01.09.2013 Views

opmaak Tiecelij° - Reynaertgenootschap

opmaak Tiecelij° - Reynaertgenootschap

opmaak Tiecelij° - Reynaertgenootschap

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

186<br />

Tiecelijn is in nog een aantal opzichten uitzonderlijk. Het verscheen nooit te laat. Het<br />

was nooit in handen van een uitgever of van een universitaire instelling. Werden er<br />

ooit vele literaire tijdschriften gemaakt met een zo eensgezinde redactie? Wie ooit<br />

de geschiedenis zal bestuderen van 20 jaar Reynaerdistiek zal geen redactionele<br />

ruzies, zelfs geen onenigheden vinden, noch een splitsing tussen het Noord- en<br />

Zuid-Nederlandse deel van de redactie. Tiecelijn was twintig jaar lang puur vrijwilligerswerk,<br />

zonder enige vergoeding voor de medewerkers. En wellicht werd er<br />

nooit een tijdschrift gemaakt met zoveel liefde, met zoveel passie en met zoveel<br />

vriendschap. Inzet, vrijwilligheid en passie blijven wonen in de redactie, die in 2008<br />

onverminderd verder werkt aan een nieuw project. Wellicht is nieuw bloed nodig,<br />

hoewel de redactie in de loop der jaren is gegroeid van drie naar negen (nu acht)<br />

leden. Piëteitsvol gedenken wij hier medeoprichter Herman Heyse. Ik herinner me<br />

nog de eerste vraag om een tijdschrift te beginnen. Herman gaf de raad het volgende<br />

jaar de vraag opnieuw te stellen. En zo geschiedde. Weg vloog Tiecelijn.<br />

Aanvankelijk dachten we geen vijf jaar te halen. Het werden er 20. Zowat alle<br />

belangrijke Reynaerdisten publiceerden hun bevindingen in dit tijdschrift. Tiecelijn<br />

leverde niet alleen verdienstelijk werk op het gebied van de Reynaertstudie, maar<br />

ook op het gebied van de beeldende kunsten (voornamelijk met de organisatie van<br />

de Internationale Exlibriswedstijd Reynaert de vos in 1995-1996) en het cultuurtoerisme.<br />

Zullen we Tiecelijn missen? Het driemaandelijkse redactiewerk? De mail met de<br />

vraag om binnen tien dagen (soms minder) het volledige nummer na te lezen? De<br />

reeks driemaandelijkse tochtjes naar de drukker? De ambachtelijke manier van verzenden?<br />

De mails en brieven met opmerkingen, noten, vragen en schouderklopjes?<br />

Wij vermoeden dat wij dit even zeer zullen missen als u de driemaandelijkse zending<br />

van het oranjebruine blad met een houtsnede van Wim de Cock op de omslag.<br />

Dat wij de formule van het driemaandelijkse tijdschrift verlaten op een hoogtepunt<br />

moge duidelijk zijn. De inhoudelijke en formele kwaliteit van de vorige nummers<br />

bewijst dit.<br />

Dit laatste nummer is anders dan alle andere: volumineuzer, lichtvoetiger, spitsvondiger,<br />

persoonlijker. En met creatief literair werk. We kijken met een knipoog<br />

terug en refereren aan een aantal voorbije nummers. Wij hebben getracht alle bijdragen<br />

die ons bezorgd zijn (van medewerkers, maar ook van gewone abonnees)<br />

te bundelen, met hier en daar enkele redactionele aanpassingen.<br />

In de eerste sectie komen oude Vossenverzen aan bod. Rutebeuf bijt de spits af,<br />

vertaald door Paul van Keymeulen. (Van deze gedreven vertaler hebben wij nog<br />

diverse teksten voor de volgende jaarboeken.) Vervolgens komt een triptiekje van<br />

Anton van Wilderode aan bod. Hij liet woord en beeld in gedichten over enkele<br />

Engelse misericorden versmelten.<br />

Wij zijn bijzonder fier en dankbaar dat wij in de tweede ‘afdeling’, Vossentaal, creatief<br />

poëtisch werk kunnen opnemen. Wij zijn uiteraard de dichters en mede-initiatiefnemer<br />

Yvan de Maesschalck bijzonder dankbaar voor hun cadeau aan dit laatste<br />

tijdschriftnummer. Meteen wordt de verzameling vossengedichten die bundels<br />

Vossentaal en Die felle! (beide verschenen in mei-juni 2005) opleverden nog rijker.<br />

Herr Seele schildert de vos in ideeën, zoals hij dit eveneens deed op de voorstelling<br />

van het boek met de prachtige prenten van Klaas Verplancke.<br />

In een derde afdeling publiceren wij in navolging van het Reynaertbrievennummer<br />

een kleine keur Tiecelijnbrieven (Vossenbrieven). Zij geven een zicht op de geschiedenis<br />

van dit tijdschrift, op de rijkdom van het werken, de vragen, de opmerkingen<br />

Tiecelijn, 20, 2007

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!