deel 1 planMER - Stad Kortrijk

13.4.2 Geluid
13.4.3 Lucht
Effectbespreking en -beoordeling
6712_plan-mer-31juli2012-definitieve_versie.docx
310/346 04/006712
In de meeste meetpunten is de wijziging van het verkeersgeluid in de geplande situatie kleiner
of gelijk aan 1 dB(A) (verwaarloosbaar effect).
In het meetpunt in de Meersstraat en in het meetpunt ten oosten van het plangebied in de
burgemeester Nolfstraat wordt er in de geplande situatie (2020 met project Kortrijk-Weide) een
verhoging van het verkeersgeluid t.o.v. de referentiesituatie berekend waardoor er een matig
tot significant negatief effect verwacht wordt. In deze meetpunten blijft ondanks de
geluidstoename het verkeersgeluid ruim onder de richtwaarde en de maximale waarde van het
ontwerp KB van 10/07/1991. Milderende maatregelen worden daarom niet nodig geacht.
De verschillen tussen de resultaten van het oorspronkelijke verkeersmodel (=stadsmodel
2010) en die van het stadsmodel 2012 zijn niet van die aard dat ze tot andere conclusies
leiden voor wat de discipline geluid betreft.
Naar het geluid toe wordt een aparte ontsluiting voor het parkeerterrein en voor de woningen
aan de zuidzijde als beste variant beschouwd daar in deze variant minder nieuwe wegen en
bijgevolg ook minder nieuwe storingzones aangelegd worden.
Bij vergelijking van het huidige verkeersgeluid met het ontwerp KB van 10/07/1991 stellen we vast
dat op geen enkele meetlocatie, de maximale waarden worden overschreden. Er dienen bijgevolg
geen milderende maatregelen uitgevoerd te worden.
Effectbespreking en -beoordeling
De NO2 emissies, de PM2,5-uitlaat emissies en de benzeen emissies zijn zowel in het
nulalternatief als in de plansituatie beduidend lager dan in de huidige situatie. De niet-uitlaat
emissies (zowel PM2.5 als PM10) en de CO2 emissies zijn van dezelfde grootteorde als in de
huidige situatie.
Wanneer de plansituatie vergeleken wordt met het nulalternatief, dan blijkt dat de emissies in
de plansituatie voor het totaal van de bestudeerde wegsegmenten 9 % hoger ligt dan in het
nulalternatief.
Naar impact van verkeer op lucht kan besloten worden dat er in de plansituatie voor geen
enkel van de geselecteerd wegsegmenten overschrijdingen van de jaargrenswaarden van
NO2, PM10, PM2,5 en benzeen berekend worden. Afhankelijk van het beschouwde
wegsegment zijn er wel geringe tot significante bijdragen voor NO2. Voor PM10, PM 2,5 en
benzeen zijn er geen significante bijdragen. Voor PM10 worden er wel nog meer dan 35
overschrijdingen van de daggrenswaarde voor de bescherming van de menselijke gezondheid
berekend. Omdat de totale PM10 concentratie voornamelijk bepaald wordt door de
achtergrondconcentratie en in mindere mate door verkeer, zijn vooral maatregelen van belang
die inwerken op de achtergrondconcentratie.
Een vergelijking van de resultaten van het stadsmodel 2010 met de resultaten van stadsmodel
2012 voor wat de discipline lucht betreft, leidt niet tot andere conclusies.