HET VERLOREN PARADIJS - Maatschappijwetenschappen
HET VERLOREN PARADIJS - Maatschappijwetenschappen
HET VERLOREN PARADIJS - Maatschappijwetenschappen
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
P.J. Bouman et al. - (…)Rotterdam<br />
Zij symboliseerde haar aanvaarding der bestaande sociale orde in een demonstratieve<br />
Oranjeliefde, terwijl in de buurten waar de nieuwe arbeidersgroepen<br />
van buiten-af binnenkwamen, vooral in de tweede generatie, gevoelens<br />
van oppositie en de neiging acties tot lotsverbetering te ondernemen,<br />
gemakkelijk de overhand konden krijgen. Rotterdam-Zuid reageerde bijvoorbeeld<br />
anders op de armoede dan het Zandstraat-kwartier in de binnenstad.<br />
180<br />
F.: ‘Vader werd bootwerker en ging met een grote zak brood de<br />
deur uit. Dat duurde nog geen drie weken of er was weer wat.<br />
Afijn broer van achttien jaar was om een uur naar zijn werk gegaan<br />
en werd drie of vier uur later dood thuisgebracht. Verdronken<br />
in de Nieuwe Haven over de Marinierskazerne met boten schoon<br />
maken. Toen kwam Vader thuis met een zwerende voet van een<br />
roestige spijker door de schoen op ’t werk. Er was nog geen ongevallenwet<br />
of ziektewet. Naar de kerk lopen om een gave wilden zij<br />
niet, dus alles maar verkopen wat aan vroegere weelde dacht.<br />
Vooral geen schuld maken, dus droog brood en niet te veel. Dat<br />
lekte uit doordat ik mijn buurjongetje zijn boterham op straat even<br />
mocht vasthouden. Daar zat boter en nog wat op, en die was zo<br />
verdwenen. Hij weer een van binnen gehaald en ik maar mee eten,<br />
totdat zijn moeder eens kwam kijken en zag dat ik niet gauw genoeg<br />
had. En van toen was de armoe de deur uit, door de<br />
gezamenlijke buren.’<br />
In welke mate dergelijke burenhulp voorkwam, valt moeilijk na te gaan.<br />
Waarschijnlijk vrij veel tussen. personen uit dezelfde streek afkomstig, die<br />
ook neiging vertoonden in dezelfde stadsbuurt samen te wonen. Er zijn echter<br />
ook uitlatingen, die er op wijzen dat burenhulp op veel ruimere schaal<br />
werd geboden, maar dit zal wel van buurt tot buurt verschillend zijn geweest.<br />
‘Het heeft mij getroffen’, schreef G., ‘- het drong pas later tot mij<br />
door - hoe de buren elkaar steeds met raad en daad bij ziekte, bevalling<br />
e.d. hebben bijgestaan. Hierdoor ontstond een vriendschap<br />
onder de bewoners van het pand, die nog lang voortduurde nadat<br />
deze bewoners in de loop der jaren andere percelen hadden betrokken.<br />
Mijn moeder oordeelt heden ook nog zeer gunstig over de<br />
echte Rotterdammers van weleer. Zij is nog vol lof over de destijds<br />
ondervonden belangstelling en steun.’