Opsporen onder dekmantel; regulering, uitvoering en ... - WODC

Opsporen onder dekmantel; regulering, uitvoering en ... - WODC Opsporen onder dekmantel; regulering, uitvoering en ... - WODC

01.09.2013 Views

Opsporen onder dekmantel

<strong>Opspor<strong>en</strong></strong> <strong>onder</strong> <strong>dekmantel</strong>


282<br />

Onderzoek <strong>en</strong> beleid<br />

<strong>Opspor<strong>en</strong></strong> <strong>onder</strong> <strong>dekmantel</strong><br />

Regulering, <strong>uitvoering</strong> <strong>en</strong> resultat<strong>en</strong> van undercovertraject<strong>en</strong><br />

E.W. Kruisberg<strong>en</strong><br />

D. de Jong<br />

m.m.v.<br />

R.F. Kouw<strong>en</strong>berg


Onderzoek <strong>en</strong> beleid<br />

De reeks Onderzoek <strong>en</strong> beleid omvat de rapport<strong>en</strong> van <strong>onder</strong>zoek dat door <strong>en</strong> in<br />

opdracht van het <strong>WODC</strong> is verricht.<br />

Opname in de reeks betek<strong>en</strong>t niet dat de inhoud van de rapport<strong>en</strong> het standpunt<br />

van de Minister van Justitie weergeeft.<br />

Exemplar<strong>en</strong> van dit rapport kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> besteld bij het distributiec<strong>en</strong>trum<br />

van Boom Juridische uitgevers:<br />

Boom distributiec<strong>en</strong>trum te Meppel<br />

Tel. 0522-23 75 55<br />

Fax 0522-25 38 64<br />

E-mail budh@boomdistributiec<strong>en</strong>trum.nl<br />

Voor ambt<strong>en</strong>ar<strong>en</strong> van het Ministerie van Justitie is e<strong>en</strong> beperkt aantal gratis<br />

exemplar<strong>en</strong> beschikbaar.<br />

Deze kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> besteld bij:<br />

Bibliotheek <strong>WODC</strong><br />

Postbus 20301, 2500 EH D<strong>en</strong> Haag<br />

Deze gratis levering geldt echter slechts zolang de voorraad strekt.<br />

De integrale tekst van de <strong>WODC</strong>-rapport<strong>en</strong> is gratis te download<strong>en</strong> van<br />

www.wodc.nl.<br />

Op www.wodc.nl is ook nadere informatie te vind<strong>en</strong> over andere<br />

<strong>WODC</strong>-publicaties.<br />

© 2010 <strong>WODC</strong><br />

Behoud<strong>en</strong>s de in of kracht<strong>en</strong>s de Auteurswet gestelde uitz<strong>onder</strong>ing<strong>en</strong> mag niets uit deze uitgave<br />

word<strong>en</strong> verveelvoudigd, opgeslag<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> geautomatiseerd gegev<strong>en</strong>sbestand, of op<strong>en</strong>baar<br />

gemaakt, in <strong>en</strong>ige vorm of op <strong>en</strong>ige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch, door fotokopieën,<br />

opnam<strong>en</strong> of <strong>en</strong>ige andere manier, z<strong>onder</strong> voorafgaande schriftelijke toestemming van<br />

de uitgever.<br />

Voor zover het mak<strong>en</strong> van reprografische verveelvoudiging<strong>en</strong> uit deze uitgave is toegestaan<br />

op grond van artikel 16h Auteurswet di<strong>en</strong>t m<strong>en</strong> de daarvoor wettelijk verschuldigde<br />

vergoeding<strong>en</strong> te voldo<strong>en</strong> aan de Stichting Reprorecht (Postbus 3060, 2130 KB Hoofddorp,<br />

www.reprorecht.nl). Voor het overnem<strong>en</strong> van (e<strong>en</strong>) gedeelte(n) uit deze uitgave in bloemlezing<strong>en</strong>,<br />

readers <strong>en</strong> andere compilatiewerk<strong>en</strong> (art. 16 Auteurswet) kan m<strong>en</strong> zich w<strong>en</strong>d<strong>en</strong><br />

tot de Stichting PRO (Stichting Publicatie- <strong>en</strong> Reproductierecht<strong>en</strong> Organisatie, Postbus 3060,<br />

2130 KB Hoofddorp, www.cedar.nl/pro).<br />

No part of this book may be reproduced in any form, by print, photoprint, microfilm or any<br />

other means without writt<strong>en</strong> permission from the publisher.<br />

ISBN 978-90-8974-250-6<br />

NUR 820


Voorwoord<br />

Bij de opsporing van misdrijv<strong>en</strong> staan de politie verschill<strong>en</strong>de instrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong><br />

ter beschikking. De voorligg<strong>en</strong>de studie geeft e<strong>en</strong> beeld van de<br />

<strong>regulering</strong> <strong>en</strong> toepassing van e<strong>en</strong> specifiek soort opsporingsinstrum<strong>en</strong>t:<br />

undercovertraject<strong>en</strong>. Undercovertraject<strong>en</strong> <strong>onder</strong>scheid<strong>en</strong> zich van de<br />

meeste andere opsporingsmiddel<strong>en</strong> vanwege de elem<strong>en</strong>t<strong>en</strong> van verborg<strong>en</strong>heid<br />

<strong>en</strong> misleiding jeg<strong>en</strong>s de person<strong>en</strong> teg<strong>en</strong> wie ze word<strong>en</strong> ingezet.<br />

Deze k<strong>en</strong>merk<strong>en</strong> br<strong>en</strong>g<strong>en</strong> bepaalde mogelijkhed<strong>en</strong> voor de opsporing<br />

met zich mee maar ook pot<strong>en</strong>tiële risico’s. Het is daarom van belang om<br />

inzicht te hebb<strong>en</strong> in de <strong>uitvoering</strong>spraktijk van dit opsporingsinstrum<strong>en</strong>t.<br />

Dit rapport biedt dat inzicht. Op basis van de analyse van e<strong>en</strong> groot aantal<br />

bronn<strong>en</strong>, <strong>onder</strong> meer de wet- <strong>en</strong> regelgeving, jurisprud<strong>en</strong>tie, ti<strong>en</strong>tall<strong>en</strong><br />

opsporings<strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong> waarin e<strong>en</strong> undercovertraject is ingezet <strong>en</strong> interviews<br />

met betrokk<strong>en</strong><strong>en</strong> binn<strong>en</strong> het Op<strong>en</strong>baar Ministerie (OM) <strong>en</strong> de politie,<br />

ontstaat e<strong>en</strong> uniek overzicht van de <strong>regulering</strong>, <strong>uitvoering</strong>, resultat<strong>en</strong><br />

<strong>en</strong> risico’s van dit middel.<br />

E<strong>en</strong> <strong>onder</strong>zoek als dit komt niet tot stand z<strong>onder</strong> de medewerking <strong>en</strong> inzet<br />

van ander<strong>en</strong> dan alle<strong>en</strong> de auteurs. Op deze plaats gaat dank uit naar alle<br />

person<strong>en</strong> bij het OM <strong>en</strong> de politie die door het meewerk<strong>en</strong> aan interviews,<br />

het verl<strong>en</strong><strong>en</strong> van toegang tot opsporingsdossiers of het verstrekk<strong>en</strong> van<br />

andere informatie hebb<strong>en</strong> bijgedrag<strong>en</strong> aan het <strong>onder</strong>zoek. Verder is dank<br />

verschuldigd voor de ideeën <strong>en</strong> kritische opmerking<strong>en</strong> van de voorzitter<br />

<strong>en</strong> de led<strong>en</strong> van de begeleidingscommissie (zie bijlage 1). Roelof Jan<br />

Bokhorst, <strong>onder</strong>zoeker bij het Wet<strong>en</strong>schappelijk Onderzoek- <strong>en</strong> Docum<strong>en</strong>tatiec<strong>en</strong>trum<br />

(<strong>WODC</strong>), wil ik bedank<strong>en</strong> voor het herhaaldelijk beantwoord<strong>en</strong><br />

van vrag<strong>en</strong> <strong>en</strong> gev<strong>en</strong> van uitleg op juridisch terrein. Edward Kleemans<br />

<strong>en</strong> Caroli<strong>en</strong> Klein Haarhuis, beid<strong>en</strong> collega bij het <strong>WODC</strong>, bedank ik t<strong>en</strong><br />

slotte voor het kritisch doorlez<strong>en</strong> van het rapport.<br />

Prof. dr. Frans Leeuw<br />

Directeur <strong>WODC</strong>


Inhoud<br />

Gebruikte afkorting<strong>en</strong> 11<br />

Sam<strong>en</strong>vatting 13<br />

1 Inleiding 27<br />

1.1 Undercovertraject<strong>en</strong> 27<br />

1.2 Aanleiding <strong>en</strong> probleemstelling van het <strong>onder</strong>zoek 29<br />

1.2.1 Afbak<strong>en</strong>ing 30<br />

1.3 Opzet van het <strong>onder</strong>zoek 31<br />

1.3.1 Dataverzameling 31<br />

1.3.2 Terminologie 34<br />

1.3.3 Leeswijzer 36<br />

2 De <strong>regulering</strong> van undercovertraject<strong>en</strong> in Nederland 37<br />

2.1 Inleiding 37<br />

2.2 Wat voorafging: de IRT-affaire 37<br />

2.2.1 De Parlem<strong>en</strong>taire Enquêtecommissie Opsporingsmethod<strong>en</strong> 39<br />

2.2.2 Gevolg<strong>en</strong> van de Parlem<strong>en</strong>taire Enquêtecommissie<br />

Opsporingsmethod<strong>en</strong> 41<br />

2.3 De Wet Bijz<strong>onder</strong>e Opsporingsbevoegdhed<strong>en</strong> 41<br />

2.3.1 Uitgangspunt<strong>en</strong> 41<br />

2.3.2 Bijz<strong>onder</strong>e opsporingsbevoegdhed<strong>en</strong>, het doorlaatverbod <strong>en</strong><br />

invoering van e<strong>en</strong> nieuw opsporingsbegrip 42<br />

2.3.3 Het gezag over de opsporing 44<br />

2.3.4 Transparantie <strong>en</strong> verantwoording 44<br />

2.4 Undercoverbevoegdhed<strong>en</strong> 45<br />

2.4.1 De drie undercoverbevoegdhed<strong>en</strong> 45<br />

2.4.2 Lokmiddel<strong>en</strong> 48<br />

2.4.3 Voorwaard<strong>en</strong> voor inzet van undercoverbevoegdhed<strong>en</strong> 48<br />

2.4.4 Uitvoer<strong>en</strong>de organisatie 52<br />

2.4.5 Inzet burgers 53<br />

2.4.6 Procedurele voorschrift<strong>en</strong> 54<br />

2.4.7 Transparantie <strong>en</strong> verantwoording 55<br />

2.5 Regelgeving 55<br />

2.6 Jurisprud<strong>en</strong>tie 56<br />

2.6.1 Rechtmatigheid van undercovertraject<strong>en</strong> in het algeme<strong>en</strong> 57<br />

2.6.2 Instigatieverbod 58<br />

2.6.3 Proportionaliteit <strong>en</strong> subsidiariteit 69<br />

2.6.4 Recht op e<strong>en</strong> eerlijk proces (artikel 6 EVRM) <strong>en</strong> bescherming<br />

persoonlijke lev<strong>en</strong>ssfeer (artikel 8 EVRM) 72<br />

2.6.5 Overige grond<strong>en</strong> 73<br />

2.7 Recapitulatie 80


8 <strong>Opspor<strong>en</strong></strong> <strong>onder</strong> <strong>dekmantel</strong><br />

3 De <strong>regulering</strong> van undercovertraject<strong>en</strong> in het buit<strong>en</strong>land 87<br />

3.1 Inleiding 87<br />

3.2 België 88<br />

3.3 Duitsland 97<br />

3.4 Engeland <strong>en</strong> Wales 103<br />

3.5 Ver<strong>en</strong>igde Stat<strong>en</strong> 110<br />

3.6 Rechtsvergelijk<strong>en</strong>d perspectief 120<br />

4 Inzet van undercovertraject<strong>en</strong> in de opsporingspraktijk:<br />

e<strong>en</strong> eerste beeld 125<br />

4.1 Inleiding 125<br />

4.2 Inzet van undercovertraject<strong>en</strong>: beschrijving van de<br />

<strong>uitvoering</strong>sstructuur <strong>en</strong> e<strong>en</strong> eerste cijfermatig overzicht 125<br />

4.2.1 De <strong>uitvoering</strong>sstructuur: politie, OM <strong>en</strong> inschakeling van<br />

burgers 125<br />

4.2.2 E<strong>en</strong> eerste cijfermatig overzicht: hoe vaak word<strong>en</strong><br />

undercovertraject<strong>en</strong> ingezet? 132<br />

4.3 De keuze voor e<strong>en</strong> undercovertraject 137<br />

4.3.1 Inschatting haalbaarheid <strong>en</strong> toetsing van voorg<strong>en</strong>om<strong>en</strong><br />

undercoverbevoegdhed<strong>en</strong> 137<br />

4.3.2 Waarom <strong>en</strong> wanneer wordt e<strong>en</strong> undercovertraject ingezet? 142<br />

4.4 De voorbereiding <strong>en</strong> start van undercovertraject<strong>en</strong> 154<br />

4.4.1 De voorbereiding 154<br />

4.4.2 De daadwerkelijke start 158<br />

4.5 De <strong>uitvoering</strong> van undercovertraject<strong>en</strong> 160<br />

4.5.1 Contact legg<strong>en</strong> met het subject 161<br />

4.5.2 K<strong>en</strong>merk<strong>en</strong> van de contact<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> de undercoverag<strong>en</strong>t<br />

<strong>en</strong> het subject 163<br />

4.5.3 Wisselwerking met andere opsporingsinstrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> 165<br />

4.5.4 Aansturing van het undercovertraject 166<br />

5 Inzet van undercovertraject<strong>en</strong> in de opsporingspraktijk:<br />

resultat<strong>en</strong>, effect<strong>en</strong> <strong>en</strong> risico’s 171<br />

5.1 Inleiding 171<br />

5.2 E<strong>en</strong> beeld uit de literatuur 173<br />

5.3 De resultat<strong>en</strong> van undercovertraject<strong>en</strong> <strong>en</strong> hun bijdrage aan<br />

opsporing <strong>en</strong> berechting 180<br />

5.3.1 Toelichting 180<br />

5.3.2 Sam<strong>en</strong>vatt<strong>en</strong>d overzicht 183<br />

5.3.3 Stelselmatige informatie-inwinning <strong>en</strong> pseudo-koop/<br />

-di<strong>en</strong>stverl<strong>en</strong>ing 188<br />

5.3.4 Infiltratie 196<br />

5.3.5 Recapitulatie <strong>en</strong> beschouwing 207<br />

5.4 Het wettelijk kader toegepast in de praktijk 217<br />

5.4.1 Het <strong>onder</strong>scheid tuss<strong>en</strong> de drie undercoverbevoegdhed<strong>en</strong> 217


Inhoud<br />

5.4.2 Het doorlaatverbod 219<br />

5.4.3 Transparantie 221<br />

5.4.4 Ervar<strong>en</strong> beperking<strong>en</strong> van het wettelijk kader 224<br />

5.4.5 Hoe reager<strong>en</strong> verdediging <strong>en</strong> rechtscollege op het<br />

undercovertraject? 225<br />

5.5 Risico’s van het werk<strong>en</strong> <strong>onder</strong> <strong>dekmantel</strong> 227<br />

5.5.1 E<strong>en</strong> beeld uit de literatuur 228<br />

5.5.2 De Nederlandse opsporingspraktijk 235<br />

6 Slotbeschouwing 239<br />

6.1 Inleiding 239<br />

6.2 Uitvoering, resultat<strong>en</strong>, effect<strong>en</strong> <strong>en</strong> risico’s van<br />

undercovertraject<strong>en</strong>: recapitulatie <strong>en</strong> beschouwing 241<br />

6.2.1 Omvang <strong>en</strong> achtergrond van inzet van undercovertraject<strong>en</strong> 241<br />

6.2.2 Resultat<strong>en</strong> van undercovertraject<strong>en</strong> <strong>en</strong> hun bijdrage aan<br />

opsporing <strong>en</strong> berechting 243<br />

6.2.3 Onvoorspelbaarheid als ‘wez<strong>en</strong>sk<strong>en</strong>merk’ van<br />

undercovertraject<strong>en</strong> 250<br />

6.2.4 Risico’s van het werk<strong>en</strong> <strong>onder</strong> <strong>dekmantel</strong> 252<br />

6.3 Factor<strong>en</strong> van invloed op <strong>uitvoering</strong> <strong>en</strong> resultat<strong>en</strong> van<br />

undercovertraject<strong>en</strong> 253<br />

6.3.1 Juridisch kader 255<br />

6.3.2 De criminele context 259<br />

6.3.3 De opsporing 266<br />

6.3.4 De omgeving 273<br />

6.4 De reorganisatie van de infiltratieteams: de nieuwe unit<br />

Werk<strong>en</strong> Onder Dekmantel 274<br />

6.5 Tot slot: undercovertraject<strong>en</strong> als instrum<strong>en</strong>t in de opsporing 274<br />

Summary 279<br />

Literatuur 293<br />

Bijlage 1 Sam<strong>en</strong>stelling begeleidingscommissie 303<br />

Bijlage 2 Afg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> face-to-face interviews 304<br />

Bijlage 3 Gebruikte checklist dossier<strong>onder</strong>zoek 305<br />

Bijlage 4 Gebruikte checklist interviews 314<br />

9


Gebruikte afkorting<strong>en</strong><br />

ACPO Associations of Chief Police Officers (Engeland <strong>en</strong><br />

Wales)<br />

BOM-Wet Wet Bijz<strong>onder</strong>e Opsporingsmethod<strong>en</strong> <strong>en</strong> <strong>en</strong>ige andere<br />

<strong>onder</strong>zoeksmethod<strong>en</strong> (België)<br />

CIE Criminele Inlichting<strong>en</strong> E<strong>en</strong>heid<br />

CHIS Covert Human Intellig<strong>en</strong>ce Sources (Engeland <strong>en</strong><br />

Wales)<br />

CoP Code of Practice (Engeland <strong>en</strong> Wales)<br />

College van PG’s College van proceurs-g<strong>en</strong>eraal<br />

CTC C<strong>en</strong>trale toetsingscommissie<br />

DSRT Di<strong>en</strong>st Specialistische Recherche Toepassing<strong>en</strong><br />

EHRM Europees Hof voor de Recht<strong>en</strong> van de M<strong>en</strong>s<br />

EVRM Europees Verdrag voor de Recht<strong>en</strong> van de M<strong>en</strong>s <strong>en</strong> de<br />

fundam<strong>en</strong>tele vrijhed<strong>en</strong><br />

IF infiltratie<br />

FIOD Fiscale Inlichting<strong>en</strong>- <strong>en</strong> Opsporingsdi<strong>en</strong>st<br />

HOvJ hoofdofficier van justitie<br />

KLPD Korps landelijke politiedi<strong>en</strong>st<strong>en</strong><br />

LIT landelijk infiltratieteam<br />

LJN Landelijk Jurisprud<strong>en</strong>tie Nummer<br />

NPA Nederlandse Politieacademie<br />

OM Op<strong>en</strong>baar Ministerie<br />

OvJ officier van justitie<br />

PdK Procureur des Konings (België)<br />

PDV pseudo-di<strong>en</strong>stverl<strong>en</strong>ing<br />

PEO Parlem<strong>en</strong>taire Enquêtecommissie Opsporingsmethod<strong>en</strong><br />

PK pseudo-koop<br />

PIT politieel infiltratieteam<br />

RIPA Regulation of Investigatory Powers Act 2000 (Engeland<br />

<strong>en</strong> Wales)<br />

SI stelselmatig inwinn<strong>en</strong> van informatie<br />

SOCA Serious Organised Crime Ag<strong>en</strong>cy (Engeland <strong>en</strong> Wales)<br />

Sr Wetboek van Strafrecht<br />

SSR Studiec<strong>en</strong>trum Rechtspleging<br />

Sv Wetboek van Strafvordering<br />

VS Ver<strong>en</strong>igde Stat<strong>en</strong><br />

Wet BOB Wet bijz<strong>onder</strong>e opsporingsbevoegdhed<strong>en</strong><br />

WOD (unit) Werk<strong>en</strong> Onder Dekmantel<br />

<strong>WODC</strong> Wet<strong>en</strong>schappelijk Onderzoek- <strong>en</strong><br />

Docum<strong>en</strong>tatiec<strong>en</strong>trum<br />

ZaaksOvJ zaaksofficier


Sam<strong>en</strong>vatting<br />

Het <strong>onder</strong>zoek: achtergrond, <strong>onder</strong>zoeksvrag<strong>en</strong> <strong>en</strong> gegev<strong>en</strong>sverzameling<br />

Achtergrond<br />

In e<strong>en</strong> undercovertraject treedt e<strong>en</strong> opsporingsambt<strong>en</strong>aar z<strong>onder</strong> zich als<br />

opsporingsambt<strong>en</strong>aar k<strong>en</strong>baar te mak<strong>en</strong> in contact met één of meerdere<br />

person<strong>en</strong> (subject<strong>en</strong>) met als doel om informatie of bewijs over/teg<strong>en</strong> h<strong>en</strong><br />

of andere person<strong>en</strong> te verzamel<strong>en</strong>. De opsporingsambt<strong>en</strong>aar, e<strong>en</strong> undercoverag<strong>en</strong>t,<br />

opereert daarbij vanuit e<strong>en</strong> bepaalde <strong>dekmantel</strong> <strong>en</strong> speelt e<strong>en</strong><br />

rol, bijvoorbeeld die van ‘collega-crimineel’.<br />

Het Nederlandse Wetboek van Strafvordering b<strong>en</strong>oemt drie undercoverbevoegdhed<strong>en</strong>:<br />

het stelselmatig inwinn<strong>en</strong> van informatie (SI); de pseudokoop<br />

<strong>en</strong> -di<strong>en</strong>stverl<strong>en</strong>ing (PK/PDV); <strong>en</strong> de infiltratie (IF). De <strong>uitvoering</strong><br />

van undercovertraject<strong>en</strong> gebeurt doorgaans door e<strong>en</strong> gespecialiseerd<br />

infiltratieteam van de politie, hoewel in beginsel ook andere opsporingsambt<strong>en</strong>ar<strong>en</strong><br />

<strong>en</strong> burgers bij zo’n traject kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> ingezet.<br />

De elem<strong>en</strong>t<strong>en</strong> van verborg<strong>en</strong>heid <strong>en</strong> misleiding die undercovertraject<strong>en</strong><br />

als opsporingsinstrum<strong>en</strong>t k<strong>en</strong>merk<strong>en</strong>, br<strong>en</strong>g<strong>en</strong> zowel specifieke mogelijkhed<strong>en</strong><br />

voor de opsporing als ook pot<strong>en</strong>tiële risico’s met zich mee. Mede<br />

daarom is het van belang inzicht te hebb<strong>en</strong> in de <strong>uitvoering</strong>spraktijk <strong>en</strong><br />

resultat<strong>en</strong> van dit type opsporingsinstrum<strong>en</strong>t. Het Wet<strong>en</strong>schappelijk<br />

Onderzoek- <strong>en</strong> Docum<strong>en</strong>tatiec<strong>en</strong>trum (<strong>WODC</strong>) biedt dat inzicht met dit<br />

<strong>onder</strong>zoek.<br />

Onderzoeksvrag<strong>en</strong><br />

Het <strong>onder</strong>zoek is verricht vanuit de volg<strong>en</strong>de probleemstelling:<br />

Welke undercoverbevoegdhed<strong>en</strong> word<strong>en</strong> uitgevoerd door politiële<br />

infiltratieteams <strong>en</strong> welke bijdrage levert de toepassing van de<br />

<strong>onder</strong>scheid<strong>en</strong> bevoegdhed<strong>en</strong> aan de opsporing?<br />

Deze probleemstelling is uitgewerkt in verschill<strong>en</strong>de <strong>onder</strong>zoeksvrag<strong>en</strong>,<br />

die zich sam<strong>en</strong> lat<strong>en</strong> vatt<strong>en</strong> als: hoe vaak, waarom <strong>en</strong> wanneer word<strong>en</strong><br />

undercovertraject<strong>en</strong> ingezet; welke bijdrage levert de inzet van undercovertraject<strong>en</strong><br />

aan de opsporing <strong>en</strong> berechting van misdrijv<strong>en</strong>; <strong>en</strong> welke<br />

factor<strong>en</strong> zijn van invloed op de <strong>uitvoering</strong> <strong>en</strong> resultat<strong>en</strong> van undercovertraject<strong>en</strong>?<br />

Verder is in ons <strong>onder</strong>zoek de Nederlandse wet- <strong>en</strong> regelgeving<br />

<strong>en</strong> jurisprud<strong>en</strong>tie bestudeerd <strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> we de <strong>regulering</strong> van undercovertraject<strong>en</strong><br />

in Nederland vergelek<strong>en</strong> met die in België, Duitsland, Engeland<br />

<strong>en</strong> Wales <strong>en</strong> de Ver<strong>en</strong>igde Stat<strong>en</strong> (VS).


14 <strong>Opspor<strong>en</strong></strong> <strong>onder</strong> <strong>dekmantel</strong><br />

Gegev<strong>en</strong>sverzameling<br />

Voor dit <strong>onder</strong>zoek zijn twee categorieën zak<strong>en</strong> bestudeerd. T<strong>en</strong> eerste is<br />

informatie verzameld over alle 37 Nederlandse opsporings<strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong><br />

waarin in 2004 contact is opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> met e<strong>en</strong> infiltratieteam <strong>en</strong> waarin is<br />

beslot<strong>en</strong> om e<strong>en</strong> undercovertraject in te zett<strong>en</strong>. In dat jaar ging het in alle<br />

gevall<strong>en</strong> om SI <strong>en</strong>/of PK/PDV, ge<strong>en</strong> <strong>en</strong>kele keer betrof het IF. Bestudering<br />

van deze 37 zak<strong>en</strong> vond plaats aan de hand van telefonische interviews<br />

met de zaaksofficier van justitie (zaaksOvJ) of e<strong>en</strong> politieambt<strong>en</strong>aar <strong>en</strong><br />

gegev<strong>en</strong>s van de infiltratieteams. Voor IF beschikk<strong>en</strong> we over informatie<br />

over e<strong>en</strong> langere periode. De tweede categorie van zak<strong>en</strong> bestaat namelijk<br />

uit 23 Nederlandse opsporings<strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong> waarvoor in de periode 2000-<br />

2005 bij de C<strong>en</strong>trale toetsingscommissie (CTC) toestemming is gevraagd<br />

voor de inzet van IF. In die jar<strong>en</strong> zijn in totaal 24 Nederlandse zak<strong>en</strong> ter<br />

toetsing van de voorg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> inzet van IF aan de CTC voorgelegd. Omdat<br />

in 1 zaak het IF-traject op het mom<strong>en</strong>t van <strong>onder</strong>zoek nog lop<strong>en</strong>d was,<br />

is de betreff<strong>en</strong>de zaak echter niet in het <strong>onder</strong>zoek meeg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. De 23<br />

zak<strong>en</strong> zijn bestudeerd op grond van dossiers bij de CTC, de eig<strong>en</strong>lijke<br />

opsporingsdossiers op de parkett<strong>en</strong> <strong>en</strong> voor e<strong>en</strong> deel van de zak<strong>en</strong> tev<strong>en</strong>s<br />

op grond van face-to-face interviews met de zaaksOvJ <strong>en</strong>/of e<strong>en</strong> politieambt<strong>en</strong>aar.<br />

In totaal zijn bij 35 person<strong>en</strong>, werkzaam bij justitie of de politie, face-toface<br />

interviews afg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> deel van de functionariss<strong>en</strong> is bevraagd<br />

naar aanleiding van hun betrokk<strong>en</strong>heid bij één (of meerdere) van de<br />

opsporings<strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong> waarin toestemming is gevraagd voor de inzet<br />

van IF. Bij de overig<strong>en</strong> vond het interview plaats op basis van e<strong>en</strong> meer<br />

algem<strong>en</strong>e betrokk<strong>en</strong>heid bij het <strong>onder</strong>werp.<br />

Verder zijn bij de infiltratieteams gegev<strong>en</strong>s opgevraagd over hun werkzaamhed<strong>en</strong>.<br />

Ook de Nederlandse wet- <strong>en</strong> regelgeving <strong>en</strong> jurisprud<strong>en</strong>tie<br />

<strong>en</strong> de Nederlands- <strong>en</strong> Engelstalige wet<strong>en</strong>schappelijke <strong>en</strong> vakliteratuur is<br />

bestudeerd. Om inzicht te krijg<strong>en</strong> in de <strong>regulering</strong> van undercovertraject<strong>en</strong><br />

in België, Duitsland, Engeland <strong>en</strong> Wales <strong>en</strong> de VS, is wet- <strong>en</strong> regelgeving<br />

<strong>en</strong> jurisprud<strong>en</strong>tie bestudeerd, is gebruikgemaakt van literatuur <strong>en</strong> is<br />

informatie verzameld bij Nederlandse <strong>en</strong> buit<strong>en</strong>landse sleutelperson<strong>en</strong>.<br />

De <strong>regulering</strong> van undercovertraject<strong>en</strong> in vergelijk<strong>en</strong>d perspectief<br />

Zowel in Nederland als in België, Duitsland <strong>en</strong> Engeland <strong>en</strong> Wales bestaat<br />

er inmiddels formele wetgeving voor het gebruik van bijz<strong>onder</strong>e opsporingsbevoegdhed<strong>en</strong>,<br />

waar<strong>onder</strong> undercovertraject<strong>en</strong>. In de VS wordt het<br />

gebruik van undercovertraject<strong>en</strong> gereguleerd via jurisprud<strong>en</strong>tie. Kijk<strong>en</strong><br />

we naar de vier land<strong>en</strong> waarin undercovertraject<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> formele wet zijn<br />

verankerd, dan zi<strong>en</strong> we dat de codificatie in Nederland het meest gedetailleerd<br />

is uitgewerkt.


Sam<strong>en</strong>vatting<br />

Wat betreft proportionaliteit <strong>en</strong> subsidiariteit bestaat er vooral e<strong>en</strong><br />

verschil tuss<strong>en</strong> de vier <strong>onder</strong>zochte Europese land<strong>en</strong> <strong>en</strong>erzijds <strong>en</strong> de VS<br />

anderzijds. De inbreuk<strong>en</strong> die e<strong>en</strong> undercovertraject zou mak<strong>en</strong> op de<br />

recht<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> persoon word<strong>en</strong> in de VS lager ingeschat. Het gebruik<br />

van undercovertraject<strong>en</strong> is in de VS dan ook niet beperkt tot e<strong>en</strong> bepaalde<br />

selectie van misdrijv<strong>en</strong> of opsporings<strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong>. In de <strong>regulering</strong> <strong>en</strong>/<br />

of <strong>uitvoering</strong>spraktijk van Nederland, België, Duitsland <strong>en</strong> Engeland <strong>en</strong><br />

Wales daar<strong>en</strong>teg<strong>en</strong> geldt voor de inzet van (bepaalde) undercovertraject<strong>en</strong><br />

wel de voorwaarde dat het moet gaan om misdrijv<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> zekere ernst<br />

(proportionaliteit) <strong>en</strong> de voorwaarde dat andere opsporingsinstrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong><br />

niet voldo<strong>en</strong> (subsidiariteit).<br />

Zowel in Nederland als in België, Duitsland, Engeland <strong>en</strong> Wales <strong>en</strong> de VS<br />

geldt bij de <strong>uitvoering</strong> van undercovertraject<strong>en</strong> e<strong>en</strong> verbod op instigatie,<br />

dat wil zegg<strong>en</strong> e<strong>en</strong> verbod op ontoelaatbare uitlokking. De invulling van<br />

dat verbod is echter niet gelijk. In de VS lijkt undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong> meer<br />

actief <strong>en</strong> initiër<strong>en</strong>d handel<strong>en</strong> toegestaan dan in ieder geval in Nederland;<br />

in de VS mag de politie dus verder gaan dan in Nederland alvor<strong>en</strong>s van<br />

instigatie sprake is.<br />

Voor de inzet van criminele burgers bij IF geldt in de Nederlandse<br />

uit voeringspraktijk e<strong>en</strong> verbod (hoewel niet absoluut). Het gebruik van<br />

e<strong>en</strong> criminele burger bij SI of PK/PDV is in beginsel mogelijk, maar lijkt in<br />

de praktijk erg weinig voor te kom<strong>en</strong>. In Duitsland, Engeland <strong>en</strong> Wales <strong>en</strong><br />

de VS word<strong>en</strong> wel met (grote) regelmaat criminele burgers ingeschakeld in<br />

undercovertraject<strong>en</strong>. In België gebeurt dat niet.<br />

De op<strong>en</strong>heid die in strafprocedures jeg<strong>en</strong>s uitgevoerde undercovertraject<strong>en</strong><br />

wordt betracht, is het grootst in de VS. In Duitsland is de transparantie<br />

veel kleiner dan in de VS <strong>en</strong> ook kleiner dan in Nederland.<br />

De inzet van undercovertraject<strong>en</strong><br />

In 2004 is voor 89 Nederlandse zak<strong>en</strong> contact opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> met e<strong>en</strong> infiltratieteam<br />

<strong>en</strong> overwog<strong>en</strong> om e<strong>en</strong> undercovertraject toe te pass<strong>en</strong>. In 37 van<br />

die zak<strong>en</strong> is ook beslot<strong>en</strong> om e<strong>en</strong> undercovertraject in te zett<strong>en</strong>. In al die<br />

37 zak<strong>en</strong> ging het zoals gezegd om de voorg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> <strong>uitvoering</strong> van SI <strong>en</strong>/<br />

of PK/PDV. Uiteindelijk is in 34 van deze 37 zak<strong>en</strong> het undercovertraject<br />

ook daadwerkelijk gestart. Voor IF beschikk<strong>en</strong> we over informatie voor e<strong>en</strong><br />

langere periode. In de periode 2000-2005 is in 24 Nederlandse opsporings<strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong><br />

toestemming gevraagd om IF toe te pass<strong>en</strong>. Van die 24 zak<strong>en</strong><br />

hebb<strong>en</strong> we er 23 bestudeerd. Daarvan is in 16 zak<strong>en</strong> toestemming gekreg<strong>en</strong><br />

voor de inzet van IF <strong>en</strong> in 14 van die zak<strong>en</strong> is ook daadwerkelijk e<strong>en</strong><br />

IF-traject gestart. Undercovertraject<strong>en</strong> in het algeme<strong>en</strong> <strong>en</strong> met name IF<br />

word<strong>en</strong> dus weinig gebruikt.<br />

De <strong>uitvoering</strong> van undercovertraject<strong>en</strong> gebeurt voornamelijk door led<strong>en</strong><br />

van infiltratieteams. De <strong>uitvoering</strong> door andere opsporingsambt<strong>en</strong>ar<strong>en</strong><br />

15


16 <strong>Opspor<strong>en</strong></strong> <strong>onder</strong> <strong>dekmantel</strong><br />

dan led<strong>en</strong> van infiltratieteams <strong>en</strong> door burgers, hetge<strong>en</strong> (<strong>onder</strong> bepaalde<br />

voorwaard<strong>en</strong>) wel is toegestaan, lijkt niet veel voor te kom<strong>en</strong>.<br />

Resultat<strong>en</strong> van undercovertraject<strong>en</strong> <strong>en</strong> hun bijdrage aan opsporing <strong>en</strong><br />

berechting<br />

Van de 34 zak<strong>en</strong> waarin in 2004 (jaar van aanmelding bij het infiltratieteam)<br />

SI <strong>en</strong>/of PK/PDV is ingezet, is het in 31 zak<strong>en</strong> gelukt om contact<br />

te mak<strong>en</strong> met het subject (niet noodzakelijkerwijs de hoofdverdachte).<br />

Uiteindelijk heeft de SI <strong>en</strong>/of PK/PDV in 12 zak<strong>en</strong> e<strong>en</strong> bijdrage geleverd<br />

aan de opsporing <strong>en</strong>/of berechting. Daarvan heeft het undercovertraject<br />

in 7 zak<strong>en</strong> bewijs geg<strong>en</strong>ereerd. In 6 van deze 7 zak<strong>en</strong> heeft het bewijs dat<br />

via het undercovertraject is verkreg<strong>en</strong> e<strong>en</strong> belangrijke rol gespeeld bij de<br />

veroordeling van (e<strong>en</strong>) de verdachte(n). In de 7 e zaak is het bewijs niet van<br />

doorslaggev<strong>en</strong>d belang geweest, maar heeft de ingezette SI wel ook het<br />

inzicht opgeleverd dat e<strong>en</strong> ander deel van de verd<strong>en</strong>king die er t<strong>en</strong> aanzi<strong>en</strong><br />

van de verdachte bestond, niet juist was. In 4 zak<strong>en</strong> heeft het undercovertraject<br />

niet geresulteerd in bewijs, maar is op basis van de in het<br />

traject verzamelde informatie geconcludeerd dat de verd<strong>en</strong>king teg<strong>en</strong> de<br />

verdachte geheel of gedeeltelijk onjuist was of minder ernstig dan gedacht<br />

(uitsluiting). In 1 zaak t<strong>en</strong> slotte heeft het traject ‘alle<strong>en</strong>’ sturingsinformatie<br />

voortgebracht.<br />

In 13 van de 14 bestudeerde Nederlandse opsporings<strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong> waarin<br />

in de periode 2000-2005 e<strong>en</strong> IF-traject is gestart, is het de undercoverag<strong>en</strong>t<br />

gelukt om contact te mak<strong>en</strong> met het subject. Het uitgevoerde IF-traject<br />

heeft in 10 zak<strong>en</strong> e<strong>en</strong> bijdrage geleverd aan de opsporing <strong>en</strong>/of berechting.<br />

6 keer heeft het traject bewijs voortgebracht op basis waarvan verdacht<strong>en</strong><br />

zijn veroordeeld; dit bewijs heeft in 5 zak<strong>en</strong> e<strong>en</strong> belangrijke <strong>en</strong> in 1 zaak<br />

e<strong>en</strong> minder belangrijke rol gespeeld bij de veroordeling. Voor 4 IF-traject<strong>en</strong><br />

geldt dat ze ge<strong>en</strong> bewijs hebb<strong>en</strong> opgeleverd maar wel sturings- <strong>en</strong>/of<br />

restinformatie.<br />

E<strong>en</strong> vergelijking van de resultat<strong>en</strong> van de undercovertraject<strong>en</strong> met de<br />

resultat<strong>en</strong> van andere opsporingsinstrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> is erg moeilijk of niet te<br />

mak<strong>en</strong>. Voor het mak<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> dergelijke vergelijking zoud<strong>en</strong> opsporings<strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong><br />

waarin e<strong>en</strong> undercovertraject is ingezet, moet<strong>en</strong><br />

kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> afgezet teg<strong>en</strong> opsporings<strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong> waarin ge<strong>en</strong><br />

undercovertraject is gebruikt maar die op andere punt<strong>en</strong> wel min of meer<br />

gelijk zijn. Bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> zou dan binn<strong>en</strong> de opsporings<strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong> uit de<br />

beide categorieën de invloed van ieder ingezet opsporingsinstrum<strong>en</strong>t<br />

isoleerbaar moet<strong>en</strong> zijn, zodat duidelijk aanwijsbaar wordt wat de exacte,<br />

afz<strong>onder</strong>lijke bijdrage is van bijvoorbeeld respectievelijk e<strong>en</strong> uitgevoerd(e)<br />

observatie, telefoontap <strong>en</strong> undercovertraject. Aan deze voorwaard<strong>en</strong> is<br />

niet voldaan. Het do<strong>en</strong> van vergaande uitsprak<strong>en</strong> over de ‘effect<strong>en</strong>’ van<br />

undercovertraject<strong>en</strong> of het beantwoord<strong>en</strong> van de vraag of de gevond<strong>en</strong>


Sam<strong>en</strong>vatting<br />

opbr<strong>en</strong>gst<strong>en</strong> van undercovertraject<strong>en</strong> ‘goed’ of ‘slecht’ zijn, is dus niet<br />

mogelijk.<br />

Wel kunn<strong>en</strong> we voor e<strong>en</strong> aantal zak<strong>en</strong> met <strong>en</strong>ig voorbehoud aangev<strong>en</strong><br />

in hoeverre de behaalde einddoel<strong>en</strong> in de <strong>onder</strong>zochte zak<strong>en</strong> ook aan de<br />

ingezette undercovertraject<strong>en</strong> te dank<strong>en</strong> zijn.<br />

Voor de zak<strong>en</strong> waarin alle<strong>en</strong> SI <strong>en</strong>/of PK is ingezet <strong>en</strong> het traject tot bewijs<br />

of (gedeeltelijke) uitsluiting van e<strong>en</strong> verdachte heeft geleid, kunn<strong>en</strong> we,<br />

om red<strong>en</strong><strong>en</strong> die in het rapport word<strong>en</strong> b<strong>en</strong>oemd, zegg<strong>en</strong> dat die uitkomst<br />

waarschijnlijk niet of minder makkelijk met andere middel<strong>en</strong> bereikt<br />

had kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong>. Voor de zak<strong>en</strong> waarin IF bewijs heeft opgeleverd<br />

is, vanwege de grotere complexiteit van de zak<strong>en</strong> waarin IF is toegepast,<br />

moeilijker aan te gev<strong>en</strong> of de uitkomst ook met andere middel<strong>en</strong> had<br />

kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> verkreg<strong>en</strong>.<br />

Al eerder is door het <strong>WODC</strong> <strong>onder</strong>zoek verricht naar undercovertraject<strong>en</strong>.<br />

Daarvan is in 1999 het rapport versch<strong>en</strong><strong>en</strong>. E<strong>en</strong> e<strong>en</strong>duidige vergelijking<br />

van de opbr<strong>en</strong>gst<strong>en</strong> van undercovertraject<strong>en</strong> zoals die uit beide<br />

<strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong> naar vor<strong>en</strong> zijn gekom<strong>en</strong>, is niet goed mogelijk. E<strong>en</strong> van de<br />

red<strong>en</strong><strong>en</strong> is dat de soort<strong>en</strong> undercovertraject<strong>en</strong> die in de respectievelijke<br />

<strong>onder</strong>zoeksperiodes zijn ingezet, verschill<strong>en</strong>. Duidelijk is wel dat er in<br />

2004 t<strong>en</strong> opzichte van 1996 (het jaar dat destijds is <strong>onder</strong>zocht) in meer<br />

opsporings<strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong> e<strong>en</strong> undercovertraject is ingezet <strong>en</strong> dat er in 2004<br />

veel vaker SI wordt toegepast <strong>en</strong> dan met name om de betrokk<strong>en</strong>heid van<br />

e<strong>en</strong> verdachte vast te stell<strong>en</strong> bij e<strong>en</strong> ernstig gewelds-, terreur- of zed<strong>en</strong>-/<br />

m<strong>en</strong>s<strong>en</strong>handeldelict.<br />

Risico’s van het werk<strong>en</strong> <strong>onder</strong> <strong>dekmantel</strong><br />

In de wetsgeschied<strong>en</strong>is <strong>en</strong> de literatuur word<strong>en</strong> verschill<strong>en</strong>de risico’s<br />

beschrev<strong>en</strong> die sam<strong>en</strong>hang<strong>en</strong> met undercovertraject<strong>en</strong>. Het gaat dan<br />

<strong>onder</strong> andere om risico’s voor de integriteit, risico’s voor de fysieke veiligheid<br />

<strong>en</strong> risico’s voor het psychisch welzijn van undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong>. In de<br />

<strong>onder</strong>zoeksperiode zijn ge<strong>en</strong> Nederlandse gevall<strong>en</strong> gesignaleerd waarin<br />

integriteits- of fysieke risico’s zich ook daadwerkelijk hebb<strong>en</strong> gemanifesteerd.<br />

Respond<strong>en</strong>t<strong>en</strong> gev<strong>en</strong> verder weliswaar aan dat het werk van<br />

undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong> bepaalde persoonlijke of psychologische gevolg<strong>en</strong><br />

kan hebb<strong>en</strong>, maar niet is geblek<strong>en</strong> dat dit ook in grote mate tot problem<strong>en</strong><br />

leidt. We do<strong>en</strong> deze uitsprak<strong>en</strong> met <strong>en</strong>ig voorbehoud aangezi<strong>en</strong> undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong><br />

zelf niet direct in het <strong>onder</strong>zoek zijn betrokk<strong>en</strong> <strong>en</strong> we ook<br />

ge<strong>en</strong> uitputt<strong>en</strong>d <strong>onder</strong>zoek hebb<strong>en</strong> gedaan naar opgetred<strong>en</strong> gevar<strong>en</strong>.<br />

Nu word<strong>en</strong> undercovertraject<strong>en</strong> niet veel ingezet, waardoor e<strong>en</strong> hoge<br />

(absolute) frequ<strong>en</strong>tie van de besprok<strong>en</strong> pot<strong>en</strong>tiële problem<strong>en</strong> ook niet te<br />

verwacht<strong>en</strong> is. Daarnaast spel<strong>en</strong> waarschijnlijk ook de specifieke voor-<br />

17


18 <strong>Opspor<strong>en</strong></strong> <strong>onder</strong> <strong>dekmantel</strong><br />

waard<strong>en</strong> waar<strong>onder</strong> in de Nederlandse opsporingspraktijk undercovertraject<strong>en</strong><br />

word<strong>en</strong> ingezet e<strong>en</strong> rol. We kom<strong>en</strong> hier later op terug.<br />

Factor<strong>en</strong> van invloed op <strong>uitvoering</strong> <strong>en</strong> resultat<strong>en</strong> van undercovertraject<strong>en</strong><br />

We <strong>onder</strong>scheid<strong>en</strong> vier factor<strong>en</strong> die van invloed zijn op de <strong>uitvoering</strong> <strong>en</strong><br />

resultat<strong>en</strong> van undercovertraject<strong>en</strong>: het wettelijk kader; de criminele context;<br />

k<strong>en</strong>merk<strong>en</strong> van de opsporing; <strong>en</strong> de omgeving.<br />

Juridisch kader<br />

In het algeme<strong>en</strong> do<strong>en</strong> zich bij de praktische toepassing van de bepaling<strong>en</strong><br />

uit het wettelijk kader, bijvoorbeeld wat betreft het doorlaatverbod,<br />

de verbaliseringsplicht <strong>en</strong> het <strong>onder</strong>scheid tuss<strong>en</strong> de drie undercoverbevoegdhed<strong>en</strong>,<br />

ge<strong>en</strong> grote problem<strong>en</strong> voor. Wel lijkt de notificatieplicht<br />

niet altijd consequ<strong>en</strong>t te word<strong>en</strong> uitgevoerd. Sinds <strong>en</strong>ige jar<strong>en</strong> wordt binn<strong>en</strong><br />

het Op<strong>en</strong>baar Ministerie (OM) wel strikter aangestuurd op <strong>uitvoering</strong><br />

van de notificatieplicht. Overig<strong>en</strong>s biedt de formulering van de notificeringsplicht<br />

in artikel 126ff Wetboek van Strafvordering (Sv) expliciet<br />

ruimte om het notificer<strong>en</strong> uit te stell<strong>en</strong> t<strong>en</strong> behoeve van het opsporingsbelang<br />

(‘zodra het belang van het <strong>onder</strong>zoek dat toelaat’).<br />

Door e<strong>en</strong> aantal respond<strong>en</strong>t<strong>en</strong> wordt gewez<strong>en</strong> op de beperking die<br />

het ‘verbod’ op het gebruik van criminele burgerinfiltrant<strong>en</strong> met zich<br />

meebr<strong>en</strong>gt. De inzet van e<strong>en</strong> criminele burgerinfiltrant zou in sommige<br />

gevall<strong>en</strong> de mogelijkheid kunn<strong>en</strong> bied<strong>en</strong> om (sneller) in contact te kom<strong>en</strong><br />

met moeilijk te b<strong>en</strong>ader<strong>en</strong> verdacht<strong>en</strong>. In het <strong>onder</strong>zoek is echter vastgesteld<br />

dat de ruimte die er nog wel is voor het gebruik van (criminele)<br />

burgers, maar beperkt wordt gebruikt. Dit roept de vraag op waarom de<br />

mogelijkhed<strong>en</strong> die er nu wel zijn voor de inzet van burgers, zo weinig<br />

– althans in de <strong>onder</strong>zochte periode – word<strong>en</strong> b<strong>en</strong>ut. In het rapport wordt<br />

e<strong>en</strong> aantal mogelijke antwoordrichting<strong>en</strong> geformuleerd.<br />

Voor de uitkomst van de beoordeling door rechters of e<strong>en</strong> uitgevoerd<br />

undercovertraject al dan niet verantwoord is geweest, blijkt de transparantie<br />

die door de politie <strong>en</strong> het OM wordt betracht van groot belang te<br />

zijn. Is die transparantie er, dan word<strong>en</strong> door de verdediging gevoerde<br />

verwer<strong>en</strong> t<strong>en</strong> aanzi<strong>en</strong> van ingezette undercovertraject<strong>en</strong> doorgaans<br />

verworp<strong>en</strong>, zo blijkt uit de bestudeerde jurisprud<strong>en</strong>tie. En die transparantie<br />

ìs er volg<strong>en</strong>s de rechters; het overgrote deel van de verwer<strong>en</strong>, in de<br />

bestudeerde uitsprak<strong>en</strong> althans, wordt verworp<strong>en</strong> omdat de betreff<strong>en</strong>de<br />

rechtscolleges van oordeel zijn dat uit de verslaglegging ge<strong>en</strong> onrechtmatighed<strong>en</strong><br />

naar vor<strong>en</strong> kom<strong>en</strong>. In het kleine aantal zak<strong>en</strong> waarin e<strong>en</strong>


Sam<strong>en</strong>vatting<br />

verweer wel wordt aang<strong>en</strong>om<strong>en</strong>, is e<strong>en</strong> gebrekkige verslaglegging van <strong>en</strong><br />

e<strong>en</strong> onvoldo<strong>en</strong>de inzicht in het traject vaak daarvan de red<strong>en</strong>.<br />

De criminele context<br />

Undercovertraject<strong>en</strong> word<strong>en</strong> ingezet t<strong>en</strong> behoeve van de opsporing van<br />

verdacht<strong>en</strong> van misdrijv<strong>en</strong>. Bepaalde k<strong>en</strong>merk<strong>en</strong> van die verdacht<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

ook van de misdrijv<strong>en</strong> die zij (naar wordt ver<strong>onder</strong>steld) pleg<strong>en</strong>, zijn van<br />

invloed op de <strong>uitvoering</strong> <strong>en</strong> uitvoerbaarheid van opsporingsinstrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong><br />

<strong>en</strong> de resultat<strong>en</strong> die met die instrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> geboekt kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong>.<br />

K<strong>en</strong>merk<strong>en</strong> van de verdacht<strong>en</strong><br />

E<strong>en</strong> aantal k<strong>en</strong>merk<strong>en</strong> kan ervoor zorg<strong>en</strong> dat het inzett<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> undercovertraject<br />

bij sommige subject<strong>en</strong> moeilijk is. Zo biedt e<strong>en</strong> subject dat<br />

e<strong>en</strong> geïsoleerd, teruggetrokk<strong>en</strong> bestaan leidt, e<strong>en</strong> undercoverag<strong>en</strong>t in<br />

beginsel minder mogelijkhed<strong>en</strong> tot contact dan e<strong>en</strong> subject met e<strong>en</strong> actief<br />

sociaal lev<strong>en</strong>.<br />

E<strong>en</strong> ander aspect dat van belang is bij de b<strong>en</strong>aderbaarheid van e<strong>en</strong><br />

subject, is zijn opsporingsbewustzijn. Vooral <strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong> op het terrein<br />

van de georganiseerde <strong>en</strong>/of grootschalige criminaliteit richt<strong>en</strong> zich vaak<br />

op professionele verdacht<strong>en</strong>. Die verdacht<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> in meer of mindere<br />

mate ervaring met teg<strong>en</strong> h<strong>en</strong> ingezette opsporingsinstrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> of zijn<br />

zich in ieder geval bewust van de mogelijkheid dat zij <strong>onder</strong>werp kunn<strong>en</strong><br />

word<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> opsporings<strong>onder</strong>zoek. In verschill<strong>en</strong>de zak<strong>en</strong> zi<strong>en</strong> we dan<br />

ook dat verdacht<strong>en</strong> afscherm<strong>en</strong>d, verhull<strong>en</strong>d gedrag verton<strong>en</strong>. Verdacht<strong>en</strong><br />

prat<strong>en</strong> bijvoorbeeld niet door de telefoon, of alle<strong>en</strong> heel weinig of in code,<br />

wissel<strong>en</strong> vaak van telefoon, rijd<strong>en</strong> zo dat volg<strong>en</strong> moeilijk is, wissel<strong>en</strong> vaak<br />

van voertuig of zijn erg achterdochtig.<br />

Undercovertraject<strong>en</strong> <strong>en</strong> met name IF word<strong>en</strong> vaak ingezet vanwege de,<br />

verwachte of geblek<strong>en</strong>, ontoereik<strong>en</strong>dheid van andere opsporingsmiddel<strong>en</strong>.<br />

De ontoereik<strong>en</strong>dheid van andere middel<strong>en</strong> om het doel van het<br />

opsporings<strong>onder</strong>zoek te bereik<strong>en</strong>, is voor undercovertraject<strong>en</strong>, <strong>en</strong> weer<br />

vooral voor IF, ook vaak e<strong>en</strong> voorwaarde om het betreff<strong>en</strong>de instrum<strong>en</strong>t<br />

in te zett<strong>en</strong> (subsidiariteit). Het verwachte of geblek<strong>en</strong> fal<strong>en</strong> van andere<br />

opsporingsmiddel<strong>en</strong> hangt vooral sam<strong>en</strong> met het afscherm<strong>en</strong>d gedrag<br />

van de verdacht<strong>en</strong>. Dergelijk gedrag is dus vaak de red<strong>en</strong> dat e<strong>en</strong> undercovertraject<br />

wordt ingezet, maar kan natuurlijk tev<strong>en</strong>s de <strong>uitvoering</strong> van<br />

dat traject bemoeilijk<strong>en</strong>. De red<strong>en</strong> dat het instrum<strong>en</strong>t wordt gebruikt,<br />

kan dus ook de red<strong>en</strong> zijn dat het undercovertraject niet (volledig) slaagt.<br />

Onder de <strong>onder</strong>zochte zak<strong>en</strong> bevind<strong>en</strong> zich verschill<strong>en</strong>de voorbeeld<strong>en</strong><br />

waarin g<strong>en</strong>oemd afscherm<strong>en</strong>d gedrag er (mede) de oorzaak van was dat<br />

het traject (deels) is mislukt.<br />

Het algem<strong>en</strong>e bewustzijn <strong>onder</strong>werp te kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> van politieaandacht<br />

<strong>en</strong> het vermog<strong>en</strong> om naar dat bewustzijn te handel<strong>en</strong>, geldt<br />

overig<strong>en</strong>s niet voor alle verdacht<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> <strong>en</strong>kele keer komt het voor dat e<strong>en</strong><br />

19


20 <strong>Opspor<strong>en</strong></strong> <strong>onder</strong> <strong>dekmantel</strong><br />

als professioneel ingeschatte verdachte onverwachts snel op<strong>en</strong>heid van<br />

zak<strong>en</strong> geeft teg<strong>en</strong>over e<strong>en</strong> undercoverag<strong>en</strong>t, vermoedelijk aangedrev<strong>en</strong><br />

door zucht naar eer of geld of door naïviteit.<br />

De b<strong>en</strong>aderbaarheid van e<strong>en</strong> subject kan ook bepaald word<strong>en</strong> door de<br />

‘demografische aansluiting’ tuss<strong>en</strong> het subject <strong>en</strong> de undercoverag<strong>en</strong>t. Bij<br />

bepaalde allochtone groepering<strong>en</strong> kan het zo zijn dat er ge<strong>en</strong> ‘geschikte’<br />

undercoverag<strong>en</strong>t is om de groepering succesvol te b<strong>en</strong>ader<strong>en</strong>. Ook groepering<strong>en</strong><br />

die bestaan uit heel jonge person<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> moeilijk zijn om<br />

‘binn<strong>en</strong> te kom<strong>en</strong>’ omdat er weinig of ge<strong>en</strong> heel jonge undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong><br />

zoud<strong>en</strong> zijn.<br />

Verder kunn<strong>en</strong> gewelddadige person<strong>en</strong> <strong>en</strong> groepering<strong>en</strong> e<strong>en</strong> probleem<br />

vorm<strong>en</strong> voor de uitvoerbaarheid van e<strong>en</strong> undercovertraject, omdat het<br />

gewelddadige karakter van e<strong>en</strong> subject e<strong>en</strong> direct risico kan zijn voor de<br />

undercoverag<strong>en</strong>t <strong>en</strong> vanwege het risico dat e<strong>en</strong> undercoverag<strong>en</strong>t, om zijn<br />

<strong>dekmantel</strong> in stand te houd<strong>en</strong>, ‘mee’ zou moet<strong>en</strong> do<strong>en</strong> <strong>en</strong> dus betrokk<strong>en</strong><br />

zou rak<strong>en</strong> bij geweldsdelict<strong>en</strong>. Ook person<strong>en</strong> die geestelijk instabiel zijn <strong>en</strong>/<br />

of ernstige psychische stoorniss<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> e<strong>en</strong> moeilijke categorie<br />

van subject<strong>en</strong> vorm<strong>en</strong>. Zij kunn<strong>en</strong> vanwege hun onberek<strong>en</strong>baarheid in<br />

e<strong>en</strong> undercovertraject moeilijk b<strong>en</strong>aderbaar zijn of e<strong>en</strong> veiligheidsrisico<br />

met zich meebr<strong>en</strong>g<strong>en</strong>.<br />

Onvoorspelbaarheid als ‘wez<strong>en</strong>sk<strong>en</strong>merk’ van undercovertraject<strong>en</strong><br />

Het belangrijkste geme<strong>en</strong>schappelijke k<strong>en</strong>merk van undercovertraject<strong>en</strong><br />

dat uit dit <strong>onder</strong>zoek naar vor<strong>en</strong> komt, is de onvoorspelbaarheid van het<br />

verloop van die traject<strong>en</strong>.<br />

Undercovertraject<strong>en</strong> bestaan, in teg<strong>en</strong>stelling tot veel andere opsporingsinstrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong>,<br />

uit interacties tuss<strong>en</strong> person<strong>en</strong>-undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong> aan de<br />

<strong>en</strong>e <strong>en</strong> subject<strong>en</strong> <strong>en</strong> ev<strong>en</strong>tuele derd<strong>en</strong> aan de andere kant.<br />

M<strong>en</strong>selijk gedrag, <strong>en</strong> dus het verloop van undercovertraject<strong>en</strong>, is minder<br />

makkelijk te controler<strong>en</strong> <strong>en</strong> te voorspell<strong>en</strong> dan de werking van e<strong>en</strong> zuiver<br />

technisch instrum<strong>en</strong>t, zoals bijvoorbeeld e<strong>en</strong> telefoontap. Daarmee is niet<br />

gezegd dat het effectief inzett<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> technisch instrum<strong>en</strong>t ‘makkelijk’<br />

zou zijn. Wel is het zo dat de factor<strong>en</strong> die van invloed zijn op de praktische<br />

werking van bijvoorbeeld e<strong>en</strong> telefoontap, kleiner in aantal <strong>en</strong> minder<br />

complex zijn dan de factor<strong>en</strong> die van belang kunn<strong>en</strong> zijn in de <strong>uitvoering</strong>spraktijk<br />

van e<strong>en</strong> undercovertraject. Daar komt bij dat de weerbarstigheid<br />

die k<strong>en</strong>merk<strong>en</strong>d is voor m<strong>en</strong>selijke interacties in het algeme<strong>en</strong>, in<br />

criminele omgeving<strong>en</strong> in bepaalde opzicht<strong>en</strong> nog groter lijkt: het verloop<br />

van de contact<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> de undercoverag<strong>en</strong>t <strong>en</strong> het subject is vaak anders<br />

dan verwacht <strong>en</strong> voorg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> PK’<strong>en</strong> verlop<strong>en</strong> in de meerderheid van de<br />

<strong>onder</strong>zochte zak<strong>en</strong> niet volg<strong>en</strong>s de vooraf gemaakte opzet of afsprak<strong>en</strong>. Óf<br />

e<strong>en</strong> PK gaat helemaal niet door, bijvoorbeeld omdat de verdachte niet kan<br />

of niet wil lever<strong>en</strong>, de goeder<strong>en</strong> al verkocht zijn of de verdachte wel zou<br />

kunn<strong>en</strong> lever<strong>en</strong> maar dan alle<strong>en</strong> via e<strong>en</strong> persoon die niet behoort tot de<br />

kring van verdacht<strong>en</strong> waarop het <strong>onder</strong>zoek zich richt. Óf de PK gaat wel


Sam<strong>en</strong>vatting<br />

door, maar de PK komt bijvoorbeeld pas tot stand na e<strong>en</strong> eerdere mislukte<br />

poging of de omvang van de PK is kleiner dan oorspronkelijk verwacht.<br />

Deze onvoorspelbaarheid van undercovertraject<strong>en</strong> <strong>en</strong> wispelturigheid <strong>en</strong><br />

onbetrouwbaarheid van verdacht<strong>en</strong>, zorg<strong>en</strong> er zeker niet per definitie voor<br />

dat undercovertraject<strong>en</strong> volledig mislukk<strong>en</strong>. Wel is het zo dat onverwachte<br />

ontwikkeling<strong>en</strong> in het algeme<strong>en</strong> e<strong>en</strong> negatieve invloed hebb<strong>en</strong> op het<br />

verloop <strong>en</strong>/of de uitkomst<strong>en</strong> van het traject: traject<strong>en</strong> dur<strong>en</strong> er langer door<br />

of bereik<strong>en</strong> niet het beoogde resultaat. Vanwege de grote frequ<strong>en</strong>tie, in de<br />

<strong>onder</strong>zochte zak<strong>en</strong> althans, waarmee verwachting<strong>en</strong> niet word<strong>en</strong> waargemaakt,<br />

is het in ieder geval niet makkelijk om efficiënt zak<strong>en</strong> te do<strong>en</strong> met<br />

criminel<strong>en</strong>.<br />

K<strong>en</strong>merk<strong>en</strong> van het misdrijf<br />

Misdrijv<strong>en</strong> verschill<strong>en</strong> van elkaar in de mate waarin ze aanknopingspunt<strong>en</strong><br />

of ingang<strong>en</strong> bied<strong>en</strong> om e<strong>en</strong> undercovertraject uit te voer<strong>en</strong>. Zo bestaat<br />

het criminele bedrijfsproces bij drugshandel uit verschill<strong>en</strong>de schakels,<br />

zoals de handel in grond- <strong>en</strong> hulpstoff<strong>en</strong>, de productie van de drugs, de<br />

in- <strong>en</strong> uitvoer van de drugs <strong>en</strong> de tuss<strong>en</strong>handel. Al die schakels bied<strong>en</strong> de<br />

politie in pot<strong>en</strong>tie de mogelijkheid om met e<strong>en</strong> undercovertraject op in<br />

te hak<strong>en</strong>. Bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> operer<strong>en</strong> betrokk<strong>en</strong><strong>en</strong> bij e<strong>en</strong> delict als drugshandel<br />

met e<strong>en</strong> winstoogmerk. Daardoor zull<strong>en</strong> ze in beginsel op<strong>en</strong> staan voor<br />

het aanknop<strong>en</strong> van nieuwe zakelijke relaties. Bij terrorisme <strong>en</strong> veel lev<strong>en</strong>sdelict<strong>en</strong><br />

daar<strong>en</strong>teg<strong>en</strong> bestaat het ‘bedrijfsproces’ uit minder schakels <strong>en</strong><br />

ontbreekt doorgaans e<strong>en</strong> winstoogmerk, wat van invloed is op de mogelijkhed<strong>en</strong><br />

voor politie-ingrijp<strong>en</strong>.<br />

Verder kan de ernst of aard van e<strong>en</strong> misdrijf van invloed zijn op de mate<br />

waarin e<strong>en</strong> undercovertraject toelaatbaar wordt geacht. Bij bijvoorbeeld<br />

kinderporno ligt de inzet van e<strong>en</strong> undercovertraject voor sommige<br />

betrokk<strong>en</strong><strong>en</strong> minder voor de hand. Daarbij kunn<strong>en</strong> (gepercipieerde)<br />

juridische bezwar<strong>en</strong> – het doorlaatverbod – <strong>en</strong> veiligheidsoverweging<strong>en</strong><br />

jeg<strong>en</strong>s de slachtoffers – e<strong>en</strong> ‘pseudo-koop’ zou verdacht<strong>en</strong> bijvoorbeeld<br />

aan kunn<strong>en</strong> zett<strong>en</strong> om nieuwe slachtoffers te mak<strong>en</strong> – e<strong>en</strong> rol spel<strong>en</strong>.<br />

Maar ook kunn<strong>en</strong> de morele <strong>en</strong> maatschappelijke aanvaardbaarheid als<br />

bezwaar geld<strong>en</strong>; bij dergelijke delict<strong>en</strong> ‘hoort de overheid niet betrokk<strong>en</strong><br />

te zijn’, ook niet via e<strong>en</strong> undercoverag<strong>en</strong>t. De ernst van e<strong>en</strong> misdrijf kan er<br />

aan de andere kant ook toe leid<strong>en</strong> dat er juist vrij uitz<strong>onder</strong>lijke middel<strong>en</strong><br />

word<strong>en</strong> ingezet. Zo was het in e<strong>en</strong> IF-traject in e<strong>en</strong> <strong>onder</strong>zoek naar terrorisme<br />

de bedoeling om uiteindelijk te kom<strong>en</strong> tot e<strong>en</strong> wap<strong>en</strong>leverantie ván<br />

de undercoverag<strong>en</strong>t áán de hoofdverdachte, die direct tijd<strong>en</strong>s die leverantie<br />

aangehoud<strong>en</strong> zou word<strong>en</strong>. De hoofdverdachte kwam echter bij e<strong>en</strong><br />

geplande ontmoeting niet opdag<strong>en</strong>.<br />

21


22 <strong>Opspor<strong>en</strong></strong> <strong>onder</strong> <strong>dekmantel</strong><br />

De opsporing<br />

Aansturing van opsporings<strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong><br />

Sinds <strong>en</strong>ige tijd is binn<strong>en</strong> de aansturing van de politie e<strong>en</strong> meer bedrijfsmatige<br />

b<strong>en</strong>adering c<strong>en</strong>traal kom<strong>en</strong> te staan. Begripp<strong>en</strong> als kost<strong>en</strong>bat<strong>en</strong>verhouding,<br />

effici<strong>en</strong>cy <strong>en</strong> doorloopsnelheid zijn e<strong>en</strong> grotere rol<br />

gaan spel<strong>en</strong>. Er is sprake van e<strong>en</strong> zekere rationalisering van de opsporing.<br />

Daarbij wordt de <strong>uitvoering</strong> van de strafrechtelijke taak van de politie,<br />

waarvan het c<strong>en</strong>trale doel is het opspor<strong>en</strong> <strong>en</strong> daarmee bestrijd<strong>en</strong> van<br />

misdrijv<strong>en</strong>, <strong>onder</strong>worp<strong>en</strong> aan voorwaard<strong>en</strong> omtr<strong>en</strong>t de inzet van middel<strong>en</strong>,<br />

verantwoording <strong>en</strong> te behal<strong>en</strong> (tuss<strong>en</strong>)resultat<strong>en</strong>. Meetbare doel<strong>en</strong><br />

<strong>en</strong> resultat<strong>en</strong> <strong>en</strong> e<strong>en</strong> overzichtelijke termijn waarbinn<strong>en</strong> deze behaald<br />

kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong>, zijn belangrijk in deze aansturing van de opsporing. Dit<br />

proces gaat gepaard met e<strong>en</strong> zeker strev<strong>en</strong> naar onzekerheidsreductie, wat<br />

kan bots<strong>en</strong> met het karakter van undercovertraject<strong>en</strong> <strong>en</strong> van bepaalde<br />

opsporings<strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong> in het algeme<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> erg strakke sturing (op output)<br />

kan belemmer<strong>en</strong>d werk<strong>en</strong> voor vooral langdurige, ‘moeilijke’ <strong>en</strong>/of<br />

moeilijk voorspelbare undercovertraject<strong>en</strong> <strong>en</strong> opsporings<strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong>.<br />

Wisselwerking tuss<strong>en</strong> undercovertraject <strong>en</strong> opsporingsteam<br />

Bij IF-traject<strong>en</strong> <strong>en</strong> langere SI- <strong>en</strong>/of PK/PDV-traject<strong>en</strong> word<strong>en</strong> doorgaans<br />

naast het undercovertraject ook andere opsporingsinstrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> ingezet.<br />

De wisselwerking tuss<strong>en</strong> het undercovertraject <strong>en</strong> het opsporingsteam/<br />

-<strong>onder</strong>zoek gaat, als het goed is, gepaard met wederzijdse input van informatie.<br />

E<strong>en</strong> informatiestroom vanuit het opsporingsteam naar het infiltratieteam<br />

is van belang bij de start van e<strong>en</strong> traject om de persoon van<br />

het subject, zijn omgeving <strong>en</strong> zijn bezighed<strong>en</strong> in kaart te kunn<strong>en</strong> br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>.<br />

Tijd<strong>en</strong>s de <strong>uitvoering</strong> van het traject is die informatiestroom van belang<br />

voor het goed kunn<strong>en</strong> inspel<strong>en</strong> op de subject<strong>en</strong> <strong>en</strong> de gebeurt<strong>en</strong>iss<strong>en</strong>. De<br />

mate waarin relevante informatie wordt doorgegev<strong>en</strong> hangt weer af van<br />

de mate waarin de led<strong>en</strong> van het opsporingsteam op de hoogte zijn van<br />

het undercovertraject. Wanneer bijvoorbeeld e<strong>en</strong> uitluisteraar van e<strong>en</strong><br />

telefoontap ge<strong>en</strong> weet heeft van het undercovertraject, bestaat de kans<br />

dat informatie die uit de tap naar vor<strong>en</strong> komt die relevant is voor het traject,<br />

zoals informatie die iets zegt over de persoonlijkheid van het subject<br />

of over zijn activiteit<strong>en</strong>, niet wordt doorgegev<strong>en</strong> omdat e<strong>en</strong> uitluisteraar<br />

doorgaans vooral gespitst is op meer strafrechtelijk relevante informatie.<br />

De informatie die afkomstig is van andere elem<strong>en</strong>t<strong>en</strong> van het opsporings<strong>onder</strong>zoek<br />

is ook van belang voor de veiligheid van de undercoverag<strong>en</strong>t.<br />

Zo kan bijvoorbeeld uit de telefoontap duidelijk word<strong>en</strong> hoe e<strong>en</strong> subject<br />

over e<strong>en</strong> undercoverag<strong>en</strong>t d<strong>en</strong>kt <strong>en</strong> of er bepaalde ‘gevoelige punt<strong>en</strong>’<br />

(gespreks<strong>onder</strong>werp<strong>en</strong>, bepaald gedrag) zijn waar de undercoverag<strong>en</strong>t<br />

maar beter verre van kan blijv<strong>en</strong>. Wanneer de inzet van opsporingsinstrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong><br />

als de observatie <strong>en</strong> de telefoontap niet of slecht mogelijk is, kan<br />

dit de <strong>uitvoering</strong> van e<strong>en</strong> undercovertraject bemoeilijk<strong>en</strong>.


Sam<strong>en</strong>vatting<br />

Andersom levert het undercovertraject ook inzicht<strong>en</strong> <strong>en</strong> informatie<br />

die b<strong>en</strong>ut kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> in de rest van het opsporings<strong>onder</strong>zoek of<br />

bij de inzet van andere opsporingsinstrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong>. Zo kunn<strong>en</strong> door e<strong>en</strong><br />

undercover traject nieuwe verdacht<strong>en</strong> in beeld kom<strong>en</strong> of kan bek<strong>en</strong>d<br />

word<strong>en</strong> via welke telefoonnummers verdacht<strong>en</strong> met elkaar communicer<strong>en</strong>.<br />

Het opsporings<strong>onder</strong>zoek als geheel <strong>en</strong> het undercovertraject daarbinn<strong>en</strong><br />

hebb<strong>en</strong> elk e<strong>en</strong> eig<strong>en</strong> doorloop <strong>en</strong> ag<strong>en</strong>da. Deze lop<strong>en</strong> niet altijd parallel.<br />

Zo is het bij e<strong>en</strong> geplande gelijktijdige aanhouding van e<strong>en</strong> groot aantal<br />

verdacht<strong>en</strong> soms nodig om geruime tijd van tevor<strong>en</strong> e<strong>en</strong> datum vast te<br />

stell<strong>en</strong>, aangezi<strong>en</strong> er op zo’n ‘actiedag’ (vele) ti<strong>en</strong>tall<strong>en</strong> medewerkers van<br />

de politie <strong>en</strong> het OM op hetzelfde mom<strong>en</strong>t ingezet moet<strong>en</strong> word<strong>en</strong>. Als<br />

de actiedag e<strong>en</strong>maal daar is, kan echter blijk<strong>en</strong> dat het undercovertraject<br />

zich nog niet tot het verwachte punt heeft ontwikkeld; er kan bijvoorbeeld,<br />

in teg<strong>en</strong>stelling tot wat was verwacht <strong>en</strong> ondanks goede contact<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong><br />

undercoverag<strong>en</strong>t <strong>en</strong> subject<strong>en</strong>, nog ge<strong>en</strong> PK hebb<strong>en</strong> plaatsgevond<strong>en</strong>. In<br />

e<strong>en</strong> zaak waarin dit speelde, kond<strong>en</strong> de verdacht<strong>en</strong> op grond van de resultat<strong>en</strong><br />

van andere ingezette opsporingsinstrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> wel word<strong>en</strong> berecht,<br />

maar het undercovertraject leverde daaraan door het voortijdige einde<br />

e<strong>en</strong> kleinere bijdrage dan was bedoeld.<br />

Ler<strong>en</strong>d vermog<strong>en</strong> van de organisatie<br />

Er bestaat, in de <strong>onder</strong>zochte periode, ge<strong>en</strong> algeme<strong>en</strong> zicht op de aantall<strong>en</strong>,<br />

soort <strong>en</strong> achtergrond <strong>en</strong> resultat<strong>en</strong> van ingezette undercovertraject<strong>en</strong>.<br />

De k<strong>en</strong>nis van de <strong>uitvoering</strong> <strong>en</strong> het vermog<strong>en</strong> om van de <strong>uitvoering</strong>spraktijk<br />

te ler<strong>en</strong>, beperkt zich daardoor vooralsnog tot individuele ervaring<strong>en</strong>.<br />

Het bijhoud<strong>en</strong> <strong>en</strong> analyser<strong>en</strong> van de g<strong>en</strong>oemde informatie zou het ler<strong>en</strong>d<br />

vermog<strong>en</strong> t<strong>en</strong> goede kunn<strong>en</strong> kom<strong>en</strong>.<br />

Selectie, begeleiding <strong>en</strong> beveiliging van undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong><br />

Pot<strong>en</strong>tiële undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong> <strong>onder</strong>gaan e<strong>en</strong> str<strong>en</strong>ge selectie <strong>en</strong> wanneer<br />

ze e<strong>en</strong>maal werkzaam zijn, word<strong>en</strong> ze tijd<strong>en</strong>s traject<strong>en</strong> strikt begeleid <strong>en</strong><br />

(wanneer nodig) beveiligd. Eerder zag<strong>en</strong> we dat in de Nederlandse opsporingspraktijk<br />

de pot<strong>en</strong>tiële risico’s van het werk<strong>en</strong> <strong>onder</strong> <strong>dekmantel</strong>, hoewel<br />

die zeker reëel zijn, voor zover bek<strong>en</strong>d niet tot grote problem<strong>en</strong> leid<strong>en</strong>.<br />

De selectie, de begeleiding <strong>en</strong> beveiliging van undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong> – alle<br />

k<strong>en</strong>merk<strong>en</strong> van de opsporing – hebb<strong>en</strong> in dit verband waarschijnlijk e<strong>en</strong><br />

prev<strong>en</strong>tieve werking.<br />

Mom<strong>en</strong>t van aanmelding van e<strong>en</strong> zaak bij het infiltratieteam<br />

Omdat undercovertraject<strong>en</strong> e<strong>en</strong> zekere voorbereiding verg<strong>en</strong> <strong>en</strong> het<br />

verloop van undercovertraject<strong>en</strong> vaak onzeker is, is het van belang dat<br />

opsporingsteams tijdig contact opnem<strong>en</strong> met het infiltratieteam. Bij tijdige<br />

aanmelding kan het infiltratieteam op basis van de specifieke doel<strong>en</strong><br />

23


24 <strong>Opspor<strong>en</strong></strong> <strong>onder</strong> <strong>dekmantel</strong><br />

<strong>en</strong> omstandighed<strong>en</strong> van het opsporings<strong>onder</strong>zoek meed<strong>en</strong>k<strong>en</strong> <strong>en</strong> kan,<br />

wanneer daadwerkelijk beslot<strong>en</strong> wordt om e<strong>en</strong> undercovertraject in te<br />

zett<strong>en</strong>, dat traject sneller <strong>en</strong> mogelijk ook effectiever van start gaan. In dit<br />

verband wordt soms gepleit om al bij de projectvoorbereiding het inzett<strong>en</strong><br />

van e<strong>en</strong> undercovertraject in ieder geval te overweg<strong>en</strong>.<br />

K<strong>en</strong>nis van, ervaring met <strong>en</strong> houding t<strong>en</strong> opzichte van undercovertraject<strong>en</strong><br />

Bij de keuzes die e<strong>en</strong> opsporingsteam met betrekking tot in te zett<strong>en</strong><br />

opsporingsinstrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> maakt, spel<strong>en</strong> behalve de inschatting door het<br />

team van de mate waarin e<strong>en</strong> keuze kan bijdrag<strong>en</strong> aan het bereik<strong>en</strong> van<br />

het uiteindelijke doel van het opsporings<strong>onder</strong>zoek, ook ervaring <strong>en</strong> k<strong>en</strong>nis<br />

<strong>en</strong> de houding die het t<strong>en</strong> opzichte van bepaalde alternatiev<strong>en</strong> heeft<br />

e<strong>en</strong> rol.<br />

Voor undercovertraject<strong>en</strong> geldt dat OvJ’<strong>en</strong> <strong>en</strong> recherchechefs vaak niet<br />

veel ervaring hebb<strong>en</strong> met dit middel, simpelweg omdat in Nederland niet<br />

veel undercovertraject<strong>en</strong> word<strong>en</strong> ingezet. Dat geldt voor undercovertraject<strong>en</strong><br />

in het algeme<strong>en</strong> maar zeker voor IF. Naast de k<strong>en</strong>nis <strong>en</strong> ervaring, kan<br />

ook de houding t<strong>en</strong> opzichte van deze opsporingsinstrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> geld<strong>en</strong><br />

als rem op het gebruik ervan. Het gaat dan <strong>en</strong>erzijds om e<strong>en</strong> mogelijke ‘te<br />

zware’ interpretatie van het wettelijk kader voor <strong>en</strong>/of de ingrijp<strong>en</strong>dheid<br />

van undercovertraject<strong>en</strong> als middel in de opsporing. Anderzijds kan er<br />

soms e<strong>en</strong> zekere reserve t<strong>en</strong> opzichte van undercovertraject<strong>en</strong> bestaan<br />

omdat de OvJ het idee kan hebb<strong>en</strong> dat hij bij keuze voor dat instrum<strong>en</strong>t de<br />

controle over het opsporings<strong>onder</strong>zoek deels uit hand<strong>en</strong> geeft.<br />

De over het algeme<strong>en</strong> beperkte ervaring <strong>en</strong> wellicht ook e<strong>en</strong> zekere<br />

terughoud<strong>en</strong>dheid die er bij OvJ’<strong>en</strong> <strong>en</strong> politieambt<strong>en</strong>ar<strong>en</strong> t<strong>en</strong> aanzi<strong>en</strong><br />

van undercovertraject<strong>en</strong> bestaan, kunn<strong>en</strong> ertoe leid<strong>en</strong> dat: de mogelijkhed<strong>en</strong><br />

die er in e<strong>en</strong> opsporings<strong>onder</strong>zoek bestaan voor het inzett<strong>en</strong> van<br />

e<strong>en</strong> undercovertraject niet altijd word<strong>en</strong> gezi<strong>en</strong> of b<strong>en</strong>ut; er op e<strong>en</strong> (te)<br />

laat mom<strong>en</strong>t contact wordt opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> met het infiltratieteam; <strong>en</strong>/of<br />

het gebruik van dit middel tot e<strong>en</strong> te klein segm<strong>en</strong>t van de criminaliteit<br />

beperkt blijft. E<strong>en</strong> verdere vergroting van de bek<strong>en</strong>dheid met het middel<br />

kan de b<strong>en</strong>utting van de mogelijkhed<strong>en</strong> t<strong>en</strong> goede kom<strong>en</strong>.<br />

De omgeving<br />

E<strong>en</strong> laatste factor is de politieke <strong>en</strong> maatschappelijke omgeving. Zo kan<br />

de omgeving van invloed zijn via de anticipatie van de opsporing op politieke<br />

stellingname of verwachte politieke beslissing<strong>en</strong>. E<strong>en</strong>, inmiddels wat<br />

ouder, voorbeeld hiervan wordt gegev<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> eerder <strong>onder</strong>zoek van het<br />

<strong>WODC</strong> naar undercovertraject<strong>en</strong> (1999).<br />

Ook gebeurt<strong>en</strong>iss<strong>en</strong> in de bredere, maatschappelijke omgeving kunn<strong>en</strong><br />

direct of indirect van invloed zijn op e<strong>en</strong> undercovertraject. Zo wilde of<br />

kon e<strong>en</strong> verdachte van wap<strong>en</strong>handel na de aanslag<strong>en</strong> van 11 september<br />

2001 ge<strong>en</strong> ‘zak<strong>en</strong>’ meer do<strong>en</strong> als gevolg van de (verme<strong>en</strong>de) aangescherpte<br />

controles.


Sam<strong>en</strong>vatting<br />

Reorganisatie van de infiltratieteams: de nieuwe unit Werk<strong>en</strong> Onder<br />

Dekmantel<br />

Op het mom<strong>en</strong>t van schrijv<strong>en</strong> is rec<strong>en</strong>telijk e<strong>en</strong> reorganisatie van de infiltratieteams<br />

doorgevoerd. De verschill<strong>en</strong>de infiltratieteams – het <strong>en</strong>e landelijke<br />

<strong>en</strong> de verschill<strong>en</strong>de regionale teams – zijn sam<strong>en</strong>gevoegd tot één<br />

c<strong>en</strong>traal aangestuurde e<strong>en</strong>heid, de unit Werk<strong>en</strong> Onder Dekmantel (WOD).<br />

Of <strong>en</strong> zo ja welke effect<strong>en</strong> de reorganisatie zal hebb<strong>en</strong> op de <strong>uitvoering</strong> <strong>en</strong><br />

vooral de resultat<strong>en</strong> van undercovertraject<strong>en</strong>, valt op dit mom<strong>en</strong>t nog niet<br />

te zegg<strong>en</strong>.<br />

Tot slot: undercovertraject<strong>en</strong> als instrum<strong>en</strong>t in de opsporing<br />

E<strong>en</strong> Amerikaanse socioloog die e<strong>en</strong> standaardwerk op het terrein van<br />

undercovertraject<strong>en</strong> heeft geschrev<strong>en</strong> (Gary Marx), heeft bij e<strong>en</strong> indeling<br />

van opsporingsinstrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> de verborg<strong>en</strong>heid <strong>en</strong> misleiding als k<strong>en</strong>merk<strong>en</strong>de<br />

elem<strong>en</strong>t<strong>en</strong> van undercovertraject<strong>en</strong> b<strong>en</strong>oemd. Verder kwam uit ons<br />

eig<strong>en</strong> <strong>onder</strong>zoek naar de feitelijke <strong>uitvoering</strong> van undercovertraject<strong>en</strong> de<br />

onvoorspelbaarheid van die traject<strong>en</strong> als belangrijk k<strong>en</strong>merk naar vor<strong>en</strong>.<br />

De elem<strong>en</strong>t<strong>en</strong> van verborg<strong>en</strong>heid <strong>en</strong> misleiding br<strong>en</strong>g<strong>en</strong> mogelijk hed<strong>en</strong><br />

voor de opsporing met zich mee maar ook pot<strong>en</strong>tiële risico’s. De g<strong>en</strong>oemde<br />

k<strong>en</strong>merk<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> ook e<strong>en</strong> belangrijke rol gespeeld bij de door de<br />

Parlem<strong>en</strong>taire Enquêtecommissie Opsporingsmethod<strong>en</strong> (PEO) geconstateerde<br />

crisis in de opsporing. Om die crisis om te buig<strong>en</strong> kwam de PEO met<br />

aanbeveling<strong>en</strong>. Transparantie was e<strong>en</strong> kernbegrip in die aanbeveling<strong>en</strong>.<br />

Uiteindelijk zoud<strong>en</strong> de aanbeveling<strong>en</strong> van de PEO e<strong>en</strong> belangrijke rol<br />

spel<strong>en</strong> bij de totstandkoming van nieuwe wetgeving, de Wet bijz<strong>onder</strong>e<br />

opsporingsbevoegdhed<strong>en</strong> (Wet BOB).<br />

Uit gerechtelijke uitsprak<strong>en</strong> in strafzak<strong>en</strong> waarin undercovertraject<strong>en</strong> e<strong>en</strong><br />

rol hebb<strong>en</strong> gespeeld, blijkt dat in elk geval naar het oordeel van de rechters<br />

sprake is van transparantie. Verder hebb<strong>en</strong> rechters bij de eva luatie van de<br />

Wet BOB aangegev<strong>en</strong> na invoering van die wet meer inzicht te hebb<strong>en</strong> in<br />

de toepassing van bijz<strong>onder</strong>e opsporingsbevoegdhed<strong>en</strong>. In deze zin is dan<br />

ook voldaan aan het uitgangspunt van transparantie. Deze transparantie<br />

zorgt ervoor dat undercovertraject<strong>en</strong>, die vooral vanwege de onvoorspelbaarheid<br />

<strong>en</strong> verborg<strong>en</strong>heid wellicht beperkt aanstuurbaar zijn, wel controleerbaar<br />

zijn. Door het bied<strong>en</strong> van inzicht in de <strong>uitvoering</strong> <strong>en</strong> resultat<strong>en</strong><br />

van undercovertraject<strong>en</strong>, hop<strong>en</strong> we met dit <strong>onder</strong>zoek ook op e<strong>en</strong> meer<br />

algeme<strong>en</strong> niveau te hebb<strong>en</strong> bijgedrag<strong>en</strong> aan de transparantie rondom de<br />

inzet van dit middel.<br />

25


1<br />

Inleiding<br />

1.1 Undercovertraject<strong>en</strong><br />

Undercovertraject<strong>en</strong> <strong>onder</strong>scheid<strong>en</strong> zich van de meeste andere opsporingsinstrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong><br />

vanwege hun verborg<strong>en</strong> <strong>en</strong> misleid<strong>en</strong>de karakter.<br />

Het verborg<strong>en</strong> dan wel op<strong>en</strong>lijk zichtbare politiekarakter <strong>en</strong> de aan- dan<br />

wel afwezigheid van misleiding zijn twee dim<strong>en</strong>sies aan de hand waarvan<br />

Gary Marx, in het standaardwerk Undercover: police surveillance in<br />

America, <strong>onder</strong>scheid aanbr<strong>en</strong>gt tuss<strong>en</strong> verschill<strong>en</strong>de politieactiviteit<strong>en</strong><br />

(Marx, 1988: 11-13). Op basis van deze twee dim<strong>en</strong>sies verdeelt hij politieactiviteit<strong>en</strong><br />

in vier categorieën. Op<strong>en</strong>lijke <strong>en</strong> niet-misleid<strong>en</strong>de politieactiviteit<strong>en</strong><br />

zijn bijvoorbeeld <strong>onder</strong>vraging van getuig<strong>en</strong> of verdacht<strong>en</strong>,<br />

huiszoeking<strong>en</strong> <strong>en</strong> aanhouding<strong>en</strong> die word<strong>en</strong> verricht door zichzelf als<br />

zodanig k<strong>en</strong>baar mak<strong>en</strong>de opsporingsambt<strong>en</strong>ar<strong>en</strong>. Dergelijke handeling<strong>en</strong><br />

zijn op<strong>en</strong>lijk herk<strong>en</strong>baar als politieactiviteit <strong>en</strong> de betreff<strong>en</strong>de burgers<br />

word<strong>en</strong> in beginsel niet ‘op e<strong>en</strong> verkeerd be<strong>en</strong>’ gezet – ze word<strong>en</strong> dus niet<br />

misleid. Voorbeeld<strong>en</strong> van op<strong>en</strong>lijke <strong>en</strong> misleid<strong>en</strong>de politiehandeling<strong>en</strong> zijn<br />

zichtbaar geplaatste camera’s in het verkeer waarin ge<strong>en</strong> film of geheug<strong>en</strong>kaart<br />

aanwezig is of misleid<strong>en</strong>de verhoortechniek<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> telefoontap,<br />

e<strong>en</strong> verborg<strong>en</strong> camera <strong>en</strong> het fysiek volg<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> verdachte zijn voorbeeld<strong>en</strong><br />

van verborg<strong>en</strong> <strong>en</strong> niet-misleid<strong>en</strong>de politieactiviteit<strong>en</strong>. De person<strong>en</strong><br />

die bij die middel<strong>en</strong> het <strong>onder</strong>werp zijn van de politieaandacht zijn daarvan<br />

niet op de hoogte, <strong>en</strong> dus zijn het ‘verborg<strong>en</strong>’ middel<strong>en</strong>, maar op h<strong>en</strong><br />

wordt door de betreff<strong>en</strong>de handeling<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> misleid<strong>en</strong>de invloed uitgeoef<strong>en</strong>d.<br />

Undercovertraject<strong>en</strong> t<strong>en</strong> slotte, maar ook zog<strong>en</strong>oemde lokmiddel<strong>en</strong>,<br />

behor<strong>en</strong> dus tot de verborg<strong>en</strong> <strong>en</strong> misleid<strong>en</strong>de opsporingsinstrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong>.<br />

In e<strong>en</strong> undercovertraject treedt e<strong>en</strong> opsporingsambt<strong>en</strong>aar z<strong>onder</strong> zich als<br />

opsporingsambt<strong>en</strong>aar k<strong>en</strong>baar te mak<strong>en</strong> in contact met één of meerdere<br />

person<strong>en</strong> met als doel om informatie of bewijs over/teg<strong>en</strong> h<strong>en</strong> of andere<br />

person<strong>en</strong> te verzamel<strong>en</strong>. De opsporingsambt<strong>en</strong>aar, e<strong>en</strong> undercoverag<strong>en</strong>t,<br />

opereert daarbij vanuit e<strong>en</strong> bepaalde <strong>dekmantel</strong> <strong>en</strong> speelt e<strong>en</strong> rol, bijvoorbeeld<br />

die van ‘collega-crimineel’. De persoon waarop het undercovertraject<br />

zich richt, wordt dus misleid. E<strong>en</strong> lokmiddel is e<strong>en</strong> meer passieve<br />

vorm van verborg<strong>en</strong> <strong>en</strong> misleid<strong>en</strong>d politieoptred<strong>en</strong>. 1<br />

Het Nederlandse Wetboek van Strafvordering b<strong>en</strong>oemt drie undercoverbevoegdhed<strong>en</strong><br />

(zie paragraaf 2.4.1). T<strong>en</strong> eerste is er het stelselmatig inwinn<strong>en</strong><br />

van informatie (SI). Bij de toepassing van SI door de politie wint e<strong>en</strong><br />

undercoverag<strong>en</strong>t stelselmatig informatie in over e<strong>en</strong> verdachte. Hij kan<br />

1 Lokmiddel<strong>en</strong> bestaan uit person<strong>en</strong> of voorwerp<strong>en</strong> die in stelling word<strong>en</strong> gebracht <strong>en</strong> die bepaald<br />

crimineel handel<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> ‘lokk<strong>en</strong>’, bijvoorbeeld de lokag<strong>en</strong>te die zich in e<strong>en</strong> gebied begeeft waar<br />

veel aanranding<strong>en</strong> plaatsvind<strong>en</strong> of de lokvrachtwag<strong>en</strong> die in e<strong>en</strong> omgeving wordt geplaatst waar veel<br />

ladingdiefstall<strong>en</strong> zijn gepleegd. Lokmiddel<strong>en</strong> vall<strong>en</strong> niet <strong>onder</strong> de undercoverbevoegdhed<strong>en</strong> <strong>en</strong> zijn in<br />

het Wetboek van Strafvordering niet expliciet geregeld (zie paragraaf 2.4.2). De omschrijving<strong>en</strong> van<br />

undercovertraject<strong>en</strong> <strong>en</strong> lokmiddel<strong>en</strong> zijn niet van Marx afkomstig maar van onszelf (auteurs). Marx<br />

schaart zowel hetge<strong>en</strong> wij <strong>onder</strong> undercovertraject<strong>en</strong> verstaan, dat wil zegg<strong>en</strong> actief undercover<br />

politieoptred<strong>en</strong>, als zuiver passieve lokmiddel<strong>en</strong>, <strong>onder</strong> undercovermethod<strong>en</strong>.


28 <strong>Opspor<strong>en</strong></strong> <strong>onder</strong> <strong>dekmantel</strong><br />

dat bijvoorbeeld do<strong>en</strong> door e<strong>en</strong> uitgaansgeleg<strong>en</strong>heid waar de verdachte<br />

regelmatig komt te bezoek<strong>en</strong> om daar informatie te verzamel<strong>en</strong>. Bij de<br />

toepassing van SI heeft de undercoverag<strong>en</strong>t in vergelijking met de andere<br />

twee undercoverbevoegdhed<strong>en</strong> e<strong>en</strong> vrij passieve rol; hij vormt ge<strong>en</strong> <strong>onder</strong>deel<br />

van e<strong>en</strong> groep van person<strong>en</strong> waarbinn<strong>en</strong> misdrijv<strong>en</strong> word<strong>en</strong> gepleegd<br />

of beraamd <strong>en</strong> hij pleegt ook anderszins ge<strong>en</strong> misdrijv<strong>en</strong>. De pseudokoop<br />

<strong>en</strong> -di<strong>en</strong>stverl<strong>en</strong>ing (PK/PDV) is de tweede undercoverbevoegdheid.<br />

Hierbij koopt e<strong>en</strong> undercoverag<strong>en</strong>t – doorgaans illegale – goeder<strong>en</strong> van<br />

e<strong>en</strong> verdachte of verle<strong>en</strong>t hij – ev<strong>en</strong>e<strong>en</strong>s vaak illegale – di<strong>en</strong>st<strong>en</strong> aan die<br />

verdachte. Het gaat dan bijvoorbeeld om respectievelijk het kop<strong>en</strong> van<br />

drugs of het verhur<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> loods t<strong>en</strong> behoeve van de productie van<br />

drugs. De derde undercoverbevoegdheid die het Wetboek van Strafvordering<br />

<strong>onder</strong>scheidt is de infiltratie (IF). Bij IF neemt e<strong>en</strong> undercoverag<strong>en</strong>t<br />

deel of verle<strong>en</strong>t hij medewerking aan e<strong>en</strong> groep van person<strong>en</strong> waarbinn<strong>en</strong><br />

misdrijv<strong>en</strong> word<strong>en</strong> beraamd of gepleegd. De <strong>uitvoering</strong> van undercovertraject<strong>en</strong><br />

gebeurt binn<strong>en</strong> de politie doorgaans door e<strong>en</strong> gespecialiseerd<br />

infiltratieteam.<br />

De elem<strong>en</strong>t<strong>en</strong> van verborg<strong>en</strong>heid <strong>en</strong> misleiding die undercovertraject<strong>en</strong><br />

als opsporingsinstrum<strong>en</strong>t k<strong>en</strong>merk<strong>en</strong>, br<strong>en</strong>g<strong>en</strong> zowel specifieke mogelijkhed<strong>en</strong><br />

voor de opsporing als ook pot<strong>en</strong>tiële risico’s met zich mee. Vanuit<br />

het directe contact dat de undercoverag<strong>en</strong>t met e<strong>en</strong> verdachte heeft, kan<br />

in bepaalde gevall<strong>en</strong> sneller of e<strong>en</strong> meer waardevolle informatiepositie<br />

word<strong>en</strong> verkreg<strong>en</strong> dan met op<strong>en</strong>lijk <strong>en</strong>/of niet-misleid<strong>en</strong>d politieoptred<strong>en</strong>.<br />

Wanneer bijvoorbeeld e<strong>en</strong> undercoverag<strong>en</strong>t in e<strong>en</strong> <strong>onder</strong>zoek naar drugshandel<br />

zijn rol als drugshandelaar goed weet te spel<strong>en</strong> <strong>en</strong> hij e<strong>en</strong> goed<br />

contact weet op te bouw<strong>en</strong> met de echte drugscriminel<strong>en</strong>, zal dat traject<br />

misschi<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> uitmond<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> aankoop door de undercoverag<strong>en</strong>t<br />

bij de verdacht<strong>en</strong> – e<strong>en</strong> PK – van verdov<strong>en</strong>de middel<strong>en</strong>. Het voordeel van<br />

zo’n ‘criminele’ transactie tuss<strong>en</strong> de undercoverag<strong>en</strong>t <strong>en</strong> de verdacht<strong>en</strong> is<br />

dat er direct <strong>en</strong> in beginsel overtuig<strong>en</strong>d bewijs wordt verkreg<strong>en</strong> voor het<br />

feit dat de betreff<strong>en</strong>de verdacht<strong>en</strong> in drugs handel<strong>en</strong>. Er klev<strong>en</strong> echter ook<br />

pot<strong>en</strong>tiële risico’s aan deze opsporingsmethode. Zo zou het undercover<br />

optred<strong>en</strong> t<strong>en</strong> koste kunn<strong>en</strong> gaan van de integriteit van politiefunctionariss<strong>en</strong><br />

<strong>en</strong> van de opsporing. Vooral wanneer e<strong>en</strong> opsporingsambt<strong>en</strong>aar<br />

lang <strong>onder</strong> <strong>dekmantel</strong> opereert, zou het gevaar bestaan dat hij wordt<br />

‘besmet’ door het criminele milieu (Kamerstukk<strong>en</strong> II 1996/97, 25 403, nr. 3,<br />

p. 29; Marx, 1988: 162-163; Van Oss 1994: 114; Buruma, 2001: 65; Sietsma,<br />

1986: 318-319). Verder kan de fysieke veiligheid van de under coverag<strong>en</strong>t <strong>en</strong><br />

zijn omgeving in gevaar kom<strong>en</strong> wanneer de ‘doelgroep’ op de hoogte raakt<br />

van zijn ware id<strong>en</strong>titeit (Kamerstukk<strong>en</strong> II 1996/97, 25 403, nr. 3, p. 29; Buruma,<br />

2001: 65; Sietsma, 1986: 318-319). Daarnaast zou het operer<strong>en</strong> in e<strong>en</strong><br />

undercovertraject tot psychische problematiek kunn<strong>en</strong> leid<strong>en</strong> (Macleod,<br />

1995: 243; Girodo et al., 2002; Miller, 2006: 11; Van Oss, 1994: 100).


1.2 Aanleiding <strong>en</strong> probleemstelling van het <strong>onder</strong>zoek<br />

Inleiding<br />

Onder andere vanwege de risico’s <strong>en</strong> de mogelijke inbreuk<strong>en</strong> op de persoonlijke<br />

lev<strong>en</strong>ssfeer die met de inzet van undercovertraject<strong>en</strong> gepaard<br />

kunn<strong>en</strong> gaan, heeft de wetgever undercovertraject<strong>en</strong> expliciet in het<br />

Wetboek van Strafvordering geregeld (zie paragraaf 2.4.1). Deze regeling is<br />

tot stand gekom<strong>en</strong> via de Wet bijz<strong>onder</strong>e opsporingsbevoegdhed<strong>en</strong> (Wet<br />

BOB), die in 2000 van kracht is geword<strong>en</strong>.<br />

Vanwege de specifieke mogelijkhed<strong>en</strong> <strong>en</strong> pot<strong>en</strong>tiële risico’s van undercovertraject<strong>en</strong><br />

alsmede vanwege het feit dat er sprake is van relatief<br />

nieuwe wetgeving, is het van belang inzicht te hebb<strong>en</strong> in de <strong>uitvoering</strong>spraktijk<br />

<strong>en</strong> resultat<strong>en</strong> van dit type opsporingsinstrum<strong>en</strong>t. Het doel van<br />

dit <strong>onder</strong>zoek is dat inzicht te bied<strong>en</strong>. Het <strong>onder</strong>zoek reikt echter verder<br />

dan alle<strong>en</strong> de <strong>uitvoering</strong> <strong>en</strong> resultat<strong>en</strong> van undercovertraject<strong>en</strong>; het biedt<br />

tev<strong>en</strong>s e<strong>en</strong> bestudering van de Nederlandse jurisprud<strong>en</strong>tie <strong>en</strong> e<strong>en</strong> rechtsvergelijk<strong>en</strong>de<br />

verk<strong>en</strong>ning van de <strong>regulering</strong> van undercovertraject<strong>en</strong> in<br />

e<strong>en</strong> aantal buit<strong>en</strong>land<strong>en</strong>. De waarde daarvan wordt hier<strong>onder</strong> toegelicht.<br />

Probleemstelling<br />

De probleemstelling van dit <strong>onder</strong>zoek is:<br />

Welke undercoverbevoegdhed<strong>en</strong> word<strong>en</strong> uitgevoerd door politiële<br />

infiltratieteams <strong>en</strong> welke bijdrage levert de toepassing van de<br />

<strong>onder</strong>scheid<strong>en</strong> bevoegdhed<strong>en</strong> aan de opsporing?<br />

Onderzoeksvrag<strong>en</strong><br />

De probleemstelling valt uite<strong>en</strong> in twee <strong>onder</strong>zoeksvrag<strong>en</strong>.<br />

1 Aard van de werkzaamhed<strong>en</strong> van de infiltratieteams<br />

Welke undercoverbevoegdhed<strong>en</strong> word<strong>en</strong> uitgevoerd door de infiltratieteams?<br />

T<strong>en</strong> behoeve van welke <strong>onder</strong>del<strong>en</strong> van de politieorganisatie <strong>en</strong><br />

andere (opsporings)instanties vind<strong>en</strong> deze plaats?<br />

Hoe vaak word<strong>en</strong> de <strong>onder</strong>scheid<strong>en</strong> undercoverbevoegdhed<strong>en</strong> uitgevoerd<br />

dan wel word<strong>en</strong> de mogelijkhed<strong>en</strong> van de inzet van e<strong>en</strong> politieel<br />

infiltratieteam daartoe overwog<strong>en</strong> <strong>en</strong> <strong>onder</strong>zocht?<br />

Zijn er andere opsporingsactiviteit<strong>en</strong> waarbij infiltratieteams<br />

betrokk<strong>en</strong> word<strong>en</strong>?<br />

2 De rol van infiltratieteams bij de opsporing<br />

Welke factor<strong>en</strong> <strong>en</strong> verwachting<strong>en</strong> zijn van invloed op de keuze e<strong>en</strong> politieel<br />

infiltratieteam bij de opsporing van strafbare feit<strong>en</strong> te betrekk<strong>en</strong>?<br />

Welke opsporingsdoel<strong>en</strong> word<strong>en</strong> beoogd met de inschakeling van e<strong>en</strong><br />

infiltratieteam?<br />

Welke bijdrage lever<strong>en</strong> infiltratieteams aan de opsporing, in term<strong>en</strong><br />

van oplossing, opheldering of voorkoming van strafbare feit<strong>en</strong>?<br />

29


30 <strong>Opspor<strong>en</strong></strong> <strong>onder</strong> <strong>dekmantel</strong><br />

Waaruit bestaat deze bijdrage (bijvoorbeeld bewijs of sturing van het<br />

opsporings <strong>onder</strong>zoek)?<br />

Hoe verhoud<strong>en</strong> deze bijdrag<strong>en</strong> zich tot de beoogde oorspronkelijke<br />

doelstelling<strong>en</strong> <strong>en</strong> verwachting<strong>en</strong> t<strong>en</strong> aanzi<strong>en</strong> van de inzet van e<strong>en</strong> infiltratieteam?<br />

Kunn<strong>en</strong> conclusies getrokk<strong>en</strong> word<strong>en</strong> met betrekking tot succes- <strong>en</strong><br />

faalfactor<strong>en</strong>?<br />

De operationalisering – de uitwerking – van belangrijke begripp<strong>en</strong> uit de<br />

probleemstelling <strong>en</strong> <strong>onder</strong>zoeksvrag<strong>en</strong>, zoals ‘bijdrage aan de opsporing’,<br />

komt aan bod in de hoofdstukk<strong>en</strong> waarin de <strong>onder</strong>zoeksvrag<strong>en</strong> beantwoord<br />

word<strong>en</strong>, te wet<strong>en</strong> hoofdstukk<strong>en</strong> 4, 5 <strong>en</strong> 6.<br />

Na de start van het <strong>onder</strong>zoek, <strong>en</strong> dus na de opstelling van de <strong>onder</strong>zoeksvrag<strong>en</strong>,<br />

is het <strong>onder</strong>zoek uitgebreid met <strong>en</strong>erzijds e<strong>en</strong> bestudering van de<br />

positie die undercovertraject<strong>en</strong> innem<strong>en</strong> in de Nederlandse jurisprud<strong>en</strong>tie<br />

<strong>en</strong> anderzijds e<strong>en</strong> rechtsvergelijk<strong>en</strong>de verk<strong>en</strong>ning van de <strong>regulering</strong><br />

van undercovertraject<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> aantal andere land<strong>en</strong>, te wet<strong>en</strong> België,<br />

Duitsland, Engeland <strong>en</strong> Wales <strong>en</strong> de Ver<strong>en</strong>igde Stat<strong>en</strong> (VS). De red<strong>en</strong> voor<br />

de uitbreiding met e<strong>en</strong> <strong>onder</strong>zoek van de Nederlandse jurisprud<strong>en</strong>tie is<br />

dat beginsel<strong>en</strong> <strong>en</strong> voorwaard<strong>en</strong> die van belang zijn voor het gebruik van<br />

opsporingsmethod<strong>en</strong> in het algeme<strong>en</strong> <strong>en</strong>/of undercovertraject<strong>en</strong> in het<br />

bijz<strong>onder</strong>, zoals de beginsel<strong>en</strong> van proportionaliteit <strong>en</strong> subsidiariteit <strong>en</strong><br />

het instigatieverbod (verbod op ontoelaatbare uitlokking, zie paragraf<strong>en</strong><br />

2.4.3 <strong>en</strong> 2.6.2), voor e<strong>en</strong> belangrijk deel hun uitwerking krijg<strong>en</strong> in gerechtelijke<br />

uitsprak<strong>en</strong>. De land<strong>en</strong>studie is uitgevoerd omdat k<strong>en</strong>nis van de<br />

keuzes die in het buit<strong>en</strong>land op het terrein van <strong>regulering</strong> van undercovertraject<strong>en</strong><br />

zijn gemaakt, helpt om de Nederlandse wet- <strong>en</strong> regelgeving<br />

scherper <strong>en</strong> vanuit e<strong>en</strong> breder perspectief te bezi<strong>en</strong> <strong>en</strong> omdat de criminaliteit<br />

<strong>en</strong> de opsporing van die criminaliteit in sommige gevall<strong>en</strong> e<strong>en</strong> internationaal<br />

karakter heeft. De red<strong>en</strong>ering achter de gekoz<strong>en</strong> land<strong>en</strong> wordt<br />

toegelicht in paragraaf 3.1.<br />

1.2.1 Afbak<strong>en</strong>ing<br />

Ons <strong>onder</strong>zoek beperkt zich hoofdzakelijk tot <strong>uitvoering</strong> van undercovertraject<strong>en</strong><br />

door politiële infiltratieteams. Zak<strong>en</strong> waarin e<strong>en</strong> undercovertraject<br />

is uitgevoerd door overige politie<strong>onder</strong>del<strong>en</strong> of door burgers (in<br />

opdracht van de politie), zijn door ons niet uitvoerig bestudeerd. Wel zijn<br />

bij de infiltratieteams op <strong>en</strong>kele hoofdpunt<strong>en</strong> gegev<strong>en</strong>s verzameld over de<br />

begeleiding door h<strong>en</strong> van andere opsporingsambt<strong>en</strong>ar<strong>en</strong> <strong>en</strong> burgers (zoals<br />

aantal zak<strong>en</strong> waarin dat is gebeurd). Uitvoering van undercover traject<strong>en</strong><br />

door opsporingsambt<strong>en</strong>ar<strong>en</strong> die niet bij e<strong>en</strong> infiltratieteam werk<strong>en</strong> of<br />

door burgers komt, in ieder geval in de <strong>onder</strong>zochte periode, overig<strong>en</strong>s<br />

weinig voor (zie paragraaf 4.2.1).


Inleiding<br />

Verder richt<strong>en</strong> we ons hoofdzakelijk op daadwerkelijke undercovertraject<strong>en</strong>,<br />

dat wil zegg<strong>en</strong> de toepassing van undercoverbevoegdhed<strong>en</strong> zoals die<br />

in het Wetboek van Strafvordering word<strong>en</strong> beschrev<strong>en</strong>. Inzet van zog<strong>en</strong>oemde<br />

lokmiddel<strong>en</strong> (zie paragraaf 2.4.2) komt alle<strong>en</strong> zijdelings aan bod.<br />

In het <strong>onder</strong>zoek gaan we daarnaast hoofdzakelijk in op Nederlandse<br />

opsporings<strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong>. Rechtshulpverzoek<strong>en</strong> die vanuit het buit<strong>en</strong>land<br />

aan Nederland zijn gedaan waarbij sprake is van e<strong>en</strong> undercovertraject<br />

blijv<strong>en</strong> grot<strong>en</strong>deels buit<strong>en</strong> beschouwing. In de dataverzameling<br />

is oorspronkelijk wel informatie verzameld over rechtshulpverzoek<strong>en</strong>.<br />

Daarbij bleek echter vaak informatie te ontbrek<strong>en</strong> over de afloop van<br />

het opsporings<strong>onder</strong>zoek <strong>en</strong> over het deel van het opsporings<strong>onder</strong>zoek<br />

dat vooraf ging aan het verzoek aan Nederland om rechtshulp, waardoor<br />

belangrijke vrag<strong>en</strong> die voor Nederlandse opsporings<strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong> wel,<br />

voor deze buit<strong>en</strong>landse zak<strong>en</strong> niet beantwoord zoud<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong>.<br />

1.3 Opzet van het <strong>onder</strong>zoek<br />

Ons <strong>onder</strong>zoek is overweg<strong>en</strong>d, echter niet volledig, kwalitatief van aard.<br />

De achtergrond hiervan is dat veel <strong>onder</strong>werp<strong>en</strong> waarin ons <strong>onder</strong>zoek<br />

inzicht moet bied<strong>en</strong>, zoals de overweging<strong>en</strong> <strong>en</strong> factor<strong>en</strong> die e<strong>en</strong> rol spel<strong>en</strong><br />

bij de keuze om e<strong>en</strong> undercovertraject in te zett<strong>en</strong> <strong>en</strong> de factor<strong>en</strong> die<br />

van invloed zijn op het verloop <strong>en</strong> resultat<strong>en</strong> van undercovertraject<strong>en</strong>, te<br />

complex zijn <strong>en</strong> bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> deels ook nog te onbek<strong>en</strong>d om de te verzamel<strong>en</strong><br />

<strong>onder</strong>zoeksgegev<strong>en</strong>s te kunn<strong>en</strong> voorstructurer<strong>en</strong>. Onder dergelijke<br />

omstandighed<strong>en</strong> is, vanwege de flexibiliteit van het <strong>onder</strong>zoeksinstrum<strong>en</strong>tarium,<br />

e<strong>en</strong> kwalitatieve <strong>onder</strong>zoeksmethode het meest geschikt<br />

(Maso 1987; Babbie, 1989). In beperkte mate had de dataverzameling <strong>en</strong><br />

de bewerking <strong>en</strong> analyse van de gegev<strong>en</strong>s echter wel e<strong>en</strong> kwantitatief oogmerk.<br />

Zo zijn cijfermatige gegev<strong>en</strong>s verzameld bij de infiltratieteams over<br />

<strong>onder</strong> andere de duur van undercovertraject<strong>en</strong> <strong>en</strong> het aantal contact<strong>en</strong><br />

tuss<strong>en</strong> e<strong>en</strong> undercoverag<strong>en</strong>t <strong>en</strong> e<strong>en</strong> subject. Tev<strong>en</strong>s is sommige informatie<br />

over undercovertraject<strong>en</strong>, zoals de red<strong>en</strong> waarom het opsporingsteam<br />

voor dit middel heeft gekoz<strong>en</strong> <strong>en</strong> de bijdrage die het traject heeft geleverd<br />

aan de opsporing <strong>en</strong>/of berechting, zodanig bewerkt <strong>en</strong> gestructureerd<br />

dat het mogelijk werd om beschrijv<strong>en</strong>de kwantitatieve uitsprak<strong>en</strong> te do<strong>en</strong><br />

over de bestudeerde opsporings<strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong>.<br />

1.3.1 Dataverzameling<br />

Bestudering van opsporings<strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong><br />

E<strong>en</strong> groot deel van de dataverzameling had betrekking op concrete<br />

opsporings<strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong> – logischerwijs e<strong>en</strong> heel belangrijke zoniet de<br />

belangrijkste informatiebron voor e<strong>en</strong> <strong>onder</strong>zoek naar de <strong>uitvoering</strong> <strong>en</strong><br />

resultat<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> opsporingsinstrum<strong>en</strong>t. Voor ons <strong>onder</strong>zoek hebb<strong>en</strong> we<br />

31


32 <strong>Opspor<strong>en</strong></strong> <strong>onder</strong> <strong>dekmantel</strong><br />

gegev<strong>en</strong>s verzameld over: 1) alle 37 Nederlandse opsporings<strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong><br />

waarin in 2004 is overwog<strong>en</strong> om e<strong>en</strong> undercovertraject in te zett<strong>en</strong>, hetge<strong>en</strong><br />

in alle gevall<strong>en</strong> ging om SI <strong>en</strong>/of PK/PDV; <strong>en</strong> 2) alle (althans 23 van<br />

de 24) Nederlandse opsporings<strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong> waarin in de periode 2000-<br />

2005 toestemming is gevraagd voor het gebruik van IF. We licht<strong>en</strong> dit toe.<br />

T<strong>en</strong> eerste hebb<strong>en</strong> we dus informatie verzameld over alle 37 Nederlandse<br />

opsporings<strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong> waarin in 2004 contact is opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> met e<strong>en</strong><br />

infiltratieteam <strong>en</strong> waarin is beslot<strong>en</strong> om e<strong>en</strong> undercovertraject in te<br />

zett<strong>en</strong>. In alle gevall<strong>en</strong> ging het om SI <strong>en</strong>/of PK/PDV, ge<strong>en</strong> <strong>en</strong>kele keer<br />

betrof het IF. De voorg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> inzet van SI <strong>en</strong>/of PK/PDV is in 34 van de<br />

37 zak<strong>en</strong> ook tot concrete <strong>uitvoering</strong> gekom<strong>en</strong> (zie paragraaf 4.4.2). De<br />

betreff<strong>en</strong>de opsporings<strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong> zijn gevond<strong>en</strong> door bij de infiltratieteams<br />

voor de periode 2000-2005 na te gaan in welke zak<strong>en</strong> zij inzett<strong>en</strong><br />

hebb<strong>en</strong> gepleegd dan wel waarin hun inzet is overwog<strong>en</strong>. Het beginjaar<br />

van deze periode (2000) is gekoz<strong>en</strong> omdat in dat jaar met de invoering<br />

van de Wet BOB het huidige wettelijk kader voor de inzet van undercovertraject<strong>en</strong><br />

grot<strong>en</strong>deels werd vormgegev<strong>en</strong>. Het eindjaar (2005) is gekoz<strong>en</strong><br />

omdat in 2005/2006 is begonn<strong>en</strong> met de dataverzameling. Binn<strong>en</strong> de<br />

perio de 2000-2005 bleek 2004 het meest rec<strong>en</strong>te jaar waarvoor we voor alle<br />

infiltratieteams kond<strong>en</strong> nagaan in welke zak<strong>en</strong> zij e<strong>en</strong> undercover traject<br />

hadd<strong>en</strong> uitgevoerd (of waarin die <strong>uitvoering</strong> was overwog<strong>en</strong>). Over elk van<br />

de 37 zak<strong>en</strong> waarin in 2004 is overwog<strong>en</strong> om e<strong>en</strong> undercover traject in te<br />

zett<strong>en</strong> – dat zoals gezegd in alle gevall<strong>en</strong> SI <strong>en</strong>/of PK/PDV betrof – is via<br />

interviews met de zaaksofficier (zaaksOvJ) of e<strong>en</strong> politieambt<strong>en</strong>aar verdere<br />

informatie verzameld. Op één na hebb<strong>en</strong> al deze interviews telefonisch<br />

plaatsgevond<strong>en</strong>.<br />

IF wordt minder vaak toegepast dan SI <strong>en</strong>/of PK/PDV. Voor IF hebb<strong>en</strong> we<br />

daarom over meerdere jar<strong>en</strong> informatie verzameld. De tweede categorie<br />

van zak<strong>en</strong> bestaat uit Nederlandse opsporings<strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong> waarvoor in<br />

de periode 2000-2005 toestemming is gevraagd voor de inzet van IF. IF is<br />

de <strong>en</strong>ige undercoverbevoegdheid die pas mag word<strong>en</strong> ingezet nadat daarvoor<br />

goedkeuring is verkreg<strong>en</strong> bij het College van procureurs-g<strong>en</strong>eraal<br />

(College van PG’s). Dat College laat zich bij de beoordeling van voorgelegde<br />

zak<strong>en</strong> adviser<strong>en</strong> door de C<strong>en</strong>trale toetsingscommissie (CTC; zie<br />

paragraaf 4.3.1). In de periode 2000-2005 zijn 24 Nederlandse zak<strong>en</strong> ter<br />

toetsing van de voorg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> inzet van IF aan de CTC voorgelegd. In 1<br />

van deze zak<strong>en</strong> was op het mom<strong>en</strong>t dat de gegev<strong>en</strong>s werd<strong>en</strong> verzameld<br />

het undercovertraject nog lop<strong>en</strong>d. Omdat is afgesprok<strong>en</strong> dat alle<strong>en</strong> zak<strong>en</strong><br />

waarin het undercovertraject is afgeslot<strong>en</strong> word<strong>en</strong> meeg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> in het<br />

<strong>onder</strong>zoek, is deze zaak buit<strong>en</strong> beschouwing geblev<strong>en</strong>. Het aantal Nederlandse<br />

zak<strong>en</strong> waarin toestemming is gevraagd voor IF dat wij hebb<strong>en</strong><br />

bestudeerd komt daarmee dus op 23. Van die 23 zak<strong>en</strong> is in 16 gevall<strong>en</strong><br />

toestemming gegev<strong>en</strong> voor de inzet van IF. In 14 van die 16 zak<strong>en</strong> is de<br />

IF ook echt gestart (zie paragraaf 4.4.2). Van al deze 23 zak<strong>en</strong> is het CTCdossier<br />

ingezi<strong>en</strong>. Voor 19 van deze zak<strong>en</strong> is ook het veel omvangrijkere


Inleiding<br />

eig<strong>en</strong>lijke opsporingsdossier ingezi<strong>en</strong>, dat wil zegg<strong>en</strong> het dossier dat<br />

door de zaaksOvJ op het arrondissem<strong>en</strong>tsparket is aangehoud<strong>en</strong>. Van de<br />

overige 4 zak<strong>en</strong> kon 3 keer het dossier niet getraceerd word<strong>en</strong> (dit zijn alle<br />

3 zak<strong>en</strong> die uiteindelijk nooit voor de rechter zijn gebracht) <strong>en</strong> 1 keer is<br />

bestudering van het dossier op verzoek van het Op<strong>en</strong>baar Ministerie (OM)<br />

achterwege geblev<strong>en</strong>. Verder is voor 11 van de 23 zak<strong>en</strong> ook e<strong>en</strong> face-toface<br />

interview afg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> bij de zaaksOvJ <strong>en</strong>/of e<strong>en</strong> politieambt<strong>en</strong>aar die<br />

bij de zaak betrokk<strong>en</strong> was. De selectie van deze 11 zak<strong>en</strong> heeft <strong>en</strong>erzijds<br />

plaatsgevond<strong>en</strong> op basis van de informatierijkdom van de betreff<strong>en</strong>de<br />

zak<strong>en</strong>. Anderzijds is de selectie zodanig uitgevoerd dat zowel zak<strong>en</strong><br />

waarin het IF-traject heeft bijgedrag<strong>en</strong> aan bijvoorbeeld de veroordeling<br />

van verdacht<strong>en</strong> in de interviews zijn opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> als ook zak<strong>en</strong> waarin het<br />

IF-traject die bijdrage niet heeft gehad.<br />

De dataverzameling voor de 37 zak<strong>en</strong> waarin is beslot<strong>en</strong> SI <strong>en</strong>/of PK/<br />

PDV in te zett<strong>en</strong> is minder int<strong>en</strong>sief geweest dan voor de 23 zak<strong>en</strong> waarin<br />

toestemming is gevraagd voor de inzet van IF: voor de eerstg<strong>en</strong>oemde<br />

zak<strong>en</strong> zijn de dossiers niet ingezi<strong>en</strong> <strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> er ge<strong>en</strong> face-to-face interviews<br />

plaatsgevond<strong>en</strong>, voor de laatstg<strong>en</strong>oemde zak<strong>en</strong> wel. Zak<strong>en</strong> waarin<br />

‘alle<strong>en</strong>’ SI <strong>en</strong>/of PK/PDV wordt toegepast zijn in vergelijking met zak<strong>en</strong><br />

waarin IF wordt ingezet dan ook vaak minder complex, dat wil zegg<strong>en</strong> dat<br />

ze korter dur<strong>en</strong>, er minder verdacht<strong>en</strong> in het opsporings<strong>onder</strong>zoek betrokk<strong>en</strong><br />

zijn <strong>en</strong>/of dat er minder opsporingsinstrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> word<strong>en</strong> gebruikt. 2<br />

Face-to-face interviews<br />

Bij in totaal 35 person<strong>en</strong> is e<strong>en</strong> face-to-face interview afg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>: 14 functionariss<strong>en</strong><br />

van het OM, 20 politieambt<strong>en</strong>ar<strong>en</strong> <strong>en</strong> 1 functionaris van de<br />

Stichting Studiec<strong>en</strong>trum Rechtspleging (SSR). Van deze 35 person<strong>en</strong> zijn<br />

er 20 betrokk<strong>en</strong> geweest bij één of meerdere zak<strong>en</strong> waarin toestemming<br />

voor IF is aangevraagd. 3 Met h<strong>en</strong> is tijd<strong>en</strong>s de interviews ingegaan op de<br />

betreff<strong>en</strong>de zak<strong>en</strong>, maar ook zijn ev<strong>en</strong>tuele andere ervaring<strong>en</strong> van deze<br />

person<strong>en</strong> met het inzett<strong>en</strong> van undercovertraject<strong>en</strong> aan bod gekom<strong>en</strong>. De<br />

overige 15 respond<strong>en</strong>t<strong>en</strong> waarbij e<strong>en</strong> face-to-face interview is afg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>,<br />

bestond<strong>en</strong> <strong>onder</strong> andere uit de teamleiders van de infiltratieteams, medewerkers<br />

van de CTC, officier<strong>en</strong> van justitie (OvJ’<strong>en</strong>) (die dus niet bij de<br />

bestudeerde zak<strong>en</strong> betrokk<strong>en</strong> war<strong>en</strong>) <strong>en</strong> e<strong>en</strong> procureur-g<strong>en</strong>eraal (zie ook<br />

bijlage 2). Undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong> zelf zijn niet geïnterviewd.<br />

2 Dit betek<strong>en</strong>t overig<strong>en</strong>s niet dat zak<strong>en</strong> waarin bijvoorbeeld alle<strong>en</strong> SI wordt toegepast ook minder zwaar of<br />

ingrijp<strong>en</strong>d zijn voor de uitvoer<strong>en</strong>de undercoverag<strong>en</strong>t (zie paragraaf 5.4.1).<br />

3 Zoals gezegd zijn voor 11 zak<strong>en</strong> waarin toestemming is gevraagd voor de inzet van IF face-toface<br />

interviews afg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. Voor sommige van deze zak<strong>en</strong> vond het interview bij verschill<strong>en</strong>de<br />

functionariss<strong>en</strong> plaats, waardoor het aantal person<strong>en</strong> dat naar aanleiding van e<strong>en</strong> specifieke zaak is<br />

geïnterviewd op 20 uitkomt <strong>en</strong> niet op 11.<br />

33


34 <strong>Opspor<strong>en</strong></strong> <strong>onder</strong> <strong>dekmantel</strong><br />

Gegev<strong>en</strong>s van infiltratieteams<br />

Bij de infiltratieteams zijn voor de periode 2000-2005 gegev<strong>en</strong>s opgevraagd<br />

over <strong>onder</strong> andere: de zak<strong>en</strong> waarin zij inzett<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> gepleegd;<br />

zak<strong>en</strong> waarin de inzet van e<strong>en</strong> undercovertraject is overwog<strong>en</strong> maar<br />

waarin uiteindelijk is beslot<strong>en</strong> om van inzet af te zi<strong>en</strong>; <strong>en</strong> zak<strong>en</strong> waarin<br />

het infiltratieteam e<strong>en</strong> niet bij het team werk<strong>en</strong>de opsporingsambt<strong>en</strong>aar<br />

of e<strong>en</strong> burger heeft begeleid bij de <strong>uitvoering</strong> van e<strong>en</strong> undercovertraject.<br />

Binn<strong>en</strong> deze periode bleek 2004 het <strong>en</strong>ige jaar waarover alle teams op e<strong>en</strong><br />

aantal hoofdpunt<strong>en</strong> informatie kond<strong>en</strong> lever<strong>en</strong>.<br />

Wet- <strong>en</strong> regelgeving <strong>en</strong> jurisprud<strong>en</strong>tie<br />

De wet- <strong>en</strong> regelgeving <strong>en</strong> de Nederlandse jurisprud<strong>en</strong>tie zijn bestudeerd.<br />

Uiteindelijk zijn meer dan 70 gerechtelijke uitsprak<strong>en</strong> waarin undercovertraject<strong>en</strong><br />

e<strong>en</strong> rol spel<strong>en</strong> geanalyseerd (in paragraaf 2.6 wordt de selectie<br />

van de jurisprud<strong>en</strong>tie verder toegelicht).<br />

Literatuurstudie<br />

Tev<strong>en</strong>s is literatuur bestudeerd, <strong>en</strong> wel de Nederlands- <strong>en</strong> Engelstalige<br />

vak- <strong>en</strong> wet<strong>en</strong>schappelijke literatuur op het gebied van criminaliteit <strong>en</strong><br />

opsporing in het algeme<strong>en</strong> <strong>en</strong> undercovertraject<strong>en</strong> in het bijz<strong>onder</strong>.<br />

Informatie over situatie in het buit<strong>en</strong>land via buit<strong>en</strong>landse contactperson<strong>en</strong><br />

<strong>en</strong> op<strong>en</strong>bare bronn<strong>en</strong><br />

Om inzicht te krijg<strong>en</strong> in de <strong>regulering</strong> van undercovertraject<strong>en</strong> in België,<br />

Duitsland, Engeland <strong>en</strong> Wales <strong>en</strong> de VS, zijn de wet- <strong>en</strong>/of regelgeving <strong>en</strong><br />

belangrijke jurisprud<strong>en</strong>tie uit die land<strong>en</strong> bestudeerd, is gebruikgemaakt<br />

van literatuur <strong>en</strong> is informatie verzameld bij Nederlandse <strong>en</strong> buit<strong>en</strong>landse<br />

wet<strong>en</strong>schappers <strong>en</strong> opsporingsorganisaties <strong>en</strong> bij de foreign liaisons<br />

officers die nam<strong>en</strong>s de betreff<strong>en</strong>de land<strong>en</strong> contact<strong>en</strong> <strong>onder</strong>houd<strong>en</strong> met<br />

Nederlandse opsporingsautoriteit<strong>en</strong>.<br />

1.3.2 Terminologie<br />

In deze publicatie word<strong>en</strong> verschill<strong>en</strong>de begripp<strong>en</strong> gebruikt die toelichting<br />

behoev<strong>en</strong>. Met undercoverbevoegdheid bedoel<strong>en</strong> we de wettelijke<br />

bevoegdheid om respectievelijk SI, PK/PDV of IF toe te pass<strong>en</strong>. Voor het<br />

toepass<strong>en</strong> van zo’n bevoegdheid moet e<strong>en</strong> OvJ e<strong>en</strong> zog<strong>en</strong>oemd ‘bevel’<br />

uitschrijv<strong>en</strong> (zie hoofdstuk 2). E<strong>en</strong> undercovertraject is de praktische <strong>uitvoering</strong><br />

van één of meerdere undercoverbevoegdhed<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> concreet<br />

opsporings<strong>onder</strong>zoek. Undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong> zijn opsporingsambt<strong>en</strong>ar<strong>en</strong> die<br />

in e<strong>en</strong> undercovertraject werkzaam zijn.<br />

Verder gebruik<strong>en</strong> we voor opsporings<strong>onder</strong>zoek de term zaak als synoniem.<br />

In de opsporingspraktijk heeft ieder opsporings<strong>onder</strong>zoek e<strong>en</strong> naam,<br />

bijvoorbeeld de ‘zaak Reg<strong>en</strong>wolk’. Deze nam<strong>en</strong> zult u in de publicatie om<br />

begrijpelijke red<strong>en</strong><strong>en</strong> niet teg<strong>en</strong>kom<strong>en</strong>. Daar waar dat nodig is, gebruik<strong>en</strong>


Inleiding<br />

we wel door onszelf toegewez<strong>en</strong> cod<strong>en</strong>am<strong>en</strong> voor zak<strong>en</strong>, namelijk A1, A2,<br />

etc of B1, B2 etc. We do<strong>en</strong> dat vooral zodat met name voor onszelf duidelijk<br />

is <strong>en</strong> blijft over welke zak<strong>en</strong> we het precies hebb<strong>en</strong> wanneer we bijvoorbeeld<br />

uitsprak<strong>en</strong> do<strong>en</strong> als ‘in drie zak<strong>en</strong> heeft de undercoverag<strong>en</strong>t ge<strong>en</strong><br />

contact gelegd met het subject’.<br />

Ook kom<strong>en</strong> de term<strong>en</strong> verdachte <strong>en</strong> subject veelvuldig voor. Met de<br />

verdachte doel<strong>en</strong> we op de persoon waarteg<strong>en</strong> e<strong>en</strong> opsporings<strong>onder</strong>zoek,<br />

inclusief e<strong>en</strong> ev<strong>en</strong>tueel undercovertraject, wordt uitgevoerd. Het subject<br />

betreft de persoon waarop het undercovertraject zich in eerste instantie<br />

richt, dat wil zegg<strong>en</strong> de persoon waarmee de undercoverag<strong>en</strong>t in eerste<br />

instantie contact moet mak<strong>en</strong>. Dat kan dezelfde persoon zijn als de<br />

verdachte, maar het subject kan ook iemand zijn uit de omgeving van de<br />

verdachte.<br />

Verder bedoel<strong>en</strong> we wanneer we opsporingsteam schrijv<strong>en</strong> steeds zowel de<br />

politieambt<strong>en</strong>ar<strong>en</strong> die aan e<strong>en</strong> bepaald opsporings<strong>onder</strong>zoek werk<strong>en</strong> als<br />

de OvJ die aan het hoofd van dat <strong>onder</strong>zoek staat.<br />

Zoals al is geblek<strong>en</strong> gebruik<strong>en</strong> we voor de drie undercoverbevoegdhed<strong>en</strong><br />

(<strong>en</strong> tev<strong>en</strong>s voor e<strong>en</strong> aantal andere vaak gebruikte begripp<strong>en</strong>) afkorting<strong>en</strong>:<br />

SI, PK/PDV <strong>en</strong> IF. Hoewel dit de schoonheid van de zinn<strong>en</strong> zeker niet t<strong>en</strong><br />

goede komt, do<strong>en</strong> we het toch, e<strong>en</strong>voudigweg omdat de drie undercoverbevoegdhed<strong>en</strong><br />

erg vaak word<strong>en</strong> g<strong>en</strong>oemd <strong>en</strong> in hun niet-afgekorte vorm<br />

bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> erg lang zijn. We gebruik<strong>en</strong> deze afkorting<strong>en</strong> alle<strong>en</strong> wanneer<br />

ze specifiek referer<strong>en</strong> aan de respectievelijke Nederlandse undercoverbevoegdhed<strong>en</strong>.<br />

De term infiltratieteam bijvoorbeeld schrijv<strong>en</strong> we daarom<br />

steeds voluit; de afkorting IF verwijst immers naar één specifieke undercoverbevoegdheid<br />

terwijl de infiltratieteams alle drie de undercoverbevoegdhed<strong>en</strong><br />

uitvoer<strong>en</strong>.<br />

De aantall<strong>en</strong> undercovertraject<strong>en</strong> die wij in deze publicatie pres<strong>en</strong>ter<strong>en</strong>,<br />

hebb<strong>en</strong>, t<strong>en</strong>zij anders is aangegev<strong>en</strong>, steeds betrekking op zak<strong>en</strong> waarin<br />

e<strong>en</strong> undercovertraject is ingezet. Zo’n undercovertraject kan per zaak<br />

echter bestaan uit verschill<strong>en</strong>de undercoverbevoegdhed<strong>en</strong>. Zo is in e<strong>en</strong><br />

deel van de Nederlandse zak<strong>en</strong> waarin e<strong>en</strong> IF-traject is uitgevoerd, de IF<br />

voorafgegaan door SI of SI <strong>en</strong> PK. E<strong>en</strong> dergelijke zaak wordt als één zaak<br />

<strong>en</strong> dus ook als één undercovertraject gerek<strong>en</strong>d <strong>en</strong> alle<strong>en</strong> als IF geteld. Ook<br />

komt het voor dat binn<strong>en</strong> één zaak twee bevel<strong>en</strong> IF zijn uitgevaardigd,<br />

bijvoorbeeld één ‘op’ de hoofdverdachte <strong>en</strong> één op e<strong>en</strong> verdachte uit de<br />

kring rondom de hoofdverdachte. Voor SI <strong>en</strong> PK/PDV geldt ook dat in één<br />

zaak verschill<strong>en</strong>de bevel<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> zijn uitgeschrev<strong>en</strong>, bijvoorbeeld eerst<br />

e<strong>en</strong> bevel SI <strong>en</strong> dan e<strong>en</strong> bevel PK. Ook die gevall<strong>en</strong> tell<strong>en</strong> we als één undercovertraject.<br />

Indi<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> zaak verschill<strong>en</strong>de bevel<strong>en</strong> zijn uitgeschrev<strong>en</strong><br />

of e<strong>en</strong> undercovertraject bestond uit verschill<strong>en</strong>de deeltraject<strong>en</strong>, zal dat<br />

overig<strong>en</strong>s meestal wel word<strong>en</strong> vermeld bij de bespreking van e<strong>en</strong> zaak.<br />

Verder gebruik<strong>en</strong> we bij het besprek<strong>en</strong> van de <strong>onder</strong>zochte zak<strong>en</strong> consequ<strong>en</strong>t<br />

de mannelijke vorm voor zowel subject<strong>en</strong> als undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong>.<br />

De red<strong>en</strong> is <strong>en</strong>erzijds dat het gebruik van het juiste geslacht de zak<strong>en</strong><br />

35


36 <strong>Opspor<strong>en</strong></strong> <strong>onder</strong> <strong>dekmantel</strong><br />

weer iets beter herk<strong>en</strong>baar zou mak<strong>en</strong>, wat we juist will<strong>en</strong> voorkom<strong>en</strong>, <strong>en</strong><br />

anderzijds dat het gebruik van ‘hij/zij’ te omslachtig is.<br />

1.3.3 Leeswijzer<br />

Na dit hoofdstuk volgt in hoofdstuk 2 e<strong>en</strong> bespreking van de Nederlandse<br />

wet- <strong>en</strong> regelgeving voor bijz<strong>onder</strong>e opsporingsbevoegdhed<strong>en</strong> in het algeme<strong>en</strong><br />

<strong>en</strong> undercovertraject<strong>en</strong> in het bijz<strong>onder</strong>. Tev<strong>en</strong>s bevat dat hoofdstuk<br />

e<strong>en</strong> uitgebreide analyse van de jurisprud<strong>en</strong>tie omtr<strong>en</strong>t het gebruik van<br />

undercovertraject<strong>en</strong>. In hoofdstuk 3 volgt e<strong>en</strong> rechtsvergelijk<strong>en</strong>de verk<strong>en</strong>ning<br />

van de <strong>regulering</strong> van undercovertraject<strong>en</strong> in België, Duitsland,<br />

Engeland <strong>en</strong> Wales <strong>en</strong> de VS. Hoofdstuk 4 <strong>en</strong> 5 behandel<strong>en</strong> de toepassing<br />

van undercovertraject<strong>en</strong> in de opsporingspraktijk. Daarbij gaan we<br />

in hoofdstuk 4 vooral in op de organisatiestructuur, de keuze voor e<strong>en</strong><br />

undercovertraject <strong>en</strong> de eerste fase van de <strong>uitvoering</strong> van undercovertraject<strong>en</strong><br />

<strong>en</strong> in hoofdstuk 5 kom<strong>en</strong> de resultat<strong>en</strong>, effect<strong>en</strong> <strong>en</strong> risico’s van<br />

dit opsporingsinstrum<strong>en</strong>t aan bod. T<strong>en</strong> slotte biedt hoofdstuk 6 e<strong>en</strong> slotbeschouwing.<br />

We merk<strong>en</strong> nog op dat de gevoeligheid van het <strong>onder</strong>werp gevolg<strong>en</strong> heeft<br />

voor de wijze waarop we de <strong>onder</strong>zoeksbevinding<strong>en</strong> pres<strong>en</strong>ter<strong>en</strong>. In<br />

onze rapportage zull<strong>en</strong>, ter voorkoming van operationele <strong>en</strong> strategische<br />

risico’s voor de opsporing, concrete, individuele zak<strong>en</strong> <strong>en</strong> door infiltratieteams<br />

gehanteerde methodiek<strong>en</strong> slechts beperkt <strong>en</strong> op hoofdlijn<strong>en</strong><br />

word<strong>en</strong> besprok<strong>en</strong>.


2<br />

De <strong>regulering</strong> van undercovertraject<strong>en</strong><br />

in Nederland<br />

2.1 Inleiding<br />

In dit hoofdstuk besprek<strong>en</strong> we het juridisch kader voor de <strong>uitvoering</strong><br />

van undercovertraject<strong>en</strong> in Nederland. Aan de orde kom<strong>en</strong> de wet- <strong>en</strong><br />

regelgeving, dat wil zegg<strong>en</strong> de Wet bijz<strong>onder</strong>e opsporingsbevoegdhed<strong>en</strong><br />

(Wet BOB) <strong>en</strong> de Regeling infiltratieteams. Vervolg<strong>en</strong>s besprek<strong>en</strong> we<br />

de jurisprud<strong>en</strong>tie. Die bespreking is vrij uitgebreid. De red<strong>en</strong> daarvan<br />

is dat belangrijke beginsel<strong>en</strong> <strong>en</strong> voorwaard<strong>en</strong> die op de <strong>uitvoering</strong> van<br />

undercovertraject<strong>en</strong> van toepassing zijn, zoals het proportionaliteits- <strong>en</strong><br />

het subsidiariteitsbeginsel <strong>en</strong> vooral het instigatieverbod, met name in<br />

gerechtelijke uitsprak<strong>en</strong> zijn uitgewerkt. Aan het eind van dit hoofdstuk<br />

volgt e<strong>en</strong> sam<strong>en</strong>vatting van de belangrijkste elem<strong>en</strong>t<strong>en</strong> uit de wet- <strong>en</strong><br />

regelgeving <strong>en</strong> de jurisprud<strong>en</strong>tie.<br />

Eerst gaan we echter in op de ontstaansgeschied<strong>en</strong>is van de Wet BOB.<br />

Die ontstaansgeschied<strong>en</strong>is is nauw verbond<strong>en</strong> met de zog<strong>en</strong>oemde ‘IRTaffaire’<br />

<strong>en</strong> de naar aanleiding daarvan ingestelde Parlem<strong>en</strong>taire Enquêtecommissie<br />

Opsporingsmethod<strong>en</strong> (PEO), ook wel de commissie-Van Traa<br />

g<strong>en</strong>oemd. Als reactie op opsporingspraktijk<strong>en</strong> die destijds op<strong>en</strong>baar zijn<br />

geword<strong>en</strong>, is het besef ontstaan dat bijz<strong>onder</strong>e opsporingsmethod<strong>en</strong><br />

wettelijk g<strong>en</strong>ormeerd di<strong>en</strong><strong>en</strong> te word<strong>en</strong>. In de volg<strong>en</strong>de subparagraf<strong>en</strong><br />

gaan we kort in op deze ‘affaire’ <strong>en</strong> op de conclusies van de PEO <strong>en</strong> de<br />

invloed van die conclusies op de totstandkoming van de Wet BOB.<br />

2.2 Wat voorafging: de IRT-affaire<br />

Ter bestrijding van de zware, georganiseerde criminaliteit word<strong>en</strong> in de<br />

jar<strong>en</strong> tachtig interregionale rechercheteams (IRT’s) opgericht. Het doel<br />

van deze teams is: doordring<strong>en</strong> tot de kern van criminele organisaties<br />

die zich bezighoud<strong>en</strong> met de handel in verdov<strong>en</strong>de middel<strong>en</strong> <strong>en</strong> andere<br />

vorm<strong>en</strong> van zware, georganiseerde criminaliteit. De IRT’s experim<strong>en</strong>ter<strong>en</strong><br />

met e<strong>en</strong> nieuwe opsporingsmethode, de Deltamethode, om hun doelstelling<br />

te bereik<strong>en</strong>. Op 7 december 1993 wordt echter het IRT Noord-Holland/<br />

Utrecht opgehev<strong>en</strong> door de Amsterdamse ‘politiedriehoek’, de burgemeester,<br />

de hoofdofficier van justitie (HOvJ) <strong>en</strong> de korpschef. De aanleiding<br />

voor de opheffing van dit IRT was on<strong>en</strong>igheid over het gebruik van onconv<strong>en</strong>tionele<br />

opsporingsmethod<strong>en</strong> door het team. Bov<strong>en</strong>s <strong>en</strong> ’t Hart stell<strong>en</strong><br />

dat ook gespann<strong>en</strong> verhouding<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> de verschill<strong>en</strong>de betrokk<strong>en</strong><strong>en</strong><br />

bij het IRT mede t<strong>en</strong> grondslag lag<strong>en</strong> aan het einde van het IRT Noord-<br />

Holland/Utrecht (Bov<strong>en</strong>s & ’t Hart, 1998: 255-256).<br />

De b<strong>en</strong>aming Deltamethode is afgeleid van het drietal dat, naar politie<br />

<strong>en</strong> justitie vermoedd<strong>en</strong>, na de dood van Klaas Bruinsma het leiderschap


38 <strong>Opspor<strong>en</strong></strong> <strong>onder</strong> <strong>dekmantel</strong><br />

op zich nam van de criminele organisatie waarnaar het IRT <strong>onder</strong>zoek<br />

verrichtte (Kamerstukk<strong>en</strong> II 1995/96, 24 072, nrs. 10-11, p. 85).<br />

De methode had t<strong>en</strong> doel om het netwerk van de criminele organisatie in<br />

beeld te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong> <strong>en</strong> de top van de organisatie binn<strong>en</strong> het bereik van de<br />

opsporing te krijg<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> belangrijk middel om dat doel te bereik<strong>en</strong> was<br />

het gebruik van de zog<strong>en</strong>oemde groei-infiltrant, e<strong>en</strong>, meestal criminele,<br />

burgerinfiltrant die op basis van zijn prestaties vertrouw<strong>en</strong> kreeg van de<br />

criminele organisatie <strong>en</strong> zo steeds dichter wist door te groei<strong>en</strong> richting de<br />

top ervan. Inher<strong>en</strong>t aan het gebruik van de groei-infiltrant was het doorlat<strong>en</strong>,<br />

dat wil zegg<strong>en</strong> niet in beslag nem<strong>en</strong>, van drugs.<br />

De burgerinfiltrant<strong>en</strong> bod<strong>en</strong> de criminele organisaties facilitaire, vaak<br />

logistieke <strong>onder</strong>steuning. Wanneer e<strong>en</strong> burgerinfiltrant zijn di<strong>en</strong>st<strong>en</strong><br />

leverde aan de organisatie, bracht hij de politie op de hoogte van bijvoorbeeld<br />

de aankomst in de hav<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> container waarin drugs verstopt<br />

zat<strong>en</strong>. De politie zorgde er vervolg<strong>en</strong>s voor dat de bewuste container niet<br />

langs de douane hoefde <strong>en</strong> de container werd door de burgerinfiltrant de<br />

hav<strong>en</strong> uitgered<strong>en</strong> naar e<strong>en</strong> loods toe. In deze loods werd de lading gecontroleerd,<br />

waarna deze verder werd vervoerd naar de plaats die door e<strong>en</strong><br />

lid van de criminele organisatie was opgegev<strong>en</strong> aan de burgerinfiltrant.<br />

In sommige gevall<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> de drugs in beslag g<strong>en</strong>om<strong>en</strong> indi<strong>en</strong> was<br />

vastgesteld aan wie zij war<strong>en</strong> geleverd. Het kwam echter ook voor dat de<br />

drugs bewust werd<strong>en</strong> doorgelat<strong>en</strong> om de infiltrant, daarmee immers zijn<br />

capaciteit<strong>en</strong> <strong>en</strong> betrouwbaarheid bewijz<strong>en</strong>d, in aanzi<strong>en</strong> te lat<strong>en</strong> groei<strong>en</strong><br />

binn<strong>en</strong> de criminele organisatie. Dat doorgroei<strong>en</strong> was zoals gezegd ess<strong>en</strong>tieel<br />

omdat daarmee het zicht verkreg<strong>en</strong> moest word<strong>en</strong> op de top van de<br />

organisatie. Behalve bewust doorlat<strong>en</strong>, raakte de politie bepaalde z<strong>en</strong>ding<strong>en</strong><br />

met drugs ook simpelweg kwijt, doordat niet alle z<strong>en</strong>ding<strong>en</strong> ev<strong>en</strong> goed<br />

geobserveerd kond<strong>en</strong> word<strong>en</strong>. Via de Deltamethode zijn zo grote hoeveelhed<strong>en</strong><br />

drugs met medewet<strong>en</strong> <strong>en</strong> <strong>onder</strong> de regie van politie <strong>en</strong> justitie op de<br />

markt terechtgekom<strong>en</strong>.<br />

De groei-infiltrant werd voor zijn activiteit<strong>en</strong> betaald door de criminele<br />

organisatie, welke beloning hij van de politie mocht behoud<strong>en</strong>. Wel<br />

moest de infiltrant met deze geld<strong>en</strong> betaling<strong>en</strong> do<strong>en</strong> voor het hur<strong>en</strong> van<br />

e<strong>en</strong> loods, het verkrijg<strong>en</strong> van b<strong>en</strong>odigde papier<strong>en</strong> <strong>en</strong> het betal<strong>en</strong> van e<strong>en</strong><br />

chauffeur. De Deltamethode werd vanaf 1992 door het IRT gebruikt. 4<br />

Naar later bleek is de Amsterdamse driehoek, die pas vanaf 1 juni 1993<br />

de verantwoordelijkheid kreeg over het IRT, in eerste instantie niet op<br />

de hoogte geweest van de door het IRT gebruikte opsporingsmethode.<br />

Aangezi<strong>en</strong> de Amsterdamse driehoek ge<strong>en</strong> verantwoordelijkheid voor de<br />

gebruikte methode w<strong>en</strong>ste te drag<strong>en</strong>, werd het IRT opgehev<strong>en</strong> (Kamerstukk<strong>en</strong><br />

II 1995/96, 24 072, nrs. 10-11, p. 77-79).<br />

4 Muller <strong>en</strong> Ros<strong>en</strong>thal (1998: 262) b<strong>en</strong>adrukk<strong>en</strong> dat de Deltamethode niet slechts door het IRT is gebruikt,<br />

maar ook door andere politiekorps<strong>en</strong>.


De <strong>regulering</strong> van undercovertraject<strong>en</strong> in Nederland<br />

De opheffing van het IRT leidde tot de instelling van de Bijz<strong>onder</strong>e <strong>onder</strong>zoekscommissie<br />

IRT, <strong>onder</strong> voorzitterschap van H. Wier<strong>en</strong>ga. De commissie-Wier<strong>en</strong>ga<br />

concludeerde in haar rapport, dat op 24 maart 1994 werd<br />

aangebod<strong>en</strong> aan de Tweede Kamer, dat de Deltamethode op weloverwog<strong>en</strong><br />

<strong>en</strong> zorgvuldige wijze <strong>en</strong> niet onrechtmatig was toegepast. De<br />

toepassing ervan was dan ook verantwoord geweest, aldus de commissie<br />

(Kamerstukk<strong>en</strong> II 1995/96, 24 072, nrs. 10-11, p. 98; Fijnaut, 1995: 523). 5<br />

Na e<strong>en</strong> debat in de Kamer over het rapport van de commissie-Wier<strong>en</strong>ga,<br />

werd op 7 april 1994 de motie Dijkstal aang<strong>en</strong>om<strong>en</strong> waarin de w<strong>en</strong>s<br />

tot uitdrukking werd gebracht e<strong>en</strong> parlem<strong>en</strong>tair <strong>onder</strong>zoek in te stell<strong>en</strong><br />

naar de toepassing van <strong>en</strong> de controle op de opsporingsmethod<strong>en</strong> die in<br />

Nederland werd<strong>en</strong> gebruikt. Dit <strong>onder</strong>zoek kwam er <strong>en</strong> één van de aanbeveling<strong>en</strong><br />

in het betreff<strong>en</strong>de <strong>onder</strong>zoeksrapport was de toepassing van<br />

opsporingsmethod<strong>en</strong> <strong>onder</strong>werp te mak<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> parlem<strong>en</strong>taire <strong>en</strong>quête<br />

(Kamerstukk<strong>en</strong> II 1994/95, 23 945, nr. 2). En ook deze <strong>en</strong>quête kwam er.<br />

2.2.1 De Parlem<strong>en</strong>taire Enquêtecommissie Opsporingsmethod<strong>en</strong><br />

Op 6 december 1994 wordt de PEO ingesteld, met Maart<strong>en</strong> van Traa als<br />

voorzitter. De PEO krijgt de opdracht <strong>onder</strong>zoek te do<strong>en</strong> naar: ‘de aard,<br />

ernst <strong>en</strong> omvang van de zware, georganiseerde criminaliteit; de feitelijke<br />

toepassing, rechtmatigheid, het verantwoord zijn <strong>en</strong> de effectiviteit<br />

van de opsporingsmethod<strong>en</strong>; <strong>en</strong> de organisatie, het functioner<strong>en</strong> van<br />

<strong>en</strong> de controle op de opsporing’. In <strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong> naar de verschill<strong>en</strong>de<br />

opsporingsmethod<strong>en</strong> spitst de PEO zich toe op de omschrijving van de<br />

opsporingsmethode, de juridische grondslag, de feitelijke vorm<strong>en</strong> waarin<br />

de opsporingsmethode wordt toegepast <strong>en</strong> de sturing <strong>en</strong> controle van de<br />

opsporingsmethode (Kamerstukk<strong>en</strong> II 1995/96, 24 072, nrs. 10-11, p. 11-15).<br />

Ter beantwoording van deze vrag<strong>en</strong> bestudeert de PEO zeer veel (geheime)<br />

docum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> <strong>en</strong> word<strong>en</strong> in op<strong>en</strong>bare verhor<strong>en</strong> 88 person<strong>en</strong> verhoord<br />

(Kamerstukk<strong>en</strong> II 1995/96, 24 072, nrs. 10-11, p. 18-20). 6<br />

De PEO br<strong>en</strong>gt op 1 februari 1996 het rapport Inzake opsporing uit, waarin<br />

de commissie op basis van het verrichte <strong>onder</strong>zoek conclusies trekt <strong>en</strong><br />

e<strong>en</strong> groot aantal aanbeveling<strong>en</strong> doet. In haar rapport gaat de PEO zowel<br />

in op de Deltamethode als, in lijn met de opdracht die ze heeft meegekreg<strong>en</strong>,<br />

op de opsporing in het algeme<strong>en</strong>. Wat betreft de Deltamethode komt<br />

de PEO met de volg<strong>en</strong>de conclusies: het toepass<strong>en</strong> van de Deltamethode<br />

5 Het einde van het IRT betek<strong>en</strong>de overig<strong>en</strong>s nog niet direct het einde van de Deltamethode. Na de<br />

opheffing van het IRT werd beslot<strong>en</strong> het contact met e<strong>en</strong> aantal informant<strong>en</strong> af te bouw<strong>en</strong>. Omdat<br />

bepaalde informant<strong>en</strong> door hun criminele contact<strong>en</strong> <strong>onder</strong> druk zoud<strong>en</strong> word<strong>en</strong> gezet om lading<strong>en</strong><br />

drugs alsnog door te lever<strong>en</strong>, ging<strong>en</strong> de politie K<strong>en</strong>nemerland, het OM in Haarlem <strong>en</strong> de procureurg<strong>en</strong>eraal<br />

in het ressort Amsterdam in de zomer van 1994 akkoord met het doorlat<strong>en</strong> van 6.000 kg<br />

softdrugs (Kamerstukk<strong>en</strong> II 1995/96, 24 072, nrs. 10-11, p. 114-116).<br />

6 Ook word<strong>en</strong> nog zo’n drieh<strong>onder</strong>d person<strong>en</strong> geïnterviewd om e<strong>en</strong> beeld te vorm<strong>en</strong> van de feitelijke<br />

opsporingspraktijk. Deze interviews word<strong>en</strong> vastgelegd in niet-op<strong>en</strong>bare verslag<strong>en</strong> <strong>en</strong> di<strong>en</strong><strong>en</strong> <strong>onder</strong><br />

andere ter <strong>onder</strong>steuning van de op<strong>en</strong>bare verhor<strong>en</strong>.<br />

39


40 <strong>Opspor<strong>en</strong></strong> <strong>onder</strong> <strong>dekmantel</strong><br />

als opsporingsmethode is onverantwoord <strong>en</strong> wordt daarom afgewez<strong>en</strong>.<br />

De combinatie van de volg<strong>en</strong>de elem<strong>en</strong>t<strong>en</strong> heeft tot dit oordeel geleid: 1)<br />

het doorlat<strong>en</strong> van grote partij<strong>en</strong> drugs; 7 2) de te onafhankelijke positie<br />

van de criminele burgerinfiltrant (die <strong>onder</strong> andere de winst<strong>en</strong> die hij<br />

behaalt met de criminele operaties behoudt); 3) de faciliter<strong>en</strong>de rol van de<br />

politie; <strong>en</strong> 4) het gebruik van criminele geld<strong>en</strong> door de politie ter gedeeltelijke<br />

financiering van ‘Delta-operaties’. Bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> zijn de richtlijn<strong>en</strong><br />

die geld<strong>en</strong> voor infiltratie bij de <strong>uitvoering</strong> van deze methode niet in acht<br />

g<strong>en</strong>om<strong>en</strong>, aldus de commissie (Kamerstukk<strong>en</strong> II 1995/96, 24 072, nrs. 10-11,<br />

p. 142-143, p. 157, p. 162). 8<br />

Met betrekking tot de opsporing in het algeme<strong>en</strong> stelt de PEO dat er<br />

sprake is van e<strong>en</strong> ‘crisis in de opsporing’. Deze crisis ontleedt de PEO in<br />

drie elem<strong>en</strong>t<strong>en</strong>. T<strong>en</strong> eerste e<strong>en</strong> normeringscrisis, die is ontstaan door het<br />

ontbrek<strong>en</strong> van expliciete juridische norm<strong>en</strong> omtr<strong>en</strong>t het optred<strong>en</strong> van<br />

politie <strong>en</strong> justitie teg<strong>en</strong> de georganiseerde criminaliteit. Politie <strong>en</strong> justitie<br />

krijg<strong>en</strong> hierdoor te veel ruimte van de wetgever. T<strong>en</strong> tweede spreekt de<br />

PEO over e<strong>en</strong> organisatiecrisis. Als gevolg van onduidelijke besluitvorming<br />

over wie nu waarvoor bevoegd <strong>en</strong> verantwoordelijk is, is e<strong>en</strong> niet<br />

goed functioner<strong>en</strong>de organisatie van de opsporing ontstaan. Organisaties<br />

belast met de opsporing werk<strong>en</strong> elkaar zelfs veelvuldig teg<strong>en</strong>. Het derde<br />

elem<strong>en</strong>t betreft e<strong>en</strong> gezagscrisis. Hoewel al formeel is geregeld dat het<br />

Op<strong>en</strong>baar Ministerie (OM) het gezag over de opsporing heeft, blijkt dit<br />

in de praktijk nog niet zo vanzelfsprek<strong>en</strong>d, waardoor problem<strong>en</strong> in de<br />

gezagsverhouding<strong>en</strong> zijn ontstaan. Politiefunctionariss<strong>en</strong> blijk<strong>en</strong> soms<br />

geheel zelfstandig te operer<strong>en</strong> z<strong>onder</strong> de verantwoordelijke OvJ in te licht<strong>en</strong><br />

over het opsporings<strong>onder</strong>zoek <strong>en</strong> de ingezette method<strong>en</strong> (Kamerstukk<strong>en</strong><br />

II 1995/96, 24 072, nrs. 10-11, p. 413-414).<br />

Op grond van deze conclusies over de situatie in de Nederlandse opsporing,<br />

doet de PEO ook e<strong>en</strong> aantal aanbeveling<strong>en</strong> (Kamerstukk<strong>en</strong> II 1995/96,<br />

24 072, nrs. 10-11, p. 448-449). Deze zijn <strong>onder</strong> andere:<br />

– Opsporingsmethod<strong>en</strong> di<strong>en</strong><strong>en</strong> e<strong>en</strong> expliciete wettelijke basis te hebb<strong>en</strong>.<br />

– Het moet op elk mom<strong>en</strong>t mogelijk zijn te achterhal<strong>en</strong> met welke<br />

opsporingsmethode bepaalde informatie is verzameld. Het gebruik van<br />

opsporingsmethod<strong>en</strong> moet dan ook expliciet word<strong>en</strong> vastgelegd.<br />

– Hoe sterker e<strong>en</strong> opsporingsmethode inbreuk maakt op de privacy van<br />

de burger, des te hoger di<strong>en</strong>t de autoriteit te zijn die toestemming geeft<br />

voor het gebruik ervan.<br />

– Toetsing van de inzet van de opsporingsmethode di<strong>en</strong>t vooraf plaats te<br />

vind<strong>en</strong> aan de hand van objectieve criteria.<br />

7 Op basis van de beschikbare gegev<strong>en</strong>s komt de PEO tot de conclusie dat van de ongeveer 285.000 kilo<br />

softdrugs die <strong>onder</strong> de regie van politie <strong>en</strong> justitie zijn doorgelat<strong>en</strong>, er 100.000 kilo op de markt terecht is<br />

gekom<strong>en</strong> (Kamerstukk<strong>en</strong> II 1995/96, 24 072, nrs. 10-11, p. 145).<br />

8 Dit had volg<strong>en</strong>s de commissie overig<strong>en</strong>s niet per se tot opheffing van het IRT hoev<strong>en</strong> leid<strong>en</strong>. Volstaan<br />

had kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> met het beëindig<strong>en</strong> van het gebruik van de Deltamethode <strong>en</strong> het invoer<strong>en</strong> van e<strong>en</strong><br />

andere werkwijze.


De <strong>regulering</strong> van undercovertraject<strong>en</strong> in Nederland<br />

– Uitgangspunt moet zijn dat de gebruikte opsporingsmethod<strong>en</strong> in het<br />

op<strong>en</strong>baar ter terechtzitting moet<strong>en</strong> word<strong>en</strong> verantwoord. Er kunn<strong>en</strong><br />

zich uitz<strong>onder</strong>ingssituaties voordo<strong>en</strong>, waarbij bepaalde aspect<strong>en</strong> van<br />

de opsporingsmethode niet op<strong>en</strong>baar word<strong>en</strong> gemaakt. De rechter<br />

moet echter wel alle aspect<strong>en</strong> van de gebruikte opsporingsmethod<strong>en</strong><br />

kunn<strong>en</strong> toets<strong>en</strong>.<br />

– Het OM heeft het gezag over de opsporing, wat impliceert dat zij beslist<br />

over de te <strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong> zak<strong>en</strong> <strong>en</strong> de in te zett<strong>en</strong> opsporingsmethod<strong>en</strong>.<br />

– Op één punt binn<strong>en</strong> de regiokorps<strong>en</strong> <strong>en</strong> binn<strong>en</strong> de parkett<strong>en</strong> van het<br />

OM di<strong>en</strong>t e<strong>en</strong> overzicht te bestaan van de recherche<strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

de gebruikte opsporingsmethod<strong>en</strong>. Dit noodzaakt tot integratie van<br />

verschill<strong>en</strong>de organisatie<strong>onder</strong>del<strong>en</strong>, waardoor coördinatie <strong>en</strong> afstemming<br />

van k<strong>en</strong>nis kan plaatsvind<strong>en</strong>.<br />

2.2.2 Gevolg<strong>en</strong> van de Parlem<strong>en</strong>taire Enquêtecommissie<br />

Opsporingsmethod<strong>en</strong><br />

De hierbov<strong>en</strong> g<strong>en</strong>oemde aanbeveling<strong>en</strong> zijn grot<strong>en</strong>deels door de Tweede<br />

Kamer overg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. Het rapport Inzake Opsporing is dan ook van grote<br />

invloed geweest op het wettelijk kader voor <strong>en</strong> de organisatie van de<br />

opsporing in Nederland. Het rapport is de aanleiding geweest voor nieuwe<br />

wetgeving met betrekking tot opsporingsmethod<strong>en</strong> 9 <strong>en</strong> e<strong>en</strong> reorganisatie<br />

binn<strong>en</strong> het OM. Tot de nieuwe wetgeving behoort de Wet BOB, waarmee<br />

<strong>onder</strong> andere bijz<strong>onder</strong>e opsporingsbevoegdhed<strong>en</strong> expliciet word<strong>en</strong> gereguleerd<br />

in het Wetboek van Strafvordering. De totstandkoming van deze<br />

wet, die op 1 februari 2000 in werking is getred<strong>en</strong>, is e<strong>en</strong> van de belangrijkste<br />

gevolg<strong>en</strong> van het rapport Inzake Opsporing.<br />

2.3 De Wet Bijz<strong>onder</strong>e Opsporingsbevoegdhed<strong>en</strong><br />

2.3.1 Uitgangspunt<strong>en</strong><br />

De Wet BOB k<strong>en</strong>t drie uitgangspunt<strong>en</strong>, waarin de meeste van de aanbeveling<strong>en</strong><br />

van de PEO goed te herk<strong>en</strong>n<strong>en</strong> zijn (Bokhorst et al., 2002: 3;<br />

Kamerstukk<strong>en</strong> II 1996/97, 25 403, nr. 3).<br />

– Codificatie van opsporingsmethod<strong>en</strong><br />

Opsporingsmethod<strong>en</strong> die e<strong>en</strong> risico vorm<strong>en</strong> voor de integriteit van<br />

de opsporing of die inbreuk mak<strong>en</strong> op de grondrecht<strong>en</strong> van burgers<br />

moet<strong>en</strong> e<strong>en</strong> wettelijke basis hebb<strong>en</strong>. Voor de Wet BOB hadd<strong>en</strong> de<br />

9 Na het verschijn<strong>en</strong> van het rapport Inzake opsporing is nog e<strong>en</strong> nieuwe, tijdelijke commissie ingesteld,<br />

de commissie-Kalsbeek, die de opdracht kreeg te inv<strong>en</strong>tariser<strong>en</strong> wat er gedaan werd met de<br />

aanbeveling<strong>en</strong> van de PEO.<br />

41


42 <strong>Opspor<strong>en</strong></strong> <strong>onder</strong> <strong>dekmantel</strong><br />

opsporingsmethod<strong>en</strong> die in de Wet BOB word<strong>en</strong> geregeld ge<strong>en</strong> expliciete<br />

wettelijke grondslag. Uitvoering van die method<strong>en</strong> berustte<br />

to<strong>en</strong> in feite op de algem<strong>en</strong>e opsporingsbevoegdhed<strong>en</strong> van de politie<br />

(Kruissink, 1999: 27-28). Bij het opnem<strong>en</strong> van de bijz<strong>onder</strong>e opsporingsmethod<strong>en</strong><br />

in het Wetboek van Strafvordering heeft mede e<strong>en</strong> rol<br />

gespeeld dat artikel 8 van het Europees Verdrag voor de Recht<strong>en</strong> van de<br />

M<strong>en</strong>s <strong>en</strong> de fundam<strong>en</strong>tele vrijhed<strong>en</strong> (EVRM) voorschrijft dat inbreuk<strong>en</strong><br />

op het recht van de burger op eerbiediging van het privélev<strong>en</strong> alle<strong>en</strong><br />

zijn toegestaan als zij voortvloei<strong>en</strong> uit wettelijke bepaling<strong>en</strong>. 10<br />

– De OvJ is de c<strong>en</strong>trale autoriteit bij de opsporing<br />

De OvJ heeft de formele leiding over de opsporing. Hij beslist over<br />

de inzet van opsporingsbevoegdhed<strong>en</strong>. Voor de inzet van bepaalde<br />

bevoegdhed<strong>en</strong> is echter de toestemming van de rechter-commissaris<br />

nodig.<br />

– Controleerbaarheid van de opsporing<br />

Van de inzet van opsporingsbevoegdhed<strong>en</strong> moet verslag word<strong>en</strong> opgemaakt<br />

zodat het mogelijk is de opsporing te controler<strong>en</strong>. In beginsel<br />

moet<strong>en</strong> de gebruikte bevoegdhed<strong>en</strong> in het op<strong>en</strong>baar ter terechtzitting<br />

word<strong>en</strong> verantwoord. Alle<strong>en</strong> vanwege e<strong>en</strong> zwaarweg<strong>en</strong>d opsporingsbelang<br />

kan informatie word<strong>en</strong> afgeschermd.<br />

2.3.2 Bijz<strong>onder</strong>e opsporingsbevoegdhed<strong>en</strong>, het doorlaatverbod <strong>en</strong><br />

invoering van e<strong>en</strong> nieuw opsporingsbegrip<br />

Via de Wet BOB zijn de volg<strong>en</strong>de opsporingsbevoegdhed<strong>en</strong> voor het eerst<br />

in het Wetboek van Strafvordering opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> (Bokhorst et al., 2002: 2-3;<br />

Kamerstukk<strong>en</strong> II 1996/97, 25 403, nr. 3):<br />

– stelselmatige observatie;<br />

– het opnem<strong>en</strong> van vertrouwelijke communicatie (direct afluister<strong>en</strong>);<br />

– het betred<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> beslot<strong>en</strong> plaats (inkijkoperaties);<br />

– de drie undercoverbevoegdhed<strong>en</strong> van de politie, te wet<strong>en</strong> het stelselmatig<br />

inwinn<strong>en</strong> van informatie (SI), pseudo-koop of -di<strong>en</strong>stverl<strong>en</strong>ing<br />

(PK/PDV) <strong>en</strong> infiltratie (IF); <strong>en</strong><br />

– bijstand aan de opsporing door burgers, namelijk <strong>uitvoering</strong> door e<strong>en</strong><br />

burger van e<strong>en</strong> van de undercoverbevoegdhed<strong>en</strong>.<br />

Verder is door de Wet BOB de <strong>regulering</strong> van e<strong>en</strong> opsporingsbevoegdheid<br />

gewijzigd die al in het Wetboek van Strafvordering was opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>:<br />

10 Artikel 8 EVRM schrijft voor dat inbreuk<strong>en</strong> op de privacy van burgers alle<strong>en</strong> zijn toegestaan mits zij<br />

uit de wet voortvloei<strong>en</strong> <strong>en</strong> in e<strong>en</strong> democratische maatschappij noodzakelijk zijn ter bescherming van<br />

de veiligheid, het economisch welzijn, de gezondheid of goede zed<strong>en</strong> of de recht<strong>en</strong> <strong>en</strong> vrijhed<strong>en</strong> van<br />

ander<strong>en</strong>.


De <strong>regulering</strong> van undercovertraject<strong>en</strong> in Nederland<br />

– het opnem<strong>en</strong> van telecommunicatie (tapp<strong>en</strong>) <strong>en</strong> het opvrag<strong>en</strong> van ‘verkeersgegev<strong>en</strong>s’<br />

(gegev<strong>en</strong>s met betrekking tot telecommunicatie).<br />

Naar aanleiding van e<strong>en</strong> am<strong>en</strong>dem<strong>en</strong>t van de Tweede Kamer is met de<br />

Wet BOB ook het zog<strong>en</strong>oemde verbod op doorlat<strong>en</strong> in het Wetboek van<br />

Strafvordering opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. Artikel 126ff Wetboek van Strafvordering (Sv)<br />

verplicht e<strong>en</strong> opsporingsambt<strong>en</strong>aar om over te gaan tot inbeslagname<br />

wanneer hij door de toepassing van e<strong>en</strong> bijz<strong>onder</strong>e opsporingsbevoegdheid<br />

‘de vindplaats weet van voorwerp<strong>en</strong> waarvan het aanwezig hebb<strong>en</strong><br />

of voorhand<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> ingevolge de wet verbod<strong>en</strong> is vanwege hun schadelijkheid<br />

voor de volksgezondheid of hun gevaar voor de veiligheid’.<br />

Dit doorlaatverbod is alle<strong>en</strong> van toepassing op goeder<strong>en</strong> die schadelijk<br />

of gevaarlijk zijn, zoals (hard)drugs <strong>en</strong> vuurwap<strong>en</strong>s. Het doorlat<strong>en</strong> van<br />

bijvoorbeeld gestol<strong>en</strong> kunst is dus niet verbod<strong>en</strong>. Hoewel in het artikel<br />

alle<strong>en</strong> gesprok<strong>en</strong> wordt over voorwerp<strong>en</strong>, geldt, als gevolg van e<strong>en</strong> door de<br />

Tweede Kamer aanvaarde motie, het verbod op doorlat<strong>en</strong> ook voor gevall<strong>en</strong><br />

van m<strong>en</strong>s<strong>en</strong>handel, m<strong>en</strong>s<strong>en</strong>smokkel <strong>en</strong> wederrechtelijke vrijheidsberoving<br />

(Kamerstukk<strong>en</strong> II 1998/99, 25 403, nr. 30 <strong>en</strong> 35).<br />

In het belang van het <strong>onder</strong>zoek <strong>en</strong> met het oogmerk om later alsnog daartoe<br />

over te gaan, mag inbeslagname tijdelijk word<strong>en</strong> uitgesteld. Wanneer<br />

dit gebeurt ter vaststelling van de herkomst, route of bestemming van<br />

de goeder<strong>en</strong> (of person<strong>en</strong>), wordt dit ‘gecontroleerd aflever<strong>en</strong>’ g<strong>en</strong>oemd.<br />

Wanneer bijvoorbeeld capaciteit of veiligheid de red<strong>en</strong><strong>en</strong> zijn om tijdelijk<br />

niet in beslag te nem<strong>en</strong>, is ‘uitgestelde inbeslagname’ de gebruikte term<br />

(Buruma, 2001: 90-91). Daadwerkelijk afzi<strong>en</strong> van inbeslagname, doorlat<strong>en</strong><br />

dus, mag alle<strong>en</strong> in geval van e<strong>en</strong> zwaarweg<strong>en</strong>d opsporingsbelang <strong>en</strong> na<br />

goedkeuring door het College van procureurs-g<strong>en</strong>eraal (College van PG’s)<br />

(artikel 140a Sv). Bij m<strong>en</strong>s<strong>en</strong>smokkel geldt bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> de aanvull<strong>en</strong>de voorwaarde<br />

dat het doorlat<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> m<strong>en</strong>sonwaardige gevolg<strong>en</strong> mag hebb<strong>en</strong><br />

voor de gesmokkelde person<strong>en</strong>. Doorlat<strong>en</strong> bij m<strong>en</strong>s<strong>en</strong>handel is nooit<br />

toegestaan (zie Buruma, 2001: 89-97; Nieuw<strong>en</strong>huis, 2007: 77-79).<br />

T<strong>en</strong> slotte heeft de Wet BOB de grondslag op basis waarvan <strong>onder</strong>zoek kan<br />

word<strong>en</strong> gedaan naar georganiseerde criminaliteit verruimd. Dit wordt<br />

wel aangeduid als e<strong>en</strong> ‘nieuw opsporingsbegrip’. De ‘oude’ grondslag,<br />

titel IVa in het Wetboek van Strafvordering, bood <strong>en</strong> biedt de politie de<br />

mogelijkheid om in geval van verd<strong>en</strong>king van e<strong>en</strong> misdrijf e<strong>en</strong> bijz<strong>onder</strong>e<br />

opsporingsbevoegdheid, waar<strong>onder</strong> e<strong>en</strong> undercoverbevoegdheid, in te<br />

zett<strong>en</strong>. Daarbij zijn voor de meeste bevoegdhed<strong>en</strong> nadere eis<strong>en</strong> gesteld<br />

wat betreft de zwaarte van het misdrijf. De nieuwe titel V maakt de inzet<br />

van dezelfde bijz<strong>onder</strong>e opsporingsbevoegdhed<strong>en</strong> mogelijk wanneer er<br />

e<strong>en</strong> ‘redelijk vermoed<strong>en</strong> is dat in georganiseerd verband misdrijv<strong>en</strong> als<br />

omschrev<strong>en</strong> in artikel 67, eerste lid, word<strong>en</strong> beraamd of gepleegd die<br />

gezi<strong>en</strong> hun aard of de sam<strong>en</strong>hang met andere misdrijv<strong>en</strong> die in dat georganiseerd<br />

verband word<strong>en</strong> beraamd of gepleegd e<strong>en</strong> ernstige inbreuk op<br />

43


44 <strong>Opspor<strong>en</strong></strong> <strong>onder</strong> <strong>dekmantel</strong><br />

de rechtsorde oplever<strong>en</strong>’ (artikel 126o Sv). Wanneer het georganiseerde<br />

criminaliteit betreft, hoeft er dus ge<strong>en</strong> sprake te zijn van e<strong>en</strong> verd<strong>en</strong>king<br />

maar volstaat e<strong>en</strong> vermoed<strong>en</strong>. 11, 12 Wel geldt voor de bevoegdhed<strong>en</strong> <strong>onder</strong><br />

titel V dat er altijd sprake moet zijn van e<strong>en</strong> misdrijf zoals omschrev<strong>en</strong><br />

in artikel 67 lid 1 Sv dat e<strong>en</strong> ernstige inbreuk op de rechtsorde oplevert.<br />

Onder titel IVa geldt dat alle<strong>en</strong> voor e<strong>en</strong> deel van de bevoegdhed<strong>en</strong>.<br />

2.3.3 Het gezag over de opsporing<br />

De inzet van iedere bijz<strong>onder</strong>e opsporingsbevoegdheid vereist e<strong>en</strong> bevel<br />

van de OvJ. Voor sommige bijz<strong>onder</strong>e opsporingsbevoegdhed<strong>en</strong> mag de<br />

OvJ dat bevel pas uitvaardig<strong>en</strong> nadat hij daarvoor van de rechter-commissaris<br />

e<strong>en</strong> machtiging heeft gekreg<strong>en</strong>. De autoriteit die de OvJ over de<br />

opsporing heeft, <strong>en</strong> die hij ook al voor de Wet BOB had, is hiermee nog<br />

e<strong>en</strong>s expliciet b<strong>en</strong>adrukt.<br />

2.3.4 Transparantie <strong>en</strong> verantwoording<br />

Opsporingsambt<strong>en</strong>ar<strong>en</strong> moet<strong>en</strong> t<strong>en</strong> spoedigste proces-verbaal opmak<strong>en</strong><br />

van de opsporingshandeling<strong>en</strong> die zij hebb<strong>en</strong> verricht <strong>en</strong> van de bevinding<strong>en</strong><br />

die ze daarbij hebb<strong>en</strong> gedaan (artikel 152 Sv). Ze kunn<strong>en</strong> zich daarbij<br />

beperk<strong>en</strong> tot die informatie die van belang is voor e<strong>en</strong> door e<strong>en</strong> rechter te<br />

nem<strong>en</strong> beslissing. 13 Dit staat bek<strong>en</strong>d als de verbaliseringsplicht. De process<strong>en</strong>-verbaal<br />

moet<strong>en</strong>, voor zover relevant, door de OvJ aan de processtukk<strong>en</strong><br />

word<strong>en</strong> toegevoegd (artikel 126aa Sv). De processtukk<strong>en</strong> kom<strong>en</strong> uiteindelijk<br />

ter beschikking van zowel de zittingsrechter als de verdediging.<br />

Overig<strong>en</strong>s hoeft niet ieder detail vastgelegd te word<strong>en</strong>, maar alle<strong>en</strong> datg<strong>en</strong>e<br />

wat van belang is voor de door de rechter te nem<strong>en</strong> beslissing. Het doel van<br />

de verbaliseringsplicht is het bescherm<strong>en</strong> van de transparantie <strong>en</strong> dus de<br />

controleerbaarheid van de inzet van opsporingsinstrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong>. Daarbij gaat<br />

het om controle door zowel de OvJ tijd<strong>en</strong>s het opsporings<strong>onder</strong>zoek als de<br />

rechter ter zitting (Kamerstukk<strong>en</strong> II 1996/97, 25 403, nr. 3, p. 13).<br />

Er is ook e<strong>en</strong> notificatieplicht van toepassing. Person<strong>en</strong> teg<strong>en</strong> wie e<strong>en</strong><br />

bijz<strong>onder</strong>e opsporingsbevoegdheid, zoals e<strong>en</strong> undercovertraject, is ingezet<br />

moet<strong>en</strong> daarvan schriftelijk op de hoogte word<strong>en</strong> gebracht zodra het<br />

belang van het <strong>onder</strong>zoek dat toelaat, aldus artikel 126bb Sv.<br />

11 Zie pagina’s 51 tot <strong>en</strong> met 54 van het eerste deel van de evaluatie van de Wet BOB voor e<strong>en</strong> meer<br />

uitgebreide toelichting op de introductie van titel V in het Wetboek van Strafvordering (Bokhorst et al.,<br />

2002: 51-54). Geblek<strong>en</strong> is overig<strong>en</strong>s dat titel V maar weinig wordt toegepast (Kromm<strong>en</strong>dijk et al., 2009:<br />

130).<br />

12 Via de Wet ter verruiming van de mogelijkhed<strong>en</strong> tot opsporing <strong>en</strong> vervolging van terroristische misdrijv<strong>en</strong><br />

is ter opsporing van terroristische misdrijv<strong>en</strong> e<strong>en</strong> verruiming ingevoerd. Inzet van bijz<strong>onder</strong>e<br />

opsporingsbevoegdhed<strong>en</strong> is sinds deze wet toegestaan wanneer er aanwijzing<strong>en</strong> zijn voor e<strong>en</strong><br />

terroristisch misdrijf (Staatsblad 2006, 580; zie De Poot et al., 2008).<br />

13 Hoge Raad, 19 december 1995, LJN ZD0328 (Landelijk Jurisprud<strong>en</strong>tie Nummer).


2.4 Undercoverbevoegdhed<strong>en</strong><br />

2.4.1 De drie undercoverbevoegdhed<strong>en</strong><br />

De <strong>regulering</strong> van undercovertraject<strong>en</strong> in Nederland<br />

Het Wetboek van Strafvordering k<strong>en</strong>t de politie drie undercoverbevoegdhed<strong>en</strong><br />

toe.<br />

SI<br />

T<strong>en</strong> eerste is dit SI (artikel 126j/qa Sv). 14 Artikel 126j, lid 1 Sv geeft de<br />

volg<strong>en</strong>de omschrijving: ‘In geval van verd<strong>en</strong>king van e<strong>en</strong> misdrijf kan<br />

de officier van justitie in het belang van het <strong>onder</strong>zoek bevel<strong>en</strong> dat e<strong>en</strong><br />

opsporingsambt<strong>en</strong>aar als bedoeld in artikel 141, <strong>onder</strong>deel b, z<strong>onder</strong> dat<br />

k<strong>en</strong>baar is dat hij optreedt als opsporingsambt<strong>en</strong>aar, stelselmatig informatie<br />

inwint over de verdachte.’<br />

E<strong>en</strong> van de voorbeeld<strong>en</strong> die de memorie van toelichting geeft, is het door<br />

e<strong>en</strong> undercoverag<strong>en</strong>t bezoek<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> uitgaansgeleg<strong>en</strong>heid waar de<br />

verdachte vaak komt. ‘Omdat de person<strong>en</strong> die hij daarbij ontmoet niet<br />

wet<strong>en</strong> dat hij opsporingsambt<strong>en</strong>aar is, is de kans groot dat hij ding<strong>en</strong> te<br />

hor<strong>en</strong> of te zi<strong>en</strong> krijgt, mede doordat hij daarin kan stur<strong>en</strong>, waarvan hij<br />

anders ge<strong>en</strong> k<strong>en</strong>nis zou kunn<strong>en</strong> krijg<strong>en</strong>.’ De informatie over de betreff<strong>en</strong>de<br />

verdachte kan de undercoverag<strong>en</strong>t bij derd<strong>en</strong> verzamel<strong>en</strong>, door<br />

bijvoorbeeld te prat<strong>en</strong> met andere bezoekers van de uitgaansgeleg<strong>en</strong>heid,<br />

maar de informatie kan hij ook prober<strong>en</strong> te krijg<strong>en</strong> door direct contact<br />

aan te gaan met de verdachte zelf. Met e<strong>en</strong> dergelijk optred<strong>en</strong> is de privacy<br />

van de betrokk<strong>en</strong> burgers in het geding maar tev<strong>en</strong>s zal er sprake zijn van<br />

misleiding; de betreff<strong>en</strong>de person<strong>en</strong> wet<strong>en</strong> immers niet dat hun gesprekspartner<br />

(of toehoorder) e<strong>en</strong> politieambt<strong>en</strong>aar is. De inbreuk op de privacy<br />

<strong>en</strong> het aspect van misleiding war<strong>en</strong> voor de wetgever dan ook red<strong>en</strong><strong>en</strong><br />

om tot e<strong>en</strong> wettelijke regeling te kom<strong>en</strong> (Kamerstukk<strong>en</strong> II 1996/97, 25 403,<br />

nr. 3, p. 34).<br />

In vergelijking met de andere twee undercoverbevoegdhed<strong>en</strong> k<strong>en</strong>merkt SI<br />

zich door e<strong>en</strong> passievere rol van de undercoverag<strong>en</strong>t. Hij neemt, in teg<strong>en</strong>stelling<br />

tot IF, niet deel <strong>en</strong> werkt niet mee aan e<strong>en</strong> groep van person<strong>en</strong><br />

waarbinn<strong>en</strong> misdrijv<strong>en</strong> word<strong>en</strong> gepleegd of beraamd <strong>en</strong> hij pleegt ook<br />

anderszins ge<strong>en</strong> misdrijv<strong>en</strong>.<br />

PK/PDV<br />

De tweede undercoverbevoegdheid is de PK/PDV (artikel 126i/q Sv).<br />

Artikel 126i Sv omschrijft deze bevoegdheid als volgt: ‘In geval van verd<strong>en</strong>king<br />

van e<strong>en</strong> misdrijf als omschrev<strong>en</strong> in artikel 67, eerste lid, kan<br />

14 Artikel 126j Sv betreft de bevoegdheid tot SI <strong>onder</strong> titel IVa. Artikel 126qa Sv maakt de inzet van dit<br />

middel mogelijk <strong>onder</strong> titel V.<br />

45


46 <strong>Opspor<strong>en</strong></strong> <strong>onder</strong> <strong>dekmantel</strong><br />

de officier van justitie in het belang van het <strong>onder</strong>zoek bevel<strong>en</strong> dat e<strong>en</strong><br />

opsporingsambt<strong>en</strong>aar:<br />

– goeder<strong>en</strong> afneemt van de verdachte,<br />

– gegev<strong>en</strong>s die zijn opgeslag<strong>en</strong>, word<strong>en</strong> verwerkt of overgedrag<strong>en</strong> door<br />

middel van e<strong>en</strong> geautomatiseerd werk, door tuss<strong>en</strong>komst van e<strong>en</strong><br />

op<strong>en</strong>baar telecommunicati<strong>en</strong>etwerk afneemt van de verdachte, of<br />

– di<strong>en</strong>st<strong>en</strong> verle<strong>en</strong>t aan de verdachte.’<br />

Concreet kan het bijvoorbeeld gaan om het kop<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> wap<strong>en</strong> of<br />

drugs (eerste gedachtestreepje), het via internet kop<strong>en</strong> van kinderporno<br />

(tweede gedachtestreepje) of het verhur<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> loods of het verzorg<strong>en</strong><br />

van transport t<strong>en</strong> behoeve van de productie van/handel in drugs (derde<br />

gedachtestreepje) (zie ook: Kamerstukk<strong>en</strong> II 1996/97, 25 403, nr. 3, p. 34).<br />

Vaak zal het kop<strong>en</strong> van de desbetreff<strong>en</strong>de waar of het aanbied<strong>en</strong> van de<br />

di<strong>en</strong>st e<strong>en</strong> misdrijf zijn, wat dan ook e<strong>en</strong> red<strong>en</strong> is om tot e<strong>en</strong> wettelijke<br />

regeling te kom<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> bevel PK/PDV machtigt dus tot het pleg<strong>en</strong> van e<strong>en</strong><br />

misdrijf.<br />

De PK <strong>onder</strong>scheidt zich van IF door het in beginsel e<strong>en</strong>malige karakter <strong>en</strong><br />

doordat ge<strong>en</strong> sprake hoeft te zijn van deelname of medewerking verl<strong>en</strong><strong>en</strong><br />

aan e<strong>en</strong> groep van person<strong>en</strong> (Kamerstukk<strong>en</strong> II 1996/97, 25 403, nr. 3, p. 33).<br />

Overig<strong>en</strong>s word<strong>en</strong> in de praktijk ook meerdere, achtere<strong>en</strong>volg<strong>en</strong>de PK/<br />

PDV’<strong>en</strong> in één opsporings<strong>onder</strong>zoek uitgevoerd.<br />

De PK/PDV richt zich altijd, zo blijkt uit de desbetreff<strong>en</strong>de wetsartikel<strong>en</strong>,<br />

op e<strong>en</strong> verdachte (artikel 126i Sv) dan wel op e<strong>en</strong> persoon waarvan het<br />

vermoed<strong>en</strong> bestaat dat deze betrokk<strong>en</strong> is bij het in georganiseerd verband<br />

pleg<strong>en</strong> of beram<strong>en</strong> van misdrijv<strong>en</strong> (artikel 126q Sv).<br />

De Nederlandse wetgeving k<strong>en</strong>t ge<strong>en</strong> aparte opsporingsbevoegdheid<br />

pseudo-verkoop. De memorie van toelichting stelt dat bij e<strong>en</strong> pseudoverkoop<br />

het instigatieverbod (zie paragraaf 2.4.3) al snel in het geding zal<br />

kom<strong>en</strong>, waardoor vervolging van de verdachte voor het kop<strong>en</strong> van de waar<br />

niet of minder goed mogelijk is (Kamerstukk<strong>en</strong> II 1996/97, 25 403, nr. 3,<br />

p. 34). Wel kan de wetgever zich voorstell<strong>en</strong> dat binn<strong>en</strong> de <strong>uitvoering</strong> van<br />

e<strong>en</strong> bevel IF e<strong>en</strong> verkoop van goeder<strong>en</strong> door e<strong>en</strong> undercoverag<strong>en</strong>t aan e<strong>en</strong><br />

subject plaatsvindt. In zo’n geval heeft het verkop<strong>en</strong> van de waar door de<br />

undercoverag<strong>en</strong>t echter niet als doel om de koper te vervolg<strong>en</strong> voor het<br />

kop<strong>en</strong> ervan, maar di<strong>en</strong>t het bijvoorbeeld om het vertrouw<strong>en</strong> te winn<strong>en</strong><br />

van de organisatie waarin de undercoverag<strong>en</strong>t infiltreert (Kamerstukk<strong>en</strong> II<br />

1997/98, 25 403, nr. 7, p. 53-54).<br />

IF<br />

T<strong>en</strong> derde <strong>onder</strong>scheidt het Wetboek van Strafvordering de IF (artikel<br />

126h/p). Artikel 126h Sv: ‘In geval van verd<strong>en</strong>king van e<strong>en</strong> misdrijf als<br />

omschrev<strong>en</strong> in artikel 67, eerste lid, dat gezi<strong>en</strong> zijn aard of de sam<strong>en</strong>hang<br />

met andere door de verdachte begane misdrijv<strong>en</strong> e<strong>en</strong> ernstige inbreuk op


De <strong>regulering</strong> van undercovertraject<strong>en</strong> in Nederland<br />

de rechtsorde oplevert, kan de officier van justitie, indi<strong>en</strong> het <strong>onder</strong>zoek<br />

dit dring<strong>en</strong>d vordert, bevel<strong>en</strong> dat e<strong>en</strong> opsporingsambt<strong>en</strong>aar als bedoeld<br />

in artikel 141, <strong>onder</strong>deel b, deelneemt of medewerking verle<strong>en</strong>t aan e<strong>en</strong><br />

groep van person<strong>en</strong> waarbinn<strong>en</strong> naar redelijkerwijs kan word<strong>en</strong> vermoed<br />

misdrijv<strong>en</strong> word<strong>en</strong> beraamd of gepleegd.’<br />

Dit middel lijkt, gezi<strong>en</strong> de omschrijving, bij uitstek geschikt om te word<strong>en</strong><br />

ingezet in het geval van georganiseerde criminaliteit. Het kan echter ook<br />

word<strong>en</strong> gebruikt bij andere ernstige misdrijv<strong>en</strong> die binn<strong>en</strong> e<strong>en</strong> groep<br />

van person<strong>en</strong> word<strong>en</strong> beraamd of gepleegd. De memorie van toelichting<br />

geeft het voorbeeld van e<strong>en</strong> IF ter opheldering van e<strong>en</strong> moord waarbij de<br />

verdachte <strong>onder</strong>deel is van e<strong>en</strong> groep van person<strong>en</strong> die overvall<strong>en</strong> pleegt.<br />

Er is dan wel sprake van e<strong>en</strong> groep van person<strong>en</strong> waarbinn<strong>en</strong> misdrijv<strong>en</strong><br />

word<strong>en</strong> gepleegd, maar de IF wordt niet ingezet t<strong>en</strong> behoeve van de<br />

opsporing van georganiseerde criminaliteit (Kamerstukk<strong>en</strong> II 1996/97,<br />

25 403, nr. 3, p. 28-29). E<strong>en</strong> andere opmerking is dat de groep van person<strong>en</strong><br />

niet per se e<strong>en</strong> criminele organisatie hoeft te zijn. Zo kan de groep als<br />

zodanig wel e<strong>en</strong> crimineel karakter hebb<strong>en</strong>, maar z<strong>onder</strong> e<strong>en</strong> zodanige<br />

continuïteit in sam<strong>en</strong>stelling <strong>en</strong> structuur dat van e<strong>en</strong> criminele organisatie<br />

sprake is (Nieuw<strong>en</strong>huis, 2007: 61).<br />

Morele dilemma’s <strong>en</strong> bijz<strong>onder</strong>e risico’s die met IF gepaard gaan war<strong>en</strong><br />

voor de wetgever aanleiding om voor dit instrum<strong>en</strong>t e<strong>en</strong> wettelijke regeling<br />

op te stell<strong>en</strong>. Zo zal, aldus de memorie van toelichting, e<strong>en</strong> undercoverag<strong>en</strong>t<br />

bij de <strong>uitvoering</strong> van IF bijna onvermijdelijk strafbare feit<strong>en</strong><br />

pleg<strong>en</strong>, bijvoorbeeld deelname aan e<strong>en</strong> criminele organisatie of handel in<br />

verdov<strong>en</strong>de middel<strong>en</strong>. Verder is er het risico dat de undercoverag<strong>en</strong>t wordt<br />

besmet door het criminele mileu. E<strong>en</strong> ander risico betreft de veiligheid van<br />

de undercoverag<strong>en</strong>t <strong>en</strong> zijn familie, die bij ontdekking van de ware id<strong>en</strong>titeit<br />

van de undercoverag<strong>en</strong>t in gevaar kan kom<strong>en</strong>. T<strong>en</strong> slotte kan IF ook<br />

gepaard gaan met e<strong>en</strong> inbreuk op de persoonlijke lev<strong>en</strong>ssfeer (privacy)<br />

van de subject<strong>en</strong> (Kamerstukk<strong>en</strong> II 1996/97, 25 403, nr. 3, p. 29-30).<br />

E<strong>en</strong> undercoverag<strong>en</strong>t kan zich in e<strong>en</strong> IF-traject direct richt<strong>en</strong> op de<br />

(hoofd)verdacht<strong>en</strong> die in het opsporings<strong>onder</strong>zoek c<strong>en</strong>traal staan zelf,<br />

maar ook op andere person<strong>en</strong> die tot de groep van verdacht<strong>en</strong> behor<strong>en</strong>.<br />

De gr<strong>en</strong>s tuss<strong>en</strong> de drie undercoverbevoegdhed<strong>en</strong> is in de praktijk natuurlijk<br />

niet altijd e<strong>en</strong>duidig te trekk<strong>en</strong>. De Minister van Justitie heeft aangegev<strong>en</strong><br />

dat wanneer er twijfel bestaat of e<strong>en</strong> traject al dan niet als IF moet<br />

word<strong>en</strong> aangemerkt, er gekoz<strong>en</strong> moet word<strong>en</strong> voor het afgev<strong>en</strong> van e<strong>en</strong><br />

bevel IF (Handeling<strong>en</strong> II 1999/2000, nr. 30). In paragraaf 2.7 gaan we in op<br />

de wijze waarop in de jurisprud<strong>en</strong>tie wordt omgegaan met verwer<strong>en</strong> dat<br />

e<strong>en</strong> feitelijk uitgevoerd undercovertraject niet overe<strong>en</strong> zou kom<strong>en</strong> met het<br />

formele bevel (SI, PK/PDV of IF) dat eraan t<strong>en</strong> grondslag ligt.<br />

47


48 <strong>Opspor<strong>en</strong></strong> <strong>onder</strong> <strong>dekmantel</strong><br />

2.4.2 Lokmiddel<strong>en</strong><br />

In de afgelop<strong>en</strong> jar<strong>en</strong> zijn in de media verschill<strong>en</strong>de bericht<strong>en</strong> versch<strong>en</strong><strong>en</strong><br />

over het gebruik van verschill<strong>en</strong>de lokmiddel<strong>en</strong> door de politie.<br />

Voorbeeld<strong>en</strong> daarvan zijn:<br />

– de lokvrachtwag<strong>en</strong> (om plegers van ladingdiefstall<strong>en</strong> op te spor<strong>en</strong>;<br />

www.nrc.nl; 16 mei 2008);<br />

– de lokfiets (fiets<strong>en</strong>diefstal; Trouw, 28 november 2008);<br />

– de lokwoning (inbrak<strong>en</strong>; Algeme<strong>en</strong> Dagblad (D<strong>en</strong> Haag), 27 november<br />

2008);<br />

– de lokag<strong>en</strong>te (ter opsporing van e<strong>en</strong> aanrander; www.nrc.nl, 5 november<br />

2008);<br />

– de lokprostituee (ter opsporing van pot<strong>en</strong>tiële klant<strong>en</strong> die opgehev<strong>en</strong><br />

tippelzones bezoek<strong>en</strong>; het Parool, 18 augustus 2007); <strong>en</strong><br />

– de lokadvert<strong>en</strong>tie. Dit betreft e<strong>en</strong> advert<strong>en</strong>tie die de politie plaatste in<br />

e<strong>en</strong> Bar<strong>en</strong>drechts huis-aan-huisblad. In de advert<strong>en</strong>tie werd<strong>en</strong> nieuwe<br />

fiets<strong>en</strong> te koop aangebod<strong>en</strong> à 35 euro. Pot<strong>en</strong>tiële kopers kond<strong>en</strong> zich<br />

meld<strong>en</strong> bij e<strong>en</strong> bepaald huis. Bij het huis aangekom<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> die<br />

pot<strong>en</strong>tiële kopers opgewacht door politieag<strong>en</strong>t<strong>en</strong> die h<strong>en</strong> verteld<strong>en</strong> dat<br />

heling strafbaar is. Deze actie had e<strong>en</strong> zuiver educatief-prev<strong>en</strong>tief doel<br />

(Algeme<strong>en</strong> Dagblad, 3 april 2009).<br />

Dergelijke lokmiddel<strong>en</strong> vall<strong>en</strong> niet <strong>onder</strong> de undercoverbevoegdhed<strong>en</strong>,<br />

<strong>en</strong> overig<strong>en</strong>s ook niet <strong>onder</strong> e<strong>en</strong> andere expliciet in het Wetboek van<br />

Strafvordering opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> opsporingsbevoegdheid. Wat deze middel<strong>en</strong><br />

inhoudelijk wel geme<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> met undercovertraject<strong>en</strong> is het elem<strong>en</strong>t<br />

van misleiding; het publiek waarbij het lokmiddel wordt ingezet is zich<br />

immers niet bewust dat de fiets, woning, vrouwelijke voorbijganger, prostituee<br />

of advert<strong>en</strong>tie <strong>onder</strong>deel uitmaakt van e<strong>en</strong> politieoptred<strong>en</strong>. Omdat<br />

ons <strong>onder</strong>zoek zich beperkt tot politiële <strong>uitvoering</strong> van undercoverbevoegdhed<strong>en</strong>,<br />

zal in het vervolg beperkt aandacht word<strong>en</strong> besteed aan<br />

lok middel<strong>en</strong>. 15<br />

2.4.3 Voorwaard<strong>en</strong> voor inzet van undercoverbevoegdhed<strong>en</strong><br />

Proportionaliteit <strong>en</strong> subsidiariteit<br />

Net zoals voor andere opsporingsinstrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> geld<strong>en</strong> ook voor het<br />

gebruik van undercoverbevoegdhed<strong>en</strong> bepaalde voorwaard<strong>en</strong>. Twee<br />

belangrijke beginsel<strong>en</strong> bij de toepassing van opsporingsmiddel<strong>en</strong> zijn het<br />

proportionaliteits- <strong>en</strong> het subsidiariteitsbeginsel. Het proportionaliteitsbeginsel<br />

houdt in dat de ingrijp<strong>en</strong>dheid van e<strong>en</strong> opsporingsinstrum<strong>en</strong>t<br />

in redelijke verhouding moet staan tot de ernst van het misdrijf. E<strong>en</strong><br />

15 Namelijk bij de bespreking van de jurisprud<strong>en</strong>tie (paragraaf 2.6.5) <strong>en</strong> bij de bespreking van de<br />

buit<strong>en</strong>landse wet- <strong>en</strong> regelgeving (met name paragraaf 3.5).


De <strong>regulering</strong> van undercovertraject<strong>en</strong> in Nederland<br />

eerste invulling van deze voorwaarde wordt gegev<strong>en</strong> in het Wetboek van<br />

Strafvordering, waarin voor de verschill<strong>en</strong>de opsporingsinstrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong><br />

wordt aangegev<strong>en</strong> bij welke misdrijv<strong>en</strong> zij mog<strong>en</strong> word<strong>en</strong> ingezet. Zo zijn<br />

er middel<strong>en</strong> die in principe bij alle misdrijv<strong>en</strong> mog<strong>en</strong> word<strong>en</strong> toegepast<br />

<strong>en</strong> middel<strong>en</strong> die alle<strong>en</strong> bij e<strong>en</strong> bepaalde categorie van misdrijv<strong>en</strong> mog<strong>en</strong><br />

word<strong>en</strong> ingezet, bijvoorbeeld bij misdrijv<strong>en</strong> waarbij voorlopige hecht<strong>en</strong>is<br />

is toegestaan (laatstbedoelde strafbare feit<strong>en</strong> staan omschrev<strong>en</strong><br />

in artikel 67, eerste lid Sv). Het subsidiariteitsbeginsel houdt in dat e<strong>en</strong><br />

opsporingsinstrum<strong>en</strong>t alle<strong>en</strong> wordt ingezet als met e<strong>en</strong> minder ingrijp<strong>en</strong>d<br />

middel niet hetzelfde resultaat kan word<strong>en</strong> behaald. In het Wetboek van<br />

Strafvordering krijgt dit beginsel e<strong>en</strong> eerste invulling doordat bijvoorbeeld<br />

bij e<strong>en</strong> deel van de opsporingsinstrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> is voorgeschrev<strong>en</strong> dat<br />

deze mog<strong>en</strong> word<strong>en</strong> gebruikt wanneer dat ‘in het belang van het <strong>onder</strong>zoek’<br />

is terwijl voor de inzet van andere opsporingsinstrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> de voorwaarde<br />

geldt dat het opsporings<strong>onder</strong>zoek die inzet ‘dring<strong>en</strong>d vordert’.<br />

De invulling die in het Wetboek van Strafvordering wordt gegev<strong>en</strong> aan<br />

beide beginsel<strong>en</strong> is e<strong>en</strong> eerste, minimale invulling. Dat voor e<strong>en</strong> opsporingsinstrum<strong>en</strong>t<br />

geldt dat er t<strong>en</strong> minste sprake moet zijn van e<strong>en</strong> misdrijf<br />

als omschrev<strong>en</strong> in artikel 67, eerste lid Sv, wil niet zegg<strong>en</strong> dat het gebruik<br />

van dat instrum<strong>en</strong>t dus ook in alle gevall<strong>en</strong> waarin sprake is van zo’n<br />

misdrijf proportioneel is. Binn<strong>en</strong> de aldus afgebak<strong>en</strong>de categorie van<br />

misdrijv<strong>en</strong> moet in ieder afz<strong>onder</strong>lijk geval bekek<strong>en</strong> word<strong>en</strong> of is voldaan<br />

aan het beginsel van proportionaliteit (<strong>en</strong> subsidiariteit). Neem de voorbeeld<strong>en</strong><br />

van respectievelijk de diefstal van e<strong>en</strong> rolletje drop <strong>en</strong> de diefstal<br />

van e<strong>en</strong> vrachtwag<strong>en</strong> die is volgelad<strong>en</strong> met kostbare elektronica. In beide<br />

gevall<strong>en</strong> is sprake van diefstal zoals b<strong>en</strong>oemd in artikel 310 Wetboek van<br />

Strafrecht (Sr), e<strong>en</strong> delict dat valt <strong>onder</strong> artikel 67, eerste lid Sv. Hoewel het<br />

in beide gevall<strong>en</strong> dus in beginsel om hetzelfde delict gaat – althans om<br />

hetzelfde wetsartikel – zal de feitelijke toepassing van het proportionaliteitsbeginsel,<br />

voor wat betreft de opsporingsmiddel<strong>en</strong> waarvan de inzet<br />

geoorloofd wordt geacht, bij het gestol<strong>en</strong> snoepgoed doorgaans e<strong>en</strong> andere<br />

uitkomst hebb<strong>en</strong> dan in het geval van de gestol<strong>en</strong> vrachtwag<strong>en</strong>. Ook<br />

voor het subsidiariteitsbeginsel geldt dat de toepassing van opsporingsinstrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong><br />

in ieder afz<strong>onder</strong>lijk geval aan dit beginsel moet word<strong>en</strong><br />

getoetst. 16<br />

Bekijk<strong>en</strong> we de voorwaard<strong>en</strong> van proportionaliteit <strong>en</strong> subsidiariteit gezam<strong>en</strong>lijk,<br />

dan geldt dat de eis<strong>en</strong> die <strong>onder</strong> titel IVa word<strong>en</strong> gesteld voor<br />

toepassing van PK/PDV hoger zijn dan die geld<strong>en</strong> voor SI <strong>en</strong> de eis<strong>en</strong> voor<br />

IF zijn weer hoger dan die voor PK/PDV. Hieruit blijkt dat in de og<strong>en</strong> van<br />

16 Zo kan voor bepaalde concrete toepassing<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> opsporingsinstrum<strong>en</strong>t e<strong>en</strong> zwaardere toets op<br />

proportionaliteit <strong>en</strong> subsidiariteit word<strong>en</strong> gehanteerd. Zo is in jurisprud<strong>en</strong>tie naar vor<strong>en</strong> gekom<strong>en</strong> dat het<br />

gebruik van SI jeg<strong>en</strong>s e<strong>en</strong> verdachte die in e<strong>en</strong> p<strong>en</strong>it<strong>en</strong>tiaire inrichting verblijft, alle<strong>en</strong> geoorloofd is na<br />

verzwaarde toets op beide beginsel<strong>en</strong>; er moet sprake zijn van e<strong>en</strong> bijz<strong>onder</strong> ernstig misdrijf <strong>en</strong> andere<br />

wijz<strong>en</strong> van opsporing mog<strong>en</strong> redelijkerwijs niet aanwezig zijn (zie paragraaf 2.6.3).<br />

49


50 <strong>Opspor<strong>en</strong></strong> <strong>onder</strong> <strong>dekmantel</strong><br />

de wetgever SI de minst ingrijp<strong>en</strong>de <strong>en</strong> IF de meest ingrijp<strong>en</strong>de van de<br />

drie undercoverbevoegdhed<strong>en</strong> is.<br />

De drempel die in het Wetboek van Strafvordering voor het gebruik van SI<br />

<strong>onder</strong> titel IVa wordt opgeworp<strong>en</strong>, is laag. Deze undercoverbevoegdheid<br />

mag word<strong>en</strong> ingezet bij ‘verd<strong>en</strong>king van e<strong>en</strong> misdrijf’, dat wil zegg<strong>en</strong> dat<br />

het gebruik van SI niet is beperkt tot e<strong>en</strong> bepaalde categorie van misdrijv<strong>en</strong>;<br />

het mag in beginsel bij alle delict<strong>en</strong> word<strong>en</strong> ingezet. Ook de subsidiariteitseis<br />

is hier bescheid<strong>en</strong>: SI kan word<strong>en</strong> gebruikt wanneer dat ‘in<br />

het belang van het <strong>onder</strong>zoek’ is (artikel 126j/qa Sv).<br />

E<strong>en</strong> PK/PDV mag <strong>onder</strong> titel IVa word<strong>en</strong> ingezet in geval van verd<strong>en</strong>king<br />

van e<strong>en</strong> ‘misdrijf als omschrev<strong>en</strong> in artikel 67’, eerste lid Sv, dat wil zegg<strong>en</strong><br />

misdrijv<strong>en</strong> waarvoor voorlopige hecht<strong>en</strong>is is toegelat<strong>en</strong> (artikel 126i/q Sv).<br />

De lat voor het gebruik van PK/PDV ligt op dit punt dus hoger dan bij SI.<br />

Dit wil overig<strong>en</strong>s niet zegg<strong>en</strong> dat PK/PDV alle<strong>en</strong> bij de ernstigste delict<strong>en</strong><br />

kan word<strong>en</strong> ingezet want zoals gezegd valt ook e<strong>en</strong> delict als diefstal<br />

<strong>onder</strong> artikel 67, eerste lid Sv. Verder moet ook het gebruik van PK/PDV ‘in<br />

het belang van het <strong>onder</strong>zoek’ zijn.<br />

Bij IF ligt de lat hoger zowel wat betreft de proportionaliteit als de subsidiariteit.<br />

Voor dit middel geldt dat er, <strong>onder</strong> titel IVa, sprake moet zijn van<br />

e<strong>en</strong> ‘misdrijf dat wordt g<strong>en</strong>oemd in artikel 67, eerste lid Sv, dat gezi<strong>en</strong> zijn<br />

aard of de sam<strong>en</strong>hang met andere door de verdachte begane misdrijv<strong>en</strong><br />

e<strong>en</strong> ernstige inbreuk op de rechtsorde oplevert’ <strong>en</strong> het moet zo zijn dat het<br />

<strong>onder</strong>zoek de inzet van IF ‘dring<strong>en</strong>d vordert’ (artikel 126h Sv).<br />

Voor inzet <strong>onder</strong> titel V geldt voor alle drie de undercoverbevoegdhed<strong>en</strong><br />

dat er e<strong>en</strong> ‘redelijk vermoed<strong>en</strong>’ moet bestaan dat er ‘in georganiseerd<br />

verband misdrijv<strong>en</strong> als omschrev<strong>en</strong> in artikel 67, eerste lid, word<strong>en</strong><br />

beraamd of gepleegd die gezi<strong>en</strong> hun aard of de sam<strong>en</strong>hang met andere<br />

misdrijv<strong>en</strong> die in dat georganiseerd verband word<strong>en</strong> beraamd of gepleegd<br />

e<strong>en</strong> ernstige inbreuk op de rechtsorde oplever<strong>en</strong>’ (artikel 126o Sv). Ook<br />

hier geldt weer dat inzet van SI <strong>en</strong> PK/PDV ‘in belang van het <strong>onder</strong>zoek’<br />

moet zijn <strong>en</strong> dat IF alle<strong>en</strong> gebruikt mag word<strong>en</strong> wanneer het <strong>onder</strong>zoek<br />

dat ‘dring<strong>en</strong>d vordert’.<br />

Instigatieverbod<br />

Lid 2 van artikel 126i <strong>en</strong> 126q <strong>en</strong> lid 2 van artikel 126h <strong>en</strong> 126p Sv schrijv<strong>en</strong><br />

voor dat de undercoverag<strong>en</strong>t bij de <strong>uitvoering</strong> van respectievelijk<br />

PK/PDV <strong>en</strong> IF, e<strong>en</strong> persoon niet mag br<strong>en</strong>g<strong>en</strong> ‘tot andere strafbare feit<strong>en</strong><br />

dan waarop di<strong>en</strong>s opzet reeds tevor<strong>en</strong> was gericht’. Dit wordt wel het<br />

instigatieverbod g<strong>en</strong>oemd. 17 Ook wordt regelmatig gesprok<strong>en</strong> over het<br />

uitlokkingsverbod, maar deze term is in feite onjuist. Wanneer namelijk<br />

duidelijk is dat de persoon in kwestie al criminele bedoeling<strong>en</strong> had, mag<br />

de undercoverag<strong>en</strong>t hem wel degelijk uitlokk<strong>en</strong> in de zin dat hij e<strong>en</strong> situ-<br />

17 Het instigatieverbod staat ook bek<strong>en</strong>d als het Tallon-criterium, afgeleid van de zaak Bruce Albert Tallon<br />

(Hoge Raad 4 december 1979, NJ 1980, 356; zie paragraaf 2.6.2).


De <strong>regulering</strong> van undercovertraject<strong>en</strong> in Nederland<br />

atie in scène mag zett<strong>en</strong> waarin die persoon zijn bedoeling<strong>en</strong> in concrete,<br />

criminele handeling<strong>en</strong> tot uiting kan lat<strong>en</strong> kom<strong>en</strong>. Waar het om gaat is dat<br />

de undercoverag<strong>en</strong>t iemand niet mag aanzett<strong>en</strong> tot het pleg<strong>en</strong> van misdrijv<strong>en</strong><br />

als die misdrijv<strong>en</strong> niet al in de bedoeling<strong>en</strong> van die persoon (zijn<br />

opzet) lag<strong>en</strong> opgeslot<strong>en</strong>. In paragraaf 2.6.2 gaan we bij de bespreking van<br />

de jurisprud<strong>en</strong>tie uitgebreid in op het instigatieverbod.<br />

Doel van de inzet<br />

Bijz<strong>onder</strong>e opsporingsbevoegdhed<strong>en</strong>, waar<strong>onder</strong> dus undercoverbevoegdhed<strong>en</strong>,<br />

mog<strong>en</strong> uitsluit<strong>en</strong>d met e<strong>en</strong> strafvorderlijk doel word<strong>en</strong> ingezet<br />

(artikel 132a Sv). Zij mog<strong>en</strong> dus niet word<strong>en</strong> gebruikt alle<strong>en</strong> maar ter verbetering<br />

van de ‘informatiepositie’. Natuurlijk kan het verzamel<strong>en</strong> van<br />

informatie wel e<strong>en</strong> doel zijn van e<strong>en</strong> undercovertraject. Zeker bij IF zal<br />

bijvoorbeeld het ‘zicht krijg<strong>en</strong> op de werkwijze <strong>en</strong> sam<strong>en</strong>stelling van de<br />

criminele organisatie’, vaak tot de doel<strong>en</strong> behor<strong>en</strong>. Echter: ‘de verbetering<br />

van de informatiepositie kan hoogst<strong>en</strong>s e<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong>geleg<strong>en</strong> doel zijn, maar<br />

mag nooit e<strong>en</strong> doel op zichzelf zijn’, aldus de memorie van toelichting<br />

(Kamerstukk<strong>en</strong> II 1996/97, 25 403, nr. 3, p. 3; zie ook Buruma, 2001: 73).<br />

Uiteindelijk moet het doel zijn het nem<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> strafvorderlijke beslissing.<br />

Strafvorderlijke consequ<strong>en</strong>ties van het niet-nalev<strong>en</strong> van de voorschrift<strong>en</strong><br />

Word<strong>en</strong> voorwaard<strong>en</strong> voor inzet of andere voorschrift<strong>en</strong> niet nageleefd bij<br />

de <strong>uitvoering</strong> van e<strong>en</strong> undercovertraject, dan is het aan de rechter om te<br />

besliss<strong>en</strong> wat voor gevolg<strong>en</strong> dit moet hebb<strong>en</strong>. Daarbij heeft hij in het geval<br />

van niet-herstelbare verzuim<strong>en</strong> drie sancties 18 tot zijn beschikking: strafvermindering<br />

(artikel 359a lid 1 sub a Sv), bewijsuitsluiting (artikel 359a<br />

lid 1 sub b Sv) <strong>en</strong> niet-ontvankelijkverklaring van het OM (artikel 359a lid<br />

1 sub c Sv). Hierbij di<strong>en</strong>t de rechter rek<strong>en</strong>ing te houd<strong>en</strong> met het belang dat<br />

het geschond<strong>en</strong> voorschrift di<strong>en</strong>t, de ernst van het verzuim <strong>en</strong> het nadeel<br />

dat daardoor wordt veroorzaakt (artikel 359a lid 2 Sv). In Nederland volstaat<br />

de rechter vaak met bewijsuitsluiting of strafvermindering <strong>en</strong> kan,<br />

indi<strong>en</strong> via andere opsporingsmethod<strong>en</strong> verkreg<strong>en</strong> bewijs voorhand<strong>en</strong><br />

is <strong>en</strong> dit voldo<strong>en</strong>de is voor vervolging, de verdachte alsnog word<strong>en</strong> vervolgd<br />

voor hetzelfde feit. Alle<strong>en</strong> in geval van ernstige sch<strong>en</strong>ding<strong>en</strong> van de<br />

beginsel<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> behoorlijke procesorde kan word<strong>en</strong> overgegaan tot het<br />

niet-ontvankelijk verklar<strong>en</strong> van het OM. Er moet dan sprake van zijn dat<br />

er ‘doelbewust <strong>en</strong> met grove veronachtzaming van de belang<strong>en</strong> van verdachte<br />

aan di<strong>en</strong>s recht op e<strong>en</strong> eerlijke behandeling van zijn zaak is tekortgedaan’<br />

(Buruma, 2001: 31). 19<br />

18 De Hoge Raad heeft in het arrest van 22 september 1998 (NJ 1999, 104) vastgesteld dat er nog e<strong>en</strong><br />

vierde mogelijkheid is: constater<strong>en</strong> dát er iets is misgegaan, z<strong>onder</strong> dat daaraan verdere consequ<strong>en</strong>ties<br />

word<strong>en</strong> verbond<strong>en</strong> (Cleir<strong>en</strong> & Nijboer, 2001: 901).<br />

19 Hoge Raad, 14 december 1999, LJN ZD1895.<br />

51


52 <strong>Opspor<strong>en</strong></strong> <strong>onder</strong> <strong>dekmantel</strong><br />

2.4.4 Uitvoer<strong>en</strong>de organisatie<br />

De Regeling infiltratieteams (Staatscourant, 2000, 7) geeft voorschrift<strong>en</strong><br />

voor <strong>onder</strong> andere de organisatie, sam<strong>en</strong>stelling <strong>en</strong> tak<strong>en</strong> van de infiltratieteams<br />

<strong>en</strong> de tak<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> <strong>onder</strong>steun<strong>en</strong>de e<strong>en</strong>heid bij het Korps<br />

landelijke politiedi<strong>en</strong>st<strong>en</strong> (KLPD). De regeling schrijft <strong>onder</strong> meer het volg<strong>en</strong>de<br />

voor:<br />

– Er zijn t<strong>en</strong> minste vijf regionale infiltratieteams <strong>en</strong> e<strong>en</strong> landelijk infiltratieteam<br />

(LIT), <strong>onder</strong>gebracht bij het KLPD.<br />

– De tak<strong>en</strong> van het LIT bestaan uit: het uitvoer<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> bevel tot<br />

IF wanneer: het gaat om e<strong>en</strong> rechtshulpverzoek; het gaat om IF t<strong>en</strong><br />

behoeve van e<strong>en</strong> opsporings<strong>onder</strong>zoek dat wordt uitgevoerd door<br />

e<strong>en</strong> recherche<strong>onder</strong>deel van het KLPD, zoals de Nationale Recherche;<br />

<strong>uitvoering</strong> door het LIT gew<strong>en</strong>st is gezi<strong>en</strong> de taak<strong>uitvoering</strong> van<br />

de regionale infiltratieteams. Verder kan het LIT word<strong>en</strong> belast met<br />

<strong>uitvoering</strong> van SI of PK/PDV <strong>en</strong> de begeleiding van e<strong>en</strong> burgerpseudokoper/-di<strong>en</strong>stverl<strong>en</strong>er.<br />

– De infiltratieteams hebb<strong>en</strong> in beginsel e<strong>en</strong> exclusieve bevoegdheid tot<br />

<strong>uitvoering</strong> van e<strong>en</strong> bevel tot IF. Wanneer led<strong>en</strong> van het LIT niet over de<br />

vereiste k<strong>en</strong>nis <strong>en</strong>/of vaardighed<strong>en</strong> beschikk<strong>en</strong>, kan <strong>uitvoering</strong> van de<br />

IF plaatsvind<strong>en</strong> door e<strong>en</strong> andere (Nederlandse of buit<strong>en</strong>landse) politieambt<strong>en</strong>aar<br />

of door e<strong>en</strong> opsporingsambt<strong>en</strong>aar van de Koninklijke<br />

Marechaussee of e<strong>en</strong> bijz<strong>onder</strong>e opsporingsdi<strong>en</strong>st <strong>en</strong> in het uiterste<br />

geval door e<strong>en</strong> niet-criminele burger. De voorkeursvolgorde voor de<br />

<strong>uitvoering</strong> van bevel IF is in dat geval: e<strong>en</strong> ex-lid van e<strong>en</strong> infiltratieteam;<br />

e<strong>en</strong> andere opsporingsambt<strong>en</strong>aar van politie, Koninklijke Marechaussee<br />

of e<strong>en</strong> Bijz<strong>onder</strong>e Opsporingsdi<strong>en</strong>st (BOD); e<strong>en</strong> niet-criminele<br />

burger. In alle gevall<strong>en</strong> wordt de uitvoerder van het bevel IF begeleid<br />

door e<strong>en</strong> begeleider van het infiltratieteam.<br />

– Daarnaast kunn<strong>en</strong> infiltratieteams SI <strong>en</strong> PK/PDV uitvoer<strong>en</strong>, maar dit<br />

is ge<strong>en</strong> exclusieve bevoegdheid. Het is aan de OvJ om, in overleg met<br />

het rechercheteam, te beoordel<strong>en</strong> of SI of PK/PDV <strong>onder</strong> zodanige<br />

omstandighed<strong>en</strong> moet word<strong>en</strong> uitgevoerd dat de inzet van het infiltratieteam<br />

is gebod<strong>en</strong>.<br />

– Bij de <strong>uitvoering</strong> van e<strong>en</strong> undercovertraject kunn<strong>en</strong> ook buit<strong>en</strong>landse<br />

opsporingsambt<strong>en</strong>ar<strong>en</strong> word<strong>en</strong> ingezet.<br />

– Er is e<strong>en</strong> e<strong>en</strong>heid bij het KLPD, het Team Nationale Coördinatie<br />

Politiële Infiltratie (TNCPI), die belast is met de selectie <strong>en</strong> opleiding<br />

van kandidaat-led<strong>en</strong> van de infiltratieteams, algem<strong>en</strong>e <strong>en</strong> bijz<strong>onder</strong>e<br />

<strong>onder</strong>steuning bij de taak<strong>uitvoering</strong> door de infiltratieteams <strong>en</strong> de<br />

coördinatie van internationale rechtshulpverzoek<strong>en</strong> met betrekking tot<br />

undercovertraject<strong>en</strong>.<br />

– E<strong>en</strong> infiltratieteam bestaat uit: e<strong>en</strong> teamleider; t<strong>en</strong> minste vier infiltrant<strong>en</strong>;<br />

<strong>en</strong> t<strong>en</strong> minste vier begeleiders.


De <strong>regulering</strong> van undercovertraject<strong>en</strong> in Nederland<br />

– De werving van kandidaat-led<strong>en</strong> van infiltratieteams geschiedt <strong>onder</strong><br />

verantwoordelijkheid van de korpsbeheerder van het beheerskorps. Die<br />

korpsbeheerder is ook verantwoordelijk voor het <strong>onder</strong>houd<strong>en</strong> van de<br />

k<strong>en</strong>nis <strong>en</strong> vaardighed<strong>en</strong> van de led<strong>en</strong> van de infiltratieteams.<br />

– De aanstelling van teamleiders, infiltrant<strong>en</strong> <strong>en</strong> begeleiders is verbond<strong>en</strong><br />

aan minimum- <strong>en</strong> maximumtermijn<strong>en</strong>.<br />

Op het mom<strong>en</strong>t van schrijv<strong>en</strong> is binn<strong>en</strong> de infiltratieteams e<strong>en</strong> reorganisatie<br />

gaande, die <strong>onder</strong> andere de c<strong>en</strong>tralisatie van de verschill<strong>en</strong>de<br />

infiltratieteams binn<strong>en</strong> één nieuw infiltratieteam behelst. In hoofdstuk 4<br />

wordt de nieuwe <strong>uitvoering</strong>sstructuur verder besprok<strong>en</strong>.<br />

2.4.5 Inzet burgers<br />

De Wet BOB geeft de mogelijkheid om de <strong>uitvoering</strong> van e<strong>en</strong> undercovertraject<br />

door e<strong>en</strong> burger te lat<strong>en</strong> plaatsvind<strong>en</strong>. Hiervoor zijn in het Wetboek<br />

van Strafvordering aparte artikel<strong>en</strong> opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>, namelijk artikel 126ij Sv<br />

<strong>en</strong> artikel 126z Sv voor PK/PDV, artikel 126v Sv voor SI <strong>en</strong> artikel 126w Sv<br />

<strong>en</strong> artikel 126x Sv voor IF. Voor <strong>uitvoering</strong> van undercoverbevoegdhed<strong>en</strong><br />

door burgers geld<strong>en</strong> dezelfde voorwaard<strong>en</strong>, betreff<strong>en</strong>de proportionaliteit,<br />

subsidiariteit, het verbod op instigatie <strong>en</strong> het doel waarmee de undercoverbevoegdheid<br />

wordt ingezet, als bij <strong>uitvoering</strong> door opsporingsambt<strong>en</strong>ar<strong>en</strong>.<br />

Voor PK/PDV <strong>en</strong> IF geldt dat <strong>uitvoering</strong> door e<strong>en</strong> burger alle<strong>en</strong> aan de<br />

orde kan zijn wanneer, naar het oordeel van de OvJ, inschakeling van e<strong>en</strong><br />

opsporingsambt<strong>en</strong>aar niet mogelijk is. Bij SI geldt deze voorwaarde niet.<br />

Het gebruik van criminele burgers wordt in de wetstekst zelf niet g<strong>en</strong>oemd<br />

maar in e<strong>en</strong> motie die door de Tweede Kamer is aang<strong>en</strong>om<strong>en</strong>, tijd<strong>en</strong>s de<br />

bespreking van het wetsvoorstel Wet BOB, is het gebruik van criminele<br />

burgers bij de undercoverbevoegdheid IF verbod<strong>en</strong> (Kamerstukk<strong>en</strong> II<br />

1998/99, 25 403, 23 251, nr. 33). Hoewel de motie niet in wetgeving is<br />

omgezet <strong>en</strong> moties formeel ge<strong>en</strong> directe kracht van wet hebb<strong>en</strong>, geldt in<br />

de <strong>uitvoering</strong>spraktijk e<strong>en</strong>, weliswaar niet absoluut, verbod op de inzet<br />

van criminele burgerinfiltrant<strong>en</strong>. De Minister van Justitie heeft naar<br />

aanleiding van de terroristische aanslag<strong>en</strong> van 11 september 2001 in e<strong>en</strong><br />

brief k<strong>en</strong>baar gemaakt dat in zeer uitz<strong>onder</strong>lijke gevall<strong>en</strong>, wanneer sprake<br />

is van e<strong>en</strong> <strong>onder</strong>zoek naar terreur, de inschakeling van e<strong>en</strong> criminele<br />

burgerinfiltrant mogelijk moet zijn (Kamerstukk<strong>en</strong> II 2002/03, 27 834,<br />

nr. 28). De motie heeft overig<strong>en</strong>s alle<strong>en</strong> betrekking op IF. Het gebruik<br />

van criminele burgers bij SI <strong>en</strong> PK/PDV is in beginsel dus mogelijk. In de<br />

praktijk word<strong>en</strong> burgers, al dan niet crimineel, echter weinig ingezet (zie<br />

paragraaf 4.2.1).<br />

53


54 <strong>Opspor<strong>en</strong></strong> <strong>onder</strong> <strong>dekmantel</strong><br />

2.4.6 Procedurele voorschrift<strong>en</strong><br />

Voor de <strong>uitvoering</strong> van e<strong>en</strong> undercovertraject moet de OvJ e<strong>en</strong> bevel<br />

uitvaardig<strong>en</strong>. Wanneer het om de voorg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> inzet van IF gaat, moet<br />

bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> eerst toestemming word<strong>en</strong> verkreg<strong>en</strong> van het College van PG’s.<br />

Daartoe moet de HOvJ van het parket waar de OvJ werkzaam is, de betreff<strong>en</strong>de<br />

zaak voorlegg<strong>en</strong> aan de C<strong>en</strong>trale toetsingscommissie (CTC). De CTC<br />

is e<strong>en</strong> <strong>onder</strong>deel van het OM dat adviez<strong>en</strong> uitbr<strong>en</strong>gt aan het College van<br />

PG’s omtr<strong>en</strong>t de inzet van e<strong>en</strong> aantal bijz<strong>onder</strong>e opsporingsbevoegdhed<strong>en</strong><br />

of -method<strong>en</strong>, zoals het opnem<strong>en</strong> van vertrouwelijke communicatie<br />

(direct afluister<strong>en</strong>) in e<strong>en</strong> woning, het afzi<strong>en</strong> van inbeslagname (doorlat<strong>en</strong>),<br />

toezegging<strong>en</strong> aan e<strong>en</strong> getuige <strong>en</strong> IF. Alvor<strong>en</strong>s e<strong>en</strong> OvJ dergelijke<br />

middel<strong>en</strong> kan toepass<strong>en</strong>, moet hij dit ter toetsing aanlever<strong>en</strong> bij de CTC.<br />

De CTC bekijkt de zaak <strong>en</strong> adviseert vervolg<strong>en</strong>s het College van PG’s om<br />

in het betreff<strong>en</strong>de geval wel of ge<strong>en</strong> toestemming te gev<strong>en</strong>. 20 Het College<br />

beslist uiteindelijk of de inzet van de bevoegdheid of methode is toegestaan.<br />

Het hebb<strong>en</strong> van toestemming betek<strong>en</strong>t niet automatisch dat de<br />

inzet van e<strong>en</strong> IF-traject ook rechtmatig is. Het is uiteindelijk de rechter die<br />

tijd<strong>en</strong>s zitting oordeelt over de rechtmatigheid van toegepaste bijz<strong>onder</strong>e<br />

opsporingsbevoegdhed<strong>en</strong> (Buruma, 2001: 25).<br />

Het bevel moet in beginsel schriftelijk word<strong>en</strong> gegev<strong>en</strong> <strong>en</strong> verl<strong>en</strong>gd. Voor<br />

SI <strong>en</strong> PK/PDV geldt dat in geval van dring<strong>en</strong>de noodzaak de uitvaardiging<br />

van het bevel <strong>en</strong> de verl<strong>en</strong>ging ervan ook mondeling kan plaatsvind<strong>en</strong>,<br />

mits binn<strong>en</strong> drie dag<strong>en</strong> het bevel alsnog schriftelijk wordt uitgevaardigd/<br />

verl<strong>en</strong>gd. E<strong>en</strong> bevel IF moet altijd schriftelijk word<strong>en</strong> gegev<strong>en</strong> <strong>en</strong> verl<strong>en</strong>gd.<br />

In het bevel moet staan:<br />

– de feit<strong>en</strong> <strong>en</strong> omstandighed<strong>en</strong> waaruit blijkt dat aan de eis<strong>en</strong> is voldaan<br />

die voor de betreff<strong>en</strong>de undercoverbevoegdheid zijn gesteld omtr<strong>en</strong>t<br />

het soort misdrijf waarvan sprake is <strong>en</strong> het belang voor het <strong>onder</strong>zoek<br />

dat inzet van de bevoegdheid heeft;<br />

– het misdrijf <strong>en</strong> de naam van de verdachte of anders e<strong>en</strong> zo nauwkeurig<br />

mogelijke omschrijving van de verdachte dan wel, <strong>onder</strong> titel V, e<strong>en</strong><br />

omschrijving van het georganiseerd verband;<br />

– de wijze waarop het bevel wordt uitgevoerd <strong>en</strong>, voor PK/PDV <strong>en</strong> IF, de<br />

te pleg<strong>en</strong> strafbare handeling<strong>en</strong> door de undercoverag<strong>en</strong>t <strong>en</strong>, voor PK/<br />

PDV, de aard van de goeder<strong>en</strong>, gegev<strong>en</strong>s of di<strong>en</strong>st<strong>en</strong> die respectievelijk<br />

afg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> <strong>en</strong> geleverd word<strong>en</strong>; <strong>en</strong><br />

– de geldigheidsduur van het bevel.<br />

Bij <strong>uitvoering</strong> van e<strong>en</strong> undercoverbevoegdheid door e<strong>en</strong> burger moet (ook)<br />

e<strong>en</strong> overe<strong>en</strong>komst met de burger word<strong>en</strong> afgeslot<strong>en</strong>. In die overe<strong>en</strong>komst<br />

moet <strong>onder</strong> andere word<strong>en</strong> opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> wat de recht<strong>en</strong> <strong>en</strong> plicht<strong>en</strong> zijn<br />

20 Doorgaans word<strong>en</strong> door de CTC alle<strong>en</strong> die zak<strong>en</strong> aan het College voorgelegd waarin de CTC adviseert<br />

om de gevraagde toestemming te verl<strong>en</strong><strong>en</strong>.


De <strong>regulering</strong> van undercovertraject<strong>en</strong> in Nederland<br />

van de burger. Verder moet in grote lijn<strong>en</strong> hetzelfde word<strong>en</strong> vastgelegd als<br />

bij <strong>uitvoering</strong> door e<strong>en</strong> opsporingsambt<strong>en</strong>aar.<br />

2.4.7 Transparantie <strong>en</strong> verantwoording<br />

Ook bij de <strong>uitvoering</strong> van undercovertraject<strong>en</strong> geldt de verbaliserings- <strong>en</strong><br />

notificatieplicht. Undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong> moet<strong>en</strong> dus van hun activiteit<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

bevinding<strong>en</strong> proces-verbaal opmak<strong>en</strong> <strong>en</strong> subject<strong>en</strong> teg<strong>en</strong> wie e<strong>en</strong> undercovertraject<br />

is ingezet moet<strong>en</strong>, zodra het belang van het <strong>onder</strong>zoek dat<br />

toelaat, daarvan schriftelijk op de hoogte word<strong>en</strong> gebracht. In paragraaf<br />

5.3 gaan we verder in op de praktische toepassing van deze voorschrift<strong>en</strong>,<br />

alsmede op <strong>en</strong>kele andere <strong>onder</strong>del<strong>en</strong> van het juridisch kader.<br />

Wanneer het undercovertraject bewijs heeft opgeleverd dat wordt gebruikt<br />

in e<strong>en</strong> rechtszaak teg<strong>en</strong> de verdachte, kan van ingezette undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong><br />

word<strong>en</strong> verlangd dat zij e<strong>en</strong> getuig<strong>en</strong>is aflegg<strong>en</strong>. In de Nederlandse<br />

situatie ligt het niet vast in welke vorm e<strong>en</strong> undercoverag<strong>en</strong>t die getuig<strong>en</strong>is<br />

moet aflegg<strong>en</strong>. In theorie is het dus mogelijk dat e<strong>en</strong> undercoverag<strong>en</strong>t<br />

ter zitting optreedt als ‘normale’ getuige, dat wil zegg<strong>en</strong> e<strong>en</strong> getuige die<br />

met bek<strong>en</strong>dwording van zijn id<strong>en</strong>titeit e<strong>en</strong> verklaring aflegt op e<strong>en</strong> op<strong>en</strong>bare<br />

zitting. In de praktijk echter word<strong>en</strong> undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong> vrijwel altijd<br />

gehoord als anonieme of bedreigde getuige (zie ook paragraaf 5.4.4). De<br />

mate van afscherming is bij de figuur van de bedreigde getuige het grootst<br />

(artikel 226a Sv). Het is de rechter-commissaris die, ambtshalve, op<br />

vordering van de OvJ of op verzoek van de verdachte of de getuige, beslist<br />

of e<strong>en</strong> getuige de status van bedreigde getuige krijgt. Teg<strong>en</strong> die beslissing<br />

kan in appel word<strong>en</strong> gegaan. Heeft e<strong>en</strong> getuige echter e<strong>en</strong>maal de<br />

status van bedreigde getuige, dan kan e<strong>en</strong> zittingsrechter dit niet meer<br />

ongedaan mak<strong>en</strong> <strong>en</strong> bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> geldt de status van bedreigde getuige<br />

voor de gehele gerechtelijke procedure, dus voor de zitting bij de rechtbank<br />

maar ook voor ev<strong>en</strong>tuele latere zitting<strong>en</strong> van het gerechtshof <strong>en</strong> de<br />

Hoge Raad. E<strong>en</strong> bedreigde getuige getuigt niet op zitting maar, ev<strong>en</strong>tueel<br />

met gebruikmaking van middel<strong>en</strong> als vermomming, t<strong>en</strong> overstaan van<br />

de rechter-commissaris. Bij de figuur van de anonieme getuige is het ook<br />

de rechter-commissaris die beslist over het toek<strong>en</strong>n<strong>en</strong> van deze status,<br />

maar de zittingsrechter kan alsnog besliss<strong>en</strong> dat de getuige niet-anoniem<br />

gehoord moet word<strong>en</strong> <strong>en</strong> bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> kan in alle fases van de gerechtelijke<br />

procedure de anonimiteit word<strong>en</strong> aangevocht<strong>en</strong>. Ook de anonieme getuige<br />

kan gebruikmak<strong>en</strong> van vermomming.<br />

2.5 Regelgeving<br />

De belangrijkste regelgeving met betrekking tot undercoverbevoegdhed<strong>en</strong><br />

bestaat uit de Regeling infiltratieteams (Staatscourant, 2000, 7). De inhoud<br />

55


56 <strong>Opspor<strong>en</strong></strong> <strong>onder</strong> <strong>dekmantel</strong><br />

van deze regeling is al aan de orde gekom<strong>en</strong> bij de bespreking van de uitvoer<strong>en</strong>de<br />

organisatie (paragraaf 2.4.4).<br />

2.6 Jurisprud<strong>en</strong>tie<br />

Behalve door de wettelijke bepaling<strong>en</strong> uit de Wet BOB wordt het juridisch<br />

kader voor het gebruik van undercoverbevoegdhed<strong>en</strong> in de opsporing<br />

voor e<strong>en</strong> belangrijk deel ingevuld door e<strong>en</strong> andere rechtsbron: de jurisprud<strong>en</strong>tie.<br />

Vooral voor norm<strong>en</strong> <strong>en</strong> beginsel<strong>en</strong> als het instigatieverbod,<br />

subsidiariteit <strong>en</strong> proportionaliteit geldt dat de concrete betek<strong>en</strong>is <strong>en</strong> werkingssfeer<br />

van deze begripp<strong>en</strong> wordt afgebak<strong>en</strong>d in gerechtelijke uitsprak<strong>en</strong>.<br />

Voordat we die gerechtelijke uitsprak<strong>en</strong> besprek<strong>en</strong>, gaan we eerst kort<br />

in op de manier waarop we naar die uitsprak<strong>en</strong> gezocht hebb<strong>en</strong>.<br />

Naar jurisprud<strong>en</strong>tie omtr<strong>en</strong>t undercoverbevoegdhed<strong>en</strong> is t<strong>en</strong> eerste<br />

gezocht via de databank Porta Iuris; e<strong>en</strong> applicatie op het netwerk van<br />

het ministerie van Justitie waarop wet- <strong>en</strong> regelgeving, jurisprud<strong>en</strong>tie,<br />

juridisch vaknieuws <strong>en</strong> docum<strong>en</strong>tatie te vind<strong>en</strong> is. Wat betreft jurisprud<strong>en</strong>tie<br />

zijn er in Porta Iuris meerdere databank<strong>en</strong> toegankelijk gemaakt;<br />

<strong>onder</strong> andere Rechtspraak.nl, RO-breed, de Huisdatabank <strong>en</strong> de NJ. Via de<br />

optie ‘uitgebreid zoek<strong>en</strong>’ is in augustus 2007 in alle databank<strong>en</strong> gezocht<br />

naar gerechtelijke uitsprak<strong>en</strong> vanaf 1 februari 2000 waarin op <strong>en</strong>ige plek<br />

e<strong>en</strong> van de volg<strong>en</strong>de trefwoord<strong>en</strong> voorkomt: ‘infiltratie’; ‘stelselmatige<br />

informatie-inwinning’; ‘pseudo-koop’; ‘pseudo-di<strong>en</strong>stverl<strong>en</strong>ing’; ‘Tallon’;<br />

<strong>en</strong> ‘undercover’. De resultat<strong>en</strong> zijn aangevuld met uitsprak<strong>en</strong>, zowel<br />

van voor, in als na de periode 2000-2007, uit e<strong>en</strong> tweede bron, namelijk<br />

uitsprak<strong>en</strong> die in de literatuur zijn aangetroff<strong>en</strong> of die ons zijn g<strong>en</strong>oemd<br />

door contactperson<strong>en</strong>. Uiteindelijk zijn van meer dan 70 unieke zak<strong>en</strong> de<br />

uitsprak<strong>en</strong> bekek<strong>en</strong>. In de hierna volg<strong>en</strong>de bespreking zull<strong>en</strong> deze overig<strong>en</strong>s<br />

niet alle aan bod kom<strong>en</strong>.<br />

Voor alle zak<strong>en</strong> waarvan alle<strong>en</strong> e<strong>en</strong> uitspraak van respectievelijk de rechtbank<br />

of het gerechtshof was gevond<strong>en</strong>, is actief gezocht naar e<strong>en</strong> uitspraak<br />

van e<strong>en</strong> hoger college. 21 Wanneer voor e<strong>en</strong> zaak uitsprak<strong>en</strong> zijn gevond<strong>en</strong><br />

van meerdere rechtscolleges, is alle<strong>en</strong> de uitspraak van het hoogste<br />

rechtscollege meeg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> dan wel is e<strong>en</strong> lagere uitspraak gebruikt<br />

waarvan is vastgesteld dat deze in de uitspraak van het hogere college is<br />

gehandhaafd. 22<br />

21 Dit zoek<strong>en</strong> is gedaan door in de databank<strong>en</strong> van Porta Iuris, via de zoekoptie (zoek) ‘in alle veld<strong>en</strong>’, te<br />

zoek<strong>en</strong> naar uitsprak<strong>en</strong> van gerechtshov<strong>en</strong> of de Hoge Raad waarin specifieke tekstfragm<strong>en</strong>t<strong>en</strong> (zoals<br />

nam<strong>en</strong> van person<strong>en</strong> of gedetailleerde omschrijving<strong>en</strong> van het delict (‘250.000 XTC-pill<strong>en</strong>’)) voorkom<strong>en</strong><br />

uit reeds gevond<strong>en</strong> uitsprak<strong>en</strong> van respectievelijk de rechtbank of e<strong>en</strong> gerechtshof.<br />

22 Wanneer bij e<strong>en</strong> gebruikte uitspraak van e<strong>en</strong> rechtbank ook e<strong>en</strong> uitspraak van e<strong>en</strong> gerechtshof<br />

is aangetroff<strong>en</strong>, wordt dit expliciet vermeld. Indi<strong>en</strong> bij e<strong>en</strong> uitspraak van e<strong>en</strong> gerechtshof ook e<strong>en</strong><br />

uitspraak van de Hoge Raad is gevond<strong>en</strong>, wordt dit alle<strong>en</strong> g<strong>en</strong>oemd als in het arrest is ingegaan op het<br />

betreff<strong>en</strong>de punt van aandacht.


De <strong>regulering</strong> van undercovertraject<strong>en</strong> in Nederland<br />

De in Nederland beschikbare databank<strong>en</strong> <strong>en</strong> zoeksystem<strong>en</strong>, waar<strong>onder</strong><br />

Porta Iuris, bied<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> volledig overzicht van álle gerechtelijke uitsprak<strong>en</strong>.<br />

Bij opname van uitsprak<strong>en</strong> in de bestaande databank<strong>en</strong> wordt altijd<br />

e<strong>en</strong> selectie aangebracht. Meestal vindt deze selectie plaats op basis van<br />

‘relevantie’ van de uitspraak. Aangezi<strong>en</strong> via Porta Iuris verschill<strong>en</strong>de<br />

gerechtelijke databank<strong>en</strong> zijn doorzocht <strong>en</strong> vanwege de verscheid<strong>en</strong>heid<br />

van de gebruikte zoekterm<strong>en</strong> <strong>en</strong> vanwege de aanvulling met uitsprak<strong>en</strong><br />

die in de literatuur <strong>en</strong> door contactperson<strong>en</strong> zijn aangedrag<strong>en</strong>, gaan we<br />

ervan uit dat de bestudeerde jurisprud<strong>en</strong>tie wel e<strong>en</strong> goed beeld geeft van<br />

de beginsel<strong>en</strong> op grond waarvan rechtscolleges ingaan op de inzet van<br />

undercoverbevoegdhed<strong>en</strong> <strong>en</strong> de argum<strong>en</strong>tatie die zij daarbij hanter<strong>en</strong>.<br />

Omdat we zoals gezegd ge<strong>en</strong> compleet overzicht hebb<strong>en</strong> van alle jurisprud<strong>en</strong>tie,<br />

kunn<strong>en</strong> we ge<strong>en</strong> harde uitsprak<strong>en</strong> do<strong>en</strong> over het aantal ker<strong>en</strong> dat<br />

bijvoorbeeld e<strong>en</strong> door de verdediging gevoerd verweer wordt verworp<strong>en</strong> of<br />

juist gegrond bevond<strong>en</strong> door de rechter.<br />

Hier<strong>onder</strong> gaan we inhoudelijk in op de gevond<strong>en</strong> uitsprak<strong>en</strong> aan de hand<br />

van de belangrijkste in de jurisprud<strong>en</strong>tie aangetroff<strong>en</strong> rechtsbeginsel<strong>en</strong>.<br />

2.6.1 Rechtmatigheid van undercovertraject<strong>en</strong> in het algeme<strong>en</strong><br />

Voor zover bek<strong>en</strong>d is de zaak Tallon, die eind jar<strong>en</strong> zev<strong>en</strong>tig speelde, e<strong>en</strong><br />

van de eerste zak<strong>en</strong> waarin door e<strong>en</strong> Nederlandse rechter is ingegaan op<br />

de rechtmatigheid van de inzet van undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong>. De zaak Tallon<br />

is vooral bek<strong>en</strong>d geword<strong>en</strong> omdat het arrest van de Hoge Raad in deze<br />

zaak heeft geleid tot e<strong>en</strong> omschrijving van het instigatieverbod, 23 dat in<br />

de volg<strong>en</strong>de subparagraaf wordt besprok<strong>en</strong>, maar in deze zaak zijn ook<br />

uitsprak<strong>en</strong> gedaan over de rechtmatigheid van undercovertraject<strong>en</strong> in het<br />

algeme<strong>en</strong>. 24 De Rechtbank Amsterdam stelde dat ‘het optred<strong>en</strong> van e<strong>en</strong><br />

politiefunctionaris <strong>onder</strong> <strong>dekmantel</strong> – als “undercover-ag<strong>en</strong>t” – gerechtvaardigd<br />

kan zijn’ wanneer het gaat om de opsporing van zeer ernstige<br />

criminaliteit, zoals drugshandel, <strong>en</strong> van reguliere opsporingsmiddel<strong>en</strong><br />

ge<strong>en</strong> resultaat is te verwacht<strong>en</strong> <strong>en</strong> het optred<strong>en</strong> bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> controleerbaar<br />

<strong>en</strong> met waarborg<strong>en</strong> omgev<strong>en</strong> is. 25 Aangezi<strong>en</strong> het Gerechtshof Amsterdam<br />

in het hoger beroep van de zaak Tallon niet is ingegaan op de vraag of e<strong>en</strong><br />

undercovertraject, in dit geval e<strong>en</strong> PK, als zodanig is toegestaan, kan wor-<br />

23 Hoge Raad, 4 december 1979, NJ 1980, 356.<br />

24 Op dat mom<strong>en</strong>t, <strong>en</strong> dat zou zo blijv<strong>en</strong> tot de invoering van de Wet BOB, had het undercover opspor<strong>en</strong><br />

ge<strong>en</strong> expliciete wettelijke basis.<br />

25 Rechtbank Amsterdam, 20 september 1978, LJN AC6350.<br />

57


58 <strong>Opspor<strong>en</strong></strong> <strong>onder</strong> <strong>dekmantel</strong><br />

d<strong>en</strong> aang<strong>en</strong>om<strong>en</strong> dat ook het gerechtshof dit opsporingsmiddel toelaatbaar<br />

heeft geacht. 26, 27<br />

2.6.2 Instigatieverbod<br />

Het tweede lid van artikel 126h <strong>en</strong> 126p (IF), 126i <strong>en</strong> 126q (PK/PDV) <strong>en</strong> het<br />

derde lid van artikel 126w <strong>en</strong> 126x (burger-IF), 126ij <strong>en</strong> 126z (burger-PK/<br />

PDV) Sv bindt respectievelijk de undercoverag<strong>en</strong>t <strong>en</strong> de burger aan de<br />

beperking dat hij bij de t<strong>en</strong>uitvoerlegging van het bevel, e<strong>en</strong> persoon niet<br />

mag br<strong>en</strong>g<strong>en</strong> tot andere strafbare feit<strong>en</strong> dan waarop di<strong>en</strong>s opzet reeds<br />

tevor<strong>en</strong> was gericht (instigatieverbod). De gedachte achter de beperking<br />

dat de verdachte niet tot andere handeling<strong>en</strong> gebracht mag word<strong>en</strong> dan<br />

die waarop zijn opzet reeds was gericht, is dat het niet de bedoeling kan<br />

zijn dat de politie t<strong>en</strong> behoeve van strafvervolging door middel van undercoverbevoegdhed<strong>en</strong><br />

zelf strafbare feit<strong>en</strong> in het lev<strong>en</strong> roept; het is met<br />

andere woord<strong>en</strong> niet de bedoeling dat de politie zelf criminaliteit creëert<br />

om die vervolg<strong>en</strong>s te gaan bestrijd<strong>en</strong>.<br />

Omdat van de verschill<strong>en</strong>de beginsel<strong>en</strong> die bij de inzet van opsporingsinstrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong><br />

van belang zijn het instigatieverbod juist voor undercovertraject<strong>en</strong><br />

relevant is <strong>en</strong> het ook het beginsel is dat door de verdediging in<br />

strafzak<strong>en</strong> waarin undercovertraject<strong>en</strong> e<strong>en</strong> rol spel<strong>en</strong> het meest wordt<br />

aangehaald, gaan we er hier vrij uitgebreid op in. In de afsluit<strong>en</strong>de paragraaf<br />

van dit hoofdstuk (2.7) wordt de inhoud die het instigatieverbod in<br />

de jurisprud<strong>en</strong>tie heeft gekreg<strong>en</strong> sam<strong>en</strong>gevat.<br />

De zaak Bruce Albert Tallon<br />

C<strong>en</strong>traal in de zaak Tallon staat het optred<strong>en</strong> in Nederland, in 1978,<br />

van twee undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong> van de Amerikaanse Drugs Enforcem<strong>en</strong>t<br />

Administration (DEA). De undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong> ded<strong>en</strong> zich voor als (mede)<br />

criminel<strong>en</strong> <strong>en</strong> (mede)handelar<strong>en</strong> in verdov<strong>en</strong>de middel<strong>en</strong> om in over-<br />

26 Gerechtshof Amsterdam, 2 februari 1979, LJN AB7252.<br />

27 In de gevond<strong>en</strong> jurisprud<strong>en</strong>tie bevond zich één uitspraak die van e<strong>en</strong> eerdere datum was. Sprak de<br />

Rechtbank Amsterdam zich op 20 september 1978 uit over de zaak Tallon (LJN AC6350), e<strong>en</strong> halfjaar<br />

eerder, op 22 maart, deed dezelfde rechtbank uitspraak in e<strong>en</strong> andere zaak waarin ev<strong>en</strong>e<strong>en</strong>s e<strong>en</strong><br />

verdachte was aangehoud<strong>en</strong> nadat hij e<strong>en</strong> undercoverag<strong>en</strong>t e<strong>en</strong> partij drugs had verkocht (in dit geval<br />

500 kilo hasj (LJN AC6223)). In de uitspraak van 22 maart stelde de Rechtbank Amsterdam dat de<br />

verdachte de hem t<strong>en</strong> laste gelegde feit<strong>en</strong> waarschijnlijk niet gepleegd zou hebb<strong>en</strong> z<strong>onder</strong> de inbr<strong>en</strong>g<br />

van de undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong>, maar opvall<strong>en</strong>d g<strong>en</strong>oeg leek de nadruk in het vonnis vooral te ligg<strong>en</strong> op<br />

het standpunt dat e<strong>en</strong> PK <strong>onder</strong> het dan geld<strong>en</strong>de recht sowieso niet geoorloofd was. In haar vonnis,<br />

waarin het OM niet-ontvankelijk werd verklaard, stelde zij <strong>onder</strong> andere: ‘De mogelijkheid is dan ook<br />

niet uitgeslot<strong>en</strong>, dat dat zo zwaar weg<strong>en</strong>de belang van de volksgezondheid het in deze zaak gebezigde<br />

middel – de deelneming van overheidswege aan strafbare feit<strong>en</strong>, ter opsporing van grote hoeveelhed<strong>en</strong><br />

verdov<strong>en</strong>de middel<strong>en</strong> – in bepaalde gevall<strong>en</strong> aanvaardbaar maakt. E<strong>en</strong> zodanig door de overheid uit e<strong>en</strong><br />

oogpunt van volksgezondheid ing<strong>en</strong>om<strong>en</strong> beleidsstandpunt mag er echter niet toe leid<strong>en</strong> dat dergelijke<br />

opsporingsmethod<strong>en</strong> ook als rechtmatig word<strong>en</strong> aanvaard naar de hier <strong>en</strong> nu geld<strong>en</strong>de norm<strong>en</strong> van<br />

strafprocesrecht. Het is immers hier te lande noch naar geld<strong>en</strong>d strafprocesrecht noch naar de in<br />

het algeme<strong>en</strong> rechtsbewustzijn lev<strong>en</strong>de beginsel<strong>en</strong> van behoorlijk bestuur (zijnde <strong>onder</strong> “bestuur” de<br />

opsporing <strong>en</strong> vervolging van strafbare feit<strong>en</strong> begrep<strong>en</strong>) aan de overheid geoorloofd om eerst strafbare<br />

feit<strong>en</strong> in het lev<strong>en</strong> te roep<strong>en</strong> althans mee in het lev<strong>en</strong> te roep<strong>en</strong> <strong>en</strong> deze vervolg<strong>en</strong>s op te spor<strong>en</strong> <strong>en</strong> te<br />

vervolg<strong>en</strong>.’ De achtergrond van deze og<strong>en</strong>schijnlijk vrij fundam<strong>en</strong>tele teg<strong>en</strong>strijdigheid van de beide<br />

vonniss<strong>en</strong>, nota b<strong>en</strong>e door dezelfde rechtbank uitgesprok<strong>en</strong>, is onbek<strong>en</strong>d.


De <strong>regulering</strong> van undercovertraject<strong>en</strong> in Nederland<br />

leg met hun chef <strong>en</strong> in sam<strong>en</strong>werking met de narcoticabrigade van de<br />

geme<strong>en</strong>tepolitie te Amsterdam <strong>en</strong> de plaatselijke OvJ op e<strong>en</strong> later tijdstip<br />

de aanhouding van één of meer verdacht<strong>en</strong> te bewerkstellig<strong>en</strong>. Bruce<br />

Tallon, e<strong>en</strong> t<strong>en</strong> tijde van het delict 27-jarige in Amsterdam woonachtige<br />

Amerikaan, werd ervan verdacht heroïne te smokkel<strong>en</strong> van Europa naar<br />

de Ver<strong>en</strong>igde Stat<strong>en</strong> (VS). De DEA was hierover getipt door e<strong>en</strong> (criminele)<br />

k<strong>en</strong>nis van Tallon. Deze k<strong>en</strong>nis arrangeerde e<strong>en</strong> ontmoeting in de VS<br />

tuss<strong>en</strong> Tallon <strong>en</strong> e<strong>en</strong> undercoverag<strong>en</strong>t van de DEA, Terry B. gehet<strong>en</strong>. De<br />

k<strong>en</strong>nis vertelde dat deze Terry geïnteresseerd was in het aankop<strong>en</strong> van<br />

heroïne. Er werd afgesprok<strong>en</strong> dat de heroïne in Amsterdam geleverd zou<br />

word<strong>en</strong>. Op 20 april 1978 zocht Tallon contact met Terry in Amsterdam.<br />

Tallon had e<strong>en</strong> kilo heroïne voor hem. Om het spoor naar de k<strong>en</strong>nis van<br />

Tallon zoveel mogelijk te wiss<strong>en</strong>, werd er echter nóg e<strong>en</strong> undercoverag<strong>en</strong>t<br />

geïntroduceerd. Daartoe vertelde Terry teg<strong>en</strong> Tallon dat hij uiteindelijk<br />

niet g<strong>en</strong>oeg geld bij elkaar had wet<strong>en</strong> te krijg<strong>en</strong> om de kilo heroïne te<br />

kop<strong>en</strong>, maar dat hij wel iemand anders wist die interesse had. Hierop<br />

kwam e<strong>en</strong> tweede undercoverag<strong>en</strong>t in beeld. Op 9 mei 1978 kwam het<br />

uiteindelijk tot e<strong>en</strong> levering <strong>en</strong> word<strong>en</strong> Tallon, zijn vri<strong>en</strong>din Saskia V.<br />

alsmede e<strong>en</strong> k<strong>en</strong>nis van Saskia V. die zij had b<strong>en</strong>aderd om de heroïne te<br />

lever<strong>en</strong> <strong>en</strong> twee koeriers gearresteerd. 28 De Rechtbank Amsterdam veroordeelde<br />

Tallon tot 24 maand<strong>en</strong> gevang<strong>en</strong>isstraf, 29 hetge<strong>en</strong> door het<br />

Gerechtshof Amsterdam werd teruggebracht tot 18 maand<strong>en</strong>. 30 Na de<br />

uitspraak door het Gerechtshof Amsterdam zijn zowel het OM als Bruce<br />

Tallon zelf in cassatie gegaan bij de Hoge Raad.<br />

De advocaat van Tallon stelde dat, omdat de undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong> zelf<br />

contact met Tallon hadd<strong>en</strong> gezocht, zijn cliënt was ‘uitgelokt’, dat wil<br />

zegg<strong>en</strong> door de undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong> was aangezet tot het pleg<strong>en</strong> van het<br />

strafbare feit. De Hoge Raad stelde echter dat Tallon alle<strong>en</strong> zou zijn ‘uitgelokt’<br />

als ze hem tot andere handeling<strong>en</strong> hadd<strong>en</strong> gebracht ‘dan die waarop<br />

zijn opzet reeds was gericht’. Het <strong>en</strong>kele feit dat de undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong><br />

het initiatief hadd<strong>en</strong> g<strong>en</strong>om<strong>en</strong> tot het contact, betek<strong>en</strong>de volg<strong>en</strong>s de Hoge<br />

Raad niet automatisch dat Tallon daarmee was gebracht tot andere feit<strong>en</strong><br />

dan waarop zijn opzet reeds was gericht. Dat het verkop<strong>en</strong> van drugs al in<br />

de bedoeling<strong>en</strong> lag van Tallon <strong>en</strong> dat hij daartoe dus niet was overgehaald<br />

door de undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong>, baseerde de Hoge Raad op de omstandigheid<br />

dat hij al in drugs handelde voordat hij de ag<strong>en</strong>t<strong>en</strong> ontmoette. Dit<br />

criminele verled<strong>en</strong> leidde de Hoge Raad af uit verklaring<strong>en</strong> van Tallon<br />

zelf, inhoud<strong>en</strong>de dat hij betrokk<strong>en</strong> was geweest bij eerdere transacties in<br />

verdov<strong>en</strong>de middel<strong>en</strong>, <strong>en</strong> van e<strong>en</strong> tipgever, die stelde dat Tallon e<strong>en</strong> andere<br />

persoon had aangebod<strong>en</strong> heroïne <strong>en</strong> cocaïne te lever<strong>en</strong>.<br />

28 Opmerkelijk is overig<strong>en</strong>s dat in plaats van de overe<strong>en</strong>gekom<strong>en</strong> kilo heroïne, Tallon 480 gram cocaïne<br />

leverde.<br />

29 Rechtbank Amsterdam, 20 september 1978, LJN AC6350.<br />

30 Gerechtshof Amsterdam, 2 februari 1979, LJN AB7252.<br />

59


60 <strong>Opspor<strong>en</strong></strong> <strong>onder</strong> <strong>dekmantel</strong><br />

De term ‘uitlokking’ is, zoals deze hierbov<strong>en</strong> is gebruikt, misleid<strong>en</strong>d. Beter<br />

is het te sprek<strong>en</strong> over ‘ontoelaatbare uitlokking’. Het uitlokk<strong>en</strong> door e<strong>en</strong><br />

opsporingsambt<strong>en</strong>aar van e<strong>en</strong> persoon, dat wil zegg<strong>en</strong> hem aanspor<strong>en</strong><br />

tot e<strong>en</strong> handeling, hem ‘uit zijn t<strong>en</strong>t lokk<strong>en</strong>’, is op zichzelf namelijk niet<br />

strijdig met het instigatieverbod. Uit e<strong>en</strong> arrest van de Hoge Raad uit<br />

2001 31 blijkt dat uitlokking door e<strong>en</strong> undercoverag<strong>en</strong>t niet hoeft te betek<strong>en</strong><strong>en</strong><br />

dat e<strong>en</strong> verdachte door dergelijk optred<strong>en</strong> is gebracht tot andere<br />

strafbare feit<strong>en</strong> dan die waarop zijn opzet reeds tevor<strong>en</strong> was gericht. E<strong>en</strong><br />

under coverag<strong>en</strong>t mag dus wel degelijk ‘uitlokk<strong>en</strong>’ of e<strong>en</strong> valstrik opzett<strong>en</strong>,<br />

zolang de uitgelokte daarmee maar niet wordt aangezet tot iets wat niet al<br />

in zijn bedoeling<strong>en</strong> beslot<strong>en</strong> lag.<br />

In uitsprak<strong>en</strong> van de Hoge Raad na het Tallon-arrest is het instigatieverbod<br />

verder uitgewerkt, dat wil zegg<strong>en</strong> in verschill<strong>en</strong>de dim<strong>en</strong>sies of<br />

elem<strong>en</strong>t<strong>en</strong> ontleed.<br />

Inhoud instigatieverbod<br />

Het instigatieverbod bevat e<strong>en</strong> subjectief, e<strong>en</strong> objectief <strong>en</strong>, zo concludeert<br />

A-G Jörg in e<strong>en</strong> arrest van de Hoge Raad 32 in 2000, e<strong>en</strong> temporeel elem<strong>en</strong>t,<br />

dat deels sam<strong>en</strong>valt met het subjectieve elem<strong>en</strong>t.<br />

Het subjectieve elem<strong>en</strong>t richt zich op het opzet 33 van de verdachte. Opzet<br />

valt te definiër<strong>en</strong> als de daadwerkelijke bereidheid van e<strong>en</strong> verdachte om<br />

over te gaan tot het pleg<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> strafbaar feit als de mogelijkheid zich<br />

voordoet. Het opzetbegrip is niet gericht op e<strong>en</strong> concreet strafbaar feit<br />

maar doelt juist op de algem<strong>en</strong>e bereidheid om handel<strong>en</strong>d op te tred<strong>en</strong><br />

zodra de geleg<strong>en</strong>heid zich voordoet. 34 In dit verband wordt daarom<br />

gesprok<strong>en</strong> over g<strong>en</strong>erieke opzet. Het gaat er dus niet om dat aangetoond<br />

kan word<strong>en</strong> dat e<strong>en</strong> verdachte van zins was e<strong>en</strong> specifiek, concreet<br />

misdrijf te pleg<strong>en</strong>. We gev<strong>en</strong> e<strong>en</strong> voorbeeld. Stel dat e<strong>en</strong> van drugshandel<br />

verdachte persoon wordt aangehoud<strong>en</strong> nadat hij vier kilo cocaïne aan e<strong>en</strong><br />

undercoverag<strong>en</strong>t heeft verkocht. Teg<strong>en</strong> deze verdachte is door de politie<br />

dus het middel PK ingezet. In deze casus slaat het g<strong>en</strong>erieke opzet niet<br />

specifiek op de bedoeling die de verdachte al dan niet zou hebb<strong>en</strong> om op<br />

dat <strong>en</strong>e mom<strong>en</strong>t vier kilo cocaïne aan de undercoverag<strong>en</strong>t te verkop<strong>en</strong>,<br />

maar meer op zijn algem<strong>en</strong>e int<strong>en</strong>tie om, wanneer zich e<strong>en</strong> kans aandi<strong>en</strong>t,<br />

drugs te verhandel<strong>en</strong> in soortgelijke hoeveelhed<strong>en</strong>.<br />

Er zijn verschill<strong>en</strong>de grond<strong>en</strong> op basis waarvan g<strong>en</strong>erieke opzet van de<br />

verdachte kan word<strong>en</strong> aang<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. Het opzet kan t<strong>en</strong> eerste blijk<strong>en</strong> uit<br />

informatie die erop wijst dat de verdachte in het verled<strong>en</strong> soortgelijke<br />

31 Hoge Raad, 23 januari 2001, NJ 2001, 218, m.nt. Y. Buruma.<br />

32 Hoge Raad, 26 september 2000, NJ 2000, 739, m.nt. T.M. Schalk<strong>en</strong>. Zie de uitgebreide conclusie van A-G<br />

Jörg inzake het instigatieverbod.<br />

33 M<strong>en</strong> spreekt hier over het opzet <strong>en</strong> niet over de opzet. Het opzet betek<strong>en</strong>t ‘dat wat m<strong>en</strong> beraamt’. De<br />

opzet staat voor de ‘wijze waarop iets georganiseerd wordt’ (Van Dale).<br />

34 Hoge Raad, 17 september 1981, NJ 1981, 536, m.nt. G.E. Mulder.


De <strong>regulering</strong> van undercovertraject<strong>en</strong> in Nederland<br />

criminele activiteit<strong>en</strong> heeft ontplooid. Zo kwam het Gerechtshof Amsterdam<br />

in de zaak Tallon tot haar oordeel dat het (g<strong>en</strong>erieke) opzet van<br />

Bruce Tallon ook z<strong>onder</strong> tuss<strong>en</strong>komst van de undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong> reeds<br />

was gericht op het verkop<strong>en</strong> van verdov<strong>en</strong>de middel<strong>en</strong>, op grond van de<br />

constatering dat hij al voor de ontmoeting met de ag<strong>en</strong>t<strong>en</strong> betrokk<strong>en</strong> was<br />

geweest bij drugshandel. 35<br />

Indi<strong>en</strong>, t<strong>en</strong> tweede, e<strong>en</strong> verdachte gelijktijdig met zijn contact<strong>en</strong> met de<br />

undercoverag<strong>en</strong>t contact<strong>en</strong> <strong>onder</strong>houdt met andere pot<strong>en</strong>tiële afnemers<br />

van harddrugs, kan dit ook blijk gev<strong>en</strong> van het opzet van verdachte. 36 Uit<br />

het feit dat verdachte zijn handelswaar aan meerdere person<strong>en</strong> aanbiedt,<br />

blijkt, zo is de red<strong>en</strong>ering, dat zijn opzet ook z<strong>onder</strong> het contact met de<br />

undercoverag<strong>en</strong>t reeds was gericht op het verkop<strong>en</strong> van de handelswaar.<br />

T<strong>en</strong> derde kunn<strong>en</strong> ook uitsprak<strong>en</strong> van derd<strong>en</strong> omtr<strong>en</strong>t de criminele activiteit<strong>en</strong><br />

van e<strong>en</strong> persoon word<strong>en</strong> gebruikt om tot de conclusie te kom<strong>en</strong> dat<br />

de verdachte de misdrijv<strong>en</strong> die hij t<strong>en</strong> overstaan van de undercoverag<strong>en</strong>t<br />

heeft gepleegd, ook al eerder heeft begaan. Het gaat dan met name om<br />

door de Criminele Inlichting<strong>en</strong> E<strong>en</strong>heid (CIE) verzamelde informatie. E<strong>en</strong><br />

voorbeeld hiervan vind<strong>en</strong> we in e<strong>en</strong> zaak uit 2006. In die zaak werd teg<strong>en</strong><br />

e<strong>en</strong> verdachte van wap<strong>en</strong>handel SI <strong>en</strong> e<strong>en</strong> PK (van vuurwap<strong>en</strong>s) ingezet.<br />

Bij de beoordeling door de Rechtbank Rotterdam of het (g<strong>en</strong>erieke) opzet<br />

reeds tevor<strong>en</strong> bestond, hield zij rek<strong>en</strong>ing met het feit dat de verdachte<br />

‘blijk<strong>en</strong>s (…) CIE-informatie – reeds verdacht werd van betrokk<strong>en</strong>heid bij<br />

de handel in dan wel het bezit van wap<strong>en</strong>s’. 37<br />

E<strong>en</strong> vierde bron op basis waarvan het opzet van de verdachte kan word<strong>en</strong><br />

afgeleid, vind<strong>en</strong> we in feit<strong>en</strong> <strong>en</strong> omstandighed<strong>en</strong> rondom e<strong>en</strong> PK. Zo kan<br />

de termijn waarop de levering van de handelswaar plaatsvindt <strong>en</strong> de<br />

hoeveelheid handelswaar die verdachte kan lever<strong>en</strong> of de ‘vakk<strong>en</strong>nis’ die<br />

e<strong>en</strong> verdachte t<strong>en</strong> toon spreidt iets zegg<strong>en</strong> over het opzet van de verdachte;<br />

het opzet van verdachte wordt eerder aang<strong>en</strong>om<strong>en</strong> indi<strong>en</strong> de verdachte in<br />

staat is snel (e<strong>en</strong> grote hoeveelheid) te lever<strong>en</strong> <strong>en</strong> wanneer duidelijk blijkt<br />

dat hij inhoudelijk goed is ingewerkt in de betreff<strong>en</strong>de handel (doorgaans<br />

drugs). De Hoge Raad, in e<strong>en</strong> zaak uit 1988 38 waarin de verdachte aanvoerde<br />

dat hij was uitgelokt tot het verkop<strong>en</strong> van heroïne aan e<strong>en</strong> undercoverag<strong>en</strong>t,<br />

<strong>onder</strong>schreef het oordeel van het gerechtshof dat er ge<strong>en</strong> sprake<br />

was van uitlokking aangezi<strong>en</strong> verdachte binn<strong>en</strong> korte tijd tot tweemaal<br />

35 Het Gerechtshof Amsterdam stelde <strong>onder</strong> andere vast dat Tallon tot twee maal toe bij e<strong>en</strong> transactie<br />

in verdov<strong>en</strong>de middel<strong>en</strong> betrokk<strong>en</strong> was geweest <strong>en</strong> ter zake van één van die transacties in Thailand<br />

gevang<strong>en</strong> was g<strong>en</strong>om<strong>en</strong> (Gerechtshof Amsterdam, 2 februari 1979, LJN AB7252). E<strong>en</strong> ander voorbeeld<br />

waarin informatie uit eerdere opsporings<strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong> is gebruikt om het g<strong>en</strong>erieke opzet van e<strong>en</strong><br />

verdachte aan te ton<strong>en</strong>, vind<strong>en</strong> we in e<strong>en</strong> uitspraak van de Rechtbank Utrecht (3 april 2008, LJN<br />

BC8607).<br />

36 Rechtbank Utrecht, 3 april 2008, LJN BC8607.<br />

37 Rechtbank Rotterdam, 19 december 2006, LJN AZ8683.<br />

38 Hoge Raad, 24 oktober 1989, NJ 1990, 239.<br />

61


62 <strong>Opspor<strong>en</strong></strong> <strong>onder</strong> <strong>dekmantel</strong><br />

toe over e<strong>en</strong> zeer aanzi<strong>en</strong>lijke hoeveelheid heroïne kon beschikk<strong>en</strong>. 39 In<br />

e<strong>en</strong> andere zaak uit 2007 speelde het teg<strong>en</strong>overgestelde: het feit dat het<br />

de verdachte aanvankelijk veel moeite kostte om de XTC tijdig <strong>en</strong> in de<br />

afgesprok<strong>en</strong> hoeveelheid te lever<strong>en</strong>, maakte dat de rechtbank niet vast kon<br />

stell<strong>en</strong> dat het opzet van verdachte reeds tevor<strong>en</strong> op de handel in XTC was<br />

gericht. 40<br />

E<strong>en</strong> in verband met het instigatieverbod relevante <strong>en</strong> vaak aangehaalde<br />

zaak is de uitspraak van het Europese Hof voor de Recht<strong>en</strong> van de M<strong>en</strong>s<br />

(EHRM) in de zaak Teixeira de Castro. 41 Francisco Teixeira de Castro, e<strong>en</strong><br />

Portugees staatsburger, werd in de nacht van 30 op 31 december 1992<br />

gearresteerd to<strong>en</strong> hij 20 gram heroïne leverde aan twee Portugese undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong>.<br />

T<strong>en</strong> behoeve van e<strong>en</strong> goed begrip van de uitspraak van het EHRM<br />

beschrijv<strong>en</strong> we kort de feitelijke gang van zak<strong>en</strong> rondom de PK. Het betreff<strong>en</strong>de<br />

politie<strong>onder</strong>zoek was oorspronkelijk niet gericht op Teixeira de<br />

Castro. Het opsporings<strong>onder</strong>zoek richtte zich op <strong>en</strong>e V.S., die verdacht<br />

werd van smokkel van kleine hoeveelhed<strong>en</strong> hasj. Met als doel om de leverancier<br />

van V.S. in hand<strong>en</strong> te krijg<strong>en</strong> b<strong>en</strong>aderd<strong>en</strong> de undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong><br />

hem met de vraag of hij meerdere kilogramm<strong>en</strong> hasj kon lever<strong>en</strong>. V.S. zei<br />

toe e<strong>en</strong> leverancier te zoek<strong>en</strong>, maar z<strong>onder</strong> succes. Laat op de avond van<br />

30 december 1992 b<strong>en</strong>aderd<strong>en</strong> de undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong> hem weer. Nu zeid<strong>en</strong><br />

ze dat ze geïnteresseerd war<strong>en</strong> in het kop<strong>en</strong> van heroïne. V.S. noemde to<strong>en</strong><br />

de naam van Teixeira de Castro als zijnde iemand die wellicht in staat<br />

was om de gevraagde waar te lever<strong>en</strong>. V.S. wist echter niet waar Teixeira<br />

de Castro woonde <strong>en</strong> hij ging, sam<strong>en</strong> met de undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong>, daarom<br />

naar iemand anders, F.O., die wel op de hoogte was van dat adres. Vervolg<strong>en</strong>s<br />

begav<strong>en</strong> alle vier, de twee undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong>, V.S. <strong>en</strong> F.O., zich naar<br />

het huis van Teixeira de Castro, welke van de undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong> het<br />

verzoek kreeg om 20 gram heroïne te lever<strong>en</strong> teg<strong>en</strong> e<strong>en</strong> prijs van 200.000<br />

Escudo, wat gelijk staat aan ongeveer 1.000 euro. Teixeira de Castro stemde<br />

hiermee in <strong>en</strong> ging sam<strong>en</strong> met F.O. naar e<strong>en</strong> andere persoon, J.P.O, om<br />

de drugs te kop<strong>en</strong>. Deze J.P.O. verkreeg op zijn beurt de heroïne bij weer<br />

e<strong>en</strong> ander <strong>en</strong> verkocht het aan Teixeira de Castro. De laatstg<strong>en</strong>oemde<br />

leverde de drugs uiteindelijk aan de undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong> <strong>en</strong> werd gearresteerd.<br />

Iets minder dan e<strong>en</strong> jaar later kreeg hij door de rechtbank zes<br />

39 In e<strong>en</strong> zaak die speelde voor de Rechtbank Roermond (23 december 2005, LJN AU8633; oordeel<br />

wat betreft instigatieverbod gehandhaafd door Gerechtshof ’s-Hertog<strong>en</strong>bosch 29 november 2006,<br />

LJN AZ4125) heeft de rechter bepaald dat: uit de omstandigheid dat verdachte prompt inhoudelijk<br />

kon reager<strong>en</strong> op het verzoek van de undercoverag<strong>en</strong>t om informatie over kwaliteit<strong>en</strong> <strong>en</strong> prijz<strong>en</strong><br />

van verschill<strong>en</strong>de soort<strong>en</strong> hasj; de verdachte z<strong>onder</strong> comm<strong>en</strong>taar e<strong>en</strong> bestelling van 50 kilo hasj<br />

accepteerde; <strong>en</strong> hij aan de undercoverag<strong>en</strong>t vroeg of hij de hasj in ‘plakk<strong>en</strong>’ wil hebb<strong>en</strong> of in ‘rep<strong>en</strong>’<br />

gesned<strong>en</strong>, blijkt dat verdachte al vóór de bestelling door de undercoverag<strong>en</strong>t (rec<strong>en</strong>te) ervaring<strong>en</strong> in<br />

de handel van hasj had <strong>en</strong> zich op grote schaal met die handel bezig heeft gehoud<strong>en</strong>. Op basis daarvan<br />

concludeerde de rechtbank dat verdachte niet is gebracht tot andere strafbare feit<strong>en</strong> waarop zijn opzet<br />

niet tevor<strong>en</strong> was gericht.<br />

40 Rechtbank Zwolle, 3 mei 2007, LJN BA4345.<br />

41 EHRM, 9 juni 1998, LJN AD4193.


De <strong>regulering</strong> van undercovertraject<strong>en</strong> in Nederland<br />

jaar gevang<strong>en</strong>isstraf opgelegd, welke straf ook na e<strong>en</strong> beroep bij e<strong>en</strong> hoger<br />

Portugees rechtscollege gehandhaafd bleef. Het EHRM oordeelde echter<br />

dat er sprake was van instigatie <strong>en</strong> dat de gang van zak<strong>en</strong> daarom strijdig<br />

was met artikel 6 van het EVRM, dat ziet op e<strong>en</strong> eerlijk proces. Het gebruik<br />

van undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong>, zo oordeelde het EHRM, moet aan beperking<strong>en</strong><br />

zijn gebond<strong>en</strong> <strong>en</strong> met waarborg<strong>en</strong> omkleed. De strijd teg<strong>en</strong> de drugshandel<br />

kan niet rechtvaardig<strong>en</strong> dat er bewijsmateriaal wordt gebruikt dat<br />

door middel van ontoelaatbare uitlokking is verkreg<strong>en</strong>.<br />

In de betreff<strong>en</strong>de uitspraak stelde het EHRM met betrekking tot het opzet<br />

van de verdachte – het subjectieve elem<strong>en</strong>t van het instigatieverbod – dat<br />

uit niets bleek dat de Portugese autoriteit<strong>en</strong> red<strong>en</strong> hadd<strong>en</strong> te vermoed<strong>en</strong><br />

dat Teixeira de Castro e<strong>en</strong> drugshandelaar was. 42 Integ<strong>en</strong>deel: hij had<br />

ge<strong>en</strong> justitiële docum<strong>en</strong>tatie opgebouwd <strong>en</strong> er liep, zoals we hierbov<strong>en</strong><br />

zag<strong>en</strong>, oorspronkelijk ge<strong>en</strong> <strong>onder</strong>zoek teg<strong>en</strong> hem. Teixeira de Castro had<br />

de drugs ook niet in huis: hij had ze van iemand anders betrokk<strong>en</strong>, die de<br />

drugs op zijn beurt van weer e<strong>en</strong> andere persoon had afg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. Teixeira<br />

de Castro had bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> niet meer drugs bij zich dan de drugs waarom<br />

door de politieambt<strong>en</strong>ar<strong>en</strong> was gevraagd. Er was, aldus het EHRM, dus<br />

ge<strong>en</strong> bewijs voor de stelling van de Portugese regering dat hij gericht was<br />

(‘predisposed’) op het pleg<strong>en</strong> van strafbare feit<strong>en</strong>.<br />

We zi<strong>en</strong> in deze uitspraak twee van de eerder g<strong>en</strong>oemde grond<strong>en</strong> terugker<strong>en</strong><br />

op basis waarvan het opzet van e<strong>en</strong> persoon (het subjectieve<br />

elem<strong>en</strong>t) kan word<strong>en</strong> bepaald: het (ontbrek<strong>en</strong>de) criminele verled<strong>en</strong> van<br />

e<strong>en</strong> persoon <strong>en</strong> de hoeveelheid drugs die iemand levert. Het EHRM stelde<br />

verder dat uit het ontbrek<strong>en</strong> van het opzet van Teixeira de Castro noodzakelijkerwijs<br />

volgt (‘necessary infer<strong>en</strong>ce’) dat de twee undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong><br />

zich niet hebb<strong>en</strong> beperkt tot het <strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong> van het strafbare handel<strong>en</strong><br />

van Teixeira de Castro op e<strong>en</strong> hoofdzakelijk passieve manier, maar eerder<br />

actief hebb<strong>en</strong> opgetred<strong>en</strong>, waardoor ze e<strong>en</strong> zodanige invloed hebb<strong>en</strong><br />

uitgeoef<strong>en</strong>d dat daarmee is aangezet tot het pleg<strong>en</strong> van strafbare feit<strong>en</strong>. 43<br />

Hiermee zijn we aangekom<strong>en</strong> bij het objectieve elem<strong>en</strong>t van het instigatieverbod.<br />

Het objectieve elem<strong>en</strong>t richt zich op het optred<strong>en</strong> van de undercoverag<strong>en</strong>t.<br />

Het gaat er daarbij om dat de undercoverag<strong>en</strong>t zich niet van ongeoorloofde<br />

methodes bedi<strong>en</strong>t. 44 De undercoverag<strong>en</strong>t mag niet zodanige ini tiatiev<strong>en</strong><br />

ontplooi<strong>en</strong> dat hij treedt buit<strong>en</strong> de voorstelling die de verdachte zelf reeds<br />

koestert over de inhoud van het contact tuss<strong>en</strong> beid<strong>en</strong> (Buruma, 2001: 69).<br />

In de Memorie van Toelichting staat dat de undercoverag<strong>en</strong>t het verrich-<br />

42 Overig<strong>en</strong>s z<strong>onder</strong> de zaak Tallon of de verschill<strong>en</strong>de elem<strong>en</strong>t<strong>en</strong> van het verbod als zodanig te noem<strong>en</strong>.<br />

43 Interessant is dat het EHRM dus op basis van het ontbrek<strong>en</strong> van het opzet bij Teixeira de Castro,<br />

het subjectieve elem<strong>en</strong>t, conclusies trekt over het handel<strong>en</strong> van de undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong>, wat <strong>onder</strong><br />

het objectieve elem<strong>en</strong>t valt (Teixeira de Castro had niet de bedoeling om e<strong>en</strong> misdrijf te pleg<strong>en</strong>, dus<br />

(‘necessary infer<strong>en</strong>ce’) de undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> hem daartoe aangezet).<br />

44 Rechtbank Rotterdam, 19 december 2006, LJN AZ8683.<br />

63


64 <strong>Opspor<strong>en</strong></strong> <strong>onder</strong> <strong>dekmantel</strong><br />

t<strong>en</strong> van bepaalde handeling<strong>en</strong> door de verdachte wel mag ‘<strong>en</strong>sc<strong>en</strong>er<strong>en</strong>’,<br />

met andere woord<strong>en</strong> ‘uitlokk<strong>en</strong>’, maar het moet blijk<strong>en</strong> dat de verdachte<br />

ook z<strong>onder</strong> tuss<strong>en</strong>komst van de undercoverag<strong>en</strong>t tot het pleg<strong>en</strong> van deze<br />

of soortgelijke feit<strong>en</strong> zou zijn gekom<strong>en</strong>. De undercoverag<strong>en</strong>t maakt dan<br />

de bij verdachte aanwezige opzet ‘slechts zichtbaar’ (Kamerstukk<strong>en</strong> II<br />

1996/97, 25 403, nr. 3, p. 31).<br />

De beoordeling van het objectieve elem<strong>en</strong>t, dat wil zegg<strong>en</strong> het gedrag van<br />

de undercoverag<strong>en</strong>t, hangt in belangrijke mate af van de beoordeling van<br />

het subjectieve elem<strong>en</strong>t; de undercoverag<strong>en</strong>t heeft meer handelingsvrijheid<br />

– kan zich meer veroorlov<strong>en</strong> – wanneer duidelijk is dat het opzet van<br />

e<strong>en</strong> persoon al was gericht op het pleg<strong>en</strong> van misdrijv<strong>en</strong>. Ontbrek<strong>en</strong> er<br />

echter aanwijzing<strong>en</strong> dat de persoon in kwestie ook los van het handel<strong>en</strong><br />

van de undercoverag<strong>en</strong>t al de bedoeling had om crimineel te handel<strong>en</strong>,<br />

dan mag de undercoverag<strong>en</strong>t weinig of ge<strong>en</strong> criminele initiatiev<strong>en</strong> nem<strong>en</strong><br />

in de contact<strong>en</strong> met die persoon.<br />

E<strong>en</strong> zaak waarin dit verband tuss<strong>en</strong> het subjectieve <strong>en</strong> het objectieve<br />

elem<strong>en</strong>t van het instigatieverbod naar vor<strong>en</strong> komt, is die van Khudobin<br />

versus Rusland. 45 In deze zaak werd e<strong>en</strong> persoon, Khudobin, door de<br />

Russische politie gearresteerd nadat hij 0,05 gram heroïne aan e<strong>en</strong><br />

burgerinfiltrant had verkocht. 46 Omdat het initiatief was uitgegaan van<br />

de burgerinfiltrant terwijl van g<strong>en</strong>erieke opzet van Khudobin niets was<br />

geblek<strong>en</strong> – hij had ge<strong>en</strong> strafblad <strong>en</strong> er liep ge<strong>en</strong> <strong>onder</strong>zoek teg<strong>en</strong> hem –<br />

concludeerde het EHRM dat ontoelaatbare uitlokking had plaatsgevond<strong>en</strong><br />

<strong>en</strong> dat daarmee in strijd was gehandeld met artikel 6 van het EVRM (recht<br />

op e<strong>en</strong> eerlijk proces). 47<br />

Bestaan er voor de ontmoeting tuss<strong>en</strong> de undercoverag<strong>en</strong>t <strong>en</strong> de teg<strong>en</strong>partij<br />

ge<strong>en</strong> aanwijzing<strong>en</strong> teg<strong>en</strong> de laatstg<strong>en</strong>oemde, dan moet het tevor<strong>en</strong><br />

bestaande opzet dus ‘zonneklaar uit ondubbelzinnig initiatief’ van deze<br />

teg<strong>en</strong>partij blijk<strong>en</strong>. Het citaat komt uit e<strong>en</strong> uitspraak van de Hoge Raad. 48<br />

Ook in deze zaak bleek uit niets dat het opzet van de betreff<strong>en</strong>de persoon<br />

al voor de ontmoeting met de undercoverag<strong>en</strong>t op het pleg<strong>en</strong> van misdrijv<strong>en</strong><br />

was gericht. Verschil met de zojuist besprok<strong>en</strong> zaak van Khudobin is<br />

echter dat hier, aldus de Hoge Raad, het initiatief wel van de persoon zelf<br />

uitging. In de uitspraak van de Hoge Raad wordt gesprok<strong>en</strong> over e<strong>en</strong> PK<br />

van drugs die e<strong>en</strong> undercoverag<strong>en</strong>t als het ware ‘in de schoot geworp<strong>en</strong>’<br />

kreeg. Deze PK kwam als volgt tot stand. Op 6 juli 1997 bezocht under-<br />

45 EHRM, 26 oktober 2006, NJ 2007, 1051.<br />

46 Khudobin werd op 29 oktober 1998 door e<strong>en</strong> vrouwelijke burgerinfiltrant gebeld met de mededeling<br />

dat ze graag e<strong>en</strong> hoeveelheid heroïne zou kop<strong>en</strong>. Khudobin ging hiermee akkoord <strong>en</strong> sam<strong>en</strong> met e<strong>en</strong><br />

andere verdachte ontmoette hij de burgerinfiltrant op straat. Bij die ontmoeting gaf deze burgerinfiltrant<br />

Khudobin gemerkte bankbiljett<strong>en</strong>. Laatstg<strong>en</strong>oemde nam het geld aan <strong>en</strong> ging vervolg<strong>en</strong>s naar het<br />

huis van e<strong>en</strong> derde persoon van wie hij het zakje met 0,05 gram heroïne afnam. Op weg terug naar de<br />

burgerinfiltrant werd hij gearresteerd.<br />

47 Andere overweging<strong>en</strong> die het EHRM had om strijdigheid met artikel 6 EVRM vast te stell<strong>en</strong> war<strong>en</strong> dat<br />

de politie niet <strong>onder</strong> toezicht stond t<strong>en</strong> tijde van het uitvoer<strong>en</strong> van de undercoveroperatie, er weinig<br />

informatie voorhand<strong>en</strong> was over de red<strong>en</strong> <strong>en</strong> het doel van de geplande testkoop <strong>en</strong> dat de verdachte niet<br />

gehoord was, net als <strong>en</strong>kele belangrijke getuig<strong>en</strong> (EHRM, 26 oktober 2006, NJ 2007, 1051).<br />

48 Hoge Raad, 26 september 2000, LJN AA7233.


De <strong>regulering</strong> van undercovertraject<strong>en</strong> in Nederland<br />

coverag<strong>en</strong>t G. café ’t Palmke te Sint-Oed<strong>en</strong>rode (Noord-Brabant). Het<br />

vermoed<strong>en</strong> bestond dat daar in cocaïne <strong>en</strong> XTC-pill<strong>en</strong> werd gehandeld.<br />

Informatie van de to<strong>en</strong>malige Criminele Inlichting<strong>en</strong> Di<strong>en</strong>st (CID) gaf aan<br />

dat de drugs verhandeld werd<strong>en</strong> door twee met name bek<strong>en</strong>de person<strong>en</strong><br />

<strong>en</strong> e<strong>en</strong> onbek<strong>en</strong>de jongeman. In het café ontstond e<strong>en</strong> gesprek tuss<strong>en</strong><br />

undercoverag<strong>en</strong>t G. <strong>en</strong> e<strong>en</strong> persoon, F. g<strong>en</strong>aamd. Deze F. werd in de CIDinformatie<br />

niet g<strong>en</strong>oemd <strong>en</strong> was op het mom<strong>en</strong>t van de ontmoeting met<br />

de undercoverag<strong>en</strong>t dus ge<strong>en</strong> verdachte. Verder had F. ook ge<strong>en</strong> relevant<br />

strafblad. Het belangrijkste deel van het gesprek, zoals geverbaliseerd<br />

door de undercoverag<strong>en</strong>t <strong>en</strong> opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> in de uitspraak van de Hoge<br />

Raad, gev<strong>en</strong> we hier<strong>onder</strong> weer.<br />

‘G: Hoe hou je dat vol, zo de hele nacht doorgaan?<br />

F: Gewoon goed innem<strong>en</strong>. (lacht)<br />

G: Hoezo goed innem<strong>en</strong>?<br />

F: E<strong>en</strong> goeie snuif coke nem<strong>en</strong>.<br />

G: Kun je dat krijg<strong>en</strong> dan hier?<br />

F: Ja, volop, e<strong>en</strong> hele berg als je wilt. Je kunt hier meer krijg<strong>en</strong> dan in de<br />

stad. Wil je iets hebb<strong>en</strong> dan?<br />

G: Ja, dat is goed, hoe regel je dat?’<br />

De Hoge Raad oordeelde dat hier ge<strong>en</strong> sprake was van ontoelaatbare<br />

uitlokking door de undercoverag<strong>en</strong>t omdat F. het initiatief had g<strong>en</strong>om<strong>en</strong>.<br />

Weliswaar vroeg ag<strong>en</strong>t G. ‘Kun je dat krijg<strong>en</strong> dan hier?’, maar daarmee,<br />

aldus de Hoge Raad, informeerde hij alle<strong>en</strong> naar de verkrijgbaarheid van<br />

cocaïne in het betreff<strong>en</strong>de café in het algeme<strong>en</strong>. F. nam vervolg<strong>en</strong>s zelf het<br />

initiatief tot de verkoop van drugs door te vrag<strong>en</strong> ‘Wil je iets hebb<strong>en</strong> dan?’.<br />

E<strong>en</strong> dergelijk handel<strong>en</strong> door undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong> is dus toelaatbaar.<br />

Juist als er ge<strong>en</strong> aanwijzing<strong>en</strong> zijn waaruit de g<strong>en</strong>erieke opzet van de<br />

persoon in kwestie blijkt, is het dus van belang dat het glashelder is dat<br />

de (toekomstige) verdachte het initiatief neemt, hetge<strong>en</strong> volg<strong>en</strong>s de Hoge<br />

Raad in de zojuist besprok<strong>en</strong> zaak het geval was doordat F. zelf vroeg<br />

‘Wil je iets hebb<strong>en</strong> dan?’.<br />

Indi<strong>en</strong> echter wel de aanwezigheid van het g<strong>en</strong>erieke opzet wordt vastgesteld,<br />

verschaft het de undercoverag<strong>en</strong>t ‘e<strong>en</strong> behoorlijke mate van<br />

manoeuvreerruimte alvor<strong>en</strong>s sprake’ is van ontoelaatbare uitlokking. 49<br />

Deze manoeuvreerruimte is echter ook dan niet onbeperkt. Ook als duidelijk<br />

is dat het in de bedoeling<strong>en</strong> van de verdachte ligt om misdrijv<strong>en</strong> te<br />

pleg<strong>en</strong>, zijn er gr<strong>en</strong>z<strong>en</strong> aan de rol die de undercoverag<strong>en</strong>t mag spel<strong>en</strong> bij<br />

de t<strong>en</strong>uitvoerbr<strong>en</strong>ging van die misdrijv<strong>en</strong>. In e<strong>en</strong> zaak die speelde bij de<br />

49 Rechtbank Utrecht, 3 april 2008, LJN BC8607. Dit rechtscollege stelde dat aangezi<strong>en</strong>, <strong>onder</strong> andere uit<br />

CIE-informatie <strong>en</strong> uit de contact<strong>en</strong> die de verdachte <strong>onder</strong>hield met andere pot<strong>en</strong>tiële afnemers van<br />

drugs, duidelijk naar vor<strong>en</strong> kwam dat de bedoeling<strong>en</strong> van de verdachte gericht war<strong>en</strong> op drugshandel,<br />

het de undercoverag<strong>en</strong>t was toegestaan om in zijn ontmoeting<strong>en</strong> met de verdachte bepaalde initiatiev<strong>en</strong><br />

te nem<strong>en</strong>.<br />

65


66 <strong>Opspor<strong>en</strong></strong> <strong>onder</strong> <strong>dekmantel</strong><br />

Rechtbank Breda overwoog de rechter dat de undercoverag<strong>en</strong>t e<strong>en</strong> zodanige<br />

rol had gespeeld bij het op touw zett<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> groot drugstransport,<br />

dat, ondanks de criminele bedoeling<strong>en</strong> van de verdachte, het instigatieverbod<br />

was geschond<strong>en</strong>. De verdachte had ge<strong>en</strong> ervaring met grote<br />

drugstransport<strong>en</strong> <strong>en</strong> hoewel het weliswaar zijn int<strong>en</strong>tie was e<strong>en</strong> groter<br />

transport te organiser<strong>en</strong>, was dit volg<strong>en</strong>s de rechtbank z<strong>onder</strong> de hulp van<br />

de undercoverag<strong>en</strong>t niet gelukt. De undercoverag<strong>en</strong>t had naar het oordeel<br />

van de rechtbank e<strong>en</strong> allesbesliss<strong>en</strong>de, regisser<strong>en</strong>de rol gespeeld bij het<br />

transport. Dit leidde in deze zaak tot bewijsuitsluiting. 50<br />

Het temporele elem<strong>en</strong>t t<strong>en</strong> slotte sluit aan op het subjectieve elem<strong>en</strong>t. Richt<br />

het subjectieve elem<strong>en</strong>t zich op het van tevor<strong>en</strong> bestaande opzet, het<br />

temporele elem<strong>en</strong>t slaat op de aanwijsbaarheid daarvan. E<strong>en</strong> uitspraak<br />

van de Hoge Raad laat zi<strong>en</strong> dat het opzet niet altijd vooraf hoeft te word<strong>en</strong><br />

vastgesteld; ook achteraf kan blijk<strong>en</strong> dat tevor<strong>en</strong> het opzet reeds bestond. 51<br />

Toetsing van het instigatieverbod door de Nederlandse rechter<br />

Bij de toetsing op naleving van het instigatieverbod betrekk<strong>en</strong> de<br />

Nederlandse rechters zowel het subjectieve (opzet verdachte) als het<br />

objectieve elem<strong>en</strong>t (handel<strong>en</strong> undercoverag<strong>en</strong>t). De nadruk lijkt echter<br />

te ligg<strong>en</strong> op het subjectieve aspect. Dit is ook begrijpelijk omdat als het<br />

opzet van de verdachte e<strong>en</strong>maal vaststaat, de undercoverag<strong>en</strong>t immers<br />

e<strong>en</strong> redelijke mate van bewegingsvrijheid heeft alvor<strong>en</strong>s zijn handel<strong>en</strong> tot<br />

overtreding van het instigatieverbod zou kunn<strong>en</strong> leid<strong>en</strong>.<br />

Voor het vaststell<strong>en</strong> van de gang van zak<strong>en</strong> tijd<strong>en</strong>s de contact<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> de<br />

verdachte <strong>en</strong> de undercoverag<strong>en</strong>t, wordt bij de toetsing van het instigatieverbod<br />

door Nederlandse rechters gebruikgemaakt van verklaring<strong>en</strong> van<br />

de verdachte <strong>en</strong> verklaring<strong>en</strong> van de undercoverag<strong>en</strong>t <strong>en</strong> begeleider. Bij<br />

de verklaring<strong>en</strong> van de undercoverag<strong>en</strong>t <strong>en</strong> de begeleider gaat het zowel<br />

om verklaring<strong>en</strong> die zij hebb<strong>en</strong> afgelegd voor het rechtscollege als om<br />

verklaring<strong>en</strong> die zij gedur<strong>en</strong>de het undercovertraject hebb<strong>en</strong> vastgelegd in<br />

process<strong>en</strong>-verbaal. Ontbreekt e<strong>en</strong> degelijke verslaglegging van het traject,<br />

dan kan dat voor e<strong>en</strong> rechtscollege red<strong>en</strong> zijn om het door de verdediging<br />

gevoerde verweer dat het instigatieverbod is overtred<strong>en</strong> (gedeeltelijk)<br />

gegrond te bevind<strong>en</strong>, aangezi<strong>en</strong> voor het rechtscollege dan de mogelijkheid<br />

ontbreekt het traject op dat punt te toets<strong>en</strong>.<br />

Van de 30 zak<strong>en</strong> waarin e<strong>en</strong> Nederlands rechtscollege ingaat op het<br />

instigatieverbod, oordeelt het rechtscollege in 25 zak<strong>en</strong> dat bij de <strong>uitvoering</strong><br />

van het undercovertraject de gr<strong>en</strong>z<strong>en</strong> van het instigatieverbod niet<br />

50 Rechtbank Breda, 24 december 2002, LJN AF3743.<br />

51 Hoge Raad, 4 december 1990 NJ 1991, 327.


De <strong>regulering</strong> van undercovertraject<strong>en</strong> in Nederland<br />

zijn overschred<strong>en</strong>. 52 In 5 van de 30 zak<strong>en</strong> wordt dus geconstateerd dat<br />

het instigatieverbod is overtred<strong>en</strong> dan wel dat e<strong>en</strong> overtreding niet kan<br />

word<strong>en</strong> uitgeslot<strong>en</strong>. 53<br />

We noem<strong>en</strong> de belangrijkste grond<strong>en</strong> die in de 5 uitsprak<strong>en</strong> zijn gebruikt<br />

om tot dit oordeel te kom<strong>en</strong> (in 2 uitsprak<strong>en</strong> lag<strong>en</strong> 2 grond<strong>en</strong> aan de basis<br />

van het oordeel, zodat het totaal uitkomt op 7 in plaats van 5):<br />

– 2 keer werd door e<strong>en</strong> rechtscollege vastgesteld dat niet was geblek<strong>en</strong> dat<br />

het opzet van de verdachte reeds tevor<strong>en</strong> op het pleg<strong>en</strong> van het betreff<strong>en</strong>de<br />

misdrijf was gericht (subjectieve elem<strong>en</strong>t). 54<br />

– In 1 zaak werd geconstateerd dat de undercoverag<strong>en</strong>t e<strong>en</strong> te grote <strong>en</strong><br />

allesbesliss<strong>en</strong>de rol had gespeeld bij e<strong>en</strong> drugstransport (objectieve<br />

elem<strong>en</strong>t). 55<br />

– In 3 zak<strong>en</strong> oordeelde het rechtscollege dat e<strong>en</strong> toetsing van het instigatieverbod<br />

niet mogelijk was <strong>en</strong> dat dus niet kon word<strong>en</strong> vastgesteld<br />

of het gedrag van respectievelijk de ingezette burgers <strong>en</strong> undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong><br />

voldeed aan de betreff<strong>en</strong>de bepaling<strong>en</strong>. 56 Hier was dus<br />

de oncontroleerbaarheid van het traject de red<strong>en</strong>. In 2 van deze zak<strong>en</strong><br />

had e<strong>en</strong> deel van het undercovertraject zich voltrokk<strong>en</strong> <strong>onder</strong> verantwoordelijkheid<br />

van e<strong>en</strong> buit<strong>en</strong>landse autoriteit. Door de beide land<strong>en</strong>,<br />

respectievelijk Duitsland <strong>en</strong> Zwitserland, werd, naar het oordeel van de<br />

Nederlandse rechter, onvoldo<strong>en</strong>de informatie verstrekt om e<strong>en</strong> toetsing<br />

van het instigatieverbod mogelijk te mak<strong>en</strong>. 57<br />

– In 1 zaak merkte het rechtscollege op dat de OvJ had nagelat<strong>en</strong> om<br />

in het uitgevaardigde bevel expliciet op te nem<strong>en</strong> dat de in te zett<strong>en</strong><br />

undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong> buit<strong>en</strong>landse person<strong>en</strong> war<strong>en</strong>. Het achterwege<br />

blijv<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> specifiek op de inzet van buit<strong>en</strong>landers gericht bevel<br />

klemde vooral, aldus de Rechtbank Zwolle, omdat het gebruik van<br />

52 Hoge Raad, 4 december 1979, LJN AB7429; Hoge Raad, 17 januari 1984, LJN AC8248; Hoge Raad,<br />

2 november 1993 (LJN onbek<strong>en</strong>d); Hoge Raad, 14 maart 2000, LJN ZD1649; Hoge Raad, 26 september<br />

2000, LJN AA7233; Hoge Raad, 23 januari 2001, LJN ZD2194; Hoge Raad, 15 oktober 2002, LJN AE7668;<br />

Gerechtshof Amsterdam, 25 maart 1991, LJN AD1363; Gerechtshof ’s-Grav<strong>en</strong>hage, 10 februari 1999 (LJN<br />

onbek<strong>en</strong>d); Gerechtshof ’s-Hertog<strong>en</strong>bosch, 3 augustus 2001, LJN AF4420; Gerechtshof ’s-Grav<strong>en</strong>hage,<br />

12 april 2002, LJN AE4747; Gerechtshof Amsterdam, 26 juni 2002, LJN AE7045; Gerechtshof<br />

’s-Hertog<strong>en</strong>bosch, 3 juni 2003, LJN AO9091; Gerechtshof ’s-Grav<strong>en</strong>hage, 26 september 2003, LJN<br />

AN7589; Gerechtshof ’s-Grav<strong>en</strong>hage, 21 november 2003, LJN AN8750; Gerechtshof ’s-Hertog<strong>en</strong>bosch,<br />

19 december 2003, LJN AP0560; Gerechtshof ’s-Grav<strong>en</strong>hage, 4 maart 2005, LJN AS9042; Gerechtshof<br />

’s-Hertog<strong>en</strong>bosch, 25 april 2005, LJN AT5241; Gerechtshof ’s-Grav<strong>en</strong>hage, 29 september 2006, LJN<br />

AZ0109; Gerechtshof ’s-Hertog<strong>en</strong>bosch, 29 november 2006, LJN AZ4125; Rechtbank Amsterdam,<br />

8 november 2001, LJN AD5311 (gehandhaafd door Hoge Raad, 28 maart 2006, LJN AU5471); Rechtbank<br />

Breda, 4 februari 2002, LJN AD9165 (gehandhaafd door Gerechtshof ’s-Hertog<strong>en</strong>bosch, 23 juli 2003, LJN<br />

AO9528); Rechtbank Breda, 26 oktober 2004, LJN AR4560; Rechtbank Rotterdam, 19 december 2006,<br />

LJN AZ8683 (bevestigd door Gerechtshof ’s-Grav<strong>en</strong>hage, 3 oktober 2008, niet gepubliceerd); Rechtbank<br />

Utrecht, 3 april 2008, LJN BC8607.<br />

53 Gerechtshof Arnhem, 30 juni 1989, LJN AD0852; Rechtbank Rotterdam, 30 januari 1991, LJN AF3743;<br />

LJN AD1325; Rechtbank Breda, 24 december 2002, Rechtbank Rotterdam, 30 september 2003, LJN<br />

AN7719; Rechtbank Zwolle, 3 mei 2007, LJN BA4345.<br />

54 Rechtbank Rotterdam, 30 september 2003, LJN AN7719; Rechtbank Zwolle, 3 mei 2007, LJN BA4345.<br />

55 Rechtbank Breda, 24 december 2002, LJN AF3743.<br />

56 Gerechtshof Arnhem, 30 juni 1989, LJN AD0852; Rechtbank Rotterdam, 30 januari 1991, LJN AD1325;<br />

Rechtbank Rotterdam, 30 september 2003, LJN AN7719.<br />

57 Gerechtshof Arnhem, 30 juni 1989, LJN AD0852; Rechtbank Rotterdam, 30 september 2003, LJN<br />

AN7719.<br />

67


68 <strong>Opspor<strong>en</strong></strong> <strong>onder</strong> <strong>dekmantel</strong><br />

buit<strong>en</strong>landers betrouwbaarheidsrisico’s met zich meebr<strong>en</strong>gt doordat<br />

taalproblem<strong>en</strong> <strong>en</strong> -misverstand<strong>en</strong> zich kunn<strong>en</strong> voordo<strong>en</strong> <strong>en</strong> doordat<br />

buit<strong>en</strong>landse opsporingsambt<strong>en</strong>ar<strong>en</strong> mogelijk minder bek<strong>en</strong>d zijn<br />

met <strong>onder</strong> andere de Nederlandse regels omtr<strong>en</strong>t uitlokking. Door het<br />

niet b<strong>en</strong>oem<strong>en</strong> van de buit<strong>en</strong>landse inbr<strong>en</strong>g was het onduidelijk of de<br />

OvJ dergelijke risico’s had meegewog<strong>en</strong>. De rechtbank voegde nog toe<br />

dat uit de gebrekkige mondelinge verslaglegging (‘debriefing’) van de<br />

be vinding<strong>en</strong> (z<strong>onder</strong> gebruikmaking van e<strong>en</strong> tolk <strong>en</strong> bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> door de<br />

twee ingezette undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong> gezam<strong>en</strong>lijk, waardoor wederzijdse<br />

beïnvloeding mogelijk was), bleek dat betrouwbaarheidsrisico’s zeker<br />

niet d<strong>en</strong>kbeeldig war<strong>en</strong>. 58<br />

Bekijk<strong>en</strong> we deze red<strong>en</strong><strong>en</strong>, dan zi<strong>en</strong> we dat in feite maar in 3 van de<br />

5 zak<strong>en</strong>, namelijk de 3 eerstg<strong>en</strong>oemde, echt inhoudelijk op overtreding<br />

van het instigatieverbod wordt ingegaan. De overige red<strong>en</strong><strong>en</strong> betreff<strong>en</strong><br />

e<strong>en</strong> door het rechtscollege vastgestelde onmogelijkheid om het<br />

under covertraject aan het instigatieverbod te toets<strong>en</strong> (door gebrek aan<br />

informatie) of het achterwege blijv<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> specifiek op buit<strong>en</strong>landse<br />

undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong> gericht bevel. 59<br />

Tot slot gaan we in op de strafprocessuele consequ<strong>en</strong>ties die het overtred<strong>en</strong><br />

van het instigatieverbod kan hebb<strong>en</strong>. Het is aan de rechter om te<br />

oordel<strong>en</strong> of, indi<strong>en</strong> e<strong>en</strong> regel is overtred<strong>en</strong>, de onrechtmatigheid van di<strong>en</strong><br />

aard is dat daarop één van de in artikel 359a Sv 60 neergelegde sancties<br />

past (Buruma, 2001: 70). Deze sancties zijn strafvermindering, bewijsuitsluiting<br />

<strong>en</strong>, de zwaarste sanctie, de niet-ontvankelijkverklaring. Wanneer<br />

niet e<strong>en</strong> ernstige inbreuk is gemaakt op beginsel<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> behoorlijke<br />

procesorde, is er ge<strong>en</strong> plaats voor e<strong>en</strong> niet-ontvankelijkverklaring van<br />

58 Rechtbank Zwolle, 3 mei 2007, LJN BA4345.<br />

59 In de vier gevond<strong>en</strong> zak<strong>en</strong> waarin het EHRM zich heeft uitgesprok<strong>en</strong> over de vraag of het<br />

instigatieverbod is overtred<strong>en</strong>, is het hof in alle vier de gevall<strong>en</strong> tot de conclusie gekom<strong>en</strong> dat er<br />

inderdaad sprake was van ongeoorloofde uitlokking. In het voorafgaande is de zaak van Teixeira de<br />

Castro versus Portugal al besprok<strong>en</strong>. In die zaak stelde het EHRM dat er ge<strong>en</strong> bewijs was dat het<br />

opzet van de verdachte gericht was op crimineel handel<strong>en</strong> <strong>en</strong> dat (dus) de undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong> zich<br />

niet hadd<strong>en</strong> beperkt tot het hoofdzakelijk passief <strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong> van strafbare feit<strong>en</strong> maar dat ze actief<br />

hadd<strong>en</strong> aangezet tot het pleg<strong>en</strong> van die feit<strong>en</strong>. In de drie andere zak<strong>en</strong> komt het EHRM op hoofdlijn<strong>en</strong><br />

op dezelfde grond<strong>en</strong> tot hetzelfde oordeel (EHRM, 15 december 2005, LJN AV3573 (Vanyan versus<br />

Rusland), EHRM, 26 oktober 2006, LJN AZ6230 (Khudobin versus Rusland) <strong>en</strong> EHRM, 5 februari 2008,<br />

LJN BC8752 (Ramanauskas versus Litouw<strong>en</strong>)).<br />

60 Artikel 359a Sv stelt dat de rechtbank, indi<strong>en</strong> blijkt dat bij het voorbereid<strong>en</strong>d <strong>onder</strong>zoek vorm<strong>en</strong> zijn<br />

verzuimd die niet meer kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> hersteld <strong>en</strong> de rechtsgevolg<strong>en</strong> hiervan niet uit de wet blijk<strong>en</strong>,<br />

kan bepal<strong>en</strong> dat strafvermindering wordt opgelegd, indi<strong>en</strong> het door het verzuim veroorzaakte nadeel<br />

langs deze weg kan word<strong>en</strong> gecomp<strong>en</strong>seerd, of; de resultat<strong>en</strong> van het <strong>onder</strong>zoek die door het verzuim<br />

zijn verkreg<strong>en</strong>, niet mog<strong>en</strong> bijdrag<strong>en</strong> aan het bewijs van het t<strong>en</strong> laste gelegde feit (bewijsuitsluiting), of;<br />

het OM niet-ontvankelijk is, indi<strong>en</strong> door het verzuim ge<strong>en</strong> sprake kan zijn van e<strong>en</strong> behandeling van de<br />

zaak die aan de beginsel<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> behoorlijke procesorde voldoet. Bij de toepassing van deze sancties<br />

houdt de rechtbank rek<strong>en</strong>ing met het belang dat het geschond<strong>en</strong> voorschrift di<strong>en</strong>t, de ernst van het<br />

verzuim <strong>en</strong> het nadeel dat daardoor wordt veroorzaakt.


De <strong>regulering</strong> van undercovertraject<strong>en</strong> in Nederland<br />

het OM, maar wordt volstaan met bewijsuitsluiting. 61 Al het bewijs dat<br />

direct is verkreg<strong>en</strong> door middel van de inzet van undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

het bewijs dat meer indirect uit het traject is voortgevloeid (de leer van de<br />

verbod<strong>en</strong> vrucht<strong>en</strong> (fruits of the poisonous tree)), di<strong>en</strong><strong>en</strong> dan bij de beoordeling<br />

van de feit<strong>en</strong> buit<strong>en</strong> beschouwing te blijv<strong>en</strong>. Als het bewijs voornamelijk<br />

is gestoeld op de verklaring<strong>en</strong> van de undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong>, kan dit<br />

leid<strong>en</strong> tot vrijspraak van de t<strong>en</strong> laste gelegde feit<strong>en</strong>.<br />

In alle 5 zak<strong>en</strong> waarin het rechtscollege stelde dat het instigatieverbod<br />

was overtred<strong>en</strong>, is voor bewijsuitsluiting gekoz<strong>en</strong>. 62<br />

2.6.3 Proportionaliteit <strong>en</strong> subsidiariteit<br />

Het proportionaliteitsbeginsel schrijft voor dat er e<strong>en</strong> zekere ev<strong>en</strong>redigheid<br />

moet zijn tuss<strong>en</strong> de ingrijp<strong>en</strong>dheid van e<strong>en</strong> middel <strong>en</strong>erzijds <strong>en</strong> de<br />

ernst van het op te loss<strong>en</strong> misdrijf anderzijds. De subsidiariteitseis houdt<br />

in dat e<strong>en</strong> instrum<strong>en</strong>t pas ingezet wordt wanneer hetzelfde doel niet<br />

bereikt kan word<strong>en</strong> met minder ingrijp<strong>en</strong>de middel<strong>en</strong>.<br />

In verschill<strong>en</strong>de zak<strong>en</strong> is door de verdediging aangevoerd dat e<strong>en</strong><br />

uitgevoerd undercovertraject niet aan één of beide van deze beginsel<strong>en</strong><br />

voldoet. Deze verwer<strong>en</strong> word<strong>en</strong>, in de bestudeerde jurisprud<strong>en</strong>tie<br />

althans, echter doorgaans niet gegrond bevond<strong>en</strong>. Van de 17 zak<strong>en</strong> 63 die<br />

wij hebb<strong>en</strong> gevond<strong>en</strong> waarin het rechtscollege ingaat op de proportionaliteits-<br />

<strong>en</strong>/of subsidiariteitseis, is in 1 zaak geconstateerd dat het undercovertraject<br />

niet aan deze beginsel<strong>en</strong> voldoet; althans de Rechtbank<br />

Breda kon niet vaststell<strong>en</strong> óf aan deze beginsel<strong>en</strong> was voldaan. 64 In de<br />

betreff<strong>en</strong>de zaak maakte e<strong>en</strong> Belgisch undercovertraject <strong>onder</strong>deel uit van<br />

het opsporings<strong>onder</strong>zoek. Uit het aangeleverde dossier kon de rechtbank<br />

niet opmak<strong>en</strong> op welke grond<strong>en</strong> dat traject was gestart.<br />

Proportionaliteit<br />

In e<strong>en</strong> aantal zak<strong>en</strong> stoelt de verdediging haar verweer dat de inzet van<br />

het undercovertraject niet proportioneel is op de specifieke wijze waarop<br />

61 De Hoge Raad heeft in het bek<strong>en</strong>de Zwolsman-arrest bepaald dat niet-ontvankelijkheid slechts kan<br />

volg<strong>en</strong> indi<strong>en</strong> sprake is van ernstige sch<strong>en</strong>ding van de beginsel<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> behoorlijke procesorde<br />

waarbij doelbewust of met grove veronachtzaming van verdachtes belang<strong>en</strong> aan di<strong>en</strong>s recht op e<strong>en</strong><br />

eerlijke behandeling van zijn zaak wordt tekortgedaan (Hoge Raad, 19 december 1995, LJN ZD0328,<br />

m.nt. T.M. Schalk<strong>en</strong> (Zwolsman).<br />

62 Gerechtshof Arnhem, 30 juni 1989, LJN AD0852; Rechtbank Rotterdam, 30 januari 1991, LJN AD1325;<br />

Rechtbank Breda, 24 december 2002, LJN AF3743; Rechtbank Rotterdam, 30 september 2003, LJN<br />

AN7719; Rechtbank Zwolle, 3 mei 2007, LJN BA4345.<br />

63 Hoge Raad, 24 oktober 1989, LJN ZC8256; Hoge Raad, 4 december 1995, LJN AB8965; Hoge Raad,<br />

5 december 1995, LJN ZD0315; Hoge Raad, 15 oktober 2002, LJN AE7668; Hoge Raad, 7 oktober<br />

2003, LJN AG2528; Gerechtshof Arnhem, 12 mei 2003, LJN AF8395; Gerechtshof ’s-Grav<strong>en</strong>hage,<br />

11 juli 2003, LJN AH9732; Gerechtshof ’s-Grav<strong>en</strong>hage, 26 september 2003, LJN AN7589; Gerechtshof<br />

’s-Hertog<strong>en</strong>bosch, 31 oktober 2003, LJN AP0289; Gerechtshof ’s-Grav<strong>en</strong>hage, 21 november 2003,<br />

LJN AN8750; Gerechtshof ’s-Grav<strong>en</strong>hage, 4 maart 2005, LJN AS9042; Gerechtshof ’s-Hertog<strong>en</strong>bosch,<br />

29 november 2006, LJN AZ4125; Rechtbank Amsterdam, 8 november 2001, LJN AD5311; Rechtbank<br />

Ass<strong>en</strong>, 13 december 2002, LJN AF1854; Rechtbank Breda, 24 december 2002, LJN AF3743; Rechtbank<br />

Rotterdam, 30 september 2003, LJN AN7719; Rechtbank Rotterdam, 19 december 2006, LJN AZ8683.<br />

64 Rechtbank Breda, 24 december 2002, LJN AF3743.<br />

69


70 <strong>Opspor<strong>en</strong></strong> <strong>onder</strong> <strong>dekmantel</strong><br />

of de omstandighed<strong>en</strong> waar<strong>onder</strong> het is uitgevoerd. Het gaat dan vooral<br />

om de int<strong>en</strong>siteit van het traject.<br />

Zo stelde e<strong>en</strong> raadsman dat de inzet van twaalf undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong> in<br />

e<strong>en</strong> langdurig IF-traject waarbij veelvuldig contact zou zijn gemaakt<br />

disproportioneel was. De Rechtbank Rotterdam oordeelde echter dat het<br />

IF-traject wel voldeed aan de eis van proportionaliteit. Inderdaad was er<br />

sprake van e<strong>en</strong> langdurig traject waarbij veel undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong> war<strong>en</strong><br />

ingezet maar, aldus de rechtbank, slechts e<strong>en</strong> beperkt aantal undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong><br />

had ook daadwerkelijk contact met de verdachte (de rest had e<strong>en</strong><br />

<strong>onder</strong>steun<strong>en</strong>de rol), de contact<strong>en</strong> war<strong>en</strong> bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> vaak kort <strong>en</strong> weinig<br />

int<strong>en</strong>sief <strong>en</strong> ook war<strong>en</strong> de undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong> niet bij de verdachte thuis<br />

geweest. 65<br />

In e<strong>en</strong> zaak waarin twee PK’<strong>en</strong> hadd<strong>en</strong> plaatsgevond<strong>en</strong> stelde de verdediging<br />

dat de eerste reeds had aangetoond dat de verdachte betrokk<strong>en</strong> was<br />

bij drugshandel <strong>en</strong> dat het uitvoer<strong>en</strong> van nog e<strong>en</strong> PK niet proportioneel<br />

was. De Hoge Raad overwoog dat het opsporingsteam in deze zaak op<br />

grond van de vele aanwijzing<strong>en</strong> die het had voor omvangrijke handel in<br />

verdov<strong>en</strong>de middel<strong>en</strong>, het doel had die omvang aannemelijk te mak<strong>en</strong>.<br />

Het uitvoer<strong>en</strong> van de tweede PK was dan ook wel degelijk proportioneel<br />

omdat het aanton<strong>en</strong> van de schaal van de drugshandel niet met de eerste<br />

was gelukt. 66<br />

De int<strong>en</strong>siteit van e<strong>en</strong> undercovertraject kan ook betrekking hebb<strong>en</strong> op<br />

de aard van de <strong>onder</strong>werp<strong>en</strong> die in de contact<strong>en</strong> aan de orde kom<strong>en</strong>. In<br />

gesprekk<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> undercoverag<strong>en</strong>t <strong>en</strong> subject, vooral in e<strong>en</strong> ongedwong<strong>en</strong><br />

contact als door undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong> vaak zal word<strong>en</strong> nagestreefd,<br />

zull<strong>en</strong> gevoelige <strong>onder</strong>werp<strong>en</strong> niet altijd te vermijd<strong>en</strong> zijn, aldus de Hoge<br />

Raad. Het ter sprake kom<strong>en</strong> van gevoelige <strong>onder</strong>werp<strong>en</strong> is op zichzelf niet<br />

e<strong>en</strong> zo grote inbreuk op de persoonlijke lev<strong>en</strong>ssfeer dat daardoor de gr<strong>en</strong>z<strong>en</strong><br />

word<strong>en</strong> overschred<strong>en</strong>. Wel voegt de Hoge Raad eraan toe dat undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong><br />

er niet op moet<strong>en</strong> aanstur<strong>en</strong> wanneer e<strong>en</strong> <strong>onder</strong>werp niet<br />

relevant is. 67<br />

E<strong>en</strong> andere ‘int<strong>en</strong>sieve’ of ingrijp<strong>en</strong>de toepassing van e<strong>en</strong> undercovertraject<br />

is de inzet van e<strong>en</strong> undercoverag<strong>en</strong>t teg<strong>en</strong> e<strong>en</strong> verdachte die zich in<br />

e<strong>en</strong> p<strong>en</strong>it<strong>en</strong>tiaire inrichting bevindt. In e<strong>en</strong> zaak die in 2001 bij de Rechtbank<br />

Amsterdam di<strong>en</strong>de stond e<strong>en</strong> verdachte terecht op verd<strong>en</strong>king van<br />

moord op zijn vrouw. Teg<strong>en</strong> deze verdachte was op het mom<strong>en</strong>t dat hij in<br />

65 Rechtbank Rotterdam, 14 juni 2002, LJN AE4239 (gehandhaafd door Gerechtshof ’s-Grav<strong>en</strong>hage,<br />

26 september 2009, LJN AN7589).<br />

66 Hoge Raad, 5 december 1995, LJN ZD0315. A-G Mr. Van Dorst concludeerde in dit arrest dat de<br />

ernst van handel<strong>en</strong> in strijd met de opiumwetgeving mede bepaald wordt door de omvang van de<br />

handel in drugs. Zo stelde hij: ‘Die omvang wordt niet alle<strong>en</strong> bepaald door de hoeveelheid die bij e<strong>en</strong><br />

(e<strong>en</strong>malige) transactie is verhandeld, maar ook door het aantal transacties waartoe de verdachte zich<br />

in staat <strong>en</strong> bereid toonde. Teg<strong>en</strong> die achtergrond heeft het hof kunn<strong>en</strong> oordel<strong>en</strong> dat na de eerste<br />

proefaankoop waarbij “slechts” e<strong>en</strong> pond heroïne van eig<strong>en</strong>aar was gewisseld, e<strong>en</strong> tweede pseudo-koop<br />

gerechtvaardigd was om de omvang van de handel te kunn<strong>en</strong> aanton<strong>en</strong>.’<br />

67 In casu was er tijd<strong>en</strong>s e<strong>en</strong> gesprek tuss<strong>en</strong> de undercoverag<strong>en</strong>t <strong>en</strong> de verdachte gesprok<strong>en</strong> over<br />

besnijd<strong>en</strong>is.


De <strong>regulering</strong> van undercovertraject<strong>en</strong> in Nederland<br />

het Huis van Bewaring in voorlopige hecht<strong>en</strong>is zat e<strong>en</strong> undercoverag<strong>en</strong>t<br />

ingezet die <strong>uitvoering</strong> gaf aan e<strong>en</strong> bevel SI. De rechtbank oordeelde dat uit<br />

de wetsgeschied<strong>en</strong>is niet valt op te mak<strong>en</strong> dat dit middel niet zou mog<strong>en</strong><br />

word<strong>en</strong> gebruikt in e<strong>en</strong> Huis van Bewaring. Het op deze wijze inzett<strong>en</strong><br />

van e<strong>en</strong> undercoverag<strong>en</strong>t is dan ook niet strijdig met de regeling in het<br />

Wetboek van Strafvordering. ‘Het (…) b<strong>en</strong>adert weliswaar de gr<strong>en</strong>z<strong>en</strong> van<br />

het toelaatbare, doch overschrijdt deze niet.’ 68 De zaak leidde vervolg<strong>en</strong>s<br />

tot verschill<strong>en</strong>de uitsprak<strong>en</strong> van het gerechtshof <strong>en</strong> de Hoge Raad. Uiteindelijk<br />

bleef de stelling gehandhaafd dat de inzet van e<strong>en</strong> undercoverag<strong>en</strong>t<br />

teg<strong>en</strong> e<strong>en</strong> verdachte die in voorlopige hecht<strong>en</strong>is zit in beginsel toelaatbaar<br />

is. Wel br<strong>en</strong>gt, aldus de Hoge Raad, e<strong>en</strong> dergelijke toepassing het gevaar<br />

met zich mee dat de verdachte feitelijk in e<strong>en</strong> verhoorsituatie komt te<br />

verker<strong>en</strong> z<strong>onder</strong> de waarborg<strong>en</strong> die bij e<strong>en</strong> formeel verhoor geld<strong>en</strong>. Daarmee<br />

zou de in artikel 6 van het EVRM <strong>en</strong> artikel 29, eerste lid Sv verankerde<br />

verklaringsvrijheid van de verdachte in het gedrang kunn<strong>en</strong> kom<strong>en</strong>.<br />

Het op deze wijze inzett<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> undercoverag<strong>en</strong>t kan dan ook pas<br />

plaatsvind<strong>en</strong> na e<strong>en</strong> verzwaarde toets op de proportionaliteit <strong>en</strong> subsidiariteit;<br />

er moet sprake zijn van e<strong>en</strong> bijz<strong>onder</strong> ernstig misdrijf <strong>en</strong> andere<br />

wijz<strong>en</strong> van opsporing mog<strong>en</strong> redelijkerwijs niet aanwezig zijn. Wanneer<br />

hieraan is voldaan, moet vervolg<strong>en</strong>s word<strong>en</strong> bepaald of de g<strong>en</strong>oemde<br />

verklaringsvrijheid niet is geschond<strong>en</strong>. Daarbij zijn <strong>onder</strong> meer de volg<strong>en</strong>de<br />

criteria relevant: de proceshouding van de verdachte (beroept hij zich<br />

op het zwijgrecht of niet); de door de undercoverag<strong>en</strong>t <strong>onder</strong>nom<strong>en</strong> activiteit<strong>en</strong><br />

jeg<strong>en</strong>s de verdachte; de mate van druk die daarbij op de verdachte<br />

is uitgeoef<strong>en</strong>d; <strong>en</strong> de mate waarin de gedraging<strong>en</strong> van de undercoverag<strong>en</strong>t<br />

tot de desbetreff<strong>en</strong>de verklaring<strong>en</strong> van de verdachte hebb<strong>en</strong> geleid. 69<br />

Subsidiariteit<br />

Aanwijzing<strong>en</strong> voor de ontoereik<strong>en</strong>dheid van andere middel<strong>en</strong> hoev<strong>en</strong> niet<br />

noodzakelijkerwijs afkomstig te zijn uit het betreff<strong>en</strong>de opsporings<strong>onder</strong>zoek<br />

zelf. Ook uit ervaring<strong>en</strong> uit e<strong>en</strong> eerder <strong>onder</strong>zoek teg<strong>en</strong> dezelfde<br />

verdachte(n) kan blijk<strong>en</strong> dat ‘klassieke opsporingsmethod<strong>en</strong>’ weinig of<br />

ge<strong>en</strong> kans van slag<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong>. 70 Het fal<strong>en</strong> van die klassieke method<strong>en</strong> kan<br />

bijvoorbeeld word<strong>en</strong> beargum<strong>en</strong>teerd met de constatering dat verdacht<strong>en</strong><br />

in codetaal sprek<strong>en</strong>, wissel<strong>en</strong> van telefoon <strong>en</strong> voertuig, elkaar ontmoet<strong>en</strong><br />

op geheime locaties <strong>en</strong>/of moeilijk te volg<strong>en</strong> rijgedrag verton<strong>en</strong>, waardoor<br />

afluister<strong>en</strong> <strong>en</strong> observer<strong>en</strong> niet effectief zijn. 71 Overig<strong>en</strong>s sluit de voorwaarde<br />

dat IF dring<strong>en</strong>d gevorderd is niet uit dat vanuit het oogpunt van<br />

effectiviteit klassieke method<strong>en</strong> <strong>en</strong> IF tegelijkertijd word<strong>en</strong> ingezet. 72<br />

68 Rechtbank Amsterdam, 8 november 2001, LJN AD5311.<br />

69 Hoge Raad, 9 maart 2004, LJN AN9195; zie ook Hoge Raad, 28 maart 2006, LJN AU5471.<br />

70 Rechtbank Rotterdam, 14 juni 2002, LJN AE4239.<br />

71 Gerechtshof ’s-Grav<strong>en</strong>hage, 12 april 2002, LJN AE4747 (gehandhaafd na uitspraak Hoge Raad, 7 oktober<br />

2003, LJN AG2528).<br />

72 Rechtbank Rotterdam, 14 juni 2002, LJN AE4239.<br />

71


72 <strong>Opspor<strong>en</strong></strong> <strong>onder</strong> <strong>dekmantel</strong><br />

2.6.4 Recht op e<strong>en</strong> eerlijk proces (artikel 6 EVRM) <strong>en</strong> bescherming<br />

persoonlijke lev<strong>en</strong>ssfeer (artikel 8 EVRM)<br />

Behalve Nederlandse wet- <strong>en</strong> regelgeving zijn ook internationaalrechtelijke<br />

verdrag<strong>en</strong> van belang voor de toetsing van uitgevoerde opsporings<strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong><br />

door Nederlandse rechters. Met name relevant zijn<br />

de artikel<strong>en</strong> 6 <strong>en</strong> 8 van het EVRM. In deze artikel<strong>en</strong> zijn respectievelijk<br />

het recht op e<strong>en</strong> eerlijk proces <strong>en</strong> het recht op de eerbiediging van de<br />

persoonlijke lev<strong>en</strong>ssfeer verankerd. Hier<strong>onder</strong> besprek<strong>en</strong> we e<strong>en</strong> aantal<br />

<strong>onder</strong>werp<strong>en</strong> die in relatie tot het EVRM in de Nederlandse <strong>en</strong> Europese<br />

jurisprud<strong>en</strong>tie omtr<strong>en</strong>t undercovertraject<strong>en</strong> aan de orde zijn gekom<strong>en</strong>.<br />

Eén zo’n <strong>onder</strong>werp is het anoniem hor<strong>en</strong> van getuig<strong>en</strong>, in dit geval van<br />

undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong>. Op basis van jurisprud<strong>en</strong>tie van het EHRM, moet al<br />

het bewijs normaal gesprok<strong>en</strong> in het bijzijn van de verdachte gepres<strong>en</strong>teerd<br />

word<strong>en</strong> tijd<strong>en</strong>s e<strong>en</strong> op<strong>en</strong>bare zitting. Wanneer dat noodzakelijk is,<br />

kan dit recht van de verdediging echter word<strong>en</strong> ingeperkt. Indi<strong>en</strong> duidelijk<br />

is geblek<strong>en</strong> dat dit nodig is in verband met de veiligheid van de opsporingsambt<strong>en</strong>aar<br />

of zijn familie of in verband met zijn toekomstige inzetbaarheid,<br />

kunn<strong>en</strong> undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong> anoniem word<strong>en</strong> gehoord. Bij de<br />

procedure die in e<strong>en</strong> dergelijk geval gevolgd wordt, moet wel zoveel mogelijk<br />

het <strong>onder</strong>vragingsrecht van de verdediging word<strong>en</strong> gerespecteerd. 73<br />

In e<strong>en</strong> zaak van e<strong>en</strong> verdachte van drugshandel, betoogde de advocaat<br />

dat de inzet van e<strong>en</strong> undercovertraject e<strong>en</strong> inbreuk betek<strong>en</strong>de op de door<br />

het artikel 8 van het EVRM beschermde persoonlijke lev<strong>en</strong>ssfeer van<br />

zijn cliënt. De Hoge Raad <strong>onder</strong>steunde het oordeel van het Gerechtshof<br />

Amsterdam dat hiervan ge<strong>en</strong> sprake was. De verdachte had zich immers<br />

‘uit eig<strong>en</strong> beweging (…) voorgedaan als iemand die bereid <strong>en</strong> in staat was<br />

cocaïne naar Nederland te transporter<strong>en</strong>’. Hij was zich bewust dat hij<br />

strafbaar handelde <strong>en</strong> dat hij dus ‘het risico liep dat hij undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong><br />

zou ontmoet<strong>en</strong> die zijn strafbaar handel<strong>en</strong> aan het licht wild<strong>en</strong> br<strong>en</strong>g<strong>en</strong><br />

(…)’. Hij ging de contact<strong>en</strong> met de undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong> vrijelijk aan <strong>en</strong><br />

hij bepaalde zelf ‘hoeveel informatie hij prijsgaf. Dat verdachte niet op de<br />

hoogte was van de hoedanigheid van zijn contactperson<strong>en</strong> doet daaraan<br />

niet af’. 74<br />

Ook het instigatieverbod wordt bezi<strong>en</strong> in het licht van e<strong>en</strong> eerlijk proces.<br />

Zo bepaalde het EHRM in de reeds besprok<strong>en</strong> zaak Teixeira de Castro dat<br />

door het optred<strong>en</strong> van de undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong> in deze zaak de verdachte<br />

ontoelaatbaar was uitgelokt <strong>en</strong> dat daarmee zijn recht op e<strong>en</strong> eerlijk<br />

proces (artikel 6 EVRM) was ontzegd (zie paragraaf 2.6.2). 75<br />

73 EHRM, 15 juni 1992, LJN AC4221 m.nt. E.E.Alkema (Lüdi vs Zwitserland); EHRM, 23 april 1997, LJN<br />

AD4540 (Van Mechel<strong>en</strong> vs Nederland).<br />

74 Hoge Raad, 14 november 2000, LJN AA8295. In de uitspraak van het EHRM in de zaak Lüdi vs<br />

Zwitserland werd e<strong>en</strong> soortgelijke red<strong>en</strong>ering gevolgd (EHRM 15 juni 1992, LJN AC4221 m.nt.<br />

E.E.Alkema (Lüdi vs Zwitserland)).<br />

75 EHRM, 9 juni 1998, LJN AD4193.


De <strong>regulering</strong> van undercovertraject<strong>en</strong> in Nederland<br />

In paragraaf 2.6.3 is al aan de orde gekom<strong>en</strong> dat de inzet van e<strong>en</strong> undercoverag<strong>en</strong>t<br />

teg<strong>en</strong> e<strong>en</strong> verdachte die zich in e<strong>en</strong> p<strong>en</strong>it<strong>en</strong>tiaire inrichting<br />

bevindt, het gevaar met zich mee kan br<strong>en</strong>g<strong>en</strong> dat de verklaringsvrijheid<br />

van de verdachte, die wordt beschermd door artikel 6 van het EVRM (<strong>en</strong><br />

artikel 29, eerste lid Sv), wordt geschond<strong>en</strong>. In die paragraaf zijn ook de<br />

aspect<strong>en</strong> aan bod gekom<strong>en</strong> die volg<strong>en</strong>s de Hoge Raad van belang zijn voor<br />

het bepal<strong>en</strong> óf de verklaringsvrijheid van de verdachte is geschond<strong>en</strong>.<br />

In e<strong>en</strong> laatste zaak t<strong>en</strong> slotte steld<strong>en</strong> Nederlandse rechters dat er tijd<strong>en</strong>s<br />

e<strong>en</strong> undercovertraject op onrechtmatige wijze was afgeluisterd, waarmee<br />

zowel artikel 6 als 8 van het EVRM was geschond<strong>en</strong>. In deze zaak, die<br />

speelde voor de Rechtbank Amsterdam, bleek dat de Amerikan<strong>en</strong> teg<strong>en</strong> de<br />

gemaakte afsprak<strong>en</strong> in tijd<strong>en</strong>s e<strong>en</strong> in Nederland uitgevoerd undercovertraject<br />

direct hadd<strong>en</strong> afgeluisterd. De rechtbank oordeelde dat daarmee<br />

e<strong>en</strong> inbreuk was gemaakt op het recht van de verdachte op privacy (artikel<br />

8 EVRM) <strong>en</strong> tev<strong>en</strong>s, doordat bewijs was vergaard dat weliswaar in Nederland<br />

niet bruikbaar is maar in de VS of elders e<strong>en</strong> eig<strong>en</strong> lev<strong>en</strong> zou kunn<strong>en</strong><br />

gaan leid<strong>en</strong>, op zijn recht op e<strong>en</strong> eerlijk proces (artikel 6 EVRM). Hoewel<br />

de rechtbank ervan overtuigd was dat het OM van de handelwijze van de<br />

Amerikaanse autoriteit<strong>en</strong> niet op de hoogte was of kon zijn, zodat de gang<br />

van zak<strong>en</strong> het OM ook niet verwet<strong>en</strong> kon word<strong>en</strong>, sprak zij wel de nietontvankelijkheid<br />

van het OM uit. 76 Deze sanctie werd echter t<strong>en</strong>ietgedaan<br />

door het gerechtshof. Het Gerechtshof Amsterdam achtte de sch<strong>en</strong>ding<br />

ev<strong>en</strong>e<strong>en</strong>s onbehoorlijk <strong>en</strong> e<strong>en</strong> niet-gelegitimeerde inbreuk op de persoonlijke<br />

lev<strong>en</strong>ssfeer van de verdachte. Maar omdat de Nederlandse begeleiders<br />

<strong>en</strong> OvJ er niet van op de hoogte war<strong>en</strong>, hoewel zij wel steeds de<br />

gr<strong>en</strong>z<strong>en</strong> van de bevoegdheid hadd<strong>en</strong> aangegev<strong>en</strong> <strong>en</strong> daarmee de regie in<br />

hand<strong>en</strong> hadd<strong>en</strong> gehoud<strong>en</strong>, <strong>en</strong> de OvJ de rechtbank zelf op de hoogte had<br />

gebracht van het onrechtmatig opnem<strong>en</strong> van de vertrouwelijke communicatie,<br />

vond het gerechtshof de sanctie van niet-ontvankelijkverklaring van<br />

het OM niet pass<strong>en</strong>d. 77<br />

2.6.5 Overige grond<strong>en</strong><br />

Procedurele grond<strong>en</strong><br />

Het Wetboek van Strafvordering geeft verschill<strong>en</strong>de procedurele voorschrift<strong>en</strong>.<br />

Wanneer niet aan alle voorschrift<strong>en</strong> is voldaan, kan dit voor de<br />

verdediging red<strong>en</strong> zijn om aan te voer<strong>en</strong> dat e<strong>en</strong> uitgevoerd undercovertraject<br />

onrechtmatig zou zijn.<br />

Het Gerechtshof ’s-Grav<strong>en</strong>hage oordeelde in e<strong>en</strong> zaak waar ge<strong>en</strong> schriftelijk<br />

bevel voor PK was afgegev<strong>en</strong>, maar wel mondeling overleg was<br />

geweest, dat bij het niet op schrift stell<strong>en</strong> van het bevel, er naar het oordeel<br />

76 Rechtbank Amsterdam, 27 april 2007, LJN BA4017.<br />

77 Gerechtshof Amsterdam, 28 januari 2008, LJN BC5069.<br />

73


74 <strong>Opspor<strong>en</strong></strong> <strong>onder</strong> <strong>dekmantel</strong><br />

van het gerechtshof ge<strong>en</strong> recht<strong>en</strong>s te respecter<strong>en</strong> belang van verdachte<br />

was geschaad. 78<br />

Het schriftelijke bevel moet verschill<strong>en</strong>de elem<strong>en</strong>t<strong>en</strong> bevatt<strong>en</strong>, <strong>onder</strong><br />

andere de naam of anders e<strong>en</strong> zo nauwkeurig mogelijke omschrijving van<br />

de verdachte <strong>en</strong> in het geval van IF tev<strong>en</strong>s e<strong>en</strong> omschrijving van de groep<br />

van person<strong>en</strong> waarbinn<strong>en</strong> misdrijv<strong>en</strong> word<strong>en</strong> gepleegd of beraamd (artikel<br />

126h, lid 3 sub a <strong>en</strong> b Sv). In e<strong>en</strong> opsporings<strong>onder</strong>zoek naar productie<br />

van <strong>en</strong> handel in verdov<strong>en</strong>de middel<strong>en</strong> was e<strong>en</strong> bevel tot IF uitgeschrev<strong>en</strong><br />

jeg<strong>en</strong>s verdachte P. De ‘groep van person<strong>en</strong>’ was hier omschrev<strong>en</strong> als de<br />

groepering rondom de person<strong>en</strong> P., D., El K., <strong>en</strong> D.D. Op <strong>en</strong>ig mom<strong>en</strong>t<br />

besluit het infiltratieteam om de contact<strong>en</strong> (tijdelijk) te verlegg<strong>en</strong> naar<br />

verdachte X., ev<strong>en</strong>e<strong>en</strong>s behor<strong>en</strong>d tot de g<strong>en</strong>oemde groepering. Omdat<br />

deze X niet in het oorspronkelijke bevel <strong>en</strong> ook niet in de verl<strong>en</strong>ging daarvan<br />

werd g<strong>en</strong>oemd, stelde de verdediging dat de IF onrechtmatig was<br />

geweest. De Hoge Raad stelde echter dat ‘ge<strong>en</strong> rechtsregel meebr<strong>en</strong>gt dat<br />

ook de naam van de (latere) verdachte X. (alsnog) in de hierbov<strong>en</strong> bedoelde<br />

omschrijving moest word<strong>en</strong> opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>’ (…) <strong>en</strong> ‘dat bij infiltratie op<br />

basis van art. 126h Sv de infiltrant contact<strong>en</strong> mag <strong>onder</strong>houd<strong>en</strong> <strong>en</strong> mag<br />

sam<strong>en</strong>werk<strong>en</strong> met mogelijk tot de groep behor<strong>en</strong>de person<strong>en</strong>’. 79<br />

Onder bepaalde omstandighed<strong>en</strong> kan door e<strong>en</strong> rechter groot belang<br />

word<strong>en</strong> gehecht aan het precies uitvoer<strong>en</strong> van de procedurele of vormvoorschrift<strong>en</strong>.<br />

Dit is bijvoorbeeld het geval bij de inzet van buit<strong>en</strong>landse<br />

undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> Nederlands undercovertraject. In e<strong>en</strong> zaak uit<br />

2007 beriep de verdediging zich op het verweer dat de OvJ bij de inzet van<br />

Engelse undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong> had nagelat<strong>en</strong> om gebruik te mak<strong>en</strong> van lid 4<br />

van artikel 126j Sv dat zich expliciet richt op de inschakeling van buit<strong>en</strong>landse<br />

opsporingsambt<strong>en</strong>ar<strong>en</strong>. In plaats daarvan had hij e<strong>en</strong> ‘normaal’<br />

bevel tot, in dit geval, SI uitgeschrev<strong>en</strong>, dat wil zegg<strong>en</strong> e<strong>en</strong> bevel voor<br />

Nederlandse opsporingsambt<strong>en</strong>ar<strong>en</strong>. De Rechtbank Zwolle oordeelde dat<br />

nu de OvJ had nagelat<strong>en</strong> om e<strong>en</strong> specifiek bevel uit te schrijv<strong>en</strong>, niet was<br />

geblek<strong>en</strong> dat de OvJ de ‘bijz<strong>onder</strong>e betrouwbaarheidrisico’s’ die met de<br />

inzet van buit<strong>en</strong>landse undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong> gepaard gaan had meegewog<strong>en</strong>.<br />

Deze risico’s houd<strong>en</strong> in dat zich taalproblem<strong>en</strong> <strong>en</strong> -misverstand<strong>en</strong><br />

kunn<strong>en</strong> voordo<strong>en</strong> <strong>en</strong> dat buit<strong>en</strong>landse opsporingsambt<strong>en</strong>ar<strong>en</strong> mogelijk<br />

minder bek<strong>en</strong>d zijn met de Nederlandse regelgeving, in het bijz<strong>onder</strong> met<br />

betrekking tot het instigatieverbod. Daar kwam bij, aldus de rechtbank,<br />

dat g<strong>en</strong>oemde betrouwbaarheidsrisico’s in het opsporings<strong>onder</strong>zoek ook<br />

aan het licht war<strong>en</strong> gekom<strong>en</strong>, ‘nu is geblek<strong>en</strong> dat de mondelinge verslaglegging<br />

van de bevinding<strong>en</strong> (“debriefing”) van de Engelse opsporingsambt<strong>en</strong>ar<strong>en</strong><br />

in de Engelse taal geschiedde z<strong>onder</strong> gebruikmaking van e<strong>en</strong><br />

tolk t<strong>en</strong> overstaan van slechts één Nederlandse opsporingsambt<strong>en</strong>aar.<br />

Dit verslag werd voorts gezam<strong>en</strong>lijk gedaan in die zin dat m<strong>en</strong> van elkaar<br />

78 Gerechtshof ’s-Grav<strong>en</strong>hage, 4 maart 2005, LJN AS9042.<br />

79 Hoge Raad, 7 oktober 2003, LJN AG2528.


De <strong>regulering</strong> van undercovertraject<strong>en</strong> in Nederland<br />

het verslag kon hor<strong>en</strong> <strong>en</strong> daardoor dus beïnvloed kan zijn. T<strong>en</strong> slotte is<br />

geblek<strong>en</strong> dat (…) het infiltratieteam slechts twee begeleiders k<strong>en</strong>de in<br />

plaats van de voorgeschrev<strong>en</strong> vier begeleiders.’ De rechtbank stelde dat<br />

de SI voor zover die was uitgevoerd door de Engelse undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong><br />

onrechtmatig was. 80<br />

Doorlaatverbod<br />

Onder de bestudeerde uitsprak<strong>en</strong> bevind<strong>en</strong> zich 6 zak<strong>en</strong> waarin de verdediging<br />

heeft aangevoerd dat in het undercovertraject het doorlaatverbod,<br />

zoals neergelegd in artikel 126ff Sv, is geschond<strong>en</strong>. 81 In de door ons<br />

bestudeerde zak<strong>en</strong> is dit verweer ge<strong>en</strong> <strong>en</strong>kele keer door de rechter gegrond<br />

bevond<strong>en</strong>.<br />

Artikel 126ff Sv stelt dat e<strong>en</strong> opsporingsambt<strong>en</strong>aar verplicht is tot inbeslagname<br />

over te gaan wanneer hij door de <strong>uitvoering</strong> van e<strong>en</strong> bijz<strong>onder</strong>e<br />

opsporingsbevoegdheid ‘de vindplaats weet’ van schadelijke of gevaarlijke<br />

voorwerp<strong>en</strong>. Uit de jurisprud<strong>en</strong>tie blijkt dat dit ‘wet<strong>en</strong>’ als e<strong>en</strong> absoluut<br />

zeker wet<strong>en</strong> wordt geïnterpreteerd; alle<strong>en</strong> wanneer er volledige zekerheid<br />

bestaat over de aanwezigheid van voorwerp<strong>en</strong> geldt de plicht tot inbeslagname.<br />

Zo zag e<strong>en</strong> undercoverag<strong>en</strong>t tijd<strong>en</strong>s e<strong>en</strong> bezoek aan e<strong>en</strong> subject, in<br />

e<strong>en</strong> <strong>onder</strong>zoek naar drugshandel, dat er tass<strong>en</strong> met pill<strong>en</strong> in de woning<br />

stond<strong>en</strong>. In hetzelfde <strong>onder</strong>zoek hoorde e<strong>en</strong> undercoverag<strong>en</strong>t e<strong>en</strong> subject,<br />

terwijl hij met zijn jas schudde, prat<strong>en</strong> over e<strong>en</strong> ‘kanonnetje’. Volg<strong>en</strong>s<br />

het Gerechtshof ’s-Grav<strong>en</strong>hage bestond hiermee ge<strong>en</strong> zekerheid over de<br />

aanwezigheid van respectievelijk drugs <strong>en</strong> e<strong>en</strong> vuurwap<strong>en</strong>. 82<br />

Verder moet<strong>en</strong> de omstandighed<strong>en</strong> tijd<strong>en</strong>s het opsporings<strong>onder</strong>zoek de<br />

inbeslagname ook mogelijk mak<strong>en</strong>. In de g<strong>en</strong>oemde zaak kon, aldus de<br />

rechtbank, het ontbrek<strong>en</strong> van de mogelijkheid de woning te doorzoek<strong>en</strong><br />

<strong>en</strong> de kans dat de tass<strong>en</strong> met drugs als test war<strong>en</strong> neergezet, aanleiding<br />

zijn om van inbeslagname af te zi<strong>en</strong> z<strong>onder</strong> dat sprake is van ‘doorlating’.<br />

83<br />

In e<strong>en</strong> andere zaak was er cocaïne na ontdekking in beslag g<strong>en</strong>om<strong>en</strong>, met<br />

uitz<strong>onder</strong>ing van één kilo, die was in het belang van het <strong>onder</strong>zoek teruggeplaatst<br />

om, terwijl de drugs voortdur<strong>en</strong>d <strong>onder</strong> controle van het opsporingsteam<br />

war<strong>en</strong> geweest, op e<strong>en</strong> later mom<strong>en</strong>t alsnog in beslag te word<strong>en</strong><br />

80 Rechtbank Zwolle, 3 mei 2007, LJN BA4345.<br />

81 Gerechtshof ’s-Hertog<strong>en</strong>bosch, 14 februari 2001, LJN AB0272 (gehandhaafd door Hoge Raad, 2 juli 2002,<br />

LJN AD9915); Gerechtshof ’s-Hertog<strong>en</strong>bosch, 3 augustus 2001, LJN AF4420; Gerechtshof ’s-Grav<strong>en</strong>hage,<br />

15 mei 2002, LJN AE4754; Gerechtshof Amsterdam, 26 juni 2002, LJN AE7045; Rechtbank ’s-Grav<strong>en</strong>hage,<br />

23 november 2001, LJN AD6065 (gehandhaafd door Gerechtshof ’s-Grav<strong>en</strong>hage, 21 november 2003,<br />

LJN AN8750) (Gerechtshof ’s-Grav<strong>en</strong>hage, 12 april 2002, LJN AE4747 (deze uitspraak heeft weliswaar<br />

betrekking op andere verdacht<strong>en</strong> dan de zojuist g<strong>en</strong>oemde uitspraak van hetzelfde gerechtshof van<br />

21 november 2003, maar beide zijn afkomstig uit dezelfde zaak <strong>en</strong> zijn daarom sam<strong>en</strong> met de uitspraak<br />

van de rechtbank van 23 november 2001 als één zaak geteld)); Rechtbank Breda, 4 februari 2002, LJN<br />

AD9165.<br />

82 Gerechtshof ’s-Grav<strong>en</strong>hage, 21 november 2003, LJN AN8750; zie ook Gerechtshof ’s-Hertog<strong>en</strong>bosch,<br />

14 februari 2001, LJN AB0272 (gehandhaafd door Hoge Raad, 2 juli 2002, LJN AD9915) (zie ook<br />

paragraaf 5.4.2).<br />

83 Rechtbank ’s-Grav<strong>en</strong>hage, 23 november 2001, LJN AD6065.<br />

75


76 <strong>Opspor<strong>en</strong></strong> <strong>onder</strong> <strong>dekmantel</strong><br />

g<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. Het Gerechtshof ’s-Grav<strong>en</strong>hage overwoog dat van doorlat<strong>en</strong> hier<br />

ge<strong>en</strong> sprake was. 84<br />

Overig<strong>en</strong>s heeft de Hoge Raad bepaald dat het doorlaatverbod niet is ingesteld<br />

ter bescherming van de verdachte. Daarom di<strong>en</strong>t e<strong>en</strong> verweer van de<br />

verdachte op dit punt met als doel de niet-ontvankelijkverklaring van het<br />

OM, te word<strong>en</strong> verworp<strong>en</strong>. 85<br />

Betrouwbaarheid van de opgemaakte process<strong>en</strong>-verbaal<br />

In e<strong>en</strong> zaak waarin e<strong>en</strong> undercoverag<strong>en</strong>t was geplaatst in e<strong>en</strong> Huis van<br />

Bewaring, wierp de verdediging op dat de verbaliseringsplicht (artikel 152<br />

Sv) was geschond<strong>en</strong> nu niet ‘t<strong>en</strong> spoedigste’ door de betrokk<strong>en</strong> opsporingsambt<strong>en</strong>aar<br />

proces-verbaal was opgemaakt van zijn bevinding<strong>en</strong>. De<br />

rechtbank oordeelde dat de undercoverag<strong>en</strong>t tijd<strong>en</strong>s zijn verblijf niet kon<br />

verbaliser<strong>en</strong>, aangezi<strong>en</strong> dat zijn pseudo-id<strong>en</strong>titeit in gevaar zou br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>.<br />

De betreff<strong>en</strong>de undercoverag<strong>en</strong>t had vier dag<strong>en</strong> ná vrijlating procesverbaal<br />

opgemaakt. De rechtbank vond dat niet zodanig lang dat daaraan<br />

consequ<strong>en</strong>ties zoud<strong>en</strong> moet<strong>en</strong> word<strong>en</strong> verbond<strong>en</strong>. Ook was de periode<br />

van veerti<strong>en</strong> dag<strong>en</strong> gedur<strong>en</strong>de welke de undercoverag<strong>en</strong>t in het Huis van<br />

Bewaring had verblev<strong>en</strong> niet zo lang dat gevaar voor verlies van informatie<br />

bestond, vooral ook omdat er nog geluidsband<strong>en</strong> <strong>en</strong> de door de begeleider<br />

g<strong>en</strong>oteerde steekwoord<strong>en</strong> ter beschikking war<strong>en</strong>. 86<br />

In e<strong>en</strong> andere zaak, die speelde voor de Rechtbank Breda, stelde de verdediging<br />

dat de verslaglegging van de undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong> onzorgvuldig was<br />

<strong>en</strong> zelfs de indruk wekte van valsheid in geschrifte. De onzorgvuldigheid<br />

zou blijk<strong>en</strong> uit de onjuiste weergave door de undercoverag<strong>en</strong>t van feitelijkhed<strong>en</strong>,<br />

bijvoorbeeld dat de verdachte op e<strong>en</strong> bepaald mom<strong>en</strong>t naar de<br />

undercoverag<strong>en</strong>t belde, terwijl dat, zo bleek uit getapte telefoongesprekk<strong>en</strong>,<br />

in dat concrete geval andersom was. De rechtbank <strong>onder</strong>schreef<br />

dat er sprake was van feitelijke onjuisthed<strong>en</strong>, maar er was niets geblek<strong>en</strong><br />

van bewuste manipulaties <strong>en</strong> bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> was er ge<strong>en</strong> sprake van zodanige<br />

onzorgvuldigheid dat daaraan consequ<strong>en</strong>ties verbond<strong>en</strong> moest<strong>en</strong><br />

word<strong>en</strong>. 87<br />

In verschill<strong>en</strong>de zak<strong>en</strong> zijn de process<strong>en</strong>-verbaal van undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong><br />

strijdig met verklaring<strong>en</strong> van getuig<strong>en</strong> of verdacht<strong>en</strong>. Zo zoud<strong>en</strong> in<br />

e<strong>en</strong> zaak de undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong>, volg<strong>en</strong>s de verdacht<strong>en</strong>, veel hebb<strong>en</strong><br />

gedronk<strong>en</strong> <strong>en</strong> e<strong>en</strong> barmedewerker onheus hebb<strong>en</strong> behandeld. In de<br />

process<strong>en</strong>-verbaal van de undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong> was hierover echter niets te<br />

lez<strong>en</strong>. Het Gerechtshof ’s-Grav<strong>en</strong>hage oordeelde dat er ge<strong>en</strong> red<strong>en</strong> was te<br />

twijfel<strong>en</strong> aan de juistheid van de door de undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong> opgemaakte<br />

process<strong>en</strong>-verbaal <strong>en</strong> hun bij de rechter-commissaris afgelegde verklaring<strong>en</strong>.<br />

De verklaring<strong>en</strong> van de undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong> war<strong>en</strong> voldo<strong>en</strong>de<br />

84 Gerechtshof ’s-Grav<strong>en</strong>hage, 15 mei 2002, LJN AE4754.<br />

85 Hoge Raad, 2 juli 2002, LJN AD9915.<br />

86 Rechtbank Amsterdam, 8 november 2001, LJN AD5311.<br />

87 Rechtbank Breda, 26 oktober 2004, LJN AR4560.


De <strong>regulering</strong> van undercovertraject<strong>en</strong> in Nederland<br />

betrouwbaar bezi<strong>en</strong> teg<strong>en</strong> de achtergrond van het gehele dossier <strong>en</strong> gelet<br />

op de consist<strong>en</strong>tie met de door e<strong>en</strong> andere undercoverag<strong>en</strong>t afgelegde<br />

verklaring<strong>en</strong> <strong>en</strong> de verslag<strong>en</strong> van het begeleidingsteam. 88 In e<strong>en</strong> andere<br />

zaak verklaard<strong>en</strong> undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong> <strong>en</strong> het begeleidingsteam dat e<strong>en</strong> van<br />

de undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong> XTC-pill<strong>en</strong> war<strong>en</strong> aangebod<strong>en</strong> door e<strong>en</strong> verdachte.<br />

Getuig<strong>en</strong> (medeverdacht<strong>en</strong>) steld<strong>en</strong> echter dat in het betreff<strong>en</strong>de gesprek<br />

tuss<strong>en</strong> de undercoverag<strong>en</strong>t <strong>en</strong> de verdachte niet over drugs was gesprok<strong>en</strong>.<br />

Het Gerechtshof ’s-Grav<strong>en</strong>hage oordeelde dat de verklaring<strong>en</strong> van de<br />

undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong> aannemelijker war<strong>en</strong> dan die van de getuig<strong>en</strong>. 89<br />

De gr<strong>en</strong>s tuss<strong>en</strong> SI (<strong>en</strong> PK) <strong>en</strong> IF<br />

In e<strong>en</strong> aantal zak<strong>en</strong> heeft de verdediging het verweer gevoerd dat de informant<br />

of pseudo-koper, door de wijze waarop hij zijn taak heeft uitgevoerd,<br />

als infiltrant is te beschouw<strong>en</strong> dan wel dat hij zijn bevoegdhed<strong>en</strong> te buit<strong>en</strong><br />

is gegaan. 90<br />

In e<strong>en</strong> zaak werd e<strong>en</strong> undercoverag<strong>en</strong>t geplaatst in e<strong>en</strong> Huis van Bewaring,<br />

t<strong>en</strong>einde informatie te verkrijg<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> verdachte omtr<strong>en</strong>t de dood<br />

van zijn echtg<strong>en</strong>ote. Tijd<strong>en</strong>s hun contact<strong>en</strong> sprak<strong>en</strong> de undercoverag<strong>en</strong>t<br />

<strong>en</strong> de verdachte over de mogelijke betrokk<strong>en</strong>heid van de verdachte bij de<br />

verdwijning van zijn vrouw, maar ook over het ontsnapp<strong>en</strong> uit de gevang<strong>en</strong>is<br />

<strong>en</strong> het gezam<strong>en</strong>lijk smokkel<strong>en</strong> van cocaïne. De Rechtbank Amsterdam<br />

oordeelde dat de undercoverag<strong>en</strong>t <strong>en</strong> de verdachte weliswaar hadd<strong>en</strong><br />

gesprok<strong>en</strong> over het mogelijk sam<strong>en</strong> pleg<strong>en</strong> van misdrijv<strong>en</strong>, maar dat die<br />

misdrijv<strong>en</strong> niet tot uitvoer war<strong>en</strong> gebracht. Daarom was er ge<strong>en</strong> sprake<br />

van IF maar van SI. 91<br />

Ook in e<strong>en</strong> zaak die di<strong>en</strong>de voor de Utrechtse rechtbank beriep de verdediging<br />

zich erop dat de handeling<strong>en</strong> van de undercoverag<strong>en</strong>t IF betrof in<br />

plaats van SI. De rechtbank was echter van m<strong>en</strong>ing dat de positie van de<br />

undercoverag<strong>en</strong>t t<strong>en</strong> opzichte van de verdacht<strong>en</strong> beperkt was geblev<strong>en</strong> tot<br />

die van e<strong>en</strong> buit<strong>en</strong>staander. Hij bracht het ‘slechts’ tot pot<strong>en</strong>tiële afnemer<br />

<strong>en</strong> werd niet of nauwelijks ingewijd in de zakelijke informatie omtr<strong>en</strong>t<br />

voorg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> transacties die de verdacht<strong>en</strong> met elkaar deeld<strong>en</strong>. Hierdoor<br />

bleef er sprake van SI. 92 Ook het Gerechtshof ’s-Grav<strong>en</strong>hage kwam, in<br />

e<strong>en</strong> andere zaak, tot het oordeel dat vanwege het ontbrek<strong>en</strong> van deelnememingshandeling<strong>en</strong><br />

er niet gesprok<strong>en</strong> kan word<strong>en</strong> van IF. 93<br />

In e<strong>en</strong> laatste zaak stelde de verdediging dat de toegepaste SI <strong>en</strong> vier PK’<strong>en</strong><br />

in hun <strong>uitvoering</strong> <strong>en</strong> tezam<strong>en</strong> eig<strong>en</strong>lijk de toepassing van IF inhield<strong>en</strong>.<br />

88 Gerechtshof ’s-Grav<strong>en</strong>hage, 12 april 2002, LJN AE4747 (bij Hoge Raad is dit verweer niet gevoerd. Hoge<br />

Raad, 7 oktober 2003, LJN AG2528).<br />

89 Gerechtshof ’s-Grav<strong>en</strong>hage, 21 november 2003, LJN AN8750.<br />

90 Gerechtshof ’s-Grav<strong>en</strong>hage, 3 oktober 2008 (niet gepubliceerd); Rechtbank Amsterdam, 8 november<br />

2001, LJN AD5311; Rechtbank Ass<strong>en</strong>, 13 december 2002, LJN AF1854; Rechtbank Utrecht, 3 april 2008,<br />

LJN BC8607.<br />

91 Rechtbank Amsterdam, 8 november 2001, LJN AD5311.<br />

92 Rechtbank Utrecht, 3 april 2008, LJN BC8607.<br />

93 Gerechtshof ’s-Grav<strong>en</strong>hage, 3 oktober 2008, niet gepubliceerd.<br />

77


78 <strong>Opspor<strong>en</strong></strong> <strong>onder</strong> <strong>dekmantel</strong><br />

De Ass<strong>en</strong>se rechtbank oordeelde dat het traject niet zo omvangrijk <strong>en</strong><br />

ingrijp<strong>en</strong>d was dat het kon word<strong>en</strong> gelijkgesteld met e<strong>en</strong> IF-traject. Ook dit<br />

verweer werd dus verworp<strong>en</strong>. 94<br />

Mate van verd<strong>en</strong>king bij start of voortzetting <strong>onder</strong>zoek<br />

In verschill<strong>en</strong>de zak<strong>en</strong> is door de verdediging aangevoerd dat de start van<br />

het opsporings<strong>onder</strong>zoek teg<strong>en</strong> verdachte onrechtmatig is geweest omdat<br />

er onvoldo<strong>en</strong>de feit<strong>en</strong> <strong>en</strong> omstandighed<strong>en</strong> voorhand<strong>en</strong> war<strong>en</strong> om e<strong>en</strong><br />

verd<strong>en</strong>king van e<strong>en</strong> bepaald misdrijf te rechtvaardig<strong>en</strong>. 95 De rechtscolleges<br />

steld<strong>en</strong> echter in alle gevall<strong>en</strong> vast dat er in het betreff<strong>en</strong>de opsporings<strong>onder</strong>zoek<br />

wel degelijk voldo<strong>en</strong>de belast<strong>en</strong>de informatie lag, meestal<br />

afkomstig van de CIE of uit eerdere <strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong>, eerder ingezette opsporingsinstrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong><br />

of uit strafrechtelijke docum<strong>en</strong>tatie.<br />

In één zaak stelde de raadsman dat het opsporingsteam langdurig had<br />

gerechercheerd z<strong>onder</strong> dat dat bevestiging opleverde van de verd<strong>en</strong>king,<br />

van in dit geval drugshandel. Omdat het opsporings<strong>onder</strong>zoek dus ge<strong>en</strong><br />

verder bewijs had voortgebracht, had de OvJ niet mog<strong>en</strong> besluit<strong>en</strong> om<br />

verdergaande opsporingsbevoegdhed<strong>en</strong> als SI <strong>en</strong> PK in te zett<strong>en</strong>. Het<br />

Gerechtshof ’s-Hertog<strong>en</strong>bosch oordeelde echter dat de inzet van zwaardere<br />

opsporingsmiddel<strong>en</strong> gedur<strong>en</strong>de e<strong>en</strong> opsporings<strong>onder</strong>zoek niet<br />

‘afhankelijk is van het beschikbaar kom<strong>en</strong> van nadere bewijsmiddel<strong>en</strong><br />

in dat opsporings<strong>onder</strong>zoek. Dit kan anders zijn in het geval ontlast<strong>en</strong>d<br />

materiaal naar bov<strong>en</strong> komt. Dat doet zich hier niet voor.’ 96<br />

Inzet van burgers<br />

Ook de (verme<strong>en</strong>de) inzet van e<strong>en</strong> (criminele) burger in e<strong>en</strong> undercovertraject<br />

is e<strong>en</strong> aspect waarop door de verdediging in e<strong>en</strong> aantal zak<strong>en</strong><br />

verweer wordt gevoerd. Deze verwer<strong>en</strong> behelz<strong>en</strong> de stelling dat e<strong>en</strong> (criminele)<br />

burger is ingezet terwijl het b<strong>en</strong>odigde bevel ontbrak <strong>en</strong>/of, in het<br />

geval van e<strong>en</strong> verme<strong>en</strong>de criminele burger, de inzet niet geoorloofd was. 97<br />

Echter, slechts in één zaak is het verweer gegrond bevond<strong>en</strong> door de rechter.<br />

De andere verwer<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> verworp<strong>en</strong> omdat volg<strong>en</strong>s het rechtscol-<br />

94 Rechtbank Ass<strong>en</strong>, 3 december 2002, LJN AF1854.<br />

95 Hoge Raad, 12 april 2005, LJN AS5843; Gerechtshof ’s-Hertog<strong>en</strong>bosch, 3 juni 2003, LJN AO9091;<br />

Gerechtshof ’s-Hertog<strong>en</strong>bosch, 23 juli 2003, LJN AO9528; Gerechtshof ’s-Hertog<strong>en</strong>bosch, 26 september<br />

2003, LJN AN7589; Gerechtshof ’s-Hertog<strong>en</strong>bosch, 29 november 2006, LJN AZ4125; Rechtbank Zwolle,<br />

3 mei 2007, LJN BA4345; Rechtbank Utrecht, 3 april 2008, LJN BC8607.<br />

96 Gerechtshof ’s-Hertog<strong>en</strong>bosch, 29 november 2006, LJN AZ4125.<br />

97 Hoge Raad, 4 februari 2003, LJN AE9069; Hoge Raad, 23 november 2004, LJN AQ8478; Gerechtshof<br />

’s-Grav<strong>en</strong>hage, 12 november 2002, LJN AF0783; Gerechtshof ’s-Hertog<strong>en</strong>bosch, 9 mei 2008,<br />

LJN BD8152; Rechtbank Breda, 4 februari 2002, LJN AD9165 (gehandhaafd door Gerechtshof<br />

’s-Hertog<strong>en</strong>bosch, 23 juli 2003, LJN AO9528); Rechtbank Rotterdam,11 augustus 2006, LJN AY6630;<br />

Rechtbank Almelo, 18 september 2007, LJN BB3740.


De <strong>regulering</strong> van undercovertraject<strong>en</strong> in Nederland<br />

lege niet was aangetoond dat er inderdaad sprake was van het gebruik van<br />

e<strong>en</strong> burger op e<strong>en</strong> wijze zoals door de verdediging betoogd. 98<br />

In de zaak waarin het verweer van de verdediging gegrond werd bevond<strong>en</strong><br />

was e<strong>en</strong> medewerker van de Belastingdi<strong>en</strong>st, e<strong>en</strong> zog<strong>en</strong>oemde controller,<br />

ingezet om informatie in te winn<strong>en</strong> t<strong>en</strong> aanzi<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> van verduistering<br />

verdachte collega. Het Gerechtshof ’s-Hertog<strong>en</strong>bosch oordeelde dat de OvJ<br />

t<strong>en</strong> onrechte had nagelat<strong>en</strong> om e<strong>en</strong> bevel SI voor e<strong>en</strong> burger uit te schrijv<strong>en</strong>.<br />

‘Ter bescherming van de recht<strong>en</strong> van verdachte’ had dat wel moet<strong>en</strong><br />

gebeur<strong>en</strong>. Het verzuim leidde tot strafvermindering. 99<br />

E<strong>en</strong> interessante uitspraak in e<strong>en</strong> zaak waarin de verdediging verweer<br />

voert met betrekking tot e<strong>en</strong> ingezette burger, is gedaan door de Hoge<br />

Raad op 23 november 2004. 100 In deze zaak draaide het om de vraag<br />

of het terugkop<strong>en</strong> van gestol<strong>en</strong> schilderij<strong>en</strong> door e<strong>en</strong> medewerker van<br />

Sotheby’s, e<strong>en</strong> veilinghuis op het gebied van kunst <strong>en</strong> antiek, beoordeeld<br />

moest word<strong>en</strong> als burger-PK. Bij de betreff<strong>en</strong>de terugkoop werd de verkoper<br />

aangehoud<strong>en</strong> door de politie. De verdediging stelde dat het hier ging<br />

om e<strong>en</strong> burger-PK waarvoor niet e<strong>en</strong> in artikel 126ij Sv voorgeschrev<strong>en</strong><br />

overe<strong>en</strong>komst was opgemaakt. De Hoge Raad <strong>onder</strong>schreef echter het<br />

oordeel van het Gerechtshof Amsterdam dat hier ge<strong>en</strong> sprake was van e<strong>en</strong><br />

burger-PK, <strong>en</strong> dat artikel 126ij Sv dus terecht niet was toegepast door de<br />

OvJ. De Hoge Raad voerde daarbij aan dat het initiatief tot de koop was<br />

uitgegaan van de verkoper (deg<strong>en</strong>e dus die de gestol<strong>en</strong> schilderij<strong>en</strong> in het<br />

bezit had) – deze had de medewerker van het veilinghuis namelijk telefonisch<br />

b<strong>en</strong>aderd <strong>en</strong> voorgesteld de schilderij<strong>en</strong> terug te kop<strong>en</strong> – <strong>en</strong> dat ook<br />

anderszins van e<strong>en</strong> regisser<strong>en</strong>de rol van het OM of de politie ge<strong>en</strong> sprake<br />

was geweest; de medewerker van Sotheby’s was ingegaan op het voorstel<br />

van de verkoper voordat hij de politie had ingelicht <strong>en</strong> de politie beperkte<br />

zich jeg<strong>en</strong>s die medewerker, die niet op de hoogte was van de aanwezigheid<br />

van het arrestatieteam bij de overdracht, tot adviez<strong>en</strong> omtr<strong>en</strong>t hoe te<br />

handel<strong>en</strong> bij de terugkoop.<br />

Lokmiddel<strong>en</strong><br />

Zoals gezegd wordt de laatste jar<strong>en</strong> in de media geregeld melding gemaakt<br />

van het gebruik door de politie van allerhande lokmiddel<strong>en</strong> (zie paragraaf<br />

2.4.2). Deze lokmiddel<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> zowel ongericht als gericht word<strong>en</strong> ingezet.<br />

Bij e<strong>en</strong> ongerichte inzet wordt e<strong>en</strong> lokmiddel niet toegepast jeg<strong>en</strong>s e<strong>en</strong><br />

specifiek persoon maar t<strong>en</strong> aanzi<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> algeme<strong>en</strong> publiek, bijvoorbeeld<br />

door e<strong>en</strong> lokfiets te plaats<strong>en</strong> op e<strong>en</strong> plek bij e<strong>en</strong> station waarvan<br />

bek<strong>en</strong>d is dat daarvandaan veel fiets<strong>en</strong> word<strong>en</strong> gestol<strong>en</strong>. De politie ‘vist’<br />

98 In de uitspraak van de Hoge Raad van 4 februari 2003 (LJN AE9069) werd het verweer dat e<strong>en</strong><br />

criminele burger zou zijn ingezet verworp<strong>en</strong> omdat de betreff<strong>en</strong>de burger was gebruikt jeg<strong>en</strong>s e<strong>en</strong><br />

andere persoon dan de verdachte, waardoor hij ge<strong>en</strong> belang had bij het voer<strong>en</strong> van dat verweer. Het<br />

gerechtshof had in deze zaak de stelling dat van e<strong>en</strong> criminele burger sprake was overig<strong>en</strong>s ook wel<br />

inhoudelijk verworp<strong>en</strong> (Gerechtshof ’s-Hertog<strong>en</strong>bosch, 3 augustus 2001, LJN AF4420).<br />

99 Gerechtshof ’s-Hertog<strong>en</strong>bosch, 9 mei 2008, LJN BD8152.<br />

100 Hoge Raad, 23 november 2004, LJN AQ8478.<br />

79


80 <strong>Opspor<strong>en</strong></strong> <strong>onder</strong> <strong>dekmantel</strong><br />

dan als het ware in e<strong>en</strong> algem<strong>en</strong>e ‘vijver’ van pot<strong>en</strong>tiële fiets<strong>en</strong>diev<strong>en</strong>. E<strong>en</strong><br />

dergelijk ongericht gebruik is door de Hoge Raad toelaatbaar geacht. 101<br />

Van belang voor het bepal<strong>en</strong> of van e<strong>en</strong> lokmiddel niet e<strong>en</strong> ontoelaatbaar<br />

uitlokk<strong>en</strong>de werking uitgaat, is de vraag of het lokmiddel in belangrijke<br />

mate afwijkt van de in de betreff<strong>en</strong>de context gebruikelijke situatie. Zo<br />

zou van het plaats<strong>en</strong> van erg opvall<strong>en</strong>de <strong>en</strong> ongebruikelijk dure spull<strong>en</strong> in<br />

e<strong>en</strong> auto gezegd kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> dat dat wel e<strong>en</strong> uitlokk<strong>en</strong>d effect heeft,<br />

omdat door de afwijk<strong>en</strong>de situatie die daarmee wordt gecreëerd subject<strong>en</strong><br />

tot andere handeling<strong>en</strong> gebracht kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> dan waarop hun opzet<br />

reeds was gericht.<br />

Bij gericht gebruik past de politie e<strong>en</strong> lokmiddel toe jeg<strong>en</strong>s e<strong>en</strong> specifiek<br />

persoon, bijvoorbeeld door e<strong>en</strong> lokfiets te plaats<strong>en</strong> op e<strong>en</strong> plek waarvan<br />

de politie weet dat de ‘verdachte’, waarvan vermoed wordt dat hij e<strong>en</strong> fiets<br />

wil stel<strong>en</strong>, daar langs zal kom<strong>en</strong>. De Rechtbank Dordrecht heeft het OM<br />

niet-ontvankelijk verklaard vanwege het aldus gericht gebruik<strong>en</strong> van e<strong>en</strong><br />

lokmiddel op e<strong>en</strong> persoon die op dat mom<strong>en</strong>t nog ge<strong>en</strong> verdachte was. 102<br />

2.7 Recapitulatie<br />

De undercoverbevoegdhed<strong>en</strong><br />

Het Wetboek van Strafvordering maakt <strong>onder</strong>scheid tuss<strong>en</strong> drie undercoverbevoegdhed<strong>en</strong>:<br />

SI, PK/PDV <strong>en</strong> IF.<br />

Lokmiddel<strong>en</strong>, zoals de lokvrachtwag<strong>en</strong> ter opsporing van ladingdiefstal,<br />

vall<strong>en</strong> niet <strong>onder</strong> de undercoverbevoegdhed<strong>en</strong>. Wel hebb<strong>en</strong> deze middel<strong>en</strong><br />

inhoudelijk e<strong>en</strong> overe<strong>en</strong>komst met undercovertraject<strong>en</strong>, namelijk het<br />

elem<strong>en</strong>t van misleiding. Het ongericht inzett<strong>en</strong> van lokmiddel<strong>en</strong> – dus<br />

jeg<strong>en</strong>s e<strong>en</strong> algeme<strong>en</strong> publiek <strong>en</strong> niet gericht op e<strong>en</strong> specifiek persoon – <strong>en</strong><br />

bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> zodanig dat ge<strong>en</strong> ontoelaatbaar uitlokk<strong>en</strong>de situatie wordt<br />

geschap<strong>en</strong>, is door de Hoge Raad als legitiem beoordeeld. 103 Het gericht<br />

inzett<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> lokmiddel, dat wil zegg<strong>en</strong> wel toegespitst op e<strong>en</strong> specifiek<br />

persoon (die bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> op dat mom<strong>en</strong>t nog ge<strong>en</strong> verdachte is), is door<br />

de Rechtbank Dordrecht daar<strong>en</strong>teg<strong>en</strong> als ontoelaatbaar beoordeeld. 104<br />

Proportionaliteit <strong>en</strong> subsidiariteit<br />

De inzet van SI is niet beperkt tot e<strong>en</strong> bepaalde categorie van delict<strong>en</strong>;<br />

het mag <strong>onder</strong> titel IVa word<strong>en</strong> gebruikt bij verd<strong>en</strong>king van ‘e<strong>en</strong>’ misdrijf.<br />

Verder moet inzet van het middel ‘in het belang van het <strong>onder</strong>zoek’ zijn.<br />

Bij PK/PDV moet er <strong>onder</strong> titel IVa sprake zijn van verd<strong>en</strong>king van e<strong>en</strong><br />

misdrijf als omschrev<strong>en</strong> in artikel 67, eerste lid Sv <strong>en</strong> moet het ook in het<br />

belang van het <strong>onder</strong>zoek zijn. Voorwaard<strong>en</strong> voor inzet van IF <strong>onder</strong> titel<br />

101 Hoge Raad, 28 oktober 2008, LJN BE9817.<br />

102 Rechtbank Dordrecht, 22 maart 2006, LJN AX0773; zie ook Nieuw<strong>en</strong>huis, 2007: 74-76.<br />

103 Hoge Raad, 28 oktober 2008, LJN BE9817.<br />

104 Rechtbank Dordrecht, 22 maart 2006, LJN AX0773; zie ook Nieuw<strong>en</strong>huis, 2007: 74-76.


De <strong>regulering</strong> van undercovertraject<strong>en</strong> in Nederland<br />

IVa zijn respectievelijk dat er e<strong>en</strong> verd<strong>en</strong>king is van e<strong>en</strong> misdrijf dat wordt<br />

g<strong>en</strong>oemd in artikel 67, eerste lid Sv dat gezi<strong>en</strong> zijn aard of de sam<strong>en</strong>hang<br />

met andere door de verdachte begane misdrijv<strong>en</strong> e<strong>en</strong> ernstige inbreuk<br />

op de rechtsorde oplevert <strong>en</strong> dat het <strong>onder</strong>zoek de inzet van IF dring<strong>en</strong>d<br />

vordert. Overig<strong>en</strong>s betek<strong>en</strong>t de in het Wetboek van Strafvordering gegev<strong>en</strong><br />

afbak<strong>en</strong>ing van misdrijv<strong>en</strong> waarbij de inzet van e<strong>en</strong> undercoverbevoegdheid<br />

in beginsel is toegestaan, niet dat het gebruik van die bevoegdheid<br />

in alle gevall<strong>en</strong> waarin van zo’n misdrijf sprake is ook geoorloofd is. De<br />

g<strong>en</strong>oemde afbak<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> zijn slechts e<strong>en</strong> eerste inperking. Bij de concrete<br />

toepassing van undercoverbevoegdhed<strong>en</strong> moet in ieder afz<strong>onder</strong>lijk geval<br />

bekek<strong>en</strong> word<strong>en</strong> of inzet van het middel, gezi<strong>en</strong> alle relevante omstandighed<strong>en</strong><br />

van het misdrijf <strong>en</strong> het opsporings<strong>onder</strong>zoek, voldoet aan de beginsel<strong>en</strong><br />

van proportionaliteit <strong>en</strong> subsidiariteit.<br />

Vooral bij IF geldt dus e<strong>en</strong> redelijk str<strong>en</strong>ge subsidiariteitseis. Dat het<br />

opsporings<strong>onder</strong>zoek de inzet van IF ‘dring<strong>en</strong>d vordert’ komt erop neer<br />

dat andere middel<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> gefaald of zull<strong>en</strong> fal<strong>en</strong>. Aanwijzing<strong>en</strong> daarvoor<br />

hoev<strong>en</strong> niet noodzakelijkerwijs afkomstig te zijn uit het betreff<strong>en</strong>de<br />

opsporings<strong>onder</strong>zoek zelf, zo blijkt uit jurisprud<strong>en</strong>tie. Ook uit ervaring<strong>en</strong><br />

uit e<strong>en</strong> eerder <strong>onder</strong>zoek teg<strong>en</strong> dezelfde verdachte(n) kan blijk<strong>en</strong> dat ‘klassieke<br />

opsporingsmethod<strong>en</strong>’ weinig of ge<strong>en</strong> kans van slag<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong>. 105<br />

Voor de beoordeling van de proportionaliteit <strong>en</strong> subsidiariteit van e<strong>en</strong><br />

undercovertraject kunn<strong>en</strong> bepaalde k<strong>en</strong>merk<strong>en</strong> van zo’n traject van<br />

belang zijn. Zo is, wat betreft proportionaliteit, de int<strong>en</strong>siteit van e<strong>en</strong><br />

undercovertraject soms relevant. De verdediging kan bijvoorbeeld<br />

aanvoer<strong>en</strong> dat het uitvoer<strong>en</strong> van verschill<strong>en</strong>de PK’<strong>en</strong> niet proportioneel is<br />

omdat met e<strong>en</strong> eerste PK al de betrokk<strong>en</strong>heid bij drugshandel kan word<strong>en</strong><br />

aangetoond. Meerdere PK’<strong>en</strong> zijn in beginsel echter toelaatbaar, bijvoorbeeld<br />

om de omvang van de handel aan te ton<strong>en</strong>. 106 Ook het feit dat in<br />

e<strong>en</strong> undercovertraject tijd<strong>en</strong>s contact<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> de undercoverag<strong>en</strong>t <strong>en</strong><br />

het subject gevoelige, persoonlijke <strong>onder</strong>werp<strong>en</strong> aan de orde kom<strong>en</strong>, valt<br />

in beginsel binn<strong>en</strong> de gr<strong>en</strong>z<strong>en</strong> van proportionaliteit, hoewel undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong><br />

er niet op moet<strong>en</strong> aanstur<strong>en</strong> als het <strong>onder</strong>werp van ge<strong>en</strong> belang is<br />

voor het opsporings<strong>onder</strong>zoek. 107<br />

Verder kunn<strong>en</strong> specifieke toepassing<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> undercovertraject e<strong>en</strong><br />

zwaardere toets op proportionaliteit <strong>en</strong> subsidiariteit met zich meebr<strong>en</strong>g<strong>en</strong>.<br />

Dit geldt bijvoorbeeld voor de inzet van e<strong>en</strong> undercoverag<strong>en</strong>t in e<strong>en</strong><br />

p<strong>en</strong>it<strong>en</strong>tiaire inrichting. Wanneer er sprake is van e<strong>en</strong> bijz<strong>onder</strong> ernstig<br />

misdrijf <strong>en</strong> andere opsporingsinstrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> redelijkerwijs niet voorhand<strong>en</strong><br />

zijn, kan bijvoorbeeld SI word<strong>en</strong> ingezet teg<strong>en</strong> e<strong>en</strong> verdachte die in<br />

voorlopige hecht<strong>en</strong>is zit. Als aan die zwaardere proportionaliteits- <strong>en</strong><br />

subsidiariteitseis is voldaan, moet bij deze toepassing vervolg<strong>en</strong>s beoor-<br />

105 Rechtbank Rotterdam, 14 juni 2002, LJN AE4239.<br />

106 Hoge Raad, 5 december 1995, LJN ZD0315.<br />

107 Hoge Raad, 18 april 2006, LJN AV2377.<br />

81


82 <strong>Opspor<strong>en</strong></strong> <strong>onder</strong> <strong>dekmantel</strong><br />

deeld word<strong>en</strong> of de <strong>uitvoering</strong> voldoet aan de <strong>onder</strong> meer in artikel 6,<br />

eerste lid, EVRM vastgelegde voorwaarde van verklaringsvrijheid van de<br />

verdachte. Daarvoor zijn in de jurisprud<strong>en</strong>tie criteria ontwikkeld. 108<br />

Het instigatieverbod<br />

Het instigatieverbod houdt in dat e<strong>en</strong> undercoverag<strong>en</strong>t e<strong>en</strong> persoon niet<br />

mag aanzett<strong>en</strong> tot andere strafbare handeling<strong>en</strong> dan waarop het opzet<br />

van de persoon van tevor<strong>en</strong> al was gericht. Met andere woord<strong>en</strong>: e<strong>en</strong><br />

undercoverag<strong>en</strong>t mag iemand niet br<strong>en</strong>g<strong>en</strong> tot het pleg<strong>en</strong> van misdrijv<strong>en</strong><br />

die niet al in de bedoeling<strong>en</strong> van die persoon opgeslot<strong>en</strong> lag<strong>en</strong>. Uit<br />

de jurisprud<strong>en</strong>tie blijkt dat bij het beoordel<strong>en</strong> van de vraag of al dan niet<br />

van instigatie sprake is, drie elem<strong>en</strong>t<strong>en</strong> van belang zijn. T<strong>en</strong> eerste is dat<br />

het subjectieve elem<strong>en</strong>t. Daarbij gaat het om het g<strong>en</strong>erieke opzet van e<strong>en</strong><br />

persoon, dat wil in dit geval zegg<strong>en</strong> het algem<strong>en</strong>e strev<strong>en</strong> van iemand<br />

om, wanneer de mogelijkheid zich aandi<strong>en</strong>t, misdrijv<strong>en</strong> te pleg<strong>en</strong>. Het<br />

opzet kan blijk<strong>en</strong> uit: e<strong>en</strong> crimineel verled<strong>en</strong> (bijvoorbeeld eerdere veroordeling<strong>en</strong><br />

voor soortgelijke feit<strong>en</strong>); uitsprak<strong>en</strong> van derd<strong>en</strong> omtr<strong>en</strong>t<br />

de criminele activiteit<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> persoon; vastgestelde contact<strong>en</strong> met<br />

andere criminel<strong>en</strong>; <strong>en</strong> omstandighed<strong>en</strong> waar<strong>onder</strong> e<strong>en</strong> PK plaatsvindt<br />

(bijvoorbeeld de k<strong>en</strong>nis die e<strong>en</strong> persoon blijkt te hebb<strong>en</strong> van drugs <strong>en</strong> het<br />

gemak (of juist de grote moeite) waarmee hij kan beschikk<strong>en</strong> over grote<br />

hoeveelhed<strong>en</strong> drugs). T<strong>en</strong> tweede is er het objectieve elem<strong>en</strong>t, dat betrekking<br />

heeft op het gedrag van de undercoverag<strong>en</strong>t. Dat gedrag mag niet<br />

zodanig zijn dat daarmee de persoon in kwestie wordt aangezet tot het<br />

pleg<strong>en</strong> van misdrijv<strong>en</strong>. De beoordeling van het objectieve elem<strong>en</strong>t hangt<br />

af van de beoordeling van het subjectieve elem<strong>en</strong>t. De handelingsvrijheid<br />

van de undercoverag<strong>en</strong>t is namelijk afhankelijk van het opzet van de<br />

persoon waarop het undercovertraject zich richt. Is duidelijk dat het opzet<br />

van die persoon ook voor zijn contact met de undercoverag<strong>en</strong>t gericht was<br />

op het pleg<strong>en</strong> van misdrijv<strong>en</strong>, dan is het de undercoverag<strong>en</strong>t toegestaan<br />

om e<strong>en</strong> zekere mate van initiatief te ontplooi<strong>en</strong> in zijn contact<strong>en</strong> met de<br />

betreff<strong>en</strong>de persoon <strong>en</strong> hem bij wijze van sprek<strong>en</strong> ‘uit de t<strong>en</strong>t te lokk<strong>en</strong>’.<br />

Ontbrek<strong>en</strong> echter aanwijzing<strong>en</strong> dat die persoon ook los van zijn ontmoeting<strong>en</strong><br />

met de undercoverag<strong>en</strong>t de bedoeling had om crimineel te handel<strong>en</strong>,<br />

dan is de bewegingsvrijheid van de undercoverag<strong>en</strong>t veel beperkter <strong>en</strong><br />

moet duidelijk blijk<strong>en</strong> dat het subject zelf het initiatief nam om het contact<br />

met de undercoverag<strong>en</strong>t e<strong>en</strong> criminele richting in te stur<strong>en</strong>. Het derde<br />

elem<strong>en</strong>t is het temporele elem<strong>en</strong>t. Dit elem<strong>en</strong>t houdt in dat het subjectieve<br />

elem<strong>en</strong>t weliswaar betrekking heeft op het opzet van e<strong>en</strong> persoon voorafgaande<br />

aan het contact met e<strong>en</strong> undercoverag<strong>en</strong>t, maar dat dat opzet ook<br />

kan word<strong>en</strong> vastgesteld na dat contact.<br />

In de bestudeerde jurisprud<strong>en</strong>tie zijn maar weinig voorbeeld<strong>en</strong> gevond<strong>en</strong><br />

van zak<strong>en</strong> waarin door e<strong>en</strong> Nederlands rechtscollege wordt vastge-<br />

108 Hoge Raad, 9 maart 2004, LJN AN9195.


De <strong>regulering</strong> van undercovertraject<strong>en</strong> in Nederland<br />

steld dat het instigatieverbod is overtred<strong>en</strong>. Op basis van docum<strong>en</strong>tatie<br />

omtr<strong>en</strong>t <strong>onder</strong> andere het verled<strong>en</strong> van het subject <strong>en</strong> verslaglegging van<br />

de contact<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> de undercoverag<strong>en</strong>t <strong>en</strong> het subject, wordt veelal door<br />

rechtscolleges geconstateerd dat van sch<strong>en</strong>ding van het instigatieverbod<br />

ge<strong>en</strong> sprake is.<br />

Doel van de inzet<br />

Undercoverbevoegdhed<strong>en</strong>, ev<strong>en</strong>als de andere bijz<strong>onder</strong>e opsporingsbevoegdhed<strong>en</strong>,<br />

mog<strong>en</strong> alle<strong>en</strong> met e<strong>en</strong> strafvorderlijk doel word<strong>en</strong> ingezet.<br />

Gebruik uitsluit<strong>en</strong>d ter verbetering van de ‘informatiepositie’ is niet<br />

toegestaan. Hoewel het verzamel<strong>en</strong> van informatie vaak wel e<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong>doel<br />

zal zijn, moet inzet van e<strong>en</strong> undercoverbevoegdheid uiteindelijk het<br />

nem<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> strafvorderlijke beslissing tot doel hebb<strong>en</strong>.<br />

Doorlaatverbod<br />

E<strong>en</strong> opsporingsambt<strong>en</strong>aar is verplicht om over te gaan tot inbeslagname<br />

wanneer hij k<strong>en</strong>nis heeft van de vindplaats van schadelijke of gevaarlijke<br />

stoff<strong>en</strong>. Het doorlaatverbod zou in beginsel de praktische <strong>uitvoering</strong> van<br />

undercovertraject<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> bemoeilijk<strong>en</strong>. In de jurisprud<strong>en</strong>tie is echter<br />

e<strong>en</strong> zodanige invulling gegev<strong>en</strong> aan het doorlaatverbod dat dit verbod<br />

in e<strong>en</strong> undercovertraject doorgaans goed te handhav<strong>en</strong> is z<strong>onder</strong> dat dit<br />

t<strong>en</strong> koste gaat van doel<strong>en</strong> van dat traject. Zo geldt de plicht tot inbeslagname<br />

pas wanneer absolute zekerheid bestaat over de aanwezigheid van<br />

schadelijke of gevaarlijke stoff<strong>en</strong> <strong>en</strong> bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> moet<strong>en</strong> de operationele<br />

omstandighed<strong>en</strong> inbeslagname toelat<strong>en</strong>. 109<br />

Strafvorderlijke consequ<strong>en</strong>ties van het niet-nalev<strong>en</strong> van de voorschrift<strong>en</strong><br />

Wanneer bij de <strong>uitvoering</strong> van e<strong>en</strong> undercovertraject bepaalde voorschrift<strong>en</strong>,<br />

zoals het instigatieverbod, niet word<strong>en</strong> nageleefd, beslist de rechter<br />

of <strong>en</strong> zo ja welke gevolg<strong>en</strong> dit moet hebb<strong>en</strong>. Meestal wordt volstaan met<br />

bewijsuitsluiting of strafvermindering. E<strong>en</strong> niet-ontvankelijk verklaring<br />

wordt niet vaak uitgesprok<strong>en</strong>.<br />

Uitvoering<br />

De Regeling Infiltratieteams schrijft voor dat er t<strong>en</strong> minste zes infiltratieteams<br />

zijn, namelijk vijf regionale <strong>en</strong> één landelijk. Op het mom<strong>en</strong>t<br />

van schrijv<strong>en</strong> is binn<strong>en</strong> de infiltratieteams e<strong>en</strong> reorganisatie gaande, die<br />

<strong>onder</strong> andere het opgaan van de verschill<strong>en</strong>de infiltratieteams binn<strong>en</strong> één<br />

nieuw gec<strong>en</strong>traliseerd infiltratieteam behelst (zie paragraaf 4.2.1).<br />

Ook buit<strong>en</strong>landse opsporingsambt<strong>en</strong>ar<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> bij de <strong>uitvoering</strong> van<br />

e<strong>en</strong> undercovertraject word<strong>en</strong> ingezet. Uitvoering van e<strong>en</strong> undercovertraject<br />

door e<strong>en</strong> burger is ook mogelijk. Vanwege e<strong>en</strong> door de Tweede<br />

109 Gerechtshof ’s-Hertog<strong>en</strong>bosch, 14 februari 2001, LJN AB0272; Gerechtshof ’s-Grav<strong>en</strong>hage, 21 november,<br />

2003, LJN AN8752; Rechtbank ’s-Grav<strong>en</strong>hage, 23 november 2001, LJN AD6065.<br />

83


84 <strong>Opspor<strong>en</strong></strong> <strong>onder</strong> <strong>dekmantel</strong><br />

Kamer aanvaarde motie is de inzet van criminele burgers bij IF verbod<strong>en</strong>.<br />

Overig<strong>en</strong>s blijkt uit de jurisprud<strong>en</strong>tie dat e<strong>en</strong> burger pas als<br />

burger informant, -pseudo-koper of -infiltrant wordt gezi<strong>en</strong>, met alle<br />

bijbehor<strong>en</strong>de voorwaard<strong>en</strong> <strong>en</strong> verplichting<strong>en</strong> uit de betreff<strong>en</strong>de artikel<strong>en</strong><br />

in het Wetboek van Strafvordering, als het initiatief tot de inbr<strong>en</strong>g van<br />

de burger <strong>en</strong> de regie over die inbr<strong>en</strong>g bij de politie/het OM heeft geleg<strong>en</strong>.<br />

Acteert de burger (grot<strong>en</strong>deels) op eig<strong>en</strong> initiatief <strong>en</strong> z<strong>onder</strong> directe<br />

aansturing van de politie/het OM, dan wordt hij niet beschouwd als<br />

burgerinformant, -pseudo-koper of -infiltrant. 110<br />

Procedureel<br />

Voor de <strong>uitvoering</strong> van e<strong>en</strong> undercovertraject door de politie moet de<br />

OvJ e<strong>en</strong> bevel uitvaardig<strong>en</strong>. Voor IF moet bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> goedkeuring word<strong>en</strong><br />

gevraagd aan het College van PG’s. Bij <strong>uitvoering</strong> door e<strong>en</strong> burger moet de<br />

OvJ e<strong>en</strong> overe<strong>en</strong>komst met hem of haar afsluit<strong>en</strong>.<br />

De aanwezigheid van e<strong>en</strong> bevel is belangrijk omdat daaruit blijkt dat<br />

de OvJ zijn gezagvoer<strong>en</strong>de <strong>en</strong> controler<strong>en</strong>de rol heeft uitgevoerd. Als<br />

e<strong>en</strong> schriftelijk bevel ontbreekt maar wel duidelijk is dat <strong>uitvoering</strong> van<br />

bijvoorbeeld e<strong>en</strong> PK na overleg met de OvJ heeft plaatsgevond<strong>en</strong>, kan die<br />

inzet toch geoorloofd zijn. 111 Onder omstandighed<strong>en</strong> kan het ontbrek<strong>en</strong><br />

van e<strong>en</strong> correct bevel voor e<strong>en</strong> rechtscollege echter wel (mede) aanleiding<br />

zijn om de <strong>uitvoering</strong> als onrechtmatig te beoordel<strong>en</strong>. Dit was bijvoorbeeld<br />

het geval in e<strong>en</strong> zaak waarin buit<strong>en</strong>landse undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong><br />

war<strong>en</strong> ingezet. De OvJ had in deze zaak nagelat<strong>en</strong> om in het bevel SI expliciet<br />

melding te mak<strong>en</strong> van de inzet van deze buit<strong>en</strong>landse ag<strong>en</strong>t<strong>en</strong>. Daardoor<br />

bleek niet dat de OvJ zich rek<strong>en</strong>schap had gegev<strong>en</strong> van de specifieke<br />

risico’s die met inzet van buit<strong>en</strong>landse opsporingsambt<strong>en</strong>ar<strong>en</strong> gepaard<br />

gaat. 112<br />

Transparantie <strong>en</strong> verantwoording<br />

Undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong> moet<strong>en</strong> naar aanleiding van hun activiteit<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

bevinding<strong>en</strong> proces-verbaal opmak<strong>en</strong>. Dit moet<strong>en</strong> zij ‘t<strong>en</strong> spoedigste’<br />

do<strong>en</strong>. Dat verbaliser<strong>en</strong> kan echter natuurlijk alle<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> veilige omgeving.<br />

Onder bepaalde omstandighed<strong>en</strong>, bijvoorbeeld wanneer e<strong>en</strong> undercoverag<strong>en</strong>t<br />

wordt ingezet in e<strong>en</strong> p<strong>en</strong>it<strong>en</strong>tiaire inrichting, kan het daarom<br />

geoorloofd zijn dat er <strong>en</strong>ige tijd zit tuss<strong>en</strong> de contact<strong>en</strong> <strong>en</strong> het opmak<strong>en</strong><br />

van e<strong>en</strong> proces-verbaal. 113<br />

De opgemaakte verklaring<strong>en</strong> van de undercoverag<strong>en</strong>t <strong>en</strong> van zijn begeleider<br />

word<strong>en</strong> op zitting afgewog<strong>en</strong> teg<strong>en</strong>over de verklaring<strong>en</strong> van de<br />

verdachte. Wanneer de verklaring<strong>en</strong> van de undercoverag<strong>en</strong>t <strong>en</strong> zijn begeleider<br />

<strong>en</strong>erzijds <strong>en</strong> die van de verdachte anderzijds op <strong>onder</strong>del<strong>en</strong> strijdig<br />

110 Hoge Raad, 23 november 2004, LJN AQ8478.<br />

111 Gerechtshof ’s-Grav<strong>en</strong>hage, 4 maart 2005, LJN AS9042.<br />

112 Rechtbank Zwolle, 3 mei 2007, LJN BA4345.<br />

113 Rechtbank Amsterdam, 8 november 2001, LJN AD5311.


De <strong>regulering</strong> van undercovertraject<strong>en</strong> in Nederland<br />

zijn, word<strong>en</strong> de process<strong>en</strong>-verbaal van de undercoverag<strong>en</strong>t <strong>en</strong> begeleider,<br />

mits zij <strong>onder</strong>ling wel overe<strong>en</strong>kom<strong>en</strong>, doorgaans als betrouwbaarder<br />

beoordeeld. 114<br />

Verder moet<strong>en</strong> person<strong>en</strong> teg<strong>en</strong> wie e<strong>en</strong> undercovertraject is ingezet, zodra<br />

het belang van het <strong>onder</strong>zoek dat toelaat, daarvan schriftelijk op de hoogte<br />

word<strong>en</strong> gebracht.<br />

Wanneer opbr<strong>en</strong>gst<strong>en</strong> van het undercovertraject als bewijs word<strong>en</strong><br />

gebruikt, kan e<strong>en</strong> ingezette undercoverag<strong>en</strong>t gevraagd word<strong>en</strong> e<strong>en</strong> getuig<strong>en</strong>is<br />

af te legg<strong>en</strong>. In de praktijk word<strong>en</strong> undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong> vrijwel altijd<br />

gehoord als anonieme of bedreigde getuige (zie ook paragraaf 5.4.4).<br />

Concluder<strong>en</strong>d kunn<strong>en</strong> we zegg<strong>en</strong> dat het belang van de door politie <strong>en</strong> OM<br />

betrachte transparantie als belangrijkste geme<strong>en</strong>schappelijk elem<strong>en</strong>t uit<br />

de bestudeerde jurisprud<strong>en</strong>tie naar vor<strong>en</strong> komt. De transparantie, dat wil<br />

zegg<strong>en</strong> de verslaglegging door de politie, de op<strong>en</strong>heid van de politie richting<br />

het OM <strong>en</strong> de op<strong>en</strong>heid van het OM richting de rechter, is van groot<br />

belang voor de beoordeling door rechters van de toelaatbaarheid van<br />

undercovertraject<strong>en</strong>. Het gaat dan <strong>onder</strong> andere om:<br />

– het vastlegg<strong>en</strong> van de aanwijzing<strong>en</strong> die er teg<strong>en</strong> de verdachte op<br />

het mom<strong>en</strong>t van de inzet van het undercovertraject bestond<strong>en</strong>, t<strong>en</strong><br />

be hoeve van de toets op proportionaliteit <strong>en</strong> het instigatieverbod;<br />

– het vastlegg<strong>en</strong> van/verantwoording af kunn<strong>en</strong> legg<strong>en</strong> over het overleg<br />

tuss<strong>en</strong> politie <strong>en</strong> de OvJ <strong>en</strong> de beargum<strong>en</strong>teerde beslissing<strong>en</strong> die de OvJ<br />

neemt, zodat duidelijk is dat de OvJ zijn controler<strong>en</strong>de taak heeft vervuld;<br />

– het uitwerk<strong>en</strong> van de contact<strong>en</strong> die er tuss<strong>en</strong> de undercoverag<strong>en</strong>t <strong>en</strong> het<br />

subject hebb<strong>en</strong> plaatsgevond<strong>en</strong>, t<strong>en</strong> behoeve van de toets op het instigatieverbod<br />

<strong>en</strong> zodat nagegaan kan word<strong>en</strong> of de undercoverag<strong>en</strong>t zich<br />

niet anderszins ongepast heeft gedrag<strong>en</strong>; <strong>en</strong><br />

– transparantie met betrekking tot de ev<strong>en</strong>tuele overtreding van e<strong>en</strong><br />

voorschrift, bijvoorbeeld het teg<strong>en</strong> de regels in door e<strong>en</strong> buit<strong>en</strong>landse<br />

autoriteit beplakk<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> undercoverag<strong>en</strong>t met afluisterapparatuur,<br />

zodat de rechter kan beoordel<strong>en</strong> in welke mate de overtreding het OM<br />

verwet<strong>en</strong> kan word<strong>en</strong>.<br />

Wanneer die transparantie er is, <strong>en</strong> het undercovertraject dus ook controleerbaar<br />

is, word<strong>en</strong>, in elk geval in de bestudeerde jurisprud<strong>en</strong>tie, door de<br />

verdediging gevoerde verwer<strong>en</strong> met betrekking tot het undercovertraject<br />

niet snel gegrond bevond<strong>en</strong>. In zak<strong>en</strong> waarin die verwer<strong>en</strong> wel gegrond<br />

zijn bevond<strong>en</strong>, ligt de red<strong>en</strong> voor het aannem<strong>en</strong> van het verweer vaak<br />

in e<strong>en</strong> te geringe transparantie <strong>en</strong> controleerbaarheid. Dergelijke zak<strong>en</strong><br />

114 Zie bijvoorbeeld Gerechtshof ’s-Grav<strong>en</strong>hage, 12 april 2002, LJN AE4747.<br />

85


86 <strong>Opspor<strong>en</strong></strong> <strong>onder</strong> <strong>dekmantel</strong><br />

hebb<strong>en</strong> relatief vaak betrekking op opsporings<strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong> waarin e<strong>en</strong><br />

buit<strong>en</strong>lands(e) undercovertraject of -ag<strong>en</strong>t is gebruikt waarover de betreff<strong>en</strong>de<br />

autoriteit<strong>en</strong> naar het oordeel van de Nederlandse rechter te weinig<br />

informatie verstrekk<strong>en</strong>.


3<br />

De <strong>regulering</strong> van undercovertraject<strong>en</strong><br />

in het buit<strong>en</strong>land<br />

3.1 Inleiding<br />

In dit hoofdstuk gaan we in op de wijze waarop in België, Duitsland,<br />

Engeland <strong>en</strong> Wales <strong>en</strong> de Ver<strong>en</strong>igde Stat<strong>en</strong> (VS) de inzet van undercovertraject<strong>en</strong><br />

is gereguleerd <strong>en</strong> vergelijk<strong>en</strong> we dit met de Nederlandse situatie.<br />

Relevantie<br />

Er zijn twee red<strong>en</strong><strong>en</strong> waarom het beschrijv<strong>en</strong> van de wet- <strong>en</strong> regelgeving<br />

in het buit<strong>en</strong>land in e<strong>en</strong> Nederlandse <strong>onder</strong>zoeksrapportage van belang<br />

is. T<strong>en</strong> eerste is het zo dat bij het vormgev<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> juridisch kader door<br />

de betreff<strong>en</strong>de actor<strong>en</strong> – wetgever, beleidsmakers of rechtscolleges – verschill<strong>en</strong>de,<br />

soms fundam<strong>en</strong>tele, keuzes word<strong>en</strong> gemaakt, bijvoorbeeld<br />

wat betreft de voorwaard<strong>en</strong> waar<strong>onder</strong> undercoverbevoegdhed<strong>en</strong> ingezet<br />

kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong>. K<strong>en</strong>nis van de situatie in het buit<strong>en</strong>land maakt het mogelijk<br />

om de keuzes die zijn gemaakt in de Nederlandse wet- <strong>en</strong> regelgeving<br />

scherper <strong>en</strong> vanuit e<strong>en</strong> breder perspectief te bezi<strong>en</strong>.<br />

De tweede red<strong>en</strong> is dat georganiseerde criminaliteit niet ‘bij de gr<strong>en</strong>s<br />

ophoudt’ <strong>en</strong> in sommige gevall<strong>en</strong> e<strong>en</strong> uitgesprok<strong>en</strong> internationaal karakter<br />

heeft (Spap<strong>en</strong>s, 2008: 1-2). Gr<strong>en</strong>soverschrijd<strong>en</strong>de criminaliteit br<strong>en</strong>gt<br />

met zich mee dat in voorkom<strong>en</strong>de gevall<strong>en</strong> ook de <strong>uitvoering</strong> van opsporingsactiviteit<strong>en</strong>,<br />

waar<strong>onder</strong> het gebruik van undercoverbevoegdhed<strong>en</strong>,<br />

gr<strong>en</strong>soverschrijd<strong>en</strong>d plaatsvindt. Internationale sam<strong>en</strong>werking op het<br />

gebied van opsporing, bijvoorbeeld het do<strong>en</strong> van of gehoor gev<strong>en</strong> aan e<strong>en</strong><br />

rechtshulpverzoek, betek<strong>en</strong>t dat nationale actor<strong>en</strong> die bij die opsporing<br />

betrokk<strong>en</strong> zijn geconfronteerd word<strong>en</strong> met buit<strong>en</strong>landse wet- <strong>en</strong> regelgeving<br />

van opsporingsactiviteit<strong>en</strong>. Daardoor is het van belang te zi<strong>en</strong> hoe<br />

andere land<strong>en</strong> de <strong>uitvoering</strong> van undercoverbevoegdhed<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> gereguleerd.<br />

De keuze voor België <strong>en</strong> Duitsland is gestoeld op de ver<strong>onder</strong>stelling dat<br />

juist tuss<strong>en</strong> buurland<strong>en</strong> regelmatig gr<strong>en</strong>soverschrijd<strong>en</strong>de opsporingshandeling<strong>en</strong><br />

voorkom<strong>en</strong>. Ook Engeland <strong>en</strong> Wales zoud<strong>en</strong> beschouwd kunn<strong>en</strong><br />

word<strong>en</strong> als e<strong>en</strong> buurland maar bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> is bek<strong>en</strong>d dat Nederland e<strong>en</strong><br />

belangrijke rol speelt in de drugssmokkel naar Engeland <strong>en</strong> Wales. 115 De<br />

VS zijn gekoz<strong>en</strong> omwille van het feit dat zij vanaf het begin van de jar<strong>en</strong><br />

zev<strong>en</strong>tig undercovertraject<strong>en</strong> in de Nederlandse drugshandel hebb<strong>en</strong><br />

opgezet. De VS hebb<strong>en</strong> daarmee in zekere zin e<strong>en</strong> bepal<strong>en</strong>de invloed<br />

gehad op de <strong>uitvoering</strong> <strong>en</strong> organisatorische inbedding van undercovertraject<strong>en</strong><br />

in Nederland (Frielink, 1990: 19 <strong>en</strong> 114). E<strong>en</strong> dergelijke invloed<br />

heeft het land ook gehad op andere West-Europese land<strong>en</strong> waarin zij<br />

traject<strong>en</strong> opzette (Fijnaut, 1983: 31-36). Bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> word<strong>en</strong> vanuit Nederland<br />

veel illegale goeder<strong>en</strong>, met name XTC, getransporteerd naar de VS,<br />

115 Zie: The United Kingdom threat assessm<strong>en</strong>t of organised crime. 2009/10. Geraadpleegd via:<br />

www.soca.gov.uk/assessPublications/index.html.


88 <strong>Opspor<strong>en</strong></strong> <strong>onder</strong> <strong>dekmantel</strong><br />

waardoor regelmatig sam<strong>en</strong>werking noodzakelijk is (Van de Bunt et al.,<br />

2003: 1; Ministerie van Justitie, 2001: 2).<br />

Te besprek<strong>en</strong> <strong>onder</strong>werp<strong>en</strong> <strong>en</strong> gebruikte bronn<strong>en</strong><br />

In dit hoofdstuk kom<strong>en</strong> op hoofdlijn<strong>en</strong> dezelfde <strong>onder</strong>werp<strong>en</strong> aan bod als<br />

bij de bespreking van de Nederlandse <strong>regulering</strong> van undercovertraject<strong>en</strong><br />

(hoofdstuk 2). Voor ieder van de vier g<strong>en</strong>oemde land<strong>en</strong> gaan we in op<br />

(indi<strong>en</strong> mogelijk): de aard (al dan niet formele wetgeving) <strong>en</strong> achtergrond<br />

van de <strong>regulering</strong>; de soort undercoverbevoegdhed<strong>en</strong> die in de <strong>regulering</strong><br />

word<strong>en</strong> <strong>onder</strong>scheid<strong>en</strong>; de wijze waarop bepaalde voorwaard<strong>en</strong> voor inzet<br />

van e<strong>en</strong> undercovertraject, met name subsidiariteit, proportionaliteit <strong>en</strong><br />

het instigatieverbod, zijn ingevuld; de organisatorische inbedding van de<br />

<strong>uitvoering</strong> van undercovertraject<strong>en</strong> <strong>en</strong> de inzet van burgers; procedurele<br />

voorschrift<strong>en</strong>; <strong>en</strong> transparantie <strong>en</strong> verantwoording. Aan het eind van het<br />

hoofdstuk volgt nog e<strong>en</strong> korte vergelijk<strong>en</strong>de terugblik op de <strong>regulering</strong> van<br />

undercovertraject<strong>en</strong> in de vier land<strong>en</strong> <strong>en</strong> Nederland. Overig<strong>en</strong>s hebb<strong>en</strong> we<br />

niet voor ieder land op ieder deelaspect informatie kunn<strong>en</strong> verzamel<strong>en</strong>.<br />

Verder hebb<strong>en</strong> we behalve over de <strong>regulering</strong> ook informatie gezocht over<br />

de opsporingspraktijk in de verschill<strong>en</strong>de land<strong>en</strong>. Dat is echter maar in<br />

beperkte mate gelukt. De gevond<strong>en</strong> informatie over de opsporingspraktijk<br />

is <strong>en</strong>erzijds verwerkt in dit hoofdstuk <strong>en</strong> anderzijds, wanneer het gaat<br />

om resultat<strong>en</strong> van undercovertraject<strong>en</strong>, komt het aan bod in hoofdstuk<br />

5. T<strong>en</strong> slotte nog e<strong>en</strong> opmerking over de bronn<strong>en</strong>. De bronn<strong>en</strong> waaruit<br />

we geput hebb<strong>en</strong> zijn: wet- <strong>en</strong> regelgeving uit de betreff<strong>en</strong>de land<strong>en</strong>;<br />

Nederlandse <strong>en</strong> buit<strong>en</strong>landse literatuur; <strong>en</strong> antwoord<strong>en</strong> op gestelde vrag<strong>en</strong><br />

aan Nederlandse <strong>en</strong> buit<strong>en</strong>landse wet<strong>en</strong>schappers <strong>en</strong> medewerkers<br />

van opsporingsorganisaties <strong>en</strong> de foreign liaisons officers die nam<strong>en</strong>s de<br />

betreff<strong>en</strong>de land<strong>en</strong> contact<strong>en</strong> <strong>onder</strong>houd<strong>en</strong> met Nederlandse opsporingsautoriteit<strong>en</strong>.<br />

3.2 België<br />

Aard <strong>en</strong> achtergrond <strong>regulering</strong><br />

De inzet van undercovertraject<strong>en</strong> wordt in België geregeld in de Wet<br />

Bijz<strong>onder</strong>e Opsporingsmethod<strong>en</strong> <strong>en</strong> <strong>en</strong>ige andere <strong>onder</strong>zoeksmethod<strong>en</strong><br />

(BOM-Wet). Het gaat hier om formele wetgeving die sinds 22 mei 2003 van<br />

kracht is. Voordat we op de inhoud van deze wet ingaan, besprek<strong>en</strong> we<br />

eerst kort de achtergrond <strong>en</strong> de totstandkoming ervan.<br />

Vanaf de jar<strong>en</strong> zev<strong>en</strong>tig, dus voor de BOM-Wet, werd<strong>en</strong> bijz<strong>onder</strong>e<br />

opsporingsmethod<strong>en</strong>, waar<strong>onder</strong> undercoverbevoegdhed<strong>en</strong>, wel toegepast,<br />

maar z<strong>onder</strong> expliciete wettelijke basis (Traest & Meese, 2000: 9<br />

<strong>en</strong> 11). Het gebruik van bijz<strong>onder</strong>e opsporingsmethod<strong>en</strong>, met name<br />

undercovertraject<strong>en</strong>, kwam in België in opspraak door het optred<strong>en</strong> van


De <strong>regulering</strong> van undercovertraject<strong>en</strong> in het buit<strong>en</strong>land<br />

Rijkswacht kapitein Léon François. Begin jar<strong>en</strong> zev<strong>en</strong>tig werd<strong>en</strong> in België<br />

twee speciale politie-e<strong>en</strong>hed<strong>en</strong> opgericht belast met de bestrijding van<br />

drugshandel, te wet<strong>en</strong> het Bestuur van de Criminele Informatie (BCI) <strong>en</strong><br />

het Nationaal Bureau voor Drugs (NBD). Het was led<strong>en</strong> van deze twee<br />

e<strong>en</strong> hed<strong>en</strong> toegestaan zich voor te do<strong>en</strong> als crimineel t<strong>en</strong>einde e<strong>en</strong> drugsdeal<br />

in scène te zett<strong>en</strong>. Aan het hoofd van het NBD stond François. François<br />

betaalde tijd<strong>en</strong>s e<strong>en</strong> pseudo-koopactie e<strong>en</strong> drugshandelaar 1.650.000<br />

Belgische franc, zo’n 37.000 euro. De handelaar had François anderhalve<br />

kilo wit poeder meegegev<strong>en</strong>, maar naar later bleek bevatte dat nauwelijks<br />

cocaïne. François was met deze actie zijn geld kwijtgeraakt, had er niets<br />

voor teruggekreg<strong>en</strong> <strong>en</strong> was dus in feite opgelicht. Om zijn mislukking te<br />

verdoezel<strong>en</strong>, stelde François allereerst valse process<strong>en</strong>-verbaal over deze<br />

zaak op. Bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> hield François, om het ontstane gat in zijn begroting<br />

te dicht<strong>en</strong>, bij elke volg<strong>en</strong>de succesvolle pseudo-koopactie kleine hoeveelhed<strong>en</strong><br />

cocaïne achter. To<strong>en</strong> hij op deze manier in 1979 twee kilo bij elkaar<br />

had gespaard, wilde hij dit met behulp van zijn <strong>onder</strong>geschikt<strong>en</strong> <strong>en</strong> e<strong>en</strong><br />

lid van het BCI aan de Belgisch-Nederlandse gr<strong>en</strong>s verkop<strong>en</strong> aan e<strong>en</strong><br />

Nederlandse handelaar. Deze ‘handelaar’ bleek echter e<strong>en</strong> undercoverag<strong>en</strong>t<br />

van de Nederlandse politie te zijn. François (<strong>en</strong> <strong>en</strong>kele andere led<strong>en</strong><br />

van de Rijkswacht) werd gearresteerd <strong>en</strong> uiteindelijk veroordeeld voor<br />

<strong>onder</strong> andere betrokk<strong>en</strong>heid bij handel in verdov<strong>en</strong>de middel<strong>en</strong>, valsheid<br />

in geschrifte ter zake van ambtelijke stukk<strong>en</strong>, verduistering van geld <strong>en</strong><br />

goeder<strong>en</strong> t<strong>en</strong> nadele van de Belgische staat, vernietiging <strong>en</strong>/of verdonkereman<strong>en</strong><br />

van ambtelijke stukk<strong>en</strong> <strong>en</strong> het op bedrieglijke wijze werv<strong>en</strong> van<br />

e<strong>en</strong> grote som geld (Van Oss, 1994: 1-2; Fijnaut, 1982: 92-93).<br />

Mogelijk naar aanleiding van <strong>onder</strong> meer het François-incid<strong>en</strong>t, zoals Frielink<br />

ver<strong>onder</strong>stelt, werd<strong>en</strong> in de jar<strong>en</strong> tachtig in de Belgische jurisprud<strong>en</strong>tie<br />

voorwaard<strong>en</strong> gesteld waaraan undercoveroperaties moest<strong>en</strong> voldo<strong>en</strong><br />

(Frielink, 1990: 115). Zo werd<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> uitspraak uit 1984 van het Brusselse<br />

Hof van Beroep, te vergelijk<strong>en</strong> met e<strong>en</strong> Nederlands gerechtshof, criteria<br />

geformuleerd aan de hand waarvan de toelaatbaarheid van undercovertraject<strong>en</strong><br />

kon word<strong>en</strong> getoetst. 116 In 1990 vaardigde de to<strong>en</strong>malige Minister<br />

van Justitie vervolg<strong>en</strong>s e<strong>en</strong> ‘vertrouwelijke omz<strong>en</strong>dbrief’ uit aan het<br />

parket, te vergelijk<strong>en</strong> met het Nederlandse Op<strong>en</strong>baar Ministerie (OM), <strong>en</strong><br />

116 Deze criteria war<strong>en</strong>: (1) er moet<strong>en</strong> sterke vermoed<strong>en</strong>s bestaan dat person<strong>en</strong> ernstige misdrijv<strong>en</strong> pleg<strong>en</strong><br />

of gaan pleg<strong>en</strong>; (2) het optred<strong>en</strong> van de infiltrant moet ver<strong>en</strong>igbaar zijn met het algem<strong>en</strong>e beginsel van<br />

behoorlijk bestuur, hetge<strong>en</strong> betek<strong>en</strong>t dat het optred<strong>en</strong> van de infiltrant zich beperkt tot het rechtsbelang<br />

waarvan in de betrokk<strong>en</strong> zaak sprake is, dat hij z<strong>onder</strong> aanzi<strong>en</strong> des persoon handelt, dat hij alle<strong>en</strong> in<br />

noodsituaties zelf strafbare feit<strong>en</strong> pleegt <strong>en</strong> dat het handel<strong>en</strong> van de infiltrant goed wordt begeleid <strong>en</strong><br />

gecontroleerd; <strong>en</strong> (3) de infiltrant mag op de pot<strong>en</strong>tiële dader ge<strong>en</strong> druk uitoef<strong>en</strong><strong>en</strong> zodanig dat zijn vrije<br />

wil daardoor wordt beïnvloed, wat het gerechtshof uitlegde als dat de verdachte niet tot e<strong>en</strong> misdrijf<br />

aangezet mag word<strong>en</strong> dat hij z<strong>onder</strong> tuss<strong>en</strong>komst van de infiltrant niet zou hebb<strong>en</strong> gepleegd <strong>en</strong> dat hij<br />

steeds de geleg<strong>en</strong>heid moet hebb<strong>en</strong> gehad zich terug te trekk<strong>en</strong> (Hof van Beroep Brussel, 19 november<br />

1984, RW 1984-1985, 2563, m.nt. J. Scheers, in: Frielink, 1990: 115-116).<br />

89


90 <strong>Opspor<strong>en</strong></strong> <strong>onder</strong> <strong>dekmantel</strong><br />

relevante politiedi<strong>en</strong>st<strong>en</strong> (De Roy & Vandromme, 2004: 2). 117 Dit schrijv<strong>en</strong><br />

bevatte richtlijn<strong>en</strong> voor e<strong>en</strong> aantal bijz<strong>onder</strong>e opsporingsmethod<strong>en</strong>. Het<br />

geheime karakter van deze omz<strong>en</strong>dbrief verhield zich echter slecht met<br />

e<strong>en</strong> aantal fundam<strong>en</strong>tele, in het Belgische recht verankerde beginsel<strong>en</strong>.<br />

Zo botste het met het beginsel van legaliteit, dat voorschrijft dat vervolging<br />

e<strong>en</strong> wettelijke basis behoeft. Hetzelfde gold voor de rechtszekerheid.<br />

Door het ontbrek<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> formele wet waarop <strong>onder</strong> andere tijd<strong>en</strong>s e<strong>en</strong><br />

rechtzitting e<strong>en</strong> beroep kon word<strong>en</strong> gedaan, wist<strong>en</strong> burgers maar ook<br />

opsporingsambt<strong>en</strong>ar<strong>en</strong> immers niet waar zij aan toe war<strong>en</strong>, red<strong>en</strong> waarom<br />

in België politiedi<strong>en</strong>st<strong>en</strong> <strong>en</strong> het parket jar<strong>en</strong>lang hebb<strong>en</strong> gepleit voor e<strong>en</strong><br />

wettelijke regeling. Ook het supranationale recht kwam in het gedrang<br />

door de manier waarop de bijz<strong>onder</strong>e opsporingsmethod<strong>en</strong> geregeld war<strong>en</strong><br />

in België. E<strong>en</strong> inbreuk op het recht van de burger op eerbiediging van het<br />

privélev<strong>en</strong> mag kracht<strong>en</strong>s artikel 8 van het Europees Verdrag voor de Recht<strong>en</strong><br />

van de M<strong>en</strong>s <strong>en</strong> de fundam<strong>en</strong>tele vrijhed<strong>en</strong> (EVRM), dat raakvlakk<strong>en</strong><br />

heeft met het legaliteitsbeginsel, immers alle<strong>en</strong> plaatsvind<strong>en</strong> op wettelijke<br />

grond<strong>en</strong> die voldo<strong>en</strong> aan de vereist<strong>en</strong> van voorzi<strong>en</strong>baarheid <strong>en</strong> toegankelijkheid<br />

(De Roy & Vandromme, 2004: 2-3; Traest & Meese, 2000: 12-14). 118<br />

Ondanks dat er in 1991 al e<strong>en</strong> wetsvoorstel <strong>en</strong> vele parlem<strong>en</strong>taire aanbeveling<strong>en</strong><br />

voorlag<strong>en</strong>, heeft het tot 6 januari 2003 geduurd alvor<strong>en</strong>s er<br />

e<strong>en</strong> wettelijke regeling tot stand is gekom<strong>en</strong>, de BOM-Wet, die dus op<br />

22 mei van dat jaar in werking trad. Belgische m<strong>en</strong>s<strong>en</strong>recht<strong>en</strong>organisaties<br />

119 hebb<strong>en</strong> bij het Arbitragehof, sinds mei 2007 het Grondwettelijk Hof<br />

gehet<strong>en</strong>, 120 op verschill<strong>en</strong>de grond<strong>en</strong> bezwaar gemaakt teg<strong>en</strong> de BOM-<br />

Wet. In de uitspraak van het Arbitragehof 121 werd vervolg<strong>en</strong>s e<strong>en</strong> aantal<br />

wijziging<strong>en</strong> in de BOM-Wet opgelegd, welke door de wetgever met de wet<br />

van 27 december 2005 houd<strong>en</strong>de diverse wijziging<strong>en</strong> van het Wetboek van<br />

Strafvordering <strong>en</strong> van het Gerechtelijk Wetboek met het oog op de verbetering<br />

van de <strong>onder</strong>zoeksmethod<strong>en</strong> in de strijd teg<strong>en</strong> het terrorisme <strong>en</strong> de zware <strong>en</strong><br />

georganiseerde criminaliteit (BOM-Reparatiewet) zijn doorgevoerd (Schuermans,<br />

2006: 224). 122<br />

117 Circulaire van de Minister van Justitie betreff<strong>en</strong>de de bijz<strong>onder</strong>e opsporingstechniek<strong>en</strong> om de zware of<br />

georganiseerde criminaliteit te bestrijd<strong>en</strong>, 24 april 1990, 7/SDP/690/MN/NIX/RRB6/6, onuitgeg, 30 p.<br />

De circulaire werd gedeeltelijk aangepast door de circulaire van 5 maart 1992 (in: De Roy & Vandromme,<br />

2004: 2).<br />

118 Artikel 8 EVRM schrijft voor dat inbreuk<strong>en</strong> op de privacy van burgers alle<strong>en</strong> zijn toegestaan mits zij uit<br />

de wet voortvloei<strong>en</strong> <strong>en</strong> in e<strong>en</strong> democratische maatschappij noodzakelijk zijn ter bescherming van de<br />

veiligheid, het economisch welzijn, de gezondheid of goede zed<strong>en</strong> of de recht<strong>en</strong> <strong>en</strong> vrijhed<strong>en</strong> van ander<strong>en</strong>.<br />

119 De Liga voor de M<strong>en</strong>s<strong>en</strong>recht<strong>en</strong>, de Ligue des droits de L’homme <strong>en</strong> het Syndicat des avocats pour la<br />

démocratie.<br />

120 Waar vroeger het Arbitragehof voornamelijk optrad als ‘scheidsrechter’ tuss<strong>en</strong> de diverse wetgevers van<br />

de federale staat, de Geme<strong>en</strong>schapp<strong>en</strong> <strong>en</strong> de Gewest<strong>en</strong>, is de taak van het Hof steeds meer toetser van<br />

wett<strong>en</strong> aan de Grondwet geword<strong>en</strong> (zie www.arbitrage.be).<br />

121 Arbitragehof nr. 202/2004, 21 december 2004, B.S. 6 januari 2005.<br />

122 Deze BOM-Reparatiewet vormde ook weer het voorwerp voor e<strong>en</strong> procedure bij het Grondwettelijk<br />

Hof <strong>en</strong> wederom werd<strong>en</strong> <strong>en</strong>kele bepaling<strong>en</strong> vernietigd (Grondwettelijk Hof nr. 105/2007, 19 juni 2007).<br />

Op het mom<strong>en</strong>t van schrijv<strong>en</strong> wordt door de Belgische minister van Justitie gewerkt aan e<strong>en</strong> nieuwe<br />

‘reparatie’ van de BOM-Wet. Wanneer in de volg<strong>en</strong>de subparagraaf e<strong>en</strong> bepaling uit de BOM-Wet<br />

wordt aangehaald die door de laatste uitspraak van het Grondwettelijk Hof is vernietigd, zal dat word<strong>en</strong><br />

aangegev<strong>en</strong>.


De <strong>regulering</strong> van undercovertraject<strong>en</strong> in het buit<strong>en</strong>land<br />

Onderscheid tuss<strong>en</strong> <strong>en</strong> reikwijdte van undercoverbevoegdhed<strong>en</strong><br />

De bijz<strong>onder</strong>e opsporingsmethod<strong>en</strong> bestaan in België wettelijk uit observatie,<br />

infiltratie <strong>en</strong> informant<strong>en</strong>werking. 123 Infiltratie wordt gedefinieerd<br />

als ‘het door e<strong>en</strong> politieambt<strong>en</strong>aar, infiltrant g<strong>en</strong>oemd, <strong>onder</strong> e<strong>en</strong> fictieve<br />

id<strong>en</strong>titeit, duurzaam contact <strong>onder</strong>houd<strong>en</strong> met e<strong>en</strong> of meerdere person<strong>en</strong>,<br />

waarvan er ernstige aanwijzing<strong>en</strong> zijn dat zij strafbare feit<strong>en</strong> in het<br />

kader van e<strong>en</strong> criminele organisatie (…) of misdad<strong>en</strong> of wanbedrijv<strong>en</strong> als<br />

bedoeld in artikel 90ter, §§ 2 tot 4 Wetboek van Strafvordering (Sv) pleg<strong>en</strong><br />

of zoud<strong>en</strong> pleg<strong>en</strong>’ (De Roy <strong>en</strong> Vandromme, 2004: 45). 124<br />

In teg<strong>en</strong>stelling tot de Nederlandse Wet bijz<strong>onder</strong>e opsporingsbevoegdhed<strong>en</strong><br />

(Wet BOB), waarin het stelselmatig inwinn<strong>en</strong> van informatie (SI),<br />

pseudo-koop of -di<strong>en</strong>stverl<strong>en</strong>ing (PK/PDV) <strong>en</strong> infiltratie (IF) 125 van elkaar<br />

word<strong>en</strong> <strong>onder</strong>scheid<strong>en</strong>, wordt in de Belgische BOM-Wet zelf ge<strong>en</strong> <strong>onder</strong>scheid<br />

gemaakt tuss<strong>en</strong> verschill<strong>en</strong>de soort<strong>en</strong> undercoverbevoegdhed<strong>en</strong>.<br />

E<strong>en</strong> nadere <strong>onder</strong>verdeling vind<strong>en</strong> we wel in e<strong>en</strong> Koninklijk Besluit.<br />

Artikel 47octies, §§2, lid 2, Sv laat het toe dat binn<strong>en</strong> het kader van infiltratie<br />

én na expliciete machtiging door de bevoegde magistraat, bepaalde<br />

politiële <strong>onder</strong>zoekstechniek<strong>en</strong> word<strong>en</strong> toegepast. Deze techniek<strong>en</strong><br />

kunn<strong>en</strong> alle<strong>en</strong> binn<strong>en</strong> e<strong>en</strong> infiltratietraject word<strong>en</strong> ingezet <strong>en</strong> di<strong>en</strong><strong>en</strong> ter<br />

<strong>onder</strong>steuning ervan. Omdat de techniek<strong>en</strong> snel moet<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong><br />

aangepast aan de praktische behoefte, heeft de Belgische wetgever ervoor<br />

gekoz<strong>en</strong> ze niet in de wet zelf te regel<strong>en</strong> maar per Koninklijk Besluit. 126 Het<br />

gaat om: de pseudo-koop, de vertrouw<strong>en</strong>skoop, de testkoop, de pseudoverkoop,<br />

de vertrouw<strong>en</strong>sverkoop, de gecontroleerde aflevering, de gecontroleerde<br />

doorlevering <strong>en</strong> de frontstore. De pseudo-, vertrouw<strong>en</strong>s- <strong>en</strong> de<br />

testkoop kunn<strong>en</strong> zowel op e<strong>en</strong> goed als op e<strong>en</strong> di<strong>en</strong>stverl<strong>en</strong>ing betrekking<br />

hebb<strong>en</strong>. De vertrouw<strong>en</strong>s- <strong>en</strong> testkoop zijn gericht op e<strong>en</strong> latere grotere<br />

pseudo-koop <strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> respectievelijk als doel om het vertrouw<strong>en</strong> van<br />

de verkoper te winn<strong>en</strong> <strong>en</strong> om de echtheid van het aangebod<strong>en</strong> product<br />

te controler<strong>en</strong>. Bij de pseudo-verkoop <strong>en</strong> de vertrouw<strong>en</strong>sverkoop is de<br />

undercoverag<strong>en</strong>t de aanbied<strong>en</strong>de, verkop<strong>en</strong>de partij van e<strong>en</strong> goed of e<strong>en</strong><br />

di<strong>en</strong>stverl<strong>en</strong>ing. De gecontroleerde aflevering <strong>en</strong> de gecontroleerde doorlevering<br />

betreff<strong>en</strong> illegale transport<strong>en</strong> van goeder<strong>en</strong> (of person<strong>en</strong>) die<br />

met medewet<strong>en</strong> van politieambt<strong>en</strong>ar<strong>en</strong> word<strong>en</strong> uitgevoerd. Het verschil<br />

tuss<strong>en</strong> beide vorm<strong>en</strong> is dat de transport<strong>en</strong> bij af levering wel <strong>en</strong> bij doorlevering<br />

niet door de politie word<strong>en</strong> <strong>onder</strong>schept. Bij gecontroleerde aflevering<br />

kan het transport bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> bestaan uit goeder<strong>en</strong> maar ook uit<br />

123 Zie artikel 47sexies, art 47octies <strong>en</strong> art 47decies Sv.<br />

124 Artikel 47octies § 1 Sv.<br />

125 In deze publicatie gebruik<strong>en</strong> we alle<strong>en</strong> voor de Nederlandse undercoverbevoegdhed<strong>en</strong> afkorting<strong>en</strong> (zie<br />

paragraaf 1.3.2).<br />

126 K.B. 09 april 2003 betreff<strong>en</strong>de de politionele <strong>onder</strong>zoekstechniek<strong>en</strong> (hierna K.B. Onderzoekstechniek<strong>en</strong>).<br />

91


92 <strong>Opspor<strong>en</strong></strong> <strong>onder</strong> <strong>dekmantel</strong><br />

person<strong>en</strong>. Bij doorlevering is alle<strong>en</strong> vervoer van goeder<strong>en</strong> toegestaan. 127<br />

Van e<strong>en</strong> frontstore is t<strong>en</strong> slotte sprake wanneer in e<strong>en</strong> infiltratietraject e<strong>en</strong><br />

bedrijf, of meerdere bedrijv<strong>en</strong>, wordt opgericht of gebruikt <strong>en</strong> waardoor<br />

goeder<strong>en</strong> of di<strong>en</strong>st<strong>en</strong> aan het criminele milieu word<strong>en</strong> aangebod<strong>en</strong> (De<br />

Roy & <strong>en</strong> Vandromme, 2004: 47-50).<br />

Opvall<strong>en</strong>d aan de definitie van infiltratie is dat het contact dat de undercoverag<strong>en</strong>t<br />

heeft met e<strong>en</strong> of meerdere person<strong>en</strong> duurzaam moet zijn.<br />

De Roy <strong>en</strong> Vandromme (2004: 46) hal<strong>en</strong> de memorie van toelichting aan<br />

volg<strong>en</strong>s welke dit inhoudt dat er sprake moet zijn van meerdere contact<strong>en</strong><br />

met e<strong>en</strong> zekere int<strong>en</strong>siteit. E<strong>en</strong> <strong>en</strong>kelvoudige pseudo-koop die al na e<strong>en</strong><br />

kort contact tuss<strong>en</strong> de undercoverag<strong>en</strong>t <strong>en</strong> de verkoper tot stand komt,<br />

valt buit<strong>en</strong> deze omschrijving.<br />

Het door undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong> pleg<strong>en</strong> van misdrijv<strong>en</strong> is <strong>onder</strong> bepaalde<br />

voorwaard<strong>en</strong> toegestaan. 128<br />

Rechtsbeginsel<strong>en</strong><br />

Net als in de Nederlandse wetgeving is in de Belgische BOM-Wet de inzet<br />

van undercoverbevoegdhed<strong>en</strong> verbond<strong>en</strong> aan voorwaard<strong>en</strong> betreff<strong>en</strong>de<br />

proportionaliteit, subsidiariteit <strong>en</strong> het verbod op provocatie, wat overe<strong>en</strong>komt<br />

met ons instigatieverbod.<br />

Het beginsel van proportionaliteit br<strong>en</strong>gt tot uitdrukking dat het toepass<strong>en</strong><br />

van infiltratie in verhouding moet staan tot de ernst van het misdrijf<br />

waarvan e<strong>en</strong> persoon wordt verdacht. In artikel 47octies § 1 Sv wordt<br />

expliciet aangegev<strong>en</strong> bij welke misdrijv<strong>en</strong> de toepassing van infiltratie in<br />

beginsel is toegestaan, namelijk in geval sprake is van e<strong>en</strong> criminele organisatie<br />

of in geval van e<strong>en</strong> misdrijf zoals opgesomd in artikel 90 ter, §§<br />

2 tot <strong>en</strong> met 4 Sv (De Roy & Vandromme, 2004: 12). Het gaat om dezelfde<br />

misdrijv<strong>en</strong> waarbij het gebruik van e<strong>en</strong> telefoontap is toegestaan. Enkele<br />

voorbeeld<strong>en</strong> zijn: lidmaatschap van e<strong>en</strong> criminele organisatie, moord,<br />

doodslag, gijzeling, terroristische misdrijv<strong>en</strong>, diefstal met geweld, witwass<strong>en</strong>,<br />

drugshandel <strong>en</strong> in- <strong>en</strong> uitvoer van vuurwap<strong>en</strong>s. 129 E<strong>en</strong> delict als<br />

diefstal z<strong>onder</strong> geweld behoort niet tot de misdrijv<strong>en</strong> waarbij infiltratie is<br />

toegestaan, t<strong>en</strong>zij het wordt gepleegd door e<strong>en</strong> criminele organisatie. De<br />

categorie van misdrijv<strong>en</strong> waarbij infiltratie tot de wettelijke mogelijkhed<strong>en</strong><br />

behoort, lijkt daarmee kleiner dan in Nederland. Onder de Nederlandse<br />

wetgeving is inzet van undercoverbevoegdhed<strong>en</strong> bij diefstal immers<br />

127 In Nederland wordt in de Wet BOB gesprok<strong>en</strong> van gecontroleerde aflevering <strong>en</strong> doorlating. Doorlating<br />

is in Nederland alle<strong>en</strong> toegestaan wanneer er sprake is van e<strong>en</strong> zwaarweg<strong>en</strong>d opsporingsbelang.<br />

Doorlating van person<strong>en</strong> is alle<strong>en</strong> bij m<strong>en</strong>s<strong>en</strong>smokkel toegestaan. Bij m<strong>en</strong>s<strong>en</strong>handel kan van doorlat<strong>en</strong><br />

ge<strong>en</strong> sprake zijn (Nieuw<strong>en</strong>huis, 2007: 78).<br />

128 Artikel 47quinqiues §2 Sv.<br />

129 Deze opsomming van delict<strong>en</strong> wil niet zegg<strong>en</strong> dat het gebruik van infiltratie ook in alle gevall<strong>en</strong> waarin<br />

sprake is van zo’n misdrijf proportioneel is. Binn<strong>en</strong> de gegev<strong>en</strong> afbak<strong>en</strong>ing van misdrijv<strong>en</strong> moet in ieder<br />

afz<strong>onder</strong>lijk geval bekek<strong>en</strong> word<strong>en</strong> of is voldaan aan het beginsel van proportionaliteit (<strong>en</strong> subsidiariteit).


De <strong>regulering</strong> van undercovertraject<strong>en</strong> in het buit<strong>en</strong>land<br />

in beginsel wel toegestaan. 130 Naast de eis dat het misdrijf van voldo<strong>en</strong>de<br />

zwaarte moet zijn, moet er t<strong>en</strong> aanzi<strong>en</strong> van de perso(o)n(<strong>en</strong>) waarteg<strong>en</strong><br />

m<strong>en</strong> infiltratie inzet ook sprake zijn van ernstige aanwijzing<strong>en</strong> dat zij de<br />

betreff<strong>en</strong>de feit<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> gepleegd (De Roy & Vandromme, 2004: 46).<br />

Het subsidiariteitsvereiste houdt in dat m<strong>en</strong> e<strong>en</strong> opsporingsmethode niet<br />

mag inzett<strong>en</strong> indi<strong>en</strong> met e<strong>en</strong> minder ingrijp<strong>en</strong>de methode hetzelfde<br />

resultaat kan word<strong>en</strong> bereikt. In België betek<strong>en</strong>t dit wat betreft infiltratie<br />

dat dit middel pas ingezet mag word<strong>en</strong> als het opsporings<strong>onder</strong>zoek dat<br />

vereist <strong>en</strong> andere instrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> niet lijk<strong>en</strong> te voldo<strong>en</strong> om het <strong>onder</strong>zoek<br />

tot e<strong>en</strong> goed einde te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong> (De Roy & Vandromme, 2004: 47). Hieruit<br />

blijkt dat (ook) in België infiltratie als e<strong>en</strong> relatief zwaar middel wordt<br />

gezi<strong>en</strong>. Overig<strong>en</strong>s hoev<strong>en</strong> andere opsporingsmethod<strong>en</strong> niet ext<strong>en</strong>sief te<br />

word<strong>en</strong> uitgeput, het volstaat dat m<strong>en</strong> aannemelijk kan mak<strong>en</strong> dat met<br />

de klassieke opsporingsmethod<strong>en</strong> in het concrete geval niet voldo<strong>en</strong>de<br />

resultaat kan word<strong>en</strong> behaald. Indi<strong>en</strong> e<strong>en</strong> Procureur des Konings (PdK), te<br />

vergelijk<strong>en</strong> met onze officier van justitie (OvJ), e<strong>en</strong> machtiging infiltratie<br />

afgeeft, di<strong>en</strong>t hij daarbij e<strong>en</strong> zodanige motivatie te gev<strong>en</strong> dat het voor de<br />

strafrechter inzichtelijk is dat aan het subsidiariteitsvereiste is voldaan<br />

(De Roy & Vandromme, 2004: 11-12).<br />

Ook in België geldt e<strong>en</strong> verbod op provocatie (instigatieverbod). In België<br />

war<strong>en</strong> er ook al vóór de BOM-Wet bepaling<strong>en</strong> hieromtr<strong>en</strong>t. Zoals eerder<br />

g<strong>en</strong>oemd stelde het Brusselse Hof van Beroep al in 1984 dat de infiltrant<br />

op e<strong>en</strong> pot<strong>en</strong>tiële dader niet e<strong>en</strong> zodanige druk mag uitoef<strong>en</strong><strong>en</strong> dat zijn<br />

vrije wil daardoor wordt beïnvloed. Deze bepaling werd ook in de vertrouwelijke<br />

omz<strong>en</strong>dbrief uit 1990 van de Minister van Justitie opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. Het<br />

oorspronkelijke artikel uit de BOM-Wet van 2003 waarin het provocatieverbod<br />

werd gedefinieerd, is door het Arbitragehof verworp<strong>en</strong>. De red<strong>en</strong><br />

daarvan was dat de definitie van het provocatieverbod in dat artikel alle<strong>en</strong><br />

betrekking had op bijz<strong>onder</strong>e opsporingsmethod<strong>en</strong> (Schuermans, 2006: 225).<br />

Het Arbitragehof oordeelde dat het toepassingsgebied van het provocatieverbod<br />

moest word<strong>en</strong> uitgebreid tot het gehele Wetboek van Strafvordering<br />

<strong>en</strong> niet beperkt mocht blijv<strong>en</strong> tot gevall<strong>en</strong> waarin bijz<strong>onder</strong>e opsporingsmethod<strong>en</strong><br />

war<strong>en</strong> ingezet. In de BOM-Reparatiewet is e<strong>en</strong> nieuwe<br />

omschrijving van het provocatieverbod gegev<strong>en</strong>. Deze luidt: ‘Provocatie<br />

van misdrijv<strong>en</strong> is verbod<strong>en</strong>. Er is provocatie wanneer in hoofde van de<br />

130 SI is in Nederland niet beperkt tot e<strong>en</strong> bepaalde categorie van misdrijv<strong>en</strong>. Bij PK/PDV <strong>en</strong> IF moet<br />

in ieder geval sprake zijn van e<strong>en</strong> delict als omschrev<strong>en</strong> in artikel 67, eerste lid Sv (voor IF geldt<br />

daarbij de aanvull<strong>en</strong>de voorwaarde dat het misdrijf in kwestie ‘gezi<strong>en</strong> zijn aard of de sam<strong>en</strong>hang<br />

met andere door de verdachte begane misdrijv<strong>en</strong> e<strong>en</strong> ernstige inbreuk op de rechtsorde oplevert’<br />

(artikel 126h Sv)). Diefstal voldoet aan deze bepaling. Echter ook als er sprake is van e<strong>en</strong> delict dat<br />

valt <strong>onder</strong> artikel 67, eerste lid Sv, moet in ieder afz<strong>onder</strong>lijk geval bekek<strong>en</strong> word<strong>en</strong> of de inzet van<br />

e<strong>en</strong> undercoverbevoegdheid, gezi<strong>en</strong> de omstandighed<strong>en</strong>, proportioneel is (<strong>en</strong> of het voldoet aan<br />

het subsidiariteitsbeginsel <strong>en</strong> andere eis<strong>en</strong>). Het <strong>en</strong>kele feit dat het misdrijf in kwestie valt <strong>onder</strong> de<br />

in het Wetboek van Strafvordering afgebak<strong>en</strong>de categorie, betek<strong>en</strong>t dus niet dat de inzet van e<strong>en</strong><br />

undercoverbevoegdheid per definitie geoorloofd is.<br />

93


94 <strong>Opspor<strong>en</strong></strong> <strong>onder</strong> <strong>dekmantel</strong><br />

dader het voornem<strong>en</strong> om e<strong>en</strong> misdrijf te pleg<strong>en</strong> rechtstreeks is ontstaan of<br />

versterkt, of is bevestigd terwijl hij dit wilde beëindig<strong>en</strong>, door de tuss<strong>en</strong>komst<br />

van e<strong>en</strong> politieambt<strong>en</strong>aar of van e<strong>en</strong> derde handel<strong>en</strong>d op het<br />

uitdrukkelijk verzoek van deze ambt<strong>en</strong>aar’ (Schuermans, 2006: 225). 131 In<br />

de memorie van toelichting bij de BOM-Wet is het verbod op provocatie<br />

verder ingevuld. Indi<strong>en</strong> bij de verdachte al het oogmerk bestaat om e<strong>en</strong><br />

misdrijf te pleg<strong>en</strong>, mag de politieambt<strong>en</strong>aar voor hem de geleg<strong>en</strong>heid<br />

schepp<strong>en</strong> om ‘vrij e<strong>en</strong> strafbaar feit te pleg<strong>en</strong> in zodanige omstandighed<strong>en</strong><br />

dat zij de <strong>uitvoering</strong> ervan kan vaststell<strong>en</strong>’ (Wetsontwerp betreff<strong>en</strong>de de<br />

bijz<strong>onder</strong>e opsporingsmethod<strong>en</strong> <strong>en</strong> <strong>en</strong>ige andere <strong>onder</strong>zoeksmethod<strong>en</strong>,<br />

doc 50, 1688/001, p. 17). Ev<strong>en</strong>als in Nederland geldt dus dat wanneer het<br />

opzet van de verdachte al gericht is op het begaan van misdrijv<strong>en</strong> (g<strong>en</strong>erieke<br />

opzet, het subjectieve elem<strong>en</strong>t van ‘ons’ instigatieverbod), het de undercoverag<strong>en</strong>t<br />

is toegestaan om e<strong>en</strong> situatie te creër<strong>en</strong> waarin de verdachte<br />

ook daadwerkelijk e<strong>en</strong> misdrijf pleegt (het objectieve elem<strong>en</strong>t). 132<br />

De strafvorderlijke consequ<strong>en</strong>tie van het handel<strong>en</strong> in strijd met het verbod<br />

op provocatie is niet-ontvankelijkverklaring van de PdK voor wat betreft<br />

‘deze feit<strong>en</strong>’ (artikel 30 lid 2 Sv). Dit houdt in dat de feit<strong>en</strong> van vóór de<br />

provocatie <strong>en</strong> de feit<strong>en</strong> die niet in verband staan met de provocatie wel<br />

vervolgd kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> (Schuermans, 2006: 225; Wetsontwerp betreff<strong>en</strong>de<br />

de bijz<strong>onder</strong>e opsporingsmethod<strong>en</strong> <strong>en</strong> <strong>en</strong>ige andere <strong>onder</strong>zoeksmethod<strong>en</strong>,<br />

doc 50, 1688/001, p. 21).<br />

Net als in Nederland mog<strong>en</strong> bijz<strong>onder</strong>e opsporingsmethod<strong>en</strong> niet word<strong>en</strong><br />

ingezet alle<strong>en</strong> maar ter verbetering van de informatiepositie. Het doel<br />

van de inzet moet altijd zijn de opsporing van misdrijv<strong>en</strong> (artikel 47ter § 1<br />

Sv). 133<br />

131 Artikel 30 Sv. Het nieuwe verbod op provocatie is, in teg<strong>en</strong>stelling tot het oude verbod, niet beperkt tot<br />

het optred<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> politieambt<strong>en</strong>aar. Het verbod op provocatie geldt ook voor e<strong>en</strong> derde die handelt<br />

op het uitdrukkelijk verzoek van e<strong>en</strong> politieambt<strong>en</strong>aar. Indi<strong>en</strong> deze derde dus niet op verzoek van e<strong>en</strong><br />

politieambt<strong>en</strong>aar handelt, is er ge<strong>en</strong> sprake van provocatie (De Roy & Vandromme, 2004: 15).<br />

132 E<strong>en</strong> verschil met de bepaling<strong>en</strong> in Nederland is dat in de Nederlandse wetsartikel<strong>en</strong> waarin voor IF het<br />

instigatieverbod wordt verwoord (artikel 126h <strong>en</strong> 126p Sv voor politiële infiltratie <strong>en</strong> 126w <strong>en</strong> 126x Sv<br />

voor infiltratie door burgers), in teg<strong>en</strong>stelling tot België, ervoor gekoz<strong>en</strong> is het instigatieverbod breder<br />

te trekk<strong>en</strong> dan <strong>en</strong>kel de verdachte. In de memorie van toelichting wordt gewag gemaakt van het feit dat<br />

e<strong>en</strong> infiltrant soms e<strong>en</strong> actieve rol moet spel<strong>en</strong> binn<strong>en</strong> e<strong>en</strong> groep om informatie <strong>en</strong> bewijsmateriaal te<br />

kunn<strong>en</strong> vergar<strong>en</strong>. Omdat e<strong>en</strong> infiltrant opereert in e<strong>en</strong> groep, kan hij naast de verdachte, ook andere<br />

person<strong>en</strong> behor<strong>en</strong>de tot die groep beweg<strong>en</strong> tot het pleg<strong>en</strong> van strafbare feit<strong>en</strong>. Het toepassingsgebied<br />

van het instigatieverbod is daarom in Nederland breder getrokk<strong>en</strong>, aangezi<strong>en</strong> e<strong>en</strong> infiltrant ervoor moet<br />

wak<strong>en</strong> dat hij bij zijn optred<strong>en</strong>, naast de verdachte, ook andere betrokk<strong>en</strong> person<strong>en</strong> niet verleidt tot het<br />

pleg<strong>en</strong> van strafbare feit<strong>en</strong> waarop hun opzet niet reeds tevor<strong>en</strong> was gericht (Kamerstukk<strong>en</strong> II 1996/97,<br />

25 403, nr. 3, p. 31-32). In de betreff<strong>en</strong>de artikel<strong>en</strong> wordt daarom gesprok<strong>en</strong> over ‘persoon’.<br />

133 Artikel 47ter §1 Sv stelt dat het doel moet zijn ‘het vervolg<strong>en</strong> van daders van misdrijv<strong>en</strong>, het opspor<strong>en</strong>,<br />

verzamel<strong>en</strong>, registrer<strong>en</strong> <strong>en</strong> verwerk<strong>en</strong> van gegev<strong>en</strong>s <strong>en</strong> inlichting<strong>en</strong> op grond van ernstige aanwijzing<strong>en</strong><br />

van te pleg<strong>en</strong> of reeds gepleegde, al dan niet aan het licht gebrachte strafbare feit<strong>en</strong>’. Het Arbitragehof<br />

heeft in 2004 bevestigd dat de inzet van bijz<strong>onder</strong>e opsporingsmethod<strong>en</strong> <strong>en</strong>kel met e<strong>en</strong> ‘gerechtelijke<br />

finaliteit’ aangew<strong>en</strong>d kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong>, dat wil zegg<strong>en</strong> dat het doel moet zijn misdrijv<strong>en</strong> opspor<strong>en</strong>,<br />

bewijz<strong>en</strong> ervan verzamel<strong>en</strong> <strong>en</strong> de daders ervan id<strong>en</strong>tificer<strong>en</strong> <strong>en</strong> vervolg<strong>en</strong>. De formulering van artikel<br />

47ter §1 Sv kan voor verwarring zorg<strong>en</strong> omdat het de indruk wekt dat de bijz<strong>onder</strong>e opsporingsmethod<strong>en</strong><br />

ook kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> aangew<strong>en</strong>d ter verzameling van inlichting<strong>en</strong> z<strong>onder</strong> dat strafvordering daarbij het<br />

uiteindelijke doel is (Arbitragehof nr. 202/2004, 21 december 2004, B.S. 6 januari 2005) (voor Nederland:<br />

artikel 132a Sv; Buruma, 2001: 73).


De <strong>regulering</strong> van undercovertraject<strong>en</strong> in het buit<strong>en</strong>land<br />

Uitvoer<strong>en</strong>de organisatie <strong>en</strong> inzet van burgers<br />

In beginsel wordt infiltratie in België altijd uitgevoerd door gespecialiseerde<br />

politieambt<strong>en</strong>ar<strong>en</strong> van het Commissariaat-G<strong>en</strong>eraal Speciale<br />

E<strong>en</strong>hed<strong>en</strong>/Undercoverteam (CGSU/UCT). Alle<strong>en</strong> in zeer uitz<strong>onder</strong>lijke<br />

omstandighed<strong>en</strong> <strong>en</strong> met uitdrukkelijke toestemming van de bevoegde<br />

magistraat kan kortstondig e<strong>en</strong> beroep word<strong>en</strong> gedaan op de deskundigheid<br />

van e<strong>en</strong> burger indi<strong>en</strong> die specialiteit niet aanwezig is binn<strong>en</strong> de<br />

politie <strong>en</strong> zijn inbr<strong>en</strong>g strikt noodzakelijk is voor het welslag<strong>en</strong> van de<br />

operatie (zie artikel 47octies §1 Sv; De Roy & Vandromme, 2004: 45-46).<br />

Criminele burgerinfiltrant<strong>en</strong> word<strong>en</strong> in België niet gebruikt.<br />

Procedurele voorschrift<strong>en</strong><br />

E<strong>en</strong> schriftelijke machtiging infiltratie wordt door de PdK voor de duur<br />

van drie maand<strong>en</strong> afgegev<strong>en</strong>. De duur kan naderhand verl<strong>en</strong>gd word<strong>en</strong><br />

door de PdK met e<strong>en</strong>zelfde termijn, mits opnieuw aan alle voorwaard<strong>en</strong><br />

is voldaan. In geval van spoed kan e<strong>en</strong> machtiging tot infiltratie mondeling<br />

word<strong>en</strong> verstrekt, maar deze di<strong>en</strong>t later wel schriftelijk bevestigd<br />

te word<strong>en</strong>. In de machtiging moet word<strong>en</strong> aangegev<strong>en</strong> welke strafbare<br />

feit<strong>en</strong> de infiltrant mogelijk moet pleg<strong>en</strong>, de ernstige aanwijzing<strong>en</strong> van<br />

het strafbare feit die de infiltratie rechtvaardig<strong>en</strong>, de red<strong>en</strong><strong>en</strong> waarom<br />

de infiltratie onontbeerlijk is om de waarheid aan de dag te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>, de<br />

naam of anders e<strong>en</strong> zo nauwkeurig mogelijke beschrijving van de persoon<br />

of person<strong>en</strong> op wie de infiltratie is gericht, de wijze waarop aan de infiltratie<br />

<strong>uitvoering</strong> zal word<strong>en</strong> gegev<strong>en</strong> (bijvoorbeeld welke politiële <strong>onder</strong>zoekstechniek<strong>en</strong><br />

aangew<strong>en</strong>d zull<strong>en</strong> word<strong>en</strong>), de periode tijd<strong>en</strong>s welke de<br />

infiltratie kan word<strong>en</strong> uitgevoerd <strong>en</strong> de naam <strong>en</strong> de hoedanigheid van de<br />

officier van de gerechtelijke politie die de leiding heeft over de <strong>uitvoering</strong><br />

van de infiltratie. 134<br />

Transparantie <strong>en</strong> verantwoording<br />

Bij de inzet van de bijz<strong>onder</strong>e opsporingsmethod<strong>en</strong> wordt in België e<strong>en</strong><br />

zog<strong>en</strong>oemd vertrouwelijk dossier aangemaakt. Verslag<strong>en</strong> van <strong>uitvoering</strong><br />

van infiltratie moet<strong>en</strong> door de politie rechtstreeks aan de PdK word<strong>en</strong><br />

toegezond<strong>en</strong> voor toevoeging aan het vertrouwelijk dossier. Naast de<br />

verslag<strong>en</strong> die word<strong>en</strong> opgemaakt voor het vertrouwelijk dossier, maakt<br />

de politie ook process<strong>en</strong>-verbaal op van de inzet van e<strong>en</strong> infiltrant die na<br />

beëindiging van de operatie aan het strafdossier word<strong>en</strong> toegevoegd. In<br />

het vertrouwelijk dossier word<strong>en</strong> verder gegev<strong>en</strong>s opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> die zowel<br />

intern als extern niet bek<strong>en</strong>d mog<strong>en</strong> word<strong>en</strong>, zoals gegev<strong>en</strong>s die kunn<strong>en</strong><br />

leid<strong>en</strong> tot de ontmaskering van de infiltrant <strong>en</strong> gegev<strong>en</strong>s over gebruikte<br />

techniek<strong>en</strong>. Het vertrouwelijk dossier is alle<strong>en</strong> toegankelijk voor de PdK <strong>en</strong><br />

de <strong>onder</strong>zoeksrechter (te vergelijk<strong>en</strong> met onze rechter-commissaris), die<br />

134 Artikel 47octies §3 Sv.<br />

95


96 <strong>Opspor<strong>en</strong></strong> <strong>onder</strong> <strong>dekmantel</strong><br />

het <strong>onder</strong>zoek leidt. 135 De vonnisrechter (te vergelijk<strong>en</strong> met onze rechter)<br />

krijgt het vertrouwelijk dossier niet in te zi<strong>en</strong>. De verdediging heeft ook<br />

ge<strong>en</strong> recht op inzage van dit dossier. De PdK mag wel, na afweging van de<br />

verschill<strong>en</strong>de belang<strong>en</strong>, informatie uit dit dossier vrijgev<strong>en</strong> aan de verdediging,<br />

maar is daartoe niet verplicht (De Roy & Vandromme, 2004: 26).<br />

Zoals eerder g<strong>en</strong>oemd werd de BOM-Wet gedeeltelijk vernietigd weg<strong>en</strong>s<br />

ongrondwettelijkheid bij arrest van het Arbitragehof van 21 december<br />

2004. 136 De m<strong>en</strong>s<strong>en</strong>recht<strong>en</strong>organisaties die de zaak hadd<strong>en</strong> aangespann<strong>en</strong><br />

war<strong>en</strong> <strong>onder</strong> andere van m<strong>en</strong>ing dat de wet ge<strong>en</strong> rek<strong>en</strong>ing hield met de<br />

rechtspraak van het Europees Hof voor de Recht<strong>en</strong> van de M<strong>en</strong>s (EHRM)<br />

omtr<strong>en</strong>t het recht op e<strong>en</strong> eerlijk proces. Vooral het punt van onafhankelijke<br />

controle op het gebruik van de bijz<strong>onder</strong>e opsporingsmethod<strong>en</strong> liet<br />

als gevolg van de afscherming van het vertrouwelijk dossier te w<strong>en</strong>s<strong>en</strong><br />

over, aldus de m<strong>en</strong>s<strong>en</strong>recht<strong>en</strong>organisaties. Het Arbitragehof stemde echter<br />

in met het gebruik van bijz<strong>onder</strong>e opsporingsmethod<strong>en</strong> <strong>en</strong> het verwerk<strong>en</strong><br />

van bepaalde gegev<strong>en</strong>s hieromtr<strong>en</strong>t in e<strong>en</strong> vertrouwelijk dossier. Het<br />

Arbitragehof achtte het toegestaan elem<strong>en</strong>t<strong>en</strong> die de veiligheid van e<strong>en</strong><br />

informant in gevaar kunn<strong>en</strong> br<strong>en</strong>g<strong>en</strong> of die verdachte over de gebruikte<br />

techniek<strong>en</strong> <strong>en</strong> tactiek<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> informer<strong>en</strong> te onttrekk<strong>en</strong> aan de og<strong>en</strong><br />

van de verdediging, mits de verdediging wordt gecomp<strong>en</strong>seerd door e<strong>en</strong><br />

procedure die e<strong>en</strong> onafhankelijke <strong>en</strong> onpartijdige rechterlijke instantie<br />

in staat stelt om de wettigheid van de aangew<strong>en</strong>de opsporingsmethod<strong>en</strong><br />

te controler<strong>en</strong>. Aan deze laatste voorwaarde was niet voldaan, aldus het<br />

Arbitragehof, wat e<strong>en</strong> sch<strong>en</strong>ding van het recht op e<strong>en</strong> eerlijk proces oplevert.<br />

Er moest daarom toezicht door e<strong>en</strong> onpartijdige <strong>en</strong> onafhankelijke<br />

rechter op het vertrouwelijk dossier word<strong>en</strong> ingesteld. Het Arbitragehof<br />

wees daarom de Kamer van Inbeschuldigingstelling (KI) aan als instantie<br />

die de controle moest uitoef<strong>en</strong><strong>en</strong> op observatie <strong>en</strong> infiltratie. De wetgever<br />

kreeg tot 31 december 2005 de tijd om e<strong>en</strong> afdo<strong>en</strong>de wettigheidscontrole<br />

op de inzet van observatie <strong>en</strong> infiltratie in te voer<strong>en</strong> (Schuermans, 2006:<br />

224-233). Dit resulteerde in de BOM-Reparatiewet. 137<br />

In België word<strong>en</strong> infiltrant<strong>en</strong> in beginsel niet gehoord. In het uitz<strong>onder</strong>lijke<br />

geval dat dat toch gebeurt, vindt dit plaats <strong>onder</strong> volledige anonimiteit.<br />

Infiltrant<strong>en</strong> mak<strong>en</strong> zelf ook ge<strong>en</strong> proces-verbaal op. De officier van<br />

de gerechtelijke politie (e<strong>en</strong> politieambt<strong>en</strong>aar) die de leiding heeft over<br />

de <strong>uitvoering</strong> van de infiltratie doet dat <strong>en</strong> deze functionaris compareert<br />

ook.<br />

135 Artikel 47novies §1 Sv.<br />

136 Arbitragehof nr. 202/2004, 21 december 2004, B.S. 6 januari 2005.<br />

137 Deze BOM-Reparatiewet vormde, zoals eerder gezegd, ook weer het voorwerp voor e<strong>en</strong> procedure<br />

bij het Grondwettelijk Hof <strong>en</strong> wederom werd<strong>en</strong> <strong>en</strong>kele bepaling<strong>en</strong> vernietigd (Grondwettelijk Hof nr.<br />

105/2007, 19 juni 2007). De m<strong>en</strong>s<strong>en</strong>recht<strong>en</strong>organisaties war<strong>en</strong> van m<strong>en</strong>ing dat het belast<strong>en</strong> van de KI<br />

met toezicht op de wettelijkheid van gebruikte method<strong>en</strong> niet afdo<strong>en</strong>de was. Teg<strong>en</strong> e<strong>en</strong> beslissing van<br />

de KI stond ge<strong>en</strong> hoger beroep op<strong>en</strong>, waardoor e<strong>en</strong> eerlijk proces onvoldo<strong>en</strong>de gegarandeerd was. Het<br />

Grondwettelijk Hof overwoog dat cassatieberoep teg<strong>en</strong> beslissing<strong>en</strong> van de KI op<strong>en</strong> moest staan. Op het<br />

mom<strong>en</strong>t van schrijv<strong>en</strong> wordt door de Belgische Minister van Justitie gewerkt aan e<strong>en</strong> nieuwe ‘reparatie’<br />

van de BOM-Reparatiewet.


3.3 Duitsland<br />

De <strong>regulering</strong> van undercovertraject<strong>en</strong> in het buit<strong>en</strong>land<br />

Aard <strong>en</strong> achtergrond <strong>regulering</strong><br />

In Duitsland bestaat sinds 15 juli 1992 e<strong>en</strong> federale wettelijke regeling<br />

voor de inzet van politiële infiltrant<strong>en</strong>. In deze wet, g<strong>en</strong>aamd de<br />

Gesetz zur Bekämpfung des illegal<strong>en</strong> Rauschgifthandels und anderer<br />

Erscheinungsform<strong>en</strong> der Organisiert<strong>en</strong> Kriminalität (OrgKG), wordt e<strong>en</strong><br />

aantal bijz<strong>onder</strong>e opsporingsbevoegdhed<strong>en</strong> geregeld <strong>en</strong> toegevoegd aan<br />

het Wetboek van Strafvordering. 138 Voordat we op de inhoud ingaan,<br />

besprek<strong>en</strong> we weer eerst de achtergrond van de totstandkoming van deze<br />

wet.<br />

De toepassing van undercoverbevoegdhed<strong>en</strong> in Duitsland was voor de<br />

komst van de wet in 1992 niet sterk gereguleerd. Voordat de wettelijke<br />

regeling werd ingevoerd, bestond de <strong>regulering</strong> <strong>en</strong>erzijds <strong>onder</strong> andere<br />

uit norm<strong>en</strong> die uit de jurisprud<strong>en</strong>tie war<strong>en</strong> afgeleid, <strong>en</strong> die undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong><br />

bijvoorbeeld verbod<strong>en</strong> om misdrijv<strong>en</strong> te pleg<strong>en</strong> of om ander<strong>en</strong><br />

met zware druk tot het begaan van misdrijv<strong>en</strong> aan te zett<strong>en</strong>. Anderzijds<br />

bestond de <strong>regulering</strong> uit e<strong>en</strong> gezam<strong>en</strong>lijke richtlijn die was opgesteld<br />

door de verschill<strong>en</strong>de Ministers van Justitie <strong>en</strong> Binn<strong>en</strong>landse zak<strong>en</strong> uit<br />

de deelstat<strong>en</strong>. Deze richtlijn legde echter weinig beperking<strong>en</strong> op aan<br />

de <strong>uitvoering</strong> van undercoverbevoegdhed<strong>en</strong>. De politiewett<strong>en</strong> van de<br />

verschill<strong>en</strong>de Duitse deelstat<strong>en</strong> reguleerd<strong>en</strong> daarnaast nog e<strong>en</strong> specifieke<br />

categorie van undercoveroperaties, namelijk proactieve (prev<strong>en</strong>tieve)<br />

operaties, dat wil zegg<strong>en</strong> operaties die war<strong>en</strong> gericht op het voorkom<strong>en</strong><br />

van toekomstige misdrijv<strong>en</strong> in plaats van het oploss<strong>en</strong> van reeds gepleegde<br />

feit<strong>en</strong> (Ross, 2007: 506-507).<br />

Teg<strong>en</strong> de <strong>uitvoering</strong> van undercoverbevoegdhed<strong>en</strong>, in het algeme<strong>en</strong> of<br />

meer specifiek <strong>onder</strong> de <strong>regulering</strong> die gold voordat de wet uit 1992 van<br />

kracht werd, bestond<strong>en</strong> verschill<strong>en</strong>de bezwar<strong>en</strong>. T<strong>en</strong> eerste lag volg<strong>en</strong>s<br />

critici het gevaar op de loer dat door e<strong>en</strong> <strong>uitvoering</strong> van undercoverbevoegdhed<strong>en</strong><br />

door de politie, de scheiding tuss<strong>en</strong> de politie <strong>en</strong> de<br />

inlichting<strong>en</strong>di<strong>en</strong>st<strong>en</strong> in het gedrang zou kom<strong>en</strong> <strong>en</strong> de politie als het ware<br />

‘binn<strong>en</strong>landse spionage’ kon bedrijv<strong>en</strong>. Onder het mom van bewijsvergaring<br />

zou de politie intellig<strong>en</strong>ce- of informatieposities kunn<strong>en</strong> verwerv<strong>en</strong>,<br />

wat als onw<strong>en</strong>selijk werd gezi<strong>en</strong>. Het innem<strong>en</strong> van dergelijke informatieposities<br />

werd voorbehoud<strong>en</strong> geacht aan de inlichting<strong>en</strong>di<strong>en</strong>st<strong>en</strong>. De scheiding<br />

tuss<strong>en</strong> politie <strong>en</strong> inlichting<strong>en</strong>di<strong>en</strong>st<strong>en</strong> was <strong>en</strong> is in Duitsland e<strong>en</strong><br />

gevoelig punt. Het beginsel van deze scheiding is namelijk ingevoerd ter<br />

voorkoming van e<strong>en</strong> te grote conc<strong>en</strong>tratie van macht zoals die zich <strong>onder</strong><br />

het naziregime bij de Gestapo voordeed. Behalve deze ‘historische gevoeligheid’<br />

is de associatie tuss<strong>en</strong> undercover politieoptred<strong>en</strong> <strong>en</strong> operaties<br />

138 In Duitsland Strafprozeßordnung (StPO) g<strong>en</strong>aamd.<br />

97


98 <strong>Opspor<strong>en</strong></strong> <strong>onder</strong> <strong>dekmantel</strong><br />

van inlichting<strong>en</strong>di<strong>en</strong>st<strong>en</strong> ook e<strong>en</strong> red<strong>en</strong> tot zorg omdat de inlichting<strong>en</strong>di<strong>en</strong>st,<br />

in teg<strong>en</strong>stelling tot de politie, niet <strong>onder</strong>worp<strong>en</strong> is aan het legaliteitsbeginsel.<br />

Daarnaast is deze associatie meer rec<strong>en</strong>telijk nog ‘extra<br />

problematisch’ geword<strong>en</strong> vanwege ophef over de zeer int<strong>en</strong>sieve infiltratie<br />

door de inlichting<strong>en</strong>di<strong>en</strong>st van de extreemrechtse Nationaldemokratische<br />

Partei Deutschlands (NPD), die daarmee e<strong>en</strong> stur<strong>en</strong>de invloed had op deze<br />

partij (Ross, 2007: 503). 139<br />

E<strong>en</strong> tweede risico aan het gebruik van undercoverbevoegdhed<strong>en</strong> dat door<br />

critici werd <strong>onder</strong>k<strong>en</strong>d, had te mak<strong>en</strong> met de federale staatsvorm van<br />

Duitsland. 140 De verdeling van de verantwoordelijkhed<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> bond <strong>en</strong><br />

deelstat<strong>en</strong> is in de grondwet geregeld. Het uitgangspunt is dat de deelstat<strong>en</strong><br />

bevoegd zijn, t<strong>en</strong>zij deze bevoegdheid is overgeheveld naar federaal<br />

niveau. Deze verdeling van verantwoordelijkhed<strong>en</strong> kwam er wat betreft de<br />

<strong>regulering</strong> van opsporingsbevoegdhed<strong>en</strong> op neer dat proactief politieoptred<strong>en</strong><br />

was geregeld in deelstatelijke <strong>en</strong> reactief politieoptred<strong>en</strong> in federale<br />

wet- <strong>en</strong> regelgeving. Critici zag<strong>en</strong> gevaar in deze toepassingsverdeling<br />

van opsporingsbevoegdhed<strong>en</strong>. De idee was dat de politie, aangezi<strong>en</strong> ze<br />

de bevoegdheid heeft zowel proactief als reactief op te spor<strong>en</strong>, e<strong>en</strong> opsporings<strong>onder</strong>zoek<br />

zo kon inricht<strong>en</strong> dat ze voor het meest gunstige wettelijke<br />

voorschrift of regeling (federaal of deelstatelijk) kon kiez<strong>en</strong>, namelijk door<br />

e<strong>en</strong> proactief opsporings<strong>onder</strong>zoek door te lat<strong>en</strong> gaan voor e<strong>en</strong> reactief of<br />

andersom (Ross, 2007: 504).<br />

T<strong>en</strong> derde werd<strong>en</strong> vraagtek<strong>en</strong>s gezet bij de legitimiteit van undercoveroperaties.<br />

Zo zoud<strong>en</strong> voor de komst van de wet in 1992 verdacht<strong>en</strong><br />

buit<strong>en</strong>sporig <strong>onder</strong> druk zijn gezet <strong>en</strong> verleid om e<strong>en</strong> strafbaar feit te<br />

pleg<strong>en</strong>, waarmee het instigatieverbod werd overtred<strong>en</strong>. Daarnaast kreg<strong>en</strong><br />

verdacht<strong>en</strong> ook ge<strong>en</strong> kans om hun recht op teg<strong>en</strong>spraak te do<strong>en</strong> geld<strong>en</strong>:<br />

de bron van het heimelijk verzamelde materiaal werd niet bek<strong>en</strong>dgemaakt<br />

(Ross, 2007: 499-505).<br />

E<strong>en</strong> vierde bezwaar teg<strong>en</strong> de <strong>uitvoering</strong> van undercoverbevoegdhed<strong>en</strong><br />

<strong>onder</strong> het wettelijk kader van voor 1992, was geleg<strong>en</strong> in jurisprud<strong>en</strong>tie.<br />

Zo bepaalde het Bundesverfassungsgericht, te vergelijk<strong>en</strong> met onze Hoge<br />

Raad, in het zog<strong>en</strong>oemde ‘Volkstellingsarrest’ (Volkszählungsurteil) dat<br />

uit de Grondwet e<strong>en</strong> recht op ‘informationele zelfbeschikking’ is af te<br />

leid<strong>en</strong>. 141 Dit houdt in dat in de relatie tuss<strong>en</strong> overheid <strong>en</strong> burger, de<br />

139 In 2003 verwierp het Duitse Constitutionele Hof e<strong>en</strong> poging van de overheid om de NPD te lat<strong>en</strong><br />

verbied<strong>en</strong>. Het bleek namelijk dat e<strong>en</strong> van de kopstukk<strong>en</strong> van de partij, wi<strong>en</strong>s uitsprak<strong>en</strong> behoord<strong>en</strong><br />

tot het belangrijkste belast<strong>en</strong>de feit<strong>en</strong>materiaal dat de overheid had verzameld, al dec<strong>en</strong>nialang<br />

e<strong>en</strong> informant was. En hij was niet de <strong>en</strong>ige. Bijna 15% van het partijkader bleek voor e<strong>en</strong> van de 17<br />

verschill<strong>en</strong>de Duitse inlichting<strong>en</strong>di<strong>en</strong>st<strong>en</strong> te werk<strong>en</strong>, z<strong>onder</strong> dat één van deze di<strong>en</strong>st<strong>en</strong> dat van elkaar<br />

wist (Ross, 2007: 495). E<strong>en</strong> vergelijkbaar, maar minder omvangrijk, geval van wel heel ‘succesvolle<br />

infiltratie’ door e<strong>en</strong> inlichting<strong>en</strong>di<strong>en</strong>st van e<strong>en</strong> politieke partij, heeft zich voorgedaan in Nederland.<br />

Tijd<strong>en</strong>s de koudeoorlogjar<strong>en</strong> zijn sommige lokale afdeling<strong>en</strong> van de Communistische Partij Nederland<br />

(CPN) tot grote bloei <strong>en</strong> omvang gekom<strong>en</strong> vanwege het ijverige <strong>en</strong> werv<strong>en</strong>de gedrag van geïnfiltreerde<br />

ag<strong>en</strong>t<strong>en</strong> van de to<strong>en</strong>malige Binn<strong>en</strong>landse Veiligheidsdi<strong>en</strong>st (BVD) (Hoekstra, 2004: 103).<br />

140 Duitsland is e<strong>en</strong> bondsstaat, e<strong>en</strong> federale staat, waarbij de bond <strong>en</strong> de deelstat<strong>en</strong> gelijkwaardig aan<br />

elkaar zijn.<br />

141 BverfG Urt. 15 december 1983 BverfG Band 65, p 1 e.v.


De <strong>regulering</strong> van undercovertraject<strong>en</strong> in het buit<strong>en</strong>land<br />

burger zelf mag bepal<strong>en</strong> in hoeverre informatie over hem wordt gebruikt<br />

<strong>en</strong> verder bek<strong>en</strong>d wordt gemaakt. E<strong>en</strong> inbreuk op dit grondrecht is slechts<br />

geoorloofd indi<strong>en</strong> het algeme<strong>en</strong> belang dit vereist <strong>en</strong> de inbreuk bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong><br />

is vastgelegd in e<strong>en</strong> wettelijke regeling. Verder was er ook specifieke<br />

jurisprud<strong>en</strong>tie tot stand gekom<strong>en</strong> inzake de toelaatbaarheid <strong>en</strong> noodzaak<br />

van inzet van (politie-)infiltrant<strong>en</strong> <strong>en</strong> de daaruit voortvloei<strong>en</strong>de bewijsproblematiek,<br />

waardoor de door de deelstat<strong>en</strong> gezam<strong>en</strong>lijk uitgevaardigde<br />

richtlijn toch aangepast moest word<strong>en</strong> (Tak, 2000a: 124, 194). T<strong>en</strong> slotte<br />

hebb<strong>en</strong> ook uitsprak<strong>en</strong> van het EHRM e<strong>en</strong> rol gespeeld bij de totstandkoming<br />

van de OrgKG in 1992 (Ross, 2007: 496, 507).<br />

Mede teg<strong>en</strong> de achtergrond van de hierbov<strong>en</strong> g<strong>en</strong>oemde bezwar<strong>en</strong> is in<br />

1992 dus de OrgKG tot stand gekom<strong>en</strong>. Zoals gezegd wordt in Duitsland<br />

<strong>onder</strong>scheid gemaakt tuss<strong>en</strong> proactieve <strong>en</strong> reactieve of strafvorderlijke<br />

opsporing. De federale OrgKG reguleert de toepassing van opsporingsbevoegdhed<strong>en</strong>,<br />

waar<strong>onder</strong> undercoverbevoegdhed<strong>en</strong>, in de reactieve<br />

fase. Voor het gebruik van opsporingsbevoegdhed<strong>en</strong> in de proactieve<br />

fase geld<strong>en</strong> de reeds g<strong>en</strong>oemde politiewett<strong>en</strong> van de 16 Duitse deelstat<strong>en</strong>,<br />

die overig<strong>en</strong>s naar aanleiding van het Volkstellingsarrest zijn aangepast.<br />

Deze 16 politiewett<strong>en</strong> verton<strong>en</strong> inhoudelijk belangrijke overe<strong>en</strong>komst<strong>en</strong><br />

als gevolg van harmonisatie (Tak, 2000a: 123-124). Na vergelijking van<br />

de bepaling<strong>en</strong> die geld<strong>en</strong> voor de proactieve fase met de door de federale<br />

overheid opgestelde OrgKG, die dus geldt voor de reactieve fase, blijkt<br />

bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> dat er e<strong>en</strong> grote overe<strong>en</strong>komst is tuss<strong>en</strong> beide regeling<strong>en</strong>. Om<br />

die red<strong>en</strong> mak<strong>en</strong> we hier<strong>onder</strong> alle<strong>en</strong> waar nodig <strong>onder</strong>scheid tuss<strong>en</strong> de<br />

twee soort<strong>en</strong>.<br />

Onderscheid tuss<strong>en</strong> <strong>en</strong> reikwijdte van undercoverbevoegdhed<strong>en</strong><br />

De OrgKG regelt <strong>onder</strong> meer het gebruikmak<strong>en</strong> van technische middel<strong>en</strong><br />

voor observatie, het afluister<strong>en</strong> van gesprekk<strong>en</strong> met behulp van technische<br />

middel<strong>en</strong>, het mak<strong>en</strong> van beeldopnam<strong>en</strong> <strong>en</strong> infiltratie (Tak, 2000a:<br />

121). In Duitsland wordt er ge<strong>en</strong> wettelijk <strong>onder</strong>scheid gemaakt tuss<strong>en</strong> de<br />

undercoverbevoegdhed<strong>en</strong> zoals wij dit k<strong>en</strong>n<strong>en</strong> met de variant<strong>en</strong> SI, PK/<br />

PDV <strong>en</strong> IF. In de Duitse wetgeving wordt alle<strong>en</strong> gesprok<strong>en</strong> over ‘infiltratie’.<br />

Daarbij gaat het om e<strong>en</strong> (politie)ambt<strong>en</strong>aar die voor langere duur<br />

<strong>onder</strong> e<strong>en</strong> valse <strong>dekmantel</strong> informatie inzamelt die voor de opsporing<br />

(reactieve fase) of voorkoming (proactieve fase) van e<strong>en</strong> strafbaar feit van<br />

belang is. Wat in Nederland <strong>onder</strong> SI, PK/PDV of IF wordt verstaan, kan in<br />

Duitsland <strong>onder</strong> de noemer van IF word<strong>en</strong> ingezet. Daarbij moet het wel<br />

gaan om e<strong>en</strong> operatie van langere duur. E<strong>en</strong> kortdur<strong>en</strong>de operatie als e<strong>en</strong><br />

<strong>en</strong>kelvoudige PK valt buit<strong>en</strong> de wettelijke regeling<strong>en</strong> voor IF (Tak, 2000a:<br />

190-195), maar kan in Duitsland wel word<strong>en</strong> uitgevoerd. Pseudo-verkop<strong>en</strong><br />

mog<strong>en</strong> in Duitsland niet word<strong>en</strong> uitgevoerd, hoewel het in de praktijk wel<br />

voorkomt dat infiltrant<strong>en</strong> drugs aanbied<strong>en</strong> (Tak, 2000a: 189, 196).<br />

99


100 <strong>Opspor<strong>en</strong></strong> <strong>onder</strong> <strong>dekmantel</strong><br />

Gecontroleerde aflevering is in Duitsland niet omschrev<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> wettelijke<br />

regeling, zoals de OrgKG, maar heeft in eerste instantie e<strong>en</strong> basis in<br />

e<strong>en</strong> besluit van de gezam<strong>en</strong>lijke Procureurs-G<strong>en</strong>eraal, dat later <strong>onder</strong>deel<br />

is geword<strong>en</strong> van de Richtlini<strong>en</strong> für das Strafverfahr<strong>en</strong> und das Bußgeldverfahr<strong>en</strong><br />

(RiStBV). De RiStBV bevat diverse algem<strong>en</strong>e regels met betrekking<br />

tot de strafprocedure <strong>en</strong> de boeteprocedure. De voorwaard<strong>en</strong> voor<br />

het gecontroleerd aflever<strong>en</strong> zijn dat op e<strong>en</strong> andere manier de betreff<strong>en</strong>de<br />

verdacht<strong>en</strong> niet opgespoord kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> <strong>en</strong> dat het aflever<strong>en</strong> zo moet<br />

plaatsvind<strong>en</strong> dat de verdacht<strong>en</strong> op ieder mom<strong>en</strong>t aangehoud<strong>en</strong> <strong>en</strong> de<br />

goeder<strong>en</strong> in beslag g<strong>en</strong>om<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong>. Gecontroleerde aflevering<strong>en</strong><br />

zoud<strong>en</strong> in Duitsland vrij veelvuldig voorkom<strong>en</strong>. Tak haalt e<strong>en</strong> opgave<br />

aan van de douane-opsporingsdi<strong>en</strong>st van Frankfurt waaruit blijkt dat<br />

vanuit het plaatselijke vliegveld jaarlijks h<strong>onder</strong>d<strong>en</strong> gecontroleerde aflevering<strong>en</strong><br />

plaatsvind<strong>en</strong>. Voor zover bek<strong>en</strong>d is doorlat<strong>en</strong> formeel niet toegestaan<br />

(Tak, 2000a: 202-203; Joubert, 1995: 310).<br />

De kring van person<strong>en</strong> bij wie infiltratie kan word<strong>en</strong> toegepast is ruim.<br />

In elk geval voor de regeling van de inzet in de proactieve fase geldt dat,<br />

ev<strong>en</strong>als in Nederland, niet alle<strong>en</strong> rechtstreeks ‘op’ de verdachte geïnfiltreerd<br />

mag word<strong>en</strong>, maar dat dat ook is toegestaan bij andere person<strong>en</strong> ter<br />

verkrijging van informatie over de eig<strong>en</strong>lijke verdachte (Tak, 2000a: 191).<br />

Het is e<strong>en</strong> infiltrant kracht<strong>en</strong>s de formele regeling<strong>en</strong> in beginsel niet<br />

toegestaan strafbare feit<strong>en</strong> te pleg<strong>en</strong>. Dit lijkt e<strong>en</strong> wez<strong>en</strong>lijk verschil,<br />

formeel althans, met Nederland, alwaar het voor undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong><br />

<strong>onder</strong> bepaalde voorwaard<strong>en</strong> is toegestaan om strafbare feit<strong>en</strong> te pleg<strong>en</strong>;<br />

wanneer de undercoverag<strong>en</strong>t infiltreert in – dus deelneemt aan – e<strong>en</strong><br />

criminele organisatie is dat zelfs per definitie het geval. Onder omstandighed<strong>en</strong>,<br />

<strong>en</strong> dan met name wanneer de uitvoerbaarheid van zijn taak in<br />

geding is, is het de undercoverag<strong>en</strong>t in de praktijk echter wel toegestaan<br />

om in strijd met de wet te handel<strong>en</strong>, wat ook met grote regelmaat gebeurt.<br />

De beoordeling of in e<strong>en</strong> concreet geval e<strong>en</strong> undercoverag<strong>en</strong>t strafbaar<br />

mag handel<strong>en</strong>, <strong>en</strong> deze dus niet vervolgd gaat word<strong>en</strong>, is overgelat<strong>en</strong> aan<br />

vooral het Op<strong>en</strong>baar Ministerie. Overig<strong>en</strong>s zijn er voor drugsgerelateerde<br />

strafbare feit<strong>en</strong> op federaal niveau wel specifieke bepaling<strong>en</strong> in de wet<br />

opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> om strafbaarheid van handeling<strong>en</strong> van undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong><br />

uit te sluit<strong>en</strong> (Tak, 2000a: 193-197).<br />

Rechtsbeginsel<strong>en</strong><br />

Wat betreft de proportionaliteit van het inzett<strong>en</strong> van infiltratie in Duitsland<br />

geldt dat er in de reactieve fase sprake moet zijn van verd<strong>en</strong>king van<br />

ernstige strafbare feit<strong>en</strong>. Voor de proactieve fase geldt dat de inzet is toegestaan<br />

wanneer dat nodig is ter afw<strong>en</strong>ding van concreet gevaar voor het<br />

lev<strong>en</strong>, de lichamelijke integriteit of de vrijheid van person<strong>en</strong> of wanneer er<br />

e<strong>en</strong> vermoed<strong>en</strong> is dat er ernstige strafbare feit<strong>en</strong> zull<strong>en</strong> word<strong>en</strong> gepleegd<br />

<strong>en</strong> de inzet van infiltratie nodig is ter prev<strong>en</strong>tieve bestrijding van die


De <strong>regulering</strong> van undercovertraject<strong>en</strong> in het buit<strong>en</strong>land 101<br />

feit<strong>en</strong>. De strafbare feit<strong>en</strong> waarvan sprake moet zijn, zijn zowel in de deelstatelijke<br />

regeling voor de proactieve als in de federale regeling voor de<br />

reactieve fase niet limitatief omschrev<strong>en</strong>. Het moet bijvoorbeeld gaan om<br />

drugshandel, wap<strong>en</strong>handel, valsemunterij, feit<strong>en</strong> die de veiligheid van de<br />

staat in gevaar br<strong>en</strong>g<strong>en</strong> of om beroeps-, gewoonte- of groepscriminaliteit<br />

(waar vrij veel <strong>onder</strong> kan vall<strong>en</strong>) dan wel andere georganiseerde criminaliteit.<br />

Om toegepast te kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> di<strong>en</strong>t er verder sprake te zijn van e<strong>en</strong><br />

zekere noodzakelijkheid: andere opsporingsbevoegdhed<strong>en</strong> moet<strong>en</strong> ge<strong>en</strong><br />

vooruitzicht op succes bied<strong>en</strong> of veel moeilijker toepasbaar zijn (subsidiariteit)<br />

(Tak, 2000a: 190-195).<br />

Ook bij onze oosterbur<strong>en</strong> bestaan er norm<strong>en</strong> omtr<strong>en</strong>t provocatie. In<br />

Duitsland is Tatprovokation niet toegestaan. Dat wil zegg<strong>en</strong> dat e<strong>en</strong> unbescholt<strong>en</strong><strong>en</strong><br />

Bürger, e<strong>en</strong> burger van onbesprok<strong>en</strong> gedrag, niet tot strafbaar<br />

gedrag uitgelokt mag word<strong>en</strong>. De betreff<strong>en</strong>de norm<strong>en</strong> zijn in Duitsland<br />

niet in de wet vastgelegd maar kom<strong>en</strong> voort uit jurisprud<strong>en</strong>tie, dit in<br />

teg<strong>en</strong>stelling tot Nederland, waar het verbod op instigatie in de wetgeving<br />

voor undercoverbevoegdhed<strong>en</strong> is verankerd (Tak, 200: 189; Ross, 2007:<br />

555-556). Tak haalt jurisprud<strong>en</strong>tie aan waaruit is af te leid<strong>en</strong> wanneer van<br />

ontoelaatbare provocatie sprake is. Niet toelaatbaar is als de verdachte<br />

<strong>onder</strong> grote druk wordt gezet of als bijvoorbeeld de infiltrant de grondstoff<strong>en</strong><br />

levert om drugs te producer<strong>en</strong> (Tak, 200: 189). Of e<strong>en</strong> politie-infiltrant<br />

ontoelaatbaar heeft geprovoceerd, wordt getoetst aan de hand van<br />

drie, teg<strong>en</strong> elkaar af te weg<strong>en</strong>, criteria: (1) de mate van verd<strong>en</strong>king; (2) de<br />

bereidheid van de verdachte om (crimineel) te handel<strong>en</strong>; <strong>en</strong> (3) het gedrag<br />

van de infiltrant (Frielink, 1990: 117). Hierin zijn goed het subjectieve (het<br />

g<strong>en</strong>erieke opzet van de verdachte) <strong>en</strong> het objectieve (het optred<strong>en</strong> van<br />

de undercoverag<strong>en</strong>t) elem<strong>en</strong>t te herk<strong>en</strong>n<strong>en</strong> die in de Nederlandse rechtspraak<br />

word<strong>en</strong> gehanteerd om te bepal<strong>en</strong> of het instigatieverbod is overschred<strong>en</strong>.<br />

Tot het midd<strong>en</strong> van de jar<strong>en</strong> tachtig verbond<strong>en</strong> de <strong>onder</strong>scheid<strong>en</strong> strafkamers<br />

van het Bundes Gerichtshof (BGH) verschill<strong>en</strong>de sancties aan<br />

de vaststelling dat van ontoelaatbare provocatie sprake was. Sinds e<strong>en</strong><br />

bepaling van de Groβe S<strong>en</strong>at van het BGH uit 1985 is er op dit punt echter<br />

sprake van uniformiteit; ontoelaatbare provocatie van e<strong>en</strong> undercoverag<strong>en</strong>t<br />

moet leid<strong>en</strong> tot strafvermindering (Tak, 2000a: 189). Daarbij geldt<br />

dat uitsprak<strong>en</strong> over ontoelaatbaar gedrag niet dichotoom zijn, waarbij er<br />

alle<strong>en</strong> zou word<strong>en</strong> vastgesteld of er wel of niet is geprovoceerd, maar juist<br />

e<strong>en</strong> glijd<strong>en</strong>de variatie aanbr<strong>en</strong>g<strong>en</strong> in de mate waarin van ontoelaatbare


102 <strong>Opspor<strong>en</strong></strong> <strong>onder</strong> <strong>dekmantel</strong><br />

provocatie sprake is, e<strong>en</strong> variatie die correspondeert met de mate van<br />

strafvermindering die wordt toebedeeld (Ross, 2007: 556-557). 142<br />

Uitvoer<strong>en</strong>de organisatie <strong>en</strong> inzet van burgers<br />

Infiltratie tijd<strong>en</strong>s de proactieve fase wordt doorgaans uitgevoerd door<br />

speciale e<strong>en</strong>hed<strong>en</strong> van de deelstatelijke Landeskriminalamt<strong>en</strong> (LKA’s).<br />

In de reactieve fase kan <strong>uitvoering</strong> behalve door politiefunctionariss<strong>en</strong>,<br />

van bijvoorbeeld de Bundeskriminalamt (BKA), ook plaatsvind<strong>en</strong><br />

door ambt<strong>en</strong>ar<strong>en</strong> van andere opsporingsdi<strong>en</strong>st<strong>en</strong>, zoals de Steuer-<br />

und Zollfahndungsdi<strong>en</strong>st (de Duitse FIOD (Fiscale Inlichting<strong>en</strong>- <strong>en</strong><br />

Opsporingsdi<strong>en</strong>st)). Politiefunctionariss<strong>en</strong> die undercover werk<strong>en</strong> het<strong>en</strong><br />

in Duitsland verdeckte Ermittler.<br />

In beide fases kunn<strong>en</strong> ook (criminele) burgers word<strong>en</strong> ingezet in de vorm<br />

van informant<strong>en</strong> of vertrouw<strong>en</strong>sperson<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> Informant is e<strong>en</strong> persoon,<br />

doorgaans afkomstig uit het criminele milieu, die de politie e<strong>en</strong>malig<br />

informatie verschaft. Vertrau<strong>en</strong>sperson<strong>en</strong> (V-person<strong>en</strong>), doorgaans ook<br />

afkomstig uit het criminele milieu, voorzi<strong>en</strong> de politie langdurig van<br />

informatie <strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> ook word<strong>en</strong> ingezet als pseudo-koper, oftewel e<strong>en</strong><br />

Lockspitzel (Kruse, 1993: 188-189).<br />

Procedurele voorschrift<strong>en</strong><br />

In de proactieve fase beslist de korpschef over de inzet van bijz<strong>onder</strong>e<br />

opsporingsbevoegdhed<strong>en</strong>. In de reactieve fase doet de OvJ dat of, wanneer<br />

ze word<strong>en</strong> toegepast op e<strong>en</strong> bek<strong>en</strong>de/geïd<strong>en</strong>tificeerde verdachte <strong>en</strong>/<br />

of wanneer de infiltrant e<strong>en</strong> woning betreedt die niet algeme<strong>en</strong> toegankelijk<br />

is, de Ermittlungsrichter, te vergelijk<strong>en</strong> met onze rechter-commissaris.<br />

Tak wijst erop dat er kritiek is geweest op het feit dat in Duitsland in de<br />

proactieve fase het de politie is toegestaan om op eig<strong>en</strong> gezag infiltratie<br />

<strong>en</strong> andere bijz<strong>onder</strong>e opsporingsbevoegdhed<strong>en</strong> toe te pass<strong>en</strong>. Omdat in<br />

deze fase de korpschef beslist over de inzet van die instrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong>, vindt<br />

het gebruik van bijz<strong>onder</strong>e opsporingsbevoegdhed<strong>en</strong> tijd<strong>en</strong>s de proactieve<br />

opsporing immers plaats z<strong>onder</strong> controle door e<strong>en</strong> andere, onafhankelijke<br />

instantie (Tak, 2000a: 132-133).<br />

In de wet is ge<strong>en</strong> maximumduur voor de inzet van infiltratie opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>.<br />

Het OM, of de rechter-commissaris, beslist over de duur van de inzet<br />

gedur<strong>en</strong>de de reactieve fase <strong>en</strong> in de proactieve fase beslist de korpschef<br />

hierover (Tak, 2000a: 192, 198; zie ook art 110b lid 1 <strong>en</strong> 2 StPO <strong>en</strong> art. 20<br />

lid 4 NW PolG).<br />

142 Volg<strong>en</strong>s Ross heeft de introductie van de OrgKG in 1992 ertoe geleid dat in sommige gevall<strong>en</strong><br />

undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong>, omdat zij nu e<strong>en</strong> formeel wettelijke machtiging tot infiltratie hadd<strong>en</strong>, wat eerder<br />

g<strong>en</strong>eigd zijn om verdacht<strong>en</strong> <strong>onder</strong> druk te zett<strong>en</strong> of te prikkel<strong>en</strong> om tot het pleg<strong>en</strong> van misdrijv<strong>en</strong> over te<br />

gaan (Ross, 2007: 557-558).


De <strong>regulering</strong> van undercovertraject<strong>en</strong> in het buit<strong>en</strong>land 103<br />

Transparantie <strong>en</strong> verantwoording<br />

Ook in Duitsland bestaat e<strong>en</strong> notificatieplicht. Person<strong>en</strong> teg<strong>en</strong> wie gegev<strong>en</strong>s<br />

door e<strong>en</strong> politie-infiltrant zijn verzameld, moet<strong>en</strong> door de politie<br />

hiervan op de hoogte word<strong>en</strong> gesteld zodra dit kan z<strong>onder</strong> gevaar voor het<br />

doel waarvoor die gegev<strong>en</strong>s verzameld zijn. Notificatie kan echter achterwege<br />

blijv<strong>en</strong> indi<strong>en</strong> teg<strong>en</strong> deze person<strong>en</strong> weg<strong>en</strong>s dezelfde feit<strong>en</strong> e<strong>en</strong> strafrechtelijk<br />

<strong>onder</strong>zoek is gestart, als er gevaar is dat de politie-infiltrant niet<br />

opnieuw kan word<strong>en</strong> ingezet of als het lev<strong>en</strong> of de lichamelijke integriteit<br />

van hem of iemand anders daardoor in gevaar komt (artikel 20 lid 5 NW<br />

PolG). Voor de strafvorderlijke fase geldt dat person<strong>en</strong> wier woning door<br />

e<strong>en</strong> undercoverag<strong>en</strong>t is betred<strong>en</strong>, daarvan op de hoogte gesteld moet<strong>en</strong><br />

word<strong>en</strong> zodra dit mogelijk is z<strong>onder</strong> het doel van het <strong>onder</strong>zoek, de op<strong>en</strong>bare<br />

veiligheid, de veiligheid van e<strong>en</strong> persoon, de lichamelijke integriteit<br />

van e<strong>en</strong> persoon of de mogelijkheid van verdere inzet van de undercoverag<strong>en</strong>t<br />

in gevaar te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>. Tak signaleert echter dat door de uitz<strong>onder</strong>ing<strong>en</strong><br />

op deze verplichting <strong>en</strong> omdat de wet ge<strong>en</strong> termijn stelt waarbinn<strong>en</strong><br />

deze k<strong>en</strong>nisgeving moet plaatsvind<strong>en</strong>, de verdachte veelal onbek<strong>en</strong>d blijft<br />

met het optred<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> undercoverag<strong>en</strong>t (Tak, 2000a: 200; zie ook artikel<br />

110d StPO).<br />

Van alle opsporingshandeling<strong>en</strong>, inclusief het gebruik van bijz<strong>onder</strong>e<br />

opsporingsbevoegdhed<strong>en</strong>, di<strong>en</strong>t proces-verbaal opgemaakt te word<strong>en</strong>.<br />

De id<strong>en</strong>titeit van de gebruikte infiltrant zal in Duitsland doorgaans<br />

geheim blijv<strong>en</strong>. Die geheimhouding is toegestaan wanneer bij op<strong>en</strong>baarmaking<br />

het lev<strong>en</strong>, de lichamelijke integriteit of de vrijheid van de infiltrant<br />

in gevaar zou kom<strong>en</strong>. Undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong> (verdeckte Ermittler) <strong>en</strong><br />

V-person<strong>en</strong> getuig<strong>en</strong> in Duitsland (doorgaans) niet in het op<strong>en</strong>baar in<br />

de rechtszaal. Wel kunn<strong>en</strong> undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong> <strong>en</strong> V-person<strong>en</strong> anoniem<br />

word<strong>en</strong> gehoord. Tev<strong>en</strong>s kan het gerecht via e<strong>en</strong> videoverbinding e<strong>en</strong><br />

(geheel vermomde) undercoverag<strong>en</strong>t bevrag<strong>en</strong>. In beginsel kan dit ook bij<br />

e<strong>en</strong> V-persoon, maar dit komt in de praktijk nauwelijks voor. Er bestaat<br />

in Duitsland voor politieambt<strong>en</strong>ar<strong>en</strong> e<strong>en</strong> wettelijk verbod om z<strong>onder</strong><br />

expliciete toestemming vooraf verklaring<strong>en</strong> af te legg<strong>en</strong> over hun werkzaamhed<strong>en</strong>.<br />

De exacte rol die e<strong>en</strong> undercoverag<strong>en</strong>t heeft gespeeld in e<strong>en</strong><br />

<strong>onder</strong>zoek blijft daardoor vaak onbek<strong>en</strong>d. Al met al is de mate van transparantie<br />

die als gevolg van de bepaling<strong>en</strong> <strong>en</strong> praktijk in Duitsland t<strong>en</strong><br />

aanzi<strong>en</strong> van het ingezette undercovertraject wordt gehanteerd, e<strong>en</strong> stuk<br />

kleiner dan de transparantie die in Nederland van toepassing is (zie ook<br />

Beijer et al., 2004: 229-230; Ross, 2007: 506).<br />

3.4 Engeland <strong>en</strong> Wales<br />

Aard <strong>en</strong> achtergrond wet- <strong>en</strong> regelgeving<br />

De <strong>regulering</strong> van undercovertraject<strong>en</strong> in Engeland <strong>en</strong> Wales vindt plaats<br />

door: formele wetgeving in de vorm van de Regulation of Investigatory


104 <strong>Opspor<strong>en</strong></strong> <strong>onder</strong> <strong>dekmantel</strong><br />

Powers Act 2000 (RIPA); de <strong>onder</strong>steun<strong>en</strong>de richtlijn Code of Practice<br />

inzake de Covert Human Intellig<strong>en</strong>ce Sources (CoP CHIS); <strong>en</strong> jurisprud<strong>en</strong>tie.<br />

E<strong>en</strong> kort literatuur<strong>onder</strong>zoek met betrekking tot de <strong>regulering</strong> (<strong>en</strong> praktijk)<br />

van undercovertraject<strong>en</strong> in Engeland <strong>en</strong> Wales heeft niet heel veel<br />

rec<strong>en</strong>te titels opgeleverd. De te pres<strong>en</strong>ter<strong>en</strong> informatie is echter wel<br />

ac tueel, mede omdat veel gebruik is gemaakt van informatie die in 2009<br />

is verstrekt door de foreign liaisons officer voor het Ver<strong>en</strong>igd Koninkrijk <strong>en</strong><br />

e<strong>en</strong> medewerker van het Specialist Operations C<strong>en</strong>tre van de National Policing<br />

Improvem<strong>en</strong>t Ag<strong>en</strong>cy.<br />

Hier<strong>onder</strong> wordt kort de achtergrond van het huidige wettelijke kader<br />

geschetst. Daarna komt de inhoud van dat kader aan bod.<br />

De RIPA was niet de eerste wet inzake de bijz<strong>onder</strong>e opsporingsbevoegdhed<strong>en</strong><br />

in Engeland <strong>en</strong> Wales. In 1997 werd de Police Act 1997 van kracht.<br />

Voor 1997 was er nauwelijks formele wetgeving. De Police Act 1997 regelde<br />

niet alle bijz<strong>onder</strong>e opsporingsbevoegdhed<strong>en</strong>, maar alle<strong>en</strong> de gevall<strong>en</strong><br />

waarin voor de uitoef<strong>en</strong>ing van e<strong>en</strong> bijz<strong>onder</strong>e opsporingsbevoegdheid<br />

heimelijk e<strong>en</strong> woning moest word<strong>en</strong> betred<strong>en</strong> of schade moest word<strong>en</strong><br />

veroorzaakt <strong>en</strong> gevall<strong>en</strong> waarin draadloze communicatie werd <strong>onder</strong>schept<br />

(Tak, 2000b: 217). Net als in e<strong>en</strong> aantal andere land<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> ook<br />

bij de ontstaansgeschied<strong>en</strong>is van de Police Act 1997 bepaalde incid<strong>en</strong>t<strong>en</strong><br />

<strong>en</strong>/of concrete casuss<strong>en</strong> e<strong>en</strong> belangrijke rol gespeeld.<br />

In de jar<strong>en</strong> zev<strong>en</strong>tig van de twintigste eeuw heeft het uitvoer<strong>en</strong> van<br />

pseudo-koopacties geleid tot ontsporing<strong>en</strong> bij de afdeling drugsbestrijding<br />

van de Metropolitan Police (de politie voor grootstedelijk Lond<strong>en</strong>).<br />

Drugsdealers werd<strong>en</strong> in ruil voor hun optred<strong>en</strong> voor eig<strong>en</strong> strafbare<br />

feit<strong>en</strong> niet vervolgd of kreg<strong>en</strong> zelfs e<strong>en</strong> beloning in drugs uitbetaald. In de<br />

jar<strong>en</strong> neg<strong>en</strong>tig versch<strong>en</strong><strong>en</strong> er bericht<strong>en</strong> dat Customs & Excise (de douane),<br />

t<strong>en</strong>einde door te kunn<strong>en</strong> dring<strong>en</strong> tot de top van e<strong>en</strong> criminele organisatie,<br />

belangrijke drugsimporteurs toestond criminele activiteit<strong>en</strong> te ontplooi<strong>en</strong><br />

<strong>en</strong> de daaruit voortvloei<strong>en</strong>de winst<strong>en</strong> te behoud<strong>en</strong> (Tak, 2000b: 276-277).<br />

Uiteindelijk heeft de zaak Kahn geleid tot de totstandkoming van de Police<br />

Act 1997. Kahn, iemand met e<strong>en</strong> strafrechtelijk verled<strong>en</strong>, ging in 1993 op<br />

bezoek bij Bashforth, e<strong>en</strong> persoon die van drugshandel werd verdacht.<br />

Aan de buit<strong>en</strong>kant van de woning van Bashforth had de politie verborg<strong>en</strong><br />

afluisterapparatuur geplaatst. Tijd<strong>en</strong>s het bezoek van Kahn aan Basforth<br />

deed Kahn uit de doek<strong>en</strong> wat zijn aandeel was in de grootschalige invoer<br />

van heroïne. To<strong>en</strong> de zaak Kahn voorkwam oordeelde het rechtscollege<br />

dat, ondanks het feit dat de afgeluisterde <strong>en</strong> opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> gesprekk<strong>en</strong><br />

war<strong>en</strong> verkreg<strong>en</strong> na het pleg<strong>en</strong> van terreinvredebreuk <strong>en</strong> vernieling, ze<br />

toch voor het bewijs kond<strong>en</strong> word<strong>en</strong> gebruikt. Het voor het bewijs bezig<strong>en</strong><br />

van het afgeluisterde materiaal zou niet e<strong>en</strong> zodanig nadelige invloed<br />

hebb<strong>en</strong> op het recht op e<strong>en</strong> eerlijk proces dat de rechter het zou moet<strong>en</strong><br />

uitsluit<strong>en</strong>. Het House of Lords ging hiermee akkoord <strong>en</strong> verklaarde het


De <strong>regulering</strong> van undercovertraject<strong>en</strong> in het buit<strong>en</strong>land 105<br />

hoger beroep van verdachte ongegrond. Hetzelfde House of Lords uitte<br />

echter wel ernstige kritiek op het ontbrek<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> wettelijke regeling<br />

voor zulke ingrijp<strong>en</strong>de opsporingsbevoegdhed<strong>en</strong>. Dit heeft uiteindelijk de<br />

totstandkoming van de Police Act 1997 in de hand gewerkt (Tak, 2000b:<br />

212). 143<br />

Zoals gezegd reguleerde de Police Act 1997 alle<strong>en</strong> situaties waarbij heimelijk<br />

e<strong>en</strong> woning moest word<strong>en</strong> binn<strong>en</strong>gegaan <strong>en</strong> gevall<strong>en</strong> waarin de politie<br />

draadloze communicatie <strong>onder</strong>schepte. Naar aanleiding van de Police Act<br />

1997 stelde de Associations of Chief Police Officers (ACPO) echter richtlijn<strong>en</strong><br />

op, Codes of Practice, die ook nader inging<strong>en</strong> op de inzet van verschill<strong>en</strong>de<br />

andere opsporingsbevoegdhed<strong>en</strong>, waar<strong>onder</strong> undercovertraject<strong>en</strong> (Tak,<br />

2000b: 218). Dergelijke richtlijn<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> alle<strong>en</strong> binn<strong>en</strong> de politie e<strong>en</strong><br />

werkingskracht <strong>en</strong> burgers kunn<strong>en</strong> er ge<strong>en</strong> recht<strong>en</strong> aan ontl<strong>en</strong><strong>en</strong>. Om de<br />

<strong>regulering</strong> van bijz<strong>onder</strong>e opsporingsbevoegdhed<strong>en</strong> te lat<strong>en</strong> voldo<strong>en</strong> aan<br />

artikel 8 van het EVRM, 144 heeft de c<strong>en</strong>trale overheid ervoor gekoz<strong>en</strong> de<br />

<strong>onder</strong>werp<strong>en</strong> uit de Codes of Practice te verwerk<strong>en</strong> in formele wetgeving,<br />

de RIPA (Baaij<strong>en</strong>s-van Gelov<strong>en</strong> & Simmelink, 2002: 529-530).<br />

De bevoegdhed<strong>en</strong> die <strong>onder</strong> de RIPA vall<strong>en</strong> zijn:<br />

– het <strong>onder</strong>schepp<strong>en</strong> van (tele)communicatie (bijvoorbeeld tapp<strong>en</strong> <strong>en</strong> het<br />

lez<strong>en</strong> van post);<br />

– het verkrijg<strong>en</strong> van informatie gerelateerd aan deze communicatie (hier<br />

gaat het niet om de inhoud van de communicatie maar om gegev<strong>en</strong>s<br />

met betrekking tot de communicatie (zoals met wie, waar <strong>en</strong> wanneer<br />

is gecommuniceerd);<br />

– observatie (door het volg<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> persoon of door middel van technische<br />

hulpmiddel<strong>en</strong> in woning of auto);<br />

– het gebruik van undercoverbronn<strong>en</strong>, zowel burgers als undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong>;<br />

<strong>en</strong><br />

– toegang tot beveiligde elektronische data.<br />

Ook de RIPA is vervolg<strong>en</strong>s uitgewerkt in verschill<strong>en</strong>de, nieuwe Codes of<br />

Practice. Eén daarvan, de CoP CHIS, regelt de inzet van undercovertraject<strong>en</strong>.<br />

145 Naast wettelijke regeling<strong>en</strong>, word<strong>en</strong> zoals gezegd de gr<strong>en</strong>z<strong>en</strong> van<br />

het gebruik van undercoverbevoegdhed<strong>en</strong> ook in de jurisprud<strong>en</strong>tie vastgelegd.<br />

143 Zie ook: Regina (R) vs Kahn (1994), 4 All ER, pp 426-438 (Court of Appeal). ‘Regina’, meestal afgekort<br />

als ‘R’, staat voor de koningin.<br />

144 Artikel 8 EVRM schrijft voor dat inbreuk<strong>en</strong> op de privacy van burgers alle<strong>en</strong> zijn toegestaan mits zij<br />

uit de wet voortvloei<strong>en</strong> <strong>en</strong> in e<strong>en</strong> democratische maatschappij noodzakelijk zijn ter bescherming van<br />

de veiligheid, het economisch welzijn, de gezondheid of goede zed<strong>en</strong> of de recht<strong>en</strong> <strong>en</strong> vrijhed<strong>en</strong> van<br />

ander<strong>en</strong>.<br />

145 Zie http://security.homeoffice.gov.uk/ripa/publication-search/ripa-cop/ voor de verschill<strong>en</strong>de Codes of<br />

Practice waarin de RIPA is uitgewerkt.


106 <strong>Opspor<strong>en</strong></strong> <strong>onder</strong> <strong>dekmantel</strong><br />

Onderscheid tuss<strong>en</strong> <strong>en</strong> reikwijdte van undercoverbevoegdhed<strong>en</strong><br />

De RIPA omschrijft e<strong>en</strong> CHIS als iemand die e<strong>en</strong> persoonlijke of andersoortige<br />

relatie aangaat met e<strong>en</strong> persoon met als doel, z<strong>onder</strong> dat de<br />

persoon dit weet, het verkrijg<strong>en</strong> of op<strong>en</strong>baar mak<strong>en</strong> van informatie of het<br />

voor e<strong>en</strong> andere persoon toegankelijk mak<strong>en</strong> van informatie (sectie 26,<br />

lid 8 RIPA). 146 E<strong>en</strong> undercovertraject voldoet alle<strong>en</strong> aan deze omschrijving<br />

wanneer er sprake is van e<strong>en</strong> relatie van e<strong>en</strong> zekere best<strong>en</strong>digheid tuss<strong>en</strong><br />

het subject <strong>en</strong> de source, e<strong>en</strong> undercoverag<strong>en</strong>t of burger. De RIPA <strong>en</strong> de<br />

CoP CHIS mak<strong>en</strong> verder ge<strong>en</strong> <strong>onder</strong>scheid tuss<strong>en</strong> verschill<strong>en</strong>de soort<strong>en</strong><br />

van undercovertraject<strong>en</strong>. Bekijk<strong>en</strong> we de definitie die de RIPA geeft van<br />

e<strong>en</strong> CHIS, dan gaat het in Nederlandse term<strong>en</strong> uitgedrukt vooral om wat<br />

langere SI-traject<strong>en</strong> <strong>en</strong> om IF. E<strong>en</strong> korte, e<strong>en</strong>malige pseudo-koop of het<br />

inzett<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> lokmiddel valt niet <strong>onder</strong> de werkingssfeer van de RIPA<br />

<strong>en</strong> de CoP CHIS. Dergelijke acties word<strong>en</strong> wel uitgevoerd, maar daarvoor<br />

geld<strong>en</strong> niet de autorisatievereist<strong>en</strong> die de CoP CHIS voorschrijft. In<br />

Engeland kunn<strong>en</strong> dus alle traject<strong>en</strong> die in Nederland <strong>onder</strong> de noemer<br />

van SI, PK/PDV of IF zoud<strong>en</strong> vall<strong>en</strong> word<strong>en</strong> uitgevoerd, maar alle<strong>en</strong> voor<br />

e<strong>en</strong> deel van de undercovertraject<strong>en</strong> geld<strong>en</strong> de regels uit de CoP CHIS.<br />

In jurisprud<strong>en</strong>tie zijn gr<strong>en</strong>z<strong>en</strong> gesteld aan de mate waarin in e<strong>en</strong> undercovertraject<br />

de persoonlijke relatie die e<strong>en</strong> undercoverag<strong>en</strong>t heeft opgebouwd<br />

met het subject, gebruikt <strong>en</strong> gemanipuleerd mag word<strong>en</strong>. In de<br />

zaak Colin Stagg heeft het rechtscollege de reikwijdte van het zog<strong>en</strong>oemde<br />

befri<strong>en</strong>ding ingeperkt. Colin Stagg werd verdacht van de geruchtmak<strong>en</strong>de<br />

moord op Rachel Nickell in 1992. E<strong>en</strong> vrouwelijke undercoverag<strong>en</strong>te kreeg<br />

de opdracht om als ‘Lizzie James’ e<strong>en</strong> relatie met Stagg aan te gaan. Lizzie<br />

deed voorkom<strong>en</strong> alsof zij dezelfde gewelddadige seksuele voorkeur<strong>en</strong> had<br />

als Stagg ver<strong>onder</strong>steld werd te hebb<strong>en</strong>. Gedur<strong>en</strong>de vijf maand<strong>en</strong> zag<strong>en</strong><br />

ze elkaar, beld<strong>en</strong> ze met elkaar <strong>en</strong> schrev<strong>en</strong> ze elkaar briev<strong>en</strong> waarin ze<br />

hun seksuele fantasieën uit de doek<strong>en</strong> ded<strong>en</strong>. Lizzie vertelde hem op <strong>en</strong>ig<br />

mom<strong>en</strong>t dat ze zelf ooit betrokk<strong>en</strong> was geweest bij e<strong>en</strong> rituele moord op<br />

e<strong>en</strong> jonge vrouw <strong>en</strong> e<strong>en</strong> baby <strong>en</strong> dat ze na deze ‘satanische’ daad de tot nu<br />

toe beste seks uit haar lev<strong>en</strong> had gehad. Nadat Lizzie zei dat ze alle<strong>en</strong> e<strong>en</strong><br />

relatie kon hebb<strong>en</strong> met e<strong>en</strong> man die dezelfde gewelddadige ervaring had<br />

als zij, verzon Stagg e<strong>en</strong> verhaal waarin hij betrokk<strong>en</strong> was bij de wurging<br />

van e<strong>en</strong> meisje. Stagg liet zich echter niet uit over de moord op Rachel<br />

Nickell, hoewel de tactiek van Lizzie daar natuurlijk wel op was gericht.<br />

Uiteindelijk dreigde Lizzie de relatie te beëindig<strong>en</strong> als Stagg niet zou<br />

toegev<strong>en</strong> de moord<strong>en</strong>aar van Nickell te zijn. Stagg deed dat echter niet.<br />

146 Letterlijk omschrijft sectie 26, lid 8 RIPA e<strong>en</strong> CHIS als iemand die: (1) ‘establishes or maintains a<br />

personal or other relationship with a person for the covert purpose of facilitating the doing of anything<br />

falling within § b or c; (2) covertly uses such relationship to obtain information or to provide access to<br />

any information to another person; or (3) covertly discloses information obtained by the use of such<br />

relationship, or as a consequ<strong>en</strong>ce of the exist<strong>en</strong>ce of such relationship’.


De <strong>regulering</strong> van undercovertraject<strong>en</strong> in het buit<strong>en</strong>land 107<br />

Stagg, nadat Lizzie zei dat ze plezier beleeft aan het pijnig<strong>en</strong> van<br />

m<strong>en</strong>s<strong>en</strong>: ‘Please explain, as I live a quiet life. If I have disappointed you,<br />

please don’t dump me. Nothing like this has happ<strong>en</strong>ed to me before.’<br />

Lizzie: ‘If only you had done the Wimbledon Common murder (de<br />

moord op Nickell, auteurs), if only you had killed her, it would be all<br />

right.’<br />

Stagg: ‘I’m terribly sorry, but I hav<strong>en</strong>’t.’ 147<br />

Onder druk van Lizzie zei Stagg wel dat hij op het mom<strong>en</strong>t van de moord<br />

wel op het betreff<strong>en</strong>de terrein aanwezig was <strong>en</strong> dat hij Lizzie zou me<strong>en</strong>em<strong>en</strong><br />

naar het plaats delict. Dat deed hij ook <strong>en</strong> hij vertelde Lizzie dat<br />

Rachel Nickell was verkracht, wat echter niet zo was. Stagg werd aangehoud<strong>en</strong>.<br />

Het rechtscollege sloot echter al het ‘bewijs’ dat tijd<strong>en</strong>s het<br />

undercovertraject was verkreg<strong>en</strong> uit. De rechter omschreef deze vorm van<br />

e<strong>en</strong> undercovertraject als:<br />

‘misconceived and betray(ing) not merely an excess of zeal but a<br />

blatant attempt to incriminate a suspect by positive and deceptive<br />

conduct of the grossest kind’. De operatie was e<strong>en</strong> ‘a skilful and<br />

sustained <strong>en</strong>terprise to manipulate the accused, sometimes subtly,<br />

sometimes blatantly’. 148<br />

In 2008 werd bek<strong>en</strong>d wie de dader van de moord op Rachel Nickell was,<br />

Robert Napper, e<strong>en</strong> veroordeelde zed<strong>en</strong>moord<strong>en</strong>aar.<br />

Ook pseudo-verkop<strong>en</strong> word<strong>en</strong> in Engeland <strong>en</strong> Wales toegepast.<br />

Verder kom<strong>en</strong> in Engeland <strong>en</strong> Wales ook gecontroleerde aflevering<strong>en</strong> voor.<br />

Daarbij moet wel aan verschill<strong>en</strong>de voorwaard<strong>en</strong> word<strong>en</strong> voldaan (Tak,<br />

2000b: 282; Kamerstukk<strong>en</strong> II 1995/96, 24 072, nr 14, p. 501).<br />

De subject<strong>en</strong> waarop e<strong>en</strong> undercovertraject zich richt hoev<strong>en</strong> niet noodzakelijkerwijs<br />

e<strong>en</strong> verdachte te zijn. De RIPA spreekt bij de toepassing van<br />

e<strong>en</strong> CHIS immers van ‘a person’ waarmee de undercoverag<strong>en</strong>t e<strong>en</strong> relatie<br />

aangaat (section 26, lid 8 <strong>onder</strong> a RIPA). E<strong>en</strong> undercovertraject kan zich<br />

dus ook richt<strong>en</strong> op e<strong>en</strong> derde, bijvoorbeeld om informatie te verzamel<strong>en</strong><br />

over de eig<strong>en</strong>lijke verdachte.<br />

Zowel burgers als politieambt<strong>en</strong>ar<strong>en</strong> die e<strong>en</strong> undercovertraject uitvoer<strong>en</strong><br />

kunn<strong>en</strong> gedur<strong>en</strong>de dat traject e<strong>en</strong> misdrijf (mede) pleg<strong>en</strong>. In e<strong>en</strong> soort<br />

juridisch richtsnoer dat de Crown Prosecution Service, min of meer vergelijkbaar<br />

met het Nederlandse OM, op haar website geeft, wordt dit in punt<br />

147 www.guardian.co.uk/comm<strong>en</strong>tisfree/2006/jun/25/comm<strong>en</strong>t.homeaffairs.<br />

148 Web Journal of Curr<strong>en</strong>t Legal Issues, www.ncl.ac.uk/~nlawww/articles2/choo2.html. Zie verder: Tak,<br />

2000: 281-282; www.indep<strong>en</strong>d<strong>en</strong>t.co.uk/news/uk/promise-of-sex-failed-to-win-confession-the-rachelnickell-undercover-operation-expected-to-take-a-few-weeks-lasted-sev<strong>en</strong>-months-steph<strong>en</strong>-wardtraces-its-steps-1448836.html.


108 <strong>Opspor<strong>en</strong></strong> <strong>onder</strong> <strong>dekmantel</strong><br />

28 <strong>en</strong> 50 voor respectievelijk participating sources (burgers) <strong>en</strong> undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong><br />

expliciet vermeld. 149<br />

Rechtsbeginsel<strong>en</strong><br />

De RIPA spreekt bij de inzet van e<strong>en</strong> undercovertraject over het voorkom<strong>en</strong><br />

of opspor<strong>en</strong> van strafbare feit<strong>en</strong>, z<strong>onder</strong> e<strong>en</strong> voorbehoud te mak<strong>en</strong><br />

aangaande de ernst van die feit<strong>en</strong> (section 29, lid 3 <strong>onder</strong> b RIPA). Volg<strong>en</strong>s<br />

de foreign liaisons officer word<strong>en</strong> undercovertraject<strong>en</strong> doorgaans echter<br />

alle<strong>en</strong> ingezet wanneer het gaat om serious crime (proportionaliteit). Naast<br />

het voorkom<strong>en</strong> of opspor<strong>en</strong> van strafbare feit<strong>en</strong>, word<strong>en</strong> in de RIPA ook<br />

andere grond<strong>en</strong> voor inzet g<strong>en</strong>oemd, namelijk <strong>onder</strong> andere wanneer dat<br />

in het belang is van de nationale veiligheid, de economie of de publieke<br />

gezondheid. 150<br />

Omdat in Engeland <strong>en</strong> Wales undercovertraject<strong>en</strong> in het algeme<strong>en</strong> als e<strong>en</strong><br />

relatief zwaar middel word<strong>en</strong> gezi<strong>en</strong>, word<strong>en</strong> normaal gesprok<strong>en</strong> eerst<br />

andere opsporingsinstrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> ingezet, of wordt die inzet overwog<strong>en</strong>,<br />

alvor<strong>en</strong>s e<strong>en</strong> undercovertraject aan de orde is (subsidiariteit). Zo staat<br />

bijvoorbeeld in het beleidsdocum<strong>en</strong>t dat de lokale overheid voor groot-<br />

Lond<strong>en</strong> heeft opgesteld naar aanleiding van de RIPA, dat e<strong>en</strong> undercovertraject<br />

(CHIS) alle<strong>en</strong> wordt ingezet als alle andere middel<strong>en</strong> om bewijs te<br />

verkrijg<strong>en</strong> zijn uitgeput. 151 Er zijn echter ook situaties waarin e<strong>en</strong> undercovertraject<br />

al op e<strong>en</strong> eerder mom<strong>en</strong>t wordt ingezet. Zo meldt de foreign<br />

liaisons officer dat de Serious Organised Crime Ag<strong>en</strong>cy (SOCA) al in e<strong>en</strong><br />

vroeger stadium undercovertraject<strong>en</strong> toepast om informatie te verkrijg<strong>en</strong><br />

over de organisatie <strong>en</strong> werkwijze van criminele groep<strong>en</strong>.<br />

Het verbod op instigatie (<strong>en</strong>trapm<strong>en</strong>t) wordt in Engeland <strong>en</strong> Wales gereguleerd<br />

via jurisprud<strong>en</strong>tie (caselaw). Net als in de Nederlandse jurisprud<strong>en</strong>tie<br />

wordt bij de toets op instigatie zowel e<strong>en</strong> objectief als e<strong>en</strong> subjectief<br />

elem<strong>en</strong>t <strong>onder</strong>scheid<strong>en</strong>. In de zaak R versus Edwards is door de Court of<br />

Appeal bepaald dat niet alle<strong>en</strong> gekek<strong>en</strong> moet word<strong>en</strong> naar het gedrag van<br />

de politiefunctionariss<strong>en</strong>, maar dat ook het totale gedragspatroon van de<br />

verdachte, ook voorafgaande aan het strafbare feit, moet word<strong>en</strong> meegewog<strong>en</strong>.<br />

152 Wanneer het opzet van de verdachte al was gericht op het pleg<strong>en</strong><br />

van soortgelijke strafbare feit<strong>en</strong>, is het politiefunctionariss<strong>en</strong> toegestaan<br />

om dat in e<strong>en</strong> in scène gezette situatie tot uiting te lat<strong>en</strong> kom<strong>en</strong> (Tak,<br />

2000b: 277). ‘Gepredisponeerd’ zijn tot het pleg<strong>en</strong> van strafbare feit<strong>en</strong> is<br />

echter ge<strong>en</strong> vrijbrief voor de politie om aan te zett<strong>en</strong> tot criminaliteit. In<br />

149 www.cps.gov.uk/legal/a_to_c/covert_human_intellig<strong>en</strong>ce_sources/.<br />

150 De RIPA heeft dan ook niet alle<strong>en</strong> betrekking op de politie maar ook op de activiteit<strong>en</strong> van binn<strong>en</strong>landse<br />

veiligheidsdi<strong>en</strong>st<strong>en</strong> (Baaij<strong>en</strong>s-van Gelov<strong>en</strong> & Simmelink, 2002: 531).<br />

151 In Engeland <strong>en</strong> Wales is de RIPA door verschill<strong>en</strong>de overhed<strong>en</strong> <strong>en</strong> overheidsorganisaties uitgewerkt in<br />

beleidsnota’s. Het beleidsdocum<strong>en</strong>t van de groot-Lond<strong>en</strong>se overheid is te vind<strong>en</strong> op: www.london.gov.<br />

uk/gla/publications/corporate/ripa-policy.pdf.<br />

152 R. vs Edwards (1991) 1 WLR 207.


De <strong>regulering</strong> van undercovertraject<strong>en</strong> in het buit<strong>en</strong>land 109<br />

de zaak R versus Loosely, de belangrijkste uitspraak wat betreft het verbod<br />

op instigatie, heeft het House of Lords min of meer e<strong>en</strong> handleiding opgesteld<br />

voor het vaststell<strong>en</strong> of al dan niet sprake is geweest van ontoelaatbare<br />

uitlokking. 153<br />

Voordat in 1984 de Police and Criminal Evid<strong>en</strong>ce Act 1984 (PACE) van<br />

kracht werd, volstond<strong>en</strong> rechtscolleges, wanneer zij constateerd<strong>en</strong> dat er<br />

ontoelaatbaar was uitgelokt, vaak met het toepass<strong>en</strong> van strafvermindering.<br />

De bescherming die dit bood werd onvoldo<strong>en</strong>de geacht <strong>en</strong> sinds de<br />

PACE is ingevoerd geldt dat e<strong>en</strong> rechtscollege kan besluit<strong>en</strong> tot uitsluiting<br />

van bewijs dat door instigatie tot stand is gekom<strong>en</strong>. Artikel 78, lid 1 van<br />

de PACE biedt namelijk de mogelijkheid om bewijs niet toe te lat<strong>en</strong> als de<br />

wijze waarop dat bewijs is verzameld e<strong>en</strong> inbreuk betek<strong>en</strong>t op de eerlijkheid<br />

van het proces. Het betreft hier e<strong>en</strong> discretionaire bevoegdheid waar<br />

e<strong>en</strong> rechtscollege gebruik van kán mak<strong>en</strong>, maar dit hoeft dus niet.<br />

Uitvoer<strong>en</strong>de organisatie <strong>en</strong> inzet van burgers<br />

In beginsel kunn<strong>en</strong> in Engeland <strong>en</strong> Wales alle politiedi<strong>en</strong>st<strong>en</strong> undercovertraject<strong>en</strong><br />

uitvoer<strong>en</strong>. Lokale di<strong>en</strong>st<strong>en</strong> zijn bij de <strong>uitvoering</strong> van undercovertraject<strong>en</strong><br />

echter beperkt tot kleinere operaties, zoals pseudo-kop<strong>en</strong>.<br />

De SOCA is e<strong>en</strong> di<strong>en</strong>st die meer gespecialiseerd is in de <strong>uitvoering</strong> van,<br />

ook langduriger, undercovertraject<strong>en</strong>.<br />

Bij undercovertraject<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> in Engeland <strong>en</strong> Wales zowel undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong><br />

als burgers word<strong>en</strong> ingezet (artikel 4.2 CoP CHIS; Tak, 2000b: 262).<br />

Ook de inzet van criminele burgers is toegestaan. Undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

burgers vall<strong>en</strong> beid<strong>en</strong> <strong>onder</strong> de regeling van de CoP CHIS. In de CoP CHIS<br />

zijn speciale voorwaard<strong>en</strong> getroff<strong>en</strong> voor het inzett<strong>en</strong> van ‘kwetsbare’<br />

individu<strong>en</strong>, waar<strong>onder</strong> jeugdig<strong>en</strong>. 154<br />

Procedurele voorschrift<strong>en</strong><br />

Toestemming voor het toepass<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> bijz<strong>onder</strong>e opsporingsbevoegdheid,<br />

waar<strong>onder</strong> undercovertraject<strong>en</strong>, wordt in Engeland <strong>en</strong><br />

Wales gegev<strong>en</strong> door de authorising officer, meestal e<strong>en</strong> politiefunctionaris,<br />

of e<strong>en</strong> ambt<strong>en</strong>aar van de Home Office 155 of de minister. Hoe zwaarder<br />

het undercovertraject wordt ingeschat, des te hoger de rang van de<br />

politiefunctionaris di<strong>en</strong>t te zijn om toestemming te kunn<strong>en</strong> gev<strong>en</strong>.<br />

Deze beoordeelt tev<strong>en</strong>s of aan de voorwaard<strong>en</strong> van proportionaliteit <strong>en</strong><br />

subsidiariteit is voldaan. In Engeland <strong>en</strong> Wales heeft de politie de leiding<br />

153 R vs Loosely (2001) UKHL 53, [2001] 1 W.L.R. 2060 (U.K.).<br />

154 E<strong>en</strong> kwetsbaar individu wordt omschrev<strong>en</strong> als: ‘a person who is or may be in need of community care<br />

services by reason of m<strong>en</strong>tal or other disability, age or illness and who is or may be unable to take<br />

care of himself, or unable to protect himself against significant harm or exploitation’. E<strong>en</strong> kwetsbaar<br />

individu mag alle<strong>en</strong> in uitz<strong>onder</strong>lijke gevall<strong>en</strong> word<strong>en</strong> ingezet (artikel 3.13 CoP CHIS). Verder is het niet<br />

toegestaan jonger<strong>en</strong> <strong>onder</strong> de 16 jaar te gebruik<strong>en</strong> als undercoverbron t<strong>en</strong> einde informatie te verkrijg<strong>en</strong><br />

over de ouders of verzorgers van die jongere (wat lijkt te betek<strong>en</strong><strong>en</strong> dat e<strong>en</strong> dergelijk gebruik van<br />

jonger<strong>en</strong> van 17 jaar <strong>en</strong> ouder wel is toegestaan). De aanvraag voor de inzet van e<strong>en</strong> jeugdige is slechts<br />

e<strong>en</strong> maand geldig in plaats van de gebruikelijke twaalf maand<strong>en</strong> (artikel 3.14 CoP CHIS).<br />

155 De Home Office omvat zowel Justitie als Binn<strong>en</strong>landse Zak<strong>en</strong>.


110 <strong>Opspor<strong>en</strong></strong> <strong>onder</strong> <strong>dekmantel</strong><br />

over het opsporings<strong>onder</strong>zoek <strong>en</strong> niet, zoals in Nederland het geval is, het<br />

OM (Baaij<strong>en</strong>s-van Gelov<strong>en</strong> & Simmelink, 2002: 533).<br />

Voor de inzet van e<strong>en</strong> undercovertraject di<strong>en</strong>t door de authorising officer<br />

e<strong>en</strong> schriftelijke aanvraag ingedi<strong>en</strong>d te word<strong>en</strong> <strong>en</strong> deze aanvraag moet<br />

informatie bevatt<strong>en</strong> omtr<strong>en</strong>t <strong>onder</strong> andere de noodzakelijkheid van de<br />

inzet van e<strong>en</strong> undercovertraject in deze zaak, de grond op basis waarvan<br />

de CHIS wordt ingezet (bijvoorbeeld ter voorkoming of opsporing van<br />

e<strong>en</strong> strafbaar feit), de proportionaliteit van de inzet, het doel waarvoor de<br />

CHIS wordt ingezet <strong>en</strong> de opdracht van de undercoverag<strong>en</strong>t (of de burger)<br />

(artikel 4.9, 4.10 <strong>en</strong> 4.14 CoP CHIS). De schriftelijke aanvraag is twaalf<br />

maand<strong>en</strong> geldig <strong>en</strong> kan telk<strong>en</strong>s met twaalf maand<strong>en</strong> word<strong>en</strong> verl<strong>en</strong>gd<br />

indi<strong>en</strong> noodzakelijk (artikel 4.17 <strong>en</strong> 4.22 CoP CHIS).<br />

Transparantie <strong>en</strong> verantwoording<br />

Alle process<strong>en</strong>-verbaal over de inzet van undercovertraject<strong>en</strong>, alsmede de<br />

(verl<strong>en</strong>gde) toestemming tot <strong>uitvoering</strong>, word<strong>en</strong> bewaard bij de e<strong>en</strong>heid<br />

die het traject heeft uitgevoerd (bijvoorbeeld de SOCA). Deze bescheid<strong>en</strong><br />

zijn <strong>en</strong>kel in te zi<strong>en</strong> door de zittingsrechter indi<strong>en</strong> er vraagtek<strong>en</strong>s zijn<br />

omtr<strong>en</strong>t de rechtmatigheid van de inzet. Ingezette undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

burgers kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> opgeroep<strong>en</strong> om te getuig<strong>en</strong> op zitting. Als het ook<br />

tot e<strong>en</strong> getuig<strong>en</strong>is komt, is in beginsel het uitgangspunt dat de id<strong>en</strong>titeit<br />

van de persoon verborg<strong>en</strong> blijft; de undercoverag<strong>en</strong>t of burger gebruikt<br />

zijn pseudoniem <strong>en</strong> neemt plaats achter e<strong>en</strong> afscherming. Het rechtscollege<br />

beslist daar echter over. 156<br />

3.5 Ver<strong>en</strong>igde Stat<strong>en</strong><br />

Aard <strong>en</strong> achtergrond <strong>regulering</strong><br />

Voor de <strong>uitvoering</strong> van undercovertraject<strong>en</strong> bestaat in de VS ge<strong>en</strong> formeelwettelijke<br />

regeling. De belangrijkste bron van <strong>regulering</strong> van undercoverbevoegdhed<strong>en</strong><br />

bestaat in de VS uit jurisprud<strong>en</strong>tie. Die jurisprud<strong>en</strong>tie is<br />

vooral vanaf de jar<strong>en</strong> dertig van de twintigste eeuw ontstaan.<br />

Undercovertraject<strong>en</strong> <strong>en</strong> lokmiddel<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> in de VS in de neg<strong>en</strong>ti<strong>en</strong>de<br />

eeuw binn<strong>en</strong> de politie geïntroduceerd. E<strong>en</strong> bijdrage aan die introductie<br />

leverde de Schotse emigrant Allan Pinkerton (1819-1884). Pinkerton<br />

emigreerde op 23-jarige leeftijd naar de VS, alwaar hij op e<strong>en</strong> gegev<strong>en</strong><br />

mom<strong>en</strong>t de Pinkerton National Detective Ag<strong>en</strong>cy oprichtte, e<strong>en</strong> particulier<br />

recherchebureau. The US Postal Service was in de jar<strong>en</strong> vijftig van de<br />

neg<strong>en</strong>ti<strong>en</strong>de eeuw e<strong>en</strong> van de eerste organisaties die gebruikmaakte van<br />

de ‘misleidingstechniek<strong>en</strong>’ van Pinkerton. De postdi<strong>en</strong>st kampte met het<br />

156 Zie punt<strong>en</strong> 1 <strong>en</strong> 34 van de richtsnoer die het Crown Prosecution Service op haar website geeft<br />

(www.cps.gov.uk/legal/a_to_c/covert_human_intellig<strong>en</strong>ce_sources/).


De <strong>regulering</strong> van undercovertraject<strong>en</strong> in het buit<strong>en</strong>land 111<br />

probleem dat waardevolle post werd gestol<strong>en</strong>. Pinkerton verstuurde briev<strong>en</strong><br />

<strong>en</strong> pakkett<strong>en</strong> die lek<strong>en</strong> op de soort die veel gestol<strong>en</strong> werd <strong>en</strong> hield de<br />

z<strong>en</strong>ding<strong>en</strong> zelf in de gat<strong>en</strong>. Dit leidde tot de arrestatie van twee medewerkers.<br />

Voor e<strong>en</strong> spoorwegmaatschappij infiltreerde e<strong>en</strong> ag<strong>en</strong>t van Pinkerton<br />

in de Molly Maguires, e<strong>en</strong> groep Ierse mijnwerkers die verdacht werd<br />

van aanslag<strong>en</strong> op eig<strong>en</strong>ar<strong>en</strong> van mijn<strong>en</strong>. Als resultaat van de getuig<strong>en</strong>is<br />

van de undercoverag<strong>en</strong>t werd<strong>en</strong> uiteindelijk twaalf mann<strong>en</strong> opgehang<strong>en</strong><br />

(Marx, 1988: 28-29). 157<br />

Undercoveroperaties werd<strong>en</strong> nieuw lev<strong>en</strong> ingeblaz<strong>en</strong> door de activiteit<strong>en</strong><br />

van the Federal Bureau of Investigation (FBI). De FBI zette in de jar<strong>en</strong><br />

dertig van de twintigste eeuw undercovertraject<strong>en</strong> in ter bestrijding van<br />

spionage <strong>en</strong> sabotage door communistische <strong>en</strong> fascistische groep<strong>en</strong> die<br />

actief war<strong>en</strong> in de VS. Het duurde echter tot de jar<strong>en</strong> zev<strong>en</strong>tig voordat de<br />

FBI routinematig gebruik ging mak<strong>en</strong> van undercovertechniek<strong>en</strong> in de<br />

strijd teg<strong>en</strong> ‘reguliere’ (georganiseerde) criminaliteit (Wagner, 2007: 372).<br />

Het gebruikmak<strong>en</strong> van undercovertechniek<strong>en</strong> gebeurde zoals gezegd<br />

z<strong>onder</strong> formeelwettelijke basis. Formele wetgeving kwam bijna tot stand<br />

naar aanleiding van <strong>onder</strong> andere de zog<strong>en</strong>oemde ABSCAM-zaak (Ross,<br />

2007: 511). ABSCAM – de afkorting staat voor Abdul Scam, afgeleid van de<br />

naam van de gebruikte storefront (Abdul Enterprises) – was e<strong>en</strong> undercoveroperatie<br />

van de FBI die van 1978 tot 1980 heeft gelop<strong>en</strong>. Hoewel de<br />

operatie zich oorspronkelijk richtte op gestol<strong>en</strong> goeder<strong>en</strong>, ontwikkelde<br />

het zich tot e<strong>en</strong> corruptie<strong>onder</strong>zoek. In deze zaak probeerd<strong>en</strong> undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong><br />

<strong>en</strong> informant<strong>en</strong>, verkleed als rijke Arabier<strong>en</strong>, led<strong>en</strong> van het<br />

Congres (s<strong>en</strong>aat <strong>en</strong> huis van afgevaardigd<strong>en</strong>) om te kop<strong>en</strong>. Het betrof e<strong>en</strong><br />

zog<strong>en</strong>oemde honey pot, dat wil zegg<strong>en</strong> e<strong>en</strong> operatie waaraan ge<strong>en</strong> verd<strong>en</strong>king<strong>en</strong><br />

teg<strong>en</strong> specifieke verdacht<strong>en</strong> t<strong>en</strong> grondslag ligg<strong>en</strong> maar waarbij<br />

simpelweg wordt afgewacht wie er in het aas bijt. Dergelijke operaties<br />

– vaak in de vorm van stings, pseudo-koopachtige operaties – werd<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

word<strong>en</strong> in de VS vaker uitgevoerd. E<strong>en</strong> belangrijk verschil is echter dat bij<br />

die andere stings de subject<strong>en</strong> doorgaans zelf met criminele bedoeling<strong>en</strong><br />

op het aas afkom<strong>en</strong>, terwijl bij ABSCAM het aas als het ware <strong>onder</strong> de<br />

neus werd gedrukt. E<strong>en</strong> bek<strong>en</strong>d voorbeeld van zo’n andere sting-operatie<br />

zijn de acties waarbij de politie in e<strong>en</strong> buurt waar veel vermog<strong>en</strong>scriminaliteit<br />

voorkomt undercover e<strong>en</strong> winkel, e<strong>en</strong> storefront, op<strong>en</strong>t waarover<br />

het gerucht wordt verspreid dat de winkeleig<strong>en</strong>aar, e<strong>en</strong> undercoverag<strong>en</strong>t,<br />

gestol<strong>en</strong> goeder<strong>en</strong> afneemt (Bowers & McCullougd, 1982, in Marx, 1988:<br />

109-116; zie ook Camp, 1993: 1057-1058). Wanneer vervolg<strong>en</strong>s person<strong>en</strong> zelf<br />

157 De techniek die Pinkerton met het opstur<strong>en</strong> van de poststukk<strong>en</strong> toepaste valt in feite <strong>onder</strong> de noemer<br />

‘lokmiddel’. Hoewel lokmiddel<strong>en</strong> in de Nederlandse context niet <strong>onder</strong> de undercoverbevoegdhed<strong>en</strong><br />

vall<strong>en</strong>, hebb<strong>en</strong> ze er wel e<strong>en</strong> belangrijk raakvlak mee, te wet<strong>en</strong> het aspect van misleiding. Naar<br />

Nederlandse maatstav<strong>en</strong> ‘echte undercovertraject<strong>en</strong>’ voerd<strong>en</strong> ag<strong>en</strong>t<strong>en</strong> van het recherchebureau van<br />

Pinkerton ook uit. Voorbeeld<strong>en</strong> daarvan zijn het undercovertraject teg<strong>en</strong> de Molly Maguires <strong>en</strong> het<br />

‘undercover gaan’ van e<strong>en</strong> ag<strong>en</strong>t van Pinkerton in e<strong>en</strong> gevang<strong>en</strong>is, alwaar hij bij e<strong>en</strong> groep verdacht<strong>en</strong><br />

informatie moest verzamel<strong>en</strong> over hun betrokk<strong>en</strong>heid bij e<strong>en</strong> serie moord<strong>en</strong> (Marx, 1988: 28-29).


112 <strong>Opspor<strong>en</strong></strong> <strong>onder</strong> <strong>dekmantel</strong><br />

die storefront bezoek<strong>en</strong> om daar goeder<strong>en</strong> teg<strong>en</strong> e<strong>en</strong> fractie van de eig<strong>en</strong>lijke<br />

waarde te koop aan te bied<strong>en</strong>, kan redelijkerwijs vermoed word<strong>en</strong> dat<br />

zij die goeder<strong>en</strong> (via ander<strong>en</strong>) uit diefstal hebb<strong>en</strong> verkreg<strong>en</strong>. Bij ABSCAM<br />

echter war<strong>en</strong> zowel de subject<strong>en</strong> alsook de geleg<strong>en</strong>heid waar het contact<br />

met h<strong>en</strong> werd gelegd in beginsel geheel onverdacht; undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong><br />

b<strong>en</strong>aderd<strong>en</strong> bijvoorbeeld subject<strong>en</strong> tijd<strong>en</strong>s reguliere, legitieme bije<strong>en</strong>komst<strong>en</strong><br />

waar door verschill<strong>en</strong>de aanwezig<strong>en</strong> over campagnebijdrag<strong>en</strong><br />

werd gesprok<strong>en</strong> (Marx, 1988: 9-10). Naar aanleiding van de controverse die<br />

omtr<strong>en</strong>t ABSCAM ontstond, richtte de S<strong>en</strong>aat in 1982 e<strong>en</strong> comité op om<br />

de undercoverbevoegdhed<strong>en</strong> te <strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong>. In 1983 <strong>en</strong> 1984 overwoog<br />

het Congres The Undercover Act aan te nem<strong>en</strong>, maar het wetsvoorstel<br />

heeft nooit geleid tot e<strong>en</strong> stemming. Wel hebb<strong>en</strong> verschill<strong>en</strong>de organisaties<br />

interne richtlijn<strong>en</strong> uitgevaardigd voor de <strong>uitvoering</strong> van undercovertraject<strong>en</strong>,<br />

zoals de FBI, Drugs Enforcem<strong>en</strong>t Administration (DEA, e<strong>en</strong><br />

soort narcoticabrigade op federaal niveau), Internal Rev<strong>en</strong>u Service (IRS,<br />

de federale belastingdi<strong>en</strong>st) <strong>en</strong> de United States Fish and Wildlife Services<br />

(USFWS, e<strong>en</strong> federale organisatie die het vis- <strong>en</strong> wildbestand moet<br />

bescherm<strong>en</strong>) (Wagner, 2007: 373). Voor de FBI is de richtlijn neergelegd in<br />

de Attorney G<strong>en</strong>eral’s Guidelines on Federal Bureau of Investigation Undercover<br />

Operations (FBI-richtlijn).<br />

Politiële undercoverbevoegdhed<strong>en</strong> zijn in de VS dus niet in wettelijke<br />

regelgeving neergelegd, maar word<strong>en</strong> geregeld middels interne richtlijn<strong>en</strong>,<br />

ethische regels voor aanklagers, <strong>en</strong> bov<strong>en</strong>al door jurisprud<strong>en</strong>tie, <strong>en</strong> dan<br />

met name jurisprud<strong>en</strong>tie omtr<strong>en</strong>t verme<strong>en</strong>de uitlokking <strong>en</strong> inbreuk<strong>en</strong> op<br />

de reguliere rechtsgang. De interne richtlijn<strong>en</strong> waaraan bepaalde organisaties<br />

zoals de FBI gehoud<strong>en</strong> zijn, hebb<strong>en</strong> alle<strong>en</strong> interne relevantie. Er<br />

kunn<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> recht<strong>en</strong> aan word<strong>en</strong> ontle<strong>en</strong>d. De rechtspraak van het US<br />

Supreme Court (Hooggerechtshof) is wel richtinggev<strong>en</strong>d én afdwingbaar<br />

door verdacht<strong>en</strong> (Ross, 2007: 511; Wagner, 2007: 371-373).<br />

Onderscheid tuss<strong>en</strong> <strong>en</strong> reikwijdte van undercoverbevoegdhed<strong>en</strong><br />

E<strong>en</strong> undercover operation wordt in de FBI-richtlijn omschrev<strong>en</strong> als ‘an<br />

investigation involving a series of related undercover activities over a<br />

period of time by an undercover employee’. De definitie van undercover<br />

activity is ‘any investigative activity involving the use of an assumed name<br />

or cover id<strong>en</strong>tity by an employee of the FBI or another Federal, state, or<br />

local law <strong>en</strong>forcem<strong>en</strong>t organization working with the FBI’ (FBI-richtlijn,<br />

2002: 1). Onder ‘undercover activiteit’ wordt in deze richtlijn dus iedere<br />

opsporingsactiviteit verstaan die e<strong>en</strong> opsporingsambt<strong>en</strong>aar <strong>onder</strong> <strong>dekmantel</strong><br />

verricht. Daar<strong>onder</strong> kan dus zowel ‘onze’ SI, PK/PDV alsook IF<br />

vall<strong>en</strong>. In de VS bestaat dan ook ge<strong>en</strong> <strong>onder</strong>scheid tuss<strong>en</strong> verschill<strong>en</strong>de<br />

soort<strong>en</strong> undercoverbevoegdhed<strong>en</strong> zoals wij dat in Nederland k<strong>en</strong>n<strong>en</strong>,<br />

althans ge<strong>en</strong> juridisch relevant <strong>onder</strong>scheid waarbij voor verschill<strong>en</strong>de


De <strong>regulering</strong> van undercovertraject<strong>en</strong> in het buit<strong>en</strong>land 113<br />

categorieën van undercoverbevoegdhed<strong>en</strong> verschill<strong>en</strong>de voorwaard<strong>en</strong><br />

voor toepassing geld<strong>en</strong>.<br />

In de opsporingspraktijk <strong>en</strong> in de literatuur, die er in vergelijking met<br />

literatuur over andere land<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> redelijke hoeveelheid is, word<strong>en</strong> wel<br />

verschill<strong>en</strong>de soort<strong>en</strong> van undercovertraject<strong>en</strong> <strong>onder</strong>scheid<strong>en</strong>. In de VS<br />

lijk<strong>en</strong> zog<strong>en</strong>oemde stings <strong>en</strong> decoys veelvuldig te word<strong>en</strong> toegepast.<br />

Bij e<strong>en</strong> sting spel<strong>en</strong> undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong> zelf e<strong>en</strong> actieve rol in het tot<br />

stand br<strong>en</strong>g<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> criminele transactie. Stings word<strong>en</strong> zowel gericht<br />

als ongericht toegepast. E<strong>en</strong> undercoverag<strong>en</strong>t die contact legt met e<strong>en</strong><br />

van tevor<strong>en</strong> b<strong>en</strong>oemde specifieke verdachte van drugshandel om drugs<br />

van hem af te nem<strong>en</strong>, is e<strong>en</strong> voorbeeld van e<strong>en</strong> gerichte sting. Daarnaast<br />

bestaan er ook meer ongerichte stings, dat wil zegg<strong>en</strong> stings die word<strong>en</strong><br />

toegepast op algem<strong>en</strong>e markt<strong>en</strong> van person<strong>en</strong> <strong>en</strong> waarbij simpelweg<br />

wordt afgewacht of er iemand in het ‘aas’ bijt, om vervolg<strong>en</strong>s de ‘h<strong>en</strong>gel’<br />

binn<strong>en</strong> te hal<strong>en</strong>. De zojuist besprok<strong>en</strong> ABSCAM-operatie <strong>en</strong> de storefronts<br />

waar e<strong>en</strong> undercoverag<strong>en</strong>t gestol<strong>en</strong> goeder<strong>en</strong> opkoopt, zijn daar voorbeeld<strong>en</strong><br />

van. E<strong>en</strong> ander voorbeeld zijn acties waarbij undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong> legale<br />

wap<strong>en</strong>handelar<strong>en</strong> bezoek<strong>en</strong> <strong>en</strong> zich daar voordo<strong>en</strong> als criminel<strong>en</strong> die<br />

e<strong>en</strong> wap<strong>en</strong> will<strong>en</strong> kop<strong>en</strong> (Webster et al., 2006). De gerichte sting is goed te<br />

vergelijk<strong>en</strong> met de Nederlandse PK/PDV. In Nederland lijk<strong>en</strong> ongerichte<br />

stings, dus PK/PDV’<strong>en</strong> die niet op e<strong>en</strong> bepaalde verdachte zijn gericht,<br />

vooralsnog niet voor te kom<strong>en</strong>.<br />

Ook zog<strong>en</strong>oemde reverse stings of sell and bust-operations, pseudo-verkop<strong>en</strong>,<br />

waarbij undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong> zich bijvoorbeeld voordo<strong>en</strong> als drugsdealers<br />

om kopers van drugs op te spor<strong>en</strong>, zijn toegestaan <strong>en</strong> word<strong>en</strong><br />

regelmatig toegepast in de VS (Marx, 1988: 7; Gubanski, 2004: 26). Hoewel<br />

bij pseudo-verkop<strong>en</strong> vaak drugs word<strong>en</strong> verkocht, komt het in de VS ook<br />

voor dat er pseudo-verkop<strong>en</strong> word<strong>en</strong> gedaan van bijvoorbeeld kinderpornografie.<br />

Zo stelt de politie valse websites op waarop kinderporno wordt<br />

aangebod<strong>en</strong> (Newman, 2007: 22).<br />

E<strong>en</strong> voorbeeld van zo’n reverse sting is de zaak van Thomas C. Tobias.<br />

Tobias, e<strong>en</strong> 21-jarige huisschilder z<strong>onder</strong> drugsanteced<strong>en</strong>t<strong>en</strong>, reageert<br />

in 1980 op e<strong>en</strong> advert<strong>en</strong>tie in High Times, e<strong>en</strong> legaal tijdschrift dat zich<br />

bezighoudt met de ‘drugscultuur’. De advert<strong>en</strong>tie is geplaatst door e<strong>en</strong><br />

bedrijf dat in chemicaliën handelt. In werkelijkheid is dit echter e<strong>en</strong> storefront<br />

van de DEA. Via e<strong>en</strong> catalogus bestelt Tobias, althans dat d<strong>en</strong>kt hij,<br />

stoff<strong>en</strong> die nodig zijn voor de productie van cocaïne. Later belt hij naar<br />

de winkel om zijn bestelling te annuler<strong>en</strong>. Teg<strong>en</strong> DEA-ag<strong>en</strong>t Schabillion<br />

vertelt hij waarvoor hij de stoff<strong>en</strong> had besteld, maar dat hij de k<strong>en</strong>nis <strong>en</strong><br />

uitrusting ontbeert om cocaïne te vervaardig<strong>en</strong>. Undercoverag<strong>en</strong>t Schabillion<br />

zegt hem dan dat het veel makkelijker <strong>en</strong> goedkoper is om drugs<br />

als speed of PCP te mak<strong>en</strong>. Vanwege e<strong>en</strong> gebrek aan scheikundige k<strong>en</strong>nis<br />

reageert Tobias met <strong>en</strong>ige reserve, maar de undercoverag<strong>en</strong>t zegt dat het


114 <strong>Opspor<strong>en</strong></strong> <strong>onder</strong> <strong>dekmantel</strong><br />

mak<strong>en</strong> van PCP net zo makkelijk is als ‘baking a cake’ <strong>en</strong> dat hij voor $ 500<br />

alle b<strong>en</strong>odighed<strong>en</strong> <strong>en</strong> de formule zal toestur<strong>en</strong>. Nadat Tobias de spull<strong>en</strong><br />

ontvangt belt hij nog derti<strong>en</strong> keer op naar de ‘winkel’. Tijd<strong>en</strong>s die gesprekk<strong>en</strong><br />

vraagt <strong>en</strong> krijgt hij adviez<strong>en</strong> omtr<strong>en</strong>t het productieproces. Uiteindelijk<br />

wordt Tobias na e<strong>en</strong> huiszoeking gearresteerd <strong>en</strong> veroordeeld tot vijfti<strong>en</strong><br />

jaar gevang<strong>en</strong>isstraf. 158<br />

De term decoy, lokmiddel, wordt doorgaans gebruikt voor e<strong>en</strong> meer<br />

passieve variant van de sting. Bij e<strong>en</strong> decoy br<strong>en</strong>gt de politie e<strong>en</strong> doelwit<br />

of lokmiddel, in de vorm van e<strong>en</strong> undercoverag<strong>en</strong>t of voorwerp, in stelling.<br />

E<strong>en</strong> waargebeurd Amerikaans voorbeeld van e<strong>en</strong> gerichte decoy is<br />

de undercoverag<strong>en</strong>te die zich, <strong>onder</strong>wijl gefilmd door e<strong>en</strong> opgestelde<br />

camera, voordeed als patiënte van e<strong>en</strong> tandarts die ervan werd verdacht<br />

vrouwelijke <strong>onder</strong> narcose gebrachte patiënt<strong>en</strong> aan te rand<strong>en</strong>. De tandarts<br />

vergreep zich inderdaad aan de undercoverag<strong>en</strong>te <strong>en</strong> werd door<br />

het nabij gereedstaande arrestatieteam aangehoud<strong>en</strong> (Marx, 1988: 69).<br />

Voorbeeld<strong>en</strong> van ongerichte decoys zijn de undercoverag<strong>en</strong>t die met e<strong>en</strong><br />

portefeuille duidelijk uit zijn zak stek<strong>en</strong>d door e<strong>en</strong> ‘gevaarlijke’ wijk loopt,<br />

de under coverag<strong>en</strong>t die zich op internet voordoet als e<strong>en</strong> minderjarige om<br />

pot<strong>en</strong>tiële zed<strong>en</strong>delinqu<strong>en</strong>t<strong>en</strong> op te spor<strong>en</strong> of de geparkeerde auto waarin<br />

zichtbaar waardevolle spull<strong>en</strong> zijn achtergelat<strong>en</strong> (Marx, 1988; Mitchell et<br />

al., 2005; Newman, 2007: 22).<br />

Decoys (lokmiddel<strong>en</strong>) word<strong>en</strong> ook ingezet in Nederland, maar voornamelijk<br />

(maar niet alle<strong>en</strong>) ongericht. Voorbeeld<strong>en</strong> daarvan zijn de lokvrachtwag<strong>en</strong>,<br />

de lokwoning <strong>en</strong> de lokprostituee (zie paragraaf 2.4.2; zie ook<br />

Nieuw<strong>en</strong>huis, 2007: 74-76).<br />

T<strong>en</strong> slotte zijn er ook deep undercover operaties, undercovertraject<strong>en</strong><br />

waarbij e<strong>en</strong> undercoverag<strong>en</strong>t langdurig infiltreert in meestal e<strong>en</strong> organisatie.<br />

Deze kom<strong>en</strong> minder vaak voor (Kamerstukk<strong>en</strong> II 1995/96, 24 072,<br />

nr. 14, p. 516; Marx, 1988: 86).<br />

Gecontroleerde aflevering komt ook voor in de VS. Het doel van het<br />

gecontroleerd aflever<strong>en</strong> kan naast bewijsvergaring ook bestaan uit het<br />

ontwricht<strong>en</strong> van de criminele <strong>onder</strong>wereld <strong>en</strong> afschrikking (Gubanski,<br />

2004: 26-27).<br />

Rechtbank<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> geaccepteerd dat het soms noodzakelijk kan zijn dat<br />

undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong> strafbare feit<strong>en</strong> pleg<strong>en</strong> om criminel<strong>en</strong> op te kunn<strong>en</strong><br />

pakk<strong>en</strong>, mits zij daar de toestemming voor hebb<strong>en</strong> van hun leidinggev<strong>en</strong>de<br />

<strong>en</strong> ze het tot het noodzakelijke voor het opbouw<strong>en</strong> van hun cover of het<br />

behoud<strong>en</strong> daarvan beperk<strong>en</strong> (Ross, 2007: 540). Het pleg<strong>en</strong> van strafbare<br />

feit<strong>en</strong> voor eig<strong>en</strong> gewin (zoals drugs verkop<strong>en</strong> <strong>en</strong> de opbr<strong>en</strong>gst in eig<strong>en</strong> zak<br />

158 U.S. vs Tobias, 662 F.2d 381, 386 (5th Cir. Unit B, 1981).


De <strong>regulering</strong> van undercovertraject<strong>en</strong> in het buit<strong>en</strong>land 115<br />

stek<strong>en</strong>) is strafbaar. Het is undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong> ook niet toegestaan geweld<br />

te gebruik<strong>en</strong>, behalve indi<strong>en</strong> dit uit zelfverdediging wordt gedaan (Ross,<br />

2004: 587-588; FBI-richtlijn, 2002: 12-13).<br />

Rechtsbeginsel<strong>en</strong><br />

Omdat het gebruik van undercovertraject<strong>en</strong> in de VS niet wordt<br />

beschouwd als e<strong>en</strong> inbreuk op het recht op privacy, <strong>en</strong> het daarmee ge<strong>en</strong><br />

relevantie heeft voor de Fourth Am<strong>en</strong>dm<strong>en</strong>t van de Bill of Rights dat beperking<strong>en</strong><br />

oplegt aan zulke inbreuk<strong>en</strong>, word<strong>en</strong> in de VS wat betreft zwaarte<br />

van het misdrijf <strong>en</strong> subsidiariteit vrijwel ge<strong>en</strong> beperk<strong>en</strong>de voorwaard<strong>en</strong><br />

gesteld aan de inzet van undercovertraject<strong>en</strong> (Ross, 2007: 562-563). De<br />

belangrijkste beperk<strong>en</strong>de voorwaarde is dat de inzet van e<strong>en</strong> undercovertraject<br />

als kost<strong>en</strong>effectief moet word<strong>en</strong> ingeschat in het licht van<br />

mogelijke alternatiev<strong>en</strong> (Ross, 2007: 512-513). De inbreuk<strong>en</strong> die undercovertraject<strong>en</strong><br />

zoud<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> mak<strong>en</strong> op het lev<strong>en</strong> van burgers, word<strong>en</strong><br />

in de VS veel lager ingeschat dan in West-Europa. In teg<strong>en</strong>stelling tot het<br />

gebruik van coercive methods, ‘dwangmiddel<strong>en</strong>’, als arrestatie, <strong>onder</strong>vraging<br />

<strong>en</strong> huiszoeking, is het gebruik van undercovertraject<strong>en</strong> aan zeer<br />

weinig beperking<strong>en</strong> <strong>onder</strong>hevig. 159 Er zijn ge<strong>en</strong> wettelijke gr<strong>en</strong>z<strong>en</strong> met<br />

betrekking tot de intimiteit van de relatie die in het undercovertraject c<strong>en</strong>traal<br />

staat, de mate van misleiding die gebruikt mag word<strong>en</strong>, de mate van<br />

verleidelijkheid van het aanbod dat ev<strong>en</strong>tueel wordt gedaan, het aantal<br />

ker<strong>en</strong> dat e<strong>en</strong> persoon verleid mag word<strong>en</strong> om op e<strong>en</strong> aanbod in te gaan of<br />

de duur van e<strong>en</strong> traject (Marx, 1988: 49-50; Ross, 2007: 512-513).<br />

Omdat undercovertraject<strong>en</strong> in de VS niet als ingrijp<strong>en</strong>d word<strong>en</strong> gezi<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

het inzett<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> dergelijk middel niet als e<strong>en</strong> inbreuk op de privacy<br />

wordt beschouwd, hoeft het gebruik van dit opsporingsinstrum<strong>en</strong>t niet<br />

beperkt te blijv<strong>en</strong> tot alle<strong>en</strong> de ‘ernstige’ misdrijv<strong>en</strong> (proportionaliteit).<br />

Undercoveroperaties word<strong>en</strong> dan ook ingezet bij de opsporing van e<strong>en</strong><br />

breed scala aan misdrijv<strong>en</strong>: witteboord<strong>en</strong>criminaliteit, corruptie, terrorisme,<br />

georganiseerde criminaliteit, drugscriminaliteit, wap<strong>en</strong>handel, maar<br />

ook diefstal, heling <strong>en</strong> de verkoop van alcohol <strong>en</strong> sigarett<strong>en</strong> aan minderjarig<strong>en</strong><br />

(Newman, 2007: 15; Ross, 2007: 562-563).<br />

De toepassing van het subsidiariteitsbeginsel heeft voor de inzet van<br />

<strong>onder</strong>scheid<strong>en</strong> opsporingsbevoegdhed<strong>en</strong> in VS heel andere gevolg<strong>en</strong><br />

dan in Nederland of West-Europa, wat overe<strong>en</strong>komt met het verschil in<br />

ingrijp<strong>en</strong>dheid dat aan die opsporingsbevoegdhed<strong>en</strong> wordt toegedicht.<br />

Aangezi<strong>en</strong> het niet wordt gezi<strong>en</strong> als e<strong>en</strong> zwaar middel, is de inzet van e<strong>en</strong><br />

undercovertraject in de VS niet voorbehoud<strong>en</strong> aan die gevall<strong>en</strong> waarin<br />

andere opsporingsmethod<strong>en</strong> niets oplever<strong>en</strong> (Ross, 2007: 513, 562-563).<br />

159 In paragraaf 3.6 kom<strong>en</strong> we terug op de sam<strong>en</strong>hang tuss<strong>en</strong> de inzet van verschill<strong>en</strong>de typ<strong>en</strong> van<br />

opsporingsbevoegdhed<strong>en</strong>.


116 <strong>Opspor<strong>en</strong></strong> <strong>onder</strong> <strong>dekmantel</strong><br />

Het is dus met andere woord<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> ultimum remedium in de VS. Integ<strong>en</strong>deel,<br />

er wordt juist gepropageerd dat e<strong>en</strong> opsporingsteam eerst moet<br />

bekijk<strong>en</strong> of e<strong>en</strong> undercoveroperatie toegepast kan word<strong>en</strong> alvor<strong>en</strong>s andere<br />

middel<strong>en</strong> te overweg<strong>en</strong> (Ross, 2007: 494). De inbreuk die e<strong>en</strong> opsporingsinstrum<strong>en</strong>t<br />

als tapp<strong>en</strong> maakt, wordt daar<strong>en</strong>teg<strong>en</strong> in de VS juist zwaarder<br />

ingeschat dan in Nederland of West-Europa. Tapp<strong>en</strong> zou e<strong>en</strong> dieper<br />

inzicht in het persoonlijke lev<strong>en</strong> van verdacht<strong>en</strong> oplever<strong>en</strong> <strong>en</strong> daarmee<br />

dus e<strong>en</strong> grotere sch<strong>en</strong>ding van de privacy.<br />

Tek<strong>en</strong><strong>en</strong>d voor het verschil in ingrijp<strong>en</strong>dheid dat wordt toegeschrev<strong>en</strong><br />

aan verschill<strong>en</strong>de opsporingsinstrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> <strong>en</strong> de gevolg<strong>en</strong> die dat heeft<br />

voor de uitwerking van de subsidiariteitseis, zijn <strong>onder</strong>staande instructies<br />

die door Ross word<strong>en</strong> aangehaald in e<strong>en</strong> rechtsvergelijk<strong>en</strong>d artikel. Het<br />

zijn instructies die word<strong>en</strong> gegev<strong>en</strong> aan OvJ’<strong>en</strong> in respectievelijk de VS <strong>en</strong><br />

Duitsland. In de VS geldt (Ross, 2007: 494):<br />

‘Before you subpo<strong>en</strong>a docum<strong>en</strong>ts; before you call witnesses to the<br />

grand jury; before you consider conv<strong>en</strong>tional sources of evid<strong>en</strong>ce; make<br />

sure to exhaust all undercover options first. This should become your<br />

mantra.’<br />

Terwijl in Duitsland van toepassing is:<br />

‘Undercover investigation should always be considered a tactic of last<br />

resort.’<br />

Ook voor tapp<strong>en</strong> geldt in de VS dat voordat e<strong>en</strong> machtiging wordt verkreg<strong>en</strong>,<br />

de aanvrager moet aanton<strong>en</strong> dat ‘minder ingrijp<strong>en</strong>de middel<strong>en</strong>’ niet<br />

afdo<strong>en</strong>de zijn, waar<strong>onder</strong> dus ook undercovertraject<strong>en</strong> word<strong>en</strong> begrep<strong>en</strong><br />

(Ross, 2002: 7). In Nederland heeft het vereiste van subsidiariteit e<strong>en</strong><br />

teg<strong>en</strong>overgestelde uitwerking, met name wanneer het om de undercoverbevoegdheid<br />

IF gaat. Aanvrag<strong>en</strong> voor IF bij de C<strong>en</strong>trale toetsingscommissie<br />

(CTC) van het OM moet<strong>en</strong> <strong>onder</strong>bouwd word<strong>en</strong> met de toelichting<br />

waarom andere opsporingsinstrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> gefaald (of zull<strong>en</strong> fal<strong>en</strong>).<br />

Doorgaans wordt daarbij door de aanvrag<strong>en</strong>de OvJ naar vor<strong>en</strong> gebracht<br />

dat reeds uitgevoerde telefoontaps onvoldo<strong>en</strong>de hebb<strong>en</strong> opgeleverd (zie<br />

hoofdstuk 4). Enigszins gechargeerd geldt dus dat e<strong>en</strong> OvJ in de VS pas e<strong>en</strong><br />

telefoon mag tapp<strong>en</strong> als hij heeft aangetoond dat e<strong>en</strong> undercovertraject<br />

ge<strong>en</strong> succes heeft gehad (zal hebb<strong>en</strong>), terwijl in Nederland e<strong>en</strong> OvJ pas<br />

ev<strong>en</strong>tueel e<strong>en</strong> IF-traject mag inzett<strong>en</strong> als telefoontaps niets hebb<strong>en</strong> opgeleverd<br />

(zull<strong>en</strong> oplever<strong>en</strong>).<br />

De belangrijkste inperking van het gebruik van undercovertraject<strong>en</strong> in<br />

de VS wordt gevormd door het verbod op <strong>en</strong>trapm<strong>en</strong>t (instigatieverbod).<br />

Volg<strong>en</strong>s het Amerikaanse Ministerie van Justitie is er sprake van uitlokking<br />

indi<strong>en</strong>:


De <strong>regulering</strong> van undercovertraject<strong>en</strong> in het buit<strong>en</strong>land 117<br />

‘(…) the governm<strong>en</strong>t implants in the mind of a person who is not<br />

otherwise disposed to commit the off<strong>en</strong>se the disposition to commit<br />

the off<strong>en</strong>se and th<strong>en</strong> induces the commission of that off<strong>en</strong>se in order to<br />

prosecute’. 160<br />

Deze definitie is ook in de FBI-richtlijn opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> (2002: 16).<br />

Ook het Amerikaanse verbod op <strong>en</strong>trapm<strong>en</strong>t k<strong>en</strong>t e<strong>en</strong> subjectief <strong>en</strong> objectief<br />

elem<strong>en</strong>t (Wagner, 2007: 376; Newman, 2007: 31). In de zaak Sorrells<br />

versus the United States uit 1932 stelde het Amerikaanse Hooggerechtshof<br />

voor het eerst unaniem dat van ontoelaatbare uitlokking sprake was. 161<br />

Voortaan moest word<strong>en</strong> aangetoond dat de verdachte al predisposed was<br />

tot het pleg<strong>en</strong> van het strafbare feit; zijn handel<strong>en</strong> moest dus aantoonbaar<br />

op het pleg<strong>en</strong> van misdrijv<strong>en</strong> zijn gericht (g<strong>en</strong>erieke opzet). Hierin zi<strong>en</strong><br />

we het subjectieve elem<strong>en</strong>t van het instigatieverbod. Niet alle rechters<br />

war<strong>en</strong> het in die zaak echter e<strong>en</strong>s met de nadruk die werd gelegd op het<br />

opzet van de verdachte. E<strong>en</strong> minderheid van de rechters van het Hooggerechtshof<br />

in de zaak Sorrells, <strong>en</strong> bijvoorbeeld ook e<strong>en</strong> minderheid van de<br />

rechters in de vaak aangehaalde zaak Sherman versus the United States, 162<br />

pleitte voor e<strong>en</strong> objectieve b<strong>en</strong>adering bij het toets<strong>en</strong> op <strong>en</strong>trapm<strong>en</strong>t. In<br />

zo’n b<strong>en</strong>adering staat niet het opzet van de verdachte c<strong>en</strong>traal, maar gaat<br />

het om het gedrag van de undercoverag<strong>en</strong>t, <strong>en</strong> dan vooral om de vraag of<br />

dat gedrag de verdachte heeft aangezet tot strafbaar handel<strong>en</strong>.<br />

E<strong>en</strong> verschil met de Nederlandse situatie, waarin bij de toetsing van<br />

het optred<strong>en</strong> van de politie in beginsel zowel subjectieve als objectieve<br />

elem<strong>en</strong>t<strong>en</strong> meegewog<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong>, is dat in de VS in de meeste<br />

stat<strong>en</strong> hoofdzakelijk óf e<strong>en</strong> subjectieve test óf e<strong>en</strong> objectieve test wordt<br />

uitgevoerd. E<strong>en</strong> meerderheid van de stat<strong>en</strong> in de VS <strong>en</strong> de federale rechtscolleges<br />

pass<strong>en</strong> e<strong>en</strong> subjectieve test toe, waarbij wel gekek<strong>en</strong> wordt naar<br />

het gedrag van de undercoverag<strong>en</strong>t maar de nadruk ligt op de handeling<strong>en</strong><br />

<strong>en</strong> bedoeling<strong>en</strong> (g<strong>en</strong>erieke opzet) van de verdachte. De vaststelling<br />

dat de verdachte ‘gepredisponeerd’ is, geeft de undercoverag<strong>en</strong>t vrij veel<br />

bewegingsvrijheid. Met name e<strong>en</strong> crimineel verled<strong>en</strong> van de verdachte<br />

verschaft de politie veel speelruimte. Het vrag<strong>en</strong> om e<strong>en</strong> hoeveelheid<br />

drugs aan e<strong>en</strong> als dealer bek<strong>en</strong>d staand persoon – zo is de red<strong>en</strong>atie – leidt<br />

er immers niet toe dat deze persoon anders niet betrokk<strong>en</strong> was geweest<br />

in e<strong>en</strong> soortgelijke transactie (Ross, 2002: voetnoot 38; Wagner, 2007: 376;<br />

Frielink, 1990: 143).<br />

E<strong>en</strong> minderheid van de stat<strong>en</strong> (ongeveer e<strong>en</strong> vijfde van alle stat<strong>en</strong>) voert<br />

daar<strong>en</strong>teg<strong>en</strong> de objectieve test uit, die zich exclusief richt op het handel<strong>en</strong><br />

van de undercoverag<strong>en</strong>t. Vaststelling van <strong>en</strong>trapm<strong>en</strong>t volg<strong>en</strong>s de subjectie-<br />

160 www.usdoj.gov/ag/readingroom/undercover.htm#<strong>en</strong>trapm<strong>en</strong>t, geraadpleegd op 08 mei 2008.<br />

161 Sorrells vs U.S., 287 U.S., 435 (1932).<br />

162 Sherman vs U.S., 356 U.S., 369 (1958).


118 <strong>Opspor<strong>en</strong></strong> <strong>onder</strong> <strong>dekmantel</strong><br />

ve methode gebeurt door de jury. De objectieve test is het domein van de<br />

rechter (Dillof, 2004: 831, 835-836; Colquitt, 2004: 1389, 1401-1402; Gre<strong>en</strong>e,<br />

2006: 473-475).<br />

Om achteraf aan te kunn<strong>en</strong> ton<strong>en</strong> dat van instigatie ge<strong>en</strong> sprake is<br />

geweest, word<strong>en</strong> undercoveroperaties vaak geobserveerd door e<strong>en</strong> observatieteam<br />

<strong>en</strong> word<strong>en</strong> er geluids- <strong>en</strong>/of video-opnames gemaakt (Newman,<br />

2007: 9). Wanneer wordt vastgesteld dat de verdachte wel ontoelaatbaar is<br />

uitgelokt, wat dus meestal e<strong>en</strong> taak is van de jury, leidt dit doorgaans tot<br />

volledige vrijspraak (Ross, 2007: 556).<br />

Volg<strong>en</strong>s Ross wordt e<strong>en</strong> beroep door de verdediging op het <strong>en</strong>trapm<strong>en</strong>t<br />

def<strong>en</strong>se alle<strong>en</strong> in extreme <strong>en</strong> uitz<strong>onder</strong>lijke gevall<strong>en</strong> gehonoreerd (Ross,<br />

2007: 539, 571). Oorzak<strong>en</strong> daarvan zijn volg<strong>en</strong>s haar de min of meer<br />

exclusieve nadruk die door Amerikaanse rechtscolleges doorgaans wordt<br />

gelegd op de predispositie van e<strong>en</strong> verdachte (subjectieve elem<strong>en</strong>t), de rol<br />

van de jury <strong>en</strong> het feit dat, vanwege de sanctie van volledige vrijspraak, de<br />

beslissing of al dan niet van <strong>en</strong>trapm<strong>en</strong>t sprake is e<strong>en</strong> alles-of-nietskarakter<br />

heeft. In vergelijking met Nederland lijkt in de VS het gedrag van e<strong>en</strong><br />

undercoverag<strong>en</strong>t dan ook minder snel als instigatie (<strong>en</strong>trapm<strong>en</strong>t) beoordeeld<br />

te word<strong>en</strong>. Zo word<strong>en</strong> in de VS pseudo-verkop<strong>en</strong> (reverse stings)<br />

regelmatig toegepast. Daarbij verkoopt e<strong>en</strong> undercoverag<strong>en</strong>t e<strong>en</strong> illegaal<br />

goed aan e<strong>en</strong> verdachte waarna die verdachte vervolgd wordt voor het<br />

kop<strong>en</strong> ervan. In de Nederlandse situatie past e<strong>en</strong> dergelijk optred<strong>en</strong> niet<br />

in het huidige wettelijke kader. 163 E<strong>en</strong> voorbeeld van e<strong>en</strong> reverse sting die<br />

vooralsnog buit<strong>en</strong> de gr<strong>en</strong>z<strong>en</strong> van de (toepassing van de) Nederlandse<br />

<strong>regulering</strong> valt is de eerder besprok<strong>en</strong> zaak van Thomas C. Tobias. 164<br />

Uitvoer<strong>en</strong>de organisatie <strong>en</strong> inzet van burgers<br />

Undercovertraject<strong>en</strong> word<strong>en</strong> in de VS uitgevoerd door zowel federale,<br />

statelijke als lokale opsporingse<strong>en</strong>hed<strong>en</strong>. In het algeme<strong>en</strong> is de <strong>uitvoering</strong><br />

van dit opsporingsinstrum<strong>en</strong>t niet voorbehoud<strong>en</strong> aan gespecialiseerde<br />

organisaties. Voor de DEA is bek<strong>en</strong>d dat elke ag<strong>en</strong>t e<strong>en</strong> training krijgt voor<br />

het werk<strong>en</strong> <strong>onder</strong> <strong>dekmantel</strong>.<br />

In de VS mog<strong>en</strong> burgerinformant<strong>en</strong> <strong>en</strong> -infiltrant<strong>en</strong>, ook wel cooperating<br />

sources g<strong>en</strong>oemd, word<strong>en</strong> ingezet, ook criminele burgers. Inzet van (criminele)<br />

burgers, <strong>onder</strong> begeleiding van medewerkers van e<strong>en</strong> opsporingsautoriteit,<br />

is in de VS vrij gebruikelijk.<br />

163 In de Nederlandse wetgeving bestaat ge<strong>en</strong> aparte opsporingsbevoegdheid pseudo-verkoop. E<strong>en</strong><br />

zelfstandige pseudo-verkoop is dus niet toegestaan. Binn<strong>en</strong> e<strong>en</strong> IF-traject is het verkop<strong>en</strong> van goeder<strong>en</strong><br />

door e<strong>en</strong> undercoverag<strong>en</strong>t aan e<strong>en</strong> subject wel toegestaan ter <strong>onder</strong>steuning van de IF. In zo’n geval<br />

heeft die verkoop echter niet als doel om de koper te vervolg<strong>en</strong>, maar di<strong>en</strong>t deze bijvoorbeeld om<br />

het vertrouw<strong>en</strong> te winn<strong>en</strong> van de organisatie waarin de undercoverag<strong>en</strong>t infiltreert (Kamerstukk<strong>en</strong> II<br />

1997/98, 25 403, nr. 7, p. 53-54).<br />

164 U.S. vs Tobias, 662 F.2d 381, 386 (5th Cir. Unit B, 1981).


De <strong>regulering</strong> van undercovertraject<strong>en</strong> in het buit<strong>en</strong>land 119<br />

Procedurele voorschrift<strong>en</strong><br />

Aangezi<strong>en</strong> de inzet van e<strong>en</strong> undercovertraject in de VS niet wordt gezi<strong>en</strong><br />

als e<strong>en</strong> inbreuk op het recht op privacy, vereis<strong>en</strong> undercoveroperaties<br />

ge<strong>en</strong> bevel of machting (Ross, 2007: 562-563). Binn<strong>en</strong> de afz<strong>onder</strong>lijke<br />

opsporingsinstanties kunn<strong>en</strong> wel aanvraagprocedures <strong>en</strong> voorwaard<strong>en</strong><br />

voor inzet word<strong>en</strong> gehanteerd. Zo moet de inzet van e<strong>en</strong> undercovertraject<br />

door de FBI word<strong>en</strong> goedgekeurd door de Special Ag<strong>en</strong>t in Charge<br />

(SAC), de leidinggev<strong>en</strong>de van e<strong>en</strong> lokaal kantoor van de FBI (FBI-richtlijn,<br />

2002: 3).<br />

Transparantie <strong>en</strong> verantwoording<br />

De transparantie die t<strong>en</strong> aanzi<strong>en</strong> van het opsporings<strong>onder</strong>zoek bij rechtszitting<strong>en</strong><br />

in de VS wordt gehanteerd, is relatief groot. 165 In beginsel mag<br />

de verdediging alles aan e<strong>en</strong> nader <strong>onder</strong>zoek <strong>onder</strong>werp<strong>en</strong> <strong>en</strong> mog<strong>en</strong> er<br />

ge<strong>en</strong> zak<strong>en</strong> geheim word<strong>en</strong> gehoud<strong>en</strong>. Al het bewijs moet tijd<strong>en</strong>s de zitting<br />

gepres<strong>en</strong>teerd word<strong>en</strong> (Beijer et al., 2004: 227). ‘Verklaring<strong>en</strong> van hor<strong>en</strong><br />

zegg<strong>en</strong>’, dat wil bijvoorbeeld zegg<strong>en</strong> dat e<strong>en</strong> getuige verklaart dat e<strong>en</strong><br />

andere persoon zich jeg<strong>en</strong>s hem belast<strong>en</strong>d heeft uitgelat<strong>en</strong> t<strong>en</strong> aanzi<strong>en</strong><br />

van de verdachte, <strong>en</strong> anonieme getuig<strong>en</strong>verklaring<strong>en</strong> zijn van bewijs uitgeslot<strong>en</strong>,<br />

dit in teg<strong>en</strong>stelling tot in Nederland.<br />

In ieder geval voor undercoveroperaties van de DEA geldt dat binn<strong>en</strong><br />

vijf dag<strong>en</strong> na de inzet de ag<strong>en</strong>t e<strong>en</strong> Report of Investigation opmaakt. Dit<br />

docum<strong>en</strong>t moet word<strong>en</strong> goedgekeurd door de leidinggev<strong>en</strong>d<strong>en</strong> van de<br />

under coverag<strong>en</strong>t. Undercovertraject<strong>en</strong> van de g<strong>en</strong>oemde di<strong>en</strong>st word<strong>en</strong><br />

daarnaast begeleid door e<strong>en</strong> observatieteam dat ook e<strong>en</strong> Report of Investigation<br />

opmaakt. Vaak zijn van het optred<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> undercoverag<strong>en</strong>t ook<br />

nog geluids- <strong>en</strong>/of video-opnam<strong>en</strong> gemaakt. De g<strong>en</strong>oemde docum<strong>en</strong>t<strong>en</strong><br />

<strong>en</strong> de opnam<strong>en</strong> di<strong>en</strong><strong>en</strong> alle tot bewijs in de rechtszaal.<br />

In beginsel legg<strong>en</strong> Amerikaanse undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong> <strong>en</strong> ingezette burgers,<br />

wanneer het undercovertraject als bewijs wordt gebruikt <strong>en</strong> dit traject<br />

tijd<strong>en</strong>s de zitting ter discussie wordt gesteld, e<strong>en</strong> getuig<strong>en</strong>is af in de<br />

rechtszaal. Daarbij zal vaak hun id<strong>en</strong>titeit word<strong>en</strong> blootgegev<strong>en</strong> (Ross,<br />

2007: 506, 510; Gubanski, 2004: 25). De afscherming van undercovertraject<strong>en</strong><br />

<strong>en</strong> gebruikte undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong> is in de VS, althans wanneer het op<br />

e<strong>en</strong> rechtszitting aankomt, minder sterk dan in Nederland, België, Duitsland<br />

<strong>en</strong> Engeland <strong>en</strong> Wales.<br />

165 Deze transparantie geldt echter alle<strong>en</strong> wanneer er ook daadwerkelijk e<strong>en</strong> rechtszitting komt. Door het<br />

systeem van plea bargaining komt e<strong>en</strong> groot deel van de zak<strong>en</strong> niet tot e<strong>en</strong> zitting. Bij e<strong>en</strong> guilty plea<br />

bek<strong>en</strong>t e<strong>en</strong> verdachte schuld in ruil waarvoor er ge<strong>en</strong> rechtszaak volgt <strong>en</strong> de OvJ de strafmaat bepaalt,<br />

die doorgaans lager is dan wat de uitkomst zou kunn<strong>en</strong> zijn bij e<strong>en</strong> rechtszaak.


120 <strong>Opspor<strong>en</strong></strong> <strong>onder</strong> <strong>dekmantel</strong><br />

3.6 Rechtsvergelijk<strong>en</strong>d perspectief<br />

In het voorafgaande is de <strong>regulering</strong> van het gebruik van undercovertraject<strong>en</strong><br />

in vier land<strong>en</strong>, te wet<strong>en</strong> België, Duitsland, Engeland <strong>en</strong> Wales <strong>en</strong><br />

de VS, aan de orde gekom<strong>en</strong>. In deze afsluit<strong>en</strong>de paragraaf lop<strong>en</strong> we op<br />

<strong>en</strong>kele hoofdpunt<strong>en</strong> de <strong>regulering</strong> op vergelijk<strong>en</strong>de wijze nog e<strong>en</strong>s na <strong>en</strong><br />

mak<strong>en</strong> we tev<strong>en</strong>s e<strong>en</strong> vergelijking met de Nederlandse situatie.<br />

Aard <strong>en</strong> achtergrond van de <strong>regulering</strong><br />

Zowel in Nederland als in België, Duitsland <strong>en</strong> Engeland <strong>en</strong> Wales bestaat<br />

er inmiddels formele wetgeving voor het gebruik van bijz<strong>onder</strong>e opsporingsbevoegdhed<strong>en</strong>,<br />

waar<strong>onder</strong> undercovertraject<strong>en</strong>. In al deze land<strong>en</strong><br />

is de wetgeving relatief kort geled<strong>en</strong> tot stand gekom<strong>en</strong>. Nederland k<strong>en</strong>t<br />

sinds 2000 de Wet BOB, België heeft vanaf 2003 de BOM-Wet, in Duitsland<br />

stamt de OrgKG uit 1992 <strong>en</strong> in Engeland <strong>en</strong> Wales is in 2000 de RIPA ingevoerd.<br />

166 Voordat de g<strong>en</strong>oemde wett<strong>en</strong> tot stand kwam<strong>en</strong>, werd<strong>en</strong> in de<br />

betreff<strong>en</strong>de land<strong>en</strong> wel undercovertraject<strong>en</strong> uitgevoerd maar z<strong>onder</strong> dat<br />

deze e<strong>en</strong> expliciete formeelwettelijke basis hadd<strong>en</strong>. In de VS bestaat ge<strong>en</strong><br />

wettelijke regeling voor het gebruik van undercovertraject<strong>en</strong>. De zog<strong>en</strong>oemde<br />

ABSCAM-affaire leidde in 1983 wel tot e<strong>en</strong> wetsvoorstel maar dat<br />

is nooit in stemming gebracht. Het gebruik van undercovertraject<strong>en</strong> wordt<br />

in de VS gereguleerd via jurisprud<strong>en</strong>tie, die al vroeg, in de jar<strong>en</strong> dertig van<br />

de twintigste eeuw, tot stand kwam.<br />

In ieder geval voor Nederland, België, Engeland <strong>en</strong> Wales <strong>en</strong> de VS geldt<br />

dat concrete casuss<strong>en</strong>, affaires of incid<strong>en</strong>t<strong>en</strong> e<strong>en</strong> rol hebb<strong>en</strong> gespeeld bij<br />

de (bijna-)totstandkoming van de wetgeving. Nederland k<strong>en</strong>de de IRTaffaire,<br />

België had de zaak François, in Engeland <strong>en</strong> Wales leidde de zaak<br />

Kahn tot de Police Act 1997 <strong>en</strong> in de VS werd zoals gezegd naar aanleiding<br />

van de ABSCAM-affaire e<strong>en</strong> wetsvoorstel gemaakt. Voor Duitsland zijn<br />

ge<strong>en</strong> heel specifieke incid<strong>en</strong>t<strong>en</strong> bek<strong>en</strong>d als ‘drijv<strong>en</strong>de kracht<strong>en</strong>’ achter de<br />

wetgeving. Voor Nederland, België, Duitsland <strong>en</strong> Engeland <strong>en</strong> Wales geldt<br />

verder de invloed van het EVRM als gezam<strong>en</strong>lijk elem<strong>en</strong>t in de ontstaansgeschied<strong>en</strong>is<br />

van de wetgeving, met name de bepaling (artikel 8) dat<br />

inbreuk<strong>en</strong> op de persoonlijke lev<strong>en</strong>ssfeer e<strong>en</strong> wettelijke basis behoev<strong>en</strong>. 167<br />

Kijk<strong>en</strong> we naar de vier land<strong>en</strong> waarin undercovertraject<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> formele<br />

wet zijn verankerd, dan zi<strong>en</strong> we dat de codificatie in Nederland het<br />

meest gedetailleerd is uitgewerkt. Zo maakt alle<strong>en</strong> de Nederlandse wet<br />

e<strong>en</strong> <strong>onder</strong>scheid tuss<strong>en</strong> drie verschill<strong>en</strong>de undercoverbevoegdhed<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

166 In 1997 was voor Engeland <strong>en</strong> Wales de Police Act van kracht was geword<strong>en</strong>, maar die wet regelde<br />

alle<strong>en</strong> gevall<strong>en</strong> waarin heimelijk e<strong>en</strong> woning moest word<strong>en</strong> binn<strong>en</strong>gegaan of schade moest word<strong>en</strong><br />

veroorzaakt <strong>en</strong> situaties waarin draadloze communicatie werd <strong>onder</strong>schept.<br />

167 Artikel 8 EVRM schrijft voor dat inbreuk<strong>en</strong> op de privacy van burgers alle<strong>en</strong> zijn toegestaan mits zij<br />

uit de wet voortvloei<strong>en</strong> <strong>en</strong> in e<strong>en</strong> democratische maatschappij noodzakelijk zijn ter bescherming van<br />

de veiligheid, het economisch welzijn, de gezondheid of goede zed<strong>en</strong> of de recht<strong>en</strong> <strong>en</strong> vrijhed<strong>en</strong> van<br />

ander<strong>en</strong>.


De <strong>regulering</strong> van undercovertraject<strong>en</strong> in het buit<strong>en</strong>land 121<br />

is alle<strong>en</strong> in Nederland het uitvoer<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> korte, e<strong>en</strong>malige actie als<br />

e<strong>en</strong> PK ook in de wetgeving opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. In de Wet BOB wordt bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong><br />

voor iedere undercoverbevoegdheid e<strong>en</strong> expliciet <strong>onder</strong>scheid gemaakt<br />

tuss<strong>en</strong> <strong>uitvoering</strong> door e<strong>en</strong> politieambt<strong>en</strong>aar <strong>en</strong>erzijds <strong>en</strong> <strong>uitvoering</strong> door<br />

burgers anderzijds. In Engeland <strong>en</strong> Wales ontbreekt dat <strong>onder</strong>scheid in<br />

de wet geheel. In de Duitse <strong>en</strong> Belgische wet zijn wel ook afz<strong>onder</strong>lijke<br />

bepaling<strong>en</strong> opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> voor <strong>uitvoering</strong> door burgers. Verder is alle<strong>en</strong> in<br />

Nederland <strong>en</strong> in België ook het verbod op instigatie expliciet in de wet<br />

opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. In Duitsland <strong>en</strong> Engeland <strong>en</strong> Wales zijn de norm<strong>en</strong> daaromtr<strong>en</strong>t<br />

afkomstig uit jurisprud<strong>en</strong>tie.<br />

Proportionaliteit <strong>en</strong> subsidiariteit<br />

Wat betreft proportionaliteit <strong>en</strong> subsidiariteit bestaat er vooral e<strong>en</strong> verschil<br />

tuss<strong>en</strong> de vier <strong>onder</strong>zochte Europese land<strong>en</strong> <strong>en</strong>erzijds <strong>en</strong> de VS<br />

anderzijds. De inbreuk<strong>en</strong> die e<strong>en</strong> undercovertraject zou mak<strong>en</strong> op de<br />

recht<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> persoon word<strong>en</strong> in de VS lager ingeschat. Het gebruik<br />

van undercovertraject<strong>en</strong> is in de VS dan ook niet beperkt tot e<strong>en</strong> bepaalde<br />

selectie van misdrijv<strong>en</strong> of opsporings<strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong>. De belangrijkste eis<br />

die wordt gesteld is dat het gebruik<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> undercovertraject kost<strong>en</strong>effectief<br />

moet zijn (Ross, 2007: 512-513, 562-563). In de <strong>regulering</strong> <strong>en</strong>/<br />

of <strong>uitvoering</strong>spraktijk van Nederland, België, Duitsland <strong>en</strong> Engeland <strong>en</strong><br />

Wales daar<strong>en</strong>teg<strong>en</strong> geldt voor de inzet van (bepaalde) undercovertraject<strong>en</strong><br />

wel de voorwaarde dat het moet gaan om misdrijv<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> zekere ernst<br />

(proportionaliteit) <strong>en</strong> de voorwaarde dat andere opsporingsinstrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong><br />

niet voldo<strong>en</strong> (subsidiariteit).<br />

Volg<strong>en</strong>s Marx heeft de grote ruimte die de opsporing in de VS bij het<br />

gebruik van undercovertraject<strong>en</strong> wordt gebod<strong>en</strong> te mak<strong>en</strong> met de groei<strong>en</strong>de<br />

beperking<strong>en</strong> die in de twintigste eeuw zijn opgelegd aan bepaalde<br />

andere bevoegdhed<strong>en</strong> van de politie. Hij spreekt in dit verband van e<strong>en</strong><br />

trade-off tuss<strong>en</strong> aan de <strong>en</strong>e kant coercive <strong>en</strong> aan de andere kant non-/less<br />

coercive maar wel deceptive methods, dat wil zegg<strong>en</strong> e<strong>en</strong> uitruil tuss<strong>en</strong><br />

dwing<strong>en</strong>de bevoegdhed<strong>en</strong> <strong>en</strong>erzijds <strong>en</strong> minder dwing<strong>en</strong>de maar wel<br />

misleid<strong>en</strong>de bevoegdhed<strong>en</strong> anderzijds. Bij dwing<strong>en</strong>de bevoegdhed<strong>en</strong> gaat<br />

het vooral om mogelijkhed<strong>en</strong> om verdacht<strong>en</strong> aan te houd<strong>en</strong>, langdurig<br />

vast te houd<strong>en</strong> <strong>en</strong> te verhor<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> undercovertraject is e<strong>en</strong> niet-dwing<strong>en</strong>de<br />

bevoegdheid maar gaat wel gepaard met misleiding van het subject.<br />

De dwing<strong>en</strong>de bevoegdhed<strong>en</strong> zijn in de VS ingeperkt <strong>en</strong> ook kleiner dan in<br />

Europa. De bevoegdhed<strong>en</strong> om ‘undercover te gaan’ zijn daar<strong>en</strong>teg<strong>en</strong> in de<br />

VS groter (Marx, 1995: 331-332).<br />

Voor het aftapp<strong>en</strong> van telefoons gaat deze red<strong>en</strong>ering echter niet op. Het<br />

tapp<strong>en</strong> is net als e<strong>en</strong> undercovertraject e<strong>en</strong> niet dwing<strong>en</strong>de opsporingsbevoegdheid,<br />

maar het middel van de telefoontap wordt in de VS zeer<br />

terughoud<strong>en</strong>d ingezet. In Europa word<strong>en</strong> (bepaalde) undercoverbevoegdhed<strong>en</strong><br />

nogal e<strong>en</strong>s als ultimum remedium gezi<strong>en</strong> maar wordt tapp<strong>en</strong> vrij<br />

ruim toegepast, terwijl in de VS eerst andere method<strong>en</strong> moet<strong>en</strong> zijn uitge-


122 <strong>Opspor<strong>en</strong></strong> <strong>onder</strong> <strong>dekmantel</strong><br />

put, waar<strong>onder</strong> undercoverbevoegdhed<strong>en</strong>, voordat de politie aan tapp<strong>en</strong><br />

mag d<strong>en</strong>k<strong>en</strong>. Volg<strong>en</strong>s Ross is ook hier sprake van e<strong>en</strong> uitruil, maar op<br />

e<strong>en</strong> andere dim<strong>en</strong>sie dan dwing<strong>en</strong>d – niet-dwing<strong>en</strong>d. Ross spreekt in dit<br />

verband over e<strong>en</strong> uitruil tuss<strong>en</strong> privacy, waarop vooral het tapp<strong>en</strong> van e<strong>en</strong><br />

telefoon e<strong>en</strong> inbreuk zou mak<strong>en</strong>, <strong>en</strong> persoonlijke autonomie, waar vooral<br />

e<strong>en</strong> undercovertraject op zou inwerk<strong>en</strong> omdat e<strong>en</strong> undercoverag<strong>en</strong>t in zijn<br />

interactie met het subject het handel<strong>en</strong> van dat subject beïnvloedt (Ross,<br />

2002: 1510-1511; Ross, 2007: 494).<br />

Overig<strong>en</strong>s zijn de verschill<strong>en</strong> niet absoluut <strong>en</strong> ook zeker niet altijd toe te<br />

schrijv<strong>en</strong> aan de letter van de formele wetgeving. Zo is in Nederland de<br />

inzet van SI niet beperkt tot e<strong>en</strong> bepaalde categorie van misdrijv<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

voor dit middel is ook ge<strong>en</strong> zware subsidiariteitseis van toepassing. Verder<br />

zijn de formeelwettelijke voorwaard<strong>en</strong> die geld<strong>en</strong> voor de zwaarste undercoverbevoegdheid,<br />

IF, niet str<strong>en</strong>ger dan de voorwaard<strong>en</strong> die geld<strong>en</strong> voor<br />

het tapp<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> telefoon. Wel is het zo dat door de wetgever bepaalde<br />

risico’s aan IF zijn toegeschrev<strong>en</strong> die niet geld<strong>en</strong> voor de meeste andere<br />

opsporingsinstrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong>, namelijk het risico voor de integriteit van de<br />

opsporing <strong>en</strong> het risico voor de veiligheid van de undercoverag<strong>en</strong>t. Verder<br />

zijn er <strong>onder</strong> andere intern-bestuurlijke eis<strong>en</strong>, zoals de toetsing van<br />

IF-traject<strong>en</strong> door de CTC, <strong>en</strong> elem<strong>en</strong>t<strong>en</strong> als bek<strong>en</strong>dheid met <strong>en</strong> houding<br />

t<strong>en</strong> opzichte van het middel <strong>en</strong> interpretatie van de wet, die mak<strong>en</strong> dat in<br />

de <strong>uitvoering</strong>spraktijk e<strong>en</strong> undercovertraject toch als e<strong>en</strong> ‘zwaar’ middel<br />

kan geld<strong>en</strong>.<br />

Instigatieverbod<br />

Zowel in Nederland als in België, Duitsland, Engeland <strong>en</strong> Wales <strong>en</strong> de VS<br />

geldt bij de <strong>uitvoering</strong> van undercovertraject<strong>en</strong> e<strong>en</strong> verbod op instigatie.<br />

Ev<strong>en</strong>e<strong>en</strong>s ‘universeel’ is het <strong>onder</strong>scheid dat tuss<strong>en</strong> subjectieve <strong>en</strong> objectieve<br />

elem<strong>en</strong>t<strong>en</strong> van het instigatieverbod wordt gemaakt. In de VS wordt<br />

bij het beoordel<strong>en</strong> van de vraag of al dan niet ontoelaatbaar is uitgelokt óf<br />

e<strong>en</strong> subjectieve óf e<strong>en</strong> objectieve test uitgevoerd. In de meerderheid van<br />

de stat<strong>en</strong> word<strong>en</strong> voornamelijk subjectieve aspect<strong>en</strong> meegewog<strong>en</strong> terwijl<br />

in e<strong>en</strong> minderheid van de stat<strong>en</strong> voornamelijk objectieve elem<strong>en</strong>t<strong>en</strong> word<strong>en</strong><br />

<strong>onder</strong>zocht. Voor zover bek<strong>en</strong>d wordt in de vier Europese land<strong>en</strong>, in<br />

ieder geval in Nederland, bij de toets op het instigatieverbod zowel naar<br />

subjectieve als objectieve aspect<strong>en</strong> gekek<strong>en</strong>. Verder is het zo dat in de VS<br />

undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong> meer actief <strong>en</strong> initiër<strong>en</strong>d handel<strong>en</strong> lijkt te word<strong>en</strong> toegestaan<br />

dan in ieder geval in Nederland; in de VS mag de politie dus verder<br />

gaan dan in Nederland alvor<strong>en</strong>s van instigatie (<strong>en</strong>trapm<strong>en</strong>t) sprake is.<br />

De inzet van (criminele) burgers<br />

In Nederland biedt de Wet BOB de mogelijkheid om de <strong>uitvoering</strong> van e<strong>en</strong><br />

undercovertraject door e<strong>en</strong> burger te lat<strong>en</strong> plaatsvind<strong>en</strong>. Voor PK <strong>en</strong> IF<br />

geldt daarvoor wel de voorwaarde dat <strong>uitvoering</strong> door e<strong>en</strong> burger alle<strong>en</strong><br />

aan de orde kan zijn wanneer, naar het oordeel van de OvJ, inschakeling


De <strong>regulering</strong> van undercovertraject<strong>en</strong> in het buit<strong>en</strong>land 123<br />

van e<strong>en</strong> opsporingsambt<strong>en</strong>aar niet mogelijk is. Het gebruik van criminele<br />

burgers wordt in de wetstekst zelf niet g<strong>en</strong>oemd maar in e<strong>en</strong> door de<br />

Tweede Kamer aang<strong>en</strong>om<strong>en</strong> motie is het gebruik van criminele burgers bij<br />

IF verbod<strong>en</strong> (Kamerstukk<strong>en</strong> II 1998/99, 25 403, 23 251, nr. 33). Deze motie<br />

is verder niet in wetgeving omgezet <strong>en</strong> moties hebb<strong>en</strong> op zichzelf ge<strong>en</strong><br />

directe kracht van wet. In de <strong>uitvoering</strong>spraktijk geldt echter e<strong>en</strong>, hoewel<br />

niet absoluut, verbod op de inzet van criminele burgerinfiltrant<strong>en</strong>. 168 De<br />

motie sluit het gebruik van criminele burgers alle<strong>en</strong> uit wanneer het om<br />

IF gaat. De inzet van criminele burgers bij SI <strong>en</strong> PK/PDV is in beginsel dus<br />

mogelijk, maar lijkt in de praktijk vooralsnog erg weinig voor te kom<strong>en</strong>. In<br />

Duitsland, Engeland <strong>en</strong> Wales <strong>en</strong> de VS word<strong>en</strong> wel met (grote) regelmaat<br />

criminele burgers ingeschakeld in undercovertraject<strong>en</strong>. In België gebeurt<br />

dat niet.<br />

Transparantie <strong>en</strong> verantwoording<br />

De op<strong>en</strong>heid die in strafprocedures jeg<strong>en</strong>s uitgevoerde undercovertraject<strong>en</strong><br />

wordt betracht is het grootst in de VS. In de VS heeft de verdediging<br />

toegang tot alle relevante informatie, word<strong>en</strong> anonieme getuig<strong>en</strong> niet als<br />

bewijs toegelat<strong>en</strong> <strong>en</strong> legg<strong>en</strong>, wanneer het undercovertraject als bewijs<br />

wordt gebruikt <strong>en</strong> de verdediging dat w<strong>en</strong>st, ingezette undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong><br />

<strong>en</strong> burgers tijd<strong>en</strong>s de rechtszitting vaak met bek<strong>en</strong>dwording van hun<br />

id<strong>en</strong>titeit e<strong>en</strong> getuig<strong>en</strong>is af. In Nederland kunn<strong>en</strong> undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong> ook<br />

word<strong>en</strong> opgeroep<strong>en</strong> om te getuig<strong>en</strong>, wat in de praktijk ook regelmatig<br />

gebeurt. Hoewel dit formeel per afz<strong>onder</strong>lijk geval door de rechter of rechter-commissaris<br />

wordt beslist, vindt dit getuig<strong>en</strong> door undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong><br />

in de praktijk vrijwel altijd plaats z<strong>onder</strong> dat dit leidt tot onthulling van<br />

hun id<strong>en</strong>titeit, dat wil zegg<strong>en</strong> anoniem <strong>en</strong> met gebruikmaking van vermomming<br />

<strong>en</strong> stemhervorming. Het opsporingsdossier dat in Nederland<br />

aan de rechter wordt voorgelegd is toegankelijk voor de verdediging. In<br />

Duitsland is de transparantie veel kleiner dan in de VS <strong>en</strong> ook kleiner<br />

dan in Nederland. Zo blijft de exacte rol die de undercoverag<strong>en</strong>t in het<br />

opsporings<strong>onder</strong>zoek heeft gespeeld vaak onduidelijk; undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong><br />

hebb<strong>en</strong> in beginsel e<strong>en</strong> wettelijk opgelegde zwijgplicht met betrekking<br />

tot de door h<strong>en</strong> uitgevoerde activiteit<strong>en</strong>. In België <strong>en</strong> Engeland <strong>en</strong> Wales<br />

kúnn<strong>en</strong> undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong> ook anoniem e<strong>en</strong> getuig<strong>en</strong>is aflegg<strong>en</strong>. De<br />

opsporingsdossiers lijk<strong>en</strong> in deze land<strong>en</strong> echter minder toegankelijk dan<br />

in Nederland.<br />

De beperkte afscherming van undercovertraject<strong>en</strong> die in de VS tijd<strong>en</strong>s<br />

strafprocedures plaatsvindt maakt <strong>onder</strong>deel uit van de grote op<strong>en</strong>heid<br />

die in het Amerikaanse rechtsstelsel in het algeme<strong>en</strong> wordt betracht met<br />

betrekking tot gebruikte middel<strong>en</strong> bij de bewijsvergaring. Deze op<strong>en</strong>heid<br />

168 De Minister van Justitie heeft naar aanleiding van de terroristische aanslag<strong>en</strong> van 11 september 2001<br />

in e<strong>en</strong> brief k<strong>en</strong>baar gemaakt dat in zeer uitz<strong>onder</strong>lijke gevall<strong>en</strong>, wanneer sprake is van e<strong>en</strong> <strong>onder</strong>zoek<br />

naar terreur, de inschakeling van e<strong>en</strong> criminele burgerinfiltrant mogelijk moet zijn (Kamerstukk<strong>en</strong> II<br />

2002/03, 27 834, nr. 28).


124 <strong>Opspor<strong>en</strong></strong> <strong>onder</strong> <strong>dekmantel</strong><br />

is <strong>onder</strong>deel van het zog<strong>en</strong>oemde adversaire systeem van rechtspraak dat<br />

in de VS bestaat. In zo’n systeem draait e<strong>en</strong> rechtszaak om twee teg<strong>en</strong>gestelde<br />

partij<strong>en</strong>, de OvJ <strong>en</strong> (de advocaat van) de verdachte, die met hun<br />

argum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> de jury moet<strong>en</strong> overtuig<strong>en</strong> van hun zaak. Daarbij krijg<strong>en</strong> zij<br />

veel ruimte om hun zi<strong>en</strong>swijze voor het voetlicht te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>; zij pres<strong>en</strong>ter<strong>en</strong><br />

het bewijs <strong>en</strong> zij zijn deg<strong>en</strong><strong>en</strong> die getuig<strong>en</strong> <strong>onder</strong>vrag<strong>en</strong>. De rechter<br />

heeft e<strong>en</strong> vrij passieve rol. C<strong>en</strong>traal in het adversaire systeem staan dan<br />

ook de recht<strong>en</strong> van de verdachte. Om zijn zaak te kùnn<strong>en</strong> behartig<strong>en</strong>,<br />

moet de verdachte natuurlijk toegang hebb<strong>en</strong> tot alle bewijs. 169<br />

De grote op<strong>en</strong>heid in de VS omtr<strong>en</strong>t politieoptred<strong>en</strong> komt, aldus Marx,<br />

ook terug in de op<strong>en</strong>bare informatie die federale politie-instanties<br />

verstrekk<strong>en</strong> over ingezette opsporingsinstrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> (Marx, 1995: 329). 170<br />

Met deze op<strong>en</strong>heid hangt waarschijnlijk ook sam<strong>en</strong> dat in de Amerikaanse<br />

literatuur sommige auteurs prev<strong>en</strong>tieve effect<strong>en</strong> toeschrijv<strong>en</strong> aan<br />

undercovertraject<strong>en</strong>; alle<strong>en</strong> als het in bepaalde kring<strong>en</strong> algeme<strong>en</strong> bek<strong>en</strong>d<br />

is dat de politie undercovertraject<strong>en</strong> uitvoert, t<strong>en</strong> behoeve waarvan soms<br />

bewust de publiciteit wordt gezocht, kúnn<strong>en</strong> er immers prev<strong>en</strong>tieve effect<strong>en</strong><br />

optred<strong>en</strong> 171 (Webster et al., 2006: 225-230; Newman, 2007: 22; Wagner,<br />

2007: 372; Mitchell et al., 2005). In hoofdstuk 5 kom<strong>en</strong> we op deze ver<strong>onder</strong>stelde<br />

prev<strong>en</strong>tieve effect<strong>en</strong> terug.<br />

169 In e<strong>en</strong> inquisitoir systeem van rechtspraak, dat in Nederland van toepassing is, is de rechter niet e<strong>en</strong><br />

passieve ‘ontvanger van informatie’, maar heeft hij e<strong>en</strong> stur<strong>en</strong>de rol in de pres<strong>en</strong>tatie van het bewijs. Het<br />

primaire belang in zo’n systeem gaat uit naar waarheidsvinding. Bij het vind<strong>en</strong> van die waarheid speelt<br />

de rechter e<strong>en</strong> actieve rol, hetge<strong>en</strong> <strong>onder</strong> andere tot uiting komt in het bevrag<strong>en</strong> van de verdachte <strong>en</strong><br />

getuig<strong>en</strong> (zie Beijer et al., 2004: 226-228).<br />

170 Verder is de politie in de VS volg<strong>en</strong>s Marx relatief toegankelijk voor sociaal-wet<strong>en</strong>schappelijk<br />

<strong>onder</strong>zoekers, iets wat volg<strong>en</strong>s hem ook geldt voor de Nederlandse politie.<br />

171 Waarmee natuurlijk niet is gezegd dat ze ook zùll<strong>en</strong> optred<strong>en</strong>.


4<br />

Inzet van undercovertraject<strong>en</strong> in de<br />

opsporingspraktijk: e<strong>en</strong> eerste beeld<br />

4.1 Inleiding<br />

Hoofdstuk 4 <strong>en</strong> 5 bevatt<strong>en</strong> de ‘empirische kern’ van dit <strong>onder</strong>zoeksrapport.<br />

Ze behandel<strong>en</strong> het gebruik van undercovertraject<strong>en</strong> in de opsporingspraktijk.<br />

Daarbij gaat het om vrag<strong>en</strong> als: hoe is de organisatie van de<br />

<strong>uitvoering</strong> van undercoverbevoegdhed<strong>en</strong> geregeld; in welke zak<strong>en</strong> word<strong>en</strong><br />

undercovertraject<strong>en</strong> ingezet; op welk mom<strong>en</strong>t in het opsporings<strong>onder</strong>zoek<br />

gebeurt dat; wat is de red<strong>en</strong> <strong>en</strong> het doel van de inzet van dit instrum<strong>en</strong>t<br />

(hoofdstuk 4); <strong>en</strong> hoe verloopt de <strong>uitvoering</strong> van de traject<strong>en</strong> <strong>en</strong> welke<br />

resultat<strong>en</strong> word<strong>en</strong> ermee behaald (hoofdstuk 5)?<br />

De belangrijkste bronn<strong>en</strong> die voor dit <strong>en</strong> het volg<strong>en</strong>de hoofdstuk word<strong>en</strong><br />

gebruikt zijn concrete opsporings<strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong> waarin undercovertraject<strong>en</strong><br />

zijn ingezet (of waarin dat de bedoeling was), interviews <strong>en</strong><br />

gegev<strong>en</strong>s van infiltratieteams (in hoofdstuk 5 wordt daar<strong>en</strong>bov<strong>en</strong> ook<br />

veel gebruikgemaakt van literatuur). De dataverzameling is in hoofdstuk<br />

1 al toegelicht. Hier br<strong>en</strong>g<strong>en</strong> we nog e<strong>en</strong>s in herinnering dat we steeds<br />

twee categorieën van zak<strong>en</strong> besprek<strong>en</strong>. De eerste categorie bestaat uit<br />

alle Nederlandse opsporings<strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong> waarin in 2004 contact is opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong><br />

met e<strong>en</strong> infiltratieteam <strong>en</strong> waarin is overwog<strong>en</strong> om e<strong>en</strong> undercovertraject<br />

in te zett<strong>en</strong>. In alle gevall<strong>en</strong> gaat het in deze zak<strong>en</strong> om het<br />

stelselmatig inwinn<strong>en</strong> van informatie (SI) <strong>en</strong>/of pseudo-koop/-di<strong>en</strong>stverl<strong>en</strong>ing<br />

(PK/PDV). Omdat infiltratie (IF) veel minder vaak wordt ingezet,<br />

hebb<strong>en</strong> we voor deze undercoverbevoegdheid over e<strong>en</strong> langere periode<br />

gegev<strong>en</strong>s verzameld. De tweede categorie van zak<strong>en</strong> bestaat dan ook uit<br />

alle Nederlandse opsporings<strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong> (althans 23 van de 24 172 ) waarvoor<br />

in de periode 2000-2005 bij het College van procureurs-g<strong>en</strong>eraal<br />

(College van PG’s) toestemming is gevraagd voor de inzet van IF. Bij alle<br />

bespreking<strong>en</strong> <strong>en</strong> analyses van opsporings<strong>onder</strong>zoek, wordt steeds <strong>onder</strong>scheid<br />

gemaakt tuss<strong>en</strong> deze twee categorieën. Voor e<strong>en</strong> meer uitgebreide<br />

toelichting op de dataverzameling alsmede op de wijze waarop we het<br />

verzamelde materiaal beschrijv<strong>en</strong>, verwijz<strong>en</strong> we u naar hoofdstuk 1.<br />

4.2 Inzet van undercovertraject<strong>en</strong>: beschrijving van de<br />

<strong>uitvoering</strong>sstructuur <strong>en</strong> e<strong>en</strong> eerste cijfermatig overzicht<br />

4.2.1 De <strong>uitvoering</strong>sstructuur: politie, OM <strong>en</strong> inschakeling van burgers<br />

De Regeling infiltratieteams (Staatscourant, 2000, 7) schrijft het bestaan<br />

van gespecialiseerde infiltratieteams voor, alsmede de wijze van organisa-<br />

172 Zoals gezegd hebb<strong>en</strong> we één Nederlands opsporings<strong>onder</strong>zoek waarin toestemming is gevraagd voor<br />

de inzet van IF niet in ons <strong>onder</strong>zoek meeg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> (zie paragraaf 1.3.1).


126 <strong>Opspor<strong>en</strong></strong> <strong>onder</strong> <strong>dekmantel</strong><br />

tie <strong>en</strong> sam<strong>en</strong>stelling <strong>en</strong> tak<strong>en</strong> van die teams. 173 De infiltratieteams hebb<strong>en</strong><br />

in beginsel de exclusieve bevoegdheid tot <strong>uitvoering</strong> van IF. Alle<strong>en</strong> in het<br />

geval de beschikbare led<strong>en</strong> van infiltratieteams, undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong>, niet<br />

over de vereiste k<strong>en</strong>nis of vaardighed<strong>en</strong> beschikk<strong>en</strong>, kan <strong>uitvoering</strong> door<br />

e<strong>en</strong> niet aan e<strong>en</strong> infiltratieteam verbond<strong>en</strong> (Nederlandse of buit<strong>en</strong>landse)<br />

opsporingsambt<strong>en</strong>aar plaatsvind<strong>en</strong> <strong>en</strong> als ook dat niet mogelijk is, kan<br />

bij de <strong>uitvoering</strong> van IF e<strong>en</strong> niet-criminele burger (zie ook artikel 126w,<br />

lid 2 <strong>en</strong> artikel 126x, lid 2 Wetboek van Strafvordering (Sv)) word<strong>en</strong> ingeschakeld.<br />

174 Wanneer vanwege het ontbrek<strong>en</strong> van de b<strong>en</strong>odigde k<strong>en</strong>nis of<br />

vaardighed<strong>en</strong> e<strong>en</strong> bevel IF niet door e<strong>en</strong> lid van e<strong>en</strong> infiltratieteam kan<br />

word<strong>en</strong> uitgevoerd, geldt de volg<strong>en</strong>de voorkeursvolgorde voor de <strong>uitvoering</strong>:<br />

e<strong>en</strong> ex-lid van e<strong>en</strong> infiltratieteam; e<strong>en</strong> andere opsporingsambt<strong>en</strong>aar<br />

van politie, Koninklijke Marechaussee of e<strong>en</strong> Bijz<strong>onder</strong>e Opsporingsdi<strong>en</strong>st<br />

(BOD); e<strong>en</strong> niet-criminele burger. In alle gevall<strong>en</strong> wordt de uitvoerder van<br />

het bevel IF begeleid door e<strong>en</strong> begeleider van het infiltratieteam.<br />

Voor de andere twee undercoverbevoegdhed<strong>en</strong> geldt, aldus de richtlijn,<br />

dat het aan de officier van justitie (OvJ) is om te beoordel<strong>en</strong> ‘of in het<br />

voorkom<strong>en</strong>de geval het bevel tot PK/PDV of SI <strong>onder</strong> zodanige omstandighed<strong>en</strong><br />

moet word<strong>en</strong> uitgevoerd dat de inzet van e<strong>en</strong> infiltratieteam is<br />

gebod<strong>en</strong>’ (Staatscourant, 2000, 7). Ook bij de <strong>uitvoering</strong> van PK/PDV <strong>en</strong> SI<br />

kunn<strong>en</strong> burgers word<strong>en</strong> ingezet. Voor PK/PDV geldt daarbij wel dat net als<br />

bij IF de inschakeling van e<strong>en</strong> burger pas aan de orde kan zijn als, naar het<br />

oordeel van de OvJ, inzet van e<strong>en</strong> opsporingsambt<strong>en</strong>aar niet mogelijk is<br />

(artikel 126ij, lid 2 <strong>en</strong> artikel 126z, lid 2 Sv). De beperking dat het om e<strong>en</strong><br />

niet-criminele burger moet gaan, die vanwege e<strong>en</strong> door de Tweede kamer<br />

aanvaarde motie van toepassing is op de <strong>uitvoering</strong> van IF (Kamerstukk<strong>en</strong><br />

II 1998/99, 25 403, 23 251, nr. 33), geldt in beginsel niet voor PK/PDV <strong>en</strong><br />

SI.<br />

Burgers kunn<strong>en</strong> dus kortom bij de <strong>uitvoering</strong> van alle drie undercoverbevoegdhed<strong>en</strong><br />

word<strong>en</strong> ingezet. Voor PK/PDV <strong>en</strong> IF geldt daarbij wel de<br />

voorwaarde dat e<strong>en</strong> burger alle<strong>en</strong> mag word<strong>en</strong> ingezet wanneer <strong>uitvoering</strong><br />

door e<strong>en</strong> opsporingsambt<strong>en</strong>aar niet mogelijk is. Voor SI geldt die<br />

voorwaarde niet. Alle<strong>en</strong> voor IF geldt bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> nog de voorwaarde dat de<br />

in te zett<strong>en</strong> burger ge<strong>en</strong> crimineel mag zijn. 175<br />

Hier<strong>onder</strong> gaan we uitgebreider in op de organisatie <strong>en</strong> tak<strong>en</strong> van infiltratieteams<br />

alsmede op de inzet van andere opsporingsambt<strong>en</strong>ar<strong>en</strong> <strong>en</strong> van<br />

burgers <strong>en</strong> op de betrokk<strong>en</strong>heid van het Op<strong>en</strong>baar Ministerie (OM) bij de<br />

<strong>uitvoering</strong> van undercovertraject<strong>en</strong>.<br />

173 Op het mom<strong>en</strong>t van schrijv<strong>en</strong> is e<strong>en</strong> reorganisatie doorgevoerd van de infiltratieteams. Zie daarvoor het<br />

einde van deze paragraaf <strong>en</strong> paragraaf 6.4.<br />

174 Wanneer sprake is van e<strong>en</strong> <strong>onder</strong>zoek naar terreur is de inzet van e<strong>en</strong> criminele burgerinfiltrant wel<br />

mogelijk (Kamerstukk<strong>en</strong> II 2002/03, 27 834, nr. 28; zie paragraaf 2.4.5).<br />

175 Zie vorige voetnoot.


Inzet van undercovertraject<strong>en</strong> in de opsporingspraktijk: e<strong>en</strong> eerste beeld 127<br />

Infiltratieteams<br />

Formeel zijn er, zoals de Regeling infiltratieteams voorschrijft, vijf regionale<br />

politiële infiltratieteams (PIT’s), namelijk Noord- <strong>en</strong> Oost-Nederland,<br />

Zuid-Nederland, Haagland<strong>en</strong>, Zuidwest-Nederland (waar<strong>onder</strong> <strong>onder</strong><br />

andere Rotterdam valt) <strong>en</strong> Noordwest (waar Amsterdam <strong>en</strong> Utrecht <strong>onder</strong><br />

vall<strong>en</strong>), <strong>en</strong> één landelijk infiltratieteam (LIT). Feitelijk echter is het team<br />

Noordwest-Nederland <strong>onder</strong>gebracht bij het Korps landelijke politiedi<strong>en</strong>st<strong>en</strong><br />

(KLPD) <strong>en</strong> vormt het sam<strong>en</strong> met het LIT één team. 176 Ieder regionaal<br />

infiltratieteam wordt aangestuurd door e<strong>en</strong> zog<strong>en</strong>oemd beheerskorps, dat<br />

wil zegg<strong>en</strong> e<strong>en</strong> van de korps<strong>en</strong> die tot de betreff<strong>en</strong>de PIT-regio behor<strong>en</strong>.<br />

Het LIT wordt door het KLPD aangestuurd. Het LIT voert undercovertraject<strong>en</strong><br />

uit wanneer de aanvraag van dat traject is gedaan door e<strong>en</strong><br />

recherche<strong>onder</strong>deel van het KLPD, wanneer sprake is van e<strong>en</strong> rechtshulpverzoek<br />

of wanneer dat gew<strong>en</strong>st is gezi<strong>en</strong> de taak<strong>uitvoering</strong> van de regionale<br />

infiltratieteams.<br />

De Regeling infiltratieteams schrijft verder voor dat er binn<strong>en</strong> het KLPD<br />

e<strong>en</strong> e<strong>en</strong>heid is die verantwoordelijk is voor <strong>onder</strong> andere de selectie <strong>en</strong><br />

opleiding van de led<strong>en</strong> van infiltratieteams <strong>en</strong> de <strong>onder</strong>steuning van de<br />

taak<strong>uitvoering</strong> van de infiltratieteams, waar<strong>onder</strong> het verzorg<strong>en</strong> van<br />

tijdelijke id<strong>en</strong>titeit<strong>en</strong> <strong>en</strong> fictieve rechtsperson<strong>en</strong>. De betreff<strong>en</strong>de e<strong>en</strong>heid<br />

binn<strong>en</strong> het KLPD is het Team Nationale Coördinatie Politiële Infiltratie<br />

(TNCPI). De werving van kandidaat-led<strong>en</strong> van infiltratieteams gebeurt in<br />

de regio’s zelf. Geïnterviewde teamleiders van de infiltratieteams b<strong>en</strong>adrukk<strong>en</strong><br />

het str<strong>en</strong>ge karakter van de selectie. Het mer<strong>en</strong>deel van de kandidat<strong>en</strong><br />

valt af, aldus de geïnterviewde teamleiders.<br />

De infiltratieteams bestaan uit infiltrant<strong>en</strong> (in deze publicatie aangeduid<br />

als undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong>), begeleiders <strong>en</strong> e<strong>en</strong> teamchef. Omdat er veel<br />

belang wordt gehecht aan e<strong>en</strong> int<strong>en</strong>sieve <strong>en</strong> kwalitatief goede begeleiding,<br />

zijn er net zoveel begeleiders als undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong>. Voor elke functie<br />

bestaat e<strong>en</strong> opleidingstraject.<br />

Led<strong>en</strong> van infiltratieteams word<strong>en</strong> ingezet voor het uitvoer<strong>en</strong> van undercovertraject<strong>en</strong><br />

van het ‘eig<strong>en</strong>’ infiltratieteam, maar werk<strong>en</strong> ook in undercovertraject<strong>en</strong><br />

van andere teams of t<strong>en</strong> behoeve van e<strong>en</strong> buit<strong>en</strong>lands<br />

opsporings<strong>onder</strong>zoek. Voor de internationale sam<strong>en</strong>werking bij de inzet<br />

van undercovertraject<strong>en</strong> is de International Working Group on police<br />

undercover activities (IWG) van belang. Binn<strong>en</strong> de IWG word<strong>en</strong> ervaring<strong>en</strong><br />

uitgewisseld <strong>en</strong> wordt e<strong>en</strong> zekere standaard gehanteerd waaraan undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong><br />

zoud<strong>en</strong> moet<strong>en</strong> voldo<strong>en</strong>.<br />

Vanwege risico’s die aan het werk<strong>en</strong> bij e<strong>en</strong> infiltratieteam verbond<strong>en</strong> zijn,<br />

stelt de Regeling infiltratieteams maximum-, <strong>en</strong> overig<strong>en</strong>s ook minimum-,<br />

termijn<strong>en</strong> voor de duur waarvoor e<strong>en</strong> politieambt<strong>en</strong>aar als respectievelijk<br />

176 Wanneer we het in deze publicatie hebb<strong>en</strong> over ‘vijf’ infiltratieteams referer<strong>en</strong> we dan ook aan álle<br />

infiltratieteams.


128 <strong>Opspor<strong>en</strong></strong> <strong>onder</strong> <strong>dekmantel</strong><br />

undercoverag<strong>en</strong>t, begeleider of teamchef voor e<strong>en</strong> infiltratieteam mag<br />

werk<strong>en</strong>.<br />

Infiltratieteams voer<strong>en</strong> in beginsel niet zelfstandig opsporings<strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong><br />

uit, maar word<strong>en</strong> als uitvoerder van undercovertraject<strong>en</strong> ingezet t<strong>en</strong><br />

behoeve van opsporings<strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong> van andere politie<strong>onder</strong>del<strong>en</strong> of<br />

opsporingsdi<strong>en</strong>st<strong>en</strong>. Wanneer e<strong>en</strong> opsporingsteam behoefte heeft aan<br />

de inzet van e<strong>en</strong> infiltratieteam, moet dit bij het infiltratieteam aangevraagd<br />

word<strong>en</strong>. De meeste aanvrag<strong>en</strong> kom<strong>en</strong> vanuit regionale recherchee<strong>en</strong>hed<strong>en</strong>,<br />

dat wil zegg<strong>en</strong> de recherche die op korpsniveau 177 opereert<br />

(‘Divisie Recherche’ of ‘Regionale Recherchedi<strong>en</strong>st’), <strong>en</strong> vanuit de Nationale<br />

Recherche (<strong>en</strong> haar voorlopers, zoals de kernteams <strong>en</strong> bijbehor<strong>en</strong>de<br />

gespecialiseerde units als de Unit Synthetische Drugs). E<strong>en</strong> kleiner aantal<br />

aanvrag<strong>en</strong> komt vanuit de recherche op districtsniveau 178 <strong>en</strong> di<strong>en</strong>st<strong>en</strong> als<br />

de Rijksrecherche <strong>en</strong> de Fiscale Inlichting<strong>en</strong> <strong>en</strong> Opsporingsdi<strong>en</strong>st-Economische<br />

Controledi<strong>en</strong>st (FIOD-ECD).<br />

Behalve dat de infiltratieteams undercovertraject<strong>en</strong> uitvoer<strong>en</strong>, hebb<strong>en</strong><br />

ze ook e<strong>en</strong> belangrijke rol bij het beoordel<strong>en</strong> of in e<strong>en</strong> bepaalde zaak de<br />

inzet van e<strong>en</strong> undercovertraject al dan niet mogelijk is. Wanneer e<strong>en</strong><br />

opsporingsteam de inzet van e<strong>en</strong> undercovertraject overweegt, neemt<br />

het contact op met het infiltratieteam. Het infiltratieteam beoordeelt<br />

dan, in overleg met de inhur<strong>en</strong>de partij, of het <strong>onder</strong> de omstandighed<strong>en</strong><br />

van de betreff<strong>en</strong>de zaak mogelijk <strong>en</strong> gew<strong>en</strong>st is om inderdaad e<strong>en</strong> undercoveroperatie<br />

uit te voer<strong>en</strong>. Zoals in paragraaf 4.3.1 zal blijk<strong>en</strong>, wordt in<br />

het mer<strong>en</strong>deel van de zak<strong>en</strong> waarin overwog<strong>en</strong> is om het infiltratieteam<br />

in te schakel<strong>en</strong> uiteindelijk afgezi<strong>en</strong> van daadwerkelijke inzet. De red<strong>en</strong><strong>en</strong><br />

daarvan kunn<strong>en</strong> geleg<strong>en</strong> zijn in afweging<strong>en</strong> aan de kant van het infiltratieteam<br />

of in het, bijvoorbeeld plotseling heel spoedige <strong>en</strong> gunstige,<br />

verloop van het opsporings<strong>onder</strong>zoek. Naast het beoordel<strong>en</strong> of e<strong>en</strong><br />

undercovertraject mogelijk is <strong>en</strong> het feitelijk uitvoer<strong>en</strong> van die traject<strong>en</strong>,<br />

word<strong>en</strong> undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong> ook ingezet t<strong>en</strong> behoeve van coveropbouw,<br />

dat wil zegg<strong>en</strong> het, z<strong>onder</strong> dat er al sprake is van e<strong>en</strong> formele undercoverbevoegdheid,<br />

opbouw<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> reputatie of <strong>dekmantel</strong> die op e<strong>en</strong> later<br />

mom<strong>en</strong>t, wanneer er wel e<strong>en</strong> bevel SI, PK/PDV of IF is gegev<strong>en</strong>, gebruikt<br />

gaat word<strong>en</strong>.<br />

Inschakeling van opsporingsambt<strong>en</strong>ar<strong>en</strong> die niet bij e<strong>en</strong> infiltratieteam<br />

werk<strong>en</strong> <strong>en</strong> burgers<br />

Zoals gezegd kunn<strong>en</strong> bij de <strong>uitvoering</strong> van e<strong>en</strong> undercovertraject ook<br />

opsporingsambt<strong>en</strong>ar<strong>en</strong> die ge<strong>en</strong> lid zijn van e<strong>en</strong> infiltratieteam <strong>en</strong> burgers<br />

177 Nederland k<strong>en</strong>t 25 regionale politiekorps<strong>en</strong> <strong>en</strong> één landelijke politie-e<strong>en</strong>heid, het KLPD.<br />

178 Regionale politiekorps<strong>en</strong> zijn <strong>onder</strong>verdeeld in district<strong>en</strong>, die op hun beurt vaak weer zijn verdeeld in<br />

basise<strong>en</strong>hed<strong>en</strong>.


Inzet van undercovertraject<strong>en</strong> in de opsporingspraktijk: e<strong>en</strong> eerste beeld 129<br />

word<strong>en</strong> ingezet. E<strong>en</strong> van de regionale infiltratieteams heeft e<strong>en</strong> afspraak<br />

gemaakt met de regionale korps<strong>en</strong> die ‘<strong>onder</strong>’ zijn team vall<strong>en</strong> dat alle<br />

undercovertraject<strong>en</strong> altijd door het PIT word<strong>en</strong> uitgevoerd. Andere teams<br />

hebb<strong>en</strong> die afsprak<strong>en</strong> niet. Maar op basis van gesprekk<strong>en</strong> met <strong>onder</strong><br />

andere teamchefs <strong>en</strong> gegev<strong>en</strong>s van de infiltratieteams blijkt, in ieder<br />

geval in de <strong>onder</strong>zochte periode, de <strong>uitvoering</strong> van undercover traject<strong>en</strong><br />

door andere opsporingsambt<strong>en</strong>ar<strong>en</strong> dan led<strong>en</strong> van infiltratieteams <strong>en</strong><br />

door burgers niet veel voor te kom<strong>en</strong>. Wanneer het wel voorkomt, zal het<br />

infiltratieteam, wanneer dat team op de hoogte is althans, doorgaans<br />

de begeleiding van de ‘reguliere politieman/-vrouw’ of burger op zich<br />

nem<strong>en</strong>. 179 Voorbeeld<strong>en</strong> van undercovertraject<strong>en</strong> die wel door bijvoorbeeld<br />

e<strong>en</strong> reguliere politieman uitgevoerd kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> (bij SI <strong>en</strong> PK/PDV<br />

kan dat formeel dus altijd), zijn het e<strong>en</strong>malig, in de hoedanigheid van e<strong>en</strong><br />

postkoerier, aflever<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> postpakketje dat drugs bevat of het via e<strong>en</strong><br />

PK ingaan op e<strong>en</strong> advert<strong>en</strong>tie op e<strong>en</strong> website waarin gestol<strong>en</strong> of verbod<strong>en</strong><br />

goeder<strong>en</strong> word<strong>en</strong> aangebod<strong>en</strong>.<br />

Inzet van burgers blijkt weinig voor te kom<strong>en</strong> <strong>en</strong> dat geldt zeker voor de<br />

inzet van burgers bij IF. Met betrekking tot de inzet van burgers bij SI<br />

zijn inmiddels verouderde gegev<strong>en</strong>s beschikbaar. In het eerste deel van<br />

de evaluatie van de Wet bijz<strong>onder</strong>e opsporingsbevoegdhed<strong>en</strong> (Wet BOB)<br />

wordt melding gemaakt van e<strong>en</strong> <strong>en</strong>quête <strong>onder</strong> hoofd<strong>en</strong> van de Criminele<br />

Inlichting<strong>en</strong> E<strong>en</strong>heid (CIE) <strong>en</strong> CIE-OvJ’<strong>en</strong> waaruit zou blijk<strong>en</strong> dat, acht<br />

maand<strong>en</strong> na de inwerkingtreding van de Wet BOB, er van de ruim 7.000<br />

bij de CIE ingeschrev<strong>en</strong> informant<strong>en</strong>, er 6 ingeschrev<strong>en</strong> zijn geweest als<br />

informant waarvoor <strong>onder</strong> artikel 126v Sv e<strong>en</strong> bevel SI is uitgeschrev<strong>en</strong>; de<br />

overig<strong>en</strong> war<strong>en</strong> dus ‘reguliere’ CIE-informant <strong>en</strong> opereerd<strong>en</strong> niet als stelselmatige<br />

burgerinformant (Andriese et al., 2002, in Bokhorst et al., 2002:<br />

140). Verder is door de Minister van Justitie op 31 oktober 2001, tijd<strong>en</strong>s<br />

e<strong>en</strong> overleg met de Vaste Kamercommissie van Justitie, medegedeeld dat<br />

sinds de inwerkingtreding van de Wet BOB twee keer gebruik is gemaakt<br />

van e<strong>en</strong> stelselmatige burgerinformant (Kamerstukk<strong>en</strong> II 2001/02, 26 269,<br />

nr. 41, p. 8). In de g<strong>en</strong>oemde evaluatie van de Wet BOB wordt opgemerkt<br />

dat, hoewel de cijfers verschill<strong>en</strong>, het duidelijk is dat het gebruik van de<br />

stelselmatige burgerinformant beperkt is (Bokhorst et al., 2002: 140). In<br />

het tweede deel van die evaluatie, dat twee jaar later, in 2004, uitkwam,<br />

word<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> nieuwe cijfers g<strong>en</strong>oemd maar wordt wel gemeld dat uit de<br />

interviews die voor dat tweede deel zijn gehoud<strong>en</strong>, ge<strong>en</strong> ander beeld naar<br />

vor<strong>en</strong> komt (Beijer et al., 2004: 88).<br />

179 We kunn<strong>en</strong> niet heel stellig zijn in uitsprak<strong>en</strong> over de frequ<strong>en</strong>tie waarmee undercovertraject<strong>en</strong> ook door<br />

niet-infiltratieteamled<strong>en</strong> word<strong>en</strong> uitgevoerd, aangezi<strong>en</strong> de <strong>uitvoering</strong> van PK/PDV <strong>en</strong> SI, in teg<strong>en</strong>stelling<br />

tot de <strong>uitvoering</strong> van IF, niet c<strong>en</strong>traal aangemeld of geregistreerd hoeft te word<strong>en</strong>. Daar<strong>en</strong>teg<strong>en</strong> lijkt<br />

het, vanwege de beperkte omvang van de Nederlandse politie, erg onwaarschijnlijk dat <strong>uitvoering</strong> van<br />

SI <strong>en</strong> PK/PDV door niet-infiltratieteamled<strong>en</strong> op grote schaal zou voorkom<strong>en</strong> geheel buit<strong>en</strong> het zicht van<br />

bijvoorbeeld de teamchefs van de infiltratieteams. Overig<strong>en</strong>s is voor SI al eerder vastgesteld dat in de<br />

praktijk led<strong>en</strong> van infiltratieteams deze bevoegdheid uitvoer<strong>en</strong> (Beijer, 2004: 102).


130 <strong>Opspor<strong>en</strong></strong> <strong>onder</strong> <strong>dekmantel</strong><br />

Tijd<strong>en</strong>s het reeds aangehaalde overleg met de Vaste Kamercommissie van<br />

31 oktober 2001, gaat de Minister van Justitie ook in op het gebruik van<br />

burgers bij PK/PDV (artikel 126ij Sv). Hij deelde to<strong>en</strong> mee dat vanaf de<br />

invoering van de Wet BOB er 14 keer gebruik is gemaakt van e<strong>en</strong> burgerpseudo-koper/di<strong>en</strong>stverl<strong>en</strong>er<br />

(Kamerstukk<strong>en</strong> II 2001/02, 26 269, nr. 41, p. 8).<br />

Meer rec<strong>en</strong>t <strong>en</strong> volledig cijfermateriaal is niet voorhand<strong>en</strong>. Wel zijn voor<br />

<strong>onder</strong>havig <strong>onder</strong>zoek interviews gehoud<strong>en</strong> <strong>en</strong> zijn, voor zover aanwezig,<br />

gegev<strong>en</strong>s verzameld bij infiltratieteams. 180 Daaruit blijkt (ook) dat bij de<br />

<strong>uitvoering</strong> van undercovertraject<strong>en</strong> in het algeme<strong>en</strong> weinig gebruik wordt<br />

gemaakt van burgers. Het wat frequ<strong>en</strong>tere gebruik van burger-pseudokopers/di<strong>en</strong>stverl<strong>en</strong>ers<br />

waarvan klaarblijkelijk in ieder geval in de eerste<br />

anderhalf à twee jaar van de Wet BOB sprake was, komt in deze bronn<strong>en</strong><br />

niet terug. De interviews zijn echter met name in 2008 afg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> <strong>en</strong> de<br />

gegev<strong>en</strong>s van de infiltratieteams zijn onvolledig.<br />

Voor de inzet van burgerinfiltrant<strong>en</strong> (artikel 126w Sv) zijn wel meer rec<strong>en</strong>te<br />

cijfers beschikbaar. Inschakeling van e<strong>en</strong> burger bij de <strong>uitvoering</strong> van IF<br />

mag pas na goedkeuring door het College van PG’s, dat na advies door de<br />

C<strong>en</strong>trale toetsingscommissie (CTC) daarover beslist. 181 Sinds de invoering<br />

van de Wet BOB zijn, zo blijkt uit jaarverslag<strong>en</strong> van de CTC, slechts <strong>en</strong>kele<br />

voorg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> inzett<strong>en</strong> van burgers bij IF aan de CTC voorgelegd. In 2000<br />

<strong>en</strong> in 2002 zijn respectievelijk 2 <strong>en</strong> 1 zaak ter toetsing aangebod<strong>en</strong> <strong>en</strong> in de<br />

periode 2003-2007 is ge<strong>en</strong> <strong>en</strong>kel geval voorgelegd (CTC, 2008: 16). Overig<strong>en</strong>s<br />

wordt IF in het algeme<strong>en</strong> weinig toegepast, dus ook als het door e<strong>en</strong><br />

infiltratieteam wordt uitgevoerd (zie paragraaf 4.2.2).<br />

Het voordeel van <strong>uitvoering</strong> door led<strong>en</strong> van gespecialiseerde teams is<br />

dat zij getraind zijn, waardoor ze <strong>onder</strong> andere beter dan reguliere politieambt<strong>en</strong>ar<strong>en</strong><br />

in staat zoud<strong>en</strong> zijn zich ‘niet-politieel’ te gedrag<strong>en</strong>, wat<br />

betek<strong>en</strong>t dat ze zich niet alle<strong>en</strong> geloofwaardig kunn<strong>en</strong> beweg<strong>en</strong> in e<strong>en</strong><br />

criminele context, <strong>en</strong> ev<strong>en</strong>tueel zelf misdrijv<strong>en</strong> pleg<strong>en</strong>, maar dat ze ook<br />

in hun normale gedrag <strong>en</strong> <strong>onder</strong> normale omstandighed<strong>en</strong> minder snel<br />

bepaalde gedragsk<strong>en</strong>merk<strong>en</strong> verton<strong>en</strong> die het hebb<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> politieachtergrond<br />

verrad<strong>en</strong>. Verder zijn undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong> door hun training meer<br />

voorbereid op onverwachte w<strong>en</strong>ding<strong>en</strong> die zich in e<strong>en</strong> undercovertraject,<br />

ook tijd<strong>en</strong>s e<strong>en</strong> og<strong>en</strong>schijnlijke ‘simpele’ aankoop via e<strong>en</strong> website, kunn<strong>en</strong><br />

voordo<strong>en</strong>. Daarnaast geldt dat led<strong>en</strong> van infiltratieteams, in teg<strong>en</strong>stelling<br />

tot hun collega’s bij andere politie<strong>onder</strong>del<strong>en</strong>, door hun keuze voor deze<br />

specialisatie ook e<strong>en</strong> keuze hebb<strong>en</strong> gemaakt voor het blootgesteld word<strong>en</strong><br />

aan de risico’s die bij het undercover werk<strong>en</strong> hor<strong>en</strong>. T<strong>en</strong> aanzi<strong>en</strong> van<br />

<strong>uitvoering</strong> door e<strong>en</strong> burger geldt nog dat burgers moeilijker stuurbaar zijn<br />

dan e<strong>en</strong> politieambt<strong>en</strong>aar, zeker als die burger bij de <strong>uitvoering</strong> van e<strong>en</strong><br />

180 Wanneer e<strong>en</strong> burger wordt ingezet bij e<strong>en</strong> undercovertraject zal e<strong>en</strong> infiltratieteam, wanneer dat team<br />

van de inzet op de hoogte is, doorgaans de begeleiding van de burger verzorg<strong>en</strong>.<br />

181 In paragraaf 4.3.1 wordt de rol van de CTC <strong>en</strong> de toetsingsprocedure verder toegelicht.


Inzet van undercovertraject<strong>en</strong> in de opsporingspraktijk: e<strong>en</strong> eerste beeld 131<br />

undercovertraject andere belang<strong>en</strong> voor og<strong>en</strong> heeft dan het bijdrag<strong>en</strong> aan<br />

de opsporing.<br />

E<strong>en</strong> nadeel van (exclusieve) <strong>uitvoering</strong> door led<strong>en</strong> van infiltratieteams<br />

is dat er natuurlijk veel minder gespecialiseerde undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong> zijn<br />

dan reguliere politieambt<strong>en</strong>ar<strong>en</strong>, waardoor de beschikbare capaciteit van<br />

infiltratieteams beperkt is.<br />

Op<strong>en</strong>baar Ministerie<br />

De <strong>uitvoering</strong> van undercovertraject<strong>en</strong> gebeurt door de politie, zoals<br />

gezegd doorgaans door gespecialiseerde infiltratieteams. Het OM speelt<br />

echter ev<strong>en</strong>e<strong>en</strong>s e<strong>en</strong> belangrijke rol, bij opsporings<strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong> in het<br />

algeme<strong>en</strong> maar zeker bij <strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong> waarin undercovertraject<strong>en</strong> word<strong>en</strong><br />

ingezet. De OvJ heeft de leiding over e<strong>en</strong> opsporings<strong>onder</strong>zoek. Dit<br />

was al zo vóór de inwerkingtreding van de Wet BOB, maar sinds deze wetgeving<br />

van kracht is geword<strong>en</strong>, is het c<strong>en</strong>trale gezag van de OvJ over het<br />

opsporings<strong>onder</strong>zoek nog explicieter in het Wetboek van Strafvordering<br />

opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. Bijz<strong>onder</strong>e opsporingsbevoegdhed<strong>en</strong> mog<strong>en</strong> alle<strong>en</strong> word<strong>en</strong><br />

ingezet op basis van e<strong>en</strong> (schriftelijk) bevel van de OvJ (<strong>en</strong> in het geval van<br />

het opnem<strong>en</strong> van vertrouwelijke communicatie (direct afluister<strong>en</strong>) of het<br />

aftapp<strong>en</strong> van telecommunicatie na e<strong>en</strong> machtiging van de rechter-commissaris;<br />

Bokhorst et al., 2002: 33-34). Voor de inzet van bepaalde bijz<strong>onder</strong>e<br />

opsporingsbevoegdhed<strong>en</strong> geld<strong>en</strong> binn<strong>en</strong> het OM bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> bepaalde<br />

procedures met betrekking tot intern overleg <strong>en</strong> toetsing. De inzet van<br />

e<strong>en</strong> undercoverbevoegdheid wordt doorgaans door e<strong>en</strong> zaaksOvJ besprok<strong>en</strong><br />

met e<strong>en</strong> rechercheOvJ <strong>en</strong> vervolg<strong>en</strong>s met de hoofdofficier van justitie<br />

(HOvJ). Wanneer het om IF gaat, komt na het overleg met de HOvJ nog de<br />

gang naar de CTC, die wanneer zij de inzet van dit middel in de betreff<strong>en</strong>de<br />

zaak geoorloofd vindt de aanvraag van IF voorlegt aan het College<br />

van PG’s, dat uiteindelijk beslist of het al dan niet ingezet mag word<strong>en</strong> (zie<br />

hoofdstuk 2).<br />

De cursus Module RechercheManagem<strong>en</strong>t – Operer<strong>en</strong> Onder Dekmantel<br />

Sinds eind jar<strong>en</strong> neg<strong>en</strong>tig wordt door de Stichting Studiec<strong>en</strong>trum<br />

Rechtspleging (SSR, e<strong>en</strong> opleidingsinstituut van de rechterlijke organisatie)<br />

in sam<strong>en</strong>werking met de Nederlandse Politieacademie (NPA,<br />

e<strong>en</strong> opleidings- <strong>en</strong> k<strong>en</strong>nisinstituut van de politie) de cursus Module<br />

RechercheManagem<strong>en</strong>t – Operer<strong>en</strong> Onder Dekmantel (MRM-OOD) gegev<strong>en</strong>.<br />

Deze cursus richt zich niet op de uitvoerders (of begeleiders) van<br />

undercovertraject<strong>en</strong> maar op de pot<strong>en</strong>tiële ‘afnemers’ van de di<strong>en</strong>st<strong>en</strong> van<br />

infiltratieteams, dat wil zegg<strong>en</strong> OvJ’<strong>en</strong> <strong>en</strong> functionariss<strong>en</strong> binn<strong>en</strong> vooral<br />

de recherche<strong>onder</strong>del<strong>en</strong> van de politie, <strong>en</strong> op rechters-commissariss<strong>en</strong>.<br />

Op dit mom<strong>en</strong>t is er e<strong>en</strong> één- <strong>en</strong> e<strong>en</strong> driedaagse cursus, die zich op verschill<strong>en</strong>de<br />

subdoelgroep<strong>en</strong> richt<strong>en</strong> al naar gelang de frequ<strong>en</strong>tie/int<strong>en</strong>siteit<br />

waarmee e<strong>en</strong> doelgroep met undercoverbevoegdhed<strong>en</strong> te mak<strong>en</strong> heeft.<br />

De cursus is erop gericht om de deelnemers in brede zin bek<strong>en</strong>d te mak<strong>en</strong>


132 <strong>Opspor<strong>en</strong></strong> <strong>onder</strong> <strong>dekmantel</strong><br />

met undercovertraject<strong>en</strong>. Het gaat er daarbij om h<strong>en</strong> k<strong>en</strong>nis bij te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong><br />

van de mogelijkhed<strong>en</strong> <strong>en</strong> onmogelijkhed<strong>en</strong> van undercovertraject<strong>en</strong><br />

<strong>en</strong> h<strong>en</strong> zodo<strong>en</strong>de in staat te stell<strong>en</strong> om e<strong>en</strong> bewuste keuze te mak<strong>en</strong> voor<br />

het al dan niet inzett<strong>en</strong> van deze opsporingsinstrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong>. Daarbij wordt<br />

ernaar gestreefd dat al vroeg in (de voorbereiding van) e<strong>en</strong> opsporings<strong>onder</strong>zoek<br />

de inzet van e<strong>en</strong> undercovertraject wordt overwog<strong>en</strong> maar ook<br />

dat de betreff<strong>en</strong>de functionariss<strong>en</strong> goed beseff<strong>en</strong> wat de risico’s zijn van<br />

‘het werk<strong>en</strong> <strong>onder</strong> <strong>dekmantel</strong>’ <strong>en</strong> welke specifieke omstandighed<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

eis<strong>en</strong> het met zich meebr<strong>en</strong>gt, bijvoorbeeld wat betreft geheimhouding.<br />

Reorganisatie<br />

Op het mom<strong>en</strong>t van schrijv<strong>en</strong> vindt er e<strong>en</strong> c<strong>en</strong>tralisering plaats <strong>en</strong> zijn de<br />

verschill<strong>en</strong>de infiltratieteams <strong>onder</strong>gebracht in één, c<strong>en</strong>traal aangestuurd<br />

team, namelijk de unit Werk<strong>en</strong> Onder Dekmantel (WOD). De unit WOD is<br />

e<strong>en</strong> van de units van de Di<strong>en</strong>st Specialistische Recherche Toepassing<strong>en</strong><br />

(DSRT) van het KLPD. Binn<strong>en</strong> dit c<strong>en</strong>trale infiltratieteam blijft wel e<strong>en</strong><br />

verdeling naar regionale aandachtsgebied<strong>en</strong> bestaan. Sam<strong>en</strong>hang<strong>en</strong>d<br />

met de c<strong>en</strong>tralisering vindt ook uniformering plaats op <strong>onder</strong>del<strong>en</strong> van de<br />

werkwijze waarop in de loop der tijd <strong>onder</strong>linge verschill<strong>en</strong> zijn ontstaan.<br />

E<strong>en</strong> andere verandering die met de reorganisatie wordt nagestreefd is e<strong>en</strong><br />

diversificering van zowel het bestand van undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong>, wat betreft<br />

deskundighed<strong>en</strong> <strong>en</strong> achtergrond<strong>en</strong>, als ook van de soort zak<strong>en</strong> waarin<br />

inzett<strong>en</strong> plaatsvind<strong>en</strong>. T<strong>en</strong> slotte maakt ook rationalisering <strong>onder</strong>deel uit<br />

van de verandering<strong>en</strong>, in de zin dat er wordt gestreefd naar het opstell<strong>en</strong><br />

van meetbare doel<strong>en</strong> bij undercovertraject<strong>en</strong> <strong>en</strong> het bijhoud<strong>en</strong> van de<br />

<strong>uitvoering</strong>sresultat<strong>en</strong> aan de hand van die doel<strong>en</strong>. Omdat op het mom<strong>en</strong>t<br />

van schrijv<strong>en</strong> de reorganisatie nog maar net is doorgevoerd <strong>en</strong> er in de<br />

periode waarop het grootste deel van onze dataverzameling betrekking<br />

heeft ge<strong>en</strong> sprake van was, gebruik<strong>en</strong> we in deze publicatie nog de term<strong>en</strong><br />

infiltratieteams, PIT <strong>en</strong> LIT.<br />

Als gevolg van deze c<strong>en</strong>tralisering bestaat verder sinds 2008 binn<strong>en</strong> het<br />

OM de functie van Landelijk OvJ WOD. Deze heeft <strong>onder</strong> andere e<strong>en</strong> taak<br />

om prioriteit<strong>en</strong> aan te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong> bij de inzet van de unit WOD.<br />

4.2.2 E<strong>en</strong> eerste cijfermatig overzicht: hoe vaak word<strong>en</strong><br />

undercovertraject<strong>en</strong> ingezet?<br />

In deze subparagraaf gev<strong>en</strong> we e<strong>en</strong> eerste, globaal cijfermatig overzicht<br />

van het gebruik van undercovertraject<strong>en</strong>. In latere del<strong>en</strong> van dit hoofdstuk<br />

gaan we zowel kwantitatief als kwalitatief dieper in op de toepassing van<br />

dit soort opsporingsinstrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong>.<br />

Tabel 1 toont het aantal zak<strong>en</strong>, zowel Nederlandse als in het kader van<br />

rechtshulpverzoek<strong>en</strong>, waarin in 2004 contact is opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> met e<strong>en</strong> infiltratieteam<br />

<strong>en</strong> waarin is beslot<strong>en</strong> om e<strong>en</strong> undercovertraject in te zett<strong>en</strong>.


Inzet van undercovertraject<strong>en</strong> in de opsporingspraktijk: e<strong>en</strong> eerste beeld 133<br />

Het toont tev<strong>en</strong>s de zak<strong>en</strong> waarin vervolg<strong>en</strong>s ook daadwerkelijk is gestart<br />

met de <strong>uitvoering</strong> van dat traject.<br />

Tabel 1 Inzet van undercovertraject<strong>en</strong>, besluit daartoe <strong>en</strong> daadwerkelijke<br />

inzet, naar herkomst opsporings<strong>onder</strong>zoek,<br />

2004*<br />

Opsporings<strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong> waarin:<br />

beslot<strong>en</strong> is undercovertraject<br />

in te zett<strong>en</strong><br />

undercovertraject daadwerkelijk<br />

is ingezet<br />

Herkomst opsporings<strong>onder</strong>zoek<br />

Nederland 37 34<br />

Rechtshulpverzoek 12 10<br />

Totaal 49 44<br />

* Jaar van aanmelding bij infiltratieteam.<br />

Bron: Op<strong>en</strong>baar Ministerie <strong>en</strong> politie/bewerking <strong>WODC</strong><br />

Uit de tabel blijkt dat in 2004 37 keer in het kader van e<strong>en</strong> Nederlandse<br />

zaak <strong>en</strong> 12 keer in het kader van e<strong>en</strong> buit<strong>en</strong>lands rechtshulpverzoek<br />

contact is opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> met e<strong>en</strong> infiltratieteam <strong>en</strong> vervolg<strong>en</strong>s is beslot<strong>en</strong><br />

om in het betreff<strong>en</strong>de opsporings<strong>onder</strong>zoek e<strong>en</strong> undercovertraject in te<br />

zett<strong>en</strong>. 182<br />

Het besluit<strong>en</strong> dat e<strong>en</strong> undercovertraject uitgevoerd gaat word<strong>en</strong>, betek<strong>en</strong>t<br />

nog niet dat het ook daadwerkelijk tot <strong>uitvoering</strong> komt. Uit de tabel blijkt<br />

dat het respectievelijk 34 <strong>en</strong> 10 keer ook echt tot inzet van het undercovertraject<br />

komt. ‘Ingezet’ is hier ruim opgevat <strong>en</strong> betek<strong>en</strong>t feitelijk niet meer<br />

dan dat het infiltratieteam is gestart met het traject. Het zegt niets over het<br />

verdere verloop van de traject<strong>en</strong>. Of de traject<strong>en</strong> nadat ze zijn gestart zich<br />

<strong>en</strong>igszins volg<strong>en</strong>s plan ontwikkel<strong>en</strong> komt aan bod in paragraaf 3.5 <strong>en</strong> 3.7.<br />

De ingezette undercovertraject<strong>en</strong> variër<strong>en</strong> van zeer kortdur<strong>en</strong>de undercoveracties<br />

tot langdurige <strong>en</strong> complexe operaties. De Nederlandse betrokk<strong>en</strong>heid<br />

bij de rechtshulpverzoek<strong>en</strong> bestaat in 8 van de 10 uitgevoerde<br />

verzoek<strong>en</strong> uit het begeleid<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> buit<strong>en</strong>landse undercoverag<strong>en</strong>t.<br />

2 keer zijn Nederlandse undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong> ingezet.<br />

Voor de in totaal 49 zak<strong>en</strong> in tabel 1 geldt dat op <strong>en</strong>ig mom<strong>en</strong>t is beslot<strong>en</strong><br />

om e<strong>en</strong> undercovertraject in te zett<strong>en</strong>, hetge<strong>en</strong> zoals we zag<strong>en</strong> niet voor<br />

alle zak<strong>en</strong> tot <strong>uitvoering</strong> is gekom<strong>en</strong>. Daarnaast zijn er ook nog zak<strong>en</strong><br />

waarin de inzet van e<strong>en</strong> undercovertraject alle<strong>en</strong> is overwog<strong>en</strong> maar<br />

uiteindelijk nooit is beslot<strong>en</strong> om het in te zett<strong>en</strong>, bijvoorbeeld omdat de<br />

zaak met andere middel<strong>en</strong> al tot e<strong>en</strong> einde is gebracht of omdat het infiltratieteam<br />

de inzet onhaalbaar acht. Op dergelijke zak<strong>en</strong> gaan we verder<br />

in in paragraaf 4.3.1.<br />

182 De rechtshulpverzoek<strong>en</strong> zijn 2 keer afkomstig uit België, 1 keer uit het Ver<strong>en</strong>igd Koninkrijk, 1 keer uit<br />

Finland <strong>en</strong> 6 keer is de herkomst onbek<strong>en</strong>d. De red<strong>en</strong> dat van 6 rechtshulpverzoek<strong>en</strong> de herkomst<br />

onbek<strong>en</strong>d is, is dat voor deze zak<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> dossier<strong>onder</strong>zoek heeft plaatsgevond<strong>en</strong> <strong>en</strong> de infiltratieteams<br />

ook niet is gevraagd herkomstland<strong>en</strong> op te gev<strong>en</strong>.


134 <strong>Opspor<strong>en</strong></strong> <strong>onder</strong> <strong>dekmantel</strong><br />

In tabel 2 is voor de Nederlandse opsporings<strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong> weergegev<strong>en</strong> om<br />

wat voor soort undercovertraject het gaat; SI, PK/PDV, e<strong>en</strong> combinatie van<br />

deze twee undercoverbevoegdhed<strong>en</strong> of IF. 19 van 34 undercovertraject<strong>en</strong><br />

bestaan uit SI, 10 keer gaat het om de inzet van PK/PDV <strong>en</strong> in 5 zak<strong>en</strong><br />

wordt zowel SI als PK/PDV ingezet. In Nederlandse zak<strong>en</strong> waarbij in 2004<br />

door het opsporingsteam contact is opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> met het infiltratieteam <strong>en</strong><br />

waarin e<strong>en</strong> undercovertraject is ingezet, is ge<strong>en</strong> <strong>en</strong>kele keer IF ingezet. 183<br />

In de volg<strong>en</strong>de tabell<strong>en</strong> waarin wordt ingegaan op undercovertraject<strong>en</strong><br />

die zijn ingezet in zak<strong>en</strong> die in 2004 bij het infiltratieteam zijn aangemeld,<br />

hebb<strong>en</strong> we het in de tabelkop daarom niet over ‘undercovertraject<strong>en</strong>’<br />

maar over SI <strong>en</strong>/of PK/PDV.<br />

Tabel 2 Nederlandse opsporings<strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong> waarin e<strong>en</strong><br />

undercovertraject is ingezet, naar soort traject, 2004*<br />

Nederlandse opsporings<strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong> waarin<br />

e<strong>en</strong> undercovertraject is ingezet<br />

Soort traject**<br />

SI 19<br />

PK/PDV 10<br />

SI&PK/PDV 5<br />

Totaal 34<br />

* Jaar van aanmelding bij infiltratieteam.<br />

** Stelselmatig inwinn<strong>en</strong> van informatie <strong>en</strong>/of pseudo-koop/-di<strong>en</strong>stverl<strong>en</strong>ing.<br />

Bron: Op<strong>en</strong>baar Ministerie <strong>en</strong> politie/bewerking <strong>WODC</strong><br />

IF wordt dus maar weinig ingezet. Nem<strong>en</strong> we e<strong>en</strong> langere periode dan<br />

1 jaar in og<strong>en</strong>schouw, dan kom<strong>en</strong> we wel zak<strong>en</strong> teg<strong>en</strong> waarin deze undercoverbevoegdheid<br />

is uitgevoerd. In tabel 3 is voor e<strong>en</strong> periode van 6 jaar,<br />

2000 tot <strong>en</strong> met 2005 (het jaar waarin de betreff<strong>en</strong>de zaak is aangemeld<br />

bij de CTC), het aantal zak<strong>en</strong> opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> waarin bij de CTC toestemming<br />

is gevraagd voor de inzet van IF <strong>en</strong> tev<strong>en</strong>s het aantal zak<strong>en</strong> waarin die<br />

toestemming ook is gegev<strong>en</strong> <strong>en</strong> de IF vervolg<strong>en</strong>s ook is gestart. Ook hier is<br />

de uitsplitsing gemaakt naar herkomst van het opsporings<strong>onder</strong>zoek. In<br />

de periode 2000-2005 is voor e<strong>en</strong> Nederlands opsporings<strong>onder</strong>zoek 23 184<br />

<strong>en</strong> via e<strong>en</strong> buit<strong>en</strong>lands rechtshulpverzoek 7 keer toestemming gevraagd<br />

voor het gebruik van IF. Daarvan is in respectievelijk 14 <strong>en</strong> 4 zak<strong>en</strong> de IF<br />

goedgekeurd én uitgevoerd. De 4 rechtshulpverzoek<strong>en</strong> in het kader waarvan<br />

IF is uitgevoerd zijn afkomstig uit België, Italië, de Ver<strong>en</strong>igde Stat<strong>en</strong><br />

(VS) <strong>en</strong> het Ver<strong>en</strong>igd Koninkrijk.<br />

183 Voor de 10 uitgevoerde rechtshulpverzoek<strong>en</strong> (zie tabel 1) gaat het 9 keer om PK/PDV <strong>en</strong> 1 keer om IF.<br />

184 In de periode 2000-2005 is feitelijk voor in totaal 24 Nederlandse opsporings<strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong><br />

toestemming gevraagd voor de inzet van IF. Zoals gezegd hebb<strong>en</strong> we echter 1 van die Nederlandse<br />

opsporings<strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong> niet in ons <strong>onder</strong>zoek meeg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>; van de 24 hebb<strong>en</strong> we er dus 23 bestudeerd<br />

(zie paragraaf 1.3.1).


Inzet van undercovertraject<strong>en</strong> in de opsporingspraktijk: e<strong>en</strong> eerste beeld 135<br />

In de meeste IF-traject<strong>en</strong> word<strong>en</strong> overig<strong>en</strong>s ook PK’<strong>en</strong> of PDV’<strong>en</strong> verricht.<br />

Wanneer deze van tevor<strong>en</strong> al zijn voorzi<strong>en</strong>, moet<strong>en</strong> zij word<strong>en</strong> vermeld in<br />

het bevel tot IF dat de OvJ uitvaardigt (<strong>en</strong> tev<strong>en</strong>s moet in de aanvraag bij<br />

de CTC word<strong>en</strong> vermeld welke PK’<strong>en</strong> of PDV’<strong>en</strong> word<strong>en</strong> verwacht) <strong>en</strong> hoeft<br />

er ge<strong>en</strong> apart bevel voor uitgeschrev<strong>en</strong> te word<strong>en</strong>. Verder word<strong>en</strong> in e<strong>en</strong><br />

aantal traject<strong>en</strong> vóórdat de IF wordt ingezet al één of meerdere PK/PDV’<strong>en</strong><br />

verricht of e<strong>en</strong> SI-traject ingezet. In die gevall<strong>en</strong> wordt natuurlijk wel e<strong>en</strong><br />

apart bevel gegev<strong>en</strong>. T<strong>en</strong> slotte merk<strong>en</strong> we nog op dat in zak<strong>en</strong> waarin e<strong>en</strong><br />

IF-traject niet is goedgekeurd, wat in de periode 2000-2005 voor 7 Nederlandse<br />

opsporings<strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong> geldt (zie paragraaf 4.3.1), soms wel e<strong>en</strong><br />

ander undercovertraject wordt ingezet.<br />

Tabel 3 Opsporings<strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong> waarin toestemming is gevraagd<br />

voor IF* <strong>en</strong> zak<strong>en</strong> waarin IF* is goedgekeurd <strong>en</strong> ingezet,<br />

naar herkomst opsporings<strong>onder</strong>zoek, 2000-2005**<br />

Opsporings<strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong> waarin:<br />

toestemming is<br />

gevraagd voor IF*<br />

IF* is goedgekeurd<br />

<strong>en</strong> ingezet<br />

Herkomst opsporings<strong>onder</strong>zoek<br />

Nederland 23*** 14<br />

Rechtshulpverzoek 7 4<br />

Totaal 30 18<br />

* Infiltratie.<br />

** Jaar van aanmelding bij de CTC.<br />

*** In de periode 2000-2005 is feitelijk voor in totaal 24 Nederlandse opsporings<strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong> toestemming<br />

gevraagd voor de inzet van IF. Van deze Nederlandse opsporings<strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong><br />

we er echter 1 niet in ons <strong>onder</strong>zoek meeg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> (zie paragraaf 1.3.1).<br />

Bron: Op<strong>en</strong>baar Ministerie <strong>en</strong> politie/bewerking <strong>WODC</strong><br />

In tabel 4 zijn de 14 bestudeerde Nederlandse zak<strong>en</strong> waarin IF is goedgekeurd<br />

<strong>en</strong> uitgevoerd, uitgesplitst naar het jaar waarin de zaak is aangemeld<br />

bij de CTC. Wanneer tabel 2 wordt vergelek<strong>en</strong> met tabel 4, valt op dat<br />

in tabel 2, waarin alle undercovertraject<strong>en</strong> zijn weergegev<strong>en</strong> waarvoor<br />

geldt dat het eerste contact tuss<strong>en</strong> het opsporingsteam <strong>en</strong> het infiltratieteam<br />

is gelegd in 2004, ge<strong>en</strong> <strong>en</strong>kel IF-traject is opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> terwijl er in<br />

tabel 4 in de rij voor 2004 wel 1 zaak staat. De verklaring hiervoor is dat<br />

in de desbetreff<strong>en</strong>de zaak (B48) weliswaar in 2004 bij de CTC goedkeuring<br />

is gevraagd om IF in te zett<strong>en</strong> – <strong>en</strong> deze daarom dus ook in tabel 4 is<br />

geplaatst in de rij voor 2004 – maar dat al in 2002 SI is ingezet <strong>en</strong> het eerste<br />

contact tuss<strong>en</strong> het opsporings- <strong>en</strong> het infiltratieteam dus ook in 2002<br />

heeft plaatsgevond<strong>en</strong>. 185<br />

185 Er zijn overig<strong>en</strong>s meer zak<strong>en</strong> waarbij SI is ingezet voordat bij de CTC toestemming is gevraagd voor IF.<br />

In totaal ligt echter maar voor 3 zak<strong>en</strong> het mom<strong>en</strong>t van aanmelding bij het infiltratieteam <strong>en</strong> het mom<strong>en</strong>t<br />

waarop bij de CTC toestemming voor IF wordt aangevraagd, niet in hetzelfde kal<strong>en</strong>derjaar.


136 <strong>Opspor<strong>en</strong></strong> <strong>onder</strong> <strong>dekmantel</strong><br />

Tabel 4 Nederlandse opsporings<strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong> waarin IF* is<br />

goedgekeurd <strong>en</strong> ingezet, naar jaar van aanmelding bij de<br />

CTC, 2000-2005**<br />

Opsporings<strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong> waarin IF* is goedgekeurd <strong>en</strong> ingezet<br />

2000 2<br />

2001 4<br />

2002 2<br />

2003 4<br />

2004 1<br />

2005 1<br />

Totaal 14***<br />

* Infiltratie.<br />

** Jaar van aanmelding bij CTC.<br />

*** In de periode 2000-2005 is feitelijk in totaal 15 Nederlandse opsporings<strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong> e<strong>en</strong> goedgekeurd<br />

IF-traject ook uitgevoerd. Van deze Nederlandse opsporings<strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> we er<br />

echter 1 niet in ons <strong>onder</strong>zoek meeg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> (zie paragraaf 1.3.1).<br />

Bron: Op<strong>en</strong>baar Ministerie <strong>en</strong> politie/bewerking <strong>WODC</strong><br />

Omvang van het gebruik van undercovertraject<strong>en</strong>: recapitulatie <strong>en</strong><br />

beschouwing<br />

We zag<strong>en</strong> dat in 37 Nederlandse zak<strong>en</strong> die in 2004 bij e<strong>en</strong> infiltratieteam<br />

zijn aangemeld is beslot<strong>en</strong> om e<strong>en</strong> undercovertraject in te zett<strong>en</strong>. In alle<br />

gevall<strong>en</strong> betrof het de voorg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> inzet van SI <strong>en</strong>/of PK/PDV. Van deze<br />

37 is in 34 zak<strong>en</strong> ook daadwerkelijk e<strong>en</strong> undercovertraject ingezet (SI <strong>en</strong>/<br />

of PK/PDV). IF wordt minder vaak toegepast. In de periode 2000-2005 is in<br />

23 Nederlandse opsporings<strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong> toestemming gevraagd om IF in<br />

te zett<strong>en</strong>. 186 In 14 zak<strong>en</strong> is toestemming gekreg<strong>en</strong> <strong>en</strong> is de IF ook daadwerkelijk<br />

ingezet. 187 Uit het jaarverslag 2007 van de CTC blijkt verder dat in<br />

2006 <strong>en</strong> 2007 respectievelijk 1 <strong>en</strong> 2 aanvrag<strong>en</strong> voor IF zijn binn<strong>en</strong>gekom<strong>en</strong><br />

(CTC, 2008: 15). 188<br />

Voor zover bek<strong>en</strong>d bestaat er ge<strong>en</strong> volledige kwantitatieve informatie<br />

over de inzet van andere opsporingsinstrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong>, behalve voor telefoontaps.<br />

189 Vanaf 2008 verstrekt de Minister van Justitie tapstatistiek<strong>en</strong>. In de<br />

tweede helft van 2007, de eerste periode waarvoor cijfers beschikbaar zijn,<br />

is voor 12.491 telefoonnummers e<strong>en</strong> bevel tot aftapp<strong>en</strong> gegev<strong>en</strong> door het<br />

OM (Minister van Justitie, 2008). Voor heel 2007 komt e<strong>en</strong> geschat totaal,<br />

wanneer we uitgaan van e<strong>en</strong> gelijkmatige spreiding over het jaar, dus uit<br />

186 In de periode 2000-2005 is feitelijk voor in totaal 24 Nederlandse opsporings<strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong><br />

toestemming gevraagd voor de inzet van IF. Zoals gezegd hebb<strong>en</strong> we echter 1 van die Nederlandse<br />

opsporings<strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong> niet in ons <strong>onder</strong>zoek meeg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>; van de 24 hebb<strong>en</strong> we er dus 23 bestudeerd<br />

(zie paragraaf 1.3.1).<br />

187 En in twee zak<strong>en</strong> is toestemming gekreg<strong>en</strong> maar is er ge<strong>en</strong> IF-traject ingezet, zie paragraaf 4.3.1.<br />

188 Dat is, in teg<strong>en</strong>stelling tot de cijfers uit tabel 4, inclusief ev<strong>en</strong>tuele rechtshulpverzoek<strong>en</strong> (onbek<strong>en</strong>d is óf<br />

er ook daadwerkelijk rechtshulpverzoek<strong>en</strong> <strong>onder</strong> zitt<strong>en</strong>). Het is onbek<strong>en</strong>d of in de betreff<strong>en</strong>de zak<strong>en</strong> uit<br />

2007 <strong>en</strong> 2006 ook toestemming is gegev<strong>en</strong> voor IF <strong>en</strong> of de IF ook daadwerkelijk is uitgevoerd.<br />

189 En voor de bevoegdhed<strong>en</strong> <strong>en</strong> method<strong>en</strong> die bij de CTC aangevraagd moet<strong>en</strong> word<strong>en</strong> (zie paragraaf<br />

2.4.6).


Inzet van undercovertraject<strong>en</strong> in de opsporingspraktijk: e<strong>en</strong> eerste beeld 137<br />

op bijna 25.000 (Kamerstukk<strong>en</strong> II 2007/08, 30 517, nr. 6). Cijfers over het<br />

aantal in e<strong>en</strong> heel jaar gerealiseerde telefoontaps zijn er wel voor 2008. In<br />

dat jaar heeft het OM voor 26.425 telefoonnummers e<strong>en</strong> bevel tot tapp<strong>en</strong><br />

afgegev<strong>en</strong> (Kamerstukk<strong>en</strong> II 2008/09, 30 517, nr. 13).<br />

Het vergelijk<strong>en</strong> van het aantal ker<strong>en</strong> dat verschill<strong>en</strong>de opsporingsinstrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong><br />

word<strong>en</strong> ingezet z<strong>onder</strong> daarbij te beschikk<strong>en</strong> over achtergrondinformatie,<br />

biedt alle<strong>en</strong> oppervlakkig inzicht. Bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> is er wat betreft<br />

de tele<strong>en</strong>heid e<strong>en</strong> belangrijk verschil tuss<strong>en</strong> de cijfers voor de taps <strong>en</strong><br />

de gepres<strong>en</strong>teerde aantall<strong>en</strong> undercovertraject<strong>en</strong>. 190 Verder betreff<strong>en</strong><br />

de cijfers voor de taps de jar<strong>en</strong> 2007 <strong>en</strong> 2008, terwijl de aantall<strong>en</strong> undercovertraject<strong>en</strong><br />

betrekking hebb<strong>en</strong> op respectievelijk het jaar 2004 (SI <strong>en</strong><br />

PK/PDV) <strong>en</strong> de periode 2000-2005 (IF). Al met al is echter wel duidelijk dat<br />

undercovertraject<strong>en</strong> in het algeme<strong>en</strong> <strong>en</strong> zeker IF weinig word<strong>en</strong> gebruikt.<br />

4.3 De keuze voor e<strong>en</strong> undercovertraject<br />

4.3.1 Inschatting haalbaarheid <strong>en</strong> toetsing van voorg<strong>en</strong>om<strong>en</strong><br />

undercoverbevoegdhed<strong>en</strong><br />

Overleg opsporingsteam – infiltratieteam<br />

Wanneer e<strong>en</strong> opsporingsteam d<strong>en</strong>kt dat de di<strong>en</strong>st<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> infiltratieteam<br />

van nut kunn<strong>en</strong> zijn in e<strong>en</strong> opsporings<strong>onder</strong>zoek, wordt contact<br />

opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> met het infiltratieteam <strong>en</strong> in overleg bezi<strong>en</strong> of de inzet van<br />

e<strong>en</strong> undercovertraject mogelijk <strong>en</strong> w<strong>en</strong>selijk is. Daarbij is het de taak van<br />

het opsporingsteam om richting het infiltratieteam zo goed mogelijk de<br />

doel<strong>en</strong> <strong>en</strong> omstandighed<strong>en</strong> van het opsporings<strong>onder</strong>zoek over te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong><br />

alsmede bepaalde informatie over de verdachte(n) <strong>en</strong> ev<strong>en</strong>tuele andere<br />

relevante person<strong>en</strong>. Aan de hand van deze informatie kan het infiltratieteam<br />

beoordel<strong>en</strong> of het uitvoer<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> undercovertraject <strong>en</strong> het behal<strong>en</strong><br />

van de gew<strong>en</strong>ste resultat<strong>en</strong> in de betreff<strong>en</strong>de zaak mogelijk is. Na deze<br />

overweging<strong>en</strong> komt het infiltratieteam tezam<strong>en</strong> met het opsporingsteam<br />

tot de beslissing om al dan niet e<strong>en</strong> undercovertraject in te zett<strong>en</strong>.<br />

Voor 4 van de 5 infiltratieteams hebb<strong>en</strong> we niet alle<strong>en</strong> informatie over<br />

de zak<strong>en</strong> waarin deze beslissing positief is uitgevall<strong>en</strong>, maar beschikk<strong>en</strong><br />

190 Bij de telefoontaps gaat het om afgegev<strong>en</strong> bevel<strong>en</strong> voor e<strong>en</strong> telefoonnummer. Binn<strong>en</strong> één zaak wordt<br />

geregeld bij meerdere verdacht<strong>en</strong> <strong>en</strong> bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> bij verschill<strong>en</strong>de telefoonnummers e<strong>en</strong> tap uitgevoerd.<br />

Zeker in <strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong> naar zware, georganiseerde criminaliteit waarbij niet één verdachte maar<br />

e<strong>en</strong> verdacht<strong>en</strong>groepering c<strong>en</strong>traal staat, zal geregeld per zaak veel meer dan één telefoonnummer<br />

word<strong>en</strong> getapt. Bij undercovertraject<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> we het in deze publicatie steeds over zak<strong>en</strong><br />

(of opsporings<strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong>) waarin e<strong>en</strong> undercovertraject is ingezet. Zo’n undercovertraject kan per<br />

zaak echter bestaan uit verschill<strong>en</strong>de bevel<strong>en</strong>. Zo zijn er <strong>onder</strong> de 14 zak<strong>en</strong> waarin e<strong>en</strong> IF-traject is<br />

uitgevoerd, zak<strong>en</strong> waar de IF is voorafgegaan door SI <strong>en</strong> PK. Deze zak<strong>en</strong> word<strong>en</strong> als één geval gerek<strong>en</strong>d<br />

<strong>en</strong> alle<strong>en</strong> als IF geteld. Ook komt het voor dat binn<strong>en</strong> 1 zaak 2 (maar in beginsel kunn<strong>en</strong> het er ook<br />

meer zijn) bevel<strong>en</strong> IF zijn uitgevaardigd, bijvoorbeeld 1 op de hoofdverdachte <strong>en</strong> 1 op e<strong>en</strong> verdachte uit<br />

de kring rondom de hoofdverdachte. Ook dan tell<strong>en</strong> we dit als 1 zaak waarin e<strong>en</strong> IF-traject is ingezet.<br />

Zoud<strong>en</strong> we de g<strong>en</strong>oemde cijfers met betrekking tot taps <strong>en</strong> die voor IF op soortgelijke wijze uitdrukk<strong>en</strong>,<br />

dan zal het verschil dus kleiner, maar nog steeds erg groot zijn.


138 <strong>Opspor<strong>en</strong></strong> <strong>onder</strong> <strong>dekmantel</strong><br />

we ook over gegev<strong>en</strong>s over de zak<strong>en</strong> waarin de inzet van e<strong>en</strong> undercovertraject<br />

alle<strong>en</strong> is overwog<strong>en</strong> <strong>en</strong> waarbij uiteindelijk is beslot<strong>en</strong> om van de<br />

inzet af te zi<strong>en</strong>. Uit de gegev<strong>en</strong>s van deze vier infiltratieteams blijkt dat<br />

in 2004 in minder dan de helft, te wet<strong>en</strong> 42%, van de Nederlandse opsporings<strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong><br />

waarin de inzet wordt overwog<strong>en</strong>, uiteindelijk wordt<br />

beslist dat die inzet er ook moet kom<strong>en</strong>. In de overige 58% van de zak<strong>en</strong><br />

mondt die overweging uit in de beslissing om ge<strong>en</strong> undercovertraject in<br />

te zett<strong>en</strong>. Wanneer we ervan uitgaan dat deze perc<strong>en</strong>tages ook geld<strong>en</strong><br />

voor het <strong>en</strong>e infiltratieteam waarvoor we de gegev<strong>en</strong>s niet hebb<strong>en</strong>, geldt<br />

in absolute aantall<strong>en</strong> uitgedrukt dat van de 89 zak<strong>en</strong> die in 2004 aan e<strong>en</strong><br />

infiltratieteam zijn voorgelegd de overweging om wel of niet e<strong>en</strong> undercovertraject<br />

in te zett<strong>en</strong> in 52 zak<strong>en</strong> uitmondt in e<strong>en</strong> ‘niet’ <strong>en</strong> in 37 zak<strong>en</strong><br />

in e<strong>en</strong> ‘wel’. 191<br />

De red<strong>en</strong><strong>en</strong> waarom wordt beslot<strong>en</strong> om toch ge<strong>en</strong> undercovertraject in<br />

te zett<strong>en</strong> zijn: het ontbrek<strong>en</strong> van voldo<strong>en</strong>de informatie (bijvoorbeeld over<br />

de verdachte <strong>en</strong> zijn omgeving) om tot e<strong>en</strong> adequaat plan van aanpak te<br />

kom<strong>en</strong>; de aanwezigheid van factor<strong>en</strong> die e<strong>en</strong> verantwoorde inzet belemmer<strong>en</strong>,<br />

bijvoorbeeld e<strong>en</strong> context die voor de inzet van e<strong>en</strong> undercovertraject<br />

te onveilig is of die het legg<strong>en</strong> van contact met de verdachte(n)<br />

bemoeilijkt (zoals e<strong>en</strong> geestelijke gesteldheid die de persoon erg onberek<strong>en</strong>baar<br />

maakt); of het vervall<strong>en</strong> van de behoefte aan de inzet van e<strong>en</strong><br />

undercovertraject doordat het betreff<strong>en</strong>de politie<strong>onder</strong>deel via andere<br />

middel<strong>en</strong> haar doel al heeft bereikt of kan bereik<strong>en</strong>, bijvoorbeeld door e<strong>en</strong><br />

telefoontap die onverwacht veel informatie oplevert of door e<strong>en</strong> bruikbare<br />

tip die via de CIE binn<strong>en</strong>komt.<br />

Toetsing binn<strong>en</strong> het OM<br />

De beslissing of t<strong>en</strong> opzichte van bepaalde verdacht<strong>en</strong> of bepaalde criminele<br />

f<strong>en</strong>om<strong>en</strong><strong>en</strong> e<strong>en</strong> opsporings<strong>onder</strong>zoek wordt gestart, is van verschill<strong>en</strong>de<br />

actor<strong>en</strong> afhankelijk. Zo is er e<strong>en</strong> zog<strong>en</strong>oemde ‘weegploeg’ waarin<br />

de politie tezam<strong>en</strong> met het OM beslist aan welke verdacht<strong>en</strong> of misdrijv<strong>en</strong><br />

prioriteit wordt gegev<strong>en</strong>. Al eerder is aan bod gekom<strong>en</strong> dat de inzet van<br />

undercovertraject<strong>en</strong> doorgaans door de zaaksOvJ wordt besprok<strong>en</strong> met<br />

e<strong>en</strong> rechercheOvJ <strong>en</strong> vervolg<strong>en</strong>s met de HOvJ. Wanneer het om de voorg<strong>en</strong>om<strong>en</strong><br />

inzet van (politiële of burger-)IF gaat, moet daarvoor tev<strong>en</strong>s<br />

toestemming word<strong>en</strong> verkreg<strong>en</strong> van het College van PG’s. Daartoe moet<br />

de betreff<strong>en</strong>de zaak word<strong>en</strong> voorgelegd aan de CTC, e<strong>en</strong> <strong>onder</strong>deel van<br />

het OM dat adviez<strong>en</strong> uitbr<strong>en</strong>gt aan het College van PG’s met betrekking<br />

191 Voor de 4 teams waarvoor we de gegev<strong>en</strong>s wel hebb<strong>en</strong> kom<strong>en</strong> de cijfers voor 2004 uit op: 79 zak<strong>en</strong><br />

waarin inzet is overwog<strong>en</strong>, waarvan 33 keer (41,8%) is beslot<strong>en</strong> om wel <strong>en</strong> 46 keer (58,2%) om niet e<strong>en</strong><br />

undercovertraject in te zett<strong>en</strong>. Voor het 5e team wet<strong>en</strong> we dat in 4 zak<strong>en</strong> is beslot<strong>en</strong> om wel tot inzet<br />

over te gaan. Wanneer de g<strong>en</strong>oemde perc<strong>en</strong>tages ook voor dit team geld<strong>en</strong>, dan zou het in 2004 voor het<br />

betreff<strong>en</strong>de team om 10 zak<strong>en</strong> gaan waarin de inzet is overwog<strong>en</strong>, waarvan dan dus 6 keer is beslot<strong>en</strong><br />

om ge<strong>en</strong> undercovertraject in te zett<strong>en</strong>. Voor de 5 teams in totaal kom<strong>en</strong> de aantall<strong>en</strong> dan uit op: 89 keer<br />

inzet overwog<strong>en</strong>; 52 keer beslot<strong>en</strong> tot niet-inzet; 37 keer beslot<strong>en</strong> tot inzet. Voor rechtshulpverzoek<strong>en</strong><br />

ligg<strong>en</strong> deze cijfers respectievelijk op: 18; 6; 12.


Inzet van undercovertraject<strong>en</strong> in de opsporingspraktijk: e<strong>en</strong> eerste beeld 139<br />

tot de inzet van <strong>en</strong>kele bijz<strong>onder</strong>e opsporingsbevoegdhed<strong>en</strong> of method<strong>en</strong>,<br />

zoals het opnem<strong>en</strong> van vertrouwelijke communicatie (direct afluister<strong>en</strong>),<br />

afzi<strong>en</strong> van inbeslagname (doorlat<strong>en</strong>), toezegging<strong>en</strong> aan e<strong>en</strong> getuige <strong>en</strong> IF,<br />

al dan niet uitgevoerd door e<strong>en</strong> burger. Wanneer e<strong>en</strong> OvJ deze bevoegdhed<strong>en</strong><br />

of method<strong>en</strong> wil gebruik<strong>en</strong>, moet hij dit (via de HOvJ) voorlegg<strong>en</strong> aan<br />

de CTC. De CTC bekijkt de zaak <strong>en</strong> adviseert vervolg<strong>en</strong>s het College van<br />

PG’s om in het betreff<strong>en</strong>de geval wel of ge<strong>en</strong> toestemming te gev<strong>en</strong>. 192 De<br />

uiteindelijke beslissing of de inzet van de bevoegdheid of methode is toegestaan,<br />

ligt steeds bij het College.<br />

Naast het uitbr<strong>en</strong>g<strong>en</strong> van adviez<strong>en</strong> aan het College in zak<strong>en</strong> waarin<br />

toestemming is gevraagd om e<strong>en</strong> bepaalde bijz<strong>onder</strong>e opsporingsbevoegdheid<br />

of -methode in te zett<strong>en</strong>, heeft de CTC ook e<strong>en</strong> taak in het<br />

meed<strong>en</strong>k<strong>en</strong> met OvJ’<strong>en</strong> <strong>en</strong> het collegiaal toets<strong>en</strong> van zak<strong>en</strong>. Bij e<strong>en</strong><br />

collegiale toetsing legt e<strong>en</strong> OvJ, z<strong>onder</strong> dat er sprake is van e<strong>en</strong> formele<br />

aanvraag van toestemming, e<strong>en</strong> concrete casus voor aan de CTC met<br />

bijvoorbeeld de vraag of de handeling<strong>en</strong> die de OvJ e<strong>en</strong> infiltratieteam wil<br />

lat<strong>en</strong> uitvoer<strong>en</strong> <strong>onder</strong> de noemer van IF zoud<strong>en</strong> vall<strong>en</strong>. Collegiale toetsing<strong>en</strong><br />

hebb<strong>en</strong> volg<strong>en</strong>s respond<strong>en</strong>t<strong>en</strong> met <strong>en</strong>ige regelmaat te mak<strong>en</strong> met de<br />

scheidslijn<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> de verschill<strong>en</strong>de undercoverbevoegdhed<strong>en</strong>; wanneer<br />

is er bijvoorbeeld ‘nog’ sprake van SI in combinatie met PK/PDV <strong>en</strong><br />

wanneer wordt e<strong>en</strong> undercovertraject IF? De uitkomst van e<strong>en</strong> collegiale<br />

toetsing kan zijn dat in het betreff<strong>en</strong>de geval het vrag<strong>en</strong> om toestemming<br />

voor IF op zijn plaats zou zijn, waarna de HOvJ e<strong>en</strong> formele aanvraag moet<br />

indi<strong>en</strong><strong>en</strong>.<br />

Het proces bij e<strong>en</strong> formele toetsing door de CTC/het College van PG’s<br />

verloopt als volgt. Wanneer e<strong>en</strong> OvJ e<strong>en</strong> bevel tot IF wil afgev<strong>en</strong>, moet<br />

de HOvJ van het parket daartoe e<strong>en</strong> aanvraag indi<strong>en</strong><strong>en</strong> bij de CTC. In<br />

die aanvraag moet <strong>onder</strong> andere het betreff<strong>en</strong>de opsporings<strong>onder</strong>zoek<br />

word<strong>en</strong> omschrev<strong>en</strong> <strong>en</strong> moet word<strong>en</strong> aangegev<strong>en</strong> waarom inzet van het<br />

middel IF aan de vereist<strong>en</strong> van subsidiariteit <strong>en</strong> proportionaliteit voldoet<br />

<strong>en</strong> waarom het e<strong>en</strong> reële kans op succes biedt. De toetsing van de casus<br />

vindt plaats in e<strong>en</strong> van de ‘kamers’ van de CTC. E<strong>en</strong> kamer bestaat uit<br />

e<strong>en</strong> HOvJ, e<strong>en</strong> advocaat-g<strong>en</strong>eraal, e<strong>en</strong> commissaris van de politie <strong>en</strong> e<strong>en</strong><br />

aantal ervar<strong>en</strong> rechercheOvJ’<strong>en</strong>. De voorzitter van de kamer stelt vervolg<strong>en</strong>s<br />

e<strong>en</strong> advies op. Wanneer dit advies inhoudt dat de inzet van IF in de<br />

betreff<strong>en</strong>de zaak volg<strong>en</strong>s de CTC geoorloofd is, wordt het voorgelegd aan<br />

het College van PG’s’s, dat de uiteindelijke beslissing neemt. Als de CTC<br />

tot e<strong>en</strong> negatief advies komt, wordt het doorgaans niet voorgelegd aan het<br />

College, t<strong>en</strong>zij de aanvrager erop staat dat het wel gebeurt. Wordt de IF<br />

goedgekeurd <strong>en</strong> uitgevoerd, dan vindt iedere drie maand<strong>en</strong> e<strong>en</strong> vervolgtoetsing<br />

plaats. Wanneer het infiltratieteam op het punt staat e<strong>en</strong> PK of<br />

192 Doorgaans word<strong>en</strong> door de CTC alle<strong>en</strong> die zak<strong>en</strong> aan het College voorgelegd waarin de CTC adviseert<br />

om de gevraagde toestemming te verl<strong>en</strong><strong>en</strong>.


140 <strong>Opspor<strong>en</strong></strong> <strong>onder</strong> <strong>dekmantel</strong><br />

e<strong>en</strong> PDV uit te voer<strong>en</strong>, moet dat tuss<strong>en</strong>tijds aan de CTC <strong>en</strong> het College<br />

word<strong>en</strong> voorgelegd.<br />

Bij de toetsing<strong>en</strong> staan de volg<strong>en</strong>de punt<strong>en</strong> c<strong>en</strong>traal: proportionaliteit;<br />

subsidiariteit; doeltreff<strong>en</strong>dheid (is er gerede kans op succes); doelmatigheid<br />

(gaat het niet te lang dur<strong>en</strong>); <strong>en</strong> mogelijke afbreukrisico’s, waarbij het<br />

<strong>onder</strong> meer gaat om de vraag of de inzet van IF niet e<strong>en</strong> te groot gevaar<br />

voor undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong> met zich meebr<strong>en</strong>gt <strong>en</strong> of de inzet van het middel<br />

behalve juridisch ook politiek-maatschappelijk wel aanvaardbaar is. Bij<br />

vervolgtoetsing<strong>en</strong> gaat het in feite om dezelfde punt<strong>en</strong>, echter dan toegespitst<br />

op de vraag of e<strong>en</strong> verdere voortzetting nog steeds aan de g<strong>en</strong>oemde<br />

criteria voldoet; gaat het IF-traject bijvoorbeeld niet te lang dur<strong>en</strong> z<strong>onder</strong><br />

dat er concreet uitzicht is op e<strong>en</strong> positief resultaat <strong>en</strong>/of is e<strong>en</strong> tweede<br />

(of e<strong>en</strong> derde) PK wel nodig.<br />

In de periode 2000-2005 is voor 23 Nederlandse opsporings<strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong> bij<br />

de CTC e<strong>en</strong> aanvraag ingedi<strong>en</strong>d voor toestemming voor het uitvaardig<strong>en</strong><br />

van e<strong>en</strong> bevel IF. 193 2 van deze zak<strong>en</strong> (B40 <strong>en</strong> B41) zijn door de HOvJ in e<strong>en</strong><br />

collegiale toetsing in eerste instantie voorgelegd als e<strong>en</strong> combinatie van SI<br />

<strong>en</strong> PK/PDV, maar omdat doelstelling van het undercovertraject (uiteindelijk)<br />

IF is, is op advies van de CTC e<strong>en</strong> aanvraag voor IF ingedi<strong>en</strong>d. Van de<br />

23 aanvrag<strong>en</strong> van toestemming voor IF stuurt de CTC 14 keer de aanvraag<br />

z<strong>onder</strong> wijziging <strong>en</strong> met e<strong>en</strong> positief advies door naar het College van<br />

PG’s, 2 keer wordt e<strong>en</strong> aanvraag met positief advies doorgestuurd nadat op<br />

verzoek van de CTC de OvJ het plan van aanpak heeft gewijzigd <strong>en</strong> 7 keer<br />

spreekt de CTC e<strong>en</strong> negatief oordeel uit. Voor alle 16 IF-traject<strong>en</strong> die door de<br />

CTC (na aanpassing van het plan van aanpak) aan het College van PG’s met<br />

e<strong>en</strong> positief advies zijn voorgelegd, geldt dat het College dat advies heeft<br />

overg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> <strong>en</strong> dat het traject dus is goedgekeurd. 194<br />

In 7 zak<strong>en</strong> is de CTC dus van oordeel dat van IF ge<strong>en</strong> sprake kan zijn.<br />

Daarvan stelt de CTC in 3 gevall<strong>en</strong> (A1, B53 <strong>en</strong> B54) dat in het betreff<strong>en</strong>de<br />

geval e<strong>en</strong> bevel PK/PDV <strong>en</strong>/of e<strong>en</strong> bevel SI zou volstaan om het in de<br />

aanvraag omschrev<strong>en</strong> undercovertraject uit te voer<strong>en</strong>, hetge<strong>en</strong> in 2 van<br />

deze 3 zak<strong>en</strong> ook gebeurt, voor de 3 e zaak is dit onbek<strong>en</strong>d. Bij de 4 e afwijzing<br />

(B50) gaat het om de voorg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> inzet van IF in e<strong>en</strong> zed<strong>en</strong>zaak<br />

waarin misbruik van minderjarig<strong>en</strong> aan de orde zou zijn. E<strong>en</strong> undercoverag<strong>en</strong>t<br />

zou contact moet<strong>en</strong> legg<strong>en</strong> met de verdachte(n) opdat deze<br />

hem de seksuele di<strong>en</strong>st<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> minderjarige aanbiedt. De CTC stelt dat<br />

dit ethisch <strong>en</strong>/of politiek-maatschappelijk onaanvaardbaar is vanwege<br />

het risico dat, hoewel daadwerkelijk seksueel contact tuss<strong>en</strong> het slachtoffer<br />

<strong>en</strong> de undercoverag<strong>en</strong>t nooit zou plaatsvind<strong>en</strong>, de minderjarige door<br />

de verdachte(n) ‘voorbereid’ zou word<strong>en</strong> op e<strong>en</strong> dergelijk contact. Daar-<br />

193 In de periode 2000-2005 is feitelijk voor in totaal 24 Nederlandse opsporings<strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong> toestemming<br />

gevraagd voor de inzet van IF. Van deze Nederlandse opsporings<strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> we er echter 1<br />

niet in ons <strong>onder</strong>zoek meeg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> (zie paragraaf 1.3.1).<br />

194 Van de 7 rechtshulpverzoek<strong>en</strong> waarin, in de periode 2000-2005, toestemming wordt gevraagd voor e<strong>en</strong><br />

IF-traject, wordt dit 6 keer goedgekeurd <strong>en</strong> 1 keer afgekeurd.


Inzet van undercovertraject<strong>en</strong> in de opsporingspraktijk: e<strong>en</strong> eerste beeld 141<br />

naast zou het risico bestaan dat de verdachte(n) (op dat mom<strong>en</strong>t) ge<strong>en</strong><br />

minderjarige ‘ter beschikking’ hebb<strong>en</strong> <strong>en</strong> zij daarom e<strong>en</strong> nieuw slachtoffer<br />

zoud<strong>en</strong> prober<strong>en</strong> te vind<strong>en</strong>, waardoor politie <strong>en</strong> justitie medeverantwoordelijk<br />

zoud<strong>en</strong> zijn voor het creër<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> zeer ernstig misdrijf. Ook<br />

de uitwisseling van pornografisch materiaal tuss<strong>en</strong> de undercoverag<strong>en</strong>t<br />

<strong>en</strong> de verdachte(n) wordt, vanwege de ethisch <strong>en</strong>/of politiek-maatschappelijke<br />

onaanvaardbaarheid, afgewez<strong>en</strong>. In e<strong>en</strong> 5 e zaak (B56) stelt de CTC<br />

dat van mogelijke IF pas sprake kan zijn nadat e<strong>en</strong> in het plan van aanpak<br />

aangekondigde belangrijke gebeurt<strong>en</strong>is zich daadwerkelijk heeft voltrokk<strong>en</strong><br />

<strong>en</strong> het duidelijk is welke consequ<strong>en</strong>ties dat heeft voor het opsporings<strong>onder</strong>zoek.<br />

IF in de 6 e zaak (B57) is volg<strong>en</strong>s de CTC niet toegestaan omdat<br />

er ge<strong>en</strong> redelijk vermoed<strong>en</strong> is dat in georganiseerd verband ernstige<br />

misdrijv<strong>en</strong> word<strong>en</strong> gepleegd of beraamd. In deze zaak is voordat de<br />

aanvraag voor IF wordt ingedi<strong>en</strong>d overig<strong>en</strong>s wel al SI uitgevoerd. In de 7 e<br />

zaak (B58) acht de CTC de inzet van IF in strijd met het proportionaliteits-<br />

<strong>en</strong> subsidiariteitsbeginsel omdat is nagelat<strong>en</strong> om voordat het verzoek om<br />

toestemming voor IF is ingedi<strong>en</strong>d de nog niet zeer concrete verd<strong>en</strong>king<strong>en</strong><br />

met andere opsporingsmiddel<strong>en</strong> nader uit te werk<strong>en</strong>. Na deze afwijzing<br />

word<strong>en</strong> in deze zaak nog wel SI <strong>en</strong> verschill<strong>en</strong>de PK’<strong>en</strong> uitgevoerd.<br />

Wanneer e<strong>en</strong> IF-traject wordt uitgevoerd, moet de zaak in periodieke<br />

vervolgtoetsing<strong>en</strong> aan het College van PG’s word<strong>en</strong> voorgelegd. In totaal<br />

heeft in 3 van de 14 zak<strong>en</strong> waarin e<strong>en</strong> aangevraagd IF-traject is goedgekeurd<br />

<strong>en</strong> uitgevoerd, zo’n vervolgtoetsing door het College e<strong>en</strong> negatieve<br />

uitkomst, wat betek<strong>en</strong>t dat het College ge<strong>en</strong> toestemming geeft voor<br />

voortzetting van het traject. In 1 zaak (B48) is het College van oordeel<br />

dat er ge<strong>en</strong> zicht is op e<strong>en</strong> binn<strong>en</strong> redelijke termijn te behal<strong>en</strong> positief<br />

resultaat van e<strong>en</strong> dan al langlop<strong>en</strong>d undercovertraject. In e<strong>en</strong> 2 e zaak<br />

(B51) stelt het College dat er te weinig concrete verd<strong>en</strong>king<strong>en</strong> zijn om e<strong>en</strong><br />

voortzetting van de IF te rechtvaardig<strong>en</strong>. Ook hier is het dus zo dat het<br />

College van PG’s me<strong>en</strong>t dat er te weinig vordering<strong>en</strong> zijn gemaakt. In deze<br />

zaak merkt het College nog op dat er wel red<strong>en</strong> is om het opsporings<strong>onder</strong>zoek<br />

zelf te continuer<strong>en</strong>, maar dan dus z<strong>onder</strong> IF, <strong>en</strong> dat er tot nu toe<br />

in het undercovertraject in feite ge<strong>en</strong> sprake is geweest van IF maar van<br />

SI. In de 3 e zaak (B46) zull<strong>en</strong> in het IF-traject zoals dat aan het College is<br />

voorgelegd ge<strong>en</strong> concrete activiteit<strong>en</strong> meer word<strong>en</strong> <strong>onder</strong>nom<strong>en</strong> maar<br />

vraagt de zaaksOvJ toestemming voor verl<strong>en</strong>ging van het bevel tot IF om,<br />

in afwachting van de opbr<strong>en</strong>gst<strong>en</strong> van andere opsporingsinstrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong>,<br />

de opgebouwde cover in stand te kunn<strong>en</strong> houd<strong>en</strong>. De uitkomst van de<br />

toetsing van deze aanvraag is dat verl<strong>en</strong>ging niet wordt toegestaan omdat<br />

voor instandhouding van de cover ge<strong>en</strong> IF nodig is. Verder wordt ook hier<br />

door het College ‘met terugwerk<strong>en</strong>de kracht’ gesteld dat er tot dan ge<strong>en</strong><br />

sprake is geweest van IF maar van e<strong>en</strong> lichtere undercoverbevoegdheid, te<br />

wet<strong>en</strong> PK.


142 <strong>Opspor<strong>en</strong></strong> <strong>onder</strong> <strong>dekmantel</strong><br />

Afsluit<strong>en</strong>d stell<strong>en</strong> we vast dat uit de toetsing<strong>en</strong> door de CTC/het College<br />

van PG’s blijkt dat, zeker voordat e<strong>en</strong> undercovertraject van start gaat,<br />

het niet altijd e<strong>en</strong>duidig is vast te stell<strong>en</strong> of e<strong>en</strong> traject <strong>onder</strong> de kwalificatie<br />

‘IF’ valt of niet. Wanneer e<strong>en</strong> OvJ onzeker is of in e<strong>en</strong> concreet geval<br />

bijvoorbeeld de bevel<strong>en</strong> SI <strong>en</strong> PK/PDV volstaan of dat juist e<strong>en</strong> bevel IF<br />

nodig is, kan het aanvrag<strong>en</strong> van toestemming voor de ‘zwaarste’ undercoverbevoegdheid,<br />

IF dus, als gepercipieerd voordeel hebb<strong>en</strong> dat het<br />

undercovertraject daarmee ‘sowieso is gedekt’. 195 Kort na invoering van<br />

de Wet BOB lijk<strong>en</strong> OvJ’<strong>en</strong> wanneer zij twijfel<strong>en</strong> over welke undercoverbevoegdheid<br />

van toepassing is, inderdaad te hebb<strong>en</strong> gekoz<strong>en</strong> voor het<br />

uitvaardig<strong>en</strong> van de meest vergaande bevoegdheid, zo blijkt uit het eerste<br />

deel van de evaluatie van deze wet (Bokhorst et al., 2002: 133). E<strong>en</strong> dergelijke<br />

handelwijze van het ‘zekere voor het onzekere’ nem<strong>en</strong> <strong>en</strong> dus het<br />

afgev<strong>en</strong> van het zwaarste bevel, k<strong>en</strong>t als theoretisch-juridisch probleem<br />

dat het in bepaalde gevall<strong>en</strong> in strijd kan zijn met het subsidiariteitsbeginsel,<br />

dat immers voorschrijft dat e<strong>en</strong> ingrijp<strong>en</strong>d middel pas ingezet mag<br />

word<strong>en</strong> als minder ingrijp<strong>en</strong>de niet volstaan. Enkele jar<strong>en</strong> na invoering<br />

van de Wet BOB lijk<strong>en</strong> betrokk<strong>en</strong><strong>en</strong> echter al anders om te gaan met<br />

door h<strong>en</strong> gepercipieerde gr<strong>en</strong>sgevall<strong>en</strong>. Het tweede deel van de evaluatie<br />

van de Wet BOB schetst namelijk het beeld dat OvJ’<strong>en</strong> in voorkom<strong>en</strong>de<br />

gevall<strong>en</strong> juist eerder g<strong>en</strong>eigd zijn om voor de twee ‘lichtere’ undercoverbevoegdhed<strong>en</strong><br />

te kiez<strong>en</strong>, waarmee ze door het ontbrek<strong>en</strong> van de toestemmingsprocedure<br />

zoals die voor IF geldt voor h<strong>en</strong>zelf in feite wat meer<br />

ruimte creër<strong>en</strong> voor het toepass<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> undercovertraject (Beijer et<br />

al., 2004: 109). Ook uit de interviews die voor <strong>onder</strong>havig <strong>onder</strong>zoek zijn<br />

gehoud<strong>en</strong> blijkt dat de toetsing door de CTC <strong>en</strong> het College van PG’s, zowel<br />

de eerste als de vervolgtoetsing<strong>en</strong>, soms wordt ervar<strong>en</strong> als e<strong>en</strong> drempel<br />

die bij voorkeur wordt vermed<strong>en</strong>.<br />

4.3.2 Waarom <strong>en</strong> wanneer wordt e<strong>en</strong> undercovertraject ingezet?<br />

Delicttyp<strong>en</strong><br />

In tabell<strong>en</strong> 5 <strong>en</strong> 6 is het delicttype weergegev<strong>en</strong> dat c<strong>en</strong>traal staat in de<br />

Nederlandse opsporings<strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong> waarin, respectievelijk, is beslot<strong>en</strong><br />

om SI <strong>en</strong>/of PK/PDV in te zett<strong>en</strong> of waarin bij de CTC toestemming is<br />

gevraagd voor e<strong>en</strong> bevel tot IF. Omdat we iets will<strong>en</strong> zegg<strong>en</strong> over de zak<strong>en</strong><br />

waarin wordt beslot<strong>en</strong> om e<strong>en</strong> undercovertraject in te zett<strong>en</strong>, nem<strong>en</strong> we in<br />

deze tabell<strong>en</strong>, <strong>en</strong> in de tabell<strong>en</strong> in de rest van deze subparagraaf, ook de<br />

zak<strong>en</strong> mee waarin het traject uiteindelijk niet is uitgevoerd.<br />

Bij de zak<strong>en</strong> waarin is beslot<strong>en</strong> om SI <strong>en</strong>/of PK/PDV in te zett<strong>en</strong>, <strong>en</strong> die in<br />

2004 bij het infiltratieteam zijn aangemeld, zijn de categorieën ‘vermog<strong>en</strong>’,<br />

195 Hoewel de goedkeuring door het College van PG’s zeker niet betek<strong>en</strong>t dat ook in e<strong>en</strong> ev<strong>en</strong>tuele<br />

rechtszaak het IF-traject als opsporingsinstrum<strong>en</strong>t <strong>en</strong> bron van bewijs geaccepteerd zal word<strong>en</strong>, net zo<br />

min als dat het ontbrek<strong>en</strong> van die goedkeuring automatisch leidt tot e<strong>en</strong> sanctie van de rechter.


Inzet van undercovertraject<strong>en</strong> in de opsporingspraktijk: e<strong>en</strong> eerste beeld 143<br />

‘drugs’ <strong>en</strong> ‘combinatie/overig’ de belangrijkste delicttyp<strong>en</strong> (tabel 5). Zoals<br />

in de tabelnot<strong>en</strong> is toegelicht, bestaat de categorie ‘vermog<strong>en</strong>’ uit diefstal,<br />

heling, oplichting, ontduiking van accijnz<strong>en</strong> <strong>en</strong> valsemunterij. Het gaat<br />

daarbij bijvoorbeeld om zak<strong>en</strong> waarin gestol<strong>en</strong> goeder<strong>en</strong> te koop word<strong>en</strong><br />

aangebod<strong>en</strong> op internet of waarin e<strong>en</strong> persoon wordt verdacht van heling.<br />

Bij de categorie ‘combinatie/overig’ gaat het in 3 gevall<strong>en</strong> om e<strong>en</strong> combinatie<br />

van e<strong>en</strong> drugs- <strong>en</strong> e<strong>en</strong> overig delict. Wanneer we niet alle<strong>en</strong> naar<br />

<strong>en</strong>kele maar ook naar gecombineerde delict<strong>en</strong> kijk<strong>en</strong>, is drugs dan ook de<br />

belangrijkste categorie. 196,197<br />

Tabel 5 Nederlandse opsporings<strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong> waarin beslot<strong>en</strong> is SI<br />

<strong>en</strong>/of PK/PDV* in te zett<strong>en</strong>, naar delict, 2004**<br />

Delict<br />

Opsporings<strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong> waarin beslot<strong>en</strong><br />

is SI <strong>en</strong>/of PK/PDV* in te zett<strong>en</strong><br />

Drugs 8<br />

Vuurwap<strong>en</strong>s/explosiev<strong>en</strong> 3<br />

Terreur/gewelddadig activisme 3<br />

Geweld*** 6<br />

Vermog<strong>en</strong>**** 9<br />

Combinatie/overig***** 8<br />

Totaal 37<br />

* Stelselmatig inwinn<strong>en</strong> van informatie <strong>en</strong>/of pseudo-koop/-di<strong>en</strong>stverl<strong>en</strong>ing.<br />

** Jaar van aanmelding bij het infiltratieteam.<br />

*** Geweld: geweldsdelict<strong>en</strong>, brandstichting, bedreiging of overval.<br />

**** Vermog<strong>en</strong>: diefstal, heling, oplichting, ontduiking accijnz<strong>en</strong> of valsemunterij.<br />

***** Combinatie/overig: combinatie van drugs, vuurwap<strong>en</strong>s/explosiev<strong>en</strong>, m<strong>en</strong>s<strong>en</strong>handel, corruptie,<br />

zed<strong>en</strong> <strong>en</strong>/of vuurwerk.<br />

Bron: Op<strong>en</strong>baar Ministerie <strong>en</strong> politie/bewerking <strong>WODC</strong><br />

In tabel 2 zag<strong>en</strong> we eerder dat van de verschill<strong>en</strong>de undercoverbevoegdhed<strong>en</strong><br />

SI het meest wordt ingezet. Kijk<strong>en</strong> we naar de soort zak<strong>en</strong> waarin<br />

SI wordt toegepast, dan blijkt dat deze undercoverbevoegdheid <strong>en</strong>erzijds<br />

wordt gebruikt als zelfstandige bevoegdheid bij verd<strong>en</strong>king<strong>en</strong> van vooral<br />

ernstige gewelds-, terreur- of m<strong>en</strong>s<strong>en</strong>handel/zed<strong>en</strong>delict<strong>en</strong>. 198 Anderzijds<br />

wordt SI toegepast als voortraject van e<strong>en</strong> PK/PDV of van IF. 199 Enkele<br />

196 In 1 van de 8 drugszak<strong>en</strong> is overig<strong>en</strong>s ook het witwass<strong>en</strong> van criminele geld<strong>en</strong> als delict g<strong>en</strong>oemd door<br />

de OvJ of politieambt<strong>en</strong>aar. Omdat ‘witwass<strong>en</strong>’ als zelfstandig, <strong>en</strong>kel delict niet voorkomt, ook niet bij de<br />

zak<strong>en</strong> waarin IF is ingezet (zie uitleg bij tabel 6), <strong>en</strong> het bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> mogelijk is dat dit bij meer zak<strong>en</strong> e<strong>en</strong><br />

‘secundair’ delict is maar niet is g<strong>en</strong>oemd door de respond<strong>en</strong>t, hebb<strong>en</strong> we deze zaak ingedeeld bij de<br />

drugszak<strong>en</strong>.<br />

197 In de 12 zak<strong>en</strong> waarin in het kader van e<strong>en</strong> rechtshulpverzoek is beslot<strong>en</strong> om e<strong>en</strong> undercovertraject in<br />

te zett<strong>en</strong> (zie tabel 1) <strong>en</strong> waarin in 2004 met het infiltratieteam contact is opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>, staat 7 keer e<strong>en</strong><br />

drugsdelict c<strong>en</strong>traal, 3 keer gaat het om e<strong>en</strong> vermog<strong>en</strong>sdelict <strong>en</strong> 2 keer om e<strong>en</strong> combinatie van delict<strong>en</strong><br />

(beide gevall<strong>en</strong> e<strong>en</strong> combinatie van drugs <strong>en</strong> e<strong>en</strong> ander delict).<br />

198 In e<strong>en</strong> kleiner aantal gevall<strong>en</strong> wordt SI als zelfstandige bevoegdheid toegepast bij verd<strong>en</strong>king van<br />

drugshandel, valsemunterij, heling of corruptie.<br />

199 Van de 23 bestudeerde zak<strong>en</strong> waarin in de periode 2000-2005 toestemming voor IF is aangevraagd, is in<br />

11 gevall<strong>en</strong> vóór die aanvraag SI ingezet.


144 <strong>Opspor<strong>en</strong></strong> <strong>onder</strong> <strong>dekmantel</strong><br />

geïnterviewde respond<strong>en</strong>t<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> opgemerkt dat het gebruik van SI bij<br />

lev<strong>en</strong>sdelict<strong>en</strong> is toeg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. Ook in het tweede deel van de evaluatie<br />

van de Wet BOB, dat versche<strong>en</strong> in 2004, kwam naar vor<strong>en</strong> dat SI vooral<br />

wordt ingezet bij de g<strong>en</strong>oemde delict<strong>en</strong> (althans bij lev<strong>en</strong>sdelict<strong>en</strong>) <strong>en</strong> als<br />

voortraject bij PK/PDV <strong>en</strong> IF (Beijer et al., 2004: 102-103). Wanneer SI wordt<br />

ingezet als voortraject van e<strong>en</strong> PK/PDV of van IF, betreft het vaak e<strong>en</strong><br />

<strong>onder</strong>zoek naar drugs- of wap<strong>en</strong>handel.<br />

PK’<strong>en</strong> word<strong>en</strong> vooral gebruikt om gestol<strong>en</strong> of illegale goeder<strong>en</strong> op te<br />

spor<strong>en</strong>. Van de 10 opsporings<strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong> waarin e<strong>en</strong> PK is uitgevoerd<br />

gaat het daarbij 7 keer om e<strong>en</strong> zaak waarin de politie op de hoogte is gekom<strong>en</strong><br />

van het feit dat e<strong>en</strong> persoon via internet gestol<strong>en</strong> of verbod<strong>en</strong> waar<br />

aanbiedt. Het internet biedt, <strong>onder</strong> andere vanwege de anonimiteit, de<br />

lage kost<strong>en</strong> <strong>en</strong> het gemak waarmee grote groep<strong>en</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong><br />

bereikt, goede omstandighed<strong>en</strong> voor het kop<strong>en</strong> of verkop<strong>en</strong> van illegale <strong>en</strong><br />

gestol<strong>en</strong> goeder<strong>en</strong>, wat online dan ook veelvuldig zou voorkom<strong>en</strong> (Nieuw<strong>en</strong>huis,<br />

2007: 71).<br />

Van de 23 200 Nederlandse zak<strong>en</strong> die in de periode 2000-2005 aan de CTC<br />

zijn voorgelegd ter toetsing van het IF-traject, gaat het 13 keer om e<strong>en</strong><br />

opsporings<strong>onder</strong>zoek naar verdacht<strong>en</strong> van drugsdelict<strong>en</strong> (tabel 6). Van<br />

de 7 zak<strong>en</strong> waarin e<strong>en</strong> combinatie van delict<strong>en</strong> c<strong>en</strong>traal staat, betreft<br />

het bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> in 4 gevall<strong>en</strong> e<strong>en</strong> combinatie van drugs- <strong>en</strong> (e<strong>en</strong>) ander(e)<br />

delict(<strong>en</strong>). In teg<strong>en</strong>stelling tot de opsporings<strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong> waarin is beslot<strong>en</strong><br />

om SI <strong>en</strong>/of PK in te zett<strong>en</strong> (tabel 5), zi<strong>en</strong> we hier ge<strong>en</strong> <strong>en</strong>kele zaak die<br />

om vermog<strong>en</strong>sdelict<strong>en</strong> draait. Dit is goed te begrijp<strong>en</strong> vanuit de zwaardere<br />

subsidiariteits- <strong>en</strong> proportionaliteitseis die voor IF geldt. ‘Criminele<br />

organisatie’ (deelnem<strong>en</strong> of leidinggev<strong>en</strong> aan) <strong>en</strong> ‘witwass<strong>en</strong>’ zijn in de<br />

bestudeerde dossiers van de 23 zak<strong>en</strong> respectievelijk 7 <strong>en</strong> 4 keer g<strong>en</strong>oemd<br />

als delict, echter nooit als zelfstandig, <strong>en</strong>kel delict maar steeds in combinatie<br />

met e<strong>en</strong> ander misdrijf, red<strong>en</strong> waarom we de zak<strong>en</strong> net als in tabel<br />

5 bij het ‘gronddelict’ (vooral drugs) hebb<strong>en</strong> ingedeeld. Dat ‘criminele<br />

organisatie’ vrij vaak wordt g<strong>en</strong>oemd als (‘secundair’) delict hangt logischerwijs<br />

sam<strong>en</strong> met de juridische omschrijving van deze undercoverbevoegdheid;<br />

bij IF moet het immers gaan om e<strong>en</strong> groep van person<strong>en</strong> of<br />

e<strong>en</strong> organisatie waarin misdrijv<strong>en</strong> word<strong>en</strong> gepleegd of beraamd. 201<br />

200 In de periode 2000-2005 is feitelijk voor in totaal 24 Nederlandse opsporings<strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong> toestemming<br />

gevraagd voor de inzet van IF. Van deze Nederlandse opsporings<strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> we er echter 1<br />

niet in ons <strong>onder</strong>zoek meeg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> (zie paragraaf 1.3.1).<br />

201 In de periode 2000-2005 is in 7 rechtshulpverzoek<strong>en</strong> toestemming gevraagd voor de <strong>uitvoering</strong> van<br />

e<strong>en</strong> IF-traject (tabel 3). In 4 van die zak<strong>en</strong> gaat het om drugsdelict<strong>en</strong>, 2 keer betreft het e<strong>en</strong> combinatie<br />

(beide ker<strong>en</strong> met drugs) <strong>en</strong> in 1 zaak gaat het om witwass<strong>en</strong> van criminele geld<strong>en</strong> (als zelfstandig delict).<br />

In 1 van de 7 zak<strong>en</strong> is naast het gronddelict ook nog het deelnem<strong>en</strong>/leidinggev<strong>en</strong> aan e<strong>en</strong> criminele<br />

organisatie als delict opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>.


Inzet van undercovertraject<strong>en</strong> in de opsporingspraktijk: e<strong>en</strong> eerste beeld 145<br />

Tabel 6 Nederlandse opsporings<strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong> waarin toestemming<br />

is gevraagd voor IF*, naar delict, 2000-2005**<br />

Delict<br />

Opsporings<strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong> waarin<br />

toestemming is gevraagd voor IF*<br />

Drugs 13<br />

Vuurwap<strong>en</strong>s/explosiev<strong>en</strong> 1<br />

Terreur/gewelddadig activisme 1<br />

Geweld 1<br />

Combinatie/overig*** 7<br />

Totaal 23****<br />

* Infiltratie.<br />

** Jaar van aanmelding bij de CTC.<br />

*** (Combinatie van) drugs, vuurwap<strong>en</strong>s/explosiev<strong>en</strong>, m<strong>en</strong>s<strong>en</strong>handel <strong>en</strong>/of zed<strong>en</strong>.<br />

**** In de periode 2000-2005 is feitelijk voor in totaal 24 Nederlandse opsporings<strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong><br />

toestemming gevraagd voor de inzet van IF. Van deze Nederlandse opsporings<strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong><br />

hebb<strong>en</strong> we er echter 1 niet in ons <strong>onder</strong>zoek meeg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> (zie paragraaf 1.3.1).<br />

Bron: Op<strong>en</strong>baar Ministerie <strong>en</strong> politie/bewerking <strong>WODC</strong><br />

Red<strong>en</strong><br />

Met welke red<strong>en</strong> besluit<strong>en</strong> opsporingsteams om e<strong>en</strong> undercovertraject in<br />

te zett<strong>en</strong>? Is het altijd zo dat e<strong>en</strong> undercovertraject als ultimum remedium<br />

wordt ingezet, dus omdat andere opsporingsmethod<strong>en</strong> fal<strong>en</strong>, of komt<br />

het ook voor dat er e<strong>en</strong> meer ‘positieve’ red<strong>en</strong> t<strong>en</strong> grondslag ligt aan het<br />

besluit om e<strong>en</strong> undercoveroperatie uit te voer<strong>en</strong>, dat wil zegg<strong>en</strong> omdat<br />

zich e<strong>en</strong> goede kans voordoet?<br />

Tabel 7 toont de red<strong>en</strong><strong>en</strong> die geld<strong>en</strong> voor de zak<strong>en</strong> die in 2004 bij het infiltratieteam<br />

zijn aangemeld <strong>en</strong> waarbij beslot<strong>en</strong> is om SI <strong>en</strong>/of PK/PDV in te<br />

zett<strong>en</strong>. Deze red<strong>en</strong><strong>en</strong> zijn achterhaald in telefonische gesprekk<strong>en</strong> met de<br />

betreff<strong>en</strong>de zaaksOvJ-<strong>en</strong>/of politiefunctionariss<strong>en</strong>.<br />

In 19 van de 37 zak<strong>en</strong> is de geblek<strong>en</strong> (11 keer) of de verwachte ontoereik<strong>en</strong>dheid<br />

(8 keer) van andere opsporingsinstrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> de doorslaggev<strong>en</strong>de red<strong>en</strong><br />

om te besliss<strong>en</strong> e<strong>en</strong> undercovertraject in te zett<strong>en</strong>. In 13 van deze 19 zak<strong>en</strong><br />

hangt de ontoereik<strong>en</strong>dheid van andere middel<strong>en</strong> vooral sam<strong>en</strong> met de<br />

verdachte(n) die in het betreff<strong>en</strong>de opsporings<strong>onder</strong>zoek c<strong>en</strong>traal staan.<br />

Het gaat dan bijvoorbeeld om e<strong>en</strong> geslot<strong>en</strong> <strong>en</strong>/of professionele verdacht<strong>en</strong>groep,<br />

hetge<strong>en</strong> blijkt uit reeds ingezette middel<strong>en</strong> als e<strong>en</strong> telefoontap<br />

of observatie of uit e<strong>en</strong> eerder <strong>onder</strong>zoek teg<strong>en</strong> dezelfde person<strong>en</strong>, maar<br />

het kan ook gaan om e<strong>en</strong> verdachte die ontk<strong>en</strong>t in e<strong>en</strong> zaak waarbij er ge<strong>en</strong><br />

andere mogelijkheid wordt gezi<strong>en</strong> om informatie te krijg<strong>en</strong> dan het inzett<strong>en</strong><br />

van e<strong>en</strong> undercoverag<strong>en</strong>t die persoonlijk contact legt met de verdachte<br />

in kwestie. In de andere 6 zak<strong>en</strong> maakt de context of omgeving waarbinn<strong>en</strong><br />

e<strong>en</strong> misdrijf zich afspeelt dat de inzet van andere opsporingsinstrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong><br />

niet goed mogelijk is of naar verwachting weinig op zal lever<strong>en</strong>. De<br />

fysieke aanwezigheid van e<strong>en</strong> undercoverag<strong>en</strong>t (die e<strong>en</strong> bevel SI uitvoert)<br />

is hier naar het oordeel van de OvJ de <strong>en</strong>ige mogelijkheid om informatie


146 <strong>Opspor<strong>en</strong></strong> <strong>onder</strong> <strong>dekmantel</strong><br />

te verzamel<strong>en</strong>, omdat bijvoorbeeld het inzett<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> observatieteam<br />

onmogelijk is in e<strong>en</strong> horecageleg<strong>en</strong>heid, informatie over m<strong>en</strong>s<strong>en</strong>handel/<br />

zed<strong>en</strong>delict<strong>en</strong> die in die horecageleg<strong>en</strong>hed<strong>en</strong> zoud<strong>en</strong> plaatsvind<strong>en</strong> niet op<br />

andere wijze bov<strong>en</strong> water kan kom<strong>en</strong> dan door persoonlijke waarneming<br />

<strong>en</strong>/of omdat de id<strong>en</strong>titeit van de verdachte onbek<strong>en</strong>d is.<br />

Tabel 7 Nederlandse opsporings<strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong> waarin beslot<strong>en</strong> is SI<br />

<strong>en</strong>/of PK/PDV* in te zett<strong>en</strong>, naar red<strong>en</strong> inzet, 2004**<br />

Red<strong>en</strong> inzet Opsporings<strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong> waarin beslot<strong>en</strong><br />

is SI <strong>en</strong>/of PK/PDV* in te zett<strong>en</strong><br />

Geblek<strong>en</strong> ontoereik<strong>en</strong>dheid andere middel<strong>en</strong> 11<br />

Verwachte ontoereik<strong>en</strong>dheid andere middel<strong>en</strong><br />

Gezi<strong>en</strong> omstandighed<strong>en</strong> was inzet goede kans<br />

8<br />

om tot bewijs/aanhouding te kom<strong>en</strong> 10<br />

Ernst delict/gevaarzetting 3<br />

Combinatie*** 4<br />

Onbek<strong>en</strong>d 1<br />

Totaal 37<br />

* Stelselmatig inwinn<strong>en</strong> van informatie <strong>en</strong>/of pseudo-koop/-di<strong>en</strong>stverl<strong>en</strong>ing.<br />

** Jaar van aanmelding bij het infiltratieteam.<br />

*** Combinatie van geblek<strong>en</strong>/verwachte ontoereik<strong>en</strong>dheid andere middel<strong>en</strong> <strong>en</strong>erzijds <strong>en</strong> kans of ernst<br />

delict anderzijds.<br />

Bron: Op<strong>en</strong>baar Ministerie <strong>en</strong> politie/bewerking <strong>WODC</strong><br />

In 10 zak<strong>en</strong> is beslot<strong>en</strong> e<strong>en</strong> undercovertraject in te zett<strong>en</strong> omdat zich e<strong>en</strong><br />

goede mogelijkheid, e<strong>en</strong> kans, voordoet om via e<strong>en</strong> dergelijk instrum<strong>en</strong>t<br />

tot bewijsvergaring <strong>en</strong>/of aanhouding van de verdachte(n) te kom<strong>en</strong>. In<br />

alle 10 zak<strong>en</strong> betreft het de voorg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> inzet van PK/PDV <strong>en</strong> heeft de<br />

kans zich voorgedaan doordat het opsporingsteam k<strong>en</strong>nis verkrijgt van<br />

door verdacht<strong>en</strong> te koop aangebod<strong>en</strong> dan wel aan verdachte te lever<strong>en</strong><br />

gestol<strong>en</strong> of illegale goeder<strong>en</strong>. 7 keer gaat het daarbij zoals gezegd om op<br />

internet te koop aangebod<strong>en</strong> gestol<strong>en</strong>/illegale goeder<strong>en</strong>, 2 keer verneemt<br />

het opsporingsteam via andere wijze dat de verdachte(n) dergelijke goeder<strong>en</strong><br />

wil(l<strong>en</strong>) verkop<strong>en</strong> <strong>en</strong> 1 keer gaat het om de verkreg<strong>en</strong> k<strong>en</strong>nis dat e<strong>en</strong><br />

verdachte binn<strong>en</strong>kort drugs geleverd krijgt via e<strong>en</strong> reguliere postbestelling.<br />

In de eerste 9 gevall<strong>en</strong> is ‘het <strong>en</strong>ige’ wat moet gebeur<strong>en</strong> dat e<strong>en</strong><br />

undercoverag<strong>en</strong>t in de hoedanigheid van e<strong>en</strong> pot<strong>en</strong>tiële koper in contact<br />

komt met de aanbieder, hetge<strong>en</strong> vooral bij de aanbieding<strong>en</strong> via internet<br />

relatief e<strong>en</strong>voudig is. Dat wil echter niet zegg<strong>en</strong> dat deze operaties uiteindelijk<br />

ook e<strong>en</strong> gew<strong>en</strong>ste uitkomst krijg<strong>en</strong> (zie paragraaf 5.3.5). In het laatste<br />

geval heeft e<strong>en</strong> undercoverag<strong>en</strong>t zich voorgedaan als postbesteller <strong>en</strong><br />

het pakketje afgeleverd. 202<br />

202 Nieuw<strong>en</strong>huis beschrijft e<strong>en</strong> soortgelijke casus <strong>en</strong> stelt dat voor het via e<strong>en</strong> postbestelling door e<strong>en</strong><br />

opsporingsambt<strong>en</strong>aar aflever<strong>en</strong> van drugs ge<strong>en</strong> bevel PDV nodig is (Nieuw<strong>en</strong>huis, 2007: 69-70). In<br />

het geval dat in <strong>onder</strong>havig <strong>onder</strong>zoek is aangetroff<strong>en</strong> is er volg<strong>en</strong>s de OvJ echter wel e<strong>en</strong> bevel PDV<br />

afgegev<strong>en</strong>.


Inzet van undercovertraject<strong>en</strong> in de opsporingspraktijk: e<strong>en</strong> eerste beeld 147<br />

In 3 gevall<strong>en</strong> ligt de red<strong>en</strong> van de beslissing tot inzet van e<strong>en</strong> undercovertraject<br />

in de acute dreiging van e<strong>en</strong> mogelijk op hand<strong>en</strong> zijnd misdrijf dan<br />

wel van e<strong>en</strong> voortzetting van e<strong>en</strong> reeds in gang gezette serie van misdrijv<strong>en</strong>,<br />

waarbij, in dit geval, SI als <strong>en</strong>ige of als beste middel wordt gezi<strong>en</strong> om<br />

op korte termijn resultaat te boek<strong>en</strong>. Daarbij gaat het 2 keer om zak<strong>en</strong><br />

waarin de politie informatie binn<strong>en</strong>krijgt over zeer ernstige geweldpleging<br />

die op korte termijn teg<strong>en</strong> e<strong>en</strong> persoon/person<strong>en</strong> gaat plaatsvind<strong>en</strong> (A32<br />

<strong>en</strong> A21). In 1 zaak gaat het om e<strong>en</strong> voortgaande serie brandstichting<strong>en</strong><br />

die in de lokale omgeving veel onrust veroorzaakt. In deze 3 zak<strong>en</strong> wordt<br />

beslot<strong>en</strong> om SI in te zett<strong>en</strong> teg<strong>en</strong> de betreff<strong>en</strong>de verdachte.<br />

In 4 zak<strong>en</strong> t<strong>en</strong> slotte bestaat de red<strong>en</strong> waarom is beslot<strong>en</strong> om e<strong>en</strong> undercovertraject<br />

in te zett<strong>en</strong> uit e<strong>en</strong> combinatie van geblek<strong>en</strong>/verwachte<br />

ontoereik<strong>en</strong>dheid van andere middel<strong>en</strong> <strong>en</strong>erzijds <strong>en</strong> e<strong>en</strong> goede kans om<br />

tot bewijs te kom<strong>en</strong> (3 keer) of gevaarzetting (1 keer) anderzijds. In 2 van<br />

de 3 zak<strong>en</strong> waarin er tegelijkertijd sprake is van ontoereik<strong>en</strong>dheid van<br />

andere middel<strong>en</strong> <strong>en</strong> e<strong>en</strong> ‘goede kans’, doet zich e<strong>en</strong> vrijwel id<strong>en</strong>tieke situatie<br />

voor. In beide zak<strong>en</strong> is er sprake van e<strong>en</strong> criminele groepering die vrij<br />

geslot<strong>en</strong> is <strong>en</strong> moeilijk b<strong>en</strong>aderbaar, waardoor andere opsporingsinstrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong><br />

weinig kans (zull<strong>en</strong>) hebb<strong>en</strong>. Ev<strong>en</strong>e<strong>en</strong>s in beide zak<strong>en</strong> is er echter<br />

één persoon die <strong>onder</strong>deel uitmaakt van de groepering respectievelijk<br />

di<strong>en</strong>st<strong>en</strong> eraan verle<strong>en</strong>t die, omdat hij e<strong>en</strong> buit<strong>en</strong>be<strong>en</strong>tje is respectievelijk<br />

omdat hij e<strong>en</strong> veel minder door de wol geverfde crimineel is, ver<strong>onder</strong>steld<br />

wordt veel beter b<strong>en</strong>aderbaar te zijn <strong>en</strong> zo het opsporingsteam dus<br />

e<strong>en</strong> ‘kans’ biedt om toch dichtbij de groepering te kom<strong>en</strong>.<br />

Ook voor de zak<strong>en</strong> waarin goedkeuring is gevraagd voor de inzet van IF<br />

hebb<strong>en</strong> we informatie over de red<strong>en</strong> van de (voorg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>) inzet van dat<br />

middel. Deze informatie is hoofdzakelijk afkomstig uit de CTC-dossiers<br />

<strong>en</strong> de eig<strong>en</strong>lijke opsporingsdossiers van de desbetreff<strong>en</strong>de zak<strong>en</strong>. Uit<br />

tabel 8 blijkt dat van de 23 bestudeerde zak<strong>en</strong> waarin in de periode 2000-<br />

2005 bij de CTC toestemming is gevraagd voor IF, 17 keer de geblek<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

1 keer de verwachte ontoereik<strong>en</strong>dheid van andere opsporingsinstrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong><br />

de red<strong>en</strong> is geweest om dit middel in te will<strong>en</strong> zett<strong>en</strong>. Dit geblek<strong>en</strong> of<br />

verwachte fal<strong>en</strong> van andere opsporingsinstrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> hangt vooral sam<strong>en</strong><br />

met het operer<strong>en</strong> van de verdacht<strong>en</strong>, dat zeer afgeschermd is doordat zij<br />

bijvoorbeeld voortdur<strong>en</strong>d wissel<strong>en</strong> van auto’s, crimineel-zakelijke afsprak<strong>en</strong><br />

vooral in persoon mak<strong>en</strong> <strong>en</strong> versluierd taalgebruik hanter<strong>en</strong>. In 1<br />

zaak heeft de ontoereik<strong>en</strong>dheid van andere middel<strong>en</strong> betrekking op e<strong>en</strong><br />

specifiek <strong>onder</strong>deel van de criminele activiteit<strong>en</strong>. Het gaat daarbij om e<strong>en</strong><br />

criminele groepering die verdacht wordt van grootschalige internationale<br />

drugshandel. Het opsporingsteam heeft wel zicht op de tak van de<br />

groepering die zich bezighoudt met de productie, maar niet op het deel<br />

dat de uitvoer regelt. Slechts in 1 opsporings<strong>onder</strong>zoek is toestemming<br />

gevraagd voor de inzet van IF omdat zich e<strong>en</strong> goede kans voordeed om via<br />

dit middel bewijs te verzamel<strong>en</strong>. T<strong>en</strong> slotte is in 2 zak<strong>en</strong> IF aangevraagd


148 <strong>Opspor<strong>en</strong></strong> <strong>onder</strong> <strong>dekmantel</strong><br />

vanwege e<strong>en</strong> combinatie van red<strong>en</strong><strong>en</strong>, 1 keer is de red<strong>en</strong> onbek<strong>en</strong>d <strong>en</strong> in<br />

1 zaak is de red<strong>en</strong> niet bij andere categorieën <strong>onder</strong> te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong> <strong>en</strong> is deze<br />

bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> zo specifiek dat door het beschrijv<strong>en</strong> ervan wellicht bek<strong>en</strong>d zou<br />

word<strong>en</strong> om welke zaak het gaat.<br />

Tabel 8 Nederlandse opsporings<strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong> waarin toestemming<br />

is gevraagd voor IF*, naar red<strong>en</strong> inzet, 2000-2005**<br />

Red<strong>en</strong> inzet Opsporings<strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong> waarin<br />

toestemming is gevraagd voor IF*<br />

Geblek<strong>en</strong> ontoereik<strong>en</strong>dheid andere middel<strong>en</strong> 17<br />

Verwachte ontoereik<strong>en</strong>dheid andere middel<strong>en</strong><br />

Gezi<strong>en</strong> omstandighed<strong>en</strong> was inzet goede kans<br />

1<br />

om tot bewijs/aanhouding te kom<strong>en</strong> 1<br />

Combinatie*** 2<br />

Onbek<strong>en</strong>d/overig 2<br />

Totaal 23****<br />

* Infiltratie.<br />

** Jaar van aanmelding bij de CTC.<br />

*** Combinatie van geblek<strong>en</strong>/verwachte ontoereik<strong>en</strong>dheid andere middel<strong>en</strong> <strong>en</strong> kans of ernst<br />

delict.<br />

**** In de periode 2000-2005 is feitelijk voor in totaal 24 Nederlandse opsporings<strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong><br />

toestemming gevraagd voor de inzet van IF. Van deze Nederlandse opsporings<strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong><br />

hebb<strong>en</strong> we er echter 1 niet in ons <strong>onder</strong>zoek meeg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> (zie paragraaf 1.3.1).<br />

Bron: Op<strong>en</strong>baar Ministerie <strong>en</strong> politie/bewerking <strong>WODC</strong><br />

In vergelijking met de zak<strong>en</strong> waarin in 2004 is beslot<strong>en</strong> tot inzet van SI <strong>en</strong>/<br />

of PK/PDV (tabel 7), valt op dat zowel de verwachte ontoereik<strong>en</strong>dheid van<br />

andere opsporingsinstrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> als de kans om bewijs te verzamel<strong>en</strong>/tot<br />

aanhouding te kom<strong>en</strong>, weinig voorkom<strong>en</strong> als red<strong>en</strong> om voor IF te kiez<strong>en</strong>.<br />

Gezi<strong>en</strong> de zwaardere subsidiariteitseis die voor de inzet van IF geldt<br />

– alternatieve opsporingsmogelijkhed<strong>en</strong> moet<strong>en</strong> meer uitputt<strong>en</strong>d gebruikt<br />

of <strong>onder</strong>zocht zijn – is dit niet verw<strong>onder</strong>lijk. Wat op het eerste gezicht<br />

wel verbazing kan wekk<strong>en</strong> is dat de ernst van het delict/gevaarzetting bij<br />

IF niet als voornaamste red<strong>en</strong> is g<strong>en</strong>oemd 203 terwijl dit bij SI <strong>en</strong>/of PK/<br />

PDV wel 3 keer het geval is. De delict<strong>en</strong> waarom het in de zak<strong>en</strong> waarin<br />

IF is aangevraagd gaat, zijn zeker ook ‘zeer ernstig’ te noem<strong>en</strong> <strong>en</strong> daarbij<br />

gaat het bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> niet alle<strong>en</strong> om georganiseerde drugs- <strong>en</strong> wap<strong>en</strong>criminaliteit<br />

maar ook <strong>en</strong>kele ker<strong>en</strong> om zeer ernstige gewelds- <strong>en</strong> zed<strong>en</strong>delict<strong>en</strong>.<br />

Wat echter wel voor in ieder geval 2 van de 3 zak<strong>en</strong> geldt waarbij het<br />

opsporingsteam vanwege de ernst van het delict/gevaarzetting besluit tot<br />

inzet van SI <strong>en</strong>/of PK/PDV <strong>en</strong> niet voor de IF-zak<strong>en</strong>, is echter dat er sprake<br />

is van e<strong>en</strong> zeer concrete <strong>en</strong> acute dreiging, zoals in e<strong>en</strong> zaak waarin er<br />

informatie is dat e<strong>en</strong> bek<strong>en</strong>de verdachte op zeer korte termijn op e<strong>en</strong><br />

bek<strong>en</strong>d doelwit e<strong>en</strong> aanslag zou pleg<strong>en</strong>. Ook in <strong>en</strong>kele zak<strong>en</strong> waarin IF<br />

203 Wel 1 keer in combinatie met de ontoereik<strong>en</strong>dheid van andere middel<strong>en</strong>.


Inzet van undercovertraject<strong>en</strong> in de opsporingspraktijk: e<strong>en</strong> eerste beeld 149<br />

is aangevraagd is er sprake van e<strong>en</strong> ernstige dreiging, maar die is wat<br />

minder acuut/concreet.<br />

Doel<br />

Het doel waarmee wordt gekoz<strong>en</strong> voor de inzet van SI <strong>en</strong>/of PK/PDV, is<br />

(vrijwel) altijd (ook) het direct of indirect verkrijg<strong>en</strong> van bewijs.<br />

Bij (de voorg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> inzet van) e<strong>en</strong> PK is het in de <strong>onder</strong>zochte zak<strong>en</strong><br />

doorgaans de bedoeling om via de aankoop van illegale of gestol<strong>en</strong> goeder<strong>en</strong><br />

(drugs, wap<strong>en</strong>s, vuurwerk of gestol<strong>en</strong> voorwerp<strong>en</strong>) direct bewijs<br />

te verkrijg<strong>en</strong> voor het feit dat de verdachte in kwestie in de betreff<strong>en</strong>de<br />

goeder<strong>en</strong> handelt of die goeder<strong>en</strong> bezit. 204<br />

Zelfstandige inzett<strong>en</strong> van SI (dus niet als voortraject van e<strong>en</strong> PK of van<br />

IF) vind<strong>en</strong> zoals gezegd vaak plaats met als doel om, belast<strong>en</strong>de dan wel<br />

ontlast<strong>en</strong>de, informatie te verzamel<strong>en</strong> omtr<strong>en</strong>t de betrokk<strong>en</strong>heid van<br />

e<strong>en</strong> verdachte bij meestal e<strong>en</strong> gewelds-, terreur- of zed<strong>en</strong>-/m<strong>en</strong>s<strong>en</strong>handeldelict.<br />

E<strong>en</strong> voorbeeld is e<strong>en</strong> <strong>onder</strong>zoek naar e<strong>en</strong> moord waarbij e<strong>en</strong><br />

undercoverag<strong>en</strong>t moet uitvind<strong>en</strong> of e<strong>en</strong> persoon die wordt verdacht van<br />

betrokk<strong>en</strong>heid bij dat delict ook inderdaad de dader is (A20). E<strong>en</strong> ander<br />

voorbeeld betreft e<strong>en</strong> zaak waarin e<strong>en</strong> undercoverag<strong>en</strong>t bewijs moet<br />

verzamel<strong>en</strong> omtr<strong>en</strong>t m<strong>en</strong>s<strong>en</strong>handelactiviteit<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> bepaalde verdachte<br />

<strong>en</strong> daarbij tev<strong>en</strong>s di<strong>en</strong>t vast te stell<strong>en</strong> of zich <strong>onder</strong> de slachtoffers ook<br />

minderjarig<strong>en</strong> bevind<strong>en</strong> (A29). In e<strong>en</strong> kleiner deel van de zak<strong>en</strong> waarin<br />

beslot<strong>en</strong> is om SI in te zett<strong>en</strong> gaat het om opsporings<strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong> naar<br />

drugshandel, valsemunterij, heling of corruptie. Overig<strong>en</strong>s zijn er ook<br />

zak<strong>en</strong> waarin de inzet van SI in eerste instantie niet direct gericht is op<br />

het verzamel<strong>en</strong> van bewijs maar op het id<strong>en</strong>tificer<strong>en</strong> van de verdachte(n)<br />

of op het via het subject, dat wil zegg<strong>en</strong> de persoon waarmee de undercoverag<strong>en</strong>t<br />

contact moet mak<strong>en</strong>, in contact kom<strong>en</strong> met de verdachte(n),<br />

waarna in tweede instantie alsnog bewijs teg<strong>en</strong> die verdachte verzameld<br />

moet word<strong>en</strong>.<br />

Subdoel<strong>en</strong> van de voorg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> inzet kunn<strong>en</strong> zijn: het verzamel<strong>en</strong> van<br />

sturingsinformatie, bijvoorbeeld met wie gaat e<strong>en</strong> persoon om of wanneer<br />

vindt e<strong>en</strong> drugstransport plaats; inbeslagname (van wap<strong>en</strong>s of drugs); 205<br />

<strong>en</strong> het voorkom<strong>en</strong> van gevaar, zoals het neutraliser<strong>en</strong> van de dreiging van<br />

e<strong>en</strong> aanslag.<br />

Ook voor zak<strong>en</strong> waarbij in de periode 2000-2005 bij de CTC toestemming<br />

is gevraagd voor de inzet van IF geldt dat bewijsverzameling altijd e<strong>en</strong>,<br />

of hét, doel van de voorg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> inzet is. In vergelijking met de zak<strong>en</strong><br />

waarin beslot<strong>en</strong> is SI <strong>en</strong>/of PK/PDV toe te pass<strong>en</strong>, is de gehanteerde doelstelling<br />

bij de IF-zak<strong>en</strong> wel ruimer. Bij de laatstg<strong>en</strong>oemde zak<strong>en</strong> komt het<br />

204 Natuurlijk is e<strong>en</strong> bewijs pas e<strong>en</strong> ‘bewijs’ wanneer dit als zodanig door e<strong>en</strong> rechter wordt geaccepteerd.<br />

205 In de praktijk zal het in zak<strong>en</strong> waarin het om drugs- of wap<strong>en</strong>handel gaat altijd de bedoeling zijn om, ook<br />

als dit niet als expliciet doel wordt opgemerkt, bij aanhouding van verdacht<strong>en</strong> ook drugs respectievelijk<br />

wap<strong>en</strong>s in beslag te nem<strong>en</strong>.


150 <strong>Opspor<strong>en</strong></strong> <strong>onder</strong> <strong>dekmantel</strong><br />

verkrijg<strong>en</strong> van informatie namelijk vaker voor als subdoel. Het gaat dan<br />

vaak om het krijg<strong>en</strong> van inzicht in de activiteit<strong>en</strong> <strong>en</strong>/of werkwijze van e<strong>en</strong><br />

crimineel sam<strong>en</strong>werkingsverband, zoals de rolverdeling of de omvang van<br />

de criminele activiteit<strong>en</strong> <strong>en</strong>/of het id<strong>en</strong>tificer<strong>en</strong> van verdacht<strong>en</strong>. Bij 1 zaak<br />

bestaat het doel van de voorg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> inzet naast bewijsvergaring uit het<br />

verkrijg<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> algeme<strong>en</strong> inzicht in de criminaliteit van e<strong>en</strong> bepaalde<br />

etnische groepering die op dat mom<strong>en</strong>t ‘in opkomst’ is <strong>en</strong> waarmee de<br />

politie dan nog vrij onbek<strong>en</strong>d is, zowel wat betreft de etnische groepering<br />

zelf als de soort van criminaliteit die deze groepering pleegt. Overig<strong>en</strong>s<br />

kom<strong>en</strong> inzett<strong>en</strong> van undercovertraject<strong>en</strong> met e<strong>en</strong> zuiver informatief doel<br />

in de door ons <strong>onder</strong>zochte zak<strong>en</strong> niet voor. Dergelijke inzett<strong>en</strong> zoud<strong>en</strong><br />

ook in strijd zijn met artikel 132a Sv, dat voorschrijft dat opsporing gericht<br />

moet zijn op het nem<strong>en</strong> van strafvorderlijke beslissing<strong>en</strong> (zie ook Buruma,<br />

2001: 21, 73).<br />

De ruimere doelstelling waarmee in het algeme<strong>en</strong> voor IF wordt gekoz<strong>en</strong><br />

heeft als achtergrond dat er bij dit middel per definitie sprake is van<br />

e<strong>en</strong> groepering of organisatie waarbinn<strong>en</strong> criminele activiteit<strong>en</strong> word<strong>en</strong><br />

gepleegd of beraamd, terwijl de inzet van SI <strong>en</strong>/of PK/PDV ook kan plaatsvind<strong>en</strong>,<br />

hetge<strong>en</strong> in het door ons <strong>onder</strong>zochte jaar ook vaak is voorgekom<strong>en</strong>,<br />

bij verdacht<strong>en</strong> die alle<strong>en</strong> of buit<strong>en</strong> e<strong>en</strong> groepering of organisatie<br />

operer<strong>en</strong>. 206<br />

Mom<strong>en</strong>t<br />

Of e<strong>en</strong> opsporingsinstrum<strong>en</strong>t vroeg of laat in e<strong>en</strong> <strong>onder</strong>zoek wordt ingezet,<br />

is niet makkelijk e<strong>en</strong>duidig vast te stell<strong>en</strong>. De datum waarop is begonn<strong>en</strong><br />

met de inzet van e<strong>en</strong> middel, waarover we overig<strong>en</strong>s alle<strong>en</strong> exacte<br />

informatie hebb<strong>en</strong> voor de zak<strong>en</strong> waarin IF is aangevraagd, zegt op zichzelf<br />

g<strong>en</strong>om<strong>en</strong> zeker niet alles. Zo kan e<strong>en</strong> undercovertraject bijvoorbeeld<br />

weliswaar ‘pas’ zijn ingezet e<strong>en</strong> halfjaar nadat e<strong>en</strong> opsporings<strong>onder</strong>zoek<br />

formeel van start is gegaan, maar als in de voorafgaande zes maand<strong>en</strong> in<br />

het <strong>onder</strong>zoek alle<strong>en</strong> voorbereid<strong>en</strong>de activiteit<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> plaatsgevond<strong>en</strong>,<br />

kan er toch sprake zijn van e<strong>en</strong> ‘vroege’ inzet. Behalve de data waarop het<br />

opsporings<strong>onder</strong>zoek <strong>en</strong> het undercovertraject zijn gestart, is dus zeker<br />

ook meer inhoudelijke informatie, vooral over de int<strong>en</strong>siteit van het reeds<br />

uitgevoerde <strong>onder</strong>zoek, van belang.<br />

Met betrekking tot de opsporings<strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong> waarin in 2004 contact<br />

is opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> met e<strong>en</strong> infiltratieteam <strong>en</strong> waarin is beslot<strong>en</strong> om SI <strong>en</strong>/of<br />

PK/PDV in te zett<strong>en</strong>, is de zaaksOvJ of e<strong>en</strong> politieambt<strong>en</strong>aar gevraagd op<br />

welk mom<strong>en</strong>t is gekoz<strong>en</strong> voor de inzet van het undercovertraject <strong>en</strong> of op<br />

dat mom<strong>en</strong>t al veel andere opsporingsinstrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> war<strong>en</strong> ingezet. Voor<br />

206 Omdat rechtshulpverzoek<strong>en</strong> per definitie buit<strong>en</strong>landse opsporings<strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong> zijn <strong>en</strong> we ge<strong>en</strong> contact<br />

hebb<strong>en</strong> gehad met de betreff<strong>en</strong>de buit<strong>en</strong>landse <strong>onder</strong>zoeksleiders, hebb<strong>en</strong> we zoals eerder aangegev<strong>en</strong><br />

veel minder zicht op de overweging<strong>en</strong> die t<strong>en</strong> grondslag ligg<strong>en</strong> aan de voorg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> inzet van<br />

undercovertraject<strong>en</strong> in die zak<strong>en</strong>. Wel wet<strong>en</strong> we voor de 7 rechtshulpverzoek<strong>en</strong> waarin IF is aangevraagd<br />

dat ook daar het verzamel<strong>en</strong> van bewijs het/e<strong>en</strong> doel is waarmee is gekoz<strong>en</strong> voor dit instrum<strong>en</strong>t.


Inzet van undercovertraject<strong>en</strong> in de opsporingspraktijk: e<strong>en</strong> eerste beeld 151<br />

3 van de 37 zak<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> we hierover ge<strong>en</strong> informatie kunn<strong>en</strong> krijg<strong>en</strong>. De<br />

overige 34 zak<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> grofweg in drie categorieën word<strong>en</strong> ingedeeld.<br />

Voor 15 zak<strong>en</strong> geldt dat de inzet van SI <strong>en</strong>/of PK/PDV heel vroeg in het<br />

opsporings<strong>onder</strong>zoek heeft plaatsgevond<strong>en</strong>, 207 hetge<strong>en</strong> wil zegg<strong>en</strong> dat<br />

op het mom<strong>en</strong>t van inzet er nog ge<strong>en</strong> of bijna ge<strong>en</strong> andere opsporingsinstrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong><br />

zijn ingezet. In 2 zak<strong>en</strong> is pas laat, na de inzet van veel<br />

andere opsporingsinstrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong>, gekoz<strong>en</strong> voor het gebruik van e<strong>en</strong> undercovertraject.<br />

17 zak<strong>en</strong> vall<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong>categorie.<br />

Niet onverwachts blijkt er e<strong>en</strong> sam<strong>en</strong>hang te zijn tuss<strong>en</strong> het mom<strong>en</strong>t <strong>en</strong><br />

de red<strong>en</strong> van inzet. In de zak<strong>en</strong> waarin is gekoz<strong>en</strong> voor SI <strong>en</strong>/of PK/PDV<br />

omdat zich e<strong>en</strong> goede kans voordeed (zie tabel 7), vindt de inzet in het<br />

mer<strong>en</strong>deel van de zak<strong>en</strong>, 7 van de 10, heel vroeg plaats (2 zak<strong>en</strong> vall<strong>en</strong><br />

wat betreft mom<strong>en</strong>t van inzet in de tuss<strong>en</strong>categorie <strong>en</strong> 1 keer ontbreekt<br />

informatie over mom<strong>en</strong>t van inzet). Hier<strong>onder</strong> vall<strong>en</strong> <strong>onder</strong> andere zak<strong>en</strong><br />

waarbij voor PK wordt gekoz<strong>en</strong> nadat op internet gestol<strong>en</strong>/illegale goeder<strong>en</strong><br />

te koop word<strong>en</strong> aangebod<strong>en</strong>. In deze zak<strong>en</strong> is de inzet van PK vaak<br />

de eerste <strong>en</strong> tev<strong>en</strong>s de belangrijkste of de <strong>en</strong>ige concrete opsporingshandeling<br />

die wordt <strong>onder</strong>nom<strong>en</strong>. Het mer<strong>en</strong>deel van de 11 zak<strong>en</strong> waarin<br />

vanwege geblek<strong>en</strong> ontoereik<strong>en</strong>dheid voor SI <strong>en</strong>/of PK/PDV is gekoz<strong>en</strong><br />

(zie tabel 3), valt daar<strong>en</strong>teg<strong>en</strong> in de tuss<strong>en</strong>categorie of in de categorie van<br />

zak<strong>en</strong> waarin het undercovertraject (heel) laat is ingezet.<br />

Met betrekking tot de zak<strong>en</strong> waarin in de periode 2000-2005 bij de CTC<br />

toestemming is gevraagd om IF in te zett<strong>en</strong>, hebb<strong>en</strong> we in de dossiers<br />

kunn<strong>en</strong> nagaan op welk mom<strong>en</strong>t in het opsporings<strong>onder</strong>zoek is gekoz<strong>en</strong><br />

voor IF <strong>en</strong>/of hebb<strong>en</strong> we hierover de zaaksOvJ <strong>en</strong>/of betrokk<strong>en</strong> politiefunctionaris<br />

bevraagd. In vergelijking met de zak<strong>en</strong> waarin is beslot<strong>en</strong><br />

SI <strong>en</strong>/of PK in te zett<strong>en</strong>, heeft in de 23 bestudeerde zak<strong>en</strong> waarin is gekoz<strong>en</strong><br />

voor IF deze keuze, althans de aanvraag van IF bij de CTC, veel later<br />

plaats. Bij de IF-zak<strong>en</strong> komt het ook ge<strong>en</strong> <strong>en</strong>kele keer voor dat IF wordt<br />

aangevraagd terwijl er nog ge<strong>en</strong> andere opsporingsinstrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> zijn<br />

ingezet.<br />

Voor de 14 zak<strong>en</strong> waarin de aanvraag van IF is goedgekeurd <strong>en</strong> waarin IF<br />

ook echt is ingezet, beschikk<strong>en</strong> we over de datum waarop het opsporings<strong>onder</strong>zoek<br />

is gestart <strong>en</strong> over de datum waarop het IF-traject van start is<br />

gegaan. De l<strong>en</strong>gte van de periode tuss<strong>en</strong> het mom<strong>en</strong>t waarop het opsporings<strong>onder</strong>zoek<br />

start <strong>en</strong> het mom<strong>en</strong>t waarop wordt begonn<strong>en</strong> met het<br />

IF-traject, is gemiddeld 9 maand<strong>en</strong> <strong>en</strong> varieert van 1 maand tot 31 maand<strong>en</strong>.<br />

In e<strong>en</strong> deel van deze zak<strong>en</strong> is voor de aanvraag van IF bij de CTC<br />

al e<strong>en</strong> andere undercoverbevoegdheid ingezet. Bekijk<strong>en</strong> we de periode<br />

tuss<strong>en</strong> de start van het opsporings<strong>onder</strong>zoek <strong>en</strong> de inzet van het eerste<br />

undercovertraject in de 14 zak<strong>en</strong>, dan komt het gemiddelde uit op 6 maan-<br />

207 Overig<strong>en</strong>s is in 1 van deze zak<strong>en</strong> de verdachte wel <strong>onder</strong>werp geweest van eerdere, bedrijfsinterne<br />

<strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong>, die echter ge<strong>en</strong> resultaat hebb<strong>en</strong> opgeleverd.


152 <strong>Opspor<strong>en</strong></strong> <strong>onder</strong> <strong>dekmantel</strong><br />

d<strong>en</strong>, met e<strong>en</strong> maximum- <strong>en</strong> minimumduur van respectievelijk minder<br />

dan 1 maand <strong>en</strong> 13 maand<strong>en</strong>.<br />

Verschill<strong>en</strong>de respond<strong>en</strong>t<strong>en</strong> b<strong>en</strong>adrukk<strong>en</strong> dat het belangrijk is dat in e<strong>en</strong><br />

opsporings<strong>onder</strong>zoek, vooral vanwege de soms lange voorbereiding (zie<br />

paragraaf 4.4.1) die met e<strong>en</strong> undercovertraject gepaard kan gaan, tijdig<br />

contact wordt opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> met het infiltratieteam. Aangezi<strong>en</strong> de <strong>dekmantel</strong><br />

van e<strong>en</strong> undercoverag<strong>en</strong>t vaak opgebouwd moet word<strong>en</strong>, hetge<strong>en</strong> soms<br />

maand<strong>en</strong> in beslag kan nem<strong>en</strong>, <strong>en</strong> e<strong>en</strong> undercoverag<strong>en</strong>t dus meestal niet<br />

direct bij de start van e<strong>en</strong> traject contact kan mak<strong>en</strong> met het subject <strong>en</strong><br />

het bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> onzeker is óf <strong>en</strong> hoe snel de undercoverag<strong>en</strong>t erin zal slag<strong>en</strong><br />

contact te legg<strong>en</strong> <strong>en</strong> het contact uit te bouw<strong>en</strong> in de gew<strong>en</strong>ste richting,<br />

zou het strev<strong>en</strong> moet<strong>en</strong> zijn om in e<strong>en</strong> zo vroeg mogelijk stadium sam<strong>en</strong><br />

met het infiltratieteam te overweg<strong>en</strong> of e<strong>en</strong> undercovertraject toepasbaar<br />

<strong>en</strong> kansrijk is. Sommig<strong>en</strong> pleit<strong>en</strong> ervoor dat het infiltratieteam al bij de<br />

projectvoorbereiding van e<strong>en</strong> opsporings<strong>onder</strong>zoek ‘meed<strong>en</strong>kt’. Wanneer<br />

het opsporingsteam pas contact opneemt met het infiltratieteam als het<br />

opsporings<strong>onder</strong>zoek al lange tijd loopt, bestaat het risico dat het mom<strong>en</strong>t<br />

waarop e<strong>en</strong> undercoverag<strong>en</strong>t concreet inzetbaar zou is <strong>en</strong> het mom<strong>en</strong>t<br />

waarop het undercovertraject vervolg<strong>en</strong>s concrete resultat<strong>en</strong> op kan lever<strong>en</strong>,<br />

te laat komt gezi<strong>en</strong> bijvoorbeeld de geplande maximum termijn die<br />

het opsporings<strong>onder</strong>zoek in beslag mag nem<strong>en</strong>.<br />

Volg<strong>en</strong>s geïnterviewde teamchefs van de infiltratieteams word<strong>en</strong> de teams<br />

de laatste jar<strong>en</strong> eerder b<strong>en</strong>aderd door opsporingsteams dan voorhe<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

wordt in e<strong>en</strong> vroeger stadium van het opsporings<strong>onder</strong>zoek nagedacht<br />

over de mogelijkhed<strong>en</strong> die e<strong>en</strong> undercovertraject, <strong>en</strong> dan vooral SI <strong>en</strong>/of<br />

PK, zou kunn<strong>en</strong> bied<strong>en</strong>. Toch zou het nog steeds voorkom<strong>en</strong> dat e<strong>en</strong> infiltratieteam<br />

pas wordt b<strong>en</strong>aderd op het mom<strong>en</strong>t dat het opsporingsteam<br />

‘het echt niet meer weet’ – vaak e<strong>en</strong> té laat mom<strong>en</strong>t om nog succesvol e<strong>en</strong><br />

undercovertraject te kunn<strong>en</strong> inzett<strong>en</strong>.<br />

K<strong>en</strong>nis van <strong>en</strong> houding t<strong>en</strong> opzichte van undercovertraject<strong>en</strong> als<br />

opsporingsinstrum<strong>en</strong>t<br />

Óf e<strong>en</strong> OvJ/opsporingsteam overweegt om tot inzet van e<strong>en</strong> undercovertraject<br />

over te gaan, maar ook het mom<strong>en</strong>t waarop dat gebeurt, is <strong>onder</strong><br />

andere afhankelijk van hun bek<strong>en</strong>dheid met dit type opsporingsinstrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong><br />

<strong>en</strong> hun interpretatie van het wettelijk kader, of zoals e<strong>en</strong> OvJ het<br />

formuleert: het is e<strong>en</strong> ‘kwestie (…) van durv<strong>en</strong> <strong>en</strong> k<strong>en</strong>n<strong>en</strong>’.<br />

Voor het bereik<strong>en</strong> van de doel<strong>en</strong> die met e<strong>en</strong> opsporings<strong>onder</strong>zoek word<strong>en</strong><br />

beoogd, kunn<strong>en</strong> in beginsel verschill<strong>en</strong>de opsporingsinstrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong><br />

word<strong>en</strong> gebruikt. Natuurlijk zijn niet alle politiefunctionariss<strong>en</strong> <strong>en</strong> OvJ’<strong>en</strong><br />

ev<strong>en</strong> bek<strong>en</strong>d met alle verschill<strong>en</strong>de instrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> <strong>en</strong> de specifieke<br />

(on)mogelijkhed<strong>en</strong> van die instrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong>. Volg<strong>en</strong>s sommige respond<strong>en</strong>t<strong>en</strong><br />

kom<strong>en</strong> opsporingsteams er niet toe om undercovertraject<strong>en</strong>, <strong>en</strong> dan met<br />

name IF, in te zett<strong>en</strong> vanwege onbek<strong>en</strong>dheid met het middel, e<strong>en</strong> onbe-


Inzet van undercovertraject<strong>en</strong> in de opsporingspraktijk: e<strong>en</strong> eerste beeld 153<br />

k<strong>en</strong>dheid die op zijn beurt weer mede wordt veroorzaakt juist doordat<br />

het middel weinig wordt gebruikt; gezi<strong>en</strong> het kleine aantal zak<strong>en</strong> waarin<br />

SI <strong>en</strong>/of PK/PDV <strong>en</strong> zeker IF wordt ingezet (zie tabel 1 <strong>en</strong> 3), kan het niet<br />

anders dan dat e<strong>en</strong> groot deel van de OvJ’<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> of heel weinig ervaring<br />

heeft met het middel.<br />

Naast de k<strong>en</strong>nis van <strong>en</strong> ervaring met undercovertraject<strong>en</strong>, kan ook de<br />

houding t<strong>en</strong> opzichte van dit type opsporingsinstrum<strong>en</strong>t afremm<strong>en</strong>d<br />

werk<strong>en</strong> op het gebruik ervan. Het gaat dan <strong>en</strong>erzijds om de interpretatie<br />

van het wettelijk kader <strong>en</strong>/of de ingrijp<strong>en</strong>dheid van e<strong>en</strong> undercovertraject.<br />

E<strong>en</strong> aantal respond<strong>en</strong>t<strong>en</strong> is van m<strong>en</strong>ing dat er binn<strong>en</strong> het OM <strong>en</strong>/of de<br />

politie e<strong>en</strong> te grote terughoud<strong>en</strong>dheid bestaat t<strong>en</strong> aanzi<strong>en</strong> van de inzet<br />

van undercovertraject<strong>en</strong> in het algeme<strong>en</strong> <strong>en</strong>/of IF in het bijz<strong>onder</strong>; actor<strong>en</strong><br />

zoud<strong>en</strong> ‘te voorzichtig zijn’ <strong>en</strong> de ingrijp<strong>en</strong>dheid van deze bevoegdhed<strong>en</strong><br />

te zwaar opvatt<strong>en</strong>, waardoor de mogelijkhed<strong>en</strong> die undercovertraject<strong>en</strong><br />

<strong>en</strong> het wettelijk kader bied<strong>en</strong> te weinig word<strong>en</strong> b<strong>en</strong>ut. Anderzijds zoud<strong>en</strong><br />

OvJ’<strong>en</strong> soms wat ‘bevreesd’ zijn dat ze over undercovertraject<strong>en</strong>/-ag<strong>en</strong>t<strong>en</strong><br />

minder controle hebb<strong>en</strong> dan over andere opsporingsinstrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong>.<br />

Recapitulatie<br />

Delict<strong>en</strong> waarbij undercovertraject<strong>en</strong> word<strong>en</strong> ingezet <strong>en</strong> doel van inzet. SI<br />

is in de <strong>onder</strong>zochte zak<strong>en</strong> <strong>en</strong>erzijds ingezet als zelfstandige bevoegdheid<br />

met als doel belast<strong>en</strong>de of ontlast<strong>en</strong>de informatie te verzamel<strong>en</strong> over<br />

betrokk<strong>en</strong>heid bij vooral (maar niet alle<strong>en</strong>) gewelds-, terreur- of zed<strong>en</strong>-/<br />

m<strong>en</strong>s<strong>en</strong>handeldelict<strong>en</strong>. Anderzijds is SI toegepast als voortraject bij PK/<br />

PDV of IF. E<strong>en</strong> PK/PDV wordt vooral gebruikt om direct bewijs te verzamel<strong>en</strong><br />

voor de handel in/het bezit van verbod<strong>en</strong> of gestol<strong>en</strong> goeder<strong>en</strong> of<br />

stoff<strong>en</strong>. Verschill<strong>en</strong>de ker<strong>en</strong> gaat het daarbij om goeder<strong>en</strong> die via internet<br />

zijn aangebod<strong>en</strong>. Ook bij IF is het verzamel<strong>en</strong> van bewijs e<strong>en</strong> belangrijk<br />

doel maar daarnaast geldt bij IF-traject<strong>en</strong> vaak als (sub)doel het verkrijg<strong>en</strong><br />

van inzicht in de sam<strong>en</strong>stelling, werkwijze <strong>en</strong>/of activiteit<strong>en</strong> van e<strong>en</strong><br />

crimineel sam<strong>en</strong>werkingsverband. Vaak gaat het daarbij om drugs- of<br />

wap<strong>en</strong>handel.<br />

Red<strong>en</strong> <strong>en</strong> mom<strong>en</strong>t van inzet. SI <strong>en</strong> combinaties van SI <strong>en</strong> PK/PDV word<strong>en</strong><br />

toegepast met name omdat andere ingezette middel<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> gefaald of<br />

omdat de verwachting bestaat dat nog niet ingezette middel<strong>en</strong> zull<strong>en</strong> fal<strong>en</strong>.<br />

Bij zelfstandige inzett<strong>en</strong> van PK/PDV daar<strong>en</strong>teg<strong>en</strong> is in alle 10 zak<strong>en</strong> waarin<br />

is beslot<strong>en</strong> tot inzet van dit middel, de red<strong>en</strong> van inzet dat gezi<strong>en</strong> de<br />

omstandighed<strong>en</strong> van de zaak het gebruik van e<strong>en</strong> undercovertraject vooral<br />

werd gezi<strong>en</strong> als e<strong>en</strong> goede kans. SI <strong>en</strong>/of PK/PDV word<strong>en</strong> in vergelijking<br />

met IF vrij vroeg in het opsporings<strong>onder</strong>zoek ingezet. Vooral inzet van PK/<br />

PDV vindt relatief vroeg plaats <strong>en</strong> vaak z<strong>onder</strong> dat eerst andere middel<strong>en</strong><br />

zijn ingezet. De inzet van IF gebeurt vooral omdat andere reeds ingezette<br />

middel<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> gefaald als gevolg van het afscherm<strong>en</strong>de gedrag van<br />

verdacht<strong>en</strong>. De inzet vindt bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> in het algeme<strong>en</strong> vaak plaats op e<strong>en</strong><br />

mom<strong>en</strong>t dat het opsporings<strong>onder</strong>zoek al <strong>en</strong>igszins is gevorderd.


154 <strong>Opspor<strong>en</strong></strong> <strong>onder</strong> <strong>dekmantel</strong><br />

Omdat undercovertraject<strong>en</strong> e<strong>en</strong> zekere voorbereiding verg<strong>en</strong> <strong>en</strong> het<br />

verloop van undercovertraject<strong>en</strong> vaak onzeker is, is het van belang dat<br />

opsporingsteams tijdig contact opnem<strong>en</strong> met het infiltratieteam <strong>en</strong> dus<br />

niet op e<strong>en</strong> mom<strong>en</strong>t dat het opsporings<strong>onder</strong>zoek al heel lang loopt. Veel<br />

OvJ’<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> weinig ervaring met het middel <strong>en</strong> soms bestaat er e<strong>en</strong><br />

zekere terughoud<strong>en</strong>dheid t<strong>en</strong> aanzi<strong>en</strong> van dit opsporingsinstrum<strong>en</strong>t, wat<br />

belemmer<strong>en</strong>d kan werk<strong>en</strong> om in e<strong>en</strong> opsporings<strong>onder</strong>zoek de inzet van<br />

e<strong>en</strong> undercovertraject te overweg<strong>en</strong> <strong>en</strong> om tijdig contact op te nem<strong>en</strong> met<br />

het infiltratieteam.<br />

4.4 De voorbereiding <strong>en</strong> start van undercovertraject<strong>en</strong><br />

4.4.1 De voorbereiding<br />

Het uitvoer<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> undercovertraject vergt de nodige voorbereiding.<br />

E<strong>en</strong> gedeg<strong>en</strong> voorbereiding is vooral van belang omdat het ‘sociale karakter’<br />

van e<strong>en</strong> undercovertraject, waarmee we doel<strong>en</strong> op het feit dat e<strong>en</strong><br />

undercovertraject per definitie bestaat uit e<strong>en</strong> face-to-face interactie tuss<strong>en</strong><br />

de undercoverag<strong>en</strong>t(<strong>en</strong>) <strong>en</strong> één of meerdere person<strong>en</strong> (de subject<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

hun omgeving), maakt dat de <strong>uitvoering</strong> e<strong>en</strong> complexere <strong>en</strong> meer onzekere<br />

aangeleg<strong>en</strong>heid is dan de toepassing van opsporingsinstrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong><br />

die bijvoorbeeld vooral e<strong>en</strong> technisch karakter hebb<strong>en</strong>, zoals het tapp<strong>en</strong><br />

van e<strong>en</strong> telefoonlijn.<br />

Inhoudelijke keuzes<br />

Bij de voorbereiding hebb<strong>en</strong> zowel het inhur<strong>en</strong>d politie<strong>onder</strong>deel, de<br />

OvJ als het infiltratieteam e<strong>en</strong> rol. Daarbij gaat de OvJ, als leider van het<br />

opsporingsteam, vooral over het wat <strong>en</strong> het waarom <strong>en</strong> het infiltratieteam<br />

over het hoe, hoewel OvJ <strong>en</strong> politie hier wel over meed<strong>en</strong>k<strong>en</strong>. Het<br />

wat slaat op de soort undercoverbevoegdhed<strong>en</strong> die word<strong>en</strong> ingezet <strong>en</strong> op<br />

de verdachte(n) teg<strong>en</strong> wie dat gebeurt, bijvoorbeeld SI teg<strong>en</strong> verdachte<br />

X, <strong>en</strong> het waarom op het doel dat daarmee moet word<strong>en</strong> behaald, bijvoorbeeld<br />

het verzamel<strong>en</strong> van informatie die de verd<strong>en</strong>king<strong>en</strong> teg<strong>en</strong> X<br />

van betrokk<strong>en</strong>heid bij de doodslag/moord op slachtoffer Y bevestig<strong>en</strong> (of<br />

ontkracht<strong>en</strong>). Het hoe betreft de vraag hoe de undercoveroperatie, gezi<strong>en</strong><br />

de omstandighed<strong>en</strong> waar<strong>onder</strong> <strong>en</strong> de person<strong>en</strong> ‘waarop’ gewerkt moet<br />

word<strong>en</strong>, het best ingevuld kan word<strong>en</strong> om de gestelde doel<strong>en</strong> te bereik<strong>en</strong>.<br />

Deze hoofdvraag valt weer uite<strong>en</strong> in verschill<strong>en</strong>de deelvrag<strong>en</strong> die beantwoord<br />

moet<strong>en</strong> word<strong>en</strong>. De hoeveelheid deelvrag<strong>en</strong> – het aantal keuzes<br />

dat gemaakt moet word<strong>en</strong> – hangt af van de complexiteit van e<strong>en</strong> traject.<br />

Wanneer het gaat om het verricht<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> PK van op internet aangebod<strong>en</strong><br />

gestol<strong>en</strong> goeder<strong>en</strong>, hoev<strong>en</strong> er in beginsel minder keuzes gemaakt te<br />

word<strong>en</strong> dan bij meer complexe, langduriger zak<strong>en</strong>, zoals e<strong>en</strong> <strong>onder</strong>zoek<br />

naar e<strong>en</strong> criminele organisatie die zich bezighoudt met internationale


Inzet van undercovertraject<strong>en</strong> in de opsporingspraktijk: e<strong>en</strong> eerste beeld 155<br />

drugshandel waarbij de undercoverag<strong>en</strong>t contact moet mak<strong>en</strong> met led<strong>en</strong><br />

van de organisatie, informatie moet verzamel<strong>en</strong> over de werkwijze van<br />

deze organisatie <strong>en</strong> het contact zo moet wet<strong>en</strong> uit te bouw<strong>en</strong> dat uiteindelijk<br />

e<strong>en</strong> PK van e<strong>en</strong> grote partij drugs kan word<strong>en</strong> uitgevoerd waarmee<br />

direct bewijs teg<strong>en</strong> de hoofdverdacht<strong>en</strong> wordt verkreg<strong>en</strong>. In de eerstg<strong>en</strong>oemde<br />

zaak ligg<strong>en</strong> het subject waarmee (deg<strong>en</strong>e die de spull<strong>en</strong> aanbiedt),<br />

de plaats waar (de website waarop de goeder<strong>en</strong> te koop word<strong>en</strong> aangebod<strong>en</strong>)<br />

<strong>en</strong> de wijze waarop contact gemaakt moet word<strong>en</strong> (via e<strong>en</strong> reactie<br />

op de advert<strong>en</strong>tie) grot<strong>en</strong>deels al vast. In het <strong>onder</strong>zoek naar de criminele<br />

organisatie moet<strong>en</strong> op deze drie <strong>onder</strong>del<strong>en</strong> echter keuzes word<strong>en</strong><br />

gemaakt, bijvoorbeeld: de keus tuss<strong>en</strong> prober<strong>en</strong> direct contact te mak<strong>en</strong><br />

met de hoofdverdachte zelf of juist eerst met iemand uit zijn omgeving;<br />

vervolg<strong>en</strong>s de keuze tuss<strong>en</strong> contact legg<strong>en</strong> in café Z waar de betreff<strong>en</strong>de<br />

persoon vaak komt of juist het contact zoek<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> ander <strong>onder</strong>deel van<br />

zijn sociale lev<strong>en</strong>; <strong>en</strong> dan de keus van de <strong>dekmantel</strong> waar<strong>onder</strong> (cover) <strong>en</strong><br />

de wijze waarop (hoe vindt het eerste contact plaats) de undercoverag<strong>en</strong>t<br />

het subject gaat b<strong>en</strong>ader<strong>en</strong>. Bij het mak<strong>en</strong> van die keuzes gaat het erom<br />

te kom<strong>en</strong> tot e<strong>en</strong> plan, e<strong>en</strong> sc<strong>en</strong>ario, dat, binn<strong>en</strong> randvoorwaard<strong>en</strong> als<br />

de veiligheid van de undercoverag<strong>en</strong>t <strong>en</strong> de beschikbare hoeveelheid tijd<br />

<strong>en</strong> geld, leidt tot e<strong>en</strong> goede eerste ‘ingang’ bij het subject <strong>en</strong> tot e<strong>en</strong> goed<br />

verder verloop van het traject. Logischerwijs is het vooral bij bijvoorbeeld<br />

criminele sam<strong>en</strong>werkingsverband<strong>en</strong> die heel geslot<strong>en</strong> zijn, e<strong>en</strong> opgave om<br />

e<strong>en</strong> adequaat plan op te stell<strong>en</strong>. Zo wordt in twee zak<strong>en</strong> waarin sprake is<br />

van e<strong>en</strong> geslot<strong>en</strong>, moeilijk b<strong>en</strong>aderbare criminele organisatie waarteg<strong>en</strong><br />

andere opsporingsinstrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> weinig kans (zull<strong>en</strong>) hebb<strong>en</strong>, toch e<strong>en</strong><br />

ingang gevond<strong>en</strong>, althans in het plan. In beide zak<strong>en</strong> is er één persoon<br />

binn<strong>en</strong> het criminele sam<strong>en</strong>werkingsverband die, respectievelijk omdat<br />

hij e<strong>en</strong> ‘buit<strong>en</strong>be<strong>en</strong>tje’ is dan wel omdat hij e<strong>en</strong> veel minder door de wol<br />

geverfde crimineel is, ver<strong>onder</strong>steld wordt relatief goed b<strong>en</strong>aderbaar te<br />

zijn <strong>en</strong> zo het opsporingsteam dus e<strong>en</strong> ‘kans’ biedt om toch dichtbij de<br />

groepering te kom<strong>en</strong>.<br />

Behalve keuzes t<strong>en</strong> aanzi<strong>en</strong> van het subject, de plaats waar contact<br />

gemaakt gaat word<strong>en</strong> <strong>en</strong> de wijze waarop, moet<strong>en</strong> er ook keuzes gemaakt<br />

word<strong>en</strong> betreff<strong>en</strong>de de in te zett<strong>en</strong> undercoverag<strong>en</strong>t(<strong>en</strong>). Niet iedere<br />

undercoverag<strong>en</strong>t zal ev<strong>en</strong> geschikt zijn om in e<strong>en</strong> bepaald traject in te<br />

zett<strong>en</strong>. Daarbij zijn zowel k<strong>en</strong>merk<strong>en</strong> als leeftijd, geslacht, herkomst <strong>en</strong>/of<br />

persoonlijke of psychologische eig<strong>en</strong>schapp<strong>en</strong> van belang als ook bepaalde<br />

vaardighed<strong>en</strong> <strong>en</strong> kwalificaties, zoals het zich kunn<strong>en</strong> beweg<strong>en</strong> in<br />

bepaalde sociale milieus of het beheers<strong>en</strong> van specifieke k<strong>en</strong>nis of kunde.<br />

In sommige gevall<strong>en</strong> word<strong>en</strong> undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong> gekoppeld aan subject<strong>en</strong><br />

via door e<strong>en</strong> gedragsdeskundige opgestelde profiel<strong>en</strong>.<br />

Het infiltratieteam maakt zoals gezegd doorgaans de g<strong>en</strong>oemde, trajectinhoudelijke<br />

keuzes (het hoe), hoewel de OvJ verantwoordelijk is voor het<br />

opsporings<strong>onder</strong>zoek, <strong>en</strong> dus ook voor het undercovertraject. Gezi<strong>en</strong> de<br />

specifieke deskundigheid van de infiltratieteams hebb<strong>en</strong> geïnterviewde


156 <strong>Opspor<strong>en</strong></strong> <strong>onder</strong> <strong>dekmantel</strong><br />

respond<strong>en</strong>t<strong>en</strong> ook begrip voor deze taakverdeling. Wel merk<strong>en</strong> e<strong>en</strong> paar<br />

respond<strong>en</strong>t<strong>en</strong> van het OM <strong>en</strong> de politie op dat het infiltratieteam in hun<br />

og<strong>en</strong> soms te voorzichtig te werk gaat, waardoor het, vanuit het perspectief<br />

van het opsporingsteam, te lang duurt voordat de uiteindelijke doel<strong>en</strong><br />

van e<strong>en</strong> undercovertraject in zicht kom<strong>en</strong>.<br />

Bij het mak<strong>en</strong> van deze inhoudelijke keuzes door het infiltratieteam<br />

speelt informatie over de subject<strong>en</strong> e<strong>en</strong> ess<strong>en</strong>tiële rol, <strong>en</strong> dan niet alle<strong>en</strong><br />

zakelijke informatie over bijvoorbeeld de werkwijze van e<strong>en</strong> criminele<br />

organisatie, maar ook meer persoonlijke informatie over de subject<strong>en</strong><br />

zelf. Om te bepal<strong>en</strong> welke cover gebruikt moet word<strong>en</strong> <strong>en</strong> hoe e<strong>en</strong> subject<br />

b<strong>en</strong>aderd moet word<strong>en</strong>, di<strong>en</strong>t het infiltratieteam dat subject immers in<br />

bepaalde mate te k<strong>en</strong>n<strong>en</strong>. Daarbij gaat het om vrag<strong>en</strong> als: wat voor soort<br />

persoon is het <strong>en</strong> wat zijn de dagelijkse bezighed<strong>en</strong> van het subject? Deze<br />

meer sociale, persoonlijke informatie is belangrijk bij de voorbereiding,<br />

zodat het infiltratieteam zich goed kan voorbereid<strong>en</strong> <strong>en</strong> e<strong>en</strong> adequate<br />

b<strong>en</strong>aderingswijze kan kiez<strong>en</strong>, maar zeker ook tijd<strong>en</strong>s de loop van e<strong>en</strong><br />

undercovertraject, om de undercoverag<strong>en</strong>t de mogelijkheid te gev<strong>en</strong> zijn<br />

activiteit<strong>en</strong> optimaal af te stemm<strong>en</strong> op de persoonlijke omstandighed<strong>en</strong><br />

<strong>en</strong> k<strong>en</strong>merk<strong>en</strong> van het subject. Voor het verkrijg<strong>en</strong> van de informatie is het<br />

infiltratieteam afhankelijk van het opsporingsteam; het opsporingsteam<br />

k<strong>en</strong>t immers het subject, het infiltratieteam (nog) niet. Als het infiltratieteam<br />

uiteindelijk niet over voldo<strong>en</strong>de informatie op dat terrein beschikt,<br />

zal vaak beslot<strong>en</strong> word<strong>en</strong> om van inzet van het undercovertraject af te<br />

zi<strong>en</strong>.<br />

Het opsporingsteam moet dus de informatie aanlever<strong>en</strong> waarmee het<br />

infiltratieteam zich e<strong>en</strong> beeld kan vorm<strong>en</strong> van het subject. Bij het verzamel<strong>en</strong><br />

van de gew<strong>en</strong>ste informatie kunn<strong>en</strong> opsporingsinstrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> als<br />

de telefoontap <strong>en</strong> observatie, die zeker bij grotere opsporings<strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong><br />

vaak word<strong>en</strong> ingezet, van groot belang zijn. Bij het b<strong>en</strong>utt<strong>en</strong> van die<br />

opsporingsinstrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> voor de voorbereiding of <strong>onder</strong>steuning van e<strong>en</strong><br />

undercovertraject, speelt het volg<strong>en</strong>de ‘probleem’. De soort informatie die<br />

van belang is voor het infiltratieteam, is doorgaans veel minder relevant<br />

voor het overige deel van e<strong>en</strong> opsporings<strong>onder</strong>zoek. Led<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> opsporingsteam<br />

die bijvoorbeeld informatie uit de telefoontaps of observaties<br />

moet<strong>en</strong> verwerk<strong>en</strong>, richt<strong>en</strong> zich doorgaans namelijk vooral op strafrechtelijk<br />

relevante, dat wil zegg<strong>en</strong> meer delictgerelateerde, informatie. Vooral<br />

wanneer de betreff<strong>en</strong>de led<strong>en</strong> van het opsporingsteam niet op de hoogte<br />

zijn van het feit dat er e<strong>en</strong> undercovertraject in voorbereiding of <strong>uitvoering</strong><br />

is, bestaat daarom de kans dat persoonlijke <strong>en</strong> sociale informatie, die<br />

juist waardevol is voor het infiltratieteam, onopgemerkt blijft. Hiermee<br />

di<strong>en</strong>t zich e<strong>en</strong> dilemma aan: wie moet<strong>en</strong> er van het undercovertraject<br />

op de hoogte word<strong>en</strong> gebracht? Het vergrot<strong>en</strong> van de kring van geïnformeerd<strong>en</strong><br />

heeft als voordeel dat er waarschijnlijk meer relevante gegev<strong>en</strong>s<br />

word<strong>en</strong> aangeleverd, maar het nadeel is dat iedere extra persoon die weet<br />

dat e<strong>en</strong> undercovertraject wordt voorbereid of uitgevoerd, het risico op


Inzet van undercovertraject<strong>en</strong> in de opsporingspraktijk: e<strong>en</strong> eerste beeld 157<br />

ontdekking door de teg<strong>en</strong>partij vergroot. E<strong>en</strong> teamleider van e<strong>en</strong> infiltratieteam<br />

zegt hierover het volg<strong>en</strong>de.<br />

‘Je moet de afweging mak<strong>en</strong>: wie stel je op de hoogte van het feit dat<br />

we gaan infiltrer<strong>en</strong>? Als je die groep klein houdt, is dat goed voor<br />

de veiligheid maar beperk je jezelf in informatie die je nodig kunt<br />

hebb<strong>en</strong>. Voor het uc-traject haal je andere info uit taps dan voor bewijs<br />

b<strong>en</strong>odigd zou zijn. Voor e<strong>en</strong> undercovertraject is het heel relevant dat<br />

je persoonlijke, sociale informatie kan lever<strong>en</strong>. (…) Als je dat weet kan<br />

je dat mooi gebruik<strong>en</strong> in je b<strong>en</strong>adering van die persoon. Als m<strong>en</strong>s<strong>en</strong><br />

die de taps uitluister<strong>en</strong> niet wet<strong>en</strong> dat er e<strong>en</strong> undercovertraject loopt,<br />

hal<strong>en</strong> ze dit soort informatie er niet uit, want strafrechtelijk/voor het<br />

tactische opsporings<strong>onder</strong>zoek is het natuurlijk niet relevant. Als je de<br />

groep groot maakt, is dat goed voor de informatie die je in pot<strong>en</strong>tie kan<br />

krijg<strong>en</strong> maar slecht voor de veiligheid.’<br />

Mede op basis van de informatie over de persoon <strong>en</strong> de bezighed<strong>en</strong> van<br />

het subject, maakt het infiltratieteam – voor kortdur<strong>en</strong>de, relatief e<strong>en</strong>voudige<br />

operaties gebeurt dat niet altijd – e<strong>en</strong> plan voor het undercovertraject.<br />

Undercovertraject<strong>en</strong> bevatt<strong>en</strong> vaak e<strong>en</strong> voorbereid<strong>en</strong>de fase.<br />

Tijd<strong>en</strong>s die fase wordt de <strong>dekmantel</strong> opgebouwd. Vooral wanneer er niet<br />

e<strong>en</strong> gebruiksklare cover (<strong>dekmantel</strong>) ingezet kan word<strong>en</strong>, kan dat maand<strong>en</strong><br />

in beslag nem<strong>en</strong>. Zoals gezegd is het mede daarom van belang dat het<br />

infiltratieteam zo vroeg mogelijk door e<strong>en</strong> opsporingsteam bij e<strong>en</strong> zaak<br />

wordt betrokk<strong>en</strong> zodat het tijdig met de voorbereiding kan beginn<strong>en</strong>.<br />

Tijd <strong>en</strong> geld<br />

Bij het vormgev<strong>en</strong> aan het undercovertraject spel<strong>en</strong> behalve inhoudelijke<br />

overweging<strong>en</strong> natuurlijk ook bepaalde randvoorwaard<strong>en</strong> e<strong>en</strong> rol, waarbij<br />

het naast de veiligheid van in te zett<strong>en</strong> undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong> vooral gaat om<br />

de hoeveelheid tijd <strong>en</strong> geld die het traject mag kost<strong>en</strong>. Het tijdpad van het<br />

undercovertraject moet pass<strong>en</strong> binn<strong>en</strong> het tijdpad dat voor het opsporings<strong>onder</strong>zoek<br />

als geheel geldt. Behalve dat het <strong>onder</strong> andere vanwege<br />

de b<strong>en</strong>odigde voorbereiding van belang is tijdig contact op te nem<strong>en</strong> met<br />

het infiltratieteam, wordt er in de afg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> interviews meerdere mal<strong>en</strong><br />

op gewez<strong>en</strong> dat, wil e<strong>en</strong> undercovertraject succesvol ingezet kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong>,<br />

er voor het traject zelf voldo<strong>en</strong>de doorlooptijd beschikbaar moet zijn.<br />

Respond<strong>en</strong>t<strong>en</strong> stell<strong>en</strong> dat de tijdsperiode die e<strong>en</strong> opsporings<strong>onder</strong>zoek in<br />

beslag mag nem<strong>en</strong> in de afgelop<strong>en</strong> jar<strong>en</strong> korter is geword<strong>en</strong> als gevolg van<br />

e<strong>en</strong> op ‘output’ gerichte aansturing; er wordt strakker op gelet of <strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong><br />

niet te lang (gaan) dur<strong>en</strong> <strong>en</strong> of er binn<strong>en</strong> e<strong>en</strong> bepaalde termijn<br />

concrete resultat<strong>en</strong> te verwacht<strong>en</strong> zijn (zie ook paragraaf 4.5.4). Hierdoor<br />

zoud<strong>en</strong> zeker meer langdurige undercovertraject<strong>en</strong> minder snel ingezet<br />

kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong>.


158 <strong>Opspor<strong>en</strong></strong> <strong>onder</strong> <strong>dekmantel</strong><br />

Ook aan undercovertraject<strong>en</strong> zijn financiële kost<strong>en</strong> verbond<strong>en</strong>. De operationele<br />

kost<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> undercovertraject – waarvan de hoogte afhankelijk<br />

is van de afweging<strong>en</strong> die word<strong>en</strong> gemaakt met betrekking tot inhoud <strong>en</strong><br />

duur van het traject – word<strong>en</strong> gedrag<strong>en</strong> door de opdrachtgever, dus het<br />

politie<strong>onder</strong>deel of de bijz<strong>onder</strong>e opsporingsdi<strong>en</strong>st die om de di<strong>en</strong>st<strong>en</strong><br />

van het infiltratieteam heeft gevraagd. De opdrachtgever moet vooraf zijn<br />

goedkeuring gev<strong>en</strong> aan de begrote kost<strong>en</strong>.<br />

4.4.2 De daadwerkelijke start<br />

Eerder zag<strong>en</strong> we dat in 2004 in (naar schatting) 89 zak<strong>en</strong> op <strong>en</strong>ig mom<strong>en</strong>t<br />

is overwog<strong>en</strong> <strong>en</strong> in 37 zak<strong>en</strong> ook is beslot<strong>en</strong> om e<strong>en</strong> om SI <strong>en</strong>/of PK/PDV<br />

in te zett<strong>en</strong>. Verder is in de periode 2000-2005 in 16 zak<strong>en</strong> bij het College<br />

van PG’s toestemming gevraagd <strong>en</strong> gekreg<strong>en</strong> voor het inzett<strong>en</strong> van e<strong>en</strong><br />

IF-traject (zie paragraaf 4.3.1). E<strong>en</strong> deel van deze voorg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> undercovertraject<strong>en</strong><br />

is uiteindelijk nooit van start gegaan.<br />

In tabel 9 is weergegev<strong>en</strong> het aantal undercovertraject<strong>en</strong> van SI <strong>en</strong>/of PK/<br />

PDV, in zak<strong>en</strong> die in 2004 bij het infiltratieteam zijn aangemeld, dat ook<br />

daadwerkelijk is gestart. Tev<strong>en</strong>s toont de tabel, voor de gestarte traject<strong>en</strong>,<br />

het soort traject.<br />

Tabel 9 Nederlandse opsporings<strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong> waarin beslot<strong>en</strong> is<br />

SI <strong>en</strong>/of PK/PDV* in te zett<strong>en</strong>, naar daadwerkelijke start<br />

traject <strong>en</strong> naar soort traject, 2004**<br />

Aantal<br />

Opsporings<strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong> waarin beslot<strong>en</strong> is SI <strong>en</strong>/of PK/PDV* in te zett<strong>en</strong> 37<br />

Opsporings<strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong> waarin SI <strong>en</strong>/of PK/PDV* ook is gestart 34<br />

Naar soort traject<br />

SI 19<br />

PK/PDV 10<br />

SI&PK/PDV 5<br />

* Stelselmatig inwinn<strong>en</strong> van informatie <strong>en</strong>/of pseudo-koop/-di<strong>en</strong>stverl<strong>en</strong>ing.<br />

** Jaar van aanmelding bij het infiltratieteam.<br />

Bron: Op<strong>en</strong>baar Ministerie <strong>en</strong> politie/bewerking <strong>WODC</strong><br />

In 3 zak<strong>en</strong> die in 2004 bij het infiltratieteam zijn aangemeld <strong>en</strong> waarin is<br />

beslot<strong>en</strong> SI <strong>en</strong>/of PK/PDV in te zett<strong>en</strong>, is het infiltratieteam uiteindelijk<br />

niet begonn<strong>en</strong> met de feitelijke <strong>uitvoering</strong> van dat traject. Voor 2 zak<strong>en</strong><br />

geldt dat door de inzet van andere opsporingsinstrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> of door de<br />

activiteit<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> ander opsporingsteam het gebruik van het undercovertraject<br />

niet meer nodig <strong>en</strong>/of mogelijk is. In de <strong>en</strong>e zaak is beslot<strong>en</strong><br />

tot het verricht<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> PK bij e<strong>en</strong> verdachte van vuurwap<strong>en</strong>handel,<br />

maar voordat het infiltratieteam het traject kan start<strong>en</strong> wordt uit<br />

observaties <strong>en</strong> telefoontaps de vindplaats van de wap<strong>en</strong>s bek<strong>en</strong>d zodat


Inzet van undercovertraject<strong>en</strong> in de opsporingspraktijk: e<strong>en</strong> eerste beeld 159<br />

overgegaan wordt tot inbeslagname <strong>en</strong> aanhouding. In e<strong>en</strong> andere zaak<br />

wordt beslot<strong>en</strong> tot inzet van PK om e<strong>en</strong> groep verdacht<strong>en</strong> op te spor<strong>en</strong> die<br />

bepaalde goeder<strong>en</strong> op internet aanbiedt <strong>en</strong> pot<strong>en</strong>tiële kopers vervolg<strong>en</strong>s<br />

oplicht. Hier blijkt nog voordat het infiltratieteam van start gaat dat de<br />

verdacht<strong>en</strong> vanwege dezelfde delict<strong>en</strong> ook in e<strong>en</strong> buit<strong>en</strong>land <strong>onder</strong>werp<br />

van bepaalde opsporingsactiviteit<strong>en</strong> zijn, hetge<strong>en</strong> ook resulteert in hun<br />

aanhouding. In de 3 e zaak wordt uiteindelijk niet gestart met het traject<br />

omdat de veiligheid ervan in gevaar is gebracht. Het gaat hier om e<strong>en</strong><br />

voorg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> PK bij van drugshandel verdachte person<strong>en</strong>. Het infiltratieteam<br />

besluit hier het traject niet te start<strong>en</strong> omdat blijkt dat er binn<strong>en</strong><br />

de politie te grote bek<strong>en</strong>dheid is gegev<strong>en</strong> aan de op hand<strong>en</strong> zijnde actie,<br />

waardoor het risico bestaat dat uiteindelijk ook de verdacht<strong>en</strong> van de<br />

operatie op de hoogte rak<strong>en</strong>. Ook het betreff<strong>en</strong>de opsporings<strong>onder</strong>zoek<br />

zelf wordt beëindigd.<br />

Van de 34 zak<strong>en</strong> waarin het undercovertraject wel is gestart, gaat het 19<br />

keer om de inzet van SI, 10 keer om de inzet van PK/PDV <strong>en</strong> in 5 zak<strong>en</strong><br />

is e<strong>en</strong> combinatie van beide gebruikt. Traject<strong>en</strong> zijn alle<strong>en</strong> bij de combinatie<br />

SI&PK/PDV ingedeeld als ook echt daadwerkelijk e<strong>en</strong> bevel PK is<br />

gegev<strong>en</strong>. 208 Traject<strong>en</strong> die start<strong>en</strong> met SI <strong>en</strong> waarbij het alle<strong>en</strong> de bedoeling<br />

is geweest om, wanneer het SI-traject zich in de gew<strong>en</strong>ste richting<br />

ontwikkelt, in e<strong>en</strong> later stadium ook PK in te zett<strong>en</strong>, maar waarbij het<br />

undercovertraject nooit in dat stadium is beland, zijn bij SI ingedeeld. E<strong>en</strong><br />

andere kanttek<strong>en</strong>ing is dat het feit dat er e<strong>en</strong> bevel is gegev<strong>en</strong> om e<strong>en</strong> PK/<br />

PDV uit te voer<strong>en</strong>, niet betek<strong>en</strong>t dat de koop of di<strong>en</strong>stverl<strong>en</strong>ing ook echt<br />

heeft plaatsgevond<strong>en</strong>; e<strong>en</strong> deel van deze ‘transacties’ komt namelijk nooit<br />

tot stand (zie tabel 13). Voor alle 15 zak<strong>en</strong> die in tabel 9 bij (SI&)PK/PDV<br />

zijn ingedeeld geldt echter wel dat de undercoverag<strong>en</strong>t(<strong>en</strong>) in elk geval<br />

concreet heeft (hebb<strong>en</strong>) geprobeerd om die transactie ook daadwerkelijk<br />

uit te voer<strong>en</strong>.<br />

Tabel 10 Nederlandse opsporings<strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong> waarin door het<br />

College van PG’s toestemming is gegev<strong>en</strong> voor IF* <strong>en</strong> zak<strong>en</strong><br />

waarin IF* ook is gestart, 2000-2005**<br />

Aantal***<br />

Opsporings<strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong> waarin toestemming is gegev<strong>en</strong> voor IF* 16<br />

Opsporings<strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong> waarin IF* ook is gestart 14<br />

* Infiltratie.<br />

** Jaar van aanmelding bij de CTC.<br />

*** In ons <strong>onder</strong>zoek hebb<strong>en</strong> we 1 Nederlands opsporings<strong>onder</strong>zoek waarin toestemming is gevraagd<br />

<strong>en</strong> gekreg<strong>en</strong> voor e<strong>en</strong> IF-traject <strong>en</strong> waarin dat traject ook is uitgevoerd, niet meeg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. In<br />

werkelijkheid gaat het dus niet om respectievelijk 16 <strong>en</strong> 14 Nederlandse opsporings<strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong>,<br />

maar om 17 <strong>en</strong> 15 (zie paragraaf 1.3.1).<br />

Bron: Op<strong>en</strong>baar Ministerie <strong>en</strong> politie/bewerking <strong>WODC</strong><br />

208 Althans wanneer concreet is beslot<strong>en</strong> tot e<strong>en</strong> PK.


160 <strong>Opspor<strong>en</strong></strong> <strong>onder</strong> <strong>dekmantel</strong><br />

Van de 16 bestudeerde zak<strong>en</strong> waarin, in de periode 2000-2005, door het<br />

College van PG’s toestemming is gegev<strong>en</strong> voor het inzett<strong>en</strong> van IF, is in 2<br />

gevall<strong>en</strong> (B55 <strong>en</strong> B45) ge<strong>en</strong> <strong>uitvoering</strong> gegev<strong>en</strong> aan het traject (tabel 10).<br />

In beide gevall<strong>en</strong> gaat het om e<strong>en</strong> <strong>onder</strong>zoek naar verdacht<strong>en</strong> van productie<br />

van/handel in synthetische drugs <strong>en</strong> ev<strong>en</strong>e<strong>en</strong>s voor beide zak<strong>en</strong> geldt<br />

dat ingezette overige opsporingsinstrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong>, zoals observatie <strong>en</strong> telefoontaps,<br />

nog voordat begonn<strong>en</strong> wordt met het IF-traject leid<strong>en</strong> tot e<strong>en</strong><br />

zodanige hoeveelheid belast<strong>en</strong>de informatie dat tot aanhouding van de<br />

verdacht<strong>en</strong> wordt overgegaan. In 1 van de 2 zak<strong>en</strong> is op dat mom<strong>en</strong>t overig<strong>en</strong>s<br />

al wel SI ingezet.<br />

In de 14 bestudeerde zak<strong>en</strong> waarin het IF-traject ook is gestart, is doorgaans<br />

ook gebruikgemaakt van SI <strong>en</strong>/of PK/PDV. Voor 13 IF-traject<strong>en</strong> geldt<br />

dat het bij de start van het traject t<strong>en</strong>minste de bedoeling is om uiteindelijk<br />

tot e<strong>en</strong> PK/PDV 209 te kom<strong>en</strong> <strong>en</strong> in het mer<strong>en</strong>deel van die zak<strong>en</strong> zijn<br />

daartoe ook concrete stapp<strong>en</strong> <strong>onder</strong>nom<strong>en</strong>, wat bijvoorbeeld wil zegg<strong>en</strong><br />

dat afsprak<strong>en</strong> zijn gemaakt met de betreff<strong>en</strong>de verdacht<strong>en</strong> over de koop<br />

van drugs. 210 Ook hier geldt overig<strong>en</strong>s dat dergelijke plann<strong>en</strong> regelmatig<br />

niet tot <strong>uitvoering</strong> kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> gebracht (zie uitleg bij tabel 14).<br />

In 7 zak<strong>en</strong> is het IF-traject (daarnaast) gecombineerd met SI. Daarvan<br />

wordt in 6 gevall<strong>en</strong> de SI ingezet voorafgaande aan het IF-traject. Op het<br />

mom<strong>en</strong>t dat in deze zak<strong>en</strong> SI wordt ingezet, bestaan er nog niet zodanige<br />

contact<strong>en</strong> met de subject<strong>en</strong>, <strong>en</strong> zull<strong>en</strong> die er naar verwachting ook<br />

(voorlopig) niet zijn, dat al sprake is van IF. Wanneer deze contact<strong>en</strong> zich<br />

vervolg<strong>en</strong>s zo ontwikkel<strong>en</strong> dat er wel sprake van is (of van zal zijn) dat<br />

de undercoverag<strong>en</strong>t deelneemt of medewerking verle<strong>en</strong>t aan e<strong>en</strong> georganiseerd<br />

verband of groep van person<strong>en</strong> waarbinn<strong>en</strong> vermoedelijk misdrijv<strong>en</strong><br />

word<strong>en</strong> beraamd of gepleegd, wordt het undercovertraject omgezet in IF.<br />

In de 7 e zaak wordt SI ingezet bínn<strong>en</strong> e<strong>en</strong> IF-traject, dus nadat de IF al is<br />

gestart, <strong>en</strong> bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> gericht op dezelfde subject<strong>en</strong> als waarop de IF zich<br />

richt. 211<br />

4.5 De <strong>uitvoering</strong> van undercovertraject<strong>en</strong><br />

In deze paragraaf kom<strong>en</strong> achtere<strong>en</strong>volg<strong>en</strong>s aan de orde: het legg<strong>en</strong> van<br />

het eerste contact met het subject; k<strong>en</strong>merk<strong>en</strong> van de contact<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> de<br />

undercoverag<strong>en</strong>t <strong>en</strong> het subject; de wisselwerking tuss<strong>en</strong> het undercovertraject<br />

<strong>en</strong> andere opsporingsinstrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong>; <strong>en</strong> de aansturing van undercovertraject<strong>en</strong>.<br />

209 Eén keer gaat het om e<strong>en</strong> voorg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> pseudo-verkoop.<br />

210 Wanneer e<strong>en</strong> bevel IF is gegev<strong>en</strong>, is voor de <strong>uitvoering</strong> van e<strong>en</strong> PK/PDV ge<strong>en</strong> apart bevel vereist mits de<br />

PK/PDV in het bevel IF is vermeld. Wanneer de PK/PDV plaatsvindt alvor<strong>en</strong>s e<strong>en</strong> bevel IF wordt gegev<strong>en</strong>,<br />

is natuurlijk wel e<strong>en</strong> apart bevel nodig.<br />

211 Dit wekt <strong>en</strong>igszins verbazing want voor het stelselmatig inwinn<strong>en</strong> van informatie over e<strong>en</strong> persoon is<br />

ge<strong>en</strong> apart bevel nodig als t<strong>en</strong> opzichte van diezelfde persoon al e<strong>en</strong> bevel IF is uitgevaardigd.


4.5.1 Contact legg<strong>en</strong> met het subject<br />

Inzet van undercovertraject<strong>en</strong> in de opsporingspraktijk: e<strong>en</strong> eerste beeld 161<br />

Zoals gezegd is het subject niet altijd dezelfde persoon als de (hoofd)<br />

verdachte(n) waarteg<strong>en</strong> het opsporings<strong>onder</strong>zoek is gericht. Het subject<br />

is deg<strong>en</strong>e waarmee de undercoverag<strong>en</strong>t in eerste instantie contact moet<br />

zi<strong>en</strong> te mak<strong>en</strong>. Wanneer het subject e<strong>en</strong> andere persoon is dan de verdachte,<br />

is het doorgaans de bedoeling om via het subject met de verdachte<br />

in contact te kom<strong>en</strong> of om via het subject informatie over de verdachte te<br />

verkrijg<strong>en</strong>. 212 Tabell<strong>en</strong> 11 <strong>en</strong> 12 ton<strong>en</strong> of het in de <strong>onder</strong>zochte zak<strong>en</strong> wel<br />

of niet is gelukt om contact te legg<strong>en</strong> met het subject. Daarbij lat<strong>en</strong> we<br />

buit<strong>en</strong> beschouwing of de undercoverag<strong>en</strong>t er ev<strong>en</strong>tueel ook in is geslaagd<br />

om met de eig<strong>en</strong>lijke verdachte in contact te kom<strong>en</strong> (op het bereik<strong>en</strong> van<br />

dergelijke <strong>en</strong> andere, verder geleg<strong>en</strong> doel<strong>en</strong> gaan we in paragraaf 5.3 in).<br />

Tabel 11 Nederlandse opsporings<strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong> waarin SI <strong>en</strong>/of PK/<br />

PDV* daadwerkelijk is gestart <strong>en</strong> waarin contact is gelegd<br />

met het subject, 2004**<br />

Aantal<br />

Opsporings<strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong> waarin SI <strong>en</strong>/of PK/PDV* ook is gestart 34<br />

Opsporings<strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong> waarin contact is gelegd met het subject 31<br />

* Stelselmatig inwinn<strong>en</strong> van informatie <strong>en</strong>/of pseudo-koop/-di<strong>en</strong>stverl<strong>en</strong>ing.<br />

** Jaar van aanmelding bij het infiltratieteam.<br />

Bron: Op<strong>en</strong>baar Ministerie <strong>en</strong> politie/bewerking <strong>WODC</strong><br />

In tabel 11 is voor de 34 zak<strong>en</strong> die in 2004 bij e<strong>en</strong> infiltratieteam zijn<br />

aangemeld <strong>en</strong> waarin is beslot<strong>en</strong> e<strong>en</strong> undercovertraject in te zett<strong>en</strong> dat<br />

vervolg<strong>en</strong>s ook echt van start is gegaan, weergegev<strong>en</strong> hoe vaak het de<br />

undercoverag<strong>en</strong>t is gelukt contact te legg<strong>en</strong> met het subject. In 31 gevall<strong>en</strong><br />

is de undercoverag<strong>en</strong>t daarin geslaagd. In 3 ingezette undercovertraject<strong>en</strong><br />

– alle 3 de traject<strong>en</strong> betroff<strong>en</strong> SI – is het dus niet gelukt om contact te<br />

mak<strong>en</strong> met het subject. Daarvan is voor 1 zaak de red<strong>en</strong> onbek<strong>en</strong>d (A11).<br />

In de 2 e zaak staat e<strong>en</strong> criminele groepering c<strong>en</strong>traal die in drugs handelt<br />

(A5). Bij aanvang van het undercovertraject word<strong>en</strong> goede mogelijkhed<strong>en</strong><br />

gezi<strong>en</strong> om met het subject in contact te kom<strong>en</strong>, <strong>onder</strong> andere in verschill<strong>en</strong>de<br />

horecageleg<strong>en</strong>hed<strong>en</strong>. Deze contactmogelijkhed<strong>en</strong> kom<strong>en</strong> echter<br />

nog voordat contact gemaakt kan word<strong>en</strong> te vervall<strong>en</strong> omdat het subject<br />

plotseling de betreff<strong>en</strong>de geleg<strong>en</strong>hed<strong>en</strong> niet meer bezoekt, <strong>onder</strong> andere<br />

omdat hem de deur is geweigerd. Uiteindelijk wordt de verdachte in deze<br />

zaak wel veroordeeld in eerste aanleg, maar dus z<strong>onder</strong> inbr<strong>en</strong>g van het<br />

undercovertraject. In de 3 e zaak (A22) is het niet tot e<strong>en</strong> contact gekom<strong>en</strong><br />

omdat het undercovertraject na de start wordt gestopt vanwege het<br />

212 Als we hier sprek<strong>en</strong> over ‘contact’, bedoel<strong>en</strong> we zowel face-to-face als telefonisch contact of contact via<br />

SMS of e-mail.


162 <strong>Opspor<strong>en</strong></strong> <strong>onder</strong> <strong>dekmantel</strong><br />

bek<strong>en</strong>d word<strong>en</strong> van het traject bij te veel politieambt<strong>en</strong>ar<strong>en</strong>. 213 Sam<strong>en</strong> met<br />

het undercovertraject eindigt in deze zaak ook het hele opsporings<strong>onder</strong>zoek.<br />

Omdat de verdachte in IF-traject<strong>en</strong> <strong>onder</strong>deel uitmaakt van e<strong>en</strong> groepering,<br />

zijn er in beginsel meer mogelijkhed<strong>en</strong> tot contact dan in traject<strong>en</strong><br />

waarin alle<strong>en</strong> SI <strong>en</strong>/of PK wordt ingezet <strong>en</strong> die zich richt<strong>en</strong> op maar één,<br />

niet in e<strong>en</strong> groepering operer<strong>en</strong>de verdachte. Bij de IF-traject<strong>en</strong> komt het<br />

dan ook, in het algeme<strong>en</strong> in teg<strong>en</strong>stelling tot de SI- <strong>en</strong>/of PK/PDV-traject<strong>en</strong>,<br />

voor dat verschill<strong>en</strong>de contactmogelijkhed<strong>en</strong> tegelijkertijd word<strong>en</strong><br />

b<strong>en</strong>ut of dat gedur<strong>en</strong>de het traject het gebruik<strong>en</strong> van de <strong>en</strong>e mogelijkheid<br />

wordt gestaakt om het via e<strong>en</strong> andere weg te prober<strong>en</strong>. Uit tabel 12<br />

blijkt dat van de 14 bestudeerde zak<strong>en</strong> waarin e<strong>en</strong> IF-traject is uitgevoerd<br />

(<strong>en</strong> waarvoor in de periode 2000-2005 toestemming is verkreg<strong>en</strong> van het<br />

College van PG’s) het de undercoverag<strong>en</strong>t(<strong>en</strong>) in 13 traject<strong>en</strong> wel <strong>en</strong> in 1<br />

traject niet lukt om contact te mak<strong>en</strong> met het subject. In de zaak waarin<br />

het contact is uitgeblev<strong>en</strong> (B40), hebb<strong>en</strong> de ingezette undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong><br />

verschill<strong>en</strong>de geleg<strong>en</strong>hed<strong>en</strong> bezocht die door de subject<strong>en</strong> werd<strong>en</strong><br />

gefrequ<strong>en</strong>teerd, echter dus z<strong>onder</strong> contact te mak<strong>en</strong>. Ook het inzett<strong>en</strong><br />

van observatie verloopt bij de betreff<strong>en</strong>de verdachte moeizaam vanwege<br />

het geslot<strong>en</strong> karakter van zijn woonomgeving. Dat br<strong>en</strong>gt weer e<strong>en</strong> informatietekort<br />

met zich mee waardoor het voortzett<strong>en</strong> van het undercovertraject<br />

moeilijker wordt, omdat informatie over de verdachte nodig is om<br />

de veiligheid van de undercoverag<strong>en</strong>t te bescherm<strong>en</strong>. Het betreff<strong>en</strong>de<br />

opsporings<strong>onder</strong>zoek is gestopt z<strong>onder</strong> aanhouding<strong>en</strong>.<br />

Tabel 12 Nederlandse opsporings<strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong> waarin IF*<br />

daadwerkelijk is gestart <strong>en</strong> waarin contact is gelegd met<br />

het subject, 2000-2005**<br />

Aantal<br />

Opsporings<strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong> waarin IF* ook is gestart 14***<br />

Opsporings<strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong> waarin contact is gelegd met het subject 13<br />

* Infiltratie.<br />

** Jaar van aanmelding bij de CTC.<br />

*** In ons <strong>onder</strong>zoek hebb<strong>en</strong> we 1 zaak waarin toestemming is gevraagd <strong>en</strong> gekreg<strong>en</strong> voor e<strong>en</strong> IFtraject<br />

<strong>en</strong> waarin dat traject ook is uitgevoerd, niet meeg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. In werkelijkheid gaat het dus<br />

niet om 14 Nederlandse opsporings<strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong>, maar om 15 (zie paragraaf 1.3.1).<br />

Bron: Op<strong>en</strong>baar Ministerie <strong>en</strong> politie/bewerking <strong>WODC</strong><br />

213 Het gevaar van ‘uitlekk<strong>en</strong>’ zag<strong>en</strong> we ook als red<strong>en</strong> waarom e<strong>en</strong> zaak (e<strong>en</strong> voorg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> PK) in<br />

het geheel niet is gestart (zie uitleg bij tabel 9). In de zaak waar we het nu over hebb<strong>en</strong>, was het<br />

undercovertraject op het mom<strong>en</strong>t dat het wordt gestaakt echter al gestart.


Inzet van undercovertraject<strong>en</strong> in de opsporingspraktijk: e<strong>en</strong> eerste beeld 163<br />

4.5.2 K<strong>en</strong>merk<strong>en</strong> van de contact<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> de undercoverag<strong>en</strong>t <strong>en</strong> het<br />

subject<br />

In deze subparagraaf besprek<strong>en</strong> we <strong>en</strong>kele k<strong>en</strong>merk<strong>en</strong> van de contact<strong>en</strong><br />

die er tijd<strong>en</strong>s de undercovertraject<strong>en</strong> zijn tuss<strong>en</strong> de undercoverag<strong>en</strong>t<br />

<strong>en</strong>erzijds <strong>en</strong> het subject anderzijds. Om te voorkom<strong>en</strong> dat er e<strong>en</strong> te gedetailleerd<br />

beeld wordt geschetst van de wijze waarop de traject<strong>en</strong> zich<br />

inhoudelijk ontwikkel<strong>en</strong>, beperk<strong>en</strong> we ons tot de hoofdlijn<strong>en</strong> <strong>en</strong> de uiterst<strong>en</strong><br />

waarbinn<strong>en</strong> de undercovertraject<strong>en</strong> zich beweg<strong>en</strong>.<br />

Duur <strong>en</strong> int<strong>en</strong>siteit van traject<strong>en</strong> <strong>en</strong> soort contact<strong>en</strong><br />

Voor de 31 zak<strong>en</strong> waarin in 2004 (jaar van aanmelding bij het infiltratieteam)<br />

SI <strong>en</strong>/of PK/PDV is ingezet <strong>en</strong> waarin contact met het subject is<br />

gelegd (2004), beschikk<strong>en</strong> we niet voor alle opsporings<strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong> over<br />

gegev<strong>en</strong>s over de duur van de traject<strong>en</strong>. Uit de gegev<strong>en</strong>s die we wel hebb<strong>en</strong><br />

blijkt dat de l<strong>en</strong>gte van het totale traject varieert van 1 of e<strong>en</strong> paar<br />

dag<strong>en</strong> tot 13 maand<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> voorbeeld van e<strong>en</strong> traject (PDV) dat slechts 1<br />

of <strong>en</strong>kele dag<strong>en</strong> in beslag heeft g<strong>en</strong>om<strong>en</strong>, is e<strong>en</strong> <strong>onder</strong>zoek naar drugssmokkel<br />

dat is gestart naar aanleiding van informatie dat bij e<strong>en</strong> bepaalde<br />

verdachte drugs afgeleverd gaat word<strong>en</strong> via de reguliere post. Hier doet<br />

e<strong>en</strong> undercoverag<strong>en</strong>t zich voor als postbesteller <strong>en</strong> levert het pakketje<br />

af, waarna er aanhouding volgt. E<strong>en</strong> voorbeeld van e<strong>en</strong> langdurig traject<br />

komt uit e<strong>en</strong> <strong>onder</strong>zoek naar vuurwap<strong>en</strong>handel. Het betreff<strong>en</strong>de undercovertraject<br />

duurt ruim 12 maand<strong>en</strong>. De undercoverag<strong>en</strong>t moet in dat<br />

traject, dat start als SI, eerst de verdachte(n) id<strong>en</strong>tificer<strong>en</strong>, vervolg<strong>en</strong>s<br />

contact met h<strong>en</strong> mak<strong>en</strong> <strong>en</strong> uiteindelijk het contact zodanig wet<strong>en</strong> uit te<br />

bouw<strong>en</strong> dat er PK’<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> verricht, hetge<strong>en</strong> ook allemaal lukt.<br />

E<strong>en</strong> ander voorbeeld is e<strong>en</strong> 13 maand<strong>en</strong> dur<strong>en</strong>d SI-traject dat is gebruikt<br />

in e<strong>en</strong> <strong>onder</strong>zoek naar e<strong>en</strong> zog<strong>en</strong>oemde cold case, e<strong>en</strong> <strong>onder</strong>zoek naar e<strong>en</strong><br />

vrij lang geled<strong>en</strong> maar tot nu toe onopgehelderd misdrijf, in dit geval e<strong>en</strong><br />

moord. Tijd<strong>en</strong>s dat traject lukt het overig<strong>en</strong>s niet om relevante informatie<br />

te verzamel<strong>en</strong>.<br />

Voor de 13 bestudeerde zak<strong>en</strong> waarin IF is ingezet <strong>en</strong> contact is gemaakt<br />

met het subject (2000-2005), beschikk<strong>en</strong> we wel voor alle traject<strong>en</strong> over<br />

gegev<strong>en</strong>s over de duur ervan. De duur van het totale undercovertraject<br />

varieert hier van 5 dag<strong>en</strong> tot 3 jaar. Op 3 na dur<strong>en</strong> de traject<strong>en</strong> t<strong>en</strong> minste<br />

e<strong>en</strong> halfjaar <strong>en</strong> op 3 na niet langer dan 13 maand<strong>en</strong>. Het gaat hier om<br />

de duur van het totale undercovertraject, dus inclusief de duur van e<strong>en</strong><br />

ev<strong>en</strong>tueel eerder ingezet SI-traject. Van de 13 bestudeerde zak<strong>en</strong> waarin<br />

IF is ingezet <strong>en</strong> waarin er contact is gelegd met het subject, is er 6 keer<br />

voorafgaande aan (1 keer tijd<strong>en</strong>s) het IF-traject SI uitgevoerd. Logischerwijs<br />

is de duur van alle<strong>en</strong> het IF-traject korter dan dat van het totale<br />

undercover traject. De duur van de IF-traject<strong>en</strong> zelf, dus z<strong>onder</strong> SI, varieert


164 <strong>Opspor<strong>en</strong></strong> <strong>onder</strong> <strong>dekmantel</strong><br />

van 5 dag<strong>en</strong> tot 17 maand<strong>en</strong>. Op 4 traject<strong>en</strong> na dur<strong>en</strong> de IF-traject<strong>en</strong> t<strong>en</strong><br />

minste e<strong>en</strong> halfjaar <strong>en</strong> maar 1 traject duurt langer dan 13 maand<strong>en</strong>. 214<br />

De aantall<strong>en</strong> contact<strong>en</strong> <strong>en</strong> de frequ<strong>en</strong>tie ervan lat<strong>en</strong> ev<strong>en</strong>e<strong>en</strong>s e<strong>en</strong> grote<br />

variatie zi<strong>en</strong>: van e<strong>en</strong> <strong>en</strong>kel contact tot <strong>en</strong>kele (SI <strong>en</strong>/of PK) of vele (IF)<br />

ti<strong>en</strong>tall<strong>en</strong>. 215 De frequ<strong>en</strong>tie loopt van e<strong>en</strong> <strong>en</strong>kel contact in e<strong>en</strong> maand<strong>en</strong>lange<br />

periode, waarin het subject bijvoorbeeld weg<strong>en</strong>s vakantie of ‘zak<strong>en</strong>’<br />

in het buit<strong>en</strong>land verblijft, tot verschill<strong>en</strong>de contact<strong>en</strong> in één week. Verder<br />

is het zo dat de frequ<strong>en</strong>tie van de contact<strong>en</strong> ook bìnn<strong>en</strong> e<strong>en</strong> IF-traject kan<br />

variër<strong>en</strong>. Zo kan wanneer de datum van e<strong>en</strong> afgesprok<strong>en</strong> levering van<br />

drugs door de verdacht<strong>en</strong> aan de undercoverag<strong>en</strong>t(<strong>en</strong>) nadert, de frequ<strong>en</strong>tie<br />

van de ontmoeting<strong>en</strong> of telefoontjes/sms’jes sterk to<strong>en</strong>em<strong>en</strong>, ook<br />

omdat afsprak<strong>en</strong> nogal e<strong>en</strong>s word<strong>en</strong> afgezegd.<br />

Behalve in duur, aantal <strong>en</strong> frequ<strong>en</strong>tie van de contact<strong>en</strong> variër<strong>en</strong> de undercovertraject<strong>en</strong><br />

ook in de omgeving waarin contact<strong>en</strong> plaatsvind<strong>en</strong> <strong>en</strong> in de<br />

aard van de contact<strong>en</strong>, dat wil zegg<strong>en</strong> de aard van de relatie die er tuss<strong>en</strong><br />

de undercoverag<strong>en</strong>t <strong>en</strong> het subject is.<br />

Zowel de omgeving waarin contact<strong>en</strong> plaatsvind<strong>en</strong> als de aard van<br />

contact<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> in beginsel word<strong>en</strong> <strong>onder</strong>verdeeld in<br />

verschill<strong>en</strong>de ‘sfer<strong>en</strong>’, te wet<strong>en</strong> e<strong>en</strong> sociale, persoonlijke <strong>en</strong> e<strong>en</strong> zakelijke.<br />

Sociale omgeving<strong>en</strong> zijn bijvoorbeeld uitgaansgeleg<strong>en</strong>hed<strong>en</strong>. E<strong>en</strong><br />

persoonlijke omgeving is bijvoorbeeld de p<strong>en</strong>it<strong>en</strong>tiaire inrichting waarin<br />

iemand verblijft. E<strong>en</strong> voorbeeld van e<strong>en</strong> zakelijke omgeving is e<strong>en</strong> digitale<br />

markt zoals die op bepaalde websites is te vind<strong>en</strong>. Ook de aard van de<br />

contact<strong>en</strong> kan sociaal zijn, waarbij het erom gaat om bijvoorbeeld gezam<strong>en</strong>lijk<br />

activiteit<strong>en</strong> te <strong>onder</strong>nem<strong>en</strong>, of persoonlijk, waarbij de persoonlijke<br />

band tuss<strong>en</strong> beid<strong>en</strong> c<strong>en</strong>traal staat, of zakelijk, waarbij de contact<strong>en</strong><br />

vooral functioneel zijn voor het bereik<strong>en</strong> van bepaalde (gezam<strong>en</strong>lijke of<br />

afz<strong>onder</strong>lijke) doel<strong>en</strong>.<br />

Binn<strong>en</strong> de <strong>onder</strong>zochte undercovertraject<strong>en</strong> vind<strong>en</strong> we van de meeste,<br />

maar niet van alle, dim<strong>en</strong>sies voorbeeld<strong>en</strong>. We gev<strong>en</strong> <strong>en</strong>kele, niet heel<br />

gedetailleerde voorbeeld<strong>en</strong>. Zo zijn er <strong>en</strong>erzijds zak<strong>en</strong> waarbij de contact<strong>en</strong><br />

puur zakelijk <strong>en</strong> ook erg oppervlakkig blijv<strong>en</strong>, zoals zak<strong>en</strong> waarbij e<strong>en</strong><br />

undercoverag<strong>en</strong>t reageert op e<strong>en</strong> on-line advert<strong>en</strong>tie waarin gestol<strong>en</strong> of<br />

illegale goeder<strong>en</strong> word<strong>en</strong> aangebod<strong>en</strong> <strong>en</strong> waar vervolg<strong>en</strong>s e<strong>en</strong> transactie<br />

(PK) wordt verricht of e<strong>en</strong> zaak waar e<strong>en</strong> undercoverag<strong>en</strong>t zich voordoet<br />

als e<strong>en</strong> postkoerier die e<strong>en</strong> pakketje met drugs thuis aflevert. Anderzijds<br />

zijn er ook zak<strong>en</strong> waarin de undercoverag<strong>en</strong>t e<strong>en</strong> hechte persoonlijk-emotionele<br />

vertrouw<strong>en</strong>sband weet op te bouw<strong>en</strong> met het subject,<br />

bijvoorbeeld om informatie te verkrijg<strong>en</strong> over zijn betrokk<strong>en</strong>heid bij e<strong>en</strong><br />

214 Zo duurt het IF-traject in de zaak waarin het totale undercovertraject 3 jaar in beslag heeft g<strong>en</strong>om<strong>en</strong>,<br />

‘maar’ 7 maand<strong>en</strong>. In de andere zak<strong>en</strong> is de afname van de duur van het traject wanneer we SI buit<strong>en</strong><br />

beschouwing lat<strong>en</strong> echter minder dramatisch.<br />

215 Voor beide categorieën van zak<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> we alle<strong>en</strong> voor e<strong>en</strong> deel van de zak<strong>en</strong> gegev<strong>en</strong>s.


Inzet van undercovertraject<strong>en</strong> in de opsporingspraktijk: e<strong>en</strong> eerste beeld 165<br />

geweldsdelict. Deze band kan in de og<strong>en</strong> van het subject zo goed zijn, dat<br />

hij op <strong>en</strong>ig mom<strong>en</strong>t zegt dat de undercoverag<strong>en</strong>t zijn beste vri<strong>en</strong>d is of één<br />

van de twee person<strong>en</strong> die hij vertrouwt. Overig<strong>en</strong>s kunn<strong>en</strong> vri<strong>en</strong>dschappelijke<br />

relaties ook ontstaan in traject<strong>en</strong> die uiteindelijk tot e<strong>en</strong> zakelijke<br />

transactie, bijvoorbeeld e<strong>en</strong> PK van e<strong>en</strong> grote partij drugs, moet<strong>en</strong><br />

leid<strong>en</strong>. Dit is bijvoorbeeld het geval in e<strong>en</strong> zaak waarin zo’n transactie<br />

wordt voorafgegaan door e<strong>en</strong> langdurige periode van persoonlijke <strong>en</strong>/of<br />

sociale contact<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> het subject <strong>en</strong> de undercoverag<strong>en</strong>t. Er lijkt e<strong>en</strong><br />

zekere sam<strong>en</strong>hang te zijn tuss<strong>en</strong> de duur van traject<strong>en</strong> <strong>en</strong> de mate waarin<br />

contact<strong>en</strong> ook in de sociale <strong>en</strong> vooral persoonlijke sfeer plaatsvind<strong>en</strong>. Dat<br />

hoeft niet te verbaz<strong>en</strong> aangezi<strong>en</strong> het doorgaans <strong>en</strong>ige tijd zal verg<strong>en</strong> voordat<br />

contact<strong>en</strong> e<strong>en</strong> zekere diepgang hebb<strong>en</strong>. De sam<strong>en</strong>hang is echter zeker<br />

niet absoluut. Want naast dat er bijvoorbeeld e<strong>en</strong> zaak is waarbij in e<strong>en</strong><br />

traject van bijna e<strong>en</strong> jaar de undercoverag<strong>en</strong>t inderdaad op verschill<strong>en</strong>de<br />

terrein<strong>en</strong> het persoonlijke <strong>en</strong> sociale lev<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> subject ‘binn<strong>en</strong>dringt’,<br />

is er ook e<strong>en</strong> traject van vergelijkbare duur waarin er weliswaar ti<strong>en</strong>tall<strong>en</strong><br />

contact<strong>en</strong> zijn, maar waarin deze contact<strong>en</strong> steeds e<strong>en</strong> zakelijk karakter<br />

blijv<strong>en</strong> houd<strong>en</strong>.<br />

4.5.3 Wisselwerking met andere opsporingsinstrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong><br />

Zeker in opsporings<strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong> die groter zijn dan het verricht<strong>en</strong> van bijvoorbeeld<br />

e<strong>en</strong> <strong>en</strong>kele PK via e<strong>en</strong> website, word<strong>en</strong> doorgaans verschill<strong>en</strong>de<br />

opsporingsinstrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> ingezet, vaak ook tegelijkertijd. Zak<strong>en</strong> waarin<br />

uitsluit<strong>en</strong>d e<strong>en</strong> undercovertraject wordt ingezet lijk<strong>en</strong> dan ook niet veel<br />

voor te kom<strong>en</strong>, behalve in zeer kortdur<strong>en</strong>de pseudo-koopoperaties.<br />

In de praktijk is doorgaans sprake van e<strong>en</strong> wisselwerking tuss<strong>en</strong> het<br />

undercovertraject <strong>en</strong> andere opsporingsinstrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong>. Informatie die met<br />

het <strong>en</strong>e middel is verkreg<strong>en</strong>, wordt gebruikt bij de inzet van het andere<br />

middel <strong>en</strong> vice versa. Zoals gezegd kan informatie uit e<strong>en</strong> telefoontap het<br />

persoonlijke lev<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> subject ‘inkleur<strong>en</strong>’, waardoor de undercoverag<strong>en</strong>t<br />

beter op zijn teg<strong>en</strong>speler kan inspel<strong>en</strong>. Telefoontaps of observaties<br />

kunn<strong>en</strong> daarnaast ook van heel praktische waarde zijn voor het infiltratieteam,<br />

bijvoorbeeld wanneer blijkt dat e<strong>en</strong> subject voorlopig niet meer e<strong>en</strong><br />

bepaalde geleg<strong>en</strong>heid waar de undercoverag<strong>en</strong>t hem doorgaans ontmoet<br />

zal bezoek<strong>en</strong> of als uit observatie blijkt dat het subject e<strong>en</strong> vuurwap<strong>en</strong><br />

me<strong>en</strong>eemt naar e<strong>en</strong> afspraak met de undercoverag<strong>en</strong>t. Andersom kan met<br />

behulp van het undercovertraject de inzet van andere opsporingsinstrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong><br />

word<strong>en</strong> aangestuurd of kunn<strong>en</strong> de opbr<strong>en</strong>gst<strong>en</strong> die met andere<br />

opsporingsinstrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> word<strong>en</strong> behaald, word<strong>en</strong> vergroot. Zo kunn<strong>en</strong><br />

undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong> ontdekk<strong>en</strong> via welke telefoonnummers verdacht<strong>en</strong><br />

met elkaar communicer<strong>en</strong>, waarna deze nummers ‘<strong>onder</strong> de tap’ kunn<strong>en</strong><br />

word<strong>en</strong> gezet, of kunn<strong>en</strong> ze bijvoorbeeld uit gesprekk<strong>en</strong> met e<strong>en</strong> subject<br />

opmak<strong>en</strong> gedur<strong>en</strong>de welke periode er niemand aanwezig zal zijn in e<strong>en</strong><br />

bedrijfspand, hetge<strong>en</strong> het uitvoer<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> inkijkoperatie t<strong>en</strong> goede


166 <strong>Opspor<strong>en</strong></strong> <strong>onder</strong> <strong>dekmantel</strong><br />

kan kom<strong>en</strong>. Zeker bij wat langere undercovertraject<strong>en</strong> zal het niet vaak<br />

voorkom<strong>en</strong> dat het traject ge<strong>en</strong> <strong>en</strong>kele van de g<strong>en</strong>oemde of soortgelijke<br />

opbr<strong>en</strong>gst<strong>en</strong> g<strong>en</strong>ereert.<br />

De parallelle inzet van e<strong>en</strong> undercovertraject <strong>en</strong> andere opsporingsinstrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong><br />

br<strong>en</strong>gt bepaalde vrag<strong>en</strong> met zich mee omtr<strong>en</strong>t de geheimhouding<br />

van het traject. Net als bij de voorbereiding van e<strong>en</strong> undercovertraject (zie<br />

paragraaf 4.4.1) geldt ook hier de vrij fundam<strong>en</strong>tele vraag welke person<strong>en</strong><br />

<strong>en</strong> politie<strong>onder</strong>del<strong>en</strong> die bij het opsporings<strong>onder</strong>zoek betrokk<strong>en</strong> zijn op de<br />

hoogte moet<strong>en</strong> word<strong>en</strong> gebracht van het feit dat er e<strong>en</strong> undercoverag<strong>en</strong>t<br />

actief is. Ook tijd<strong>en</strong>s e<strong>en</strong> undercovertraject is het vaak van groot belang<br />

dat het infiltratieteam ‘gevoed’ wordt met informatie over het persoonlijke<br />

<strong>en</strong> sociale lev<strong>en</strong> van het subject, dat wil zegg<strong>en</strong> informatie die bij<br />

uitstek in bijvoorbeeld telefoontaps naar vor<strong>en</strong> kan kom<strong>en</strong> maar door<br />

‘tapteams’ als minder relevant, want strafrechtelijk niet van belang, ter<br />

zijde kan word<strong>en</strong> gelegd. Praktische vrag<strong>en</strong> spel<strong>en</strong> bijvoorbeeld wanneer<br />

e<strong>en</strong> observatieteam dat niet van het traject op de hoogte is ‘plotseling’ e<strong>en</strong><br />

ontmoeting tuss<strong>en</strong> e<strong>en</strong> undercoverag<strong>en</strong>t <strong>en</strong> e<strong>en</strong> subject, wel of juist níet,<br />

moet observer<strong>en</strong>. En wat te do<strong>en</strong> met de foto’s die e<strong>en</strong> observatieteam<br />

maakt van verdacht<strong>en</strong> maar waarop ook e<strong>en</strong> undercoverag<strong>en</strong>t zichtbaar<br />

is? Dergelijke praktische problem<strong>en</strong> lijk<strong>en</strong> echter vrij e<strong>en</strong>voudig opgelost<br />

te kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong>, bijvoorbeeld door e<strong>en</strong> praktische oplossing als het<br />

door de chef van het infiltratieteam lat<strong>en</strong> selecter<strong>en</strong> van observatiefoto’s<br />

alvor<strong>en</strong>s deze aan e<strong>en</strong> bredere kring word<strong>en</strong> vrijgegev<strong>en</strong>. Naast dergelijke<br />

praktische oplossing<strong>en</strong> is e<strong>en</strong> professionele instelling van politieambt<strong>en</strong>ar<strong>en</strong><br />

van belang, die, als ze bijvoorbeeld hor<strong>en</strong> dat het telefoongesprek<br />

tuss<strong>en</strong> verdachte Michael <strong>en</strong> <strong>en</strong>e ‘Sander’ niet of juist wel goed uitgewerkt<br />

moet word<strong>en</strong>, ervoor kan zorg<strong>en</strong> dat ze ‘aan één woord g<strong>en</strong>oeg hebb<strong>en</strong>’.<br />

‘De rest van het team weet officieel van niets, maar als m<strong>en</strong> e<strong>en</strong><br />

nummer moet tapp<strong>en</strong> z<strong>onder</strong> dat erbij wordt gezegd waarom <strong>en</strong> van<br />

wie dat nummer is, gaat er vaak wel e<strong>en</strong> lampje brand<strong>en</strong> <strong>en</strong> stelt m<strong>en</strong><br />

ge<strong>en</strong> verdere vrag<strong>en</strong>, maar voert gewoon uit wat er gevraagd wordt.’<br />

4.5.4 Aansturing van het undercovertraject<br />

Betrokk<strong>en</strong>heid Op<strong>en</strong>baar Ministerie<br />

Eerder (paragraaf 4.4.1) is aangegev<strong>en</strong> dat bij de voorbereiding van<br />

e<strong>en</strong> undercovertraject het opsporingsteam het wat <strong>en</strong> waarom (welke<br />

bevoegdheid wordt ingezet teg<strong>en</strong> welke verdachte <strong>en</strong> met welk doel)<br />

bepaalt <strong>en</strong> het infiltratieteam vooral het hoe (hoe kunn<strong>en</strong> we het beste<br />

contact mak<strong>en</strong> met het subject <strong>en</strong> hoe zorg<strong>en</strong> we dat die contact<strong>en</strong> zich<br />

in de gew<strong>en</strong>ste richting ontwikkel<strong>en</strong>), echter wel <strong>onder</strong> leiding van de<br />

OvJ. Deze verdeling geldt in de praktijk ook tijd<strong>en</strong>s de loop van undercovertraject<strong>en</strong>.<br />

Zowel elem<strong>en</strong>t<strong>en</strong> van het wat als het hoe kunn<strong>en</strong> tijd<strong>en</strong>s<br />

e<strong>en</strong> undercovertraject verander<strong>en</strong>. Zo kan SI op e<strong>en</strong> bepaald mom<strong>en</strong>t


Inzet van undercovertraject<strong>en</strong> in de opsporingspraktijk: e<strong>en</strong> eerste beeld 167<br />

wellicht overgaan in IF, er kunn<strong>en</strong> nieuwe verdacht<strong>en</strong> binn<strong>en</strong> het bereik<br />

van opsporings<strong>onder</strong>zoek kom<strong>en</strong> of verdacht<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> zich (ook) met<br />

andere misdrijv<strong>en</strong> dan oorspronkelijk gedacht bezig blijk<strong>en</strong> te houd<strong>en</strong>.<br />

Dergelijke verandering<strong>en</strong> van het wat vereis<strong>en</strong> doorgaans gewijzigde of<br />

nieuwe bevel<strong>en</strong> van de OvJ. Ook aspect<strong>en</strong> van het hoe kunn<strong>en</strong> verander<strong>en</strong>.<br />

Plann<strong>en</strong> van aanpak kunn<strong>en</strong> om verschill<strong>en</strong>de red<strong>en</strong><strong>en</strong> gewijzigd word<strong>en</strong>;<br />

e<strong>en</strong> bepaald subject blijkt bijvoorbeeld toch ge<strong>en</strong> goede ingang tot de<br />

hoofdverdachte te bied<strong>en</strong> waardoor beslot<strong>en</strong> wordt om te prober<strong>en</strong> direct<br />

met de hoofdverdachte zelf contact te mak<strong>en</strong>. Dergelijke verandering<strong>en</strong><br />

word<strong>en</strong> dan door het infiltratieteam aangedrag<strong>en</strong>, maar uiteindelijk blijft<br />

de OvJ wel verantwoordelijk.<br />

De betrokk<strong>en</strong>heid van de OvJ bij undercovertraject<strong>en</strong> is vrij nauw. Die<br />

betrokk<strong>en</strong>heid is van strafvorderlijk belang, de OvJ heeft immers de<br />

leiding over de opsporing <strong>en</strong> zijn stur<strong>en</strong>de <strong>en</strong> toezichthoud<strong>en</strong>de rol geldt<br />

des te meer bij de toepassing van ‘ingrijp<strong>en</strong>de’ method<strong>en</strong> als undercoverbevoegdhed<strong>en</strong>.<br />

Er is dan ook regelmatig terugkoppeling van het infiltratieteam<br />

aan de OvJ over het verloop van het traject, zeker op mom<strong>en</strong>t<strong>en</strong><br />

dat undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong> contact<strong>en</strong> <strong>onder</strong>houd<strong>en</strong> met subject<strong>en</strong>. Daarbij<br />

hebb<strong>en</strong> de OvJ <strong>en</strong> de tactisch teamleider, nam<strong>en</strong>s de politie leider van het<br />

opsporingsteam, ge<strong>en</strong> contact met de undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong> zelf maar alle<strong>en</strong><br />

met begeleiders van undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong> <strong>en</strong>/of de leider van het infiltratieteam.<br />

Behalve dat de betrokk<strong>en</strong>heid van de OvJ van strafvorderlijk belang<br />

is, kan het voor de OvJ, vanwege het specifieke karakter <strong>en</strong> de relatieve<br />

zeldzaamheid van undercovertraject<strong>en</strong>, ook ‘boei<strong>en</strong>d’ zijn om e<strong>en</strong> undercovertraject<br />

te kunn<strong>en</strong> volg<strong>en</strong>.<br />

‘Bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> zijn het toch de kr<strong>en</strong>t<strong>en</strong> in de pap, dat maakt het interessant<br />

om altijd “mee te do<strong>en</strong>” bij de inzet van het middel.’<br />

Bij erg gevoelige zak<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong>, vanwege grote ‘afbreukrisico’s’, ook de<br />

hoogste leiding binn<strong>en</strong> de politie, het OM <strong>en</strong>, in uitz<strong>onder</strong>lijke gevall<strong>en</strong>,<br />

ook de Minister van Justitie betrokk<strong>en</strong> zijn bij beslissing<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> undercovertraject.<br />

Sam<strong>en</strong>werking met het buit<strong>en</strong>land<br />

Buit<strong>en</strong>landse undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> in Nederlandse opsporings<strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong><br />

word<strong>en</strong> ingezet <strong>en</strong> andersom. Wanneer e<strong>en</strong> buit<strong>en</strong>landse<br />

undercoverag<strong>en</strong>t in e<strong>en</strong> Nederlands <strong>onder</strong>zoek opereert, wordt hij altijd<br />

begeleid door e<strong>en</strong> Nederlandse begeleider. Bij ‘uitwisseling’ van undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong><br />

word<strong>en</strong> afsprak<strong>en</strong> gemaakt omtr<strong>en</strong>t de tak<strong>en</strong> <strong>en</strong> bevoegdhed<strong>en</strong><br />

van de betreff<strong>en</strong>de opsporingsambt<strong>en</strong>aar. Ook wordt gewez<strong>en</strong> op<br />

specifieke voorwaard<strong>en</strong> die geld<strong>en</strong> als gevolg van het wettelijk regime<br />

waar<strong>onder</strong> e<strong>en</strong> undercoverag<strong>en</strong>t moet werk<strong>en</strong>, zoals de Nederlandse<br />

bepaling<strong>en</strong> betreff<strong>en</strong>de het instigatieverbod <strong>en</strong> het aflegg<strong>en</strong> van e<strong>en</strong><br />

verklaring door de undercoverag<strong>en</strong>t voor de rechter(-commissaris)


168 <strong>Opspor<strong>en</strong></strong> <strong>onder</strong> <strong>dekmantel</strong><br />

( comparer<strong>en</strong>). E<strong>en</strong> <strong>en</strong>kele keer is het voorgekom<strong>en</strong> dat in e<strong>en</strong> Nederlands<br />

opsporings<strong>onder</strong>zoek contact<strong>en</strong> met e<strong>en</strong> buit<strong>en</strong>land weinig vlot verliep<strong>en</strong><br />

waardoor vertraging in het betreff<strong>en</strong>de <strong>onder</strong>zoek optrad. Ook kan<br />

het bij buit<strong>en</strong>landse opsporings<strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong> minder duidelijk zijn of e<strong>en</strong><br />

persoon die de buit<strong>en</strong>landse autoriteit<strong>en</strong> in will<strong>en</strong> zett<strong>en</strong> al dan niet e<strong>en</strong><br />

(criminele) burger is. Bij rechtshulpverzoek<strong>en</strong> vanuit het buit<strong>en</strong>land is het<br />

verder wel e<strong>en</strong>s voorgekom<strong>en</strong> dat de verantwoordelijke Nederlandse OvJ<br />

achteraf k<strong>en</strong>nis kreeg van ingezette (undercover)method<strong>en</strong> waarvan de<br />

Nederlandse autoriteit<strong>en</strong> vooraf niet op de hoogte war<strong>en</strong> gesteld.<br />

Sturing op resultaat<br />

In paragraaf 3.4.1 is al aan de orde gekom<strong>en</strong> dat volg<strong>en</strong>s e<strong>en</strong> aantal respond<strong>en</strong>t<strong>en</strong><br />

in de afgelop<strong>en</strong> jar<strong>en</strong> er voor afz<strong>onder</strong>lijke opsporings<strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong><br />

minder tijd beschikbaar is <strong>en</strong> dat er door beleidsmakers <strong>en</strong><br />

‘beslissers’ binn<strong>en</strong> justitie <strong>en</strong> politie meer gestuurd wordt op ‘output’;<br />

<strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong> mog<strong>en</strong> minder lang dur<strong>en</strong> <strong>en</strong> moet<strong>en</strong> op liefst korte termijn<br />

resultat<strong>en</strong> oplever<strong>en</strong> – resultat<strong>en</strong> ook die vooraf ingeschat kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong>.<br />

Dit past binn<strong>en</strong> wat Van de Bunt <strong>en</strong> Kleemans de ‘verwet<strong>en</strong>schappelijking’<br />

van opsporingsbeleid noem<strong>en</strong> (Van de Bunt & Kleemans, 2007:<br />

163-166). Daarmee wordt bedoeld de ontwikkeling waarin de strafrechtelijke<br />

aanpak van criminaliteit <strong>onder</strong>werp is geword<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> zekere<br />

rationalisering, dat wil zegg<strong>en</strong> e<strong>en</strong> strev<strong>en</strong> de opsporing te lat<strong>en</strong> bepal<strong>en</strong><br />

door beslissing<strong>en</strong>, g<strong>en</strong>om<strong>en</strong> door bijvoorbeeld weegcommissies, die zijn<br />

gestoeld op verzamelde k<strong>en</strong>nis <strong>en</strong> opgestelde prioriteit<strong>en</strong>. Daarbij past<br />

ook het periodiek aflegg<strong>en</strong> van verantwoording door de leiding van e<strong>en</strong><br />

opsporings<strong>onder</strong>zoek, zodat aan de hand van behaalde resultat<strong>en</strong> kan<br />

word<strong>en</strong> bepaald of <strong>en</strong> hoe verder gegaan moet word<strong>en</strong>. Dát er vrij snel<br />

resultat<strong>en</strong> getoond kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> <strong>en</strong>, eerder in de beslissingsket<strong>en</strong>, dat<br />

er voor de start van e<strong>en</strong> opsporings<strong>onder</strong>zoek aannemelijk wordt gemaakt<br />

dat die resultat<strong>en</strong> er zull<strong>en</strong> kom<strong>en</strong>, is binn<strong>en</strong> e<strong>en</strong> dergelijke aansturing<br />

van vrij groot belang. Zeker bij langdurige IF-traject<strong>en</strong> die zich richt<strong>en</strong> op<br />

(ver<strong>onder</strong>steld) ‘c<strong>en</strong>trale’ figur<strong>en</strong> binn<strong>en</strong> e<strong>en</strong> criminele organisatie, kan<br />

dit e<strong>en</strong> probleem zijn volg<strong>en</strong>s sommige respond<strong>en</strong>t<strong>en</strong>. Dergelijke traject<strong>en</strong><br />

lop<strong>en</strong> het risico niet goedgekeurd te word<strong>en</strong> of, wanneer ze wel zijn goedgekeurd,<br />

niet door periodieke toetsing<strong>en</strong> te kom<strong>en</strong>:<br />

‘Daarom is de duur van zak<strong>en</strong> teg<strong>en</strong>woordig korter. M<strong>en</strong> wil snel<br />

resultaat zi<strong>en</strong> (…). Bij tuss<strong>en</strong>tijdse toetsing<strong>en</strong> wil de CTC ook resultaat<br />

zi<strong>en</strong>. Het is dus heel dubbel: je weet vaak dat het niet realistisch is om<br />

snel resultaat te verwacht<strong>en</strong>, maar het is wel e<strong>en</strong> voorwaarde om door<br />

te mog<strong>en</strong> gaan met e<strong>en</strong> traject.’<br />

Het goed will<strong>en</strong> doord<strong>en</strong>k<strong>en</strong> van beslissing<strong>en</strong> <strong>en</strong> het aldus ‘doordacht<br />

aanstur<strong>en</strong>’ van de opsporing, heeft natuurlijk niet alle<strong>en</strong> of overweg<strong>en</strong>d


Inzet van undercovertraject<strong>en</strong> in de opsporingspraktijk: e<strong>en</strong> eerste beeld 169<br />

negatieve gevolg<strong>en</strong> voor de opsporingspraktijk. E<strong>en</strong> tekort aan sturing op<br />

resultaat <strong>en</strong> rationele <strong>onder</strong>bouwing zou kunn<strong>en</strong> leid<strong>en</strong> tot te ongerichte,<br />

te langdurige of ineffectieve opsporing.<br />

Dit kan des te meer geld<strong>en</strong> voor e<strong>en</strong> opsporingsinstrum<strong>en</strong>t als undercovertraject<strong>en</strong>,<br />

die in hun <strong>uitvoering</strong> immers vaak e<strong>en</strong> onvoorspelbaar<br />

verloop hebb<strong>en</strong> (zie paragraaf 5.3.5). Zo stelt e<strong>en</strong> respond<strong>en</strong>t die zijn<br />

onvrede uitspreekt over het feit dat e<strong>en</strong> IF-traject binn<strong>en</strong> zijn opsporings<strong>onder</strong>zoek<br />

is afgebrok<strong>en</strong> omdat het College van PG’s vanwege e<strong>en</strong> gebrek<br />

aan resultaat ge<strong>en</strong> toestemming voor verdere voortzetting wilde gev<strong>en</strong>,<br />

dat achteraf gezi<strong>en</strong> het IF-traject strakker aangestuurd <strong>en</strong> de voortgang,<br />

aan de hand van vooraf op te stell<strong>en</strong> targets, beter bewaakt had moet<strong>en</strong><br />

word<strong>en</strong>.<br />

‘De opbr<strong>en</strong>gst van het undercovertraject was voornamelijk dat m<strong>en</strong><br />

inzicht heeft gekreg<strong>en</strong> hoe je je undercovertraject uit moet voer<strong>en</strong>. Het<br />

was e<strong>en</strong> leerproces waaruit duidelijk is geword<strong>en</strong> dat je je resultat<strong>en</strong><br />

zou moet<strong>en</strong> b<strong>en</strong>oem<strong>en</strong> <strong>en</strong> er targets gesteld di<strong>en</strong><strong>en</strong> te word<strong>en</strong>; met wie<br />

wil ik over e<strong>en</strong> maand contact hebb<strong>en</strong>?’<br />

In hoofdstuk 6 kom<strong>en</strong> we op de aansturing van de opsporing terug.


5<br />

Inzet van undercovertraject<strong>en</strong> in de<br />

opsporingspraktijk: resultat<strong>en</strong>, effect<strong>en</strong><br />

<strong>en</strong> risico’s<br />

5.1 Inleiding<br />

In dit hoofdstuk staan drie vrag<strong>en</strong> c<strong>en</strong>traal: wat lever<strong>en</strong> undercovertraject<strong>en</strong><br />

op, wat valt er te zegg<strong>en</strong> over de toepassing van het wettelijk<br />

kader in de <strong>uitvoering</strong>spraktijk – waarbij we ons toespits<strong>en</strong> op <strong>en</strong>kele specifieke<br />

<strong>onder</strong>del<strong>en</strong> uit dat wettelijk kader – <strong>en</strong> welke risico’s zijn er verbond<strong>en</strong><br />

aan het ‘werk<strong>en</strong> <strong>onder</strong> <strong>dekmantel</strong>’?<br />

Voordat we de resultat<strong>en</strong> van de <strong>onder</strong>zochte zak<strong>en</strong> besprek<strong>en</strong>, gaan we<br />

eerst in op wat eig<strong>en</strong>lijk verstaan moet word<strong>en</strong> <strong>onder</strong> resultat<strong>en</strong> <strong>en</strong> effect<strong>en</strong><br />

van undercovertraject<strong>en</strong> <strong>en</strong> op hun meetbaarheid. Ook gaan we na<br />

wat uit de Nederlands- <strong>en</strong> Engelstalige <strong>onder</strong>zoeksliteratuur al bek<strong>en</strong>d is<br />

over de effectiviteit van dit type opsporingsinstrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong>.<br />

Wat zijn ‘resultat<strong>en</strong>’ <strong>en</strong> ‘effect<strong>en</strong>’?<br />

Bij <strong>onder</strong>zoek naar de effect<strong>en</strong> van beleid of beleidsinstrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> – <strong>en</strong><br />

daar hebb<strong>en</strong> we het over want de inzet van undercovertraject<strong>en</strong> is immers<br />

<strong>uitvoering</strong> van opsporingsbeleid – wordt vaak <strong>onder</strong>scheid gemaakt tuss<strong>en</strong><br />

de resultat<strong>en</strong> (of output) <strong>en</strong>erzijds <strong>en</strong> de effect<strong>en</strong> (of outcome) anderzijds.<br />

216 Het resultaat of de output van e<strong>en</strong> opsporingsinstrum<strong>en</strong>t kan<br />

word<strong>en</strong> gezi<strong>en</strong> als het directe, operationele resultaat van de inspanning<strong>en</strong><br />

van de ‘uitvoerder’, in dit geval e<strong>en</strong> infiltratieteam, z<strong>onder</strong> daarbij rek<strong>en</strong>ing<br />

te houd<strong>en</strong> met wat dat resultaat bijdraagt aan achterligg<strong>en</strong>de doel<strong>en</strong><br />

of waard<strong>en</strong>. Voor het in kaart br<strong>en</strong>g<strong>en</strong> van de resultat<strong>en</strong> of output kan<br />

bijvoorbeeld gekek<strong>en</strong> word<strong>en</strong> naar simpelweg de aantall<strong>en</strong> uitgevoerde<br />

undercovertraject<strong>en</strong>, maar resultat<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> ook betrekking hebb<strong>en</strong><br />

op vrag<strong>en</strong> als: heeft de undercoverag<strong>en</strong>t contact kunn<strong>en</strong> legg<strong>en</strong> met het<br />

subject <strong>en</strong> heeft hij via dat contact inderdaad e<strong>en</strong> pseudo-koop (PK) van<br />

drugs kunn<strong>en</strong> verricht<strong>en</strong> of heeft hij, wanneer het om het stelselmatig<br />

inwinn<strong>en</strong> van informatie (SI) gaat, inderdaad (relevante) informatie kunn<strong>en</strong><br />

verzamel<strong>en</strong>? E<strong>en</strong> effect, of outcome, van e<strong>en</strong> instrum<strong>en</strong>t is de mate<br />

waarin dat instrum<strong>en</strong>t heeft bijgedrag<strong>en</strong> aan het bereik<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> gesteld<br />

doel of aan het realiser<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> bepaalde uitkomst. Heeft de verrichte<br />

PK of de verzamelde informatie bijvoorbeeld bijgedrag<strong>en</strong> aan de veroordeling<br />

van verdachte X of is het op andere wijze van nut geweest voor de<br />

opsporing? Effect<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> in beginsel op hun beurt ook weer word<strong>en</strong><br />

<strong>onder</strong>verdeeld, bijvoorbeeld in repressieve <strong>en</strong> prev<strong>en</strong>tieve effect<strong>en</strong>. Van<br />

repressieve effect<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> undercovertraject is sprake wanneer de <strong>uitvoering</strong><br />

ervan e<strong>en</strong> bijdrage levert aan de opsporing <strong>en</strong>/of vervolging <strong>en</strong><br />

216 Deze term<strong>en</strong> referer<strong>en</strong> aan de overe<strong>en</strong>komst<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> beleids- <strong>en</strong> productieprocess<strong>en</strong>. Naar analogie<br />

van het productieproces is er ook bij <strong>uitvoering</strong> van beleid sprake van input (zoals geld <strong>en</strong> personeel),<br />

throughput (bijvoorbeeld de coveropbouw) <strong>en</strong> output (bijvoorbeeld aantal uitgevoerde PK’<strong>en</strong>). De output<br />

moet vervolg<strong>en</strong>s tot bepaalde outcome (effect<strong>en</strong>) leid<strong>en</strong> (zoals e<strong>en</strong> veroordeling).


172 <strong>Opspor<strong>en</strong></strong> <strong>onder</strong> <strong>dekmantel</strong><br />

berechting van misdrijv<strong>en</strong>, bijvoorbeeld door het g<strong>en</strong>erer<strong>en</strong> van bewijs<br />

op basis waarvan e<strong>en</strong> verdachte wordt veroordeeld of het voortbr<strong>en</strong>g<strong>en</strong><br />

van informatie die de inzet van andere opsporingsinstrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> teg<strong>en</strong> die<br />

verdachte vergemakkelijkt. Bij prev<strong>en</strong>tieve effect<strong>en</strong> gaat het om het voorkom<strong>en</strong><br />

van misdrijv<strong>en</strong>. 217<br />

Meetbaarheid<br />

In het algeme<strong>en</strong> zijn resultat<strong>en</strong> makkelijker te met<strong>en</strong> dan effect<strong>en</strong>. Zo<br />

zijn resultat<strong>en</strong> vaak relatief e<strong>en</strong>voudig te tell<strong>en</strong>; bijvoorbeeld het aantal<br />

keer dat e<strong>en</strong> bevel PK is uitgevaardigd of het aantal keer dat daarbij ook<br />

echt het betreff<strong>en</strong>de goed is aangekocht. 218 Het do<strong>en</strong> van <strong>onder</strong>bouwde<br />

uitsprak<strong>en</strong> over effect<strong>en</strong> is doorgaans echter minder e<strong>en</strong>voudig. Dat komt<br />

door de methodologische voorwaard<strong>en</strong> waaraan voldaan moet zijn voordat<br />

iets als e<strong>en</strong> ‘effect’ b<strong>en</strong>oemd kan word<strong>en</strong>. Strikt g<strong>en</strong>om<strong>en</strong> kan pas<br />

gesprok<strong>en</strong> word<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> effect van instrum<strong>en</strong>t X op doel Y wanneer de<br />

bijdrage van X aan Y geïsoleerd kan word<strong>en</strong> van de bijdrage van andere<br />

instrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> <strong>en</strong> omstandighed<strong>en</strong> (zie Farrington & Welsh, 2004: 11-41).<br />

Er is alle<strong>en</strong> dan sprake van e<strong>en</strong> effect als hetge<strong>en</strong> met de inzet van X is<br />

bereikt niet is toe te schrijv<strong>en</strong> aan andere factor<strong>en</strong>; er moet dus sprake<br />

zijn van e<strong>en</strong> aantoonbaar causaal verband. Om het effect vervolg<strong>en</strong>s op<br />

waarde te kunn<strong>en</strong> schatt<strong>en</strong>, zou het bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> vergelek<strong>en</strong> moet<strong>en</strong> word<strong>en</strong><br />

met de effect<strong>en</strong> van andere instrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong>. Aan deze voorwaard<strong>en</strong><br />

wordt alle<strong>en</strong> voldaan in e<strong>en</strong> experim<strong>en</strong>tele, laboratoriumachtige setting.<br />

E<strong>en</strong> ‘echt’ experim<strong>en</strong>t zou er in ons geval op neerkom<strong>en</strong> dat vergelijkbare<br />

opsporings<strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong> word<strong>en</strong> verdeeld in groep<strong>en</strong> waarbij wel <strong>en</strong> juist<br />

niet undercovertraject<strong>en</strong> word<strong>en</strong> ingezet, liefst ook in combinatie met het<br />

wel/niet inzett<strong>en</strong> van andere opsporingsinstrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong>. Deze ‘ideale situatie’<br />

is er in de werkelijkheid van de opsporing echter niet. Daar komt nog<br />

bij dat opsporings<strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong>, als te bestuder<strong>en</strong> object, doorgaans nogal<br />

complex zijn: er is sprake van verschill<strong>en</strong>de (soms zeer veel) relevante<br />

actor<strong>en</strong>, zoals medewerkers van politie <strong>en</strong> justitie <strong>en</strong> verdacht<strong>en</strong>, die ieder<br />

op verschill<strong>en</strong>de manier<strong>en</strong> de uitkomst van e<strong>en</strong> opsporings<strong>onder</strong>zoek<br />

kunn<strong>en</strong> beïnvloed<strong>en</strong>. Zeker in grotere <strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong> word<strong>en</strong> bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong><br />

meestal verschill<strong>en</strong>de opsporingsinstrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> naast elkaar gebruikt,<br />

waardoor de respectievelijke bijdrage aan e<strong>en</strong> bepaalde uitkomst niet<br />

exact te bepal<strong>en</strong> is (zie ook Kruissink et al., 1999: 111-112). Daarnaast komt<br />

dan nog de vraag om welke uitkomst het eig<strong>en</strong>lijk gaat. Gaat het om arres-<br />

217 E<strong>en</strong> prev<strong>en</strong>tief effect kan optred<strong>en</strong> wanneer pot<strong>en</strong>tiële delinqu<strong>en</strong>t<strong>en</strong> door het gebruik van<br />

undercovertraject<strong>en</strong> door de politie word<strong>en</strong> afgeschrikt van het pleg<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> misdrijf. Prev<strong>en</strong>tieve<br />

effect<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> g<strong>en</strong>eriek of specifiek zijn. Van g<strong>en</strong>erieke prev<strong>en</strong>tie is sprake wanneer pot<strong>en</strong>tiële daders<br />

in het algeme<strong>en</strong> word<strong>en</strong> afgeschrikt, bijvoorbeeld omdat zij via ‘collega-criminel<strong>en</strong>’ of uit mediabericht<strong>en</strong><br />

begrep<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> dat de politie undercovertraject<strong>en</strong> inzet. Van specifieke prev<strong>en</strong>tie is sprake wanneer<br />

specifieke person<strong>en</strong>, in dit geval person<strong>en</strong> teg<strong>en</strong> wie eerder e<strong>en</strong> undercovertraject is ingezet, word<strong>en</strong><br />

weerhoud<strong>en</strong> van het pleg<strong>en</strong> van delict<strong>en</strong> (Wartna, 2009: 15-16).<br />

218 Natuurlijk kan dit tell<strong>en</strong> in de praktijk wel vrij bewerkelijk zijn, bijvoorbeeld omdat de <strong>onder</strong>zoeker alle<br />

gegev<strong>en</strong>s zelf zal moet<strong>en</strong> verzamel<strong>en</strong> aangezi<strong>en</strong> informatiesystem<strong>en</strong> niet bestaan of niet bruikbaar zijn.


Inzet van undercovertraject<strong>en</strong> in de opsporingspraktijk: resultat<strong>en</strong>, effect<strong>en</strong> <strong>en</strong> risico’s 173<br />

taties of veroordeling<strong>en</strong> of geldt het verkrijg<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> ‘informatiepositie’<br />

in e<strong>en</strong> bepaald crimineel milieu ook als ‘effect’?<br />

Dat e<strong>en</strong> volledig gecontroleerde <strong>onder</strong>zoeksomgeving zoals in e<strong>en</strong> laboratorium<br />

ontbreekt, wil echter niet zegg<strong>en</strong> dat het in het geheel niet mogelijk<br />

is om uitsprak<strong>en</strong> te do<strong>en</strong> over de effect<strong>en</strong> of bijdrage van undercovertraject<strong>en</strong>.<br />

Het do<strong>en</strong> van uitsprak<strong>en</strong> van het karakter ‘undercovertraject<strong>en</strong><br />

hebb<strong>en</strong> t<strong>en</strong> opzichte van het gebruik van telefoontaps ..% meer/minder<br />

succes’ is echter wel onmogelijk. Welke indicator<strong>en</strong> voor resultat<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

‘effect<strong>en</strong>’ van undercovertraject<strong>en</strong> wij in dit rapport gebruik<strong>en</strong>, komt aan<br />

bod in paragraaf 5.3.1.<br />

5.2 E<strong>en</strong> beeld uit de literatuur<br />

Naar de toepassing van opsporingsinstrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> in de praktijk <strong>en</strong> dan<br />

met name de resultat<strong>en</strong> (of effectiviteit) ervan, wordt weinig <strong>onder</strong>zoek<br />

gedaan, zo blijkt uit eig<strong>en</strong> <strong>en</strong> uit reeds eerder verricht literatuur<strong>onder</strong>zoek<br />

(Kruissink et al., 1999: 18-19; Bokhorst et al., 2002: 73). In Nederland is e<strong>en</strong><br />

studie bek<strong>en</strong>d naar undercovertraject<strong>en</strong> (Kruissink et al., 1999; zie ook<br />

Van Hoorn & Kruissink, 1999) <strong>en</strong> e<strong>en</strong> studie naar de telefoontap (Reijne<br />

et al., 1996). Heel summiere informatie over resultat<strong>en</strong> van undercovertraject<strong>en</strong><br />

wordt gegev<strong>en</strong> door Spap<strong>en</strong>s. Hij stelt met betrekking tot opsporings<strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong><br />

naar XTC-productie dat de resultat<strong>en</strong> van het middel<br />

PK in de <strong>onder</strong>zochte dossiers ‘wissel<strong>en</strong>d’ zijn. Wanneer e<strong>en</strong> PK slaagt,<br />

dat wil zegg<strong>en</strong> wanneer het ook echt tot e<strong>en</strong> koop komt, levert het middel<br />

echter wel ‘zeer belast<strong>en</strong>d materiaal’ op (Spap<strong>en</strong>s, 2006: 288). Verder is in<br />

1990 e<strong>en</strong> proefschrift van Frielink gepubliceerd over undercovertraject<strong>en</strong><br />

(Frielink, 1990). Dit betreft echter vooral e<strong>en</strong> juridische studie, waarin<br />

weinig aandacht is besteed aan de opsporingspraktijk. T<strong>en</strong> slotte zijn er<br />

in het kader van de Parlem<strong>en</strong>taire Enquêtecommissie Opsporingsmethod<strong>en</strong><br />

(PEO, de commissie-Van Traa) verschill<strong>en</strong>de <strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong> gedaan. Deze<br />

hebb<strong>en</strong> zich met name gericht op de normering, aansturing <strong>en</strong> organisatie<br />

van de opsporing, het gezag over <strong>en</strong> toezicht op de opsporing <strong>en</strong><br />

verschijningsvorm<strong>en</strong> <strong>en</strong> dadergroep<strong>en</strong> van georganiseerde criminaliteit.<br />

Ook de verschijningsvorm<strong>en</strong> <strong>en</strong> <strong>uitvoering</strong>spraktijk van verschill<strong>en</strong>de<br />

opsporingsinstrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong>, waar<strong>onder</strong> undercovertraject<strong>en</strong>, zijn daarbij<br />

aan bod gekom<strong>en</strong>, maar er is weinig ingegaan op de resultat<strong>en</strong> die met<br />

die opsporingsinstrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> word<strong>en</strong> behaald (Kamerstukk<strong>en</strong> II 1995/96,<br />

24 072, nrs. 10-11, 14, 17 <strong>en</strong> 20; Kamerstukk<strong>en</strong> II 2001/02, 26 269, nrs. 4-5).<br />

De studie van Kruissink blijft tot op hed<strong>en</strong> voor zover bek<strong>en</strong>d dan ook het<br />

belangrijkste, of in feite het <strong>en</strong>ige, Nederlandse <strong>onder</strong>zoek dat is gedaan<br />

naar de resultat<strong>en</strong> van undercovertraject<strong>en</strong>. Hier<strong>onder</strong> gaan we dieper op<br />

dat <strong>onder</strong>zoek in.<br />

In 1999 publiceerde het Wet<strong>en</strong>schappelijk Onderzoek- <strong>en</strong> Docum<strong>en</strong>tatiec<strong>en</strong>trum<br />

(<strong>WODC</strong>) het rapport Infiltratie in het recht <strong>en</strong> in de praktijk


174 <strong>Opspor<strong>en</strong></strong> <strong>onder</strong> <strong>dekmantel</strong><br />

(Kruissink et al., 1999). De periode waarin het <strong>onder</strong>zoek is gedaan, is van<br />

voor de Wet bijz<strong>onder</strong>e opsporingsbevoegdhed<strong>en</strong> (Wet BOB). Het <strong>onder</strong>scheid<br />

zoals wij dat nu k<strong>en</strong>n<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> SI, PK(/pseudo-di<strong>en</strong>stverl<strong>en</strong>ing<br />

(PDV)) <strong>en</strong> infiltratie (IF) bestond to<strong>en</strong> dus nog niet. Kruissink et al. <strong>onder</strong>zocht<strong>en</strong><br />

de zak<strong>en</strong> die in 1996 ter toetsing aan de C<strong>en</strong>trale toetsingscommissie<br />

(CTC) zijn voorgelegd. Het ging in eerste instantie om 22 zak<strong>en</strong>.<br />

Daarvan zijn echter 2 zak<strong>en</strong> buit<strong>en</strong> het <strong>onder</strong>zoek geblev<strong>en</strong> omdat die ‘te<br />

gevoelig’ war<strong>en</strong> <strong>en</strong> 1 zaak is niet <strong>onder</strong>zocht omdat het traject nog niet<br />

was afgerond. In totaal hebb<strong>en</strong> Kruissink et al. dus 19 zak<strong>en</strong> bestudeerd<br />

(Kruissink et al., 1999: 25). Van deze 19 zak<strong>en</strong> is het undercovertraject in<br />

12 gevall<strong>en</strong> ook daadwerkelijk uitgevoerd (Kruissink et al., 1999: 80-82).<br />

Wanneer we deze 12 undercovertraject<strong>en</strong> b<strong>en</strong>oem<strong>en</strong> in term<strong>en</strong> van na de<br />

Wet BOB, blijkt het volg<strong>en</strong>de. Van de 12 zak<strong>en</strong> gaat het in 1 zaak om e<strong>en</strong><br />

traject dat nu waarschijnlijk als SI b<strong>en</strong>oemd zou word<strong>en</strong>. In deze zaak<br />

moest e<strong>en</strong> undercoverag<strong>en</strong>t e<strong>en</strong> mogelijk op hand<strong>en</strong> zijnde ontvoering<br />

van e<strong>en</strong> officier van justitie (OvJ) <strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong>. In de overige 11 zak<strong>en</strong> gaat<br />

het om inzett<strong>en</strong> die nu meestal <strong>onder</strong> de noemer van PK of soms <strong>onder</strong> IF<br />

zoud<strong>en</strong> vall<strong>en</strong>. Deze zak<strong>en</strong> betreff<strong>en</strong> vooral <strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong> naar drugscriminaliteit<br />

(7 keer), maar ook <strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong> naar corruptie (2 keer), diefstal/<br />

heling (1 keer), <strong>en</strong> witwass<strong>en</strong> (1 keer) kom<strong>en</strong> voor (Kruissink et al., 1999:<br />

125-142).<br />

Van de 12 uitgevoerde traject<strong>en</strong> blek<strong>en</strong> er 7 ge<strong>en</strong> relevante informatie te<br />

hebb<strong>en</strong> opgeleverd over het misdrijf/de verdacht<strong>en</strong> waar de betreff<strong>en</strong>de<br />

opsporings<strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong> zich oorspronkelijk op richtt<strong>en</strong>. 219, 220 In 5 van<br />

de 12 zak<strong>en</strong> heeft het undercovertraject wel relevante informatie geg<strong>en</strong>ereerd.<br />

3 van deze zak<strong>en</strong> war<strong>en</strong> op het mom<strong>en</strong>t van publicatie door e<strong>en</strong><br />

rechtbank behandeld, de 4e zaak was nog aanhangig <strong>en</strong> in de 5e zaak is<br />

geseponeerd. Van de 3 zak<strong>en</strong> die door e<strong>en</strong> rechtbank zijn behandeld, is<br />

het undercovertraject in 1 zaak van groot belang geweest voor de veroordeling<br />

van verdacht<strong>en</strong>. In de 2 andere zak<strong>en</strong> zijn de resultat<strong>en</strong> van het<br />

traject door de OvJ wel bij de bewijsvoering gebruikt, maar hebb<strong>en</strong> ze<br />

bij de bewez<strong>en</strong>verklaring door het rechtscollege ge<strong>en</strong> of vrijwel ge<strong>en</strong> rol<br />

gespeeld. In deze 2 zak<strong>en</strong> <strong>en</strong> in de geseponeerde zaak bestond de infor-<br />

219 In deze traject<strong>en</strong> wordt 1 keer helemaal ge<strong>en</strong> contact gemaakt, 3 keer wordt contact gemaakt met de<br />

hoofdverdachte <strong>en</strong> 3 keer wordt contact gelegd met e<strong>en</strong> persoon uit de kring van de hoofdverdachte.<br />

220 Wel is 1 keer relevante informatie verkreg<strong>en</strong> t<strong>en</strong> aanzi<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> andersoortig delict gepleegd door<br />

e<strong>en</strong> ander persoon dan oorspronkelijk c<strong>en</strong>traal stond in dat opsporings<strong>onder</strong>zoek. Deze zaak richtte<br />

zich op de dreig<strong>en</strong>de ontvoering <strong>en</strong> liquidatie van e<strong>en</strong> OvJ. Daarover werd ge<strong>en</strong> informatie verzameld.<br />

Wel werd<strong>en</strong> aanwijzing<strong>en</strong> verkreg<strong>en</strong> over grootschalige drugshandel van e<strong>en</strong> derde partij. Deze<br />

‘derde’ verdacht<strong>en</strong> blek<strong>en</strong> reeds <strong>onder</strong>werp te zijn van e<strong>en</strong> opsporings<strong>onder</strong>zoek van de regionale<br />

recherchedi<strong>en</strong>st van e<strong>en</strong> ander politiekorps. De aanwijzing<strong>en</strong> jeg<strong>en</strong>s h<strong>en</strong> die zijn verkreg<strong>en</strong> in het<br />

<strong>onder</strong>zoek naar de dreig<strong>en</strong>de ontvoering van e<strong>en</strong> OvJ, zijn gebruikt in e<strong>en</strong> undercovertraject dat is<br />

ingezet in het opsporings<strong>onder</strong>zoek naar de verdacht<strong>en</strong> van drugshandel (Kruissink et al., 1999: 90-91,<br />

130-131). Dat opsporings<strong>onder</strong>zoek is ook door Kruissink <strong>onder</strong>zocht <strong>en</strong> het betreft de <strong>en</strong>ige zaak<br />

waarin het undercovertraject e<strong>en</strong> belangrijke bijdrage heeft geleverd aan de uiteindelijke veroordeling<br />

van verdacht<strong>en</strong>.


Inzet van undercovertraject<strong>en</strong> in de opsporingspraktijk: resultat<strong>en</strong>, effect<strong>en</strong> <strong>en</strong> risico’s 175<br />

matie vooral uit sturingsinformatie. 221 Van 1 zaak staat dus vast dat het<br />

uitgevoerde undercovertraject e<strong>en</strong> belangrijke rol heeft gespeeld bij de<br />

veroordeling van verdacht<strong>en</strong>. De afloop van de zaak die nog aanhangig<br />

was, is onbek<strong>en</strong>d. Op basis van wat al bek<strong>en</strong>d was op het mom<strong>en</strong>t dat<br />

Kruissink et al. publiceerd<strong>en</strong>, is het echter aannemelijk dat ook in die<br />

zaak het undercover traject bewijs heeft geg<strong>en</strong>ereerd dat e<strong>en</strong> belangrijke<br />

bijdrage heeft geleverd aan de veroordeling van de verdachte. 222 Daarvan<br />

uitgaande geldt dus dat van de 12 uitgevoerde undercovertraject<strong>en</strong> die<br />

door Kruissink et al. zijn <strong>onder</strong>zocht, het traject in 2 zak<strong>en</strong> bewijs heeft<br />

voortgebracht op basis waarvan verdacht<strong>en</strong> zijn veroordeeld <strong>en</strong> dat in<br />

3 zak<strong>en</strong> de bijdrage van het traject vooral bestond uit sturingsinformatie.<br />

De overige 7 undercovertraject<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> bijdrage geleverd aan de<br />

opsporing <strong>en</strong>/of berechting (zie voetnoot 220).<br />

Ook in het buit<strong>en</strong>land, zo blijkt uit inv<strong>en</strong>tarisatie van de Engelstalige<br />

<strong>onder</strong>zoeksliteratuur, komt <strong>onder</strong>zoek naar opbr<strong>en</strong>gst<strong>en</strong> van undercovertraject<strong>en</strong><br />

weinig voor (zie ook Kruissink et al., 1999: 18-19; Marx,<br />

1988: 108-109; Brodeur, 1992: 188; Langworthy, 1989, in Roberts, 2000: 270).<br />

Wel is in de Ver<strong>en</strong>igde Stat<strong>en</strong> (VS) <strong>en</strong>ig <strong>onder</strong>zoek verricht naar specifieke<br />

vorm<strong>en</strong> van undercovertraject<strong>en</strong>, namelijk stings <strong>en</strong> decoys, respectievelijk<br />

PK-achtige operaties <strong>en</strong> lokmiddel<strong>en</strong>.<br />

Waarschijnlijk is de meest bek<strong>en</strong>de auteur op het gebied van undercover<br />

politieoptred<strong>en</strong> Gary Marx, die in 1988 het standaardwerk Undercover,<br />

Police surveillance in America publiceerde. Marx, die het daarbij ook voornamelijk<br />

heeft over de toepassing in de VS van stings <strong>en</strong> decoys, merkt op<br />

dat de mate waarin e<strong>en</strong> <strong>en</strong>igszins e<strong>en</strong>duidig antwoord is te gev<strong>en</strong> op de<br />

vraag of undercovertraject<strong>en</strong> werk<strong>en</strong>, verschilt al naar gelang de specificiteit<br />

van het traject. Hij maakt daarbij <strong>onder</strong>scheid tuss<strong>en</strong> <strong>en</strong>erzijds traject<strong>en</strong><br />

die gericht zijn op specifieke verdacht<strong>en</strong> <strong>en</strong> anderzijds traject<strong>en</strong> die<br />

zich niet op e<strong>en</strong> bepaalde verdachte(n) maar op algem<strong>en</strong>e markt<strong>en</strong> richt<strong>en</strong><br />

<strong>en</strong> waarbij simpelweg wordt afgewacht of er iemand in het ‘aas’ bijt, om<br />

vervolg<strong>en</strong>s de ‘h<strong>en</strong>gel’ binn<strong>en</strong> te hal<strong>en</strong>. Stings <strong>en</strong> decoys kunn<strong>en</strong> beide<br />

zowel gericht als ongericht zijn. Bij e<strong>en</strong> sting spel<strong>en</strong> undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong><br />

zelf e<strong>en</strong> actieve rol in het tot stand br<strong>en</strong>g<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> criminele transactie.<br />

E<strong>en</strong> undercoverag<strong>en</strong>t die contact legt met e<strong>en</strong> van tevor<strong>en</strong> b<strong>en</strong>oemde<br />

specifieke verdachte van drugshandel om drugs van hem af te nem<strong>en</strong>,<br />

221 Dat betrof respectievelijk: informatie over gestol<strong>en</strong> goeder<strong>en</strong> die in verband met verdacht<strong>en</strong> kond<strong>en</strong><br />

word<strong>en</strong> gebracht; e<strong>en</strong> PK van 200 gram cocaïne (niet gebruikt in bewez<strong>en</strong>verklaring), k<strong>en</strong>nis van<br />

nummers van mobiele telefoons van verdacht<strong>en</strong> <strong>en</strong> zicht op betrokk<strong>en</strong>heid van verdacht<strong>en</strong> bij misdrijv<strong>en</strong>;<br />

<strong>en</strong> informatie over Zuid-Amerikaanse witwasmethod<strong>en</strong>, k<strong>en</strong>nis van nummers van mobiele telefoons<br />

<strong>en</strong> van auto’s van verdacht<strong>en</strong> <strong>en</strong> vaststelling dat geld<strong>en</strong> inderdaad met drugs war<strong>en</strong> verkreg<strong>en</strong> – met<br />

betrekking tot deze zaak merk<strong>en</strong> Kruissink et al. op dat er e<strong>en</strong> geringe kans is dat de g<strong>en</strong>oemde<br />

informatie te zijner tijd in andere opsporings<strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong> van nut zal zijn (Kruissink et al., 1999: 92).<br />

222 Dit betrof e<strong>en</strong> <strong>onder</strong>zoek naar e<strong>en</strong> corrupte politieambt<strong>en</strong>aar. E<strong>en</strong> criminele burger meldde de politie dat<br />

hem vertrouwelijke informatie was aangebod<strong>en</strong>. Beslot<strong>en</strong> werd deze burger e<strong>en</strong> PK uit te lat<strong>en</strong> voer<strong>en</strong>.<br />

Daartoe is hij ingegaan op het aanbod om vertrouwelijke informatie te kop<strong>en</strong>. Onmiddellijk na de PK<br />

is de verkoper aangehoud<strong>en</strong>. De aangehoud<strong>en</strong> persoon, e<strong>en</strong> politieman van de Regionale Criminele<br />

Inlichting<strong>en</strong>di<strong>en</strong>st (RCID), heeft e<strong>en</strong> bek<strong>en</strong>n<strong>en</strong>de verklaring afgelegd (Kruissink et al., 1999: 125-126).


176 <strong>Opspor<strong>en</strong></strong> <strong>onder</strong> <strong>dekmantel</strong><br />

is e<strong>en</strong> voorbeeld van e<strong>en</strong> gerichte sting. Het door de politie op<strong>en</strong><strong>en</strong> van<br />

e<strong>en</strong> winkel, e<strong>en</strong> storefront, waarover door informant<strong>en</strong> het gerucht wordt<br />

verspreid dat de winkeleig<strong>en</strong>aar, e<strong>en</strong> undercoverag<strong>en</strong>t, gestol<strong>en</strong> goeder<strong>en</strong><br />

afneemt (heelt) in de hoop daarmee gestol<strong>en</strong> goeder<strong>en</strong> <strong>en</strong> de bijbehor<strong>en</strong>de<br />

diev<strong>en</strong> op te spor<strong>en</strong>, is e<strong>en</strong> voorbeeld van e<strong>en</strong> ongerichte sting. E<strong>en</strong> decoy<br />

is meer e<strong>en</strong> passief lokmiddel, waarbij de politie e<strong>en</strong> doelwit of lokmiddel,<br />

in de vorm van e<strong>en</strong> undercoverag<strong>en</strong>t of voorwerp, in stelling br<strong>en</strong>gt. E<strong>en</strong><br />

waargebeurd Amerikaans voorbeeld van e<strong>en</strong> gerichte decoy is de undercoverag<strong>en</strong>te<br />

die zich, <strong>onder</strong>wijl gefilmd door e<strong>en</strong> opgestelde camera, voordeed<br />

als patiënte van e<strong>en</strong> tandarts die ervan werd verdacht vrouwelijke<br />

<strong>onder</strong> narcose gebrachte patiënt<strong>en</strong> aan te rand<strong>en</strong>; de tandarts vergreep<br />

zich inderdaad aan de undercoverag<strong>en</strong>te <strong>en</strong> werd door het nabij gereedstaande<br />

arrestatieteam aangehoud<strong>en</strong> (Marx, 1988: 69). Voorbeeld<strong>en</strong> van<br />

ongerichte decoys zijn de undercoverag<strong>en</strong>t die met e<strong>en</strong> portefeuille duidelijk<br />

uit zijn zak stek<strong>en</strong>d door e<strong>en</strong> ‘gevaarlijke’ wijk loopt of de geparkeerde<br />

auto waarin zichtbaar waardevolle spull<strong>en</strong> zijn achtergelat<strong>en</strong>. 223<br />

Wanneer e<strong>en</strong> undercovertraject zich duidelijk op e<strong>en</strong> van tevor<strong>en</strong> bek<strong>en</strong>de<br />

verdachte richt, is het volg<strong>en</strong>s Marx relatief e<strong>en</strong>voudig om het succes of<br />

de mislukking van het traject te bepal<strong>en</strong>. 224 Voor e<strong>en</strong> traject dat wordt<br />

uitgevoerd t<strong>en</strong> aanzi<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> algem<strong>en</strong>e markt van person<strong>en</strong> – waarvan<br />

we dus zojuist zowel voor e<strong>en</strong> sting als voor e<strong>en</strong> decoy e<strong>en</strong> voorbeeld<br />

hebb<strong>en</strong> gegev<strong>en</strong> – is het veel moeilijker om ondubbelzinnig vast te stell<strong>en</strong><br />

of het traject e<strong>en</strong> succes is. 225 Dergelijke ongerichte operaties zijn in de VS<br />

bijvoorbeeld ingezet om corruptie <strong>onder</strong> overheidsdi<strong>en</strong>ar<strong>en</strong> te bestrijd<strong>en</strong>.<br />

Wanneer e<strong>en</strong> subject, e<strong>en</strong> ambt<strong>en</strong>aar, niet ingaat op e<strong>en</strong> corrumper<strong>en</strong>d<br />

aanbod dat e<strong>en</strong> undercoverag<strong>en</strong>t hem <strong>en</strong> ander<strong>en</strong> als ‘aas’ voorhoudt,<br />

heeft het traject dan gefaald, of was de ambt<strong>en</strong>aar sowieso al niet van<br />

plan om misdrijv<strong>en</strong> te pleg<strong>en</strong> <strong>en</strong> blijkt de inzet van het middel in deze<br />

e<strong>en</strong> goede test om dat vast te stell<strong>en</strong>, of is hij wellicht afgeschrokk<strong>en</strong> door<br />

eerdere undercovertraject<strong>en</strong> (Marx, 1988: 108-109)? Hier<strong>onder</strong> gaan we<br />

in op door Marx <strong>en</strong> andere auteurs g<strong>en</strong>oemde <strong>onder</strong>zoeksresultat<strong>en</strong> met<br />

betrekking tot resultat<strong>en</strong> <strong>en</strong> effect<strong>en</strong> van stings <strong>en</strong> decoys.<br />

Tuss<strong>en</strong> 1974 <strong>en</strong> 1981 zijn ti<strong>en</strong>tall<strong>en</strong>, door de federale overheid via de Law<br />

Enforcem<strong>en</strong>t Assistance Administration (LEAA) gefinancierde, sting-operaties<br />

uitgevoerd waarbij, vooral in buurt<strong>en</strong> met veel criminaliteit <strong>en</strong> e<strong>en</strong><br />

223 Ongerichte stings, dus PK-/PDV-operaties die níet op e<strong>en</strong> bepaalde verdachte zijn gericht, kom<strong>en</strong> voor<br />

zover bek<strong>en</strong>d in Nederland niet voor. Decoys lijk<strong>en</strong> in ons land daar<strong>en</strong>teg<strong>en</strong> juist voornamelijk (maar<br />

niet alle<strong>en</strong>) ongericht te word<strong>en</strong> ingezet. Voorbeeld<strong>en</strong> daarvan zijn de lokvrachtwag<strong>en</strong>s <strong>en</strong> de andere<br />

lokvariant<strong>en</strong> die rec<strong>en</strong>telijk met <strong>en</strong>ige regelmaat in de media verschijn<strong>en</strong>. Het (ongericht) inzett<strong>en</strong> van<br />

deze lokmiddel<strong>en</strong> is inmiddels ook door de Hoge Raad als legitiem beoordeeld. In e<strong>en</strong> zaak waarin e<strong>en</strong><br />

lokfiets doelgericht teg<strong>en</strong> e<strong>en</strong> specifieke verdachte is gebruikt, is het Op<strong>en</strong>baar Ministerie echter nietontvankelijk<br />

verklaard juist vanwege het gericht toepass<strong>en</strong> van dit middel teg<strong>en</strong> e<strong>en</strong> persoon die op<br />

het mom<strong>en</strong>t van inzet nog ge<strong>en</strong> verdachte was (Rechtbank Dordrecht 22 maart 2006, LJN AX0773; zie<br />

paragraaf 2.4.2 <strong>en</strong> 2.6.5; zie ook Nieuw<strong>en</strong>huis, 2007: 74-76).<br />

224 Hier kan teg<strong>en</strong> ingebracht word<strong>en</strong> dat de verdacht<strong>en</strong> <strong>en</strong> misdrijv<strong>en</strong> waar e<strong>en</strong> <strong>onder</strong>zoek op is gericht, in<br />

de praktijk van e<strong>en</strong> opsporings<strong>onder</strong>zoek kunn<strong>en</strong> wijzig<strong>en</strong>.<br />

225 Vanwege de ongerichtheid word<strong>en</strong> dergelijke traject<strong>en</strong> ook wel fishing expeditions of honeypot<br />

operations g<strong>en</strong>oemd.


Inzet van undercovertraject<strong>en</strong> in de opsporingspraktijk: resultat<strong>en</strong>, effect<strong>en</strong> <strong>en</strong> risico’s 177<br />

bevolking met e<strong>en</strong> gemiddeld lage sociaal-economische status, undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong>,<br />

meestal vanuit e<strong>en</strong> storefront, bijvoorbeeld e<strong>en</strong> winkel,<br />

maar soms ook vanuit e<strong>en</strong> motel of voertuig, zich voorded<strong>en</strong> als helers<br />

(Bowers & McCullougd, 1982, in Marx, 1988: 109-116; zie ook Camp, 1993:<br />

1057-1058). Pot<strong>en</strong>tiële verdacht<strong>en</strong>, dat wil zegg<strong>en</strong> diev<strong>en</strong>/aanbieders van<br />

illegale goeder<strong>en</strong>, werd<strong>en</strong> naar de winkel gelokt door scouting, waarbij<br />

andere undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong> zich voorded<strong>en</strong> als diev<strong>en</strong> in gebied<strong>en</strong> waar<br />

veel andere diev<strong>en</strong> zoud<strong>en</strong> zijn <strong>en</strong> waarbij de undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong> probeerd<strong>en</strong><br />

hun (ver<strong>onder</strong>stelde) ‘collega-diev<strong>en</strong>’ te beweg<strong>en</strong> naar de ‘winkel’<br />

te gaan. Vaak werd dan ook nog gebruikgemaakt van derd<strong>en</strong> – waarvan<br />

sommig<strong>en</strong> wel <strong>en</strong> ander<strong>en</strong> niet op de hoogte war<strong>en</strong> van de undercoveroperatie<br />

– die de geloofwaardigheid van de criminele achtergrond van de<br />

scout of van de winkel moest<strong>en</strong> vergrot<strong>en</strong>. Deze stings resulteerd<strong>en</strong> in e<strong>en</strong><br />

p<strong>en</strong>etratie van criminele milieus door de politie op e<strong>en</strong> tot dan toe ongek<strong>en</strong>de<br />

schaal. In de ‘winkel’ kreg<strong>en</strong> de ‘helers’ e<strong>en</strong> grote diversiteit aan<br />

goeder<strong>en</strong>, <strong>en</strong> soms ook m<strong>en</strong>s<strong>en</strong>, aangebod<strong>en</strong>: ‘gebruikelijke’ goeder<strong>en</strong> als<br />

auto’s, electronica, drugs <strong>en</strong> vuurwap<strong>en</strong>s, maar ook z<strong>en</strong>uwgas, e<strong>en</strong> leeuw,<br />

explosiev<strong>en</strong>, e<strong>en</strong> baby, juwel<strong>en</strong>, de ‘eig<strong>en</strong>domsrecht<strong>en</strong>’ van 11 prostituees<br />

<strong>en</strong>, aangebod<strong>en</strong> door e<strong>en</strong> lokale politieman, e<strong>en</strong> politiepas (badge) <strong>en</strong> e<strong>en</strong><br />

motor. De repressieve opbr<strong>en</strong>gst<strong>en</strong> van deze operaties war<strong>en</strong> aanzi<strong>en</strong>lijk:<br />

er werd<strong>en</strong> veel gestol<strong>en</strong> goeder<strong>en</strong> herkreg<strong>en</strong>, er werd<strong>en</strong> veel verdacht<strong>en</strong><br />

aangehoud<strong>en</strong>, er was e<strong>en</strong> hoog aandeel guilty pleas 226 <strong>en</strong> het kleine deel<br />

van de zak<strong>en</strong> dat wel voor de rechter werd gebracht k<strong>en</strong>de e<strong>en</strong> zeer hoog<br />

perc<strong>en</strong>tage veroordeling<strong>en</strong> – de operaties leverd<strong>en</strong> dan ook sterk bewijs<br />

op aangezi<strong>en</strong> de transacties in de store fronts op videoband war<strong>en</strong> opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong><br />

(Marx, 1988: 108-128; Langworthy, 1989 in Roberts, 2000: 270;<br />

Camp, 1993: 1058). Daar<strong>en</strong>teg<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> er ge<strong>en</strong> indicaties gevond<strong>en</strong><br />

voor e<strong>en</strong> prev<strong>en</strong>tief effect <strong>en</strong> zelfs aanwijzing<strong>en</strong> dat dergelijke operaties<br />

e<strong>en</strong> criminaliteitsverhog<strong>en</strong>d effect kunn<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong>. De vraag zou gesteld<br />

kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> of de politie met dergelijke operaties infiltreert in reeds<br />

bestaande criminele netwerk<strong>en</strong> of, door het schepp<strong>en</strong> van nieuwe mogelijkhed<strong>en</strong>,<br />

met haar optred<strong>en</strong> juist nieuwe netwerk<strong>en</strong> creëert. Bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong><br />

zou mogelijk ook het repressieve effect gerelativeerd moet<strong>en</strong> word<strong>en</strong>; het<br />

is misschi<strong>en</strong> vooral e<strong>en</strong> bepaalde categorie diev<strong>en</strong> die in e<strong>en</strong> dergelijke<br />

sting teg<strong>en</strong> de lamp loopt, namelijk alle<strong>en</strong> deg<strong>en</strong><strong>en</strong> die het nodig hebb<strong>en</strong><br />

om hun goeder<strong>en</strong> aan vreemd<strong>en</strong> te slijt<strong>en</strong> <strong>en</strong> dus niet beschikk<strong>en</strong> over e<strong>en</strong><br />

netwerk (Marx, 1988: 108-128; Langworthy, 1989 in Roberts, 2000: 270).<br />

Daar staat volg<strong>en</strong>s Marx teg<strong>en</strong>over dat het directe, concrete resultaat van<br />

e<strong>en</strong> undercovertraject, te wet<strong>en</strong> de arrestatie (<strong>en</strong> veroordeling) van e<strong>en</strong><br />

bepaalde verdachte, in zichzelf al e<strong>en</strong> legitimering kan vorm<strong>en</strong> voor de<br />

<strong>uitvoering</strong> van e<strong>en</strong> dergelijke opsporingsmethode; ‘Justice may be served<br />

226 Bij e<strong>en</strong> guilty plea bek<strong>en</strong>t e<strong>en</strong> verdachte schuld in ruil waarvoor er ge<strong>en</strong> rechtszaak volgt <strong>en</strong> de OvJ de<br />

strafmaat bepaalt, die doorgaans lager is dan wat de uitkomst zou kunn<strong>en</strong> zijn bij e<strong>en</strong> rechtszaak.


178 <strong>Opspor<strong>en</strong></strong> <strong>onder</strong> <strong>dekmantel</strong><br />

in a giv<strong>en</strong> case wh<strong>en</strong> a particular individual is arrested, regardless of<br />

broader impacts’ (Marx, 1988: 128).<br />

Webster et al. hebb<strong>en</strong> <strong>onder</strong>zoek gedaan naar Amerikaanse stings die<br />

erop gericht war<strong>en</strong> verspreiding van vuurwap<strong>en</strong>s via de legale wap<strong>en</strong>handel<br />

in het criminele milieu teg<strong>en</strong> te gaan. De operaties bestond<strong>en</strong><br />

<strong>en</strong>erzijds uit de inzet van PK-acties bij legale wap<strong>en</strong>handelar<strong>en</strong>, waar<br />

undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong> zich voorded<strong>en</strong> als drugdealers of b<strong>en</strong>deled<strong>en</strong> die<br />

met duidelijk criminele bedoeling<strong>en</strong>, zoals het afrek<strong>en</strong><strong>en</strong> met e<strong>en</strong> rivaal,<br />

probeerd<strong>en</strong> e<strong>en</strong> wap<strong>en</strong> te kop<strong>en</strong> van de handelaar. Anderzijds bestond<strong>en</strong><br />

de operaties uit int<strong>en</strong>sieve gerechtelijke vervolging <strong>en</strong> (voorafgaande aan<br />

de operatie) omvangrijke publiciteit. De g<strong>en</strong>oemde maatregel<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong><br />

in Chicago geleid tot e<strong>en</strong> sterke daling van de verspreiding van nieuwe<br />

wap<strong>en</strong>s aan criminel<strong>en</strong>, zo blijkt uit het quasi-experim<strong>en</strong>teel <strong>onder</strong>zoek<br />

van Webster et al. Soortgelijke PK-koopacties in twee andere plaats<strong>en</strong><br />

maar dan met minder persaandacht <strong>en</strong> ev<strong>en</strong>e<strong>en</strong>s minder gerechtelijke<br />

vervolging, hadd<strong>en</strong> echter ge<strong>en</strong> of ge<strong>en</strong> e<strong>en</strong>duidig effect. De auteurs stell<strong>en</strong><br />

dan ook dat vooral de combinatie van undercoveroperaties, int<strong>en</strong>sieve<br />

vervolging <strong>en</strong> persaandacht e<strong>en</strong> afschrikwekk<strong>en</strong>d effect kan hebb<strong>en</strong> op<br />

wap<strong>en</strong>handelar<strong>en</strong> (Webster et al., 2006: 228-229). Newman, die nam<strong>en</strong>s<br />

het US Departm<strong>en</strong>t of Justice de beschikbare k<strong>en</strong>nis over stings heeft<br />

sam<strong>en</strong>gevat in e<strong>en</strong> voor de politie opgestelde gids, concludeert dat maar<br />

weinig studies prev<strong>en</strong>tieve langetermijneffect<strong>en</strong> aanton<strong>en</strong> <strong>en</strong> dat studies<br />

waarin dat wel is gebeurd, betrekking hebb<strong>en</strong> op operaties waarin stings<br />

zijn gecombineerd met andere maatregel<strong>en</strong>, waardoor ge<strong>en</strong> uitsprak<strong>en</strong><br />

gedaan zoud<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> over het zelfstandige effect van stings. In<br />

zijn kritische beschouwing over stings concludeert Newman dat dit instrum<strong>en</strong>t<br />

voordel<strong>en</strong> heeft als e<strong>en</strong> hoog perc<strong>en</strong>tage arrestaties <strong>en</strong> bevordering<br />

van de sam<strong>en</strong>werking tuss<strong>en</strong> vervolg<strong>en</strong>de autoriteit<strong>en</strong> <strong>en</strong> politie <strong>en</strong> dat het<br />

bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong>, wanneer het gecombineerd wordt met andere maatregel<strong>en</strong>,<br />

mogelijk ook prev<strong>en</strong>tieve effect<strong>en</strong> kan hebb<strong>en</strong>. Deze voordel<strong>en</strong> di<strong>en</strong><strong>en</strong><br />

volg<strong>en</strong>s hem echter afgewog<strong>en</strong> te word<strong>en</strong> teg<strong>en</strong> de nadel<strong>en</strong>, te wet<strong>en</strong> dat<br />

er meestal ge<strong>en</strong> prev<strong>en</strong>tieve effect<strong>en</strong> optred<strong>en</strong> <strong>en</strong> dat in sommige gevall<strong>en</strong><br />

sting-operaties de criminaliteit zelfs kunn<strong>en</strong> do<strong>en</strong> to<strong>en</strong>em<strong>en</strong> (Newman,<br />

2005: 29, 35). 227<br />

Mitchell et al. hebb<strong>en</strong>, ev<strong>en</strong>e<strong>en</strong>s voor de situatie in de VS, <strong>onder</strong>zoek<br />

verricht naar de opbr<strong>en</strong>gst<strong>en</strong> van undercovertraject<strong>en</strong> op internet waarbij<br />

undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong> zich, in chatsessies, dus (nog) z<strong>onder</strong> fysiek contact,<br />

als minderjarig<strong>en</strong> voorded<strong>en</strong> om pot<strong>en</strong>tiële daders van zed<strong>en</strong>misdrijv<strong>en</strong><br />

op te spor<strong>en</strong>. Resultat<strong>en</strong> van dit <strong>onder</strong>zoek lat<strong>en</strong> zi<strong>en</strong> dat 25% van alle<br />

arrestaties weg<strong>en</strong>s op het internet gepleegde zed<strong>en</strong>delict<strong>en</strong> (chatsessies<br />

met minderjarig<strong>en</strong>), op het conto kan word<strong>en</strong> geschrev<strong>en</strong> van proactief<br />

227 Wagner stelt dat van undercovertraject<strong>en</strong> e<strong>en</strong> afschrikk<strong>en</strong>de werking kan uitgaan <strong>en</strong> dat ze e<strong>en</strong> sfeer<br />

van wantrouw<strong>en</strong> <strong>en</strong> achterdocht in criminele milieus kunn<strong>en</strong> bewerkstellig<strong>en</strong>. Aangezi<strong>en</strong> nerg<strong>en</strong>s blijkt<br />

dat hij hiervoor empirisch <strong>onder</strong>zoek heeft verricht, gaat het echter om e<strong>en</strong> ver<strong>onder</strong>stelling (Wagner,<br />

2007: 372).


Inzet van undercovertraject<strong>en</strong> in de opsporingspraktijk: resultat<strong>en</strong>, effect<strong>en</strong> <strong>en</strong> risico’s 179<br />

rechercher<strong>en</strong>, dat wil zegg<strong>en</strong> sting-/decoy-operaties. Op basis van het hoge<br />

perc<strong>en</strong>tage guilty pleas <strong>en</strong> het lage perc<strong>en</strong>tage van geseponeerde zak<strong>en</strong>, 228<br />

stell<strong>en</strong> de auteurs dat de vervolging van zed<strong>en</strong>verdacht<strong>en</strong> op basis van<br />

internetcontact<strong>en</strong> met e<strong>en</strong> undercoverag<strong>en</strong>t succesvol is (Mitchell et al.,<br />

2005: 251-256). Fulda (2002) zet echter vraagtek<strong>en</strong>s bij het effect van deze<br />

werkwijze. Deze auteur <strong>onder</strong>zocht <strong>en</strong>erzijds de achtergrond van person<strong>en</strong><br />

die via on-line undercovertraject<strong>en</strong> (zoals die juist zijn omschrev<strong>en</strong>)<br />

zijn aangehoud<strong>en</strong> <strong>en</strong> veroordeeld. Anderzijds <strong>onder</strong>zocht hij hoe vaak<br />

daadwerkelijk veroordeelde pedoseksuel<strong>en</strong> hun slachtoffers hebb<strong>en</strong><br />

ontmoet op websites. Volg<strong>en</strong>s deze auteur is het maar de vraag of met<br />

dergelijke traject<strong>en</strong> ook echt pedoseksuel<strong>en</strong> word<strong>en</strong> opgespoord, aangezi<strong>en</strong><br />

maar e<strong>en</strong> klein deel van deg<strong>en</strong><strong>en</strong> die via dergelijke stings word<strong>en</strong><br />

opgepakt <strong>en</strong> veroordeeld, zed<strong>en</strong>anteced<strong>en</strong>t<strong>en</strong> met betrekking tot minderjarig<strong>en</strong><br />

voorafgaande aan de sting op hun naam heeft. Ook is het volg<strong>en</strong>s<br />

Fulda twijfelachtig of fysieke pedoseksuele contact<strong>en</strong> wel zo vaak hun<br />

oorsprong vind<strong>en</strong> op internet, aangezi<strong>en</strong> bij maar e<strong>en</strong> klein deel van daadwerkelijk<br />

veroordeelde pedoseksuel<strong>en</strong> het eerste contact met het slachtoffer<br />

via internet is gelegd.<br />

Ter afsluiting stell<strong>en</strong> we, sam<strong>en</strong>vatt<strong>en</strong>d, vast dat er in Nederland in feite<br />

maar één keer eerder empirisch <strong>onder</strong>zoek is gedaan naar de resultat<strong>en</strong><br />

<strong>en</strong>/of effect<strong>en</strong> van undercovertraject<strong>en</strong> (Kruissink, et al., 1999). In de<br />

VS is de <strong>onder</strong>zoeksliteratuur omvangrijker. De daar verrichte studies<br />

hebb<strong>en</strong> echter voornamelijk betrekking op stings <strong>en</strong> decoys. Uit de literatuur<br />

blijkt dat deze PK-achtige operaties <strong>en</strong> lokmiddel<strong>en</strong> in veel arrestaties<br />

<strong>en</strong> veroordeling<strong>en</strong> resulter<strong>en</strong> <strong>en</strong> dat ze, indi<strong>en</strong> gecombineerd met andere<br />

maatregel<strong>en</strong>, ook e<strong>en</strong> prev<strong>en</strong>tief effect kúnn<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong>. De stings <strong>en</strong> decoys<br />

kunn<strong>en</strong> daar<strong>en</strong>teg<strong>en</strong> echter ook e<strong>en</strong> versterk<strong>en</strong>de werking hebb<strong>en</strong> op het<br />

lokale criminele netwerk <strong>en</strong> daarmee, als onbedoeld gevolg, leid<strong>en</strong> tot e<strong>en</strong><br />

to<strong>en</strong>ame van de criminaliteit. Al met al ontbreekt de wet<strong>en</strong>schappelijke<br />

<strong>onder</strong>grond voor het do<strong>en</strong> van stellige uitsprak<strong>en</strong> over prev<strong>en</strong>tieve effect<strong>en</strong>.<br />

We merk<strong>en</strong> t<strong>en</strong> slotte nog op dat e<strong>en</strong> voorwaarde voor het optred<strong>en</strong><br />

van ev<strong>en</strong>tuele prev<strong>en</strong>tieve effect<strong>en</strong>, in ieder geval is dat de ‘doelgroep’,<br />

pot<strong>en</strong>tiële criminel<strong>en</strong> dus, op de hoogte is van het feit dat de politie<br />

under covertraject<strong>en</strong> uitvoert. Het gev<strong>en</strong> van bek<strong>en</strong>dheid aan undercovertraject<strong>en</strong><br />

zal bij sommige betrokk<strong>en</strong><strong>en</strong> op bezwar<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> stuit<strong>en</strong>;<br />

bek<strong>en</strong>dheid zou leid<strong>en</strong> tot ‘erosie van het middel’ <strong>en</strong> dus tot e<strong>en</strong> moeilijker,<br />

gevaarlijker of minder effectieve <strong>uitvoering</strong>. In de VS bestaat, volg<strong>en</strong>s<br />

Marx, echter e<strong>en</strong> relatief grote op<strong>en</strong>heid met betrekking tot politieoptred<strong>en</strong>.<br />

Federale politie-instanties verstrekk<strong>en</strong> op<strong>en</strong>bare informatie<br />

over ingezette opsporingsinstrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong>, de politie is toegankelijk voor<br />

228 Deze perc<strong>en</strong>tages zijn volg<strong>en</strong>s de auteurs net zo goed, zo niet beter dan bij verdacht<strong>en</strong> die met<br />

conv<strong>en</strong>tionele middel<strong>en</strong> zijn gepakt.


180 <strong>Opspor<strong>en</strong></strong> <strong>onder</strong> <strong>dekmantel</strong><br />

<strong>onder</strong>zoekers (Marx, 1995: 329) 229 én, zoals we zojuist zag<strong>en</strong>, bij bepaalde<br />

undercovertraject<strong>en</strong> wordt actief <strong>en</strong> bewust de publiciteit gezocht.<br />

5.3 De resultat<strong>en</strong> van undercovertraject<strong>en</strong> <strong>en</strong> hun bijdrage aan<br />

opsporing <strong>en</strong> berechting<br />

5.3.1 Toelichting<br />

In paragraaf 5.1 is uite<strong>en</strong>gezet welke mogelijkhed<strong>en</strong> <strong>en</strong> onmogelijkhed<strong>en</strong><br />

er spel<strong>en</strong> bij het met<strong>en</strong> van de opbr<strong>en</strong>gst<strong>en</strong> of effect<strong>en</strong> van opsporingsinstrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong>.<br />

In <strong>onder</strong>havige studie mak<strong>en</strong> we op dit punt, noodzakelijkerwijs,<br />

vooral pragmatische keuzes. Deze keuzes word<strong>en</strong> ingegev<strong>en</strong><br />

door <strong>en</strong>erzijds de w<strong>en</strong>s om zo veel mogelijk relevante informatie over de<br />

opbr<strong>en</strong>gst<strong>en</strong> van undercovertraject<strong>en</strong> weer te gev<strong>en</strong> <strong>en</strong> anderzijds door<br />

het methodologische feit dat er ge<strong>en</strong> sprake is van e<strong>en</strong> volledig gecontroleerd<br />

<strong>onder</strong>zoeksveld (zoals in e<strong>en</strong> laboratorium), waardoor het do<strong>en</strong> van<br />

harde uitsprak<strong>en</strong> over bijvoorbeeld de effect<strong>en</strong> van undercovertraject<strong>en</strong> in<br />

relatie tot andere opsporingsinstrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> niet mogelijk is.<br />

Om recht te do<strong>en</strong> aan de soms weerbarstige <strong>en</strong> complexe <strong>uitvoering</strong>spraktijk,<br />

besprek<strong>en</strong> we de opbr<strong>en</strong>gst<strong>en</strong> van undercovertraject<strong>en</strong> in twee<br />

stapp<strong>en</strong>. T<strong>en</strong> eerste gaan we in op het bereik<strong>en</strong> van de operationele doel<strong>en</strong><br />

van het undercovertraject, wat opgevat zou kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> als de directe<br />

resultat<strong>en</strong>, of output, van e<strong>en</strong> undercovertraject. Onder het operationele<br />

doel verstaan we het directe doel dat binn<strong>en</strong> de <strong>uitvoering</strong> van het traject<br />

zelf behaald moet word<strong>en</strong>, z<strong>onder</strong> daarbij rek<strong>en</strong>ing te houd<strong>en</strong> met de<br />

waarde van het undercovertraject voor verder geleg<strong>en</strong> strafrechtelijke<br />

doel<strong>en</strong> als de veroordeling van e<strong>en</strong> verdachte. Als het binn<strong>en</strong> e<strong>en</strong> undercovertraject<br />

bijvoorbeeld de bedoeling was om tot e<strong>en</strong> PK te kom<strong>en</strong>, gaat<br />

het bij het bepal<strong>en</strong> van het resultaat om de vraag of die PK ook daadwerkelijk<br />

is uitgevoerd. Zo ja, dan is het operationele doel bereikt. Is de<br />

PK niet tot stand gekom<strong>en</strong>, dan is het operationele doel niet bereikt. Of<br />

als het de bedoeling was om bij de inzet van SI via het subject in contact<br />

te kom<strong>en</strong> met e<strong>en</strong> bepaalde verdachte, is dat dan gelukt? En is met SI<br />

(vervolg<strong>en</strong>s) relevante informatie – wat per definitie e<strong>en</strong> doel is van dit<br />

middel – verkreg<strong>en</strong>? De ‘relevante informatie’ die e<strong>en</strong> undercoverag<strong>en</strong>t<br />

moet verzamel<strong>en</strong> kan bestaan uit informatie over de criminele activiteit<strong>en</strong>,<br />

bijvoorbeeld logistieke gegev<strong>en</strong>s over cocaïnetransport<strong>en</strong> of de<br />

id<strong>en</strong>titeit van e<strong>en</strong> verdachte, maar kan ook geleg<strong>en</strong> zijn in de bevestiging<br />

of weerlegging van de ver<strong>onder</strong>stelde betrokk<strong>en</strong>heid van e<strong>en</strong> verdachte bij<br />

e<strong>en</strong> bepaald misdrijf.<br />

229 De toegankelijkheid voor sociaal-wet<strong>en</strong>schappelijk <strong>onder</strong>zoek geldt volg<strong>en</strong>s Marx ook voor de<br />

Nederlandse politie.


Inzet van undercovertraject<strong>en</strong> in de opsporingspraktijk: resultat<strong>en</strong>, effect<strong>en</strong> <strong>en</strong> risico’s 181<br />

De door ons <strong>onder</strong>zochte undercovertraject<strong>en</strong> verdel<strong>en</strong> we wat betreft het<br />

bereik<strong>en</strong> van de operationele doel<strong>en</strong> over drie categorieën: ‘bereikt’, ‘deels<br />

bereikt’ of ‘niet bereikt’. De toedeling van traject<strong>en</strong> waarbij SI is ingezet,<br />

licht<strong>en</strong> we nog wat verder toe. Zoals gezegd kan het operationele doel van<br />

de inzet van SI bestaan uit het verzamel<strong>en</strong> van informatie over de betrokk<strong>en</strong>heid<br />

van e<strong>en</strong> verdachte bij e<strong>en</strong> delict, bijvoorbeeld de bevestiging dat<br />

hij e<strong>en</strong> geweldsmisdrijf heeft begaan of de bevestiging dat in e<strong>en</strong> café in<br />

drugs wordt gehandeld. In dergelijke gevall<strong>en</strong> wordt hier ervan uitgegaan<br />

dat het operationele doel van het SI-traject is bereikt als die betrokk<strong>en</strong>heid<br />

van de verdachte inderdaad is geblek<strong>en</strong> tijd<strong>en</strong>s de <strong>uitvoering</strong> van het<br />

traject óf als dankzij de inzet van SI het opsporingsteam er juist van overtuigd<br />

is geraakt dat verd<strong>en</strong>king onterecht (of minder ernstig) is. Wanneer<br />

naar de opvatting van het opsporingsteam (doorgaans de OvJ) de inzet<br />

van SI niet heeft geleid tot bevestiging van de verd<strong>en</strong>king maar ook niet<br />

tot ontkrachting (of herzi<strong>en</strong>ing) daarvan, 230 <strong>en</strong> het traject (dus) ge<strong>en</strong> relevante<br />

informatie heeft opgeleverd, del<strong>en</strong> we het traject in bij ‘operationele<br />

doel niet bereikt’.<br />

Het bereik<strong>en</strong> van de operationele doel<strong>en</strong> wil nog niet zegg<strong>en</strong> dat e<strong>en</strong><br />

undercovertraject ook van belang is voor de verder geleg<strong>en</strong>, strategische<br />

doel<strong>en</strong> die over het algeme<strong>en</strong> aan opsporings<strong>onder</strong>zoek verbond<strong>en</strong> zijn.<br />

Wanneer bijvoorbeeld e<strong>en</strong> PK is uitgevoerd <strong>en</strong> daarmee de operationele<br />

doelstelling van e<strong>en</strong> undercovertraject is gerealiseerd, betek<strong>en</strong>t dat nog<br />

niet dat daarmee ook bewijs is verkreg<strong>en</strong> teg<strong>en</strong> de verdachte waarteg<strong>en</strong><br />

het opsporings<strong>onder</strong>zoek is gericht. Het kan pas als relevant bewijs geld<strong>en</strong><br />

wanneer t<strong>en</strong> eerste het opsporingsteam het als zodanig beschouwt, waarvoor<br />

van belang is dat tijd<strong>en</strong>s de PK de juiste goeder<strong>en</strong> bij de juiste person<strong>en</strong><br />

aangekocht zijn. T<strong>en</strong> tweede moet het ook als bewijs word<strong>en</strong> aanvaard<br />

door e<strong>en</strong> rechtscollege. Ev<strong>en</strong>zo geldt dat als e<strong>en</strong> OvJ in de uitkomst<strong>en</strong> van<br />

e<strong>en</strong> SI-traject de bevestiging ziet dat e<strong>en</strong> verdachte inderdaad betrokk<strong>en</strong><br />

is bij e<strong>en</strong> moord, dat nog niet wil zegg<strong>en</strong> dat die verdachte ook berecht<br />

<strong>en</strong> veroordeeld gaat word<strong>en</strong> voor die moord <strong>en</strong> dat daarbij bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong><br />

gebruikgemaakt gaat word<strong>en</strong> van de resultat<strong>en</strong> van SI.<br />

Hiermee zijn we aangekom<strong>en</strong> bij de tweede stap: het beoordel<strong>en</strong> van de<br />

bijdrage van het undercovertraject aan de opsporing <strong>en</strong>/of berechting van<br />

misdrijv<strong>en</strong>/verdacht<strong>en</strong>. Het gaat hierbij om de vraag of het undercovertraject<br />

is gebruikt – van nut is geweest – voor de opsporing <strong>en</strong>/of berechting.<br />

Met het besprek<strong>en</strong> van de bijdrage die e<strong>en</strong> undercovertraject heeft<br />

geleverd aan de opsporing <strong>en</strong>/of berechting hebb<strong>en</strong> we e<strong>en</strong> indicatie voor<br />

het (repressieve) effect (outcome) van e<strong>en</strong> undercovertraject. Omdat het<br />

daadwerkelijke, zuivere effect van e<strong>en</strong> opsporingsinstrum<strong>en</strong>t zoals gezegd<br />

230 We b<strong>en</strong>adrukk<strong>en</strong> dat het hier om de overtuiging van het opsporingsteam (de OvJ) gaat; zelfstandige<br />

waarheidsvinding in de zin van beoordeling of de betreff<strong>en</strong>de verdachte ook echt (on)schuldig is, is niet<br />

aan de orde.


182 <strong>Opspor<strong>en</strong></strong> <strong>onder</strong> <strong>dekmantel</strong><br />

erg moeilijk te met<strong>en</strong> is, gebruik<strong>en</strong> we in plaats van ‘effect’ het begrip<br />

‘bijdrage aan opsporing <strong>en</strong>/of berechting’.<br />

Ook hier gebruik<strong>en</strong> we e<strong>en</strong> driedeling. T<strong>en</strong> eerste kan de bijdrage van e<strong>en</strong><br />

undercovertraject bestaan uit bewijs (van groot of minder groot belang)<br />

dat is gebruikt bij de veroordeling van e<strong>en</strong> verdachte, dat wil zegg<strong>en</strong><br />

dat het als zodanig is geaccepteerd door e<strong>en</strong> rechtscollege. E<strong>en</strong> undercovertraject<br />

kan op verschill<strong>en</strong>de manier<strong>en</strong> bewijsmateriaal oplever<strong>en</strong>.<br />

Zo kan e<strong>en</strong> uitgevoerde PK of PDV als bewijs word<strong>en</strong> gebruikt, maar ook<br />

de verklaring<strong>en</strong> die e<strong>en</strong> undercoverag<strong>en</strong>t aflegt naar aanleiding van<br />

gedrag of uitsprak<strong>en</strong> van de verdachte of naar aanleiding van uitsprak<strong>en</strong><br />

die andere person<strong>en</strong> teg<strong>en</strong>over hem hebb<strong>en</strong> gedaan óver de verdachte,<br />

kunn<strong>en</strong> di<strong>en</strong><strong>en</strong> als bewijs. Ook kan e<strong>en</strong> undercovertraject meer indirect<br />

bewijs g<strong>en</strong>erer<strong>en</strong> door de informatie die e<strong>en</strong> verdachte verstrekt of handeling<strong>en</strong><br />

die hij verricht na contact<strong>en</strong> met e<strong>en</strong> undercoverag<strong>en</strong>t, bijvoorbeeld<br />

in de vorm van e<strong>en</strong> (afgetapt) telefoontje dat hij pleegt met e<strong>en</strong><br />

relatie uit de drugshandel nadat hij met de undercoverag<strong>en</strong>t afsprak<strong>en</strong><br />

heeft gemaakt over e<strong>en</strong> ‘deal’.<br />

De tweede soort bijdrage die e<strong>en</strong> undercovertraject kan lever<strong>en</strong> aan de<br />

opsporing <strong>en</strong>/of berechting bestaat uit informatie. Wanneer e<strong>en</strong> undercovertraject<br />

bij deze categorie van bijdrage wordt ingedeeld, betek<strong>en</strong>t<br />

dit dat het traject ge<strong>en</strong> bewijs heeft geg<strong>en</strong>ereerd op basis waarvan e<strong>en</strong><br />

verdachte (mede) is veroordeeld, maar dat het wel informatie heeft voortgebracht<br />

die van groot of minder groot belang is geweest voor de richting<br />

die het betreff<strong>en</strong>de of e<strong>en</strong> ander opsporings<strong>onder</strong>zoek is uitgegaan of de<br />

uitkomst die het heeft gekreg<strong>en</strong>.<br />

Het kan gaan om:<br />

– informatie dat e<strong>en</strong> verdachte waarschijnlijk (geheel of gedeeltelijk)<br />

on schuldig is <strong>en</strong> dus uitgeslot<strong>en</strong> kan word<strong>en</strong> van verder <strong>onder</strong>zoek;<br />

– zog<strong>en</strong>oemde sturingsinformatie, bijvoorbeeld de id<strong>en</strong>tificatie van<br />

voorhe<strong>en</strong> onbek<strong>en</strong>de verdacht<strong>en</strong> of informatie over door verdacht<strong>en</strong><br />

gebruikte werkwijze bij het pleg<strong>en</strong> van misdrijv<strong>en</strong>; of<br />

– restinformatie, dat wil zegg<strong>en</strong> informatie die betrekking heeft op e<strong>en</strong><br />

ander delict <strong>en</strong>/of (e<strong>en</strong>) andere verdachte(n) dan in eerste instantie c<strong>en</strong>traal<br />

stond(<strong>en</strong>) in het opsporings<strong>onder</strong>zoek <strong>en</strong> die is doorgegev<strong>en</strong> aan<br />

<strong>en</strong> gebruikt door e<strong>en</strong> ander opsporingsteam.<br />

De dankzij het undercovertraject geg<strong>en</strong>ereerde informatie is alle<strong>en</strong> opgevat<br />

als e<strong>en</strong> ‘bijdrage aan de opsporing <strong>en</strong>/of berechting’ als de informatie<br />

in het betreff<strong>en</strong>de opsporings<strong>onder</strong>zoek ook concreet tot nut is gebracht.<br />

Dit houdt in dat wanneer bijvoorbeeld e<strong>en</strong> IF-traject teg<strong>en</strong> e<strong>en</strong> groepering<br />

die verdacht wordt van drugshandel ‘inzicht’ heeft opgeleverd in<br />

‘de organisatie van het criminele sam<strong>en</strong>werkingsverband’, we dit alle<strong>en</strong><br />

als ‘bijdrage aan de opsporing’ beoordel<strong>en</strong> als deze informatie ook heeft<br />

bijgedrag<strong>en</strong> aan concrete resultat<strong>en</strong> van het (of e<strong>en</strong> ander) opsporings<strong>onder</strong>zoek.<br />

Als het betreff<strong>en</strong>de opsporings<strong>onder</strong>zoek in e<strong>en</strong> sepot is


Inzet van undercovertraject<strong>en</strong> in de opsporingspraktijk: resultat<strong>en</strong>, effect<strong>en</strong> <strong>en</strong> risico’s 183<br />

geëindigd omdat er ge<strong>en</strong> bewijs is verkreg<strong>en</strong> teg<strong>en</strong> de verdacht<strong>en</strong> <strong>en</strong> de<br />

verkreg<strong>en</strong> inzicht<strong>en</strong> niet aan e<strong>en</strong> concrete uitkomst hebb<strong>en</strong> bijgedrag<strong>en</strong><br />

(ook niet in e<strong>en</strong> ev<strong>en</strong>tueel ander opsporings<strong>onder</strong>zoek), del<strong>en</strong> we het<br />

betreff<strong>en</strong>de undercovertraject in bij de derde categorie, die van ‘ge<strong>en</strong><br />

bijdrage’. Bij ‘ge<strong>en</strong> bijdrage’ word<strong>en</strong> vanzelfsprek<strong>en</strong>d ook zak<strong>en</strong> ingedeeld<br />

waarin het undercovertraject helemaal ge<strong>en</strong> informatie heeft opgeleverd.<br />

Wanneer e<strong>en</strong> undercovertraject zowel bewijs als informatie heeft voortgebracht,<br />

del<strong>en</strong> we het bij figur<strong>en</strong> <strong>en</strong> tabell<strong>en</strong> in bij ‘bewijs’, maar merk<strong>en</strong><br />

we in de tekst natuurlijk wel op dat er sprake is van meerdere soort<strong>en</strong><br />

bijdrag<strong>en</strong>. T<strong>en</strong> slotte is in <strong>en</strong>kele gevall<strong>en</strong> sprake van e<strong>en</strong> overige bijdrage,<br />

bijvoorbeeld afschrikking van e<strong>en</strong> verdachte. Hiervan zal expliciet<br />

melding word<strong>en</strong> gemaakt.<br />

Het besprek<strong>en</strong> van de bijdrage die undercovertraject<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> aan de<br />

opsporing <strong>en</strong>/of berechting, komt grot<strong>en</strong>deels overe<strong>en</strong> met de vraag of<br />

de externe doel<strong>en</strong>, dat wil zegg<strong>en</strong> de doel<strong>en</strong> waarmee opsporingsteams<br />

hebb<strong>en</strong> gekoz<strong>en</strong> voor e<strong>en</strong> undercovertraject, zijn behaald (wat dus iets<br />

anders is dan het operationele doel). Zoals we in paragraaf 4.3.2 zag<strong>en</strong>,<br />

zijn deze doel<strong>en</strong> (uiteindelijk) bijna altijd het verzamel<strong>en</strong> van bewijs (of<br />

ontlast<strong>en</strong>de informatie), al dan niet aangevuld met subdoel<strong>en</strong> als het<br />

verkrijg<strong>en</strong> van sturingsinformatie. Wij hebb<strong>en</strong> er hier voor gekoz<strong>en</strong> om bij<br />

de bespreking van de opbr<strong>en</strong>gst<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> undercovertraject het vooral<br />

te hebb<strong>en</strong> over de bijdrage aan de opsporing <strong>en</strong>/of berechting. T<strong>en</strong> eerste<br />

zijn deze concept<strong>en</strong> wat informatiever dan ‘doelbereiking’. Door te sprek<strong>en</strong><br />

in term<strong>en</strong> van bijdrage is immers duidelijk wát dan precies is bereikt.<br />

T<strong>en</strong> tweede kan in e<strong>en</strong> <strong>en</strong>kel geval e<strong>en</strong> uitgevoerd undercovertraject toch<br />

e<strong>en</strong> bijdrage lever<strong>en</strong> aan de opsporing <strong>en</strong>/of berechting terwijl het eig<strong>en</strong>lijke<br />

doel waarmee het is ingezet, niet is bereikt.<br />

5.3.2 Sam<strong>en</strong>vatt<strong>en</strong>d overzicht<br />

In figuur 1 <strong>en</strong> in figuur 2 wordt, voor respectievelijk SI <strong>en</strong>/of PK/PDV <strong>en</strong><br />

IF, e<strong>en</strong> sam<strong>en</strong>vatt<strong>en</strong>d overzicht gegev<strong>en</strong> van de <strong>uitvoering</strong> van undercovertraject<strong>en</strong><br />

<strong>en</strong> de bijdrage die deze traject<strong>en</strong> lever<strong>en</strong> aan de opsporing<br />

<strong>en</strong> berechting van verdacht<strong>en</strong>. In de figur<strong>en</strong> wordt schematisch <strong>en</strong> getalsmatig<br />

het volg<strong>en</strong>de proces beschrev<strong>en</strong>: zak<strong>en</strong> waarin inzet van e<strong>en</strong> undercovertraject<br />

is overwog<strong>en</strong> (alle<strong>en</strong> voor SI <strong>en</strong>/of PK/PDV) – zak<strong>en</strong> waarin is<br />

beslot<strong>en</strong> tot inzet (ja/nee) – zak<strong>en</strong> waarin e<strong>en</strong> undercovertraject is gestart<br />

(ja/nee) – zak<strong>en</strong> waarin contact is gelegd met het subject (ja/nee) – zak<strong>en</strong><br />

waarin het operationele doel van het undercovertraject is bereikt (ja/nee/<br />

deels) – zak<strong>en</strong> waarin het undercovertraject e<strong>en</strong> bijdrage heeft geleverd<br />

aan opsporing <strong>en</strong>/of berechting (ja via bewijs/ja via informatie/nee). Dit<br />

proces verloopt als e<strong>en</strong> soort trechter; er blijv<strong>en</strong> steeds minder zak<strong>en</strong> over.


184 <strong>Opspor<strong>en</strong></strong> <strong>onder</strong> <strong>dekmantel</strong><br />

Figuur 1 Nederlandse opsporings<strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong> waarin is overwog<strong>en</strong><br />

om SI <strong>en</strong>/of PK/PDV* in te zett<strong>en</strong>, naar <strong>uitvoering</strong>,<br />

resultat<strong>en</strong> <strong>en</strong> bijdrage aan opsporing <strong>en</strong> berechting, 2004**<br />

Inzet SI <strong>en</strong>/of PK/PDV<br />

overwog<strong>en</strong>: 89<br />

Besluit inzet traject: 37 Besluit ge<strong>en</strong> inzet traject: 52<br />

Gestart: 34 Niet gestart: 3<br />

Contact subject: 31 Ge<strong>en</strong> contact subject: 3<br />

Resultaat: operationele<br />

doel bereikt: 11<br />

Resultaat: operationele<br />

doel deels bereikt: 3<br />

Bijdrage aan opsporing/berechting:<br />

· wel bijdrage: 12, waarvan:<br />

- bewijs t.b.v. veroordeling verdachte: 7<br />

- uitsluiting verdachte: 4<br />

- sturingsinformatie: 1<br />

Resultaat: operationele<br />

doel niet bereikt: 17<br />

* Stelselmatig inwinn<strong>en</strong> van informatie <strong>en</strong>/of pseudo-koop/-di<strong>en</strong>stverl<strong>en</strong>ing.<br />

** Jaar van aanmelding bij het infiltratieteam.<br />

Bijdrage aan opsporing/berechting<br />

· ge<strong>en</strong> bijdrage: 2<br />

In 2004 is (naar schatting) in 89 Nederlandse opsporings<strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong><br />

overwog<strong>en</strong> om e<strong>en</strong> undercovertraject in te zett<strong>en</strong> (zie paragraaf 4.3.1).<br />

Daarvan wordt in 37 zak<strong>en</strong> ook beslot<strong>en</strong> tot de inzet van e<strong>en</strong> dergelijk<br />

traject. In alle gevall<strong>en</strong> gaat het daarbij om SI <strong>en</strong>/of PK/PDV, ge<strong>en</strong> <strong>en</strong>kele<br />

keer betreft het IF. In 3 van deze 37 zak<strong>en</strong> wordt de inzet afgeblaz<strong>en</strong> voordat<br />

met de <strong>uitvoering</strong> is begonn<strong>en</strong>.<br />

Uiteindelijk wordt dus in 34 zak<strong>en</strong> daadwerkelijk begonn<strong>en</strong> met de <strong>uitvoering</strong><br />

van SI <strong>en</strong>/of PK/PDV (zie paragraaf 4.4.2). Bij de <strong>uitvoering</strong> van<br />

deze 34 undercovertraject<strong>en</strong> lukt het undercoverag<strong>en</strong>t(<strong>en</strong>) in 31 gevall<strong>en</strong><br />

contact te mak<strong>en</strong> met het subject (niet per se de hoofdverdachte; zie paragraaf<br />

4.5.1).<br />

Vervolg<strong>en</strong>s is in 14 van deze 31 zak<strong>en</strong> het infiltratieteam erin geslaagd<br />

om nadat contact is gelegd met het subject, het verdere traject zodanig te<br />

lat<strong>en</strong> verlop<strong>en</strong> dat het operationele doel van het undercovertraject (deels)


Inzet van undercovertraject<strong>en</strong> in de opsporingspraktijk: resultat<strong>en</strong>, effect<strong>en</strong> <strong>en</strong> risico’s 185<br />

wordt bereikt, dat wil zegg<strong>en</strong> dat het de undercoverag<strong>en</strong>t(<strong>en</strong>) is gelukt<br />

om, in e<strong>en</strong> aantal zak<strong>en</strong> nadat via het subject contact is gemaakt met de<br />

feitelijke hoofdverdachte(n) of nadat de verdacht<strong>en</strong> zijn geïd<strong>en</strong>tificeerd,<br />

relevante informatie te verzamel<strong>en</strong> <strong>en</strong>/of e<strong>en</strong> voorg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> PK/PDV uit<br />

te voer<strong>en</strong>. In de andere 17 zak<strong>en</strong> waarin er contact is geweest tuss<strong>en</strong> de<br />

under coverag<strong>en</strong>t <strong>en</strong> het subject, is het operationele doel niet bereikt (<strong>en</strong><br />

heeft het undercovertraject ook ge<strong>en</strong> bijdrage geleverd aan de opsporing<br />

of berechting van verdacht<strong>en</strong>).<br />

Van de 14 zak<strong>en</strong> waarin het operationele doel van de SI <strong>en</strong>/of PK/PDV<br />

(deels) is bereikt, heeft het undercovertraject 12 keer ook e<strong>en</strong> bijdrage<br />

geleverd aan de opsporing <strong>en</strong>/of berechting van verdacht<strong>en</strong>. Kijk<strong>en</strong> we terug<br />

naar alle zak<strong>en</strong> waarin e<strong>en</strong> SI- <strong>en</strong>/of PK/PDV-traject is ingezet (waarin<br />

dat traject t<strong>en</strong>minste ook daadwerkelijk is gestart), dan geldt dus dat van<br />

34 traject<strong>en</strong> er 12 e<strong>en</strong> bijdrage hebb<strong>en</strong> geleverd aan de opsporing <strong>en</strong>/of<br />

berechting.<br />

Van de 12 traject<strong>en</strong> die e<strong>en</strong> bijdrage hebb<strong>en</strong> geleverd aan de opsporing <strong>en</strong>/<br />

of berechting, gaat gaat het in 7 gevall<strong>en</strong> om bewijs dat door het undercovertraject<br />

is aangeleverd <strong>en</strong> op basis waarvan de verdachte(n) (mede)<br />

is (zijn) veroordeeld in eerste aanleg. In 6 van deze 7 zak<strong>en</strong> heeft het via<br />

het undercovertraject verkreg<strong>en</strong> bewijs, <strong>en</strong> in e<strong>en</strong> aantal gevall<strong>en</strong> indirect<br />

ook de door het traject verzamelde sturingsinformatie, e<strong>en</strong> belangrijke<br />

rol gespeeld bij de veroordeling van verdachte(n) in eerste aanleg. In de 7 e<br />

zaak is het bewijs niet van doorslaggev<strong>en</strong>d belang geweest, maar heeft de<br />

ingezette SI wel ook geresulteerd in het inzicht dat e<strong>en</strong> ander deel van de<br />

verd<strong>en</strong>king die er t<strong>en</strong> aanzi<strong>en</strong> van de verdachte bestond, niet juist was.<br />

In 5 zak<strong>en</strong> heeft het undercovertraject ge<strong>en</strong> bewijs opgeleverd maar<br />

bestaat de bijdrage uit informatie die t<strong>en</strong> di<strong>en</strong>ste is gemaakt in het opsporings<strong>onder</strong>zoek.<br />

4 keer heeft het opsporingsteam op basis van de inzet<br />

van SI e<strong>en</strong> verdachte van verder <strong>onder</strong>zoek uit kunn<strong>en</strong> sluit<strong>en</strong> <strong>en</strong> in 1 zaak<br />

bestaat deze informatie uit zog<strong>en</strong>oemde sturingsinformatie. Zoals gezegd<br />

heeft in 1 van de zak<strong>en</strong> waarin het undercovertraject bewijs heeft geg<strong>en</strong>ereerd,<br />

het traject ook tot uitsluiting van e<strong>en</strong> deel van de verd<strong>en</strong>king geleid<br />

(deze zaak is bij ‘bewijs’ ingedeeld; in totaal is dus in 5 zak<strong>en</strong> e<strong>en</strong> verdachte<br />

(gedeeltelijk) van de verd<strong>en</strong>king uitgeslot<strong>en</strong>).<br />

In 2 zak<strong>en</strong> is het operationele doel van het undercovertraject weliswaar<br />

bereikt, maar heeft het traject ge<strong>en</strong> <strong>en</strong>kele bijdrage geleverd aan de opsporing<br />

of berechting van misdrijv<strong>en</strong>. 231 In paragraaf 5.3.3 gaan we dieper op<br />

de zak<strong>en</strong> <strong>en</strong> de geleverde bijdrag<strong>en</strong> in.<br />

Figuur 2 toont het overzicht voor de 16 Nederlandse zak<strong>en</strong> waarin, in de<br />

periode 2000-2005, door het College van procureurs-g<strong>en</strong>eraal (College<br />

231 Voor de 10 undercovertraject<strong>en</strong> die zijn uitgevoerd in het kader van e<strong>en</strong> rechtshulpverzoek <strong>en</strong> waarbij in<br />

2004 voor het eerst contact is opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> met het infiltratieteam, is grot<strong>en</strong>deels onbek<strong>en</strong>d wat de afloop<br />

(wel/ge<strong>en</strong> veroordeling) van de traject<strong>en</strong> <strong>en</strong> van de betreff<strong>en</strong>de opsporings<strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong> is geweest, <strong>en</strong><br />

dus ook wat de ev<strong>en</strong>tuele bijdrage was van het IF-traject aan de opsporing <strong>en</strong>/of berechting.


186 <strong>Opspor<strong>en</strong></strong> <strong>onder</strong> <strong>dekmantel</strong><br />

van PG’s) toestemming is gegev<strong>en</strong> voor de inzet van IF. 232 In 2 van deze<br />

16 zak<strong>en</strong> wordt niet daadwerkelijk begonn<strong>en</strong> met de <strong>uitvoering</strong> van het<br />

IF-traject (zie paragraaf 4.4.2). In de 14 IF-traject<strong>en</strong> die wel start<strong>en</strong>, wordt<br />

1 keer ge<strong>en</strong> contact gelegd met het subject (zie paragraaf 4.5.1). In 13<br />

zak<strong>en</strong> wordt door de undercoverag<strong>en</strong>t(<strong>en</strong>) in het IF-traject dus wel contact<br />

gemaakt met het subject.<br />

Vervolg<strong>en</strong>s wordt in 12 van deze 13 zak<strong>en</strong> bij de <strong>uitvoering</strong> van het<br />

IF-traject het operationele doel ervan t<strong>en</strong> minste deels bereikt, wat ook<br />

hier betek<strong>en</strong>t dat relevante informatie is verzameld <strong>en</strong>/of e<strong>en</strong> PK/PDV<br />

tot stand is gebracht. In 1 zaak waarin de undercoverag<strong>en</strong>t contact heeft<br />

gelegd met het subject, is het operationele doel geheel niet bereikt (<strong>en</strong><br />

heeft het IF-traject ge<strong>en</strong> bijdrage geleverd aan de opsporing <strong>en</strong>/of berechting).<br />

10 van de 12 IF-traject<strong>en</strong> waarvan het operationele doel t<strong>en</strong> minste deels<br />

is bereikt, hebb<strong>en</strong> ook e<strong>en</strong> bijdrage geleverd aan de opsporing <strong>en</strong>/of berechting<br />

van verdacht<strong>en</strong>. Zett<strong>en</strong> we dit af teg<strong>en</strong> alle zak<strong>en</strong> waarin e<strong>en</strong> IF-traject<br />

is uitgevoerd (althans waarin zo’n traject is gestart), dan zi<strong>en</strong> we dat van<br />

de 14 bestudeerde zak<strong>en</strong> waarin e<strong>en</strong> IF-traject is ingezet er 10 e<strong>en</strong> bijdrage<br />

hebb<strong>en</strong> geleverd aan de opsporing <strong>en</strong>/of berechting.<br />

In 6 gevall<strong>en</strong> gaat het daarbij om bewijs, waarvan het door het IF-traject<br />

aangebrachte bewijs 5 keer e<strong>en</strong> (redelijk) belangrijke rol <strong>en</strong> 1 keer e<strong>en</strong> vrij<br />

beperkte rol heeft gespeeld bij de veroordeling van verdacht<strong>en</strong>. Van de<br />

6 IF-traject<strong>en</strong> die bewijs hebb<strong>en</strong> geg<strong>en</strong>ereerd, is er van 5 bek<strong>en</strong>d dat het<br />

traject daarnaast ook relevante opsporingsinformatie heeft opgeleverd.<br />

In 4 zak<strong>en</strong> heeft het IF-traject niet geresulteerd in bewijs, maar heeft het<br />

wel informatie voortgebracht waarmee e<strong>en</strong> bijdrage is geleverd aan de<br />

opsporing. In teg<strong>en</strong>stelling tot zak<strong>en</strong> waarin SI is ingezet, betreft het hier<br />

niet informatie op basis waarvan e<strong>en</strong> verdachte uitgeslot<strong>en</strong> is kunn<strong>en</strong><br />

word<strong>en</strong>. De bevestiging/ontkrachting van e<strong>en</strong> verd<strong>en</strong>king behoort dan<br />

ook meestal ook niet tot de doelstelling van de IF-zak<strong>en</strong>. De informatie die<br />

deze 4 IF-traject<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> voortgebracht betreft rest- <strong>en</strong>/of sturingsinformatie.<br />

In 2 zak<strong>en</strong> t<strong>en</strong> slotte is bij de <strong>uitvoering</strong> van het IF-traject weliswaar<br />

het operationele doel bereikt, maar heeft het traject in het geheel ge<strong>en</strong><br />

bijdrage geleverd aan de opsporing <strong>en</strong>/of berechting. 233 De zak<strong>en</strong> waarin<br />

IF is ingezet <strong>en</strong> de bijdrage die het IF-traject in deze zak<strong>en</strong> aan de opsporing<br />

<strong>en</strong>/of berechting heeft gehad, word<strong>en</strong> in meer detail besprok<strong>en</strong> in<br />

paragraaf 5.3.4.<br />

232 In de periode 2000-2005 is feitelijk in 17 Nederlandse opsporings<strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong> toestemming gegev<strong>en</strong><br />

voor e<strong>en</strong> IF-traject. Van deze opsporings<strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> we er echter 1 niet in ons <strong>onder</strong>zoek<br />

meeg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> (zie paragraaf 1.3.1).<br />

233 Voor de 6 IF-traject<strong>en</strong> waarvoor in het kader van e<strong>en</strong> rechtshulpverzoek in de periode 2000-2005<br />

bij de CTC toestemming is gekreg<strong>en</strong> <strong>en</strong> die zijn uitgevoerd, is de afloop van het traject <strong>en</strong> het<br />

opsporings<strong>onder</strong>zoek grot<strong>en</strong>deels onbek<strong>en</strong>d.


Inzet van undercovertraject<strong>en</strong> in de opsporingspraktijk: resultat<strong>en</strong>, effect<strong>en</strong> <strong>en</strong> risico’s 187<br />

Figuur 2 Nederlandse opsporings<strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong> waarin bij het College<br />

van PG’s toestemming is gevraagd <strong>en</strong> gekreg<strong>en</strong> voor<br />

de inzet van IF*, naar <strong>uitvoering</strong>, resultat<strong>en</strong> <strong>en</strong> bijdrage aan<br />

opsporing <strong>en</strong> berechting, 2000-2005**<br />

Zak<strong>en</strong> waarin IF is<br />

aangevraagd <strong>en</strong> goedgekeurd: 16<br />

Gestart: 14 Niet gestart: 2<br />

Contact subject: 13 Ge<strong>en</strong> contact subject: 1<br />

Resultaat: operationele<br />

doel bereikt: 2<br />

Resultaat: operationele<br />

doel deels bereikt: 10<br />

Bijdrage aan opsporing/berechting:<br />

· wel bijdrage: 10, waarvan:<br />

- bewijs tbv veroordeling verdachte: 6<br />

- sturings-/restinformatie: 4<br />

Resultaat: operationele<br />

doel niet bereikt: 1<br />

Bijdrage aan opsporing/berechting<br />

· ge<strong>en</strong> bijdrage: 2<br />

* Infiltratie.<br />

** Jaar van aanmelding bij de CTC. In de periode 2000-2005 is feitelijk in 17 Nederlandse opsporings<strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong><br />

toestemming gegev<strong>en</strong> voor e<strong>en</strong> IF-traject. Van deze opsporings<strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong><br />

we er echter 1 niet in ons <strong>onder</strong>zoek meeg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> (zie paragraaf 1.3.1).<br />

In eerdere del<strong>en</strong> van dit hoofdstuk is de overweging om e<strong>en</strong> undercovertraject<br />

in te zett<strong>en</strong> (zie paragraaf 4.3), het daadwerkelijke besluit daartoe,<br />

de start van e<strong>en</strong> traject (zie paragraaf 4.4.2) <strong>en</strong> het legg<strong>en</strong> van contact met<br />

subject<strong>en</strong> (zie paragraaf 4.5.1) al meer inhoudelijk aan de orde gekom<strong>en</strong>.<br />

In de volg<strong>en</strong>de subparagraf<strong>en</strong> gaan we, meer dan zojuist is gebeurd, in op<br />

het bereik<strong>en</strong> van het operationele doel van de traject<strong>en</strong> <strong>en</strong> op de bijdrage<br />

die undercovertraject<strong>en</strong> lever<strong>en</strong> aan de opsporing <strong>en</strong> berechting. In paragraaf<br />

5.3.5 volgt dan nog e<strong>en</strong> sam<strong>en</strong>vatting van <strong>en</strong> e<strong>en</strong> beschouwing op de<br />

resultat<strong>en</strong> <strong>en</strong> effect<strong>en</strong> van undercovertraject<strong>en</strong> (waarin we tev<strong>en</strong>s terugblikk<strong>en</strong><br />

op het <strong>onder</strong>zoek van Kruissink et al., 1999).


188 <strong>Opspor<strong>en</strong></strong> <strong>onder</strong> <strong>dekmantel</strong><br />

5.3.3 Stelselmatige informatie-inwinning <strong>en</strong> pseudo-koop/<br />

-di<strong>en</strong>stverl<strong>en</strong>ing<br />

In tabel 13 is voor de 34 zak<strong>en</strong> uit 2004 waarbij daadwerkelijk SI <strong>en</strong>/of PK/<br />

PDV is ingezet, weergegev<strong>en</strong> in hoeveel gevall<strong>en</strong> contact is gemaakt met<br />

het subject, in hoeveel zak<strong>en</strong> het operationele doel van het undercovertraject<br />

is behaald <strong>en</strong> wat de bijdrage is geweest van de traject<strong>en</strong> aan de<br />

opsporing <strong>en</strong> berechting.<br />

In totaal is in 2004 (jaar van aanmelding van de zaak bij het infiltratieteam)<br />

in 34 zak<strong>en</strong> e<strong>en</strong> SI- <strong>en</strong>/of PK/PDV-traject ingezet. Daarvan is in 31<br />

traject<strong>en</strong> door de undercoverag<strong>en</strong>t ook daadwerkelijk contact gemaakt<br />

met het subject, in 3 traject<strong>en</strong> is dat dus niet gelukt (zie paragraaf 4.5.1).<br />

Van die 31 undercovertraject<strong>en</strong> is vervolg<strong>en</strong>s in 11 gevall<strong>en</strong> het operationele<br />

doel bereikt van dat traject, 3 keer is dat doel deels bereikt <strong>en</strong> 17 keer<br />

is het operationele doel niet bereikt.<br />

Tabel 13 Nederlandse opsporings<strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong> waarin SI <strong>en</strong>/of PK/<br />

PDV* is ingezet, naar wel/niet contact gemaakt met het<br />

subject, de resultat<strong>en</strong> (wel/deels/niet bereik<strong>en</strong> van de<br />

operationele doel<strong>en</strong>) <strong>en</strong> het wel/niet bijdrag<strong>en</strong> aan de<br />

opsporing <strong>en</strong>/of berechting, 2004**<br />

Totaal Uitgesplitst naar soort traject*<br />

SI<br />

PK/<br />

PDV<br />

SI &<br />

PK/PDV<br />

Zak<strong>en</strong> waarin e<strong>en</strong> SI­ <strong>en</strong>/of PK/PDV­traject is gestart 34 19 10 5<br />

waarvan<br />

ge<strong>en</strong> contact gemaakt met subject 3 3 0 0<br />

contact gemaakt met subject 31 16 10 5<br />

waarvan<br />

operationele doel niet bereikt 17 11 6 0<br />

operationele doel deels bereikt 3 0 0 3<br />

operationele doel bereikt 11 5 4 2<br />

operationele doel bereikt of deels bereikt 14 5 4 5<br />

waarvan bijdrage aan opsporing <strong>en</strong>/of berechting<br />

ge<strong>en</strong> bijdrage 2 0 1 1<br />

relevante informatie 5 4*** 0 1<br />

bijdrage aan bewijs 7 1**** 3 3<br />

* Stelselmatig inwinn<strong>en</strong> van informatie <strong>en</strong>/of pseudo-koop/-di<strong>en</strong>stverl<strong>en</strong>ing.<br />

** Jaar van aanmelding bij infiltratieteam.<br />

*** Uitsluiting van verdachte.<br />

**** Sturingsinformatie.<br />

Bron: Op<strong>en</strong>baar Ministerie <strong>en</strong> politie/bewerking <strong>WODC</strong><br />

De 14 zak<strong>en</strong> waarbij het operationele doel van het SI- <strong>en</strong>/of PK/PDV-traject<br />

volledig (11) of deels (3) is behaald, zijn in de tabel vervolg<strong>en</strong>s opgesplitst


Inzet van undercovertraject<strong>en</strong> in de opsporingspraktijk: resultat<strong>en</strong>, effect<strong>en</strong> <strong>en</strong> risico’s 189<br />

naar de bijdrage die deze traject<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> geleverd aan de opsporing <strong>en</strong>/<br />

of berechting. Alle 17 undercovertraject<strong>en</strong> waarbij het operationele doel<br />

níet is bereikt <strong>en</strong> de 3 traject<strong>en</strong> waarin ge<strong>en</strong> contact is gemaakt met het<br />

subject, hebb<strong>en</strong> ook ge<strong>en</strong> wez<strong>en</strong>lijke bijdrage geleverd aan de opsporing<br />

of berechting (<strong>en</strong> word<strong>en</strong> in tabel dus 13 ook niet meeg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> in de rij<strong>en</strong><br />

waarin die bijdrage is weergegev<strong>en</strong>). 234<br />

Voor 2 van de 14 zak<strong>en</strong> waarin het operationele doel van het undercovertraject<br />

(deels) is bereikt, geldt dat het traject, ondanks het (deels)<br />

‘volbr<strong>en</strong>g<strong>en</strong>’ ervan, géén bijdrage aan de opsporing of berechting heeft<br />

voortgebracht. In 12 zak<strong>en</strong> heeft het uitgevoerde undercovertraject wél<br />

e<strong>en</strong> bijdrage geleverd aan de opsporing <strong>en</strong>/of berechting. Daarvan gaat<br />

het in 7 zak<strong>en</strong> om (gedeeltelijk) bewijs (mede) op basis waarvan verdacht<strong>en</strong><br />

zijn veroordeeld. In e<strong>en</strong> aantal van deze 7 zak<strong>en</strong> heeft het traject daarnaast<br />

ook bruikbare sturings-, rest- of andere informatie voortgebracht. 235<br />

In 6 van deze 7 zak<strong>en</strong> heeft het door het undercovertraject aangeleverde<br />

bewijs e<strong>en</strong> belangrijke rol gespeeld bij de veroordeling <strong>en</strong> in 1 zaak e<strong>en</strong><br />

minder belangrijke rol. In de andere 5 zak<strong>en</strong> heeft het traject ge<strong>en</strong> bewijs<br />

geg<strong>en</strong>ereerd maar wel (zeer) bruikbare opsporingsinformatie. Hier<strong>onder</strong><br />

gaan we aan de hand van de soort traject<strong>en</strong> die zijn ingezet (SI, PK/PDV <strong>en</strong><br />

SI&PK/PDV) meer inhoudelijk op de zak<strong>en</strong> in.<br />

SI<br />

In totaal is in 16 van de 19 zak<strong>en</strong> waarbij in 2004 (jaar van aanmelding van<br />

de zaak bij het infiltratieteam) SI is ingezet, contact gemaakt met het subject.<br />

Bij 5 van deze 16 zak<strong>en</strong> is het operationele doel van de SI bereikt, dat<br />

wil in deze gevall<strong>en</strong> zegg<strong>en</strong> dat de undercoverag<strong>en</strong>t relevante informatie<br />

heeft verzameld omtr<strong>en</strong>t de betrokk<strong>en</strong>heid van verdacht<strong>en</strong> bij de betreff<strong>en</strong>de<br />

delict<strong>en</strong>. Het SI-traject heeft in al deze 5 zak<strong>en</strong> ook e<strong>en</strong> bijdrage<br />

geleverd aan de opsporing <strong>en</strong>/of berechting: 1 keer g<strong>en</strong>ereert het SI-traject<br />

(ook) bewijs <strong>en</strong> 4 keer kan e<strong>en</strong> verdachte op basis van informatie uit het<br />

SI-traject van verder <strong>onder</strong>zoek word<strong>en</strong> uitgeslot<strong>en</strong> dan wel blijkt de dreiging<br />

die van de verdachte uitgaat minder groot dan gedacht.<br />

234 E<strong>en</strong> <strong>en</strong>kele keer is er bij undercovertraject<strong>en</strong> waarvan het operationele doel niet is gerealiseerd wel<br />

sprake van e<strong>en</strong> kleine bijdrage aan de opsporing. Zo is er e<strong>en</strong> zaak waarin de undercoverag<strong>en</strong>t bij inzet<br />

van SI via het subject contact moet zi<strong>en</strong> te mak<strong>en</strong> met de hoofdverdachte. De undercoverag<strong>en</strong>t slaagt<br />

er weliswaar in contact te legg<strong>en</strong> met het subject, maar niet met de hoofdverdachte, omdat het subject<br />

ge<strong>en</strong> contact meer met hem blijkt te hebb<strong>en</strong>, waarmee het operationele doel van het SI-traject dus niet<br />

is behaald. Het inzicht dát de contact<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> het subject <strong>en</strong> de hoofdverdachte zijn verbrok<strong>en</strong>, zou<br />

opgevat kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> als e<strong>en</strong> bijdrage aan de opsporing; dankzij het mislukk<strong>en</strong> van het SI-traject<br />

weet de politie immers dat ze het e<strong>en</strong> volg<strong>en</strong>de keer niet hoeft te prober<strong>en</strong> om via het subject contact<br />

te mak<strong>en</strong> met de hoofdverdachte. Aangezi<strong>en</strong> e<strong>en</strong> dergelijke ‘bijdrage aan de opsporing’, zeker in relatie<br />

tot de bedoeling<strong>en</strong> die het opsporingsteam bij de start van het traject heeft gehad, relatief beperkt is <strong>en</strong><br />

er bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> voor zover bek<strong>en</strong>d ook niet op <strong>en</strong>igerlei wijze gebruik is gemaakt van dit inzicht, gaan we<br />

ervan uit dat dit traject ‘ge<strong>en</strong> bijdrage’ heeft geleverd. Hetzelfde geldt voor e<strong>en</strong> zaak waarin e<strong>en</strong> PK niet<br />

doorgaat <strong>en</strong> de contact<strong>en</strong> met het betreff<strong>en</strong>de subject hebb<strong>en</strong> geleerd dat deze erg achterdochtig <strong>en</strong> op<br />

zijn hoede is.<br />

235 Zak<strong>en</strong> waarin het undercovertraject zowel bewijs als relevante (andere) informatie heeft opgeleverd, zijn<br />

in de tabel ingedeeld bij ‘bewijs’.


190 <strong>Opspor<strong>en</strong></strong> <strong>onder</strong> <strong>dekmantel</strong><br />

Contact gemaakt, operationele doel bereikt <strong>en</strong> bijdrage aan berechting<br />

(1 zaak). In 1 van de 5 zak<strong>en</strong> (A29) leidt de SI tot bevestiging van e<strong>en</strong> deel<br />

van de verd<strong>en</strong>king <strong>en</strong> tot falsificering van e<strong>en</strong> ander deel van de verd<strong>en</strong>king.<br />

Zo wordt, dankzij de SI, vastgesteld dat e<strong>en</strong> verdachte zich inderdaad<br />

schuldig maakt aan m<strong>en</strong>s<strong>en</strong>handel maar wordt tev<strong>en</strong>s vastgesteld dat, in<br />

teg<strong>en</strong>stelling tot de informatie die t<strong>en</strong> grondslag lag aan het opsporings<strong>onder</strong>zoek,<br />

zich <strong>onder</strong> zijn slachtoffers ge<strong>en</strong> minderjarig<strong>en</strong> bevind<strong>en</strong>.<br />

De bijdrage van het SI-traject in deze zaak bestaat <strong>en</strong>erzijds uit bewijs<br />

dat bepaalde verme<strong>en</strong>de (meerderjarige) slachtoffers van m<strong>en</strong>s<strong>en</strong>handel<br />

inderdaad als prostituee zijn ingezet. Voor die m<strong>en</strong>s<strong>en</strong>handel is de<br />

verdachte ook veroordeeld. Dit bewijs is echter niet van doorslaggev<strong>en</strong>d<br />

belang geweest omdat er ook verschill<strong>en</strong>de andere bewijsmiddel<strong>en</strong> zijn<br />

gebruikt, waar<strong>onder</strong> e<strong>en</strong> bek<strong>en</strong>t<strong>en</strong>is van de verdachte. Anderzijds heeft<br />

de SI behalve e<strong>en</strong> bijdrage aan de berechting (via het g<strong>en</strong>oemde bewijs)<br />

ook e<strong>en</strong> bijdrage aan de opsporing geleverd: door het inzicht dat er ge<strong>en</strong><br />

minderjarige prostituees werd<strong>en</strong> tewerkgesteld, kon de verdachte van dat<br />

deel van de verd<strong>en</strong>king word<strong>en</strong> uitgeslot<strong>en</strong>. 236<br />

Contact gemaakt, operationele doel bereikt <strong>en</strong> bijdrage aan opsporing<br />

(uitsluiting van verdachte) maar niet aan berechting (4 zak<strong>en</strong>). In 4<br />

zak<strong>en</strong> (A9, A15, A17 <strong>en</strong> A21) is het opsporingsteam op basis van de in<br />

het SI-traject verzamelde informatie tot de conclusie gekom<strong>en</strong> dat de<br />

oorspronkelijke verd<strong>en</strong>king teg<strong>en</strong> de verdachte geheel onjuist is dan wel<br />

dat de dreiging die van hem uitgaat minder ernstig is (geword<strong>en</strong>) dan<br />

gedacht.<br />

3 keer wordt via de inzet van SI het inzicht verkreg<strong>en</strong> dat de verd<strong>en</strong>king<strong>en</strong>,<br />

van respectievelijk e<strong>en</strong> geweldsdelict (2 keer: A15 <strong>en</strong> A17) <strong>en</strong> e<strong>en</strong><br />

drugsdelict in combinatie met m<strong>en</strong>s<strong>en</strong>handel (A9), waarschijnlijk geheel<br />

onterecht zijn. De bijdrage aan de opsporing bestaat er in die zak<strong>en</strong> uit<br />

dat de verdachte op basis van de aangeleverde informatie is uitgeslot<strong>en</strong><br />

van verder <strong>onder</strong>zoek, hetge<strong>en</strong> e<strong>en</strong> waardevolle bijdrage is omdat daarmee<br />

het opsporings<strong>onder</strong>zoek zich op andere verdacht<strong>en</strong> kan richt<strong>en</strong> (A15<br />

<strong>en</strong> A17, waarbij deze zak<strong>en</strong> tev<strong>en</strong>s zijn overgedrag<strong>en</strong> aan andere opsporingsteams)<br />

of kan word<strong>en</strong> gestopt (A9). Het is bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> e<strong>en</strong> inzicht,<br />

<strong>en</strong> dat geldt ook voor de eerder besprok<strong>en</strong> zaak (A29) waarin door e<strong>en</strong><br />

under coverag<strong>en</strong>t is vastgesteld dat e<strong>en</strong> verdachte van m<strong>en</strong>s<strong>en</strong>handel wel<br />

meerderjarige maar ge<strong>en</strong> minderjarige meisjes als prostituee inzette, dat<br />

z<strong>onder</strong> de inzet van SI waarschijnlijk niet of veel lastiger verkreg<strong>en</strong> had<br />

kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong>. Hier kom<strong>en</strong> we in paragraaf 5.3.5 op terug.<br />

In de 4 e zaak (A21) is SI ingezet teg<strong>en</strong> e<strong>en</strong> verdachte die van plan zou zijn<br />

om e<strong>en</strong> aanslag te pleg<strong>en</strong> op het lev<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> bepaald persoon. Ook<br />

hier is er dankzij het SI-traject sprake van uitsluiting, althans, tijd<strong>en</strong>s<br />

de <strong>uitvoering</strong> van het SI-traject blijkt het gevaar dat de verdachte vormt<br />

236 Deze zaak is in de tabel ingedeeld bij ‘bewijs’.


Inzet van undercovertraject<strong>en</strong> in de opsporingspraktijk: resultat<strong>en</strong>, effect<strong>en</strong> <strong>en</strong> risico’s 191<br />

minder groot te zijn geword<strong>en</strong> dan wel minder groot dan oorspronkelijk<br />

gedacht. Daarnaast is hier nog sprake van e<strong>en</strong> mogelijke overige<br />

opbr<strong>en</strong>gst, namelijk afschrikking. Volg<strong>en</strong>s de zaaksOvJ is namelijk de<br />

afnem<strong>en</strong>de dreiging die van de verdachte uitging mogelijk veroorzaakt<br />

door het opsporings<strong>onder</strong>zoek zelf; de verdachte zou zijn afgeschrokk<strong>en</strong><br />

door de politieaandacht die hij ‘plotseling’ g<strong>en</strong>oot, mogelijk (mede) omdat<br />

hij doorhad wat de werkelijke achtergrond van de undercoverag<strong>en</strong>t was.<br />

De zaak is geseponeerd.<br />

Contact gemaakt maar operationele doel geheel niet bereikt <strong>en</strong> ge<strong>en</strong> bijdrage<br />

aan opsporing of berechting (11 zak<strong>en</strong>). In de andere 11 zak<strong>en</strong> waarin in<br />

2004 (jaar van aanmelding van de zaak bij het infiltratieteam) SI is ingezet<br />

<strong>en</strong> waarbij de undercoverag<strong>en</strong>t contact heeft gemaakt met het subject,<br />

is het operationele doel van die inzet niet bereikt, wat betek<strong>en</strong>t dat het<br />

traject niet heeft geresulteerd in relevante informatie. In deze zak<strong>en</strong> is<br />

zoals gezegd ook ge<strong>en</strong> sprake van e<strong>en</strong> bijdrage van het undercovertraject<br />

aan de opsporing <strong>en</strong>/of berechting van misdrijv<strong>en</strong>. In 2 zak<strong>en</strong> (A14 <strong>en</strong><br />

A12) heeft de undercoverag<strong>en</strong>t wel contact gelegd met het subject, maar<br />

blijkt dat subject, in teg<strong>en</strong>stelling tot de informatie die aan de basis van<br />

het traject lag, ge<strong>en</strong> contact (meer) te hebb<strong>en</strong> met de (hoofd)verdachte(n)<br />

waarteg<strong>en</strong> het <strong>onder</strong>zoek zich eig<strong>en</strong>lijk richt <strong>en</strong> waarover het undercovertraject<br />

informatie zou moet<strong>en</strong> g<strong>en</strong>erer<strong>en</strong>. In e<strong>en</strong> 3 e zaak (A10) heeft<br />

de undercoverag<strong>en</strong>t wel contact gemaakt met de hoofdverdachte, maar<br />

wordt dat verbrok<strong>en</strong> doordat er e<strong>en</strong> onverwachte verandering optreedt in<br />

het sociale lev<strong>en</strong> van de hoofdverdachte waardoor hij niet meer verschijnt<br />

in de specifieke omgeving waarin het contact tuss<strong>en</strong> hem <strong>en</strong> de undercoverag<strong>en</strong>t<br />

is gelegd <strong>en</strong> het te veel tijd in beslag zou nem<strong>en</strong> om het contact<br />

op e<strong>en</strong> andere wijze te <strong>onder</strong>houd<strong>en</strong>.<br />

In de 4 e tot <strong>en</strong> met de 11 e zaak waarin het operationele doel van het<br />

SI-traject niet is behaald, is er niet e<strong>en</strong> dergelijke, heel concrete red<strong>en</strong><br />

waarom de undercoverag<strong>en</strong>t er niet in is geslaagd om relevante informatie<br />

te verkrijg<strong>en</strong>. Hier gaat het om zak<strong>en</strong> waarbij er weliswaar contact<br />

is tuss<strong>en</strong> de undercoverag<strong>en</strong>t <strong>en</strong> het subject <strong>en</strong>/of de undercoverag<strong>en</strong>t<br />

aanwezig is in de (horeca)geleg<strong>en</strong>heid waar bepaalde delict<strong>en</strong> zoud<strong>en</strong><br />

plaatsvind<strong>en</strong>, maar waarbij de contact<strong>en</strong> die de undercoverag<strong>en</strong>t heeft, de<br />

gesprekk<strong>en</strong> die hij voert <strong>en</strong> de observaties die hij ev<strong>en</strong>tueel verricht, niet<br />

leid<strong>en</strong> tot de bevestiging of ontkrachting van de betreff<strong>en</strong>de verd<strong>en</strong>king.<br />

E<strong>en</strong> voorbeeld van deze categorie van zak<strong>en</strong> is e<strong>en</strong> zaak (A16) waarin<br />

e<strong>en</strong> undercoverag<strong>en</strong>t wordt ingezet om bewijs te verzamel<strong>en</strong> omtr<strong>en</strong>t de<br />

betrokk<strong>en</strong>heid van e<strong>en</strong> bepaald persoon bij e<strong>en</strong> ernstig geweldsdelict. De<br />

undercoverag<strong>en</strong>t maakt contact met het subject. Volg<strong>en</strong>s de OvJ was dat<br />

ook e<strong>en</strong> vrij goed contact; het subject had vertrouw<strong>en</strong> in de undercoverag<strong>en</strong>t.<br />

Waardevolle informatie, dat wil zegg<strong>en</strong> informatie over de betrokk<strong>en</strong>heid<br />

van het subject bij het betreff<strong>en</strong>de geweldsdelict, verzamelt de<br />

undercoverag<strong>en</strong>t echter niet. In e<strong>en</strong> andere zaak (A25) wijt de OvJ het feit


192 <strong>Opspor<strong>en</strong></strong> <strong>onder</strong> <strong>dekmantel</strong><br />

dat de undercoverag<strong>en</strong>t er in zijn contact<strong>en</strong> met het subject niet in slaagt<br />

om relevante informatie te vergar<strong>en</strong> met betrekking tot de betrokk<strong>en</strong>heid<br />

van dat subject bij in dit geval drugshandel, juist aan het gebrek aan<br />

vertrouw<strong>en</strong> dat de undercoverag<strong>en</strong>t weet op te roep<strong>en</strong>. In weer e<strong>en</strong> andere<br />

zaak (A27) wordt e<strong>en</strong> undercoverag<strong>en</strong>t ingezet teg<strong>en</strong> e<strong>en</strong> persoon waarover<br />

signal<strong>en</strong> bek<strong>en</strong>d zijn dat deze betrokk<strong>en</strong> is bij drugsdelict<strong>en</strong> maar<br />

bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> ook nog bij andere, ernstigere delict<strong>en</strong>. Het undercovertraject<br />

moet vooral informatie oplever<strong>en</strong> omtr<strong>en</strong>t laatstg<strong>en</strong>oemde delict<strong>en</strong>. De<br />

undercoverag<strong>en</strong>t slaagt daar niet in <strong>en</strong> het traject moet afgebrok<strong>en</strong> word<strong>en</strong><br />

omdat de informatie over de drugsdelict<strong>en</strong> die via andere opsporingsinstrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong><br />

binn<strong>en</strong>komt, op e<strong>en</strong> bepaald mom<strong>en</strong>t zo sterk wordt, dat tot<br />

aanhouding moet word<strong>en</strong> overgegaan. Nog e<strong>en</strong> laatste voorbeeld van e<strong>en</strong><br />

zaak waarin e<strong>en</strong> SI-traject ge<strong>en</strong> relevante informatie oplevert, betreft de<br />

inzet van e<strong>en</strong> undercoverag<strong>en</strong>t in e<strong>en</strong> <strong>onder</strong>zoek naar terrorisme (A18). De<br />

undercoverag<strong>en</strong>t <strong>onder</strong>houdt ook hier wel contact met het subject maar<br />

z<strong>onder</strong> dat het subject daarbij over relevante <strong>onder</strong>werp<strong>en</strong> praat. De bij<br />

deze zaak betrokk<strong>en</strong> OvJ merkte op dat de etnisch-culturele herkomst van<br />

het aanbod van undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong> in Nederland <strong>en</strong> de herkomst van de<br />

betreff<strong>en</strong>de verdacht<strong>en</strong>groepering, niet op elkaar aansluit<strong>en</strong>.<br />

Ge<strong>en</strong> contact gemaakt (<strong>en</strong> operationele doel geheel niet bereikt <strong>en</strong> ge<strong>en</strong><br />

bijdrage aan opsporing of berechting (3 zak<strong>en</strong>)). Verder zijn er dus 3 zak<strong>en</strong><br />

waarin de undercoverag<strong>en</strong>t tijd<strong>en</strong>s het SI-traject ge<strong>en</strong> contact heeft gelegd<br />

met het subject (zie paragraaf 4.5.1). Het operationele doel van deze traject<strong>en</strong><br />

is logischerwijs ook niet behaald <strong>en</strong> er is ook ge<strong>en</strong> sprake van e<strong>en</strong><br />

bijdrage aan de opsporing <strong>en</strong>/of berechting.<br />

Wat, afsluit<strong>en</strong>d, bij de zak<strong>en</strong> waarin alle<strong>en</strong> SI is ingezet opvalt, is dat van<br />

de 5 zak<strong>en</strong> waarbij het operationele doel van het SI-traject is bereikt <strong>en</strong> er<br />

dus relevante informatie is verkreg<strong>en</strong>, de verzamelde informatie alle ker<strong>en</strong><br />

de oorspronkelijke verd<strong>en</strong>king (t<strong>en</strong>minste gedeeltelijk) teg<strong>en</strong>spreekt of<br />

minder ernstig maakt. Zak<strong>en</strong> waarin alle<strong>en</strong> SI is uitgevoerd <strong>en</strong> waarbij de<br />

door het undercovertraject geg<strong>en</strong>ereerde informatie de verd<strong>en</strong>king bevestigt,<br />

zijn we dus niet teg<strong>en</strong>gekom<strong>en</strong>. 237, 238<br />

237 Het is natuurlijk mogelijk dat de signal<strong>en</strong> omtr<strong>en</strong>t de betrokk<strong>en</strong>heid van verdacht<strong>en</strong> bij bepaalde delict<strong>en</strong><br />

die aan de 11 zak<strong>en</strong> die ge<strong>en</strong> relevante informatie hebb<strong>en</strong> opgeleverd t<strong>en</strong> grondslag hebb<strong>en</strong> geleg<strong>en</strong>,<br />

in e<strong>en</strong> deel van die zak<strong>en</strong> simpelweg niet juist zijn, waardoor de inzet van SI ook nooit kán leid<strong>en</strong> tot<br />

bevestiging van die signal<strong>en</strong>. In de betreff<strong>en</strong>de zak<strong>en</strong> heeft, zoals dat in 5 andere zak<strong>en</strong> dus wel is<br />

gebeurd, de <strong>uitvoering</strong> van SI echter ook ge<strong>en</strong> informatie opgeleverd die erop wijst dat de verd<strong>en</strong>king<br />

waarschijnlijk (deels) onterecht is (of minder ernstig); er is helemaal ge<strong>en</strong> relevante informatie verzameld.<br />

Daarom zijn de betreff<strong>en</strong>de zak<strong>en</strong> hier ook ingedeeld bij de categorie ‘operationele doel niet bereikt’.<br />

238 Bij sommige undercovertraject<strong>en</strong> is het doel om eerst met SI bepaalde informatie te verzamel<strong>en</strong> om<br />

vervolg<strong>en</strong>s tot e<strong>en</strong> PK/PDV te kom<strong>en</strong>. Wanneer er inderdaad zowel SI als PK/PDV is ingezet, is e<strong>en</strong><br />

zaak bij tabel 13 (<strong>en</strong> elders waar relevant) ingedeeld als gecombineerd undercovertraject (SI&PK/PDV).<br />

Binn<strong>en</strong> deze gecombineerde traject<strong>en</strong> is het wel voorgekom<strong>en</strong> dat op basis van de SI relevante én<br />

belast<strong>en</strong>de informatie is verkreg<strong>en</strong>. Op deze zak<strong>en</strong> gaan we hier<strong>onder</strong> verder in.


Inzet van undercovertraject<strong>en</strong> in de opsporingspraktijk: resultat<strong>en</strong>, effect<strong>en</strong> <strong>en</strong> risico’s 193<br />

PK/PDV<br />

Van de 10 zak<strong>en</strong> waarin in 2004 (jaar van aanmelding van de zaak bij het<br />

infiltratieteam) PK/PDV is ingezet, is in alle gevall<strong>en</strong> contact gemaakt<br />

met het subject. In 4 van deze 10 zak<strong>en</strong> is de PK/PDV ook daadwerkelijk<br />

tot stand gekom<strong>en</strong> <strong>en</strong> het operationele doel dus bereikt. 3 keer daarvan<br />

betreft het e<strong>en</strong> PK van via internet aangebod<strong>en</strong> gestol<strong>en</strong>/illegale goeder<strong>en</strong><br />

(A8, A13, A37) <strong>en</strong> 1 keer gaat het om de aflevering van door verdachte<br />

bestelde drugs (A34). Hoewel de PK/PDV in deze zak<strong>en</strong> dus ‘geslaagd’ is,<br />

geldt voor 1 zaak dat de betreff<strong>en</strong>de PK toch ge<strong>en</strong> bijdrage heeft kunn<strong>en</strong><br />

lever<strong>en</strong> aan de opsporing of berechting.<br />

Contact gemaakt, operationele doel bereikt <strong>en</strong> bijdrage aan berechting<br />

(3 zak<strong>en</strong>). Voor 3 PK/PDV-traject<strong>en</strong> (A8, A13, A34) geldt dat zij operationeel<br />

zijn geslaagd <strong>en</strong> e<strong>en</strong> bijdrage hebb<strong>en</strong> geleverd aan de berechting van<br />

verdacht<strong>en</strong>; zij hebb<strong>en</strong> bewijs geg<strong>en</strong>ereerd dat van groot belang is geweest<br />

voor de veroordeling<strong>en</strong> die in de betreff<strong>en</strong>de zak<strong>en</strong> zijn uitgesprok<strong>en</strong>.<br />

In e<strong>en</strong> 1 e zaak (A8) vormde de geslaagde PK van op internet aangebod<strong>en</strong><br />

illegale goeder<strong>en</strong> het voornaamste bewijs op basis waarvan de verdachte<br />

veroordeeld is. In de 2 e zaak (A13) is e<strong>en</strong> PK verricht van e<strong>en</strong> ev<strong>en</strong>e<strong>en</strong>s op<br />

internet aangebod<strong>en</strong> partij gestol<strong>en</strong> goeder<strong>en</strong> ter waarde van h<strong>onder</strong>dduiz<strong>en</strong>d<strong>en</strong><br />

euro’s. De PK is als bewijs gebruikt bij de veroordeling van<br />

de verdachte <strong>en</strong> bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> heeft de PK, via de aanhouding van de heler<br />

van de goeder<strong>en</strong>, geleid tot de arrestatie van de ‘steler’. De 3 e zaak (A34),<br />

waarin PDV is ingezet, betreft e<strong>en</strong> drugsdelict. Hier is e<strong>en</strong> bij de post<br />

<strong>onder</strong>schept pakketje drugs door e<strong>en</strong> undercoverag<strong>en</strong>t afgeleverd bij de<br />

geadresseerde, waarna deze aangehoud<strong>en</strong> kon word<strong>en</strong>. De betreff<strong>en</strong>de<br />

persoon is hoofdzakelijk op grond van de afgeleverde drugs veroordeeld.<br />

Contact gemaakt, operationele doel bereikt maar ge<strong>en</strong> bijdrage aan opsporing<br />

of berechting (1 zaak). Bij de <strong>uitvoering</strong> van 1 PK wordt weliswaar het<br />

operationele doel behaald, maar is toch ge<strong>en</strong> sprake van e<strong>en</strong> bijdrage aan<br />

de opsporing of berechting. Het gaat hier om e<strong>en</strong> opsporings<strong>onder</strong>zoek<br />

naar gestol<strong>en</strong> goeder<strong>en</strong> (A37). Deze zaak wordt bij de politie aangebracht<br />

door e<strong>en</strong> persoon die de betreff<strong>en</strong>de goeder<strong>en</strong> op internet te koop aangebod<strong>en</strong><br />

heeft zi<strong>en</strong> word<strong>en</strong>. Hij stelt dat, mocht hij de goeder<strong>en</strong> fysiek in<br />

hand<strong>en</strong> krijg<strong>en</strong>, hij aan de hand van de seri<strong>en</strong>ummers kan zi<strong>en</strong> of zij<br />

inderdaad tot de gestol<strong>en</strong> partij behor<strong>en</strong>. Vervolg<strong>en</strong>s voert e<strong>en</strong> lid van<br />

het infiltratieteam e<strong>en</strong> succesvolle PK uit van de aangebod<strong>en</strong> goeder<strong>en</strong>.<br />

Omdat de aangever, ondanks zijn eerdere uitlating<strong>en</strong>, echter niet in staat<br />

blijkt aan te gev<strong>en</strong> of de aangekochte spull<strong>en</strong> inderdaad afkomstig zijn uit<br />

de gestol<strong>en</strong> partij, kan het opsporingsteam verder niets met de resultat<strong>en</strong><br />

van de PK. De zaak eindigt dan ook z<strong>onder</strong> aanhouding<strong>en</strong>.<br />

Contact gemaakt maar operationele doel geheel niet bereikt <strong>en</strong> ge<strong>en</strong> bijdrage<br />

aan opsporing of berechting (6 zak<strong>en</strong>). Bij de <strong>uitvoering</strong> van de overige 6


194 <strong>Opspor<strong>en</strong></strong> <strong>onder</strong> <strong>dekmantel</strong><br />

PK/PDV-traject<strong>en</strong>, waar<strong>onder</strong> ook hier 3 zak<strong>en</strong> die start<strong>en</strong> naar aanleiding<br />

van via internet aangebod<strong>en</strong> gestol<strong>en</strong>/illegale goeder<strong>en</strong>, is het niet gelukt<br />

daadwerkelijk de voorg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> PK/PDV te verricht<strong>en</strong>. Voor 2 zak<strong>en</strong> (A19<br />

<strong>en</strong> A33) is de achtergrond daarvan onbek<strong>en</strong>d. In e<strong>en</strong> 3 e traject (A7) is het<br />

subject simpelweg niet ingegaan op de ‘kooppoging’ van de undercoverag<strong>en</strong>t.<br />

Bij de 4 e (A36) <strong>en</strong> 5 e zaak (A30) gaat het subject er aanvankelijk wel<br />

op in, maar blijkt deze erg achterdochtig respectievelijk word<strong>en</strong> afsprak<strong>en</strong><br />

van zijn kant herhaaldelijk niet nagekom<strong>en</strong>. De PK in beide zak<strong>en</strong> zou<br />

ev<strong>en</strong>tueel alle<strong>en</strong> nog doorgang hebb<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> vind<strong>en</strong> na vasthoud<strong>en</strong>d<br />

‘aandring<strong>en</strong>’ door de undercoverag<strong>en</strong>t, hetge<strong>en</strong> het gevaar met zich<br />

meegebracht zou hebb<strong>en</strong> van overtreding van het instigatieverbod. In de<br />

6 e zaak (A31) maakt de undercoverag<strong>en</strong>t uit het gedrag van verdachte, die<br />

de undercoverag<strong>en</strong>t vanaf e<strong>en</strong> ontmoetingsplaats me<strong>en</strong>eemt naar e<strong>en</strong><br />

afgeslot<strong>en</strong> ruimte <strong>en</strong> hem daar vraagt het geld te lat<strong>en</strong> zi<strong>en</strong>, op dat het<br />

vermoedelijk gaat om e<strong>en</strong> zog<strong>en</strong>oemde ripdeal. 239 Het undercovertraject,<br />

alsmede het opsporings<strong>onder</strong>zoek, wordt daarom z<strong>onder</strong> dat er e<strong>en</strong> PK tot<br />

stand is gekom<strong>en</strong> afgebrok<strong>en</strong>.<br />

SI <strong>en</strong> PK/PDV<br />

De laatste soort traject<strong>en</strong> bestaat uit de combinatie van SI <strong>en</strong> PK/PDV.<br />

In totaal zijn er in 2004 (jaar van aanmelding van de zaak bij het infiltratieteam)<br />

5 van dergelijke traject<strong>en</strong> uitgevoerd <strong>en</strong> daarbij is in al deze<br />

traject<strong>en</strong> contact gemaakt met het subject. Ook is in al deze 5 undercovertraject<strong>en</strong><br />

het operationele doel (deels) behaald: 2 keer volledig <strong>en</strong> 3<br />

keer deels. 4 van de 5 traject<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> ook e<strong>en</strong> bijdrage geleverd aan de<br />

opsporing <strong>en</strong>/of berechting, waarvan het 3 keer (<strong>onder</strong> andere) gaat om<br />

aangeleverd bewijs.<br />

Contact gemaakt, operationele doel (deels) bereikt <strong>en</strong> bijdrage aan berechting<br />

(3 zak<strong>en</strong>). In 3 zak<strong>en</strong> is het operationele doel van het undercovertraject<br />

dus (deels) bereikt <strong>en</strong> heeft het undercovertraject (ook) bewijs<br />

voortgebracht dat is gebruikt bij de veroordeling van de verdachte(n).<br />

In de 1 e zaak (A6) wordt het operationele doel van het undercovertraject<br />

volledig bereikt, zowel van de SI als van de PK/PDV. De inzet van SI in<br />

deze zaak, e<strong>en</strong> <strong>onder</strong>zoek naar vuurwap<strong>en</strong>handel, heeft als operationeel<br />

resultaat, hetge<strong>en</strong> ook de bedoeling was van de SI, dat de in eerste instantie<br />

NN-verdachte 240 wordt geïd<strong>en</strong>tificeerd. De bijdrage van de SI aan de<br />

opsporing bestaat hier uit het aandrag<strong>en</strong> van belangrijke sturingsinformatie:<br />

dankzij de id<strong>en</strong>tificatie van de verdachte kon deze ‘getapt’ word<strong>en</strong><br />

<strong>en</strong> kon bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> het middel PK word<strong>en</strong> ingezet. Na de inzet van SI<br />

vind<strong>en</strong> er verschill<strong>en</strong>de geslaagde PK’<strong>en</strong> van vuurwap<strong>en</strong>s plaats. Ook het<br />

239 Dat wil zegg<strong>en</strong> dat eerstg<strong>en</strong>oemde niet daadwerkelijk van plan is om iets te verkop<strong>en</strong> aan de<br />

undercoverag<strong>en</strong>t maar erop uit is om hem van zijn geld te berov<strong>en</strong>.<br />

240 E<strong>en</strong> NN-verdachte is e<strong>en</strong> verdachte waarvan de naam onbek<strong>en</strong>d is. De term is afgeleid van Nom<strong>en</strong><br />

nescio: de naam weet ik niet (Van Dale).


Inzet van undercovertraject<strong>en</strong> in de opsporingspraktijk: resultat<strong>en</strong>, effect<strong>en</strong> <strong>en</strong> risico’s 195<br />

operationele doel van de PK’<strong>en</strong> slaagt dus. De PK’<strong>en</strong> g<strong>en</strong>erer<strong>en</strong> bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong><br />

bewijs op basis waarvan e<strong>en</strong> verdachte is veroordeeld.<br />

Ook in de 2 e zaak (A1) word<strong>en</strong> SI <strong>en</strong> PK’<strong>en</strong>/PDV ingezet t<strong>en</strong> aanzi<strong>en</strong> van<br />

e<strong>en</strong> persoon die wordt verdacht van wap<strong>en</strong>handel <strong>en</strong> ook hier word<strong>en</strong><br />

de operationele doel<strong>en</strong> volledig behaald <strong>en</strong> levert het traject e<strong>en</strong> belangrijke<br />

bijdrage aan zowel de opsporing (sturingsinformatie) als berechting<br />

(bewijs). De <strong>uitvoering</strong> van de SI br<strong>en</strong>gt relevante informatie voort over<br />

de criminele activiteit<strong>en</strong> van deze persoon, namelijk dat hij niet alle<strong>en</strong>, <strong>en</strong><br />

bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> in mindere mate dan ver<strong>onder</strong>steld, bij wap<strong>en</strong>handel betrokk<strong>en</strong><br />

is, maar ook bij grootschalige drugshandel. Na de SI slaagt het infiltratieteam<br />

er verschill<strong>en</strong>de ker<strong>en</strong> in om succesvol e<strong>en</strong> PK/PDV te verricht<strong>en</strong>.<br />

Daarmee is het operationele doel van zowel de SI als van de PK/PDV<br />

behaald. Opvall<strong>en</strong>d aan deze zaak is dat het subject heel snel, sneller dan<br />

verwacht, erg op<strong>en</strong> is teg<strong>en</strong>over de undercoverag<strong>en</strong>t omtr<strong>en</strong>t zijn betrokk<strong>en</strong>heid<br />

bij wap<strong>en</strong>- <strong>en</strong> drugshandel, waardoor het opsporings<strong>onder</strong>zoek<br />

veel sneller verloopt dan verwacht. De teamleider:<br />

‘X legde direct heel zijn cv op tafel. (…) E<strong>en</strong> positioneringfase duurt<br />

normaal het langst. In die periode “suddert” je opsporings<strong>onder</strong>zoek<br />

omdat je de informant/infiltrant de ruimte moet gev<strong>en</strong> contact te<br />

legg<strong>en</strong>. Maar hier ging dat supersnel.’<br />

De op<strong>en</strong>heid van het subject komt het undercovertraject <strong>en</strong> het opsporings<strong>onder</strong>zoek<br />

uiteindelijk t<strong>en</strong> goede, maar het blijkt ook dat hij deels<br />

‘praatjes’ verkoopt, dat wil zegg<strong>en</strong> toezegging<strong>en</strong> doet die hij niet na kan<br />

kom<strong>en</strong>. Zo kan de betreff<strong>en</strong>de persoon naar eig<strong>en</strong> zegg<strong>en</strong> over grote<br />

hoeveelhed<strong>en</strong> wap<strong>en</strong>s beschikk<strong>en</strong>, maar uiteindelijk lukt het hem na veel<br />

moeite ‘slechts’ om e<strong>en</strong> klein aantal vuurwap<strong>en</strong>s te lever<strong>en</strong>:<br />

‘X gaf direct aan dat hij veel <strong>en</strong> snel kon lever<strong>en</strong>. Maar gedur<strong>en</strong>de het<br />

<strong>onder</strong>zoek bleek dat hij zich de b<strong>en</strong><strong>en</strong> uit het lijf moest lop<strong>en</strong> om die<br />

vuurwap<strong>en</strong>s te regel<strong>en</strong>.’<br />

Behalve wap<strong>en</strong>transacties vind<strong>en</strong> er echter ook drugstransacties met de<br />

undercoverag<strong>en</strong>t plaats. De verrichte PK’<strong>en</strong> <strong>en</strong> PDV zijn gebruikt als bewijs<br />

bij de veroordeling van de verdacht<strong>en</strong>. De ingezette SI heeft behalve<br />

belangrijke sturingsinformatie ook restinformatie voortgebracht die is<br />

gebruikt in andere opsporings<strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong>.<br />

In de 3 e zaak waarin het undercovertraject bewijs heeft geg<strong>en</strong>ereerd, is<br />

bij de <strong>uitvoering</strong> van het gecombineerde SI- <strong>en</strong> PK/PDV-traject het operationele<br />

doel deels bereikt. Deze zaak (A24) richt zich op drugshandel. De<br />

ingezette undercoverag<strong>en</strong>t verzamelt hier bij de <strong>uitvoering</strong> van SI veel<br />

relevante <strong>en</strong> belast<strong>en</strong>de informatie t<strong>en</strong> aanzi<strong>en</strong> van de verdachte, waarmee<br />

het operationele doel van de SI wordt behaald. Vervolg<strong>en</strong>s wordt e<strong>en</strong>


196 <strong>Opspor<strong>en</strong></strong> <strong>onder</strong> <strong>dekmantel</strong><br />

concrete deal gemaakt met de verdachte, maar op de dag waarop deze<br />

gestalte moet krijg<strong>en</strong>, blijkt hij de drugs niet te kunn<strong>en</strong> lever<strong>en</strong> – operationeel<br />

faalt de PK dus. Toch levert het undercovertraject e<strong>en</strong> bijdrage aan de<br />

berechting. Want hoewel de afgesprok<strong>en</strong> drugsdeal uiteindelijk dus niet<br />

doorgaat, word<strong>en</strong> de verdacht<strong>en</strong> wel veroordeeld voor de voorbereidingshandeling<strong>en</strong><br />

die zij voorafgaand hebb<strong>en</strong> gepleegd.<br />

Contact gemaakt, operationele doel deels bereikt <strong>en</strong> bijdrage aan opsporing<br />

(sturingsinformatie) maar niet aan berechting (1 zaak). Er is 1 zaak waarin<br />

het undercovertraject alle<strong>en</strong> resulteert in sturingsinformatie. In deze<br />

zaak (A26) wordt gekoz<strong>en</strong> voor de inzet van SI om bewijs te vergar<strong>en</strong> t<strong>en</strong><br />

aanzi<strong>en</strong> van drugshandel <strong>en</strong> ter verkrijging van nadere informatie over de<br />

werkwijze bij bepaalde drugstransport<strong>en</strong>. Bij de <strong>uitvoering</strong> van SI wordt<br />

relevante informatie verzameld. E<strong>en</strong> voorg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> PK komt echter niet tot<br />

stand, vermoedelijk omdat de betreff<strong>en</strong>de goeder<strong>en</strong> al verkocht zijn. Aldus<br />

is het gecombineerde SI- <strong>en</strong> PK/PDV-traject in deze zaak operationeel<br />

deels geslaagd. Het SI-traject heeft via sturingsinformatie bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> ook<br />

e<strong>en</strong> bijdrage geleverd aan de opsporing: het heeft e<strong>en</strong> beeld gegev<strong>en</strong> van<br />

de dadergroep; het heeft zicht gebod<strong>en</strong> op de transportmiddel<strong>en</strong> die bij de<br />

drugshandel zijn gebruikt; <strong>en</strong> het heeft de inzet van andere opsporingsinstrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong><br />

vergemakkelijkt. Bewijs dat bij e<strong>en</strong> berechting is gebruikt,<br />

levert het undercovertraject niet op. De verdacht<strong>en</strong> in deze zaak word<strong>en</strong><br />

uiteindelijk wel veroordeeld (maar dus niet op basis van het undercovertraject).<br />

Contact gemaakt, operationele doel deels bereikt maar ge<strong>en</strong> bijdrage aan<br />

opsporing of berechting (1 zaak). T<strong>en</strong> slotte is in 1 zaak (A2) bij de <strong>uitvoering</strong><br />

van het undercovertraject het operationele doel weliswaar deels<br />

behaald, maar is van e<strong>en</strong> bijdrage aan de opsporing <strong>en</strong>/of berechting ge<strong>en</strong><br />

sprake. Dit betreft e<strong>en</strong> opsporings<strong>onder</strong>zoek naar e<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> ambtsmisdrijf<br />

verdachte overheidsfunctionaris. Bij de <strong>uitvoering</strong> van het undercovertraject<br />

wordt het operationele doel van de SI niet, maar dat van de<br />

PK wel bereikt. De inzet van SI leidt niet tot waardevolle informatie omdat<br />

de person<strong>en</strong> waarop het <strong>onder</strong>zoek zich richt onverwachts ge<strong>en</strong> <strong>onder</strong>linge<br />

criminele contact<strong>en</strong> blijk<strong>en</strong> te hebb<strong>en</strong>. Wel vindt er e<strong>en</strong> PK plaats van<br />

drugs. Omdat de vervolging van de betreff<strong>en</strong>de person<strong>en</strong> voor (kleinschalige)<br />

drugsverkoop niet tot het doel van het opsporings<strong>onder</strong>zoek behoort,<br />

leidt de PK echter niet tot verdere stapp<strong>en</strong> <strong>en</strong> levert het undercovertraject<br />

ook ge<strong>en</strong> bijdrage aan de opsporing of berechting; het opsporings<strong>onder</strong>zoek<br />

wordt z<strong>onder</strong> aanhouding<strong>en</strong> gestopt.<br />

5.3.4 Infiltratie<br />

In tabel 14 is voor de zak<strong>en</strong> waarin in de periode 2000-2005 (jaar van aanmelding<br />

van de zaak bij de CTC) e<strong>en</strong> IF-traject is uitgevoerd <strong>en</strong> waarin


Inzet van undercovertraject<strong>en</strong> in de opsporingspraktijk: resultat<strong>en</strong>, effect<strong>en</strong> <strong>en</strong> risico’s 197<br />

contact is gemaakt met het subject, weergegev<strong>en</strong> of het operationele doel<br />

van dat undercovertraject is behaald <strong>en</strong> wat de bijdrage is geweest aan de<br />

opsporing <strong>en</strong>/of berechting. Aangezi<strong>en</strong> het hier in alle zak<strong>en</strong> om IF gaat<br />

waarbij het op één zaak na de bedoeling is geweest om tot één of meerdere<br />

PK/PDV(-<strong>en</strong>) te kom<strong>en</strong>, mak<strong>en</strong> we in de tabel <strong>en</strong> bij de bespreking ge<strong>en</strong><br />

<strong>onder</strong>scheid naar soort traject.<br />

Tabel 14 Nederlandse opsporings<strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong> waarin IF* is ingezet,<br />

naar wel/niet contact gemaakt met het subject, de<br />

resultat<strong>en</strong> (wel/deels/niet bereik<strong>en</strong> van de operationele<br />

doel<strong>en</strong>) <strong>en</strong> het wel/niet bijdrag<strong>en</strong> aan de opsporing <strong>en</strong>/of<br />

berechting, 2000-2005**<br />

Zak<strong>en</strong> waarin e<strong>en</strong> IF­traject is gestart<br />

waarvan<br />

14***<br />

ge<strong>en</strong> contact gemaakt met subject 1<br />

contact gemaakt met subject<br />

waarvan<br />

13<br />

operationele doel niet bereikt 1<br />

operationele doel deels bereikt 10<br />

operationele doel bereikt 2<br />

operationele doel bereikt of deels bereikt 12<br />

waarvan bijdrage aan opsporing <strong>en</strong>/of berechting<br />

ge<strong>en</strong> bijdrage 2<br />

relevante informatie**** 4<br />

bijdrage aan bewijs 6<br />

* Infiltratie.<br />

** Jaar van aanmelding bij de CTC.<br />

*** In de periode 2000-2005 is feitelijk in 15 Nederlandse opsporings<strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong> e<strong>en</strong> IF-traject<br />

gestart. Van deze opsporings<strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> we er echter 1 niet in ons <strong>onder</strong>zoek meeg<strong>en</strong>om<strong>en</strong><br />

(zie paragraaf 1.3.1).<br />

**** Sturings- of restinformatie.<br />

Bron: Op<strong>en</strong>baar Ministerie <strong>en</strong> politie/bewerking <strong>WODC</strong><br />

De vaststelling of het operationele doel is bereikt is bij IF-traject<strong>en</strong> in<br />

vergelijking met SI- <strong>en</strong> PK/PDV-traject<strong>en</strong> e<strong>en</strong> minder e<strong>en</strong>duidige kwestie.<br />

De red<strong>en</strong> hiervan is <strong>en</strong>erzijds dat de doelstelling die binn<strong>en</strong> e<strong>en</strong> opsporings<strong>onder</strong>zoek<br />

aan e<strong>en</strong> IF-traject wordt meegegev<strong>en</strong> ruimer is dan bij SI-<br />

<strong>en</strong> PK/PDV-traject<strong>en</strong>. Eerder is al aan de orde gekom<strong>en</strong> dat bij IF-traject<strong>en</strong>,<br />

vaker dan bij SI <strong>en</strong>/of PK/PDV, naast het vergar<strong>en</strong> van belast<strong>en</strong>de informatie<br />

tev<strong>en</strong>s het krijg<strong>en</strong> van inzicht in het criminele sam<strong>en</strong>werkingsverband<br />

tot de doel<strong>en</strong> van de inzet behoort (zie paragraaf 4.3.2). Anderzijds<br />

verandert in e<strong>en</strong> aantal gevall<strong>en</strong> gedur<strong>en</strong>de het IF-traject de doelstelling<br />

wat betreft de delict<strong>en</strong> die c<strong>en</strong>traal staan <strong>en</strong>/of de verdacht<strong>en</strong> waarop het<br />

<strong>onder</strong>zoek zich richt. Het wat minder e<strong>en</strong>duidige karakter van de doel<strong>en</strong>


198 <strong>Opspor<strong>en</strong></strong> <strong>onder</strong> <strong>dekmantel</strong><br />

van IF maakt het echter niet onmogelijk om de IF-traject<strong>en</strong> in te del<strong>en</strong><br />

naar mate van operationele doelbereiking. Daar waar nodig zull<strong>en</strong> kanttek<strong>en</strong>ing<strong>en</strong><br />

word<strong>en</strong> gemaakt bij de indeling in ‘wel’, ‘niet’ of ‘deels’ bereikt.<br />

E<strong>en</strong> eerste kanttek<strong>en</strong>ing is dat binn<strong>en</strong> de categorie ‘deels bereikt’, waarin<br />

zich veel zak<strong>en</strong> bevind<strong>en</strong>, de verschill<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> de zak<strong>en</strong> in de mate waarin<br />

de operationele doel<strong>en</strong> zijn bereikt vrij groot zijn. E<strong>en</strong> tweede kanttek<strong>en</strong>ing<br />

is dat we bij het indel<strong>en</strong> van de zak<strong>en</strong> ‘doelbereiking’ vrij ruim<br />

hebb<strong>en</strong> opgevat, wat betek<strong>en</strong>t dat ook wanneer datg<strong>en</strong>e wat is bereikt in<br />

relatie tot de vooraf gestelde doel<strong>en</strong> beperkt is, de zaak bij ‘deels bereikt’ is<br />

ingedeeld.<br />

Van de in totaal 14 bestudeerde IF-traject<strong>en</strong> 241 waarvoor in de periode<br />

2000-2005 door het College van PG’s toestemming is gegev<strong>en</strong> <strong>en</strong> die<br />

ook daadwerkelijk zijn uitgevoerd, is in 1 traject ge<strong>en</strong> contact gemaakt<br />

met het subject (zie paragraaf 4.5.1). Van de 13 traject<strong>en</strong> waarin door de<br />

undercoverag<strong>en</strong>t(<strong>en</strong>) wel contact is gelegd met het (de) subject(<strong>en</strong>), is 2<br />

keer het operationele doel volledig of grot<strong>en</strong>deels bereikt, 10 keer is het<br />

doel deels bereikt <strong>en</strong> in 1 zaak is het doel geheel niet bereikt (hetzelfde<br />

geldt natuurlijk voor de zaak waarin ge<strong>en</strong> contact is gemaakt met het<br />

subject). Dat zoveel zak<strong>en</strong> bij ‘deels bereikt’ zijn ingedeeld heeft te mak<strong>en</strong><br />

met de ruime doelstelling die bij IF-traject<strong>en</strong> vaak wordt gehanteerd. Ook<br />

hier geldt dat in het opsporings<strong>onder</strong>zoek waar bij de <strong>uitvoering</strong> van het<br />

undercovertraject het operationele doel van dat traject in het geheel niet<br />

is behaald, het traject ook ge<strong>en</strong> bijdrage heeft geleverd aan de opsporing<br />

<strong>en</strong>/of vervolging. Deze zaak (<strong>en</strong> de zaak waarin ge<strong>en</strong> contact is gemaakt<br />

met het subject) is dus ook niet opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> in de rij waarin de IF-traject<strong>en</strong><br />

naar die bijdrage word<strong>en</strong> uitgesplitst.<br />

Voor 2 van de 12 zak<strong>en</strong> waarin bij de <strong>uitvoering</strong> van het IF-traject het<br />

operationele doel (deels) is bereikt, geldt dat er desondanks ge<strong>en</strong> sprake<br />

is van e<strong>en</strong> bijdrage aan de opsporing <strong>en</strong>/of berechting. In 10 van die<br />

12 zak<strong>en</strong> is die bijdrage er dus wel.<br />

In 6 zak<strong>en</strong> heeft het IF-traject geresulteerd in bewijs dat e<strong>en</strong> rol heeft<br />

gespeeld bij de veroordeling van verdacht<strong>en</strong>, waarvan voor 1 zaak geldt<br />

dat het belang van het door het IF-traject aangeleverde bewijs vrij beperkt<br />

is geweest. Voor 5 van deze zak<strong>en</strong> is bek<strong>en</strong>d dat het traject daarnaast ook<br />

relevante opsporingsinformatie heeft opgeleverd. 242 In de 5 zak<strong>en</strong> waarin<br />

het IF-traject belangrijk bewijs heeft opgeleverd (B59, B41, B49, B52 <strong>en</strong><br />

B43), zijn er in het traject uiteindelijk geslaagde PK’<strong>en</strong> uitgevoerd <strong>en</strong> zijn<br />

241 In e<strong>en</strong> <strong>en</strong>kel geval zijn in e<strong>en</strong> opsporings<strong>onder</strong>zoek verschill<strong>en</strong>de bevel<strong>en</strong> tot IF uitgeschrev<strong>en</strong> (gericht<br />

op dezelfde verdacht<strong>en</strong>groepering maar in eerste instantie toegespitst op verschill<strong>en</strong>de person<strong>en</strong> uit<br />

die groepering). In plaats van 14 ‘IF-traject<strong>en</strong>’ waarvoor toestemming is gegev<strong>en</strong> zoud<strong>en</strong> we dan ook<br />

eig<strong>en</strong>lijk moet<strong>en</strong> sprek<strong>en</strong> over 14 ‘opsporings<strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong> waarin toestemming is gegev<strong>en</strong> voor de<br />

<strong>uitvoering</strong> van (e<strong>en</strong>) IF-traject(<strong>en</strong>)’.<br />

242 Wanneer e<strong>en</strong> traject heeft geresulteerd in zowel bewijs als sturings- of restinformatie, wordt het in de<br />

tabel ingedeeld bij ‘bewijs’.


Inzet van undercovertraject<strong>en</strong> in de opsporingspraktijk: resultat<strong>en</strong>, effect<strong>en</strong> <strong>en</strong> risico’s 199<br />

deze bij de bewijsvoering én bewez<strong>en</strong>verklaring gebruikt. In al deze zak<strong>en</strong><br />

zijn trouw<strong>en</strong>s ook één of meerdere PK’<strong>en</strong> mislukt.<br />

In 4 van de 12 zak<strong>en</strong> waarin de operationele doelstelling van het IF-traject<br />

(deels) is bereikt, heeft het traject ge<strong>en</strong> bewijs opgeleverd maar heeft het<br />

door het g<strong>en</strong>erer<strong>en</strong> van informatie wel in bepaalde mate e<strong>en</strong> bijdrage geleverd<br />

aan de opsporing. In teg<strong>en</strong>stelling tot de zojuist besprok<strong>en</strong> SI-traject<strong>en</strong>,<br />

gaat het bij de geg<strong>en</strong>ereerde informatie hier niet om het inzicht dat de<br />

verd<strong>en</strong>king<strong>en</strong> teg<strong>en</strong> e<strong>en</strong> bepaalde verdachte geheel of gedeeltelijk onjuist<br />

zijn. Bij de 4 IF-traject<strong>en</strong> gaat het om rest- <strong>en</strong>/of sturingsinformatie, informatie<br />

die van minder fundam<strong>en</strong>teel belang is geweest voor de betreff<strong>en</strong>de<br />

opsporings<strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong> dan de informatie in de g<strong>en</strong>oemde SI-traject<strong>en</strong>,<br />

op basis waarvan immers verdacht<strong>en</strong> uitgeslot<strong>en</strong> kond<strong>en</strong> word<strong>en</strong>.<br />

Hier<strong>onder</strong> gaan we meer in detail op de zak<strong>en</strong> in.<br />

Contact gemaakt, operationele doel (deels) bereikt <strong>en</strong> bijdrage aan berechting<br />

(6 zak<strong>en</strong>). Zoals gezegd is in 6 zak<strong>en</strong> het operationele doel van het IF-traject<br />

volledig of deels behaald <strong>en</strong> heeft het traject geresulteerd in bewijs op<br />

basis waarvan verdacht<strong>en</strong> zijn veroordeeld. Het via het IF-traject verkreg<strong>en</strong><br />

bewijs heeft in 5 van deze zak<strong>en</strong> e<strong>en</strong> belangrijke <strong>en</strong> in 1 zaak e<strong>en</strong> minder<br />

belangrijke rol gespeeld. Verder is voor 5 zak<strong>en</strong> bek<strong>en</strong>d dat het traject niet<br />

alle<strong>en</strong> bewijs maar ook opsporingsinformatie heeft voortgebracht.<br />

In 2 van de 6 zak<strong>en</strong> is het operationele doel van het IF-traject, te wet<strong>en</strong> het<br />

verkrijg<strong>en</strong> van inzicht in de criminele organisatie/werkwijze <strong>en</strong> het via<br />

het uitvoer<strong>en</strong> van PK’<strong>en</strong> verkrijg<strong>en</strong> van informatie die de verd<strong>en</strong>king<strong>en</strong><br />

<strong>onder</strong>bouwt, volledig of grot<strong>en</strong>deels bereikt. In beide gevall<strong>en</strong> betreft het<br />

e<strong>en</strong> <strong>onder</strong>zoek naar drugshandel <strong>en</strong> in beide zak<strong>en</strong> zijn verschill<strong>en</strong>de PK’<strong>en</strong><br />

uitgevoerd maar zijn ook verschill<strong>en</strong>de PK’<strong>en</strong> geheel of gedeeltelijk mislukt.<br />

Wat betreft de bijdrage aan opsporing <strong>en</strong>/of berechting geldt dat informatie<br />

uit beide IF-traject<strong>en</strong> als bewijsmateriaal is gebruikt bij veroordeling<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

tev<strong>en</strong>s hebb<strong>en</strong> de 2 traject<strong>en</strong> sturingsinformatie voortgebracht.<br />

In de 1 e zaak (B59) vindt e<strong>en</strong> eerste PK van drugs plaats. E<strong>en</strong> tweede PK<br />

loopt eerst vertraging op door leveringsproblem<strong>en</strong> aan de kant van de<br />

verdacht<strong>en</strong> <strong>en</strong> wordt uiteindelijk afgezegd door de undercoverag<strong>en</strong>t(<strong>en</strong>),<br />

omdat blijkt dat deze partij alle<strong>en</strong> geleverd zal kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> vanuit e<strong>en</strong><br />

andere groepering dan die waarop het <strong>onder</strong>zoek zich richt. E<strong>en</strong> derde PK<br />

t<strong>en</strong> slotte vindt wel doorgang, hoewel de verdacht<strong>en</strong> slechts iets meer dan<br />

de helft van de zeer grote hoeveelheid die in eerste instantie is afgesprok<strong>en</strong><br />

blijk<strong>en</strong> te kunn<strong>en</strong> lever<strong>en</strong>. De twee daadwerkelijk uitgevoerde PK’<strong>en</strong><br />

hebb<strong>en</strong> belangrijk bewijsmateriaal opgeleverd mede op basis waarvan<br />

hoofd- <strong>en</strong> andere verdacht<strong>en</strong> zijn veroordeeld. Daarnaast is dankzij het<br />

IF-traject inzicht verkreg<strong>en</strong> in de criminele activiteit<strong>en</strong> van de (hoofd)<br />

verdacht<strong>en</strong>, hetge<strong>en</strong> het opsporings<strong>onder</strong>zoek t<strong>en</strong> goede is gekom<strong>en</strong>.<br />

De 2 e zaak (B41) k<strong>en</strong>t soortgelijke ontwikkeling<strong>en</strong>. Ook hier wordt e<strong>en</strong><br />

eerste PK door het infiltratieteam afgezegd omdat de te lever<strong>en</strong> partij<br />

drugs afkomstig blijkt te zijn van person<strong>en</strong> die ge<strong>en</strong> <strong>onder</strong>werp van


200 <strong>Opspor<strong>en</strong></strong> <strong>onder</strong> <strong>dekmantel</strong><br />

<strong>onder</strong>zoek zijn. Daarna, wanneer <strong>onder</strong>tuss<strong>en</strong> het vizier van het <strong>onder</strong>zoek<br />

is verschov<strong>en</strong> van handel in de <strong>en</strong>e soort drugs naar handel in de<br />

andere soort drugs, volg<strong>en</strong> twee PK’<strong>en</strong> die (uiteindelijk) wel doorgang<br />

vind<strong>en</strong>. Eén van deze PK’<strong>en</strong> komt pas tot stand nadat e<strong>en</strong> eerste poging<br />

mislukt weg<strong>en</strong>s leveringsproblem<strong>en</strong> aan de zijde van de verdacht<strong>en</strong>. Bij de<br />

veroordeling van de hoofd- <strong>en</strong> andere verdacht<strong>en</strong> zijn e<strong>en</strong> PK <strong>en</strong> verklaring<strong>en</strong><br />

van undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong> als bewijs gebruikt. Daarnaast heeft het<br />

IF-traject nog opsporingsinformatie opgeleverd, te wet<strong>en</strong> de k<strong>en</strong>nis dat<br />

e<strong>en</strong> bepaalde verdachte van twee andere verdacht<strong>en</strong> drugs geleverd heeft<br />

gekreg<strong>en</strong>.<br />

In de 3 e tot <strong>en</strong> met de 6 e zaak waarin het IF-traject bewijs heeft voortgebracht,<br />

is het operationele doel van het traject deels behaald. Zowel<br />

in de 3 e als in de 4 e zaak is de focus van het <strong>onder</strong>zoek gedur<strong>en</strong>de het<br />

IF-traject (deels) verschov<strong>en</strong> van wap<strong>en</strong>handel naar drugshandel. Tijd<strong>en</strong>s<br />

het traject in de 3 e zaak (B43) ontstaat wel <strong>en</strong>ig zicht op de wap<strong>en</strong>handel<br />

waar verdacht<strong>en</strong> bij betrokk<strong>en</strong> zoud<strong>en</strong> zijn, maar de opslag van de wap<strong>en</strong>s<br />

blijft onbek<strong>en</strong>d <strong>en</strong> bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> mislukt e<strong>en</strong> PK van vuurwap<strong>en</strong>s. De red<strong>en</strong><br />

waarom de verdacht<strong>en</strong> (tijdelijk) ge<strong>en</strong> vuurwap<strong>en</strong>s kunn<strong>en</strong> lever<strong>en</strong> is dat<br />

de toevoer vanuit hun buit<strong>en</strong>landse leveranciers is gestaakt. Wel slag<strong>en</strong> de<br />

undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong> erin om de betrokk<strong>en</strong>heid van verdacht<strong>en</strong> bij drugshandel<br />

aan te ton<strong>en</strong> door twee geslaagde PK’<strong>en</strong> van drugs. E<strong>en</strong> PK van e<strong>en</strong><br />

veel grotere hoeveelheid drugs komt niet van de grond. De operationele<br />

doel<strong>en</strong> wat betreft wap<strong>en</strong>handel zijn dus grot<strong>en</strong>deels niet bereikt. Vanwege<br />

het niet tot stand kom<strong>en</strong> van de grootste PK is ook het drugstraject<br />

operationeel niet volledig geslaagd. Het IF-traject in deze zaak levert wel<br />

e<strong>en</strong> bijdrage aan de berechting: de twee geslaagde PK’<strong>en</strong> van harddrugs<br />

<strong>en</strong> de verklaring<strong>en</strong> die door undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong> zijn afgelegd zijn in deze<br />

zaak gebruikt als bewijs bij de veroordeling van de hoofdverdacht<strong>en</strong>.<br />

Voor deze zaak is het onbek<strong>en</strong>d of er ook e<strong>en</strong> bijdrage van het IF-traject is<br />

geweest in de vorm van belangrijke opsporingsinformatie.<br />

In de 4 e zaak (B49) blijkt dat de verdachte (tijdelijk) ge<strong>en</strong> beschikking<br />

(meer) heeft over wap<strong>en</strong>s, terwijl die dat naar wordt ver<strong>onder</strong>steld wel<br />

heeft gehad. Er zijn echter wel concrete mogelijkhed<strong>en</strong> om drugsdelict<strong>en</strong><br />

in beeld te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>. In dit opsporings<strong>onder</strong>zoek vind<strong>en</strong> drie geslaagde<br />

PK’<strong>en</strong> van drugs plaats, waar<strong>onder</strong> twee testaankop<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> vierde PK<br />

wordt door het infiltratieteam afgeblaz<strong>en</strong> omdat de te lever<strong>en</strong> drugs niet<br />

van de hoofdverdacht<strong>en</strong> afkomstig zoud<strong>en</strong> zijn. Het IF-traject in deze<br />

zaak levert zicht op de leverancier van de drugs. De undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong><br />

zijn echter niet ver g<strong>en</strong>oeg in de criminele groepering doorgedrong<strong>en</strong><br />

om de doelstelling van het bek<strong>en</strong>d word<strong>en</strong> van de productieplaats van<br />

de drugs te bereik<strong>en</strong>. Ook hier is dus sprake van gedeeltelijke bereiking<br />

van de operationele doel<strong>en</strong>. De PK’<strong>en</strong> <strong>en</strong> door undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong> afgelegde<br />

verklaring<strong>en</strong> zijn als bewijs gebruikt. E<strong>en</strong> belangrijke verdachte is<br />

in deze zaak veroordeeld mede op grond van bewijsmateriaal dat door<br />

het IF-traject is geg<strong>en</strong>ereerd. De hoofdverdachte in deze zaak is echter in


Inzet van undercovertraject<strong>en</strong> in de opsporingspraktijk: resultat<strong>en</strong>, effect<strong>en</strong> <strong>en</strong> risico’s 201<br />

eerste aanleg grot<strong>en</strong>deels vrijgesprok<strong>en</strong>, waarna vervolg<strong>en</strong>s het Op<strong>en</strong>baar<br />

Ministerie (OM) te laat is geweest met het instell<strong>en</strong> van het hoger<br />

beroep. Net als in deze 2 zak<strong>en</strong> bleek dus ook al in e<strong>en</strong> eerder besprok<strong>en</strong><br />

zaak, waarin e<strong>en</strong> combinatie van SI <strong>en</strong> PK/PDV was ingezet (A1, zie paragraaf<br />

5.3.3), dat de verdachte(n) niet (meer) in vuurwap<strong>en</strong>s handelde(n)<br />

maar (via andere verdacht<strong>en</strong>) wel over handelsvoorrad<strong>en</strong> drugs kon(d<strong>en</strong>)<br />

beschikk<strong>en</strong>. En ook in e<strong>en</strong> andere zaak, die nog aan bod komt (B51), bleek<br />

e<strong>en</strong> verdachte van vuurwap<strong>en</strong>handel ge<strong>en</strong> wap<strong>en</strong>s (meer) te kunn<strong>en</strong><br />

(will<strong>en</strong>) lever<strong>en</strong>. Dit sluit aan bij e<strong>en</strong> constatering van De Vries in het tijdschrift<br />

Justitiële verk<strong>en</strong>ning<strong>en</strong>. Zij stelt dat de illegale vuurwap<strong>en</strong>handel<br />

in Nederland vooral e<strong>en</strong> nev<strong>en</strong>- <strong>en</strong> ge<strong>en</strong> hoofdactiviteit is van criminel<strong>en</strong>.<br />

Criminel<strong>en</strong> zoud<strong>en</strong> bijvoorbeeld naast de smokkel van drugs ook vuurwap<strong>en</strong>s<br />

smokkel<strong>en</strong> of verhandel<strong>en</strong> (De Vries, 2008: 78).<br />

De 5 e zaak (B52) betreft e<strong>en</strong> opsporings<strong>onder</strong>zoek teg<strong>en</strong> person<strong>en</strong> die<br />

verdacht word<strong>en</strong> van handel in drugs <strong>en</strong>/of precursor<strong>en</strong>. In het IF-traject<br />

vind<strong>en</strong> vier PK’<strong>en</strong> van monsters plaats. De aangekochte monsters blijk<strong>en</strong><br />

echter deels nep te zijn. Hoewel de verdacht<strong>en</strong> in eerste instantie<br />

bewer<strong>en</strong> tot grote levering<strong>en</strong> in staat te zijn, blijk<strong>en</strong> ze dit niet in praktijk<br />

te kunn<strong>en</strong> br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> PK van e<strong>en</strong> grotere hoeveelheid gaat namelijk<br />

niet door omdat de verdacht<strong>en</strong> niet kunn<strong>en</strong> lever<strong>en</strong>. Operationeel slaagt<br />

het IF-traject daarmee gedeeltelijk. Het undercovertraject in deze zaak<br />

levert echter wel bewijs alsmede waardevolle informatie op. Het bewijs<br />

wordt <strong>onder</strong> andere gevormd door de wel uitgevoerde PK’<strong>en</strong> <strong>en</strong> door de<br />

verklaring<strong>en</strong> die undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> afgelegd naar aanleiding van<br />

hun waarneming<strong>en</strong> <strong>en</strong> naar aanleiding van de door verdacht<strong>en</strong> gedane<br />

uitsprak<strong>en</strong> teg<strong>en</strong> de undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong>. De verkreg<strong>en</strong> opsporingsinformatie<br />

bestaat er <strong>en</strong>erzijds uit dat tijd<strong>en</strong>s het IF-traject duidelijk wordt dat<br />

e<strong>en</strong> bepaald persoon als tuss<strong>en</strong>persoon in de drugs-/precursor<strong>en</strong>handel<br />

fungeert. Anderzijds resulter<strong>en</strong> contact<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> de verdacht<strong>en</strong> <strong>en</strong> de<br />

undercoverag<strong>en</strong>t(<strong>en</strong>) na afloop van die contact<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> to<strong>en</strong>ame van,<br />

door het opsporingsteam afgeluisterd, telefoonverkeer tuss<strong>en</strong> de verdacht<strong>en</strong><br />

<strong>onder</strong>ling, hetge<strong>en</strong> bruikbare informatie voor het opsporingsteam<br />

alsmede bewijs oplevert. Ook komt het opsporingsteam als gevolg van<br />

dergelijk telefoonverkeer achter de bergplaats van andere illegale goeder<strong>en</strong>.<br />

In de 6 e zaak (B47), die zich richt op verdacht<strong>en</strong> van grootschalige (internationale)<br />

handel in drugs, is er door undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong> wel contact<br />

gelegd met subject<strong>en</strong>, maar hebb<strong>en</strong> ze de hoofdverdachte niet kunn<strong>en</strong><br />

ontmoet<strong>en</strong>, hetge<strong>en</strong> wel tot de operationele doelstelling van het traject<br />

behoorde. Afsprak<strong>en</strong> met de hoofdverdachte word<strong>en</strong> in deze zaak voortdur<strong>en</strong>d<br />

afgezegd. Het uitblijv<strong>en</strong> van contact is waarschijnlijk de red<strong>en</strong><br />

dat het nooit is gekom<strong>en</strong> tot e<strong>en</strong> daadwerkelijke PK, hoewel daarvoor wel<br />

voorbereiding<strong>en</strong> zijn getroff<strong>en</strong> door de verdacht<strong>en</strong>. Het IF-traject, waarvan<br />

het operationele doel dus deels is bereikt, levert in beperkte mate<br />

bewijs op <strong>en</strong> daarnaast sturingsinformatie <strong>en</strong> e<strong>en</strong> ‘overige’ opbr<strong>en</strong>gst.


202 <strong>Opspor<strong>en</strong></strong> <strong>onder</strong> <strong>dekmantel</strong><br />

De voorbereiding<strong>en</strong> die door e<strong>en</strong> aantal verdacht<strong>en</strong> zijn gedaan voor<br />

de nooit in praktijk gebrachte PK, word<strong>en</strong> wel als bewijs gebruikt bij de<br />

veroordeling van h<strong>en</strong>. Dit bewijs is, vanwege het voorhand<strong>en</strong> zijn van<br />

andere bewijsmiddel<strong>en</strong>, echter maar van beperkte waarde geweest. Wel<br />

levert het traject sturingsinformatie op in de vorm van telefoonnummers<br />

van verdacht<strong>en</strong> <strong>en</strong> de nam<strong>en</strong> van bedrijv<strong>en</strong> die mogelijk betrokk<strong>en</strong><br />

zijn bij witwaspraktijk<strong>en</strong> <strong>en</strong>/of de drugstransport<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> opbr<strong>en</strong>gst van<br />

heel andere aard is dat door de int<strong>en</strong>sieve contact<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> Nederlandse<br />

autoriteit<strong>en</strong> <strong>en</strong> de autoriteit<strong>en</strong> in het buit<strong>en</strong>land waar e<strong>en</strong> deel van het<br />

IF-traject heeft plaatsgevond<strong>en</strong>, de relatie tuss<strong>en</strong> beide land<strong>en</strong> is verbeterd,<br />

aldus de voormalig teamleider.<br />

Contact gemaakt, operationele doel deels bereikt <strong>en</strong> bijdrage aan opsporing<br />

(sturingsinformatie) maar niet aan berechting (4 zak<strong>en</strong>). In 4 zak<strong>en</strong> waarin<br />

het operationele doel van het IF-traject deels is bereikt, bestaat de bijdrage<br />

aan opsporing <strong>en</strong>/of berechting zoals gezegd alle<strong>en</strong> uit sturings- <strong>en</strong>/of<br />

restinformatie.<br />

In e<strong>en</strong> 1 e zaak (B44), wederom gericht op drugshandel, zijn er wel contact<strong>en</strong><br />

met de hoofdverdachte <strong>en</strong> person<strong>en</strong> uit zijn omgeving. Deze contact<strong>en</strong><br />

zijn goed – <strong>en</strong> br<strong>en</strong>g<strong>en</strong> bruikbare informatie voort – maar op het mom<strong>en</strong>t<br />

dat het opsporings<strong>onder</strong>zoek op e<strong>en</strong> maand<strong>en</strong> van tevor<strong>en</strong> vastgestelde<br />

‘actiedag’ resulteert in aanhouding van verschill<strong>en</strong>de verdacht<strong>en</strong>, is het<br />

infiltratieteam er, in teg<strong>en</strong>stelling tot de verwachting<strong>en</strong> bij de start van het<br />

traject, nog niet in geslaagd om in die contact<strong>en</strong> tot e<strong>en</strong> PK te kom<strong>en</strong>. De<br />

red<strong>en</strong> dat de actiedag lang van tevor<strong>en</strong> is vastgelegd, is geleg<strong>en</strong> in de grote<br />

omvang van die operatie; h<strong>onder</strong>d<strong>en</strong> politiemedewerkers zijn ingezet om<br />

op hetzelfde mom<strong>en</strong>t op verschill<strong>en</strong>de locaties person<strong>en</strong> aan te kunn<strong>en</strong><br />

houd<strong>en</strong> <strong>en</strong> grote hoeveelhed<strong>en</strong> persoonlijke bezitting<strong>en</strong>, waar<strong>onder</strong> drugs<br />

<strong>en</strong> contant geld, in beslag te nem<strong>en</strong>. Volg<strong>en</strong>s de teamleider speelt bij het<br />

uitblijv<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> PK e<strong>en</strong> rol dat e<strong>en</strong> belangrijk deel van het IF-traject zich<br />

heeft afgespeeld gedur<strong>en</strong>de de vakantieperiode, e<strong>en</strong> periode waarin ook<br />

criminel<strong>en</strong> hun zakelijke activiteit<strong>en</strong> <strong>onder</strong>brek<strong>en</strong>.<br />

‘Het is niet tot e<strong>en</strong> PK gekom<strong>en</strong> omdat je afhankelijk b<strong>en</strong>t van de<br />

boev<strong>en</strong>. De boev<strong>en</strong> zijn weer afhankelijk van andere boev<strong>en</strong>. Dus<br />

kroegpraat kan vaak niet waargemaakt word<strong>en</strong>. Het afsprak<strong>en</strong>niveau<br />

is in het algeme<strong>en</strong> knudde bij criminel<strong>en</strong>. Bij X was het echter ge<strong>en</strong><br />

grootspraak. Hij kon alles lever<strong>en</strong> wat hij aanbood. Vertrouw<strong>en</strong> was<br />

ook het probleem niet, eerder de logistiek. (…) Ook boev<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong><br />

vakantie. (…) Dit is dan ook e<strong>en</strong> slechte tijd om dit soort afsprak<strong>en</strong> te<br />

mak<strong>en</strong>.’<br />

Er is dus contact gemaakt met het subject (de hoofdverdachte) <strong>en</strong> er is<br />

relevante informatie verzameld maar e<strong>en</strong> PK komt niet tot stand, waarmee<br />

sprake is van gedeeltelijke bereiking van de operationele doel<strong>en</strong>.


Inzet van undercovertraject<strong>en</strong> in de opsporingspraktijk: resultat<strong>en</strong>, effect<strong>en</strong> <strong>en</strong> risico’s 203<br />

Het traject levert ge<strong>en</strong> bewijs op 243 maar wel inzicht in witwaspraktijk<strong>en</strong><br />

die binn<strong>en</strong> het <strong>onder</strong>zochte criminele netwerk plaatsvind<strong>en</strong>, inzicht in<br />

de communicatiepatron<strong>en</strong> binn<strong>en</strong> dat netwerk <strong>en</strong> restinformatie, dat<br />

wil zegg<strong>en</strong> informatie over criminele activiteit<strong>en</strong> die ge<strong>en</strong> directe relatie<br />

hebb<strong>en</strong> met het eig<strong>en</strong> opsporings<strong>onder</strong>zoek <strong>en</strong> die is doorgegev<strong>en</strong> aan e<strong>en</strong><br />

ander politie<strong>onder</strong>deel.<br />

Het IF-traject in e<strong>en</strong> 2 e zaak (B51), e<strong>en</strong> <strong>onder</strong>zoek naar wap<strong>en</strong>handel,<br />

verloopt in eerste instantie zeer voorspoedig; er ontstaat vrij snel, sneller<br />

dan verwacht, e<strong>en</strong> heel goed contact met de hoofdverdachte. Deze<br />

kan of wil echter ge<strong>en</strong> wap<strong>en</strong>s lever<strong>en</strong> – hetge<strong>en</strong> mogelijk sam<strong>en</strong>hangt<br />

met de door verdachte verme<strong>en</strong>de aangescherpte controles – zodat e<strong>en</strong><br />

voorg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> PK niet uitgevoerd kan word<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> andere teg<strong>en</strong>valler in<br />

het IF-traject in deze zaak is dat de inzet van e<strong>en</strong> Nederlandse undercoverag<strong>en</strong>t<br />

in e<strong>en</strong> buit<strong>en</strong>land sterk vertraagd wordt omdat de goedkeuring<br />

vanuit dat buit<strong>en</strong>land lang op zich laat wacht<strong>en</strong>. Hoewel het zicht krijg<strong>en</strong><br />

op wap<strong>en</strong>handel dus niet slaagt, komt op <strong>en</strong>ig mom<strong>en</strong>t wel de handel in<br />

andere goeder<strong>en</strong> in beeld. Die <strong>onder</strong>zoeksrichting wordt echter niet uitgediept<br />

omdat het om e<strong>en</strong> veel lichter, dat wil zegg<strong>en</strong> minder strafwaardig,<br />

vergrijp gaat. Het College van PG’s geeft na e<strong>en</strong> periodieke toetsing van<br />

de voortzetting van het traject in deze zaak, ge<strong>en</strong> goedkeuring voor de<br />

verl<strong>en</strong>ging van de IF vanwege te weinig concrete verd<strong>en</strong>king<strong>en</strong>. Daarbij<br />

merkt het College op dat het opsporings<strong>onder</strong>zoek ev<strong>en</strong>tueel door kan<br />

gaan, maar dan dus wel z<strong>onder</strong> de inzet van IF, waarbij het College ook<br />

nog vaststelt dat, gezi<strong>en</strong> de feitelijke <strong>uitvoering</strong> van het undercover traject,<br />

tot nu toe ge<strong>en</strong> sprake is geweest van IF maar van SI. Het ‘IF-traject’<br />

alsmede het gehele opsporings<strong>onder</strong>zoek word<strong>en</strong> gestaakt z<strong>onder</strong> dat er<br />

aanhouding<strong>en</strong> zijn geweest. Het traject levert dan ook ge<strong>en</strong> bijdrage aan<br />

de berechting. Wel levert het opsporings<strong>onder</strong>zoek drie soort<strong>en</strong> van informatie<br />

op: 1) het g<strong>en</strong>ereert inzicht in de specifieke criminele praktijk<strong>en</strong><br />

van e<strong>en</strong> bepaalde, op dat mom<strong>en</strong>t in opkomst zijnde, etnische groepering;<br />

2) het levert inzicht in andersoortige misdrijv<strong>en</strong> 244 (voornamelijk dankzij<br />

informatie uit telefoontaps <strong>en</strong> in beperkte mate ook dankzij het IF-traject)<br />

waarbij de hoofdverdachte ook betrokk<strong>en</strong> blijkt te zijn (restinformatie) <strong>en</strong><br />

waarvoor hij in e<strong>en</strong> andere zaak, die op basis van de restinformatie uit dit<br />

<strong>onder</strong>zoek is opgestart, uiteindelijk ook veroordeeld wordt; <strong>en</strong> 3) het biedt<br />

inzicht in de persoon van de hoofdverdachte, wat is gebruikt in weer e<strong>en</strong><br />

ander opsporings<strong>onder</strong>zoek waarbij hij betrokk<strong>en</strong> was.<br />

De 3 e zaak (B42), weer e<strong>en</strong> opsporings<strong>onder</strong>zoek naar grootschalige handel<br />

in drugs, is er één waarin er twee IF-traject<strong>en</strong> zijn ingezet: één op de<br />

hoofdverdachte zelf <strong>en</strong> één op e<strong>en</strong> verdachte uit de kring rondom de hoofdverdachte.<br />

In het eerstg<strong>en</strong>oemde traject wordt ook daadwerkelijk contact<br />

243 Gevoerde gesprekk<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> de hoofdverdachte <strong>en</strong> e<strong>en</strong> undercoverag<strong>en</strong>t zijn wel als bewijs gebruikt.<br />

Dit heeft echter maar e<strong>en</strong> zeer beperkte rol gespeeld, waardoor het indel<strong>en</strong> van deze zaak bij de<br />

categorie zak<strong>en</strong> waarin het IF-traject bewijs heeft opgeleverd e<strong>en</strong> vertek<strong>en</strong>d beeld zou gev<strong>en</strong>.<br />

244 Het gaat hier niet om de zojuist g<strong>en</strong>oemde ‘handel in andere goeder<strong>en</strong>’.


204 <strong>Opspor<strong>en</strong></strong> <strong>onder</strong> <strong>dekmantel</strong><br />

gemaakt met de hoofdverdachte, e<strong>en</strong> erg achterdochtige <strong>en</strong> zeer ervar<strong>en</strong><br />

crimineel, maar de contact<strong>en</strong> met hem zijn veel kleiner in aantal <strong>en</strong> minder<br />

int<strong>en</strong>sief dan die in het andere IF-traject. E<strong>en</strong> functionaris die betrokk<strong>en</strong> is<br />

geweest bij dit opsporings<strong>onder</strong>zoek zegt over de hoofdverdachte:<br />

‘X loopt al heel lang mee in het criminele circuit <strong>en</strong> heeft in dit milieu<br />

onvoorstelbaar veel contact<strong>en</strong>. X heeft van nature e<strong>en</strong> voelspriet voor<br />

alles wat politie is <strong>en</strong> is heel achterdochtig.’<br />

De PK’<strong>en</strong> bij de hoofdverdachte waartoe de IF zou moet<strong>en</strong> leid<strong>en</strong> word<strong>en</strong><br />

nooit uitgevoerd, ook al zijn de <strong>onder</strong>handeling<strong>en</strong> voor e<strong>en</strong> grote PK ver<br />

gevorderd op het mom<strong>en</strong>t dat de hoofdverdachte wordt aangehoud<strong>en</strong>.<br />

Deze aanhouding vindt plaats nadat met behulp van andere opsporingsinstrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong><br />

e<strong>en</strong> heel concreet zicht ontstaat op grote hoeveelhed<strong>en</strong><br />

drugs, waardoor ingegrep<strong>en</strong> moet word<strong>en</strong>. Uiteindelijk word<strong>en</strong> de hoofdverdachte<br />

<strong>en</strong> andere verdacht<strong>en</strong> veroordeeld. De IF-traject<strong>en</strong> in deze zaak<br />

hebb<strong>en</strong>, mede vanwege het uitblijv<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> PK, ge<strong>en</strong> materiaal opgeleverd<br />

dat bij die veroordeling<strong>en</strong> als bewijs is gebruikt. De traject<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong><br />

nog wel e<strong>en</strong> bijdrage geleverd aan het opsporings<strong>onder</strong>zoek, doordat zij<br />

zicht bod<strong>en</strong> op de criminele organisatie <strong>en</strong> op de persoon van de hoofdverdachte.<br />

In de 4 e zaak waarin het operationele doel deels is bereikt <strong>en</strong> waarin het<br />

traject ge<strong>en</strong> bewijs oplevert maar wel informatie die in het opsporings<strong>onder</strong>zoek<br />

is gebruikt (B38), wordt e<strong>en</strong> IF-traject opgestart nadat er informatie<br />

is binn<strong>en</strong>gekom<strong>en</strong> dat er e<strong>en</strong> ernstig geweldsdelict wordt voorbereid.<br />

De undercoverag<strong>en</strong>t slaagt erin contact te legg<strong>en</strong> met het subject. De<br />

operationele doelstelling van het traject is het verzamel<strong>en</strong> van informatie<br />

over voorbereiding<strong>en</strong> of <strong>uitvoering</strong>shandeling<strong>en</strong> met betrekking tot het<br />

verme<strong>en</strong>de, op hand<strong>en</strong> zijnde geweldsdelict. Dergelijke informatie verzamelt<br />

de undercoverag<strong>en</strong>t niet. Wel wordt mede dankzij het contact tuss<strong>en</strong><br />

de undercoverag<strong>en</strong>t <strong>en</strong> het subject duidelijk wie bepaalde bedreiging<strong>en</strong><br />

die de politie t<strong>en</strong> ore zijn gekom<strong>en</strong> heeft geuit. Ook wordt meer duidelijk<br />

over de aard van de dreiging. In welke mate het IF-traject aan het laatstg<strong>en</strong>oemde<br />

inzicht heeft bijgedrag<strong>en</strong> is echter onbek<strong>en</strong>d. Uiteindelijk wordt<br />

het IF-traject alsmede het gehele opsporings<strong>onder</strong>zoek beëindigd z<strong>onder</strong><br />

dat er person<strong>en</strong> zijn aangehoud<strong>en</strong>. Het traject heeft dus ook ge<strong>en</strong> bijdrage<br />

geleverd aan de berechting. Aangezi<strong>en</strong> het traject wel van nut is geweest<br />

bij het id<strong>en</strong>tificer<strong>en</strong> van de bron van de dreiging die aanleiding vormde<br />

voor het <strong>onder</strong>zoek, is er, hoewel de zaak in strafrechtelijke zin dus tot<br />

niets heeft geleid, wel sprake van e<strong>en</strong> ‘bijdrage aan de opsporing’.<br />

Contact gemaakt, operationele doel deels bereikt maar ge<strong>en</strong> bijdrage aan<br />

opsporing of berechting (2 zak<strong>en</strong>). Er zijn 2 zak<strong>en</strong> waarin weliswaar het<br />

operationele doel van het IF-traject t<strong>en</strong> dele wordt gerealiseerd, maar<br />

waarin het traject ge<strong>en</strong> bijdrage aan opsporing <strong>en</strong>/of berechting heeft


Inzet van undercovertraject<strong>en</strong> in de opsporingspraktijk: resultat<strong>en</strong>, effect<strong>en</strong> <strong>en</strong> risico’s 205<br />

geleverd. De 1 e zaak (B46) betreft e<strong>en</strong> opsporings<strong>onder</strong>zoek naar kinderporno.<br />

Het doel van het IF-traject is hier het verzamel<strong>en</strong> van bewijs teg<strong>en</strong><br />

de hoofdverdachte <strong>en</strong> het netwerk waarvan hij, zo vermoedt het opsporingsteam,<br />

deel uitmaakt. Daartoe wordt contact gezocht <strong>en</strong> gelegd met<br />

de verdachte <strong>en</strong> vind<strong>en</strong> er <strong>en</strong>kele PK’<strong>en</strong> plaats. De afbeelding<strong>en</strong> die op<br />

de aangekochte informatiedragers blijk<strong>en</strong> te staan, betreff<strong>en</strong> echter ge<strong>en</strong><br />

kinderpornografisch materiaal. Het verricht<strong>en</strong> van PK’<strong>en</strong> is in deze zaak<br />

dus gelukt, maar de aard van het materiaal is niet in overe<strong>en</strong>stemming<br />

met hetge<strong>en</strong> de bedoeling was te kop<strong>en</strong> van de verdachte, wat dan ook de<br />

red<strong>en</strong> is dat deze zaak bij ‘deels bereikt’ is ingedeeld. 245 Met de verrichte<br />

PK’<strong>en</strong> wordt logischerwijs ook ge<strong>en</strong> bewijs verkreg<strong>en</strong> <strong>en</strong> ook anderszins<br />

wordt ge<strong>en</strong> belangrijke informatie verzameld. De zaak eindigt z<strong>onder</strong><br />

aanhouding<strong>en</strong>.<br />

Ook in de 2 e zaak (B48) zijn PK’<strong>en</strong> uitgevoerd die van weinig waarde blijk<strong>en</strong><br />

voor de opsporing of berechting. Het gaat hier om e<strong>en</strong> <strong>onder</strong>zoek<br />

naar drugshandel dat is gebaseerd op de ver<strong>onder</strong>stelling dat de hoofdverdachte<br />

‘de grote man op de achtergrond’ is van omvangrijke criminele<br />

activiteit<strong>en</strong>. Deze hoofdverdachte is (zeer) moeilijk b<strong>en</strong>aderbaar. Hij heeft<br />

e<strong>en</strong> beperkt sociaal lev<strong>en</strong> <strong>en</strong> doet alle<strong>en</strong> ‘zak<strong>en</strong>’ met person<strong>en</strong> die hij goed<br />

k<strong>en</strong>t. In relatief zeer langdurige undercovertraject<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> de undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong><br />

wel vrij goede contact<strong>en</strong> met person<strong>en</strong> rondom de hoofdverdachte,<br />

maar contact met de hoofdverdachte zelf vindt slechts één keer<br />

plaats. De zaaksOvJ zegt over de hoofdverdachte:<br />

‘Bij X zelf in de buurt kom<strong>en</strong> was heel moeilijk. X (is) schizofre<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

moeilijk te b<strong>en</strong>ader<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> man die veel thuis zit <strong>en</strong> alle<strong>en</strong> handelt<br />

met m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> die hij al 40 jaar k<strong>en</strong>t. Voor zo iemand is het “e<strong>en</strong> tweede<br />

natuur” geword<strong>en</strong> om og<strong>en</strong> in je rug te hebb<strong>en</strong>.’<br />

Uit het rijgedrag van de verdachte zou, aldus e<strong>en</strong> politierapport, blijk<strong>en</strong><br />

dat hij steeds rek<strong>en</strong>ing houdt met politieobservatie; op mom<strong>en</strong>t<strong>en</strong> dat dit<br />

niet logisch is, rijdt hij met wissel<strong>en</strong>de snelhed<strong>en</strong> <strong>en</strong> neemt hij afslag<strong>en</strong> of<br />

negeert hij e<strong>en</strong> rood stoplicht.<br />

Uiteindelijk word<strong>en</strong> in dit opsporings<strong>onder</strong>zoek wel PK’<strong>en</strong> uitgevoerd;<br />

drie keer word<strong>en</strong> drugs aangekocht. Deze partij<strong>en</strong> drugs zijn echter niet<br />

te herleid<strong>en</strong> tot ‘de grote man’ of andere hoofdverdacht<strong>en</strong>. Het IF-traject<br />

<strong>en</strong> het opsporings<strong>onder</strong>zoek word<strong>en</strong> beëindigd nadat het College van<br />

245 Bij de zak<strong>en</strong> waarin alle<strong>en</strong> SI <strong>en</strong>/of PK/PDV is ingezet zag<strong>en</strong> we ook twee gevall<strong>en</strong> waarin e<strong>en</strong><br />

geslaagde PK achteraf gezi<strong>en</strong> minder ‘geslaagd’ blijkt te zijn. Het ging to<strong>en</strong> om e<strong>en</strong> PK van via internet<br />

aangebod<strong>en</strong>, verme<strong>en</strong>d gestol<strong>en</strong> goeder<strong>en</strong> <strong>en</strong> de koop van drugs bij person<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> <strong>onder</strong>zoek<br />

naar e<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> ambtsmisdrijf verdachte overheidsdi<strong>en</strong>aar. In die zak<strong>en</strong> zijn de betreff<strong>en</strong>de PK’<strong>en</strong><br />

als operationeel geslaagd beschouwd <strong>en</strong> dus niet als ‘deels’ geslaagd. De red<strong>en</strong> daarvan is dat in die<br />

twee opsporings<strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong> bij de PK ook daadwerkelijk de spull<strong>en</strong> zijn verkreg<strong>en</strong> waar de PK op<br />

was gericht, te wet<strong>en</strong> respectievelijk de (ver<strong>onder</strong>steld) gestol<strong>en</strong> goeder<strong>en</strong> <strong>en</strong> drugs. In het <strong>onder</strong>zoek<br />

naar de kinderporno is dat niet het geval; het via de PK’<strong>en</strong> aangekochte materiaal bevatte immers ge<strong>en</strong><br />

kinderpornografische afbeelding<strong>en</strong>.


206 <strong>Opspor<strong>en</strong></strong> <strong>onder</strong> <strong>dekmantel</strong><br />

PG’s ge<strong>en</strong> toestemming geeft voor verl<strong>en</strong>ging van het bevel tot IF omdat<br />

het in de ontwikkeling van het traject onvoldo<strong>en</strong>de aanleiding ziet om te<br />

verwacht<strong>en</strong> dat het op redelijke termijn tot succes zal leid<strong>en</strong>. Daarmee<br />

eindigt het opsporings<strong>onder</strong>zoek z<strong>onder</strong> aanhouding<strong>en</strong>. Ook hier heeft<br />

het IF-traject dus ge<strong>en</strong> materiaal opgeleverd dat is gebruikt als bewijs bij<br />

e<strong>en</strong> veroordeling. Wel is aan de hand van het IF-traject de omgeving van<br />

de hoofdverdachte in kaart gebracht, hetge<strong>en</strong> bij ev<strong>en</strong>tuele toekomstige<br />

opsporings<strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong> van di<strong>en</strong>st zou kunn<strong>en</strong> zijn. Aangezi<strong>en</strong> daarvan<br />

voor zover bek<strong>en</strong>d tot nu toe ge<strong>en</strong> sprake is, is e<strong>en</strong> dergelijke ‘bijdrage’ te<br />

speculatief om ook echt als bijdrage beoordeeld te word<strong>en</strong>. 246 E<strong>en</strong> andere<br />

opbr<strong>en</strong>gst van het IF-traject is dat de OvJ die aan de leiding van het opsporings<strong>onder</strong>zoek<br />

heeft gestaan naar eig<strong>en</strong> zegg<strong>en</strong> tot het inzicht is gekom<strong>en</strong><br />

dat undercovertraject<strong>en</strong> strakker aangestuurd moet<strong>en</strong> word<strong>en</strong>, dat wil<br />

zegg<strong>en</strong> dat het in zijn og<strong>en</strong> beter was geweest om meer kortetermijndoelstelling<strong>en</strong><br />

te hanter<strong>en</strong> <strong>en</strong> goed toe te zi<strong>en</strong> op de realisering daarvan.<br />

Contact gemaakt maar operationele doel geheel niet bereikt <strong>en</strong> ge<strong>en</strong> bijdrage<br />

aan opsporing of berechting (1 zaak). Bij 1 IF-traject is er wel contact<br />

gemaakt met subject, maar is het operationele doel geheel niet bereikt.<br />

Het gaat hier om e<strong>en</strong> opsporings<strong>onder</strong>zoek teg<strong>en</strong> van terrorisme verdachte<br />

person<strong>en</strong> (B39). Door de undercoverag<strong>en</strong>t wordt contact gelegd met<br />

het subject, de hoofdverdachte. Ze sprek<strong>en</strong> af om op e<strong>en</strong> bepaalde plaats<br />

<strong>en</strong> tijd e<strong>en</strong> zakelijke bespreking te voer<strong>en</strong> met betrekking tot e<strong>en</strong> ev<strong>en</strong>tuele<br />

wap<strong>en</strong>leverantie van de undercoverag<strong>en</strong>t aan de hoofdverdachte.<br />

Het uiteindelijke operationele doel van het IF-traject is om bij e<strong>en</strong> latere<br />

afspraak ook te kom<strong>en</strong> tot die wap<strong>en</strong>leverantie <strong>en</strong> de hoofdverdachte in te<br />

rek<strong>en</strong><strong>en</strong>. Op het afgesprok<strong>en</strong> tijdstip komt de verdachte echter niet opdag<strong>en</strong>,<br />

wat het einde van het IF-traject in deze zaak is. De hoofd- <strong>en</strong> andere<br />

verdacht<strong>en</strong> word<strong>en</strong> wel aangehoud<strong>en</strong> <strong>en</strong> uiteindelijk veroordeeld. Het<br />

IF-traject heeft echter noch aan deze veroordeling<strong>en</strong>, noch aan het opsporings<strong>onder</strong>zoek<br />

e<strong>en</strong> bijdrage geleverd. Volg<strong>en</strong>s geïnterviewde betrokk<strong>en</strong><strong>en</strong><br />

van politie <strong>en</strong> OM bij deze zaak was er ge<strong>en</strong> aansluiting tuss<strong>en</strong> het subject<br />

<strong>en</strong> de ingezette undercoverag<strong>en</strong>t.<br />

246 Dit is ook in overe<strong>en</strong>stemming met de toelichting die we in paragraaf 5.3.1 hebb<strong>en</strong> gegev<strong>en</strong>. Daar<br />

hebb<strong>en</strong> we uitgelegd dat we informatie die door e<strong>en</strong> undercovertraject is aangeleverd alle<strong>en</strong> als<br />

‘bijdrage aan de opsporing’ beschouw<strong>en</strong> wanneer die informatie ook concreet van nut is geweest is in<br />

het (of e<strong>en</strong> ander) opsporings<strong>onder</strong>zoek. Eerder besprak<strong>en</strong> we e<strong>en</strong> zaak waarin e<strong>en</strong> IF-traject is ingezet<br />

vanwege e<strong>en</strong> ernstig geweldsdelict dat voorbereid zou word<strong>en</strong> op e<strong>en</strong> bepaald persoon. Het traject<br />

in die zaak heeft ev<strong>en</strong>e<strong>en</strong>s niet tot bewijs geleid <strong>en</strong> ook die zaak is z<strong>onder</strong> aanhouding<strong>en</strong> geëindigd.<br />

Omdat mede op basis van het IF-traject in dat betreff<strong>en</strong>de opsporings<strong>onder</strong>zoek wel meer duidelijk<br />

werd over wie achter e<strong>en</strong> bepaalde dreiging zat, hebb<strong>en</strong> we dat traject wel ingedeeld bij ‘bijdrage aan<br />

de opsporing’, hoewel ook die zaak in strafrechtelijke zin dus tot niets heeft geleid <strong>en</strong> voor zover bek<strong>en</strong>d<br />

ook andere opsporings<strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong> niet hebb<strong>en</strong> geprofiteerd van het IF-traject. De red<strong>en</strong> hiervan is<br />

dat het id<strong>en</strong>tificer<strong>en</strong> van de bron van e<strong>en</strong> dreiging ons inzi<strong>en</strong>s informatie is die van e<strong>en</strong> andere, <strong>onder</strong><br />

andere meer concrete, soort is dan het verkrijg<strong>en</strong> van ‘zicht op de omgeving van de verdachte’.


Inzet van undercovertraject<strong>en</strong> in de opsporingspraktijk: resultat<strong>en</strong>, effect<strong>en</strong> <strong>en</strong> risico’s 207<br />

Ge<strong>en</strong> contact gemaakt (<strong>en</strong> operationele doel geheel niet bereikt <strong>en</strong> ge<strong>en</strong><br />

bijdrage aan opsporing of berechting (1 zaak)). T<strong>en</strong> slotte geldt voor 1 zaak<br />

dat er tijd<strong>en</strong>s het ingezette IF-traject ge<strong>en</strong> contact is geweest tuss<strong>en</strong> de<br />

undercoverag<strong>en</strong>t <strong>en</strong> het subject (zie paragraaf 4.5.1). Het operationele doel<br />

van dat traject is dan ook geheel niet behaald <strong>en</strong> het traject heeft ge<strong>en</strong><br />

bijdrage geleverd aan de opsporing <strong>en</strong>/of berechting.<br />

5.3.5 Recapitulatie <strong>en</strong> beschouwing<br />

Sam<strong>en</strong>vatting<br />

Hier<strong>onder</strong> volgt e<strong>en</strong> korte sam<strong>en</strong>vatting van de resultat<strong>en</strong> van de <strong>onder</strong>zochte<br />

undercovertraject<strong>en</strong> <strong>en</strong> de bijdrage die ze hebb<strong>en</strong> geleverd aan de<br />

opsporing <strong>en</strong>/of berechting. E<strong>en</strong> iets uitgebreidere sam<strong>en</strong>vatting, alsmede<br />

schematische weergave, vindt u in paragraaf 5.3.2.<br />

SI <strong>en</strong>/of PK/PDV. In 2004 is voor (naar schatting) 89 Nederlandse zak<strong>en</strong><br />

contact opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> met het infiltratieteam <strong>en</strong> overwog<strong>en</strong> om e<strong>en</strong> undercovertraject<br />

in te zett<strong>en</strong>. In 37 van die zak<strong>en</strong> is beslot<strong>en</strong> tot inzet van e<strong>en</strong><br />

undercovertraject. In alle gevall<strong>en</strong> ging het om SI <strong>en</strong>/of PK/PDV. Daarvan<br />

is het undercovertraject 34 keer ook daadwerkelijk gestart. Van de<br />

34 uitgevoerde (althans gestarte) traject<strong>en</strong> is het in 31 zak<strong>en</strong> gelukt om<br />

contact te mak<strong>en</strong> met het subject (niet per se de hoofdverdachte).<br />

Uiteindelijk heeft de SI <strong>en</strong>/of PK/PDV in 12 van de 34 zak<strong>en</strong> e<strong>en</strong> bijdrage<br />

geleverd aan de opsporing <strong>en</strong>/of berechting. 7 keer heeft het undercovertraject<br />

bewijs geg<strong>en</strong>ereerd. In 6 van deze 7 zak<strong>en</strong> heeft het bewijs dat<br />

via het undercovertraject is verkreg<strong>en</strong>, <strong>en</strong> in e<strong>en</strong> aantal gevall<strong>en</strong> indirect<br />

ook de verzamelde sturingsinformatie, e<strong>en</strong> belangrijke rol gespeeld bij de<br />

veroordeling van verdachte(n). In de 7 e zaak is het bewijs niet van doorslaggev<strong>en</strong>d<br />

belang geweest, maar heeft de ingezette SI wel ook het inzicht<br />

opgeleverd dat e<strong>en</strong> ander deel van de verd<strong>en</strong>king die er t<strong>en</strong> aanzi<strong>en</strong> van de<br />

verdachte bestond, niet juist was. 4 keer heeft het undercovertraject niet<br />

geresulteerd in bewijs, maar is op basis van de in het traject verzamelde<br />

informatie geconcludeerd dat de verd<strong>en</strong>king teg<strong>en</strong> de verdachte geheel<br />

of gedeeltelijk onjuist was of minder ernstig dan gedacht (uitsluiting).<br />

In 1 zaak t<strong>en</strong> slotte heeft het traject ‘alle<strong>en</strong>’ sturingsinformatie voortgebracht.<br />

IF. In de periode 2000-2005 is in 16 Nederlandse opsporings<strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong><br />

e<strong>en</strong> bij het College van PG’s ingedi<strong>en</strong>d verzoek om toestemming<br />

voor inzet van IF goedgekeurd. 247 Daarvan gaat in 14 zak<strong>en</strong> ook echt e<strong>en</strong><br />

IF-traject van start. In 13 gevall<strong>en</strong> lukt het de undercoverag<strong>en</strong>t(<strong>en</strong>) om<br />

247 In de periode 2000-2005 is feitelijk in 17 Nederlandse opsporings<strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong> toestemming gegev<strong>en</strong><br />

voor e<strong>en</strong> IF-traject. Van deze opsporings<strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> we er echter 1 niet in ons <strong>onder</strong>zoek<br />

meeg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> (zie paragraaf 1.3.1).


208 <strong>Opspor<strong>en</strong></strong> <strong>onder</strong> <strong>dekmantel</strong><br />

contact te mak<strong>en</strong> met het subject. Uiteindelijk levert in 10 van de 14 bestudeerde<br />

zak<strong>en</strong> het ingezette IF-traject e<strong>en</strong> bijdrage aan de opsporing <strong>en</strong>/of<br />

berechting. 6 keer heeft het traject bewijs voortgebracht op basis waarvan<br />

verdacht<strong>en</strong> zijn veroordeeld; dit bewijs heeft in 5 zak<strong>en</strong> e<strong>en</strong> belangrijke<br />

<strong>en</strong> in 1 zaak e<strong>en</strong> minder belangrijke rol gespeeld bij de veroordeling. Van<br />

5 van deze 6 zak<strong>en</strong> is bek<strong>en</strong>d dat het IF-traject naast bewijs ook sturingsinformatie<br />

heeft voortgebracht. 4 IF-traject<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> bewijs opgeleverd<br />

maar wel sturings- <strong>en</strong>/of restinformatie.<br />

Beoordeling van de bijdrage van undercovertraject<strong>en</strong><br />

‘Effect<strong>en</strong>’ van undercovertraject<strong>en</strong>? In paragraaf 5.1 is het verschil toegelicht<br />

tuss<strong>en</strong> resultat<strong>en</strong> <strong>en</strong> effect<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> resultaat beschrev<strong>en</strong> we als<br />

de mate waarin bij de <strong>uitvoering</strong> van e<strong>en</strong> undercovertraject het directe,<br />

operationele doel van dat traject is behaald. Het gaat dan dus bijvoorbeeld<br />

om vrag<strong>en</strong> als: heeft de undercoverag<strong>en</strong>t contact kunn<strong>en</strong> legg<strong>en</strong> met het<br />

subject <strong>en</strong> is hij er vervolg<strong>en</strong>s in geslaagd om informatie te verzamel<strong>en</strong><br />

over de betrokk<strong>en</strong>heid van het subject bij delict X of over de sam<strong>en</strong>stelling<br />

<strong>en</strong> werkwijze van crimineel sam<strong>en</strong>werkingsverband Y?; <strong>en</strong>/of is het<br />

de undercoverag<strong>en</strong>t gelukt om bepaalde goeder<strong>en</strong> of stoff<strong>en</strong> te ‘kop<strong>en</strong>’ van<br />

het subject? Of het undercovertraject ook daadwerkelijk e<strong>en</strong> bijdrage heeft<br />

geleverd aan de opsporing <strong>en</strong>/of berechting, valt <strong>onder</strong> het effect van het<br />

undercovertraject, althans met het in kaart br<strong>en</strong>g<strong>en</strong> van die bijdrage hebb<strong>en</strong><br />

we e<strong>en</strong> indicatie voor e<strong>en</strong> effect.<br />

E<strong>en</strong> vergelijking van de resultat<strong>en</strong> van de undercovertraject<strong>en</strong> met de<br />

resultat<strong>en</strong> van andere opsporingsinstrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> is erg moeilijk of niet te<br />

mak<strong>en</strong>. Voor het mak<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> dergelijke vergelijking zoud<strong>en</strong> opsporings<strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong><br />

waarin e<strong>en</strong> undercovertraject is gebruikt, moet<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong><br />

word<strong>en</strong> afgezet teg<strong>en</strong> opsporings<strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong> waarin ge<strong>en</strong> undercovertraject<br />

is ingezet maar die op andere punt<strong>en</strong> wel min of meer gelijk zijn.<br />

Bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> zou dan binn<strong>en</strong> de opsporings<strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong> uit de beide categorieën<br />

de invloed van ieder ingezet opsporingsinstrum<strong>en</strong>t isoleerbaar<br />

moet<strong>en</strong> zijn, zodat duidelijk aanwijsbaar wordt wat de exacte, afz<strong>onder</strong>lijke<br />

bijdrage is van bijvoorbeeld respectievelijk e<strong>en</strong> uitgevoerd(e) observatie,<br />

telefoontap <strong>en</strong> undercovertraject. Aan deze voorwaard<strong>en</strong> is niet voldaan.<br />

Het do<strong>en</strong> van vergaande uitsprak<strong>en</strong> over de ‘effect<strong>en</strong>’ van undercovertraject<strong>en</strong><br />

of het beantwoord<strong>en</strong> van de vraag of de gevond<strong>en</strong> opbr<strong>en</strong>gst<strong>en</strong><br />

van undercovertraject<strong>en</strong> ‘goed’ of ‘slecht’ zijn, is dus niet mogelijk.<br />

Wel kunn<strong>en</strong> we voor e<strong>en</strong> aantal zak<strong>en</strong> met <strong>en</strong>ig voorbehoud aangev<strong>en</strong><br />

in hoeverre de behaalde einddoel<strong>en</strong> in de <strong>onder</strong>zochte zak<strong>en</strong> ook aan de<br />

ingezette undercovertraject<strong>en</strong> te dank<strong>en</strong> zijn. Voor de 4 zak<strong>en</strong> waarin<br />

dankzij e<strong>en</strong> ingezet SI-traject het opsporingsteam tot de conclusie is<br />

gekom<strong>en</strong> dat de verd<strong>en</strong>king teg<strong>en</strong> de verdachte volledig onjuist is dan wel<br />

dat de dreiging die van de verdachte uitging minder groot is (geword<strong>en</strong>)<br />

<strong>en</strong> voor de zaak waarin de SI leidde tot falsificering van het <strong>en</strong>e deel van


Inzet van undercovertraject<strong>en</strong> in de opsporingspraktijk: resultat<strong>en</strong>, effect<strong>en</strong> <strong>en</strong> risico’s 209<br />

de verd<strong>en</strong>king <strong>en</strong> bewijs voor het andere deel, 248 geldt dat dit resultaat,<br />

met name voor zover het falsificering betreft, waarschijnlijk niet of (veel)<br />

moeilijker met andere middel<strong>en</strong> bereikt had kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong>. In de betreff<strong>en</strong>de<br />

zak<strong>en</strong> is de informatie die leidde tot (gedeeltelijke) uitsluiting van de<br />

verdachte, verzameld in e<strong>en</strong> direct, persoonlijk contact met de verdachte<br />

(A15, A17 <strong>en</strong> A21) dan wel door directe aanwezigheid in e<strong>en</strong> bepaalde<br />

geleg<strong>en</strong>heid (A29 <strong>en</strong> A9). Zo betrof 1 van de zak<strong>en</strong> e<strong>en</strong> <strong>onder</strong>zoek naar<br />

moord (A15). SI werd hier ingezet teg<strong>en</strong> e<strong>en</strong> persoon die verdacht werd<br />

van betrokk<strong>en</strong>heid bij die moord. De ingezette undercoverag<strong>en</strong>t bouwde<br />

e<strong>en</strong> goede band op met het subject, zo goed dat het subject in e<strong>en</strong> afgetapt<br />

telefoongesprek zei dat de undercoverag<strong>en</strong>t 1 van de 2 person<strong>en</strong> was die<br />

hij nog vertrouwde. Omdat de band zo goed was <strong>en</strong> het subject dus in alle<br />

op<strong>en</strong>heid met zijn vri<strong>en</strong>d kon prat<strong>en</strong>, kon het opsporingsteam op <strong>en</strong>ig<br />

mom<strong>en</strong>t tot de conclusie kom<strong>en</strong> dat de signal<strong>en</strong> dat het subject betrokk<strong>en</strong><br />

was bij de moord, waarschijnlijk niet juist war<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> andere zaak richtte<br />

zich op m<strong>en</strong>s<strong>en</strong>handel (A29). In e<strong>en</strong> ‘horecageleg<strong>en</strong>heid’ zoud<strong>en</strong> slachtoffers,<br />

waar<strong>onder</strong> ook minderjarig<strong>en</strong>, te werk word<strong>en</strong> gesteld als prostituee.<br />

Volg<strong>en</strong>s de OvJ wordt via bijvoorbeeld het tapp<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> telefoon doorgaans<br />

ge<strong>en</strong> informatie verkreg<strong>en</strong> over de id<strong>en</strong>titeit <strong>en</strong> vooral niet over de<br />

leeftijd van als prostituee ingezette slachtoffers van m<strong>en</strong>s<strong>en</strong>handel. Door<br />

de bezoek<strong>en</strong> van de ingezette undercoverag<strong>en</strong>t aan de betreff<strong>en</strong>de geleg<strong>en</strong>heid<br />

kon echter bevestigd word<strong>en</strong> dat bepaalde slachtoffers inderdaad<br />

als prostituee werkzaam war<strong>en</strong> maar werd tev<strong>en</strong>s vastgesteld dat zich<br />

<strong>onder</strong> die slachtoffers ge<strong>en</strong> minderjarig<strong>en</strong> bevond<strong>en</strong>.<br />

Voor de 3 zak<strong>en</strong> waarin alle<strong>en</strong> e<strong>en</strong> PK/PDV is ingezet <strong>en</strong> waarbij de PK/<br />

PDV ook tot stand is gekom<strong>en</strong>, geldt dat die PK/PDV direct bewijs heeft<br />

opgeleverd dat e<strong>en</strong> belangrijke rol heeft gespeeld bij de veroordeling.<br />

2 van de 3 zak<strong>en</strong> betreff<strong>en</strong> zak<strong>en</strong> waarin e<strong>en</strong> verdachte illegale of gestol<strong>en</strong><br />

goeder<strong>en</strong> aanbood op internet (A8 <strong>en</strong> A13), die vervolg<strong>en</strong>s zijn gekocht<br />

door e<strong>en</strong> undercoverag<strong>en</strong>t. De 3 e zaak ging om e<strong>en</strong> pakketje drugs dat<br />

via de reguliere postbezorging afgeleverd zou word<strong>en</strong> bij de verdachte,<br />

maar dat na <strong>onder</strong>schepping door de politie door e<strong>en</strong> undercoverag<strong>en</strong>t is<br />

afgeleverd (A34). Het voordeel van e<strong>en</strong> geslaagde PK/PDV is dat het overtuig<strong>en</strong>d<br />

bewijs op kan lever<strong>en</strong>, wat het in deze zak<strong>en</strong> ook heeft gedaan: de<br />

verdachte wordt immers gepakt net nadat hij de illegale of gestol<strong>en</strong> goeder<strong>en</strong><br />

heeft verkocht respectievelijk de drugs in ontvangst heeft g<strong>en</strong>om<strong>en</strong>.<br />

E<strong>en</strong> dergelijke situatie biedt doorgaans minder ruimte voor interpretatie<br />

dan bijvoorbeeld e<strong>en</strong> afgetapt telefoongesprek. Bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> kon het bewijs<br />

in deze zak<strong>en</strong> op relatief efficiënte wijze word<strong>en</strong> verkreg<strong>en</strong>: de politie<br />

hoefde immers ‘alle<strong>en</strong>’ de rol van pot<strong>en</strong>tiële koper aan te nem<strong>en</strong> <strong>en</strong> in te<br />

gaan op e<strong>en</strong> aanbieding op e<strong>en</strong> bepaalde website respectievelijk zich voor<br />

248 Zie uitleg bij tabel 13.


210 <strong>Opspor<strong>en</strong></strong> <strong>onder</strong> <strong>dekmantel</strong><br />

te do<strong>en</strong> als postbode <strong>en</strong> de drugs af te lever<strong>en</strong>. 249 War<strong>en</strong> in deze zak<strong>en</strong> de<br />

PK’<strong>en</strong>/PDV’<strong>en</strong> niet uitgevoerd, dan is het de vraag of e<strong>en</strong> zelfde bewijspositie<br />

opgebouwd had kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> <strong>en</strong> zo ja met hoeveel moeite.<br />

Van de ingezette undercovertraject<strong>en</strong> waarin zowel SI als PK/PDV is<br />

toegepast, zijn er 3 die bewijs hebb<strong>en</strong> geg<strong>en</strong>ereerd. In ieder geval voor<br />

2 van die zak<strong>en</strong> geldt dat het undercovertraject bepal<strong>en</strong>d is geweest<br />

voor de afloop van de zaak (A1) <strong>en</strong> (A6). In de <strong>en</strong>e zaak (A6) kon dankzij<br />

de inzet van SI in e<strong>en</strong> bepaalde geleg<strong>en</strong>heid de in eerste instantie<br />

NN-verdachte geïd<strong>en</strong>tificeerd word<strong>en</strong>, hetge<strong>en</strong> met andere middel<strong>en</strong><br />

waarschijnlijk niet snel was gelukt; het is immers niet mogelijk om de telefoon<br />

af te tapp<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> onbek<strong>en</strong>d persoon. 250 To<strong>en</strong> de verdachte bek<strong>en</strong>d<br />

was, kond<strong>en</strong> PK’<strong>en</strong> van vuurwap<strong>en</strong>s word<strong>en</strong> ingezet, die direct bewijs<br />

hebb<strong>en</strong> opgeleverd. In de andere zaak werd dankzij de contact<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong><br />

de undercoverag<strong>en</strong>t <strong>en</strong> het subject tijd<strong>en</strong>s de inzet van SI duidelijk dat de<br />

verdachte niet alle<strong>en</strong> bij vuurwap<strong>en</strong>- maar ook (<strong>en</strong> vooral) bij drugshandel<br />

betrokk<strong>en</strong> was (A1). Van beide soort<strong>en</strong> handelswaar hebb<strong>en</strong> PK’<strong>en</strong>/<br />

PDV plaatsgevond<strong>en</strong> die belangrijk bewijs hebb<strong>en</strong> opgeleverd. Vanwege<br />

de stur<strong>en</strong>de invloed die van het SI-traject in beide zak<strong>en</strong> is uitgegaan <strong>en</strong><br />

de bewijspositie die dankzij de PK’<strong>en</strong>/PDV is verkreg<strong>en</strong>, geldt voor beide<br />

zak<strong>en</strong> dat het undercovertraject e<strong>en</strong> heel belangrijke rol heeft gespeeld die<br />

waarschijnlijk moeilijker door andere opsporingsinstrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> gespeeld<br />

had kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong>. Over e<strong>en</strong> 3 e zaak waarin SI <strong>en</strong> PK zijn ingezet <strong>en</strong><br />

waarbij dat bewijs heeft voortgebracht (bewijs van voorbereidingshandeling<strong>en</strong><br />

voor e<strong>en</strong> PK die uiteindelijk niet doorging, A24) is te weinig bek<strong>en</strong>d<br />

om iets te zegg<strong>en</strong> over het ‘exclusieve’ karakter van de opbr<strong>en</strong>gst van het<br />

traject.<br />

Van de zak<strong>en</strong> waarin IF is ingezet heeft dat in 5 gevall<strong>en</strong> geleid tot bewijs<br />

dat e<strong>en</strong> belangrijke rol heeft gespeeld bij de veroordeling van verdacht<strong>en</strong>.<br />

In al deze zak<strong>en</strong> zijn succesvolle PK’<strong>en</strong> tot stand gebracht die sam<strong>en</strong> met<br />

afgelegde verklaring<strong>en</strong> van undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong> <strong>onder</strong>deel uitmaakt<strong>en</strong><br />

van het bewijs op basis waarvan de veroordeling<strong>en</strong> zijn uitgesprok<strong>en</strong>.<br />

De betreff<strong>en</strong>de zak<strong>en</strong> zijn in het algeme<strong>en</strong> complexer dan de bestudeerde<br />

zak<strong>en</strong> waarin alle<strong>en</strong> SI <strong>en</strong>/of PK is ingezet, waardoor het moeilijker is e<strong>en</strong><br />

indicatie te gev<strong>en</strong> in hoeverre deze veroordeling<strong>en</strong> ook tot stand hadd<strong>en</strong><br />

kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> gebracht z<strong>onder</strong> de inzet van het undercovertraject. Vast<br />

staat dus wel dát het IF-traject in de betreff<strong>en</strong>de 5 zak<strong>en</strong> bewijs heeft<br />

voortgebracht.<br />

Sam<strong>en</strong>vatt<strong>en</strong>d geldt dus dat van de zak<strong>en</strong> waarin alle<strong>en</strong> SI <strong>en</strong>/of PK is<br />

ingezet <strong>en</strong> het traject tot bewijs of (gedeeltelijke) uitsluiting van e<strong>en</strong><br />

verdachte heeft geleid, we in het algeme<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> zegg<strong>en</strong> dat die<br />

249 Dat de <strong>uitvoering</strong> van e<strong>en</strong> PK/PDV operationeel succesvol verloopt, spreekt echter zeker niet voor zich.<br />

Hierop kom<strong>en</strong> we later in deze paragraaf terug.<br />

250 In deze zaak was alle<strong>en</strong> bek<strong>en</strong>d dat e<strong>en</strong> verdachte die e<strong>en</strong> bepaalde geleg<strong>en</strong>heid bezocht in vuurwap<strong>en</strong>s<br />

zou handel<strong>en</strong>.


Inzet van undercovertraject<strong>en</strong> in de opsporingspraktijk: resultat<strong>en</strong>, effect<strong>en</strong> <strong>en</strong> risico’s 211<br />

uitkomst waarschijnlijk niet of minder makkelijk met andere middel<strong>en</strong><br />

bereikt had kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong>. Voor de zak<strong>en</strong> waarin IF belangrijk bewijs<br />

heeft voortgebracht is moeilijker aan te gev<strong>en</strong> of de uitkomst ook met<br />

andere middel<strong>en</strong> had kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> bereikt.<br />

In de Amerikaanse literatuur word<strong>en</strong> door sommige auteurs ook prev<strong>en</strong>tieve<br />

effect<strong>en</strong> aan undercovertraject<strong>en</strong> toegeschrev<strong>en</strong> (wanneer die<br />

traject<strong>en</strong> <strong>onder</strong> bepaalde voorwaard<strong>en</strong> word<strong>en</strong> uitgevoerd). In die literatuur<br />

gaat het echter doorgaans wel om e<strong>en</strong> bepaald type undercovertraject<strong>en</strong>,<br />

namelijk vaak grootschalig uitgevoerde <strong>en</strong> ongerichte (dus niet<br />

op e<strong>en</strong> specifieke verdachte toegespitste) stings (PK-achtige operaties) <strong>en</strong><br />

decoys (lokmiddel<strong>en</strong>). Over de mate waarin deze effect<strong>en</strong> ook optred<strong>en</strong>,<br />

is echter weinig bek<strong>en</strong>d. Er zijn zowel aanwijzing<strong>en</strong> voor het bestaan van<br />

prev<strong>en</strong>tieve als voor het bestaan van contra-productieve, dat wil zegg<strong>en</strong><br />

criminaliteitsverhog<strong>en</strong>de, effect<strong>en</strong> van dit type operaties (Marx, 1988:<br />

108-128; Mitchell et al., 2005; Newman, 2005: 22, 29, 35; Webster et al.,<br />

2006: 225-230; Wagner, 2007: 372; Langworthy, 1989 in Roberts, 2000: 270).<br />

Over ev<strong>en</strong>tuele prev<strong>en</strong>tieve effect<strong>en</strong> van de <strong>onder</strong>zochte Nederlandse<br />

under covertraject<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> we ge<strong>en</strong> uitsprak<strong>en</strong> do<strong>en</strong>. Wat wel opvall<strong>en</strong>d<br />

is, is dat in ons <strong>onder</strong>zoek in de Nederlandse bronn<strong>en</strong>, geïnterviewde<br />

respond<strong>en</strong>t<strong>en</strong> <strong>en</strong> literatuur, bijna niet wordt gewez<strong>en</strong> op mogelijke prev<strong>en</strong>tieve<br />

effect<strong>en</strong> <strong>en</strong> dat op<strong>en</strong>bare, publieke aandacht voor undercovertraject<strong>en</strong><br />

– e<strong>en</strong> voorwaarde voor e<strong>en</strong> ev<strong>en</strong>tuele prev<strong>en</strong>tieve werking – vooral in<br />

verband wordt gebracht met mogelijke gevar<strong>en</strong> voor dit opsporingsinstrum<strong>en</strong>t.<br />

Vergelijking met eerder <strong>onder</strong>zoek. Zoals gezegd is in Nederland al eerder,<br />

in 1999, e<strong>en</strong> <strong>onder</strong>zoeksrapport versch<strong>en</strong><strong>en</strong> naar de opbr<strong>en</strong>gst<strong>en</strong> van<br />

‘infiltratie’ (Kruissink et al., 1999). Het mak<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> vergelijking van<br />

de bevinding<strong>en</strong> van dat eerdere <strong>onder</strong>zoek met de bevinding<strong>en</strong> uit ons<br />

<strong>onder</strong>zoek, is alle<strong>en</strong> beperkt mogelijk. De door Kruissink et al. bestudeerde<br />

opsporings<strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong> zijn t<strong>en</strong> eerste alle uitgevoerd vóór de Wet<br />

BOB van kracht was, terwijl de zak<strong>en</strong> uit het nu voorligg<strong>en</strong>de <strong>onder</strong>zoek<br />

alle hebb<strong>en</strong> plaatsgevond<strong>en</strong> ná invoering van die wet. De juridische categorisering<br />

van de ingezette traject<strong>en</strong> verschilt daardoor; de door Kruissink<br />

et al. <strong>onder</strong>zochte traject<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> alle <strong>onder</strong> de noemer ‘infiltratie’<br />

geschaard terwijl sinds de Wet BOB de uitsplitsing tuss<strong>en</strong> SI, PK/PDV <strong>en</strong><br />

IF van kracht is. E<strong>en</strong> tweede red<strong>en</strong> is dat voor het mak<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> precieze,<br />

degelijke vergelijking, de zak<strong>en</strong> uit het <strong>onder</strong>zoeksmateriaal van Kruissink<br />

et al. aan dezelfde analyse <strong>onder</strong>worp<strong>en</strong> zoud<strong>en</strong> moet<strong>en</strong> word<strong>en</strong> als in het<br />

voorligg<strong>en</strong>de <strong>onder</strong>zoek is gebeurd. Mede omdat de betreff<strong>en</strong>de dossiers,<br />

van inmiddels wat oudere zak<strong>en</strong>, niet op het <strong>WODC</strong> toegankelijk zijn, is<br />

dit niet gedaan. Voor zover het mak<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> vergelijking wel mogelijk is,<br />

do<strong>en</strong> we dat hier<strong>onder</strong>.


212 <strong>Opspor<strong>en</strong></strong> <strong>onder</strong> <strong>dekmantel</strong><br />

Kruissink et al. <strong>onder</strong>zocht<strong>en</strong> 19 van de 22 zak<strong>en</strong> die in 1996 bij de CTC<br />

ter toetsing zijn voorgelegd. 251 Van de 19 <strong>onder</strong>zochte zak<strong>en</strong> is in 12 gevall<strong>en</strong><br />

ook daadwerkelijk e<strong>en</strong> undercovertraject ingezet <strong>en</strong> ook in de 3 niet<br />

<strong>onder</strong>zochte zak<strong>en</strong> heeft er waarschijnlijk <strong>uitvoering</strong> van e<strong>en</strong> undercovertraject<br />

plaatsgevond<strong>en</strong>. 252 In totaal is dus (waarschijnlijk) in 15 van de in<br />

1996 bij de CTC aangemelde zak<strong>en</strong> e<strong>en</strong> undercovertraject ingezet. Uit het<br />

nu voorligg<strong>en</strong>de <strong>onder</strong>zoek wet<strong>en</strong> we dat van alle in 2004 bij e<strong>en</strong> infiltratieteam<br />

aangemelde opsporings<strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong> er in 34 zak<strong>en</strong> e<strong>en</strong> undercovertraject<br />

is uitgevoerd.<br />

Het aantal ingezette undercovertraject<strong>en</strong> is dus toeg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>, van 15 in<br />

1996 naar 34 in 2004. 253 Dit hangt vooral sam<strong>en</strong> met e<strong>en</strong> toeg<strong>en</strong>om<strong>en</strong><br />

gebruik van e<strong>en</strong> specifiek soort undercovertraject, te wet<strong>en</strong> SI. Van de<br />

34 zak<strong>en</strong> uit 2004 gaat het 19 keer om SI. In het grootste deel van deze<br />

zak<strong>en</strong> gaat het om e<strong>en</strong> opsporings<strong>onder</strong>zoek naar e<strong>en</strong> gewelds- (inclusief<br />

brandstichting), terreur- of zed<strong>en</strong>-/m<strong>en</strong>s<strong>en</strong>handeldelict. De undercoverag<strong>en</strong>t<br />

moet dan informatie verzamel<strong>en</strong> die de betrokk<strong>en</strong>heid van de<br />

verdachte(ngroep) bij het betreff<strong>en</strong>de delict bevestigt (of juist weerlegt).<br />

Van de undercovertraject<strong>en</strong> die zijn ingezet in de 12 <strong>onder</strong>zochte zak<strong>en</strong> uit<br />

1996, is, wanneer we de categorisering van de Wet BOB gebruik<strong>en</strong>, echter<br />

maar 1 traject te beschouw<strong>en</strong> als SI. Ook <strong>en</strong>kele geïnterviewde respond<strong>en</strong>t<strong>en</strong><br />

hebb<strong>en</strong> e<strong>en</strong> to<strong>en</strong>em<strong>en</strong>d gebruik van SI, vooral bij lev<strong>en</strong>sdelict<strong>en</strong>,<br />

geconstateerd <strong>en</strong> ook in eerder <strong>onder</strong>zoek is deze ontwikkeling gesignaleerd<br />

(Beijer et al., 2004: 102-103).<br />

Vooral vanwege deze specifieke inzet van undercovertraject<strong>en</strong>, die in<br />

2004 dus veel <strong>en</strong> in 1996 maar heel weinig voorkomt, <strong>en</strong> ook vanwege de<br />

vrij kleine aantall<strong>en</strong> zak<strong>en</strong> <strong>en</strong> het ontbrek<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> gedetailleerd inzicht<br />

in de zak<strong>en</strong> uit 1996, is het mak<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> vergaande vergelijking van de<br />

opbr<strong>en</strong>gst<strong>en</strong> van de undercovertraject<strong>en</strong> uit beide periodes niet goed mogelijk.<br />

Wanneer we toch de opbr<strong>en</strong>gst<strong>en</strong> naast elkaar legg<strong>en</strong>, blijkt het volg<strong>en</strong>de.<br />

Van de 12 <strong>onder</strong>zochte zak<strong>en</strong> uit 1996 heeft in (waarschijnlijk) 2 gevall<strong>en</strong><br />

het undercovertraject e<strong>en</strong> belangrijke rol gespeeld bij de veroordeling van<br />

verdacht<strong>en</strong> (zie paragraaf 5.2). Van de 34 zak<strong>en</strong> uit 2004 heeft het undercovertraject<br />

7 keer e<strong>en</strong> bijdrage geleverd aan de veroordeling, waarvan in<br />

1 geval de bijdrage echter maar beperkt was. Het (afgeronde) perc<strong>en</strong>tage<br />

zak<strong>en</strong> waarin het undercovertraject bewijs heeft voortgebracht, is 17% (2<br />

van de 12) voor 1996 <strong>en</strong> 21% (7 van de 34) voor 2004.<br />

Behalve bewijs dat is gebruikt bij e<strong>en</strong> veroordeling, kan e<strong>en</strong> undercovertraject<br />

ook op andere wijze e<strong>en</strong> bijdrage lever<strong>en</strong> aan de opsporing <strong>en</strong>/<br />

of berechting. Van de 12 zak<strong>en</strong> uit 1996 heeft het undercovertraject in<br />

251 3 zak<strong>en</strong> zijn destijds buit<strong>en</strong> het <strong>onder</strong>zoek geblev<strong>en</strong>.<br />

252 Voor 1 van de 3 zak<strong>en</strong> is dat bek<strong>en</strong>d, voor de 2 andere is dat niet met zekerheid te zegg<strong>en</strong> maar we gaan<br />

ervan uit dat ook in die zak<strong>en</strong> e<strong>en</strong> traject is ingezet.<br />

253 De g<strong>en</strong>oemde jar<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> betrekking op het jaar waarin de zaak is aangemeld bij respectievelijk de<br />

CTC <strong>en</strong> het infiltratieteam. De feitelijke <strong>uitvoering</strong> van de traject<strong>en</strong> kan deels ook in latere jar<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong><br />

plaatsgevond<strong>en</strong>.


Inzet van undercovertraject<strong>en</strong> in de opsporingspraktijk: resultat<strong>en</strong>, effect<strong>en</strong> <strong>en</strong> risico’s 213<br />

3 gevall<strong>en</strong> sturingsinformatie opgeleverd. Sam<strong>en</strong> met de 2 zak<strong>en</strong> waarin<br />

het traject in bewijs heeft geresulteerd, kom<strong>en</strong> we dan uit op 42% (5 van de<br />

12). Voor de 34 zak<strong>en</strong> uit 2004 geldt dat 1 traject ‘alle<strong>en</strong>’ sturingsinformatie<br />

heeft voortgebracht, in 4 zak<strong>en</strong> kon het opsporingsteam dankzij het undercovertraject<br />

e<strong>en</strong> verdachte uitsluit<strong>en</strong> van verder <strong>onder</strong>zoek <strong>en</strong> 7 traject<strong>en</strong><br />

hebb<strong>en</strong> zoals gezegd e<strong>en</strong> rol gespeeld bij de veroordeling van verdacht<strong>en</strong>,<br />

hetge<strong>en</strong> tezam<strong>en</strong> optelt tot 35% (12 van de 34). 254 Het is echter de vraag<br />

of het sam<strong>en</strong>nem<strong>en</strong> van de verschill<strong>en</strong>de soort<strong>en</strong> van bijdrag<strong>en</strong>, te wet<strong>en</strong><br />

bewijs, uitsluiting van e<strong>en</strong> verdachte <strong>en</strong> sturingsinformatie, zinvol is. 255<br />

Al met al is het onverstandig om vergaande conclusies te verbind<strong>en</strong> aan<br />

deze vergelijking. Duidelijk is in ieder geval wel dat er in 2004 t<strong>en</strong> opzichte<br />

van 1996 in meer opsporings<strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong> e<strong>en</strong> undercovertraject is ingezet<br />

(voor zover deze opsporings<strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong> bij respectievelijk de CTC <strong>en</strong> het<br />

infiltratieteam zijn aangemeld) <strong>en</strong> dat er in 2004 veel vaker SI wordt toegepast<br />

<strong>en</strong> dan met name om de betrokk<strong>en</strong>heid van e<strong>en</strong> verdachte vast te stell<strong>en</strong><br />

bij e<strong>en</strong> ernstig gewelds-, terreur- of zed<strong>en</strong>-/m<strong>en</strong>s<strong>en</strong>handeldelict. E<strong>en</strong><br />

e<strong>en</strong>duidige vergelijking van de opbr<strong>en</strong>gst<strong>en</strong> van de undercovertraject<strong>en</strong><br />

uit beide periodes is niet goed mogelijk omdat: in 2004 voor e<strong>en</strong> belangrijk<br />

deel andersoortige traject<strong>en</strong> zijn ingezet; de absolute aantall<strong>en</strong> vrij klein<br />

zijn; <strong>en</strong> we ge<strong>en</strong> gedetailleerd inzicht hebb<strong>en</strong> in de zak<strong>en</strong> uit 1996.<br />

Beschouwing: onvoorspelbaarheid als ‘wez<strong>en</strong>sk<strong>en</strong>merk’ van undercovertraject<strong>en</strong><br />

Het belangrijkste geme<strong>en</strong>schappelijke k<strong>en</strong>merk van undercovertraject<strong>en</strong><br />

is waarschijnlijk de onvoorspelbaarheid van het verloop van die traject<strong>en</strong>.<br />

In teg<strong>en</strong>stelling tot veel andere opsporingsinstrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> bestaan undercovertraject<strong>en</strong><br />

uit interacties tuss<strong>en</strong> person<strong>en</strong>, tuss<strong>en</strong> undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong><br />

<strong>en</strong> subject<strong>en</strong>, in e<strong>en</strong> in beginsel ongecontroleerde sociale omgeving. Is<br />

m<strong>en</strong>selijk gedrag in het algeme<strong>en</strong> al moeilijk te voorspell<strong>en</strong> <strong>en</strong> ‘plann<strong>en</strong>’,<br />

voor criminel<strong>en</strong> lijkt dat zeker te geld<strong>en</strong>; contact<strong>en</strong> met subject<strong>en</strong> lop<strong>en</strong><br />

regelmatig niet als verwacht, informatie over handelskwalificaties van<br />

criminel<strong>en</strong> blijkt regelmatig niet te klopp<strong>en</strong> <strong>en</strong> afsprak<strong>en</strong> of toezegging<strong>en</strong><br />

254 In e<strong>en</strong> aantal zak<strong>en</strong> had het undercovertraject meerdere van de g<strong>en</strong>oemde bijdrag<strong>en</strong> aan opsporing <strong>en</strong>/<br />

of berechting. Zo leverde het undercovertraject in e<strong>en</strong> zaak bewijs op voor e<strong>en</strong> deel van de verd<strong>en</strong>king<br />

<strong>en</strong> kon op basis van het undercovertraject de verdachte van e<strong>en</strong> ander deel van de verd<strong>en</strong>king word<strong>en</strong><br />

uitgeslot<strong>en</strong> (A29).<br />

255 Hoewel de g<strong>en</strong>oemde bijdrag<strong>en</strong> alle van belang zijn, zal aan bewijs in het algeme<strong>en</strong> meer waarde<br />

word<strong>en</strong> gehecht dan aan het g<strong>en</strong>erer<strong>en</strong> van sturingsinformatie. E<strong>en</strong> bewijs draagt immers direct<br />

bij aan de veroordeling van e<strong>en</strong> verdachte, terwijl sturingsinformatie doorgaans vooral de inzet van<br />

andere opsporingsinstrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> t<strong>en</strong> goede komt <strong>en</strong> daarmee hoogst<strong>en</strong>s indirect bijdraagt aan de<br />

bewijsvergaring <strong>en</strong> veroordeling. Het hoofddoel van de inzet van e<strong>en</strong> undercovertraject is dan ook<br />

doorgaans bewijsvergaring (of het verkrijg<strong>en</strong> van uitsluitsel over de betrokk<strong>en</strong>heid van e<strong>en</strong> verdachte<br />

bij e<strong>en</strong> delict). Ook informatie op basis waarvan e<strong>en</strong> verdachte kan word<strong>en</strong> uitgeslot<strong>en</strong> van verder<br />

<strong>onder</strong>zoek is waarschijnlijk vaak van meer invloed <strong>en</strong> belang dan het verkrijg<strong>en</strong> van sturingsinformatie.<br />

Ev<strong>en</strong>als e<strong>en</strong> veroordeling betek<strong>en</strong>t e<strong>en</strong> uitsluiting dat zekerheid is verkreg<strong>en</strong> (althans volg<strong>en</strong>s het<br />

rechtscollege respectievelijk het opsporingsteam) omtr<strong>en</strong>t de betrokk<strong>en</strong>heid van e<strong>en</strong> verdachte bij e<strong>en</strong><br />

delict. Op basis van die waarheidsvinding kan e<strong>en</strong> <strong>onder</strong>zoek of <strong>onder</strong>zoeksrichting word<strong>en</strong> afgeslot<strong>en</strong>.


214 <strong>Opspor<strong>en</strong></strong> <strong>onder</strong> <strong>dekmantel</strong><br />

word<strong>en</strong> vaak niet waargemaakt. We gev<strong>en</strong> hier<strong>onder</strong> voorbeeld<strong>en</strong> van<br />

deze weerbarstigheid.<br />

Het verloop van de contact<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> de undercoverag<strong>en</strong>t <strong>en</strong> het subject is<br />

zoals gezegd geregeld niet zoals van tevor<strong>en</strong> verwacht (of gehoopt):<br />

– Zo kan het voorkom<strong>en</strong> dat het er helemaal ge<strong>en</strong> contact kan word<strong>en</strong><br />

gemaakt, bijvoorbeeld omdat de goede mogelijkhed<strong>en</strong> tot contact die<br />

bij aanvang van het undercovertraject lijk<strong>en</strong> te bestaan vervall<strong>en</strong> omdat<br />

het subject plotseling niet meer in de betreff<strong>en</strong>de uitgaansgeleg<strong>en</strong>heid<br />

komt, bijvoorbeeld omdat hij er niet meer in mag.<br />

Dat er helemaal ge<strong>en</strong> contact gemaakt kan word<strong>en</strong> met het subject<br />

gebeurt echter niet vaak (zie paragraaf 4.5.1). Het legg<strong>en</strong> van contact is<br />

echter natuurlijk nog maar het begin van het traject:<br />

– In e<strong>en</strong> aantal zak<strong>en</strong> wordt wel contact gemaakt met het subject, maar<br />

slaagt de undercoverag<strong>en</strong>t er niet in om via het subject bij de hoofdverdachte<br />

te kom<strong>en</strong>, omdat de verme<strong>en</strong>de relatie tuss<strong>en</strong> het subject <strong>en</strong><br />

de hoofdverdachte niet (meer) bestaat of omdat gemaakte afsprak<strong>en</strong><br />

steeds word<strong>en</strong> afgezegd.<br />

– Of het contact met de hoofdverdachte blijft heel beperkt, omdat de<br />

hoofdverdachte e<strong>en</strong> zeer beperkt sociaal lev<strong>en</strong> heeft, alle<strong>en</strong> met<br />

goede bek<strong>en</strong>d<strong>en</strong> zak<strong>en</strong> doet <strong>en</strong>/of erg achterdochtig is, wat hem nogal<br />

ontoegankelijk maakt; of omdat hij plotseling door e<strong>en</strong> onverwachte<br />

gebeur t<strong>en</strong>is niet meer verschijnt in de omgeving waar de contact<strong>en</strong> zijn<br />

gelegd.<br />

Het duidelijkst komt het onvoorspelbare karakter van de undercovertraject<strong>en</strong><br />

naar vor<strong>en</strong> in de zakelijke transacties die de undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong><br />

met verdacht<strong>en</strong> prober<strong>en</strong> te volbr<strong>en</strong>g<strong>en</strong>. Voorg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> PK’<strong>en</strong> blijk<strong>en</strong> vaak<br />

niet volg<strong>en</strong>s de vooraf gemaakte opzet of afsprak<strong>en</strong> te verlop<strong>en</strong>. Kijk<strong>en</strong> we<br />

nog e<strong>en</strong>s naar de PK-traject<strong>en</strong> die zelfstandig (10) of in combinatie met SI<br />

(5) zijn uitgevoerd (dus niet in combinatie met of als <strong>onder</strong>deel van e<strong>en</strong><br />

IF-traject), dan zi<strong>en</strong> we dat van de 15 PK-traject<strong>en</strong> er in ieder geval 10 niet<br />

volg<strong>en</strong>s plan verlop<strong>en</strong>. De PK’<strong>en</strong> die in combinatie met of als <strong>onder</strong>deel<br />

van e<strong>en</strong> IF-traject zijn ingezet, gev<strong>en</strong> e<strong>en</strong> nog weerbarstiger beeld. Van de<br />

13 bestudeerde zak<strong>en</strong> waarin e<strong>en</strong> IF-traject is uitgevoerd <strong>en</strong> waarbij ook<br />

contact is gemaakt met het subject, was het in 12 zak<strong>en</strong> de bedoeling om<br />

uiteindelijk één of meerdere PK’<strong>en</strong> te verricht<strong>en</strong>. 256 In die 12 traject<strong>en</strong> zijn<br />

de PK’<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> <strong>en</strong>kele keer geheel volg<strong>en</strong>s plan verlop<strong>en</strong>.<br />

– Óf e<strong>en</strong> PK gaat helemaal niet door, omdat:<br />

− de verdachte niet kan of niet wil (te achterdochtig) lever<strong>en</strong> (of<br />

kop<strong>en</strong>), zoals in e<strong>en</strong> zaak waarin na de aanslag<strong>en</strong> van 11 september<br />

2001 de verdachte zijn wap<strong>en</strong>handel niet wil voortzett<strong>en</strong> vanwege<br />

256 In 1 zaak was het de bedoeling te kom<strong>en</strong> tot e<strong>en</strong> pseudo-verkoop.


Inzet van undercovertraject<strong>en</strong> in de opsporingspraktijk: resultat<strong>en</strong>, effect<strong>en</strong> <strong>en</strong> risico’s 215<br />

aangescherpte gr<strong>en</strong>scontroles of de zaak waarin e<strong>en</strong> verdachte<br />

ge<strong>en</strong> wa p<strong>en</strong>s kan lever<strong>en</strong> omdat zijn leverancier in Oost-Europa is<br />

opgepakt;<br />

− de goeder<strong>en</strong> al verkocht zijn;<br />

− de contact<strong>en</strong> met hoofdverdachte te summier zijn;<br />

− de verdachte waarschijnlijk wel zou kunn<strong>en</strong> lever<strong>en</strong> maar de PK<br />

teg<strong>en</strong> de verwachting in nog niet tot stand is gebracht op het mom<strong>en</strong>t<br />

dat op e<strong>en</strong> lang van tevor<strong>en</strong> geplande ‘actiedag’ er aanhouding<strong>en</strong><br />

plaatsvind<strong>en</strong>;<br />

− de verdachte wel zou kunn<strong>en</strong> lever<strong>en</strong> maar dan alle<strong>en</strong> via e<strong>en</strong> persoon<br />

die niet behoort tot de kring van verdacht<strong>en</strong> waarop het <strong>onder</strong>zoek<br />

zich richt, in welk geval de PK niet zou bijdrag<strong>en</strong> aan de doel<strong>en</strong><br />

van het betreff<strong>en</strong>de opsporings<strong>onder</strong>zoek, <strong>en</strong> om die red<strong>en</strong> dan ook<br />

van de kant van de undercoverag<strong>en</strong>t wordt afgezegd; of<br />

− de verdachte (vermoedelijk) niet uit is op e<strong>en</strong> deal maar op e<strong>en</strong> ripdeal,<br />

dat wil zegg<strong>en</strong> dat eerstg<strong>en</strong>oemde niet daadwerkelijk van plan<br />

is om iets te verkop<strong>en</strong> aan de undercoverag<strong>en</strong>t maar erop uit is om<br />

hem van zijn geld te berov<strong>en</strong>.<br />

– Óf de PK gaat wel door, maar:<br />

− de goeder<strong>en</strong> (drugs) zijn pas aangekocht nadat de verdacht<strong>en</strong> niet in<br />

staat blek<strong>en</strong> om de goeder<strong>en</strong> te lever<strong>en</strong> waarop het <strong>onder</strong>zoek zich<br />

oorspronkelijk richtte (wap<strong>en</strong>s);<br />

− de omvang van de PK is kleiner dan oorspronkelijk verwacht omdat<br />

het subject zijn toezegging<strong>en</strong> niet kan nakom<strong>en</strong> (bluf);<br />

− de PK komt pas tot stand na e<strong>en</strong> eerdere mislukte poging(<strong>en</strong>);<br />

− het geleverde materiaal blijkt niet aan de verwachting<strong>en</strong> te voldo<strong>en</strong>,<br />

zoals in het geval van zeer sterk versned<strong>en</strong> drugs of precursor<strong>en</strong>,<br />

of de aangekochte goeder<strong>en</strong> blijk<strong>en</strong> vanuit opsporingsperspectief<br />

(bij nader inzi<strong>en</strong>) ge<strong>en</strong> waarde te hebb<strong>en</strong>, zoals in het geval aangeschafte<br />

informatiedragers ge<strong>en</strong> kinderpornografische afbeelding<strong>en</strong><br />

blijk<strong>en</strong> te bevatt<strong>en</strong> <strong>en</strong> zoals in de zaak waarin de burger die de zaak<br />

had aangebracht bij nader inzi<strong>en</strong> toch niet met zekerheid kan zegg<strong>en</strong><br />

of de goeder<strong>en</strong> die via e<strong>en</strong> PK van e<strong>en</strong> aanbieder op internet zijn<br />

ge kocht, van diefstal uit zijn bedrijf afkomstig zijn.<br />

Dat PK’<strong>en</strong> vaak niet zoals ‘gepland’ verlop<strong>en</strong>, wil niet zegg<strong>en</strong> dat ze dus<br />

ge<strong>en</strong> bijdrage lever<strong>en</strong> aan de opsporing <strong>en</strong>/of berechting. E<strong>en</strong> wel maar<br />

niet helemaal zoals verwacht uitgevoerde PK kan natuurlijk nog steeds<br />

bewijs g<strong>en</strong>erer<strong>en</strong>, wat in verschill<strong>en</strong>de zak<strong>en</strong> ook is gebeurd. Zelfs níetuitgevoerde<br />

PK’<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> bewijs oplever<strong>en</strong>. Zo zijn in 2 zak<strong>en</strong> de voorbereiding<strong>en</strong><br />

die verdacht<strong>en</strong> hadd<strong>en</strong> gedaan voor e<strong>en</strong> PK die uiteindelijk<br />

nooit volbracht is, gebruikt als bewijs bij de veroordeling van h<strong>en</strong>. Verder<br />

komt het ook e<strong>en</strong> <strong>en</strong>kele keer voor dat de feitelijke ontwikkeling van de<br />

contact<strong>en</strong> met e<strong>en</strong> subject, (in eerste instantie) juist in positieve zin afwij-


216 <strong>Opspor<strong>en</strong></strong> <strong>onder</strong> <strong>dekmantel</strong><br />

k<strong>en</strong> van de verwachte ontwikkeling. Zo verlop<strong>en</strong> in 2 zak<strong>en</strong> de contact<strong>en</strong>,<br />

vanuit het perspectief van de opsporing bezi<strong>en</strong>, voorspoediger dan<br />

verwacht, zoals in de zaak waarin de verdachte onverwacht snel erg op<strong>en</strong><br />

is teg<strong>en</strong>over de undercoverag<strong>en</strong>t over zijn betrokk<strong>en</strong>heid bij wap<strong>en</strong>- <strong>en</strong><br />

drugshandel.<br />

Onverwachte ontwikkeling<strong>en</strong> hoev<strong>en</strong> dus niet noodzakelijkerwijs e<strong>en</strong><br />

undercovertraject te do<strong>en</strong> mislukk<strong>en</strong>. In het algeme<strong>en</strong> werk<strong>en</strong> ze echter<br />

wel negatief uit op het verloop <strong>en</strong>/of de uitkomst<strong>en</strong> van het traject: traject<strong>en</strong><br />

dur<strong>en</strong> er langer door of bereik<strong>en</strong> niet het beoogde resultaat. Vanwege<br />

de grote frequ<strong>en</strong>tie, in de <strong>onder</strong>zochte zak<strong>en</strong> althans, waarmee afsprak<strong>en</strong><br />

niet word<strong>en</strong> nagekom<strong>en</strong>, toezegging<strong>en</strong> niet word<strong>en</strong> waargemaakt,<br />

handelskwaliteit<strong>en</strong> niet blijk<strong>en</strong> te klopp<strong>en</strong> of PK-traject<strong>en</strong> anderszins niet<br />

aan de verwachting<strong>en</strong> voldo<strong>en</strong>, is het in ieder geval niet makkelijk om efficiënt<br />

zak<strong>en</strong> te do<strong>en</strong> met criminel<strong>en</strong>.<br />

Dat geldt dus ook voor de relatief ‘e<strong>en</strong>voudige’ zak<strong>en</strong>, dat wil zegg<strong>en</strong> zak<strong>en</strong><br />

die niet heel complex zijn. Undercovertraject<strong>en</strong> <strong>en</strong> vooral IF word<strong>en</strong> vaak<br />

ingezet in moeilijke zak<strong>en</strong>, dat wil zegg<strong>en</strong> zak<strong>en</strong> waarin andere middel<strong>en</strong><br />

hebb<strong>en</strong> gefaald of dat naar verwachting zull<strong>en</strong> do<strong>en</strong>. Zelfstandige PK’<strong>en</strong><br />

(dus niet sam<strong>en</strong> met SI of IF) zijn in de door ons <strong>onder</strong>zochte zak<strong>en</strong> echter<br />

hoofdzakelijk ingezet omdat zich in de og<strong>en</strong> van het opsporingsteam e<strong>en</strong><br />

goede kans voordeed om via dit middel de betreff<strong>en</strong>de zaak tot e<strong>en</strong> goed<br />

einde te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>. Dit zijn vaak relatief e<strong>en</strong>voudige zak<strong>en</strong> waarin de politie<br />

op de hoogte is gekom<strong>en</strong> van het feit dat e<strong>en</strong> verdachte (via internet)<br />

verbod<strong>en</strong>/illegale goeder<strong>en</strong> aanbiedt (of heeft besteld). Het ‘<strong>en</strong>ige’ wat<br />

in deze zak<strong>en</strong> hoeft te gebeur<strong>en</strong> is dat e<strong>en</strong> undercoverag<strong>en</strong>t ingaat op de<br />

aangebod<strong>en</strong> goeder<strong>en</strong> <strong>en</strong> de betreff<strong>en</strong>de waar afneemt. Zo beschouwd<br />

bied<strong>en</strong> de omstandighed<strong>en</strong> van dergelijke zak<strong>en</strong>, zeker in vergelijking<br />

met meer complexe zak<strong>en</strong> waarin pas na e<strong>en</strong> langdurig voortraject zicht<br />

ontstaat op e<strong>en</strong> PK/PDV, de opsporing e<strong>en</strong> goede kans. Het feit dat die<br />

kans zich voordeed, is dan ook de red<strong>en</strong> waarom in deze zak<strong>en</strong> voor de<br />

inzet van e<strong>en</strong> undercovertraject is gekoz<strong>en</strong> (zie uitleg bij tabel 7 in paragraaf<br />

4.3.2). Van de 10 zak<strong>en</strong> waarin alle<strong>en</strong> het middel PK is ingezet, is<br />

het echter maar in 4 gevall<strong>en</strong> ook tot e<strong>en</strong> PK gekom<strong>en</strong> <strong>en</strong> van die 4 keer<br />

heeft de PK maar in 3 zak<strong>en</strong> e<strong>en</strong> bijdrage geleverd aan de berechting (zie<br />

uitleg bij tabel 13 in paragraaf 5.3.3). Hieruit blijkt dat het ook bij relatief<br />

‘e<strong>en</strong>voudig’ uit te voer<strong>en</strong> operaties zeker niet altijd ‘makkelijk’ is om tot<br />

e<strong>en</strong> succesvolle PK <strong>en</strong> e<strong>en</strong> succesvol einde van het undercovertraject te<br />

kom<strong>en</strong>.


Inzet van undercovertraject<strong>en</strong> in de opsporingspraktijk: resultat<strong>en</strong>, effect<strong>en</strong> <strong>en</strong> risico’s 217<br />

5.4 Het wettelijk kader toegepast in de praktijk<br />

5.4.1 Het <strong>onder</strong>scheid tuss<strong>en</strong> de drie undercoverbevoegdhed<strong>en</strong><br />

Door <strong>en</strong>kele respond<strong>en</strong>t<strong>en</strong> is erop gewez<strong>en</strong> dat er in concrete gevall<strong>en</strong><br />

vrag<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> zijn omtr<strong>en</strong>t welke van de drie undercoverbevoegdhed<strong>en</strong><br />

precies van toepassing is. Het gaat dan <strong>en</strong>erzijds om het <strong>onder</strong>scheid<br />

tuss<strong>en</strong> IF <strong>en</strong> meerdere, successievelijke PK’<strong>en</strong> al dan niet in combinatie<br />

met SI. Anderzijds kan het bij hele kortdur<strong>en</strong>de, relatief e<strong>en</strong>voudige<br />

‘PK’<strong>en</strong>’ onduidelijk zijn of e<strong>en</strong> bevel PK sowieso wel nodig is. Stel dat e<strong>en</strong><br />

opsporingsambt<strong>en</strong>aar bijvoorbeeld op de Albert Cuypmarkt in Amsterdam<br />

kleding koopt die mogelijk afkomstig is van e<strong>en</strong> gestol<strong>en</strong> partij, is het dan<br />

nodig om e<strong>en</strong> bevel PK uit te vaardig<strong>en</strong>, zo vraagt e<strong>en</strong> geïnterviewde OvJ<br />

zich af. 257<br />

Uit de interviews blijkt echter niet dat de afbak<strong>en</strong>ing van de undercoverbevoegdhed<strong>en</strong><br />

tot echte problem<strong>en</strong> leidt in de <strong>uitvoering</strong> (zie ook Beijer<br />

et al., 2004: 65). Mocht e<strong>en</strong> OvJ zich in voorkom<strong>en</strong>de gevall<strong>en</strong> overig<strong>en</strong>s<br />

afvrag<strong>en</strong> hoe het wettelijk kader voor undercovertraject<strong>en</strong> precies toegepast<br />

moet word<strong>en</strong>, dan kan de casus word<strong>en</strong> voorgelegd aan de CTC, die<br />

zoals gezegd niet alle<strong>en</strong> e<strong>en</strong> taak heeft bij formele toetsing<strong>en</strong> maar ook<br />

e<strong>en</strong> adviser<strong>en</strong>de taak heeft richting OvJ’<strong>en</strong> (zie paragraaf 4.3.1). Verder<br />

stell<strong>en</strong> we vast dat de aan- of afwezigheid van e<strong>en</strong> door de OvJ uitgevaardigd<br />

bevel op zichzelf zeker niet betek<strong>en</strong>t dat de <strong>uitvoering</strong> van e<strong>en</strong><br />

bevoegdheid dus ook respectievelijk recht- of juist onrechtmatig is. Het<br />

oordeel over de toelaatbaarheid van de toepassing van e<strong>en</strong> bepaalde<br />

bevoegdheid is aan de rechter. Daarbij speelt de vraag of de betreff<strong>en</strong>de<br />

opsporingsbevoegdheid is ingezet <strong>onder</strong> het bijbehor<strong>en</strong>de bevel natuurlijk<br />

e<strong>en</strong> belangrijke rol, maar niet e<strong>en</strong> allesbesliss<strong>en</strong>de. Bij het oordeel over de<br />

toelaatbaarheid is <strong>onder</strong> andere de mogelijkheid tot rechterlijke controle<br />

– aan de hand van e<strong>en</strong> adequate verslaglegging (verbalisering) door<br />

het opsporingsteam – <strong>en</strong> de vraag of de bevoegdheid al dan niet <strong>onder</strong><br />

toezicht van de OvJ is ingezet van belang. Is die rechterlijke controle van<br />

de inzet van het middel inderdaad mogelijk <strong>en</strong> heeft de inzet inderdaad<br />

plaatsgevond<strong>en</strong> <strong>onder</strong> toezicht van de OvJ, dan kan ook bijvoorbeeld e<strong>en</strong><br />

PK z<strong>onder</strong> de aanwezigheid van e<strong>en</strong> bevel toch rechtmatig zijn (Nieuw<strong>en</strong>huis,<br />

2007: 67, 68). 258<br />

E<strong>en</strong> ander elem<strong>en</strong>t van het <strong>onder</strong>scheid tuss<strong>en</strong> de drie undercoverbevoegdhed<strong>en</strong><br />

betreft de relatie tuss<strong>en</strong> de zwaarte van de juridische<br />

voorwaard<strong>en</strong>, dat wil zegg<strong>en</strong> de proportionaliteits- <strong>en</strong> subsidiariteitseis<br />

<strong>en</strong> de aanvraagprocedure, die bij de verschill<strong>en</strong>de undercoverbevoegd-<br />

257 De betreff<strong>en</strong>de OvJ gaf e<strong>en</strong> ander voorbeeld, namelijk van e<strong>en</strong> reële casus. Wij hebb<strong>en</strong> de exacte feit<strong>en</strong><br />

uit die casus zodanig veranderd dat het weergegev<strong>en</strong> voorbeeld niet herleidbaar is tot de werkelijke<br />

casus maar inhoudelijk wel vergelijkbaar is.<br />

258 Natuurlijk moet de inzet ook aan andere eis<strong>en</strong> voldo<strong>en</strong>, zoals de proportionaliteits- <strong>en</strong> subsidiariteitseis.


218 <strong>Opspor<strong>en</strong></strong> <strong>onder</strong> <strong>dekmantel</strong><br />

hed<strong>en</strong> geld<strong>en</strong> aan de <strong>en</strong>e kant <strong>en</strong> de gepercipieerde ingrijp<strong>en</strong>dheid van de<br />

concrete <strong>uitvoering</strong> van die bevoegdhed<strong>en</strong> aan de andere kant.<br />

Juridisch gezi<strong>en</strong> geld<strong>en</strong> voor IF str<strong>en</strong>gere voorwaard<strong>en</strong> dan voor dan voor<br />

PK/PDV <strong>en</strong> de voorwaard<strong>en</strong> voor PK/PDV zijn weer str<strong>en</strong>ger dan die voor<br />

SI. In de evaluatie van de Wet BOB is opgemerkt dat vooral de toepassing<br />

van SI bij lev<strong>en</strong>sdelict<strong>en</strong> in de praktijk echter zwaarder <strong>en</strong> ingrijp<strong>en</strong>der<br />

kan zijn dan IF. Deze constatering is te meer relevant daar we hebb<strong>en</strong><br />

gezi<strong>en</strong> dat dergelijke toepassing<strong>en</strong> van SI relatief vaak voorkom<strong>en</strong> <strong>en</strong> in de<br />

loop der tijd ook zijn toeg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> (zie paragraaf 4.3.2).<br />

Bij e<strong>en</strong> IF-traject zal e<strong>en</strong> undercoverag<strong>en</strong>t vaak prober<strong>en</strong> te kom<strong>en</strong> tot<br />

e<strong>en</strong> PK/PDV. Om dat te bereik<strong>en</strong> moet hij op zakelijk vlak op de e<strong>en</strong> of<br />

andere manier aantrekkelijk zijn voor het subject. Het subject moet<br />

ervan overtuigd rak<strong>en</strong> dat de undercoverag<strong>en</strong>t hem iets heeft te bied<strong>en</strong>,<br />

bijvoorbeeld bepaalde faciliteit<strong>en</strong> die in de drugshandel goed van pas<br />

kom<strong>en</strong> of simpelweg financieel vermog<strong>en</strong> waarmee drugs bij het subject<br />

afg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong>. Om uiteindelijk tot e<strong>en</strong> transactie te kom<strong>en</strong>,<br />

moet er natuurlijk sprake zijn van e<strong>en</strong> zeker vertrouw<strong>en</strong> van het subject<br />

in de undercoverag<strong>en</strong>t. Hoewel het daarbij zal help<strong>en</strong> als het subject <strong>en</strong><br />

de undercoverag<strong>en</strong>t elkaar ook persoonlijk ‘e<strong>en</strong> beetje ligg<strong>en</strong>’, gaat het<br />

toch vooral om vertrouw<strong>en</strong> op zakelijk terrein: kan hij (de undercoverag<strong>en</strong>t)<br />

de faciliteit<strong>en</strong> of het geld wel echt lever<strong>en</strong>; zal hij achter de rug van<br />

het subject om ge<strong>en</strong> zak<strong>en</strong> do<strong>en</strong> met de leveranciers van het subject; <strong>en</strong><br />

natuurlijk: is hij wel wie hij zegt dat hij is? Wanneer dezelfde undercoverag<strong>en</strong>t<br />

echter wordt ingezet in e<strong>en</strong> SI-traject waarbij hij bijvoorbeeld moet<br />

achterhal<strong>en</strong> of e<strong>en</strong> man zijn vrouw heeft vermoord, zal hij e<strong>en</strong> heel andere<br />

relatie moet<strong>en</strong> zi<strong>en</strong> op te bouw<strong>en</strong> met het subject. Wil de man in kwestie<br />

immers gaan prat<strong>en</strong> teg<strong>en</strong> de undercoverag<strong>en</strong>t, dan zal hij hem persoonlijk<br />

moet<strong>en</strong> vertrouw<strong>en</strong>. Soms zal dat vertrouw<strong>en</strong> pas ontstaan wanneer<br />

beid<strong>en</strong> e<strong>en</strong> bepaalde persoonlijke, emotionele band hebb<strong>en</strong> opgebouwd.<br />

Het je inlev<strong>en</strong> in de gesteldheid van het subject, het opbouw<strong>en</strong> van zo’n<br />

relatie <strong>en</strong> het vervolg<strong>en</strong>s schad<strong>en</strong> van het vertrouw<strong>en</strong> van het subject<br />

door belast<strong>en</strong>de informatie over hem te verklar<strong>en</strong>, kan psychologisch veel<br />

belast<strong>en</strong>der zijn voor de undercoverag<strong>en</strong>t <strong>en</strong> het subject dan wanneer de<br />

undercoverag<strong>en</strong>t e<strong>en</strong> ‘drugshandelaar’ speelt (Beijer et al., 2004: 103-104).<br />

Het door de undercoverag<strong>en</strong>t aansprek<strong>en</strong> van zijn empathische vermog<strong>en</strong>s<br />

jeg<strong>en</strong>s het subject, kan extra moeilijk zijn wanneer het gaat om specifieke,<br />

als zeer gruwelijk of ‘slecht’ ervar<strong>en</strong> delict<strong>en</strong>. Daar komt nog bij<br />

dat plegers van ernstige geweldsdelict<strong>en</strong> relatief vaak e<strong>en</strong> pathologische<br />

achtergrond hebb<strong>en</strong> (Laajasalo & Hakkan<strong>en</strong>, 2004; Serin, 1996, beide in<br />

D<strong>en</strong> Hartogh et al., 2005: 12), wat vanwege de mogelijke onberek<strong>en</strong>baarheid<br />

van dergelijke subject<strong>en</strong> gevolg<strong>en</strong> kan hebb<strong>en</strong> voor het undercovertraject.<br />

E<strong>en</strong> teamchef van e<strong>en</strong> infiltratieteam verwoordt dit als volgt:


Inzet van undercovertraject<strong>en</strong> in de opsporingspraktijk: resultat<strong>en</strong>, effect<strong>en</strong> <strong>en</strong> risico’s 219<br />

‘(…) maar SI traject<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> ook e<strong>en</strong> behoorlijke impact hebb<strong>en</strong>. (…)<br />

De infiltrant is wel met e<strong>en</strong> (…) op pad. Je moet ieder woord afweg<strong>en</strong><br />

als je met e<strong>en</strong> moord<strong>en</strong>aar met e<strong>en</strong> persoonlijkheidsstoornis te mak<strong>en</strong><br />

hebt.’<br />

5.4.2 Het doorlaatverbod<br />

Artikel 126ff Wetboek van Strafvordering (Sv) verplicht e<strong>en</strong> opsporingsambt<strong>en</strong>aar<br />

om over te gaan tot inbeslagname wanneer hij door de toepassing<br />

van e<strong>en</strong> bijz<strong>onder</strong>e opsporingsbevoegdheid ‘de vindplaats weet<br />

van voorwerp<strong>en</strong> waarvan het aanwezig hebb<strong>en</strong> of voorhand<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong><br />

ingevolge de wet verbod<strong>en</strong> is vanwege hun schadelijkheid voor de volksgezondheid<br />

of hun gevaar voor de veiligheid’. Deze bepaling is bek<strong>en</strong>d<br />

<strong>onder</strong> de term doorlaatverbod. In de praktijk gaat het bij deze voorwerp<strong>en</strong><br />

vooral om (hard)drugs <strong>en</strong> vuurwap<strong>en</strong>s maar ook m<strong>en</strong>s<strong>en</strong>smokkel valt<br />

<strong>onder</strong> het doorlaatverbod. Ev<strong>en</strong>tueel <strong>en</strong> <strong>onder</strong> bepaalde voorwaard<strong>en</strong> kan<br />

de inbeslagname tijdelijk word<strong>en</strong> uitgesteld. Alle<strong>en</strong> wanneer sprake is van<br />

e<strong>en</strong> zwaarweg<strong>en</strong>d opsporingsbelang <strong>en</strong> na goedkeuring door het College<br />

van PG’s <strong>en</strong> de Minister van Justitie, <strong>en</strong> in het geval van m<strong>en</strong>s<strong>en</strong>smokkel<br />

wanneer het bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> m<strong>en</strong>sonwaardige gevolg<strong>en</strong> heeft voor de<br />

gesmokkelde person<strong>en</strong>, mag van inbeslagname word<strong>en</strong> afgezi<strong>en</strong> – oftewel<br />

mag word<strong>en</strong> doorgelat<strong>en</strong> (zie paragraaf 2.3.2).<br />

Zeker bij opsporingsbevoegdhed<strong>en</strong> als telefoontaps <strong>en</strong> undercovertraject<strong>en</strong><br />

bestaat kans dat opsporingsambt<strong>en</strong>ar<strong>en</strong> k<strong>en</strong>nis verkrijg<strong>en</strong> van<br />

g<strong>en</strong>oemde zak<strong>en</strong>. In sommige gevall<strong>en</strong> zou het overgaan tot (e<strong>en</strong> poging<br />

tot) inbeslagname de belang<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> opsporings<strong>onder</strong>zoek kunn<strong>en</strong><br />

schad<strong>en</strong>. Stel bijvoorbeeld dat e<strong>en</strong> undercoverag<strong>en</strong>t wordt ingezet in e<strong>en</strong><br />

opsporings<strong>onder</strong>zoek teg<strong>en</strong> e<strong>en</strong> groepering die wordt verdacht van grootschalige<br />

handel in drugs <strong>en</strong> dat deze undercoverag<strong>en</strong>t min of meer op<br />

het punt staat om e<strong>en</strong> omvangrijke PK tot stand te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong> <strong>en</strong> in contact<br />

te kom<strong>en</strong> met de, tot dan onbek<strong>en</strong>de, organisator van drugstransport<strong>en</strong>.<br />

Wanneer de undercoverag<strong>en</strong>t tijd<strong>en</strong>s zijn contact<strong>en</strong> met tuss<strong>en</strong>person<strong>en</strong><br />

k<strong>en</strong>nis verkrijgt van de vindplaats van 200 gram cocaïne <strong>en</strong> onmiddellijk<br />

beslot<strong>en</strong> wordt om deze 200 gram in beslag te nem<strong>en</strong>, kan die actie ertoe<br />

leid<strong>en</strong> dat het opsporings<strong>onder</strong>zoek grot<strong>en</strong>deels ‘stuk’ raakt; doordat<br />

verdacht<strong>en</strong> al zijn aangehoud<strong>en</strong>, de undercoverag<strong>en</strong>t zijn cover verliest <strong>en</strong>/<br />

of de (overige) verdacht<strong>en</strong> erg voorzichtig word<strong>en</strong>, zal de betrokk<strong>en</strong>heid<br />

van de groepering bij grotere hoeveelhed<strong>en</strong> drugs dan niet meer aangetoond<br />

kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong>.<br />

In de opsporingspraktijk echter blijkt het hanter<strong>en</strong> van het doorlaatverbod<br />

werkbaar. Wel wordt als gevolg van het verbod in e<strong>en</strong> opsporings<strong>onder</strong>zoek<br />

soms wat eerder overgegaan tot aanhouding<strong>en</strong> dan het<br />

opsporingsteam eig<strong>en</strong>lijk had gewild, maar daarmee kom<strong>en</strong> dan niet de<br />

oorspronkelijke doel<strong>en</strong> van het <strong>onder</strong>zoek fundam<strong>en</strong>teel in gevaar. Er<br />

word<strong>en</strong> dan ook weinig of ge<strong>en</strong> voorbeeld<strong>en</strong> gevond<strong>en</strong> van opsporings-


220 <strong>Opspor<strong>en</strong></strong> <strong>onder</strong> <strong>dekmantel</strong><br />

<strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong> die vanwege het doorlaatverbod echt ‘stuk’ liep<strong>en</strong>. Dit blijkt<br />

zowel uit <strong>onder</strong>havig <strong>onder</strong>zoek als uit de evaluatie van de Wet BOB<br />

(Beijer et al., 2004: 115-124; zie ook Nieuw<strong>en</strong>huis, 2007: 92-93 <strong>en</strong> Kamerstukk<strong>en</strong><br />

II 2004/05, 29 940, nr. 1, p. 9-10).<br />

De praktische werkbaarheid van het doorlaatverbod hangt met vier factor<strong>en</strong><br />

sam<strong>en</strong>. T<strong>en</strong> eerste is in de jurisprud<strong>en</strong>tie het wet<strong>en</strong> van de vindplaats<br />

vrij nauw geïnterpreteerd <strong>en</strong> is de plicht tot inbeslagname bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong><br />

beperkt tot situaties waarin de concrete omstandighed<strong>en</strong> ingrijp<strong>en</strong> mogelijk<br />

mak<strong>en</strong>. Het Gerechtshof ’s-Hertog<strong>en</strong>bosch heeft het doorlaatverbod<br />

als volgt uitgelegd: ‘Dit betek<strong>en</strong>t dat van “wet<strong>en</strong>” in de zin van g<strong>en</strong>oemd<br />

artikel slechts sprake is op het mom<strong>en</strong>t dat bij opsporingsambt<strong>en</strong>ar<strong>en</strong><br />

als gevolg van toepassing van bevoegdhed<strong>en</strong> van – kort gezegd – de Wet<br />

Bijz<strong>onder</strong>e Opsporingsbevoegdhed<strong>en</strong> volledige zekerheid bestaat over<br />

het feit dat sprake is van verbod<strong>en</strong> voorwerp<strong>en</strong> in de zin van dat artikel<br />

<strong>en</strong> volledige zekerheid bestaat over de vindplaats van die verbod<strong>en</strong><br />

voorwerp<strong>en</strong>.’ 259 Hiermee heeft het gerechtshof het doorlaatverbod beperkt<br />

tot de situatie waarin e<strong>en</strong> bijz<strong>onder</strong>e opsporingsbevoegdheid is toegepast<br />

maar bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> stelt het gerechtshof dat sprake moet zijn van volledige<br />

zekerheid over zowel de aard van de voorwerp<strong>en</strong> als over de vindplaats.<br />

Alle<strong>en</strong> maar e<strong>en</strong> (sterk) vermoed<strong>en</strong> is dus niet g<strong>en</strong>oeg om zich weg<strong>en</strong>s<br />

het doorlaatverbod verplicht te zi<strong>en</strong> e<strong>en</strong> voorwerp in beslag te nem<strong>en</strong>.<br />

E<strong>en</strong> uitspraak van het Gerechtshof ’s-Grav<strong>en</strong>hage maakt dat duidelijk. In<br />

de betreff<strong>en</strong>de zaak vermoedde e<strong>en</strong> undercoverag<strong>en</strong>t dat e<strong>en</strong> verdachte<br />

e<strong>en</strong> vuurwap<strong>en</strong> droeg omdat hij het over e<strong>en</strong> ‘kanonnetje’ had, terwijl hij<br />

met zijn jas schudde. In dat geval was ge<strong>en</strong> sprake van doorlating van e<strong>en</strong><br />

vuurwap<strong>en</strong> aldus het gerechtshof omdat niet met zekerheid was vastgesteld<br />

dat de verdachte inderdaad e<strong>en</strong> vuurwap<strong>en</strong> bij zich had (Beijer et<br />

al., 2004: 117-118). 260 Het begrip wet<strong>en</strong> <strong>en</strong> de invulling daarvan biedt de<br />

opsporingspraktijk dus <strong>en</strong>ige ruimte, zoals ook door de Minister van Justitie<br />

is aangegev<strong>en</strong> (Kamerstukk<strong>en</strong> II 2004/05, 29 940, nr. 1, p. 10).<br />

Verder moet<strong>en</strong> de omstandighed<strong>en</strong> tijd<strong>en</strong>s het opsporings<strong>onder</strong>zoek de<br />

inbeslagname ook toelat<strong>en</strong>. In de zojuist g<strong>en</strong>oemde zaak van de verdachte<br />

met het ‘kanonnetje’, dat e<strong>en</strong> <strong>onder</strong>zoek betrof naar drugshandel, bevond<br />

e<strong>en</strong> undercoverag<strong>en</strong>t zich op e<strong>en</strong> gegev<strong>en</strong> mom<strong>en</strong>t in e<strong>en</strong> woning waarin<br />

tass<strong>en</strong> met pill<strong>en</strong> stond<strong>en</strong>. In het vonnis in eerste aanleg in deze zaak<br />

oordeelde de Rechtbank ’s-Grav<strong>en</strong>hage dat het achterwege blijv<strong>en</strong> van<br />

inbeslagname ge<strong>en</strong> ‘doorlat<strong>en</strong>’ was (mede) omdat het opsporingsteam de<br />

mogelijkheid ontbeerde om de woning te doorzoek<strong>en</strong> <strong>en</strong> bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> de<br />

kans bestond dat de tass<strong>en</strong> met drugs door de verdacht<strong>en</strong> als test war<strong>en</strong><br />

neergezet. 261<br />

259 Gerechtshof ’s-Hertog<strong>en</strong>bosch, 14 februari 2001, LJN AB 0272.<br />

260 Gerechtshof ’s-Grav<strong>en</strong>hage, 21 november 2003, LJN AN8750.<br />

261 Rechtbank ’s-Grav<strong>en</strong>hage, 23 november 2001, LJN AD6065.


Inzet van undercovertraject<strong>en</strong> in de opsporingspraktijk: resultat<strong>en</strong>, effect<strong>en</strong> <strong>en</strong> risico’s 221<br />

T<strong>en</strong> tweede is het zo dat het opsporingsteam door het hanter<strong>en</strong> van<br />

‘omzeilingsstrategieën’ kan prober<strong>en</strong> te voorkom<strong>en</strong> dat er k<strong>en</strong>nis ontstaat<br />

van de vindplaats van bijvoorbeeld drugs of wap<strong>en</strong>s. Zo kan e<strong>en</strong> tap op<br />

e<strong>en</strong> telefoonlijn (tijdelijk) word<strong>en</strong> gestopt of vertraagd word<strong>en</strong> uitgeluisterd<br />

(Beijer et al., 2004: 120-121).<br />

E<strong>en</strong> derde ‘uitweg’ is wel tot inbeslagname over (lat<strong>en</strong>) gaan maar dan<br />

op zodanige wijze dat dit het opsporings<strong>onder</strong>zoek <strong>en</strong> de uiteindelijke<br />

doel<strong>en</strong> daarvan niet schaadt. Zo kan bijvoorbeeld de vindplaats van drugs<br />

word<strong>en</strong> weggetipt. De drugs word<strong>en</strong> dan in beslag g<strong>en</strong>om<strong>en</strong> <strong>en</strong> ev<strong>en</strong>tueel<br />

word<strong>en</strong> verdacht<strong>en</strong> aangehoud<strong>en</strong>, maar door het gebruik van e<strong>en</strong> zog<strong>en</strong>oemd<br />

afschermproces-verbaal (of kluisproces-verbaal) blijft de precieze<br />

herkomst van de informatie dan <strong>en</strong>ige tijd onbek<strong>en</strong>d. In het afschermproces-verbaal<br />

wordt dan vermeld dat ‘uit lop<strong>en</strong>d <strong>onder</strong>zoek’ bek<strong>en</strong>d is<br />

geword<strong>en</strong> dat zich op e<strong>en</strong> bepaalde locatie drugs bevind<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> dergelijke<br />

afscherming kan echter slechts tijdelijk word<strong>en</strong> volgehoud<strong>en</strong>. Uiteindelijk<br />

moet de bron van de informatie bek<strong>en</strong>d word<strong>en</strong> gemaakt. Ook het werk<strong>en</strong><br />

met verschill<strong>en</strong>de deel<strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong> in plaats van één groot opsporings<strong>onder</strong>zoek<br />

zou kunn<strong>en</strong> voorkom<strong>en</strong> dat inbeslagname tot frustratie van de<br />

uiteindelijke doelbereiking leidt (Beijer et al., 2004: 123-124).<br />

E<strong>en</strong> vierde mogelijkheid is dat toestemming wordt gevraagd voor het<br />

afzi<strong>en</strong> van inbeslagname – voor het doorlat<strong>en</strong> dus. 262 Hiertoe moet de<br />

zaak word<strong>en</strong> aangemeld bij de CTC <strong>en</strong> uiteindelijk moet<strong>en</strong> zoals gezegd<br />

het College van PG’s <strong>en</strong> de Minister van Justitie hun goedkeuring gev<strong>en</strong>.<br />

Van deze toestemmingsprocedure wordt weinig gebruikgemaakt; in de<br />

periode 2000-2007 is 11 keer toestemming gevraagd voor het afzi<strong>en</strong> van<br />

inbeslagname (CTC, 2008: 17; Beijer et al., 2004: 117).<br />

5.4.3 Transparantie<br />

Verbaliser<strong>en</strong><br />

Artikel 152 <strong>en</strong> 126aa Sv schrijv<strong>en</strong> respectievelijk voor dat opsporingsambt<strong>en</strong>ar<strong>en</strong><br />

t<strong>en</strong> spoedigste proces-verbaal opmak<strong>en</strong> van verrichte opsporingshandeling<strong>en</strong><br />

<strong>en</strong> van de bevinding<strong>en</strong> die ze daarbij hebb<strong>en</strong> gedaan <strong>en</strong> dat<br />

deze process<strong>en</strong>-verbaal aan de processtukk<strong>en</strong> word<strong>en</strong> toegevoegd (artikel<br />

126aa Sv). Deze processtukk<strong>en</strong> kom<strong>en</strong> uiteindelijk ter beschikking van<br />

zowel de zittingsrechter als de verdediging. Alle<strong>en</strong> datg<strong>en</strong>e wat van belang<br />

is voor de door de rechter te nem<strong>en</strong> beslissing hoeft te word<strong>en</strong> vastgelegd.<br />

De verbaliseringsplicht heeft tot doel het bescherm<strong>en</strong> van de transparantie<br />

<strong>en</strong> dus de controleerbaarheid van de inzet van opsporingsinstrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong><br />

(Kamerstukk<strong>en</strong> II 1996/97, 25 403, nr. 3, p. 13).<br />

De opsporingshandeling<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> undercovertraject bestaan vooral uit<br />

contact<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> e<strong>en</strong> undercoverag<strong>en</strong>t <strong>en</strong> e<strong>en</strong> subject. In ieder geval<br />

(vooral) deze contact<strong>en</strong> moet<strong>en</strong> dan ook word<strong>en</strong> vastgelegd. Het opmak<strong>en</strong><br />

262 Zoals gezegd kan inbeslagname <strong>onder</strong> bepaalde voorwaard<strong>en</strong> ook tijdelijk word<strong>en</strong> uitgesteld.


222 <strong>Opspor<strong>en</strong></strong> <strong>onder</strong> <strong>dekmantel</strong><br />

van proces-verbaal kan uit de aard der zaak alle<strong>en</strong> plaatsvind<strong>en</strong> op e<strong>en</strong><br />

voor de undercoverag<strong>en</strong>t veilige plaats. Meestal mak<strong>en</strong> undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong><br />

e<strong>en</strong> proces-verbaal op <strong>onder</strong> nummer. E<strong>en</strong> begeleider van de undercoverag<strong>en</strong>t<br />

bevestigt in e<strong>en</strong> proces-verbaal dat de undercoverag<strong>en</strong>t in zijn<br />

aanwezigheid het proces-verbaal heeft opgemaakt.<br />

Uit de interviews is niet geblek<strong>en</strong> dat het verbaliser<strong>en</strong> in de <strong>uitvoering</strong>spraktijk<br />

grote problem<strong>en</strong> veroorzaakt. Voor zover respond<strong>en</strong>t<strong>en</strong> hierop<br />

ingaan, <strong>onder</strong>strep<strong>en</strong> zij het belang van e<strong>en</strong> adequate verslaglegging van<br />

de contact<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> de undercoverag<strong>en</strong>t <strong>en</strong> het subject (zie ook Beijer et<br />

al., 2004: 20).<br />

E<strong>en</strong> respond<strong>en</strong>t merkt op dat de transparantie van undercovertraject<strong>en</strong><br />

die via internet verlop<strong>en</strong> in beginsel erg groot is. Zog<strong>en</strong>oemde logfiles,<br />

waarin online communicatie wordt vastgelegd, vorm<strong>en</strong> immers e<strong>en</strong> soort<br />

geautomatiseerd verslag van de contact<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> e<strong>en</strong> undercoverag<strong>en</strong>t <strong>en</strong><br />

e<strong>en</strong> subject (zie ook Buruma, 2001: 80).<br />

Notificer<strong>en</strong><br />

Person<strong>en</strong> teg<strong>en</strong> wie e<strong>en</strong> bijz<strong>onder</strong>e opsporingsbevoegdheid, zoals e<strong>en</strong><br />

undercovertraject, is ingezet moet<strong>en</strong> daarvan schriftelijk op de hoogte<br />

word<strong>en</strong> gebracht zodra het belang van het <strong>onder</strong>zoek dat toelaat, aldus<br />

artikel 126bb Sv. Het inlicht<strong>en</strong> van die person<strong>en</strong> – verdacht<strong>en</strong> – kan, zeker<br />

in het geval van undercovertraject<strong>en</strong>, bepaalde tactische, operationele<br />

nadel<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong>. Indi<strong>en</strong> e<strong>en</strong> undercovertraject is ingezet in e<strong>en</strong> zaak waarbij<br />

de verdachte is aangehoud<strong>en</strong> <strong>en</strong> in e<strong>en</strong> rechtszaak teg<strong>en</strong> hem gebruik<br />

wordt gemaakt van door het undercovertraject aangeleverd bewijsmateriaal,<br />

zal de verdachte normaal gesprok<strong>en</strong> hoe dan ook op de hoogte rak<strong>en</strong><br />

van het undercovertraject <strong>en</strong> zal dit door politie <strong>en</strong> justitie ook minder<br />

snel als problematisch word<strong>en</strong> gezi<strong>en</strong>. Wanneer echter bijvoorbeeld in e<strong>en</strong><br />

<strong>onder</strong>zoek meerdere verdacht<strong>en</strong> c<strong>en</strong>traal staan, kan het op <strong>en</strong>ig mom<strong>en</strong>t<br />

zo zijn dat e<strong>en</strong> bepaalde verdachte in beginsel geïnformeerd zou kunn<strong>en</strong><br />

word<strong>en</strong> over het teg<strong>en</strong> hem ingezette middel, maar dat notificatie het<br />

nog lop<strong>en</strong>de <strong>onder</strong>zoek teg<strong>en</strong> zijn medeverdacht<strong>en</strong> zou schad<strong>en</strong>. Ook in<br />

opsporings<strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong> waarin e<strong>en</strong> undercovertraject is ingezet maar<br />

die z<strong>onder</strong> aanhouding<strong>en</strong> zijn geëindigd, kan notificatie e<strong>en</strong> tactisch<br />

nadeel hebb<strong>en</strong>. Wanneer het opsporingsteam in e<strong>en</strong> dergelijke zaak de<br />

overtuiging heeft dat, ondanks dat er daaromtr<strong>en</strong>t ge<strong>en</strong> ‘harde’ informatie<br />

verzameld is kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong>, de hoofdverdachte wel degelijk criminele<br />

activiteit<strong>en</strong> <strong>onder</strong>neemt <strong>en</strong> mogelijk in de toekomst opnieuw <strong>onder</strong>werp<br />

van <strong>onder</strong>zoek kan word<strong>en</strong>, zal het notificatie wellicht achterwege will<strong>en</strong><br />

lat<strong>en</strong> omdat daarmee de met het undercovertraject opgebouwde ‘informatiepositie’<br />

wordt prijsgegev<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> OvJ verwoordt het als volgt:<br />

‘Als het niet tot e<strong>en</strong> zaak is gekom<strong>en</strong>, heeft m<strong>en</strong> e<strong>en</strong> notificatieplicht,<br />

maar hier wordt niet altijd gehoor aan gegev<strong>en</strong>. M<strong>en</strong> kan de zaak<br />

bij wijze van sprek<strong>en</strong> over 2 jaar weer op<strong>en</strong><strong>en</strong> om het dan nog e<strong>en</strong>s


Inzet van undercovertraject<strong>en</strong> in de opsporingspraktijk: resultat<strong>en</strong>, effect<strong>en</strong> <strong>en</strong> risico’s 223<br />

te prober<strong>en</strong>. Het notificer<strong>en</strong> van de verdachte zou dan het ingooi<strong>en</strong><br />

van het eig<strong>en</strong> kaart<strong>en</strong>huis betek<strong>en</strong><strong>en</strong>. De notificatieplicht zou ervoor<br />

kunn<strong>en</strong> zorg<strong>en</strong> dat het middel slijt. Als je alles moet meld<strong>en</strong> word<strong>en</strong><br />

verdacht<strong>en</strong> wantrouw<strong>en</strong>der.’<br />

Bezwar<strong>en</strong> die er bij politie <strong>en</strong> justitie juist met betrekking tot undercovertraject<strong>en</strong><br />

teg<strong>en</strong> notificatie bestaan, werd<strong>en</strong> ook al opgemerkt in de<br />

evaluatie van de Wet BOB (Beijer et al., 2004: 109-110). 263 In die evaluatie<br />

werd geconstateerd dat de notificatieplicht slechts weinig werd nagekom<strong>en</strong>,<br />

hetge<strong>en</strong> werd toegeschrev<strong>en</strong> aan het gegev<strong>en</strong> dat kracht<strong>en</strong>s artikel<br />

126bb Sv notificatie pas hoeft plaats te vind<strong>en</strong> ‘zodra het belang van het<br />

<strong>onder</strong>zoek dat toelaat’, 264 aan het feit dat er ge<strong>en</strong> sanctie is verbond<strong>en</strong> aan<br />

het niet nalev<strong>en</strong> van deze plicht <strong>en</strong> aan de lage prioriteit die het OM aan<br />

<strong>uitvoering</strong> van dit <strong>onder</strong>deel van de Wet BOB geeft (Beijer et al., 2004: 20).<br />

Het College van PG’s verzocht, naar aanleiding van e<strong>en</strong> verzoek van de<br />

Minister van Justitie, bij brief van 19 december 2005 de parkett<strong>en</strong> de notificatieplicht<br />

te handhav<strong>en</strong> <strong>en</strong> indi<strong>en</strong> nodig daartoe pass<strong>en</strong>de maatregel<strong>en</strong><br />

te treff<strong>en</strong>. Ook kondigde het College aan dat de naleving van de notificatieplicht<br />

<strong>onder</strong>werp zou word<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> in 2006 uit te voer<strong>en</strong> audit. Uit<br />

die audit bleek, aldus Nieuw<strong>en</strong>huis (2007: 93-94), dat de situatie aanzi<strong>en</strong>lijk<br />

was verbeterd t<strong>en</strong> opzichte van de periode waarop de evaluatie van de<br />

Wet BOB betrekking had, maar dat het OM als geheel nog niet volledig aan<br />

de notificatieplicht voldeed. Na deze audit heeft het College maatregel<strong>en</strong><br />

g<strong>en</strong>om<strong>en</strong> die de naleving van deze plicht verder moet<strong>en</strong> verbeter<strong>en</strong>. In het<br />

volg<strong>en</strong>de citaat haalt de betreff<strong>en</strong>de OvJ de verscherpte aandacht voor dit<br />

<strong>onder</strong>werp van het College van PG’s aan <strong>en</strong> noemt hij e<strong>en</strong> situatie waarin<br />

de k<strong>en</strong>nisgeving aan e<strong>en</strong> verdachte ook los van de plicht daartoe w<strong>en</strong>selijk<br />

kan zijn; e<strong>en</strong> situatie waarin het voorkom<strong>en</strong> van misdrijv<strong>en</strong> belangrijker<br />

wordt geacht dan het opspor<strong>en</strong> ervan.<br />

‘We zijn niet zo sterk in notificer<strong>en</strong>. Het zou wel moet<strong>en</strong>. Wel is het zo<br />

dat het College hier steeds meer opzit. (…) Het <strong>onder</strong>zoeksbelang laat<br />

het vaak ook niet toe om te notificer<strong>en</strong>. In het geval van e<strong>en</strong> <strong>onder</strong>zoek<br />

naar kinderporno kan het wel goed zijn te notificer<strong>en</strong> dat dieg<strong>en</strong>e in de<br />

gat<strong>en</strong> wordt gehoud<strong>en</strong>. Er kan e<strong>en</strong> prev<strong>en</strong>tieve werking vanuit gaan.’<br />

Comparer<strong>en</strong><br />

In Nederland wordt in beginsel per afz<strong>onder</strong>lijke zaak beslist of e<strong>en</strong><br />

undercoverag<strong>en</strong>t e<strong>en</strong> getuig<strong>en</strong>is moet aflegg<strong>en</strong> <strong>en</strong> zo ja, hoe dat moet<br />

gebeur<strong>en</strong>. Wordt het undercovertraject gebruikt bij de bewijsvoering, dan<br />

263 Zie ook Buruma, 2001: 28-29.<br />

264 Het feit dat artikel 126bb Sv hiermee expliciet de mogelijkheid biedt om notificatie uit te stell<strong>en</strong>, maakt<br />

dat wanneer notificatie vooralsnog is uitgeblev<strong>en</strong> nog niet direct gesprok<strong>en</strong> kan word<strong>en</strong> van het ‘niet<br />

nalev<strong>en</strong> van de notificatieplicht’. Daarbij is het natuurlijk wel de vraag hoe lang dat uitstel op grond van<br />

het <strong>onder</strong>zoeksbelang mag dur<strong>en</strong> om nog in overe<strong>en</strong>stemming te zijn met de geest van de wet.


224 <strong>Opspor<strong>en</strong></strong> <strong>onder</strong> <strong>dekmantel</strong><br />

zal de undercoverag<strong>en</strong>t naar aanleiding van zijn activiteit<strong>en</strong> vaak e<strong>en</strong><br />

getuig<strong>en</strong>is moet<strong>en</strong> aflegg<strong>en</strong> bij de rechter(-commissaris) (comparer<strong>en</strong>).<br />

Het getuig<strong>en</strong> door undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong> vindt in de praktijk doorgaans<br />

plaats met afscherming van hun id<strong>en</strong>titeit (zie paragraaf 5.4.5). Door<br />

<strong>en</strong>kele respond<strong>en</strong>t<strong>en</strong> is erop gewez<strong>en</strong> dat de Nederlandse praktijk wat<br />

betreft het comparer<strong>en</strong> belemmer<strong>en</strong>d kan werk<strong>en</strong> in de internationale<br />

sam<strong>en</strong>werking, met name met Duitsland, waar undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong> doorgaans<br />

weinig mededeling<strong>en</strong> do<strong>en</strong> omtr<strong>en</strong>t hun rol tijd<strong>en</strong>s het traject.<br />

5.4.4 Ervar<strong>en</strong> beperking<strong>en</strong> van het wettelijk kader<br />

In het algeme<strong>en</strong> word<strong>en</strong> de ge- <strong>en</strong> verbod<strong>en</strong> uit het wettelijk kader niet als<br />

problematisch ervar<strong>en</strong>. Wel wordt door e<strong>en</strong> aantal respond<strong>en</strong>t<strong>en</strong> gewez<strong>en</strong><br />

op e<strong>en</strong> tweetal beperking<strong>en</strong>, namelijk dat <strong>onder</strong> de huidige wet- <strong>en</strong> regelgeving<br />

het gebruik van zog<strong>en</strong>oemde intellig<strong>en</strong>ce-traject<strong>en</strong> <strong>en</strong> vooral criminele<br />

burgerinfiltrant<strong>en</strong> niet mogelijk is.<br />

E<strong>en</strong> aantal respond<strong>en</strong>t<strong>en</strong> merkt op dat het kracht<strong>en</strong>s de Nederlandse<br />

wetgeving niet mogelijk is om met de inzet van undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong> duurzame<br />

informatieposities op te bouw<strong>en</strong>, dat wil zegg<strong>en</strong> informatieposities<br />

die het bereik van individuele opsporings<strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong> overstijg<strong>en</strong>. Zij<br />

referer<strong>en</strong> hiermee aan het feit dat wanneer e<strong>en</strong> undercoverag<strong>en</strong>t bepaalde<br />

informatie verzamelt <strong>en</strong> deze informatie de aanleiding is om verdere<br />

opsporingsactiviteit<strong>en</strong> te ontplooi<strong>en</strong> die uiteindelijk leid<strong>en</strong> tot het voor de<br />

zittingsrechter br<strong>en</strong>g<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> zaak, de kans bestaat dat op <strong>en</strong>ig mom<strong>en</strong>t<br />

bek<strong>en</strong>d gemaakt zal moet<strong>en</strong> word<strong>en</strong> dat de startinformatie afkomstig was<br />

van e<strong>en</strong> undercovertraject. Stel dat e<strong>en</strong> undercoverag<strong>en</strong>t bijvoorbeeld<br />

ontdekt dat e<strong>en</strong> bepaald persoon in wap<strong>en</strong>s handelt <strong>en</strong> dat deze persoon<br />

daardoor <strong>onder</strong>werp wordt van e<strong>en</strong> opsporings<strong>onder</strong>zoek <strong>en</strong> dat de zaak<br />

uiteindelijk op zitting belandt, dan is het mogelijk dat bek<strong>en</strong>d zal word<strong>en</strong><br />

dat de door de undercoverag<strong>en</strong>t verzamelde informatie aan de basis van<br />

het opsporings<strong>onder</strong>zoek lag. Wordt dat bek<strong>en</strong>d, dan is de undercoverag<strong>en</strong>t<br />

in de betreff<strong>en</strong>de omgeving niet meer inzetbaar. Zog<strong>en</strong>oemde intellig<strong>en</strong>ce-traject<strong>en</strong>,<br />

traject<strong>en</strong> die niet zijn gericht op heel specifieke person<strong>en</strong><br />

binn<strong>en</strong> e<strong>en</strong> bepaald opsporings<strong>onder</strong>zoek maar juist op het vergar<strong>en</strong> van<br />

meer algem<strong>en</strong>e informatie over bepaalde omgeving<strong>en</strong> of f<strong>en</strong>om<strong>en</strong><strong>en</strong>, zijn<br />

niet mogelijk. Wij merk<strong>en</strong> hierbij op dat dergelijke traject<strong>en</strong>, los van de<br />

uitvoerbaarheid als gevolg van eis<strong>en</strong> ontr<strong>en</strong>t transparantie, mogelijk ook<br />

zoud<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> bots<strong>en</strong> met wettelijke bepaling<strong>en</strong>. Undercovertraject<strong>en</strong>,<br />

<strong>en</strong> andere opsporingsinstrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong>, mog<strong>en</strong> immers alle<strong>en</strong> word<strong>en</strong> ingezet<br />

met als doel het nem<strong>en</strong> van strafvorderlijke beslissing<strong>en</strong> <strong>en</strong> mog<strong>en</strong> niet<br />

word<strong>en</strong> gebruikt <strong>en</strong>kel <strong>en</strong> alle<strong>en</strong> ter ‘verbetering van de informatiepositie’<br />

(zie ook Nieuw<strong>en</strong>huis, 2007: 60; Buruma, 2001: 21, 73).<br />

Het gemis van criminele burgerinfiltrant<strong>en</strong> zou hem zitt<strong>en</strong> in de mogelijkheid<br />

die het inzett<strong>en</strong> van criminel<strong>en</strong> zou bied<strong>en</strong> om (sneller) in contact te<br />

kom<strong>en</strong> met moeilijk te b<strong>en</strong>ader<strong>en</strong> verdacht<strong>en</strong> <strong>en</strong> groepering<strong>en</strong>.


Inzet van undercovertraject<strong>en</strong> in de opsporingspraktijk: resultat<strong>en</strong>, effect<strong>en</strong> <strong>en</strong> risico’s 225<br />

5.4.5 Hoe reager<strong>en</strong> verdediging <strong>en</strong> rechtscollege op het undercovertraject?<br />

In hoofdstuk 2 zijn we al ingegaan op de jurisprud<strong>en</strong>tie met betrekking<br />

tot undercovertraject<strong>en</strong>. Op deze plaats gaan we na hoe in de door ons<br />

<strong>onder</strong>zochte zak<strong>en</strong> door de verdediging <strong>en</strong> het rechtscollege is gereageerd<br />

op het ingezette undercovertraject. Logischerwijs kunn<strong>en</strong> we dit alle<strong>en</strong><br />

do<strong>en</strong> voor de zak<strong>en</strong> waarin e<strong>en</strong> undercovertraject ook echt is uitgevoerd<br />

<strong>en</strong> waarbij contact is gemaakt met het subject waarin de zaak uiteindelijk<br />

voor de rechter is gebracht. Bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> beperk<strong>en</strong> we ons hier tot de zak<strong>en</strong><br />

waarvan we het volledige opsporingsdossier hebb<strong>en</strong> ingezi<strong>en</strong>, dat wil zegg<strong>en</strong><br />

de zak<strong>en</strong> waarin in de periode 2000-2005 (jaar van aanmelding bij de<br />

CTC) IF is ingezet. 265<br />

In 9 van de bestudeerde zak<strong>en</strong> is e<strong>en</strong> IF-traject uitgevoerd <strong>en</strong> contact<br />

gemaakt met het subject <strong>en</strong> heeft e<strong>en</strong> zitting plaatsgevond<strong>en</strong>. In 6 van die<br />

zak<strong>en</strong> is door de verdediging op <strong>en</strong>igerlei wijze verweer gevoerd op grond<br />

van het undercovertraject. Dit zijn de 6 zak<strong>en</strong> waarin het IF-traject bewijs<br />

heeft geg<strong>en</strong>ereerd op basis waarvan verdacht<strong>en</strong> zijn veroordeeld (zie<br />

(uitleg bij) tabel 14 <strong>en</strong> figuur 2). De verwer<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> <strong>onder</strong> andere betrekking<br />

op: 266<br />

− overtreding van het instigatieverbod (5 keer);<br />

– sch<strong>en</strong>ding van de proportionaliteitseis (3 keer);<br />

– onjuistheid of onzorgvuldigheid van de verklaring<strong>en</strong> van de undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong><br />

(2 keer);<br />

– het ontbrek<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> redelijk vermoed<strong>en</strong>/verd<strong>en</strong>king op het mom<strong>en</strong>t<br />

dat het IF-traject start (2 keer);<br />

– overtreding van het Europees Verdrag voor de Recht<strong>en</strong> van de M<strong>en</strong>s <strong>en</strong><br />

de fundam<strong>en</strong>tele vrijhed<strong>en</strong> (EVRM) (2 keer);<br />

– het ontbrek<strong>en</strong> van toestemming van het College van PG’s voor het uitgevoerde<br />

IF-traject aangezi<strong>en</strong> het traject is gestart op grond van titel<br />

V <strong>en</strong> is nagelat<strong>en</strong> om e<strong>en</strong> nieuw bevel op grond van titel IVa 267 te verkrijg<strong>en</strong><br />

op het mom<strong>en</strong>t dat er concrete verd<strong>en</strong>king<strong>en</strong> ontstond<strong>en</strong> teg<strong>en</strong><br />

verdacht<strong>en</strong> (1 keer);<br />

– de inzet van e<strong>en</strong> burgerinfiltrant (1 keer);<br />

– overtreding van het doorlaatverbod (1 keer); <strong>en</strong><br />

– het illegale karakter dat IF zou hebb<strong>en</strong> in het land waar het IF-traject<br />

zich gedeeltelijk heeft afgespeeld (1 keer).<br />

Bij de algem<strong>en</strong>e bespreking van de jurisprud<strong>en</strong>tie met betrekking tot<br />

undercovertraject<strong>en</strong> in hoofdstuk 2, zag<strong>en</strong> we dat verwer<strong>en</strong> meestal niet<br />

265 Eén van de opsporings<strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong> waarin in de periode 2000-2005 (jaar van aanmelding bij de CTC)<br />

e<strong>en</strong> IF-traject is uitgevoerd, is door ons niet <strong>onder</strong>zocht (zie paragraaf 1.3.1).<br />

266 In zak<strong>en</strong> wordt vaak op verschill<strong>en</strong>de grond<strong>en</strong> verweer gevoerd, zodat het totale aantal verweergrond<strong>en</strong><br />

groter is dan 6.<br />

267 Zie paragraaf 2.3.2 voor e<strong>en</strong> korte uitleg van titel IVa <strong>en</strong> V als grondslag<strong>en</strong> voor het uitvaardig<strong>en</strong> van e<strong>en</strong><br />

bevel voor toepassing van e<strong>en</strong> bijz<strong>onder</strong>e opsporingsbevoegdheid.


226 <strong>Opspor<strong>en</strong></strong> <strong>onder</strong> <strong>dekmantel</strong><br />

gegrond word<strong>en</strong> bevond<strong>en</strong>. Ook in deze 6 zak<strong>en</strong> word<strong>en</strong> de verwer<strong>en</strong> door<br />

de betreff<strong>en</strong>de rechtscolleges verworp<strong>en</strong>. In e<strong>en</strong> aantal gevall<strong>en</strong> geeft<br />

het rechtscollege aan dat uit het dossier niet is geblek<strong>en</strong> dat van de door<br />

de verdediging verme<strong>en</strong>de onrechtmatighed<strong>en</strong>, zoals sch<strong>en</strong>ding van het<br />

instigatieverbod, sprake is. In andere gevall<strong>en</strong> gaat het rechtscollege wat<br />

verder <strong>en</strong> wordt aangegev<strong>en</strong> waarom naar zijn m<strong>en</strong>ing uit het dossier<br />

blijkt dat wél is voldaan aan de betreff<strong>en</strong>de voorwaard<strong>en</strong>, bijvoorbeeld<br />

door erop te wijz<strong>en</strong> dat het instigatieverbod niet is geschond<strong>en</strong> aangezi<strong>en</strong><br />

de verdachte op <strong>en</strong>ig mom<strong>en</strong>t, nog voordat harddrugs <strong>onder</strong>werp van<br />

gesprek war<strong>en</strong>, zelf naar vor<strong>en</strong> br<strong>en</strong>gt dat zij ‘heel snel kunn<strong>en</strong> lever<strong>en</strong>’.<br />

In 1 geval wordt door het rechtscollege niet zozeer bestred<strong>en</strong> dat sprake<br />

is van hetge<strong>en</strong> door de verdediging is aangevoerd, maar wordt weerlegd<br />

dat het aangevoerde ‘feit’ e<strong>en</strong> verweergrond kan zijn. Dit is het geval bij<br />

de zaak waarin e<strong>en</strong> IF-traject start <strong>onder</strong> e<strong>en</strong> bevel op grond van titel V <strong>en</strong><br />

het OM nalaat om later e<strong>en</strong> bevel op grond van titel IVa uit te vaardig<strong>en</strong>.<br />

Hier is de rechtbank van oordeel dat indi<strong>en</strong> op <strong>en</strong>ig mom<strong>en</strong>t bij de <strong>uitvoering</strong><br />

van e<strong>en</strong> bevel IF op grond van titel V e<strong>en</strong> concrete verd<strong>en</strong>king jeg<strong>en</strong>s<br />

e<strong>en</strong> specifieke verdachte ontstaat, dit niet met zich br<strong>en</strong>gt dat de opsporingsactiviteit<strong>en</strong><br />

di<strong>en</strong><strong>en</strong> te word<strong>en</strong> gestaakt t<strong>en</strong> einde e<strong>en</strong> bevel op grond<br />

van titel IVa te verkrijg<strong>en</strong>.<br />

In de 6 zak<strong>en</strong> waarin het IF-traject e<strong>en</strong> rol heeft gespeeld bij het bewijs,<br />

heeft de verdediging undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong> opgeroep<strong>en</strong> om te getuig<strong>en</strong>. In al<br />

deze zak<strong>en</strong> is dat ook gebeurd. Wel is in ieder geval in 1 zaak het hor<strong>en</strong> van<br />

1 van de 3 opgeroep<strong>en</strong> undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong> afgewez<strong>en</strong>, in 4 zak<strong>en</strong> zijn alle<br />

door de verdediging opgeroep<strong>en</strong> undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong> ook gehoord <strong>en</strong> voor<br />

1 zaak is dat niet helemaal zeker.<br />

Het hor<strong>en</strong> van de undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong> heeft in alle gevall<strong>en</strong> bij de rechtercommissaris<br />

plaatsgevond<strong>en</strong>. In 2 van de 6 zak<strong>en</strong> zijn de opgeroep<strong>en</strong><br />

undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong> gehoord als bedreigde getuige. De undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong><br />

in de 4 andere zak<strong>en</strong> zijn niet gehoord als bedreigde getuige maar hun<br />

id<strong>en</strong>titeit is wel afgeschermd, bijvoorbeeld door gebruik te mak<strong>en</strong> van<br />

e<strong>en</strong> verhoorbox, e<strong>en</strong> vermomming <strong>en</strong> e<strong>en</strong> stemvervormer (wat ook bij<br />

e<strong>en</strong> bedreigde getuige kan gebeur<strong>en</strong>). In 1 van de 6 zak<strong>en</strong> (B49) heeft het<br />

hor<strong>en</strong> van de undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong> plaatsgevond<strong>en</strong> na e<strong>en</strong> naar het schijnt<br />

vrij unieke gang van zak<strong>en</strong>. De rechter-commissaris besluit in deze zaak,<br />

die speelt voor de Rechtbank Dordrecht, in eerste instantie om de undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong><br />

de status van bedreigde getuige te verl<strong>en</strong><strong>en</strong>. Het hoger<br />

beroep dat de verdediging daarteg<strong>en</strong> instelt slaagt echter; de undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong><br />

zull<strong>en</strong> dus niet als bedreigde getuige gehoord gaan word<strong>en</strong>. Het<br />

OM stelt vervolg<strong>en</strong>s bereid te zijn de undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong> te lat<strong>en</strong> hor<strong>en</strong> bij<br />

de rechter-commissaris. De Rechtbank Dordrecht verwerpt dat <strong>en</strong> beslist<br />

dat de undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong> gewoon op de zitting di<strong>en</strong><strong>en</strong> te getuig<strong>en</strong>. Dit<br />

wordt door het OM geweigerd <strong>en</strong> er wordt dus ge<strong>en</strong> gehoor gegev<strong>en</strong> aan<br />

de oproep aan de undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong> om te getuig<strong>en</strong> op zitting. De recht-


Inzet van undercovertraject<strong>en</strong> in de opsporingspraktijk: resultat<strong>en</strong>, effect<strong>en</strong> <strong>en</strong> risico’s 227<br />

bank sanctioneert het niet op zitting verschijn<strong>en</strong> met e<strong>en</strong> verklaring van<br />

niet-ontvankelijkheid van het OM. Het OM tek<strong>en</strong>t daarteg<strong>en</strong>, met uitz<strong>onder</strong>ing<br />

van de zaak teg<strong>en</strong> de hoofdverdachte, met succes hoger beroep<br />

aan, waarna de zaak weer belandt op de rol van de Rechtbank Dordrecht.<br />

Daar word<strong>en</strong> de undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong> uiteindelijk gehoord bij de rechtercommissaris,<br />

niet als bedreigde getuige maar wel met afscherming van<br />

hun id<strong>en</strong>titeit. De rechtbank spreekt veroordeling<strong>en</strong> uit, die word<strong>en</strong><br />

bevestigd door het gerechtshof. De hoofdverdachte bevindt zich echter<br />

niet <strong>onder</strong> de veroordeeld<strong>en</strong>. Het OM stelt t<strong>en</strong> aanzi<strong>en</strong> van deze hoofdverdachte<br />

het hoger beroep teg<strong>en</strong> de niet-ontvankelijkverklaring door de<br />

rechtbank namelijk te laat in, waardoor het OM ook in dat hoger beroep<br />

teg<strong>en</strong> e<strong>en</strong> niet-ontvankelijkheid aanloopt. Niet lang daarna overlijdt de<br />

hoofdverdachte.<br />

In de 3 zak<strong>en</strong> waarin de verdediging ge<strong>en</strong> verweer heeft gevoerd t<strong>en</strong><br />

aanzi<strong>en</strong> van het IF-traject, is dat traject ook niet gebruikt voor het bewijs.<br />

In 1 van deze zak<strong>en</strong> (B42) vraagt de verdediging wel om inzicht in stukk<strong>en</strong><br />

omtr<strong>en</strong>t het uitgevoerde traject. In het dossier is alle<strong>en</strong> melding gemaakt<br />

van het feit dat e<strong>en</strong> IF-traject is ingezet. Overige informatie ontbreekt<br />

omdat het traject volg<strong>en</strong>s de OvJ niets belast<strong>en</strong>ds of ontlast<strong>en</strong>ds heeft<br />

opgeleverd <strong>en</strong> dus niet van belang is voor de door de rechtbank te nem<strong>en</strong><br />

beslissing. De rechtbank wijst het verzoek om inzage in de stukk<strong>en</strong> af,<br />

aangezi<strong>en</strong> er ge<strong>en</strong> red<strong>en</strong> is te twijfel<strong>en</strong> aan de verklaring van de OvJ <strong>en</strong><br />

de OvJ door melding te mak<strong>en</strong> van het feit dát er IF is ingezet volg<strong>en</strong>s de<br />

regels heeft gehandeld. Met betrekking tot 1 van de 2 andere zak<strong>en</strong> waarin<br />

de verdediging ge<strong>en</strong> verweer heeft gevoerd, spreekt de OvJ in e<strong>en</strong> interview<br />

<strong>en</strong>erzijds zijn verbazing uit over het feit dat de verdediging niet is<br />

ingegaan op het IF-traject. Anderzijds kan hij het zich ook wel voorstell<strong>en</strong><br />

dat het voor de verdediging niet altijd opportuun is om veel vrag<strong>en</strong> te stell<strong>en</strong><br />

over e<strong>en</strong> dergelijk traject:<br />

‘De verdediging heeft ge<strong>en</strong> vrag<strong>en</strong> gesteld over het uitgevoerde<br />

undercovertraject. In het dossier is wel vermeld dat er is geïnfiltreerd.<br />

Tot op hed<strong>en</strong> heeft niemand zich afgevraagd wie die man is die deze<br />

gesprekk<strong>en</strong> heeft gevoerd met X. Bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> is het oproep<strong>en</strong> van<br />

getuig<strong>en</strong> niet altijd in je voordeel als verdediging zijnde. Als ze de<br />

infiltrant hadd<strong>en</strong> opgeroep<strong>en</strong>, had hij ook kunn<strong>en</strong> beam<strong>en</strong> dat X in<br />

louche zak<strong>en</strong> zat.’<br />

5.5 Risico’s van het werk<strong>en</strong> <strong>onder</strong> <strong>dekmantel</strong><br />

In wetsgeschied<strong>en</strong>is <strong>en</strong> wet<strong>en</strong>schappelijke <strong>en</strong> vakliteratuur word<strong>en</strong> verschill<strong>en</strong>de<br />

risico’s beschrev<strong>en</strong> die sam<strong>en</strong>hang<strong>en</strong> met het werk<strong>en</strong> <strong>onder</strong><br />

<strong>dekmantel</strong>. Risico’s vall<strong>en</strong> in de categorie ongew<strong>en</strong>ste <strong>en</strong> onbedoelde


228 <strong>Opspor<strong>en</strong></strong> <strong>onder</strong> <strong>dekmantel</strong><br />

gevolg<strong>en</strong> van undercovertraject<strong>en</strong>, in teg<strong>en</strong>stelling tot bijvoorbeeld<br />

gew<strong>en</strong>ste <strong>en</strong> bedoelde gevolg<strong>en</strong>, zoals bewijsvergaring (Brodeur, 1992).<br />

Hier<strong>onder</strong> (paragraaf 5.5.1) wordt eerst op basis van de wetsgeschied<strong>en</strong>is<br />

<strong>en</strong> vooral de literatuur beschrev<strong>en</strong> welke risico’s er verbond<strong>en</strong> kúnn<strong>en</strong> zijn<br />

aan undercovertraject<strong>en</strong>. De literatuur heeft overig<strong>en</strong>s in belangrijke mate<br />

betrekking op de situatie in het buit<strong>en</strong>land.<br />

We <strong>onder</strong>scheid<strong>en</strong> drie categorieën van risico’s. T<strong>en</strong> eerste de risico’s<br />

voor de undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong>. Deze risico’s hang<strong>en</strong> sam<strong>en</strong> met bepaalde<br />

elem<strong>en</strong>t<strong>en</strong> van het werk<strong>en</strong> <strong>onder</strong> <strong>dekmantel</strong>, zoals dat dit type politiewerk<br />

met zich meebr<strong>en</strong>gt dat e<strong>en</strong> persoon zich voor korte of lange duur moet<br />

voordo<strong>en</strong> als iemand anders, dat politieambt<strong>en</strong>ar<strong>en</strong> non-politieel gedrag<br />

moet<strong>en</strong> verton<strong>en</strong>, dat ze in e<strong>en</strong> criminele omgeving word<strong>en</strong> ‘<strong>onder</strong>gedompeld’,<br />

dat ze soms e<strong>en</strong> hechte relatie opbouw<strong>en</strong> met criminel<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

dat ze het vertrouw<strong>en</strong> dat ze in deze relatie hebb<strong>en</strong> wet<strong>en</strong> te winn<strong>en</strong> van<br />

het subject uiteindelijk zull<strong>en</strong> schad<strong>en</strong>. Risico’s voor undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong><br />

verdel<strong>en</strong> we <strong>onder</strong> in: risico’s met betrekking tot de integriteit; risico’s voor<br />

de fysieke veiligheid; <strong>en</strong> risico’s voor het psychisch welzijn.<br />

E<strong>en</strong> tweede risico betreft het risico dat dit opsporingsmiddel met zich<br />

meebr<strong>en</strong>gt voor de <strong>onder</strong>del<strong>en</strong> van het OM <strong>en</strong> de politie <strong>onder</strong> de verantwoordelijkheid<br />

van wie het wordt ingezet. Hier gaat het vooral om de<br />

(on)bestuurbaarheid van undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong>.<br />

T<strong>en</strong> derde kan er sprake zijn van e<strong>en</strong> risico voor undercovertraject<strong>en</strong> als<br />

opsporingsmiddel zelf, namelijk dat als gevolg van bek<strong>en</strong>dheid van het<br />

middel de effectiviteit ervan erodeert. 268<br />

Na de bespreking van de literatuur gaan we in op de mate waarin de<br />

besprok<strong>en</strong> risico’s ook daadwerkelijk optred<strong>en</strong> in de Nederlandse opsporingspraktijk<br />

(paragraaf 5.5.2). Dat do<strong>en</strong> we voornamelijk aan de hand van<br />

afg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> interviews. Aangezi<strong>en</strong> we undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong> zelf niet hebb<strong>en</strong><br />

gesprok<strong>en</strong> <strong>en</strong> we ook niet echt uitputt<strong>en</strong>d hebb<strong>en</strong> gezocht naar voorgevall<strong>en</strong><br />

incid<strong>en</strong>t<strong>en</strong>, kunn<strong>en</strong> we alle<strong>en</strong> met het nodige voorbehoud globale<br />

uitsprak<strong>en</strong> do<strong>en</strong>.<br />

5.5.1 E<strong>en</strong> beeld uit de literatuur<br />

Integriteit van politieambt<strong>en</strong>ar<strong>en</strong> <strong>en</strong> van de opsporing<br />

E<strong>en</strong> eerste risico voor undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong>, <strong>en</strong> in het verl<strong>en</strong>gde daarvan<br />

de opsporing als geheel, is dat het werk<strong>en</strong> <strong>onder</strong> <strong>dekmantel</strong> t<strong>en</strong><br />

koste kan gaan van de integriteit van politiefunctionariss<strong>en</strong> <strong>en</strong> van de<br />

opsporing. Dit risico is in de memorie van toelichting bij de Wet BOB als<br />

red<strong>en</strong> g<strong>en</strong>oemd voor het wettelijk regel<strong>en</strong> van undercoverbevoegdhed<strong>en</strong><br />

(Kamerstukk<strong>en</strong> II 1996/97, 25 403, nr. 3, p. 29).<br />

268 De <strong>onder</strong>scheid<strong>en</strong> risico’s hang<strong>en</strong> soms met elkaar sam<strong>en</strong> <strong>en</strong> zijn niet altijd helemaal los van elkaar te<br />

beschouw<strong>en</strong>. T<strong>en</strong> behoeve van dit overzicht hanter<strong>en</strong> we echter e<strong>en</strong> <strong>onder</strong>verdeling.


Inzet van undercovertraject<strong>en</strong> in de opsporingspraktijk: resultat<strong>en</strong>, effect<strong>en</strong> <strong>en</strong> risico’s 229<br />

Zeker wanneer e<strong>en</strong> undercoverag<strong>en</strong>t lang <strong>onder</strong> <strong>dekmantel</strong> opereert,<br />

zou het risico kunn<strong>en</strong> bestaan dat hij ‘besmet’ wordt door het criminele<br />

milieu. Hierbij gaat het <strong>en</strong>erzijds om het waard<strong>en</strong>patroon <strong>en</strong> de norm<strong>en</strong><br />

volg<strong>en</strong>s welke e<strong>en</strong> politieambt<strong>en</strong>aar leeft <strong>en</strong> werkt. Deze zoud<strong>en</strong> als gevolg<br />

van het undercover werk<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> afglijd<strong>en</strong> naar de normatieve standaard<strong>en</strong><br />

die <strong>onder</strong> criminel<strong>en</strong> geld<strong>en</strong>. Politieambt<strong>en</strong>ar<strong>en</strong> zijn bij de politie<br />

gaan werk<strong>en</strong> om bij te drag<strong>en</strong> aan de handhaving van wett<strong>en</strong>. Wanneer<br />

ze vervolg<strong>en</strong>s als undercoverag<strong>en</strong>t gaan werk<strong>en</strong>, moet<strong>en</strong> ze zich echter<br />

staande zi<strong>en</strong> te houd<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> milieu waar heel andere norm<strong>en</strong> geld<strong>en</strong>.<br />

Zeker wanneer ze vaak <strong>en</strong> lang met criminel<strong>en</strong> moet<strong>en</strong> optrekk<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

ev<strong>en</strong>tueel zi<strong>en</strong> hoe makkelijk hun subject<strong>en</strong> het er als crimineel afbr<strong>en</strong>g<strong>en</strong>,<br />

zou hun houding t<strong>en</strong> opzichte van criminaliteit kunn<strong>en</strong> verander<strong>en</strong><br />

(Van Oss, 1994: 114-115).<br />

Anderzijds bestaat het integriteitsrisico eruit dat e<strong>en</strong> undercoverag<strong>en</strong>t<br />

daadwerkelijk criminele gedraging<strong>en</strong> gaat verton<strong>en</strong>. Als e<strong>en</strong> undercoverag<strong>en</strong>t<br />

heeft gezi<strong>en</strong> hoe makkelijk het subject geld verdi<strong>en</strong>t met bijvoorbeeld<br />

de handel in drugs <strong>en</strong> hoe hij in weelde leeft, is het risico aanwezig<br />

dat de undercoverag<strong>en</strong>t dit wel erg aantrekkelijk gaat vind<strong>en</strong>. Zeker<br />

wanneer e<strong>en</strong> undercovertraject lange tijd duurt, <strong>en</strong> er e<strong>en</strong> verandering<br />

van het waard<strong>en</strong>patroon heeft plaatsgevond<strong>en</strong>, zou de undercoverag<strong>en</strong>t<br />

zich aangetrokk<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> voel<strong>en</strong> tot de materiële of andere voordel<strong>en</strong><br />

van e<strong>en</strong> criminele lev<strong>en</strong>sstijl (Marx, 1988: 162-163; Van Oss 1994: 114;<br />

Buruma, 2001: 65; Sietsma, 1986: 318-319). Girodo deed <strong>onder</strong>zoek naar de<br />

mate waarin Amerikaanse undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong> drugs <strong>en</strong> alcohol misbruik<strong>en</strong><br />

<strong>en</strong> <strong>onder</strong>worp<strong>en</strong> zijn geweest aan disciplinaire maatregel<strong>en</strong>. Daartoe<br />

<strong>onder</strong>vroeg hij 271 undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong>. Hij vond e<strong>en</strong> positieve relatie<br />

tuss<strong>en</strong> beide indicator<strong>en</strong> voor ‘corruptierisico’ <strong>en</strong> de hoeveelheid undercover<br />

ervaring van de ag<strong>en</strong>t<strong>en</strong>. Ook bepaalde persoonlijkheidsk<strong>en</strong>merk<strong>en</strong><br />

vergroott<strong>en</strong> het corruptierisico; undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong> met hoge scores op<br />

meting<strong>en</strong> van zowel emotionele instabiliteit, impulsiviteit als ongedisciplineerdheid,<br />

hadd<strong>en</strong> meer kans op drugs-/alcoholmisbruik <strong>en</strong> disciplinaire<br />

maatregel<strong>en</strong> (Girodo, 1991: 369).<br />

Fysieke veiligheid<br />

E<strong>en</strong> ander risico dat in de literatuur wordt beschrev<strong>en</strong> is dat de fysieke<br />

veiligheid van politiefunctionariss<strong>en</strong> die <strong>onder</strong> <strong>dekmantel</strong> werk<strong>en</strong> in het<br />

geding kan kom<strong>en</strong>. Niet alle<strong>en</strong> de undercoverag<strong>en</strong>t, maar ook di<strong>en</strong>s familieled<strong>en</strong><br />

kunn<strong>en</strong> gevaar lop<strong>en</strong> wanneer hij/zij door de mand valt (Buruma,<br />

2001: 65; Sietsma, 1986: 318-319). Ook dit risico wordt in de memorie van<br />

toelichting bij de Wet BOB g<strong>en</strong>oemd als red<strong>en</strong> voor e<strong>en</strong> wettelijke regeling<br />

van het werk<strong>en</strong> <strong>onder</strong> <strong>dekmantel</strong> (Kamerstukk<strong>en</strong> II 1996/97, 25 403,<br />

nr. 3, p. 29). Undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong> in de VS hebb<strong>en</strong> e<strong>en</strong> veel grotere kans<br />

dan geüniformeerde collega’s om beschot<strong>en</strong> te word<strong>en</strong> <strong>en</strong>/of om zelf e<strong>en</strong><br />

vuurwap<strong>en</strong> te gebruik<strong>en</strong> (Geller, 1992: 9). Undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong><br />

word<strong>en</strong> geconfronteerd met geweld nadat hun ware id<strong>en</strong>titeit aan het licht


230 <strong>Opspor<strong>en</strong></strong> <strong>onder</strong> <strong>dekmantel</strong><br />

is gekom<strong>en</strong>, maar het is ook mogelijk dat ze slachtoffer word<strong>en</strong> van geweld<br />

terwijl hun cover juist intact is. Zo kan e<strong>en</strong> undercoverag<strong>en</strong>t die succesvol<br />

is geïnfiltreerd in e<strong>en</strong> criminele omgeving waarin intimidatie of dreiging<br />

met of daadwerkelijke toepassing van geweld veel voorkom<strong>en</strong>, zelf ook<br />

met dergelijke ‘omgangsvorm<strong>en</strong>’ te mak<strong>en</strong> krijg<strong>en</strong>. Ook is het mogelijk dat<br />

e<strong>en</strong> undercoverag<strong>en</strong>t tijd<strong>en</strong>s e<strong>en</strong> voorg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> PK wordt beroofd door e<strong>en</strong><br />

crimineel die d<strong>en</strong>kt e<strong>en</strong> drugsdealer te ripp<strong>en</strong> (zie ook Marx, 1988: 177-<br />

178).<br />

Psychisch welzijn<br />

Niet alle<strong>en</strong> de fysieke veiligheid kan op het spel staan wanneer iemand<br />

<strong>onder</strong> <strong>dekmantel</strong> werkt, ook het ontstaan van psychische problem<strong>en</strong><br />

wordt als reëel risico beschouwd. Het werk<strong>en</strong> als undercoverag<strong>en</strong>t is in<br />

zeker zin per definitie problematisch. Er wordt immers beroep gedaan op<br />

teg<strong>en</strong>strijdige compet<strong>en</strong>ties <strong>en</strong> roll<strong>en</strong>. Politieambt<strong>en</strong>ar<strong>en</strong> word<strong>en</strong> geselecteerd<br />

op integriteit, maar als undercoverag<strong>en</strong>t moet<strong>en</strong> zij juist bijz<strong>onder</strong><br />

goed kunn<strong>en</strong> lieg<strong>en</strong>. En behalve lieg<strong>en</strong> moet e<strong>en</strong> undercoverag<strong>en</strong>t ook<br />

anderszins vol overtuiging non-politieel gedrag verton<strong>en</strong>.<br />

Verschill<strong>en</strong>de auteurs hebb<strong>en</strong> geschrev<strong>en</strong> over psychische problem<strong>en</strong> bij<br />

undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong>. De meeste publicaties hebb<strong>en</strong> betrekking op de situatie<br />

in het buit<strong>en</strong>land. Factor<strong>en</strong> die de frequ<strong>en</strong>tie van psychische <strong>en</strong> andere<br />

problematiek kunn<strong>en</strong> beïnvloed<strong>en</strong>, zoals de selectie van <strong>en</strong> begeleiding<br />

van undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong> <strong>en</strong> de soort zak<strong>en</strong> waarin undercovertraject<strong>en</strong><br />

word<strong>en</strong> toegepast, kunn<strong>en</strong> verschill<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> land<strong>en</strong>. Het is daarom niet<br />

duidelijk of hetge<strong>en</strong> hierover geschrev<strong>en</strong> is, direct toepasbaar is op Nederlandse<br />

undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong>.<br />

Farkas (1986, aangehaald in Macleod, 1995: 243), die meting<strong>en</strong> afnam bij<br />

82 undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong> voor, tijd<strong>en</strong>s <strong>en</strong> na operaties, vond in zijn <strong>onder</strong>zoek<br />

dat 50% van de <strong>onder</strong>vraagde undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong> toegaf psychische<br />

problem<strong>en</strong> te hebb<strong>en</strong> <strong>onder</strong>vond<strong>en</strong> gedur<strong>en</strong>de hun werkzaamhed<strong>en</strong>.<br />

Girodo et al. (2002) hebb<strong>en</strong> e<strong>en</strong> experim<strong>en</strong>t gehoud<strong>en</strong> waarbij 48 politieambt<strong>en</strong>ar<strong>en</strong><br />

undercover moest<strong>en</strong> door e<strong>en</strong> valse id<strong>en</strong>titeit aan te nem<strong>en</strong>.<br />

De undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong> moest<strong>en</strong> zelf rapporter<strong>en</strong> of zij hadd<strong>en</strong> ervar<strong>en</strong> dat<br />

hun undercoverrol buit<strong>en</strong> werktijd naar vor<strong>en</strong> kwam <strong>en</strong> zij moest<strong>en</strong> ook<br />

de andere deelnem<strong>en</strong>de ag<strong>en</strong>t<strong>en</strong> observer<strong>en</strong> om te zi<strong>en</strong> of er sprake was<br />

van reappearance of a fabricated false id<strong>en</strong>tity. Volg<strong>en</strong>s de zelfrapportage<br />

hadd<strong>en</strong> 10 deelnemers (21%) daar last van gehad. Volg<strong>en</strong>s de beoordeling<br />

door de undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong> van hun collega’s was het bij 31 van de 48<br />

(65%) deelnemers voorgekom<strong>en</strong> dat de aang<strong>en</strong>om<strong>en</strong> id<strong>en</strong>titeit ook buit<strong>en</strong><br />

e<strong>en</strong> operationele omgeving naar vor<strong>en</strong> kwam.<br />

Volg<strong>en</strong>s Miller is de kans op ontdekking <strong>en</strong> de gevar<strong>en</strong> die ontdekking<br />

voor de undercoverag<strong>en</strong>t zelf <strong>en</strong> zijn omgeving met zich meebr<strong>en</strong>g<strong>en</strong>, e<strong>en</strong><br />

belangrijke stressveroorzak<strong>en</strong>de factor (Miller, 2006: 11). Deze angst kan<br />

doorwerk<strong>en</strong>. Van Oss (1994: 100) heeft voor zijn <strong>onder</strong>zoek twee Nederlandse<br />

undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong> geïnterviewd, waarvan er één e<strong>en</strong> collega had


Inzet van undercovertraject<strong>en</strong> in de opsporingspraktijk: resultat<strong>en</strong>, effect<strong>en</strong> <strong>en</strong> risico’s 231<br />

die het dermate moeilijk had met het hanter<strong>en</strong> van spanning<strong>en</strong> dat hij op<br />

eig<strong>en</strong> verzoek van het werk is gehaald. De undercoverag<strong>en</strong>t zegt:<br />

‘Die werd net als ik ook van zijn kruk getrokk<strong>en</strong> <strong>en</strong> aan e<strong>en</strong><br />

kruisverhoor <strong>onder</strong>worp<strong>en</strong>. Hij redt dat, weet zich er uit te lull<strong>en</strong>. Maar,<br />

e<strong>en</strong>maal thuis begint dat in zijn kop te mal<strong>en</strong>, z<strong>onder</strong> dat hij het in de<br />

gat<strong>en</strong> had. Van de <strong>en</strong>e op de andere dag begon hij bepaalde lichamelijke<br />

klacht<strong>en</strong> te verton<strong>en</strong> die hij nog nooit eerder had gehad. (…) Zo is<br />

het infiltratiewerk nu e<strong>en</strong>maal; op het mom<strong>en</strong>t dat je erg<strong>en</strong>s binn<strong>en</strong><br />

b<strong>en</strong>t, in e<strong>en</strong> bepaald milieu vertoeft, b<strong>en</strong> je aan jezelf overgeleverd.<br />

Natuurlijk staat je begeleidingsteam “om de hoek”, maar ja, als je echt<br />

in nood b<strong>en</strong>t; voordat die begeleiders de deur<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> ingetrapt,<br />

gaan er echt waardevolle second<strong>en</strong> verlor<strong>en</strong>. Als je in moeilijke<br />

situaties terechtkomt, zul je toch jezelf er uit moet<strong>en</strong> zi<strong>en</strong> te lull<strong>en</strong>.<br />

Dat dat erg<strong>en</strong>s “hierbov<strong>en</strong>” gaat meespel<strong>en</strong>, dat kan ik me heel goed<br />

voorstell<strong>en</strong>.’<br />

Klacht<strong>en</strong> die undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong> zoud<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> ontwikkel<strong>en</strong> als gevolg<br />

van de ervar<strong>en</strong> stress <strong>en</strong>/of angst zijn depressie <strong>en</strong> paranoia (Van Oss,<br />

1994: 97-101; US departm<strong>en</strong>t of Justice, 1978, in: Girodo et al., 2002).<br />

Psychologische reacties op het werk<strong>en</strong> <strong>onder</strong> <strong>dekmantel</strong> hoev<strong>en</strong> echter<br />

niet per se gerelateerd te zijn aan dergelijke gevoel<strong>en</strong>s van spanning <strong>en</strong><br />

angst (Miller, 2006: 12). Hier<strong>onder</strong> word<strong>en</strong> <strong>en</strong>kele specifieke psychische<br />

gevolg<strong>en</strong> die kunn<strong>en</strong> voorkom<strong>en</strong> bij undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong> behandeld.<br />

E<strong>en</strong> probleem dat in de literatuur wordt g<strong>en</strong>oemd is dat undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong><br />

e<strong>en</strong> narcistische persoonlijkheid kunn<strong>en</strong> ontwikkel<strong>en</strong>. In bepaalde<br />

mate zijn eig<strong>en</strong>schapp<strong>en</strong> die met narcisme sam<strong>en</strong>hang<strong>en</strong>, zoals zelfverzekerdheid<br />

<strong>en</strong> e<strong>en</strong> sterke gerichtheid op de eig<strong>en</strong> persoon, juist van positieve<br />

waarde voor het succesvol uitvoer<strong>en</strong> van het werk van e<strong>en</strong> undercoverag<strong>en</strong>t,<br />

aldus Miller (2006: 12) <strong>en</strong> Macleod (1995: 244), respectievelijk e<strong>en</strong><br />

Amerikaanse <strong>en</strong> Nieuw-Zeelandse auteur die psychologische beschouwing<strong>en</strong><br />

schrev<strong>en</strong> over het werk<strong>en</strong> <strong>onder</strong> <strong>dekmantel</strong>. 269 Zo kan ‘bescheid<strong>en</strong><br />

narcisme’ van pas kom<strong>en</strong> bij het met overtuiging spel<strong>en</strong> van de undercoverrol<br />

<strong>en</strong> bij het kunn<strong>en</strong> omgaan met e<strong>en</strong> vijandige omgeving waarin de<br />

ag<strong>en</strong>t geheel op eig<strong>en</strong> capaciteit<strong>en</strong> is aangewez<strong>en</strong>. Maar het kan ook doorslaan.<br />

Undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong> met e<strong>en</strong> narcistische persoonlijkheid kunn<strong>en</strong><br />

zich superieur gaan voel<strong>en</strong> aan andere, reguliere, dat wil zegg<strong>en</strong> nietundercover,<br />

opsporingsambt<strong>en</strong>ar<strong>en</strong>, <strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> zich arrogant <strong>en</strong> waardering<br />

verwacht<strong>en</strong>d opstell<strong>en</strong>. Daardoor kan uiteindelijk hun functioner<strong>en</strong><br />

binn<strong>en</strong> de politie word<strong>en</strong> belemmerd <strong>en</strong> zoud<strong>en</strong> ook persoonlijke relatieproblem<strong>en</strong><br />

kunn<strong>en</strong> ontstaan omdat de partner h<strong>en</strong> niet meer herk<strong>en</strong>t (Van<br />

269 Macleod was van 1985 tot 1991 als psycholoog betrokk<strong>en</strong> bij de selectie, training <strong>en</strong> begeleiding van<br />

Nieuw-Zeelandse undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong>.


232 <strong>Opspor<strong>en</strong></strong> <strong>onder</strong> <strong>dekmantel</strong><br />

Oss, 1994: 98-99; Miller, 2006: 12). Undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong> met e<strong>en</strong> dergelijke<br />

problematiek zijn lastig te help<strong>en</strong>, juist vanwege de zelfredzaamheid, die<br />

zoals gezegd functioneel is, <strong>en</strong> het gevoel van superioriteit (Macleod, 1995;<br />

Van Oss, 1994: 97-101).<br />

Het undercover Stockholmsyndroom, waarbij de undercoverag<strong>en</strong>t e<strong>en</strong> vrij<br />

hechte persoonlijke band ontwikkelt met het subject, is afgeleid van het<br />

psychologische verschijnsel waarbij e<strong>en</strong> gegijzelde sympathie krijgt voor<br />

de gijzelnemer (Miller, 2006: 13; Marx, 1988: 160). E<strong>en</strong> belangrijk verschil<br />

met e<strong>en</strong> situatie waarin iemand is gegijzeld, is dat het in e<strong>en</strong> undercovertraject<br />

tot op zekere hoogte functioneel <strong>en</strong> gew<strong>en</strong>st is dat e<strong>en</strong> ag<strong>en</strong>t<br />

zich in kan lev<strong>en</strong> in <strong>en</strong> e<strong>en</strong> goede relatie kan opbouw<strong>en</strong> met zijn subject.<br />

Wanneer de band tuss<strong>en</strong> de undercoverag<strong>en</strong>t <strong>en</strong> het subject echter te<br />

hecht wordt, kan het vereiste empathische vermog<strong>en</strong> van de undercoverag<strong>en</strong>t<br />

zich teg<strong>en</strong> hem gaan ker<strong>en</strong>. Marx haalt e<strong>en</strong> ‘deep-cover ag<strong>en</strong>t’ aan<br />

die in verwarring is gebracht wanneer hij merkt dat zijn subject, hoewel<br />

crimineel, best aardig is (Baker, 1985, in: Marx, 1988: 160).<br />

‘Boy, it can get gray out there…just because a guy’s a criminal doesn’t<br />

mean you can’t like him and that he doesn’t have the same interest(s) as<br />

you do (e.g, baseball or fishing).’ 270<br />

Of zoals Miller zegt (Miller, 2006:12):<br />

‘The targets are people, and ev<strong>en</strong> many career criminals have their<br />

“human” side. Many have families with childr<strong>en</strong>. Some may be<br />

quite likable and <strong>en</strong>gaging, the kind of people an officer might <strong>en</strong>joy<br />

having a beer or barbecue with – if only they wer<strong>en</strong>’t smuggling drugs,<br />

laundering curr<strong>en</strong>cy, murdering rivals, or blowing up buildings.’ 271<br />

Juist wanneer er e<strong>en</strong> persoonlijke band met het subject is opgebouwd,<br />

zou e<strong>en</strong> undercoverag<strong>en</strong>t gevoel<strong>en</strong>s van schuld kunn<strong>en</strong> ervar<strong>en</strong> als gevolg<br />

van de misleiding <strong>en</strong> uiteindelijk het verraad waar e<strong>en</strong> succesvol undercovertraject<br />

per definitie op uitdraait (Marx, 1988: 160; Miller, 2006: 2; Van<br />

Oss, 1994: 97; Beijer, 2004: 103). Farkas vond dan ook e<strong>en</strong> verband tuss<strong>en</strong><br />

<strong>en</strong>erzijds de mate waarin e<strong>en</strong> undercoverag<strong>en</strong>t gehecht was aan e<strong>en</strong><br />

subject <strong>en</strong> anderzijds de negatieve gevoel<strong>en</strong>s van de ag<strong>en</strong>t tijd<strong>en</strong>s <strong>en</strong> na de<br />

operatie (Farkas, 1986, in: Miller, 2006: 13).<br />

270 ‘Jong<strong>en</strong>, wat kan het “grijs” zijn … alle<strong>en</strong> maar het feit dat e<strong>en</strong> v<strong>en</strong>t crimineel is, betek<strong>en</strong>t nog niet dat je<br />

hem niet aardig kan vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> dat hij niet dezelfde interesses kan hebb<strong>en</strong> als jij (bijvoorbeeld honkbal<br />

<strong>en</strong> viss<strong>en</strong>.’<br />

271 ‘De subject<strong>en</strong> zijn m<strong>en</strong>s<strong>en</strong>, <strong>en</strong> zelfs veel carrièrecriminel<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> hun “m<strong>en</strong>selijke” kant. Vel<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong><br />

e<strong>en</strong> gezin <strong>en</strong> kinder<strong>en</strong>. Sommig<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> heel aang<strong>en</strong>aam <strong>en</strong> innem<strong>en</strong>d zijn, het soort m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> waarmee<br />

politieambt<strong>en</strong>ar<strong>en</strong> best e<strong>en</strong> biertje of e<strong>en</strong> barbecue zoud<strong>en</strong> will<strong>en</strong> do<strong>en</strong> – als ze nou maar niet drugs aan<br />

het smokkel<strong>en</strong>, geld witwass<strong>en</strong>, rival<strong>en</strong> vermoord<strong>en</strong> of gebouw<strong>en</strong> aan het opblaz<strong>en</strong> zoud<strong>en</strong> zijn.’


Inzet van undercovertraject<strong>en</strong> in de opsporingspraktijk: resultat<strong>en</strong>, effect<strong>en</strong> <strong>en</strong> risico’s 233<br />

T<strong>en</strong> slotte kunn<strong>en</strong> de ervaring<strong>en</strong> die e<strong>en</strong> undercoverag<strong>en</strong>t opdoet voor<br />

hem of haar ook positieve psychologische <strong>en</strong> persoonlijke gevolg<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong>.<br />

Macleod constateerde dat 60% van de 37 door hem <strong>onder</strong>zochte Nieuw-<br />

Zeelandse undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong> rapporteerde persoonlijke voordel<strong>en</strong> te<br />

hebb<strong>en</strong> ervar<strong>en</strong>: e<strong>en</strong> gevoel van voldo<strong>en</strong>ing; toeg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> vertrouw<strong>en</strong>; <strong>en</strong><br />

persoonlijke groei (Macleod, 1995: 242).<br />

(On)bestuurbaarheid van infiltrant<strong>en</strong><br />

E<strong>en</strong> risico van geheel andere aard is de (on)bestuurbaarheid van de infiltrant.<br />

Dit is niet zozeer e<strong>en</strong> risico voor de undercoverag<strong>en</strong>t als wel voor de<br />

actor<strong>en</strong> binn<strong>en</strong> het OM <strong>en</strong> de politie <strong>onder</strong> de verantwoordelijkheid van<br />

wie e<strong>en</strong> undercoverag<strong>en</strong>t werkt. E<strong>en</strong> eerste aspect van dit risico betreft de<br />

slechte bestuurbaarheid <strong>en</strong> controleerbaarheid van person<strong>en</strong> die in e<strong>en</strong><br />

undercovertraject word<strong>en</strong> ingezet maar die niet voor e<strong>en</strong> Nederlandse<br />

opsporingsautoriteit werk<strong>en</strong>. Dit geldt voor (criminele) burgerinformant<strong>en</strong><br />

<strong>en</strong> -infiltrant<strong>en</strong>. Deze hebb<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> opleiding <strong>en</strong> training gevolgd <strong>en</strong><br />

omdat ze ge<strong>en</strong> opsporingsambt<strong>en</strong>aar zijn, hoev<strong>en</strong> ze ook niet als zodanig<br />

verantwoording af te legg<strong>en</strong>. Afsprak<strong>en</strong> met (criminele) burgerinformant<strong>en</strong><br />

<strong>en</strong> -infiltrant<strong>en</strong> lat<strong>en</strong> zich moeilijker controler<strong>en</strong> <strong>en</strong> afdwing<strong>en</strong> dan<br />

met opsporingsambt<strong>en</strong>ar<strong>en</strong> (Buruma, 2001: 110; Bokhorst et al., 2002: 151).<br />

Zeker criminele burgers kunn<strong>en</strong> bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> e<strong>en</strong> eig<strong>en</strong> ag<strong>en</strong>da hanter<strong>en</strong><br />

bij hun ‘hulp’ aan politie <strong>en</strong> justitie. De IRT-affaire heeft uitgewez<strong>en</strong> dat<br />

het gebruikmak<strong>en</strong> van criminele burgerinformant<strong>en</strong> kan leid<strong>en</strong> tot e<strong>en</strong><br />

controlevraagstuk: wie runt wie? In de praktijk bleek dat te vaak de informant<br />

bepaalde wat er gebeurde, waardoor er ge<strong>en</strong> strakke sturing was<br />

<strong>en</strong> er onbeheersbare situaties kond<strong>en</strong> ontstaan (Kamerstukk<strong>en</strong> II 1995/96,<br />

24 072, nrs. 10-11, p. 221). Ook de inzet van buit<strong>en</strong>landse undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong><br />

in het geval van e<strong>en</strong> rechtshulpverzoek vanuit het buit<strong>en</strong>land kan e<strong>en</strong><br />

risico vorm<strong>en</strong> voor wat betreft de bestuurbaarheid <strong>en</strong> controleerbaarheid.<br />

Zo is de achtergrond van de door de buit<strong>en</strong>landse opsporingsdi<strong>en</strong>st<br />

geïntroduceerde persoon niet altijd ev<strong>en</strong> duidelijk <strong>en</strong> soms ook moeilijk<br />

te controler<strong>en</strong> (zie ook Buruma, 2001: 130-131; Bokhorst et al., 2002: 151;<br />

Beijer, 2004: 241-244).<br />

Het tweede aspect van het risico van onbestuurbaarheid heeft ermee te<br />

mak<strong>en</strong> dat politieambt<strong>en</strong>ar<strong>en</strong> tijd<strong>en</strong>s e<strong>en</strong> opsporings<strong>onder</strong>zoek in de<br />

verleiding zoud<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> kom<strong>en</strong> om de regels van het toelaatbare ‘ev<strong>en</strong>’<br />

te verlat<strong>en</strong> als ze d<strong>en</strong>k<strong>en</strong> dat daarmee het bereik<strong>en</strong> van het hogere doel<br />

van het oploss<strong>en</strong> van de zaak dichterbij zal kom<strong>en</strong>. Dit risico geldt niet<br />

specifiek voor undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong> maar geldt voor actor<strong>en</strong> binn<strong>en</strong> de<br />

opsporing in het algeme<strong>en</strong>. Wel is het zo dat undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong> regelmatig<br />

alle<strong>en</strong> operer<strong>en</strong>, waardoor de verleiding nog groter zou kunn<strong>en</strong> zijn<br />

(Goldschmidt & Anonymous, 2008).


234 <strong>Opspor<strong>en</strong></strong> <strong>onder</strong> <strong>dekmantel</strong><br />

Bek<strong>en</strong>dheid van het middel<br />

Handeling<strong>en</strong> die de politie verricht t<strong>en</strong> behoeve van de opsporing kunn<strong>en</strong><br />

zowel op<strong>en</strong>lijk als verborg<strong>en</strong> zijn (Marx, 1988: 11-13). Voorbeeld<strong>en</strong> van<br />

op<strong>en</strong>lijk politieoptred<strong>en</strong> zijn surveillance <strong>en</strong> buurt<strong>onder</strong>zoek. Het aftapp<strong>en</strong><br />

van telefoons <strong>en</strong> undercovertraject<strong>en</strong> zijn voorbeeld<strong>en</strong> van verborg<strong>en</strong><br />

politieoptred<strong>en</strong>. Verborg<strong>en</strong> opsporingsinstrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> werk<strong>en</strong> alle<strong>en</strong> als<br />

de inzet ook écht verborg<strong>en</strong> is <strong>en</strong> e<strong>en</strong> verdachte niet weet dat het middel<br />

teg<strong>en</strong> hem wordt gebruikt. E<strong>en</strong> laatste categorie risico’s is dan ook het<br />

risico dat de bek<strong>en</strong>dheid van het gebruik van undercovertraject<strong>en</strong> als<br />

middel in de opsporing afbreuk doet aan de effectiviteit ervan (Bokhorst<br />

et al., 2002: 111; 115-119).<br />

De bek<strong>en</strong>dheid kan geld<strong>en</strong> voor de inzet van e<strong>en</strong> undercovertraject in<br />

e<strong>en</strong> specifiek <strong>onder</strong>zoek, hetge<strong>en</strong> natuurlijk directe risico’s met zich<br />

meebr<strong>en</strong>gt, maar ook meer algeme<strong>en</strong> zijn <strong>en</strong> betrekking hebb<strong>en</strong> op het<br />

feit dat de politie dit middel inzet bij de opsporing. Verder kunn<strong>en</strong> behalve<br />

de inzet zelf ook ingezette undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong> of gebruikte method<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

tactiek<strong>en</strong> bek<strong>en</strong>d word<strong>en</strong>. Oorzak<strong>en</strong> van het bek<strong>en</strong>d rak<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> zijn<br />

de notificatie, verbalisering, persaandacht <strong>en</strong> natuurlijk de directe of<br />

(via k<strong>en</strong>niss<strong>en</strong>) indirecte ervaring van verdacht<strong>en</strong>/criminel<strong>en</strong>. Bek<strong>en</strong>dheid<br />

van de inzet in e<strong>en</strong> specifiek opsporings<strong>onder</strong>zoek br<strong>en</strong>gt natuurlijk<br />

heel directe risico’s met zich mee voor de veiligheid van de betreff<strong>en</strong>de<br />

undercoverag<strong>en</strong>t(<strong>en</strong>) <strong>en</strong> maakt (verdere) <strong>uitvoering</strong> van e<strong>en</strong> traject onmogelijk.<br />

Meer algem<strong>en</strong>e k<strong>en</strong>nis kan leid<strong>en</strong> tot verminderde effectiviteit van<br />

het middel maar ev<strong>en</strong>e<strong>en</strong>s tot grotere veiligheidsrisico’s, omdat verdacht<strong>en</strong><br />

achterdochtiger kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> <strong>en</strong> vreemd<strong>en</strong>, waar<strong>onder</strong> undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong>,<br />

kunn<strong>en</strong> gaan ‘doorzag<strong>en</strong>’. Behalve dat bek<strong>en</strong>dheid van het<br />

middel wordt gevreesd, kan het echter juist ook word<strong>en</strong> nagestreefd. In<br />

de literatuur over de Amerikaanse <strong>uitvoering</strong>spraktijk zijn voorbeeld<strong>en</strong><br />

gevond<strong>en</strong> waarin aan het bek<strong>en</strong>d word<strong>en</strong> van de inzet van undercovertraject<strong>en</strong><br />

bij de bestrijding van bepaalde misdrijv<strong>en</strong>, zoals illegale wap<strong>en</strong>handel<br />

<strong>en</strong> het online pleg<strong>en</strong> van bepaalde zed<strong>en</strong>delict<strong>en</strong>, e<strong>en</strong> (mogelijke)<br />

prev<strong>en</strong>tieve werking wordt toegeschrev<strong>en</strong> (Webster et al., 2006: 225-230;<br />

Newman, 2007: 22). Het do<strong>en</strong> van algem<strong>en</strong>e uitsprak<strong>en</strong> over e<strong>en</strong> dergelijke<br />

prev<strong>en</strong>tieve werking is echter niet mogelijk (zie paragraaf 5.2 <strong>en</strong> 5.3.5).<br />

Bescherm<strong>en</strong>de factor<strong>en</strong><br />

In de literatuur die al verschill<strong>en</strong>de ker<strong>en</strong> is aangehaald wordt niet alle<strong>en</strong><br />

ingegaan op de mogelijke risico’s van undercovertraject<strong>en</strong>, maar ook op<br />

de factor<strong>en</strong> die het optred<strong>en</strong> van risico’s kunn<strong>en</strong> voorkom<strong>en</strong>. Het gaat dan<br />

<strong>en</strong>erzijds om e<strong>en</strong> adequate selectie van undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> goede<br />

selectie, waarbij <strong>onder</strong> andere iemands vatbaarheid voor mogelijke risico’s<br />

<strong>en</strong> de motivatie word<strong>en</strong> getaxeerd, zou psychische <strong>en</strong> overige problematiek<br />

deels kunn<strong>en</strong> voorkom<strong>en</strong> (Macleod, 1995: 243-244; Girodo, 1997).<br />

Anderzijds wordt gewez<strong>en</strong> op het belang van e<strong>en</strong> goede begeleiding van<br />

undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong> tijd<strong>en</strong>s operaties. Tijd<strong>en</strong>s undercovertraject<strong>en</strong> zou


Inzet van undercovertraject<strong>en</strong> in de opsporingspraktijk: resultat<strong>en</strong>, effect<strong>en</strong> <strong>en</strong> risico’s 235<br />

er zeer regelmatig <strong>en</strong> nauw contact moet<strong>en</strong> zijn met e<strong>en</strong> begeleider die<br />

fungeert als klankbord <strong>en</strong> de undercoverag<strong>en</strong>t helpt om te gaan met niet<br />

alle<strong>en</strong> operationele kwesties, maar ook met de sociale <strong>en</strong> psychologische<br />

vraagstukk<strong>en</strong> die het werk<strong>en</strong> <strong>onder</strong> <strong>dekmantel</strong> met zich mee kan br<strong>en</strong>g<strong>en</strong><br />

(Marx, 1988: 161-162; Band & She<strong>en</strong>an, 1999; zie ook Farkas, 1986, in:<br />

Miller, 2006: 11).<br />

5.5.2 De Nederlandse opsporingspraktijk<br />

Hier<strong>onder</strong> wordt aan de hand van gehoud<strong>en</strong> interviews met OvJ’s, teamleiders<br />

van de voormalige politiële infiltratieteams (PIT’s) <strong>en</strong> politiefunctionariss<strong>en</strong><br />

e<strong>en</strong> beeld geschetst van het voorkom<strong>en</strong> van de risico’s in de<br />

huidige Nederlandse opsporingspraktijk.<br />

De geïnterviewde person<strong>en</strong> k<strong>en</strong>d<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> concrete Nederlandse voorbeeld<strong>en</strong><br />

van undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong> die daadwerkelijk zijn afgegled<strong>en</strong> naar het<br />

criminele milieu of slachtoffer zijn geword<strong>en</strong> van fysiek geweld. Ook in de<br />

bestudeerde dossiers zijn wij dergelijke voorbeeld<strong>en</strong> niet teg<strong>en</strong>gekom<strong>en</strong>.<br />

Wel zijn door e<strong>en</strong> aantal respond<strong>en</strong>t<strong>en</strong> de psychologische gevolg<strong>en</strong> van<br />

het werk<strong>en</strong> <strong>onder</strong> <strong>dekmantel</strong> naar vor<strong>en</strong> gebracht. Zo zoud<strong>en</strong> undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong><br />

als gevolg van de coverid<strong>en</strong>titeit die zij moet<strong>en</strong> aannem<strong>en</strong> soms<br />

kleinere of grotere verandering<strong>en</strong> <strong>onder</strong>gaan in hun interesses <strong>en</strong>/of<br />

gedrag. E<strong>en</strong> undercoverag<strong>en</strong>t die voor zijn cover in mooie auto's moet<br />

rondrijd<strong>en</strong> kan bijvoorbeeld daadwerkelijk meer interesse gaan ontwikkel<strong>en</strong><br />

voor mooie auto’s. Ook meer fundam<strong>en</strong>tele verandering<strong>en</strong> zoud<strong>en</strong><br />

echter voorkom<strong>en</strong>, waardoor bijvoorbeeld relatieproblem<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong><br />

ontstaan omdat de partner van de undercoverag<strong>en</strong>t hem of haar niet meer<br />

herk<strong>en</strong>t. Ook is e<strong>en</strong> aantal ker<strong>en</strong> gewez<strong>en</strong> op de last die e<strong>en</strong> traject voor<br />

e<strong>en</strong> undercoverag<strong>en</strong>t met zich mee kan br<strong>en</strong>g<strong>en</strong> – d<strong>en</strong>k aan het undercover<br />

Stockholmsyndroom <strong>en</strong> schuldgevoel<strong>en</strong>s – wanneer hij of zij e<strong>en</strong> vrij<br />

hechte relatie heeft opgebouwd met het subject. Mogelijke sympathie<br />

voor subject<strong>en</strong> kan e<strong>en</strong> traject dus ‘zwaar’ mak<strong>en</strong>, maar gevoel<strong>en</strong>s van<br />

afgrijz<strong>en</strong> voor e<strong>en</strong> subject of t<strong>en</strong> aanzi<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> bepaald misdrijf kunn<strong>en</strong><br />

dat ook. In dit verband zou het werk<strong>en</strong> <strong>onder</strong> <strong>dekmantel</strong> in opsporings<strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong><br />

die zich richt<strong>en</strong> op kinderporno e<strong>en</strong> extra last met zich<br />

meebr<strong>en</strong>g<strong>en</strong>. Respond<strong>en</strong>t<strong>en</strong> gev<strong>en</strong> dus wel aan dat het werk van undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong><br />

bepaalde persoonlijke of psychologische gevolg<strong>en</strong> kan hebb<strong>en</strong><br />

voor de person<strong>en</strong> in kwestie. Dat dit ook op grote schaal tot problem<strong>en</strong><br />

leidt is echter niet geblek<strong>en</strong>.<br />

Ook van problem<strong>en</strong> wat betreft onbestuurbaarheid van undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong><br />

zijn in Nederlandse opsporings<strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> voorbeeld<strong>en</strong> gevond<strong>en</strong>.<br />

Hierbij kan e<strong>en</strong> rol spel<strong>en</strong> dat in Nederland vrijwel ge<strong>en</strong> gebruik meer<br />

wordt gemaakt van burgerinfiltrant<strong>en</strong>. Wel zou bij rechtshulpverzoek<strong>en</strong><br />

vanuit het buit<strong>en</strong>land de controleerbaarheid <strong>en</strong> stuurbaarheid soms<br />

problematisch kunn<strong>en</strong> zijn. Zo kan het bij buit<strong>en</strong>landse opsporings<strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong><br />

minder duidelijk zijn of e<strong>en</strong> in te zett<strong>en</strong> persoon e<strong>en</strong> (criminele)


236 <strong>Opspor<strong>en</strong></strong> <strong>onder</strong> <strong>dekmantel</strong><br />

burger is. Ook zijn door twee OvJ’<strong>en</strong> voorbeeld<strong>en</strong> gegev<strong>en</strong> van rechtshulpverzoek<strong>en</strong><br />

vanuit het buit<strong>en</strong>land waarbij op <strong>en</strong>ig mom<strong>en</strong>t is geblek<strong>en</strong><br />

dat buit<strong>en</strong>landse actor<strong>en</strong> activiteit<strong>en</strong> hadd<strong>en</strong> ontplooid waarvoor ge<strong>en</strong><br />

toestemming was gegev<strong>en</strong>.<br />

E<strong>en</strong> aantal respond<strong>en</strong>t<strong>en</strong> heeft aangegev<strong>en</strong> dat er soms te veel bek<strong>en</strong>dheid<br />

wordt gegev<strong>en</strong> aan undercovertraject<strong>en</strong>. Zij doel<strong>en</strong> dan <strong>en</strong>erzijds op<br />

aandacht in de pers voor undercovertraject<strong>en</strong> van de politie of van particulier<strong>en</strong><br />

als Peter R. de Vries. Anderzijds zijn we in de bestudeerde zak<strong>en</strong><br />

drie gevall<strong>en</strong> teg<strong>en</strong>gekom<strong>en</strong> waarin op <strong>en</strong>ig mom<strong>en</strong>t de vrees bestond dat<br />

e<strong>en</strong> traject in gevaar was (of zou zijn) als gevolg van het mogelijk uitlekk<strong>en</strong><br />

van informatie. Twee keer ging het om e<strong>en</strong> traject dat is geannuleerd<br />

respectievelijk gestaakt nadat het infiltratieteam had geconstateerd dat er<br />

binn<strong>en</strong> de politie te veel ruchtbaarheid was gegev<strong>en</strong> aan de operatie. E<strong>en</strong><br />

derde keer is e<strong>en</strong> traject tijdelijk stilgelegd vanwege het zoek rak<strong>en</strong> van op<br />

undercoverwerkzaamhed<strong>en</strong> betrekking hebb<strong>en</strong>de docum<strong>en</strong>t<strong>en</strong>.<br />

Al met al komt uit de interviews het beeld naar vor<strong>en</strong> dat e<strong>en</strong> aantal<br />

risico’s weliswaar reëel is, maar dat zich in Nederlandse opsporings<strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong><br />

niet veel problem<strong>en</strong> lijk<strong>en</strong> voor te do<strong>en</strong>. Zoals gezegd hebb<strong>en</strong> we<br />

ge<strong>en</strong> undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong> in het <strong>onder</strong>zoek betrokk<strong>en</strong>. Daardoor hebb<strong>en</strong><br />

we op de frequ<strong>en</strong>tie van psychische problematiek alle<strong>en</strong>, via de teamchefs<br />

<strong>en</strong> e<strong>en</strong> aantal andere betrokk<strong>en</strong><strong>en</strong>, e<strong>en</strong> beperkt zicht. Ook naar gevall<strong>en</strong><br />

waarin undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong> aan lichamelijk geweld zijn blootgesteld<br />

of waarin e<strong>en</strong> undercoverag<strong>en</strong>t daadwerkelijk misdrijv<strong>en</strong> is gaan pleg<strong>en</strong><br />

dan wel is ‘overgelop<strong>en</strong>’ of waarin hij juist overijverig was in het ‘pakk<strong>en</strong>’<br />

van de verdachte (onbestuurbaarheid), hebb<strong>en</strong> we ge<strong>en</strong> uitputt<strong>en</strong>d <strong>onder</strong>zoek<br />

gedaan. Dat we in ons <strong>onder</strong>zoek ge<strong>en</strong> (Nederlandse) gevall<strong>en</strong> zijn<br />

teg<strong>en</strong>gekom<strong>en</strong> waarin fysieke, integriteits- of onbestuurbaarheidsrisico’s<br />

zich ook echt hebb<strong>en</strong> voorgedaan, geeft echter waarschijnlijk wel aan<br />

dat vooral dit specifieke soort problem<strong>en</strong> niet heel veel voorkomt in de<br />

Nederlandse opsporingspraktijk. Nu is het zo dat undercovertraject<strong>en</strong> ook<br />

niet veel word<strong>en</strong> ingezet, waardoor e<strong>en</strong> hoge (absolute) frequ<strong>en</strong>tie van die<br />

problem<strong>en</strong> ook niet te verwacht<strong>en</strong> is.<br />

Daarnaast zal waarschijnlijk ook e<strong>en</strong> rol spel<strong>en</strong> dat het werk<strong>en</strong> <strong>onder</strong><br />

<strong>dekmantel</strong> weliswaar e<strong>en</strong> grote mate van onvoorspelbaarheid <strong>en</strong> bepaalde<br />

gevar<strong>en</strong> met zich meebr<strong>en</strong>gt, maar dat dit type politieoptred<strong>en</strong> er tegelijkertijd<br />

één is dat in de Nederlandse opsporingspraktijk alle<strong>en</strong> door e<strong>en</strong><br />

selecte categorie van politieambt<strong>en</strong>ar<strong>en</strong> <strong>en</strong> <strong>onder</strong> e<strong>en</strong> int<strong>en</strong>sieve begeleiding<br />

<strong>en</strong> beveiliging wordt toegepast. Pot<strong>en</strong>tiële led<strong>en</strong> van infiltratieteams,<br />

die altijd van binn<strong>en</strong> de politie afkomstig zijn <strong>en</strong> dus al e<strong>en</strong> politieopleiding<br />

achter de rug hebb<strong>en</strong>, <strong>onder</strong>gaan e<strong>en</strong> str<strong>en</strong>ge selectie die het mer<strong>en</strong>deel<br />

van de kandidat<strong>en</strong> niet doorlaat. Zijn zij e<strong>en</strong>maal aang<strong>en</strong>om<strong>en</strong>, dan<br />

word<strong>en</strong> zij alle<strong>en</strong> <strong>onder</strong> bepaalde voorwaard<strong>en</strong> ingezet. Bij het besliss<strong>en</strong><br />

over of in concrete zak<strong>en</strong> e<strong>en</strong> undercovertraject ingezet kan word<strong>en</strong> <strong>en</strong> bij<br />

het bepal<strong>en</strong> van de tactiek van e<strong>en</strong> undercovertraject, vormt de veiligheid<br />

van de undercoverag<strong>en</strong>t e<strong>en</strong> zeer hoge, zo niet de hoogste, prioriteit.


Inzet van undercovertraject<strong>en</strong> in de opsporingspraktijk: resultat<strong>en</strong>, effect<strong>en</strong> <strong>en</strong> risico’s 237<br />

Tijd<strong>en</strong>s inzett<strong>en</strong> word<strong>en</strong> undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong> vervolg<strong>en</strong>s nauw begeleid<br />

door één of meerdere begeleiders. E<strong>en</strong> begeleider heeft met nadruk niet<br />

alle<strong>en</strong> e<strong>en</strong> taak in het toezi<strong>en</strong> op e<strong>en</strong> juridisch verantwoorde <strong>en</strong> effectieve<br />

<strong>uitvoering</strong> van het traject, maar fungeert ook als klankbord, moet door<br />

int<strong>en</strong>sieve debriefing tijd<strong>en</strong>s het traject voorkom<strong>en</strong> dat risico’s daadwerkelijk<br />

optred<strong>en</strong> <strong>en</strong> moet ev<strong>en</strong>tuele problem<strong>en</strong> vroeg signaler<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> andere<br />

maatregel die ‘afglijd<strong>en</strong>’ of psychologische problematiek zo veel mogelijk<br />

moet voorkom<strong>en</strong> is de maximumtermijn van zes jaar waarin iemand als<br />

undercoverag<strong>en</strong>t aangesteld mag zijn.<br />

Teg<strong>en</strong> mogelijk gewelddadig gedrag van criminel<strong>en</strong> word<strong>en</strong> undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong><br />

t<strong>en</strong> slotte zoveel als mogelijk beschermd door e<strong>en</strong> goede voorbereiding<br />

<strong>en</strong> door beveiliging tijd<strong>en</strong>s het traject. Door de voorbereiding<br />

is het infiltratieteam zoveel als mogelijk op de hoogte van relevante<br />

k<strong>en</strong>merk<strong>en</strong> van de subject<strong>en</strong>, zoals ev<strong>en</strong>tuele gewelddadigheid. Beveiliging<br />

tijd<strong>en</strong>s het traject vindt plaats door het aanlever<strong>en</strong> van informatie,<br />

bijvoorbeeld uit telefoontaps of door observatieteams, <strong>en</strong> door ev<strong>en</strong>tuele<br />

rugdekking of bijstand bij specifieke mom<strong>en</strong>t<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> teamleider van<br />

e<strong>en</strong> infiltratieteam gaf aan dat door dergelijke maatregel<strong>en</strong> in bepaalde<br />

situaties e<strong>en</strong> undercoverag<strong>en</strong>t minder gevaar zal lop<strong>en</strong> dan e<strong>en</strong> reguliere<br />

politieambt<strong>en</strong>aar. Hij noemt als voorbeeld twee bewap<strong>en</strong>de criminel<strong>en</strong><br />

die in e<strong>en</strong> auto rijd<strong>en</strong> waarin zij e<strong>en</strong> grote hoeveelheid heroïne vervoer<strong>en</strong>.<br />

Reguliere, geüniformeerde ag<strong>en</strong>t<strong>en</strong> die deze auto nietsvermoed<strong>en</strong>d tijd<strong>en</strong>s<br />

e<strong>en</strong> routinecontrole aanhoud<strong>en</strong>, lop<strong>en</strong> wellicht meer risico dan e<strong>en</strong><br />

undercoverag<strong>en</strong>t die in e<strong>en</strong> undercovertraject met dezelfde criminel<strong>en</strong><br />

e<strong>en</strong> afspraak heeft gemaakt om heroïne te kop<strong>en</strong>.<br />

‘Zij (de criminel<strong>en</strong>, auteurs) wet<strong>en</strong> dat ze op dat mom<strong>en</strong>t gepakt<br />

kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong>, want de auto kan wel e<strong>en</strong>s doorzocht word<strong>en</strong>. Op dat<br />

mom<strong>en</strong>t lop<strong>en</strong> die (geüniformeerde, auteurs) ag<strong>en</strong>t<strong>en</strong> heel veel risico,<br />

want uit paniek kunn<strong>en</strong> die criminel<strong>en</strong> als ze e<strong>en</strong> vuurwap<strong>en</strong> bij zich<br />

hebb<strong>en</strong> wel e<strong>en</strong>s het vuur op<strong>en</strong><strong>en</strong>. De infiltratieteams daar<strong>en</strong>teg<strong>en</strong><br />

hebb<strong>en</strong> tijd om ingelicht te word<strong>en</strong> over de betrokk<strong>en</strong> verdacht<strong>en</strong> door<br />

het tactisch team. Hierdoor kun je iemand <strong>en</strong>igszins inschatt<strong>en</strong>: hoe is<br />

zijn karakter, hoe reageert hij op problem<strong>en</strong> etc.’<br />

Hiermee relativer<strong>en</strong> we niet de risico’s die met undercovertraject<strong>en</strong><br />

gepaard gaan. De g<strong>en</strong>oemde maatregel<strong>en</strong> zijn immers g<strong>en</strong>om<strong>en</strong> juist<br />

vanwége die risico’s; juist omdat de undercoverag<strong>en</strong>t uit dit voorbeeld met<br />

vuurwap<strong>en</strong>gevaarlijke drugscriminel<strong>en</strong> werkt, wordt hij goed voorbereid,<br />

begeleid <strong>en</strong> beveiligd. Wel geeft het aan dat door bepaalde maatregel<strong>en</strong>,<br />

maatregel<strong>en</strong> die zoals we zag<strong>en</strong> ook in de internationale literatuur als<br />

prev<strong>en</strong>tieve factor<strong>en</strong> word<strong>en</strong> b<strong>en</strong>oemd, risico’s verkleind kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong>.


6<br />

Slotbeschouwing<br />

6.1 Inleiding<br />

In voorafgaande hoofdstukk<strong>en</strong> zijn de <strong>regulering</strong>, <strong>uitvoering</strong> <strong>en</strong> resultat<strong>en</strong><br />

van undercovertraject<strong>en</strong> besprok<strong>en</strong>. We besprak<strong>en</strong> de wet- <strong>en</strong> regelgeving<br />

<strong>en</strong> jurisprud<strong>en</strong>tie omtr<strong>en</strong>t undercovertraject<strong>en</strong> <strong>en</strong> we zag<strong>en</strong> hoe vaak,<br />

waarom <strong>en</strong> wanneer undercovertraject<strong>en</strong> in Nederlandse opsporings<strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong><br />

word<strong>en</strong> ingezet <strong>en</strong> welke resultat<strong>en</strong> daarbij word<strong>en</strong> behaald. In<br />

deze slotbeschouwing gev<strong>en</strong> we e<strong>en</strong> sam<strong>en</strong>vatting van <strong>en</strong> e<strong>en</strong> beschouwing<br />

op onze <strong>onder</strong>zoeksbevinding<strong>en</strong> <strong>en</strong> trekk<strong>en</strong> we conclusies. Op sommige<br />

plaats<strong>en</strong> zal ook word<strong>en</strong> ingegaan op mogelijke beleidsimplicaties.<br />

Hier<strong>onder</strong> gev<strong>en</strong> we eerst nog e<strong>en</strong>s e<strong>en</strong> korte toelichting op undercovertraject<strong>en</strong><br />

<strong>en</strong> herhal<strong>en</strong> we de probleemstelling van waaruit ons <strong>onder</strong>zoek<br />

is verricht. Vervolg<strong>en</strong>s bevat paragraaf 6.2 e<strong>en</strong> recapitulatie <strong>en</strong> deels e<strong>en</strong><br />

beschouwing van de <strong>uitvoering</strong> <strong>en</strong> resultat<strong>en</strong> van undercovertraject<strong>en</strong>. In<br />

paragraaf 6.3 gaan we in op de factor<strong>en</strong> die van invloed zijn op die <strong>uitvoering</strong><br />

<strong>en</strong> resultat<strong>en</strong>. We mak<strong>en</strong> daarbij <strong>onder</strong>scheid tuss<strong>en</strong> het juridisch<br />

kader, de criminele context, de opsporing <strong>en</strong> de omgeving. Daarna gaan<br />

we in paragraaf 6.4 kort in op de reorganisatie van de infiltratieteams. Het<br />

hoofdstuk eindigt met e<strong>en</strong> nawoord (6.5).<br />

Undercovertraject<strong>en</strong><br />

Undercovertraject<strong>en</strong> <strong>onder</strong>scheid<strong>en</strong> zich van de meeste andere opsporingsinstrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong><br />

vanwege hun verborg<strong>en</strong> <strong>en</strong> misleid<strong>en</strong>de karakter.<br />

Het verborg<strong>en</strong> dan wel op<strong>en</strong>lijk zichtbare politiekarakter <strong>en</strong> de aan- dan<br />

wel afwezigheid van misleiding zijn twee dim<strong>en</strong>sies aan de hand waarvan<br />

Gary Marx, in het standaardwerk Undercover: police surveillance in<br />

America, <strong>onder</strong>scheid aanbr<strong>en</strong>gt tuss<strong>en</strong> verschill<strong>en</strong>de politieactiviteit<strong>en</strong><br />

(Marx, 1988: 11-13). Op basis van deze twee dim<strong>en</strong>sies deelt hij politieactiviteit<strong>en</strong><br />

in vier categorieën in. Op<strong>en</strong>lijke <strong>en</strong> niet-misleid<strong>en</strong>de politieactiviteit<strong>en</strong><br />

zijn bijvoorbeeld <strong>onder</strong>vraging van getuig<strong>en</strong> of verdacht<strong>en</strong>,<br />

huiszoeking<strong>en</strong> <strong>en</strong> aanhouding<strong>en</strong> die word<strong>en</strong> verricht door zichzelf als<br />

zodanig k<strong>en</strong>baar mak<strong>en</strong>de opsporingsambt<strong>en</strong>ar<strong>en</strong>. Dergelijke handeling<strong>en</strong><br />

zijn op<strong>en</strong>lijk herk<strong>en</strong>baar als politieactiviteit <strong>en</strong> de betreff<strong>en</strong>de burgers<br />

word<strong>en</strong> in beginsel niet ‘op e<strong>en</strong> verkeerd be<strong>en</strong>’ gezet – ze word<strong>en</strong> dus niet<br />

misleid. Voorbeeld<strong>en</strong> van op<strong>en</strong>lijke <strong>en</strong> misleid<strong>en</strong>de politiehandeling<strong>en</strong> zijn<br />

zichtbaar geplaatste camera’s in het verkeer waarin ge<strong>en</strong> film of geheug<strong>en</strong>kaart<br />

aanwezig is of misleid<strong>en</strong>de verhoortechniek<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> telefoontap,<br />

e<strong>en</strong> verborg<strong>en</strong> camera <strong>en</strong> het fysiek volg<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> verdachte zijn voorbeeld<strong>en</strong><br />

van verborg<strong>en</strong> <strong>en</strong> niet-misleid<strong>en</strong>de politieactiviteit<strong>en</strong>. De person<strong>en</strong><br />

die bij die middel<strong>en</strong> het <strong>onder</strong>werp zijn van de politieaandacht zijn daarvan<br />

niet op de hoogte, <strong>en</strong> dus zijn het ‘verborg<strong>en</strong>’ middel<strong>en</strong>, maar op h<strong>en</strong><br />

wordt door de betreff<strong>en</strong>de handeling<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> misleid<strong>en</strong>de invloed uitgeoef<strong>en</strong>d.<br />

Undercovertraject<strong>en</strong> t<strong>en</strong> slotte, maar ook zog<strong>en</strong>oemde lokmiddel<strong>en</strong>,<br />

behor<strong>en</strong> dus tot de verborg<strong>en</strong> <strong>en</strong> misleid<strong>en</strong>de opsporingsinstrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong>.<br />

In e<strong>en</strong> undercovertraject treedt e<strong>en</strong> opsporingsambt<strong>en</strong>aar z<strong>onder</strong> zich als


240 <strong>Opspor<strong>en</strong></strong> <strong>onder</strong> <strong>dekmantel</strong><br />

opsporingsambt<strong>en</strong>aar k<strong>en</strong>baar te mak<strong>en</strong> in contact met één of meerdere<br />

person<strong>en</strong> met als doel om informatie of bewijs over/teg<strong>en</strong> h<strong>en</strong> of andere<br />

person<strong>en</strong> te verzamel<strong>en</strong>. De opsporingsambt<strong>en</strong>aar, e<strong>en</strong> undercoverag<strong>en</strong>t,<br />

opereert daarbij vanuit e<strong>en</strong> bepaalde <strong>dekmantel</strong> <strong>en</strong> speelt e<strong>en</strong> rol, bijvoorbeeld<br />

die van ‘collega-crimineel’. De persoon waarop het undercovertraject<br />

zich richt, wordt dus misleid. E<strong>en</strong> lokmiddel is e<strong>en</strong> meer passieve<br />

vorm van verborg<strong>en</strong> <strong>en</strong> misleid<strong>en</strong>d politieoptred<strong>en</strong>. 272<br />

Het Nederlandse Wetboek van Strafvordering b<strong>en</strong>oemt drie undercoverbevoegdhed<strong>en</strong><br />

(zie paragraaf 2.4.1). T<strong>en</strong> eerste is er het stelselmatig inwinn<strong>en</strong><br />

van informatie (SI). Bij de toepassing van SI door de politie wint e<strong>en</strong><br />

undercoverag<strong>en</strong>t stelselmatig informatie in over e<strong>en</strong> verdachte. Hij kan<br />

dat bijvoorbeeld do<strong>en</strong> door e<strong>en</strong> uitgaansgeleg<strong>en</strong>heid waar de verdachte<br />

regelmatig komt te bezoek<strong>en</strong> om daar informatie te verzamel<strong>en</strong>. Bij de<br />

toepassing van SI heeft de undercoverag<strong>en</strong>t in vergelijking met de andere<br />

twee undercoverbevoegdhed<strong>en</strong> e<strong>en</strong> vrij passieve rol; hij vormt ge<strong>en</strong> <strong>onder</strong>deel<br />

van e<strong>en</strong> groep van person<strong>en</strong> waarbinn<strong>en</strong> misdrijv<strong>en</strong> word<strong>en</strong> gepleegd<br />

of beraamd <strong>en</strong> hij pleegt ook anderszins ge<strong>en</strong> misdrijv<strong>en</strong>. De pseudokoop/-di<strong>en</strong>stverl<strong>en</strong>ing<br />

(PK/PDV) is de tweede undercoverbevoegdheid.<br />

Hierbij koopt e<strong>en</strong> undercoverag<strong>en</strong>t – doorgaans illegale – goeder<strong>en</strong> van<br />

e<strong>en</strong> verdachte of verle<strong>en</strong>t hij – ev<strong>en</strong>e<strong>en</strong>s vaak illegale – di<strong>en</strong>st<strong>en</strong> aan die<br />

verdachte. Het gaat dan bijvoorbeeld om respectievelijk het kop<strong>en</strong> van<br />

drugs of het verhur<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> loods t<strong>en</strong> behoeve van de productie van<br />

drugs. De derde undercoverbevoegdheid die het Wetboek van Strafvordering<br />

<strong>onder</strong>scheidt is de infiltratie (IF). Bij IF neemt e<strong>en</strong> undercoverag<strong>en</strong>t<br />

deel of verle<strong>en</strong>t hij medewerking aan e<strong>en</strong> groep van person<strong>en</strong> waarbinn<strong>en</strong><br />

misdrijv<strong>en</strong> word<strong>en</strong> beraamd of gepleegd. De <strong>uitvoering</strong> van undercovertraject<strong>en</strong><br />

gebeurt binn<strong>en</strong> de politie doorgaans door e<strong>en</strong> gespecialiseerd<br />

infiltratieteam.<br />

Probleemstelling <strong>onder</strong>zoek<br />

Ons <strong>onder</strong>zoek is verricht vanuit de volg<strong>en</strong>de probleemstelling (zie paragraaf<br />

1.2):<br />

Welke undercoverbevoegdhed<strong>en</strong> word<strong>en</strong> uitgevoerd door politiële<br />

infiltratieteams <strong>en</strong> welke bijdrage levert de toepassing van de<br />

<strong>onder</strong>scheid<strong>en</strong> bevoegdhed<strong>en</strong> aan de opsporing?<br />

272 Lokmiddel<strong>en</strong> bestaan uit person<strong>en</strong> of voorwerp<strong>en</strong> die in stelling word<strong>en</strong> gebracht <strong>en</strong> die bepaald<br />

crimineel handel<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> ‘lokk<strong>en</strong>’, bijvoorbeeld de lokag<strong>en</strong>te die zich in e<strong>en</strong> gebied begeeft waar<br />

veel aanranding<strong>en</strong> plaatsvind<strong>en</strong> of de lokvrachtwag<strong>en</strong> die in e<strong>en</strong> omgeving wordt geplaatst waar veel<br />

ladingdiefstall<strong>en</strong> zijn gepleegd. Lokmiddel<strong>en</strong> vall<strong>en</strong> niet <strong>onder</strong> de undercoverbevoegdhed<strong>en</strong> <strong>en</strong> zijn in<br />

het Wetboek van Strafvordering niet expliciet geregeld (zie paragraaf 2.4.2). De omschrijving<strong>en</strong> van<br />

undercovertraject<strong>en</strong> <strong>en</strong> lokmiddel<strong>en</strong> zijn niet van Marx afkomstig maar van onszelf (auteurs). Marx<br />

schaart zowel hetge<strong>en</strong> wij <strong>onder</strong> undercovertraject<strong>en</strong> verstaan, dat wil zegg<strong>en</strong> actief undercover<br />

politieoptred<strong>en</strong>, als zuiver passieve lokmiddel<strong>en</strong>, <strong>onder</strong> undercovermethod<strong>en</strong>.


Slotbeschouwing 241<br />

Deze probleemstelling is uitgewerkt in verschill<strong>en</strong>de <strong>onder</strong>zoeksvrag<strong>en</strong>,<br />

die zich sam<strong>en</strong> lat<strong>en</strong> vatt<strong>en</strong> als: hoe vaak, waarom <strong>en</strong> wanneer word<strong>en</strong><br />

undercovertraject<strong>en</strong> ingezet; welke bijdrage levert de inzet van undercovertraject<strong>en</strong><br />

aan de opsporing <strong>en</strong> berechting van misdrijv<strong>en</strong>; <strong>en</strong> welke<br />

factor<strong>en</strong> zijn van invloed op de <strong>uitvoering</strong> <strong>en</strong> resultat<strong>en</strong> van undercovertraject<strong>en</strong>?<br />

Verder is in ons <strong>onder</strong>zoek gekek<strong>en</strong> naar de positie van<br />

undercovertraject<strong>en</strong> in de Nederlandse jurisprud<strong>en</strong>tie <strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> we<br />

de <strong>regulering</strong> van undercovertraject<strong>en</strong> in Nederland, België, Duitsland,<br />

Engeland <strong>en</strong> Wales <strong>en</strong> de Ver<strong>en</strong>igde Stat<strong>en</strong> (VS) met elkaar vergelek<strong>en</strong>.<br />

6.2 Uitvoering, resultat<strong>en</strong>, effect<strong>en</strong> <strong>en</strong> risico’s van<br />

undercovertraject<strong>en</strong>: recapitulatie <strong>en</strong> beschouwing<br />

6.2.1 Omvang <strong>en</strong> achtergrond van inzet van undercovertraject<strong>en</strong><br />

Omvang van inzet van undercovertraject<strong>en</strong><br />

In 2004 is voor (naar schatting) 89 273 Nederlandse zak<strong>en</strong> contact opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong><br />

met e<strong>en</strong> infiltratieteam <strong>en</strong> overwog<strong>en</strong> om e<strong>en</strong> undercovertraject in<br />

te zett<strong>en</strong>. In 37 van die zak<strong>en</strong> is ook beslot<strong>en</strong> om e<strong>en</strong> undercovertraject in<br />

te zett<strong>en</strong>. In al die 37 zak<strong>en</strong> ging het om de voorg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> <strong>uitvoering</strong> van<br />

SI <strong>en</strong>/of PK/PDV. Uiteindelijk is in 34 van deze 37 zak<strong>en</strong> het undercovertraject<br />

ook daadwerkelijk gestart.<br />

IF wordt minder vaak toegepast. In de zak<strong>en</strong> waarvoor in 2004 met e<strong>en</strong><br />

infiltratieteam contact is opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>, ging het zoals gezegd ge<strong>en</strong> <strong>en</strong>kele<br />

keer om IF. Voor IF beschikk<strong>en</strong> we uit dossier<strong>onder</strong>zoek echter over<br />

informatie voor e<strong>en</strong> langere periode, te wet<strong>en</strong> 2000-2005. In de periode<br />

2000-2005 is in 24 Nederlandse opsporings<strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong> toestemming<br />

gevraagd om IF toe te pass<strong>en</strong> (gemiddeld dus 4 per jaar), waarvan we er<br />

23 bestudeerd hebb<strong>en</strong>. In 16 van die 23 zak<strong>en</strong> is de toestemming gekreg<strong>en</strong><br />

<strong>en</strong> daarvan is in 14 zak<strong>en</strong> de IF ook daadwerkelijk ingezet (sam<strong>en</strong> met de<br />

niet-bestudeerde zaak komt het aantal zak<strong>en</strong> waarin IF is ingezet op 15;<br />

gemiddeld 2,5 per jaar). Uit het jaarverslag 2007 van de C<strong>en</strong>trale toetsingscommissie<br />

(CTC) blijkt verder dat in 2006 <strong>en</strong> 2007 respectievelijk 1 <strong>en</strong> 2<br />

aanvrag<strong>en</strong> voor IF zijn binn<strong>en</strong>gekom<strong>en</strong> (CTC, 2008: 15). 274<br />

Voor zover bek<strong>en</strong>d bestaat er ge<strong>en</strong> volledige kwantitatieve informatie over<br />

de inzet van andere opsporingsinstrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong>, behalve voor telefoontaps.<br />

Vanaf 2008 verstrekt de Minister van Justitie informatie over het aantal<br />

uitgevoerde telefoontaps. Om de aantall<strong>en</strong> undercovertraject<strong>en</strong> <strong>en</strong>igszins<br />

in perspectief te plaats<strong>en</strong>, besprek<strong>en</strong> we deze zog<strong>en</strong>oemde tapstatistie-<br />

273 Zie paragraaf 4.3.1.<br />

274 Dat is, in teg<strong>en</strong>stelling tot de zojuist g<strong>en</strong>oemde aantall<strong>en</strong> voor 2000-2005, inclusief ev<strong>en</strong>tuele<br />

rechtshulpverzoek<strong>en</strong> (onbek<strong>en</strong>d is óf er ook daadwerkelijk rechtshulpverzoek<strong>en</strong> <strong>onder</strong> zitt<strong>en</strong>). Verder is<br />

het onbek<strong>en</strong>d of in de betreff<strong>en</strong>de zak<strong>en</strong> uit 2007 <strong>en</strong> 2006 ook toestemming is gegev<strong>en</strong> voor IF <strong>en</strong> of de<br />

IF ook daadwerkelijk is uitgevoerd.


242 <strong>Opspor<strong>en</strong></strong> <strong>onder</strong> <strong>dekmantel</strong><br />

k<strong>en</strong> kort. In de tweede helft van 2007, de eerste periode waarvoor cijfers<br />

beschikbaar zijn, is voor 12.491 telefoonnummers e<strong>en</strong> bevel tot aftapp<strong>en</strong><br />

gegev<strong>en</strong> door het Op<strong>en</strong>baar Ministerie (OM) (Minister van Justitie, 2008).<br />

Voor heel 2007 komt e<strong>en</strong> geschat totaal, wanneer we uitgaan van e<strong>en</strong><br />

gelijkmatige spreiding over het jaar, dus uit op bijna 25.000 (Kamerstukk<strong>en</strong><br />

II 2007/08, 30 517, nr. 6). Cijfers over het aantal in e<strong>en</strong> heel jaar gerealiseerde<br />

telefoontaps zijn er wel voor 2008. In dat jaar heeft het OM voor<br />

26.425 telefoonnummers e<strong>en</strong> bevel tot tapp<strong>en</strong> afgegev<strong>en</strong> (Kamerstukk<strong>en</strong> II<br />

2008/09, 30 517, nr. 13).<br />

Nu is het zo dat het vergelijk<strong>en</strong> van het aantal ker<strong>en</strong> dat verschill<strong>en</strong>de<br />

opsporingsinstrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> word<strong>en</strong> ingezet z<strong>onder</strong> daarbij te beschikk<strong>en</strong><br />

over achtergrondinformatie, alle<strong>en</strong> e<strong>en</strong> oppervlakkig beeld geeft.<br />

Bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> de aantall<strong>en</strong> undercovertraject<strong>en</strong> <strong>en</strong> telefoontaps op<br />

verschill<strong>en</strong>de periodes betrekking (respectievelijk 2004 (SI <strong>en</strong> PK/PDV)<br />

<strong>en</strong> 2000-2005 (IF) <strong>en</strong> 2007 <strong>en</strong> 2008 (taps)) <strong>en</strong> zijn de beide groothed<strong>en</strong><br />

op ongelijke wijze tot stand gekom<strong>en</strong>. 275 Al met al is echter wel duidelijk<br />

dat undercovertraject<strong>en</strong> in het algeme<strong>en</strong> <strong>en</strong> met name IF weinig word<strong>en</strong><br />

gebruikt.<br />

Inzet van andere opsporingsambt<strong>en</strong>ar<strong>en</strong> dan led<strong>en</strong> van infiltratieteams <strong>en</strong><br />

burgers<br />

De <strong>uitvoering</strong> van undercovertraject<strong>en</strong> gebeurt voornamelijk door led<strong>en</strong><br />

van infiltratieteams. De <strong>uitvoering</strong> door andere opsporingsambt<strong>en</strong>ar<strong>en</strong><br />

dan led<strong>en</strong> van infiltratieteams <strong>en</strong> door burgers, hetge<strong>en</strong> (<strong>onder</strong> bepaalde<br />

voorwaard<strong>en</strong>) wel is toegestaan, lijkt niet veel voor te kom<strong>en</strong>.<br />

Delict<strong>en</strong> waarbij undercovertraject<strong>en</strong> word<strong>en</strong> ingezet <strong>en</strong> doel van inzet<br />

SI is in de <strong>onder</strong>zochte zak<strong>en</strong> <strong>en</strong>erzijds ingezet als zelfstandige bevoegdheid<br />

met als doel belast<strong>en</strong>de of ontlast<strong>en</strong>de informatie te verzamel<strong>en</strong> over<br />

betrokk<strong>en</strong>heid bij vooral (maar niet alle<strong>en</strong>) gewelds-, terreur- of zed<strong>en</strong>-/<br />

m<strong>en</strong>s<strong>en</strong>handeldelict<strong>en</strong>. Anderzijds is SI toegepast als voortraject bij PK/<br />

PDV of IF. PK/PDV is in de bestudeerde zak<strong>en</strong> vooral gebruikt om direct<br />

bewijs te verzamel<strong>en</strong> voor de handel in/het bezit van verbod<strong>en</strong> of gestol<strong>en</strong><br />

goeder<strong>en</strong> of stoff<strong>en</strong>. Verschill<strong>en</strong>de ker<strong>en</strong> gaat het daarbij om goeder<strong>en</strong><br />

die via internet zijn aangebod<strong>en</strong>. Ook bij IF is in de <strong>onder</strong>zochte zak<strong>en</strong><br />

het verzamel<strong>en</strong> van bewijs e<strong>en</strong> belangrijk doel, maar daarnaast geldt bij<br />

IF-traject<strong>en</strong> vaak als (sub)doel het verkrijg<strong>en</strong> van inzicht in de sam<strong>en</strong>stelling,<br />

werkwijze <strong>en</strong>/of activiteit<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> crimineel sam<strong>en</strong>werkingsverband.<br />

Vaak gaat het daarbij om drugs- of wap<strong>en</strong>handel.<br />

Red<strong>en</strong> <strong>en</strong> mom<strong>en</strong>t van inzet<br />

SI <strong>en</strong> combinaties van SI <strong>en</strong> PK/PDV word<strong>en</strong> toegepast met name omdat<br />

andere ingezette middel<strong>en</strong> niet de beoogde resultat<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> behaald of<br />

275 Zie voetnoot 190 in paragraaf 4.2.2.


Slotbeschouwing 243<br />

omdat de verwachting bestaat dat nog niet ingezette middel<strong>en</strong> de beoogde<br />

resultat<strong>en</strong> niet zull<strong>en</strong> behal<strong>en</strong>. Bij zelfstandige inzett<strong>en</strong> van PK/PDV daar<strong>en</strong>teg<strong>en</strong><br />

is in alle 10 de zak<strong>en</strong> waarin is beslot<strong>en</strong> tot inzet van dit middel,<br />

de red<strong>en</strong> van inzet dat gezi<strong>en</strong> de omstandighed<strong>en</strong> van de zaak het gebruik<br />

van e<strong>en</strong> undercovertraject vooral werd gezi<strong>en</strong> als e<strong>en</strong> goede kans. SI <strong>en</strong>/of<br />

PK/PDV word<strong>en</strong> in vergelijking met IF vrij vroeg in het opsporings<strong>onder</strong>zoek<br />

ingezet. Vooral inzet van PK/PDV vindt relatief vroeg plaats <strong>en</strong> vaak<br />

z<strong>onder</strong> dat eerst andere middel<strong>en</strong> zijn ingezet. De inzet van IF gebeurt<br />

vooral omdat andere reeds ingezette middel<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> gefaald als gevolg<br />

van het afscherm<strong>en</strong>de gedrag van verdacht<strong>en</strong>. De inzet vindt bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> in<br />

het algeme<strong>en</strong> vaak plaats op e<strong>en</strong> mom<strong>en</strong>t dat het opsporings<strong>onder</strong>zoek al<br />

<strong>en</strong>igszins is gevorderd.<br />

Omdat undercovertraject<strong>en</strong> e<strong>en</strong> zekere voorbereiding verg<strong>en</strong> <strong>en</strong> het<br />

verloop van undercovertraject<strong>en</strong> vaak onzeker is, is het van belang dat<br />

opsporingsteams tijdig contact opnem<strong>en</strong> met het infiltratieteam <strong>en</strong> dus<br />

niet op e<strong>en</strong> mom<strong>en</strong>t dat het opsporings<strong>onder</strong>zoek al heel lang loopt. Veel<br />

officier<strong>en</strong> van justitie (OvJ’<strong>en</strong>) hebb<strong>en</strong> weinig ervaring met het middel <strong>en</strong><br />

soms bestaat er e<strong>en</strong> zekere terughoud<strong>en</strong>dheid t<strong>en</strong> aanzi<strong>en</strong> van dit opsporingsinstrum<strong>en</strong>t,<br />

wat belemmer<strong>en</strong>d kan werk<strong>en</strong> om in e<strong>en</strong> opsporings<strong>onder</strong>zoek<br />

de inzet van e<strong>en</strong> undercovertraject te overweg<strong>en</strong> <strong>en</strong> om tijdig<br />

contact op te nem<strong>en</strong> met het infiltratieteam (zie paragraaf 6.3.3).<br />

6.2.2 Resultat<strong>en</strong> van undercovertraject<strong>en</strong> <strong>en</strong> hun bijdrage aan opsporing<br />

<strong>en</strong> berechting<br />

Sam<strong>en</strong>vatting resultat<strong>en</strong> van undercovertraject <strong>en</strong> bijdrage aan opsporing <strong>en</strong><br />

berechting<br />

Hier<strong>onder</strong> volgt e<strong>en</strong> korte sam<strong>en</strong>vatting van de resultat<strong>en</strong> van de <strong>onder</strong>zochte<br />

undercovertraject<strong>en</strong> <strong>en</strong> de bijdrage die ze hebb<strong>en</strong> geleverd aan de<br />

opsporing <strong>en</strong>/of berechting. 276<br />

SI <strong>en</strong>/of PK/PDV. Van de 34 zak<strong>en</strong> waarin in 2004 277 SI <strong>en</strong>/of PK/PDV is<br />

ingezet, is het in 31 zak<strong>en</strong> gelukt om contact te mak<strong>en</strong> met het subject<br />

(niet per se de hoofdverdachte). Uiteindelijk heeft de SI <strong>en</strong>/of PK/PDV in<br />

12 zak<strong>en</strong> e<strong>en</strong> bijdrage geleverd aan de opsporing <strong>en</strong>/of berechting. Het<br />

undercovertraject heeft in 7 zak<strong>en</strong> bewijs geg<strong>en</strong>ereerd. In 6 van deze<br />

7 zak<strong>en</strong> heeft het bewijs dat via het undercovertraject is verkreg<strong>en</strong>, <strong>en</strong><br />

in e<strong>en</strong> aantal gevall<strong>en</strong> indirect ook de verzamelde sturingsinformatie,<br />

e<strong>en</strong> belangrijke rol gespeeld bij de veroordeling van verdachte(n). In de<br />

7 e zaak is het bewijs niet van doorslaggev<strong>en</strong>d belang geweest, maar heeft<br />

de ingezette SI wel ook het inzicht opgeleverd dat e<strong>en</strong> ander deel van de<br />

verd<strong>en</strong>king die er t<strong>en</strong> aanzi<strong>en</strong> van de verdachte bestond, niet juist was.<br />

276 E<strong>en</strong> meer uitgebreide sam<strong>en</strong>vatting <strong>en</strong> e<strong>en</strong> schematische weergave vindt u in paragraaf 5.3.2.<br />

277 Jaar van aanmelding van de zaak bij het infiltratieteam.


244 <strong>Opspor<strong>en</strong></strong> <strong>onder</strong> <strong>dekmantel</strong><br />

In 4 zak<strong>en</strong> heeft het undercovertraject niet geresulteerd in bewijs, maar is<br />

op basis van de in het traject verzamelde informatie geconcludeerd dat de<br />

verd<strong>en</strong>king teg<strong>en</strong> de verdachte geheel of gedeeltelijk onjuist was of minder<br />

ernstig dan gedacht (uitsluiting). In 1 zaak t<strong>en</strong> slotte heeft het traject<br />

‘alle<strong>en</strong>’ sturingsinformatie voortgebracht.<br />

IF. In de periode 2000-2005 is zoals gezegd in 16 Nederlandse opsporings<strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong><br />

e<strong>en</strong> bij het College van procureurs-g<strong>en</strong>eraal (College<br />

van PG’s) ingedi<strong>en</strong>d verzoek om toestemming voor IF goedgekeurd. 278<br />

Daarvan gaat in 14 zak<strong>en</strong> ook echt e<strong>en</strong> IF-traject van start <strong>en</strong> in 13 van<br />

die 14 zak<strong>en</strong> lukt het de undercoverag<strong>en</strong>t(<strong>en</strong>) om contact te mak<strong>en</strong> met<br />

het subject. Vervolg<strong>en</strong>s levert het uitgevoerde IF-traject in 10 zak<strong>en</strong> e<strong>en</strong><br />

bijdrage aan de opsporing <strong>en</strong>/of berechting. 6 keer heeft het traject bewijs<br />

voortgebracht op basis waarvan verdacht<strong>en</strong> zijn veroordeeld; dit bewijs<br />

heeft in 5 zak<strong>en</strong> e<strong>en</strong> belangrijke <strong>en</strong> in 1 zaak e<strong>en</strong> minder belangrijke<br />

rol gespeeld bij de veroordeling. Van 5 van deze 6 zak<strong>en</strong> is bek<strong>en</strong>d dat<br />

het IF-traject naast bewijs ook sturingsinformatie heeft voortgebracht.<br />

Voor 4 IF-traject<strong>en</strong> geldt dat ze ge<strong>en</strong> bewijs hebb<strong>en</strong> opgeleverd maar wel<br />

sturings- <strong>en</strong>/of restinformatie.<br />

Beoordeling van de bijdrage van undercovertraject<strong>en</strong><br />

‘Effect<strong>en</strong>’ van undercovertraject<strong>en</strong>? In paragraaf 5.1 is het verschil toegelicht<br />

tuss<strong>en</strong> resultat<strong>en</strong> <strong>en</strong> effect<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> resultaat beschrev<strong>en</strong> we als<br />

de mate waarin bij de <strong>uitvoering</strong> van e<strong>en</strong> undercovertraject het directe,<br />

operationele doel van dat traject is behaald. Het gaat dan dus bijvoorbeeld<br />

om vrag<strong>en</strong> als: heeft de undercoverag<strong>en</strong>t contact kunn<strong>en</strong> legg<strong>en</strong> met het<br />

subject <strong>en</strong> is hij er vervolg<strong>en</strong>s in geslaagd om informatie te verzamel<strong>en</strong><br />

over de betrokk<strong>en</strong>heid van het subject bij delict X of over de sam<strong>en</strong>stelling<br />

<strong>en</strong> werkwijze van crimineel sam<strong>en</strong>werkingsverband Y?; <strong>en</strong>/of is het<br />

de undercoverag<strong>en</strong>t gelukt om bepaalde goeder<strong>en</strong> of stoff<strong>en</strong> te ‘kop<strong>en</strong>’ van<br />

het subject? Of het undercovertraject ook daadwerkelijk e<strong>en</strong> bijdrage heeft<br />

geleverd aan de opsporing <strong>en</strong>/of berechting, valt <strong>onder</strong> het effect van het<br />

undercovertraject, althans met het in kaart br<strong>en</strong>g<strong>en</strong> van die bijdrage hebb<strong>en</strong><br />

we e<strong>en</strong> indicatie voor e<strong>en</strong> effect.<br />

E<strong>en</strong> vergelijking van de resultat<strong>en</strong> van de undercovertraject<strong>en</strong> met de<br />

resultat<strong>en</strong> van andere opsporingsinstrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> is erg moeilijk of niet te<br />

mak<strong>en</strong>. Voor het mak<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> dergelijke vergelijking zoud<strong>en</strong> opsporings<strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong><br />

waarin e<strong>en</strong> undercovertraject is ingezet, moet<strong>en</strong><br />

kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> afgezet teg<strong>en</strong> opsporings<strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong> waarin ge<strong>en</strong><br />

undercovertraject is ingezet maar die op andere punt<strong>en</strong> wel min of meer<br />

gelijk zijn. Bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> zou dan binn<strong>en</strong> de opsporings<strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong> uit de<br />

278 In de periode 2000-2005 is feitelijk in 17 Nederlandse opsporings<strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong> toestemming gegev<strong>en</strong><br />

voor e<strong>en</strong> IF-traject. Van deze opsporings<strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> we er echter 1 niet in ons <strong>onder</strong>zoek<br />

meeg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> (zie paragraaf 1.3.1).


Slotbeschouwing 245<br />

beide categorieën de invloed van ieder ingezet opsporingsinstrum<strong>en</strong>t<br />

isoleerbaar moet<strong>en</strong> zijn, zodat duidelijk aanwijsbaar wordt wat de exacte,<br />

afz<strong>onder</strong>lijke bijdrage is van bijvoorbeeld respectievelijk e<strong>en</strong> uitgevoerd(e)<br />

observatie, telefoontap <strong>en</strong> undercovertraject. Aan deze voorwaard<strong>en</strong> is<br />

niet voldaan. Het do<strong>en</strong> van vergaande uitsprak<strong>en</strong> over de ‘effect<strong>en</strong>’ van<br />

undercovertraject<strong>en</strong> of het beantwoord<strong>en</strong> van de vraag of de gevond<strong>en</strong><br />

opbr<strong>en</strong>gst<strong>en</strong> van undercovertraject<strong>en</strong> ‘goed’ of ‘slecht’ zijn, is dus niet<br />

mogelijk.<br />

Wel kunn<strong>en</strong> we voor e<strong>en</strong> aantal zak<strong>en</strong> met <strong>en</strong>ig voorbehoud aangev<strong>en</strong><br />

in hoeverre de behaalde einddoel<strong>en</strong> in de <strong>onder</strong>zochte zak<strong>en</strong> ook aan de<br />

ingezette undercovertraject<strong>en</strong> te dank<strong>en</strong> zijn. Voor de 4 zak<strong>en</strong> waarin<br />

dankzij e<strong>en</strong> ingezet SI-traject het opsporingsteam tot de conclusie is<br />

gekom<strong>en</strong> dat de verd<strong>en</strong>king teg<strong>en</strong> de verdachte volledig onjuist is dan wel<br />

dat de dreiging die van de verdachte uitging minder groot is (geword<strong>en</strong>)<br />

<strong>en</strong> voor de zaak waarin de SI leidde tot falsificering van het <strong>en</strong>e deel van<br />

de verd<strong>en</strong>king <strong>en</strong> bewijs voor het andere deel, 279 geldt dat dit resultaat,<br />

met name voor zover het falsificering betreft, waarschijnlijk niet of (veel)<br />

moeilijker met andere middel<strong>en</strong> bereikt had kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong>. In de betreff<strong>en</strong>de<br />

zak<strong>en</strong> is de informatie die leidde tot (gedeeltelijke) uitsluiting van de<br />

verdachte, verzameld in e<strong>en</strong> direct, persoonlijk contact met de verdachte<br />

(A15, A17 <strong>en</strong> A21) dan wel door directe aanwezigheid in e<strong>en</strong> bepaalde<br />

geleg<strong>en</strong>heid (A29 <strong>en</strong> A9). Zo betrof 1 van de zak<strong>en</strong> e<strong>en</strong> <strong>onder</strong>zoek naar<br />

moord (A15). SI werd hier ingezet teg<strong>en</strong> e<strong>en</strong> persoon die verdacht werd<br />

van betrokk<strong>en</strong>heid bij die moord. De ingezette undercoverag<strong>en</strong>t bouwde<br />

e<strong>en</strong> goede band op met het subject, zo goed dat het subject in e<strong>en</strong> afgetapt<br />

telefoongesprek zei dat de undercoverag<strong>en</strong>t 1 van de 2 person<strong>en</strong> was die<br />

hij nog vertrouwde. Omdat de band zo goed was <strong>en</strong> het subject dus in alle<br />

op<strong>en</strong>heid met zijn vri<strong>en</strong>d kon prat<strong>en</strong>, kon het opsporingsteam op <strong>en</strong>ig<br />

mom<strong>en</strong>t tot de conclusie kom<strong>en</strong> dat de signal<strong>en</strong> dat het subject betrokk<strong>en</strong><br />

was bij de moord, waarschijnlijk niet juist war<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> andere zaak richtte<br />

zich op m<strong>en</strong>s<strong>en</strong>handel (A29). In e<strong>en</strong> ‘horecageleg<strong>en</strong>heid’ zoud<strong>en</strong> slachtoffers,<br />

waar<strong>onder</strong> ook minderjarig<strong>en</strong>, te werk word<strong>en</strong> gesteld als prostituee.<br />

Volg<strong>en</strong>s de OvJ wordt via bijvoorbeeld het tapp<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> telefoon doorgaans<br />

ge<strong>en</strong> informatie verkreg<strong>en</strong> over de id<strong>en</strong>titeit <strong>en</strong> vooral niet over de<br />

leeftijd van als prostituee ingezette slachtoffers van m<strong>en</strong>s<strong>en</strong>handel. Door<br />

de bezoek<strong>en</strong> van de ingezette undercoverag<strong>en</strong>t aan de betreff<strong>en</strong>de geleg<strong>en</strong>heid<br />

kon echter bevestigd word<strong>en</strong> dat bepaalde slachtoffers inderdaad<br />

als prostituee werkzaam war<strong>en</strong> maar werd tev<strong>en</strong>s vastgesteld dat zich<br />

<strong>onder</strong> die slachtoffers ge<strong>en</strong> minderjarig<strong>en</strong> bevond<strong>en</strong>.<br />

Voor de 3 zak<strong>en</strong> waarin alle<strong>en</strong> e<strong>en</strong> PK/PDV is ingezet <strong>en</strong> waarbij de PK/<br />

PDV ook tot stand is gekom<strong>en</strong>, geldt dat die PK/PDV direct bewijs heeft<br />

opgeleverd dat e<strong>en</strong> belangrijke rol heeft gespeeld bij de veroordeling. In<br />

279 Zie uitleg bij tabel 13.


246 <strong>Opspor<strong>en</strong></strong> <strong>onder</strong> <strong>dekmantel</strong><br />

2 van de 3 zak<strong>en</strong> bood de verdachte illegale of gestol<strong>en</strong> goeder<strong>en</strong> aan op<br />

internet (A8 <strong>en</strong> A13). Die goeder<strong>en</strong> zijn vervolg<strong>en</strong>s gekocht door e<strong>en</strong> undercoverag<strong>en</strong>t.<br />

De 3e zaak ging om e<strong>en</strong> pakketje drugs dat via de reguliere<br />

postbezorging afgeleverd zou word<strong>en</strong> bij de verdachte, maar dat na <strong>onder</strong>schepping<br />

door de politie door e<strong>en</strong> undercoverag<strong>en</strong>t is afgeleverd (A34).<br />

Het voordeel van e<strong>en</strong> geslaagde PK/PDV is dat het overtuig<strong>en</strong>d bewijs<br />

op kan lever<strong>en</strong>, wat het in deze zak<strong>en</strong> ook heeft gedaan: de verdachte<br />

wordt immers gepakt net nadat hij de illegale of gestol<strong>en</strong> goeder<strong>en</strong> heeft<br />

verkocht respectievelijk de drugs in ontvangst heeft g<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. E<strong>en</strong><br />

dergelijke situatie biedt doorgaans minder ruimte voor interpretatie dan<br />

bijvoorbeeld e<strong>en</strong> afgetapt telefoongesprek. Bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> kon het bewijs in<br />

deze zak<strong>en</strong> op relatief efficiënte wijze word<strong>en</strong> verkreg<strong>en</strong>: de politie hoefde<br />

immers ‘alle<strong>en</strong>’ de rol van pot<strong>en</strong>tiële koper aan te nem<strong>en</strong> <strong>en</strong> in te gaan op<br />

e<strong>en</strong> aanbieding op e<strong>en</strong> bepaalde website respectievelijk zich voor te do<strong>en</strong><br />

als postbode <strong>en</strong> de drugs af te lever<strong>en</strong>. 280 Was in deze zak<strong>en</strong> de PK/PDV<br />

niet uitgevoerd, dan is het de vraag of e<strong>en</strong> zelfde bewijspositie opgebouwd<br />

had kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> <strong>en</strong> zo ja, met hoeveel moeite.<br />

Van de ingezette undercovertraject<strong>en</strong> waarin zowel SI als PK/PDV is<br />

toegepast, zijn er 3 die bewijs hebb<strong>en</strong> geg<strong>en</strong>ereerd. In ieder geval voor 2<br />

van die zak<strong>en</strong> geldt dat het undercovertraject bepal<strong>en</strong>d is geweest voor de<br />

afloop van de zaak (A6) <strong>en</strong> (A1). In de <strong>en</strong>e zaak (A6) kon dankzij de inzet<br />

van SI in e<strong>en</strong> bepaalde geleg<strong>en</strong>heid de in eerste instantie NN-verdachte<br />

geïd<strong>en</strong>tificeerd word<strong>en</strong>, hetge<strong>en</strong> met andere middel<strong>en</strong> niet snel was<br />

gelukt; het is immers niet mogelijk om de telefoon af te tapp<strong>en</strong> van e<strong>en</strong><br />

onbek<strong>en</strong>d persoon. 281 To<strong>en</strong> de verdachte bek<strong>en</strong>d was, kond<strong>en</strong> PK’<strong>en</strong> van<br />

vuurwap<strong>en</strong>s word<strong>en</strong> ingezet, die direct bewijs hebb<strong>en</strong> opgeleverd. In de<br />

andere zaak werd dankzij de contact<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> de undercoverag<strong>en</strong>t <strong>en</strong><br />

het subject tijd<strong>en</strong>s de inzet van SI duidelijk dat de verdachte niet alle<strong>en</strong><br />

bij vuurwap<strong>en</strong>- maar ook (<strong>en</strong> vooral) bij drugshandel betrokk<strong>en</strong> was<br />

(A1). Van beide soort<strong>en</strong> handelswaar hebb<strong>en</strong> PK’<strong>en</strong>/PDV plaatsgevond<strong>en</strong><br />

die belangrijk bewijs hebb<strong>en</strong> opgeleverd. Vanwege de stur<strong>en</strong>de invloed<br />

die van het SI-traject in beide zak<strong>en</strong> is uitgegaan <strong>en</strong> de bewijspositie die<br />

dankzij de PK’<strong>en</strong>/PDV is verkreg<strong>en</strong>, geldt voor beide zak<strong>en</strong> dat het undercovertraject<br />

e<strong>en</strong> heel belangrijke rol heeft gespeeld die waarschijnlijk<br />

moeilijker door andere opsporingsinstrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> gespeeld had kunn<strong>en</strong><br />

word<strong>en</strong>. Over e<strong>en</strong> 3 e zaak waarin SI <strong>en</strong> PK zijn ingezet <strong>en</strong> waarbij dat<br />

bewijs heeft voortgebracht (bewijs van voorbereidingshandeling<strong>en</strong> voor<br />

e<strong>en</strong> PK die uiteindelijk niet doorging, A24) is te weinig bek<strong>en</strong>d om iets te<br />

zegg<strong>en</strong> over het ‘exclusieve’ karakter van de opbr<strong>en</strong>gst van het traject.<br />

Van de bestudeerde zak<strong>en</strong> waarin IF is ingezet heeft dat in 5 gevall<strong>en</strong><br />

geleid tot bewijs dat e<strong>en</strong> belangrijke rol heeft gespeeld bij de veroordeling<br />

280 Dat de <strong>uitvoering</strong> van e<strong>en</strong> PK/PDV operationeel succesvol verloopt, spreekt echter zeker niet voor zich.<br />

Hierop kom<strong>en</strong> we later in deze paragraaf terug.<br />

281 In deze zaak was alle<strong>en</strong> bek<strong>en</strong>d dat e<strong>en</strong> verdachte die e<strong>en</strong> bepaalde geleg<strong>en</strong>heid bezocht in vuurwap<strong>en</strong>s<br />

zou handel<strong>en</strong>.


Slotbeschouwing 247<br />

van verdacht<strong>en</strong>. In al deze zak<strong>en</strong> zijn succesvolle PK’<strong>en</strong> tot stand gebracht<br />

die sam<strong>en</strong> met afgelegde verklaring<strong>en</strong> van undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong> <strong>onder</strong>deel<br />

uitmaakt<strong>en</strong> van het bewijs op basis waarvan de veroordeling<strong>en</strong> zijn uitgesprok<strong>en</strong>.<br />

De betreff<strong>en</strong>de zak<strong>en</strong> zijn in het algeme<strong>en</strong> complexer dan de<br />

zak<strong>en</strong> waarin alle<strong>en</strong> SI <strong>en</strong>/of PK is ingezet, waardoor het moeilijker is e<strong>en</strong><br />

indicatie te gev<strong>en</strong> in hoeverre deze veroordeling<strong>en</strong> ook tot stand hadd<strong>en</strong><br />

kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> gebracht z<strong>onder</strong> de inzet van het undercovertraject. Vast<br />

staat dus wel dát het IF-traject in de betreff<strong>en</strong>de 5 zak<strong>en</strong> bewijs heeft<br />

voortgebracht.<br />

Sam<strong>en</strong>vatt<strong>en</strong>d geldt dus dat van de zak<strong>en</strong> waarin alle<strong>en</strong> SI <strong>en</strong>/of PK is<br />

ingezet <strong>en</strong> het traject tot bewijs of (gedeeltelijke) uitsluiting van e<strong>en</strong><br />

verdachte heeft geleid, we in het algeme<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> zegg<strong>en</strong> dat die<br />

uitkomst waarschijnlijk niet of minder makkelijk met andere middel<strong>en</strong><br />

bereikt had kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong>. Voor de zak<strong>en</strong> waarin IF belangrijk bewijs<br />

heeft voortgebracht is moeilijker aan te gev<strong>en</strong> of de uitkomst ook met<br />

andere middel<strong>en</strong> had kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> bereikt.<br />

In de Amerikaanse literatuur word<strong>en</strong> door sommige auteurs ook prev<strong>en</strong>tieve<br />

effect<strong>en</strong> aan undercovertraject<strong>en</strong> toegeschrev<strong>en</strong> (wanneer die traject<strong>en</strong><br />

<strong>onder</strong> bepaalde voorwaard<strong>en</strong> word<strong>en</strong> uitgevoerd). In die literatuur<br />

gaat het echter doorgaans wel om e<strong>en</strong> bepaald type undercovertraject<strong>en</strong>,<br />

namelijk vaak grootschalig uitgevoerde <strong>en</strong> ongerichte (dus niet op e<strong>en</strong><br />

specifieke verdachte toegespitste) stings (PK-achtige operaties) <strong>en</strong> decoys<br />

(lokmiddel<strong>en</strong>). Over de mate waarin deze effect<strong>en</strong> ook optred<strong>en</strong>, is echter<br />

weinig bek<strong>en</strong>d. Er zijn zowel aanwijzing<strong>en</strong> voor het bestaan van prev<strong>en</strong>tieve<br />

als voor het bestaan van contra-productieve, dat wil zegg<strong>en</strong> criminaliteitsverhog<strong>en</strong>de,<br />

effect<strong>en</strong> van dit type operaties (Marx, 1988: 108-128;<br />

Mitchell et al., 2005; Newman, 2005: 22, 29, 35; Webster et al., 2006:<br />

225-230; Wagner, 2007: 372; Langworthy, 1989 in Roberts, 2000: 270). Over<br />

ev<strong>en</strong>tuele prev<strong>en</strong>tieve effect<strong>en</strong> van de <strong>onder</strong>zochte Nederlandse undercovertraject<strong>en</strong><br />

kunn<strong>en</strong> we ge<strong>en</strong> uitsprak<strong>en</strong> do<strong>en</strong>. Wat wel opvalt, is dat in<br />

ons <strong>onder</strong>zoek in de Nederlandse bronn<strong>en</strong>, geïnterviewde respond<strong>en</strong>t<strong>en</strong><br />

<strong>en</strong> literatuur, bijna niet wordt gewez<strong>en</strong> op mogelijke prev<strong>en</strong>tieve effect<strong>en</strong><br />

<strong>en</strong> dat op<strong>en</strong>bare, publieke aandacht voor undercovertraject<strong>en</strong> – e<strong>en</strong> voorwaarde<br />

voor e<strong>en</strong> ev<strong>en</strong>tuele prev<strong>en</strong>tieve werking – voornamelijk in verband<br />

wordt gebracht met mogelijke gevar<strong>en</strong> voor dit opsporingsinstrum<strong>en</strong>t.<br />

Vergelijking met eerder <strong>onder</strong>zoek. Al eerder, in 1999, versche<strong>en</strong> in Nederland<br />

e<strong>en</strong> <strong>onder</strong>zoeksrapport naar de opbr<strong>en</strong>gst<strong>en</strong> van ‘infiltratie’ (Kruissink<br />

et al., 1999). Het mak<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> vergelijking van de bevinding<strong>en</strong> van<br />

dat eerdere <strong>onder</strong>zoek met de bevinding<strong>en</strong> uit ons <strong>onder</strong>zoek, is alle<strong>en</strong><br />

beperkt mogelijk. De door Kruissink et al. bestudeerde opsporings<strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong><br />

zijn t<strong>en</strong> eerste alle uitgevoerd vóór de Wet bijz<strong>onder</strong>e opsporingsbevoegdhed<strong>en</strong><br />

(Wet BOB) van kracht was, terwijl de zak<strong>en</strong> uit het


248 <strong>Opspor<strong>en</strong></strong> <strong>onder</strong> <strong>dekmantel</strong><br />

nu voorligg<strong>en</strong>de <strong>onder</strong>zoek alle hebb<strong>en</strong> plaatsgevond<strong>en</strong> ná invoering van<br />

die wet. De juridische categorisering van de ingezette traject<strong>en</strong> verschilt<br />

daardoor; de door Kruissink et al. <strong>onder</strong>zochte traject<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> alle <strong>onder</strong><br />

de noemer ‘infiltratie’ geschaard terwijl sinds de Wet BOB de uitsplitsing<br />

tuss<strong>en</strong> SI, PK/PDV <strong>en</strong> IF van kracht is. E<strong>en</strong> tweede red<strong>en</strong> is dat voor het<br />

mak<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> precieze, degelijke vergelijking, de zak<strong>en</strong> uit het <strong>onder</strong>zoeksmateriaal<br />

van Kruissink et al. aan dezelfde analyse <strong>onder</strong>worp<strong>en</strong><br />

zoud<strong>en</strong> moet<strong>en</strong> word<strong>en</strong> als in het voorligg<strong>en</strong>de <strong>onder</strong>zoek is gebeurd.<br />

Mede omdat de betreff<strong>en</strong>de dossiers, van inmiddels wat oudere zak<strong>en</strong>,<br />

niet op het Wet<strong>en</strong>schappelijk Onderzoek- <strong>en</strong> Docum<strong>en</strong>tatiec<strong>en</strong>trum<br />

(<strong>WODC</strong>) toegankelijk zijn, is dit niet gedaan. Voor zover het mak<strong>en</strong> van<br />

e<strong>en</strong> vergelijking wel mogelijk is, do<strong>en</strong> we dat hier<strong>onder</strong>.<br />

Kruissink et al. <strong>onder</strong>zocht<strong>en</strong> 19 van de 22 zak<strong>en</strong> die in 1996 bij de CTC<br />

ter toetsing zijn voorgelegd. 282 Van de 19 <strong>onder</strong>zochte zak<strong>en</strong> is in 12 gevall<strong>en</strong><br />

ook daadwerkelijk e<strong>en</strong> undercovertraject ingezet <strong>en</strong> ook in de 3 niet<br />

<strong>onder</strong>zochte zak<strong>en</strong> heeft er waarschijnlijk <strong>uitvoering</strong> van e<strong>en</strong> undercovertraject<br />

plaatsgevond<strong>en</strong>. 283 In totaal is dus (waarschijnlijk) in 15 van de in<br />

1996 bij de CTC aangemelde zak<strong>en</strong> e<strong>en</strong> undercovertraject ingezet. Uit het<br />

nu voorligg<strong>en</strong>de <strong>onder</strong>zoek wet<strong>en</strong> we dat van alle in 2004 bij e<strong>en</strong> infiltratieteam<br />

aangemelde opsporings<strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong> er in 34 zak<strong>en</strong> e<strong>en</strong> undercovertraject<br />

is uitgevoerd.<br />

Het aantal ingezette undercovertraject<strong>en</strong> is dus toeg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>, van 15 in<br />

1996 naar 34 in 2004. 284 Dit hangt vooral sam<strong>en</strong> met e<strong>en</strong> toeg<strong>en</strong>om<strong>en</strong><br />

gebruik van e<strong>en</strong> specifiek soort undercovertraject, te wet<strong>en</strong> SI. Van de<br />

34 zak<strong>en</strong> uit 2004 gaat het 19 keer om SI. In het grootste deel van deze<br />

zak<strong>en</strong> gaat het om e<strong>en</strong> opsporings<strong>onder</strong>zoek naar e<strong>en</strong> gewelds- (inclusief<br />

brandstichting), terreur- of zed<strong>en</strong>-/m<strong>en</strong>s<strong>en</strong>handeldelict. De undercoverag<strong>en</strong>t<br />

moet dan informatie verzamel<strong>en</strong> die de betrokk<strong>en</strong>heid van de<br />

verdachte(ngroep) bij het betreff<strong>en</strong>de delict bevestigt (of juist weerlegt).<br />

Van de undercovertraject<strong>en</strong> die zijn ingezet in de 12 <strong>onder</strong>zochte zak<strong>en</strong> uit<br />

1996, is, wanneer we de categorisering van de Wet BOB gebruik<strong>en</strong>, echter<br />

maar 1 traject te beschouw<strong>en</strong> als SI. Ook <strong>en</strong>kele geïnterviewde respond<strong>en</strong>t<strong>en</strong><br />

hebb<strong>en</strong> e<strong>en</strong> to<strong>en</strong>em<strong>en</strong>d gebruik van SI, vooral bij lev<strong>en</strong>sdelict<strong>en</strong>,<br />

geconstateerd <strong>en</strong> ook in eerder <strong>onder</strong>zoek is deze ontwikkeling gesignaleerd<br />

(Beijer et al., 2004: 102-103).<br />

Vooral vanwege deze specifieke inzet van undercovertraject<strong>en</strong>, die in<br />

2004 dus veel <strong>en</strong> in 1996 maar heel weinig voorkomt, <strong>en</strong> ook vanwege de<br />

vrij kleine aantall<strong>en</strong> zak<strong>en</strong> <strong>en</strong> het ontbrek<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> gedetailleerd inzicht<br />

in de zak<strong>en</strong> uit 1996, is het mak<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> vergaande vergelijking van de<br />

282 3 zak<strong>en</strong> zijn destijds buit<strong>en</strong> het <strong>onder</strong>zoek geblev<strong>en</strong>.<br />

283 Voor 1 van de 3 zak<strong>en</strong> is dat bek<strong>en</strong>d, voor de 2 andere is dat niet met zekerheid te zegg<strong>en</strong> maar we gaan<br />

ervan uit dat ook in die zak<strong>en</strong> e<strong>en</strong> traject is ingezet.<br />

284 De g<strong>en</strong>oemde jar<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> betrekking op het jaar waarin de zaak is aangemeld bij respectievelijk de<br />

CTC <strong>en</strong> het infiltratieteam. De feitelijke <strong>uitvoering</strong> van de traject<strong>en</strong> kan deels ook in latere jar<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong><br />

plaatsgevond<strong>en</strong>.


Slotbeschouwing 249<br />

opbr<strong>en</strong>gst<strong>en</strong> van de undercovertraject<strong>en</strong> uit beide periodes niet goed mogelijk.<br />

Wanneer we toch de opbr<strong>en</strong>gst<strong>en</strong> naast elkaar legg<strong>en</strong>, blijkt het volg<strong>en</strong>de.<br />

Van de 12 <strong>onder</strong>zochte zak<strong>en</strong> uit 1996 heeft in (waarschijnlijk) 2 gevall<strong>en</strong><br />

het undercovertraject e<strong>en</strong> belangrijke rol gespeeld bij de veroordeling van<br />

verdacht<strong>en</strong> (zie paragraaf 5.2). Van de 34 zak<strong>en</strong> uit 2004 heeft het undercovertraject<br />

7 keer e<strong>en</strong> bijdrage geleverd aan de veroordeling, waarvan in<br />

1 geval de bijdrage echter maar beperkt was. Het (afgeronde) perc<strong>en</strong>tage<br />

zak<strong>en</strong> waarin het undercovertraject bewijs heeft voortgebracht, is 17% (2<br />

van de 12) voor 1996 <strong>en</strong> 21% (7 van de 34) voor 2004.<br />

Behalve bewijs dat is gebruikt bij e<strong>en</strong> veroordeling kan e<strong>en</strong> undercovertraject<br />

ook op andere wijze e<strong>en</strong> bijdrage lever<strong>en</strong> aan de opsporing <strong>en</strong>/<br />

of berechting. Van de 12 zak<strong>en</strong> uit 1996 heeft het undercovertraject in<br />

3 gevall<strong>en</strong> sturingsinformatie opgeleverd. Sam<strong>en</strong> met de 2 zak<strong>en</strong> waarin<br />

het traject in bewijs heeft geresulteerd, kom<strong>en</strong> we dan uit op 42 proc<strong>en</strong>t<br />

(5 van de 12). Voor de 34 zak<strong>en</strong> uit 2004 geldt dat 1 traject ‘alle<strong>en</strong>’ sturingsinformatie<br />

heeft voortgebracht, in 4 zak<strong>en</strong> kon het opsporingsteam dankzij<br />

het undercovertraject e<strong>en</strong> verdachte uitsluit<strong>en</strong> van verder <strong>onder</strong>zoek <strong>en</strong><br />

7 traject<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> zoals gezegd e<strong>en</strong> rol gespeeld bij de veroordeling van<br />

verdacht<strong>en</strong>, hetge<strong>en</strong> tezam<strong>en</strong> optelt tot 35% (12 van de 34). 285 Het is echter<br />

de vraag of het sam<strong>en</strong>nem<strong>en</strong> van de verschill<strong>en</strong>de soort<strong>en</strong> van bijdrag<strong>en</strong>,<br />

te wet<strong>en</strong> bewijs, uitsluiting van e<strong>en</strong> verdachte <strong>en</strong> sturingsinformatie,<br />

zinvol is. 286<br />

Al met al is het onverstandig om vergaande conclusies te verbind<strong>en</strong> aan<br />

deze vergelijking. Duidelijk is in ieder geval wel dat er in 2004 t<strong>en</strong> opzichte<br />

van 1996 in meer opsporings<strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong> e<strong>en</strong> undercovertraject is ingezet<br />

(voor zover deze opsporings<strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong> bij respectievelijk de CTC <strong>en</strong> het<br />

infiltratieteam zijn aangemeld) <strong>en</strong> dat er in 2004 veel vaker SI wordt toegepast<br />

<strong>en</strong> dan met name om de betrokk<strong>en</strong>heid van e<strong>en</strong> verdachte vast te stell<strong>en</strong><br />

bij e<strong>en</strong> ernstig gewelds-, terreur- of zed<strong>en</strong>-/m<strong>en</strong>s<strong>en</strong>handeldelict. E<strong>en</strong><br />

e<strong>en</strong>duidige vergelijking van de opbr<strong>en</strong>gst<strong>en</strong> van de undercovertraject<strong>en</strong><br />

uit beide periodes is niet goed mogelijk omdat: in 2004 voor e<strong>en</strong> belangrijk<br />

deel andersoortige traject<strong>en</strong> zijn ingezet; de absolute aantall<strong>en</strong> vrij klein<br />

zijn; <strong>en</strong> we ge<strong>en</strong> gedetailleerd inzicht hebb<strong>en</strong> in de zak<strong>en</strong> uit 1996.<br />

285 In e<strong>en</strong> aantal zak<strong>en</strong> had het undercovertraject meerdere van de g<strong>en</strong>oemde bijdrag<strong>en</strong> aan opsporing <strong>en</strong>/<br />

of berechting. Zo leverde het undercovertraject in e<strong>en</strong> zaak bewijs op voor e<strong>en</strong> deel van de verd<strong>en</strong>king<br />

<strong>en</strong> kon op basis van het undercovertraject de verdachte van e<strong>en</strong> ander deel van de verd<strong>en</strong>king word<strong>en</strong><br />

uitgeslot<strong>en</strong> (A29).<br />

286 Hoewel de g<strong>en</strong>oemde bijdrag<strong>en</strong> alle van belang zijn, zal aan bewijs in het algeme<strong>en</strong> meer waarde<br />

word<strong>en</strong> gehecht dan aan het g<strong>en</strong>erer<strong>en</strong> van sturingsinformatie. E<strong>en</strong> bewijs draagt immers direct<br />

bij aan de veroordeling van e<strong>en</strong> verdachte, terwijl sturingsinformatie doorgaans vooral de inzet van<br />

andere opsporingsinstrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> t<strong>en</strong> goede komt <strong>en</strong> daarmee hoogst<strong>en</strong>s indirect bijdraagt aan de<br />

bewijsvergaring <strong>en</strong> veroordeling. Het hoofddoel van de inzet van e<strong>en</strong> undercovertraject is dan ook<br />

doorgaans bewijsvergaring (of het verkrijg<strong>en</strong> van uitsluitsel over de betrokk<strong>en</strong>heid van e<strong>en</strong> verdachte<br />

bij e<strong>en</strong> delict). Ook informatie op basis waarvan e<strong>en</strong> verdachte kan word<strong>en</strong> uitgeslot<strong>en</strong> van verder<br />

<strong>onder</strong>zoek is waarschijnlijk vaak van meer invloed <strong>en</strong> belang dan het verkrijg<strong>en</strong> van sturingsinformatie.<br />

Ev<strong>en</strong>als e<strong>en</strong> veroordeling betek<strong>en</strong>t e<strong>en</strong> uitsluiting dat zekerheid is verkreg<strong>en</strong> (althans volg<strong>en</strong>s het<br />

rechtscollege respectievelijk het opsporingsteam) omtr<strong>en</strong>t de betrokk<strong>en</strong>heid van e<strong>en</strong> verdachte bij e<strong>en</strong><br />

delict. Op basis van die zekerheid kan e<strong>en</strong> <strong>onder</strong>zoek of <strong>onder</strong>zoeksrichting word<strong>en</strong> afgeslot<strong>en</strong>.


250 <strong>Opspor<strong>en</strong></strong> <strong>onder</strong> <strong>dekmantel</strong><br />

6.2.3 Onvoorspelbaarheid als ‘wez<strong>en</strong>sk<strong>en</strong>merk’ van undercovertraject<strong>en</strong><br />

Het belangrijkste geme<strong>en</strong>schappelijke k<strong>en</strong>merk van undercovertraject<strong>en</strong><br />

is waarschijnlijk de onvoorspelbaarheid van het verloop van die traject<strong>en</strong>.<br />

We gev<strong>en</strong> hier<strong>onder</strong> voorbeeld<strong>en</strong> van deze onvoorspelbaarheid.<br />

Het verloop van de contact<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong> de undercoverag<strong>en</strong>t <strong>en</strong> het subject is<br />

zoals gezegd geregeld niet zoals van tevor<strong>en</strong> verwacht (of gehoopt):<br />

– Zo kan het voorkom<strong>en</strong> dat het er helemaal ge<strong>en</strong> contact kan word<strong>en</strong><br />

gemaakt, bijvoorbeeld omdat de goede mogelijkhed<strong>en</strong> tot contact die<br />

bij aanvang van het undercovertraject lijk<strong>en</strong> te bestaan vervall<strong>en</strong> omdat<br />

het subject plotseling niet meer in de betreff<strong>en</strong>de uitgaansgeleg<strong>en</strong>heid<br />

komt, bijvoorbeeld omdat hij er niet meer in mag.<br />

Dat er helemaal ge<strong>en</strong> contact gemaakt kan word<strong>en</strong> met het subject<br />

gebeurt echter niet vaak (zie paragraaf 4.5.1). Het legg<strong>en</strong> van contact is<br />

echter natuurlijk nog maar het begin van het traject:<br />

– In e<strong>en</strong> aantal zak<strong>en</strong> wordt wel contact gemaakt met het subject, maar<br />

slaagt de undercoverag<strong>en</strong>t er niet in om via het subject bij de hoofdverdachte<br />

te kom<strong>en</strong>, omdat de verme<strong>en</strong>de relatie tuss<strong>en</strong> het subject <strong>en</strong><br />

de hoofdverdachte niet (meer) bestaat of omdat gemaakte afsprak<strong>en</strong><br />

steeds word<strong>en</strong> afgezegd.<br />

– Of het contact met de hoofdverdachte blijft heel beperkt, omdat de<br />

hoofdverdachte e<strong>en</strong> zeer beperkt sociaal lev<strong>en</strong> heeft, alle<strong>en</strong> met<br />

goede bek<strong>en</strong>d<strong>en</strong> zak<strong>en</strong> doet <strong>en</strong>/of erg achterdochtig is, wat hem nogal<br />

ontoegankelijk maakt; of omdat hij door e<strong>en</strong> onverwachte gebeurt<strong>en</strong>is<br />

plotseling niet meer verschijnt in de omgeving waar de contact<strong>en</strong> zijn<br />

gelegd.<br />

Het duidelijkst komt het onvoorspelbare karakter van de undercovertraject<strong>en</strong><br />

naar vor<strong>en</strong> in de zakelijke transacties die de undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong><br />

met verdacht<strong>en</strong> prober<strong>en</strong> te volbr<strong>en</strong>g<strong>en</strong>. Voorg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> PK’<strong>en</strong> blijk<strong>en</strong> vaak<br />

niet volg<strong>en</strong>s de vooraf gemaakte opzet of afsprak<strong>en</strong> te verlop<strong>en</strong>. Kijk<strong>en</strong> we<br />

nog e<strong>en</strong>s naar de PK-traject<strong>en</strong> die zelfstandig (10) of in combinatie met SI<br />

(5) zijn uitgevoerd (dus niet in combinatie met of als <strong>onder</strong>deel van e<strong>en</strong><br />

IF-traject), dan zi<strong>en</strong> we dat van de 15 PK-traject<strong>en</strong> er in ieder geval 10 niet<br />

volg<strong>en</strong>s plan verlop<strong>en</strong>. De PK’<strong>en</strong> die in combinatie met of als <strong>onder</strong>deel<br />

van e<strong>en</strong> IF-traject zijn ingezet, gev<strong>en</strong> e<strong>en</strong> nog weerbarstiger beeld. Van de<br />

13 bestudeerde zak<strong>en</strong> waarin e<strong>en</strong> IF-traject is uitgevoerd <strong>en</strong> waarbij ook<br />

contact is gemaakt met het subject, was het in 12 zak<strong>en</strong> de bedoeling om<br />

uiteindelijk één of meerdere PK’<strong>en</strong> 287 te verricht<strong>en</strong>. In die 12 traject<strong>en</strong> zijn<br />

de PK’<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> <strong>en</strong>kele keer geheel volg<strong>en</strong>s plan verlop<strong>en</strong>.<br />

287 In één zaak ging het om e<strong>en</strong> pseudo-verkoop.


Slotbeschouwing 251<br />

– Óf e<strong>en</strong> PK gaat helemaal niet door, omdat:<br />

− de verdachte niet kan of niet wil (te achterdochtig) lever<strong>en</strong> (of<br />

kop<strong>en</strong>), zoals in e<strong>en</strong> zaak waarin na de aanslag<strong>en</strong> van 11 september<br />

2001 de verdachte zijn wap<strong>en</strong>handel niet wil voortzett<strong>en</strong> vanwege<br />

aangescherpte gr<strong>en</strong>scontroles of de zaak waarin e<strong>en</strong> verdachte<br />

ge<strong>en</strong> wa p<strong>en</strong>s kan lever<strong>en</strong> omdat zijn leverancier in Oost-Europa is<br />

opgepakt;<br />

− de goeder<strong>en</strong> al verkocht zijn;<br />

− de contact<strong>en</strong> met hoofdverdachte te summier zijn;<br />

− de verdachte waarschijnlijk wel zou kunn<strong>en</strong> lever<strong>en</strong> maar de PK<br />

teg<strong>en</strong> de verwachting in nog niet tot stand is gebracht op het mom<strong>en</strong>t<br />

dat op e<strong>en</strong> lang van tevor<strong>en</strong> geplande ‘actiedag’ er aanhouding<strong>en</strong><br />

plaatsvind<strong>en</strong>;<br />

− de verdachte wel zou kunn<strong>en</strong> lever<strong>en</strong> maar dan alle<strong>en</strong> via e<strong>en</strong> persoon<br />

die niet behoort tot de kring van verdacht<strong>en</strong> waarop het <strong>onder</strong>zoek<br />

zich richt, in welk geval de PK niet zou bijdrag<strong>en</strong> aan de doel<strong>en</strong><br />

van het betreff<strong>en</strong>de opsporings<strong>onder</strong>zoek, <strong>en</strong> om die red<strong>en</strong> dan ook<br />

van de kant van de undercoverag<strong>en</strong>t wordt afgezegd; of<br />

− de verdachte (vermoedelijk) niet uit is op e<strong>en</strong> deal maar op e<strong>en</strong> ripdeal,<br />

dat wil zegg<strong>en</strong> dat eerstg<strong>en</strong>oemde niet daadwerkelijk van plan<br />

is om iets te verkop<strong>en</strong> aan de undercoverag<strong>en</strong>t maar erop uit is om<br />

hem van zijn geld te berov<strong>en</strong>.<br />

– Óf de PK gaat wel door, maar:<br />

− de goeder<strong>en</strong> (drugs) zijn pas aangekocht nadat de verdacht<strong>en</strong> niet in<br />

staat blek<strong>en</strong> om de goeder<strong>en</strong> te lever<strong>en</strong> waarop het <strong>onder</strong>zoek zich<br />

oorspronkelijk richtte (wap<strong>en</strong>s);<br />

− de omvang van de PK is kleiner dan oorspronkelijk verwacht omdat<br />

subject zijn toezegging<strong>en</strong> niet kan nakom<strong>en</strong> (bluf);<br />

− de PK komt pas tot stand na e<strong>en</strong> eerdere mislukte poging(<strong>en</strong>);<br />

− het geleverde materiaal blijkt niet aan de verwachting<strong>en</strong> te voldo<strong>en</strong>,<br />

zoals in het geval van zeer sterk versned<strong>en</strong> drugs of precursor<strong>en</strong>,<br />

of de aangekochte goeder<strong>en</strong> blijk<strong>en</strong> vanuit opsporingsperspectief<br />

(bij nader inzi<strong>en</strong>) ge<strong>en</strong> waarde te hebb<strong>en</strong>, zoals in het geval aangeschafte<br />

informatiedragers ge<strong>en</strong> kinderpornografische afbeelding<strong>en</strong><br />

blijk<strong>en</strong> te bevatt<strong>en</strong> <strong>en</strong> zoals in de zaak waarin de burger die de zaak<br />

had aangebracht bij nader inzi<strong>en</strong> toch niet met zekerheid kan zegg<strong>en</strong><br />

of de goeder<strong>en</strong> die via e<strong>en</strong> PK van e<strong>en</strong> aanbieder op internet zijn<br />

ge kocht, van diefstal uit zijn bedrijf afkomstig zijn.<br />

Dat PK’<strong>en</strong> vaak niet zoals ‘gepland’ verlop<strong>en</strong>, wil niet zegg<strong>en</strong> dat ze dus<br />

ge<strong>en</strong> bijdrage lever<strong>en</strong> aan de opsporing <strong>en</strong>/of berechting. E<strong>en</strong> wel maar<br />

niet helemaal zoals verwacht uitgevoerde PK kan natuurlijk nog steeds<br />

bewijs g<strong>en</strong>erer<strong>en</strong>, wat in verschill<strong>en</strong>de zak<strong>en</strong> ook is gebeurd. Zelfs níetuitgevoerde<br />

PK’<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> bewijs oplever<strong>en</strong>. Zo zijn in 2 zak<strong>en</strong> de voor-


252 <strong>Opspor<strong>en</strong></strong> <strong>onder</strong> <strong>dekmantel</strong><br />

bereiding<strong>en</strong> die verdacht<strong>en</strong> hadd<strong>en</strong> gedaan voor e<strong>en</strong> PK die uiteindelijk<br />

nooit volbracht is, gebruikt als bewijs bij de veroordeling van h<strong>en</strong>. Verder<br />

komt het ook e<strong>en</strong> <strong>en</strong>kele keer voor dat de feitelijke ontwikkeling van de<br />

contact<strong>en</strong> met e<strong>en</strong> subject, (in eerste instantie) juist in positieve zin afwijk<strong>en</strong><br />

van de verwachte ontwikkeling. Zo zijn er 2 zak<strong>en</strong> waarin, vanuit het<br />

perspectief van de opsporing bezi<strong>en</strong>, de contact<strong>en</strong> voorspoediger verlop<strong>en</strong><br />

dan verwacht, zoals in de zaak waarin de verdachte onverwacht snel erg<br />

op<strong>en</strong> is teg<strong>en</strong>over de undercoverag<strong>en</strong>t over zijn betrokk<strong>en</strong>heid bij wap<strong>en</strong>-<br />

<strong>en</strong> drugshandel.<br />

Hoewel onverwachte ontwikkeling<strong>en</strong> dus niet noodzakelijkerwijs undercovertraject<strong>en</strong><br />

do<strong>en</strong> mislukk<strong>en</strong>, werk<strong>en</strong> ze in het algeme<strong>en</strong> wel negatief<br />

uit (hierop kom<strong>en</strong> we in paragraaf 6.5 terug).<br />

Dat geldt dus ook voor de relatief ‘e<strong>en</strong>voudige’ zak<strong>en</strong>, dat wil zegg<strong>en</strong> zak<strong>en</strong><br />

die niet heel complex zijn. Undercovertraject<strong>en</strong> <strong>en</strong> vooral IF word<strong>en</strong> vaak<br />

ingezet in moeilijke zak<strong>en</strong>, dat wil zegg<strong>en</strong> zak<strong>en</strong> waarin andere middel<strong>en</strong><br />

hebb<strong>en</strong> gefaald of dat naar verwachting zull<strong>en</strong> do<strong>en</strong>. Zelfstandige PK’<strong>en</strong><br />

(dus niet sam<strong>en</strong> met SI of IF) zijn in de door ons <strong>onder</strong>zochte zak<strong>en</strong> echter<br />

hoofdzakelijk ingezet omdat zich in de og<strong>en</strong> van het opsporingsteam e<strong>en</strong><br />

mooie kans voordeed om via dit middel de betreff<strong>en</strong>de zaak tot e<strong>en</strong> goed<br />

einde te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>. Dit zijn vaak relatief e<strong>en</strong>voudige zak<strong>en</strong> waarin de politie<br />

op de hoogte is gekom<strong>en</strong> van het feit dat e<strong>en</strong> verdachte (via internet)<br />

verbod<strong>en</strong>/illegale goeder<strong>en</strong> aanbiedt (of heeft besteld). Het ‘<strong>en</strong>ige’ dat in<br />

deze zak<strong>en</strong> hoeft te gebeur<strong>en</strong> is dat e<strong>en</strong> undercoverag<strong>en</strong>t ingaat op de<br />

aangebod<strong>en</strong> goeder<strong>en</strong> <strong>en</strong> de betreff<strong>en</strong>de waar afneemt. Zo beschouwd<br />

bied<strong>en</strong> de omstandighed<strong>en</strong> van dergelijke zak<strong>en</strong>, zeker in vergelijking<br />

met meer complexe zak<strong>en</strong> waarin pas na e<strong>en</strong> langdurig voortraject zicht<br />

ontstaat op e<strong>en</strong> PK/PDV, de opsporing e<strong>en</strong> goede kans. Het feit dat die<br />

kans zich voordeed, is dan ook de red<strong>en</strong> waarom in deze zak<strong>en</strong> voor de<br />

inzet van e<strong>en</strong> undercovertraject is gekoz<strong>en</strong> (zie uitleg bij tabel 7 in paragraaf<br />

4.3.2). Van de 10 zak<strong>en</strong> waarin alle<strong>en</strong> het middel PK is ingezet, is<br />

het echter maar in 4 gevall<strong>en</strong> ook tot e<strong>en</strong> PK gekom<strong>en</strong> <strong>en</strong> van die 4 keer<br />

heeft de PK maar in 3 zak<strong>en</strong> e<strong>en</strong> bijdrage geleverd aan de berechting (zie<br />

uitleg bij tabel 13 in paragraaf 5.3.3). Hieruit blijkt dat het ook bij relatief<br />

‘e<strong>en</strong>voudig’ uit te voer<strong>en</strong> operaties, zeker niet altijd ‘makkelijk’ is om tot<br />

e<strong>en</strong> succesvolle PK <strong>en</strong> e<strong>en</strong> succesvol einde van het undercovertraject te<br />

kom<strong>en</strong>.<br />

6.2.4 Risico’s van het werk<strong>en</strong> <strong>onder</strong> <strong>dekmantel</strong><br />

Op basis van de wetsgeschied<strong>en</strong>is <strong>en</strong> de literatuur kunn<strong>en</strong> drie soort<strong>en</strong><br />

van risico’s die sam<strong>en</strong>hang<strong>en</strong> met het werk<strong>en</strong> <strong>onder</strong> <strong>dekmantel</strong> word<strong>en</strong><br />

<strong>onder</strong>scheid<strong>en</strong> (zie paragraaf 5.5 voor e<strong>en</strong> uitvoeriger beschrijving). T<strong>en</strong><br />

eerste zijn dat risico’s voor de uitvoer<strong>en</strong>d<strong>en</strong> – de undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong>. Het<br />

gaat dan om risico’s voor de integriteit, risico’s voor de fysieke veiligheid


Slotbeschouwing 253<br />

<strong>en</strong> risico’s voor het psychisch welzijn. T<strong>en</strong> tweede is er e<strong>en</strong> risico voor de<br />

<strong>onder</strong>del<strong>en</strong> van het OM <strong>en</strong> de politie <strong>onder</strong> verantwoordelijkheid van wie<br />

e<strong>en</strong> undercovertraject wordt uitgevoerd. Hier gaat het om het risico van de<br />

(on)bestuurbaarheid van undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong>. Het derde risico geldt voor<br />

undercovertraject<strong>en</strong> als opsporingsinstrum<strong>en</strong>t zelf <strong>en</strong> houdt in dat vanwege<br />

de bek<strong>en</strong>dheid van het middel de effectiviteit kan eroder<strong>en</strong>.<br />

In de <strong>onder</strong>zoeksperiode zijn ge<strong>en</strong> Nederlandse gevall<strong>en</strong> gesignaleerd<br />

waarin integriteits- of fysieke risico’s zich ook daadwerkelijk hebb<strong>en</strong><br />

gemanifesteerd. Respond<strong>en</strong>t<strong>en</strong> gev<strong>en</strong> verder weliswaar aan dat het werk<br />

van undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong> bepaalde persoonlijke of psychologische gevolg<strong>en</strong><br />

kan hebb<strong>en</strong>, maar niet is geblek<strong>en</strong> dat dit ook in grote mate tot problem<strong>en</strong><br />

leidt. In Nederlandse opsporings<strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong> zijn ook ge<strong>en</strong> voorbeeld<strong>en</strong><br />

gevond<strong>en</strong> van problem<strong>en</strong> wat betreft onbestuurbaarheid van undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong>.<br />

Daarbij kan e<strong>en</strong> rol spel<strong>en</strong> dat in Nederland vrijwel ge<strong>en</strong> gebruik<br />

meer wordt gemaakt van burgerinfiltrant<strong>en</strong>. Wel kan bij rechtshulpverzoek<strong>en</strong><br />

vanuit het buit<strong>en</strong>land de stuurbaarheid soms problematisch zijn<br />

(zie paragraaf 6.3.3). Verder heeft e<strong>en</strong> aantal respond<strong>en</strong>t<strong>en</strong> aangegev<strong>en</strong> dat<br />

er soms te veel bek<strong>en</strong>dheid wordt gegev<strong>en</strong> aan undercovertraject<strong>en</strong>, wat<br />

schadelijk zou zijn voor undercovertraject<strong>en</strong> in het algeme<strong>en</strong>.<br />

Het algem<strong>en</strong>e beeld, op basis van de interviews met teamchefs van de<br />

infiltratieteams <strong>en</strong> andere betrokk<strong>en</strong><strong>en</strong> binn<strong>en</strong> het OM <strong>en</strong> de politie <strong>en</strong><br />

op basis van de bestudeerde zak<strong>en</strong>, is dat in de Nederlandse opsporingspraktijk,<br />

hoewel e<strong>en</strong> aantal risico’s zeker reëel is, de pot<strong>en</strong>tiële risico’s<br />

niet tot grote problem<strong>en</strong> leid<strong>en</strong>. We do<strong>en</strong> deze uitsprak<strong>en</strong> met e<strong>en</strong> voorbehoud<br />

aangezi<strong>en</strong> undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong> zelf niet direct in het <strong>onder</strong>zoek<br />

zijn betrokk<strong>en</strong> <strong>en</strong> we ook ge<strong>en</strong> uitputt<strong>en</strong>d <strong>onder</strong>zoek hebb<strong>en</strong> gedaan naar<br />

opgetred<strong>en</strong> gevar<strong>en</strong>. Daardoor hebb<strong>en</strong> we vooral op de frequ<strong>en</strong>tie van<br />

mogelijke psychologische problematiek e<strong>en</strong> beperkt zicht.<br />

Undercovertraject<strong>en</strong> word<strong>en</strong> niet veel ingezet, waardoor e<strong>en</strong> hoge (absolute)<br />

frequ<strong>en</strong>tie van de besprok<strong>en</strong> pot<strong>en</strong>tiële problem<strong>en</strong> ook niet te verwacht<strong>en</strong><br />

is. Daarnaast speelt waarschijnlijk ook e<strong>en</strong> rol dat het werk<strong>en</strong> <strong>onder</strong><br />

<strong>dekmantel</strong> weliswaar e<strong>en</strong> grote mate van onvoorspelbaarheid <strong>en</strong> bepaalde<br />

gevar<strong>en</strong> met zich meebr<strong>en</strong>gt, maar dat dit type politieoptred<strong>en</strong> er tegelijkertijd<br />

één is dat in de Nederlandse opsporingspraktijk alle<strong>en</strong> door e<strong>en</strong><br />

selecte categorie van politieambt<strong>en</strong>ar<strong>en</strong> <strong>en</strong> <strong>onder</strong> e<strong>en</strong> int<strong>en</strong>sieve begeleiding<br />

<strong>en</strong> beveiliging wordt toegepast.<br />

6.3 Factor<strong>en</strong> van invloed op <strong>uitvoering</strong> <strong>en</strong> resultat<strong>en</strong> van<br />

undercovertraject<strong>en</strong><br />

Zojuist hebb<strong>en</strong> we de <strong>uitvoering</strong> <strong>en</strong> resultat<strong>en</strong> van undercovertraject<br />

besprok<strong>en</strong>. Welke factor<strong>en</strong> zijn nu van invloed op die <strong>uitvoering</strong> <strong>en</strong> resultat<strong>en</strong>?<br />

Bij het beantwoord<strong>en</strong> van die vraag gebruik<strong>en</strong> we de literatuur,<br />

de interviews met OvJ’<strong>en</strong>, politiefunctionariss<strong>en</strong> <strong>en</strong> teamleiders van de


254 <strong>Opspor<strong>en</strong></strong> <strong>onder</strong> <strong>dekmantel</strong><br />

(voormalige) infiltratieteams <strong>en</strong> de bevinding<strong>en</strong> naar aanleiding van de<br />

bestudering van concrete zak<strong>en</strong>.<br />

Hier<strong>onder</strong> gev<strong>en</strong> we eerst e<strong>en</strong> toelichting op de indeling die we hanter<strong>en</strong><br />

van factor<strong>en</strong> die van invloed kunn<strong>en</strong> zijn op de <strong>uitvoering</strong> <strong>en</strong> resultat<strong>en</strong><br />

van undercovertraject<strong>en</strong>. Daarna word<strong>en</strong> die factor<strong>en</strong> inhoudelijk besprok<strong>en</strong>.<br />

Voorligg<strong>en</strong>d <strong>onder</strong>zoek richt zich op de <strong>uitvoering</strong> <strong>en</strong> resultat<strong>en</strong> van<br />

undercovertraject<strong>en</strong>. De inzet van e<strong>en</strong> undercovertraject is de toepassing<br />

van e<strong>en</strong> door wet- <strong>en</strong> regelgeving gedefinieerd opsporingsinstrum<strong>en</strong>t.<br />

Nog algem<strong>en</strong>er geformuleerd geldt dus dat ons <strong>onder</strong>zoek zich richt op de<br />

<strong>uitvoering</strong> van beleid (<strong>en</strong> de resultat<strong>en</strong> van die <strong>uitvoering</strong>). In e<strong>en</strong> zuiver<br />

formele b<strong>en</strong>adering van de relatie tuss<strong>en</strong> <strong>uitvoering</strong> <strong>en</strong> beleid staat de<br />

wetgeving c<strong>en</strong>traal <strong>en</strong> wordt de <strong>uitvoering</strong> van beleid vaak als mechanisch<br />

proces beschouwd – de <strong>uitvoering</strong> als afgeleide van het beleid (Van<br />

der Ve<strong>en</strong>, 1990). Uit <strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong> op uite<strong>en</strong>lop<strong>en</strong>de beleidsterrein<strong>en</strong> die<br />

meer ingaan op de <strong>uitvoering</strong> zelf, blijkt echter dat de <strong>uitvoering</strong>spraktijk<br />

e<strong>en</strong> eig<strong>en</strong> dynamiek k<strong>en</strong>t <strong>en</strong> dat behalve de wetgeving ook andere<br />

factor<strong>en</strong> e<strong>en</strong> belangrijke rol spel<strong>en</strong> in het handel<strong>en</strong> van de uitvoerders.<br />

Parkeercontroleurs (Gunther Moor, 1984; in: Van der Ve<strong>en</strong>, 1997), controler<strong>en</strong>de<br />

medewerkers van uitkeringsverstrekkers (Doeschot et al., 1999),<br />

beslismedewerkers bij asielverzoek<strong>en</strong> (Mascini, 2004), functionariss<strong>en</strong> die<br />

toezi<strong>en</strong> op de naleving van mestwetgeving (Wiering, 1999), ambt<strong>en</strong>ar<strong>en</strong><br />

die vergunning<strong>en</strong> verl<strong>en</strong><strong>en</strong> in het kader van de Hinderwet (Aalders, 1987)<br />

én politieambt<strong>en</strong>ar<strong>en</strong> (Van der Torre, 1999); voor h<strong>en</strong> all<strong>en</strong> geldt dat de<br />

omstandighed<strong>en</strong> waar<strong>onder</strong> zij moet<strong>en</strong> werk<strong>en</strong> van invloed zijn op de<br />

wijze waarop het formele beleid wordt toegepast (zie ook Lipsky, 1980).<br />

Ook bij de <strong>uitvoering</strong> van undercoverbevoegdhed<strong>en</strong> <strong>en</strong> de resultat<strong>en</strong> die<br />

deze <strong>uitvoering</strong> oplevert, spel<strong>en</strong> verschill<strong>en</strong>de factor<strong>en</strong> e<strong>en</strong> rol. Welke<br />

factor<strong>en</strong> zijn dit (vergelijk Aalders, 1987; Kagan, 1978; Van der Ve<strong>en</strong>, 1990;<br />

Wiering, 1999)? E<strong>en</strong> eerste belangrijke factor is vanzelfsprek<strong>en</strong>d het wettelijk<br />

kader dat geldt voor undercovertraject<strong>en</strong>. De voorschrift<strong>en</strong> uit de wet-<br />

<strong>en</strong> regelgeving omschrijv<strong>en</strong> welke soort<strong>en</strong> undercoverbevoegdhed<strong>en</strong> er<br />

bestaan <strong>en</strong> bepal<strong>en</strong> wanneer zij mog<strong>en</strong> word<strong>en</strong> toegepast <strong>en</strong> wat daarbij<br />

wel <strong>en</strong> niet is toegestaan. Hoe werkt dit uit in de praktijk? T<strong>en</strong> tweede zijn<br />

k<strong>en</strong>merk<strong>en</strong> van het misdrijf <strong>en</strong> de verdachte(n), de criminele context, van<br />

belang. Zo bied<strong>en</strong> niet alle soort<strong>en</strong> van misdrijv<strong>en</strong> dezelfde mogelijk hed<strong>en</strong><br />

tot opsporing <strong>en</strong> verdacht<strong>en</strong> verschill<strong>en</strong> van elkaar in de mate waarin er<br />

‘op’ h<strong>en</strong> te werk<strong>en</strong> valt in e<strong>en</strong> undercovertraject. Ook de onvoorspelbaarheid<br />

van de criminele context wordt hier besprok<strong>en</strong>. De organisatie van<br />

de opsporing <strong>en</strong> individuele functionariss<strong>en</strong> vorm<strong>en</strong> e<strong>en</strong> derde factor,<br />

die we de opsporing noem<strong>en</strong>. Hier gaat het om: aansturings- <strong>en</strong> controlemechanism<strong>en</strong><br />

binn<strong>en</strong> OM <strong>en</strong> politie; de wisselwerking tuss<strong>en</strong> undercovertraject<br />

<strong>en</strong> opsporingsteam; het ler<strong>en</strong>d vermog<strong>en</strong>; de selectie, begeleiding<br />

<strong>en</strong> beveiliging van undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong>; het mom<strong>en</strong>t in e<strong>en</strong> opsporingson-


Slotbeschouwing 255<br />

derzoek waarop e<strong>en</strong> undercovertraject wordt ingezet; <strong>en</strong> de k<strong>en</strong>nis van,<br />

ervaring met <strong>en</strong> houding t<strong>en</strong> opzichte van undercovertraject<strong>en</strong> bij OvJ’<strong>en</strong><br />

<strong>en</strong> politiefunctionariss<strong>en</strong>. De vierde factor bestaat uit de (maatschappelijke<br />

<strong>en</strong> politieke) omgeving. Het gaat dan om direct ingrijp<strong>en</strong> door politiek<br />

verantwoordelijk<strong>en</strong> <strong>en</strong> om ontwikkeling<strong>en</strong> <strong>en</strong> concrete gebeurt<strong>en</strong>iss<strong>en</strong> die<br />

vanuit de omgeving doorwerk<strong>en</strong> in de opsporing.<br />

In de volg<strong>en</strong>de paragraf<strong>en</strong> werk<strong>en</strong> we deze vierdeling verder uit. Daarbij<br />

beperk<strong>en</strong> we ons per factor tot die elem<strong>en</strong>t<strong>en</strong> die uit ons <strong>onder</strong>zoek (of de<br />

literatuur) als relevant naar vor<strong>en</strong> kom<strong>en</strong>. We zull<strong>en</strong> dus niet de factor<strong>en</strong><br />

uitputt<strong>en</strong>d tracht<strong>en</strong> uit te splits<strong>en</strong> in alle d<strong>en</strong>kbare elem<strong>en</strong>t<strong>en</strong>.<br />

6.3.1 Juridisch kader<br />

E<strong>en</strong> eerste belangrijke factor voor de <strong>uitvoering</strong> van undercover traject<strong>en</strong><br />

is het juridisch kader dat op deze opsporingsbevoegdhed<strong>en</strong> van toepassing<br />

is. Daarbij gaat het om de ge- <strong>en</strong> verbod<strong>en</strong> die uit de wet- <strong>en</strong><br />

regel geving voortvloei<strong>en</strong> maar ook om hanteerbaarheid van de door de<br />

wetgever gebruikte term<strong>en</strong> <strong>en</strong> categorieën <strong>en</strong> om de rechterlijke controle<br />

van undercovertraject<strong>en</strong>. In <strong>onder</strong>havige studie hebb<strong>en</strong> we ook e<strong>en</strong><br />

rechtsvergelijk<strong>en</strong>de verk<strong>en</strong>ning gemaakt van het Nederlandse <strong>en</strong> het<br />

Belgische, Duitse, Engelse <strong>en</strong> Amerikaanse juridisch kader. Daarvoor<br />

verwijz<strong>en</strong> we naar hoofdstuk 3 <strong>en</strong> paragraaf 3.6 in het bijz<strong>onder</strong>.<br />

Onderscheid tuss<strong>en</strong> de drie undercoverbevoegdhed<strong>en</strong><br />

In de Wet BOB word<strong>en</strong> drie undercoverbevoegdhed<strong>en</strong> van elkaar <strong>onder</strong>scheid<strong>en</strong>.<br />

Door <strong>en</strong>kele respond<strong>en</strong>t<strong>en</strong> is erop gewez<strong>en</strong> dat er in concrete<br />

gevall<strong>en</strong> vrag<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> zijn omtr<strong>en</strong>t welke van de drie undercoverbevoegdhed<strong>en</strong><br />

precies van toepassing is. Dit leidt echter niet tot echte problem<strong>en</strong><br />

in de <strong>uitvoering</strong>.<br />

De voorwaard<strong>en</strong> die in de wet zijn gesteld om e<strong>en</strong> undercoverbevoegdheid<br />

in te mog<strong>en</strong> zett<strong>en</strong>, verschill<strong>en</strong> per undercoverbevoegdheid; de voorwaard<strong>en</strong><br />

voor IF zijn zwaarder dan die voor PK/PDV <strong>en</strong> de voorwaard<strong>en</strong><br />

voor PK/PDV zijn weer zwaarder dan die voor SI. Dit door de wetgever<br />

aangebrachte verschil in ‘zwaarte’ komt niet altijd overe<strong>en</strong> met de door<br />

undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong> ervar<strong>en</strong> belasting wanneer zij e<strong>en</strong> undercovertraject<br />

uitvoer<strong>en</strong>. De juridische voorwaard<strong>en</strong> voor het gebruik van SI<br />

zijn het lichtst, maar de <strong>uitvoering</strong> van deze bevoegdheid als middel om<br />

de betrokk<strong>en</strong>heid van e<strong>en</strong> verdachte bij e<strong>en</strong> ernstig geweldsdelict aan te<br />

ton<strong>en</strong>, e<strong>en</strong> toepassing die in de loop der jar<strong>en</strong> in aantal is toeg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>,<br />

kan voor de undercoverag<strong>en</strong>t belast<strong>en</strong>der zijn dan de bevoegdheid waarvoor<br />

de zwaarste juridische voorwaard<strong>en</strong> geld<strong>en</strong>.


256 <strong>Opspor<strong>en</strong></strong> <strong>onder</strong> <strong>dekmantel</strong><br />

Doorlaatverbod <strong>en</strong> verbaliserings- <strong>en</strong> notificatieplicht<br />

Het hanter<strong>en</strong> van het doorlaatverbod blijkt in de opsporingspraktijk werkbaar.<br />

Er word<strong>en</strong> weinig of ge<strong>en</strong> voorbeeld<strong>en</strong> gevond<strong>en</strong> van opsporings<strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong><br />

die vanwege het doorlaatverbod ‘stuk’ liep<strong>en</strong>.<br />

De <strong>uitvoering</strong> van de verbaliseringsplicht leidt niet tot problem<strong>en</strong>. De<br />

notificatieplicht daar<strong>en</strong>teg<strong>en</strong> lijkt niet altijd consequ<strong>en</strong>t te word<strong>en</strong> uitgevoerd,<br />

zo blijkt uit de evaluatie van de Wet BOB (Beijer et al., 2004: 20), e<strong>en</strong><br />

audit van het College van PG’s (uit 2006; Nieuw<strong>en</strong>huis, 2007: 93-94) <strong>en</strong> uit<br />

<strong>en</strong>kele signal<strong>en</strong> uit <strong>onder</strong>havig <strong>onder</strong>zoek. Wel wordt sinds <strong>en</strong>ige jar<strong>en</strong><br />

binn<strong>en</strong> het OM strikter aangestuurd op <strong>uitvoering</strong> van de notificatieplicht.<br />

Overig<strong>en</strong>s biedt de formulering van de notificeringsplicht in artikel<br />

126ff Wetboek van Strafvordering (Sv) expliciet ruimte om het notificer<strong>en</strong><br />

uit te stell<strong>en</strong> t<strong>en</strong> behoeve van het opsporingsbelang (‘zodra het belang van<br />

het <strong>onder</strong>zoek dat toelaat’).<br />

Comparer<strong>en</strong><br />

In Nederland wordt in beginsel per afz<strong>onder</strong>lijke zaak beslist of e<strong>en</strong><br />

undercoverag<strong>en</strong>t e<strong>en</strong> getuig<strong>en</strong>is moet aflegg<strong>en</strong> <strong>en</strong> zo ja hoe dat moet<br />

gebeur<strong>en</strong>. Wordt het undercovertraject gebruikt bij de bewijsvoering, dan<br />

zal de undercoverag<strong>en</strong>t naar aanleiding van zijn activiteit<strong>en</strong> vaak e<strong>en</strong><br />

getuig<strong>en</strong>is moet<strong>en</strong> aflegg<strong>en</strong>. Het getuig<strong>en</strong> door undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong> vindt<br />

in de praktijk doorgaans plaats met afscherming van hun id<strong>en</strong>titeit. Door<br />

<strong>en</strong>kele respond<strong>en</strong>t<strong>en</strong> is erop gewez<strong>en</strong> dat de Nederlandse praktijk wat<br />

betreft het comparer<strong>en</strong> belemmer<strong>en</strong>d kan werk<strong>en</strong> in de internationale<br />

sam<strong>en</strong>werking, met name met Duitsland, waar undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong> doorgaans<br />

weinig mededeling<strong>en</strong> do<strong>en</strong> omtr<strong>en</strong>t hun rol tijd<strong>en</strong>s het traject.<br />

Gevoerde verwer<strong>en</strong><br />

Voor de uitkomst van de beoordeling door rechters of e<strong>en</strong> uitgevoerd<br />

undercovertraject al dan niet verantwoord is geweest, is de transparantie<br />

die door de politie <strong>en</strong> het OM wordt betracht van groot belang. Het gaat<br />

dan <strong>onder</strong> andere om het vastlegg<strong>en</strong> van de aanwijzing<strong>en</strong> die er teg<strong>en</strong> de<br />

verdachte op het mom<strong>en</strong>t van de inzet van het undercovertraject bestond<strong>en</strong>;<br />

het vastlegg<strong>en</strong> van/verantwoording af kunn<strong>en</strong> legg<strong>en</strong> over overleg<br />

tuss<strong>en</strong> politie <strong>en</strong> de OvJ <strong>en</strong> de beargum<strong>en</strong>teerde beslissing<strong>en</strong> die de OvJ<br />

neemt; het uitwerk<strong>en</strong> van de contact<strong>en</strong> die er tuss<strong>en</strong> de undercoverag<strong>en</strong>t<br />

<strong>en</strong> het subject hebb<strong>en</strong> plaatsgevond<strong>en</strong>; <strong>en</strong> transparantie met betrekking<br />

tot de ev<strong>en</strong>tuele overtreding van e<strong>en</strong> voorschrift. Wanneer die transparantie<br />

er is, <strong>en</strong> het undercovertraject dus ook controleerbaar is, word<strong>en</strong>, in<br />

elk geval in de bestudeerde jurisprud<strong>en</strong>tie, door de verdediging gevoerde<br />

verwer<strong>en</strong> met betrekking tot het undercovertraject niet snel gegrond<br />

bevond<strong>en</strong> (paragraaf 2.7).


Slotbeschouwing 257<br />

Beperking<strong>en</strong> van het huidige wettelijk kader<br />

In het algeme<strong>en</strong> word<strong>en</strong> de ge- <strong>en</strong> verbod<strong>en</strong> uit het wettelijk kader niet als<br />

problematisch ervar<strong>en</strong>. Wel wordt door e<strong>en</strong> aantal respond<strong>en</strong>t<strong>en</strong> gewez<strong>en</strong><br />

op e<strong>en</strong> tweetal beperking<strong>en</strong>, namelijk dat <strong>onder</strong> de huidige wet- <strong>en</strong> regelgeving<br />

het gebruik van zog<strong>en</strong>oemde intellig<strong>en</strong>ce-traject<strong>en</strong> <strong>en</strong> vooral criminele<br />

burgerinfiltrant<strong>en</strong> niet mogelijk is.<br />

Bij e<strong>en</strong> intellig<strong>en</strong>ce-traject, of inlichting<strong>en</strong>traject, zou e<strong>en</strong> undercoverag<strong>en</strong>t<br />

langdurig in e<strong>en</strong> bepaalde omgeving geplaatst word<strong>en</strong> z<strong>onder</strong> zich op<br />

e<strong>en</strong> specifieke verdachte te richt<strong>en</strong> maar met als doel om informatie te<br />

verzamel<strong>en</strong>. Dergelijke informatietraject<strong>en</strong> kúnn<strong>en</strong> in strijd zijn met artikel<br />

132a Sv, dat voorschrijft dat opsporingsbevoegdhed<strong>en</strong> alle<strong>en</strong> mog<strong>en</strong><br />

word<strong>en</strong> ingezet met e<strong>en</strong> strafvorderlijk doel. Bedoelde traject<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong><br />

echter ook om e<strong>en</strong> andere red<strong>en</strong> niet of moeilijk uitgevoerd word<strong>en</strong>. In<br />

Nederlandse strafzak<strong>en</strong> moet in beginsel op<strong>en</strong>heid word<strong>en</strong> betracht met<br />

betrekking tot de ingezette opsporingsinstrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> <strong>en</strong> de herkomst van<br />

opsporingsinformatie. Stel dat e<strong>en</strong> undercoverag<strong>en</strong>t in e<strong>en</strong> intellig<strong>en</strong>cetraject<br />

zich in e<strong>en</strong> bepaalde buurt ophoudt <strong>en</strong> zou ontdekk<strong>en</strong> dat persoon<br />

X zich met wap<strong>en</strong>handel bezighoudt. Wanneer deze informatie aanleiding<br />

zou zijn voor e<strong>en</strong> gericht opsporings<strong>onder</strong>zoek teg<strong>en</strong> X dat uitmondt<br />

in berechting, zou in beginsel de bron van de ‘startinformatie’ bek<strong>en</strong>d<br />

word<strong>en</strong>, waarmee de opgebouwde cover <strong>en</strong> positie van de undercoverag<strong>en</strong>t<br />

feitelijk verlor<strong>en</strong> zou gaan. Wanneer de mogelijkheid van intellig<strong>en</strong>ce-traject<strong>en</strong><br />

wel zou bestaan, zou dit de informatiepositie van de politie<br />

t<strong>en</strong> goede kom<strong>en</strong>, zo is de red<strong>en</strong>ering.<br />

Het gemis van criminele burgerinfiltrant<strong>en</strong> zou hem zitt<strong>en</strong> in de mogelijkheid<br />

die het inzett<strong>en</strong> van criminel<strong>en</strong> zou bied<strong>en</strong> om (sneller) in contact te<br />

kom<strong>en</strong> met moeilijk te b<strong>en</strong>ader<strong>en</strong> verdacht<strong>en</strong> <strong>en</strong> groepering<strong>en</strong>.<br />

Teg<strong>en</strong>over deze ontbrek<strong>en</strong>de mogelijkhed<strong>en</strong>, staan echter bestaande<br />

mogelijkhed<strong>en</strong> die misschi<strong>en</strong> nog beter kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> b<strong>en</strong>ut. Zo werd<br />

in de Derde rapportage op basis van de Monitor Georganiseerde Criminaliteit<br />

geconstateerd dat misschi<strong>en</strong> niet altijd alle opties word<strong>en</strong> gebruikt<br />

om informatie over ‘interessante omgeving<strong>en</strong>’ te verkrijg<strong>en</strong>. Informatie<br />

over bepaalde buurt<strong>en</strong>, bedrijfssector<strong>en</strong> of logistieke knooppunt<strong>en</strong>, zou<br />

namelijk ook gezocht kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> bij participant<strong>en</strong> uit die omgeving<strong>en</strong>,<br />

zoals bewoners, werknemers, bezoekers, concurr<strong>en</strong>t<strong>en</strong> etc., bronn<strong>en</strong><br />

die soms nog onvoldo<strong>en</strong>de word<strong>en</strong> aangeboord (Van de Bunt & Kleemans,<br />

2007: 168-169).<br />

Verder geldt het verbod voor de inzet van criminele burgers alle<strong>en</strong> voor IF.<br />

Bij de <strong>uitvoering</strong> van PK/PDV <strong>en</strong> SI geldt het niet. Niet-criminele burgers<br />

kunn<strong>en</strong> bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> in beginsel bij alle drie de undercoverbevoegdhed<strong>en</strong><br />

word<strong>en</strong> ingezet. In de opsporingspraktijk komt de inzet van burgers, <strong>en</strong><br />

vooral van criminele burgers, echter (zeer) weinig voor. De ruimte die<br />

er dus wél is voor het gebruik van (criminele) burgers wordt dus beperkt<br />

gebruikt.


258 <strong>Opspor<strong>en</strong></strong> <strong>onder</strong> <strong>dekmantel</strong><br />

Op deze plaats will<strong>en</strong> <strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> we ge<strong>en</strong> uitspraak do<strong>en</strong> over de<br />

(on)w<strong>en</strong>selijkheid van het gebruik van criminele burgers. Of criminele<br />

burgerinfiltrant<strong>en</strong> ingezet moet<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong>, is immers e<strong>en</strong> puur<br />

beleidsmatige <strong>en</strong> politieke afweging. Wel stell<strong>en</strong> we vast dat de vraag zich<br />

aandi<strong>en</strong>t waarom de mogelijkhed<strong>en</strong> die er nu wel zijn voor de inzet van<br />

burgers, zo weinig – althans in de <strong>onder</strong>zochte periode – word<strong>en</strong> b<strong>en</strong>ut.<br />

Deze vraag is niet alle<strong>en</strong> relevant voor het begrijp<strong>en</strong> van de huidige<br />

opsporingspraktijk, maar is ook van belang voor de gedachtevorming<br />

over het nut <strong>en</strong> de noodzaak van e<strong>en</strong> ev<strong>en</strong>tuele uitbreiding van de mogelijkhed<strong>en</strong><br />

om criminele burgers in te zett<strong>en</strong>. We kunn<strong>en</strong> die vraag niet<br />

‘definitief’ of e<strong>en</strong>duidig beantwoord<strong>en</strong>. Wel formuler<strong>en</strong> we e<strong>en</strong> aantal<br />

mogelijke antwoordrichting<strong>en</strong>. We lat<strong>en</strong> daarbij in het midd<strong>en</strong> in hoeverre<br />

de verschill<strong>en</strong>de antwoord<strong>en</strong> geldigheidskracht hebb<strong>en</strong>. Mogelijke<br />

antwoordrichting<strong>en</strong> zijn (in willekeurige volgorde):<br />

– Bij SI speelt het punt dat de mogelijkheid van de stelselmatige burgerinformant<br />

(SI door burgers (artikel 126v Sv)) nauwelijks wordt gebruikt<br />

omdat de (gepercipieerde) afscherming van de burger die <strong>onder</strong> e<strong>en</strong><br />

bevel SI t<strong>en</strong> behoeve van de opsporing informatie verzamelt, minder<br />

groot is dan de afscherming die geldt voor burgers die <strong>onder</strong> de vlag<br />

van artikel 2 van de Politiewet (de ‘reguliere’ informant) informatie<br />

geeft (Bokhorst et al., 2002: 139-148; Beijer et al., 2004: 88-89).<br />

– Het door betrokk<strong>en</strong><strong>en</strong> ervar<strong>en</strong> als drempels van de procedures die<br />

geld<strong>en</strong> voor inzet van burgers bij PK/PDV <strong>en</strong> IF, zoals het moet<strong>en</strong> aanton<strong>en</strong><br />

dat <strong>uitvoering</strong> door e<strong>en</strong> opsporingsambt<strong>en</strong>aar niet mogelijk is <strong>en</strong><br />

de toetsing door de CTC.<br />

– Het (naar de perceptie van betrokk<strong>en</strong><strong>en</strong> binn<strong>en</strong> de politie <strong>en</strong> het OM)<br />

ontbrek<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> helder <strong>onder</strong>scheid tuss<strong>en</strong> de niet-criminele <strong>en</strong> de<br />

criminele infiltrant (gaat het om criminele anteced<strong>en</strong>t<strong>en</strong> in het algeme<strong>en</strong><br />

of geldt het verbod alle<strong>en</strong> voor burgers met e<strong>en</strong> crimineel verled<strong>en</strong><br />

dat heel dichtbij het <strong>onder</strong>werp van het betreff<strong>en</strong>de opsporings<strong>onder</strong>zoek<br />

ligt?) (Bokhorst et al., 2002: 150).<br />

– Het (naar de perceptie van betrokk<strong>en</strong><strong>en</strong> binn<strong>en</strong> de politie <strong>en</strong> het OM)<br />

ontbrek<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> helder <strong>onder</strong>scheid tuss<strong>en</strong> de burgerinformant/<br />

-pseudo-koper <strong>en</strong>erzijds <strong>en</strong> de burgerinfiltrant anderzijds (wanneer gaat<br />

e<strong>en</strong> informant/pseudo-koper over in e<strong>en</strong> infiltrant?) (Bokhorst et al.,<br />

2002: 150-151).<br />

– Het ontbrek<strong>en</strong> van voldo<strong>en</strong>de niet-criminele burgers die e<strong>en</strong> belangrijke<br />

rol zoud<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> spel<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> undercovertraject omdat burgers<br />

die zo’n rol wel kunn<strong>en</strong> spel<strong>en</strong>, vaak zelf afkomstig zijn uit het criminele<br />

milieu.<br />

– Burgers zijn minder stuurbaar dan opsporingsambt<strong>en</strong>ar<strong>en</strong>. Afsprak<strong>en</strong><br />

met burgerinformant<strong>en</strong> <strong>en</strong> -infiltrant<strong>en</strong> lat<strong>en</strong> zich moeilijker controler<strong>en</strong><br />

<strong>en</strong> afdwing<strong>en</strong> dan met opsporingsambt<strong>en</strong>ar<strong>en</strong>. Zeker criminele<br />

burgers kunn<strong>en</strong> bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> e<strong>en</strong> eig<strong>en</strong> ag<strong>en</strong>da hanter<strong>en</strong> bij hun ‘hulp’


Slotbeschouwing 259<br />

aan politie <strong>en</strong> justitie (Buruma, 2001: 110; Beijer et al., 2004: 99; Kamerstukk<strong>en</strong><br />

II 1995/96, 24 072, nrs. 10-11, p. 221, nr. 14, p. 188).<br />

– Inzet van burgers br<strong>en</strong>gt onaanvaardbare risico’s (vergelding) voor de<br />

betreff<strong>en</strong>de burgers met zich mee (Beijer et al., 2004: 99; Kamerstukk<strong>en</strong><br />

II 1995/96, 24 072, nr. 14, p. 188).<br />

– Het in de opsporingspraktijk ontbrek<strong>en</strong> van de behoefte aan de<br />

inschakeling van burgers omdat met de inzet van opsporingsambt<strong>en</strong>ar<strong>en</strong><br />

aan de vraag naar undercovertraject<strong>en</strong> wordt voldaan<br />

(ondanks dat sommige respond<strong>en</strong>t<strong>en</strong> die behoefte of w<strong>en</strong>s wel uitsprek<strong>en</strong>).<br />

– De beperkte ervaring met <strong>en</strong>/of k<strong>en</strong>nis van de wettelijke mogelijkhed<strong>en</strong><br />

die betrokk<strong>en</strong><strong>en</strong> binn<strong>en</strong> de politie <strong>en</strong> het OM hebb<strong>en</strong> belemmert de<br />

inzet van burgers.<br />

– Bij betrokk<strong>en</strong><strong>en</strong> binn<strong>en</strong> de politie <strong>en</strong> het OM kan (om andere red<strong>en</strong><strong>en</strong><br />

dan hierbov<strong>en</strong> g<strong>en</strong>oemd) e<strong>en</strong> zekere ‘huiver’ bestaan voor het inzett<strong>en</strong><br />

van niet-opsporingsambt<strong>en</strong>ar<strong>en</strong>.<br />

6.3.2 De criminele context<br />

Undercovertraject<strong>en</strong> word<strong>en</strong> ingezet t<strong>en</strong> behoeve van de opsporing van<br />

verdacht<strong>en</strong> van misdrijv<strong>en</strong>. Bepaalde k<strong>en</strong>merk<strong>en</strong> van die verdacht<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

ook van de misdrijv<strong>en</strong> die zij (naar wordt ver<strong>onder</strong>steld) pleg<strong>en</strong>, zijn van<br />

invloed op de <strong>uitvoering</strong> <strong>en</strong> uitvoerbaarheid van opsporingsinstrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong><br />

<strong>en</strong> de resultat<strong>en</strong> die met die instrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> geboekt kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong>.<br />

K<strong>en</strong>merk<strong>en</strong> van de verdacht<strong>en</strong><br />

E<strong>en</strong> aantal k<strong>en</strong>merk<strong>en</strong> kan ervoor zorg<strong>en</strong> dat het inzett<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> undercovertraject<br />

bij sommige subject<strong>en</strong> moeilijk is. Categorieën van subject<strong>en</strong><br />

die moeilijk te b<strong>en</strong>ader<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> zijn in e<strong>en</strong> undercovertraject of waar<br />

moeilijk ‘op te werk<strong>en</strong> is’, zijn subject<strong>en</strong> met e<strong>en</strong> beperkt sociaal lev<strong>en</strong><br />

die erg ‘op zichzelf’ zijn, professionele verdacht<strong>en</strong> – althans verdacht<strong>en</strong><br />

met e<strong>en</strong> sterk opsporingsbewustzijn –, bepaalde allochtone groepering<strong>en</strong>,<br />

groepering<strong>en</strong> van heel jonge person<strong>en</strong>, person<strong>en</strong> die geestelijk zeer<br />

instabiel zijn of ernstige psychische stoorniss<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> <strong>en</strong> zeer gewelddadige<br />

groepering<strong>en</strong>. Verder geldt dat de criminele context waarbinn<strong>en</strong><br />

undercovertraject<strong>en</strong> word<strong>en</strong> uitgevoerd, gek<strong>en</strong>merkt wordt door e<strong>en</strong> grote<br />

mate van wispelturigheid <strong>en</strong> onvoorspelbaarheid. Die wispelturigheid <strong>en</strong><br />

onvoorspelbaarheid betek<strong>en</strong><strong>en</strong> niet dat undercovertraject<strong>en</strong> niet succesvol<br />

kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> uitgevoerd, maar ze hebb<strong>en</strong> in het algeme<strong>en</strong> wel e<strong>en</strong><br />

negatieve invloed op het verloop <strong>en</strong>/of de snelheid van het traject.<br />

B<strong>en</strong>aderbaarheid <strong>en</strong> op<strong>en</strong>heid van verdacht<strong>en</strong> <strong>en</strong> organisaties. E<strong>en</strong> bek<strong>en</strong>d<br />

inzicht uit de sociologische bestudering van sociale netwerk<strong>en</strong>, is dat de<br />

‘zwakke band<strong>en</strong>’ ‘sterk’ kunn<strong>en</strong> zijn; de zwakke band<strong>en</strong> die e<strong>en</strong> persoon<br />

heeft met e<strong>en</strong> netwerk van k<strong>en</strong>niss<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> hem meer ontplooiings- <strong>en</strong>


260 <strong>Opspor<strong>en</strong></strong> <strong>onder</strong> <strong>dekmantel</strong><br />

groeimogelijkhed<strong>en</strong> bied<strong>en</strong> dan de hechte band<strong>en</strong> die hij <strong>onder</strong>houdt<br />

met familie <strong>en</strong> vri<strong>en</strong>d<strong>en</strong>. De red<strong>en</strong> hiervan is dat hechte relaties over het<br />

algeme<strong>en</strong> vrij homoge<strong>en</strong> zijn sam<strong>en</strong>gesteld. Familie- <strong>en</strong> vri<strong>en</strong>dschapsband<strong>en</strong><br />

bestaan vaak uit m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> met vergelijkbare achtergrond<strong>en</strong>. Door<br />

die homog<strong>en</strong>e sam<strong>en</strong>stelling bied<strong>en</strong> hechte relaties minder nieuwe mogelijkhed<strong>en</strong><br />

dan de band<strong>en</strong> met k<strong>en</strong>niss<strong>en</strong>. Die band<strong>en</strong> met k<strong>en</strong>niss<strong>en</strong> zijn<br />

weliswaar zwakker, dat wil zegg<strong>en</strong> minder hecht, maar k<strong>en</strong>niss<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong><br />

vaak wel e<strong>en</strong> andere sociale achtergrond <strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> daardoor e<strong>en</strong> brugfunctie<br />

vervull<strong>en</strong>. Dit inzicht, afkomstig van de Amerikaanse socioloog<br />

Granovetter (1973, 1974), is ook toepasbaar op het gebied van de criminaliteit.<br />

Bij georganiseerde criminaliteit zoals grootschalige drugshandel zijn<br />

criminel<strong>en</strong>, net zoals dat geldt voor reguliere handel, afhankelijk van<br />

relaties. Aangezi<strong>en</strong> criminel<strong>en</strong> hun handel verborg<strong>en</strong> will<strong>en</strong> houd<strong>en</strong> voor<br />

politie <strong>en</strong> justitie, zull<strong>en</strong> zij bij voorkeur zak<strong>en</strong> do<strong>en</strong> binn<strong>en</strong> hun eig<strong>en</strong><br />

sociale kring, met m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> die ze goed k<strong>en</strong>n<strong>en</strong> <strong>en</strong> vertrouw<strong>en</strong>. Maar ook<br />

bij criminele sam<strong>en</strong>werking draait het niet alle<strong>en</strong> om betrouwbaarheid,<br />

maar ook om capaciteit; het gaat niet alle<strong>en</strong> om het k<strong>en</strong>n<strong>en</strong>, maar ook<br />

om het kunn<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> pot<strong>en</strong>tiële handelsrelatie. Vanwege de g<strong>en</strong>oemde<br />

homog<strong>en</strong>e sam<strong>en</strong>stelling van hechte relaties, bied<strong>en</strong> ze daders beperkte<br />

mogelijkhed<strong>en</strong> om in hun criminele handel door te groei<strong>en</strong>. Nieuwe<br />

relaties, dat wil zegg<strong>en</strong> relaties met person<strong>en</strong> van buit<strong>en</strong> de eig<strong>en</strong> sociale<br />

kring, kunn<strong>en</strong> nieuwe handelsmogelijkhed<strong>en</strong> bied<strong>en</strong>. Ook kunn<strong>en</strong> deze<br />

relaties vaardighed<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> die binn<strong>en</strong> de eig<strong>en</strong>, bek<strong>en</strong>de kring ontbrek<strong>en</strong>,<br />

waardoor ze soms adequater kunn<strong>en</strong> operer<strong>en</strong> dan de vertrouwde<br />

partners (Van de Bunt & Kleemans, 2007: 50-56, 75).<br />

Voor nieuwe kans<strong>en</strong>, voor het aanbor<strong>en</strong> van nieuwe bronn<strong>en</strong>, of simpel<br />

gezegd voor het verdi<strong>en</strong><strong>en</strong> van meer geld, moet daarom vaak wel<br />

ook buit<strong>en</strong> de kring van reeds heel bek<strong>en</strong>de <strong>en</strong> vertrouwde person<strong>en</strong><br />

zak<strong>en</strong> word<strong>en</strong> gedaan. Voor zover criminaliteit plaatsvindt vanuit e<strong>en</strong><br />

winstoogmerk, 288 zijn criminel<strong>en</strong> daardoor kwetsbaar voor undercovertraject<strong>en</strong>.<br />

De nieuwe contact<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> crimineel, in ons geval het contact met e<strong>en</strong><br />

undercoverag<strong>en</strong>t, kunn<strong>en</strong> ontstaan via de criminele lijn of via de sociale<br />

lijn. Indi<strong>en</strong> e<strong>en</strong> undercoverag<strong>en</strong>t wil ‘binn<strong>en</strong>kom<strong>en</strong>’ via de criminele lijn,<br />

zal hij gebruik moet<strong>en</strong> mak<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> intermediair, dat wil zegg<strong>en</strong> e<strong>en</strong><br />

persoon die al e<strong>en</strong> crimineel contact heeft met het subject. Aangezi<strong>en</strong><br />

criminele burgers (vrijwel) niet meer gebruikt word<strong>en</strong> in undercovertraject<strong>en</strong>,<br />

is de undercoverag<strong>en</strong>t doorgaans afhankelijk van de sociale lijn.<br />

Via die sociale lijn zal de undercoverag<strong>en</strong>t op eig<strong>en</strong> kracht contact moet<strong>en</strong><br />

mak<strong>en</strong> met <strong>en</strong> het vertrouw<strong>en</strong> zi<strong>en</strong> te winn<strong>en</strong> van het subject <strong>en</strong>/of zijn<br />

omgeving (Spap<strong>en</strong>s 2006: 287-288; Kruissink et al., 1999: 108-110).<br />

288 E<strong>en</strong> winstoogmerk zal doorgaans wel van toepassing zijn bij drugs- <strong>en</strong> wap<strong>en</strong>handel maar vaak niet bij<br />

gewelds- <strong>en</strong> zed<strong>en</strong>delict<strong>en</strong> (die vaak door emotie <strong>en</strong>/of lust word<strong>en</strong> gedrev<strong>en</strong>).


Slotbeschouwing 261<br />

Of <strong>en</strong> welke mogelijkhed<strong>en</strong> er zijn om in contact te kom<strong>en</strong> met het subject<br />

– zijn b<strong>en</strong>aderbaarheid – hangt van verschill<strong>en</strong>de factor<strong>en</strong> af, <strong>onder</strong><br />

andere van het sociale lev<strong>en</strong> van het subject. Iemand met e<strong>en</strong> zeer beperkt<br />

sociaal lev<strong>en</strong> biedt e<strong>en</strong> undercoverag<strong>en</strong>t in beginsel minder mogelijkhed<strong>en</strong>.<br />

E<strong>en</strong> teamleider geeft e<strong>en</strong> praktijkvoorbeeld (dat niet tot de door<br />

ons <strong>onder</strong>zochte zak<strong>en</strong> behoort).<br />

‘Hij werkte in de (…) <strong>en</strong> kwam om 5 uur thuis <strong>en</strong> ging daarna de deur<br />

niet meer uit. In e<strong>en</strong> halfjaar tijd voerde hij drie telefoongesprekk<strong>en</strong><br />

met zijn moeder <strong>en</strong> dat was het. Zo iemand is heel lastig te infiltrer<strong>en</strong>.’<br />

In de bestudeerde zak<strong>en</strong> zijn e<strong>en</strong> paar voorbeeld<strong>en</strong> waarin om deze red<strong>en</strong><br />

niet of slechts heel summier contact is gemaakt met de hoofdverdachte.<br />

Overig<strong>en</strong>s kan volg<strong>en</strong>s e<strong>en</strong> politiefunctionaris het succesvol b<strong>en</strong>ader<strong>en</strong><br />

van e<strong>en</strong> subject met e<strong>en</strong> heel rijk sociaal lev<strong>en</strong>, althans e<strong>en</strong> subject dat<br />

zich in sterk verschill<strong>en</strong>de milieus beweegt, ook problematisch zijn. Het<br />

risico is dan dat zo’n persoon veel wisselt tuss<strong>en</strong> de verschill<strong>en</strong>de milieus,<br />

waardoor hij plotseling niet meer verschijnt in de omgeving waar de<br />

undercoverag<strong>en</strong>t zijn cover had. Hier hebb<strong>en</strong> we echter ge<strong>en</strong> voorbeeld<strong>en</strong><br />

van gevond<strong>en</strong> in de <strong>onder</strong>zochte zak<strong>en</strong> (wel zijn er zak<strong>en</strong> waarin contactmogelijkhed<strong>en</strong><br />

onverwachts vervall<strong>en</strong>, zie later).<br />

Behalve dat het sociale lev<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> subject e<strong>en</strong> belemmering (of e<strong>en</strong><br />

kans) kan vorm<strong>en</strong> voor de to<strong>en</strong>adering door e<strong>en</strong> undercoverag<strong>en</strong>t, kan<br />

ook de specifieke omgeving waarin e<strong>en</strong> subject leeft indirect e<strong>en</strong> drempel<br />

opwerp<strong>en</strong>. Zo verloopt bijvoorbeeld in e<strong>en</strong> zaak het inzett<strong>en</strong> van<br />

observatie moeizaam vanwege de hechte, geslot<strong>en</strong> woonomgeving van<br />

het subject; het subject woont in e<strong>en</strong> buurt waar e<strong>en</strong> observatieteam snel<br />

wordt opgemerkt. Omdat observer<strong>en</strong> haast niet mogelijk is, ontstaat e<strong>en</strong><br />

informatietekort waardoor de veiligheid van de undercoverag<strong>en</strong>t minder<br />

goed beschermd kan word<strong>en</strong>.<br />

E<strong>en</strong> ander aspect dat van belang is bij de b<strong>en</strong>aderbaarheid van e<strong>en</strong><br />

subject, is zijn professionaliteit of opsporingsbewustzijn. Vooral de <strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong><br />

op het terrein van de georganiseerde <strong>en</strong>/of grootschalige criminaliteit<br />

richt<strong>en</strong> zich vaak op professionele verdacht<strong>en</strong>. Die verdacht<strong>en</strong><br />

hebb<strong>en</strong> in meer of mindere mate ervaring met teg<strong>en</strong> h<strong>en</strong> ingezette opsporingsinstrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong><br />

of zijn zich in ieder geval bewust van de mogelijkheid<br />

dat zij <strong>onder</strong>werp kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> opsporings<strong>onder</strong>zoek.<br />

Criminel<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> verschill<strong>en</strong>de maatregel<strong>en</strong> nem<strong>en</strong> om zich te bescherm<strong>en</strong><br />

teg<strong>en</strong> politieaandacht. Spap<strong>en</strong>s <strong>onder</strong>scheidt drie categorieën (2006:<br />

87-91). T<strong>en</strong> eerste kunn<strong>en</strong> verdacht<strong>en</strong> hun activiteit<strong>en</strong> zoveel als mogelijk<br />

verhull<strong>en</strong> <strong>en</strong> afscherm<strong>en</strong>. Daaraan zijn echter wel praktische gr<strong>en</strong>z<strong>en</strong><br />

verbond<strong>en</strong>; wie (criminele) zak<strong>en</strong> doet, moet bijvoorbeeld nu e<strong>en</strong>maal<br />

wel e<strong>en</strong>s communicer<strong>en</strong> met zak<strong>en</strong>relaties <strong>en</strong> illegale transport<strong>en</strong> (lat<strong>en</strong>)<br />

verzorg<strong>en</strong>. T<strong>en</strong> tweede kunn<strong>en</strong> ze de risico’s prober<strong>en</strong> te beperk<strong>en</strong> door


262 <strong>Opspor<strong>en</strong></strong> <strong>onder</strong> <strong>dekmantel</strong><br />

het criminele bedrijfsproces in meer stapp<strong>en</strong> op te del<strong>en</strong>, wat echter wel<br />

e<strong>en</strong> to<strong>en</strong>ame van de hoeveelheid geregel <strong>en</strong> kost<strong>en</strong> (want meer schakels<br />

die betaald moet<strong>en</strong> word<strong>en</strong>) met zich meebr<strong>en</strong>gt. E<strong>en</strong> derde optie bestaat<br />

uit het uitvoer<strong>en</strong> van daadwerkelijke contra-strategieën, zoals contraobservatie,<br />

intimidatie <strong>en</strong> corrumpering.<br />

In ons <strong>onder</strong>zoek hebb<strong>en</strong> we verschill<strong>en</strong>de voorbeeld<strong>en</strong> gevond<strong>en</strong> van<br />

zak<strong>en</strong> waarin de verdacht<strong>en</strong> afscherm<strong>en</strong>d gedrag verton<strong>en</strong>. Gevall<strong>en</strong><br />

waarin bek<strong>en</strong>d was dat de verdacht<strong>en</strong> hun activiteit<strong>en</strong> heel bewust<br />

hadd<strong>en</strong> opgedeeld om opsporing door de politie zoveel als mogelijk te<br />

voorkom<strong>en</strong>, zijn we niet teg<strong>en</strong>gekom<strong>en</strong>. 289 Van contra-observatie, intimidatie<br />

<strong>en</strong> corrumpering zijn ook ge<strong>en</strong> voorbeeld<strong>en</strong> gezi<strong>en</strong>. Wel is het in<br />

<strong>onder</strong>zochte zak<strong>en</strong> voorgekom<strong>en</strong> dat undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong> werd<strong>en</strong> uitgetest<br />

of werd<strong>en</strong> <strong>onder</strong>vraagd.<br />

Afscherm<strong>en</strong>d, verhull<strong>en</strong>d gedrag komt in de bestudeerde zak<strong>en</strong> dus<br />

verschill<strong>en</strong>de ker<strong>en</strong> voor. In paragraaf 4.3.2 zag<strong>en</strong> we dat de ontoereik<strong>en</strong>dheid<br />

van andere middel<strong>en</strong> vaak de of e<strong>en</strong> red<strong>en</strong> is om e<strong>en</strong><br />

undercover traject in te zett<strong>en</strong>. Dit geldt zeker voor IF. De ontoereik<strong>en</strong>dheid<br />

van andere opsporingsinstrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> om het doel te bereik<strong>en</strong>, is voor<br />

undercovertraject<strong>en</strong>, <strong>en</strong> weer vooral voor IF, ook vaak e<strong>en</strong> voorwaarde<br />

(subsi diariteit) om het betreff<strong>en</strong>de middel in te zett<strong>en</strong>. Het verwachte of<br />

geblek<strong>en</strong> fal<strong>en</strong> van andere opsporingsinstrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> hangt vooral sam<strong>en</strong><br />

met het operer<strong>en</strong> van de verdacht<strong>en</strong>. Verdacht<strong>en</strong> prat<strong>en</strong> bijvoorbeeld niet<br />

door de telefoon, of alle<strong>en</strong> heel weinig of in code, wissel<strong>en</strong> vaak van telefoon,<br />

rijd<strong>en</strong> zo dat volg<strong>en</strong> moeilijk is, wissel<strong>en</strong> vaak van voertuig of zijn erg<br />

achterdochtig. Dergelijk gedrag is dus vaak de red<strong>en</strong> dat e<strong>en</strong> undercovertraject,<br />

<strong>en</strong> zeker IF, wordt ingezet, maar kan natuurlijk tev<strong>en</strong>s de <strong>uitvoering</strong><br />

van IF bemoeilijk<strong>en</strong>. De red<strong>en</strong> dat het middel wordt ingezet, kan dus<br />

ook de red<strong>en</strong> zijn dat het undercovertraject niet (volledig) slaagt (zie ook<br />

Kruissink, 1999: 100). Onder de <strong>onder</strong>zochte zak<strong>en</strong> bevind<strong>en</strong> zich verschill<strong>en</strong>de<br />

voorbeeld<strong>en</strong> waarin g<strong>en</strong>oemd afhoud<strong>en</strong>d <strong>en</strong> afscherm<strong>en</strong>d gedrag er<br />

(mede) de oorzaak van was dat het traject (deels) is mislukt.<br />

Het opsporingsbewustzijn geldt overig<strong>en</strong>s niet in gelijke mate jeg<strong>en</strong>s<br />

alle opsporingsinstrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong>. Van de mogelijkheid dat de telefoon wordt<br />

afgeluisterd lijk<strong>en</strong> veel verdacht<strong>en</strong> doordrong<strong>en</strong>, hoewel zeker ook niet<br />

allemaal <strong>en</strong> ook niet altijd goed g<strong>en</strong>oeg, maar van bepaalde andere opsporingsinstrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong><br />

zijn verdacht<strong>en</strong> zich minder bewust. Om begrijpelijke<br />

red<strong>en</strong><strong>en</strong> gaan we daar hier niet verder op in. Het meer algem<strong>en</strong>e bewustzijn<br />

<strong>onder</strong>werp te kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> van politieaandacht, geldt ook niet voor<br />

alle verdacht<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> <strong>en</strong>kele keer komt het voor dat e<strong>en</strong> als professioneel<br />

ingeschatte verdachte onverwachts snel op<strong>en</strong>heid van zak<strong>en</strong> geeft teg<strong>en</strong>-<br />

289 Maar dergelijke zak<strong>en</strong> zijn waarschijnlijk ook moeilijk als zodanig te herk<strong>en</strong>n<strong>en</strong> omdat e<strong>en</strong> ev<strong>en</strong>tuele<br />

opdeling van het criminele bedrijfsproces die om deze specifieke red<strong>en</strong> heeft plaatsgevond<strong>en</strong>, vaak niet<br />

expliciet vermeld zal word<strong>en</strong> in e<strong>en</strong> dossier.


Slotbeschouwing 263<br />

over e<strong>en</strong> undercoverag<strong>en</strong>t, vermoedelijk aangedrev<strong>en</strong> door zucht naar eer<br />

<strong>en</strong>/of geld <strong>en</strong>/of door naïviteit.<br />

De b<strong>en</strong>aderbaarheid van e<strong>en</strong> subject kan ook bepaald word<strong>en</strong> door de<br />

‘demografische aansluiting’ tuss<strong>en</strong> het subject <strong>en</strong> de undercoverag<strong>en</strong>t. Bij<br />

bepaalde allochtone groepering<strong>en</strong> kan het zo zijn dat er ge<strong>en</strong> ‘geschikte’<br />

undercoverag<strong>en</strong>t is om de groepering succesvol te b<strong>en</strong>ader<strong>en</strong>. Bij het<br />

vind<strong>en</strong> van de geschikte kandidaat kan in dit verband het probleem spel<strong>en</strong><br />

dat er ge<strong>en</strong> undercoverag<strong>en</strong>t met dezelfde herkomst voorhand<strong>en</strong> is, maar<br />

ook dat e<strong>en</strong> undercoverag<strong>en</strong>t die wel dezelfde etnische achtergrond heeft,<br />

waarschijnlijk juist snel door de mand zal vall<strong>en</strong> omdat de betreff<strong>en</strong>de<br />

geme<strong>en</strong>schap, <strong>onder</strong> andere door de migratiegeschied<strong>en</strong>is (veel migratie<br />

naar Nederland is afkomstig uit specifieke strek<strong>en</strong> uit de herkomstland<strong>en</strong>),<br />

gek<strong>en</strong>merkt wordt door e<strong>en</strong> grote <strong>onder</strong>linge bek<strong>en</strong>dheid. In de<br />

<strong>onder</strong>zochte zak<strong>en</strong> zijn er 2 waarin de OvJ heeft opgemerkt dat het aanbod<br />

van undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong> in Nederland niet aansluit bij de betreff<strong>en</strong>de<br />

allochtone verdacht<strong>en</strong>groepering.<br />

Ook groepering<strong>en</strong> die bestaan uit heel jonge person<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> moeilijk<br />

zijn om ‘binn<strong>en</strong> te kom<strong>en</strong>’ omdat er weinig of ge<strong>en</strong> heel jonge undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong><br />

zoud<strong>en</strong> zijn. In interviews wordt in dit verband e<strong>en</strong> <strong>en</strong>kele<br />

keer gewez<strong>en</strong> op specifieke groepering<strong>en</strong> van heel jonge <strong>en</strong> heel actieve<br />

verdacht<strong>en</strong>.<br />

Gewelddadige, instabiele of psychisch gestoorde subject<strong>en</strong>. Gewelddadige<br />

person<strong>en</strong> <strong>en</strong> groepering<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> om twee red<strong>en</strong><strong>en</strong> voor de uitvoerbaarheid<br />

van e<strong>en</strong> undercovertraject e<strong>en</strong> probleem vorm<strong>en</strong>. T<strong>en</strong> eerste vormt<br />

het gewelddadige karakter van subject<strong>en</strong> e<strong>en</strong> direct risico voor de undercoverag<strong>en</strong>t.<br />

T<strong>en</strong> tweede speelt met name bij IF ook nog e<strong>en</strong> ander pot<strong>en</strong>tieel<br />

risico, namelijk de kans dat e<strong>en</strong> undercoverag<strong>en</strong>t om zijn <strong>dekmantel</strong><br />

in stand te houd<strong>en</strong> ‘mee’ zou moet<strong>en</strong> do<strong>en</strong> <strong>en</strong> dus betrokk<strong>en</strong> zou rak<strong>en</strong> bij<br />

geweldsdelict<strong>en</strong>.<br />

Verder zijn person<strong>en</strong> die geestelijk erg instabiel zijn <strong>en</strong>/of ernstige psychische<br />

stoorniss<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> e<strong>en</strong> moeilijke categorie van subject<strong>en</strong> om ‘op<br />

te werk<strong>en</strong>’. Zij kunn<strong>en</strong> vanwege hun onberek<strong>en</strong>baarheid in e<strong>en</strong> undercovertraject<br />

moeilijk b<strong>en</strong>aderbaar zijn of e<strong>en</strong> veiligheidsrisico met zich<br />

meebr<strong>en</strong>g<strong>en</strong>. De gewelddadigheid, geestelijke instabiliteit of psychische<br />

stoornis van subject<strong>en</strong>, kan e<strong>en</strong> red<strong>en</strong> zijn om van het inzett<strong>en</strong> van e<strong>en</strong><br />

undercovertraject af te zi<strong>en</strong>.<br />

Onvoorspelbaarheid. Undercovertraject<strong>en</strong> bestaan, in teg<strong>en</strong>stelling tot<br />

veel andere opsporingsinstrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong>, uit interacties tuss<strong>en</strong> person<strong>en</strong>,<br />

namelijk tuss<strong>en</strong> undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong> aan de <strong>en</strong>e <strong>en</strong> subject<strong>en</strong> <strong>en</strong> ev<strong>en</strong>tuele<br />

derd<strong>en</strong> aan de andere kant. Dat e<strong>en</strong> politieambt<strong>en</strong>aar <strong>onder</strong>deel uitmaakt<br />

van deze interactie zorgt er <strong>en</strong>erzijds voor dat de politie in e<strong>en</strong> bepaald<br />

opzicht de regie in hand<strong>en</strong> heeft. Zo kan e<strong>en</strong> undercoverag<strong>en</strong>t erop


264 <strong>Opspor<strong>en</strong></strong> <strong>onder</strong> <strong>dekmantel</strong><br />

aanstur<strong>en</strong> dat e<strong>en</strong> afspraak met subject<strong>en</strong> niet in hotel X maar in hotel Y<br />

plaatsvindt, iets dat met e<strong>en</strong> meer passief of volg<strong>en</strong>d middel als observatie<br />

of de telefoontap niet mogelijk is. Het feit dat e<strong>en</strong> undercovertraject<br />

bestaat uit e<strong>en</strong> interactie tuss<strong>en</strong> person<strong>en</strong> – in e<strong>en</strong> in beginsel ongecontroleerde<br />

sociale omgeving – zorgt er echter anderzijds voor dat zo’n traject<br />

vaak vrij onvoorspelbaar is. Dat undercovertraject<strong>en</strong> zeld<strong>en</strong> volg<strong>en</strong>s e<strong>en</strong><br />

spoorboekje verlop<strong>en</strong> is ook al door ander<strong>en</strong> geconstateerd, bijvoorbeeld<br />

door Miller met betrekking tot de situatie in de VS (Miller, 2006: 17).<br />

M<strong>en</strong>selijk gedrag, <strong>en</strong> dus het verloop van undercovertraject<strong>en</strong>, is minder<br />

makkelijk te controler<strong>en</strong> <strong>en</strong> te voorspell<strong>en</strong> dan de werking van e<strong>en</strong> zuiver<br />

technisch instrum<strong>en</strong>t, zoals bijvoorbeeld e<strong>en</strong> telefoontap. Daarmee is niet<br />

gezegd dat het effectief inzett<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> technisch instrum<strong>en</strong>t ‘makkelijk’<br />

zou zijn. Wel is het zo dat de factor<strong>en</strong> die van invloed zijn op de praktische<br />

werking van bijvoorbeeld e<strong>en</strong> telefoontap, kleiner in aantal <strong>en</strong> minder<br />

complex zijn dan de factor<strong>en</strong> die van belang kunn<strong>en</strong> zijn in de <strong>uitvoering</strong>spraktijk<br />

van e<strong>en</strong> undercovertraject. Daar komt bij dat de weerbarstigheid,<br />

<strong>en</strong> dus de onvoorspelbaarheid, die k<strong>en</strong>merk<strong>en</strong>d is voor m<strong>en</strong>selijke<br />

interacties in het algeme<strong>en</strong>, in criminele omgeving<strong>en</strong> in bepaalde opzicht<strong>en</strong><br />

nog groter is: het verloop van de contact<strong>en</strong> met de subject<strong>en</strong> is zoals<br />

we zag<strong>en</strong> vaak anders dan verwacht <strong>en</strong> voorg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> PK’<strong>en</strong> verlop<strong>en</strong>, in<br />

de <strong>onder</strong>zochte zak<strong>en</strong> in ieder geval, in de meerderheid van de zak<strong>en</strong> niet<br />

volg<strong>en</strong>s de vooraf gemaakte opzet of afsprak<strong>en</strong>.<br />

Deze onvoorspelbaarheid van undercovertraject<strong>en</strong> <strong>en</strong> wispelturigheid<br />

<strong>en</strong> onbetrouwbaarheid van verdacht<strong>en</strong> zorg<strong>en</strong> er zeker niet per definitie<br />

voor dat undercovertraject<strong>en</strong> volledig mislukk<strong>en</strong>. In paragraaf 6.2.2 zag<strong>en</strong><br />

we voorbeeld<strong>en</strong> van undercovertraject<strong>en</strong> die ondanks e<strong>en</strong> ‘ongepland’<br />

verloop wel degelijk e<strong>en</strong> bijdrage hebb<strong>en</strong> geleverd aan de opsporing <strong>en</strong>/of<br />

berechting van misdadigers. Wel is het zo dat onverwachte ontwikkeling<strong>en</strong><br />

in het algeme<strong>en</strong> e<strong>en</strong> negatieve invloed hebb<strong>en</strong> op het verloop <strong>en</strong>/of de<br />

uitkomst<strong>en</strong> van het traject: traject<strong>en</strong> dur<strong>en</strong> er langer door of bereik<strong>en</strong> niet<br />

het beoogde resultaat. Vanwege de grote frequ<strong>en</strong>tie, in de <strong>onder</strong>zochte<br />

zak<strong>en</strong> althans, waarmee afsprak<strong>en</strong> niet word<strong>en</strong> nagekom<strong>en</strong>, toezegging<strong>en</strong><br />

niet word<strong>en</strong> waargemaakt, handelskwaliteit<strong>en</strong> – ‘ik kan zo e<strong>en</strong> container<br />

wap<strong>en</strong>s lever<strong>en</strong>’- niet blijk<strong>en</strong> te klopp<strong>en</strong> of PK’<strong>en</strong> anderszins niet aan de<br />

verwachting<strong>en</strong> blijk<strong>en</strong> te voldo<strong>en</strong>, is het in ieder geval niet makkelijk om<br />

efficiënt zak<strong>en</strong> te do<strong>en</strong> met criminel<strong>en</strong>. Daarmee wordt tev<strong>en</strong>s de professionaliteit<br />

van criminel<strong>en</strong> in zekere zin gerelativeerd (zie ook Kruissink,<br />

1999: 100). 290<br />

Dat ver<strong>onder</strong>stelde handelskwalificaties niet blijk<strong>en</strong> te klopp<strong>en</strong> of contactmogelijkhed<strong>en</strong><br />

niet (meer) bestaan, kan er ook op wijz<strong>en</strong> dat de opsporingsinformatie<br />

die aan het <strong>onder</strong>zoek t<strong>en</strong> grondslag lag, niet (volledig)<br />

290 Hoewel het niet nakom<strong>en</strong> van gemaakte afsprak<strong>en</strong> ook heel ‘professioneel’ kan zijn, bijvoorbeeld als<br />

de crimineel in kwestie door de afspraak niet na te kom<strong>en</strong> e<strong>en</strong> aantrekkelijkere zakelijke transactie kan<br />

pleg<strong>en</strong>.


Slotbeschouwing 265<br />

juist was. Ook dat is echter e<strong>en</strong> aspect van de onvoorspelbaarheid van de<br />

criminele context. Informatie die door opsporingsbronn<strong>en</strong> wordt geg<strong>en</strong>ereerd<br />

is in het algeme<strong>en</strong> aan meer betrouwbaarheidsrisico’s <strong>onder</strong>hevig<br />

dan informatie die afkomstig is uit de reguliere wereld. Informatie óver<br />

criminel<strong>en</strong> is namelijk vaak afkomstig ván criminel<strong>en</strong>. Die informatieverschaffers<br />

hebb<strong>en</strong> mogelijk e<strong>en</strong> dubbele ag<strong>en</strong>da. En er bestaan in de criminele<br />

wereld bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> of veel minder (formele) mogelijkhed<strong>en</strong> om bij<br />

het afsluit<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> zakelijke overe<strong>en</strong>komst e<strong>en</strong> vergelijk<strong>en</strong>d <strong>onder</strong>zoek<br />

te do<strong>en</strong> of om informatie, bijvoorbeeld over handelskwalificaties, te verifiër<strong>en</strong>;<br />

organisaties die in cocaïne handel<strong>en</strong> staan nu e<strong>en</strong>maal niet in de<br />

Goud<strong>en</strong> Gids <strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> registratie bij de Kamer van Koophandel.<br />

K<strong>en</strong>merk<strong>en</strong> van het misdrijf<br />

De aanknopingspunt<strong>en</strong> die e<strong>en</strong> misdrijf biedt voor de inzet van e<strong>en</strong> undercovertraject.<br />

Misdrijv<strong>en</strong> verschill<strong>en</strong> van elkaar in de mate waarin ze<br />

aanknopingspunt<strong>en</strong> of ingang<strong>en</strong> bied<strong>en</strong> om e<strong>en</strong> undercovertraject uit te<br />

voer<strong>en</strong>.<br />

Zo bestaat het criminele bedrijfsproces bij drugshandel uit verschill<strong>en</strong>de<br />

schakels, zoals de handel in grond- <strong>en</strong> hulpstoff<strong>en</strong>, de productie van de<br />

drugs, de in- <strong>en</strong> uitvoer van de drugs met bijbehor<strong>en</strong>de transport<strong>en</strong> <strong>en</strong> de<br />

tuss<strong>en</strong>handel. Al die schakels bied<strong>en</strong> de politie in pot<strong>en</strong>tie de mogelijkheid<br />

om met e<strong>en</strong> undercovertraject op aan te hak<strong>en</strong>. Bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> is er bij<br />

e<strong>en</strong> delict als drugshandel sprake van e<strong>en</strong> economisch belang; betrokk<strong>en</strong><strong>en</strong><br />

operer<strong>en</strong> met e<strong>en</strong> winstoogmerk. Daardoor zull<strong>en</strong> betrokk<strong>en</strong><strong>en</strong> in<br />

beginsel, wanneer ze d<strong>en</strong>k<strong>en</strong> er financieel beter van te kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong>,<br />

op<strong>en</strong> staan voor het aanknop<strong>en</strong> van nieuwe zakelijke relaties. De aard van<br />

e<strong>en</strong> delict als terrorisme <strong>en</strong> de omstandighed<strong>en</strong> waar<strong>onder</strong> dit misdrijf<br />

wordt beraamd, bied<strong>en</strong> minder mogelijkhed<strong>en</strong> voor politie-ingrijp<strong>en</strong>. Het<br />

‘bedrijfsproces’ bestaat uit minder schakels – althans er zijn minder schakels<br />

noodzakelijk – <strong>en</strong> e<strong>en</strong> winstoogmerk ontbreekt vaak. Hetzelfde geldt<br />

voor lev<strong>en</strong>sdelict<strong>en</strong>.<br />

De ernst van het misdrijf <strong>en</strong> de toelaatbaarheid van de inzet van e<strong>en</strong> undercovertraject.<br />

Bij met name zed<strong>en</strong>delict<strong>en</strong> <strong>en</strong> kinderporno ligt de inzet<br />

van e<strong>en</strong> undercovertraject voor sommige betrokk<strong>en</strong><strong>en</strong> minder voor de<br />

hand. Daarbij kunn<strong>en</strong> (gepercipieerde) juridische bezwar<strong>en</strong> – het doorlaatverbod<br />

– <strong>en</strong> veiligheidsoverweging<strong>en</strong> jeg<strong>en</strong>s de slachtoffers – e<strong>en</strong><br />

‘pseudo-koop’ zou verdacht<strong>en</strong> bijvoorbeeld aan kunn<strong>en</strong> zett<strong>en</strong> om nieuwe<br />

slachtoffers te mak<strong>en</strong> – e<strong>en</strong> rol spel<strong>en</strong>. Maar ook geld<strong>en</strong> de morele <strong>en</strong><br />

maatschappelijke aanvaardbaarheid als bezwaar; bij dergelijke delict<strong>en</strong><br />

‘hoort de overheid niet betrokk<strong>en</strong> te zijn’, ook niet via e<strong>en</strong> undercoverag<strong>en</strong>t.<br />

Wanneer e<strong>en</strong> dergelijke positie wordt ing<strong>en</strong>om<strong>en</strong>, is wel het<br />

gevolg dat juist bij misdrijv<strong>en</strong> die tot de meest ernstige word<strong>en</strong> gerek<strong>en</strong>d<br />

– misdrijv<strong>en</strong> dus die in beginsel het bestrijd<strong>en</strong> met alle middel<strong>en</strong> waard<br />

zijn – de inzet van bepaalde opsporingsinstrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> wordt uitgeslot<strong>en</strong>.


266 <strong>Opspor<strong>en</strong></strong> <strong>onder</strong> <strong>dekmantel</strong><br />

De ernst van e<strong>en</strong> misdrijf kan er ook toe leid<strong>en</strong> dat er juist vrij uitz<strong>onder</strong>lijke<br />

middel<strong>en</strong> word<strong>en</strong> ingezet. Zo was het in e<strong>en</strong> IF-traject in e<strong>en</strong><br />

<strong>onder</strong>zoek naar terrorisme de bedoeling om uiteindelijk te kom<strong>en</strong> tot e<strong>en</strong><br />

wap<strong>en</strong>leverantie ván de undercoverag<strong>en</strong>t áán de hoofdverdachte, die<br />

direct tijd<strong>en</strong>s die leverantie aangehoud<strong>en</strong> zou word<strong>en</strong>. De hoofdverdachte<br />

kwam echter bij e<strong>en</strong> geplande ontmoeting niet opdag<strong>en</strong>.<br />

Omvang van criminele handel. Undercovertraject<strong>en</strong> die word<strong>en</strong> ingezet in<br />

opsporings<strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong> die zich richt<strong>en</strong> op de handel in illegale goeder<strong>en</strong>,<br />

kunn<strong>en</strong> van doelstelling verander<strong>en</strong> of mislukk<strong>en</strong> wanneer blijkt dat<br />

de betreff<strong>en</strong>de handel niet (meer) of in veel kleinere omvang plaatsvindt.<br />

Dit blijkt met name het geval bij vuurwap<strong>en</strong>handel. In de <strong>onder</strong>zochte<br />

zak<strong>en</strong> zijn e<strong>en</strong> aantal voorbeeld<strong>en</strong> gevond<strong>en</strong> van opsporings<strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong><br />

die zich richtt<strong>en</strong> op handel in vuurwap<strong>en</strong>s maar waarin de verdacht<strong>en</strong>,<br />

in teg<strong>en</strong>stelling tot de informatie die er bij de start van het <strong>onder</strong>zoek lag,<br />

ge<strong>en</strong> wap<strong>en</strong>s of veel minder dan verwacht blek<strong>en</strong> te kunn<strong>en</strong> (will<strong>en</strong>) lever<strong>en</strong>,<br />

waarna zij in e<strong>en</strong> deel van de <strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong> hun focus verlegd<strong>en</strong> naar<br />

drugshandel. Volg<strong>en</strong>s De Vries is illegale vuurwap<strong>en</strong>handel in Nederland<br />

dan ook vooral e<strong>en</strong> nev<strong>en</strong>- <strong>en</strong> ge<strong>en</strong> hoofdactiviteit van criminel<strong>en</strong>. Criminel<strong>en</strong><br />

zoud<strong>en</strong> bijvoorbeeld naast in drugs ook handel<strong>en</strong> in vuurwap<strong>en</strong>s<br />

(De Vries, 2008: 78).<br />

6.3.3 De opsporing<br />

Aansturing van opsporings<strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong><br />

Rationalisering van de opsporing. Van Thiel <strong>en</strong> Leeuw (2002) beschrijv<strong>en</strong><br />

dat in de publieke sector in de afgelop<strong>en</strong> dec<strong>en</strong>nia de nadruk op prestatieindicator<strong>en</strong><br />

is toeg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. Dit geldt ook voor de opsporing. Volg<strong>en</strong>s Fijnaut<br />

et al. <strong>en</strong> Terpstra is vanaf het einde van de jar<strong>en</strong> tachtig van de twintigste<br />

eeuw binn<strong>en</strong> de aansturing van de politie e<strong>en</strong> meer bedrijfsmatige b<strong>en</strong>adering<br />

c<strong>en</strong>traal kom<strong>en</strong> te staan. Begripp<strong>en</strong> als kost<strong>en</strong>-bat<strong>en</strong>verhouding,<br />

effici<strong>en</strong>cy <strong>en</strong> doorloopsnelheid zijn e<strong>en</strong> grotere rol gaan spel<strong>en</strong>. Veel werk<br />

wordt er ook gemaakt van het meetbaar mak<strong>en</strong> van de resultat<strong>en</strong> van de<br />

politie. Het legg<strong>en</strong> van meer nadruk op verantwoording over geleverde<br />

prestaties wordt mede gefaciliteerd door nieuwe mogelijkhed<strong>en</strong> van gestandaardiseerde<br />

<strong>en</strong> geautomatiseerde informatieopslag (Fijnaut et al., 1999:<br />

207-210; Terpstra, 2002: 31-34). Van de Bunt <strong>en</strong> Kleemans signaler<strong>en</strong> e<strong>en</strong><br />

verwet<strong>en</strong>schappelijking van opsporingsbeleid, waarmee ze wijz<strong>en</strong> op e<strong>en</strong><br />

strev<strong>en</strong> de opsporing te lat<strong>en</strong> bepal<strong>en</strong> door beslissing<strong>en</strong>, g<strong>en</strong>om<strong>en</strong> door<br />

specifieke organ<strong>en</strong> als weegcommissies, die zijn gebaseerd op verzamelde<br />

k<strong>en</strong>nis <strong>en</strong> opgestelde prioriteit<strong>en</strong> (Van de Bunt & Kleemans, 2007: 163-166).<br />

Wanneer we de beschrev<strong>en</strong> ontwikkeling<strong>en</strong> sam<strong>en</strong>nem<strong>en</strong>, zoud<strong>en</strong> we<br />

kunn<strong>en</strong> sprek<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> rationalisering van de opsporing. Daarbij wordt<br />

de <strong>uitvoering</strong> van de strafrechtelijke taak van de politie, waarvan het<br />

c<strong>en</strong>trale doel is het opspor<strong>en</strong> <strong>en</strong> daarmee bestrijd<strong>en</strong> van misdrijv<strong>en</strong>,


Slotbeschouwing 267<br />

<strong>onder</strong>worp<strong>en</strong> aan voorwaard<strong>en</strong> omtr<strong>en</strong>t de inzet van middel<strong>en</strong>, verantwoording<br />

<strong>en</strong> te behal<strong>en</strong> (tuss<strong>en</strong>)resultat<strong>en</strong>. Meetbare doel<strong>en</strong> <strong>en</strong> resultat<strong>en</strong><br />

<strong>en</strong> e<strong>en</strong> overzichtelijke termijn waarbinn<strong>en</strong> deze behaald kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong>,<br />

zijn belangrijk in deze aansturing van de opsporing. Bij de start van e<strong>en</strong><br />

<strong>onder</strong>zoek moet (bij voorkeur) duidelijk zijn dat binn<strong>en</strong> e<strong>en</strong> bepaald tijdsbestek<br />

resultat<strong>en</strong> zull<strong>en</strong> zijn geboekt <strong>en</strong> tijd<strong>en</strong>s het <strong>onder</strong>zoek moet periodiek<br />

verantwoording word<strong>en</strong> afgelegd, zodat op basis van de gemaakte<br />

vordering<strong>en</strong> kan word<strong>en</strong> bepaald of <strong>en</strong> hoe het <strong>onder</strong>zoek verder gaat.<br />

Het strev<strong>en</strong> om de inzet van schaarse middel<strong>en</strong> – <strong>en</strong> de opsporingscapaciteit<br />

ís schaars – zo verantwoordelijk te lat<strong>en</strong> plaatsvind<strong>en</strong>, is alleszins<br />

te begrijp<strong>en</strong>. En gezegd zou kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> dat juist bij de <strong>uitvoering</strong><br />

van undercovertraject<strong>en</strong> sturing op zijn plaats is omdat anders, vanwege<br />

de onvoorspelbaarheid van dit middel, het risico bestaat dat traject<strong>en</strong> te<br />

ongericht, te langdurig of te weinig effectief word<strong>en</strong> of dat doel<strong>en</strong> gaan<br />

vervag<strong>en</strong> of verschuiv<strong>en</strong>.<br />

Tegelijkertijd echter is het juist het onvoorspelbare karakter van undercovertraject<strong>en</strong><br />

dat zich slecht verhoudt met e<strong>en</strong> erg strakke sturing (op<br />

output). De g<strong>en</strong>oemde rationalisering <strong>en</strong> sturing op output gaat gepaard<br />

met e<strong>en</strong> zeker strev<strong>en</strong> naar onzekerheidsreductie, wat kan bots<strong>en</strong> met het<br />

karakter van undercovertraject<strong>en</strong> <strong>en</strong> van bepaalde opsporings<strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong><br />

in het algeme<strong>en</strong>.<br />

E<strong>en</strong> dergelijke sturing kán belemmer<strong>en</strong>d werk<strong>en</strong> voor vooral langdurige,<br />

‘moeilijke’ <strong>en</strong>/of moeilijk voorspelbare opsporings<strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong> <strong>en</strong> undercovertraject<strong>en</strong>,<br />

waardoor volg<strong>en</strong>s sommige respond<strong>en</strong>t<strong>en</strong> bepaalde criminele<br />

groepering<strong>en</strong> buit<strong>en</strong> schot blijv<strong>en</strong>. Voor de publieke sector als geheel<br />

is beschrev<strong>en</strong> dat e<strong>en</strong> sterke e<strong>en</strong>zijdige sturing aan de hand van outputindicator<strong>en</strong><br />

ongew<strong>en</strong>ste effect<strong>en</strong> kan hebb<strong>en</strong>, bijvoorbeeld dat uitvoer<strong>en</strong>d<strong>en</strong><br />

‘naar e<strong>en</strong> indicator toe’ gaan werk<strong>en</strong>. Ook zou dan het zicht op de<br />

‘werkelijke’ prestaties kunn<strong>en</strong> vertroebel<strong>en</strong> – aantall<strong>en</strong> zegg<strong>en</strong> immers<br />

lang niet alles (Van Thiel & Leeuw, 2002). Ross stelt dat in de VS, Duitsland<br />

<strong>en</strong> het Ver<strong>en</strong>igd Koninkrijk de versterking van de focus van de opsporing<br />

op output, bijvoorbeeld aantall<strong>en</strong> vervolging<strong>en</strong>, t<strong>en</strong> koste is gegaan van<br />

aandacht voor de gew<strong>en</strong>ste outcome – de reductie van misdaad (Ross,<br />

2007: 520-521).<br />

De toeg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> behoefte aan stuurbaarheid <strong>en</strong> meetbare resultat<strong>en</strong> (Van<br />

de Bunt & Kleemans, 2007: 163-166; Fijnaut, 1999: 207) staat dus <strong>en</strong>igszins<br />

op gespann<strong>en</strong> voet met de onvoorspelbaarheid van undercovertraject<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

ook met het feit dat ze zich altijd min of meer in het verborg<strong>en</strong>e afspel<strong>en</strong>. 291<br />

291 Deze spanning is overig<strong>en</strong>s niet nieuw. Zo werd<strong>en</strong> de pseudo-koopteams, de voorgangers van de<br />

infiltratieteams – die inmiddels dus weer zijn opgegaan in de unit Werk<strong>en</strong> Onder Dekmantel (WOD; zie<br />

paragraaf 6.4) – begin jar<strong>en</strong> neg<strong>en</strong>tig (twintigste eeuw) opgehev<strong>en</strong> omdat, aldus to<strong>en</strong>malig hoofdofficier<br />

van justitie (HOvJ) De Wit voor de commissie-Van Traa (verhoor 25), er te weinig mogelijkhed<strong>en</strong> tot<br />

c<strong>en</strong>trale sturing <strong>en</strong> controle zoud<strong>en</strong> zijn (<strong>en</strong> volg<strong>en</strong>s Meerman omdat ze te weinig zichtbare resultat<strong>en</strong><br />

zoud<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> (Meerman, 1995)).


268 <strong>Opspor<strong>en</strong></strong> <strong>onder</strong> <strong>dekmantel</strong><br />

Aansturing van buit<strong>en</strong>landse undercovertraject<strong>en</strong>. Undercovertraject<strong>en</strong> die<br />

in het kader van buit<strong>en</strong>landse rechtshulpverzoek<strong>en</strong> (deels) in Nederland<br />

word<strong>en</strong> uitgevoerd, moet<strong>en</strong> aan de Nederlandse voorschrift<strong>en</strong> voldo<strong>en</strong>.<br />

Mede om daarop toe te zi<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> buit<strong>en</strong>landse undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong><br />

(ook) Nederlandse begeleiders. Toch kan de stuurbaarheid van buit<strong>en</strong>landse<br />

undercovertraject<strong>en</strong> soms problematisch zijn. Zo kan het bij<br />

buit<strong>en</strong>landse opsporings<strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong> minder duidelijk zijn of e<strong>en</strong> in te<br />

zett<strong>en</strong> persoon e<strong>en</strong> (criminele) burger is. Ook zijn door twee OvJ’<strong>en</strong> voorbeeld<strong>en</strong><br />

gegev<strong>en</strong> van rechtshulpverzoek<strong>en</strong> vanuit het buit<strong>en</strong>land waarbij<br />

op <strong>en</strong>ig mom<strong>en</strong>t is geblek<strong>en</strong> dat buit<strong>en</strong>landse actor<strong>en</strong> activiteit<strong>en</strong> hadd<strong>en</strong><br />

ontplooid waarvoor ge<strong>en</strong> toestemming was gegev<strong>en</strong>.<br />

Wisselwerking tuss<strong>en</strong> undercovertraject <strong>en</strong> opsporingsteam<br />

E<strong>en</strong> undercovertraject wordt altijd ingezet op verzoek van e<strong>en</strong> opsporingsteam.<br />

Bij IF-traject<strong>en</strong> <strong>en</strong> langere SI- <strong>en</strong>/of PK/PDV-traject<strong>en</strong> word<strong>en</strong> doorgaans<br />

naast het undercovertraject ook andere opsporingsinstrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong><br />

ingezet. Kruissink constateerde dat e<strong>en</strong> parallelle inzet van andere opsporingsmethod<strong>en</strong><br />

van belang is voor e<strong>en</strong> veilige <strong>uitvoering</strong> <strong>en</strong> het welslag<strong>en</strong><br />

van het traject (Kruissink et al., 1999: 110). We besprek<strong>en</strong> drie elem<strong>en</strong>t<strong>en</strong><br />

van de wisselwerking tuss<strong>en</strong> het undercovertraject <strong>en</strong> het opsporingsteam-/<strong>onder</strong>zoek:<br />

de wederzijdse input, de veiligheid van het undercovertraject<br />

<strong>en</strong> de wisselwerking in relatie tot het verloop van het <strong>onder</strong>zoek.<br />

Wederzijdse input. E<strong>en</strong> informatiestroom vanuit het opsporingsteam naar<br />

het infiltratieteam is van belang bij de start van e<strong>en</strong> traject om de persoon<br />

van het subject, zijn omgeving <strong>en</strong> zijn bezighed<strong>en</strong> in kaart te kunn<strong>en</strong><br />

br<strong>en</strong>g<strong>en</strong>. Tijd<strong>en</strong>s de <strong>uitvoering</strong> van het traject is die informatiestroom van<br />

belang voor het goed kunn<strong>en</strong> inspel<strong>en</strong> op de subject<strong>en</strong> <strong>en</strong> de gebeurt<strong>en</strong>iss<strong>en</strong>.<br />

De mate waarin relevante informatie wordt doorgegev<strong>en</strong> hangt weer<br />

af van de mate waarin de led<strong>en</strong> van het opsporingsteam op de hoogte zijn<br />

van het undercovertraject. Wanneer bijvoorbeeld e<strong>en</strong> uitluisteraar van<br />

e<strong>en</strong> telefoontap ge<strong>en</strong> weet heeft van het undercovertraject, bestaat de<br />

kans dat informatie die uit de telefoontap naar vor<strong>en</strong> komt die relevant is<br />

voor het traject, zoals informatie die iets zegt over de persoonlijkheid van<br />

het subject of over zijn activiteit<strong>en</strong>, niet wordt doorgegev<strong>en</strong> omdat e<strong>en</strong><br />

uitluisteraar doorgaans vooral gespitst is op meer strafrechtelijk relevante<br />

informatie.<br />

Andersom levert het undercovertraject ook inzicht<strong>en</strong> <strong>en</strong> informatie die<br />

b<strong>en</strong>ut kan word<strong>en</strong> in de rest van het opsporings<strong>onder</strong>zoek of bij de inzet<br />

van andere opsporingsinstrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong>. Zo kunn<strong>en</strong> door e<strong>en</strong> undercovertraject<br />

nieuwe verdacht<strong>en</strong> in beeld kom<strong>en</strong> of kan bek<strong>en</strong>d word<strong>en</strong> via welke<br />

telefoonnummers verdacht<strong>en</strong> met elkaar communicer<strong>en</strong>, die dan vervolg<strong>en</strong>s<br />

‘<strong>onder</strong> de tap’ geplaatst kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong>.


Slotbeschouwing 269<br />

De veiligheid van het undercovertraject. De informatie die afkomstig is van<br />

andere elem<strong>en</strong>t<strong>en</strong> van het opsporings<strong>onder</strong>zoek is ook van belang voor de<br />

veiligheid van de undercoverag<strong>en</strong>t. Zo kan bijvoorbeeld uit de telefoontap<br />

<strong>en</strong>/of de observatie duidelijk word<strong>en</strong> hoe e<strong>en</strong> subject over e<strong>en</strong> undercoverag<strong>en</strong>t<br />

d<strong>en</strong>kt, of hij e<strong>en</strong> wap<strong>en</strong> me<strong>en</strong>eemt naar e<strong>en</strong> ontmoeting <strong>en</strong> of<br />

er bepaalde ‘gevoelige punt<strong>en</strong>’ (gespreks<strong>onder</strong>werp<strong>en</strong>, bepaald gedrag)<br />

zijn waar de undercoverag<strong>en</strong>t maar beter verre van kan blijv<strong>en</strong> (of juist<br />

niet). Wanneer de inzet van observatie <strong>en</strong> telefoontap niet of slecht mogelijk<br />

is, kan dit de <strong>uitvoering</strong> van e<strong>en</strong> undercovertraject bemoeilijk<strong>en</strong>.<br />

E<strong>en</strong> ander aspect betreff<strong>en</strong>de de veiligheid van het traject is de geheimhouding.<br />

Vanzelfsprek<strong>en</strong>d is het van het grootste belang dat alle<strong>en</strong> de<br />

person<strong>en</strong> waarvoor dat noodzakelijk is op de hoogte zijn van e<strong>en</strong> undercovertraject.<br />

Onder de <strong>onder</strong>zochte zak<strong>en</strong> war<strong>en</strong> twee voorbeeld<strong>en</strong> van<br />

undercovertraject<strong>en</strong> die niet war<strong>en</strong> gestart respectievelijk war<strong>en</strong> beëindigd<br />

omdat binn<strong>en</strong> het inhur<strong>en</strong>de politie<strong>onder</strong>deel er te veel bek<strong>en</strong>dheid<br />

was gegev<strong>en</strong> aan de inzet van dit middel. Dit zoud<strong>en</strong> echter incid<strong>en</strong>t<strong>en</strong><br />

zijn.<br />

Het verloop van het <strong>onder</strong>zoek. Het opsporings<strong>onder</strong>zoek als geheel <strong>en</strong> het<br />

undercovertraject daarbinn<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> elk e<strong>en</strong> eig<strong>en</strong> doorloop <strong>en</strong> ag<strong>en</strong>da.<br />

Deze lop<strong>en</strong> niet altijd parallel. De onvoorspelbaarheid van criminel<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

daarmee van het undercovertraject kan soms bots<strong>en</strong> met de noodzakelijke<br />

praktisch-organisatorische planning die in grote opsporings<strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong><br />

moet plaatsvind<strong>en</strong>. Zo is het bij e<strong>en</strong> geplande gelijktijdige aanhouding<br />

van e<strong>en</strong> groot aantal verdacht<strong>en</strong> <strong>en</strong> doorzoeking<strong>en</strong> noodzakelijk om reeds<br />

lang van tevor<strong>en</strong> e<strong>en</strong> datum te prikk<strong>en</strong>. Op zo’n ‘actiedag’ word<strong>en</strong> ti<strong>en</strong>tall<strong>en</strong><br />

<strong>en</strong> e<strong>en</strong> <strong>en</strong>kele keer h<strong>onder</strong>d<strong>en</strong> medewerkers van de politie <strong>en</strong> het OM<br />

tegelijk ingezet. Voor zo’n actiedag moet daarom, vanwege de inzet van<br />

alle b<strong>en</strong>odigde medewerkers bij andere acties <strong>en</strong> gebeurt<strong>en</strong>iss<strong>en</strong>, soms<br />

lang van tevor<strong>en</strong> e<strong>en</strong> datum word<strong>en</strong> vastgesteld. Dan moet dus al lang<br />

van tevor<strong>en</strong> word<strong>en</strong> bepaald wanneer verdacht<strong>en</strong> aangehoud<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong><br />

word<strong>en</strong>, <strong>en</strong> dus ook wanneer het undercovertraject (grot<strong>en</strong>deels) stopt. Als<br />

de actiedag e<strong>en</strong>maal daar is, kan echter blijk<strong>en</strong> dat het undercovertraject<br />

zich nog niet tot het verwachte punt heeft ontwikkeld; er kan bijvoorbeeld,<br />

in teg<strong>en</strong>stelling tot wat was verwacht <strong>en</strong> ondanks goede contact<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong><br />

undercoverag<strong>en</strong>t <strong>en</strong> subject<strong>en</strong>, nog ge<strong>en</strong> PK hebb<strong>en</strong> plaatsgevond<strong>en</strong>. Nog<br />

e<strong>en</strong> voorbeeld van ‘bots<strong>en</strong>de’ tijdlijn<strong>en</strong> is wanneer via de inzet van e<strong>en</strong><br />

ander opsporingsinstrum<strong>en</strong>t, bijvoorbeeld de telefoontap, zoveel belast<strong>en</strong>d<br />

materiaal naar vor<strong>en</strong> komt dat, terwijl het undercovertraject nog niet<br />

is afgerond, ingegrep<strong>en</strong> moet/kan word<strong>en</strong>. Overig<strong>en</strong>s zijn in de g<strong>en</strong>oemde<br />

voorbeeld<strong>en</strong> uit de <strong>onder</strong>zochte zak<strong>en</strong>, de doel<strong>en</strong> van het opsporings<strong>onder</strong>zoek<br />

(voor e<strong>en</strong> belangrijk deel) wel behaald.


270 <strong>Opspor<strong>en</strong></strong> <strong>onder</strong> <strong>dekmantel</strong><br />

Ler<strong>en</strong>d vermog<strong>en</strong> van de organisatie<br />

Met het ler<strong>en</strong>d vermog<strong>en</strong> bedoel<strong>en</strong> we hier de mate waarin opgedane k<strong>en</strong>nis<br />

<strong>en</strong> ervaring door e<strong>en</strong> organisatie wordt b<strong>en</strong>ut om de <strong>uitvoering</strong> van<br />

haar tak<strong>en</strong> te optimaliser<strong>en</strong>. Grootschalige recherche<strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong> bied<strong>en</strong><br />

juist dankzij de inzet van vergaande opsporingsmethod<strong>en</strong> als telefoontap,<br />

observatie <strong>en</strong> undercoveroperaties e<strong>en</strong> schat aan informatie over verdacht<strong>en</strong>.<br />

Indi<strong>en</strong> deze informatie <strong>en</strong> ervaringsk<strong>en</strong>nis adequaat wordt opgeslag<strong>en</strong><br />

<strong>en</strong> toegankelijk wordt gemaakt, zal het ler<strong>en</strong>d vermog<strong>en</strong> van de<br />

organisatie to<strong>en</strong>em<strong>en</strong>, wat vervolg<strong>en</strong>s weer t<strong>en</strong> goede kan kom<strong>en</strong> aan e<strong>en</strong><br />

effectieve inzet van opsporingsmethod<strong>en</strong> (Kleemans et al., 2002). Juist bij<br />

het gebruik van undercoverbevoegdhed<strong>en</strong> is e<strong>en</strong> goede informatiepositie<br />

met betrekking tot de verdachte van groot belang. E<strong>en</strong> mogelijk probleem<br />

hierbij kan zijn dat het geheime karakter dat opsporings<strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong> vaak<br />

hebb<strong>en</strong>, het b<strong>en</strong>utt<strong>en</strong> van informatie kan bemoeilijk<strong>en</strong>. Niet alle politiemedewerkers<br />

zull<strong>en</strong>, overig<strong>en</strong>s niet geheel onbegrijpelijk, altijd e<strong>en</strong> sterke<br />

neiging hebb<strong>en</strong> om informatie die tijd<strong>en</strong>s e<strong>en</strong> opsporings<strong>onder</strong>zoek naar<br />

vor<strong>en</strong> is gekom<strong>en</strong> beschikbaar te mak<strong>en</strong> voor/te del<strong>en</strong> met ander<strong>en</strong>.<br />

Behalve informatie die voortkomt uit afz<strong>onder</strong>lijke opsporings<strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong><br />

<strong>en</strong> undercovertraject<strong>en</strong>, kunn<strong>en</strong> ook meer geaggregeerde (sam<strong>en</strong>gevoegde)<br />

gegev<strong>en</strong>s e<strong>en</strong> belangrijke informatiebron vorm<strong>en</strong> die het ler<strong>en</strong>d<br />

vermog<strong>en</strong> t<strong>en</strong> goede komt. Het gaat dan bijvoorbeeld om informatie<br />

als de aantall<strong>en</strong>, soort <strong>en</strong> achtergrond <strong>en</strong> resultat<strong>en</strong> van de ingezette<br />

undercovertraject<strong>en</strong>. Er bestaat echter ge<strong>en</strong> algeme<strong>en</strong> zicht op het aantal<br />

undercovertraject<strong>en</strong> dat wordt uitgevoerd <strong>en</strong> dus ook niet op de zojuist<br />

g<strong>en</strong>oemde k<strong>en</strong>merk<strong>en</strong>. Het zicht op de <strong>uitvoering</strong> <strong>en</strong> het vermog<strong>en</strong> om<br />

van de <strong>uitvoering</strong>spraktijk te ler<strong>en</strong>, beperkt zich daardoor vooralsnog tot<br />

individuele ervaring<strong>en</strong>. Het bijhoud<strong>en</strong> <strong>en</strong> analyser<strong>en</strong> van dergelijke informatie<br />

zal het ler<strong>en</strong>d vermog<strong>en</strong> t<strong>en</strong> goede kom<strong>en</strong>. Met dit ler<strong>en</strong>d vermog<strong>en</strong><br />

doel<strong>en</strong> we hier overig<strong>en</strong>s op het ler<strong>en</strong> uit e<strong>en</strong> overkoepel<strong>en</strong>d inzicht in<br />

de eig<strong>en</strong> operaties <strong>en</strong> niet op het strikt aanstur<strong>en</strong> op basis van prestatieindicator<strong>en</strong>.<br />

Selectie, begeleiding <strong>en</strong> beveiliging van undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong><br />

In paragraaf 6.2.3 zag<strong>en</strong> we dat in de Nederlandse opsporingspraktijk de<br />

pot<strong>en</strong>tiële risico’s van het werk<strong>en</strong> <strong>onder</strong> <strong>dekmantel</strong>, hoewel die zeker reëel<br />

zijn, voor zover bek<strong>en</strong>d niet tot grote problem<strong>en</strong> leid<strong>en</strong>. De strikte selectie<br />

<strong>en</strong> de begeleiding <strong>en</strong> beveiliging van undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong> – alle k<strong>en</strong>merk<strong>en</strong><br />

van de opsporing – hebb<strong>en</strong> in dit verband waarschijnlijk e<strong>en</strong> prev<strong>en</strong>tieve<br />

werking.<br />

Mom<strong>en</strong>t van aanmelding van e<strong>en</strong> zaak bij het infiltratieteam<br />

Omdat undercovertraject<strong>en</strong> e<strong>en</strong> zekere voorbereiding verg<strong>en</strong>, is het van<br />

belang dat opsporingsteams tijdig contact opnem<strong>en</strong> met het infiltratieteam,<br />

<strong>en</strong> dus niet op e<strong>en</strong> mom<strong>en</strong>t dat het opsporings<strong>onder</strong>zoek al heel<br />

lang loopt. Bij tijdige aanmelding bij het infiltratieteam kan het infiltra-


Slotbeschouwing 271<br />

tieteam op basis van de specifieke doel<strong>en</strong> <strong>en</strong> omstandighed<strong>en</strong> van het<br />

opsporings<strong>onder</strong>zoek meed<strong>en</strong>k<strong>en</strong> <strong>en</strong> kan wanneer daadwerkelijk beslot<strong>en</strong><br />

wordt om e<strong>en</strong> undercovertraject in te zett<strong>en</strong>, dat traject sneller <strong>en</strong> mogelijk<br />

ook effectiever van start gaan. In dit verband wordt soms gepleit om al bij<br />

de projectvoorbereiding het inzett<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> undercovertraject in ieder<br />

geval te overweg<strong>en</strong>. Of <strong>en</strong> wanneer e<strong>en</strong> opsporingsteam contact opneemt<br />

met e<strong>en</strong> infiltratieteam hangt mede af van de k<strong>en</strong>nis, ervaring <strong>en</strong> houding<br />

die er met betrekking tot het middel van e<strong>en</strong> undercovertraject bestaat.<br />

K<strong>en</strong>nis van, ervaring met <strong>en</strong> houding t<strong>en</strong> opzichte van undercovertraject<strong>en</strong><br />

Bij de keuzes die e<strong>en</strong> opsporingsteam met betrekking tot in te zett<strong>en</strong><br />

opsporingsinstrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> maakt, spel<strong>en</strong> behalve de inschatting door het<br />

team van de mate waarin e<strong>en</strong> keuze kan bijdrag<strong>en</strong> aan het bereik<strong>en</strong> van<br />

het uiteindelijke doel van het opsporings<strong>onder</strong>zoek, ook ervaring <strong>en</strong> k<strong>en</strong>nis<br />

<strong>en</strong> de houding die het t<strong>en</strong> opzichte van bepaalde alternatiev<strong>en</strong> heeft<br />

e<strong>en</strong> rol.<br />

Voor undercovertraject<strong>en</strong> geldt dat OvJ’<strong>en</strong> <strong>en</strong> recherchechefs vaak niet<br />

veel ervaring hebb<strong>en</strong> met dit middel, simpelweg omdat in Nederland niet<br />

veel undercovertraject<strong>en</strong> word<strong>en</strong> ingezet. Dat geldt voor undercovertraject<strong>en</strong><br />

in het algeme<strong>en</strong> maar zeker voor IF (zie paragraaf 6.2.1). De<br />

ervaring is dus meestal beperkt of afwezig.<br />

Naast de k<strong>en</strong>nis <strong>en</strong> ervaring, kan ook de houding t<strong>en</strong> opzichte van deze<br />

opsporingsinstrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> geld<strong>en</strong> als rem op het gebruik ervan. Het gaat dan<br />

<strong>en</strong>erzijds om de interpretatie van het wettelijk kader voor <strong>en</strong>/of de ingrijp<strong>en</strong>dheid<br />

van undercovertraject<strong>en</strong> als middel in de opsporing. E<strong>en</strong> aantal<br />

respond<strong>en</strong>t<strong>en</strong> vindt dat actor<strong>en</strong> binn<strong>en</strong> het OM <strong>en</strong>/of de politie te ‘voorzichtig’<br />

zijn met het inzett<strong>en</strong> van undercovertraject<strong>en</strong> in het algeme<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

IF in het bijz<strong>onder</strong> <strong>en</strong> de ingrijp<strong>en</strong>dheid van deze bevoegdhed<strong>en</strong> te zwaar<br />

opvatt<strong>en</strong>. De mogelijkhed<strong>en</strong> van undercovertraject<strong>en</strong> <strong>en</strong> de ruimte die het<br />

wettelijk kader biedt zoud<strong>en</strong> daardoor te weinig word<strong>en</strong> b<strong>en</strong>ut. 292<br />

Ook kan er soms e<strong>en</strong> zekere reserve t<strong>en</strong> opzichte van undercovertraject<strong>en</strong><br />

bestaan omdat de OvJ het idee kan hebb<strong>en</strong> dat hij bij keuze voor dat<br />

instrum<strong>en</strong>t de controle over het opsporings<strong>onder</strong>zoek deels uit hand<strong>en</strong><br />

geeft. T<strong>en</strong> eerste is e<strong>en</strong> undercovertraject, ondanks regelmatig overleg<br />

tuss<strong>en</strong> infiltratieteam <strong>en</strong> de OvJ, wat meer afgeschermd <strong>en</strong> dus wat<br />

minder direct zichtbaar dan bijvoorbeeld e<strong>en</strong> telefoontap. T<strong>en</strong> tweede<br />

is het zo dat zeker bij IF er meer bestuurlijk-organisatorische schijv<strong>en</strong><br />

betrokk<strong>en</strong> zijn bij de beslissing over de inzet <strong>en</strong> over de voortzetting van<br />

het middel. De ‘bemoei<strong>en</strong>is’ van zoveel actor<strong>en</strong> wordt niet altijd op prijs<br />

gesteld <strong>en</strong> kan e<strong>en</strong> red<strong>en</strong> zijn om te wacht<strong>en</strong> met het aanvrag<strong>en</strong> van e<strong>en</strong><br />

bevel.<br />

292 Met betrekking tot het gebruik van DNA-<strong>onder</strong>zoek als opsporingsinstrum<strong>en</strong>t is bek<strong>en</strong>d dat de<br />

wetgeving in e<strong>en</strong> bepaald opzicht te beperk<strong>en</strong>d werd geïnterpreteerd door e<strong>en</strong> deel van de OvJ’<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

politiefunctionariss<strong>en</strong> (Kruisberg<strong>en</strong> & De Poot, 2007: 1733).


272 <strong>Opspor<strong>en</strong></strong> <strong>onder</strong> <strong>dekmantel</strong><br />

De over het algeme<strong>en</strong> beperkte ervaring <strong>en</strong> wellicht ook e<strong>en</strong> zekere<br />

terughoud<strong>en</strong>dheid, kunn<strong>en</strong> ertoe leid<strong>en</strong> dat: de mogelijkhed<strong>en</strong> die er<br />

in e<strong>en</strong> opsporings<strong>onder</strong>zoek bestaan voor het inzett<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> undercovertraject<br />

niet altijd word<strong>en</strong> gezi<strong>en</strong> of b<strong>en</strong>ut; er op e<strong>en</strong> (te) laat mom<strong>en</strong>t<br />

contact wordt opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> met het infiltratieteam; <strong>en</strong>/of het gebruik van<br />

dit middel tot e<strong>en</strong> te klein segm<strong>en</strong>t van de criminaliteit beperkt blijft. E<strong>en</strong><br />

vergroting van de bek<strong>en</strong>dheid met het middel kan de b<strong>en</strong>utting van de<br />

mogelijkhed<strong>en</strong> t<strong>en</strong> goede kom<strong>en</strong>.<br />

Factor<strong>en</strong> die de bek<strong>en</strong>dheid van OvJ’<strong>en</strong> <strong>en</strong> politiefunctionariss<strong>en</strong> met<br />

undercovertraject<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> vergrot<strong>en</strong>, behalve dus persoonlijk opgedane<br />

ervaring, zijn: de aandacht die wordt gegev<strong>en</strong> aan concrete toepassing<strong>en</strong>;<br />

het hebb<strong>en</strong> van collega’s die veel ervaring hebb<strong>en</strong> met <strong>en</strong>/of ‘pleitbezorger’<br />

zijn van deze traject<strong>en</strong>; <strong>en</strong> specifieke acties die actor<strong>en</strong> binn<strong>en</strong> de<br />

politie of het OM al <strong>onder</strong>nem<strong>en</strong> om de bek<strong>en</strong>dheid van ‘het middel’ te<br />

vergrot<strong>en</strong>. Bij laatstg<strong>en</strong>oemde acties gaat het om voorlichting <strong>en</strong> pres<strong>en</strong>taties<br />

die word<strong>en</strong> verzorgd door politiefunctionariss<strong>en</strong> die betrokk<strong>en</strong><br />

zijn bij infiltratieteams <strong>en</strong> om de cursus Module RechercheManagem<strong>en</strong>t<br />

– Operer<strong>en</strong> Onder Dekmantel (MRM-OOD) die door de Stichting Studiec<strong>en</strong>trum<br />

Rechtspleging (SSR) in sam<strong>en</strong>werking met de Nederlandse<br />

Politie academie (NPA) wordt gegev<strong>en</strong> aan medewerkers van de politie <strong>en</strong><br />

andere opsporingsdi<strong>en</strong>st<strong>en</strong>, het OM <strong>en</strong> aan rechters-commissariss<strong>en</strong>. 293<br />

Te overweg<strong>en</strong> valt om het effectieve bereik van de cursus MRM-OOD, voor<br />

zover mogelijk, verder te vergrot<strong>en</strong>.<br />

Is de ervaring met de inzet van undercovertraject<strong>en</strong> beperkt, de ervaring<br />

met het inzett<strong>en</strong> van burgers bij de <strong>uitvoering</strong> van undercovertraject<strong>en</strong><br />

lijkt nog beperkter. Nu is het niet zo dat het geringe gebruik van burgers<br />

bij de <strong>uitvoering</strong> van undercovertraject<strong>en</strong> per definitie iets problematisch<br />

is. Sterker, het was de bedoeling van de wetgever om die <strong>uitvoering</strong> bij<br />

voorkeur door opsporingsambt<strong>en</strong>ar<strong>en</strong> te lat<strong>en</strong> plaatsvind<strong>en</strong>; althans PK/<br />

PDV <strong>en</strong> IF kunn<strong>en</strong> alle<strong>en</strong> door e<strong>en</strong> burger word<strong>en</strong> uitgevoerd als, naar het<br />

oordeel van de OvJ, de inzet van e<strong>en</strong> opsporingsambt<strong>en</strong>aar niet mogelijk<br />

is, voor SI geldt deze voorwaarde niet. Voor zover echter de geringe<br />

inschakeling van burgers mogelijk ook het gevolg is van factor<strong>en</strong> als e<strong>en</strong><br />

ontbrek<strong>en</strong>de ervaring of e<strong>en</strong> ‘te grote’ terughoud<strong>en</strong>dheid, zou ook aan<br />

de specifieke mogelijkhed<strong>en</strong> van de inzet van burgers meer bek<strong>en</strong>dheid<br />

gegev<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong>.<br />

293 Door <strong>en</strong>kele respond<strong>en</strong>t<strong>en</strong> zijn – z<strong>onder</strong> dat de <strong>onder</strong>zoekers daarnaar vroeg<strong>en</strong> – de cursus MRM-OOD<br />

respectievelijk de aanwezigheid op het parket van iemand met veel ervaring met <strong>dekmantel</strong>operaties,<br />

expliciet als factor<strong>en</strong> g<strong>en</strong>oemd die eraan hebb<strong>en</strong> bijgedrag<strong>en</strong> dat ze in e<strong>en</strong> concrete zaak hebb<strong>en</strong><br />

beslot<strong>en</strong> om e<strong>en</strong> undercovertraject in te zett<strong>en</strong>.


6.3.4 De omgeving<br />

Slotbeschouwing 273<br />

De laatste factor die we hier besprek<strong>en</strong> is de politieke <strong>en</strong> maatschappelijke<br />

omgeving.<br />

T<strong>en</strong> eerste kan de omgeving van invloed zijn via de anticipatie van de<br />

opsporing op politieke stellingname of verwachte politieke beslissing<strong>en</strong>.<br />

E<strong>en</strong>, inmiddels wat ouder, voorbeeld hiervan wordt gegev<strong>en</strong> in het <strong>onder</strong>zoek<br />

van Kruissink et al. Zo is t<strong>en</strong> tijde van de commissie-Van Traa het<br />

gebruik van burgerinfiltratie fors afg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>, van 33 keer in 1995 naar 6<br />

in 1996 (<strong>en</strong> 4 in 1997; Kruissink et al., 1999). Hiermee reageerde de opsporingspraktijk<br />

op de politieke onrust die over deze opsporingsmethode was<br />

ontstaan <strong>en</strong> liep ze vooruit op wetgeving die nog zou volg<strong>en</strong> (de Wet BOB).<br />

In ons <strong>onder</strong>zoek hebb<strong>en</strong> we hier ge<strong>en</strong> voorbeeld<strong>en</strong> van gevond<strong>en</strong>.<br />

In uitz<strong>onder</strong>lijke gevall<strong>en</strong> – bij erg gevoelige zak<strong>en</strong> – kan de politieke<br />

leiding bij e<strong>en</strong> concrete zaak betrokk<strong>en</strong> zijn. Directe betrokk<strong>en</strong>heid van de<br />

politiek verantwoordelijke is in ons <strong>onder</strong>zoek bij 1 zaak waarg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>.<br />

Ontwikkeling<strong>en</strong> in waardepatron<strong>en</strong>, visies <strong>en</strong> m<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> zijn e<strong>en</strong> tweede<br />

elem<strong>en</strong>t uit de politieke <strong>en</strong> maatschappelijke omgeving dat van invloed<br />

kan zijn op (beslissing<strong>en</strong> in) de opsporing. Het gaat dan bijvoorbeeld om<br />

het relatieve belang dat wordt gehecht aan veiligheid <strong>en</strong> criminaliteitsbestrijding<br />

<strong>en</strong>erzijds <strong>en</strong> bescherming van de persoonlijke lev<strong>en</strong>ssfeer<br />

anderzijds. Wordt meer belang toegeschrev<strong>en</strong> aan het eerste, dan zal<br />

eerder de inzet van ook ‘ingrijp<strong>en</strong>de’ opsporingsinstrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> toelaatbaar<br />

of w<strong>en</strong>selijk word<strong>en</strong> geacht. Verder zijn ook de m<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> over welke<br />

misdrijv<strong>en</strong> vooral politieaandacht verdi<strong>en</strong><strong>en</strong> aan verandering <strong>onder</strong>hevig.<br />

Deze m<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> <strong>en</strong> visies werk<strong>en</strong> via prioriteit<strong>en</strong> die het OM <strong>en</strong> de politie<br />

opstelt direct door op de opsporingspraktijk. Uiteindelijk spel<strong>en</strong> ook bij<br />

beslissing<strong>en</strong> over bij welk soort delict<strong>en</strong> de inzet van undercovertraject<strong>en</strong><br />

w<strong>en</strong>selijk <strong>en</strong> moreel-ethisch toelaatbaar is, normatieve afweging<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

opvatting<strong>en</strong> e<strong>en</strong> rol.<br />

T<strong>en</strong> derde kunn<strong>en</strong> ook gebeurt<strong>en</strong>iss<strong>en</strong> in de bredere, maatschappelijke<br />

omgeving direct of indirect van invloed zijn op e<strong>en</strong> zaak. Zo wilde of kon<br />

e<strong>en</strong> verdachte van wap<strong>en</strong>handel na de aanslag<strong>en</strong> van 11 september 2001<br />

ge<strong>en</strong> ‘zak<strong>en</strong>’ meer do<strong>en</strong> als gevolg van de (verme<strong>en</strong>de) aangescherpte<br />

controles.<br />

E<strong>en</strong> vierde elem<strong>en</strong>t uit de maatschappelijke omgeving is de media. De<br />

media lijk<strong>en</strong> e<strong>en</strong> grotere rol te zijn gaan spel<strong>en</strong> in het rechercheproces.<br />

E<strong>en</strong> programma als Opsporing Verzocht wordt door de politie van belang<br />

geacht, vanwege de mogelijkheid dat e<strong>en</strong> uitz<strong>en</strong>ding resulteert in aanwijzing<strong>en</strong><br />

van het publiek <strong>en</strong> de mogelijkheid dat door opnieuw aandacht aan<br />

e<strong>en</strong> zaak te bested<strong>en</strong> er in de omgeving van de verdachte gesprok<strong>en</strong> gaat<br />

word<strong>en</strong> over het delict. Verder is er het programma van Peter R. de Vries<br />

<strong>en</strong> ook in de reguliere media is er meer aandacht voor misdaad. Over het<br />

algeme<strong>en</strong>, met uitz<strong>onder</strong>ing van Opsporing verzocht dus, word<strong>en</strong> de media<br />

vooral als hinderlijk ervar<strong>en</strong> (De Poot et al., 2004: 327-328). In ons <strong>onder</strong>-


274 <strong>Opspor<strong>en</strong></strong> <strong>onder</strong> <strong>dekmantel</strong><br />

zoek zegt e<strong>en</strong> respond<strong>en</strong>t dat media-aandacht ervoor kan zorg<strong>en</strong> dat e<strong>en</strong><br />

verdachte voorzichtiger wordt. Indi<strong>en</strong> in de media e<strong>en</strong> soortgelijk traject<br />

wordt beschrev<strong>en</strong> als er op dat mom<strong>en</strong>t gaande is in e<strong>en</strong> opsporings<strong>onder</strong>zoek,<br />

kan de undercoverag<strong>en</strong>t daar hinder van <strong>onder</strong>vind<strong>en</strong> omdat de<br />

verdachte argwan<strong>en</strong>d kan word<strong>en</strong> naar de undercoverag<strong>en</strong>t toe.<br />

6.4 De reorganisatie van de infiltratieteams: de nieuwe unit Werk<strong>en</strong><br />

Onder Dekmantel<br />

Op het mom<strong>en</strong>t van schrijv<strong>en</strong> is rec<strong>en</strong>telijk e<strong>en</strong> reorganisatie van de<br />

infiltratieteams doorgevoerd. De verschill<strong>en</strong>de infiltratieteams – het <strong>en</strong>e<br />

landelijke <strong>en</strong> de regionale teams – zijn sam<strong>en</strong>gevoegd tot één c<strong>en</strong>traal<br />

aangestuurde e<strong>en</strong>heid, de unit Werk<strong>en</strong> Onder Dekmantel (WOD). Deze unit<br />

is e<strong>en</strong> van de units van de Di<strong>en</strong>st Specialistische Recherchetoepassing<strong>en</strong><br />

(DSRT), dat <strong>onder</strong>deel uitmaakt van het Korps landelijke politiedi<strong>en</strong>st<strong>en</strong><br />

(KLPD). Binn<strong>en</strong> de nieuwe c<strong>en</strong>traal aangestuurde unit WOD blijft overig<strong>en</strong>s<br />

wel e<strong>en</strong> verdeling naar regionale aandachtsgebied<strong>en</strong> bestaan (zie<br />

paragraaf 4.2.1).<br />

Sam<strong>en</strong>hang<strong>en</strong>d met de c<strong>en</strong>tralisering vindt, op <strong>onder</strong>del<strong>en</strong> van de werkwijze<br />

waarop in de loop der tijd <strong>onder</strong>linge verschill<strong>en</strong> zijn ontstaan, ook<br />

uniformering plaats. E<strong>en</strong> andere verandering die met de reorganisatie<br />

wordt nagestreefd is e<strong>en</strong> diversificering van zowel het bestand van undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong>,<br />

wat betreft deskundighed<strong>en</strong> <strong>en</strong> achtergrond<strong>en</strong>, als ook van<br />

de soort zak<strong>en</strong> waarin inzett<strong>en</strong> plaatsvind<strong>en</strong>. T<strong>en</strong> slotte maakt ook rationalisering<br />

<strong>onder</strong>deel uit van de verandering<strong>en</strong>, in de zin dat er gestreefd<br />

wordt naar het opstell<strong>en</strong> van meetbare doel<strong>en</strong> bij undercovertraject<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

het bijhoud<strong>en</strong> van de <strong>uitvoering</strong>sresultat<strong>en</strong> aan de hand van die doel<strong>en</strong>.<br />

Als gevolg van deze c<strong>en</strong>tralisering bestaat verder sinds 2008 binn<strong>en</strong> het<br />

OM de functie van Landelijk OvJ WOD. Deze heeft <strong>onder</strong> andere e<strong>en</strong> taak<br />

om prioriteit<strong>en</strong> aan te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong> bij de inzet van de unit WOD.<br />

Of <strong>en</strong> zo ja welke effect<strong>en</strong> de reorganisatie zal hebb<strong>en</strong> op de <strong>uitvoering</strong> <strong>en</strong><br />

vooral de resultat<strong>en</strong> van undercovertraject<strong>en</strong>, valt op dit mom<strong>en</strong>t (eind<br />

2009) nog niet te zegg<strong>en</strong>.<br />

6.5 Tot slot: undercovertraject<strong>en</strong> als instrum<strong>en</strong>t in de opsporing<br />

Ter afsluiting van deze studie blikk<strong>en</strong> we terug op het functioner<strong>en</strong> van<br />

undercovertraject<strong>en</strong> als instrum<strong>en</strong>t in de opsporing.<br />

In 2004 294 is in 34 Nederlandse zak<strong>en</strong> e<strong>en</strong> undercovertraject ingezet,<br />

waarbij het in alle gevall<strong>en</strong> om SI <strong>en</strong>/of PK/PDV ging. IF wordt minder<br />

vaak ingezet. Voor deze undercoverbevoegdheid gebruikt<strong>en</strong> we informa-<br />

294 Jaar van aanmelding bij het infiltratieteam.


Slotbeschouwing 275<br />

tie over e<strong>en</strong> langere periode, te wet<strong>en</strong> 2000-2005. 295 In die periode is in<br />

14 Nederlandse zak<strong>en</strong> IF toegepast. 296 Vooral wanneer we deze aantall<strong>en</strong><br />

vergelijk<strong>en</strong> met bijvoorbeeld het aantal jaarlijks uitgevoerde telefoontaps,<br />

waarbij we de beperking<strong>en</strong> van zo’n vergelijking onmiddellijk erk<strong>en</strong>n<strong>en</strong>,<br />

lijkt de omvang van het gebruik van undercovertraject<strong>en</strong>, in ieder geval<br />

in de <strong>onder</strong>zochte periode, beperkt. De achtergrond daarvan is op deze<br />

plaats niet e<strong>en</strong>duidig vast te stell<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> red<strong>en</strong> kan natuurlijk zijn dat er in<br />

de opsporing ge<strong>en</strong> behoefte bestaat aan e<strong>en</strong> groter gebruik van het betreff<strong>en</strong>de<br />

middel. Daarnaast kunn<strong>en</strong> echter e<strong>en</strong> rol spel<strong>en</strong>: e<strong>en</strong> gebrekkige<br />

k<strong>en</strong>nis van <strong>en</strong> ervaring met (de mogelijkhed<strong>en</strong> van) undercovertraject<strong>en</strong>;<br />

e<strong>en</strong> te ‘zware’ interpretatie van de wettelijke voorschrift<strong>en</strong> voor <strong>en</strong>/of de<br />

ingrijp<strong>en</strong>dheid van undercovertraject<strong>en</strong>; <strong>en</strong> e<strong>en</strong> terughoud<strong>en</strong>dheid jeg<strong>en</strong>s<br />

undercovertraject<strong>en</strong> omdat e<strong>en</strong> OvJ in zijn perceptie e<strong>en</strong> deel van de<br />

zegg<strong>en</strong>schap over het opsporings<strong>onder</strong>zoek verliest wanneer hij kiest voor<br />

dit opsporingsinstrum<strong>en</strong>t.<br />

In deze publicatie zijn we ook ingegaan op de resultat<strong>en</strong> <strong>en</strong> effect<strong>en</strong> van<br />

undercovertraject<strong>en</strong>. De resultat<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> undercovertraject operationaliseerd<strong>en</strong><br />

we als de mate waarin bij de <strong>uitvoering</strong> van e<strong>en</strong> undercovertraject<br />

het directe, operationele doel van dat traject, bijvoorbeeld<br />

het verzamel<strong>en</strong> van informatie of het (pseudo-)kop<strong>en</strong> van goeder<strong>en</strong>, is<br />

behaald. Uiteindelijk gaat het bij de inzet van opsporingsmiddel<strong>en</strong> om<br />

e<strong>en</strong> verder geleg<strong>en</strong> doel, namelijk om het lever<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> bijdrage aan de<br />

opsporing <strong>en</strong>/of berechting van criminel<strong>en</strong>, bijvoorbeeld door het g<strong>en</strong>erer<strong>en</strong><br />

van bewijs. De mate waarin van zo’n bijdrage sprake was, b<strong>en</strong>oemd<strong>en</strong><br />

we als indicator voor het effect van e<strong>en</strong> undercovertraject.<br />

Het bleek dat van de 34 Nederlandse zak<strong>en</strong> waarin in 2004 297 SI <strong>en</strong>/of PK/<br />

PDV is ingezet, in 7 zak<strong>en</strong> het undercovertraject bewijs heeft opgeleverd<br />

dat e<strong>en</strong> rol heeft gespeeld bij de veroordeling van verdacht<strong>en</strong>, in 4 zak<strong>en</strong><br />

op basis van de inzicht<strong>en</strong> die door het traject zijn ontstaan e<strong>en</strong> verdachte<br />

geheel of gedeeltelijk van verder <strong>onder</strong>zoek uitgeslot<strong>en</strong> kon word<strong>en</strong>, in<br />

1 zaak het traject ‘alle<strong>en</strong>’ sturingsinformatie heeft voortgebracht <strong>en</strong> in<br />

de overige zak<strong>en</strong> het undercovertraject ge<strong>en</strong> bijdrage heeft geleverd aan<br />

de opsporing <strong>en</strong>/of berechting. Voor de 14 bestudeerde zak<strong>en</strong> waarin in<br />

de periode 2000-2005 298 IF is toegepast, geldt dat de IF in 6 zak<strong>en</strong> bewijs<br />

heeft voortgebracht dat is gebruikt bij de veroordeling van verdacht<strong>en</strong>, in<br />

4 zak<strong>en</strong> heeft het traject alle<strong>en</strong> sturings- <strong>en</strong>/of restinformatie opgeleverd<br />

<strong>en</strong> in de overige 4 gevall<strong>en</strong> is ge<strong>en</strong> sprake geweest van e<strong>en</strong> bijdrage aan de<br />

opsporing <strong>en</strong>/of berechting.<br />

De mate van ‘succes’ die aldus met de inzet van undercovertraject<strong>en</strong> is<br />

behaald, hebb<strong>en</strong> we niet kunn<strong>en</strong> vergelijk<strong>en</strong> met andere opsporings-<br />

295 Jaar van aanmelding bij de CTC.<br />

296 In de g<strong>en</strong>oemde periode is feitelijk in 15 Nederlandse opsporings<strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong> e<strong>en</strong> IF-traject uitgevoerd.<br />

Eén van deze zak<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong> we echter niet bestudeerd (zie paragraaf 1.3.1).<br />

297 Jaar van aanmelding bij het infiltratieteam.<br />

298 Jaar van aanmelding bij de CTC.


276 <strong>Opspor<strong>en</strong></strong> <strong>onder</strong> <strong>dekmantel</strong><br />

instrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong>. Of de opbr<strong>en</strong>gst<strong>en</strong> goed of slecht zijn wet<strong>en</strong> we dus niet.<br />

Wel hebb<strong>en</strong> we voor in ieder geval e<strong>en</strong> deel van de zak<strong>en</strong> waarin het<br />

undercovertraject bewijs heeft voortgebracht of informatie heeft opgeleverd<br />

op basis waarvan e<strong>en</strong> verdachte (gedeeltelijk) uitgeslot<strong>en</strong> kon<br />

word<strong>en</strong>, aan kunn<strong>en</strong> gev<strong>en</strong> dat de uitkomst van de betreff<strong>en</strong>de zak<strong>en</strong><br />

waarschijnlijk niet of t<strong>en</strong>minste minder makkelijk met andere middel<strong>en</strong><br />

had kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> bereikt <strong>en</strong> dus voor e<strong>en</strong> belangrijk deel aan de inzet<br />

van dit middel toegeschrev<strong>en</strong> kan word<strong>en</strong>.<br />

In de inleiding van dit hoofdstuk haald<strong>en</strong> we Gary Marx (1988: 11-13)<br />

aan die verborg<strong>en</strong>heid <strong>en</strong> misleiding als k<strong>en</strong>merk<strong>en</strong>de elem<strong>en</strong>t<strong>en</strong> van<br />

undercovertraject<strong>en</strong> b<strong>en</strong>oemde. De verborg<strong>en</strong>heid zit in het feit dat e<strong>en</strong><br />

politieambt<strong>en</strong>aar opsporingsactiviteit<strong>en</strong> verricht z<strong>onder</strong> dat zijn id<strong>en</strong>titeit<br />

als politieambt<strong>en</strong>aar k<strong>en</strong>baar is. Het elem<strong>en</strong>t van misleiding houdt in dat<br />

de undercoverag<strong>en</strong>t zich in de directe of indirecte nabijheid van criminel<strong>en</strong><br />

voordoet als bijvoorbeeld ‘collega-crimineel’ met als verhol<strong>en</strong> doel<br />

om strafrechtelijk relevante informatie te verzamel<strong>en</strong> over de betreff<strong>en</strong>de<br />

criminel<strong>en</strong>. Verder kwam uit ons eig<strong>en</strong> <strong>onder</strong>zoek de onvoorspelbaarheid<br />

van undercovertraject<strong>en</strong> als belangrijk k<strong>en</strong>merk naar vor<strong>en</strong>.<br />

Het zijn deze elem<strong>en</strong>t<strong>en</strong> die ertoe leid<strong>en</strong> dat het gebruik van undercovertraject<strong>en</strong><br />

voor sommig<strong>en</strong> controversieel is <strong>en</strong> vrag<strong>en</strong> kan oproep<strong>en</strong> als: ‘is<br />

het wel geoorloofd als de politie zich <strong>onder</strong> criminel<strong>en</strong> begeeft <strong>en</strong>/of als<br />

crimineel voordoet <strong>en</strong> m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> misleidt’ <strong>en</strong> ‘zijn undercovertraject<strong>en</strong> wel<br />

in de hand te houd<strong>en</strong>’ (Wachtel, 1992)? Ook de pot<strong>en</strong>tiële risico’s die aan<br />

undercovertraject<strong>en</strong> word<strong>en</strong> toegeschrev<strong>en</strong>, zoals fysieke, psychologische<br />

<strong>en</strong> integriteitsrisico’s voor de undercoverag<strong>en</strong>t, hang<strong>en</strong> voor e<strong>en</strong> belangrijk<br />

deel sam<strong>en</strong> met deze elem<strong>en</strong>t<strong>en</strong>. De g<strong>en</strong>oemde k<strong>en</strong>merk<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong><br />

direct <strong>en</strong> indirect ook e<strong>en</strong> belangrijke rol gespeeld bij de door de Parlem<strong>en</strong>taire<br />

Enquêtecommissie Opsporingsmethod<strong>en</strong> (PEO) geconstateerde<br />

crisis in de opsporing. Zoals bek<strong>en</strong>d was e<strong>en</strong> specifieke methode, de Deltamethode,<br />

<strong>en</strong> de ophef die rondom die werkwijze <strong>en</strong> het Interregionaal<br />

Rechercheteam (IRT) ontstond, de aanleiding tot het instell<strong>en</strong> van de PEO,<br />

ook wel de commissie-Van Traa g<strong>en</strong>oemd (zie paragraaf 2.2). 299 De PEO<br />

concludeerde <strong>onder</strong> andere dat de criminele burgerinfiltrant<strong>en</strong> die bij de<br />

Deltamethode werd<strong>en</strong> ingezet e<strong>en</strong> te onafhankelijke positie hadd<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

niet stuurbaar war<strong>en</strong>. T<strong>en</strong> aanzi<strong>en</strong> van de opsporing in het algeme<strong>en</strong> stelde<br />

de PEO zoals gezegd vast dat er sprake was van e<strong>en</strong> crisis, welke er in<br />

feite op neerkwam dat er te weinig controle op <strong>en</strong> over de opsporing was.<br />

Om die crisis om te buig<strong>en</strong> kwam de PEO met aanbeveling<strong>en</strong>. Transparantie,<br />

controleerbaarheid <strong>en</strong> gezag over de opsporing war<strong>en</strong> kernelem<strong>en</strong>t<strong>en</strong><br />

299 In feite was het de aanleiding tot de instelling van de Bijz<strong>onder</strong>e <strong>onder</strong>zoekscommissie IRT, <strong>onder</strong><br />

voorzitterschap van H. Wier<strong>en</strong>ga. Na e<strong>en</strong> debat in de Tweede Kamer over het rapport van deze<br />

commissie werd e<strong>en</strong> motie aang<strong>en</strong>om<strong>en</strong> waarin werd opgeroep<strong>en</strong> e<strong>en</strong> parlem<strong>en</strong>tair <strong>onder</strong>zoek naar<br />

opsporingsmethod<strong>en</strong> uit te voer<strong>en</strong>. Dat <strong>onder</strong>zoek kwam er <strong>en</strong> e<strong>en</strong> van de aanbeveling<strong>en</strong> uit dat<br />

<strong>onder</strong>zoek was om e<strong>en</strong> parlem<strong>en</strong>taire <strong>en</strong>quête te houd<strong>en</strong>, hetge<strong>en</strong> leidde tot de PEO.


Slotbeschouwing 277<br />

uit die aanbeveling<strong>en</strong>. Het rapport Inzake opsporing dat de PEO schreef,<br />

speelde e<strong>en</strong> belangrijke rol bij de totstandkoming van de Wet BOB. In<br />

deze wet kwam<strong>en</strong> verschill<strong>en</strong>de van de aanbeveling<strong>en</strong> <strong>en</strong> de g<strong>en</strong>oemde<br />

uitgangspunt<strong>en</strong> van de PEO terug.<br />

Sinds de invoering van de Wet BOB is het nodige veranderd. Zo word<strong>en</strong><br />

burgers nog maar (zeer) beperkt gebruikt bij de <strong>uitvoering</strong> van undercovertraject<strong>en</strong>.<br />

De inzet van criminele burgers bij IF is via e<strong>en</strong> motie<br />

‘verbod<strong>en</strong>’, 300 e<strong>en</strong> verbod dat later min of meer is ingetrokk<strong>en</strong> voor opsporings<strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong><br />

die zich op terrorisme richt<strong>en</strong>. Formeel is de inschakeling<br />

van criminele burgers bij SI <strong>en</strong> PK/PDV nog wel toegestaan <strong>en</strong><br />

niet-criminele burgers mog<strong>en</strong> bij alle drie de undercoverbevoegdhed<strong>en</strong><br />

word<strong>en</strong> ingezet. In de <strong>uitvoering</strong>spraktijk echter word<strong>en</strong> burgers in het<br />

algeme<strong>en</strong>, crimineel of niet crimineel, maar (zeer) beperkt ingeschakeld.<br />

Verder blijkt uit gerechtelijke uitsprak<strong>en</strong> dat aan de voorwaarde van transparantie<br />

in elk geval naar het oordeel van de rechters wordt voldaan. Uit<br />

de jurisprud<strong>en</strong>tie die wij voor dit <strong>onder</strong>zoek hebb<strong>en</strong> bestudeerd blijkt dat<br />

voor rechters de transparantie, wat betreft de inzet van e<strong>en</strong> undercovertraject,<br />

de bevinding<strong>en</strong> die daarbij zijn gedaan <strong>en</strong> de omstandighed<strong>en</strong><br />

waar<strong>onder</strong> de inzet plaatsvond, bepal<strong>en</strong>d is voor de uitkomst van de<br />

beoordeling door h<strong>en</strong> of e<strong>en</strong> undercovertraject al dan niet verantwoord is<br />

geweest (zie paragraaf 2.7). Is die transparantie aanwezig, dan word<strong>en</strong> de<br />

verwer<strong>en</strong> die door de verdediging word<strong>en</strong> aangevoerd niet snel gegrond<br />

bevond<strong>en</strong>. En die transparantie ìs er volg<strong>en</strong>s de rechters; het overgrote<br />

deel van de verwer<strong>en</strong>, in de bestudeerde uitsprak<strong>en</strong> althans, wordt<br />

verworp<strong>en</strong> omdat de betreff<strong>en</strong>de rechtscolleges van oordeel zijn dat uit<br />

de verslaglegging ge<strong>en</strong> onrechtmatighed<strong>en</strong> naar vor<strong>en</strong> kom<strong>en</strong>. In het<br />

kleine aantal zak<strong>en</strong> waarin e<strong>en</strong> verweer wel wordt aang<strong>en</strong>om<strong>en</strong>, is e<strong>en</strong><br />

gebrekkige verslaglegging van <strong>en</strong> e<strong>en</strong> onvoldo<strong>en</strong>de inzicht in het traject<br />

vaak daarvan de red<strong>en</strong>. Bij de evaluatie van de Wet BOB hebb<strong>en</strong> rechters<br />

bov<strong>en</strong>di<strong>en</strong> ook aangegev<strong>en</strong> na invoering van die wet meer inzicht te<br />

hebb<strong>en</strong> in de toepassing van bijz<strong>onder</strong>e opsporingsbevoegdhed<strong>en</strong> (Beijer<br />

et al., 2004: 265). In deze zin is dan ook voldaan aan het uitgangspunt van<br />

transparantie. In meer ruimere zin is overig<strong>en</strong>s minder sprake van transparantie;<br />

notificatie lijkt niet altijd plaats te vind<strong>en</strong> <strong>en</strong> er bestaat voor<br />

zover bek<strong>en</strong>d niet e<strong>en</strong> algeme<strong>en</strong> inzicht in bijvoorbeeld het aantal ker<strong>en</strong><br />

dat bijz<strong>onder</strong>e opsporingsbevoegdhed<strong>en</strong> word<strong>en</strong> ingezet (zie ook Beijer et<br />

al., 2004: 267-268).<br />

Wat bij het <strong>onder</strong>zoek naar undercovertraject<strong>en</strong> het meest opviel, was<br />

de onvoorspelbaarheid waarmee deze traject<strong>en</strong> vaak verlop<strong>en</strong>. Deze<br />

onvoorspelbaarheid <strong>en</strong> het elem<strong>en</strong>t van ‘verborg<strong>en</strong>heid’ dat onlosmakelijk<br />

verbond<strong>en</strong> is met dit opsporingsinstrum<strong>en</strong>t, zorg<strong>en</strong> ervoor dat aansturing<br />

300 Formeel heeft e<strong>en</strong> motie ge<strong>en</strong> directe werkingskracht (althans ge<strong>en</strong> kracht van wet) <strong>en</strong> zou dus eig<strong>en</strong>lijk<br />

niet gesprok<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> ‘verbod’ (zie paragraaf 2.4.5).


278 <strong>Opspor<strong>en</strong></strong> <strong>onder</strong> <strong>dekmantel</strong><br />

van het opspor<strong>en</strong> <strong>onder</strong> <strong>dekmantel</strong> maar tot op zekere hoogte mogelijk is.<br />

In die zin staan undercovertraject<strong>en</strong> dan ook op gespann<strong>en</strong> voet met de<br />

toeg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> behoefte binn<strong>en</strong> de leiding van de opsporing aan stuurbaarheid<br />

<strong>en</strong> (snelle) meetbare output. Hoewel door de onvoorspelbaarheid <strong>en</strong><br />

verborg<strong>en</strong>heid undercovertraject<strong>en</strong> dus wellicht beperkt aanstuurbaar<br />

zijn, zijn ze op basis van e<strong>en</strong> transparante verslaglegging <strong>en</strong> verantwoording<br />

wel controleerbaar.<br />

Door het bied<strong>en</strong> van inzicht in de <strong>uitvoering</strong> <strong>en</strong> resultat<strong>en</strong> van undercovertraject<strong>en</strong>,<br />

hop<strong>en</strong> we met dit <strong>onder</strong>zoek ook op e<strong>en</strong> meer algeme<strong>en</strong><br />

niveau te hebb<strong>en</strong> bijgedrag<strong>en</strong> aan de transparantie rondom de inzet van<br />

dit middel.


Summary<br />

Undercover policing<br />

Regulation, implem<strong>en</strong>tation and results of undercover operations<br />

The study: background, research questions and data collection<br />

Background<br />

During an undercover operation, an investigating officer will establish<br />

contact, without id<strong>en</strong>tifying himself as an investigating officer, with one<br />

or more persons (subjects) for the purpose of collecting information or<br />

evid<strong>en</strong>ce on/against them or other persons. The investigating officer, an<br />

undercover ag<strong>en</strong>t, will operate on the basis of a certain cover and plays a<br />

role, for example that of ‘fellow criminal’.<br />

The Dutch Code of Criminal Procedure provides for three undercover<br />

powers: the systematic gathering of information (SI); pseudo purchases<br />

and provision of services (PK/PDV); and infiltration (IF). The implem<strong>en</strong>tation<br />

of undercover operations is usually performed by specialised infiltration<br />

teams of the police force. It is however possible, in principle, that<br />

investigating officers other than members of the infiltration teams implem<strong>en</strong>t<br />

an undercover operation. Civilians can also be deployed in undercover<br />

operations.<br />

The elem<strong>en</strong>ts of concealm<strong>en</strong>t and deception that characterise undercover<br />

operations as investigative instrum<strong>en</strong>ts <strong>en</strong>tail both specific investigative<br />

opportunities as well as pot<strong>en</strong>tial risks. It is partly for this reason that it is<br />

important to have insight into the implem<strong>en</strong>tation and the results of this<br />

type of investigative instrum<strong>en</strong>t. The Sci<strong>en</strong>tific Research and Docum<strong>en</strong>tation<br />

C<strong>en</strong>tre (<strong>WODC</strong>) offers that insight with this study.<br />

Research questions<br />

The study was performed on the basis of the following c<strong>en</strong>tral research<br />

question:<br />

What undercover powers are exercised by police infiltration teams and<br />

what contribution is made to the investigation by the exercise of the<br />

various powers?<br />

This c<strong>en</strong>tral research question has be<strong>en</strong> elaborated into various subquestions,<br />

which can be summarised as follows: how oft<strong>en</strong>, why and<br />

wh<strong>en</strong> are undercover operations started; what contribution is made by the<br />

deploym<strong>en</strong>t of undercover operations to investigating and trying crimes;<br />

and which factors are of influ<strong>en</strong>ce on the implem<strong>en</strong>tation and results of<br />

undercover operations? Our study furthermore compared the regulation<br />

of undercover operations in the Netherlands, Belgium, Germany, England<br />

and Wales and the United States (US).


280 <strong>Opspor<strong>en</strong></strong> <strong>onder</strong> <strong>dekmantel</strong><br />

Collection of data<br />

Two categories of cases were studied within the context of this study.<br />

Firstly, information was collected on all 37 Dutch investigations in 2004<br />

during which contact was established with an infiltration team and in<br />

which it was decided to implem<strong>en</strong>t an undercover operation. That year,<br />

all cases concerned SI and/or PK/PDV, none of them concerned IF. These<br />

37 cases were examined on the basis of telephone interviews with the<br />

designated Public Prosecutor (zaaksOvJ) or a police officer and the data of<br />

the infiltration teams. Concerning IF we have information over a longer<br />

period of time. The second category of cases we studied namely consists<br />

of 23 Dutch investigations in respect of which approval was requested in<br />

the period 2000-2005 from the C<strong>en</strong>tral Assessm<strong>en</strong>t Committee (CTC) 301<br />

for the deploym<strong>en</strong>t of IF. In those years, a total of 24 Dutch cases were<br />

pres<strong>en</strong>ted to the CTC for assessm<strong>en</strong>t of the int<strong>en</strong>ded deploym<strong>en</strong>t of IF.<br />

However, as in one case the IF operation was still ongoing at the time of<br />

this study, that specific case was not included. The 23 cases were studied<br />

on the basis of files held by the CTC, the actual investigation files at the<br />

public prosecutor’s offices and also, with respect to part of the cases, on<br />

the basis of face-to-face interviews with the designated Public Prosecutor<br />

and/or a police officer.<br />

Face-to-face interviews were conducted with a total of 35 employees of<br />

the judicial or police authorities. Some of the officials were interviewed<br />

by reason of their involvem<strong>en</strong>t in one (or more) of the investigations in<br />

respect of which approval was requested for the deploym<strong>en</strong>t of IF. The<br />

interview of the remaining officials was based on a more g<strong>en</strong>eral involvem<strong>en</strong>t<br />

with the subject.<br />

Furthermore, data on their activities were requested from the infiltration<br />

teams. Dutch legislation, regulations and case law and Dutch and English<br />

sci<strong>en</strong>tific and professional literature were also studied. In order to gain<br />

insight into the regulation of undercover operations in Belgium, Germany,<br />

England and Wales and the US, legislation, regulations, case law and<br />

literature were studied and information was obtained from Dutch and<br />

foreign key figures.<br />

The regulation of undercover operations in a comparative perspective<br />

Formal legislation for the use of special investigative powers, including<br />

undercover operations, has since be<strong>en</strong> introduced in the Netherlands,<br />

Belgium, Germany and England and Wales. The US regulates the use of<br />

undercover operations by means of case law. If we look at the four countries<br />

in which undercover operations have be<strong>en</strong> embedded in a formal<br />

301 Note translator: the committee is part of the Public Prosecution Service and is charged with the internal<br />

monitoring of some (invasive) special investigative powers.


Summary 281<br />

Act, we observe that the codification has be<strong>en</strong> elaborated most ext<strong>en</strong>sively<br />

in the Netherlands.<br />

As regards proportionality and subsidiarity, there is mainly a differ<strong>en</strong>ce<br />

betwe<strong>en</strong> the four European countries studied on the one hand and the<br />

US on the other hand. In the US an undercover operation is not se<strong>en</strong> as a<br />

great violation of a person’s rights. The use of undercover operations in<br />

the US is therefore not limited to a certain selection of crimes or investigations.<br />

The regulations and/or implem<strong>en</strong>tation practice with respect to<br />

the deploym<strong>en</strong>t of (certain) undercover operations in the Netherlands,<br />

Belgium, Germany, England and Wales on the other hand, prescribe that<br />

the crimes should be of a certain seriousness (proportionality) and that<br />

other investigative instrum<strong>en</strong>ts are inadequate (subsidiarity).<br />

A prohibition on instigation, i.e. a prohibition on unacceptable incitem<strong>en</strong>t,<br />

applies in the Netherlands, Belgium, Germany, England and Wales and<br />

the US with respect to the implem<strong>en</strong>tation of undercover operations. Each<br />

country, however, has its own elaboration of the prohibition. In the US, it<br />

seems that undercover ag<strong>en</strong>ts are allowed to assume a more proactive and<br />

initiatory role than is the case in the Netherlands; in the US the police are<br />

therefore allowed to do more than is permitted, in any case, in the Netherlands,<br />

without such conduct being regarded as instigation.<br />

A prohibition (although not absolute) applies in Dutch implem<strong>en</strong>tation<br />

practice on the deploym<strong>en</strong>t of criminal civilians in IF. The use of a criminal<br />

civilian in SI or PK/PDV is in principle possible, but it does not seem<br />

to occur oft<strong>en</strong> in practice. Criminal civilians are regularly, or ev<strong>en</strong> oft<strong>en</strong>,<br />

used in undercover operations in Germany, England and Wales and the<br />

US but not in Belgium.<br />

The op<strong>en</strong>ness observed with respect to the undercover operations in the<br />

criminal proceedings is greatest in the US. In Germany, the transpar<strong>en</strong>cy<br />

is much smaller than in the US and the Netherlands.<br />

The deploym<strong>en</strong>t of undercover operations<br />

In 2004, infiltration teams were contacted and implem<strong>en</strong>tation of an<br />

undercover operation was considered with respect to 89 Dutch cases. It<br />

was decided to actually implem<strong>en</strong>t an undercover operation in 37 of those<br />

cases. As stated, this concerned the int<strong>en</strong>ded implem<strong>en</strong>tation of SI and/or<br />

PK/PDV in all of those 37 cases. In the <strong>en</strong>d, the undercover operation was<br />

actually started in 34 of these 37 cases. With respect to IF we have information<br />

over a longer period of time. Approval to deploy IF was requested<br />

in 24 Dutch investigations in the period of 2000-2005. We studied 23 of<br />

those 24 cases. Approval to deploy IF was obtained in 16 cases and an IF<br />

operation was actually started in 14 of those cases. Therefore, undercover<br />

operations in g<strong>en</strong>eral and IF in particular are not used very oft<strong>en</strong>.


282 <strong>Opspor<strong>en</strong></strong> <strong>onder</strong> <strong>dekmantel</strong><br />

Undercover operations are mainly implem<strong>en</strong>ted by members of infiltration<br />

teams; implem<strong>en</strong>tation by investigating officers other than members<br />

of infiltration teams and civilians, which is allowed (subject to certain<br />

conditions), does not seem to occur oft<strong>en</strong>.<br />

Results of undercover operations and their contribution to the<br />

investigation and trial<br />

In 31 out of the 34 cases in which in 2004 (year of registration with<br />

the infiltration team) SI and/or PK/PDV was deployed, contact was<br />

successfully made with the subject (not necessarily the main suspect). In<br />

the <strong>en</strong>d, the SI and/or PK/PDV made a contribution to the investigation<br />

and/or trial in 12 cases. The undercover operation g<strong>en</strong>erated evid<strong>en</strong>ce<br />

in 7 of those cases. In 6 of the 7 cases, the evid<strong>en</strong>ce obtained via the<br />

undercover operation played a significant role in the conviction of a<br />

suspect or suspects. In the 7 the case, the evid<strong>en</strong>ce was not of decisive<br />

importance, but the SI deployed did provide the insight that another part<br />

of the suspicion that existed against the suspect was incorrect. In 4 cases,<br />

the undercover operation did not result in evid<strong>en</strong>ce, but it was concluded<br />

on the basis of the information collected during the operation that the<br />

suspicion against the suspect was <strong>en</strong>tirely or partly incorrect or less<br />

serious than assumed (exclusion). And finally in 1 case, the undercover<br />

operation did not produce evid<strong>en</strong>ce or information on the basis of which<br />

persons can be excluded from further investigation, but ‘only’ resulted<br />

in steering information, that is information that for example leads to a<br />

better picture of the suspects or that helps to deploy other investigative<br />

instrum<strong>en</strong>ts.<br />

In 13 of the 14 studied Dutch investigations in which an IF operation was<br />

started in the period of 2000-2005, the undercover ag<strong>en</strong>t successfully<br />

established contact with the subject. The implem<strong>en</strong>ted IF operation made<br />

a contribution to the investigation and/or trial in 10 cases. The operation<br />

produced evid<strong>en</strong>ce on the basis of which suspects were convicted 6 times;<br />

this evid<strong>en</strong>ce played a significant role in 5 cases and a less important<br />

role in 1 case in the conviction of the def<strong>en</strong>dant. 4 IF operations did not<br />

produce evid<strong>en</strong>ce, but did result in steering information and/or residual<br />

information (information that is used in another criminal investigation).<br />

It is very difficult or impossible to make a comparison of the results of the<br />

undercover operations with the results of other investigative instrum<strong>en</strong>ts.<br />

In order to make such a comparison, the investigations in which an<br />

undercover operation was implem<strong>en</strong>ted would have to be compared to<br />

investigations in which no undercover operation was used, but which<br />

are more or less similar in other respects. Moreover, it would have to be<br />

possible to isolate the influ<strong>en</strong>ce of each deployed investigative instrum<strong>en</strong>t


Summary 283<br />

used in the investigations of both categories, so that the exact, separate<br />

contribution of, for example, an implem<strong>en</strong>ted observation, telephone<br />

tap or undercover operation, would become clear. These conditions<br />

have not be<strong>en</strong> satisfied. It is therefore impossible to make far-reaching<br />

pronouncem<strong>en</strong>ts on the ‘effects’ of undercover operations or to answer<br />

the question as to whether the id<strong>en</strong>tified results of undercover operations<br />

are ‘good’ or ‘bad’.<br />

We are able however, with respect to some cases, to indicate, with some<br />

reservations, to what ext<strong>en</strong>t the achieved targets in the studied cases can<br />

be attributed to the deployed undercover operations. With respect to cases<br />

in which only SI and/or PK/PDV were deployed and the operation led<br />

to evid<strong>en</strong>ce or (partial) exclusion of the suspect, we can, for the reasons<br />

m<strong>en</strong>tioned in the report, conclude that this outcome could not, or less<br />

easily, have be<strong>en</strong> achieved with other resources. With respect to cases in<br />

which IF produced evid<strong>en</strong>ce it is, because of the considerable complexity<br />

of the cases in which IF was deployed, more difficult to indicate whether<br />

the outcome could also have be<strong>en</strong> achieved with other resources.<br />

The <strong>WODC</strong> has previously performed a study into undercover operations<br />

and a report on this study was published in 1999. An unambiguous<br />

comparison of the results of undercover operations, such as those<br />

pres<strong>en</strong>ted by both studies, is not really possible. One of the reasons is<br />

that the types of undercover operations, which were deployed in the<br />

respective periods under study, differ. It is clear, however, that in 2004,<br />

wh<strong>en</strong> compared with 1996 (the year under study at that time), undercover<br />

operations were implem<strong>en</strong>ted in more investigations and that, in 2004,<br />

SI was deployed more oft<strong>en</strong> and such in particular to establish the<br />

complicity of a suspect in a serious viol<strong>en</strong>t, terrorist or sexual crime.<br />

Risks of working under a cover<br />

Various risks related to undercover operations such as, inter alia, integrity<br />

risks, risks to physical safety and risks to the psychological wellbeing<br />

of undercover ag<strong>en</strong>ts are described in the legislative history and the<br />

literature. In the period under study no Dutch cases in which integrity<br />

or physical risks actually manifested themselves, were id<strong>en</strong>tified.<br />

Although the respond<strong>en</strong>ts did indicate that the work of undercover<br />

ag<strong>en</strong>ts could have certain personal or psychological consequ<strong>en</strong>ces,<br />

there is no evid<strong>en</strong>ce that this actually happ<strong>en</strong>s on a large scale. We make<br />

these pronouncem<strong>en</strong>ts with some reservations, as undercover ag<strong>en</strong>ts<br />

themselves are not directly involved in the study and we did not perform<br />

an exhaustive study of the dangers that occurred.<br />

At this time, undercover operations are not implem<strong>en</strong>ted oft<strong>en</strong>, which<br />

makes it unlikely to find a high (absolute) frequ<strong>en</strong>cy of the pot<strong>en</strong>tial


284 <strong>Opspor<strong>en</strong></strong> <strong>onder</strong> <strong>dekmantel</strong><br />

problems discussed. In addition, it is likely that the specific conditions<br />

subject to which undercover operations are implem<strong>en</strong>ted in the<br />

Netherlands play a role. We will revert to this later.<br />

Factors that influ<strong>en</strong>ce the implem<strong>en</strong>tation and results of undercover<br />

operations<br />

We distinguish four factors that are of influ<strong>en</strong>ce on the implem<strong>en</strong>tation<br />

and results of undercover operations: the legal framework; the<br />

criminal context; characteristics of the criminal investigation; and the<br />

<strong>en</strong>vironm<strong>en</strong>t.<br />

Legal framework<br />

G<strong>en</strong>erally speaking, there are no major problems with respect to the practical<br />

application of the provisions of the legal framework. It does appear<br />

that the notification obligation – the obligation to inform a subject that<br />

a special investigative power was deployed against him – is not always<br />

implem<strong>en</strong>ted consist<strong>en</strong>tly. The Public Prosecution Service has, for several<br />

years now, be<strong>en</strong> steering more strictly towards implem<strong>en</strong>tation of the<br />

notification obligation. For that matter, the formulation of the notification<br />

obligation, as referred to in Article 126ff of the Dutch Code of Criminal<br />

Procedure, explicitly leaves room to postpone the notification if this is in<br />

the interest of the investigation.<br />

A number of respond<strong>en</strong>ts referred to the limitations inher<strong>en</strong>t in the ‘ban’<br />

on the use criminal civilian infiltrators. 302 The deploym<strong>en</strong>t of criminal<br />

civilian infiltrators is supposed to, in some cases, offer the possibility<br />

to establish contact (more quickly) with suspects who are harder to<br />

approach. The study has, however, determined that the leeway available<br />

for the use of (criminal) civilians is used rarely. This raises the question<br />

of why the possibilities that are curr<strong>en</strong>tly available for the deploym<strong>en</strong>t<br />

of civilians are used so sparingly. The report provides several possible<br />

solution directions.<br />

The transpar<strong>en</strong>cy practised by the police and the Public Prosecution<br />

Service turns out to be of great importance to the outcome of the<br />

assessm<strong>en</strong>t by the courts as to whether an undercover operation was<br />

sound. If that transpar<strong>en</strong>cy is pres<strong>en</strong>t, the def<strong>en</strong>ces put forward by<br />

the counsel for the def<strong>en</strong>ce concerning the undercover operation<br />

implem<strong>en</strong>ted will usually be rejected, as is shown by the case law<br />

302 Note translator: Dutch legal terminology distinguishes betwe<strong>en</strong> civilian informers and civilian infiltrators<br />

(infiltration being a more far-reaching activity than informing), rather than using one single category of<br />

participating informers.


Summary 285<br />

studied. And that transpar<strong>en</strong>cy is pres<strong>en</strong>t, according to the courts; the<br />

overwhelming majority of def<strong>en</strong>ces, in any case in the decisions studied,<br />

are rejected because the courts in question did not find any illegalities in<br />

the reports. In the smaller number of cases in which a def<strong>en</strong>ce is accepted,<br />

this is oft<strong>en</strong> due to defective reporting of and insuffici<strong>en</strong>t insight into the<br />

operation.<br />

The criminal context<br />

Undercover operations are deployed for the purpose of the investigation<br />

of suspects of crimes. Certain characteristics of those suspects and<br />

of the crimes they commit (as is assumed) are of influ<strong>en</strong>ce on the<br />

implem<strong>en</strong>tation and practicality of the investigative instrum<strong>en</strong>ts and the<br />

results that can be achieved with those instrum<strong>en</strong>ts.<br />

Characteristics of the suspects<br />

A number of characteristics may make it difficult to implem<strong>en</strong>t an<br />

undercover operation with respect to certain subjects. For example, an<br />

undercover ag<strong>en</strong>t will, in principle, have fewer possibilities for contact<br />

with respect to a subject who leads an isolated, withdrawn exist<strong>en</strong>ce than<br />

as regards a subject who leads an active social life.<br />

Another aspect that is of importance in the approachability of a subject<br />

is his investigation awar<strong>en</strong>ess. Investigations in the area of organised<br />

and/or large-scale crime, in particular, are oft<strong>en</strong> aimed at professional<br />

suspects. Such suspects have, to a greater or lesser ext<strong>en</strong>t, experi<strong>en</strong>ce<br />

with the investigative instrum<strong>en</strong>ts deployed against them and are, in<br />

any case, aware of the possibility that they may become the subject of<br />

an investigation. We therefore see in various cases that suspects display<br />

guarded, concealing behaviour. Suspects, for example, do not talk on the<br />

telephone, or do so very rarely or in code, oft<strong>en</strong> change telephones, drive<br />

in a manner that makes it hard to follow them, oft<strong>en</strong> change vehicles or<br />

are very suspicious.<br />

Undercover operations, and IF in particular, are oft<strong>en</strong> deployed because<br />

of the anticipated or demonstrated inadequacy of other investigative<br />

resources. The inadequacy of the other resources to achieve the object<br />

of the investigation is for undercover operations, and again particularly<br />

for IF, also oft<strong>en</strong> a statutory condition for deploym<strong>en</strong>t of the relevant<br />

instrum<strong>en</strong>t (subsidiarity). The anticipated or demonstrated failure of<br />

other investigative resources is mainly related to the guarded behaviour<br />

of the suspects. Such behaviour is therefore oft<strong>en</strong> the reason an undercover<br />

operation is implem<strong>en</strong>ted, but it can naturally also make the<br />

implem<strong>en</strong>tation of that process more difficult. The reason for deploym<strong>en</strong>t<br />

of the instrum<strong>en</strong>t can therefore also be reason why the undercover<br />

operation is not (<strong>en</strong>tirely) successful. There are several examples, among


286 <strong>Opspor<strong>en</strong></strong> <strong>onder</strong> <strong>dekmantel</strong><br />

the cases that were studied, in which the aforem<strong>en</strong>tioned guarded<br />

behaviour was the (or one) reason that the operation failed (in part).<br />

The g<strong>en</strong>eral awar<strong>en</strong>ess that you may become the subject of police<br />

att<strong>en</strong>tion and the ability to act on that awar<strong>en</strong>ess does not, for that matter,<br />

apply to all suspects. It happ<strong>en</strong>s on rare occasions that a suspect, assessed<br />

as professional, unexpectedly quickly discloses matters to an undercover<br />

ag<strong>en</strong>t, presumably to <strong>en</strong>hance his reputation or in pursuit of money or<br />

because he is naive.<br />

The approachability of a subject can also be determined by the<br />

‘demographic alignm<strong>en</strong>t’ betwe<strong>en</strong> the subject and the undercover ag<strong>en</strong>t.<br />

It may be the case, with respect to certain groups of persons of foreign<br />

heritage, that there is no ‘suitable’ undercover ag<strong>en</strong>t to successfully<br />

approach the group. Groups that consist of very young persons can also<br />

be very difficult to ‘<strong>en</strong>ter’, because there are very few or no very young<br />

undercover ag<strong>en</strong>ts.<br />

Viol<strong>en</strong>t persons and groups can, furthermore, form a problem for the<br />

practicality of an undercover operation, because the viol<strong>en</strong>t character of<br />

a subject can pose a direct risk to the undercover ag<strong>en</strong>t and due to the<br />

risk an undercover ag<strong>en</strong>t, in order to maintain his cover, would have to<br />

‘participate’ and therefore become involved in viol<strong>en</strong>t crimes. Persons<br />

who are m<strong>en</strong>tally unstable and/or have serious psychological disorders<br />

can also constitute a difficult category of subjects. They can be hard to<br />

approach due to their unpredictability or they can pose a safety risk.<br />

Unpredictability as ‘ess<strong>en</strong>tial characteristic’ of undercover operations<br />

The most important shared characteristic of undercover operations<br />

pres<strong>en</strong>ted by this study is the unpredictability of the course of such<br />

operations.<br />

Undercover operations consist, in contrast to many other investigative<br />

instrum<strong>en</strong>ts, of interactions betwe<strong>en</strong> persons – undercover ag<strong>en</strong>ts on the<br />

one hand and subjects and any third parties on the other.<br />

Human behaviour, and therefore the course of undercover operations,<br />

is harder to control and predict than the operation of a purely technical<br />

instrum<strong>en</strong>t, such as a telephone tap. This does not mean that the effective<br />

deploym<strong>en</strong>t of a technical instrum<strong>en</strong>t is ‘easy’. It is the case, however,<br />

that the factors that influ<strong>en</strong>ce the practical operation of, for example, a<br />

telephone tap, are fewer in number and less complex than the factors that<br />

may be of importance in the implem<strong>en</strong>tation practice of an undercover<br />

operation. In addition, the unpredictability that characterises human<br />

interaction in g<strong>en</strong>eral seems in some respects ev<strong>en</strong> greater in criminal<br />

<strong>en</strong>vironm<strong>en</strong>ts: the course of contacts betwe<strong>en</strong> the undercover ag<strong>en</strong>ts<br />

and the subjects is oft<strong>en</strong> differ<strong>en</strong>t than anticipated and int<strong>en</strong>ded PKs, in<br />

the majority of the cases studied, do not progress according to the plan<br />

or agreem<strong>en</strong>ts made in advance. Either a PK does not go ahead at all, for<br />

example because the suspect cannot or will not deliver, the goods have


Summary 287<br />

already be<strong>en</strong> sold or the suspect could deliver, but only via a person<br />

who does not belong to the circle of suspects at which the investigation<br />

is aimed. Or the PK does go ahead, but the PK, for example, does not<br />

comm<strong>en</strong>ce until after a previously failed effort or the size of the PK is<br />

smaller than originally anticipated.<br />

This unpredictability of undercover operations and unreliability of<br />

suspects, do not necessarily mean that undercover operations fail<br />

completely. It is the case, however, that unexpected developm<strong>en</strong>ts in<br />

g<strong>en</strong>eral have a negative influ<strong>en</strong>ce on the course and/or outcome of the<br />

process: operations take longer as a result or do not achieve the int<strong>en</strong>ded<br />

result. Due to the high frequ<strong>en</strong>cy, at least in the cases studied, with which<br />

expectations are not met, it is in any case not easy to do business with<br />

criminals in an effici<strong>en</strong>t manner.<br />

Characteristics of the crime<br />

Crimes differ from each other in the ext<strong>en</strong>t to which they offer leads or<br />

starting points to implem<strong>en</strong>t an undercover operation. For example, the<br />

<strong>en</strong>tire criminal business process of drugs trafficking consists of several<br />

links, such as the trade in raw and ancillary materials, the production of<br />

the drugs, the import and export of the drugs and the distributive trade.<br />

All those links pot<strong>en</strong>tially offer the police a way in with an undercover<br />

operation. Moreover, the interested parties to a crime such as drugs<br />

trafficking have a profit motive. This means they will, in principle, be<br />

op<strong>en</strong> to <strong>en</strong>tering into new business relationships. With respect to crimes<br />

such as terrorism and homicide, however, the ‘business process’ consists<br />

of fewer chains and the profit motive usually does not exist, which is of<br />

influ<strong>en</strong>ce on the possibilities for police interv<strong>en</strong>tions.<br />

The seriousness or nature of a crime can, furthermore, be of influ<strong>en</strong>ce on<br />

the degree to which an undercover operation is deemed to be permitted.<br />

With respect to child pornography, for example, the implem<strong>en</strong>tation of<br />

an undercover operation would be less logical for some interested parties.<br />

(perceived) Legal objections and considerations concerning the safety of<br />

the victims – a ‘pseudo buy’ could, for example, induce suspects to make<br />

new victims – can play a role. Moral and social acceptability can also<br />

apply as an objection; ‘the governm<strong>en</strong>t should not be involved’ in such<br />

crimes, not ev<strong>en</strong> through an undercover ag<strong>en</strong>t. The seriousness of a crime<br />

can, on the other hand, also be precisely the reason why fairly exceptional<br />

resources are deployed. For example, the int<strong>en</strong>tion of an IF process in an<br />

investigation into terrorism was to ultimately have weapons supplied by<br />

the undercover ag<strong>en</strong>t to the main suspect, who was to be directly detained<br />

during the delivery. The main suspect, however, failed to show up at the<br />

planned meeting.


288 <strong>Opspor<strong>en</strong></strong> <strong>onder</strong> <strong>dekmantel</strong><br />

The criminal investigation<br />

Steering of criminal investigations<br />

A more business-like approach has become the c<strong>en</strong>tral focus of the<br />

steering of the police for some time now. Terms such as the relationship<br />

betwe<strong>en</strong> costs and b<strong>en</strong>efits, effici<strong>en</strong>cy and lead-times have become more<br />

important. There is a certain rationalisation of the criminal investigation.<br />

This means that the implem<strong>en</strong>tation of the judicial duties of the police,<br />

whose c<strong>en</strong>tral objective is the investigation and therefore combating<br />

of crimes, is subjected to conditions concerning the deploym<strong>en</strong>t of<br />

resources, accountability and results. Measurable targets and results and<br />

an overseeable period of time within which these can be achieved are<br />

important in this steering of the criminal investigation. A certain aim<br />

to reduce uncertainties is inher<strong>en</strong>t in this process, which could conflict<br />

with the nature of undercover operations and of certain investigations in<br />

g<strong>en</strong>eral. Very strict steering (on output) can have an obstructive effect on<br />

mainly long-term, ‘difficult’ and/or hard to predict undercover operations<br />

and investigations.<br />

Interaction betwe<strong>en</strong> a undercover operation and other aspects of a criminal<br />

investigation<br />

Normally other investigative instrum<strong>en</strong>ts are deployed in addition to<br />

IF operations and longer SI and/or PK/PDV operations. The interaction<br />

betwe<strong>en</strong> the undercover operation and the investigation team as a whole,<br />

if all goes well, is accompanied by mutual input of information. A flow of<br />

information from the investigation team to the infiltration team is important<br />

at the start of a process to be able to form a picture of the person of<br />

the subject, his <strong>en</strong>vironm<strong>en</strong>t and activities. That flow of information is<br />

of importance to be able to respond properly to the subjects and ev<strong>en</strong>ts<br />

during the implem<strong>en</strong>tation of the process. The ext<strong>en</strong>t to which relevant<br />

information is passed on dep<strong>en</strong>ds, in turn, on the ext<strong>en</strong>t to which the<br />

members of the investigation team are aware of the undercover operation.<br />

If, for example, an officer list<strong>en</strong>ing to a telephone tap is not aware of the<br />

undercover operation, the chance exists that information produced by the<br />

tap, which is relevant for the undercover operation, such as information<br />

on the personality of the subject or his activities, is not passed on because<br />

the list<strong>en</strong>er is g<strong>en</strong>erally more focused on information that refers to criminal<br />

activities. Information derived from other elem<strong>en</strong>ts of the criminal<br />

investigation is also important for the safety of the undercover ag<strong>en</strong>t. For<br />

example, the telephone tap may reveal information about how a subject<br />

thinks about an undercover ag<strong>en</strong>t or whether there are certain ‘s<strong>en</strong>sitive<br />

areas’ (topics for conversation, certain behaviour) the undercover ag<strong>en</strong>t<br />

better stay clear of. If the deploym<strong>en</strong>t of investigative instrum<strong>en</strong>ts, such<br />

as observation and the telephone tap are impossible or difficult, this can<br />

make the implem<strong>en</strong>tation of an undercover operation more difficult.


And, vice versa, the undercover operation also provides insights and<br />

information that can be used in for example the deploym<strong>en</strong>t of other<br />

investigative instrum<strong>en</strong>ts; an undercover operation may id<strong>en</strong>tify which<br />

telephone numbers suspects use to communicate with one another.<br />

Summary 289<br />

The criminal investigation as a whole and the undercover operation<br />

that is part thereof each have their own lead-time and ag<strong>en</strong>da. These<br />

are not always parallel. For example, it is sometimes necessary, wh<strong>en</strong><br />

arresting a large number of suspects simultaneously, to set a date well in<br />

advance, as (many) doz<strong>en</strong>s of police officers and employees of the Public<br />

Prosecution Service have to be deployed at the same time on such an<br />

‘action day’. Wh<strong>en</strong> the action day has finally arrived, it may turn out that<br />

the undercover operation has not yet progressed to the int<strong>en</strong>ded stage;<br />

for example, a PK may not yet have tak<strong>en</strong> place in contrast to what was<br />

anticipated and despite good contact betwe<strong>en</strong> the undercover ag<strong>en</strong>t and<br />

subject. In a case in which the above took place, it was possible to try the<br />

suspects on the basis of the results of other investigative instrum<strong>en</strong>ts<br />

deployed, but the undercover operation made a smaller contribution than<br />

was originally int<strong>en</strong>ded as a result of its premature termination.<br />

Learning capacity of the organisation<br />

There is, with respect to the period under study, no g<strong>en</strong>eral view of the<br />

numbers, type and background and results of the undercover operations<br />

implem<strong>en</strong>ted. The knowledge of the implem<strong>en</strong>tation and the ability<br />

to learn from the implem<strong>en</strong>tation practice is therefore for the time<br />

being limited to individual experi<strong>en</strong>ces. Recording and analysing the<br />

aforem<strong>en</strong>tioned information could b<strong>en</strong>efit the learning capacities.<br />

Selection, supervision and safety of undercover ag<strong>en</strong>ts<br />

Pot<strong>en</strong>tial undercover ag<strong>en</strong>ts undergo a strict selection and, once they<br />

are active, they are strictly supervised during the operations and (wh<strong>en</strong><br />

necessary) provided with security. Earlier we saw that the pot<strong>en</strong>tial risks<br />

inher<strong>en</strong>t in working under cover in the Dutch investigation practice,<br />

although certainly real, do not lead, as far as is known, to significant<br />

problems. The selection, supervision and safety of undercover ag<strong>en</strong>ts<br />

probably have a prev<strong>en</strong>tative effect in this context.<br />

Mom<strong>en</strong>t of notification of a case to the infiltration team<br />

It is important, as undercover operations require a certain preparation<br />

and the course of undercover operations is oft<strong>en</strong> uncertain, that investigation<br />

teams contact the infiltration team in time. If the report is made<br />

in time, the infiltration team can contribute on the basis of the specific<br />

targets and circumstances of the investigation and it will be possible, if<br />

it is actually decided to implem<strong>en</strong>t an undercover operation, to start that<br />

process faster and possibly more effectively. In this connection it is some-


290 <strong>Opspor<strong>en</strong></strong> <strong>onder</strong> <strong>dekmantel</strong><br />

times argued that implem<strong>en</strong>tation of an undercover operation should be<br />

considered as early as the project preparation phase.<br />

Knowledge of, experi<strong>en</strong>ce with and attitude towards undercover operations<br />

With respect to the choices made by an investigation team to deploy<br />

investigative instrum<strong>en</strong>ts, experi<strong>en</strong>ce, knowledge and attitude towards<br />

certain alternatives play a role in addition to the team’s assessm<strong>en</strong>t of<br />

the ext<strong>en</strong>t to which a choice can contribute to achieving the ultimate<br />

objective of the investigation.<br />

Public Prosecutors and police officers who are in charge of a criminal<br />

investigation oft<strong>en</strong> do not have a great deal of experi<strong>en</strong>ce with undercover<br />

operations simply because not many undercover operations are<br />

implem<strong>en</strong>ted in the Netherlands. This applies to undercover operations<br />

in g<strong>en</strong>eral and in particular to IF. The attitude towards these investigative<br />

instrum<strong>en</strong>ts can also act as a brake on their use. It concerns, on the one<br />

hand, a possibly ‘overly strict’ interpretation of the statutory framework<br />

and a too drastic image of undercover operations as investigation<br />

resource. On the other hand, there may be certain reservations<br />

concerning undercover operations, because the Public Prosecutor may<br />

have the idea that he, wh<strong>en</strong> choosing that instrum<strong>en</strong>t, will surr<strong>en</strong>der<br />

partial control of the investigation.<br />

G<strong>en</strong>erally limited experi<strong>en</strong>ce and perhaps also a certain retic<strong>en</strong>ce that<br />

exists among Public Prosecutors and police officers with respect to<br />

undercover operations, may lead to: the possibilities that exist within the<br />

investigation to implem<strong>en</strong>t an undercover operation not always being<br />

se<strong>en</strong> or used; contact is made (too) late with the infiltration team; and/<br />

or the use of this resource remains limited to a segm<strong>en</strong>t of crime that is<br />

too small. Further increasing familiarity with undercover operations can<br />

b<strong>en</strong>efit the use of the possibilities of this instrum<strong>en</strong>t.<br />

The <strong>en</strong>vironm<strong>en</strong>t<br />

The final factor is the political and social <strong>en</strong>vironm<strong>en</strong>t. The <strong>en</strong>vironm<strong>en</strong>t<br />

can be of influ<strong>en</strong>ce via the anticipation of investigation teams on political<br />

positions or expected political decisions. An already somewhat older<br />

example of the above is provided in a previous study conducted by the<br />

<strong>WODC</strong> into undercover operations (1999).<br />

But ev<strong>en</strong>ts in a broader, social <strong>en</strong>vironm<strong>en</strong>t can also directly or indirectly<br />

influ<strong>en</strong>ce undercover operations. For example, a person suspected of<br />

arms dealing could no longer ‘do business’ after 11 September 2001 as a<br />

result of the (allegedly) tight<strong>en</strong>ed checks.


Summary 291<br />

Reorganisation of the infiltration teams: the new Working Under Cover<br />

unit<br />

A reorganisation of the infiltration teams was rec<strong>en</strong>tly implem<strong>en</strong>ted at the<br />

time of preparation of this docum<strong>en</strong>t. The various infiltration teams – one<br />

national and several regional teams – have be<strong>en</strong> joined into one c<strong>en</strong>trallycontrolled<br />

unit: the Working Under Cover (WOD) unit. Whether, and if so,<br />

which effects the reorganisation will have on the implem<strong>en</strong>tation and in<br />

particular on the results of undercover operations cannot be determined<br />

at this time.<br />

Finally: undercover operations as investigative instrum<strong>en</strong>t<br />

Gary Marx, an American sociologist who wrote a standard work in the<br />

field of undercover operations, referred, wh<strong>en</strong> classifying investigative<br />

instrum<strong>en</strong>ts, to concealm<strong>en</strong>t and deception as id<strong>en</strong>tifying characteristics<br />

of undercover operations. Our own study into the actual implem<strong>en</strong>tation<br />

of undercover operations furthermore showed that unpredictability is an<br />

important elem<strong>en</strong>t of such operations.<br />

The elem<strong>en</strong>ts of concealm<strong>en</strong>t and deception <strong>en</strong>tail possibilities for<br />

criminal investigation, but also pot<strong>en</strong>tial risks. The aforem<strong>en</strong>tioned<br />

characteristics have also played an important role in the crisis in the<br />

investigation id<strong>en</strong>tified by the Parliam<strong>en</strong>tary Committee of Inquiry into<br />

Investigation Methods (PEO). The PEO pres<strong>en</strong>ted recomm<strong>en</strong>dations to deal<br />

with the crisis. Transpar<strong>en</strong>cy was a key term of those recomm<strong>en</strong>dations.<br />

In the <strong>en</strong>d, the PEO recomm<strong>en</strong>dations would play an important role in<br />

the formation of new legislation, the Act on Special Investigative Police<br />

Powers (BOB Act).<br />

Court decisions in criminal cases in which undercover operations played<br />

a role show that there is transpar<strong>en</strong>cy, at least in the opinion of the judges.<br />

Judges have furthermore indicated, in the context of a evaluation of<br />

the BOB Act, that they have more insight into the application of special<br />

investigative powers since the introduction of said Act. In this s<strong>en</strong>se the<br />

basic principle of transpar<strong>en</strong>cy has be<strong>en</strong> satisfied. This transpar<strong>en</strong>cy<br />

<strong>en</strong>sures that undercover operations, which are perhaps hard to control<br />

due to the unpredictability and concealm<strong>en</strong>t, are verifiable. We hope, by<br />

offering insight into implem<strong>en</strong>tation and results of undercover operations,<br />

that this study has made a contribution, at a more g<strong>en</strong>eral level as well, to<br />

the transpar<strong>en</strong>cy surrounding the deploym<strong>en</strong>t of this instrum<strong>en</strong>t.


Literatuur<br />

Aalders, M.V.C. (1987). Regeltoepassing in de ambtelijke praktijk van<br />

Hinderwet- <strong>en</strong> Bouwtoezichtafdeling. Groning<strong>en</strong>: Wolters-Noordhoff.<br />

Baaij<strong>en</strong>s-van Gelov<strong>en</strong>, Y.G.M., & Simmelink, J.B.H.M. (2002). In M.S.<br />

Gro<strong>en</strong>huijs<strong>en</strong> & G. Knigge (red.), Dwangmiddel<strong>en</strong> <strong>en</strong> rechtsmiddel<strong>en</strong>:<br />

Derde interimrapport <strong>onder</strong>zoeksproject strafvordering 2001 (pp. 437-598).<br />

Dev<strong>en</strong>ter: Kluwer.<br />

Babbie, E. (1989). The Practice of Social Research (vijfde druk). Belmont,<br />

Californië: Wadsworth Publishing Company.<br />

Band, S.R., & Sheehan, D.C. (1999). Managing Undercover Stress: The<br />

Supervisor’s Role. FBI Law Enforcem<strong>en</strong>t Bulletin, 68(2), 1-6.<br />

Beijer, A., Bokhorst, R.J., Boone, M., Brants, C.H., & Lindeman, J.M.W.<br />

(2004). De Wet bijz<strong>onder</strong>e opsporingsbevoegdhed<strong>en</strong>: eindevaluatie. D<strong>en</strong><br />

Haag: Boom Juridische uitgevers. Onderzoek <strong>en</strong> beleid 222.<br />

Bokhorst, R.J. (2004). De telefoontap in grote opsporings<strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong>.<br />

Justitiële verk<strong>en</strong>ning<strong>en</strong>, 30(4), 84-95.<br />

Bokhorst, R.J., Kogel, C.H. de, & Meij, C.F.M. van der (2002). Evaluatie van<br />

de Wet BOB – fase 1: De eerste praktijkervaring<strong>en</strong> met de Wet Bijz<strong>onder</strong>e<br />

opsporingsbevoegdhed<strong>en</strong>. D<strong>en</strong> Haag: Boom Juridische uitgevers.<br />

Onderzoek <strong>en</strong> beleid 197.<br />

Bov<strong>en</strong>s, M., & Hart, P. ’t (1998). De crisis in de opsporing: e<strong>en</strong> inleiding.<br />

Tijdschrift voor beleid, politiek <strong>en</strong> maatschappij. Themanummer: De crisis<br />

in de opsporing, 25(5), 252-260.<br />

Brodeur, J.P. (1992). Undercover policing in Canada: Wanting what is<br />

wrong. Crime, Law and Social Change, 18(1, 2), 105-136.<br />

Bunt, H.G. van de, & Kleemans, E.R. (2007). Georganiseerde criminaliteit<br />

in Nederland: Derde rapportage op basis van de Monitor Georganiseerde<br />

Criminaliteit. D<strong>en</strong> Haag: Boom Juridische uitgevers. Onderzoek <strong>en</strong><br />

beleid 252.<br />

Bunt, H. van de, Kunst, D., & Siegel, S. (2003). XTC over de gr<strong>en</strong>s: E<strong>en</strong> studie<br />

naar XTC-koeriers <strong>en</strong> kleine smokkelaars. D<strong>en</strong> Haag: Boom Juridische<br />

uitgevers.<br />

Buruma, Y. (2001). Buit<strong>en</strong>gewone opsporingsmethod<strong>en</strong>. Dev<strong>en</strong>ter: W.E.J.<br />

Tje<strong>en</strong>k Willink.<br />

Camp, D.D. (1993). Out of the quagmire after Jacobson v. United States:<br />

Towards a more balanced <strong>en</strong>trapm<strong>en</strong>t standard. The Journal of Criminal<br />

Law and Criminology, 83, 1055-1097.<br />

C<strong>en</strong>trale toetsingscommissie (2008). Jaarverslag 2007. Op<strong>en</strong>baar<br />

Ministerie, Landelijk Parket: Rotterdam.<br />

Cleir<strong>en</strong>, C.P.M., & Nijboer, J.F. (red.) (2001). Strafvordering: Tekst <strong>en</strong><br />

comm<strong>en</strong>taar. Dev<strong>en</strong>ter: Kluwer.<br />

Colquitt, J.A. (2004). Rethinking <strong>en</strong>trapm<strong>en</strong>t. American Criminal Law<br />

review, 1389-1437.<br />

Dillof, A.M. (2004). Unraveling unlawful <strong>en</strong>trapm<strong>en</strong>t. The Journal of<br />

Criminal Law and criminology, 94(4), 827-896.


294 <strong>Opspor<strong>en</strong></strong> <strong>onder</strong> <strong>dekmantel</strong><br />

Doeschot, R.G.P., Fiseler, J.G., Houw<strong>en</strong>, R.J. , Kruisberg<strong>en</strong>, E.W.,<br />

Raadschelder, J.M.M., & Vijg<strong>en</strong>, J. (1999). Straff<strong>en</strong> met beleid: Uitvoering<br />

van de wet boet<strong>en</strong>, maatregel<strong>en</strong> <strong>en</strong> terug- <strong>en</strong> invordering sociale zekerheid.<br />

Zoetermeer: College van toezicht sociale verzekering<strong>en</strong>.<br />

Farkas, G.M. (1986). Stress in Undercover Policing. In J.T. Reese & H.A.<br />

Goldstein (red.), Psychological Services for Law Enforcem<strong>en</strong>t (pp. 433-<br />

440). Washington DC: U.S. Governm<strong>en</strong>t Printing Office.<br />

Farrington, D.P., & Welsh, B.C. (2004). Het belang van experim<strong>en</strong>tele<br />

evaluaties in de criminologie. Justitiële verk<strong>en</strong>ning<strong>en</strong>, 31(8), 11-41.<br />

Fijnaut, C.J.C.F. (1983). De zaak-François: Beschouwing<strong>en</strong> naar aanleiding<br />

van het vonnis. Antwerp<strong>en</strong>: Kluwer.<br />

Fijnaut, C.J.C.F. (1995). Back to basics! Delikt <strong>en</strong> Delinkw<strong>en</strong>t, 6, 523-538.<br />

Fijnaut, C.J.C.F., Muller, E.R., & Ros<strong>en</strong>thal, U. (red.) (1999). Politie: Studies<br />

over haar werking <strong>en</strong> organisatie. Alph<strong>en</strong> aan d<strong>en</strong> Rijn: Samsom.<br />

Frielink, P.M. (1990). Infiltratie in het strafrecht: E<strong>en</strong> <strong>onder</strong>zoek naar de<br />

materieelrechtelijke <strong>en</strong> formeelrechtelijke aspect<strong>en</strong> van het opspor<strong>en</strong> van<br />

strafbare feit<strong>en</strong> door middel van infiltratie. Arnhem: Gouda Quint.<br />

Fulda, J. (2002). Do Internet Stings Directed at Pedophiles Capture<br />

Off<strong>en</strong>ders or Create Off<strong>en</strong>ders? And Allied Questions. Sexuality &<br />

Culture, 6(4), 73-100.<br />

Geller, W.A. (1992). Put fri<strong>en</strong>dly-fire shooting in perspectieve. Law<br />

Enforcem<strong>en</strong>t News, 18(371), 9.<br />

Girodo, M. (1991). Drug corruption in undercover ag<strong>en</strong>ts: Measuring the<br />

risk. Behavioral Sci<strong>en</strong>ces and the Law, 9, 361-370.<br />

Girodo, M. (1997). Undercover ag<strong>en</strong>t assessm<strong>en</strong>t c<strong>en</strong>ters: Crafting vice<br />

and virtue for imposters. Jounal of Social Behavior and Personality, 12(5),<br />

237-260.<br />

Girodo, M., Deck, T., & Morrison, M. (2002). Dissociative-type id<strong>en</strong>tity<br />

disturbances in undercover ag<strong>en</strong>ts: Socio-cognitive factors behind<br />

false-id<strong>en</strong>tity appearances and re-<strong>en</strong>actm<strong>en</strong>ts. Social Behavior and<br />

Personality, 30(7), 631-644.<br />

Goldschmidt, J., & Anonymous (2008). The necessity of dishonesty: Police<br />

deviance, ‘making the case’, and the public good. Policing and society,<br />

18(2), 113-135.<br />

Granovetter, M.S. (1973). The Str<strong>en</strong>gth of Weak Ties. American Journal of<br />

Sociology, 78(6), 1360-1380.<br />

Granovetter, M.S. (1974). Getting a job: A study of contacts and careers.<br />

Cambridge, Mass.: Harvard University Press.<br />

Gre<strong>en</strong>e, J.R. (red.) (2006). The <strong>en</strong>cyclopedia of police sci<strong>en</strong>ce (derde druk).<br />

Lond<strong>en</strong>, New York: Routledge.<br />

Gubanski, J. (2004). Special investigation techniques during the criminal<br />

trial: Disclosure issues in Polish and American (USA) legal systems.<br />

Crime, Law and Social Change, 41, 15-32.


Literatuur 295<br />

Hartogh, V.E. d<strong>en</strong>, Kogel, C.H. de, & Bogaerts, S. (2005). Psychische <strong>en</strong><br />

lichamelijke pathologie bij e<strong>en</strong> steekproef van blijv<strong>en</strong>d delictgevaarlijke<br />

for<strong>en</strong>sisch psychiatrische patiënt<strong>en</strong>. D<strong>en</strong> Haag: <strong>WODC</strong>, Cahier 2005-19.<br />

Hoekstra, F. (2004). Infiltratie in de praktijk: BVD <strong>en</strong> CPN tijd<strong>en</strong>s de Koude<br />

Oorlog. Justitiële verk<strong>en</strong>ning<strong>en</strong>, 30(3), 99-106.<br />

Hoorn, A.M. van, & Kruissink, M. (1999). Hoe effectief is infiltratie? <strong>WODC</strong><br />

<strong>onder</strong>zoekt bijz<strong>onder</strong>e opsporingsmethod<strong>en</strong>. Modus, 8(5), 3-5.<br />

Joubert, C. (1995). National and international aspects of undercover<br />

policing. The Police Journal, 68 (4), 305-318.<br />

Kagan, R.A. (1978). Regulatory Justice: Implem<strong>en</strong>ting a wage-price freeze.<br />

New York: Russell Sage Foundation.<br />

Kleemans, E.R., Bri<strong>en</strong><strong>en</strong>, M.E.I., & Bunt, H.G. van de (2002). Georganiseerde<br />

criminaliteit in Nederland: Tweede rapportage op basis van de <strong>WODC</strong>monitor.<br />

D<strong>en</strong> Haag: Ministerie van Justitie, <strong>WODC</strong>.<br />

Kromm<strong>en</strong>dijk, M., Terpstra, J., & Kemp<strong>en</strong>, P.H. van (2009). De Wet<br />

BOB: Titels IVa <strong>en</strong> V in de praktijk Besluitvorming over bijz<strong>onder</strong>e<br />

opsporingsbevoegdhed<strong>en</strong> in de aanpak van georganiseerde criminaliteit.<br />

D<strong>en</strong> Haag: Boom Juridische uitgevers.<br />

Kruisberg<strong>en</strong>, E.W., & Poot, C.J. de (2007). Toepassing van DNA-wetgeving<br />

in de praktijk: nog veel onbeantwoorde vrag<strong>en</strong>. Nederlands Jurist<strong>en</strong>blad,<br />

82(28), 1728-1735.<br />

Kruissink, M., Hoorn, A.M. van, & Boek, J.L.M. (1999). Infiltratie in het recht<br />

<strong>en</strong> in de praktijk. D<strong>en</strong> Haag: Ministerie van Justitie (<strong>WODC</strong>). Onderzoek<br />

<strong>en</strong> beleid 177.<br />

Kruse, G. (1993). Bundesrepublik Deutschland. In Gropp, W. (red.),<br />

Bes<strong>onder</strong>e Ermittlungsmaßnahm<strong>en</strong> zur Bekämpfung der Organisiert<strong>en</strong><br />

Kriminalität: Ein rechtsvergleich<strong>en</strong>des Gutacht<strong>en</strong> im Auftrag des<br />

Bundesministeriums der Justiz und des Bayerisch<strong>en</strong> Staatsministeriums<br />

der Justiz. Freiburg: Max-Plank-Institut.<br />

Langworthy, R. (1989). Do stings control crime? An evaluation of a police<br />

f<strong>en</strong>cing operation. Justice Quarterly, 6(1), 27-45.<br />

Lipsky, M. (1980). Street-level bureaucracy: Dilemmas of the individual in<br />

public services. New York: Russel Sage foundation.<br />

Macleod, A.D. (1995). Undercover policing: A psychiatrist perspective.<br />

International Journal of Law and Psychiatry, 18(2), 239-247.<br />

Marx, G.T. (1988). Undercover: Police surveillance in America. Berkeley, Los<br />

Angeles, Lond<strong>en</strong>: University of California Press.<br />

Marx, G.T. (1995). Undercover in comparative perspective: Some<br />

implications for knowledge and social research. In C.J.C.F. Fijnaut & G.T.<br />

Marx, Undercover: Police surveillance in comparative perspective. D<strong>en</strong><br />

Haag: Kluwer.<br />

Mascini, P. (2004). De Wisselvalligheid van de twijfel: Ongelijkheid in<br />

de <strong>uitvoering</strong> van het asielbeleid verklaard. Amsterdams Sociologisch<br />

Tijdschrift, 31(1), 113-146.


296 <strong>Opspor<strong>en</strong></strong> <strong>onder</strong> <strong>dekmantel</strong><br />

Maso, I. (1987). Kwalitatief <strong>onder</strong>zoek. Meppel: Boom.<br />

Meerman, R. (1995). De Infiltrant: Praktijkverhal<strong>en</strong> van de man die leiding<br />

had over het eerste Amsterdamse infiltratieteam. Lelystad: Koninklijke<br />

Vermande.<br />

Miller, L. (2006). Undercover policing: A psychological and operational<br />

guide. Journal of Police and Criminal Psychology, 21(2), 1-24.<br />

Mitchell, K.J., Wolak, J., & Finkelhor, D. (2005). Police posing as juv<strong>en</strong>iles<br />

online to catch sex off<strong>en</strong>ders: Is it working? Sexual Abuse: A Journal of<br />

Research and treatm<strong>en</strong>t, 17(3), 241-267.<br />

Muller, E.R., & Ros<strong>en</strong>thal, U. (1998). Inzake opsporing: De crisis in de<br />

opsporing geanalyseerd. Tijdschrift voor beleid, politiek <strong>en</strong> maatschappij.<br />

Themanummer: De crisis in de opsporing, 25(5), 261-275.<br />

Newman, G.R. (2007). Sting operations. Problem-ori<strong>en</strong>ted guides for police<br />

response guides, nr. 6.<br />

Nieuw<strong>en</strong>huis, M. (2007). Opsporing in vogelvlucht. D<strong>en</strong> Haag: Sdu<br />

Uitgevers bv.<br />

Oss, G. van (1994). De undercoverag<strong>en</strong>t: Problem<strong>en</strong> van normafwijking,<br />

corruptie <strong>en</strong> controle. Lelystad: Koninklijke Vermande.<br />

Poot, C.J. de, Bokhorst, R.J., Kopp<strong>en</strong>, P.J. van, & Muller, E.R. (2004).<br />

Dilemma’s in de opsporing. Alph<strong>en</strong> aan d<strong>en</strong> Rijn: 2004.<br />

Poot, C.J. de, Bokhorst, R.J., Sme<strong>en</strong>k, W.H., & Kouw<strong>en</strong>berg, R.H. (2008). De<br />

opsporing verruimd? De Wet opsporing terroristische misdrijv<strong>en</strong> e<strong>en</strong> jaar<br />

in werking. D<strong>en</strong> Haag: <strong>WODC</strong>, Cahier 2008-9.<br />

Reijne, Z., Kouw<strong>en</strong>berg, R.F., & Keizer, M.P. (1996). Tapp<strong>en</strong> in Nederland.<br />

Dev<strong>en</strong>ter: Gouda Quint. Onderzoek <strong>en</strong> beleid 155.<br />

Roberts, A. (2000). Crime creation? Some questions of fairness and efficacy<br />

in covert operations. The Police Journal, 73, 263-276.<br />

Ross, J.E. (2002). Tradeoffs in undercover investigations: A comparative<br />

perspective. University of Chicago Law Review, 69(3), 1501-1541.<br />

Ross, J.E. (2004). Impedi<strong>en</strong>ts to transnational cooperation in undercover<br />

policing: A comparative study of the United States and Italy. The<br />

American Journal of Comparative Law, 52, 569-623.<br />

Ross, J.E. (2007). The place of covert surveillance in democratic societies:<br />

A comparative study of the United States and Germany. The American<br />

Journal of Comparative Law, 55, 493-579.<br />

Roy, C. de, & Vandromme, S. (2004). Bijz<strong>onder</strong>e opsporingsmethod<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

aanverwante <strong>onder</strong>zoeksmethod<strong>en</strong>. Antwerp<strong>en</strong>: Inters<strong>en</strong>tia.<br />

Schuermans, F. (2006). BOM-Reparatiewet verbetert de<br />

<strong>onder</strong>zoeksmethod<strong>en</strong> in de strijd teg<strong>en</strong> het terrorisme <strong>en</strong> de zware <strong>en</strong><br />

georganiseerde criminaliteit. Rechtspraak Antwerp<strong>en</strong> Brussel G<strong>en</strong>t, 3,<br />

224-233.<br />

Sietsma, K.J.H.H. (1986). Infiltratie ‘moeilijk, soms gevaarlijk, maar<br />

uitvoerbaar <strong>en</strong> nuttig’. Algeme<strong>en</strong> Politieblad, 14, 315-323.


Literatuur 297<br />

Spap<strong>en</strong>s, T. (2006). Interacties tuss<strong>en</strong> criminaliteit <strong>en</strong> opsporing: De gevolg<strong>en</strong><br />

van opsporingsactiviteit<strong>en</strong> voor de organisatie <strong>en</strong> afscherming van xtcproductie<br />

<strong>en</strong> -handel in Nederland. Antwerp<strong>en</strong>/Oxford: Inters<strong>en</strong>tia.<br />

Spap<strong>en</strong>s, T. (2008). Georganiseerde misdaad <strong>en</strong> strafrechtelijke<br />

sam<strong>en</strong>werking in de Nederlandse gr<strong>en</strong>sgebied<strong>en</strong>. Antwerp<strong>en</strong>/Oxford:<br />

Inters<strong>en</strong>tia.<br />

Tak, P.J.P. (2000a). Duitsland. In P.J.P Tak (red.), Heimelijke opsporing in<br />

de Europese Unie: De normering van bijz<strong>onder</strong>e opsporingsmethod<strong>en</strong> in<br />

de land<strong>en</strong> van de Europese Unie (pp. 121-205). Antwerp<strong>en</strong>, Groning<strong>en</strong>:<br />

Inters<strong>en</strong>tia Rechtswet<strong>en</strong>schapp<strong>en</strong>.<br />

Tak, P.J.P. (2000b). Engeland <strong>en</strong> Wales. In P.J.P Tak (red.), Heimelijke<br />

opsporing in de Europese Unie: De normering van bijz<strong>onder</strong>e<br />

opsporingsmethod<strong>en</strong> in de land<strong>en</strong> van de Europese Unie (pp. 207-298).<br />

Antwerp<strong>en</strong>, Groning<strong>en</strong>: Inters<strong>en</strong>tia Rechtswet<strong>en</strong>schapp<strong>en</strong>.<br />

Terpstra, J. (2002). Sturing van politie <strong>en</strong> politiewerk: E<strong>en</strong> verk<strong>en</strong>n<strong>en</strong>d<br />

<strong>onder</strong>zoek teg<strong>en</strong> de achtergrond van e<strong>en</strong> verander<strong>en</strong>de sturingscontext<br />

<strong>en</strong> sturingsstijl. Enschede: Instituut voor Maatschappelijke<br />

Veiligheidsvraagstukk<strong>en</strong>.<br />

Thiel, S. van, & Leeuw, F.L. (2002). The performance paradox in the public<br />

sector. Public Performance & Managem<strong>en</strong>t Review, 25(3), 267-281.<br />

Torre, E.J. van der (1999). Politiewerk: Politiestijl<strong>en</strong>, community policing,<br />

professionalisme. Alph<strong>en</strong> aan d<strong>en</strong> Rijn: Samson.<br />

Traest, P., & Meese, J. (2000). België. In P.J.P. Tak (red.), Heimelijke<br />

opsporing in de Europese Unie: De normering van bijz<strong>onder</strong>e<br />

opsporingsmethod<strong>en</strong> in de land<strong>en</strong> van de Europese Unie (pp. 9-65).<br />

Antwerp<strong>en</strong>, Groning<strong>en</strong>: Inters<strong>en</strong>tia Rechtswet<strong>en</strong>schapp<strong>en</strong>.<br />

Ve<strong>en</strong>, R.J. van der (1990). De sociale gr<strong>en</strong>z<strong>en</strong> van beleid: E<strong>en</strong> <strong>onder</strong>zoek naar<br />

de <strong>uitvoering</strong> <strong>en</strong> effect<strong>en</strong> van het stelsel van sociale zekerheid. Leid<strong>en</strong>:<br />

St<strong>en</strong>fert Kroese.<br />

Ve<strong>en</strong>, R.J. van (1997). Uitvoering van beleid: E<strong>en</strong> beschouwing over<br />

<strong>onder</strong>zoek naar de <strong>uitvoering</strong> van wet- <strong>en</strong> regelgeving in Nederland.<br />

Recht der Werkelijkheid. Tijdschrift voor de sociaal-wet<strong>en</strong>schappelijke<br />

bestudering van het recht, (2), 4-17.<br />

Vries, M.S. de (2008). De Nederlandse aanpak van illegale<br />

vuurwap<strong>en</strong>handel. Justitiële verk<strong>en</strong>ning<strong>en</strong>, 34(4) 76-88.<br />

Wachtel, J. (1992). From morals to practice: Dilemmas of control in<br />

undercover policing. Crime, Law and Social Change, 18(1, 2), 137-158.<br />

Wagner, G.A. (2007). United States’ policy analysis on undercover<br />

operations. International Journal of Police Sci<strong>en</strong>ce & Managem<strong>en</strong>t, 9(4),<br />

371-380.<br />

Wartna, B.S.J. (2009). In de oude fout: Over het met<strong>en</strong> van recidive <strong>en</strong> het<br />

vaststell<strong>en</strong> van het succes van strafrechtelijke interv<strong>en</strong>ties. D<strong>en</strong> Haag:<br />

Boom Juridische uitgevers.


298 <strong>Opspor<strong>en</strong></strong> <strong>onder</strong> <strong>dekmantel</strong><br />

Webster, D.W., Bulzacchelli, M.T., & Vernick, J.S. (2006). Effects of<br />

undercover police stings of gun dealers on the supply of new guns to<br />

criminals. Injury Prev<strong>en</strong>tion, 12, 225-230.<br />

Wiering, M. (1999). Controleurs in context: Handhaving van mestwetgeving in<br />

Nederland <strong>en</strong> Vlaander<strong>en</strong>. Lelystad: Koninklijke Vermande.<br />

Jurisprud<strong>en</strong>tie<br />

Europees Hof voor de Recht<strong>en</strong> van de M<strong>en</strong>s (EHRM)<br />

EHRM 15 juni 1992, LJN AC4221 m.nt. E.E.Alkema (Lüdi vs Zwitserland).<br />

EHRM, 25 februari 1997, NJB 1998, 30 (Teixeira de Castro vs Portugal)<br />

EHRM, 23 april 1997, LJN AD4540 (Van Mechel<strong>en</strong> vs Nederland)<br />

EHRM 09 juni 1998, LJN AD4193 (m.nt. G. Knigge (Teixeira de Castro vs<br />

Portugal))<br />

EHRM, 05 november 2002, appl.nr. 48539/99, NJB 2003, nr. 2, p. 80 (Allan vs<br />

The United Kingdom)<br />

EHRM 15 december 2005, LJN AV3573 (Vanyan vs Russia)<br />

EHRM 26 oktober 2006, LJN AZ6230 (m.nt. F.P. Ölçer (Khudobin vs Russia))<br />

EHRM, 26 januari 2007 (Khudobin vs Russia)<br />

EHRM, 05 februari 2008, LJN BC8752 (Ramanauskas vs Litouw<strong>en</strong>)<br />

Hoge Raad<br />

Hoge Raad, 02 juli 2002, LJN AD9915<br />

Hoge Raad, 04 december 1979, LJN AB7429 (m.nt. Th.W. van Ve<strong>en</strong> (Tallon))<br />

Hoge Raad, 17 september 1981, NJ 1981, 536 (m.nt. G.E. Mulder)<br />

Hoge Raad, 24 oktober 1989, LJN ZC8256<br />

Hoge Raad, 04 december 1990, LJN AB8965<br />

Hoge Raad, 05 december 1995, LJN ZD0315<br />

Hoge Raad, 19 december 1995, LJN ZD0328 (m.nt. T.M. Schalk<strong>en</strong> (Zwolsman))<br />

Hoge Raad, 14 december 1999, LJN ZD1895<br />

Hoge Raad, 26 september 2000, LJN AA7233 (m.nt. T.M. Schalk<strong>en</strong>)<br />

Hoge Raad, 14 november 2000, LJN AA8295<br />

Hoge Raad, 23 januari 2001, LJN ZD2194 (m.nt. Y. Buruma)<br />

Hoge Raad, 15 oktober 2002, LJN AE7668<br />

Hoge Raad, 04 februari 2003, LJN AE9069<br />

Hoge Raad, 07 oktober 2003, LJN AG2528<br />

Hoge Raad, 09 maart 2004, LJN AN9195<br />

Hoge Raad, 06 juli 2004, LJN AO9785<br />

Hoge Raad, 23 november 2004, LJN AQ8478<br />

Hoge Raad, 12 april 2005, LJN AS5843<br />

Hoge Raad, 28 maart 2006, LJN AU5471<br />

Hoge Raad, 18 april 2006, LJN AV2377<br />

Hoge Raad, 28-10-2008, LJN BE9817


Gerechtshof<br />

Gerechtshof Amsterdam, 02 februari 1979, NJ 1979, 211<br />

Gerechtshof Arnhem, 30 juni 1989, LJN AD0852<br />

Gerechtshof Amsterdam, 08 maart 1999, NS 1999/057<br />

Gerechtshof ’s-Hertog<strong>en</strong>bosch, 14 februari 2001, LJN AB0272<br />

Gerechtshof ’s-Hertog<strong>en</strong>bosch, 03 augustus 2001, LJN AF4420<br />

Gerechtshof ’s-Grav<strong>en</strong>hage, 12 april 2002, LJN AE4747<br />

Gerechtshof ’s-Grav<strong>en</strong>hage, 15 mei 2002, LJN AE4754<br />

Gerechtshof Amsterdam, 26 juni 2002, LJN AE7045<br />

Gerechtshof ’s-Grav<strong>en</strong>hage, 12 november 2002, LJN AF0783<br />

Gerechtshof Arnhem, 12 mei 2003, LJN AF8395<br />

Gerechtshof ’s-Hertog<strong>en</strong>bosch, 03 juni 2003, LJN AO9091<br />

Gerechtshof ’s-Grav<strong>en</strong>hage, 11 juli 2003, LJN AH9732<br />

Gerechtshof ’s-Hertog<strong>en</strong>bosch, 23 juli 2003, LJN AO9528<br />

Gerechtshof ’s-Grav<strong>en</strong>hage, 26 september 2003, LJN AN7589<br />

Gerechtshof ’s-Hertog<strong>en</strong>bosch, 31 oktober 2003, LJN AP0289<br />

Gerechtshof ’s-Grav<strong>en</strong>hage, 21 november 2003, LJN AN8750<br />

Gerechtshof ’s-Grav<strong>en</strong>hage, 04 maart 2005, LJN AS9042.<br />

Gerechtshof ’s-Hertog<strong>en</strong>bosch, 25 april 2005, LJN AT5241<br />

Gerechtshof ’s-Hertog<strong>en</strong>bosch, 29 november 2006, LJN AZ4125<br />

Gerechtshof Amsterdam, 28 januari 2008, LJN BC5069<br />

Gerechtshof ’s-Hertog<strong>en</strong>bosch, 09 mei 2008, LJN BD8152<br />

Gerechtshof ’s-Grav<strong>en</strong>hage, 03 oktober 2008, niet gepubliceerd<br />

Rechtbank<br />

Rechtbank Amsterdam, 22 maart 1978, NJ 1978, 650<br />

Rechtbank Amsterdam, 20 september 1978, NJ 1978, 651 (Tallon)<br />

Rechtbank Rotterdam, 30 januari 1991, LJN AD1325<br />

Rechtbank Amsterdam, 08 november 2001, LJN AD5311<br />

Rechtbank ’s-Grav<strong>en</strong>hage, 23 november 2001, LJN AD6065<br />

Rechtbank Breda, 04 februari 2002, LJN AD9165.<br />

Rechtbank Rotterdam, 14 juni 2002, LJN AE4239<br />

Rechtbank ’s-Grav<strong>en</strong>hage, 18 juni 2002, LJN AE4449<br />

Rechtbank Ass<strong>en</strong>, 13 december 2002, LJN AF1854<br />

Rechtbank Breda, 24 december 2002, LJN AF3743<br />

Rechtbank Rotterdam, 30 september 2003, LJN AN7719<br />

Rechtbank Breda, 26 oktober 2004, LJN AR4560<br />

Rechtbank Roermond, 23 december 2005, LJN AU8633<br />

Rechtbank Dordrecht, 22 maart 2006, LJN AX 0773<br />

Rechtbank Rotterdam, 11 augustus 2006, LJN AY6630<br />

Rechtbank Rotterdam, 19 december 2006, LJN AZ8683<br />

Rechtbank Rotterdam, 19 december 2006, LJN AZ8683<br />

Rechtbank Amsterdam, 27 april 2007, LJN BA4017<br />

Rechtbank Zwolle 03 mei 2007, LJN BA4345<br />

Rechtbank Almelo, 18 september 2007, LJN BB3740<br />

Literatuur 299


300 <strong>Opspor<strong>en</strong></strong> <strong>onder</strong> <strong>dekmantel</strong><br />

Rechtbank Utrecht, 03 april 2008, LJN BC8607<br />

Rechtbank Amsterdam, 11 juli 2008, LJN BD6946<br />

Rechtbank Rotterdam, 13 augustus 2008, LJN BE7050<br />

Wet- <strong>en</strong> regelgeving, kamerstukk<strong>en</strong>, beleidsnota’s<br />

Ministerie van Justitie, 2001, Sam<strong>en</strong>spann<strong>en</strong> teg<strong>en</strong> XTC. E<strong>en</strong> plan van<br />

aanpak ter int<strong>en</strong>sivering van het Nederlandse beleid inzake synthetische<br />

drugs.<br />

Tweede Kamer, vergaderjaar 1994-1995, 23 945, nr. 2<br />

Tweede Kamer, vergaderjaar 1996-1997, 25 403, nr. 3, 7<br />

Tweede Kamer, vergaderjaar 1995-1996, 24 072, nrs. 10-11, 14, 17 <strong>en</strong> 20<br />

Tweede Kamer, vergaderjaar 1998-1999, 25 403, 23 251, nr. 30, 33 <strong>en</strong> 35<br />

Tweede Kamer, vergaderjaar 1998-1999, 26 269, nrs. 4-5<br />

Tweede Kamer, vergaderjaar 1999-2000, handeling<strong>en</strong>, nr. 30<br />

Tweede Kamer, vergaderjaar 2001-2002, 26 269, nr. 41<br />

Tweede Kamer, vergaderjaar 2002-2003, 27 834, nr. 28<br />

Tweede Kamer, vergaderjaar 2004-2005, 29 940, nr. 1<br />

Tweede Kamer, vergaderjaar 2007-2008, 30 517, nr. 6<br />

Tweede Kamer, vergaderjaar 2008-2009, 30 517, nr. 13<br />

Staatscourant 2000, 7, Regeling infiltratieteams<br />

Staatsblad 2006, 580, Wet ter verruiming van de mogelijkhed<strong>en</strong> tot<br />

opsporing <strong>en</strong> vervolging van terroristische misdrijv<strong>en</strong><br />

Mediabericht<strong>en</strong><br />

Algeme<strong>en</strong> Dagblad (D<strong>en</strong> Haag), 27 november 2008, Haagse lokwoning is<br />

binn<strong>en</strong> uur tijd leeggeroofd<br />

Algeme<strong>en</strong> Dagblad, 03 april 2009, Politie lokt ‘fiets<strong>en</strong>helers’<br />

NRC Handelsblad, 16 mei 2008, KLPD: lokvrachtwag<strong>en</strong> succesvol,<br />

geraadpleegd via www.nrc.nl/binn<strong>en</strong>land/article1892913.ece/KLPD_<br />

lokvrachtwag<strong>en</strong>_succesvol<br />

NRC Handelsblad, 05 november 2008, Rechter in Zwolle geeft fiat aan inzet<br />

lokag<strong>en</strong>te, geraadpleegd via www.nrc.nl/binn<strong>en</strong>land/article2050583.<br />

ece/Rechter_in_Zwolle_geeft_fiat_aan_inzet_lokag<strong>en</strong>te<br />

Het Parool, 18 augustus 2007, Van lokoma tot lokhomo: wat volgt?<br />

Trouw, 11 november 2008, Op heterdaad. Lokmiddel<strong>en</strong> inzett<strong>en</strong> ‘heel<br />

effectief’


Buit<strong>en</strong>landse wetgeving, jurisprud<strong>en</strong>tie, mediabericht<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

geraadpleegde websites<br />

België<br />

Wetsontwerp betreff<strong>en</strong>de de bijz<strong>onder</strong>e opsporingsmethod<strong>en</strong> <strong>en</strong> <strong>en</strong>ige<br />

andere <strong>onder</strong>zoeksmethod<strong>en</strong>, doc 50, 1688/001, p. 17<br />

Arbitragehof nr. 202/2004, 21 december 2004, B.S. 6 januari 2005<br />

Ver<strong>en</strong>igde Stat<strong>en</strong><br />

www.usdoj.gov/olp/fbiundercover.pdf, geraadpleegd d.d. 26 januari 2009<br />

www.usdoj.gov/ag/readingroom/undercover.htm#<strong>en</strong>trapm<strong>en</strong>t, geraadpleegd<br />

d.d. 26 januari 2009<br />

Sorrells vs U.S., 287 U.S., 435 (1932)<br />

Sherman vs U.S., 356 U.S., 369 (1958)<br />

U.S. vs Tobias, 662 F.2d 381, 386 (5th Cir. Unit B, 1981)<br />

Engeland <strong>en</strong> Wales<br />

R. vs Edwards (1991) 1 WLR 207<br />

R. vs Kahn (1994), 4 All ER, pp 426-438 (Court of Appeal)<br />

R. vs Loosely (2001) UKHL 53, [2001] 1 W.L.R. 2060 (U.K.)<br />

Literatuur 301<br />

www.cps.gov.uk/legal/a_to_c/covert_human_intellig<strong>en</strong>ce_sources/,<br />

geraadpleegd d.d. 09 februari 2009<br />

security.homeoffice.gov.uk/ripa/publication-search/ripa-cop/,<br />

geraadpleegd d.d. 09 februari 2009<br />

www.guardian.co.uk/comm<strong>en</strong>tisfree/2006/jun/25/comm<strong>en</strong>t.homeaffairs,<br />

geraadpleegd d.d. 09 februari 2009<br />

Serious Organised Crime Ag<strong>en</strong>cy (SOCA). The United Kingdom<br />

threat assessm<strong>en</strong>t of organised crime. 2009/10. www.soca.gov.<br />

uk/ assessPublications/index.html, geraadpleegd op 22 september 2009


Bijlage 1<br />

Sam<strong>en</strong>stelling begeleidingscommissie<br />

Voorzitter<br />

Hoogleraar strafrechtswet<strong>en</strong>schapp<strong>en</strong><br />

Led<strong>en</strong><br />

E<strong>en</strong> afgevaardigde van e<strong>en</strong> regionaal politiekorps, recherche<br />

E<strong>en</strong> afgevaardigde van het Ministerie van Justitie, Directoraat-G<strong>en</strong>eraal<br />

Rechtspleging <strong>en</strong> Rechtshandhaving, Directie Juridische & Operationele<br />

Aangeleg<strong>en</strong>hed<strong>en</strong>, Afdeling Operationele Zak<strong>en</strong> & Incid<strong>en</strong>t<strong>en</strong>managem<strong>en</strong>t<br />

E<strong>en</strong> afgevaardigde van het Korps landelijke politiedi<strong>en</strong>st<strong>en</strong>, Di<strong>en</strong>st<br />

Specialistische Recherche Toepassing<strong>en</strong>, Unit Werk<strong>en</strong> <strong>onder</strong> Dekmantel<br />

E<strong>en</strong> afgevaardigde van het Op<strong>en</strong>baar Ministerie, Landelijk Parket<br />

E<strong>en</strong> afgevaardigde van het Ministerie van Binn<strong>en</strong>landse Zak<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

Koninkrijksrelaties, Directoraat-G<strong>en</strong>eraal Veiligheid, Directie Politie <strong>en</strong><br />

Veiligheidsregio’s<br />

E<strong>en</strong> afgevaardigde van het Ministerie van Justitie, Directoraat-G<strong>en</strong>eraal<br />

Rechtspleging <strong>en</strong> Rechtshandhaving, Directie Rechtshandhaving &<br />

Criminaliteitsbestrijding, Afdeling Georganiseerde Criminaliteit


Bijlage 2<br />

Afg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> face-to-face interviews<br />

Aantal person<strong>en</strong> waarbij e<strong>en</strong> face-to-face interview is afg<strong>en</strong>om<strong>en</strong><br />

Organisatie Onderdeel Aantal geïnterviewdeperson<strong>en</strong><br />

Op<strong>en</strong>baar Ministerie Arrondissem<strong>en</strong>tsparkett<strong>en</strong><br />

functioneel parket, landelijk parket 11<br />

College van procureurs-g<strong>en</strong>eraal 1<br />

C<strong>en</strong>trale toetsingscommissie 2<br />

Studiec<strong>en</strong>trum Rechtspleging 1<br />

Politie Regiokorps<strong>en</strong> 6<br />

Nationale Recherche 6<br />

Infiltratieteams 8<br />

Totaal 35


Bijlage 3<br />

Gebruikte checklist dossier<strong>onder</strong>zoek<br />

Gebruikte checklist dossier<strong>onder</strong>zoek<br />

Administratieve gegev<strong>en</strong>s<br />

1. Zaaksnaam (cod<strong>en</strong>aam)<br />

2. Parketnummer<br />

3. Parket – OM<br />

4. Voor rechter geweest<br />

a. Nummer rechtbank (‘rolnummer’)<br />

b. Parket – rechtbank<br />

c. Datum vonnis<br />

5. Hoger beroep<br />

a. Hof<br />

b. Ev<strong>en</strong>tueel administratief nummer van gerechtshof voor deze zaak<br />

c. Datum arrest<br />

6. Hoge Raad<br />

a. Ev<strong>en</strong>tueel administratief nummer van Hoge Raad voor deze zaak<br />

b. Datum arrest<br />

7. Naam <strong>onder</strong>zoeker<br />

8. ZaaksOvJ <strong>en</strong> ev<strong>en</strong>tuele andere OvJ’s<br />

9. Teamleider politie<br />

10. PIT (regio)<br />

11. PIT-leider<br />

Het opsporings<strong>onder</strong>zoek (inclusief undercovertraject)<br />

12. Start- <strong>en</strong> einddatum<br />

13. Aanleiding opsporings<strong>onder</strong>zoek (rechtshulpverzoek, info uit ander<br />

opsporings<strong>onder</strong>zoek, CIE-informatie, tip, etc.)<br />

14. Relatie met andere opsporings<strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong> (bijvoorbeeld verdacht<strong>en</strong><br />

die ook in andere opsporings<strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong> voorkom<strong>en</strong>, of ‘uit <strong>onder</strong>zoek<br />

x kwam naar vor<strong>en</strong> dat…’)<br />

15. Ingezette opsporingsinstrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong><br />

a. B<strong>en</strong>oem de ingezette opsporingsinstrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> (alle, dus niet alle<strong>en</strong><br />

ucb’s) in de juiste volgorde; b<strong>en</strong>oem ook ev<strong>en</strong>tuele <strong>onder</strong>del<strong>en</strong> van<br />

het uc-traject waarvoor ge<strong>en</strong> toestemming is gegev<strong>en</strong> <strong>en</strong> die dus<br />

niet door zijn gegaan<br />

b. Begin- <strong>en</strong> einddatum (ook datum aanvraag van niet-goedgekeurde<br />

ucb’s) per opsporingsinstrum<strong>en</strong>t<br />

c. Resultat<strong>en</strong> per opsporingsinstrum<strong>en</strong>t (kort, bijv. ‘telefoontap: in<br />

kaart br<strong>en</strong>g<strong>en</strong> criminele <strong>en</strong> sociale contact<strong>en</strong> van hoofdverdachte x’;<br />

‘pk: pk van 10 kilo coke geslaagd <strong>en</strong> gevolgd door aanhouding’)


306 <strong>Opspor<strong>en</strong></strong> <strong>onder</strong> <strong>dekmantel</strong><br />

d. Verband/verhouding tuss<strong>en</strong> opsporingsinstrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> (bijv. ‘door<br />

telefoontap verkreeg opsporingsteam k<strong>en</strong>nis van voertuig dat<br />

hoofdverdachte gebruikt <strong>en</strong> dat vervolg<strong>en</strong>s voorzi<strong>en</strong> is van peilbak<strong>en</strong>’)<br />

e. Waarom heeft het opsporingsinstrum<strong>en</strong>t niet alle gew<strong>en</strong>ste resultat<strong>en</strong><br />

opgeleverd (bijv. ‘sluw’ gedrag verdachte)?<br />

Strafbare feit<strong>en</strong><br />

16. Welke (volg<strong>en</strong>s politie)<br />

17. Hoe word<strong>en</strong> ze gepleegd (bijv. ‘productie van XTC in Nederland <strong>en</strong> vervoer<br />

van XTC naar Duitsland via vakantiebuss<strong>en</strong>’; geef ook info over<br />

zak<strong>en</strong> als hoeveelhed<strong>en</strong>, duur van activiteit<strong>en</strong> etc.)<br />

Verdacht<strong>en</strong><br />

18. Hoofdverdacht<strong>en</strong>: naam, geboortedatum <strong>en</strong> -plaats, herkomst (wanneer<br />

dat niet uit geb.plaats blijkt), anteced<strong>en</strong>t<strong>en</strong>, andere k<strong>en</strong>merk<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

kwalificaties (hoe sluw <strong>en</strong> bedrev<strong>en</strong> zijn ze, hebb<strong>en</strong> ze specifieke vaardighed<strong>en</strong>,<br />

opleiding<strong>en</strong>, zijn ze erg gewelddadig etc.)<br />

19. Andere verdacht<strong>en</strong><br />

20. Ev<strong>en</strong>tuele andere lui rondom verdacht<strong>en</strong><br />

21. Is het e<strong>en</strong> criminele organisatie?<br />

22. Rolverdeling (wie zit er in de kern, wie in de periferie, welke tak<strong>en</strong> hebb<strong>en</strong><br />

de verdacht<strong>en</strong>)<br />

23. Sociale relaties, netwerk<strong>en</strong><br />

24. Reactie/teg<strong>en</strong>actie verdacht<strong>en</strong> op mogelijk teg<strong>en</strong> h<strong>en</strong> ingezette opsporingsmiddel<strong>en</strong><br />

– hoe reager<strong>en</strong> verdacht<strong>en</strong> op (mogelijke) inzet van<br />

opsporingsmiddel<strong>en</strong>? Hoe alert zijn ze <strong>en</strong> wat wordt er gedaan om zich<br />

te bescherm<strong>en</strong>? Bijv.:<br />

- Wordt er naar de aanwezigheid van afluisterapparatuur gezocht,<br />

wordt er in code gesprok<strong>en</strong>, wordt er heel vaak van telefoon gewisseld,<br />

wordt er bijna alle<strong>en</strong> face-to-face gesprok<strong>en</strong>?<br />

- Wordt het fysiek volg<strong>en</strong> van de verdachte moeilijk gemaakt?<br />

- Wat wordt er t.a.v. undercoverag<strong>en</strong>t <strong>onder</strong>nom<strong>en</strong>? Wordt hij bijv.<br />

gescre<strong>en</strong>d?<br />

- Wordt er richting andere criminel<strong>en</strong> of undercoverag<strong>en</strong>t gedreigd<br />

met geweld (of geweld gebruikt) om loyaliteit af te dwing<strong>en</strong>?


Inzet van undercovertraject<strong>en</strong><br />

Bijlage 3 307<br />

Plan van aanpak (voor het gehele undercovertraject; <strong>onder</strong> iedere vraag<br />

indi<strong>en</strong> nodig per undercoverbevoegdheid beschrijv<strong>en</strong>)<br />

25. Wat zijn de doel<strong>en</strong> van de undercoverbevoegdheid (bijv. bewijs vergar<strong>en</strong><br />

teg<strong>en</strong> ..., informatie verzamel<strong>en</strong> over…, zicht op strafbare<br />

feit<strong>en</strong>)?<br />

26. Wat is de red<strong>en</strong> dat de undercoverbevoegdheid (nu) wordt ingezet (bijv.<br />

fal<strong>en</strong> andere opsporingsinstrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong>, grote kans op succes die zich<br />

door e<strong>en</strong> bepaalde situatie voordoet)?<br />

27. Welke strategie(ën) word(t)(<strong>en</strong>) er voorgesteld in het plan – hoe gaat<br />

contact gelegd word<strong>en</strong>, hoe word<strong>en</strong> doel<strong>en</strong> bereikt, etc.<br />

28. Wat is de ‘cover’ <strong>en</strong> hoe is de cover opgebouwd of hoe moet de cover<br />

opgebouwd word<strong>en</strong>?<br />

29. Welke andere voorbereiding<strong>en</strong> zijn/word<strong>en</strong> er gedaan?<br />

30. Welke contact<strong>en</strong> <strong>en</strong>/of contactmogelijkhed<strong>en</strong> zijn er al met de<br />

verdacht<strong>en</strong> bij aanvang van de ucb (aard contact<strong>en</strong>, herkomst<br />

contact(mogelijkheid)?<br />

31. Word<strong>en</strong> er specifieke gevar<strong>en</strong> van tevor<strong>en</strong> b<strong>en</strong>oemd (bijv. dat verdachte<br />

erg achterdochtig <strong>en</strong> agressief is of anderszins)?<br />

32. Welke (soort van) informatie wordt gebruikt (<strong>en</strong> hoe) bij de te volg<strong>en</strong><br />

strategie van de ucb (in het plan), zoals info uit andere opsporingsinstrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong><br />

(bijv. over plaats<strong>en</strong> waar verdachte regelmatig komt of over<br />

hobby’s)?<br />

33. Word<strong>en</strong> er specifieke vaardighed<strong>en</strong> of kwaliteit<strong>en</strong> van de undercoverag<strong>en</strong>t<br />

gevraagd?<br />

34. Word<strong>en</strong> er specifieke veiligheidsmaatregel<strong>en</strong> g<strong>en</strong>om<strong>en</strong> (bijv. observatie)?<br />

35. Wordt er sam<strong>en</strong>gewerkt met of is de <strong>uitvoering</strong> van het uc-traject<br />

afhankelijk van (de inzet van) andere opsporingshandeling<strong>en</strong><br />

(gebruik opsporingsinstrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong>, andere opsporingsinstanties of<br />

-ambt<strong>en</strong>ar<strong>en</strong>)<br />

36. Wordt de inzet voorzi<strong>en</strong> van buit<strong>en</strong>landse undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong>?<br />

37. Wordt (er ook) op e<strong>en</strong> andere manier sam<strong>en</strong>gewerkt met buit<strong>en</strong>landse<br />

opsporingsinstanties?<br />

38. Planning/fasering in de tijd van het uc-traject


308 <strong>Opspor<strong>en</strong></strong> <strong>onder</strong> <strong>dekmantel</strong><br />

Inzet van undercovertraject<strong>en</strong><br />

Daadwerkelijke <strong>uitvoering</strong> (voor het gehele undercovertraject; per<br />

undercovertraject beschrijv<strong>en</strong> (idem als bij plan van aanpak))<br />

Hoe verloopt het undercovertraject in de praktijk (beschrijf het traject op<br />

hoofdlijn<strong>en</strong>, ook in relatie tot het plan van aanpak)? o.a.:<br />

39. Hoe is eerste contact tot stand gekom<strong>en</strong> (waar/hoe/was het makkelijk<br />

of juist heel moeilijk, ging<strong>en</strong> er veel mislukte contactpoging<strong>en</strong> aan<br />

vooraf)?<br />

40. Hoe veel contact<strong>en</strong> zijn er in totaal geweest? En hoe lang duurd<strong>en</strong> die<br />

ongeveer? Hoeveel mislukte contactpoging<strong>en</strong> zijn er geweest?<br />

41. Wat valt er verder te zegg<strong>en</strong> over de int<strong>en</strong>siteit van het traject?<br />

42. Welke (criminele <strong>en</strong> overige (sociale)) activiteit<strong>en</strong> zijn door de undercoverag<strong>en</strong>t<br />

sam<strong>en</strong> met de verdachte(<strong>en</strong>) of t<strong>en</strong> behoeve van de verdacht<strong>en</strong><br />

<strong>onder</strong>nom<strong>en</strong>?<br />

43. Wat voor indruk maakt de undercoverag<strong>en</strong>t op de verdacht<strong>en</strong>/hoe<br />

reager<strong>en</strong> ze op hem (vertrouw<strong>en</strong> ze hem)/wat voor relatie heeft undercoverag<strong>en</strong>t<br />

met de verdacht<strong>en</strong>?<br />

44. Verloopt het uc-traject zoals volg<strong>en</strong>s, wat betreft:<br />

a. Legg<strong>en</strong> van contact?<br />

b. Tred<strong>en</strong> de risico’s zoals vooraf ingeschat ook op?<br />

c. Zijn de specifieke vaardighed<strong>en</strong> ook nodig <strong>en</strong> voldoet de undercoverag<strong>en</strong>t<br />

in dat opzicht?<br />

d. Hoe verloopt de sam<strong>en</strong>werking met/afhankelijkheid van (de inzet<br />

van) andere opsporingshandeling<strong>en</strong> (gebruik opsporingsinstrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong>,<br />

andere opsporingsinstanties of -ambt<strong>en</strong>ar<strong>en</strong>)?<br />

e. Hoe verloopt de sam<strong>en</strong>werking met buit<strong>en</strong>landse undercoverag<strong>en</strong>t<strong>en</strong>/instanties?<br />

f. Wat voor info komt er uit het undercovertraject naar vor<strong>en</strong> (welke<br />

informatie inhoudelijk <strong>en</strong> is dat volg<strong>en</strong>s plan)?<br />

g. Overig?<br />

45. Welke problem<strong>en</strong> do<strong>en</strong> zich voor?<br />

46. Zijn er onverwachte ontwikkeling<strong>en</strong>?<br />

47. Kom<strong>en</strong> er tijd<strong>en</strong>s het traject nieuwe person<strong>en</strong> (verdacht<strong>en</strong> of ander<strong>en</strong>)<br />

in beeld?<br />

48. Wisselwerking met andere opsporingsinstrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> die tijd<strong>en</strong>s het<br />

undercovertraject word<strong>en</strong> ingezet.<br />

a. Informatie afkomstig uit uc-traject die voor inzet andere opsporingsinstrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong><br />

wordt gebruikt (bijv. nummer van mobiel<br />

waarop tap wordt gezet)?


. Informatie uit andere opsporingsinstrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> die voor undercovertraject<br />

wordt gebruikt (bijv. informatie over criminele bezighed<strong>en</strong>)?<br />

c. Heeft het undercovertraject e<strong>en</strong> risico gevormd voor de inzet van<br />

andere opsporingsinstrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> <strong>en</strong> heeft de inzet van andere<br />

opsporingsinstrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> e<strong>en</strong> risico gevormd voor het undercovertraject?<br />

d. Als er pk/pd is ingezet tijd<strong>en</strong>s e<strong>en</strong> IF-traject, wat was de plaats van<br />

die pk/pd in het IF-traject (hoe lang liep het IF-traject al, hoe moeilijk/makkelijk<br />

was het om tijd<strong>en</strong>s de IF tot e<strong>en</strong> pk/pd te kom<strong>en</strong>, hoe<br />

belangrijk (nodig) was de IF om tot de pk/pd te kom<strong>en</strong>)?<br />

Afloop van het opsporings<strong>onder</strong>zoek<br />

49. Hoe is de zaak afgelop<strong>en</strong> (bijv. aanhouding<strong>en</strong>, doodgebloed)?<br />

50. Als er aanhouding<strong>en</strong> zijn verricht, welke verdacht<strong>en</strong> zijn wanneer<br />

aangehoud<strong>en</strong>?<br />

Resultat<strong>en</strong> van het opsporings<strong>onder</strong>zoek<br />

Bijlage 3 309<br />

Voor opsporing/vervolging<br />

51. Als er aanhouding<strong>en</strong> zijn verricht, beschrijf ev<strong>en</strong>tuele bijdrage van het<br />

(gehele) uc-traject (heeft pk bijv. tot aanhouding geleid?; heeft informatie<br />

uit IF of SI e<strong>en</strong> rol gespeeld?). Als ge<strong>en</strong> undercovertraject of ge<strong>en</strong><br />

bijdrage van uc-traject, beschrijf hoe <strong>en</strong> welke andere opsporingsinstrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong><br />

tot aanhouding hebb<strong>en</strong> geleid.<br />

Alle<strong>en</strong> als undercovertraject ingezet<br />

52. Welke overige resultat<strong>en</strong> had het undercovertraject voor de opsporing/<br />

vervolging (voor het gehele undercovertraject; steeds duidelijk mak<strong>en</strong><br />

om welke undercoverbevoegdheid het gaat)? Het gaat hier o.a. om:<br />

a. sturingsinfo te gebruik<strong>en</strong> voor andere opsporingsinstrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong><br />

(bijv. nummers waarop getapt kan word<strong>en</strong>, informatie waardoor<br />

tapgesprekk<strong>en</strong> beter te begrijp<strong>en</strong> zijn etc.);<br />

b. het in beeld kom<strong>en</strong> van nieuwe verdacht<strong>en</strong>;<br />

c. het (direct/indirect) gebruik<strong>en</strong> van informatie uit het uc-traject<br />

tijd<strong>en</strong>s verhor<strong>en</strong>; <strong>en</strong> hoe reageert verdachte(<strong>en</strong>) daarop?);<br />

d. het verkrijg<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> beter zicht op de aard van de criminele activiteit<strong>en</strong><br />

of er juist achterkom<strong>en</strong> dat e<strong>en</strong> delict of de dreiging van e<strong>en</strong><br />

delict niet reëel is (bijvoorbeeld e<strong>en</strong> voorg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> aanslag blijkt in<br />

het uc-traject niet plaats te gaan vind<strong>en</strong>);<br />

e. het verkrijg<strong>en</strong> van informatie t<strong>en</strong> behoeve van andere opsporings<strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong>;


310 <strong>Opspor<strong>en</strong></strong> <strong>onder</strong> <strong>dekmantel</strong><br />

f. het verkrijg<strong>en</strong> van informatie die opsporing in het algeme<strong>en</strong> t<strong>en</strong><br />

goede kan kom<strong>en</strong> (‘spin-off’), bijvoorbeeld zicht op e<strong>en</strong> bepaalde<br />

manier van operer<strong>en</strong> door criminel<strong>en</strong> (bijv. e<strong>en</strong> nieuwe smokkelmethode<br />

of e<strong>en</strong> tot dan onbek<strong>en</strong>de methode die criminel<strong>en</strong> gebruik<strong>en</strong><br />

om afgeschermd met elkaar te kunn<strong>en</strong> communicer<strong>en</strong>.<br />

Voor berechting (bewijsvoering <strong>en</strong> bewijsverklaring)<br />

53. Is zaak voor rechter geweest? Of is zaak geseponeerd?<br />

a. Als voor rechter geweest dan op 1e blad rechterlijke gegev<strong>en</strong>s<br />

no ter<strong>en</strong> (datum vonnis, ‘rolnummers’ <strong>en</strong> ev<strong>en</strong>tueel andere nummers;<br />

zowel voor rechtbank als hof <strong>en</strong> HR).<br />

b. Als sepot, dan red<strong>en</strong> sepot aangev<strong>en</strong> (waarschijnlijk zelfde als<br />

afloop zaak?)<br />

Als niet voor rechter geweest, ga dan naar 86.<br />

54. Welke verdacht<strong>en</strong> zijn voor rechter gebracht? Zijn alle hoofdverdacht<strong>en</strong><br />

die oorspronkelijk het <strong>onder</strong>werp van <strong>onder</strong>zoek war<strong>en</strong> gedagvaard<br />

of is verdere vervolging bij e<strong>en</strong> aantal van h<strong>en</strong> nagelat<strong>en</strong>, <strong>en</strong> zo ja<br />

waarom?<br />

55. T<strong>en</strong>lastelegging (delict<strong>en</strong> <strong>en</strong> artikel<strong>en</strong>), eis <strong>en</strong> uitspraak per verdachte<br />

(met motivering).<br />

56. Als ge<strong>en</strong> undercovertraject of ge<strong>en</strong> bijdrage van undercovertraject aan<br />

vonnis, beschrijf hoe <strong>en</strong> welke andere opsporingsinstrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> tot<br />

vonnis hebb<strong>en</strong> geleid.<br />

Alle<strong>en</strong> als UCB ingezet<br />

57. Welke informatie uit uc-traject (pk/pd, andere info uit uc-traject) is<br />

voor bewijsvoering gebruikt <strong>en</strong> hoe (<strong>en</strong> hoe belangrijk was het)?<br />

58. Welke informatie uit uc-traject (pk/pd, andere info uit uc-traject) is<br />

voor bewez<strong>en</strong>verklaring gebruikt <strong>en</strong> hoe (<strong>en</strong> hoe belangrijk was het)?<br />

59. Is door de verdediging ingegaan op het uc-traject <strong>en</strong> zo ja hoe (bijv.<br />

wat betreft Tallon-criterium of andere rechtmatigheidsaspect<strong>en</strong> of<br />

anderszins)?<br />

60. Hoe heeft rechter daarop gereageerd?<br />

61. Heeft rechter zich verder nog uitgelat<strong>en</strong> over het uc-traject (bijv. wat<br />

betreft subsid., proport., Tallon, of anderszins)?<br />

62. Is door verdediging geprobeerd getuig<strong>en</strong> op te roep<strong>en</strong> (tijd<strong>en</strong>s zitting<br />

of bij rechter-commissaris) om verklaring af te legg<strong>en</strong> over uc-traject<br />

(bijv. de undercoverag<strong>en</strong>t of andere politiefunctionariss<strong>en</strong>)? Zo ja<br />

(<strong>onder</strong>scheid mak<strong>en</strong> naar ev<strong>en</strong>tuele meerdere getuig<strong>en</strong>):<br />

a. Wat was de red<strong>en</strong> om hem/h<strong>en</strong> op te roep<strong>en</strong>?<br />

b. Is dat ook gebeurd of is dat niet gehonoreerd (<strong>en</strong> waarom niet)?<br />

c. Wie is/zijn er opgeroep<strong>en</strong>?<br />

d. Hoe (als gewone getuige, bedreigde getuige, anonieme getuige)?


e. Wat kwam daar uit (uit de oproep; wat werd er globaal gevraagd <strong>en</strong><br />

geantwoord; geef ook aan waarom de getuige ev<strong>en</strong>tueel ge<strong>en</strong> antwoord<br />

wil gev<strong>en</strong> op bepaalde vrag<strong>en</strong>)?<br />

Bijlage 3 311<br />

63. Zijn door de rechtbank op eig<strong>en</strong> initiatief getuig<strong>en</strong> opgeroep<strong>en</strong> (tijd<strong>en</strong>s<br />

zitting of bij rechter-commissaris) om verklaring af te legg<strong>en</strong> over uctraject<br />

(bijv. de undercoverag<strong>en</strong>t of andere politiefunctionariss<strong>en</strong>)? Zo<br />

ja (<strong>onder</strong>scheid mak<strong>en</strong> naar ev<strong>en</strong>tuele meerdere getuig<strong>en</strong>):<br />

a. Wat was de red<strong>en</strong> om hem/h<strong>en</strong> op te roep<strong>en</strong>?<br />

b. Wie is/zijn er opgeroep<strong>en</strong>?<br />

c. Hoe (als gewone getuige, bedreigde getuige, anonieme getuige)?<br />

d. Wat kwam daar uit (uit de oproep; wat werd er globaal gevraagd <strong>en</strong><br />

geantwoord; geef ook aan waarom de getuige ev<strong>en</strong>tueel ge<strong>en</strong> antwoord<br />

wil gev<strong>en</strong> op bepaalde vrag<strong>en</strong>)?<br />

64. Zijn de opgemaakte verbal<strong>en</strong> tijd<strong>en</strong>s het uc-traject aan de orde gesteld<br />

tijd<strong>en</strong>s de zitting?<br />

65. Zijn audio-/video-opnam<strong>en</strong> van uc-traject aan orde gekom<strong>en</strong><br />

(bekek<strong>en</strong>/beluisterd) tijd<strong>en</strong>s zitting? Zo ja, wat kwam daar uit?<br />

66. Ev<strong>en</strong>tuele andere informatie/opmerking<strong>en</strong> uit rechtsgang/vonnis met<br />

betrekking tot uc-traject.<br />

67. Is er hoger beroep bij e<strong>en</strong> gerechtshof geweest (zo ja vul gegev<strong>en</strong>s op 1 e<br />

blad in)? Zo nee, ga naar 85.<br />

68. Door wie is hoger beroep ingesteld (OM of verdachte – welke verdacht<strong>en</strong>)?<br />

69. Is de uitspraak al geweest <strong>en</strong> zo ja wat was de uitspraak per verdachte?<br />

a. Gehele/gedeeltelijke overneming/vernietiging van het vonnis.<br />

b. Op welke grond<strong>en</strong>; ga vooral in op die del<strong>en</strong> van de uitspraak van<br />

het hof die betrekking hebb<strong>en</strong> op undercovertraject<strong>en</strong>.<br />

70. Als ge<strong>en</strong> uc-traject of ge<strong>en</strong> bijdrage van uc-traject aan vonnis, beschrijf<br />

op welke punt<strong>en</strong> de uitspraak van het hof afwijkt van het vonnis in<br />

eerste aanleg met betrekking tot de bewijskracht van de gebruikte<br />

opsporingsinstrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong>.<br />

Alle<strong>en</strong> als undercovertraject ingezet<br />

71. Welke info uit uc-traject (pk/pd, andere info uit uc-traject) is voor<br />

bewez<strong>en</strong>verklaring gebruikt <strong>en</strong> hoe (<strong>en</strong> hoe belangrijk was het)?;<br />

– beschrijf dit in term<strong>en</strong> van afwijking van/overe<strong>en</strong>komst met het vonnis<br />

in eerste aanleg.<br />

72. Is door de verdediging ingegaan op het uc-traject <strong>en</strong> zo ja hoe (bijv.<br />

wat betreft Tallon-criterium of andere rechtmatigheidsaspect<strong>en</strong> of<br />

anderszins)?; – beschrijf dit in term<strong>en</strong> van afwijking van/overe<strong>en</strong>komst<br />

met het vonnis in eerste aanleg.<br />

73. Hoe heeft het hof daarop gereageerd?; – beschrijf dit in term<strong>en</strong> van<br />

afwijking van/overe<strong>en</strong>komst met het vonnis in eerste aanleg.


312 <strong>Opspor<strong>en</strong></strong> <strong>onder</strong> <strong>dekmantel</strong><br />

74. Heeft het hof zich verder nog uitgelat<strong>en</strong> over het uc-traject (bijv.<br />

wat betreft subsidiariteit, proportionaliteit, Tallon, of anderszins)?;<br />

– beschrijf dit in term<strong>en</strong> van afwijking van/overe<strong>en</strong>komst met het vonnis<br />

in eerste aanleg.<br />

75. Is door verdediging geprobeerd getuig<strong>en</strong> op te roep<strong>en</strong> (tijd<strong>en</strong>s zitting<br />

of bij rechter-commissaris) om verklaring af te legg<strong>en</strong> over uc-traject<br />

(bijv. de undercoverag<strong>en</strong>t of andere politiefunctionariss<strong>en</strong>)? Zo ja<br />

(<strong>onder</strong>scheid mak<strong>en</strong> naar ev<strong>en</strong>tuele meerdere getuig<strong>en</strong>):<br />

a. Wat was de red<strong>en</strong> om hem/h<strong>en</strong> op te roep<strong>en</strong>?<br />

b. Is dat ook gebeurd of is dat niet gehonoreerd (<strong>en</strong> waarom niet)?<br />

c. Wie is/zijn er opgeroep<strong>en</strong>?<br />

d. Hoe (als gewone getuige, bedreigde getuige, anonieme getuige)?<br />

e. Wat kwam daar uit (uit de oproep; wat werd er globaal gevraagd <strong>en</strong><br />

geantwoord; geef ook aan waarom de getuige ev<strong>en</strong>tueel ge<strong>en</strong> antwoord<br />

wil gev<strong>en</strong> op bepaalde vrag<strong>en</strong>)?<br />

76. Zijn door hof op eig<strong>en</strong> initiatief getuig<strong>en</strong> opgeroep<strong>en</strong> (tijd<strong>en</strong>s zitting<br />

of bij rechter-commissaris) om verklaring af te legg<strong>en</strong> over uc-traject<br />

(bijv. de undercoverag<strong>en</strong>t of andere politiefunctionariss<strong>en</strong>)? Zo ja<br />

(<strong>onder</strong>scheid mak<strong>en</strong> naar ev<strong>en</strong>tuele meerdere getuig<strong>en</strong>):<br />

a. Wat was de red<strong>en</strong> om hem/h<strong>en</strong> op te roep<strong>en</strong>?<br />

b. Wie is/zijn er opgeroep<strong>en</strong>?<br />

c. Hoe (als gewone getuige, bedreigde getuige, anonieme getuige)?<br />

d. Wat kwam daar uit (uit de oproep; wat werd er globaal gevraagd <strong>en</strong><br />

geantwoord; geef ook aan waarom de getuige ev<strong>en</strong>tueel ge<strong>en</strong> antwoord<br />

wil gev<strong>en</strong> op bepaalde vrag<strong>en</strong>)?<br />

77. Zijn de opgemaakte verbal<strong>en</strong> tijd<strong>en</strong>s het uc-traject aan de orde gesteld<br />

tijd<strong>en</strong>s de zitting?<br />

78. Zijn audio-/video-opnam<strong>en</strong> van uc-traject aan orde gekom<strong>en</strong><br />

(bekek<strong>en</strong>/beluisterd) tijd<strong>en</strong>s zitting? Zo ja, wat kwam daar uit?<br />

79. Ev<strong>en</strong>tuele andere informatie/opmerking<strong>en</strong> uit rechtsgang/vonnis met<br />

betrekking tot uc-traject; – beschrijf dit in term<strong>en</strong> van afwijking van/<br />

overe<strong>en</strong>komst met het vonnis in eerste aanleg.<br />

80. Is er cassatie ingesteld (zo ja vul gegev<strong>en</strong>s op 1e blad in)? Zo nee, ga<br />

naar 85.<br />

81. Door wie is cassatie ingesteld (OM of verdachte – welke verdacht<strong>en</strong>)?<br />

82. Wat was de grond voor cassatie <strong>en</strong> had e<strong>en</strong> of meer grond<strong>en</strong> van de<br />

cassatie betrekking op het uc-traject?<br />

83. Wat was de uitspraak van de HR?<br />

84. Als er ucb’s zijn ingezet, is daar dan door de Hoge Raad op ingegaan?<br />

85. Is de zaak uitgeprocedeerd (wanneer beroeps- of cassatietermijn voorbij<br />

is of wanneer zaak bij Hoge Raad is geweest)?<br />

Resultat<strong>en</strong> in relatie tot de vooraf gestelde doel<strong>en</strong><br />

86. In welke mate zijn de vooraf gestelde doel<strong>en</strong> van het uc-traject behaald<br />

(ook invull<strong>en</strong> als ge<strong>en</strong> undercovertraject ingezet)?


Bijlage 3 313<br />

87. Als de doel<strong>en</strong> bijv. ‘verkrijg<strong>en</strong> zicht op strafbare feit<strong>en</strong>’ <strong>en</strong>/of ‘verzamel<strong>en</strong><br />

bewijs’ war<strong>en</strong>, beschrijf dan welk zicht precies is verkreg<strong>en</strong> <strong>en</strong> welk<br />

bewijs.<br />

88. Als er wel e<strong>en</strong> undercovertraject is ingezet dan duidelijk aangev<strong>en</strong><br />

wat te dank<strong>en</strong> was aan het traject <strong>en</strong> wat te dank<strong>en</strong> was aan andere<br />

opsporingsinstrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong>. Als er ge<strong>en</strong> undercovertraject is ingezet, dan<br />

aangev<strong>en</strong> met welke opsporingsinstrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> welke doel<strong>en</strong> (van de<br />

doel<strong>en</strong> die m<strong>en</strong> oorspronkelijk stelde bij de voorg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> inzet van het<br />

undercovertraject) zijn bereikt.<br />

Ev<strong>en</strong>tuele overige opbr<strong>en</strong>gst<strong>en</strong><br />

Alle<strong>en</strong> als undercovertraject ingezet<br />

89. Zijn er andere opbr<strong>en</strong>gst<strong>en</strong> van de inzet van het undercovertraject?<br />

Negatieve opbr<strong>en</strong>gst<strong>en</strong>, gerealiseerde risico’s<br />

Alle<strong>en</strong> als undercovertraject ingezet<br />

90. Zijn er ook negatieve opbr<strong>en</strong>gst<strong>en</strong> van de inzet van het undercovertraject?<br />

91. Afbreukrisico’s voor ingezette undercovertraject/andere opsporingsinstrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong>.<br />

Faal- <strong>en</strong> succesfactor<strong>en</strong><br />

Alle<strong>en</strong> als undercovertraject ingezet<br />

92. Welke factor<strong>en</strong> zijn van invloed geweest op de afloop van het uc-traject<br />

(<strong>en</strong> hoe)? Geef duidelijk aan van wie deze interpretatie dit is (de <strong>onder</strong>zoeker<br />

zelf, OvJ, politie). D<strong>en</strong>k hierbij aan:<br />

a. gedrag verdacht<strong>en</strong>;<br />

b. sam<strong>en</strong>werking met andere (binn<strong>en</strong>- of buit<strong>en</strong>landse opsporingsinstanties);<br />

c. operer<strong>en</strong> door undercoverag<strong>en</strong>t of andere bij de opsporing<br />

betrokk<strong>en</strong> person<strong>en</strong>;<br />

d. overbodig word<strong>en</strong> uc-traject door bijv. ‘goud<strong>en</strong>’ informatie in<br />

getapte gesprekk<strong>en</strong>;<br />

e. specifieke omstandighed<strong>en</strong>.


Bijlage 4<br />

Gebruikte checklist interviews<br />

Hier<strong>onder</strong> zijn op hoofdlijn<strong>en</strong> de <strong>onder</strong>werp<strong>en</strong> weergegev<strong>en</strong> die in de<br />

verschill<strong>en</strong>de interviews aan de orde zijn gekom<strong>en</strong>. In ieder afz<strong>onder</strong>lijk<br />

interview zijn echter alle<strong>en</strong> die <strong>onder</strong>werp<strong>en</strong> besprok<strong>en</strong> die voor de<br />

betreff<strong>en</strong>de respond<strong>en</strong>t van toepassing war<strong>en</strong>.<br />

Introductie<br />

• <strong>WODC</strong>-<strong>onder</strong>zoek.<br />

• Inhoud interview (zaaksspecifiek, algeme<strong>en</strong>).<br />

• Functie/rol respond<strong>en</strong>t (teamleider PIT; overig), vooral in relatie tot de<br />

inzet van undercoverbevoegdhed<strong>en</strong>.<br />

De keuze voor het inzett<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> undercoverbevoegdheid<br />

• Bij welke soort<strong>en</strong> van misdrijv<strong>en</strong> word<strong>en</strong> de drie respectievelijke undercoverbevoegdhed<strong>en</strong><br />

vooral ingezet?<br />

• Zijn er specifieke omstandighed<strong>en</strong> waar<strong>onder</strong> juist wel of juist niet voor<br />

de inzet van e<strong>en</strong> (bepaalde) undercoverbevoegdheid wordt gekoz<strong>en</strong>?<br />

Bijvoorbeeld omstandighed<strong>en</strong> die sam<strong>en</strong>hang<strong>en</strong> met:<br />

- het soort misdrijf;<br />

- de verdacht<strong>en</strong>;<br />

- de reeds verzamelde opsporingsinformatie.<br />

• Wanneer – op welk mom<strong>en</strong>t in het opsporings<strong>onder</strong>zoek – wordt er voor<br />

e<strong>en</strong> undercoverbevoegdheid gekoz<strong>en</strong> (ultimum remedium of al veel<br />

eerder)?<br />

• Wat zijn meestal de belangrijkste red<strong>en</strong><strong>en</strong> om e<strong>en</strong> undercoverbevoegdheid<br />

in te zett<strong>en</strong>?<br />

• Wat zijn meestal de doel<strong>en</strong> van de inzet van undercoverbevoegdhed<strong>en</strong>?<br />

• Is er voldo<strong>en</strong>de aanbod door PIT’s/LIT om aan de vraag naar de inzet<br />

van undercoverbevoegdhed<strong>en</strong> te voldo<strong>en</strong>?<br />

• Wie bepaalt de prioriteit van aanvrag<strong>en</strong> als de vraag groter is dan het<br />

aanbod?<br />

Rolverdeling infiltratieteam – regiopolitie/NR – OvJ<br />

• Hoe is de rolverdeling wat betreft opstell<strong>en</strong> plan van aanpak <strong>en</strong> daadwerkelijke<br />

<strong>uitvoering</strong>?


Toetsing van de voorg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> inzet van undercovertraject<strong>en</strong> (alle<strong>en</strong><br />

voor de CTC)<br />

• Rol CTC.<br />

• Ontwikkeling van voorgelegde zak<strong>en</strong>.<br />

• Procedures (normale <strong>en</strong> spoedtoetsing).<br />

• Afgelegde toetsing<strong>en</strong> voordat zaak bij CTC komt.<br />

• Inhoud/aard toetsing.<br />

• Uitkomst<strong>en</strong> toetsing; red<strong>en</strong><strong>en</strong> afwijzing<strong>en</strong>.<br />

• Tuss<strong>en</strong>tijdse beoordeling<strong>en</strong>. Belangrijkste red<strong>en</strong><strong>en</strong> om tuss<strong>en</strong>tijds te<br />

stopp<strong>en</strong>.<br />

• (Overige) betrokk<strong>en</strong>heid CTC/CvPG’s tijd<strong>en</strong>s undercovertraject<strong>en</strong>.<br />

• Gr<strong>en</strong>s tuss<strong>en</strong> combinatie van SI <strong>en</strong> PK/PD <strong>en</strong>erzijds <strong>en</strong> IF anderzijds –<br />

opsporingspraktijk op dit punt?<br />

• Gedachtevorming binn<strong>en</strong> CTC/CvPG’s over het gebruik van undercoverbevoegdhed<strong>en</strong>.<br />

Uitvoering<br />

Bijlage 4 315<br />

• Wordt er altijd bij e<strong>en</strong> inzet van e<strong>en</strong> undercoverbevoegdheid e<strong>en</strong> plan<br />

van aanpak gemaakt?<br />

• Komt het vaak voor dat de feitelijke <strong>uitvoering</strong> van e<strong>en</strong> undercovertraject<br />

afwijkt van het plan van aanpak? Op welke punt<strong>en</strong> vooral?<br />

• Waar hangt de keuze voor de wijze waarop het eerste contact moet<br />

plaatsvind<strong>en</strong> vanaf?<br />

• Komt het voor dat het legg<strong>en</strong> van contact helemaal niet lukt? Hoe vaak?<br />

Hoe komt dat?<br />

• Kunn<strong>en</strong> alle led<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> PIT voor alle opdracht<strong>en</strong> word<strong>en</strong> ingeschakeld<br />

of bestaan er specialism<strong>en</strong>?<br />

• Komt het vaak voor dat criminel<strong>en</strong> teg<strong>en</strong>maatregel<strong>en</strong> nem<strong>en</strong>, dat wil<br />

zegg<strong>en</strong> maatregel<strong>en</strong> die binn<strong>en</strong>dringing in hun milieu (door politieambt<strong>en</strong>ar<strong>en</strong>)<br />

moet<strong>en</strong> teg<strong>en</strong>gaan?<br />

• Zijn er vaste mom<strong>en</strong>t<strong>en</strong> waarop de uitvoer<strong>en</strong>de led<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> PIT contact<br />

hebb<strong>en</strong> met hun begeleider? Welke zijn dat?<br />

• Wat wordt er allemaal geverbaliseerd?<br />

• In welke mate hebb<strong>en</strong> de uitvoer<strong>en</strong>de led<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> infiltratieteam<br />

tijd<strong>en</strong>s e<strong>en</strong> undercovertraject vrijheid van handel<strong>en</strong>? Welke marges<br />

geld<strong>en</strong> er?<br />

• Wat zijn al met al, vanuit het perspectief van de opsporing, de belangrijkste<br />

problem<strong>en</strong> die zich tijd<strong>en</strong>s e<strong>en</strong> undercovertraject kunn<strong>en</strong> voordo<strong>en</strong>?


316 <strong>Opspor<strong>en</strong></strong> <strong>onder</strong> <strong>dekmantel</strong><br />

Verhouding SI/PK/PD/IF<br />

• Is er e<strong>en</strong> duidelijke, heldere gr<strong>en</strong>s tuss<strong>en</strong> SI <strong>en</strong> PK/PD <strong>en</strong>erzijds <strong>en</strong> IF<br />

anderzijds?<br />

• Mate van ‘ingrijp<strong>en</strong>dheid’ van de respectievelijke undercoverbevoegdhed<strong>en</strong>.<br />

Interregionale <strong>en</strong> internationale sam<strong>en</strong>werking<br />

• Hoe belangrijk is de interregionale <strong>en</strong> internationale sam<strong>en</strong>werking<br />

tuss<strong>en</strong> infiltratieteams?<br />

• Op welke manier<strong>en</strong> wordt er sam<strong>en</strong>gewerkt?<br />

• Omvang sam<strong>en</strong>werking.<br />

• Hoe verloopt de sam<strong>en</strong>werking met het buit<strong>en</strong>land? Word<strong>en</strong> gemaakte<br />

afsprak<strong>en</strong> altijd nagekom<strong>en</strong>?<br />

Inzet van burgers<br />

• Frequ<strong>en</strong>tie inzet van burgers <strong>en</strong> opsporingsambt<strong>en</strong>ar<strong>en</strong> die niet bij e<strong>en</strong><br />

infiltratieteam werk<strong>en</strong> bij SI, PK/PD <strong>en</strong> IF.<br />

• Red<strong>en</strong><strong>en</strong> waarom burgers <strong>en</strong> opsporingsambt<strong>en</strong>ar<strong>en</strong> die niet bij e<strong>en</strong><br />

infiltratieteam werk<strong>en</strong> wel/niet word<strong>en</strong> ingezet.<br />

• Ontwikkeling<strong>en</strong> in aanbod van <strong>en</strong> behoefte aan (criminele) burgers <strong>en</strong><br />

opsporingsambt<strong>en</strong>ar<strong>en</strong> die niet bij e<strong>en</strong> infiltratieteam werk<strong>en</strong>.<br />

Wisselwerking undercoverbevoegdhed<strong>en</strong> – andere<br />

opsporingsinstrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong> <strong>en</strong> opsporingsambt<strong>en</strong>ar<strong>en</strong><br />

• Hoe verloopt in het algeme<strong>en</strong> de sam<strong>en</strong>werking tuss<strong>en</strong> het infiltratieteam<br />

<strong>en</strong> de overige politie<strong>onder</strong>del<strong>en</strong> die bij e<strong>en</strong> concreet opsporings<strong>onder</strong>zoek<br />

betrokk<strong>en</strong> zijn?<br />

Werving <strong>en</strong> opleiding<br />

• Hoe verloopt de werving van nieuw personeel?<br />

• Belangrijkste criteria waar nieuw personeel aan moet voldo<strong>en</strong>.<br />

• Vraag-aanbod kandidat<strong>en</strong>: is er voldo<strong>en</strong>de aanbod van kandidat<strong>en</strong><br />

(zowel kwantitatief als kwalitatief)?<br />

• Vall<strong>en</strong> er veel m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> af tijd<strong>en</strong>s de opleiding?


Opbr<strong>en</strong>gst<strong>en</strong> van undercoverbevoegdhed<strong>en</strong> aan opsporing/vervolging<br />

<strong>en</strong> berechting<br />

Bijlage 4 317<br />

• Word<strong>en</strong> de doel<strong>en</strong> die vooraf zijn gesteld doorgaans gehaald? Als ze niet<br />

gehaald word<strong>en</strong>, waar ligt dat dan aan?<br />

• Waar ligg<strong>en</strong> naar uw m<strong>en</strong>ing de belangrijkste opbr<strong>en</strong>gst<strong>en</strong> van undercoverbevoegdhed<strong>en</strong>?<br />

• Kunt u voorbeeld<strong>en</strong> gev<strong>en</strong> van succesvolle <strong>en</strong> niet-succesvolle zak<strong>en</strong>?<br />

• Wat war<strong>en</strong> de belangrijkste faal- <strong>en</strong> succesfactor<strong>en</strong> in deze zak<strong>en</strong>?<br />

• K<strong>en</strong>t u (andere) voorbeeld<strong>en</strong> van zak<strong>en</strong> waarin resultat<strong>en</strong> zijn behaald<br />

met de inzet van undercoverbevoegdhed<strong>en</strong> die met andere opsporingsinstrum<strong>en</strong>t<strong>en</strong><br />

niet of veel moeilijker zoud<strong>en</strong> zijn behaald?<br />

• Wil de verdediging of de rechtbank ingezette infiltrant<strong>en</strong> vaak hor<strong>en</strong>?<br />

Levert dat problem<strong>en</strong> op?<br />

Risico’s van de inzet van undercoverbevoegdhed<strong>en</strong><br />

• In de wetsgeschied<strong>en</strong>is <strong>en</strong> in de literatuur word<strong>en</strong> verschill<strong>en</strong>de risico’s<br />

<strong>en</strong> gevar<strong>en</strong> van het werk<strong>en</strong> <strong>onder</strong> <strong>dekmantel</strong> <strong>onder</strong>scheid<strong>en</strong>. Hoe groot<br />

zijn deze risico’s vindt u – bestaan ze alle<strong>en</strong> op papier of zijn ze juist<br />

heel reëel?<br />

• Zijn er ook andere risico’s of andere specifieke met undercoverbevoegdhed<strong>en</strong><br />

verbond<strong>en</strong> problem<strong>en</strong> – bijvoorbeeld wat betreft medewerking<br />

van instanties (verl<strong>en</strong><strong>en</strong> id<strong>en</strong>titeit<strong>en</strong>)?<br />

• Kunt u praktijkvoorbeeld<strong>en</strong> gev<strong>en</strong> van situaties waarin zich deze risico’s<br />

voorded<strong>en</strong>?<br />

• Wat voor (voorzorgs)maatregel<strong>en</strong> word<strong>en</strong> er getroff<strong>en</strong> om de risico’s te<br />

minimaliser<strong>en</strong>?<br />

Faal-/succesfactor<strong>en</strong><br />

• Als u kijkt naar zak<strong>en</strong> waarin undercoverbevoegdhed<strong>en</strong> succesvol zijn<br />

ingezet, wat war<strong>en</strong> dan de belangrijkste factor<strong>en</strong> of omstandighed<strong>en</strong><br />

die aan dat succes hebb<strong>en</strong> bijgedrag<strong>en</strong>?<br />

• Zoud<strong>en</strong> undercoverbevoegdhed<strong>en</strong> vaker of juist minder vaak moet<strong>en</strong><br />

word<strong>en</strong> ingezet?<br />

• Zijn er bepaalde verandering<strong>en</strong> die u d<strong>en</strong>kbaar acht, bijvoorbeeld met<br />

betrekking tot de organisatorische inbedding, de <strong>uitvoering</strong>spraktijk<br />

of het wettelijk kader, die het succes van undercoverbevoegdhed<strong>en</strong> t<strong>en</strong><br />

goede zoud<strong>en</strong> kom<strong>en</strong>?


318 <strong>Opspor<strong>en</strong></strong> <strong>onder</strong> <strong>dekmantel</strong><br />

Ontwikkeling<strong>en</strong><br />

• Hebb<strong>en</strong> er in de loop der tijd belangrijke verandering<strong>en</strong> plaatsgevond<strong>en</strong><br />

in de inzet van undercoverbevoegdhed<strong>en</strong>?<br />

• Hebb<strong>en</strong> er ontwikkeling<strong>en</strong> plaatsgevond<strong>en</strong> in de criminaliteit die wat u<br />

betreft tot (verdere) verandering<strong>en</strong> in de inzet van undercoverbevoegdhed<strong>en</strong><br />

zull<strong>en</strong> leid<strong>en</strong>?<br />

Het nieuwe ‘werk<strong>en</strong> <strong>onder</strong> <strong>dekmantel</strong>’<br />

• Waarom is e<strong>en</strong> nieuwe organisatie/manier van werk<strong>en</strong> nodig? Welke<br />

aspect<strong>en</strong> van de huidige organisatie/manier van werk<strong>en</strong> gav<strong>en</strong> vooral<br />

aanleiding tot verandering-verbetering?<br />

• Wat houdt de nieuwe organisatie/manier van werk<strong>en</strong> precies in? Wat<br />

verandert er?<br />

• Wat is het tijdpad van de verandering<strong>en</strong> – wanneer wordt wat doorgevoerd?<br />

Cursus Module RechercheManagem<strong>en</strong>t – Operer<strong>en</strong> Onder Dekmantel<br />

(MRM-OOD; aan de orde stell<strong>en</strong> bij respond<strong>en</strong>t<strong>en</strong> die bij cursus betrokk<strong>en</strong><br />

zijn)<br />

• Achtergrond cursus.<br />

• Doelgroep cursus.<br />

• Inhoud cursus.<br />

• Opbr<strong>en</strong>gst<strong>en</strong> cursus.<br />

Zaakspecifieke items<br />

(Aan de orde te stell<strong>en</strong> in interviews bij OM-/politiefunctionariss<strong>en</strong> die bij<br />

e<strong>en</strong> zaak betrokk<strong>en</strong> war<strong>en</strong> waarin IF is ingezet)<br />

– Keuze voor inzet van undercoverbevoegdheid (verloop eerdere<br />

opsporings<strong>onder</strong>zoek (wie voerde opsporings<strong>onder</strong>zoek uit, mom<strong>en</strong>t<br />

van keuze voor undercoverbevoegdheid, red<strong>en</strong><strong>en</strong> van inzet).<br />

– Verwachting<strong>en</strong> van inzet undercoverbevoegdheid.<br />

– Voorbereiding van inzet undercoverbevoegdheid (plan van aanpak,<br />

bek<strong>en</strong>d rak<strong>en</strong> met verdacht<strong>en</strong> (in kaart br<strong>en</strong>g<strong>en</strong> ‘sociale kal<strong>en</strong>der’),<br />

opbouw<strong>en</strong> cover).<br />

– Uitvoering (onverwachte ontwikkeling<strong>en</strong>, sam<strong>en</strong>hang met overige<br />

<strong>onder</strong>del<strong>en</strong> van het opsporings<strong>onder</strong>zoek, wat ging er goed/wat ging<br />

er minder goed, ev<strong>en</strong>tuele bijsturing van traject, opgetred<strong>en</strong> risico’s).


– Ervaring<strong>en</strong> in deze opsporings<strong>onder</strong>zoek<strong>en</strong> met sam<strong>en</strong>werking met<br />

het buit<strong>en</strong>land (verzoek<strong>en</strong> aan het buit<strong>en</strong>land tot actieve medewerking,<br />

verzoek<strong>en</strong> tot toestemming voor <strong>uitvoering</strong> op buit<strong>en</strong>lands<br />

grondgebied).<br />

– Afloop van het <strong>onder</strong>zoek (wat heeft het opsporings<strong>onder</strong>zoek opgeleverd<br />

(directe resultat<strong>en</strong> als aanhouding<strong>en</strong> <strong>en</strong> veroordeling<strong>en</strong>, meer<br />

indirecte resultat<strong>en</strong> als opsporingsinformatie), bijdrage van undercovertraject<br />

aan opbr<strong>en</strong>gst<strong>en</strong> opsporings<strong>onder</strong>zoek).<br />

Bijlage 4 319

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!