31.08.2013 Views

deel 1 planMER - Stad Kortrijk

deel 1 planMER - Stad Kortrijk

deel 1 planMER - Stad Kortrijk

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

6712_plan-mer-31juli2012-definitieve_versie.docx<br />

84/346 04/006712<br />

Uit Tabel 5-13 kan afgeleid worden dat de jaargemiddelde NO2-concentratie op geen enkel van de<br />

geselecteerde wegsegmenten de jaargrenswaarde (40 µg/m³) overschrijdt. De verkeersbijdragen<br />

variëren voor de meeste wegsegmenten tussen 0,6 en 10,3 µg/m³. Dit komt overeen met een<br />

bijdrage van 1,5 tot 25,75% van de norm. Er worden nergens overschrijdingen van de<br />

uurgrenswaarden van NO2 berekend.<br />

Ook voor PM10 wordt de jaargrenswaarde van 40 µg/m³ overal gerespecteerd. Desondanks worden<br />

voor al de geselecteerde wegsegmenten meer dan 35 overschrijdingen van de daggrenswaarde<br />

vastgesteld. Dit wordt voornamelijk verklaard door de hoge achtergrondwaarden; de totale<br />

concentratie wordt immers slechts in beperkte mate bepaald door de verkeersbijdragen. Zoals blijkt<br />

uit de berekeningen variëren de verkeersbijdragen tussen 0,1 en 1,7 µg/m³, dit komt overeen met<br />

een bijdrage van 0,25 tot 4,25% van de norm.<br />

Voor wat betreft PM2,5 kan afgeleid worden dat voor iets minder dan de helft van het aantal<br />

geselecteerde wegsegmenten (12 van de 29) een jaargemiddelde PM2,5 concentratie van meer dan<br />

25 µg/m³ wordt berekend. Ook hier wordt dit verklaard door de hoge achtergrondconcentratie. De<br />

verkeersbijdragen variëren voor de geselecteerde wegsegmenten tussen 0,1 en 1,4 µg/m³. Dit<br />

komt overeen met 0,4 tot 5,6 % van de grenswaarde van 25 µg/m³ die geldt vanaf 1 januari 2015,<br />

ofwel 0,4 tot 5,6 % van de indicatieve grenswaarde van 20 µg/m³ die geldt vanaf 1 januari 2020.<br />

Zoals vermeld in de beschrijving van de methodiek (§ 14.1.1) werden de immissiebijdragen van<br />

benzeen berekend op basis van de verhouding van de emissies van PM10 en benzeen en de<br />

berekende immissiebijdrage van PM10. Het jaargemiddelde werd berekend op basis van de<br />

jaargemiddelde achtergrond (die voor het ganse studiegebied gelijk gesteld werd aan 0,64 µg/m³<br />

(zie hoger)) en de immissiebijdrage.<br />

Uit de berekeningen kan afgeleid worden dat de jaargemiddelde benzeenconcentratie ter hoogte<br />

van de geselecteerde wegsegmenten overal minder dan 5 µg/m³ bedraagt (= jaargrenswaarde voor<br />

benzeen). De verkeersbijdragen variëren voor de geselecteerde wegsegmenten tussen 0,13 en<br />

2,28 µg/m³. Dit komt overeen met 2,7 tot 45,7 % van de norm.<br />

5.3.4.5 Emissies van gebouwenverwarming<br />

Het overgrote <strong>deel</strong> van de emissies van huishoudens zijn broeikasgasemissies. In 2009 bedroeg<br />

het aan<strong>deel</strong> van de energetische emissies van huishoudens in Vlaanderen 97,5%, waarvan de<br />

CO2-emissies 96,7% <strong>deel</strong> uit maken. De aandelen CH4 en N2O zijn klein: respectievelijk 0,6% en<br />

0,2%.<br />

Naast broeikasgasemissies dragen huishoudens ook bij tot de emissie van verzurende stoffen.<br />

82,8% van de verzurende emissie van huishoudens is afkomstig van gebouwenverwarming. Het<br />

betreft voornamelijk emissies van NOx (42,7%) en SOx (39,9%) ten gevolge van de verbranding van<br />

fossiele brandstoffen voor ruimteverwarming en het bereiden van warm water.<br />

Verder dragen huishoudens in Vlaanderen voor 11,8% bij tot de emissie van ozonprecursoren.<br />

Gebouwenverwarming is hier voor 57,8 % verantwoordelijk voor.<br />

Wat betreft stofemissies, draagt de gebouwenverwarming bij tot ruim de helft (54,1%) van de<br />

emissies van huishoudens.<br />

Gebouwenverwarming draagt ook bij tot de emissie van producten van onvolledige verbranding,<br />

waarvan de voornaamste CO emissies zijn.<br />

Op basis van de in paragraaf 14.1.1.3 vermelde emissiefactoren werden voor het bebouwde<br />

oppervlak van de huidige situatie van het studiegebied de emissies berekend. Het aantal km²<br />

bebouwd oppervlak in de huidige situatie (14,45 km²) werd bepaald op basis van een luchtfoto van<br />

de huidige situatie (Figuur 14-1). De resultaten worden weergegeven in Tabel 5-14.

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!