HET VERLOREN PARADIJS - Maatschappijwetenschappen
HET VERLOREN PARADIJS - Maatschappijwetenschappen
HET VERLOREN PARADIJS - Maatschappijwetenschappen
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
Gerard C. de Haas - De onvoorziene generatie<br />
diens, musiciens et magiciens, zoals deze in een Frans liedje, dat in 1965<br />
bekendheid verwierf, bezongen worden. Een der genen die hieraan wellicht<br />
het meest beantwoordt en bij wie het komieke, magische en muzische een<br />
grillige harmonie vertonen, is Charles Aznavour. Maar ook Robert Jasper<br />
Grootveld, Juliette Greco en Marlon Brando hebben als zo vele anderen van<br />
hun collega’s hun aantrekkingskracht te danken aan het komieke, magische<br />
en muzikanteske van hun optreden. Bij de een zal het ene element meer<br />
aanwezig zijn dan het andere; bij sommigen is het niet duidelijk in hoeverre<br />
onbewuste of bewuste imitatie in het spel is. Dikwijls ook wordt het authentiek<br />
magische vervangen door het louter exotische, buitenlandse en vreemde.<br />
De reeds gesignaleerde onopvallendheid van het jeugddomein - de opvallendheid<br />
wordt voornamelijk veroorzaakt door de eigenlijk wezensvreemde<br />
commerciële kant van de platen- en filmindustrie - kan ook ontstaan zijn<br />
doordat wij op grond van onze onbekendheid met de folkloristische jeugdcultuur<br />
dit domein in het geheel niet opmerken. Het is waarschijnlijk niet te<br />
verdedigen dat het huidige jeugdbestel zoveel minder actief en krachtig<br />
zichzelf wil zijn als de jeugdbeweging. Integendeel, men krijgt de indruk dat<br />
het in ons tegenwoordige jeugdwereldje buitengewoon levendig en tegelijkertijd<br />
geheimzinnig toegaat. Maar door het ontbreken van duidelijke sociale<br />
en elitaire structuren is dit wereldje in hoge mate onzichtbaar en ongrijpbaar<br />
in onze grote samenleving. Dit probleem van degene die zich wel met de<br />
jeugdwereld wil bemoeien - vanuit welke motieven dan ook - maar niet zelf<br />
tot dit wereldje behoort. Dit probleem krijgt enorme afmetingen in het vormings-<br />
en opvoedingswerk van maatschappelijke en andere door volwassenen<br />
geleide instanties, gezien het aantal jeugdigen in ons tijdsgewricht. Veel<br />
van wat aan jeugdbemoeiing en jeugdbegeleiding gedaan wordt, mislukt of<br />
heeft geen resultaat door onbekendheid met de folkloristische dominanten in<br />
het jeugdbestel.<br />
Bij enigszins zachte, vroege zomeravonden kunnen we de aanwezigheid van<br />
vijf- tot tienduizend opgeschoten jongelui in de binnenstad van Amsterdam<br />
vermoeden. Het verbazingwekkende is niet zozeer het ongekend grote aantal<br />
als wel de hardnekkige behoefte die zij hebben om juist de oude stadskern op<br />
te zoeken, zelfs vanuit betrekkelijk veraf gelegen buitenwijken. Uiteraard is<br />
het vermaakcentrum in de binnenstad gevestigd, waardoor de aantrekkingskracht<br />
van de oude stadskern althans gedeeltelijk verklaard kan worden.<br />
87