30.08.2013 Views

HET VERLOREN PARADIJS - Maatschappijwetenschappen

HET VERLOREN PARADIJS - Maatschappijwetenschappen

HET VERLOREN PARADIJS - Maatschappijwetenschappen

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

H. Dijkhuis - Vijftig dagen in een Jordaans kosthuis<br />

H. Dijkhuis (1939)<br />

Vijftig dagen in een Jordaans kosthuis<br />

In: Frank Bovenkerk en Lodewijk Brunt - De Rafelrand van Amsterdam :<br />

Jordaners, pinda-chinezen, ateliermeisjes en venters in de jaren dertig<br />

Amsterdam (etc.) : Boom, 1977<br />

p. 45-48<br />

24. Vijftig dagen in een Jordaans kosthuis<br />

De bewoners<br />

(Het is nu tijd geworden om de bewoners van het kosthuis in te leiden.)<br />

Vooreerst tante Koos. Iedere bekende in de Jordaan wordt bij z’n voor- plus<br />

bijnaam of beroepsnaam genoemd. Zijn ze wat ouder, dan wordt er oom en<br />

tante voorgezet. Zijn ze eerbiedwaardig en zeer oud dan worden ze wel eens<br />

vader en moeder genoemd.<br />

Tante Koos is een gezette vrouw, vooral haar rug bij de schouders is vet uitgegroeid,<br />

waardoor ze hoog in de schouders komt te zitten en het hoofd naar<br />

voren geschoven lijkt. Door de week loopt ze altijd in kleren, die als ’n zak om<br />

haar lichaam hangen. Alles bedekt door de reeds vermelde linnen huishoudjas.<br />

Zondags loopt ze in stemmig zwart. 55 jaar oud. Ze is 33 jaar getrouwd geweest<br />

met haar eerste man, met wie ze op 18 jarige leeftijd huwde. Ze heeft elf<br />

kinderen het leven geschonken, vier zijn er gestorven, ’t lijkt me, naar de<br />

beschrijving, aan tuberkulose. Vier zijn er getrouwd. Deze komen met hun<br />

gezin vaak op bezoek. Ze wonen allen buiten de Jordaan in het oude gedeelte<br />

van plan West. Marie, een dochter, ligt in ’t Sanatorium voor longlijders in<br />

Hoog-Laren. Twee kinderen zijn nog thuis. Tante Koos heeft van haar 8ste tot<br />

11de jaar op school gegaan. Toen ging ze in een dienst voor dag en nacht. Haar<br />

man was bij zijn leven bakkersknecht, tante Koos liep voor bijverdienste voor<br />

’t grote gezin met kranten en later werd ze werkster. Ze waren een echt voorbeeld<br />

van stadsnomaden. Amsterdammers van origine trokken ze naar Haarlem<br />

en den Helder, konden hier echter niet aarden en trokken weer naar Amsterdam<br />

en woonden in de buurt van de Nieuwendijk. Daarna hield de armoede, die het<br />

grote gezin van jonge kinderen meebracht, hen 11 jaar vast op een éénkamerwoning<br />

in de Goudsbloemstraat. Haar kinderen hebben dus een groot deel van<br />

de jeugd hier doorgebracht. Toen de oudste kinderen begonnen te verdienen,<br />

126

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!