01.09.2013 Views

Jaargang 2, nummer 3 - academisch ziekenhuis Maastricht

Jaargang 2, nummer 3 - academisch ziekenhuis Maastricht

Jaargang 2, nummer 3 - academisch ziekenhuis Maastricht

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

magazine voor het azM en de UM-faculteit Health, Medicine and Life Sciences<br />

jaargang 2 / <strong>nummer</strong> 3 / februari 2007<br />

<strong>Maastricht</strong> UMC+ is klaar voor de toekomst<br />

Antimaterie als futuristisch strijdwapen tegen kanker<br />

Kinderen opereren met een robot<br />

Ruiltransplantaties: een nier voor een nier


colofon<br />

2<br />

SUMMUM is een gemeenschappelijke, tweemaandelijkse<br />

uitgave voor de medewerkers en externe<br />

relaties van het <strong>academisch</strong> <strong>ziekenhuis</strong> <strong>Maastricht</strong><br />

en de Faculteit Health, Medicine and Life Sciences<br />

van de Universiteit <strong>Maastricht</strong>.<br />

Kijk ook op www.summum.mumc.nl<br />

Uitgever stafdienst Communicatie azM<br />

Wnd. hoofdredacteur Martin Lehmann<br />

Eindredactie Ellen Kennes<br />

De redactie is gevestigd bij de stafdienst<br />

Communicatie azM op niveau 1, voorbij de<br />

Guddezaal.<br />

Postbus 5800, 6202 AZ <strong>Maastricht</strong><br />

T 043 387 51 12, F 043 387 51 14<br />

E summum@mumc.nl<br />

Teksten Karin Burhenne / Jos van Cann / Willy<br />

Janssen / Ellen Kennes<br />

Foto’s Appie Derks / Star Trek, Paramount Pictures<br />

& Home Entertainment<br />

Illustraties Aad Goudappel / Ruben L.<br />

Oppenheimer / Geertjan van Zonneveld<br />

Basisvormgeving Zuiderlicht, <strong>Maastricht</strong><br />

Grafisch design Geertjan van Zonneveld /<br />

Zuiderlicht, <strong>Maastricht</strong><br />

Druk Drukkerij Rosbeek BV, Nuth<br />

ISSN: 1871-1758<br />

SUMMUM wordt gedrukt op EMAS milieugecertificeerd<br />

papier.<br />

Niets uit deze uitgave mag worden overgenomen of<br />

vermenigvuldigd zonder voorafgaande schriftelijke<br />

toestemming van de stafdienst communicatie van<br />

het azM. De uitgever aanvaardt geen aansprakelijkheid<br />

voor schade, mogelijk geleden door informatie<br />

uit dit blad, dat met de grootst mogelijke zorgvuldigheid<br />

wordt samengesteld.<br />

inhoud<br />

nr 3<br />

02.07<br />

Opinie<br />

Met het <strong>Maastricht</strong> UMC+ zijn universiteit<br />

en <strong>ziekenhuis</strong> helemaal klaar voor de<br />

veranderingen in de gezondheidszorg,<br />

is de stellige overtuiging van voorzitter<br />

Guy Peeters van de Raad van Bestuur<br />

van het azM en decaan Harry Hillen van<br />

de Faculty of Health, Medicine and Life<br />

Sciences van de UM.<br />

4<br />

7<br />

8<br />

Grenzeloos<br />

Het Center for Translational Molecular<br />

Medicine wil nieuwe onderzoekstechnieken<br />

ontwikkelen om ziektes eerder op te<br />

sporen en hun verloop beter te volgen en<br />

voorspellen. Denk aan een simpele test<br />

om het risico op hartfalen te voorspellen.<br />

Maar bovenal wil het CTMM patiënten<br />

eerder laten profiteren van de resultaten<br />

van wetenschappelijk onderzoek.<br />

15 16 18 20 24<br />

Proefschrift<br />

Cécile Henquet, promovendus aan de<br />

voormalige Faculteit der Geneeskunde,<br />

onderzocht of cannabis – het meest<br />

gebruikte geestverruimende middel ter<br />

wereld – schizofrenie veroorzaakt. Uit<br />

haar onderzoek blijkt dat dit inderdaad<br />

het geval kan zijn. Maar niet iedereen is<br />

even gevoelig voor de negatieve effecten<br />

van cannabis.<br />

In de draaideur<br />

Vanaf 1 februari jl. is Liz Tans het nieuwe<br />

hoofd Communicatie van het azM. “Eén<br />

van de belangrijkste redenen om naar het<br />

azM te komen, is dat het, na twintig jaar<br />

in het bedrijfsleven een uitdaging is eens<br />

in een heel andere sector te kijken.”<br />

Ruiltransplantatie<br />

als<br />

nieuwe optie<br />

Een nier voor een nier<br />

Het azM voerde onlangs voor het eerst<br />

een ruiltransplantatie bij twee nierpatiënten<br />

uit. Twee nierdonoren hielpen<br />

daarbij via een ruilprogramma hun<br />

echtgenoot en een goede kennis met<br />

de onderlinge ruil van een vrijwillig<br />

afgestane, levende nier.<br />

Patiënt centraal<br />

Psoriasispatiënten kunnen tegenwoordig<br />

terecht bij het Dagbehandelingcentrum<br />

Dermatologie voor psoriasistherapie in dagbehandeling.<br />

Daardoor hoeven ze niet meer<br />

te worden opgenomen in het <strong>ziekenhuis</strong> en<br />

kunnen ze actief blijven in het arbeidsproces.<br />

Willy Utens komt drie keer per week naar het<br />

azM: “Dat valt redelijk goed te combineren<br />

met de ploegendiensten van mijn werk.”<br />

De expert(ise)<br />

Hans Evers is expert of het gebied van<br />

in­vitrofertilisatie (IVF) ofwel reageerbuisbevruchtingen.<br />

“De kans op een zwangerschap<br />

per gestarte IVF­behandeling is<br />

in <strong>Maastricht</strong> groter dan elders”, aldus<br />

Evers. <strong>Maastricht</strong> blinkt vooral uit in het<br />

terugplaatsen van ingevroren en later<br />

weer ontdooide embryo’s, een uiterst<br />

gecompliceerde techniek.<br />

10 12<br />

Kijkoperaties<br />

met behulp<br />

van een robot<br />

Kinderen opereren met een robot<br />

<strong>Maastricht</strong>se urologen hebben baanbrekend<br />

werk verricht bij urologische<br />

ingrepen bij kinderen. Zij introduceerden<br />

nieuwe technieken op dit terrein waaronder<br />

kijkoperaties met een robot.<br />

Antimaterie bestrijdt kanker<br />

Starship Enterprise uit de serie Star<br />

Trek gebruikt het als brandstof en<br />

misschien gebruiken <strong>Maastricht</strong>se<br />

medici het binnenkort voor de bestrijding<br />

van kanker: antimaterie. Antiprotonen<br />

blijken namelijk effectiever<br />

dan de huidige bestralingsmethoden.<br />

3<br />

summum ©<br />

nr 1 / 09.05<br />

Aan de ene kant<br />

Jos Bien, secretaresse bij UMonderzoeksinstituut<br />

Caphri, is ook<br />

ambtenaar van de burgerlijke stand.<br />

Zij sluit jaarlijks 40 à 60 huwelijken.<br />

“Ik maak wel eens rare dingen mee.<br />

Bijvoorbeeld paren die hun hond<br />

meenemen en die ook een ‘pootje’<br />

in het trouwboekje moet zetten.”


opinie<br />

4<br />

Veranderingen in de gezondheidszorg? Met het <strong>Maastricht</strong> UMC+ zijn universiteit en <strong>ziekenhuis</strong> er straks helemaal<br />

klaar voor, is de stellige overtuiging van voorzitter Guy Peeters van de Raad van Bestuur van het azM. Decaan Harry<br />

Hillen van de nieuwe Faculty of Health, Medicine and Life Sciences (FHML) van de Universiteit <strong>Maastricht</strong> deelt die visie.<br />

<strong>Maastricht</strong> met UMC+ klaar<br />

voor veranderingen in de zorg<br />

summum © summum ©<br />

Het enthousiasme voor het <strong>Maastricht</strong> UMC+ houdt<br />

Harry Hillen, vice-decaan Frits van Merode en Guy<br />

Peeters “van de straat”, heeft Hillen ooit gezegd.<br />

Is dat het doel van het UMC+?<br />

Harry Hillen lacht. Dan, ernstig: “Het geeft wel aan dat het<br />

UMC+ niet vanzelf ontstaat. Het kost veel tijd, er vindt heel<br />

veel overleg plaats.”<br />

Guy Peeters knikt: “De vorming van het UMC+ vergt een<br />

enorme reorganisatie en heeft een grote impact. In het<br />

<strong>ziekenhuis</strong> moeten 4.500 werknemers in beweging komen.<br />

Voor sommige mensen verandert niet zo veel, maar anderen<br />

moeten volstrekt anders gaan werken of zich met andere<br />

onderwerpen bezig gaan houden. Dus of ik van de straat<br />

ben, ja, dat kan ik garanderen.”<br />

Hillen valt hem bij: “Bij de nieuwe faculteit die is ontstaan na<br />

de fusie van Geneeskunde en Gezondheids wetenschappen<br />

gaat het ook nog eens over 1.800 mensen.”<br />

Waarom is het goed dat in <strong>Maastricht</strong> een UMC wordt<br />

gevormd?<br />

Guy Peeters: “Het azM is geen gewoon <strong>ziekenhuis</strong>, maar<br />

een kenniscentrum. In dat kenniscentrum wordt onderzoek<br />

gedaan naar aanleiding van vragen uit de medische praktijk.<br />

In de faculteit wordt fundamenteel onderzoek gedaan waarvan<br />

de uitkomsten mogelijk invloed hebben op die medische<br />

praktijk. Die twee soorten onderzoek willen we beter koppelen<br />

en dat vergt een andere vorm van bestuur. Daar heb<br />

je het <strong>Maastricht</strong> UMC+ voor nodig. Het voordeel is dat<br />

de zorg naar een hoger niveau kan worden getild en onderzoeksresultaten<br />

sneller in de praktijk toepasbaar zijn.<br />

Daarbij focussen we op zaken waar we goed in zijn.”<br />

Harry Hillen: “Mee eens. Onderzoek, onderwijs, patiënten­<br />

zorg, alle onderdelen profiteren van de vorming van het<br />

UMC+. Studenten krijgen meer mogelijkheden. Samenwerking<br />

met een concern als DSM is ook alleen mogelijk<br />

als azM en faculteit samen optrekken in het UMC+. Die plus<br />

in UMC+ is voor mij ook heel wezenlijk. In <strong>Maastricht</strong> wordt<br />

iets anders gedaan dan in de andere UMC’s. Wij voegen iets<br />

toe. Wij willen een bijdrage leveren aan werkelijk nieuwe in ­<br />

zichten en daar internationaal gezien ook naam mee maken.”<br />

Guy Peeters: “Het is goed als de verschillende onderzoekers<br />

meer met elkaar optrekken. Dankzij bevolkingsonderzoeken<br />

weten we bijvoorbeeld al dertig jaar dat roken schadelijk is.<br />

Fundamentele onderzoekers proberen weer aan te tonen<br />

waarom roken schadelijk is en waarom dat per individu kan<br />

verschillen, bijvoorbeeld door erfelijke aanleg. Als die verschillende<br />

onderzoekers meer met elkaar optrekken, krijg je<br />

sneller antwoord op de vraag waarom roken schadelijk is.”<br />

Het is toch logisch dat ze samen optrekken?<br />

Guy Peeters: “Ja, dat klopt.”<br />

Harry Hillen, zoekend naar een verklaring waarom dat nog<br />

niet stelselmatig gebeurt: “Het heeft met een manier van<br />

denken te maken. De fundamentele onderzoeker kijkt anders,<br />

die onderzoekt bijvoorbeeld de moleculaire basis van de<br />

schade door roken. Iemand die in de patiëntenzorg zit, wil<br />

snel resultaten zien, die wil zijn patiënten kunnen behandelen.<br />

Die twee culturen willen we in <strong>Maastricht</strong> bij elkaar brengen<br />

en daar is het UMC+ voor nodig. Overigens zijn de cultuurverschillen<br />

de laatste jaren al verminderd. De visie op<br />

gezondheid en gezondheidszorg is veranderd. Door technische<br />

ontwikkelingen kan soms al in een heel vroeg stadium<br />

worden vastgesteld of iemand ziek wordt. Daar zal de<br />

gezondheidszorg zich steeds meer op gaan toeleggen.<br />

5


6<br />

summum ©<br />

Binnen het UMC+ gaan we ons ook meer richten op het<br />

voorkomen van ziektes, niet alleen op het bestrijden daarvan.<br />

Neem mensen met hoge bloeddruk. Onderzoek moet<br />

aantonen waarom iemand hoge bloeddruk krijgt. Je hoopt<br />

ook dat mensen hun medicijnen tegen hoge bloeddruk<br />

innemen, maar dat gebeurt vaak niet. Bij Gezondheidswetenschappen<br />

is veel kennis over dit gedrag. Met behulp<br />

van die kennis kun je de voorlichting over medicijngebruik<br />

aan patiënten met hoge bloeddruk bijstellen. Dankzij het<br />

UMC+ kun je ook met DSM praten over het ontwikkelen<br />

van een pleister voor een patiënt met hoge bloeddruk. Die<br />

patiënt krijgt dan bijvoorbeeld een maandlang de medicijnen<br />

automatisch via een pleister toegediend en hoeft geen pillen<br />

meer te slikken. In de kliniek kun je dan weer onderzoeken<br />

of die pleister werkt. En fundamentele onderzoekers kunnen<br />

dan weer onderzoeken hoe die pleister werkt.”<br />

Peeters: “Het UMC+ moet al die taken coördineren.”<br />

De zorg moet anders worden georganiseerd?<br />

Guy Peeters: “De centrale vraag wordt: wat moet ik doen<br />

om gezond te blijven? De rol van ziekenhuizen, maar ook<br />

bijvoorbeeld die van huisartsen en de thuiszorg, zal daardoor<br />

veranderen. Je zou een soort Club van Rome moeten<br />

oprichten om de politiek daarvan te doordringen. Stel, ik ben<br />

kerngezond, maar vroege diagnostiek heeft aangetoond dat<br />

ik over een jaar diabetespatiënt word. Daar wil ik graag iets<br />

aan doen; ik wil weten hoe ik dat kan voorkomen. En ik denk<br />

dat het gros van de mensen dat wil. De overheid moet daar<br />

op inspelen. ”<br />

Harry Hillen knikt: “Dat moment is niet meer ver weg.<br />

Straks kun je voorspellen hoe groot de kans is of iemand<br />

longkanker krijgt van roken. Dat is een individueel verhaal<br />

Het UMC+ in vogelvlucht<br />

Het <strong>Maastricht</strong> Universitair Medisch Centrum+ wordt een top <strong>academisch</strong> centrum voor patiënten-<br />

zorg, opleiding, onderzoek en onderwijs op het terrein van ziekte én gezondheid. De nadruk ligt op<br />

chronische ziekten, oncologie, geestelijke gezondheidszorg, hart- en vaatziekten en public health/<br />

primary care. Op 1 januari 2008 moet het UMC+ een feit zijn.<br />

Op weg naar het UMC+ zijn de faculteiten Geneeskunde en Gezondheidswetenschappen op 1 januari<br />

van dit jaar gefuseerd. Harry Hillen is decaan van deze nieuwe Faculty of Health, Medicine and Life<br />

Sciences. Frits van Merode is vice-decaan.<br />

In het <strong>Maastricht</strong> UMC+ trekken de nieuwe faculteit en het <strong>ziekenhuis</strong> samen op, maar zij behouden<br />

wel hun eigen verantwoordelijkheid. Het UMC+ wordt straks aangestuurd door het Gemeen schappelijk<br />

Beleidsorgaan (GBO) en het Gemeenschappelijk Uitvoeringsorgaan (GUO). In het GBO zit de<br />

voorzitter van het College van Bestuur van de UM en de voorzitter van de Raad van Bestuur van<br />

het azM. In het GUO zijn straks de leden van de Raad van Bestuur van het azM en de decaan<br />

van de nieuwe faculteit vertegenwoordigd.<br />

dat meer effect heeft dan een algemene waarschuwing op<br />

een pakje sigaretten. Een andere gezondheidszorg begint<br />

ook bij de manier waarop mensen worden opgeleid. Dat is<br />

een belangrijke taak van het UMC+. ”<br />

Vertegenwoordigers van studenten hebben onlangs<br />

juist de vrees geuit dat het onderwijs ondersneeuwt<br />

in het <strong>Maastricht</strong> UMC+.<br />

Harry Hillen: “Het onderwijssysteem van de UM is zo goed<br />

dat studenten altijd onrustig worden als je daar iets aan wilt<br />

veranderen. In de praktijk zie je vervolgens dat ze juist heel<br />

enthousiast reageren op veranderingen die worden doorgevoerd,<br />

zoals het werken op de poliklinieken in een vroeg<br />

stadium van de studie. Het is de angst voor het onbekende.<br />

Maar ik ga er van uit dat de onrust wegebt zodra studenten<br />

ervaren wat het UMC+ voor hen betekent.”<br />

Tot slot: in huis klinkt de kritiek dat het allemaal zo lang<br />

duurt.<br />

Guy Peeters, resoluut: “Integendeel, het gaat juist razendsnel.<br />

Sneller dan de vorming van elk ander UMC in Nederland<br />

in het verleden. Bovendien kan het <strong>Maastricht</strong> UMC+<br />

straks adequaat inspelen op alle veranderingen in de<br />

gezondheidszorg, in grotere rust dan andere Nederlandse<br />

ziekenhuizen. Wij zijn er op voorbereid, daar ben ik van<br />

overtuigd.” •<br />

“Communicatie<br />

helpt doelstellingen<br />

organisatie<br />

verwezenlijken”<br />

Vanaf 1 februari jongstleden is Liz Tans<br />

het nieuwe hoofd Communicatie van het<br />

azM. “Eén van de belangrijkste redenen<br />

om naar het azM te komen, is dat het, na<br />

twintig jaar in het bedrijfsleven te hebben<br />

gewerkt in allerlei communicatiefuncties,<br />

een uitdaging is eens in een heel andere<br />

sector te kijken. De gezondheidszorg is<br />

een branche waarin sinds een paar jaar<br />

veel dynamiek zit en waar in toenemende<br />

mate het belang van communicatie wordt<br />

erkend.<br />

Je helder profileren naar de interne en<br />

externe doelgroepen toe, is van groot<br />

belang om in het huidige krachtenveld<br />

goed overeind te blijven. Ook voor het<br />

azM betekent dit dat daar hard en consistent<br />

aan moet worden gewerkt. Ik hoop<br />

dat ik de kennis en ervaring die ik de afgelopen<br />

twintig jaar in het bedrijfsleven heb<br />

opgedaan, ten nutte kan maken in deze<br />

organisatie. En aan de andere kant maak<br />

ik heel graag gebruik van de inzichten die<br />

binnen deze branche bestaan ten aanzien<br />

van de rol en invulling van communicatie.<br />

Ik zie dat als een verrijking.<br />

Communicatie is geen doel op zich, maar<br />

als het goed wordt ingezet, is het een<br />

strategisch management tool en kan dan<br />

een wezenlijke bijdrage leveren aan het<br />

behalen van de doelstellingen van de<br />

organisatie. Ik denk dat als onze interne<br />

en externe klanten vinden dat wij als stafdienst<br />

Communicatie die bijdrage daadwerkelijk<br />

leveren, we onze opdracht goed<br />

vervullen.” •<br />

in de draaideur<br />

7<br />

summum ©


“Ik loop gerust in korte<br />

mouwen”<br />

8<br />

9<br />

Willy Utens kampt al vijfentwintig jaar<br />

met de huidaandoening psoriasis.<br />

Nadat hij via lichttherapie eenmaal<br />

aan zijn maximale hoeveelheid licht<br />

was blootgesteld, moest hij stoppen<br />

met deze op zich succesvolle behandeling.<br />

Daarna volgde hij een speciale<br />

chemokuur, waarbij hij tabletten slikte.<br />

Deze therapie werkte uitstekend op<br />

zijn huidaandoening, maar moest<br />

helaas ook worden gestaakt vanwege<br />

de te grote belasting voor zijn lever.<br />

Tijdens een psoriasispatiëntendag<br />

hoorde Willy voor het eerst over de<br />

successen met Dithranol.<br />

De Dithranol­therapie begint met een<br />

kwartiertje in een zoutbad, zodat de<br />

huid goed schoon wordt en de huidschilfers<br />

zacht worden. Vervolgens<br />

gaat Willy naar de zalfkamer waar de<br />

aangetaste huid op zijn ellebogen, rug<br />

en onderbenen wordt ingesmeerd met<br />

Dithranol. De concentratie en tijdsduur<br />

van deze zalfbehandeling wordt volgens<br />

schema telkens verder opgevoerd.<br />

“Wanneer ik helemaal ben ingesmeerd,<br />

krijg ik een badjas aan en mag ik een<br />

halfuurtje koffiedrinken in de ‘woonkamer’.<br />

Dat is een prettige ruimte met<br />

een groot televisiescherm. Meestal<br />

zit ik daar te puzzelen tot ze me waar­<br />

Psoriasis in dagbehandeling in het azM<br />

Sinds enkele maanden kunnen psoriasispatiënten bij het azM terecht voor een therapie met Dithranolzalf (eventueel in<br />

combinatie met lichttherapie) die de snelle celdeling bij psoriasis remt. Hiervoor bezoeken zij enkele keren per week<br />

het speciale dagbehandelingcentrum van de afdeling Dermatologie azM. Door therapie in dagbehandeling<br />

aan te bieden, hoeven patiënten niet langdurig in het <strong>ziekenhuis</strong> te worden opgenomen en kunnen ze actief blijven<br />

in het arbeidsproces. Sinds november komt Willy Utens drie keer per week naar het azM voor deze behandeling.<br />

“Dat valt redelijk goed te combineren met de ploegendiensten van mijn werk.”<br />

summum © summum ©<br />

schuwen dat ik de zalf eraf moet gaan<br />

wassen in de douche. Dat afwassen is<br />

met deze substantie best nog een lastig<br />

klusje, zeker op je rug. Na afloop moet<br />

ik mijn huid ook weer goed insmeren<br />

met vaseline, want van al dat baden<br />

en douchen droogt mijn huid extra<br />

snel uit.” Hoewel het resultaat niet zo<br />

spectaculair is als bij zijn voorgaande<br />

therapieën, merkt Willy Utens zeker<br />

een positief effect. “De afschilfering<br />

van de huid wordt in ieder geval afgeremd.”<br />

Psoriasis is een huidaandoening waar<br />

je nooit meer vanaf komt. Soms is het<br />

een tijdje weg en vervolgens – meestal<br />

als gevolg van stress – breekt het<br />

weer in alle hevigheid los. Je kunt de<br />

symptomen alleen onderdrukken met<br />

allerlei tijdelijk werkende therapieën.<br />

In al die jaren heeft Willy Utens ermee<br />

leren leven. “Chloorwater in een zwembad<br />

doet mijn huid geen goed, maar<br />

ik loop gerust in korte mouwen en een<br />

korte broek. Als iemand ernaar vraagt,<br />

leg ik gewoon uit wat er met mijn huid<br />

aan de hand is. Je wordt vanzelf creatief<br />

in het bedenken van allerlei oplossingen<br />

om zo goed mogelijk met psoriasis om<br />

te gaan.” •<br />

Dagbehandelingscentrum azM<br />

Het azM beschikt over een speciaal<br />

dermato lo gisch dagbehandelingcentrum<br />

waar mensen met chronische huid aandoeningen<br />

terecht kunnen voor diverse<br />

therapieën. Dagbehandeling kan worden<br />

ingezet bij huidaandoeningen als psoriasis,<br />

eczeem en bepaalde vormen van<br />

huidkanker.<br />

patiënt centraal 9


grenzeloos<br />

10<br />

Van reageerbuis naar<br />

Voor de NZa staat het belang van<br />

de burger voorop: waar voor je<br />

geld oftewel goede zorg tegen<br />

een scherpe prijs! We moeten<br />

immers de goede gezondheidszorg<br />

in Nederland ook voor de<br />

toekomst voor iedereen toegankelijk<br />

en betaalbaar houden. De<br />

NZa denkt dat elementen van<br />

marktwerking, dat wil zeggen<br />

minder overheidsbemoeienis en<br />

meer ruimte voor de zorgprofessionals,<br />

kan bijdragen aan betere<br />

en betaalbare zorg in Nederland.<br />

Dat geldt ook voor <strong>academisch</strong>e<br />

ziekenhuizen. Maar u heeft bijzondere<br />

functies vooral bij opleidingen<br />

en topreferente en topklinische<br />

zorg. Daar is marktwerking<br />

niet aan de orde. Het is goed dat<br />

kortgeleden de overheid daar met<br />

de <strong>academisch</strong>e ziekenhuizen<br />

afspraken over heeft gemaakt.<br />

Academische ziekenhuizen hebben<br />

in Nederland een unieke<br />

positie. Dat moet zo blijven. Maar<br />

juist vanwege die unieke positie<br />

kunnen <strong>academisch</strong>e ziekenhuizen<br />

ook een belangrijke bijdrage<br />

leveren aan het betaalbaar houden<br />

van kwalitatief hoogwaardige<br />

zorg. De NZa kijkt uit naar een<br />

stimulerende samenwerking.<br />

Kijk ook op www.era-edta.org/ en www.ndt-educational.org/training.asp<br />

<strong>ziekenhuis</strong>bed 11<br />

summum © summum ©<br />

Het Center for Translational Molecular Medicine (CTMM) wil nieuwe<br />

onderzoekstechnieken ontwikkelen om ziektes eerder te kunnen opsporen<br />

en het verloop van ziektes beter te kunnen volgen en voorspellen. Denk<br />

bijvoorbeeld aan een simpele test waarmee je het risico op hartfalen na<br />

een hartinfarct kunt voorspellen of zogenoemde biomarkers waarmee de<br />

aanwezigheid van een bepaalde ziekte in het lichaam kan worden aangetoond.<br />

Bovenal wil het CTMM realiseren dat patiënten eerder profiteren<br />

van de resultaten van wetenschappelijk onderzoek. Uniek is dat het centrum<br />

daarbij nauw samenwerkt met de industrie*. De overheid is groot<br />

voorstander van dergelijke publiek-private samenwerkingsverbanden,<br />

omdat zij hoopt dat kennis zo eerder toepasbaar is.<br />

Het onderzoek binnen het CTMM zal zich met name richten op kanker en<br />

hart­ en vaatziekten; doodsoorzaak <strong>nummer</strong> 1 en 2 in Nederland. Daarnaast<br />

vindt onderzoek plaats naar neurodegeneratieve ziekten, zoals Alzheimer’s,<br />

die leiden tot een groot verlies in levenskwaliteit en die een steeds grotere<br />

bedreiging vormen vanwege de vergrijzing van de bevolking. Verder vindt<br />

onderzoek plaats naar infectieziekten, omdat men hier goede mogelijkheden<br />

ziet voor vroegdiagnostiek en vanwege de dreiging van pandemieën, zoals<br />

bijvoorbeeld veroorzaakt door vogelgriep.<br />

Wetenschappers uit heel Nederland kunnen onderzoeksvoorstellen indienen<br />

bij het CTMM. Zij moeten zelf gedeeltelijk de financiering daarvan verzorgen.<br />

Het CTMM verdubbelt de eigen inbreng van de goedgekeurde voorstellen.<br />

Begin 2007 starten naar verwachting de eerste onderzoeksprojecten. •<br />

Lees meer op www.CTMM.nl<br />

*De belangrijke deelnemers van het CTMM zijn Philips, Organon, DSM, FEI company,<br />

de Erasmus Universi teit, Universiteit Groningen, de Radboud Universiteit Nijmegen,<br />

de Vrije Universiteit, Universiteit Utrecht, de UM, de Technische Universiteit Eindhoven<br />

en het Nederlands Kanker Instituut.<br />

Proefdiervrij<br />

Twintig universiteiten, bedrijven en<br />

instituten uit elf landen ontwikkelen<br />

in de komende vijf jaar, onder leiding<br />

van UM­onderzoeksinstituut Nutrim<br />

(Nutrition and Toxicology Research<br />

Institute <strong>Maastricht</strong>), een serie testen<br />

om de kankerverwekkendheid van<br />

stoffen te bepalen. Deze testen worden<br />

nu nog vaak met proefdieren uitgevoerd.<br />

Het omvangrijke Europese<br />

project Carcinogenomics zet in op<br />

alternatieven voor dierproeven. De<br />

techniek die hiervoor wordt gebruikt,<br />

heet Genomics; de nieuwe term voor<br />

grootschalig onderzoek naar de erfelijkheid<br />

en functionaliteit van genen.<br />

Door het gebruik van genomicstechnologieën<br />

kan de mate van<br />

kankerverwekkendheid van stoffen<br />

op het niveau van genen worden<br />

onderzocht en aangetoond. De EU<br />

trekt 10,4 miljoen euro uit voor het<br />

Carcinogenomics project. De<br />

Provincie Limburg zegde eveneens<br />

subsidie toe.<br />

In Nederland mogen voor cosmetica<br />

al jaren geen dierproeven meer worden<br />

gedaan. De EU heeft besloten<br />

Nefrologie azM Europees<br />

trainings centrum<br />

De afdeling Nefrologie (nierziekten) & Transplantatie van het azM is door de European<br />

Renal Association (ERA) als eerste en enige afdeling in Nederland erkend als<br />

Europees Training Centre. De ERA verleent deze erkenning op basis van bepaalde<br />

verdiensten op het gebied van de nefrologie, dialyse en transplantatie. De afdeling<br />

Nefrologie & Transplantatie van het azM ontving de erkenning vanwege haar<br />

innovatieve patiënten zorg, het grote aantal internationale publicaties en bijdrages<br />

aan internationale tijdschriften en voordrachten op congressen. Verder hielp de<br />

afdeling bij het opstellen van Europese richtlijnen op het gebied van de nefrologie<br />

en zogenoemde best practice­richtlijnen. Bovendien staat de afdeling bekend om<br />

haar goede, internationale samenwerking op onderzoeks­ en onderwijsgebied.<br />

Prof.dr. Karel Leunissen, hoofd Nefrologie, is zeer verheugd over de erkenning<br />

van de ERA. “Die is heel bijzonder want we zijn de enige in Nederland. Die<br />

prestatie is te danken aan de enthousiaste inzet en samenwerking van internistnefrologen,<br />

transplantatie­ en vaattoegangschirurgen, dialyse­ en transplantatieverpleegkundigen<br />

en technici binnen onze afdeling en de goede samenwerking<br />

met andere afdelingen. We hanteren daarbij een multidisciplinaire aanpak.”<br />

Volgens Leunissen biedt de erkenning veel mogelijkheden voor de toekomst.<br />

“We merken nu al dat de patiëntenstroom toeneemt en dat we aanzienlijk meer<br />

aanvragen voor een opleidingsplaats krijgen; niet alleen vanuit heel Europa,<br />

maar bijvoorbeeld ook uit Azië. Ook merken we dat bepaalde industrieën nu<br />

zeer geïnteresseerd zijn in samenwerking met onze afdeling op het gebied van<br />

onderzoek. Er zijn nog geen concrete afspraken gemaakt, maar de onderhandelingen<br />

lopen.” •<br />

binnen enkele jaren het proefdiergebruik<br />

bij de ontwikkeling van nieuwe<br />

producten helemaal te verbieden.<br />

Er zijn echter nog onvoldoende alternatieven.<br />

“Wij gaan een serie testen<br />

ontwikkelen die kankerverwekkende<br />

eigenschappen van stoffen voor met<br />

name lever, longen en nieren kan<br />

bepalen. Zo helpen we de doelstel­<br />

lingen van de EU te verwezenlijken”,<br />

aldus projectcoördinator prof.dr. Jos<br />

Kleinjans, hoogleraar Milieu gezondheidkunde<br />

aan de UM/directeur van<br />

het Netherlands Toxicogenomixs<br />

Centre. •<br />

Lees meer op www.pers.unimaas.nl<br />

Frank de Grave<br />

Voorzitter Raad van Bestuur<br />

Nederlandse Zorgautoriteit<br />

column


Science fiction wordt werkelijkheid<br />

Starship Enterprise uit de serie Star Trek gebruikt het als brandstof en misschien gebruiken medici het binnenkort<br />

voor de bestrijding van kanker: antimaterie. Een internationaal gezelschap van artsen en fysici, onder leiding van de<br />

<strong>Maastricht</strong>se celbioloog Brad Wouters, onderzocht als eerste of zogenoemde antiprotonen kanker kunnen helpen<br />

bestrijden. Het resultaat is hoopgevend: antiprotonen blijken effectiever dan huidige bestralingsmethoden.<br />

Antimaterie is futuristisch<br />

strijdwapen tegen kanker<br />

12 13<br />

summum © summum ©<br />

Antideeltjes zijn eigenlijk hetzelfde<br />

als gewone deeltjes, op een paar<br />

fundamentele eigenschappen na,<br />

waaronder de lading. Zo bestaat<br />

behalve het elektron ook een antielektron,<br />

meestal positron genoemd.<br />

Ook protonen hebben een evenknie<br />

met omgekeerde lading: de antiprotonen.<br />

In principe kun je van antideeltjes<br />

dezelfde dingen maken als van de<br />

materie op aarde. Toch zullen we nooit<br />

antimaterie ‘in het wild’ zien, omdat<br />

materie en antimaterie onmogelijk<br />

naast elkaar kunnen bestaan: ze<br />

exploderen zodra ze in aanraking<br />

komen met elkaar. Het idee om precies<br />

die energie te gebruiken om kankercellen<br />

te bestralen, werd zo’n 20 jaar<br />

geleden voor het eerst geformuleerd.<br />

Het voordeel van antiprotonen is dat<br />

ze heel nauwkeurig te richten zijn. Pas<br />

als ze bijna tot stilstand komen, fuseren<br />

ze met gewone protonen. Dit ‘mikpunt’<br />

is in te stellen door de antiprotonen<br />

meer of juist minder energie mee te<br />

geven. Huidige bestralingsmethoden<br />

daarentegen zijn kwistiger en geven<br />

al veel energie af aan het lichaam (en<br />

veroorzaken dus schade) voordat ze<br />

de tumor bereiken.<br />

Wouters en zijn collega’s onderzochten<br />

in het deeltjesinstituut CERN (vlakbij<br />

Genève) voor het eerst de biologische<br />

consequenties van antiprotonbestraling.<br />

Ze bestraalden een buisje gelatine ge ­<br />

vuld met tumorcellen van een hamster<br />

eerst met gangbare bestralingsmethodes<br />

en vergeleken de effecten met<br />

bestraling met een bundel antiprotonen.<br />

Wat bleek: een antiprotonenstraal<br />

doodt veel meer cellen. Waarschijnlijk<br />

omdat antiprotonen dubbel zoveel<br />

energie in het mikpunt opwekken<br />

als gewone protonen, denkt Wouters.<br />

“Maar het biologische effect is nóg<br />

veel groter. De energie die bij het uiteenvallen<br />

van een proton­antiprotonpaar<br />

vrijkomt, zit veel ingewikkelder<br />

in elkaar. Daardoor is de DNA­schade<br />

die in de tumorcellen optreedt veel<br />

complexer. Tumorcellen hebben meer<br />

moeite die complexe schade te repareren.<br />

Al met al kun je zeggen dat<br />

antiprotonen vier keer efficiënter zijn<br />

dan gewone protonen.”<br />

Maar voordat de eerste kankerpatiënt<br />

kan worden met bestraald antiprotonen<br />

is nog veel werk aan de winkel. De<br />

antideeltjes zijn lastig in bedwang<br />

te houden en moeilijk te produceren.<br />

Bovendien moet worden onderzocht<br />

of antiprotonenbestraling werkelijk als<br />

alternatief kan dienen voor de huidige<br />

bestralingstechnieken. Zo levert de<br />

vrijgekomen energie mogelijk zelf<br />

een gevaar voor de gezondheid op.<br />

Wouters blijft echter hoopvol: “Het<br />

antiprotononderzoek zit in de lift.<br />

Binnenkort verrijst bijvoorbeeld in<br />

Heidelberg een nieuw antiprotoncentrum.”<br />

Bruikbare antiprotonen blijven<br />

dus nog even science fiction, maar<br />

dromen over toepassingen is vanaf<br />

nu wetenschappelijk geoorloofd. •<br />

Het onderzoek naar antiproton ­<br />

be stra ling is een gezamenlijk project<br />

van MAASTRO Clinic, het azM en<br />

UM­onderzoeksinstituut GROW. Lees<br />

meer op www.summum.mumc.nl


14<br />

summum ©<br />

Eerste grensoverschrijdende<br />

specialistenopleiding<br />

Het azM en het Universitätsklinikum in Aken beschikken over één gezamenlijk vaatcentrum,<br />

het Euregional Vascular Center (in het Duits: Euregional Gefäß chi rurgisch<br />

Zentrum Aachen-<strong>Maastricht</strong>). Prof.dr. Michael Jacobs, hoofd Chirurgie azM, is sinds<br />

2005 hoofd van dit gezamenlijke, euregionale vaatcentrum. Samen met dr. Gottfried<br />

Mommertz uit Aken gaat hij Duitse assistenten in Aken en <strong>Maastricht</strong> opleiden tot<br />

vaatchirurg. <strong>Maastricht</strong> en Aken beschikken daarmee over het eerste grensoverschrijdende,<br />

chirurgisch opleidingscentrum ter wereld.<br />

De Ärtztekammer Nordrhein­Westfalen heeft na visitatie de bevoegdheid afgegeven om de<br />

volledige opleiding tot vaatchirurg in de gecombineerde setting Aken­<strong>Maastricht</strong> te verzorgen.<br />

Deze bevoegdheid is per 1 december 2006 ingegaan. Dit houdt in dat de vierjarige, grensoverschrijdende<br />

opleiding tot vaatchirurg in 2007 daadwerkelijk kan starten. Vervolgens is<br />

medio december het Euregional Vascular Center zowel in <strong>Maastricht</strong> als in Aken gevisiteerd<br />

door de vertegenwoordigers van de Deutsche Gesellschaft für Gefäß chirurgie en de Deutsche<br />

Gesellschaft für Radiologie. Inzet was de certificering van de combinatie <strong>Maastricht</strong>­<br />

Aken als een officieel Zertifiziertes Gefäßzentrum. Begin januari 2007 resulteerde dit in een<br />

positief advies en zal de officiële certificering snel volgen. De eerste ‘grensoverschrijdend<br />

opgeleide vaatchirurgen’ zullen in 2011 klaar zijn met hun opleiding.<br />

Het azM wil zijn topreferente functie versterken en verder uitbouwen. Het sluiten van strategische<br />

allianties is daarbij noodzakelijk, met partners uit het bedrijfsleven of met instellingen<br />

in de gezondheidszorg in binnen­ en buitenland. Zo bouwt het azM met name in de Euregio<br />

aan een <strong>academisch</strong> netwerk. De inhoudelijke èn personele samenwerking met het Universitäts<br />

klinikum Aachen is daarvan een goed voorbeeld. •<br />

Kijk ook op www.klinikum.rwth-aachen.de<br />

<strong>Maastricht</strong> en Aken<br />

ontdekken nieuw nagel-gen<br />

Dermatologen van het azM en genetici van<br />

het Universitätsklinikum in Aken hebben<br />

een nieuw gen ontdekt: het RSPO4­gen.<br />

Dit gen zorgt voor de aanmaak van vinger­<br />

en teennagels.<br />

De ontdekking van het RSPO4­gen is<br />

weer een stapje verder in de verklaring<br />

hoe de mens in elkaar zit. De ontdekking<br />

verschaft ondermeer inzicht in hoe nagels<br />

op tenen en vingers ontstaan en inzicht<br />

in andere dermatologische aandoeningen<br />

waarbij nagels te dik of te dun zijn.<br />

Bovendien laat het zien hoe het lichaam<br />

polariseert, dat wil hetgeen dat in de groei<br />

bepaalt wat boven, beneden, links of rechts<br />

is. Deze zogeheten signaalsystemen spelen<br />

ook een belangrijke rol in andere processen,<br />

zoals de groei van embryo’s en<br />

tumoren. Tot slot kan de ontdekking van<br />

het RSPO4­gen mogelijk inzicht bieden in<br />

dermatologische ziektes met bijkomende<br />

afwijkingen zoals nierproblemen en afwijkingen<br />

van de knieschijven. Over verder<br />

onderzoek hiernaar zijn inmiddels afspraken<br />

gemaakt tussen de dermatologen en<br />

genetici in <strong>Maastricht</strong> en Aken.<br />

De resultaten van het <strong>Maastricht</strong>s­Akense<br />

onderzoek zijn inmiddels gepubliceerd<br />

in het prestigieuze wetenschappelijk tijdschrift<br />

American Journal of Human<br />

Genetics. De publicatie is het eerste<br />

resultaat van de joint­venture die de<br />

<strong>Maastricht</strong>se en Akense wetenschappers<br />

vormen op onderzoeksgebied. “Goede<br />

samenwerking laat zien dat je dan ook<br />

in staat bent grote Amerikaanse en Britse<br />

onderzoeken voor te zijn. Samenwerken<br />

vergroot je kans van slagen”, aldus de<br />

<strong>Maastricht</strong>se dermatologen prof.dr. Jorge<br />

Frank en dr. Maurice van Steensel. •<br />

Lees meer op www.summum.mumc.nl<br />

onder de berichten.<br />

Cannabis en<br />

schizofrenie<br />

Schizofrenie is één van de ernstigste<br />

psychiatrische aandoeningen die ongeveer<br />

één op de honderd mensen treft.<br />

Zowel genetische als omgevings factoren<br />

spelen een rol in het ontstaan en in het<br />

beloop van de ziekte. Cécile Henquet,<br />

promovendus aan de voormalige Faculteit<br />

der Geneeskunde, onderzocht of<br />

cannabis – het meest gebruikte geestverruimende<br />

middel ter wereld – een<br />

oorzaak is van schizofrenie. Uit haar<br />

onderzoek blijkt dat dit inderdaad het<br />

geval kan zijn. In de ‘algemene’ bevolking<br />

vergroot cannabis het risico op psychotische<br />

en manische symptomen. Bij<br />

patiënten met schizofrenie verergert<br />

cannabis reeds bestaande symptomen.<br />

In haar proefschrift toont Cécile Henquet<br />

verder aan dat niet iedereen even<br />

ge voelig is voor de negatieve effecten<br />

van cannabis. In experimentele studies<br />

waarin patiën ten en gezonde vrijwilligers<br />

werden blootgesteld aan cannabis,<br />

wordt het COMT gen geïdentificeerd als<br />

bepalende factor voor de gevoeligheid<br />

voor cannabis. Mensen met een bepaalde<br />

variant van dit gen vertonen significant<br />

meer geheugenstoornissen, hallucinaties<br />

en wanen na cannabisgebruik.<br />

Cannabisblootstelling voor de leeftijd van<br />

15 jaar vormt waarschijnlijk een groter<br />

risico op het ontwikkelen van psychose,<br />

dan cannabisgebruik op latere leeftijd.<br />

Henquet pleit daarom voor de ontwikkeling<br />

van preventieprogramma’s speciaal<br />

gericht op jongeren en tevens voor een<br />

vroegtijdige opsporing van mensen met<br />

een hoog risico op psychoses. Verder<br />

adviseert zij de ontwikkeling van programma’s<br />

die zich richten op het mini maliseren<br />

van cannabisgebruik bij mensen<br />

met een verhoogde kwetsbaarheid voor<br />

psychose om zo de verdere ontwikkeling<br />

van psychotische symptomen te verhinderen.<br />

•<br />

proefschrift<br />

15<br />

summum ©


16<br />

Voor het eerst ruiltransplantatie in azM<br />

Een nier voor<br />

een nier<br />

summum © summum ©<br />

Het azM voerde onlangs voor het eerst een cross-over ofwel ruiltransplantatie bij twee nierpatiënten uit. Twee nierdonoren,<br />

uit de regio <strong>Maastricht</strong> en uit de regio Rotterdam, hielpen daarbij via een ruilprogramma hun echtgenoot en<br />

een goede kennis door onderling een vrijwillig afgestane, ‘levende’ nier te ruilen. Het cross-over programma biedt een<br />

goede extra kans op transplantatie, naast het al langer bestaande directe levende niertransplantatieprogramma en<br />

transplantatie via de postmortale wachtlijst.<br />

Het aantal patiënten dat wacht op een donornier groeit<br />

ieder jaar. De meeste van hen wachten op een postmortale<br />

donatie waarbij ze een nier ontvangen van iemand die is<br />

overleden. De gemiddelde wachttijd hiervoor is inmiddels<br />

vier à vijf jaar. Sinds enkele jaren groeit daarom het aantal<br />

donaties ‘bij leven’. Daarbij staan gezonde mensen een nier<br />

af aan hun partner, familielid, vriend of andere dierbare.<br />

Maar dat kan alleen als de bloedgroep van de donor en<br />

ontvanger bij elkaar passen en de ontvanger geen antistoffen<br />

aanmaakt tegen weefseleigenschappen van de donor bijvoorbeeld<br />

door een zwangerschap, bloedtransfusie of eerdere<br />

niertransplantatie. Voor koppels die elkaar willen helpen<br />

door een nier af te staan, maar dat niet kunnen vanwege<br />

antistoffen of een niet passende bloedgroep, bestaat sinds<br />

januari 2004 een nieuwe mogelijkheid: cross­over ofwel<br />

ruiltransplantaties.<br />

Het landelijke cross­over project is een initiatief van het<br />

Erasmus MC in Rotterdam. De landelijke coördinatie verloopt<br />

via Eurotransplant in Leiden. John Dackus, coördinator<br />

levende nierdonaties azM, verzorgt de coördinatie vanuit<br />

het azM. Koppels die in aanmerking willen komen voor<br />

een ruiltransplantatie kunnen zich bij hem aanmelden. De<br />

gegevens van de donor en ontvanger, zoals namen, bloedgroepen<br />

en weefseltyperingskenmerken worden dan in de<br />

landelijke databank ingevoerd. Vier keer per jaar wordt in<br />

dat bestand gezocht naar mogelijke matches, zodat door<br />

het onderling ruilen van nieren beide patiënten kunnen<br />

worden geholpen. John Dackus: “Met een ‘koppel’ bedoelen<br />

we een donor en een ontvanger. Dat kan een echtpaar zijn,<br />

maar ook vrienden of familieleden. Meestal werken we met<br />

twee koppels, maar inmiddels wordt ook met drie koppels<br />

geruild. Dit was ook het geval bij de tweede cross­over<br />

transplantatie in het azM. Daarbij ontving de <strong>Maastricht</strong>se<br />

patiënt een nier uit Rotterdam, de <strong>Maastricht</strong>se donor gaf<br />

zijn nier aan een Leidse ontvanger en de Leidse donor<br />

stond zijn nier af aan de Rotterdamse ontvanger. Overigens<br />

blijven de donor en ontvangers van de ruiltransplantatie<br />

anoniem voor elkaar.”<br />

Hoewel niet iedereen een match vindt, is de kans op een<br />

snelle donorniertransplantatie via het cross­over programma<br />

aanzienlijk groter dan via de reguliere, postmortale wachtlijst,<br />

zegt Dackus. “Van de 116 patiënten die zich hebben<br />

aangemeld, is in twee jaar tijd inmiddels 42 procent<br />

getransplanteerd. Via de reguliere weg hadden ze hoogstwaarschijnlijk<br />

veel langer moeten wachten.” •<br />

17


de expert(ise)<br />

18<br />

summum ©<br />

nr 1 / 09.05<br />

Hans Evers, hoogleraar Obstetrie &<br />

Gynaecologie aan de UM/hoofd<br />

van het Centrum voor Voort plantings<br />

geneeskunde azM, raakte in<br />

de jaren tachtig geïnteresseerd in<br />

in­vitro fertilisatie (IVF) ofwel<br />

reageerbuis bevruchtingen.<br />

“Destijds bleek dat steeds meer<br />

mensen problemen hadden met<br />

kinderen krijgen en er waren nog<br />

geen oplossingen. Ik vond het een<br />

enorme uitdaging me daarmee<br />

bezig te houden.”<br />

Het IVF Centrum azM werd onlangs<br />

uitgeroepen tot beste van Nederland.<br />

<strong>Maastricht</strong> blinkt vooral uit in<br />

het terugplaatsen van ingevroren<br />

en later weer ontdooide embryo’s.<br />

Evers: “Embryo’s invriezen en weer<br />

zo ontdooien dat ze nog leven en<br />

verder groeien, is uiterst gecompliceerd.<br />

Als je iets invriest, droogt het<br />

ontzettend uit. Je moet de embryo’s<br />

daarom ‘inpakken’ in een speciale<br />

vloeistof met allerlei eiwitten, koolhydraten,<br />

et cetera om uitdroging te<br />

voor komen. Onze invriestechnieken<br />

zijn inmiddels zo goed dat we de<br />

rest van het land voorbij zijn ge ­<br />

gaan.” Bijkomend voordeel van<br />

het bovenstaande is dat daardoor<br />

minder (pijnlijke) puncties om de<br />

eicellen weg te zuigen noodzakelijk<br />

zijn. “Vrouwen moeten voorafgaand<br />

aan iedere eicelpunctie enkele<br />

weken hormonen spuiten met alle<br />

mogelijke complicaties van dien.<br />

Dus hoe minder puncties, hoe<br />

beter.”<br />

Dankzij de goede (invries) tech nie ken<br />

wordt in <strong>Maastricht</strong> meestal maar<br />

één embryo per IVF­behandeling<br />

geplaatst. “Plaats je meer embryo’s,<br />

dan stijgt de kans op een meerling.<br />

De daarmee gepaard gaande extra<br />

medische kosten zijn zo hoog dat<br />

het goedkoper is één embryo per<br />

keer te plaatsen en de overgebleven<br />

embryo’s in te vriezen voor eventuele<br />

latere plaatsingen.” Probleem<br />

is alleen dat IVF wordt betaald naar<br />

rato van het aantal eicelpuncties.<br />

Voor het terugplaatsen van ontdooide<br />

embryo’s hebben de zorgverzekeraars<br />

geen prijs vast gesteld<br />

en ontvangt het azM geen vergoeding.<br />

Evers: “De kans op een<br />

zwangerschap per gestarte IVFbehandeling<br />

is in <strong>Maastricht</strong> groter<br />

dan elders. Maar we zijn als het<br />

ware slachtoffer van ons eigen<br />

succes, want hoe beter we zijn,<br />

hoe minder we verdienen.” •<br />

IVF-expert Hans Evers:<br />

“We zijn<br />

‘slachtoffer’<br />

van ons eigen<br />

succes”<br />

Gezondheidszorg is<br />

geen consumptie goed<br />

Voor: Martijn Lamberti Tegen: René Grim<br />

De stelling van Martijn Lamberti<br />

summum © summum ©<br />

Volgens Martijn Lamberti,<br />

directeur Clinical Trial<br />

Center <strong>Maastricht</strong>, is<br />

ge zondheidszorg geen consumptie<br />

goed. “Patiënten<br />

hebben inderdaad meer<br />

inspraak en er worden<br />

steeds meer patiëntgerichte<br />

activiteiten ontwikkeld. Dat<br />

is prima, maar dat neemt<br />

niet weg dat de arts nog<br />

altijd de expert is en dus<br />

leading. Het <strong>ziekenhuis</strong> is<br />

geen winkelcentrum waar je<br />

alles uit het rek kunt nemen.<br />

Je gaat er gericht naar toe in<br />

verband met een bepaalde<br />

ziekte of aandoening en<br />

krijgt er een diagnose en<br />

behandeling van de arts.<br />

Er moet geen verdringingsmarkt<br />

zoals in de VS ontstaan<br />

waar de happy few<br />

alles kunnen kopen en het<br />

voor minder fortuinlijke<br />

burgers al moeilijk is goede<br />

basiszorg te krijgen.<br />

Gezondheidszorg moet<br />

worden gestuurd door de<br />

overheid zodat die voor<br />

iedereen beschikbaar blijft<br />

en geen schaarstegoed<br />

wordt.<br />

Ik vind wel dat we commercie<br />

moeten toelaten. De<br />

overheidsfinanciering wordt<br />

steeds minder en als de<br />

industrie extra financiële<br />

bronnen oplevert, is dat<br />

een goede zaak. Daardoor<br />

kunnen we extra kennis<br />

aantrekken en de winst<br />

kunnen we vervolgens weer<br />

investeren in onderzoek en<br />

gezondheidszorg. Maar je<br />

moet je bewust zijn van de<br />

risico’s: we moeten geen<br />

uitvoerend kanaal worden<br />

van de industrie. De commercie<br />

als ‘sponsor van de<br />

gezondheidszorg’ zie ik niet<br />

zitten.”<br />

Volgens René Grim, directeur<br />

Zorgservices Ziekenhuisgroep<br />

Twente, is<br />

gezondheidszorg al een<br />

consumptiegoed. “Enerzijds<br />

stijgen de gezondheidszorgkosten<br />

alsmaar, anderzijds<br />

is het politieke klimaat dusdanig<br />

dat de belastingdruk<br />

niet hoger mag worden.<br />

Als de kosten stijgen, maar<br />

we niet meer willen betalen,<br />

moeten we kiezen voor<br />

welke gezondheidszorg we<br />

collectief betalen en voor<br />

welke zorg niet. Dat gebeurt<br />

al; het basispakket voor<br />

verzekerde zorg wordt steeds<br />

kleiner. De minister besloot<br />

bijvoorbeeld dat besnijdenissen,<br />

ooglidcorrecties en<br />

de eerste IVF­behandeling<br />

niet meer zouden worden<br />

vergoed. Dat laatste is<br />

gelukkig teruggedraaid,<br />

want daarmee overschrijd<br />

je een grens. Mensen met<br />

een zwakkere portemonnee<br />

ontneem je de kans op kinderen,<br />

omdat ze geen IVF<br />

kunnen betalen. Toch nemen<br />

dergelijke keuzes alleen<br />

maar toe. Ik verwacht<br />

ondermeer discussies over<br />

spataderoperaties of snurkoperaties.<br />

Willen wij als<br />

Nederlanders meebetalen<br />

omdat iemand snurkt of<br />

geven we dat geld liever<br />

uit aan kankeronderzoek?<br />

Als dergelijke ingrepen geen<br />

verzekerde zorg meer zijn,<br />

worden ze doelwit van de<br />

commercie. Vanuit een professionele<br />

setting en onder<br />

begeleiding van een specialist<br />

kun je deze zorg dan<br />

aanbieden in bijvoorbeeld<br />

privé­klinieken. En niet in<br />

een <strong>academisch</strong> <strong>ziekenhuis</strong><br />

dat wordt gefinancierd door<br />

de overheid.” •<br />

de stelling 19


20<br />

<strong>Maastricht</strong>se kinderurologen introduceren<br />

baanbrekende operatietechniek<br />

Kinderen opereren met<br />

een robot 21<br />

summum © summum ©<br />

De <strong>Maastricht</strong>se urologen dr. Piet Callewaert en dr. Ernest Weil verrichten al sinds enkele jaren baanbrekend werk<br />

bij urologische ingrepen bij kinderen; vooral op het gebied van laparoscopische ingrepen ofwel kijkoperaties.<br />

Callewaert introduceerde samen met Weil een nieuwe operatietechniek: kijkoperaties met behulp van een operatierobot<br />

(de Da Vinci). Deze hebben als voordeel dat de operatielittekens kleiner zijn, maar vooral dat minder schade<br />

aan de buikwandspieren, de blaas en/of nieren optreedt. Hierdoor vermindert het risico op blaas- of nierfunctiestoornissen<br />

na de operatie.<br />

Al sinds 2002 voeren de urologen van het azM kijkoperaties<br />

bij kinderen uit. Sinds 2004 gebruiken ze bij complexere<br />

kijkoperaties de Da Vinci robot. “We ontwikkelden in 2005<br />

twee verschillende technieken om met de robot de terugstroom<br />

van urine naar de nieren te repareren”, aldus<br />

Callewaert. “Slechts drie centra ter wereld voerden destijds<br />

deze geavanceerde ingreep met behulp van de robot uit,<br />

waaronder het azM als eerste en voorlopig enige centrum<br />

in Europa.”<br />

Daarnaast gebruiken de urologen de robot bij het verbreden<br />

van vernauwingen tussen nierbekken en urineleider. Voorheen<br />

gebeurde dat via een conventionele ‘open’ operatie<br />

met een vrij grote en pijnlijke operatiewond tot gevolg. Weil:<br />

“Dankzij de robot kan dit allemaal veel verfijnder, omdat we<br />

zo bewegingen in het lichaam kunnen uitvoeren die voor de<br />

menselijke hand onmogelijk zijn. Daarbij profiteert de chirurg<br />

van een perfect driedimensionaal beeld (in de console van<br />

waaruit de robot wordt bestuurd, red.) hetgeen de precisie<br />

ten goede komt. Het is bijna alsof je een miniatuur chirurg<br />

bent, die ongemerkt in het lichaam van de patiënt kruipt en<br />

daar ‘aan de slag gaat’. Met de toevoeging van dr. Tom<br />

Tuytten aan ons team, verwacht ik dat de nieuwe ontwikkelingen<br />

op het gebied van de robotgeassisteerde chirurgie<br />

zullen versnellen.”<br />

De meest recente ontwikkeling van het urologieteam is het<br />

splitsen van dubbele nieren met de robot waarbij de zieke<br />

nierhelft wordt verwijderd. Deze ingreep wordt zelfs bij zeer<br />

jonge kinderen, die slechts een paar kilo wegen, uitgevoerd.<br />

Met name bij kinderen is deze robotingreep een nauwgezet<br />

werkje, omdat hun lichaam nog klein is en omdat moet<br />

worden ‘genavigeerd’ tussen een aantal belangrijke bloedvaten<br />

en het gezonde stuk nier absoluut niet mag worden<br />

beschadigd. Het voordeel van de robot is dat het instrumentarium<br />

de bewegingen van de hand perfect nabootst<br />

in tegenstelling tot het instrumentarium bij een gewone<br />

laparoscopische ingreep.<br />

Callewaert: “Ouders zijn vooral blij met de kleinere littekens;<br />

in onze ogen is dat slechts een relatief voordeel. De echte<br />

winst is het vlottere postoperatieve herstel, terwijl we in<br />

principe dezelfde ingreep uitvoeren als in ‘open’ chirurgie<br />

en met dezelfde genezingspercentages. Toch opereren we<br />

zeker niet alle kinderen met de Da Vinci robot, omdat er<br />

situaties zijn waarbij geen duidelijke winst is ten opzichte<br />

van de conventionele open chirurgie.” •<br />

Lees meer op www.summum.mumc.nl


22<br />

promoties<br />

11 januari 2007<br />

Promotie mw.drs. E.<br />

Ronckers in de Faculteit<br />

Health Medicine en Life<br />

Sciences<br />

Titel: “Economic evaluation<br />

of prevention programs for<br />

cardiovascular diseases”<br />

Promotor: prof.dr. W. Groot<br />

Co­promotor: dr. A. Ament<br />

18 januari 2007<br />

Promotie mw. A. Myint<br />

in de Faculteit Health<br />

Medicine en Life Sciences<br />

Titel: “Neurochemistry<br />

immune systems interaction<br />

in depression”<br />

Promotores: prof.dr. H.<br />

Steinbusch, prof.dr. B.<br />

Leonard<br />

Co­promotor: prof.dr. P.<br />

Scharpé, Antwerpen<br />

19 januari 2007<br />

Promotie mw.drs. A.<br />

Pleijers in de Faculteit<br />

Health Medicine en Life<br />

Sciences<br />

Titel: “Tutorial group discussion<br />

in problem­based<br />

learning”<br />

Promotor: prof.dr. C. van<br />

der Vleuten<br />

Co­promotores: dr. D.<br />

Dolmans, dr. H. Wolfhagen<br />

19 januari 2007<br />

Promotie mw.drs. M. Mol<br />

in de Faculteit Health<br />

Medicine en Life Sciences<br />

Titel: “Forgetfulness in<br />

healthy older adults: Determinants<br />

and interventions”<br />

Promotor: prof.dr. J. Jolles<br />

25 januari 2007<br />

Promotie mw.drs. S.<br />

Kuiper in de Faculteit<br />

Health Medicine en Life<br />

Sciences<br />

Titel: “Familiy History of<br />

Asthma; prognostic impact<br />

in infants and cost­effectiveness<br />

of primary prevention”<br />

Promotores: prof.dr. C. van<br />

Schayck, prof.dr. J.<br />

Knottnerus<br />

Co­promotores: dr. E.<br />

Dompeling, dr. J. Muris<br />

25 januari 2007<br />

Promotie mw.drs. P.<br />

Goyens in de Faculteit<br />

Health Medicine en Life<br />

Sciences<br />

Titel: “a­Linolenic Acid<br />

Metabolism in Humans”<br />

Promotor: prof.dr.ir R.<br />

Mensink<br />

1 februari 2007<br />

Promotie drs. M. Morren<br />

in de Faculteit Health<br />

Medicine en Life Sciences<br />

Titel: “Cognitive bias and<br />

the development of anxiety<br />

in children”<br />

Promotores: prof.dr. M.<br />

Kindt, UvA, prof.dr. M. van<br />

den Hout, UU<br />

2 februari 2007<br />

Promotie drs. Y. Temel<br />

in de Faculteit Health<br />

Medicine en Life Sciences<br />

Titel: “The subthalamic<br />

nucleus; a novel motor­<br />

associative­limbic interface”<br />

Promotores: prof.dr. E.<br />

Beuls, prof.dr. H.<br />

Steinbusch<br />

Co­promotor: dr. V. Visser­<br />

Vandewalle<br />

9 februari 2007<br />

Promotie drs. H. Hansen<br />

in de Faculteit Health<br />

Medicine en Life Sciences<br />

Titel: “Blood coagulation<br />

and diabetic vascular complications”<br />

Promotores: prof.dr. H. ten<br />

Cate, prof.dr. P. Reitsma, UvA<br />

Co­promotor: dr. H. Spronk<br />

9 februari 2007<br />

Promotie drs. F. Feron<br />

in de Faculteit Health<br />

Medicine en Life Sciences<br />

Titel: “Studies on neurodevelopmental<br />

issues in<br />

children”<br />

Promotores: prof.dr. J. Vles,<br />

prof.dr. J. Jolles<br />

Co­promotor: dr. J.<br />

Hendriksen<br />

9 februari 2007<br />

Promotie drs. G-J de<br />

Bruijn in de Faculteit<br />

Health Medicine en Life<br />

Sciences<br />

Titel: “Exploring individuallevel<br />

and environmental­<br />

level influences on Energy<br />

Balance­Related Behaviors:<br />

An integrative perspective”<br />

Promotores: prof.dr.ir. J.<br />

Brug, EUR, prof.dr. W. van<br />

Mechelen, VUA<br />

Co­promotor: dr. S. Kremers<br />

15 februari 2007<br />

Promotie dhr. G. Bertelli<br />

MD. in de Faculteit Health<br />

Medicine en Life Sciences<br />

Titel: “Tamoxifen and beyond:<br />

antiestrogens and<br />

aromatase inhibitors in the<br />

hormonal therapy of breast<br />

cancer”<br />

Promotor: prof.dr. J.<br />

Wagstaff<br />

16 februari 2007<br />

Promotie drs. A. Vrij in de<br />

Faculteit Health Medicine<br />

en Life Sciences<br />

Titel: “Inflammatory Bowel<br />

Disease and Haemostasis;<br />

clinical and biochemical<br />

studies”<br />

Promotores: prof.dr. R.<br />

Stockbrügger, prof.dr. H.<br />

Hemker<br />

Co­promotor: dr. J. van<br />

Wersch<br />

16 februari 2007<br />

Promotie mw.drs. D.<br />

Bodden in de Faculteit<br />

Health Medicine en Life<br />

Sciences<br />

Titel: “Individual versus<br />

Family Cognitive<br />

Behavioural Therapy<br />

in children with anxiety<br />

disorders”<br />

Promotor: prof.dr. S.<br />

Bögels, UvA<br />

Co­promotor: dr. C. Dirksen<br />

Prof.dr. Harry Hillen is benoemd tot decaan van de<br />

Faculty of Health, Medicine and Life Sciences (die is ontstaan<br />

door de fusie van de UM­faculteiten Geneeskunde en<br />

Gezondheidswetenschappen) per 1 januari 2007 tot 1 juli<br />

2008.<br />

Prof.dr. Frits van Merode is benoemd tot vice­decaan<br />

van de Faculty of Health, Medicine and Life Sciences per<br />

1 januari 2007 tot 1 juli 2008.<br />

Prof.dr. A. Aldenkamp is per 1 januari herbenoemd als<br />

bijzonder hoogleraar Psychosociale aspecten van Epilepsie.<br />

Kijk voor de actuele<br />

agenda en nieuws op<br />

www.summum.mumc.nl<br />

benoemingen<br />

23<br />

summum ©


aan de andere kant<br />

24<br />

aan de ene kant<br />

ambtenaar van de burgerlijke stand<br />

secretaresse UM-onderzoeksinstituut Caphri<br />

Jos Bien<br />

secretaresse UM-onderzoeksinstituut Caphri<br />

54 jaar<br />

getrouwd met Paul<br />

dochter Nina<br />

zoon Luc<br />

“Ik vind het altijd weer een kick om binnen enkele seconden een gezelschap in te schatten:<br />

hoe pak ik ze aan? Spontaniteit vind ik heel belangrijk; een plechtigheid moet niet stijf zijn.<br />

Sommige bruidsparen zijn bloednerveus als ze binnenkomen. Het is een uitdaging om dat<br />

met een leuke opmerking of grapje te doorbreken. Die wisselwerking met het bruidspaar<br />

is voor mij het leukste. Ik sluit 40 tot 60 huwelijken per jaar en ik maak wel eens rare dingen<br />

mee. Bijvoorbeeld paren die hun hond meenemen en die ook een ‘pootje’ in het trouwboekje<br />

moet zetten, maar gelukkig nog nooit weigeringen om te trouwen.”

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!