Authentieke versie downloaden (pdf)
Authentieke versie downloaden (pdf)
Authentieke versie downloaden (pdf)
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
Risicofactoren<br />
Ruim zestien miljoen mensen in Nederland lopen het risico om verslaafd te raken. Elk jaar<br />
opnieuw zijn dat er ongeveer tweehonderdduizend (zoveel kinderen worden er jaarlijks geboren).<br />
Zeer grote groepen – geconstateerd mag zelfs worden dat dat zelfs bijna iedereen is – komen in<br />
aanraking met legale verslavende substanties als alcohol, nicotine en slaapmiddelen, met<br />
minder en meer verboden middelen als cannabis, XTC, cocaïne, heroïne en amfetaminen, en met<br />
verslavend gedrag als gokken en het spelen van videogames. Toch raakt lang niet iedereen<br />
verslaafd aan één of meer van die middelen of gedragingen. Misschien nemen ze af en toe zo’n<br />
middel tot zich of, erger, misbruiken ze die middelen zelfs. Verslaafd zijn ze echter, althans<br />
volgens de handboeken, niet. Ook is hun middelenmisbruik dikwijls van voorbijgaande aard.<br />
Er zijn bijvoorbeeld nogal wat mensen die zich tijdens hun middelbare schoolperiode en jonge<br />
volwassenheid geregeld te buiten zijn gegaan aan alcohol of cannabis, maar die middelen niet<br />
of nauwelijks meer aanraken als ze ouder zijn. Er zijn echter ook mensen die pas op latere<br />
leeftijd verslaafd raken.<br />
Wat maakt dat iemand van een enkele keer gebruiken over gaat tot meer, misbruik en verslaving?<br />
En waarom raken sommige mensen chronisch verslaafd aan genotsmiddelen, terwijl anderen<br />
een (dreigende) verslaving weten te overwinnen? Het zijn belangrijke vragen waarop de<br />
antwoorden niet alleen iets duidelijk kunnen maken over het mechanisme van verslavingsgedrag<br />
en verslaving, maar wellicht ook aanknopingspunten kunnen bieden voor de preventie<br />
van verslaving en voor de behandeling van mensen die in de problemen komen door verslavende<br />
gedragingen.<br />
De projecten in dit hoofdstuk behelzen onderzoek naar de risicofactoren die misbruik en de<br />
overgang naar (chronische) afhankelijkheid beïnvloeden. Die risicofactoren zijn verdeeld in een<br />
paar groepen. Allereerst het onderzoek naar de betrokkenheid van psychosociale factoren,<br />
bijkomende psychische stoornissen en omgevingsfactoren. Wat bijvoorbeeld, zegt persoonlijkheid<br />
over iemands kans om verslaafd te raken en welke invloed heeft depressie, ADHD of<br />
schizofrenie op verslaving? Of welke betekenis hebben sociaal economische gezondheidsverschillen<br />
en sociale groepsdruk op het middelengebruik en de kans om verslaafd te raken?<br />
Een tweede groep onderzoekers concentreert zich bij studies naar risicofactoren van verslaving<br />
op genetische en fysiologische aspecten. Zijn er bepaalde genen die iemand gevoeliger maken<br />
voor verslaving? Is daarbij onderscheid te maken tussen genen die te maken hebben met de<br />
gevoeligheid voor specifieke stoffen, zoals nicotine en alcohol, en genen die meer een algemene<br />
betekenis hebben bij verslavingsgedrag, zoals die voor neurotransmitters in de hersenen? En valt<br />
er ook iets te zeggen over de verschillen in de fysiologie van de hersenen en het lichaam tussen<br />
mensen die wel en die niet gemakkelijk verslaafd raken? Bijvoorbeeld op het gebied van stresshormonen?<br />
Hier maken onderzoekers bijvoorbeeld gebruik van de enorme hoeveelheid kennis<br />
die er inmiddels is verzameld over de functies van genen bij mensen en proefdieren en over de<br />
veranderingen die genetische variaties in die functie veroorzaken.<br />
De derde groep studies in dit hoofdstuk over risicofactoren van verslaving, betreft de factoren<br />
die te maken hebben met de cognitie en de werking van de hersenen. Zijn er bepaalde<br />
psychische kenmerken te vinden die maken dat iemand eerder aan verslavende middelen begint<br />
42 Oog(st) voor de toekomst • Risicofactoren