HET VERLOREN PARADIJS - Maatschappijwetenschappen
HET VERLOREN PARADIJS - Maatschappijwetenschappen
HET VERLOREN PARADIJS - Maatschappijwetenschappen
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
Maatschappelijke verwildering der jeugd<br />
zaken: resten van gewoontevorming, heilzame schrik bij de betrapping op<br />
infantiele voorlopertjes van wangedrag, slappe impulsen, vrees voor de gevolgen<br />
op grond van verhalen of fantasieën omtrent hetgeen anderen ervaren<br />
zouden hebben, resten van besef ‘dat ’t niet mag’, gebrek aan gelegenheid en<br />
(of) acute ‘noodzaak’, bevrediging van al dan niet onmatige aanspraken op<br />
een onopgemerkt terrein (onanie, bioscoopbezoek, rondzwerven door bordeelbuurten;<br />
etalages kijken, baldadigheid uitgeleefd in puinhopen, enz.),<br />
bescherming door langer onderwijs of gunstig vallende werktijden.<br />
In dit laatste geval dient er op gewezen te worden, dat de maatschappelijk<br />
verwilderde jeugd zeker niet beperkt gedacht mag worden tot proletarische<br />
jeugd. Ook de ‘burgerlijke’ en de ‘schoolgaande rijpere jeugd’ toont bij belangrijke<br />
groepen het beeld der maatschappelijk verwilderde jeugd. (…)<br />
Pater Winkeler kenschetst de ‘burger-massajongen’ aldus:<br />
‘De burger-massa-jongen’ is ‘meneer’ in de bioscoop, ‘Jansen’ voor zijn<br />
leraren en ‘Johny’ voor zijn kameraden. Hij hangt in de bank. Hij is of ongelofelijk<br />
slordig of akelig precies op zijn uiterlijk. Maar opvallen moet hij.<br />
Hij voelt zich de intellectueel, maar geen enkel vak interesseert hem. Literatuur<br />
vindt hij belangrijk voor het eindexamen. ‘Gods Geuzen’ moet je<br />
gelezen hebben. Zijn vocabulaire is grof en de onschuldigste woorden geven<br />
hem aanleiding tot schuine toespelingen. Stelen doet hij niet, maar elke leugen<br />
is geoorloofd om je in de klas er uit te redden. Hij kankert altijd op het<br />
schoolblad, de clubs, de uitvoeringen, op alles en nog wat, maar doet zelf<br />
nergens aan mee. Tientallen keren kamt hij zijn haar op en kijkt verscholen<br />
in zijn zakspiegeltje. Hij dweept met de klassieke jazz en leest graag boekjes<br />
à la Dick Bos.<br />
‘Van zuiver geestelijke idealen is bij hem niets te bespeuren. Idealen zijn bij<br />
hem beperkt tot veel zakgeld en zo spoedig mogelijk van school af en dan<br />
veel geld verdienen. Hij heeft geen godsdienstige overtuiging en gaat alleen<br />
naar de kerk als het moet.’<br />
De ontwikkeling tussen beide jeugdgroepen, zo zegt de heer Winkeler, loopt<br />
niet parallel, de invloeden van het milieu en de duur der puberteit brengen<br />
grote verschillen met zich mee.<br />
We zijn hier niet ver af van hetgeen in R. 75 de ‘gepolijste massajeugd’<br />
wordt genoemd. Men zou van deze ‘gepolijste massajeugd’ de volgende omschrijving<br />
kunnen geven:<br />
‘Zij komt uit een gegoed sociaal milieu, krijgt de gelegenheid om na de lage-<br />
74