Historische Rozenkruisers - René Pieyns - Esoterie : De hogere ...
Historische Rozenkruisers - René Pieyns - Esoterie : De hogere ...
Historische Rozenkruisers - René Pieyns - Esoterie : De hogere ...
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
wetenschappelijke samenwerking. In zijn Nova Atlantis (1624) verdedigt hij zoals<br />
Campanella een maatschappij bestuurd door geleerden. Op zijn ideeën steunde later de Royal<br />
Society (of London for Improving Natural Knowledge).<br />
Er is veel gescheven over de rol van de alchemist en antiquair Elias Ashmole (1617-92) als<br />
band tussen de oude <strong>Rozenkruisers</strong> en de jonge Vrijmetselarij. Ashmole zocht met bevriende<br />
antiquairs naar de bronnen van de <strong>Rozenkruisers</strong>, hij zou een lid zijn geweest van de<br />
operatieve maçonnerie. Was in elk geval een actief lid van de Royal Society. Te Oxford werd<br />
hem een museum opgedragen (op basis van een door hem geschonken legaat).<br />
In het begin kwam de respons op de R+C-oproep ook uit Schotland. <strong>De</strong> Schot Henry<br />
Adamson schreef in 1638 het (enigszins ironisch) gedicht The Muses Trenodie, waarin o.a.<br />
For we brethren of the Rosie Cross:/ We have the Mason Word and second sight,/ Things for<br />
to come we can fortell aright ….<br />
In 1652 publiceerde de Welshman en alchemist Thomas Vaughan (1622-66) de Fama en de<br />
Confessio, hij publiceerde later nog diverse geschriften over de <strong>Rozenkruisers</strong> onder het<br />
pseudo Eugenius Philalethes. We kunnen ook John Heyden (1629-67) vermelden met The<br />
Glory of the Rosy-Cross (1664).<br />
Frankrijk valt vooral op door negatieve reacties. Het begon met de zgh. Affaire des Affiches:<br />
in 1622 maakte een collectief geheten Députés du Collège principal de frères de la Rose-<br />
Croix zich bekend met twee affiches die in Parijs werden uitgehangen, evenwel zonder<br />
mogelijkheid zich aan te sluiten. Hierop verscheen een reeks antwoorden, vooral in 1623 de<br />
aanval van Gabriel Naudé, secretaris van Mazarin en geheten Instruction à la France sur la<br />
vérité de l’histoire des Frères de la Roze Croix met ironische commentaren.<br />
Beroemd werd het twistgeschrijf tussen Robert Fludd (supra) en de Franse pater Marin<br />
Mersenne, in 1623 begonnen met Mersennes‟ Quaestionis celeberrimae in Genesim waarin<br />
hij zich kant tegen de occulte erfenis van de Renaissance, in 1624 gevolgd door L’impiété des<br />
déistes, athées et libertins de ce temps. Hierop volgt de polemiek met Fludd. Mersenne heeft<br />
het over les magiciens et charlatans qu’on appelle Frères de la Rose-Croix, lesquels se<br />
ventent d’entendre Trismégiste et tous les cabalistes de l’Antiquité. Mersenne werd o.a.<br />
gesteund oor Pierre Gassendi en <strong>René</strong> <strong>De</strong>scartes.<br />
<strong>De</strong> jezuïet Jacques Gaultier heeft het in Table chronographique de l’Estat du Christianisme<br />
(1633) over de R+C als un rejeton du luthéranisme, mélangé par Satan d’empirisme et de<br />
magie. Cyrano de Bergerac (1629-55) schrijft over une certaine cabale de jeunes gens que le<br />
vulgaire a connus sous le nom de ‘Chevaliers de la Rose-Croix’ (in Histoire comique des<br />
états et empires du soleil, 1657).<br />
In het Duitstalig Europa van die tijd zijn vooral Michael Maier en Jan A. Comenius gekend<br />
als aanhangers van de <strong>Rozenkruisers</strong>. <strong>De</strong> Duitse arts Michael Maier (1568-1622) schreef een<br />
twintigtal werken over alchemie. In het bekende Atalanta Fugiens (1617) combineert hij de<br />
muziek met de alchemie. Ook aan de <strong>Rozenkruisers</strong> wijdde hij enkele geschriften, o.a. in<br />
Silentium post clamores (1617) en Themis Aurea, hoc est <strong>De</strong> legibus Fraternitatis R.C.