29.08.2013 Views

Verkeersveiligheidsplan Vlaanderen - Mobiel Vlaanderen

Verkeersveiligheidsplan Vlaanderen - Mobiel Vlaanderen

Verkeersveiligheidsplan Vlaanderen - Mobiel Vlaanderen

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

of dit te wijten is aan de werkelijke omstandigheden, dan wel de wijze van invullen<br />

van het ongevallenformulier.<br />

Relatief gebeuren de meeste ongevallen op natte wegen ’s morgens bij het krieken<br />

van de dag. Dit is zo voor gemeentewegen en genummerde wegen. Op autosnelwegen<br />

gebeuren relatief meer ongevallen bij nat wegdek op zondag.<br />

Bij eenzijdige ongevallen is er een iets kleiner aandeel van de normale omstandigheden.<br />

Een nat, glad of vuil wegdek wordt in dat geval iets vaker genoemd als<br />

ongevalsomstandigheid (36 % in plaats 27 %).<br />

7.7 Menselijk gedrag<br />

Hoewel menselijk gedrag in bijna alle ongevallen een rol speelt, is het niet steeds<br />

eenvoudig om hier degelijke cijfers over terug te vinden. Op het VOF staan wel een<br />

aantal gedragsgerelateerde gegevens opgenomen, maar de kwaliteit hiervan laat<br />

vaak te wensen over. Het betreft namelijk het gedrag waardoor het ongeval kon<br />

plaatsvinden. Dit is niet steeds eenvoudig vast te stellen door de politie ter plaatse.<br />

Toch zijn een aantal vaststellingen mogelijk.<br />

7.7.1 VERMOEIDHEID<br />

Vermoeide bestuurders vertonen gedragingen die potentieel gevaarlijk zijn (Vesentini<br />

et al., 2003). De kans is groot dat ze van hun rijstrook afwijken. Ze hebben meer<br />

moeite om een constante snelheid aan te houden en hun reactietijd neemt toe. Dit<br />

geeft vaak aanleiding tot eenzijdige en ernstige ongevallen. De ernst wordt bepaald<br />

doordat het vaker voorkomt op eentonige wegen met een hogere snelheidslimiet en<br />

doordat bestuurders die in slaap vallen vaak geen enkele rem- of bijsturingsrefl ex<br />

hebben.<br />

7.7.2 GORDELDRACHT<br />

Uit metingen van het BIVV (aangehaald in Vesentini & Cuyvers, 2003) blijkt dat in<br />

België 58 % van de bestuurders hun gordel draagt op wegen met een snelheidsbeperking<br />

van 90 km/h. Op autosnelwegen ligt dit percentage hoger (64 %) en<br />

in de stad lager (47 %). Voor passagiers voorin zijn de percentages vergelijkbaar.<br />

Voor de passagiers achterin zijn geen cijfers beschikbaar. Voor korte ritten binnen<br />

de bebouwde kom wordt de gordel het minst gedragen, hoewel hij daar het meest<br />

effectief is.<br />

Voorts stelt men vast dat er een relatie bestaat tussen ongevalsbetrokkenheid en gordeldracht:<br />

bestuurders die de gordel niet dragen, zijn vaker betrokken in ongevallen.<br />

Vermoedelijk is dit omdat zij ook andere verkeersregels minder goed naleven.<br />

De gordel wordt het minst gedragen door jongeren (< 25 jaar). Ook mannen<br />

dragen de gordel minder.<br />

Het SARTRE-onderzoek (Drevet, 2004) leert ons dat het zelfverklaarde gordelgebruik<br />

het hoogst is op autosnelwegen, gevolgd door hoofdwegen. Binnen de bebouwde<br />

kom wordt de gordel beduidend minder gedragen. Niettemin zien we dat het gordelgebruik,<br />

in vergelijking tot eerdere studies, sterker toeneemt binnen de bebouwde<br />

kom zodat de verschillen kleiner worden.<br />

Uit het SARTRE-onderzoek leren we ook dat 81 % van de Belgen die soms kinderen<br />

vervoeren, verklaren dat ze dan altijd het juiste beveiligingsmiddel (gordel, kinderzitje)<br />

gebruiken. Uit recent onderzoek (Vesentini & Willems, 2006) blijkt evenwel<br />

<strong>Verkeersveiligheidsplan</strong> <strong>Vlaanderen</strong> - 65 -<br />

Deel 1 - Probleemanalyse

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!