01.09.2013 Views

opmaak Tiecelij° - Reynaertgenootschap

opmaak Tiecelij° - Reynaertgenootschap

opmaak Tiecelij° - Reynaertgenootschap

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

■ Yvan de Maesschalck<br />

Peter Holvoet Hanssen – laudatio<br />

Geachte voorzitter,<br />

geachte Peter Holvoet-Hanssen,<br />

geachte dames en heren,<br />

382<br />

Zwarte gaten, een kapersnest, woorden die neersneeuwen en zich verdichten tot<br />

een roos, de duikboot van kapitein Nemo, een troubadour die de liefde bezingt met<br />

de hese stem van een vos. Waar vind je als lezer een ontwijde wijkplaats voor deze<br />

heterogene collectie? Er is, geachte toehoorders, in de Lage Landen maar één<br />

adres: de plagerige, springerige gedichten van Peter Holvoet-Hanssen. Zijn poëzie,<br />

voorlopig gepubliceerd in vier dichtbundels en enkele tijdschriften, onttrekt zich aan<br />

elke banale karakterisering. En dat is verfrissend in een wereld waarin elk wezen,<br />

elk object, elk gen na verloop van tijd een trefzeker etiket opgespeld krijgt. Peter<br />

Holvoet-Hanssen is, om het met de woorden van Louis Paul Boon te zeggen, allesbehalve<br />

een ‘apothekersflesken’.<br />

Wat valt over deze minzame boekanier dan wél te zeggen? Bijvoorbeeld dat er<br />

alle reden is om niet alleen zijn verzen te lezen, maar ook om naar de lezingen, of<br />

beter, opvoeringen ervan te gaan. Zelf heb ik tot nog toe maar één keer de tijd<br />

gevonden – dit is een gemene leugen, natuurlijk – om zo’n lezing bij te wonen. Maar<br />

ze staat in mijn herinnering gebrand als een donderslag bij heldere hemel.<br />

Sindsdien kniel ik voor de troon van zijn vossenknepen en kan daarbij een onzichtbare<br />

schaterlach niet onderdrukken. Een paar jaar geleden zat ik op de eerste rij<br />

van een statige zaal in het Beverse kasteel Cortewalle, naast mij een guitige Joris<br />

Gerits, toenmalige overbuur van de dichter. Om ons heen, de spreekwoordelijke<br />

leegte, op een paar kapersvriendinnen van de dichter en de organisator na. Maar<br />

dat mocht de pret niet bederven. Peter kwam de ruimte binnengepikkeld in matrozenpak,<br />

omgord met een reddingsboei, het kromzwaard in zijn dichtershand. Buiten<br />

rommelde het onophoudend en het water stroomde bij beken naar beneden.<br />

Aanwezig waren alleen wij, zeven vrouwen en een vossenkop.<br />

Wat hij toen vertelde, herinner ik me woord voor woord – een vrome leugen,<br />

natuurlijk. Maar ik ben in ieder geval niet vergeten hoe hij als een lichtvoetige potsenmaker<br />

zijn machtige wapen hanteerde: zijn drie toen gepubliceerde bundels die<br />

hij als een antenne boven het hoofd hield en naar de vergramde kosmos richtte. Om<br />

de signalen op te vangen die onophoudend door donder en bliksem werden doorgestraald.<br />

Om te verhinderen dat hijzelf stolde tot een zuil van dichterlijk zout, verplaatste<br />

hij zich voortdurend. De dichter als beweeglijk element. En toch kwam hij,<br />

de iele clown die in hem woont, zijn nest niet uit. Begrijpelijk, want een dichter die<br />

ook vrijbuiter is, moet op zijn hoede zijn voor wat in de wolken schuilt, vooral als ze<br />

zwanger zijn van zwartgalligheid en onrecht.<br />

Rechtvaardigt dit betoog Peters opname in een kapersorde als die van de vossenstaart?<br />

Ik heb daar lang en diep over nagedacht – een half leugentje om bestwil.<br />

Te oordelen naar het aantal gedichten waarin een vos langskomt, had hij allang<br />

erevoorzitter kunnen zijn. Ik heb de vossenwoorden niet geteld, maar alleen al in de<br />

bundel Santander. Ontboezemingen in het vossenvel (2001) laten zoveel vossen<br />

Tiecelijn, 20, 2007

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!