Verkeersveiligheidsplan Vlaanderen - Mobiel Vlaanderen

Verkeersveiligheidsplan Vlaanderen - Mobiel Vlaanderen Verkeersveiligheidsplan Vlaanderen - Mobiel Vlaanderen

mobielvlaanderen.be
from mobielvlaanderen.be More from this publisher
29.08.2013 Views

• garanderen van toegankelijkheid; • verzekeren van de veiligheid; • verbeteren van de verkeersleefbaarheid; • terugdringen van schade aan natuur en milieu. Tien richttinggevende concepten dragen de maatregelen voor een verhoging van de verkeersveiligheid : • risiconormering kan verantwoordelijkheden duidelijk stellen; • gestuurde mobiliteit op de verplaatsingsmarkt en vervoersmarkt in overeenstemming met de veiligheid; • veiligere voorzieningen voor fi etsers en voetgangers op lokaal niveau; • verscherpte inzet op gedragsbeïnvloeding op de weg; • duurzaam veilige weginrichtingen; • bredere en snellere inzet van veiliger technologie en telematica; • bijzondere aandacht voor goederenvervoer in het algemeen en van gevaarlijke stoffen in het bijzonder; • meer en zakelijker samenwerking tussen de verschillende overheden; • betrekken van andere partners in het verkeersveiligheidsbeleid; • bredere monitoring van verkeersveiligheid, ruimere kennis en gerichter gebruik ervan is noodzakelijk. 2.3 Leren uit sterke concepten uit het buitenland Elke geïndustrialiseerde samenleving wordt geconfronteerd met een belangrijk verkeersveiligheidsprobleem. De vergelijking van Vlaanderen met omliggende landen en regio’s heeft geleerd dat vooral Nederland en de Scandinavische landen erin geslaagd zijn om het verkeersveiligheidsprobleem structureel beter onder controle te krijgen. Niet toevallig kennen deze landen een lange traditie van onderzoeksgebaseerde beleidsvoorbereiding en –uitoefening als het gaat over verkeersveiligheid. In Nederland werd de beleidsvisie rond verkeersveiligheid veeleer op zichzelf staand ontwikkeld en vertolkt binnen het concept Duurzaam Veilig dat in 1992 werd voorgesteld en in 2005 werd vernieuwd (Wegman, 2005). Sindsdien is het de basis voor het offi ciële verkeersveiligheidsbeleid. De Duurzaam Veilig-visie heeft tot doel om ongevallen te voorkomen en, indien dit niet mogelijk is, de ernst van een ongeval zo te beperken dat de kans op (ernstig) letsel nagenoeg uitgesloten is. Deze doelen worden nagestreefd door middel van een proactieve aanpak, waarbij op voorhand wordt nagegaan in welke verkeerssituaties confl icten of ongevallen met ernstig letsel kunnen ontstaan. Vervolgens zijn er twee mogelijkheden: de omstandigheden worden zo aangepast dat óf de kans op een ongeval nagenoeg uitgesloten is, óf, als dit niet te vermijden is, de kans op ernstig letsel bij een ongeval geëlimineerd wordt. Onder ‘ernstig letsel’ worden zowel letsels verstaan die dodelijk zijn als letsels die levensbedreigend zijn of blijvende gevolgen opleveren en waarvoor een ziekenhuisopname nodig is. In Zweden werd het Vision Zero-concept ontwikkeld dat op lange termijn mikt op een verkeerssysteem waarbij niemand nog gedood of zwaargewond raakt. Het systeem accepteert dat ongevallen kunnen gebeuren, maar de gevolgen zouden nooit doden of zwaargewonden mogen veroorzaken. Het Vision Zero-concept impliceert dat wegen worden ingericht overeenkomstig de mogelijkheden en beper- - 84 - Verkeersveiligheidsplan Vlaanderen Deel 2 - Beleidsvisie en maatregelenpakket

kingen van de mens. De verantwoordelijkheid voor verkeersveiligheid ligt zowel bij de ontwerper als bij de gebruiker van het verkeerssysteem.Het systeem kan namelijk enkel veiligheid bieden aan wie de regels correct naleeft. Maatregelen moeten zoveel mogelijk wetenschappelijk gefundeerd en getest zijn: de beste oplossing moet altijd worden gebruikt. Zowel het risico als de mogelijke schadelijke effecten sturen de beslissing om een bepaalde situatie aan te passen. Die actie gaat ervan uit dat de verantwoordelijkheid voor elk sterftegeval of verlies van gezondheid bij de systeemontwerper van dat systeem ligt (Boets, 2003; Vägverket, 2006). Hoewel de uitvoering van Vision Zero in bepaalde opzichten utopisch kan lijken, biedt het concept een krachtige basisfi losofi e voor het verkeersveiligheidsbeleid. Dit concept is opgenomen in het ontwerp van het Mobiliteitsplan Vlaanderen. Om een beeld te hebben over de impact van deze concepten is het belangrijk om een opsomming te maken van de gerealiseerde maatregelen in Nederland en Zweden. MAATREGELEN DUURZAAM VEILIG – NEDERLAND In 1997 werd het convenant Startprogramma Duurzaam Veilig Verkeer gesloten. Dit convenant betrof afspraken tussen de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG), het Interprovinciaal Overleg (IPO), het Ministerie van Verkeer en Waterstaat en de Unie van Waterschappen (UvW). Het behelsde een pakket van 24, redelijk snel uit te voeren verkeersveiligheidsmaatregelen en een intentie tot het maken van beleidsafspraken voor een volgende fase van Duurzaam Veilig, nadat het Startprogramma zou zijn afgerond (voorzien in 2001). Om de uitvoering van een aantal maatregelen af te ronden is het Startprogramma uiteindelijk verlengd tot 2003, waarna kon worden overgegaan tot de tweede fase van Duurzaam Veilig. Het pakket snel uit te voeren maatregelen van het Startprogramma bestond vooral uit maatregelen voor aanpassing van de infrastructuur en enkele gedragsregels: • onderscheid aanbrengen tussen verkeersaders en verkeersluwe gebieden; • actieplan snelheidslimiet 30 km/uur binnen de bebouwde kom; • uitbreiding zones 30 km/uur; • uitbreiding zones 60 km/uur buiten de bebouwde kom; • voorrang op verkeersaders; • uniforme voorrang op rotondes; • bromfi ets op de rijbaan; • voorrang voor langzaam verkeer van rechts. Aan het eind van het Startprogramma moest elke wegbeheerder zijn wegennet hebben gecategoriseerd volgens de CROW-eisen. Voor deze maatregelen was een gedeeltelijke rijkssubsidie beschikbaar. De bedoeling was om het aantal zones van 30 km/uur fl ink uit te breiden. Om dat te bevorderen mocht de wegbeheerder volstaan met een ‘sobere inrichting’. Het Startprogramma week op enkele punten af van de beginselen van Duurzaam Veilig. Over het algemeen laten de voorgestelde maatregelen in veel gevallen menging van motorvoertuigen en (brom)fi etsers met grote snelheidsverschillen nog toe. De tweede fase werd opgenomen in het Nationaal Verkeers- en Vervoersplan Verkeersveiligheidsplan Vlaanderen - 85 - Deel 2 - Beleidsvisie en maatregelenpakket

• garanderen van toegankelijkheid;<br />

• verzekeren van de veiligheid;<br />

• verbeteren van de verkeersleefbaarheid;<br />

• terugdringen van schade aan natuur en milieu.<br />

Tien richttinggevende concepten dragen de maatregelen voor een verhoging van de<br />

verkeersveiligheid :<br />

• risiconormering kan verantwoordelijkheden duidelijk stellen;<br />

• gestuurde mobiliteit op de verplaatsingsmarkt en vervoersmarkt in overeenstemming<br />

met de veiligheid;<br />

• veiligere voorzieningen voor fi etsers en voetgangers op lokaal niveau;<br />

• verscherpte inzet op gedragsbeïnvloeding op de weg;<br />

• duurzaam veilige weginrichtingen;<br />

• bredere en snellere inzet van veiliger technologie en telematica;<br />

• bijzondere aandacht voor goederenvervoer in het algemeen en van gevaarlijke<br />

stoffen in het bijzonder;<br />

• meer en zakelijker samenwerking tussen de verschillende overheden;<br />

• betrekken van andere partners in het verkeersveiligheidsbeleid;<br />

• bredere monitoring van verkeersveiligheid, ruimere kennis en gerichter gebruik<br />

ervan is noodzakelijk.<br />

2.3 Leren uit sterke concepten uit het buitenland<br />

Elke geïndustrialiseerde samenleving wordt geconfronteerd met een belangrijk verkeersveiligheidsprobleem.<br />

De vergelijking van <strong>Vlaanderen</strong> met omliggende landen<br />

en regio’s heeft geleerd dat vooral Nederland en de Scandinavische landen erin<br />

geslaagd zijn om het verkeersveiligheidsprobleem structureel beter onder controle te<br />

krijgen. Niet toevallig kennen deze landen een lange traditie van onderzoeksgebaseerde<br />

beleidsvoorbereiding en –uitoefening als het gaat over verkeersveiligheid.<br />

In Nederland werd de beleidsvisie rond verkeersveiligheid veeleer op zichzelf<br />

staand ontwikkeld en vertolkt binnen het concept Duurzaam Veilig dat in 1992<br />

werd voorgesteld en in 2005 werd vernieuwd (Wegman, 2005). Sindsdien is het<br />

de basis voor het offi ciële verkeersveiligheidsbeleid. De Duurzaam Veilig-visie heeft<br />

tot doel om ongevallen te voorkomen en, indien dit niet mogelijk is, de ernst van een<br />

ongeval zo te beperken dat de kans op (ernstig) letsel nagenoeg uitgesloten is. Deze<br />

doelen worden nagestreefd door middel van een proactieve aanpak, waarbij op<br />

voorhand wordt nagegaan in welke verkeerssituaties confl icten of ongevallen met<br />

ernstig letsel kunnen ontstaan. Vervolgens zijn er twee mogelijkheden: de omstandigheden<br />

worden zo aangepast dat óf de kans op een ongeval nagenoeg uitgesloten<br />

is, óf, als dit niet te vermijden is, de kans op ernstig letsel bij een ongeval geëlimineerd<br />

wordt. Onder ‘ernstig letsel’ worden zowel letsels verstaan die dodelijk zijn<br />

als letsels die levensbedreigend zijn of blijvende gevolgen opleveren en waarvoor<br />

een ziekenhuisopname nodig is.<br />

In Zweden werd het Vision Zero-concept ontwikkeld dat op lange termijn mikt<br />

op een verkeerssysteem waarbij niemand nog gedood of zwaargewond raakt. Het<br />

systeem accepteert dat ongevallen kunnen gebeuren, maar de gevolgen zouden<br />

nooit doden of zwaargewonden mogen veroorzaken. Het Vision Zero-concept<br />

impliceert dat wegen worden ingericht overeenkomstig de mogelijkheden en beper-<br />

- 84 - <strong>Verkeersveiligheidsplan</strong> <strong>Vlaanderen</strong><br />

Deel 2 - Beleidsvisie en maatregelenpakket

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!