meinummer - Remonstrantse Broederschap
meinummer - Remonstrantse Broederschap
meinummer - Remonstrantse Broederschap
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
juist met wat er voor je ligt: de toekomst? En ligt er een<br />
verbinding tussen deze twee?<br />
De man die we hebben leren kennen als Prediker kiest<br />
voor het eerste. Niet omdat hij niet in de toekomst geïnteresseerd<br />
zou zijn, maar omdat hij vast heeft gesteld dat<br />
wij God en de toekomst niet kunnen doorgronden. Na<br />
zijn bekende ode aan de tijd (Pred. 3), schrijft hij: ‘Ik heb<br />
vastgesteld dat voor de mens niets goeds is weggelegd,<br />
behalve vrolijk te zijn en van het leven te genieten. Want<br />
wanneer hij zich aan eten en drinken te goed doet en geniet<br />
van al het goede dat hij moeizaam heeft verworven,<br />
is dat een geschenk van God.’ Een prachtige tekst, een<br />
die ook uitnodigt om over te preken: de ene keer met de<br />
nadruk op het genieten, de andere keer op het gezwoeg.<br />
We houden wel van een goed glas, zeker na gedane<br />
arbeid. Je hoeft je niet schuldig te voelen als je even blijft<br />
staan in het moment – als je de tijd neemt om vrolijk te<br />
zijn, te genieten en te zien ‘dat het goed is’. Soms heb je<br />
even niets te wensen, of te mitsen en te maren. Is niet<br />
de zevende dag juist daarvoor bedoeld, om die stap op<br />
de plaats te maken, je zorgen en beslommeringen los te<br />
laten, en uit te rusten?<br />
leven vanuit wat komen zal Ook in Matteüs 6 lezen<br />
we daarover: de beroemde verzen over de leliën des velds.<br />
Wij maken ons maar zorgen over onbelangrijke dingen.<br />
De zorgeloosheid die hier wordt geschetst, de vogels in<br />
de lucht, de bloemen op het veld, iedere dag die genoeg<br />
heeft aan zijn eigen last. Als wij dat voorbeeld nou zouden<br />
kunnen volgen… zouden we dan gelukkig zijn? Toch<br />
klinkt na deze passage meteen een oproep om ook actief<br />
te zijn: ‘Zoek liever eerst het koninkrijk van God en zijn<br />
gerechtigheid, dan zullen al die andere dingen (waarover<br />
je je zorgen maakt) je erbij gegeven worden.’ Zorgeloosheid<br />
en gerechtigheid zoeken gaan hand in hand.<br />
Ook in psalm één zien we dit terug. Wijzelf kunnen bijdragen<br />
aan ons eigen geluk of beter: In psalm één wordt<br />
ons verlangen hiernaar verwoord:<br />
Gelukkig de mens<br />
die niet meegaat met wie kwaad doen,<br />
die de weg van zondaars niet betreedt,<br />
bij spotters niet aan tafel zit,<br />
maar vreugde vindt in de wet van de HEER<br />
en zich verdiept in zijn wet, dag en nacht.<br />
Hij zal zijn als een boom,<br />
geplant aan stromend water.<br />
Op tijd draagt hij vrucht,<br />
zijn bladeren verdorren niet.<br />
Alles wat hij doet komt tot bloei.<br />
We zouden zo graag zijn als een boom, geplant aan<br />
stromend water, altijd groen. Als alles nou tot bloei zou<br />
kunnen komen, wat aan onze goede bedoelingen en<br />
voornemens ontspruit – hoe heerlijk zou dat zijn! Tegelijkertijd<br />
weten we dat de praktijk weerbarstig is en we<br />
zelf tekortschieten. Maar deze woorden houden ons op<br />
de been. Ze zingen in ons hoofd. Want geluk heeft ook<br />
16 adrem remonstrants maandblad<br />
te maken met vooruitzien, alvast vooruitlopen op wat is,<br />
alvast leven vanuit wat komen zal.<br />
Huub Oosterhuis heeft dat schitterend verwoord in zijn<br />
lied De steppe zal bloeien. Het woord geluk komt er niet in<br />
voor, maar wat een kracht spreekt er uit deze tekst, en de<br />
melodie laat de tekst wortelschieten in de diepte van je<br />
verlangen. Hier voel je je gedragen door het visioen:<br />
Een hand zal ons wenken,<br />
een stem zal ons roepen: Ik open<br />
hemel en aarde en afgrond.<br />
En wij zullen horen<br />
en wij zullen opstaan<br />
en lachen en juichen en leven.<br />
Vertrouwen in god In onze zoektocht door de bijbelse<br />
verhalen, gebeden en de liederen die daarop geïnspireerd<br />
zijn komen we mensen op het spoor. Mensen die geluk<br />
hebben, mensen die gelukkig zijn, mensen die ernaar<br />
verlangen, mensen die hun geluk zijn kwijtgeraakt en<br />
het soms opnieuw vinden. En in allemaal herkennen we<br />
iets van onszelf, een vriend of de buren. De verhalen zijn<br />
divers. Wat de verhalen samenbindt is het vertrouwen in<br />
God. Het vertrouwen dat er toekomst is, dat God zich het<br />
lot van de mensen aantrekt, en dat Jezus heeft laten zien<br />
hoe wij daar handen en voeten aan kunnen geven.<br />
wAt DE VERHALEN<br />
SAMENBINDt IS HeT<br />
VeRTROUWeN IN gOD<br />
Voortgaand in dit oude spoor zou je kunnen zeggen dat<br />
we keer op keer worden uitgenodigd om ons in te zetten<br />
voor de wereld, de samenleving, onze geloofsgemeenschap,<br />
de ander en onszelf om daar voldoende ruimte<br />
te maken zodat mensen gelukkig kunnen zijn. De vraag<br />
hierbij is: zijn wij mensen, in staat om deze randvoorwaarden<br />
te scheppen? Om met een laatste bijbelplaats<br />
te besluiten verwijs ik naar Deuteronomium 30: ‘De<br />
geboden die ik u vandaag heb gegeven, zijn niet te zwaar<br />
voor u en liggen niet buiten uw bereik. Ze zijn niet in de<br />
hemel, of aan de overkant van de zee. Nee, die geboden<br />
zijn heel dichtbij, u kunt ze in u opnemen en ze u eigen<br />
maken’. Of met gezang zeven: ‘Het woord dat u ten leven<br />
riep, is niet te hoog, is niet te diep… Het woord van liefde,<br />
vrede en recht, is in uw eigen mond gelegd, is in uw<br />
eigen hart geschreven.’ Wat een geluk! •<br />
Anniek Lenselink<br />
Remonstrants predikant in Dordecht