Verkeersveiligheidsplan Vlaanderen - Mobiel Vlaanderen
Verkeersveiligheidsplan Vlaanderen - Mobiel Vlaanderen Verkeersveiligheidsplan Vlaanderen - Mobiel Vlaanderen
FIGUUR 4.5: RIJBEWIJSBEZIT PER LEEFTIJDSGROEP, VLAANDEREN, 2000. Bron: Zwerts & Nuyts (2002) MANNEN VROUWEN 4.4.1 DEMOGRAFIE Vlaanderen ontgroent en vergrijst. Beide ontwikkelingen spelen een rol in verkeersveiligheid omdat niet elke leeftijdsgroep eenzelfde verkeersongevallenrisico heeft. Jongeren in de leeftijdscategorie van 18 tot 24 jaar hebben bijvoorbeeld drie keer meer kans op een dodelijk verkeersongeval dan mensen in de leeftijdscategorie van 50 tot 59 jaar. Volgens prognoses van de Administratie Planning en Statistiek wordt de groep van de jongeren tussen de 15 en de 24 jaar in 2020 zowat 15 % kleiner dan in 2003. Een dalend aandeel jongeren in de totale bevolking zal bijgevolg ook tot een dalende verkeersveiligheid leiden wanneer de verkeersdeelname bij jongeren in de volgende 15 jaren niet fundamenteel van aard verandert. De aankomende ontgroening werkt dus positief als het gaat om verkeersveiligheid. Volgens dezelfde prognoses zal de leeftijdsgroep van de 60- tot 75-jarigen met ongeveer 30 % groeien tussen 2003 en 2020. De ongevallenstatistieken leren dat deze leeftijdsgroep een dodelijk ongevalsrisico per hoofd van de bevolking heeft dat vrij goed overeenstemt met dat van middelbare leeftijdsgroepen en zelfs iets lager. Indien de 60-plussers in 2020 zich in verhouding tot andere leeftijdsgroepen niet vaker zullen verplaatsen dan de 60-plussers van vandaag, zal het toegenomen aantal 60-plussers dus in principe geen gevolgen hebben voor de verkeersveiligheid. Deze veronderstelling is echter onzeker, aangezien het rijbewijsbezit bij senioren in 2020 vermoedelijk hoger zal zijn dan vandaag. Zo lag het rijbewijsbezit voor vrouwen boven de 65 in 2000 nog onder de 40 %, terwijl dit voor de 45- 54-jarigen en de 55-64-jarigen, die in 2020 grotendeels de groep van 65-plussers zullen vormen, al tussen 70 à 80 % zal liggen (fi g. 4.5). Daardoor bestaat alleszins een redelijke kans dat senioren zich vaker en verder zullen gaan verplaatsen. Hoewel het risico van senioren per hoofd van de bevolking niet hoger is dan voor andere leeftijdsgroepen, is dit wel het geval als het risico wordt afgewogen aan de verplaatsingsafstand. 100 90 80 70 60 50 40 30 20 10 0 6-12 13-15 16-24 - 28 - Verkeersveiligheidsplan Vlaanderen Deel 1 - Probleemanalyse 25-34 35-44 45-54 55-64 65+
4.4.2 VERPLAATSINGSGEDRAG Het Mobiliteitsplan Vlaanderen voorziet een stijgende trend van het aantal verplaatsingen tegen 2010 van 9 %. Daarbij wordt uitgegaan van een nagenoeg ongewijzigde keuze van vervoerswijze. Maar het mobiliteitsbeleid van de Vlaamse regering wenst de groei van het autoverkeer in te perken en openbaar vervoer, fi etsen en stappen aan te moedigen. Voor verkeersveiligheid betekent elke overstap van auto naar openbaar vervoer winst, vermits de ongevallenfrequentie voor trein, tram en bus aanzienlijk lager ligt dan die van het autoverkeer. Voor fi etsgebruik ligt dit anders. Omdat, in tegenstelling tot het openbaar vervoer, fi etsen per kilometer ónveiliger is dan autorijden, moet een beleid om fi etsen te bevorderen gepaard gaan met doeltreffende investeringen in de verbetering van de verkeersveiligheid van fi etsers. Merk op dat het risico voor de vervoerswijzen ook afhankelijk is van de mate waarin een vervoermiddel gebruikt wordt. Zo gaat een hoger fi etsgebruik bijvoorbeeld vaak samen met een lager ongevalsrisico omdat ervaren fi etsers minder risico lopen per kilometer. 4.4.3 VOERTUIGTECHNOLOGIE Het ligt voor de hand dat ontwikkelingen in voertuigtechnologie een belangrijke rol zullen spelen in verkeersveiligheid. Zo worden nu al systemen ontwikkeld die verkeersveiligheid kunnen beïnvloeden, zoals Intelligente SnelheidsAanpassing (ISA), waarmee in Europa uitgebreid geëxperimenteerd wordt. We verwachten dat de open, informatieve vorm van ISA de volgende jaren zal doorbreken. Nieuwe wagens zullen geleidelijk worden voorzien van apparatuur die de bestuurder informatie geeft over de toegelaten snelheid en hem de mogelijkheid biedt om zijn snelheid aan te passen. Wellicht zal een dergelijke vorm van ISA veeleer beperkte effecten hebben voor ongevallenreductie. De gesloten variant van ISA maakt het de chauffeur onmogelijk om de snelheidslimiet te overtreden. Hoewel dergelijke systemen nog niet operationeel zijn, vormen het interessante mogelijkheden voor de toekomst. Andere ontwikkelingen in voertuigtechniek zijn lopende of zullen toegepast worden in een groter deel van het voertuigenpark, zoals gordels in vrachtwagens en autobussen, gordelverklikkers in wagens, het evaluatiesysteem Euro NCAP, airbags, alcoholdetectie en vermoeidheidsdetectie. Van recente datum is de aandacht voor voetgangersvriendelijke autofronten. Van andere systemen is het maar de vraag in welke mate ze een impact zullen hebben op verkeersveiligheid. Het toenemende belang van telematica in voertuigen vergroot het risico van misbruik en aandachtsverlies door de chauffeur. Op die manier kan technologie die de veiligheid kan verbeteren, de veiligheid verlagen door foutief gebruik. Algemeen kan een hoger veiligheidsgevoel van de bestuurder aanleiding geven tot onveiliger rijgedrag (risicohomeostase). Kwetsbare weggebruikers zoals voetgangers en fi etsers kunnen hiervan het slachtoffer worden. Niettemin zijn we van mening dat de perspectieven om met behulp van technologie de verkeersveiligheid verder te verbeteren gunstig zijn en dat we vanuit deze hoek een reële bijdrage kunnen verwachten voor een verdere daling van de onveiligheid. 4.4.4 EFFICIËNTIEVERBETERINGEN OVERHEID Overheden slagen er in om effi ciëntiewinst te boeken in de mate waarin ze problemen aanpakken. Dit geldt ook voor verkeersveiligheid. Er werd al fl inke vooruitgang geboekt door de inrichting van veiliger kruispunten, doortochten, centrumgebieden, Verkeersveiligheidsplan Vlaanderen - 29 - Deel 1 - Probleemanalyse
- Page 1 and 2: Verkeersveiligheidsplan Vlaanderen
- Page 3 and 4: VERKEERSVEILIGHEIDSPLAN VLAANDEREN
- Page 5 and 6: LEESWIJZER INLEIDING Het Verkeersve
- Page 7 and 8: SAMENVATTING Het Verkeersveiligheid
- Page 9 and 10: De zes geselecteerde maatregelengro
- Page 11 and 12: VERKEERSVEILIGHEIDSPLAN VLAANDEREN
- Page 13 and 14: INHOUDSOPGAVE INHOUDSOPGAVE .......
- Page 15 and 16: 1. INLEIDING 1.1 Opbouw rapport dee
- Page 17 and 18: ingewikkelde situaties kunnen dat g
- Page 19 and 20: FIGUUR 2.2: ONGEVALLENPIRA- MIDE. B
- Page 21 and 22: 2.4 Het beschikbare basismateriaal:
- Page 23 and 24: FIGUUR 3.2: ZWAARGEWONDE VERKEERSSL
- Page 25 and 26: 4. TRENDS EN PROGNOSES Gezien de st
- Page 27 and 28: FIGUUR 4.1: VOERTUIGKILOMETER IN VL
- Page 29: FIGUUR 4.4: VERKEERSDODEN PER MILJO
- Page 33 and 34: 5. VLAANDEREN IN BELGIE EN EUROPA V
- Page 35 and 36: FIGUUR 5.2: DODELIJK RISICO. Bron:
- Page 37 and 38: 6. REGIONALE VERSCHILLEN IN VLAANDE
- Page 39 and 40: 7. VERKEERSVEILIGHEID DIEPER GEANAL
- Page 41 and 42: TABEL 7.2: LETSELRISICO’S VOOR DE
- Page 43 and 44: FIGUUR 7.3: VERDELING VAN HET AANTA
- Page 45 and 46: FIGUUR 7.4: EENZIJDIGE ONGE- VALLEN
- Page 47 and 48: FIGUUR 7.6: TWEEZIJDIGE ONGEVALLEN,
- Page 49 and 50: FIGUUR 7.9: AANDEEL DODE VER- KEERS
- Page 51 and 52: FIGUUR 7.11: EVOLUTIE AANTAL ONGEVA
- Page 53 and 54: TABEL 7.8: EXPOSITIEMATEN VOLGENS W
- Page 55 and 56: FIGUUR 7.15: AANDEEL DODE VERKEERSS
- Page 57 and 58: FIGUUR 7.16: AANTAL DODEN EN ZWAARG
- Page 59 and 60: FIGUUR 7.19: RELATIEF RISICO OP ERN
- Page 61 and 62: FIGUUR 7.21: EVOLUTIE DODELIJK RISI
- Page 63 and 64: FIGUUR 7.25 RISICO (UITGEDRUKT IN A
- Page 65 and 66: FIGUUR 7.28 AANDEEL ERNSTIGE ONGEVA
- Page 67 and 68: of dit te wijten is aan de werkelij
- Page 69 and 70: De Fietsersbond voerde in 2003 snel
- Page 71 and 72: meer uitgesproken op autosnelwegen.
- Page 73 and 74: 9. GEBRUIKTE AFKORTINGEN ASW Autosn
- Page 75 and 76: • Lammar, P. & Hens, L. (2004). O
- Page 77 and 78: VERKEERSVEILIGHEIDSPLAN VLAANDEREN
- Page 79 and 80: INHOUDSOPGAVE 1. INLEIDING DEEL 2 .
4.4.2 VERPLAATSINGSGEDRAG<br />
Het Mobiliteitsplan <strong>Vlaanderen</strong> voorziet een stijgende trend van het aantal verplaatsingen<br />
tegen 2010 van 9 %. Daarbij wordt uitgegaan van een nagenoeg ongewijzigde<br />
keuze van vervoerswijze. Maar het mobiliteitsbeleid van de Vlaamse regering<br />
wenst de groei van het autoverkeer in te perken en openbaar vervoer, fi etsen en<br />
stappen aan te moedigen. Voor verkeersveiligheid betekent elke overstap van auto<br />
naar openbaar vervoer winst, vermits de ongevallenfrequentie voor trein, tram en<br />
bus aanzienlijk lager ligt dan die van het autoverkeer. Voor fi etsgebruik ligt dit anders.<br />
Omdat, in tegenstelling tot het openbaar vervoer, fi etsen per kilometer ónveiliger<br />
is dan autorijden, moet een beleid om fi etsen te bevorderen gepaard gaan met<br />
doeltreffende investeringen in de verbetering van de verkeersveiligheid van fi etsers.<br />
Merk op dat het risico voor de vervoerswijzen ook afhankelijk is van de mate<br />
waarin een vervoermiddel gebruikt wordt. Zo gaat een hoger fi etsgebruik bijvoorbeeld<br />
vaak samen met een lager ongevalsrisico omdat ervaren fi etsers minder risico<br />
lopen per kilometer.<br />
4.4.3 VOERTUIGTECHNOLOGIE<br />
Het ligt voor de hand dat ontwikkelingen in voertuigtechnologie een belangrijke<br />
rol zullen spelen in verkeersveiligheid. Zo worden nu al systemen ontwikkeld die<br />
verkeersveiligheid kunnen beïnvloeden, zoals Intelligente SnelheidsAanpassing<br />
(ISA), waarmee in Europa uitgebreid geëxperimenteerd wordt. We verwachten dat<br />
de open, informatieve vorm van ISA de volgende jaren zal doorbreken. Nieuwe wagens<br />
zullen geleidelijk worden voorzien van apparatuur die de bestuurder informatie<br />
geeft over de toegelaten snelheid en hem de mogelijkheid biedt om zijn snelheid<br />
aan te passen. Wellicht zal een dergelijke vorm van ISA veeleer beperkte effecten<br />
hebben voor ongevallenreductie. De gesloten variant van ISA maakt het de chauffeur<br />
onmogelijk om de snelheidslimiet te overtreden. Hoewel dergelijke systemen<br />
nog niet operationeel zijn, vormen het interessante mogelijkheden voor de toekomst.<br />
Andere ontwikkelingen in voertuigtechniek zijn lopende of zullen toegepast worden<br />
in een groter deel van het voertuigenpark, zoals gordels in vrachtwagens en<br />
autobussen, gordelverklikkers in wagens, het evaluatiesysteem Euro NCAP, airbags,<br />
alcoholdetectie en vermoeidheidsdetectie. Van recente datum is de aandacht voor<br />
voetgangersvriendelijke autofronten.<br />
Van andere systemen is het maar de vraag in welke mate ze een impact zullen<br />
hebben op verkeersveiligheid. Het toenemende belang van telematica in voertuigen<br />
vergroot het risico van misbruik en aandachtsverlies door de chauffeur. Op die<br />
manier kan technologie die de veiligheid kan verbeteren, de veiligheid verlagen<br />
door foutief gebruik. Algemeen kan een hoger veiligheidsgevoel van de bestuurder<br />
aanleiding geven tot onveiliger rijgedrag (risicohomeostase). Kwetsbare weggebruikers<br />
zoals voetgangers en fi etsers kunnen hiervan het slachtoffer worden.<br />
Niettemin zijn we van mening dat de perspectieven om met behulp van technologie<br />
de verkeersveiligheid verder te verbeteren gunstig zijn en dat we vanuit deze hoek<br />
een reële bijdrage kunnen verwachten voor een verdere daling van de onveiligheid.<br />
4.4.4 EFFICIËNTIEVERBETERINGEN OVERHEID<br />
Overheden slagen er in om effi ciëntiewinst te boeken in de mate waarin ze problemen<br />
aanpakken. Dit geldt ook voor verkeersveiligheid. Er werd al fl inke vooruitgang<br />
geboekt door de inrichting van veiliger kruispunten, doortochten, centrumgebieden,<br />
<strong>Verkeersveiligheidsplan</strong> <strong>Vlaanderen</strong> - 29 -<br />
Deel 1 - Probleemanalyse