L. Jonker.<br />

• Kalmthout, J. van & J. Janss<strong>en</strong>s (2000). Ver<strong>en</strong>igingsmonitor 2000: de<br />

stand van zak<strong>en</strong> in de sportver<strong>en</strong>iging. Arnhem: NOC*NSF.<br />

• Kalmthout, J. van, M. de Jong & J. Lucass<strong>en</strong> (2009). Ver<strong>en</strong>igingsmonitor<br />

2008: de stand van zak<strong>en</strong> bij sportver<strong>en</strong>iging<strong>en</strong>. D<strong>en</strong> Bosch: W.J.H.<br />

Mulier Instituut.<br />

• Kalmthout, J. van & M. de Jong (20<strong>10</strong>). Ver<strong>en</strong>igingsmonitor 2009: basis.<br />

D<strong>en</strong> Bosch: W.J.H. Mulier Instituut.<br />

• Kalmthout, J. van & J. Lucass<strong>en</strong> (2005). Ver<strong>en</strong>igingsmonitor 2005: de<br />

stand van zak<strong>en</strong> in de sportver<strong>en</strong>iging. D<strong>en</strong> Bosch: W.J.H. Mulier Instituut.<br />

• Kalmthout, J. van & J. Lucass<strong>en</strong> (2008). Ver<strong>en</strong>igingsmonitor 2007: de<br />

stand van zak<strong>en</strong> bij sportver<strong>en</strong>iging<strong>en</strong> in het perspectief van modernisering.<br />

D<strong>en</strong> Bosch: W.J.H. Mulier Instituut.<br />

Not<strong>en</strong> & Literatuur<br />

59


60<br />

• Kalmthout, J. van & H. van der Werff (20<strong>10</strong>). Monitor paard<strong>en</strong>sportaan-<br />

bieders in Nederland 20<strong>10</strong>. D<strong>en</strong> Bosch: W.J.H. Mulier Instituut.<br />

• Kalmthout, J. van & H. van der Werff (2011). Minder klapp<strong>en</strong>, meer ap-<br />

plaus?: beeldvorming Nederlands publiek voorkom<strong>en</strong> onw<strong>en</strong>selijke gedrag<br />

in de sport. D<strong>en</strong> Bosch: W.J.H. Mulier Instituut.<br />

• Kemper, F. (20<strong>10</strong>). Sam<strong>en</strong>spel: studies over etniciteit, integratie <strong>en</strong> sport.<br />

B<strong>en</strong>nekom: Nederlands Instituut voor Sport <strong>en</strong> Beweg<strong>en</strong> (NISB).<br />

• Knoppers, A. (2000). The construction of meaning in sport organizations:<br />

managem<strong>en</strong>t of diversity. Maastricht: Shaker Publishing BV.<br />

• Knoppers, A. (2006). Wat br<strong>en</strong>gt sport teweeg?! Zeist: Jan Luiting Fonds.<br />

• Lindert, C. van, M. de Jong, R. van d<strong>en</strong> Dool (2008). (On)beperkt sportief:<br />

monitor sportdeelname van m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> met e<strong>en</strong> handicap 2008. D<strong>en</strong><br />

Bosch/Nieuwegein: W.J.H. Mulier Instituut/Arko Sports Media.<br />

• Lindert, C. van, G.J. Wijlhuiz<strong>en</strong>, M. Hopman-Rock, A. Chorus, R. van d<strong>en</strong><br />

Dool, K. Breedveld & M. Frelier (2009). Fit for life: (on)bereikbaar doel?:<br />

quick scan sport, beweg<strong>en</strong> <strong>en</strong> ouder<strong>en</strong> 2009. D<strong>en</strong> Bosch/Leid<strong>en</strong>: W.J.H.<br />

Mulier Instituut/TNO Kwaliteit van Lev<strong>en</strong>.<br />

• Lucass<strong>en</strong>, J. & J. van Kalmthout (2003). Seksuele intimidatie in de sport.<br />

D<strong>en</strong> Bosch: W.J.H. Mulier Instituut.<br />

• Lucass<strong>en</strong>, J., J. van Sterk<strong>en</strong>burg & D. Nielander (2004). Weer meedo<strong>en</strong><br />

door sport <strong>en</strong> beweg<strong>en</strong> als vorm van sociale activering. D<strong>en</strong> Bosch:<br />

W.J.H. Mulier Instituut/LCO.<br />

• Lucass<strong>en</strong>, J. & H. van der Werff (2006). Arbeidsmarktmonitor sport : e<strong>en</strong><br />

meting van sportgerelateerde arbeid in Nederland: nulmeting. Tilburg:<br />

IVA.<br />

• Lucass<strong>en</strong>, J. & E. Wisse (2011). Sport<strong>en</strong> op de gr<strong>en</strong>s: studies over leefstijlsport<strong>en</strong>.<br />

Utrecht/Nieuwegein: Mulier Instituut/Arko Sports Media.<br />

• Lucass<strong>en</strong>, J., E. Wisse, F. Smits, J. Beth & H. van der Werff (2011). Sport,<br />

beweg<strong>en</strong> <strong>en</strong> onderwijs: kans<strong>en</strong> voor de toekomst. Brede analyse 20<strong>10</strong>.<br />

D<strong>en</strong> Bosch: W.J.H. Mulier Instituut.<br />

• Meul<strong>en</strong>, R.,van der (2007). Brug over woelig water: lidmaatschap van<br />

sportver<strong>en</strong>iging<strong>en</strong>, vri<strong>en</strong>dschapp<strong>en</strong>, k<strong>en</strong>niss<strong>en</strong>kring<strong>en</strong> <strong>en</strong> veralgeme<strong>en</strong>d<br />

vertrouw<strong>en</strong> (dissertatie). Radboud Universiteit Nijmeg<strong>en</strong>.<br />

Transnational health care and medical tourism: understanding 21st-c<strong>en</strong>tury pati<strong>en</strong>t mobility


• NOC*NSF/Kearney (1992). Sport als bron van inspiratie voor onze sam<strong>en</strong>leving:<br />

sport biedt unieke kans<strong>en</strong> voor de ontwikkeling van de maatschappij.<br />

Amsterdam: NOC*NSF.<br />

• PRC (2008). De economische betek<strong>en</strong>is van sport in Nederland. Rotterdam:<br />

Policy Research Corporation.<br />

• Romijn, D. & J. van Kalmthout (20<strong>10</strong>). Vitaliteit sportver<strong>en</strong>iging<strong>en</strong> Eindhov<strong>en</strong>.<br />

D<strong>en</strong> Bosch: W.J.H. Mulier Instituut.<br />

• Roques, C. & M. van d<strong>en</strong> Heuvel (2002). Sport<strong>en</strong> in de Westelijke Tuinsted<strong>en</strong><br />

2002-2015: behoefteonderzoek naar de ruimte voor sport <strong>en</strong> beweg<strong>en</strong><br />

in de Westelijke Tuinsted<strong>en</strong> in Amsterdam. D<strong>en</strong> Bosch: W.J.H.<br />

Mulier Instituut.<br />

• Stegeman, H. (2007). Effect<strong>en</strong> van sport <strong>en</strong> beweg<strong>en</strong> op school: e<strong>en</strong> literatuuronderzoek<br />

naar de relatie van fysieke activiteit met de cognitieve,<br />

affectieve <strong>en</strong> sociale ontwikkeling. D<strong>en</strong> Bosch: W.J.H. Mulier Insituut.<br />

• Sterk<strong>en</strong>burg, J. van (2011). Race, ethnicity and the sport media. Amsterdam:<br />

Pallas Publications, Amsterdam University Press.<br />

• Stokvis, R. (2009). De Sportwereld: E<strong>en</strong> inleiding. Arko Sports Media,<br />

Nieuwegein.<br />

• Stokvis, R. & I. van Hilvoorde (2008). Fitter, Harder & Mooier – De onweerstaanbare<br />

opkomst van de fitnesscultuur. Amsterdam/Antwerp<strong>en</strong>:<br />

Uitgeverij De Arbeiderspers/Het Sporthuis.<br />

• Stuij, M. (20<strong>10</strong>). School, beweg<strong>en</strong> <strong>en</strong> sport: het beweeg<strong>beleid</strong> van de<br />

school. D<strong>en</strong> Bosch: W.J.H. Mulier Instituut.<br />

• Stuij, M., E. Wisse, G. van Mossel, J. Lucass<strong>en</strong> & R. van d<strong>en</strong> Dool<br />

(2011). School, beweg<strong>en</strong> <strong>en</strong> sport: onderzoek naar relaties tuss<strong>en</strong> de<br />

school(omgeving) <strong>en</strong> het beweeg- <strong>en</strong> sportgedrag van leerling<strong>en</strong>. D<strong>en</strong><br />

Bosch/Nieuwegein: W.J.H. Mulier Instituut/Arko Sports Media.<br />

• Stuij, M. & R. Stokvis (20<strong>10</strong>). Alles is mogelijk in de toekomst: de sportmindedness<br />

van de Universiteit van Amsterdam. D<strong>en</strong> Bosch: W.J.H. Mulier<br />

Instituut.<br />

Not<strong>en</strong> & Literatuur<br />

61


62<br />

• Tamboer, J. & J. Ste<strong>en</strong>berg<strong>en</strong> (2000). Sportfilosofie. Le<strong>en</strong>de: Damon.<br />

• Tiess<strong>en</strong>-Raaphorst, A. (20<strong>10</strong>). Sportdeelname in Nederland: gemet<strong>en</strong><br />

volg<strong>en</strong>s de methode richtlijn sportdeelname onderzoek (RSO). D<strong>en</strong> Haag:<br />

SCP.<br />

• Tiess<strong>en</strong>-Raaphorst, A., D. Verbeek, J. de Haan & K. Breedveld (red.)<br />

(20<strong>10</strong>). Sport: e<strong>en</strong> lev<strong>en</strong> lang. Rapportage Sport 20<strong>10</strong>. D<strong>en</strong> Haag/D<strong>en</strong><br />

Bosch: Sociaal <strong>en</strong> Cultureel Planbureau/W.J.H. Mulier Instituut.<br />

• Tuyckom, C. van (2011). Sport for all: fact or fiction. Individual and<br />

cross-national differ<strong>en</strong>ces in sport participation from a European perspective<br />

(dissertatie). G<strong>en</strong>t: University of G<strong>en</strong>t.<br />

• United Nations (2003). Report of the United Nations Inter-Ag<strong>en</strong>cy Task<br />

Force on Sport for Developm<strong>en</strong>t and Peace. G<strong>en</strong>eva: United Nations.<br />

• Veldhov<strong>en</strong>, N. van & L. van Vucht Tijss<strong>en</strong> (2011). Fundam<strong>en</strong>t onder de<br />

Olympische ambities: Sectorplan Sportonderzoek <strong>en</strong> -onderwijs 2011-<br />

2016. Dev<strong>en</strong>ter: ...daM uitgeverij.<br />

• Vermeul<strong>en</strong>, J., P. Verweel & E. van Ve<strong>en</strong> (20<strong>10</strong>). De Richard Krajicek<br />

Foundation maakt het verschil in de buurt. Utrecht/D<strong>en</strong> Haag: USBO/<br />

Richard Krajicek Foundation.<br />

• Verlaat, M.N. van ’t (20<strong>10</strong>). Marktgerichte sportbond<strong>en</strong>: e<strong>en</strong> paradox? Onderzoek<br />

naar de achtergrond<strong>en</strong> <strong>en</strong> gevolg<strong>en</strong> van de toepassing van e<strong>en</strong><br />

marktb<strong>en</strong>adering door Nederlandse sportbond<strong>en</strong> (dissertatie). Universiteit<br />

Utrecht.<br />

• Verweel, P. (2007). Respect in <strong>en</strong> door sport. Oratie. Amsterdam: SWP.<br />

• Verweel, P. & M. Wolterbeek (2011). De alledaagse kracht van sport. Amsterdam:<br />

SWP.<br />

• Visscher, C. (2008). Jeugdsport: ler<strong>en</strong> <strong>en</strong> prester<strong>en</strong>: over motoriek, cognitie,<br />

tijd, kwaliteit <strong>en</strong> effectiviteit. Groning<strong>en</strong>: Christiaan Visscher, verslag.<br />

• Visscher, C., E. Hartman & M. Elferink-Gemser (2011). Fit, vaardig <strong>en</strong> verstandig!:<br />

e<strong>en</strong> dec<strong>en</strong>nium “Groninger” onderzoek naar de relatie tuss<strong>en</strong><br />

beweg<strong>en</strong> <strong>en</strong> cognitie, sport- <strong>en</strong> schoolprestaties bij de jeugd. Groning<strong>en</strong>:<br />

Rijksuniversiteit Groning<strong>en</strong>.<br />

• VWS (1996). Wat sport beweegt: contour<strong>en</strong> <strong>en</strong> speerpunt<strong>en</strong> voor het sport<strong>beleid</strong><br />

van de rijksoverheid. D<strong>en</strong> Haag: Sdu Uitgevers.<br />

Transnational health care and medical tourism: understanding 21st-c<strong>en</strong>tury pati<strong>en</strong>t mobility


• VWS (2001). Sport, beweg<strong>en</strong> <strong>en</strong> gezondheid: naar e<strong>en</strong> actief kabinets<strong>beleid</strong><br />

ter vergroting van de gezondheid door <strong>en</strong> bij sport <strong>en</strong> beweging. D<strong>en</strong><br />

Haag: Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn <strong>en</strong> Sport.<br />

• VWS (2005). Tijd voor sport: beweg<strong>en</strong>, meedo<strong>en</strong>, prester<strong>en</strong>. Nota sport<strong>beleid</strong>.<br />

D<strong>en</strong> Haag: Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn <strong>en</strong> Sport.<br />

• VWS (2008). De kracht van sport. Beleidsbrief. D<strong>en</strong> Haag: Ministerie van<br />

Volksgezondheid, Welzijn <strong>en</strong> Sport.<br />

• VWS (2011). Sport <strong>en</strong> beweg<strong>en</strong> in Olympisch perspectief. Beleidsbrief.<br />

D<strong>en</strong> Haag: Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn <strong>en</strong> Sport.<br />

• Werff, H. van der, E. Wisse & M. Stuij (2012). Sport <strong>en</strong> onderwijs verbond<strong>en</strong>:<br />

kwalitatief verdiep<strong>en</strong>d onderzoek naar succesfactor<strong>en</strong> in de sam<strong>en</strong>werking<br />

tuss<strong>en</strong> sportver<strong>en</strong>iging<strong>en</strong> <strong>en</strong> schol<strong>en</strong>. Utrecht: Mulier Instituut.<br />

Not<strong>en</strong> & Literatuur<br />

63


<strong>10</strong> <strong>jaar</strong><br />

<strong>sportonderzoek</strong><br />

<strong>en</strong> -<strong>beleid</strong><br />

Essay ter geleg<strong>en</strong>heid van het ti<strong>en</strong>jarig<br />

bestaan van het Mulier Instituut<br />

Ko<strong>en</strong> Breedveld,<br />

Hugo van der Poel<br />

<strong>en</strong> Agnes Elling

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!