Bekijk het inkijkexemplaar - Cross Media Nederland
Bekijk het inkijkexemplaar - Cross Media Nederland
Bekijk het inkijkexemplaar - Cross Media Nederland
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
Stephan Claes interviewt edward Shorter<br />
de Psychiater vroeg aan psychiater prof. dr. Stephan Claes<br />
(UZ Leuven, K.U.Leuven) om de Canadese gastspreker prof. dr.<br />
edward Shorter in een persoonlijk gesprek enkele vragen voor<br />
te leggen.<br />
an swerts, wetenschapsjournalist<br />
Claes: ‘U bent erg kritisch over <strong>het</strong> depressie-concept zoals <strong>het</strong><br />
in de DSm-IV is opgenomen. Behoort een groot deel van <strong>het</strong><br />
klinische beeld dat we onder majeure depressie plaatsen dan niet<br />
tot een medische categorie volgens u?’<br />
Shorter: ‘Zo sterk wil ik <strong>het</strong> niet stellen. Al de patiënten met<br />
een depressie verkeren over <strong>het</strong> algemeen in nood en verdienen<br />
medische hulp. maar de term majeure depressie omvat zowel<br />
de melancholische als niet-melancholische depressie, terwijl<br />
volgens mij alleen de eerste een échte stemmingsstoornis is. De<br />
niet-melancholische depressie werd vroeger niet eens aangeduid<br />
met depressie. men sprak over een zenuwziekte, met symptomen<br />
zoals angst, vermoeidheid en obsessies op de voorgrond.’<br />
‘ECt heeft zijn verdienste als behandeling voor melancholische<br />
depressie bewezen, maar kan <strong>het</strong> ook nuttig zijn bij wat u zojuist<br />
omschreef als zenuwziekten?’<br />
‘Alleen als die met uitgesproken depressieve symptomen<br />
gepaard gaan, maar <strong>het</strong> effect is minder sterk dan bij een zuivere<br />
melancholische depressie. Daarom zal de patiënt de mogelijke<br />
nevenwerkingen van ECt, zoals geheugenstoornissen, er minder<br />
graag bijnemen. Sommigen raken er zelfs door geobsedeerd, wat<br />
uiteraard contratherapeutisch werkt.’<br />
‘In uw laatste boek Endocrine Psychiatry benadrukt u <strong>het</strong><br />
belang van endocriene abnormaliteiten bij depressie, zoals een<br />
hyperactieve HPA-as. treden deze abnormaliteiten ook op bij<br />
‘zenuwziekten’?’<br />
‘Nee. maar ze doen zich wel ook voor bij andere psychiatrische<br />
ziekten, zoals anorexia nervosa en dementie.’<br />
‘Zou een Dexamethason Suppressie test (DSt) of gecombineerde<br />
Dexamethason/Corticotropin Releasing Hormone test deel<br />
moeten uitmaken van <strong>het</strong> assessment van depressieve patiënten?’<br />
‘Niet noodzakelijk. Psychiaters hebben de DSt niet nodig om tot<br />
de diagnose van melancholische depressie te komen. De test is<br />
wél nuttig om te achterhalen of een patiënt, na een schijnbaar<br />
succesvolle behandeling, effectief geen zelfmoordneigingen meer<br />
heeft. Wat betreft de gecombineerde test: die heeft volgens mij<br />
geen toegevoegde waarde.’<br />
‘U staat heel kritisch tegenover psychoanalyse, maar gaat u<br />
ermee akkoord dat psychodynamische therapieën toch waardevol<br />
kunnen zijn?’<br />
‘Psychologische therapieën zijn altijd waardevol, of ze nu psychodynamisch<br />
zijn of niet. Waarin ik niet geloof, is de wetenschappelijke<br />
waarde van psychoanalyse.’<br />
BIJEENKOmSt<br />
‘De psychiatrie doorliep in de 19 e eeuw, met mensen als Griesinger<br />
en Alzheimer, een biologische fase. Nadien volgde een psychologische<br />
fase met de opkomst van de psychoanalyse. Vandaag<br />
bevinden we ons weer in een biologische fase. Denkt u dat in de<br />
toekomst de pendel weer de psychologische kant opgaat?’<br />
‘Dat is best mogelijk. De psychiatrie is een discipline die<br />
heel gevoelig is voor nieuwe theorieën, al dan niet met sterk<br />
wetenschappelijke fundamenten. Zo vond in de jaren zeventig<br />
de neurotransmittertheorie ingang. Vandaag weten we dat<br />
de werking van antidepressiva heel wat complexer is dan de<br />
dopamine- of serotonine-heropnameremming. toch heeft deze<br />
theorie de psychiatrie wel 20 jaar in de ban gehouden. Welke de<br />
opvolger van deze theorie is, is nog niet duidelijk, maar dát die er<br />
komt, is zeker.’<br />
‘Er gebeurt veel onderzoek naar de genetica van psychiatrische<br />
aandoeningen, maar verhoopte resultaten blijven grotendeels uit.<br />
Hoe verklaart u dat?’<br />
‘Psychiatrische aandoeningen, zoals majeure depressie of<br />
schizofrenie, zijn geen zuivere biologische ziekten. Het zijn<br />
ziekteconcepten, artefacten dus, die verschillende biologische<br />
ziekten met elk een eigen genetische achtergrond clusteren.<br />
Zoeken naar dé genetica van zo’n cluster, is dus onzin.’<br />
‘U bent sociaal geschiedkundige van opleiding. Vanwaar uw<br />
interesse voor de geschiedenis van de psychiatrie?’<br />
‘Bij <strong>het</strong> schrijven van mijn eerste werk, over de geschiedenis<br />
van de obstetrie en gynaecologie, raakte ik geïntrigeerd door de<br />
psychologische en psychiatrische problemen van de patiënten.<br />
Bovendien gooide de psychiatrie in die tijd de psychoanalyse<br />
overboord en ging ze de biologische kant op. Hierdoor werd ze<br />
voor mij een interessante discipline, waaraan ik, als geschiedkundige,<br />
daadwerkelijk een bijdrage kon leveren. Daarom maakte ik<br />
de shift naar de psychiatrie.’<br />
‘Jonge artsen verkiezen vandaag vaak heel technische specialismen<br />
boven de psychiatrie. Hoe zou u ze motiveren om tóch voor<br />
de psychiatrie te kiezen?’<br />
‘Als psychiater kun je voor patiënten écht <strong>het</strong> verschil maken en<br />
hun levenskwaliteit ingrijpend verhogen. Wellicht méér dan in<br />
gelijk welk ander specialisme, op de oncologie na.’<br />
DEPSYCHIATER 3 • 2011 21