Handboek Slibgisting - Stowa
Handboek Slibgisting - Stowa
Handboek Slibgisting - Stowa
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
StoWa 2011-16 HANDBOEK SLIBGISTING<br />
Ook worden bij steeds meer gistingstanks een dubbele hoogte meting toegepast, waarbij<br />
de ene meting de schuimlaag niet detecteert (bijv. drukdoos) en de andere meting wel (bijv.<br />
radar meting). Een toenemend verschil is een indicatie dat er een schuim- of drijflaag aan het<br />
vormen is, waarop de bedrijfsvoerder maatregelen kan nemen.<br />
3.1.4 WIJZE VaN VoEDEN<br />
De voeding van de slibgistingstank kan bestaan uit primair slib, secundair slib extern slib<br />
(van andere rwzi) of ander organisch materiaal (co-vergisting). Deze slibstromen worden in<br />
de meeste gevallen gravitair of mechanisch ingedikt. In sommige gevallen wordt het primair<br />
slib direct uit de slibzak van de voorbezinktank aan de slibgistingstank toegevoegd. Het in<br />
de meeste gevallen ingedikte slib wordt vervolgens continu of batchgewijs (pulse-pauze, slibspiegel,<br />
looptijd-wachttijd) aan de slibgistingstank toegevoegd. Inzicht in hoe dit in de meeste<br />
gevallen in Nederland gebeurt is nog onbekend. Wel bestaat de indruk dat secundair slib<br />
vaker continu wordt toegevoegd en primair slib vaker batchgewijs. In principe geldt hoe gelijkmatiger<br />
de slibgisting wordt gevoed hoe stabieler het proces en hoe gelijkmatiger het gas<br />
geproduceerd wordt.<br />
Door onvoldoende buffercapaciteit voor primair slib komt het bij veel rwzi’s voor dat bij een<br />
regenweerperiode na een lange droogweer periode er veel slib moet worden verwerkt. Dit<br />
leidt tijdelijk tot een overbelasting van de gisting en een (te) grote piek in gasproductie. Zo<br />
kan bij voorbeeld tijdelijk de brug in de voorbezinktank stilgezet worden om slibindikking in<br />
de tank toe te passen en daardoor minder of dikker slib naar de gisting te pompen (let wel op<br />
voor dichtslibben van pompen en leidingen). Hierdoor kan actief met slibstromen gestuurd<br />
worden. In het algemeen kan worden gesteld dat het belangrijk is om voldoende buffercapaciteit<br />
te bouwen zodat een gelijkmatige voeding van de slibgisting met een zo constante<br />
mogelijke slibkwaliteit wordt toegepast. Er is momenteel onvoldoende inzicht hoe de verschillende<br />
waterbeheerders hiermee omgaan en welke richtlijnen voor buffervoorzieningen<br />
worden gehanteerd.<br />
3.1.5 aaNWEZIGE MEtINGEN EN BEVEILIGINGEN<br />
Om het functioneren van de slibgistingstank te monitoren en deze veilig te bedrijven zijn de<br />
volgende metingen en beveiligingen beschikbaar:<br />
• temperatuur;<br />
• pH;<br />
• gasdebiet (productie);<br />
• debiet in slibaanvoerleidingen;<br />
• niveaumeting in slibgistingstank;<br />
• gassamenstelling;<br />
• Wobbe-index;<br />
• druk slibaanvoerpompen;<br />
• H2S-gehalte biogas;<br />
• overdrukbeveiliging.<br />
Uit de enquête die onder het Landelijk Technologen Platform van de waterschappen is gehouden,<br />
is gebleken dat van de 26 ontvangen enquêtes (soms aangegeven voor hele waterschap,<br />
soms per locatie) in 22 gevallen ervaring is met bovengenoemde metingen en beveiligingen.<br />
De parameters die het meest (via BBS) worden geregistreerd zijn de temperatuur, debiet, en<br />
overdrukbeveiliging. De gassamenstelling en pH wordt in de meeste gevallen handmatig gecontroleerd,<br />
in sommige gevallen zoals voor H2S gebeurt dat ook online. De in- en uitgaande<br />
slibstromen worden doorgaans handmatig bemonsterd voor de bepaling van het droge-stof-<br />
26