Verkeersveiligheidsplan Vlaanderen - Mobiel Vlaanderen
Verkeersveiligheidsplan Vlaanderen - Mobiel Vlaanderen Verkeersveiligheidsplan Vlaanderen - Mobiel Vlaanderen
FIGUUR 7.20: EVOLUTIE AANTAL VERKEERSDODEN BIJ JONGEREN EN OUDEREN, VLAANDEREN. Bron: NIS, eigen bewerking. Het Vlaams mobiliteitsplan stelt expliciet een gemiddelde jaarlijkse daling met 6 % van het aantal verkeersdoden per 1000 jongeren onder de 25 als doel. Op basis van bovenstaande beschouwingen valt eveneens op te maken dat de leeftijdscategorie vanaf 60 een kwetsbare groep vormt. We nemen deze beide groepen even nader onder de loep. Sinds 1991 nam het aantal doden bij jongeren af met 60 %, bij ouderen (60+) met 45 % (fi g. 7.20). Tussen 1997 en 2001 stagneerde het aantal jonge verkeersdoden evenwel. Het aantal oudere verkeersdoden stagneerde reeds langer. Vanaf 2001 merken we opnieuw een daling en dit voor beide categorieën. Een deel van de verklaring zit zeker in het toenemende aantal ouderen en het afnemende aantal jongeren. Daarom wordt ook het dodelijk risico weergegeven (fi g. 7.21). Hieruit blijkt dat het dodelijk risico afnam voor zowel jongeren als ouderen. De daling is evenwel gesitueerd in de eerste helft van de jaren ’90. Tussen 1995 en 2001 was er een quasi gelijkblijvend dodelijk risico voor beide leeftijdsgroepen. Het dodelijk risico vertoont vanaf 2001 opnieuw een daling die iets meer uitgesproken is voor jongere verkeersdeelnemers. We merken nog op dat het dodelijk risico voor jongere en oudere verkeersdeelnemers quasi gelijk is. Voor jongeren valt dit te verklaren door de hogere ongevalskans, voor ouderen door de hogere letselernst. 400 350 300 250 200 150 100 50 DODEN EN DODELIJK GEWONDEN 0 1991 1993 1995 1997 1999 2001 2003 2005 < 25 > 59 - 58 - Verkeersveiligheidsplan Vlaanderen Deel 1 - Probleemanalyse
FIGUUR 7.21: EVOLUTIE DODELIJK RISICO BIJ JONGEREN EN OUDEREN, VLAANDEREN. Bron: NIS, eigen bewerking. FIGUUR 7.22: VERKEERSSLACHTOFFERS NAAR GESLACHT, VLAANDEREN. Bron: NIS (2005), eigen bewerking. INDEX (1999 = 100) 180 160 140 120 100 80 60 40 20 DODELIJK RISICO (DODEN PER MIO INWONERS) 0 1991 1993 1995 1997 1999 2001 2003 2005 < 25 > 59 7.4.2 BETROKKENHEID PER GESLACHT Bijna 3/4e van de verkeersdoden in Vlaanderen zijn mannen (fi g. 7.22). Rekening houdend met hun expositie (afgelegde kilometers) lopen mannen bijna twee keer zoveel risico om gedood te worden in een verkeersongeval. Het aandeel in de lichte letsels is kleiner, maar ook daar vallen meer mannen onder de slachtoffers dan vrouwen. Wanneer enkel bestuurders in ogenschouw worden genomen, worden de verschillen nog groter. 48% Lichtgewonden 52% 36% M V Zwaargewonden Vooral jonge mannen komen vaak om in het verkeer. Ruim 1/3e van alle verkeersdoden zijn mannen tussen 16 en 34 jaar. Mannen hebben voor (bijna) alle leeftijden een groter aandeel in het aantal verkeersdoden (fi g. 7.23). Verkeersveiligheidsplan Vlaanderen - 59 - Deel 1 - Probleemanalyse 64% 29% Doden 71%
- Page 9 and 10: De zes geselecteerde maatregelengro
- Page 11 and 12: VERKEERSVEILIGHEIDSPLAN VLAANDEREN
- Page 13 and 14: INHOUDSOPGAVE INHOUDSOPGAVE .......
- Page 15 and 16: 1. INLEIDING 1.1 Opbouw rapport dee
- Page 17 and 18: ingewikkelde situaties kunnen dat g
- Page 19 and 20: FIGUUR 2.2: ONGEVALLENPIRA- MIDE. B
- Page 21 and 22: 2.4 Het beschikbare basismateriaal:
- Page 23 and 24: FIGUUR 3.2: ZWAARGEWONDE VERKEERSSL
- Page 25 and 26: 4. TRENDS EN PROGNOSES Gezien de st
- Page 27 and 28: FIGUUR 4.1: VOERTUIGKILOMETER IN VL
- Page 29 and 30: FIGUUR 4.4: VERKEERSDODEN PER MILJO
- Page 31 and 32: 4.4.2 VERPLAATSINGSGEDRAG Het Mobil
- Page 33 and 34: 5. VLAANDEREN IN BELGIE EN EUROPA V
- Page 35 and 36: FIGUUR 5.2: DODELIJK RISICO. Bron:
- Page 37 and 38: 6. REGIONALE VERSCHILLEN IN VLAANDE
- Page 39 and 40: 7. VERKEERSVEILIGHEID DIEPER GEANAL
- Page 41 and 42: TABEL 7.2: LETSELRISICO’S VOOR DE
- Page 43 and 44: FIGUUR 7.3: VERDELING VAN HET AANTA
- Page 45 and 46: FIGUUR 7.4: EENZIJDIGE ONGE- VALLEN
- Page 47 and 48: FIGUUR 7.6: TWEEZIJDIGE ONGEVALLEN,
- Page 49 and 50: FIGUUR 7.9: AANDEEL DODE VER- KEERS
- Page 51 and 52: FIGUUR 7.11: EVOLUTIE AANTAL ONGEVA
- Page 53 and 54: TABEL 7.8: EXPOSITIEMATEN VOLGENS W
- Page 55 and 56: FIGUUR 7.15: AANDEEL DODE VERKEERSS
- Page 57 and 58: FIGUUR 7.16: AANTAL DODEN EN ZWAARG
- Page 59: FIGUUR 7.19: RELATIEF RISICO OP ERN
- Page 63 and 64: FIGUUR 7.25 RISICO (UITGEDRUKT IN A
- Page 65 and 66: FIGUUR 7.28 AANDEEL ERNSTIGE ONGEVA
- Page 67 and 68: of dit te wijten is aan de werkelij
- Page 69 and 70: De Fietsersbond voerde in 2003 snel
- Page 71 and 72: meer uitgesproken op autosnelwegen.
- Page 73 and 74: 9. GEBRUIKTE AFKORTINGEN ASW Autosn
- Page 75 and 76: • Lammar, P. & Hens, L. (2004). O
- Page 77 and 78: VERKEERSVEILIGHEIDSPLAN VLAANDEREN
- Page 79 and 80: INHOUDSOPGAVE 1. INLEIDING DEEL 2 .
- Page 81 and 82: 1. INLEIDING Deel 2 Het Vlaams Verk
- Page 83 and 84: TABEL1: DE HADDON-MATRIX: 9 AANGRIJ
- Page 85 and 86: FIGUUR 2: HET PIZZA-MODEL. Bron: (R
- Page 87 and 88: kingen van de mens. De verantwoorde
- Page 89 and 90: MAATREGELEN VISION ZERO - ZWEDEN Na
- Page 91 and 92: 3. OPERATIONELE DOELSTELLINGEN VAN
- Page 93 and 94: FIGUUR 5: EVOLUTIE AANTAL VERKEERSD
- Page 95 and 96: kan waarschijnlijk verklaard worden
- Page 97 and 98: 4. UITWERKING BELEIDSVISIE IN MAATR
- Page 99 and 100: lingsdoelen in dat ze leren op welk
- Page 101 and 102: 4.2 Bevorderen en afdwingen van int
- Page 103 and 104: (bromfi etsers en motorrijders) en
- Page 105 and 106: invloeding. Daarbij zal een gericht
- Page 107 and 108: evenals een doeltreffende bestraffi
- Page 109 and 110: Hoewel de beginsituatie in Vlaander
FIGUUR 7.21:<br />
EVOLUTIE DODELIJK<br />
RISICO BIJ JONGEREN<br />
EN OUDEREN,<br />
VLAANDEREN.<br />
Bron: NIS,<br />
eigen bewerking.<br />
FIGUUR 7.22:<br />
VERKEERSSLACHTOFFERS<br />
NAAR GESLACHT,<br />
VLAANDEREN.<br />
Bron: NIS (2005),<br />
eigen bewerking.<br />
INDEX (1999 = 100)<br />
180<br />
160<br />
140<br />
120<br />
100<br />
80<br />
60<br />
40<br />
20<br />
DODELIJK RISICO (DODEN PER MIO INWONERS)<br />
0<br />
1991 1993 1995 1997 1999 2001 2003 2005<br />
< 25 > 59<br />
7.4.2 BETROKKENHEID PER GESLACHT<br />
Bijna 3/4e van de verkeersdoden in <strong>Vlaanderen</strong> zijn mannen (fi g. 7.22). Rekening<br />
houdend met hun expositie (afgelegde kilometers) lopen mannen bijna twee keer<br />
zoveel risico om gedood te worden in een verkeersongeval. Het aandeel in de lichte<br />
letsels is kleiner, maar ook daar vallen meer mannen onder de slachtoffers dan<br />
vrouwen. Wanneer enkel bestuurders in ogenschouw worden genomen, worden de<br />
verschillen nog groter.<br />
48%<br />
Lichtgewonden<br />
52%<br />
36%<br />
M V<br />
Zwaargewonden<br />
Vooral jonge mannen komen vaak om in het verkeer. Ruim 1/3e van alle verkeersdoden<br />
zijn mannen tussen 16 en 34 jaar. Mannen hebben voor (bijna) alle leeftijden<br />
een groter aandeel in het aantal verkeersdoden (fi g. 7.23).<br />
<strong>Verkeersveiligheidsplan</strong> <strong>Vlaanderen</strong> - 59 -<br />
Deel 1 - Probleemanalyse<br />
64%<br />
29%<br />
Doden<br />
71%