Wet Koop onroerende zaken; de evaluatie - WODC
Wet Koop onroerende zaken; de evaluatie - WODC
Wet Koop onroerende zaken; de evaluatie - WODC
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
MOLENGRAAFF INSTITUUT VOOR PRIVAATRECHT<br />
contractrechtelijke bescherming voor wat betreft <strong>de</strong> zij<strong>de</strong> van <strong>de</strong> verkoper volstaat. 10 Als gevolg van <strong>de</strong><br />
be<strong>de</strong>nktijd heeft <strong>de</strong> koper een aanvullen<strong>de</strong> bescherming tegen situaties waarin on<strong>de</strong>r druk wordt<br />
gecontracteerd. De vraag is of <strong>de</strong> extra bescherming die <strong>de</strong> koper wordt gebo<strong>de</strong>n door <strong>de</strong> hem ten dienste<br />
staan<strong>de</strong> wettelijke be<strong>de</strong>nktijd, naast artikel 3:44 BW en <strong>de</strong> overige bepalingen met betrekking tot<br />
wilsgebreken, gerechtvaardigd is. Het verschil in bescherming van koper respectievelijk verkoper is<br />
mogelijk te rechtvaardigen door erop te wijzen dat <strong>de</strong> koper een grote informatieachterstand heeft met<br />
betrekking tot <strong>de</strong> woning. Daarnaast heeft <strong>de</strong> verkoper zich al voordat hij zijn <strong>onroeren<strong>de</strong></strong> zaak te koop<br />
zette, kunnen bera<strong>de</strong>n op <strong>de</strong> juridische en financiële aspecten die daarbij komen kijken. De koper heeft<br />
om die re<strong>de</strong>n meer behoefte aan advies, en bescherming dan <strong>de</strong> verkoper. 11 Toch kan het ook voor <strong>de</strong><br />
verkoper (die vaak een particulier is) van belang zijn zich op een schriftelijk stuk te bera<strong>de</strong>n en hiervoor<br />
na<strong>de</strong>r advies te vragen, bijvoorbeeld met betrekking tot <strong>de</strong> voorwaar<strong>de</strong>n die <strong>de</strong> koper wenst op te nemen.<br />
Door <strong>de</strong> schriftelijkheidseis heeft ook <strong>de</strong> verkoper een zogenaam<strong>de</strong> informele ‘be<strong>de</strong>nktijd’, die hem <strong>de</strong>ze<br />
mogelijkheid verschaft.<br />
De conclusie die kan wor<strong>de</strong>n getrokken is dat het vormvoorschrift van artikel 7:2 BW in veel gevallen ook<br />
zon<strong>de</strong>r dat daaraan een be<strong>de</strong>nktijd is gekoppeld in bescherming tegen overijling voorziet en partijen <strong>de</strong><br />
mogelijkheid biedt zich op een schriftelijk stuk te bera<strong>de</strong>n. 12 Los van <strong>de</strong> vraag of dit <strong>de</strong> bedoeling is<br />
geweest van <strong>de</strong> wetgever, beschermt het voorschrift zodoen<strong>de</strong> <strong>de</strong> zwakke partij zon<strong>de</strong>r bij voorbaat vast te<br />
leggen of dit <strong>de</strong> koper of <strong>de</strong> verkoper is. Ook <strong>de</strong> verkoper heeft immers in <strong>de</strong> conceptfase <strong>de</strong> mogelijkheid<br />
zich te bera<strong>de</strong>n. Dit effect on<strong>de</strong>rvangt het probleem dat <strong>de</strong> be<strong>de</strong>nktijd van drie dagen in feite te kort is om<br />
daadwerkelijk op <strong>de</strong> koop te bera<strong>de</strong>n en een <strong>de</strong>skundige in te schakelen. 13 Deze conclusie gaat er van uit<br />
dat zowel <strong>de</strong> koper als <strong>de</strong> verkoper zich, voordat <strong>de</strong> koopovereenkomst <strong>de</strong>finitief is vastgelegd in een door<br />
bei<strong>de</strong> partijen on<strong>de</strong>rteken<strong>de</strong> akte, kunnen terugtrekken. Over <strong>de</strong> status van mon<strong>de</strong>linge afspraken zie<br />
hierna uitgebreid paragraaf 2.6.2.<br />
Uit interviews met vertegenwoordigers van belangenorganisaties (NVM, <strong>de</strong> lan<strong>de</strong>lijke makelaarsvereniging<br />
en Vereniging Eigen Huis) komt naar voren dat het schriftelijkheidsvereiste positief wordt beoor<strong>de</strong>eld.<br />
Genoemd zijn <strong>de</strong> verbeteringen die het heeft opgeleverd op het gebied van zekerheid, met name met<br />
betrekking tot <strong>de</strong> vraag op welk moment <strong>de</strong> koopovereenkomst precies tot stand is gekomen.<br />
Het enquêteon<strong>de</strong>rzoek laat zien dat kopers en verkopers <strong>de</strong> schriftelijkheidseis zinvol achten met<br />
betrekking tot <strong>de</strong> zekerheid aangaan<strong>de</strong> <strong>de</strong> inhoud van <strong>de</strong> overeenkomst. Ook wordt aangegeven dat het<br />
van belang wordt geacht om zekerheid te hebben over <strong>de</strong> start van <strong>de</strong> be<strong>de</strong>nktijd. Daarnaast wordt het<br />
zinvol geacht met betrekking tot het over<strong>de</strong>nken van <strong>de</strong> genomen beslissing Het schriftelijkheidsvereiste<br />
wordt in ie<strong>de</strong>r geval gezien als on<strong>de</strong>r<strong>de</strong>el van een beschermingsconstructie die hun belangen waarborgt.<br />
Een aantal respon<strong>de</strong>nten is van mening dat enkel het enkele schriftelijkheidsvereiste afdoen<strong>de</strong> is om te<br />
voorzien in bescherming.<br />
2.5 Problematische (praktijk-)scenario’s met betrekking tot het vormvoorschrift<br />
2.5.1 Ter inleiding<br />
Uit het on<strong>de</strong>rzoek is naar voren gekomen dat zich rechtsonzekerheid heeft voorgedaan, met name met<br />
betrekking tot <strong>de</strong> vraag wat <strong>de</strong> betekenis is van mon<strong>de</strong>linge afspraken. Hieron<strong>de</strong>r wor<strong>de</strong>n <strong>de</strong> problemen<br />
die zich hebben voorgedaan en die zich kunnen voordoen uiteengezet. Vervolgens wor<strong>de</strong>n in paragraaf<br />
2.6 oplossingsrichtingen aangereikt.<br />
10 Kamerstukken I, 2002-2003, 23 095, nr. 38a, p. 17.<br />
11 Kamerstukken I, 2002-2003, 23 095, nr. 38a, p. 17.<br />
12 In die gevallen waarin één van <strong>de</strong> partijen een akte on<strong>de</strong>r zijn neus gedrukt krijgt en in gevallen waarin slechts<br />
een provisorisch schriftelijk stuk wordt gebruikt gaat <strong>de</strong>ze conclusie niet op.<br />
13 Zie hierover na<strong>de</strong>r hoofdstuk III.<br />
12