Beleid veranderen of stoppen - Prof. dr. AFA Korsten
Beleid veranderen of stoppen - Prof. dr. AFA Korsten
Beleid veranderen of stoppen - Prof. dr. AFA Korsten
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
verschil met de twee andere modellen is echter dat de na<strong>dr</strong>uk wordt gelegd op<br />
beleidsstabiliteit. Het PAC-kader beschrijft voornamelijk de mechanismen waarmee<br />
een dominante beleidscoalitie in een beleidssubsysteem zich weert tegen de<br />
argumenten van concurrerende beleidscoalities. Het debat tussen de dominante en<br />
concurrerende beleidscoalitie(s) zal hooguit tot incrementele veranderingen leiden;<br />
de normatieve kern (‘deep normative core’) van het waardenstelsel van de<br />
dominante coalitie zal niet <strong>veranderen</strong> zolang zich op het collectieve keuzeniveau<br />
waaronder beleidssubsystemen analytisch gezien functioneren geen veranderingen<br />
in politieke coalities <strong>of</strong> crises voordoen die gevolgen hebben voor de<br />
machtsconfiguratie op het beleidsniveau.<br />
Autoritaire democratie<br />
De centrale vraag blijft echter in hoeverre deze theorieën op radicale<br />
beleidsveranderingen in niet-liberale democratische politieke stelsels van toepassing<br />
zijn. De hierboven behandelde theorieën van beleidsverandering zijn alle gebaseerd<br />
op empirische onderzoeken in liberaal democratische systemen. Alle leggen de<br />
na<strong>dr</strong>uk op het vrije spel van debat, argumentatie en strijd tussen verschillende<br />
beleidscoalities over de vertaling van hun ideeën en belangen in beleidsprogramma’s<br />
en wet- en regelgeving op het microniveau van beleidssubsystemen. De strijd om<br />
beleid speelt zich voorts binnen langdurig stabiele en duurzame institutionele<br />
normen, regels en procedures op, respectievelijk, het macro- en mesoniveau van het<br />
politieke systeem af (vgl. Kiser and Ostrom, 1982; Ostrom, 1990). Een dergelijke<br />
stabiele omgeving ontbreekt echter in autoritaire regimes vanwege de permanente<br />
<strong>dr</strong>eiging van het instorten van het systeem ─ in dit geval als gevolg van een militaire<br />
interventie. Terwijl de institutionele structuren, regels en normen van het meso- en<br />
macroniveaus door beleidsactoren in liberale stelsels als gegeven worden<br />
beschouwd, vormen deze niveaus voor beleidsactoren in autoritaire stelsels een<br />
veranderlijke. En omdat deze institutionele stabiliteit als een centrale assumptie in de<br />
<strong>dr</strong>ie modellen van beleidsverandering is weergegeven kunnen de modellen niet<br />
direct getoetst worden voor een politiek systeem waarin deze institutionele stabiliteit<br />
ontbreekt en integendeel institutionele instabiliteit de norm is.<br />
Er bestaat niettemin een uitweg voor dit probleem. De theorieën van<br />
beleidsverandering kunnen namelijk op een andere fundamentele wijze bij<strong>dr</strong>agen<br />
aan het begrip over beleidsveranderingen in een niet-liberaal politiek systeem. Een<br />
meta-theoretische vergelijking van de <strong>dr</strong>ie theorieën leidt namelijk tot de conclusie<br />
dat ze alle <strong>dr</strong>ie een analytisch onderscheid maken tussen intellectuele en institutionele<br />
causale mechanismen die leiden tot beleidsveranderingen. De reden hiervan is dat<br />
alle <strong>dr</strong>ie de theorieën terug te voeren zijn op Heclo’s onderscheid tussen ‘powering’<br />
en ‘puzzling’ (Heclo, 1974). Dit onderscheid houdt in dat beleidsprocessen zowel over<br />
macht en belangen als over ideeën en leerprocessen gaan.<br />
140