deel 1 planMER - Stad Kortrijk

13.4.8 Fauna en flora
Effectbespreking en –beoordeling
Direct ruimtebeslag
Verstoring
Netwerken
6712_plan-mer-31juli2012-definitieve_versie.docx
319/346 04/006712
Het behoud van de restanten van de bomenrij van wilg (en berk) wordt
ecologisch gezien niet als een meerwaarde beschouwd. Binnen het
woonpark kunnen initiatieven genomen worden om nieuwe
(semi)natuurlijke habitats te creëren
De realisatie van het RUP betekent een verlies aan leefgebied voor
Muurhagedis (significant negatief effect). Ook al gaat het strikt gezien
niet om een inheemse populatie, het feit dat de soort opgenomen is in
bijlage IV van de Habitatrichtlijn en in bijlage 1 van het soortenbesluit
opgenomen is als een categorie-1-soort, maakt de nodige maatregelen
voor behoud noodzakelijk. Dit verlies aan habitat dient daarom
opgevangen te worden, zo mogelijk binnen het plangebied (door een
doordachte inrichting van een andere deelruimte (bv. het parkgebied
rond de woonblokken) of door een aangepast ontwerp van de
toekomstige gebouwen), desnoods door translocatie. Dit laatste geldt
enkel als noodoplossing als er niet voldoende oppervlakte aan
leefgebied kan gegarandeerd worden in het plan.
De uitbreiding van de goederenloods wordt bij voorkeur niet achteraan
voorzien. Bij uitbreiding aan de achterzijde dient er op toegezien te
worden dat de nieuwe gevels geschikt zijn als ‘zon’-plaats. Ook een
oordeelkundig ontwerp en inrichting van het dak als habitat is een optie.
Het is noodzakelijk dat binnen het RUP garanties worden geboden voor
het voortbestaan van de populatie. De concrete uitwerking van de
maatregelen dient in samenspraak met ANB en Hyla te gebeuren.
De buffervijvers in het woonpark dienen aan de principes van
natuurtechnische milieubouw (NTMB) te voldoen waardoor ze een
ecologische meerwaarde betekenen.
Op de (nieuwe) gebouwen kunnen groendaken gerealiseerd worden.
De aanwezige fauna elementen in het studiegebied en de onmiddellijke
omgeving zijn volledig aan de geluids- en lichtverstoring aangepast
(verwaarloosbaar effect).
Er zijn geen kwetsbare natuurgebieden in de omgeving zijn gelegen.
Bijgevolg treden er geen effecten van verzuring en eutrofiëring ten
gevolge van luchtverontreiniging en effecten van verdroging op
(verwaarloosbaar effect).
De potentiële verbindingen langs de spoorweg en de Leie blijven
behouden (verwaarloosbaar effect) en kunnen kwalitatief verbeterd
worden.
Het RUP moet de mogelijkheid open laten om een groenstructuur langs
de Leie te voorzien.