deel 1 planMER - Stad Kortrijk

6712_plan-mer-31juli2012-definitieve_versie.docx
233/346 04/006712
Wat dient opgemerkt te worden, is dat er voor alle geselecteerde wegsegmenten overschrijdingen
van de dagnorm berekend worden. Voor 7 van de 29 wegsegmenten wordt 1 overschrijding meer
berekend in vergelijking met het nulalternatief. Net zoals voor het nulalternatief geldt voor de
plansituatie echter ook dat de overschrijdingen voornamelijk veroorzaakt worden door de hoge
achtergrondwaarden. Zoals blijkt zijn de verkeersbijdragen immers niet significant. Dezelfde
conclusie kan getrokken worden uit een doorrekening van de geactualiseerde verkeersgegevens uit
het stadsmodel 2012: ondanks een daling in pae’s voor een aantal wegsegmenten, blijven er voor
al de herberekende wegsegementen overschrijdingen van de dagnorm, die dus voornamelijk te
wijten zijn aan de hoge achtergrond, aangezien de verkeersbijdragen niet significant zijn.
De PM2,5 jaargemiddelden zijn voor al de geselecteerde wegsegmenten lager dan de grenswaarde
van 25 µg/m³ die geldt vanaf 1 januari 2015. De verkeersbijdragen variëren tussen 0,1 en 0,4
µg/m³. Dezelfde conclusie kan getrokken worden uit de herrekening van de geactualiseerde
verkeersgegevens uit het stadsmodel 2012.
De verkeersbijdrage is slechts voor 1 wegsegment hoger dan in het nulalternatief. Bij de
doorrekening van de geactualiseerde verkeersgegevens uit het stadsmodel 2012 is er voor geen
enkel wegsegment een verschil in verkeersbijdrage tussen de plansituatie en het nulalternatief.
Wanneer vergeleken wordt met de norm (zowel de grenswaarde van 25 µg/m³ die geldt vanaf 1
januari 2015 als de indicatieve grenswaarde van 20 µg/m³ die geldt vanaf 2020) dan blijkt dat er
voor geen van de geselecteerde wegsegmenten significante bijdragen berekend worden. Deze
conclusie blijft behouden bij de geactualiseerde verkeersdata uit het stadsmodel 2012.
Ook voor benzeen worden er voor het planalternatief geen overschrijding berekend van de
jaargemiddelde grenswaarde (5 µg/m³). De verkeersbijdragen variëren in het planalternatief tussen
0,02 en 0,16 µg/m³. Deze conclusie blijft behouden bij doorrekening van de geactualiseerde
verkeersgegevens uit het stadsmodel 2012. Wanneer vergeleken wordt met de norm, dan zijn er
ter hoogte van wegsegmenten 3, 4 en 5 ‘geringe’ bijdragen. Voor alle andere wegsegmenten zijn
de verkeersbijdragen niet significant voor wat betreft benzeen. Dit blijft zo bij de geactualiseerde
verkeersgegevens uit het stadsmodel 2012.