Het Ondernemersbelang Rotterdam nummer 4-2011

‘Bedrijfsleven en overheid hebben elkaar nodig’
Nieuwe economie rond
duurzaamheid groeit snel
Er ontstaat een nieuwe economie rondom duurzaamheid in allerlei sectoren, van elektriciteit tot voeding, van bouw
tot dienstverlening. Een gestaag groeiende groep bewuste consumenten vraagt van het bedrijfsleven duurzaam en
maatschappelijk verantwoordelijk handelen ten opzichte van de leefomgeving.
Duurzaamheid is een van de snelst
groeiende economische takken ter
wereld. Vorig jaar werd een groei
bereikt van dertig procent. Als je nu niet
aanhaakt heb je geen bestaansrecht meer,”
verzekert Jan Rotmans, hoogleraar Duurzame
Transities aan de Erasmus Universiteit Rotterdam
en trekker van Urgenda, organisatie voor
versnelde ontwikkeling van duurzaamheid en
innovatie in Nederland. Hij is groot voorstander
van icoonprojecten, om van daaruit
te kunnen leren en vervolgens te kunnen
opschalen.“Bedrijfsleven en overheid hebben
elkaar daarbij nodig. Geen van de partijen
kan het alleen. Samen kun je meer bereiken.
Nu is het zaak om na de koplopers op het
gebied van duurzaamheid het peloton te
bereiken. Er zijn zo’n twee miljoen mensen
die wel anders willen, maar momenteel nog
een handelingsperspectief missen. Zij zijn
makkelijk te benaderen.”
De vereniging Gemeenten voor Duurzame
Ontwikkeling (GDO) kan daarin een rol
spelen. GDO vormt een landelijk netwerk van
gemeentebestuurders, dat vooral burgers wil
betrekken bij duurzame ontwikkelingen. Het
streven is om regionale netwerken te bouwen
GDO-directeur Henk Klein houdt een presentatie in duurzaamheidscentrum Weizigt in Dordrecht. (Foto GDO)
waarin overheid, maatschappelijke organisaties,
burgers en bedrijfsleven samenwerken
aan een duurzame regio. “Elkaar ontmoeten,
communiceren, van elkaar leren en concreet
met duurzaamheid aan de slag, dat is de
bedoeling,” zegt GDO-directeur Henk Klein.
Bereik
Bij GDO zijn inmiddels ruim honderd
gemeenten aangesloten. De medewerkers
voor Natuur- en Milieueducatie (NME) in
deze gemeenten zoeken nu nadrukkelijk de
samenwerking met het bedrijfsleven.
De NME-centra in Nederland werken al
decennia lang samen met duizenden scholen
en alleen kinderboerderijen ontvangen
jaarlijks al 30 miljoen bezoekers; kinderen,
hun ouders, opa’s en oma’s en leerkrachten
met klassen. “Dergelijke laagdrempelige,
wijkgerichte voorzieningen hebben een
enorm bereik,” stelt Klein. “Het is belangrijk
om duurzame ontwikkeling concreet te
maken, dichtbij mensen in het alledaagse
leven thuis, in de wijk, op school en op het
werk. Bewuste burgers dragen bij aan de
doelstellingen van de overheid, maar
vormen tegelijkertijd de markt voor
duurzame producten.”
Afvalverwerker en energieleverancier HVC
werkt al jaren samen met GDO. “Duurzame
ontwikkeling kan alleen slagen door
participatie van burgers, jong en oud,” zegt
HVC-directeur Wim van Lieshout. “Onze
samenwerking richt zich op het bevorderen
van bewustwording door educatie.”
Kledinginzamelaar KICI, een van de drie grote
spelers op de Nederlandse markt, is sinds
maart partner van GDO. “De samenwerking
met GDO is met name interessant,” zegt
directeur André Jansen, “omdat we op deze
wijze alle gemeenten die geïnteresseerd zijn
in duurzame ontwikkelingen in een keer
kunnen bereiken en hen ervan kunnen
overtuigen dat de recycling van textiel via
KICI niet alleen de CO2 uitstoot met een factor
vijf terugbrengt in vergelijking met het
restafval, maar ook nog eens mogelijkheden
schept voor de fi nanciering van milieueducatie
in hun gemeenten.”
Vereniging Gemeenten voor
Duurzame Ontwikkeling (GDO)
Van Baerleplantsoen 30
3314 BH Dordrecht
www.vereniginggdo.nl
het ONDERNEMERS BELANG