Trek je talige schoenen aan - Vlaamse Gemeenschapscommissie

Trek je talige schoenen aan - Vlaamse Gemeenschapscommissie Trek je talige schoenen aan - Vlaamse Gemeenschapscommissie

31.08.2013 Views

Trek een streepje tot waar dat bolletje komt. Schrijf er Koning Boudewijn bij. Laat hetzelfde doen met de twee andere eindstations en kijk samen welk streepje het verste komt. Kijk eens goed. Hier is een plannetje met allemaal lijnen op. Welke lijn is de metro? Hoe weet je dat? Tot waar kan je allemaal rijden? Welk station is het verste, denk je? Waarom? We gaan het eens nakijken. Ik neem een stukje papier... Zie opdrachtkaarten p. 15 Extra vragen over Brussel Extra uitleg en interactiemogelijkheden bij de opdrachten Opdrachten over heel de tocht gespreid Dit zijn drie opdrachten die de kinderen niet op een bepaalde plaats of op één moment moeten oplossen. Ze krijgen hier de hele tocht de tijd voor. Ze moeten er wel goed op letten dat ze deze opdrachten niet uit het oog verliezen. Help hen hierbij door hen er af en toe naar te vragen of hints in die richting te geven. Tip: Je kan ook per opdracht een aantal kinderen verantwoordelijk maken. Dat betekent niet dat zij die opdracht alleen moeten uitvoeren, maar wel dat ze de andere kinderen ermee moeten aan doen denken en aansporen om die opdracht uit te voeren. 1. Kijk onderweg goed rond. Noem twee dingen die veel toeristen kopen. Heb je al eens goed gekeken naar wat de toeristen hier kopen? Eten jullie dat zelf ook graag? Vinden je dat mooi? Zou je het zelf ook kopen? Wat zou jij kopen als je een toerist was in Brussel? 2. Trek leuke foto’s van de volgende gebouwen en standbeelden. Zorg dat heel de groep mee op de foto staat! De Beurs Het wensbeeld aan de Grote Markt (het beeld van Everaert 't Serclaes) Manneke Pis Jeanneke Pis Theater Toone De Muntschouwburg De Sint-Michiels-en Sint-Goedelekathedraal 3. Trek een aantal foto's van dingen/mensen die jullie groep de moeite waard vindt. Trek niet zomaar een foto, maar bespreek je ideeën eerst met de hele groep. Kijk eens naar dat gebouw daar, vinden jullie dat niet mooi? Nee, nee, wacht, niet trekken, zo zien we Karim en Sana niet! 9

Vindt iedereen dat een goed idee? Waarom niet? Kijk eens naar de opdracht: moesten jullie nergens een foto van trekken? Niet zo stijf! Beweeg eens een beetje en als ik ‘stop’ zeg, blijf je staan en trek ik een foto. Ok? Nadia heeft nog geen foto getrokken. Wat vind jij mooi of gek of…? Opdrachten voor tussendoor TEKEN- EN UITBEELDOPDRACHTEN Voor de opdrachten zelf: zie achteraan ‘Opdrachtkaarten voor tussendoor’. Eén kind van de groep tekent of beeldt uit wat op het kaartje staat. De andere kinderen moeten zo snel mogelijk proberen raden wat het is. Het kind dat tekent of iets uitbeeldt mag niets zeggen. Het kind dat aan het tekenen is mag ook geen gebaren maken. De andere kinderen kunnen, als ze het niet direct weten, extra vragen stellen aan het kind dat tekent of uitbeeldt, bijvoorbeeld: Is het een voorwerp, dier, persoon of een handeling? Waar leeft dit dier, op het land, in het water…? Het gaat om een handeling? Hoeveel keer per dag doe je die? Wanneer, alleen ’s morgens? Is het een handeling die je zelf veel doet? Je ouders? En je moet iets in een oven leggen? Het kind dat tekent/uitbeeldt mag daar niet verbaal op antwoorden, maar kan dan het antwoord op die vragen tekenen/uitbeelden. De kinderen kunnen zowel in het Nederlands als in het Frans of hun eigen taal raden wat er getekend/uitgebeeld wordt. Het kan immers dat een kind wel herkent wat er getekend/uitgebeeld wordt, maar het woord niet in het Nederlands kent. Andere kinderen van de groep kunnen het dan misschien vertalen. DOE-OPDRACHTEN Blind standbeeld Alle kinderen worden geblinddoekt, behalve eentje. Dit kind mag een gekke positie aannemen en zo blijven staan. De animator (of een kind) beschrijft aan de geblinddoekte kinderen hoe ze moeten gaan staan. De kinderen proberen dan ook zo te gaan staan. Als de beschrijving afgerond is, mogen alle blinddoeken af en kan iedereen kijken hoe goed hij staat. 10 Tip: Oefen dit spelletje eerst eens zonder blinddoek. Laat het kind dat een houding aanneemt, geen al te moeilijke houding aannemen. Hij en de andere kinderen moeten er immers een tijdje in kunnen blijven staan. Zet je linkervoet een klein beetje naar voor. Doe je rechterarm omhoog. Ga nu op je hurken zitten, buig je knieën. Ai, pas op! Niet te ver, anders bots je tegen Dieter. Ok, nu zijn jullie allemaal standbeelden en mag je niet meer bewegen. Ik kom jullie blinddoek afnemen en dan kan je eens kijken. Evenwichtskring Vorm met iedereen samen een cirkel. Ga zo dicht mogelijk tegen elkaar staan. Draai dan allemaal een kwart naar rechts, zodat je buik tegen de rug van de persoon die rechts van je stond komt. Wanneer

<strong>Trek</strong> een streep<strong>je</strong> tot waar dat bollet<strong>je</strong> komt. Schrijf er Koning Boudewijn bij.<br />

Laat hetzelfde doen met de twee andere eindstations en kijk samen welk streep<strong>je</strong> het verste komt.<br />

Kijk eens goed. Hier is een plannet<strong>je</strong> met allemaal lijnen op. Welke lijn is de metro?<br />

Hoe weet <strong>je</strong> dat?<br />

Tot waar kan <strong>je</strong> allemaal rijden?<br />

Welk station is het verste, denk <strong>je</strong>? Waarom?<br />

We g<strong>aan</strong> het eens nakijken. Ik neem een stuk<strong>je</strong> papier...<br />

Zie opdrachtkaarten p. 15<br />

Extra vragen over Brussel<br />

Extra uitleg en interactiemogelijkheden bij de opdrachten<br />

Opdrachten over heel de tocht gespreid<br />

Dit zijn drie opdrachten die de kinderen niet op een bepaalde plaats of op één moment moeten oplossen.<br />

Ze krijgen hier de hele tocht de tijd voor. Ze moeten er wel goed op letten dat ze deze opdrachten<br />

niet uit het oog verliezen. Help hen hierbij door hen er af en toe naar te vragen of hints in die richting<br />

te geven.<br />

Tip: Je kan ook per opdracht een <strong>aan</strong>tal kinderen verantwoordelijk maken. Dat betekent niet dat zij<br />

die opdracht alleen moeten uitvoeren, maar wel dat ze de andere kinderen ermee moeten <strong>aan</strong><br />

doen denken en <strong>aan</strong>sporen om die opdracht uit te voeren.<br />

1. Kijk onderweg goed rond. Noem twee dingen die veel toeristen kopen.<br />

Heb <strong>je</strong> al eens goed gekeken naar wat de toeristen hier kopen?<br />

Eten jullie dat zelf ook graag?<br />

Vinden <strong>je</strong> dat mooi? Zou <strong>je</strong> het zelf ook kopen?<br />

Wat zou jij kopen als <strong>je</strong> een toerist was in Brussel?<br />

2. <strong>Trek</strong> leuke foto’s van de volgende gebouwen en standbeelden. Zorg dat heel de groep mee<br />

op de foto staat!<br />

De Beurs<br />

Het wensbeeld <strong>aan</strong> de Grote Markt (het beeld van Everaert 't<br />

Serclaes)<br />

Manneke Pis<br />

Jeanneke Pis<br />

Theater Toone<br />

De Muntschouwburg<br />

De Sint-Michiels-en Sint-Goedelekathedraal<br />

3. <strong>Trek</strong> een <strong>aan</strong>tal foto's van dingen/mensen die jullie groep<br />

de moeite waard vindt. <strong>Trek</strong> niet zomaar een foto, maar<br />

bespreek <strong>je</strong> ideeën eerst met de hele groep.<br />

Kijk eens naar dat gebouw daar, vinden jullie dat niet mooi?<br />

Nee, nee, wacht, niet trekken, zo zien we Karim en Sana niet!<br />

9

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!