Verkeersveiligheidsplan Vlaanderen - Mobiel Vlaanderen
Verkeersveiligheidsplan Vlaanderen - Mobiel Vlaanderen
Verkeersveiligheidsplan Vlaanderen - Mobiel Vlaanderen
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
4.2.9 VERMOEIDHEID<br />
Eén tot zeven procent van alle verkeersongevallen wordt minstens gedeeltelijk toegeschreven<br />
aan vermoeidheid. Dit percentage is hoger voor typisch vermoeidheidsgerelateerde<br />
ongevallen zoals eenzijdige ongevallen, voor ongevallen op wegen<br />
met een hoge toegelaten snelheid zoals snelwegen en voor ongevallen ’s nachts.<br />
Factoren die het risico op vermoeidheid verhogen, zijn vaak en lang rijden, lange<br />
werkdagen en onvoldoende of slecht slapen. Ook het tijdstip van de verplaatsing<br />
en de wegomgeving spelen een rol (Vesentini, 2003). Maatregelen om vermoeidheid<br />
tijdens het rijden te bestrijden kunnen verschillende vormen aannemen zoals<br />
het geven van praktische tips aan automobilisten en vrachtwagenchauffeurs om<br />
slaperigheid te voorkomen, het gebruik van ribbelstroken langs autosnelwegen, het<br />
stimuleren van een veiligheidscultuur bij bedrijven en politietoezicht op de naleving<br />
van rij- en rusttijden. Onderzoekscentra ontwikkelen momenteel technieken om op<br />
basis van oogbewegingen bij chauffeurs symptomen van vermoeidheid objectief te<br />
meten (Verlaak, 2004).<br />
4.2.10 BEWUSTMAKING VOOR EEN INTRINSIEK VEILIG VERKEERSGEDRAG<br />
Negen op tien van de verkeersongevallen heeft op één of andere manier te maken<br />
met falend menselijk gedrag (Hillier, 2002). Een belangrijke vraag is vervolgens<br />
op welke manier dit gedrag kan bijgestuurd worden zodat het aantal ongevallen<br />
verkleint. Het gedrag van mensen in het verkeer is de resultante van een complexe<br />
interactie tussen attitudes, sociale normen, ervaren controle over het gedrag en intenties.<br />
Daarbij mag vooral de fout niet gemaakt worden om attitude en gedrag met<br />
elkaar te vereenzelvigen (Huguenin, 2005). Het is bijvoorbeeld niet omdat mensen<br />
weten dat rijden onder invloed gevaarlijk is en er daardoor eerder negatief tegenover<br />
staan dat ze ook meteen hun gedrag zullen aanpassen. Andere omstandigheden<br />
of prikkels (bv. sociale druk, gewoontegedrag, gemoedstoestand, …) kunnen<br />
ervoor zorgen dat ondanks een negatieve attitude, het gewenste gedrag toch niet<br />
bekomen wordt. Dit verklaart waarom (succesvolle) sensibilisering niet altijd leidt tot<br />
het gewenste gedrag en bijgevolg tot minder (ernstige) ongevallen.<br />
Sensibiliseringsacties zijn vooral zinvol rond gedragsaspecten waarvan onderzoek<br />
heeft aangetoond dat ze het ongeval of letselrisico in de hand werken. De belangrijkste<br />
voorbeelden zijn rijden onder invloed, gebruik van beveiligingsmiddelen<br />
zoals de veiligheidsgordel en overdreven snelheid. Maar ook het gebruik van faciliteiten<br />
en comfortfuncties in voertuigen zoals mobiele telefoons en navigatiesystemen<br />
leiden potentieel de aandacht van de bestuurder af.<br />
Ervaringen uit het verleden en uit andere sectoren zoals gezondheidsvoorlichting<br />
(campagnes rond voeding, roken, …) leren dat het beïnvloeden van het gedrag<br />
van mensen geen gemakkelijke taak is. Bestaande wetenschappelijke inzichten<br />
en ervaringen in binnen- en buitenland moeten daarom zo goed mogelijk benut worden<br />
zodat thema’s, doelgroepen en boodschappen zorgvuldig worden afgewogen<br />
en geselecteerd. Acties en campagnes die reeds succesvol zijn gebleken in andere<br />
landen genieten de voorkeur.<br />
In het kader van de bevoegdheden en de activiteiten rond gezondheidsvoorlichting<br />
kan <strong>Vlaanderen</strong> specifi eke initiatieven ontwikkelen rond campagnes en gedragsbe-<br />
- 102 - <strong>Verkeersveiligheidsplan</strong> <strong>Vlaanderen</strong><br />
Deel 2 - Beleidsvisie en maatregelenpakket