HANDBOEK - Inspectie Leefomgeving en Transport
HANDBOEK - Inspectie Leefomgeving en Transport HANDBOEK - Inspectie Leefomgeving en Transport
C V L 78 Commissie Vogelaanvaringen Luchtvaartuigen Handboek Vogelaanvaringspreventie versie 1.0 Nederlandse Luchthavens november 2006
C V L 8 Principes van vogelverjaging 79 8.1 Basisidee Commissie Vogelaanvaringen Luchtvaartuigen Verjaging berust op het overtuigen van vogels dat een relatief gevaarloos door de mens gegeven signaal een aanwijzing is voor de aanwezigheid van echt gevaar. 8.2 Soorten verjaagmiddelen 8.2.1 Onbekende dingen en onverhoedse acties of bewegingen Dieren/vogels weten niet of vreemde objecten of onverwachte bewegingen gevaarlijk voor ze zijn dus proberen ze zulke dingen te mijden. Bekende verjaagmiddelen die reacties opwekken zijn gekleurde windmolentjes en gaskanonnen. Als de verschrikker enige tijd op dezelfde plaats is gebleven of langere tijd in werking is geweest zullen vogels ze proberen te benaderen om te zien of ze werkelijk gevaar op leveren. Hoe vaker vogels zijn blootgesteld aan nieuwe verjaagmiddelen hoe meer gelegenheid ze hebben om te leren dat ze gevaarloos zijn en dus kunnen worden genegeerd. Hoe ongewoner, intensiever, moeilijker te traceren en minder voorspelbaar de verjaagtechniek, des te kleiner de kans dat vogels er aan gewend raken. Het niet meer reageren op verjaagmiddelen en het optreden van gewenning is één van de eenvoudige vormen van leren bij diersoorten. Een plotseling hard geluid dat vogels eerst onmiddellijk deed wegvliegen heeft een toenemend verminderend effect. Na verloop van tijd vliegen de vogels niet meer zo ver weg en komen sneller terug tot het moment dat ze zich er niets meer van aantrekken en gewoon blijven zitten. Als het verjaagmiddel een tijdje wordt weggehaald of het veranderd, komt de vluchtreactie (tijdelijk) weer terug. Hoe langer de periode zonder verjaagmiddel hoe sterker de versnelde reactie zal zijn, hoewel het nooit meer het resultaat oplevert als bij de eerste keren, de wet van de verminderde meeropbrengst treedt in werking. Voortgaan met het apparaat waar de vogels niet meer op reageren kan ertoe leiden dat de werking van soortgelijke apparatuur ook verminderd. Om gewenning te voorkomen geldt voor het gebruik van verjaagmiddelen de volgende: In de praktische zin zo min mogelijk gebruiken; Zo intens mogelijk verjagen; Kortstondig gebruiken; Wisselen van opstelplaats, verschijningsvorm en geluid; Moeilijk zijn te lokaliseren en waar te nemen. 8.2.2 Verjaagmiddelen die natuurlijke vijanden nabootsen Vanwege boven omschreven redenen is het onwaarschijnlijk dat nieuwe bewegende of lawaaimakende verjaagmiddelen langere tijd effectief zullen blijven. Veel vogels hebben natuurlijke vijanden in de vorm van roofvogels of roofdieren. Handboek Vogelaanvaringspreventie versie 1.0 Nederlandse Luchthavens november 2006
- Page 27 and 28: C V L 27 Bijkomende taken als aange
- Page 29 and 30: C V L 29 Draagt ervoor zorg dat he
- Page 31 and 32: C V L 31 3.2.2 Vergelijk met andere
- Page 33 and 34: C V L 33 Commissie Vogelaanvaringen
- Page 35 and 36: C V L 35 Commissie Vogelaanvaringen
- Page 37 and 38: C V L 4 Uitvoering vogelaanvaringsp
- Page 39 and 40: C V L 39 Commissie Vogelaanvaringen
- Page 41 and 42: C V L 41 Commissie Vogelaanvaringen
- Page 43 and 44: C V L 43 Commissie Vogelaanvaringen
- Page 45 and 46: C V L 45 Commissie Vogelaanvaringen
- Page 47 and 48: C V L MAATREGELEN VOGELAANVARINGSPR
- Page 49 and 50: C V L 5 Luchthaventerreinbeheer 49
- Page 51 and 52: C V L 51 Commissie Vogelaanvaringen
- Page 53 and 54: C V L 53 Commissie Vogelaanvaringen
- Page 55 and 56: C V L 55 Commissie Vogelaanvaringen
- Page 57 and 58: C V L 57 Commissie Vogelaanvaringen
- Page 59 and 60: C V L 59 Commissie Vogelaanvaringen
- Page 61 and 62: C V L 61 Commissie Vogelaanvaringen
- Page 63 and 64: C V L 63 Commissie Vogelaanvaringen
- Page 65 and 66: C V L 65 Commissie Vogelaanvaringen
- Page 67 and 68: C V L 67 Commissie Vogelaanvaringen
- Page 69 and 70: C V L 69 Commissie Vogelaanvaringen
- Page 71 and 72: C V L 71 Commissie Vogelaanvaringen
- Page 73 and 74: C V L 73 Commissie Vogelaanvaringen
- Page 75 and 76: C V L 75 Voorbeelden van locale oms
- Page 77: C V L 77 Commissie Vogelaanvaringen
- Page 81 and 82: C V L 81 Commissie Vogelaanvaringen
- Page 83 and 84: C V L 9 Het verjagen van vogels met
- Page 85 and 86: C V L 85 Commissie Vogelaanvaringen
- Page 87 and 88: C V L 87 Commissie Vogelaanvaringen
- Page 89 and 90: C V L 10 Verjaging door middel van
- Page 91 and 92: C V L 91 Gevolgen van een te gering
- Page 93 and 94: C V L 93 Commissie Vogelaanvaringen
- Page 95 and 96: C V L 11 Aanvullende verjaagmethode
- Page 97 and 98: C V L 97 Commissie Vogelaanvaringen
- Page 99 and 100: C V L 12 Andere methoden van vogelv
- Page 101 and 102: C V L 101 Commissie Vogelaanvaringe
- Page 103 and 104: C V L 103 Commissie Vogelaanvaringe
- Page 105 and 106: C V L 105 Commissie Vogelaanvaringe
- Page 107 and 108: C V L 13 Eliminatie methoden 107 13
- Page 109 and 110: C V L 109 Knobbelzwanen: Commissie
- Page 111 and 112: C V L 111 Commissie Vogelaanvaringe
- Page 113 and 114: C V L 113 Commissie Vogelaanvaringe
- Page 115 and 116: C V L Commissie Vogelaanvaringen Lu
- Page 117 and 118: C V L 15 Vogelaanvaringspreventie e
- Page 119 and 120: C V L 119 Commissie Vogelaanvaringe
- Page 121 and 122: C V L Commissie Vogelaanvaringen Lu
- Page 123 and 124: C V L 16 Vogelbiologie 123 16.1 Vog
- Page 125 and 126: C V L 17 Vogelsoorten 125 17.1 Weid
- Page 127 and 128: C V L 127 Commissie Vogelaanvaringe
C V L<br />
8 Principes van vogelverjaging<br />
79<br />
8.1 Basisidee<br />
Commissie Vogelaanvaring<strong>en</strong> Luchtvaartuig<strong>en</strong><br />
Verjaging berust op het overtuig<strong>en</strong> van vogels dat e<strong>en</strong> relatief gevaarloos door de<br />
m<strong>en</strong>s gegev<strong>en</strong> signaal e<strong>en</strong> aanwijzing is voor de aanwezigheid van echt gevaar.<br />
8.2 Soort<strong>en</strong> verjaagmiddel<strong>en</strong><br />
8.2.1 Onbek<strong>en</strong>de ding<strong>en</strong> <strong>en</strong> onverhoedse acties of beweging<strong>en</strong><br />
Dier<strong>en</strong>/vogels wet<strong>en</strong> niet of vreemde object<strong>en</strong> of onverwachte beweging<strong>en</strong><br />
gevaarlijk voor ze zijn dus prober<strong>en</strong> ze zulke ding<strong>en</strong> te mijd<strong>en</strong>. Bek<strong>en</strong>de<br />
verjaagmiddel<strong>en</strong> die reacties opwekk<strong>en</strong> zijn gekleurde windmol<strong>en</strong>tjes <strong>en</strong><br />
gaskanonn<strong>en</strong>. Als de verschrikker <strong>en</strong>ige tijd op dezelfde plaats is geblev<strong>en</strong> of<br />
langere tijd in werking is geweest zull<strong>en</strong> vogels ze prober<strong>en</strong> te b<strong>en</strong>ader<strong>en</strong> om te<br />
zi<strong>en</strong> of ze werkelijk gevaar op lever<strong>en</strong>. Hoe vaker vogels zijn blootgesteld aan<br />
nieuwe verjaagmiddel<strong>en</strong> hoe meer geleg<strong>en</strong>heid ze hebb<strong>en</strong> om te ler<strong>en</strong> dat ze<br />
gevaarloos zijn <strong>en</strong> dus kunn<strong>en</strong> word<strong>en</strong> g<strong>en</strong>egeerd. Hoe ongewoner, int<strong>en</strong>siever,<br />
moeilijker te tracer<strong>en</strong> <strong>en</strong> minder voorspelbaar de verjaagtechniek, des te kleiner de<br />
kans dat vogels er aan gew<strong>en</strong>d rak<strong>en</strong>. Het niet meer reager<strong>en</strong> op verjaagmiddel<strong>en</strong><br />
<strong>en</strong> het optred<strong>en</strong> van gew<strong>en</strong>ning is één van de e<strong>en</strong>voudige vorm<strong>en</strong> van ler<strong>en</strong> bij<br />
diersoort<strong>en</strong>. E<strong>en</strong> plotseling hard geluid dat vogels eerst onmiddellijk deed<br />
wegvlieg<strong>en</strong> heeft e<strong>en</strong> to<strong>en</strong>em<strong>en</strong>d verminder<strong>en</strong>d effect. Na verloop van tijd vlieg<strong>en</strong><br />
de vogels niet meer zo ver weg <strong>en</strong> kom<strong>en</strong> sneller terug tot het mom<strong>en</strong>t dat ze zich<br />
er niets meer van aantrekk<strong>en</strong> <strong>en</strong> gewoon blijv<strong>en</strong> zitt<strong>en</strong>. Als het verjaagmiddel e<strong>en</strong><br />
tijdje wordt weggehaald of het veranderd, komt de vluchtreactie (tijdelijk) weer<br />
terug. Hoe langer de periode zonder verjaagmiddel hoe sterker de versnelde reactie<br />
zal zijn, hoewel het nooit meer het resultaat oplevert als bij de eerste ker<strong>en</strong>, de wet<br />
van de verminderde meeropbr<strong>en</strong>gst treedt in werking. Voortgaan met het apparaat<br />
waar de vogels niet meer op reager<strong>en</strong> kan ertoe leid<strong>en</strong> dat de werking van<br />
soortgelijke apparatuur ook verminderd.<br />
Om gew<strong>en</strong>ning te voorkom<strong>en</strong> geldt voor het gebruik van verjaagmiddel<strong>en</strong> de<br />
volg<strong>en</strong>de:<br />
In de praktische zin zo min mogelijk gebruik<strong>en</strong>;<br />
Zo int<strong>en</strong>s mogelijk verjag<strong>en</strong>;<br />
Kortstondig gebruik<strong>en</strong>;<br />
Wissel<strong>en</strong> van opstelplaats, verschijningsvorm <strong>en</strong> geluid;<br />
Moeilijk zijn te lokaliser<strong>en</strong> <strong>en</strong> waar te nem<strong>en</strong>.<br />
8.2.2 Verjaagmiddel<strong>en</strong> die natuurlijke vijand<strong>en</strong> naboots<strong>en</strong><br />
Vanwege bov<strong>en</strong> omschrev<strong>en</strong> red<strong>en</strong><strong>en</strong> is het onwaarschijnlijk dat nieuwe<br />
beweg<strong>en</strong>de of lawaaimak<strong>en</strong>de verjaagmiddel<strong>en</strong> langere tijd effectief zull<strong>en</strong> blijv<strong>en</strong>.<br />
Veel vogels hebb<strong>en</strong> natuurlijke vijand<strong>en</strong> in de vorm van roofvogels of roofdier<strong>en</strong>.<br />
Handboek Vogelaanvaringsprev<strong>en</strong>tie versie 1.0<br />
Nederlandse Luchthav<strong>en</strong>s november 2006