30.08.2013 Views

DE (FEEST)TENT - Stad Sint-Niklaas

DE (FEEST)TENT - Stad Sint-Niklaas

DE (FEEST)TENT - Stad Sint-Niklaas

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

<strong>DE</strong> (<strong>FEEST</strong>)<strong>TENT</strong><br />

Algemene bepalingen geldig voor alle (feest)tenten.<br />

<strong>TENT</strong>ZEIL<br />

Het tentzeil (inclusief tentdoek en vaste zijpanelen) moet uit brandvertragend weefsel vervaardigd<br />

zijn. Dit komt overeen met de brandklasse M2 conform NF P 92501-7 of Class 2 conform NBN<br />

13773).<br />

Belangrijk: je dient steeds in het bezit te zijn van een attest dat bewijs levert van de vereiste<br />

brandklasse. Indien je zelf geen eigenaar bent van de tent, dient de leverancier u dit attest bij<br />

levering en ingebruikname steeds te bezorgen. Vergeet dit dus zeker niet na te vragen!<br />

VERSIERINGEN<br />

- Eventuele versieringen mogen niet gemakkelijk brandbaar of ontvlambaar zijn, noch bij brand giftige<br />

gassen afgeven;<br />

- Materiaal zoals rietmatten, stro, karton, boomschors, papier, evenals gemakkelijk brandbare textiel<br />

en kunststoffen zijn verboden evenals materialen die bij brand smelten en/of afdruipen;<br />

- Horizontale versieringen in de tent mogen niet opgehangen worden.<br />

- Verticaal hangende doeken mogen geen deuren of uitgangen aan het zicht onttrekken of het gebruik<br />

ervan bemoeilijken.<br />

- Doeken moeten voldoen aan klasse M2 conform NF P 92501-7 of Class 2 conform NBN 13773.<br />

Desbetreffende attesten moeten kunnen worden voorgelegd.<br />

UITGANGEN, MAXIMALE CAPACITEIT<br />

-In een tent moeten de (nood)uitgangen met één handeling over de volle breedte te openen zijn en<br />

(desgevallend) draaien in de richting van de vluchtroute;<br />

- Schuifdeuren zijn verboden;<br />

- De tent moet minimum steeds over minimum twee afzonderlijke uitgangen van minimum 80 cm (en<br />

200 cm hoog) beschikken. De tweede uitgang moet zich aan de tegenovergestelde zijde van de<br />

hoofdingang bevinden;<br />

- Iedere uitgang moet tenminste 80 cm breed zijn. De totale breedte van de uitgangen moet minstens<br />

(in cm uitgedrukt) gelijk zijn aan het aantal personen dat er maximaal gebruik van kan maken en<br />

afhankelijk van de maximale capaciteit moet het aantal uitgangen worden verhoogd. Hierbij moet<br />

rekening gehouden met volgende regels:<br />

- 1 uitgang indien de bezetting minder dan 100 personen bedraagt<br />

- 2 uitgangen indien de bezetting 100 of meer dan 100 en minder dan 500 personen bedraagt<br />

- 2+”n” uitgangen of trappen indien de bezetting 500 of meer dan 500 personen bedraagt waarbij<br />

“n” het gehele getal is onmiddellijk groter dan de deling door 1000 van de maximale bezetting van<br />

het compartiment.<br />

- Een maximum van 3 personen per m² netto-oppervlakte mag niet worden overschreden. Met netto-<br />

oppervlakte wordt de de oppervlakte bedoeld die beschikbaar is voor het publiek, verminderd met de<br />

oppervlakte die wordt ingenomen door het vaste meubilair, de vestiaire(s) en het sanitair;<br />

- De uitgangen, evacuatiewegen en deuren in de evacuatiewegen moeten een totale breedte hebben<br />

die tenminste gelijk is, in centimeters, aan het aantal personen, dat ze moet gebruiken. Bovendien<br />

moet de totale beschikbare breedte van de evacuatiewegen minstens even groot zijn als de vereiste<br />

beschikbare breedte van de uitgangen waarop ze uitgeven. Vanaf 500 personen moeten de<br />

evacuatiewegen minstens 240 cm breed zijn;<br />

- De evacuatiegangen moeten een snelle evacuatie mogelijk maken; zij moeten naar de uitgangen en<br />

de nooduitgangen leiden. In- en (nood)uitgangen en de toegangen er naar toe moeten, zowel in de<br />

tent als buiten de tent, volledig obstakelvrij zijn.<br />

- Niveauverschillen (bv door kaders van kadertenten,…. moeten in de in de<br />

evacuatiewegen als de (nood)uitgangen worden weggewerkt) zodat ze geen<br />

struikelgevaar meer vormen;<br />

- Een hoogteverschil van meer dan 21 cm tussen de vloer in een tent en het<br />

E-mail: publieke.veiligheid@sint-niklaas.be


aansluitende terrein ter plaatse van de uitgangen, moet zijn overbrugd door een trap of hellingbaan;<br />

- de breedte van de trap en van de hellingbaan moet tenminste gelijk zijn aan de breedte van de<br />

uitgang, vermeerderd met 50 cm; de trap of hellingbaan moet steeds voldoende stroef zijn. Er wordt<br />

aangeraden steeds de niveauverschillen weg te werken;<br />

- De af te leggen afstand vanaf elk punt in een tent bedraagt maximaal 30 m tot de dichtstbijzijnde<br />

uitgang (of trap bij een tent met verdieping) en 60m tot de tweede uitgang (of trap bij een tent met<br />

een verdieping).<br />

SIGNALISATIE<br />

De plaats van elke uitgang en nooduitgang moet aangegeven worden door reglementaire<br />

pictogrammen voor evacuatie (cfr. KB van 17/06/1997 betreffende de veiligheids- en<br />

gezondheidssignalering).<br />

VERLICHTING<br />

- Deze pictogrammen moeten belicht worden door de normale elektrische verlichting en door<br />

veiligheidsverlichting;<br />

- In de omgeving van de tent moet er voldoende verlichting aanwezig zijn om een veilig verlaten van<br />

de tent en het terrein te waarborgen;<br />

- Enkel elektriciteit is toegelaten als algemene verlichtingsbron. Bovendien moet de tent uitgerust<br />

worden met een veiligheidsverlichting, die voldoende lichtsterkte geeft om bij stroomuitval een<br />

ordelijke evacuatie te verzekeren zonder paniek. Deze veiligheidsverlichting moet onmiddellijk en<br />

automatisch in werking treden bij het uitvallen van de normale verlichting en moet een autonomie<br />

bezitten van minstens een uur en ze moet Zij moet te allen tijde vanuit alle delen van de voor het<br />

publiek toegankelijke lokalen goed waarneembaar zijn.<br />

VERWARMINGSELEMENTEN<br />

- De aanwezigheid en het gebruik in de inrichting van verplaatsbare verwarmings-<br />

toestellen, flessen met vloeibaar gemaakte gassen, brandbare vloeistoffen<br />

en lichtontvlambare vaste stoffen is verboden;<br />

- Inwendige verbrandingsmotoren, warmeluchtgeneratoren, evenals de brandstofvoorraad moeten op<br />

een veilige plaats ondergebracht worden, dwz. buiten de tent op een afstand van minstens één<br />

meter.<br />

DRAAGBARE SNELBLUSSERS<br />

- Er moeten voldoende draagbare snelblussers (ABC-poeder of waterschuim) met een blusvermogen<br />

van tenminste één bluseenheid (6kg), jaarlijks gekeurd in de tent geplaatst worden;<br />

- Tenminste één snelblusser per 150 vierkante meter vloeroppervlak is vereist. De toestellen worden<br />

bij voorkeur geplaatst op voor de medewerkers gemakkelijk te bereiken plaatsen, zoals bij de<br />

uitgangen enz.… en dragen het keuringslabel BENOR/NVBB.<br />

TELSYSTEEM EN ALTERNATIEF OMROEPSYSTEEM<br />

- De organisator zorgt er voor dat het aantal gelijktijdig aanwezige bezoekers niet uitstijgt boven de<br />

maximaal toegestane capaciteit van de tent;<br />

- Tevens zorgt hij voor een alternatief omroepsysteem (bv. één of meerdere megafoons);<br />

- Een procedure wordt voorzien voor het ontruimen bij een noodsituatie (wanneer ontruimen, wie<br />

geeft opdracht tot ontruimen, eerste handelingen, verschillende taken bij ontruiming worden in de<br />

voorbereiding nominatief vastgelegd, …) Indien je vragen en/of problemen hebt bij het ontwikkelen<br />

van een nood- en evacuatieprocedure, kan je steeds beroep doen op en contact opnemen met de<br />

dienst publieke veiligheid.<br />

SPANTOUWEN EN PIKETTEN<br />

De spantouwen en de piketten zorgen niet voor struikelgevaar en bevinden zich NIET een voor de<br />

hulpdiensten voorbehouden obstakel zone.<br />

HYDRANTEN EN GASAFSLUITERS OP HET TERREIN<br />

Zij moeten vrij en bereikbaar blijven. (+2 m² rondom)<br />

E-mail: publieke.veiligheid@sint-niklaas.be


BIJKOMEN<strong>DE</strong> BEPALINGEN VOOR <strong>TENT</strong>EN MET EEN VERDIEPING<br />

Bereikbaarheid<br />

Ze moeten volledig bereikbaar zijn voor de voertuigen van de hulpdiensten.<br />

Stabiliteit<br />

- De treden, vloeren en trappen moeten kunnen weerstaan aan een minimale gebruiksbelasting van<br />

4kN/m 2 (NBN B03-103);<br />

- Hun stabiliteit in alle richtingen moet verzekerd worden door een voldoende aantal dragende<br />

elementen. In geen geval mag het bezwijken van een der dragende elementen aanleiding geven tot<br />

kettingreactie met als uiteindelijk gevolg de instorting van een deel of van gans van de constructie;<br />

- Een keuringsattest stabiliteit dient te kunnen worden voorgelegd.<br />

Trappen<br />

- Trappen zijn van het rechte type en moeten toegang geven tot het evacuatieniveau. De optrede van<br />

een trap mag hoogstens 18 cm bedragen, terwijl de aantrede minstens 20 cm moet zijn;<br />

- Trappen moeten een totale breedte hebben die tenminste gelijk is, in centimeters, aan het aantal<br />

personen dat ze moet gebruiken vermenigvuldigd met: - 1,25 indien ze afdalen naar de uitgang<br />

- 2 indien ze er naar opstijgen.<br />

Bij het berekenen van de vereiste breedten moet enkel rekening gehouden worden met de personen<br />

die zich op het beschouwde niveau of verdieping bevinden.<br />

- Trappen hebben minstens één leuning. De trappen moeten aan beide zijden van een<br />

stevige leuning zijn voorzien indien ze meer dan 1,20 m breed zijn. Indien de<br />

trapbreedte gelijk of groter is dan 2,40 meter, moet een stevige leuning zijn<br />

aangebracht in hun as;<br />

- De treden van trappen moeten zijn vervaardigd van of bekleed zijn met een stroef materiaal.<br />

E-mail: publieke.veiligheid@sint-niklaas.be

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!