Beleid veranderen of stoppen - Prof. dr. AFA Korsten

Beleid veranderen of stoppen - Prof. dr. AFA Korsten Beleid veranderen of stoppen - Prof. dr. AFA Korsten

arnokorsten.nl
from arnokorsten.nl More from this publisher
31.08.2013 Views

- Coops, R. e.a. (red.), Van overheid naar markt, Den Haag, 1995. - Hulsen, P. en R. Reussing (red.), Keuzen maken: Nederland tussen 1976 en 1996, Twente University Press, Enschede, 1996. - Jong, P.de, A.F.A. Korsten en I.M.A.M. Pröpper (red.), Permanente herstructurering in maatschappelijke sectoren, Vuga, Den Haag, 1997. - Lingbeek, O., De macht van de metafoor – Een analyse van de planning voor het Groene Hart, Van Gorcum, Assen, 1998 (diss.). - Vries, M.S. de, Als problemen verdwijnen: het homo-emancipatiebeleid in Amsterdam, in: Beleidswetenschap, 1996, nr. 4, pp. 323-345. - Beleidswetenschap, 1996, pp. 403-500 (jubileumnummer). Sectorale ontwikkelingen - Maloney, W.A. & J.J. Richardson, Managing policy change in Britain – The politics of water, Edinburgh University Press, 1995. Casus: Olieboycot vereist reactief beleid dat doorloopt Het kabinet-Den Uyl is niet alleen onvergetelijk omdat het ‘het meest linkse kabinet van de eeuw’ werd genoemd, of omdat zich ontluisterende betrekkingen voltrokken tussen twee hoofdrolspelers Den Uyl en Van Agt die elkaar naar het leven stonden en niet nalieten elkaar een hak te zetten, maar omdat sprake was van een oliecrisis. De olieboycot leidde tot een autoloze zondag, iets wat nooit eerder vertoond was. De auto in de garage laten staan was ingrijpend maar ook wel knus. Koningin Juliana nam evenals vele Nederlandeers de fiets. Naar die crisis is onderzoek gedaan. Nauwelijks bekende feiten zijn aan het licht gebracht over deze spannende periode in de periode 1973-1974. De crisis was geen crisis want er was olie genoeg. Maar ‘het spel van een olietekort’ moest - toen bleek dat het allemaal meeviel - verder gespeeld worden om de Arabieren, die Nederland en andere Europese landen boycotten, niet te bruskeren (Hellema e.a., 1998). Een reconstructie van een casus. Les: De casus ‘energiecrisis’ leert dat beleid kan ontstaan - als gevolg van een olieboycot ‘met woorden’ - dat niet echt nodig is maar dat vervolgens wel niet te vlug beëindigd moet worden. Achteraf gezien, zeggen we: beleid om niks, maar het beleid zomaar stoppen zou onverstandig zijn geweest. De bestuurders van toen wisten dat. • Nederlandse betrekkingen met Israël. Nederland onderhield in de loop der jaren betrekkelijk hartelijke betrekkingen met Israël. Zo hielp het kabinet-De Jong Israël in 1967 aan wapens. En, Nederland was bijvoorbeeld terughoudender dan andere landen met eisen aan Israël over de teruggave van in 1967 veroverde gebieden. Zo ook het kabinet-Den Uyl. Dat door de PvdA-gedomineerde kabinet voelde affiniteit tot de door Golda Meir, van de Arbeiderspartij, geleide regering van Israël. Waaruit bestond die verbinding? 18

• Geruchten. In 1973 deden geruchten in Den Haag de ronde dat het kabinet-Den Uyl ook militaire hulp gaf aan Israël. Destijds werden die geruchten niet officieel bevestigd. Later, in 1993, zou minister Henk Vredeling, minister van Defensie in het toenmalige kabinet-Den Uyl, verklaren dat er toen inderdaad wapenleveranties aan Israël hadden plaatsgevonden. Het was allemaal in het geheim gebeurd. Vredeling suggereerde dat alleen hij, zijn staatssecretaris Bram Stemerdink en de uitvoerders van de leveranties op de hoogte waren. Vredeling wenste niet mee te maken dat Israël zou worden uitgeroeid. Israël dreigde inderdaad even onder de voet gelopen te worden. Dat kwam mede omdat de VS geen haast bleken te hebben met steun. Later zou Henry Kissinger verklaren dat dat mede was omdat Israël anders later een te grote mond zou hebben. Te snelle hulp van de VS zou Israël overmoedig kunnen maken. • Illegaal. Stemerdink heeft later zijn toenmalige positie ook toegelicht. Zou het bericht zijn uitgelekt dan zou hij zijn afgetreden. Minister Vredeling moest buiten ‘schot’ blijven; het ‘meest links kabinet van de eeuw’ mocht niet vallen. Ruud Lubbers verklaarde in 1998 dat hij destijds, als minister van Economische Zaken in het kabinet- Den Uyl, ook op de hoogte was. De leveranties van met name tank- en artilleriegranaten waren destijds illegaal. Het kabinet had officieel besloten geen materieel te leveren. Er waren geen vergunningen afgegeven. Gezien de grote omvang was geheimhouding geen sinecure. Uiteindelijk arriveerden de Nederlandse zendingen ook in Israël maar toen was voor Israël het ergste leed al geleden. Israël had zich succesvol verdedigd. Maar Israël was de bevriende naties VS en Nederland dankbaar. Het staat allemaal opgetekend in een verslag van een analyse van de Utrechtse hoogleraar Duco Hellema, de Amsterdamse docent internationale betrekkingen Cees Wiebes en de derde auteur Tony Witte ‘Doelwit Rotterdam - Nederland en de oliecrisis 1973-1974’. • Olie-embargo. In oktober 1973 hadden de meeste Arabische landen een olie-embargo tegen Nederland en de VS ingesteld. De landen die Israël tijdens de Yom Kippoeroorlog het meest hadden gesteund kregen voor straf geen olie meer. Via de OPEC, de organisatie van olieproducerende landen, hadden de Arabische landen de uitvoer naar alle landen al stevig beperkt. De olieprijzen waren verhoogd. Een spannende tijd brak aan. Of de steun van Nederland aan Israël bekend is geworden en zo bijdroeg aan het olieembargo is twijfelachtig. De indruk is dat deboycot erder was voorbereid. Minister Max van der Stoel van Buitenlandse Zaken vermoedde dat destijds. Het doel was immers ook om heel West-Europa via de belangrijkste aanvoerhaven Rotterdam te treffen en niet alleen Nederland (Hellema e.a., 1998). De Arabische landen hadden 19

- Coops, R. e.a. (red.), Van overheid naar markt, Den Haag, 1995.<br />

- Hulsen, P. en R. Reussing (red.), Keuzen maken: Nederland tussen 1976 en 1996,<br />

Twente University Press, Enschede, 1996.<br />

- Jong, P.de, A.F.A. <strong>Korsten</strong> en I.M.A.M. Pröpper (red.), Permanente herstructurering<br />

in maatschappelijke sectoren, Vuga, Den Haag, 1997.<br />

- Lingbeek, O., De macht van de metafoor – Een analyse van de planning voor het<br />

Groene Hart, Van Gorcum, Assen, 1998 (diss.).<br />

- Vries, M.S. de, Als problemen verdwijnen: het homo-emancipatiebeleid in<br />

Amsterdam, in: <strong>Beleid</strong>swetenschap, 1996, nr. 4, pp. 323-345.<br />

- <strong>Beleid</strong>swetenschap, 1996, pp. 403-500 (jubileumnummer).<br />

Sectorale ontwikkelingen<br />

- Maloney, W.A. & J.J. Richardson, Managing policy change in Britain – The politics <strong>of</strong><br />

water, Edinburgh University Press, 1995.<br />

Casus: Olieboycot vereist reactief beleid dat doorloopt<br />

Het kabinet-Den Uyl is niet alleen onvergetelijk omdat het ‘het meest linkse kabinet<br />

van de eeuw’ werd genoemd, <strong>of</strong> omdat zich ontluisterende betrekkingen voltrokken<br />

tussen twee ho<strong>of</strong><strong>dr</strong>olspelers Den Uyl en Van Agt die elkaar naar het leven stonden en<br />

niet nalieten elkaar een hak te zetten, maar omdat sprake was van een oliecrisis. De<br />

olieboycot leidde tot een autoloze zondag, iets wat nooit eerder vertoond was. De<br />

auto in de garage laten staan was ingrijpend maar ook wel knus. Koningin Juliana<br />

nam evenals vele Nederlandeers de fiets. Naar die crisis is onderzoek gedaan.<br />

Nauwelijks bekende feiten zijn aan het licht gebracht over deze spannende periode in<br />

de periode 1973-1974. De crisis was geen crisis want er was olie genoeg. Maar ‘het<br />

spel van een olietekort’ moest - toen bleek dat het allemaal meeviel - verder gespeeld<br />

worden om de Arabieren, die Nederland en andere Europese landen boycotten, niet<br />

te bruskeren (Hellema e.a., 1998). Een reconstructie van een casus.<br />

Les: De casus ‘energiecrisis’ leert dat beleid kan ontstaan - als gevolg van een<br />

olieboycot ‘met woorden’ - dat niet echt nodig is maar dat vervolgens wel niet te vlug<br />

beëindigd moet worden. Achteraf gezien, zeggen we: beleid om niks, maar het beleid<br />

zomaar <strong>stoppen</strong> zou onverstandig zijn geweest. De bestuurders van toen wisten dat.<br />

• Nederlandse betrekkingen met Israël.<br />

Nederland onderhield in de loop der jaren betrekkelijk hartelijke betrekkingen met<br />

Israël. Zo hielp het kabinet-De Jong Israël in 1967 aan wapens. En, Nederland was<br />

bijvoorbeeld terughoudender dan andere landen met eisen aan Israël over de<br />

teruggave van in 1967 veroverde gebieden. Zo ook het kabinet-Den Uyl. Dat door de<br />

PvdA-gedomineerde kabinet voelde affiniteit tot de door Golda Meir, van de<br />

Arbeiderspartij, geleide regering van Israël. Waaruit bestond die verbinding?<br />

18

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!