deel 1 planMER - Stad Kortrijk

6712_plan-mer-31juli2012-definitieve_versie.docx
90/346 04/006712
Er kunnen ter hoogte van het plangebied 3 zones onderscheiden worden (medeling Jooris R.):
Zone 1 betreft een ruderaal terrein met schrale vegetatie en een stenig milieu waarop nog
enkele oude gebouwtjes staan, o.a. een loskade. Door de schrale vegetatie en de
aanwezigheid van ballast is dit een thermofiel habitat waar de hagedissen zonnen en
jagen. Het gebied heeft echter veel te lijden van sluikstort.
Zone 2 omvat de achterkant van het gebouw van de douane tot de sporen van de NMBS.
De oude muur (achterkant loods van de douane) en het terrein tussen de muur en de
sporen vormen een geschikt biotoop voor een stenotope soort als de Muurhagedis. Het
gebied kent een vrij schrale vegetatie en is bovendien vrij thermofiel als gevolg van een
bescherming tegen koude noord- en noordoosten wind door de oude loods.
Zone 3 zijn de sporen zelf met de onderliggende ballast en de paden langs beide zijden
van het spoor.
De Muurhagedis is een recente soort in Vlaanderen. Het betreft een soort van bijage IV van de Habitatrichtlijn.
De enkele Vlaamse populaties zijn recent –al dan niet met opzet- ingevoerd en zitten vooral langs
spoorwegterreinen. Gezien het geen inheemse en recente soort is, werd voor deze soort geen IHD opgesteld.
De soort is wel beschermd volgens artikel 3 van het Soortenbesluit. Dit artikel stelt immers:
Dit besluit is van toepassing op:
1° inheemse soorten;
2° uitheemse vogelsoorten die van nature in het wild voorkomen op het Europese grondgebied
van de Europese Unie, of andere uitheemse soorten dan vogels, die zijn opgenomen in
bijlage IV van de Habitatrichtlijn of in bijlage II van het verdrag van Bern.
In bijlage 1 bij het soortenbesluit is de Muurhagedis opgenomen als een categorie 1-soort. Categorie 1 betreft
soorten waarop de basisbeschermingsbepalingen van het besluit van toepassing zijn. Van die
beschermingsbepalingen kan worden afgeweken onder de voorwaarden van artikel 20, § 1, § 2 en § 4.
Bovendien gelden voor die soorten de aan planologische bestemming verbonden vrijstellingen, vermeld in
artikel 11 en 15.
- artikel 20, § 1, § 2 en §4 : deze hebben betrekking op maatregelen ifv de volksgezondheid,
openbare veilieghied, dwingende redenen van openbaar belang en ter voorkomen van belangrijke
schade.
Deze voorwaarden zijn hier dus niet van toepassing.
- artikel 11 en 15: deze artikelen voorzien dat de verbodsbepalingen voor wat betreft de soorten
waarbij categorie 1 is aangekruist in bijlage 1, geen beperkingen inhouden die absoluut werken, of
die handelingen verbieden of onmogelijk maken die overeenstemmen met de plannen van aanleg of
de ruimtelijke uitvoeringsplannen van kracht in de ruimtelijke ordening, of die absoluut de realisatie
van die plannen en hun bestemmingsvoorschriften verhinderen of de realisatie van de algemene
bestemming betekenisvol in het gedrang brengen.
Gezien de bestemming zou kunnen gesteld worden dat de aanwezigheid van de soort verdere
stedelijke ontwikkeling hier niet mag hypothekeren.
De muurhagedis is in bijlage 1 van het soortenbesluit dus NIET aangeduid als categorie-3 soort, waaronder de
soorten vallen die zijn opgenomen in bijlage IV van de Habitatrichtlijn, en die regelmatig voorkomen in het
Vlaamse Gewest en waarvoor de strengste beschermingsmaatregelen gelden.
Aangezien er geen IHD’s beschikbaar zijn voor deze soort kan hier niet aan getoetst worden. In voorliggend
MER wordt wel een toetsing gedaan aan het soortenbeschermingsbesluit.