Handboek Slibgisting - Stowa
Handboek Slibgisting - Stowa
Handboek Slibgisting - Stowa
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
StoWa 2011-16 HANDBOEK SLIBGISTING<br />
1. LEEFtIJD VaN DE SLIBGIStINGSINStaLLatIE<br />
Omdat het leegzetten van een slibgistingstank een kostbare en tijdrovende klus is wordt het<br />
leegzetten vaak uitgesteld. Wanneer echter een slibgistingsinstallatie meer dan 20 jaar in<br />
bedrijf is zonder dat deze is leeggezet voor onderhoud of inspectie dan is het goed mogelijk<br />
dat er zich veel zand in heeft opgehoopt, dit geldt in het bijzonder voor tanks met een platte<br />
bodem. Het vermoeden wordt nog groter wanneer er gedurende die periode slecht zand is<br />
afgevangen met een zandvanger.<br />
2. KoUDE INBLaaSLEIDING<br />
Het koud blijven van de inblaasleiding kan duiden op een beperkte doorzet van de gasinblaaslansen,<br />
welke veroorzaakt kan zijn door een ophoping van zand op de bodem van de slibgistingstanks.<br />
Indien de doorzet van de gasinblaaslansen inderdaad wordt beperkt door zand zal<br />
blijken uit het feit dat regelmatig en zeer snel na het ontstoppen van gasinblaaslansen het<br />
probleem zich weer voordoet.<br />
3. oNrEGELMatIGE EN/oF LaGE BIoGaSproDUCtIE<br />
Een structurele lage gashouderstand en het daardoor regelmatig uitvallen van de WKKgasmotor<br />
is een indicatie dat de biogasproductie uit de slibgisting niet optimaal is. Dit kan<br />
een gevolg zijn van een verkorte slibleeftijd door zandophoping maar kan ook duiden op een<br />
biogaslekkage! De biogasproductie uit een slibgisting heeft altijd een zekere fluctuatie als een<br />
gevolg van veranderingen in de slibaanvoer of door de start van de menging.<br />
Het zandophopingsproces gaat echter langzaam, waarbij het effect op de prestatie van de slibgistingstank<br />
geleidelijk zal afnemen. Het is dus belangrijk om hier inzicht in te krijgen door<br />
naar de trend van de biogasproductie over een langere periode te kijken. Dit in combinatie<br />
met andere analyses naar het functioneren van de slibgistingstank, bijvoorbeeld het berekenen<br />
van de drogestofafbraak aan de hand van een slibbalans, geeft indicatie of zandophoping<br />
plaatsvindt.<br />
4. SLIBBaLaNS<br />
Het maken van een slibbalans geeft inzicht in de mate van drogestofafbraak uit de biogasopbrengst<br />
per kg aangevoerde drogestofvracht. Hierbij dient een hydraulische en stoffenbalans<br />
opgesteld te worden. Een slibbalans blijkt in de praktijk een lastige opgave door de<br />
variaties in aanvoer, temperatuur en verblijftijd in de slibgistingstank. Om deze reden is het<br />
dan ook belangrijk de slibbalans te maken over een langere periode (minimaal 1x de slibleeftijd),<br />
waarbij dan gewerkt wordt met gemiddelde van de volgende parameters:<br />
• slibaanvoer debieten (primair, secundair en eventueel het extern aangevoerde slib);<br />
• slibaanvoer vrachten (primair, secundair en eventueel het extern aangevoerde slib);<br />
• drogestofgehaltes en asresten van alle ingaande slibstromen;<br />
• drogestofgehalte en asrest van de uitgaande uitgegiste slibstroom;<br />
• dagelijkse biogasproductie (m3 /d).<br />
Met deze bovenstaande waarden kan naast de drogestofafbraak ook de slibleeftijd in de slibgistingstank<br />
worden berekend. Wanneer de slibleeftijd onder de ontwerpwaarde komt, dan<br />
kan dit een sterke indicatie zijn dat het volume van de tank is gereduceerd door ophoping van<br />
zand of andere afzettingen. Belangrijk is dat de berekening wordt uitgevoerd met waarden<br />
die over een langere periode zijn gemeten en waarin een dalende trend wordt waargenomen.<br />
Het blijft lastig om de aanwezigheid van te veel zand in de slibgisting te bepalen en daarmee<br />
het leegzetten van de slibgistingstank te rechtvaardigen. Wanneer echter de combinatie van<br />
102