rapport 2000-08 - Stowa
rapport 2000-08 - Stowa
rapport 2000-08 - Stowa
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
In de herinrichting is bij vrijwel alle objecten gebmik gemaakt van harde materialen. mals<br />
aangegeven in bijlage 24. in 19 objecten U de oever opgebouwd uit een vooroever bestaande uit<br />
een harde constructie in combinatie met een plasberm. Voor globale beschrijving per object zie<br />
bijlage 24.<br />
Plantmateriaal<br />
Bijlage 25 geeft een overzicht van de aanplant.<br />
Langs 20 kanalen is plantmateriaal aangebracht. In 80% van de gevallen betreft dit net. Deze<br />
aanplant werd uitgevoerd bij de aanleg van: plasbennen (45%). rietstrokedrietbermen (45%) en bij<br />
overstromingsmnes (10%). indien er net is aangeplant is dat steeds gebeurd met wortelstokken of<br />
stekken. De dichtheid van de aanplant varieert van 1-2 síuks tot 6 stuks per m2. De vitaliteit van de<br />
nieuwe aanplant varieert tussen matig (Prinses Margriet Kanaal) en goed (diverse objecten). Andere<br />
gebrnikte plantensoorten zijn: zeggen, kleine lisdodde, gele Lis, pijlkruid, grote egelskop, biezen en<br />
hoger in de oever grassen en struikvormende soorten.<br />
De herkomst van het plantmateriaal is in veel gevallen onbekend. Vermeldenswaardig is de<br />
herkomst van plantmateriaal uit het Ballatonmear (Hongarije). dat verwerkt werd in een water<br />
waarbij tijdens de aanplant bleek dat dezelfde plantensoorten in de directe omgeving in ruime mate<br />
aanwezig waren.<br />
4.7.3 Kosten (her)i~chting<br />
De kosten van de herinrichting per strekkende meter zijn zeer variabel. Voor 23 objecten liggen de<br />
kosten tussen f 72,- en f 893,- excl. btw per meter, voor 10 objecten tussen f 1000,- en f 1400,excl.<br />
btw. voor 11 objecten zijn geen gegevens bekend.<br />
Grondverwerving is bij vier kanalen van belang geweest.<br />
Van de uitgevoerde objecten is 38% gesubsidieerd. Deze subsidies kwamen voor een groot deel van<br />
de REGIWA-regeling. Voor een klein deel kwam de subsidie van de leverancier van materialen of<br />
van Rijkswaterstaat. De meeste objecten zijn in beheer bij het Rijk of een provincie en komen<br />
derhalve niet voor subsidie in aanmerking.<br />
4.7.4 Onderhoud<br />
Het onderhoud aan de oevers wordt meestal machinaal uitgevoerd (32 van de 44 objecten, 73%).<br />
daarnaast vindt bij een aantal geen onderhoud plaats (25%). Van de overige oevers is het onderhoud<br />
onbekend. Het onderhoud dat machinaal wordt uitgevoerd, wordt in 66% van de betreffende<br />
objecten uitgevoerd met een rnaailmessenbalk.<br />
De frequentie van het onderhoud is in de meest voorkomende gevallen maximaal lx per jaar (zie<br />
tabel 18). Het maaisel wordt bij 45% van de objecten afgevoerd, bij 25% blijft het in de oever<br />
achter. De kosten van het onderhoud aan de oever variëren van f 0.40 tot f 6.00 excl. btw per<br />
strekkende meter oever per jaar.<br />
Het onderhoud van de watervegetatie wordt voor 50% van de objecten machinaal uitgevoerd,<br />
waarbij het maaisel in de meeste gevallen wordt afgevoerd. De kosten van dit onderhoud liggen<br />
voor wver bekend tussen f 050 en f 2.00 excl. btw per strekkende meter oever per jaar.<br />
Opgemerkt kan worden dat er nauwelijks gegevens over onderhoudskosten van watervegetatie en<br />
bodem verkregen zijn.<br />
Vergelijking tussen de kosten voor en na de (her)inrichting<br />
Het totale onderhoud is in 13 van de 44 objecten (30%) goedkoper in vergelijking met de situatie<br />
voor de (her)iichting; voor 6 objecten (14%) stelt men dat het onderhoud duurder is (zie tabel<br />
14).<br />
m W A - NatuumKadchjkc oevers. Evaluatie van de stand van zaken in Nakrland