HET VERLOREN PARADIJS - Maatschappijwetenschappen
HET VERLOREN PARADIJS - Maatschappijwetenschappen
HET VERLOREN PARADIJS - Maatschappijwetenschappen
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
EIM - (…)middenstand in de Jordaan(…)<br />
bevolking - zeer intense gemeenschapsleven. De echte Jordaners toch vormen<br />
als het ware een grote familie, hetgeen onder andere tot uiting komt, doordat<br />
iedereen er als Oom of Tante wordt aangesproken. Deze nauwe betrekkingen<br />
brengen een grote hulpvaardigheid over en weer met zich. De uitroep in een of<br />
ander toneelstuk: ‘In de Jordaan is nog nooit iemand van honger omgekomen’ -<br />
duidend op de onderlinge steun - oogstte grote bijval. Naast goede kanten heeft<br />
dit grote gemeenschapsgevoel evenwel ook zijn kwade zijden. De vele en<br />
bloeiende viscolleges, klaverjasclubs en dergelijke - ook gemeenschapsuitingen!<br />
- brengen de mannen meer in de kroeg dan wel wenselijk is. Ook zullen de<br />
buurvrouwenconversaties meer tijd vergen, dan met het oog op de huishoudelijke<br />
plichten verantwoord kan zijn. En al is op dit gebied de laatste tijden veel<br />
veranderd: beslotenheid, bezinning en rust zal de Jordaner in zijn directe omgeving<br />
niet licht vinden. Familiegebeurtenissen als bruiloften en dergelijke blijven<br />
niet beperkt tot de huiselijke kring, doch dijen uit tot ware buurtfeesten.<br />
Uiteraard zijn hieraan niet geringe kosten verbonden.<br />
Met deze festiviteiten is reeds aangestipt een tweede belangrijk element van de<br />
Jordaner: zijn grote levenslust. De moeilijke omstandigheden hebben hem niet<br />
terneer gedrukt, integendeel! Waar elders in het land kwam het - nog tot kort<br />
voor de laatste oorlog - voor, dat de mannen na een zware werkweek er nog<br />
idee in hadden de glad geschoren hals te laten bewerken met een Spaans riet,<br />
omdat... zo’n dikke rode nek voor de vrouwen met hun zijden bloese en zwierende<br />
baaien rokken het summum van mannelijk schoon was. Waar elders ook<br />
werd door jong en oud uit de buurt op zondagmorgen meegedaan aan gemeenschappelijke<br />
straatspelletjes. Pret en humor - gebracht in het markante buurtdialect<br />
- komen bij de geringste aanleiding, ook in verkoopkreet, schimpscheut en<br />
gesprek spontaan en uitbundig naar voren, ja zo zelfs, dat vermaak een ‘exportartikel’<br />
ging worden, getuige de oprichting van Jordaancabarets in enkele steden.<br />
De faam van figuren als Louis en Henriëtte Davids en de recente successen<br />
van Johnnie Jordaan c.s. moeten in dit verband eveneens worden genoemd.<br />
En wat er veranderd moge zijn, ook heden ten dage nog kan men meemaken,<br />
dat ateliermeisjes en fabrieksjongens in het middaguur aan het dansen zijn voor<br />
een grammofoonwinkel waar wat plaatjes worden gedraaid.<br />
Last not least de Jordaner als mens: wat daarvan te zeggen? Uiteraard is het een<br />
hachelijke zaak een algemene indruk te geven van zulk een persoonlijke aangelegenheid.<br />
Men zal echter de gemiddelde Jordaner geen onrecht doen als<br />
men hem typeert als ‘de blanke pit in de ruwe bolster’. De marechaussees -<br />
130