01.09.2013 Views

Een ICD-implantatie - Isala Klinieken

Een ICD-implantatie - Isala Klinieken

Een ICD-implantatie - Isala Klinieken

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

<strong>Een</strong> <strong>ICD</strong>-<strong>implantatie</strong>


Wat moet u doen als…<br />

… uw <strong>ICD</strong> een shock afgeeft?<br />

Als uw <strong>ICD</strong> een shock afgeeft en u heeft daarna geen klachten: bel dan<br />

met de <strong>ICD</strong>-technicus, telefoon (038) 424 45 04.<br />

Buiten kantoortijden kunt u contact opnemen met de receptie van de<br />

<strong>Isala</strong> klinieken, telefoon (038) 424 50 00. U wordt dan doorverbonden<br />

met de dienstdoend arts-assistent van cardiologie of de <strong>ICD</strong>-technicus.<br />

Als uw <strong>ICD</strong> één of meerdere shocks afgeeft en u voelt zich daarna<br />

onwel: bel dan altijd 112 en geef door dat u shocks hebt gehad van uw<br />

<strong>ICD</strong>.<br />

… uw <strong>ICD</strong> een piep- of trilsignaal afgeeft?<br />

Bel tussen 13.00 en 14.00 uur (tenzij anders met u is afgesproken)<br />

met de <strong>ICD</strong>-technicus. Telefoon (038) 424 45 04 of met de polikliniek<br />

Cardiologie, telefoon (038) 424 23 74.<br />

<strong>Isala</strong> klinieken<br />

Locatie Weezenlanden<br />

Polikliniek Cardiologie<br />

Groot Wezenland 20<br />

Postbus 10500<br />

8000 GM Zwolle<br />

t (038) 424 23 74<br />

www.isala.nl/cardiologie


Inleiding<br />

In overleg met uw cardioloog heeft u besloten een <strong>ICD</strong>-<strong>implantatie</strong> te<br />

ondergaan. <strong>ICD</strong> staat voor implanteerbare cardioverter defibrillator.<br />

Momenteel bent u opgenomen of wacht u op een opname voor deze<br />

ingreep op de cardiologische verpleegafdelingen van de <strong>Isala</strong> klinieken.<br />

In korte tijd komt er veel op u af. Ook krijgt u te maken met verschillende<br />

zorgverleners. Om u zo goed mogelijk voor te bereiden op de<br />

opname, ingreep en de periode erna, hebben wij in deze brochure de<br />

informatie voor u op een rij gezet. Ook voor uw naasten kan het zinvol<br />

zijn om deze brochure door te lezen. Behalve deze algemene brochure<br />

krijgt u ook een informatiefolder van patiëntenvereniging STIN.<br />

Iedere patiënt is anders. Het kan dus gebeuren dat er wordt afgeweken<br />

van hetgeen u in deze brochure leest. Uw arts zal dit dan met u en uw<br />

naasten bespreken. Onder het motto ‘Twee horen nu eenmaal meer<br />

dan één’ raden wij u aan om iemand (maximaal twee personen) mee<br />

te nemen naar deze gesprekken.<br />

Is u iets niet duidelijk, vraagt u dan vooral om opheldering aan de<br />

betreffende zorgverlener.<br />

Als er zaken gebeuren die niet voldoen aan uw verwachtingen en die<br />

naar uw idee anders of beter kunnen, meldt u dit dan alstublieft aan<br />

ons. Uw suggesties en opmerkingen bieden ons de mogelijkheid om<br />

de zorg nog beter af te stemmen op de wensen en behoeften van onze<br />

patiënten.<br />

Wij wensen u een aangenaam verblijf in ons ziekenhuis en een<br />

spoedig herstel.<br />

Afdeling Cardiologie<br />

1


2<br />

Inhoudsopgave<br />

1. Voorafgaand aan de <strong>ICD</strong>-<strong>implantatie</strong> ........................................................ 3<br />

Waarom een <strong>ICD</strong>? ......................................................................................................... 3<br />

Voorbereiding ................................................................................................................ 3<br />

Gesprek met de cardioloog en physician assistant ........................................... 3<br />

Risico’s en complicaties .............................................................................................. 4<br />

Het preklinische traject ............................................................................................. 5<br />

Voorlichtingsbijeenkomst ..........................................................................................6<br />

Oproep voor opname................................................................................................... 7<br />

2. De dag van de <strong>implantatie</strong> ......................................................................... 8<br />

Gesprek met de verpleegkundige en zaalarts of physician assistant ...........8<br />

Nuchter ............................................................................................................................8<br />

Voorbereiding ...............................................................................................................8<br />

Tijdens de <strong>implantatie</strong> .............................................................................................. 9<br />

Na de ingreep .............................................................................................................. 10<br />

Op de verpleegafdeling.............................................................................................. 11<br />

Praktische informatie ................................................................................................ 11<br />

3. Weer naar huis ............................................................................................ 12<br />

Autorijden......................................................................................................................13<br />

Herstel thuis ..................................................................................................................13<br />

Hechtingen ................................................................................................................... 14<br />

Griepprik ....................................................................................................................... 14<br />

Hartrevalidatie ............................................................................................................ 14<br />

Afspraak voor <strong>ICD</strong>-controle .......................................................................................15<br />

Richtlijnen <strong>ICD</strong> bij overlijden ................................................................................... 16<br />

4. Wat moet u doen als… ...............................................................................17<br />

5. Patiëntenverenigingen .............................................................................. 18<br />

Bijlage 1: Autorijden en varen ...................................................................... 20


1. Voorafgaand aan de <strong>ICD</strong>-<strong>implantatie</strong><br />

Waarom een <strong>ICD</strong>?<br />

Patiënten die in aanmerking komen voor een <strong>ICD</strong>-<strong>implantatie</strong>, zijn te<br />

verdelen in twee groepen:<br />

• patiënten die een <strong>ICD</strong> krijgen omdat er een risico is op ernstige<br />

hartritmestoornissen<br />

• patiënten die een <strong>ICD</strong> krijgen omdat zij een (potentieel)<br />

levensbedreigend hartritme hebben gehad.<br />

Deze laatste categorie patiënten is met spoed opgenomen in dit<br />

ziekenhuis of in een verwijzend centrum.<br />

Voorbereiding<br />

Voorafgaand aan de <strong>ICD</strong>-<strong>implantatie</strong> vinden er een aantal gesprekken<br />

en onderzoeken plaats. Hieronder leest u hierover meer uitleg.<br />

Gesprek met de cardioloog en physician assistant<br />

Vóór de <strong>ICD</strong>-<strong>implantatie</strong> hebben u en uw direct betrokkenen een<br />

gesprek met de behandelend cardioloog. Dit zal gaan over de ingreep<br />

en de periode erna. De cardioloog legt uit hoeveel elektroden er bij<br />

u worden aangebracht. Het kan zijn dat u naast de elektrode in de<br />

rechterhartkamer, ook een elektrode in de rechterhartboezem krijgt.<br />

Op indicatie wordt er soms nog een derde elektrode op de linkerhartkamer<br />

geplaatst. Deze laatste elektrode gaat door een ader van het<br />

hart en komt zo op de plaats van bestemming (zie hierover de <strong>Isala</strong>brochure<br />

‘Cardiale Resynchronisatietherapie’).<br />

In het algemeen vindt de ingreep onder plaatselijke verdoving plaats.<br />

In sommige gevallen is het medisch noodzakelijk om de ingreep op<br />

de operatiekamer onder algehele verdoving (narcose) te laten plaatsvinden.<br />

De arts zal dit met u bespreken.<br />

3


4<br />

Afbeelding 1: <strong>ICD</strong> in borstholte met elektroden<br />

Risico’s en complicaties<br />

Ook zal de arts u vertellen over de mogelijke complicaties bij het<br />

plaatsen van een <strong>ICD</strong>. Hoewel de risico’s daarop klein zijn, is het wel<br />

noodzakelijk dat hij u daarover informeert.<br />

Risico’s tijdens de <strong>implantatie</strong><br />

• klaplong<br />

• nabloeding<br />

• stimulatie van het middenrif (hikken)<br />

• perforeren van de hartwand.


Risico’s na de <strong>implantatie</strong><br />

• loslaten van de elektrode<br />

• breuk van de elektrode<br />

• onterechte shock<br />

• infectie<br />

• nabloeding.<br />

Het preklinische traject<br />

Bij een geplande <strong>implantatie</strong> krijgt u enkele weken vóór de ingreep<br />

telefonisch of per brief een uitnodiging voor het zogeheten preklinische<br />

traject. Op die dag staan enkele voorbereidende onderzoeken<br />

voor u gepland die hieronder verder worden besproken. Het is mogelijk<br />

dat de hieronder beschreven onderzoeken niet allemaal bij u uitgevoerd<br />

hoeven te worden. Op de afdeling waar u zich moet melden,<br />

geeft de verpleegkundige u informatie over de onderzoeken die u zult<br />

ondergaan.<br />

ECG<br />

Dit is een elektrocardiogram, een hartfilmpje.<br />

Bloedonderzoek<br />

Er wordt een algemeen bloedonderzoek verricht, onder andere om te<br />

bepalen hoe de stolling van het bloed is en of er tekenen zijn van een<br />

infectie.<br />

Lichamelijk onderzoek<br />

Tijdens het lichamelijk onderzoek worden uw hart en longen<br />

beluisterd. Daarnaast wordt nagegaan of er tekenen van infectie zijn.<br />

Ook worden uw lengte en gewicht gemeten, dan wel gevraagd.<br />

5


6<br />

Echocardiografie<br />

Dit onderzoek verschaft nadere informatie over de verschillende<br />

delen en functies van het hart, bijvoorbeeld over de hartkleppen en de<br />

pompfunctie van de hartkamers.<br />

Thoraxfoto<br />

<strong>Een</strong> röntgenfoto van hart en longen.<br />

Hartkatheterisatie<br />

Dit onderzoek maakt de kransslagaders en de pompkracht van de<br />

linkerhartkamer met behulp van contrastvloeistof zichtbaar op<br />

röntgenfoto’s.<br />

Rechtskatheterisatie<br />

<strong>Een</strong> drukmeting in de rechterharthelft en de longslagader.<br />

Dit onderzoek vindt plaats om de bloedruk in het hart en het<br />

zuurstofgehalte in het bloed vast te stellen.<br />

Elektrofysiologisch onderzoek (EFO)<br />

Dit onderzoek heeft twee doelen:<br />

• het onderzoeken van het geleidingssysteem van het hart; om<br />

geleidingsstoornissen op te sporen en in kaart te brengen<br />

• het onderzoeken van de elektrische stabiliteit; dit betekent dat<br />

tijdens het onderzoek ritmestoornissen kunnen worden opgewekt.<br />

Voorlichtingsbijeenkomst<br />

Tijdens de dag waarop u het preklinische traject ondergaat, verzorgt<br />

de physician assistant voor u een informatieve presentatie over de<br />

<strong>ICD</strong>. Zij is gespecialiseerd in de <strong>ICD</strong>-behandeling en zal ingaan op de<br />

werking van het hart, de voorbereiding op de <strong>ICD</strong>-<strong>implantatie</strong>, de<br />

ingreep zelf en de periode erna. Het preklinisch traject vindt doorgaans<br />

een aantal weken voor de <strong>implantatie</strong> plaats.


Afbeelding 2: het geleidingssysteem van het hart<br />

Oproep voor opname<br />

Uw opnamedatum is onder andere afhankelijk van de planning,<br />

de vooronderzoeken en de wachtlijst. <strong>Een</strong> week voor de geplande<br />

opname krijgt u van ons telefonisch bericht en hoort u waar en hoe<br />

laat u zich in het ziekenhuis moet melden. Ook krijgt u instructies<br />

over wat u moet doen met uw medicijnen, zoals plasmedicatie en<br />

bloedverdunners.<br />

Helaas gebeurt het weleens dat het tijdstip van de ingreep kan<br />

veranderen. Bijvoorbeeld door tussenkomst van een spoedopname of<br />

doordat de vorige ingreep uitloopt. Het kan zelfs zo zijn dat de ingreep<br />

7


8<br />

op het laatste moment uitgesteld wordt. Dit is het geval bij:<br />

• een infectie; door een ontsteking bij het infuusnaaldje, een<br />

blaasontsteking of koorts<br />

• afwijkende bloeduitslagen; dit zijn onder andere tekenen van een<br />

infectie<br />

• afwijkende stollingswaarden door medicatie.<br />

2. De dag van de <strong>implantatie</strong><br />

Gesprek met de verpleegkundige en zaalarts of physician<br />

assistant<br />

Tijdens de opname maakt u kennis met de verpleegkundige en zaalarts<br />

of physician assistant. Zij bespreken met u of u de informatie die<br />

u vóór de opname hebt gekregen, begrepen heeft. Ook bereiden zij u<br />

verder voor op de ingreep door u een zorgkaart uit te reiken. Daarop<br />

staat beschreven wat u gedurende de opnamedagen mag eten, hoe u<br />

zich mag bewegen en welke controles er worden uitgevoerd.<br />

Nuchter<br />

Op de dag van de ingreep moet u nuchter zijn, tenzij dit anders met u<br />

wordt afgesproken. Dit betekent dat u voor de ingreep niet mag eten<br />

en drinken.<br />

Voorbereiding<br />

De verpleegkundige van de afdeling meet uw bloeddruk, hartslag en<br />

temperatuur en brengt een infuusnaald bij u in. In principe wordt de<br />

<strong>ICD</strong> onder de huid van uw linkersleutelbeen geïmplanteerd.


Ter voorkoming van infecties krijgt u een uur voor de ingreep antibiotica<br />

via het infuus toegediend. U krijgt een jasje van het ziekenhuis<br />

aan. De verpleegkundige zal u in uw bed naar de katheterisatie kamer<br />

brengen, waar de ingreep zal plaatsvinden.<br />

Tijdens de <strong>implantatie</strong><br />

Om u een goed beeld te geven van de <strong>implantatie</strong>, beschrijven we<br />

hieronder stap voor stap hoe de <strong>implantatie</strong> in zijn werk gaat.<br />

U ligt op een behandeltafel en wordt aangesloten aan bewakingsapparatuur.<br />

Uw bloeddruk wordt gemeten door middel van een<br />

bloeddrukmeter om uw arm en ook uw hartritme is tijdens de ingreep<br />

continu op een monitor in beeld en wordt op die manier bewaakt.<br />

De huid rond het te opereren gebied wordt indien nodig geschoren,<br />

gedesinfecteerd met jodium en vervolgens afgedekt met een steriel<br />

laken, zodat een steriel werkveld ontstaat voor de artsen. Hierna wordt<br />

de huid plaatselijk verdoofd.<br />

De <strong>ICD</strong> wordt onder het sleutelbeen geïmplanteerd (zie Afbeelding 1).<br />

Hiervoor zal de cardioloog onder de huid of borstspier ruimte creëren,<br />

de zogenaamde ‘pocket’ waarin de <strong>ICD</strong> past. Ondanks de verdoving kan<br />

dit soms wat pijnlijk zijn, aangezien het niet mogelijk is om de spieren<br />

volledig te verdoven.<br />

Tijdens de ingreep kunt u een ‘schroeilucht’ ruiken, die wordt veroorzaakt<br />

door het dichtbranden van de bloedvaatjes om het bloeden te<br />

stelpen.<br />

Via de sleutelbeenader en de grote holle ader wordt de geleidedraad<br />

(elektrode) naar het hart geschoven. De cardioloog legt één elektrode<br />

in de rechterhartkamer en soms ook één in de rechterhartboezem. In<br />

nog weer andere gevallen wordt er, op indicatie, ook nog een derde<br />

elektrode op de linkerhartkamer geplaatst (zie Afbeelding 1). Deze laatste<br />

elektrode gaat door een ader van het hart en komt zo op de plaats<br />

9


10<br />

van bestemming (zie hierover de <strong>Isala</strong>-brochure ‘Cardiale Resynchronisatietherapie’).<br />

Zodra de elektroden zijn geplaatst worden er metingen verricht.<br />

Tijdens deze metingen kan uw hartslag wat anders aanvoelen.<br />

De werking van de <strong>ICD</strong> kan worden getest onder een kortdurende<br />

narcose. Het hart wordt dan kunstmatig in de ritmestoornis gebracht.<br />

Op deze manier wordt de minimale hoeveelheid energie gemeten die<br />

nodig is om het hart weer in een normaal ritme te krijgen.<br />

Gaat het in uw geval om vervanging van de <strong>ICD</strong>, dan is het niet altijd<br />

nodig de werking opnieuw te testen.<br />

Bij het sluiten van de huid wordt gebruik gemaakt van oplosbare<br />

hechtingen, deze lossen vanzelf op.<br />

Na de ingreep<br />

Normaal gesproken gaat u direct na de ingreep weer terug naar de<br />

verpleegafdeling. Op de afdeling gebeurt het volgende:<br />

• Er wordt een hartfilmpje gemaakt.<br />

• Uw bloeddruk, hartritme en temperatuur worden regelmatig<br />

gecontroleerd.<br />

• U krijgt gedurende enkele uren een zandzakje op de wond om de<br />

kans op een nabloeding te verminderen.<br />

• De wond wordt regelmatig geïnspecteerd<br />

• U krijgt indien gewenst pijnbestrijding toegediend<br />

Als u volledig wakker bent en u voelt zich goed, mag u weer eten en<br />

drinken.<br />

Na het uitwerken van de lokale verdoving kunt u pijn ervaren; hiervoor<br />

heeft de arts u medicijnen voorgeschreven.<br />

Drie uur na de ingreep krijgt u wederom antibiotica via het infuus<br />

toegediend.


Na ongeveer drie tot vier uur bedrust mag u in beweging komen<br />

(mobiliseren). Beweegt u hierbij de aangedane arm zo min mogelijk. Is<br />

uw <strong>ICD</strong> onder de spier geplaatst, dan kan de wond wat langer pijnlijk<br />

zijn. Zo nodig kunt u de arm ontlasten door een mitella te dragen; de<br />

verpleegkundige van de afdeling geeft u verdere instructie hierover.<br />

Op de verpleegafdeling<br />

De cardiologische verpleegafdelingen hebben als specialisme<br />

cardiologie. Uiteraard zijn niet alle patiënten opgenomen om een <strong>ICD</strong><strong>implantatie</strong><br />

te ondergaan. Er worden ook patiënten opgenomen die<br />

andere hartproblemen hebben. De afdelingen beschikken over één- en<br />

tweepersoonskamers en vier- en zespersoonszalen. Op de zalen wordt<br />

gemengd verpleegd, dat wil zeggen dat zowel mannen als vrouwen op<br />

één zaal kunnen liggen.<br />

Op de cardiologische verpleegafdelingen werkt een vast team van<br />

verpleegkundigen van wie een aantal de specialisatie MediumCare<br />

heeft gedaan. Naast verpleegkundigen, stagiaires en artsen werken<br />

er zorgkundigen, brancardiers, een voedingsassistente en een<br />

afdelingssecretaresse. Ook zijn er op de afdeling ‘physician assistants’<br />

werkzaam: zij zijn geen arts, maar zijn opgeleid om taken van de arts<br />

over te nemen.<br />

Praktische informatie<br />

• Op de cardiologische verpleegafdelingen mag niet worden gerookt.<br />

• Sluit het toilet niet af, maar maak gebruik van het ‘vrij/bezet’schuifbordje.<br />

Wij kunnen dan sneller helpen als dat nodig is.<br />

• Tijdens uw verblijf mag u de afdeling meestal niet verlaten, omdat<br />

uw hartritme bewaakt wordt via een monitor. Dit heeft te maken<br />

met de reden (indicatie) waarom u een <strong>ICD</strong> krijgt. Bij het verlaten<br />

van de afdeling verliezen wij dit signaal.<br />

11


12<br />

3. Weer naar huis<br />

Als de ingreep zonder complicaties verlopen is, is het gebruikelijk dat u<br />

de eerste of tweede dag na de ingreep ‘met ontslag’ mag, hetzij terug<br />

naar het ziekenhuis waar u vandaan komt, hetzij naar huis.<br />

Op de dag na de ingreep wordt een röntgenfoto gemaakt van de<br />

borstkas om vast te stellen of de <strong>ICD</strong> en de bedrading op de juiste<br />

plaats liggen en om een ‘klaplong’ uit te sluiten. Ook wordt de <strong>ICD</strong><br />

doorgemeten door een technicus van de functieafdeling. U ontvangt<br />

van de technicus een pasje met de technische gegevens van de <strong>ICD</strong><br />

(dat is van belang als u in een ander ziekenhuis wordt opgenomen of<br />

bij controle op een vliegveld). Indien van toepassing krijgt u van de<br />

technicus uitleg over een thuismonitor. Met een thuismonitor kan de<br />

<strong>ICD</strong> op afstand worden uitgelezen. Niet iedereen komt in aanmerking<br />

voor een thuismonitor.<br />

De zaalarts of physician assistant bepaalt op basis van de röntgenfoto,<br />

de informatie van de technicus en de bevindingen van de verpleegkundige<br />

of u het ziekenhuis kunt verlaten. Meestal kunt u in de loop<br />

van de ochtend naar huis, mits u zich in orde voelt en het wondje bij<br />

het sleutelbeen er goed uitziet. Als u de bloedverdunnende medicijnen<br />

Sintrommitis of Marcoumar gebruikt, krijgt u van de verpleegkundige<br />

te horen welke dosering u moet gebruiken de dagen na ontslag.<br />

Daarna krijgt u een nieuwe doseringskalender thuisgestuurd<br />

Vóór ontslag heeft u een gesprek met de verpleegkundige. Zij gaat<br />

na of de gegeven informatie door de zaalarts of physician assistant<br />

duidelijk is en bereidt u verder voor op het ontslag. Zo geeft zij u<br />

richtlijnen voor deelname aan het verkeer en vertelt zij u hoe u de<br />

wond thuis kunt inspecteren en verzorgen.


Voordat u naar huis gaat, krijgt u de volgende papieren mee:<br />

• voorlopige brief voor uw huisarts<br />

• recepten, als uw medicatie is aangepast<br />

• medicijnkaart.<br />

Over de controleafspraak bij de <strong>ICD</strong>-technicus en uw cardioloog of<br />

physician assistant krijgt u thuis bericht. De eerste <strong>ICD</strong>-controle vindt<br />

twee maanden na de <strong>implantatie</strong> plaats.<br />

Ook ontvangt u thuis een uitnodiging voor een regionale <strong>ICD</strong>informatiemiddag<br />

in het ziekenhuis.<br />

Autorijden<br />

Door de <strong>implantatie</strong> van een lCD vervalt (meestal tijdelijk) uw<br />

rijbevoegdheid voor voertuigen. Dit betekent dat u niet zelf naar huis<br />

mag rijden na de ingreep. Zorg er dus voor dat iemand u na uw ontslag<br />

uit het ziekenhuis naar huis kan brengen.<br />

Uitgebreide informatie over autorijden en varen met een <strong>ICD</strong> leest u in<br />

de gekleurde bijlage, achter in deze brochure.<br />

Herstel thuis<br />

Na uw ontslag uit het ziekenhuis gaat het verdere herstelproces thuis<br />

door. Van tevoren is moeilijk te zeggen hoe dit proces zal verlopen. Dit<br />

verschilt van persoon tot persoon.<br />

Houdt u er rekening mee dat u zich wat onwennig kunt voelen zonder<br />

de ritmebewaking van de monitor. Gun uzelf de tijd om vertrouwd te<br />

raken met uw <strong>ICD</strong>.<br />

Het is van belang dat u de aangedane arm de eerste weken na de<br />

<strong>implantatie</strong> rustig beweegt. U mag de elleboog gedurende een aantal<br />

weken niet boven de schouder opheffen om te voorkomen dat de<br />

draden van de <strong>ICD</strong> zich verplaatsen.<br />

Meer informatie over het herstel en de leefregels na een <strong>ICD</strong><strong>implantatie</strong><br />

kunt u vinden op het internet op de website van de STIN:<br />

13


14<br />

een actieve patiëntenverenigingen van en voor <strong>ICD</strong>-dragers. U vindt<br />

hun contactgegevens achter in deze brochure.<br />

Hechtingen<br />

De hechtingen van de wond zijn oplosbaar en hoeven dus niet door de<br />

huisarts verwijderd te worden.<br />

Griepprik<br />

De cardiologen raden een griepprik binnen een maand na <strong>implantatie</strong><br />

af. Als deze maand verstreken is, dan is er geen bezwaar tegen een<br />

griepprik, mits de wond is genezen.<br />

Hartrevalidatie<br />

Patiënten uit de regio van de <strong>Isala</strong> klinieken bieden wij hartrevalidatie<br />

aan. Hartrevalidatie is een effectief middel om uw herstel te bevorderen.<br />

U krijgt informatie en werkt aan uw lichamelijk herstel en<br />

conditieverbetering. Ook kunt u leren omgaan met eventuele vermoeidheids-<br />

of benauwdheidsklachten of met de angst en onzekerheid<br />

om deze klachten opnieuw te krijgen.<br />

Bij de intake in het ziekenhuis krijgt u een informatiemap mee van<br />

de hartrevalidatieverpleegkundige met daarin informatie over de<br />

hartrevalidatie. Wanneer u een telefonische intake heeft gehad, krijgt<br />

u deze informatie thuisgestuurd. Hierin vindt u de datum, plaats en<br />

tijd waarop u verwacht wordt voor de start van het hartrevalidatieprogramma.<br />

De hartrevalidatieverpleegkundige is uw contactpersoon tijdens het<br />

revalidatietraject. Zij is op de hoogte van uw medische achtergrond,<br />

uw situatie en uw vorderingen. Zo nodig kan zij advies geven over<br />

medicatie, leefregels, hervatting van werk en sport. Kortom: zij


egeleidt en ondersteunt u samen met het hartrevalidatieteam. Na<br />

vijf weken zal zij met u evalueren of de revalidatie volgens plan is<br />

verlopen.<br />

Afspraak voor <strong>ICD</strong>-controle<br />

Uw <strong>ICD</strong> moet met enige regelmaat worden gecontroleerd door een<br />

technicus. Er is geen specifieke voorbereiding gewenst. Voorafgaand<br />

aan de <strong>ICD</strong>-controle wordt soms een hartfilmpje gemaakt door een<br />

laborant(e).<br />

Als u aansluitend aan de <strong>ICD</strong>-controle naar de cardioloog of physician<br />

assistant gaat, is het van belang dat u een overzicht van uw huidige<br />

medicijngebruik meeneemt.<br />

Op de afgesproken tijd meldt u zich op locatie Weezenlanden bij de<br />

functieafdeling Cardiologie, eerste verdieping, polinummer 61.<br />

Tijdens de <strong>ICD</strong>-controle wordt uw <strong>ICD</strong> gecontroleerd op de juiste<br />

werking. De technicus kijkt of de <strong>ICD</strong> technisch in orde is. Tijdens het<br />

doormeten van uw <strong>ICD</strong> plaatst de technicus in de meeste gevallen een<br />

aantal elektroden op uw armen en benen om zodoende uw hartritme<br />

te observeren tijdens de controle. Daarna verricht de technicus<br />

met behulp van diverse apparatuur verschillende metingen aan uw<br />

<strong>ICD</strong>. Zo nodig wordt de <strong>ICD</strong> anders ingesteld. Daarnaast wordt in het<br />

geheugen van de <strong>ICD</strong> gekeken of zich in de afgelopen tijd nog ritmestoornissen<br />

hebben voorgedaan. Als dit het geval is, kijkt de technicus<br />

ook of de <strong>ICD</strong> op de juiste manier hierop heeft gereageerd.<br />

Het is mogelijk dat de technicus u vraagt een aantal testjes te doen,<br />

zoals een stukje lopen of de handen tegen elkaar aan te drukken. Heeft<br />

u alleen een afspraak bij de technicus, dan worden de gegevens van<br />

uw <strong>ICD</strong> in uw dossier opgeborgen.<br />

Het onderzoek is niet pijnlijk; wel kan uw hartslag anders aanvoelen<br />

tijdens het verrichten van de metingen. De controle duurt 15 tot 30<br />

minuten.<br />

15


16<br />

Thuismonitoring<br />

Bent u aangesloten bij een thuismonitoring-netwerk, dan kan de <strong>ICD</strong>technicus<br />

op afstand gegevens uit uw <strong>ICD</strong> bekijken.<br />

Bij thuismonitoring worden de gegevens van uw <strong>ICD</strong> via een monitor<br />

vanaf uw huis verzonden. Dit gebeurt via een thuismonitor. Dit is<br />

een kastje dat u thuis installeert. De monitor verzendt gegevens van<br />

uw <strong>ICD</strong> via een telefoonlijn, kabel of satellietverbinding naar een<br />

(beveiligde) centrale computer. Vervolgens kan de <strong>ICD</strong>-technicus met<br />

een inlogcode via het internet de verzonden gegevens van uw <strong>ICD</strong><br />

bekijken. Meer informatie hierover vindt u in de <strong>Isala</strong>-flyer ‘Controle<br />

van de <strong>ICD</strong> door thuismonitoring’. Deze flyer ontvangt u samen met de<br />

monitor van de <strong>ICD</strong>-technicus.<br />

Afspraak bij de cardioloog<br />

Als u aansluitend aan de controle door de technicus een afspraak heeft<br />

bij de cardioloog of physician assistant, krijgt u van de technicus de<br />

meetgegevens van uw <strong>ICD</strong> mee.<br />

Vervolgcontrole<br />

Van de technicus of de cardioloog krijgt u een briefje waarop staat<br />

wanneer u de volgende afspraak kunt maken bij de balie van de<br />

polikliniek Cardiologie (nummer 43).<br />

Richtlijnen <strong>ICD</strong> bij overlijden<br />

<strong>Een</strong> <strong>ICD</strong> vraagt rond het overlijden van de drager om een aantal<br />

specifieke maatregelen. Voor de volledigheid zetten wij deze hieronder<br />

op een rij:<br />

• Bij patiënten die thuis of in het ziekenhuis terminaal zijn, is het<br />

mogelijk om de <strong>ICD</strong> uit te zetten, waarbij de pacemakerfunctie<br />

zonodig aan kan blijven. Het is wel belangrijk dat dit door de<br />

behandelende cardioloog met patiënt en familie goed wordt


esproken en dat dit ook wordt vastgelegd in het medisch dossier.<br />

• Na het overlijden is het wenselijk dat de <strong>ICD</strong> wordt verwijderd. De<br />

nabestaanden dienen aan de begrafenisondernemer door te geven<br />

dat de overledene een <strong>ICD</strong> draagt.<br />

• Ook als de overledene wordt gecremeerd, is het belangrijk dit voor<br />

de crematie aan de uitvaartbegeleider door te geven.<br />

• Wanneer een overleden <strong>ICD</strong> drager deelneemt aan een<br />

wetenschappelijk onderzoek of studie, dan is het nodig dat de<br />

gegevens die nog op de <strong>ICD</strong> staan, worden uitgelezen. Het is in deze<br />

gevallen belangrijk het overlijden aan het ziekenhuis door te geven.<br />

• Belangrijk: vóór het verwijderen van de <strong>ICD</strong> dient de shockfunctie<br />

van de <strong>ICD</strong> te worden uitgezet.<br />

4. Wat moet u doen als…<br />

… uw <strong>ICD</strong> een shock afgeeft?<br />

Als uw <strong>ICD</strong> een shock afgeeft en u heeft daarna geen klachten: bel dan<br />

met de <strong>ICD</strong>-technicus, telefoon (038) 424 45 04.<br />

Buiten kantoortijden kunt u contact opnemen met de receptie van de<br />

<strong>Isala</strong> klinieken, telefoon (038) 424 50 00. U wordt dan doorverbonden<br />

met de dienstdoend arts-assistent van cardiologie of de <strong>ICD</strong>-technicus.<br />

Als uw <strong>ICD</strong> één of meerdere shocks afgeeft en u voelt zich daarna onwel:<br />

bel dan altijd 112 en geef door dat u shocks hebt gehad van uw <strong>ICD</strong>.<br />

… uw <strong>ICD</strong> een piep- of trilsignaal afgeeft?<br />

Bel tussen 13.00 en 14.00 uur (tenzij anders met u is afgesproken)<br />

met de <strong>ICD</strong>-technicus. Telefoon (038) 424 45 04 of met de polikliniek<br />

Cardiologie, telefoon (038) 424 23 74.<br />

17


18<br />

5. Patiëntenverenigingen<br />

Hieronder vindt u een lijst van adressen van verschillende (patiënten)<br />

verenigingen. U kunt bij hen terecht voor meer informatie en<br />

lotgenotencontact.<br />

STIN / Stichting <strong>ICD</strong>-dragers Nederland<br />

Smitsven 18<br />

1504 AM Zaandam<br />

t (075) 785 03 92<br />

kantoor@stin.nl<br />

www.stin.nl<br />

Nederlandse Hartstichting<br />

Bordewijklaan 3<br />

2591 XR Den Haag<br />

Postbus 300<br />

2501 CH Den Haag<br />

t (070) 315 55 55<br />

Informatielijn Nederlandse Hartstichting<br />

t 0800 300 03 00<br />

info@hartstichting.nl<br />

www.hartstichting.nl<br />

Patiëntenvereniging De Hart & Vaatgroep<br />

Laan Blussé van Oud Alblas 2<br />

3769 AT Soesterberg<br />

Postbus 133<br />

3769 ZJ Soesterberg<br />

t (088) 111 16 00<br />

info@hartenvaatgroep.nl<br />

www.hartenvaatgroep.nl


Voor meer informatie over rijbevoegdheid kunt u contact<br />

opnemen met:<br />

Centraal Bureau Rijvaardigheidsbewijzen (CBR) Regio Oost<br />

Hazenkamp 10<br />

Postbus 4046<br />

6803 EA Arnhem<br />

t (026) 323 87 00<br />

www.cbr.nl<br />

<strong>Isala</strong> klinieken<br />

Locatie Weezenlanden<br />

Polikliniek Cardiologie<br />

Groot Wezenland 20<br />

Postbus 10500<br />

8000 GM Zwolle<br />

t (038) 424 24 57 of (038) 424 23 74<br />

www.isala.nl/cardiologie<br />

Verantwoording tekst<br />

Deze tekst is samengesteld door verpleegkundigen van de cardiologische<br />

verpleegafdelingen en de specialistisch verpleegkundigen<br />

cardiologie in samenwerking met de cardiologen en de stafdienst<br />

Concerncommunicatie.<br />

Voor het opstellen van de bijlage is gebruik gemaakt van de Gezondheidsraad:<br />

‘Rijgeschiktheid van personen met een geïmplanteerde<br />

cardioverter defibrillator’, Den Haag, 26 januari 2000.<br />

Aan de inhoud van deze brochure kunnen geen rechten worden ontleend<br />

en de <strong>Isala</strong> klinieken aanvaarden geen aansprakelijkheid voor<br />

schade die voortvloeit uit eventuele onvolledige of onjuiste informatie.<br />

Waar ‘hij’ of ‘hem’ staat, kan ook ‘zij’ of ‘haar’ gelezen worden en<br />

andersom.<br />

19


20<br />

Bijlage 1: Autorijden en varen<br />

Door de <strong>implantatie</strong> van een lCD vervalt (meestal tijdelijk) uw rijbevoegdheid<br />

voor voertuigen. In ieder geval mag u niet autorijden tot<br />

aan de eerste controle. Dit lijkt misschien overdreven maar u heeft een<br />

lCD omdat u levenbedreigende ritmestoornissen kunt krijgen. Wanneer<br />

er sprake is van een ritmestoornis, kan uw hartritme zo snel gaan<br />

dat u het bewustzijn kunt verliezen. Om het hartritme te herstellen<br />

kan de lCD een shock afgeven. Hierbij kunnen ongecontroleerde bewegingen<br />

optreden van de spieren in uw lichaam. Verlies van bewustzijn<br />

of ongecontroleerde bewegingen kunnen ernstige gevolgen hebben<br />

voor u als bestuurder van de auto of voor uw medeweggebruikers.<br />

Daarom vervalt uw rijbevoegdheid, meestal tijdelijk, soms voor altijd.<br />

Hieronder kunt u lezen wanneer autorijden en varen wel is toegestaan<br />

en wanneer niet. Ook vindt u de richtlijnen voor het aanvragen van<br />

een rijbewijs.<br />

Na <strong>implantatie</strong> van een lCD geldt een observatieperiode van twee<br />

maanden. Tijdens deze periode geldt er ongeschiktheid voor rijden.<br />

Na twee maanden komt u op lCD-controle bij de <strong>ICD</strong>-technicus en<br />

aansluitend op controle bij de cardioloog of physician assistant.<br />

De cardioloog of physician assistant kan u, afhankelijk van uw<br />

persoonlijke situatie, voor maximaal vijf jaar rijbevoegd verklaren.<br />

In welke gevallen is autorijden toegestaan?<br />

Twee maanden na <strong>implantatie</strong> van een lCD is autorijden toegestaan,<br />

mits de wond genezen is en u goedgekeurd (rijbevoegd verklaard)<br />

wordt door de cardioloog of physician assistant. In dit geval moet u<br />

een nieuw rijbewijs aanvragen en op uw rijbewijs komt een code te<br />

staan:<br />

• code 100: rijbewijzen A, B, BE voor privégebruik, woon- en<br />

werkverkeer


• code 101: privégebruik én beroepsmatig besturen van een auto voor<br />

maximaal vier uur per dag<br />

Na vervanging van een lCD mag u meteen weer autorijden, mits de<br />

wond is genezen.<br />

In welke gevallen is autorijden tijdelijk (voor twee maanden)<br />

niet toegestaan?<br />

• Na een terechte shock van de lCD.<br />

• Na een onterechte shock van de lCD, vanaf het moment dat de lCD<br />

opnieuw geprogrammeerd is.<br />

• Na vervanging of bijplaatsen van een van de elektrodes.<br />

• Na vervanging van de batterij van de lCD én elektroden. U moet in<br />

dit geval opnieuw uw rijbewijs aanvragen.<br />

Wanneer is autorijden nooit toegestaan?<br />

• De rijgeschiktheid geldt niet voor het groot rijbewijs (C-D-CE-DE).<br />

Rijden op vrachtwagens blijft verboden voor lCD-dragers.<br />

• Het besturen van een auto voor het beroepsmatig vervoeren van<br />

personen blijft verboden (zoals taxi- en buschauffeur).<br />

• Voor mensen met ernstig hartfalen (NYHA-klasse 3 of 4) geldt een<br />

algeheel rijverbod, voor ieder rijbewijs.<br />

Is varen toegestaan?<br />

Bij de zeevaart en ook op de binnenvaart waarvoor het Groot<br />

vaarbewijs of Rijnpatent is vereist, zijn het dragen van een lCD<br />

en ernstig hartfalen een reden voor blijvende afkeuring. <strong>Een</strong> iets<br />

soepelere regeling geldt voor het klein vaarbewijs dat nodig is voor<br />

de pleziervaart en specifieke kleine beroepsvaart. Deze zijn voor<br />

lCD-dragers toegestaan vanaf zes maanden na de <strong>implantatie</strong>, op<br />

voorwaarde dat er niet vaker dan één keer in de twee jaar een shock<br />

wordt afgegeven en het duidelijk is dat het apparaat niet kan worden<br />

21


22<br />

beïnvloed door elektromagnetische straling (dit kan door de <strong>ICD</strong>-firma<br />

worden gecheckt).<br />

Is rijden op een brommobiel toegestaan?<br />

Als uw cardioloog en/of het Centraal Bureau Rijvaardigheidsbewijzen<br />

(CBR) u medisch niet geschikt acht voor het besturen van een auto, zou<br />

u – in overleg met uw cardioloog – kunnen bekijken of het mogelijk is<br />

van een brommobiel gebruik te maken. Hiervoor heeft u nodig:<br />

• of een geldig Nederlands rijbewijs, afgegeven na 1oktober 2006<br />

• of een geldig Nederlands rijbewijs voor de categorie A of B,<br />

afgegeven voor 1oktober 2006<br />

• of een bromfietsrijbewijs voor de categorie AM.<br />

Richtlijnen voor het aanvragen van een rijbewijs voor<br />

<strong>ICD</strong>-dragers<br />

Na de eerste <strong>implantatie</strong> van de lCD en in geval van vervanging van<br />

de lCD en vervanging van de elektroden moet u een nieuw rijbewijs<br />

aanvragen volgens een van de onderstaande procedures.<br />

Aanvragen rijbewijs voor privégebruik, code 100<br />

Voor het aanvragen van een nieuw rijbewijs heeft u nodig:<br />

• een ‘Eigen verklaring’, af te halen op het gemeentehuis van uw<br />

woonplaats<br />

• het keuringsrapport, op te maken en te ondertekenen door uw<br />

cardioloog<br />

• een kopie van een geldig identiteitsbewijs<br />

• als u 70 jaar of ouder bent: een apart model ‘Eigen verklaring’,<br />

ingevuld door een (huis)arts na een kleine medische keuring.<br />

U stuurt deze drie (of vier) formulieren op naar het regiokantoor<br />

(Overijssel, Gelderland en Flevoland) van het CBR:


CBR Regio Oost<br />

Postbus 4046<br />

6803 EA Arnhem<br />

Na enkele weken ontvangt u van het CBR een verklaring met<br />

toestemming om een motorvoertuig te besturen voor een bepaalde<br />

termijn.<br />

Met deze verklaring van het CBR, een kleurenpasfoto, uw oude rijbewijs<br />

en uw identiteitsbewijs kunt u naar het gemeentehuis om een<br />

nieuw rijbewijs (A, B of BE) te kopen, voorzien van code 100. Het nieuwe<br />

rijbewijs bevat ook de categorie AM: dit houdt in dat dit rijbewijs ook<br />

geschikt is voor het besturen van een brommobiel, (bromfiets, snorfiets<br />

en spartamet). Het duurt meestal vijf werkdagen voordat het nieuwe<br />

rijbewijs klaar is.<br />

Aanvragen rijbewijs voor beperkt beroepsmatig gebruik, code 101<br />

Als u beroepsmatig een voertuig bestuurt, kunt u een aanvraag doen<br />

om voor maximaal vier uur per dag uw rijbewijs terug te krijgen. Dit<br />

geldt niet voor het personenvervoer en groot rijbewijs; daarvoor krijgt<br />

u geen toestemming met een lCD.<br />

Voor het aanvragen van een nieuw rijbewijs heeft u nodig:<br />

• een ‘Eigen verklaring’, af te halen op het gemeentehuis van uw<br />

woonplaats<br />

• een werkgeversverklaring, te downloaden via www.stin.nl<br />

• naam en adres van uw cardioloog en uw ziekenhuis.<br />

N.B. <strong>Een</strong> keuringsrapport hoeft in dit geval niet te worden ingevuld<br />

door de cardioloog omdat de keuringsarts zelf contact opneemt met<br />

uw cardioloog.<br />

23


24<br />

Deze drie verklaringen stuurt u op naar:<br />

Hoofd Medische Zaken van het CBR<br />

Postbus 3014<br />

2280 GA Rijswijk.<br />

Als u geschikt wordt bevonden, krijgt u van het CBR een verklaring<br />

van rijgeschiktheid. Met deze verklaring, een kleurenpasfoto, uw oude<br />

rijbewijs en uw identiteitsbewijs kunt u naar het gemeentehuis om<br />

een nieuw rijbewijs te kopen met een vermelding van code 101.<br />

De kosten voor de ‘Eigen verklaring’ en voor de aanschaf van een nieuw<br />

rijbewijs zijn voor uw eigen rekening.<br />

Rijbevoegdheid na een shock van uw <strong>ICD</strong><br />

Mocht uw <strong>ICD</strong> een shock afgeven (terecht of onterecht), dan geldt<br />

vanaf dat moment opnieuw een observatieperiode van twee maanden<br />

en ongeschiktheid voor het besturen van een motorvoertuig, tenzij<br />

anders wordt bepaald door uw arts. In zo’n geval hoeft u na de<br />

observatieperiode niet opnieuw een nieuw rijbewijs aan te vragen en<br />

bovenstaande procedure te doorlopen.<br />

Aansprakelijkheid bij ongeval<br />

Bovenstaande regels zijn wettelijk vastgesteld. Het niet-houden<br />

aan deze regels kan bij een ongeval met de auto grote financiële en<br />

juridische gevolgen hebben voor de <strong>ICD</strong>-drager. U wordt dan ook met<br />

klem geadviseerd zich aan deze wettelijke regels te houden.<br />

5039 / 0511


www.isala.nl

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!