Jaarverslag 2005 - Máxima Medisch Centrum

J a a r v e r s l a g K l i n i s c h L a b o r a t o r i u m M M C 2 0 0 5
--------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
Jaarverslag 2005
Klinisch Laboratorium - Máxima Medisch Centrum
locatie Veldhoven locatie Eindhoven
Postbus 7777
5500 MB Veldhoven
Postbus 90052
5600 PD Eindhoven
Telefoon: 040-8888900 Lid van de STZ laboratoria
---------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
1

J a a r v e r s l a g K l i n i s c h L a b o r a t o r i u m M M C 2 0 0 5
--------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
Inhoudsopgave
pagina
1. Inleiding 3
2. Personeel 4
2.1 Managementteam 4
2.2 Staf en leidinggevenden 5
2.3 Overlegvormen 5
2.4 Organogram MMC 6
Organogram Klinisch Laboratorium MMC 7
2.5 Formatieplaatsen 7
2.6 Gegevens personeel 8
2.6.1 Leeftijdopbouw en dienstjaren 8
2.6.2 Medewerkers: in en uit dienst, jubilea 9
2.7 Verzuim 9
2.8 Scholing personeel 9
2.8.1 Symposia en trainingen 10
2.8.2 Nascholing intern 11
2.9 Opleidingen 11
2.9.1 Stagiaires 12
2.10 Functies klinisch chemici 13
3. Wetenschappelijke activiteiten 14
3.1 Lidmaatschap wetenschappelijke verenigingen 14
3.2 Publicaties, posters en voordrachten 14
3.3 Bezoek congressen en symposia 17
3.4 Onderzoeksprojecten 18
4. Onderzoek en ontwikkelingen binnen de subafdelingen 19
4.1 Nieuw beleid en apparatuur 19
4.2 Analytische projekten 19
4.3 Ondersteuning klinische trials 20
5. Productie 21
5.1 Verrichtingen 21
5.2 Bloedtransfusie 23
6. KAM zorg 24
6.1 Kwaliteitshandboek 24
6.2 Arbo- en milieuzorg 24
6.3 Klachten, fouten en ongevallen 25
6.4 Externe kwaliteitsbewaking 26
7. Financiële gegevens 27
7.1 Algemeen 27
7.2 Exploitatiekosten 27
8. ICT en automatisering 28
9. Sociale activiteiten 30
10. Toekomstbeleid 31
Bijlage: Patiëntentevredenheidsonderzoek 33
---------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
2

J a a r v e r s l a g K l i n i s c h L a b o r a t o r i u m M M C 2 0 0 5
--------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
1. Inleiding
Het jaar 2005 stond in het teken van een verdergaande centralisatie van het klinisch laboratorium. Deze
centralisatie heeft grote gevolgen voor de organisatie van het laboratorium en voor de medewerkers. Aan
het eind van het jaar kunnen we constateren dat we erin geslaagd zijn de voorgenomen centralisatie te
realiseren. Op de Eindhovense locatie is er nu sprake van een uitgebreid basislaboratorium. De meer
speciale bepalingen zijn gecentraliseerd in Veldhoven.
Deze opzet blijkt goed aan te sluiten bij hetgeen noodzakelijk is voor de medische praktijkvoering in
Eindhoven en heeft het mogelijk gemaakt, ook in financieel opzicht ’fusiewinst’ te incasseren.
Voor individuele medewerkers heeft de hierboven beschreven operatie soms veel kruim gekost. We zijn
hen erkentelijk voor hun in soms moeilijke situaties, blijvende inzet voor het klinisch laboratorium.
Zeer belangrijk voor het geïntegreerde laboratorium met twee locaties was het beschikbaar komen van
de zgn. meerlocatiefunctionaliteit voor het laboratorium informatie systeem (Labosys). Voor alle
medewerkers zijn nu alle gegevens op beide locaties te raadplegen. Het ‘in elkaar schuiven’ van de beide
LISsen heeft ook geleid tot een verregaande harmonisatie van methoden en procedures.
Een belangrijke mijlpaal was het verkrijgen van de CCKL heraccreditatie voor beide locaties van het
geïntegreerde laboratorium. Een belangrijke erkenning vanuit de ‘buitenwereld’ dat de fusie goed
afgerond is en dat Máxima Medisch Centrum beschikt over een laboratorium dat de ultieme externe toets
met glans kan doorstaan. Door alle medewerkers van het klinisch laboratorium zijn forse inspanningen
verricht om de zaken op orde te krijgen voor de heraccreditatie. Hiervoor zijn we hen zeer erkentelijk.
In het verslagjaar werden een tweetal tevredenheidsonderzoeken uitgevoerd bij de ‘klanten’ (huisartsen
en patiënten) van het laboratorium. Een weergave van de resultaten van het patiëntentevredenheidsonderzoek
is te vinden in de bij dit jaarverslag behorende bijlage. Lezers van deze bijlage
zullen begrijpen dat de opvattingen van onze klanten ons tot tevredenheid stemmen.
De herbevestiging van onze ‘bekwaamheid’.
---------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
3

J a a r v e r s l a g K l i n i s c h L a b o r a t o r i u m M M C 2 0 0 5
--------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
2. Personeel
2.1 Managementteam
Het management team bestaat uit de klinisch chemici, de twee coördinerende hoofdanalisten en de vier
groepshoofden. Het managementteam overlegt tweewekelijks. De klinisch chemici in opleiding nemen
aan dit overleg deel. De onderwerpen die besproken worden zijn met name van organisatorische aard.
Maandelijks wordt de projectenlijst besproken en bekeken of aan de planning iets veranderd dient te
worden. Personele zaken en logistieke zaken komen indien nodig ook aan de orde, met name de invloed
op het going concern.
In 2005 werd voor het eerst een beleidsconferentie georganiseerd voor het managementteam.
Gedurende deze dag werden enkele thema’s verder uitgediept, werd het recente verleden geëvalueerd
en werden lijnen uitgezet voor de toekomst.
Het managementteam,
van links naar rechts, zittend: F. van der Graaf, D. Bakkeren, P.Kuijper en H. Vader,
staand: M. Raijmakers, J. Valkenburg, W. Schellekens, A.Simon-Kayzel, I. de Kruijf, G. Janssen,
R. Schoots en J. Apperloo.
---------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
4

J a a r v e r s l a g K l i n i s c h L a b o r a t o r i u m M M C 2 0 0 5
--------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
2.2 Staf en leidinggevenden
Klinisch chemici
Dr. D.L. Bakkeren Dirk
Dr. F. van der Graaf Fedde
Dr. J. de Jongh-Leuvenink Jacqueline t/m 30-09-2005
Dr. P.H.M. Kuijper Philip
Prof. dr. ir. H.L. Vader Huib hoofd klinisch laboratorium
Klinisch chemici in opleiding
Dr. J.J. Apperloo Joke sinds 01-09-2002
Dr. M.T.M. Raijmakers Maarten sinds 01-10-2004
Afdelingsleiding
G.W.T. Janssen Ger coördinerend hoofdanalist
I.J.M. de Kruijf Ingrid groepshoofd speciële chemie
J W.J.M. Schellekens Wim groepshoofd speciële hematologie
R. Schoots Ronald groepshoofd geautomatiseerde technieken, locatie EHV
A.L. Simon-Kayzel Adelien coördinerend hoofdanalist
J.G.M. Valkenburg Jan groepshoofd geautomatiseerde technieken, locatie VHV
Staffunctionarissen en logistiek
W.J.G. van Bussel Wil applicatiebeheer en techniek
H.M. Evers Harrie KAM functionaris
J.M.P. Groos- vd Kruijsdijk Anita teamcoördinator verdeelunit
E.M. Harting Elsbeth hoofd secretariaat
A.T.A. Hoeks Ad systeembeheerder
R.C.C. Jansen Remko systeembeheerder
D.M.N. Lemmens Daisy teamcoördinator bloedafname, locatie EHV
W.B.H.J. Maassen Mieke teamcoördinator bloedafname, locatie VHV
2.3 Overlegvormen
1. Vakgroepoverleg klinisch chemici; frequentie: eenmaal per maand.
2. Managementteam overleg: klinisch chemici, coördinerende hoofdanalisten en groepshoofden,
voorzitter: hoofd laboratorium. Dit overleg is m.n. organisatorisch gericht; frequentie: eenmaal per
twee weken.
3. Locatiegebonden werkoverleg: werkoverleg voor alle medewerkers, voorzitter: hoofd
laboratorium/ coördinerend hoofdanalist. Dit overleg is zowel informatief/organisatorisch als
vakinhoudelijk gericht. Frequentie: per locatie tweemaal per maand.
4. Overleg coördinerend hoofdanalist en groepshoofden. Voorzitter: coördinerend hoofdanalist. Dit
overleg is met name operationeel organisatorisch gericht. Frequentie: tweemaal per maand.
5. Vakinhoudelijk overleg: geautomatiseerde technieken, speciële chemie, speciële hematologie.
Deelnemers: klinisch chemici, groepshoofden en gespecialiseerde analisten; frequentie: eenmaal
per maand.
---------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
5

J a a r v e r s l a g K l i n i s c h L a b o r a t o r i u m M M C 2 0 0 5
--------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
2.4 Organogram
Organogram MMC
Klinisch Beeldvormende Ziekenhuis Paramedisch,
Laboratorium Technieken Apotheek Perimedisch en
Zorgfaciliterende
afd. (PPZ)
---------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
6

J a a r v e r s l a g K l i n i s c h L a b o r a t o r i u m M M C 2 0 0 5
--------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
Organogram Klinisch laboratorium MMC
Kwaliteitsfunctionaris en
Gespecialiseerd analist
met aandachtsgebied
kwaliteit
Groepshoofd
Gespecialiseerd
analisten
2.5 Formatieplaatsen
Groepshoofd
Gespecialiseerd
analisten
Hoofd klinisch laboratorium
Klinisch chemici
Coördinerend
hoofdanalisten
Analisten
De begrote formatie bedroeg 100,97 FTE. Op de peildatum, 31 december, was daarvan 93,3 FTE
ingevuld door 115 medewerkers.
Formatieplaatsen en medewerkers (per functie)
Groepshoofd Groepshoofd
Gespecialiseerd
analisten
Gespecialiseerd
analisten
2004 2005
Formatieplaatsen per 31 december FTE Aantal FTE Aantal
Administratief medewerker 2,81 4 1,86 3
Medewerker poliklinische bloedafname 14,56 23 14,55 23
Medewerker huishoudelijke zaken 2,28 3 2,28 3
Laborant 0,85 1 0 0
Analist 33,05 43 35,31 45
Senior analist 8,56 10 7,03 8
Systeembeheerder 2,78 3 2,78 3
Gespecialiseerd analist 17,58 18 17,14 18
Groepshoofd 4,00 4 4,00 4
Coördinerend hoofdanalist 2,00 2 2,00 2
Klinisch chemicus i.o. 2,12 2 2,12 2
Klinisch chemicus 5,02 5 4,22 4
Totaal formatieplaatsen 95,61 118 93,29 115
---------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
ICT
Bloedafname /
Verdeelcentrum
Secretariaat
Civiele
ondersteuning
7

J a a r v e r s l a g K l i n i s c h L a b o r a t o r i u m M M C 2 0 0 5
--------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
2.6 Gegevens personeel
2.6.1 Leeftijdopbouw en dienstjaren
Het klinisch laboratorium telt 115 medewerkers, dit komt overeen met 93,27 fte's.
De gemiddelde leeftijd is 43 jaar. Het gemiddelde aantal dienstjaren bedraagt 16,7 jaar en de gemiddelde
omvang van het dienstverband 0,81 fte.
aantal
aantal
aantal
25
20
15
10
5
0
25
20
15
10
5
0
70
60
50
40
30
20
10
0
Leeftijdopbouw
20 -25 25 – 30 30 – 35 35 – 40 40 – 45 45 – 50 50 – 55 55 – 60 60 – 65
Dienstjaren
0 – 5 5 – 10 10 – 15 15 – 20 20 – 25 25 – 30 30 - 35 35 - 40
Parttime
0 – 0,2 0,2 – 0,4 0,4 – 0,6 0,6 – 0,8 0,8 – 1,0 fulltime
---------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
8

J a a r v e r s l a g K l i n i s c h L a b o r a t o r i u m M M C 2 0 0 5
--------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
2.6.2 Medewerkers: in en uit dienst, jubilea
In dienst Naam Roepnaam Functie
01-09-2005 T.J.L. van Loosdregt Tamara Klinisch chemisch analist
Uit dienst Naam Roepnaam Functie
01-03-2005 N.J.F. Gijselhart-Nivillac Noris Gespecialiseerd analist
01-05-2005 H.M.B. Smits-van Engeland Riky Medewerker bloedafname
01-10-2005 J. de Jongh-Leuvenink Jacqueline Klinisch chemicus
01-12-2005 M.A.M. Lambregtse Marga Laborant
01-08-2005 C.J.C. van Iersel Carola Medewerker verdeelcentrum
12,5 jarig Naam Roepnaam Functie
dienstjubileum
01-03-2005 M. van den Broek Mira Gespecialiseerd analist
25 jarig Naam Roepnaam Functie
dienstjubileum
01-07-2005 M.E.W. Buijsman-Kik Marlien Klinisch chemisch analist
40 jarig Naam Roepnaam Functie
dienstjubileum
15-12-2005 V. van Genabeek Vally Medewerker bloedafname
2.7 Verzuim
Het ziekteverzuim bedroeg in 2005: 2,8% (in 2004: 2,7%). Dit is exclusief zwangerschap.
Ziektedagen in % t.o.v. bezetting
Locatie % ziekteverzuim 1 t/m 7 8 t/m 14 15 t/m 42 > 43
dagen dagen dagen dagen
Eindhoven 2,1% 0,9% 0,4% 0,3% 0,5%
Veldhoven 3,4% 1,0% 0,3% 0,7% 1,4%
Totaal Klinisch Laboratorium 2,8% 1,0% 0,3% 0,5% 1,0%
2.8 Scholing personeel
Jaarlijks wordt de opleidingsbehoefte van de medewerkers geëvalueerd. In de jaargesprekken worden de
individuele opleidingsbehoeften geïnventariseerd. Tevens wordt, in het kader van het implementeren van
nieuwe technieken en laboratoriumonderzoeken, de opleidingsbehoefte van de organisatie vastgesteld.
In totaal hebben 33 medewerkers een één- of meerdaagse cursus, symposium of training gevolgd.
Er werden dit jaar 3 bekwaamheidsverklaringen voor de bloedafname uitgereikt.
---------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
9

J a a r v e r s l a g K l i n i s c h L a b o r a t o r i u m M M C 2 0 0 5
--------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
2.8.1 Symposia en trainingen
NAAM DATUM CURSUS
Esther Wijnen,
Paula Blok
Woe-avond
febr.– mei
Chemische pathologie
Fontys Hogeschool Toegepaste
Ralph de Poortere 8, 15 en 22 maart
Natuurwetenschappen
Stollingsonderzoek
en 5 en 12 april VOVOL, Den Haag
Daisy Lemmens 15 maart en 5 april Training voor begeleiders opl. Apothekers ass. en
drs.ass. bij DVDB
Adelien Simon-Kayzel 14 en 15 april
22 en 23 sept.
TIAS nascholing
Riejean Kuylaars 10, 17 en 24 mei ELISA theorie, achtergronden en kwaliteitsaspecten,
Hogeschool Leiden
Remko Jansen,
Ad Hoeks
5, 6 en 7 okt. Vervolgcursus Ontwikkeling van Caché Toepassingen
Ronald Schoots okt. ‘05 – juli ‘06 Management en Bedrijfskunde ISBW
Ronald Schoots 2, 3 en 4 nov. Intern Auditor CCKL
Remko Jansen,
Kurt Leenders
8, 9 en 10 nov. Cursus Inleiding Caché ObjectScript
Olga Hendriks,
Kim van Nieuwenhuijzen
6 en 7 dec. AVANS, Troubleshooting HPLC
Dorine Biermann- 18 nov. t/m 20 jan. AVANS, De PCR: Theoretische achtergronden en
Kokken,
Ingrid de Kruijf
‘06
applicaties
NAAM DATUM Symposium / Training / Gebruikersdag
Ralph de Poortere,
Ronald Schoots,
Jan Valkenburg
24 jan. Roche Diagnostics, Technische training ‘Modular’
Christien van Gestel,
Cees de Jongh,
Ralph de Poortere
25 jan. Roche Diagnostics, ‘Advance’ training
Truus Wijnen-Buyssen 27 jan. Biomedical Diagnostics, Introductie B-line
Karin Christianen,
Koert Kusters,
Fred Leemans,
Wim Schellekens
2 febr. VHL-symposium De Lymfocyt
Mira van den Broek,
Frank de Brouwer,
Eric de Cocq,
Kim Kemps,
Kim van Nieuwenhuijzen
Miranda Westelaken
3 maart Roche Diagnostics, ‘Lightcycler training’
Ann Boonen,
Ronald Schoots
25 t/m 28 okt. Beckman Coulter, training LH750
Harrie Evers,
Wil van Bussel
1 nov. Infoland, DKS gebruikers
Petra van de Laar,
Arno de Natris
3 en 4 nov. Beckman Coulter, Training LH750
Karin Christianen,
Fred Leemans
9 nov. SIHON Update 2005
Jan Valkenburg 30 nov. DPC symposium
Dorien Biermann- 1 dec. Symposium CMBD Conference ‘Hottopics in DNA
Kokken,
Frank de Brouwer
diagnostics’
Hans Maas 15 dec. TRIP Hemovigilantie Symposium
Mira van den Broek,
Riejean Kuijlaars
28 en 29 dec. Dade Behring, Advanced BN prospec training
---------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
10

J a a r v e r s l a g K l i n i s c h L a b o r a t o r i u m M M C 2 0 0 5
--------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
2.8.2 Nascholing intern
De presentatie vindt plaats in de documentatieruimte van het laboratorium te Eindhoven en een nader te
bepalen plaats in Veldhoven.
onderwerp presentatie Veldhoven Eindhoven
Transfusiereacties Philip Kuijper 12 januari 13 januari
Accreditatie Dirk Bakkeren 3 maart 28 februari
Fysiologische endocriene Huib Vader 16 maart 16 maart
veranderingen tijdens de zwangerschap
Modular Christien v. Gestel / 24 maart 23 maart
Cees de Jongh
Hemocytometrie Jacqueline de Jongh 21 maart 29 maart
Modular Christien v. Gestel / 18 mei 19 mei
Cees de Jongh
Presentatie RI&E Trudy Peijnenburg 24 mei 23 mei
Non Hodgkin lymfoom Marten Nijziel 9 november 2 juni
Serumindices Dirk Bakkeren 7 juni
Labosys systeem Ger Janssen 29 juni 27 juni
Leukocyten Philip Kuijper/ 7 juli 6 juli
Karin Christianen
2.9 Opleidingen
Ook in 2005 werd vanuit het klinisch laboratorium weer een forse bijdrage geleverd aan het onderwijs- en
onderzoeksprogramma van de faculteit BioMedische Technologie (BMT) van de Technische Universiteit
in Eindhoven (TU/e). Prof. dr. ir. H.L. Vader verzorgde de colleges klinische chemie voor de
masteropleiding Medisch Ingenieur. Prof. Vader, dr. de Jongh-Leuvenink en dr. J.J. Apperloo verzorgden
colleges in de master-course ‘Capita Selecta Laboratory Medicine’.
Alle eerstejaars BMT-studenten brachten (in 4 groepen) een bezoek aan het klinisch laboratorium. Na
een inleiding over de bijdrage van de klinische chemie aan de gezondheidszorg, brachten ze een bezoek
aan het klinisch laboratorium. Hier konden ze aan de hand van demonstraties en uitleg zich een beeld
vormen van de gang van zaken op een modern klinisch chemisch laboratorium.
In het kader van het Project Gericht Onderwijs werd door verschillende groepjes studenten gewerkt aan
voor het laboratorium relevante onderwerpen. Dr. Bakkeren begeleidde een onderzoek naar
ontvettingsprocedures voor semenmonsters. Prof. Vader nam de begeleiding van een onderzoek naar
analyses (met name cortisol) in speeksel voor zijn rekening. Een groep BMT-studenten volgde o.l.v. dr.
Bakkeren het laboratoriumgedeelte van de onderwijslijn ‘neurologie’ binnen ons laboratorium. Een
tweede groep volgde o.l.v. prof. Vader de onderwijslijn ‘cardiovasculaire ziekten’.
Deze (BMT-master) onderwijslijnen worden met name vorm gegeven vanuit het Academisch Ziekenhuis
Maastricht.
De opleiding tot klinisch chemicus blijft een belangrijke plaats innemen binnen het laboratorium. In 2005
volgden een tweetal kandidaten (dr. J.J. Apperloo en dr. M. Raijmakers) deze opleiding binnen MMC.
Ook dit jaar leverden de klinisch chemici weer bijdragen aan de opleiding van arts-assistenten en coassistenten.
---------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
11

J a a r v e r s l a g K l i n i s c h L a b o r a t o r i u m M M C 2 0 0 5
--------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
2.9.1 Stagiaires
In 2005 zijn naast de reguliere MLO- en TU/e-stagiaires, een stagiaire van de doktersassistente Koning
Willem 1 College te ‘s Hertogenbosch en een stagiaire van de Stichting Rotterdamse Opleiding tot
Verloskunde, geweest. Voor het eerst hebben een aantal tweede jaars MLO-stagiaires van het ROC te
Eindhoven, een arbeidsoriënterende stage van 5 weken gevolgd. De stagiaires waren zeer gemotiveerd,
dat heeft zich ook vertaald in hun lessen op school. De ROC-leerkrachten waren positief over het
resultaat van de stage omdat de leerlingen, de theorie lessen/praktische lessen op school, beter kunnen
plaatsen.
Zoals afgesproken zijn de derdejaars stagiaires dit jaar naar een andere klinisch laboratorium vertrokken
en vervolgen daar hun 4 e jaars stage.
De nieuwe 4 e jaars stagiaires zullen, na het afmaken van de casus uit het casusboek en het inwerken op
de relevante laboratoriumwerkplekken, begin 2006 met hun stage-opdracht starten. De TU/e studenten
zijn ook dit jaar, met of zonder opdracht van de TU/e voor kortere of langere periode, voor hun stage op
het laboratorium geweest. Het begeleiden van de studenten vraagt veel aandacht en tijd van staf en
medewerkers.
Daarnaast is te merken dat de belangstelling voor arbeidsoriëntatie in de zorg is gestegen. De frequentie
van de betreffende rondleidingen binnen het klinisch laboratorium is hoger dan voorgaande jaren.
Stagiaires:
Naam roepnaam vanaf tot opleiding instituut
M.G.H.J. van de Laar Marga 10-01-2005 10-01-2006 Drs. assistente Koning Willem 1
College, Den Bosch
J.E.W.M. Cober Jeroen 21-02-2005 25-03-2005 MLO, 2 e jaars ROC Eindhoven
H.L.M. Gruyter Heidi 21-02-2005 25-03-2005 MLO, 2 e jaars ROC Eindhoven
F. Fakhry Farzia 21-02-2005 25-03-2005 MLO, 2 e jaars ROC Eindhoven
M.A.M. Schilders Marc 01-02-2005 01-07-2005 MLO, 3 e jaars ROC Eindhoven
M.J.P. Waterman Martijn 14-03-2005 15-03-2005 VMBO-t 3 Sondervick college
B. Mommers Bas 14-03-2005 17-03-2005 HAVO 4 Sondervick college
T.M. Arts Jaine 14-03-2005 19-03-2005 Verloskundige Stichting R’damse
Opleiding tot Verloskunde
A.M.T. Aarts Annet 04-04-2005 15-04-2005 TU/e 4 e jaars TU Eindhoven
E.M. Kerkhof Ellen 04-04-2005 15-04-2005 TU/e 4 e jaars TU Eindhoven
K. Tsang Karel 04-04-2005 15-04-2005 TU/e 4 e jaars TU Eindhoven
J.H.A. Migchielsen Jorien 29-08-2005 28-09-2005 OGO TU/e TU Eindhoven
S.C. Stolk Suzanne 29-08-2005 28-09-2005 OGO TU/e TU Eindhoven
E.A.W. de Cocq Eric 01-09-2004 01-06-2005 MLO, 4 e jaars ROC Eindhoven
I.A.M. Noten Ingrid 01-09-2004 01-06-2005 MLO, 4 e jaars ROC Eindhoven
T.J.L. van Loosdregt Tamara 01-09-2004 01-06-2005 MLO, 4 e jaars ROC Eindhoven
S.C.H. van der Aa Sander 01-09-2005 01-07-2006 MLO, 4 e jaars ROC Eindhoven
W.J.F.M. Bazelmans Wendy 01-09-2005 01-07-2006 MLO, 4 e jaars ROC Eindhoven
C.A.J.M. Vugts Lia 01-10-2005 31-10-2005 OGO TU/e TU Eindhoven
L.S. Postma Lucia 01-10-2005 31-10-2005 OGO TU/e TU Eindhoven
N. Nibbeling Nicky 01-10-2005 31-10-2005 OGO TU/e TU Eindhoven
R.J.F. van Enckevort Rob 01-10-2005 31-10-2005 OGO TU/e TU Eindhoven
A.C. Dubbeldam Anne-Charlotte 18-10-2005 21-10-2005 TU/e 4 e jaars TU Eindhoven
M.B. van de Jagt Beatrijs 18-10-2005 21-10-2005 TU/e 4 e jaars TU Eindhoven
J.L. Vroegop Jantien 18-10-2005 21-10-2005 TU/e 4 e jaars TU Eindhoven
M. Zijlmans Mariken 18-10-2005 21-10-2005 TU/e 4 e jaars TU Eindhoven
A.M. Bilderdijk Anne 28-11-2005 02-12-2005 TU/e 4 e jaars TU Eindhoven
J.T.L. Oortwijn Jorn 28-11-2005 02-12-2005 TU/e 4 e jaars TU Eindhoven
H.N. Tijssen Rob 28-11-2005 02-12-2005 TU/e 4 e jaars TU Eindhoven
M.E.T. Nelis Mischa 28-11-2005 02-12-2005 TU/e 4 e jaars TU Eindhoven
F.A.N.A. Loverbos Femke 12-12-2005 17-12-2005 MLO, 1 e jaars ROC Eindhoven
L.P.M. Houben Lisanne 12-12-2005 17-12-2005 MLO, 1 e jaars ROC Eindhoven
F.H. van den Dam Robin 19-12-2005 24-12-2005 MLO, 1 e jaars ROC Eindhoven
E. van Oorschot Emiel 19-12-2005 24-12-2005 MLO, 1 e jaars ROC Eindhoven
---------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
12

J a a r v e r s l a g K l i n i s c h L a b o r a t o r i u m M M C 2 0 0 5
--------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
2.10 Functies Klinisch chemici
dr. D.L. Bakkeren
aandachtsgebied: algemene chemie, eiwitchemie, auto-immuunziekten, urinediagnostiek,
endocrinologie, liquordiagnostiek, allergie, automatisering,
kwaliteitszorg, huisartsencontacten.
externe functies: NVKC commissie PR en Publieksvoorlichting, Labosys gebruikersgroep
(voorzitter tot medio 2005, daarna regiovoorzitter)
dr. F. v.d. Graaf
aandachtsgebied: algemene chemie, speciële chemie, hemostase, eiwitchemie, autoimmuunziekten,
transfusiegeneeskunde
commissies: bestuur medische staf MMC (secretaris), medische kwaliteitscommissie
externe functies: Registratiecommissie NVKC
mevr. dr. J. de Jongh-Leuvenink (tot 01-10-2005)
aandachtsgebied: hemocytometrie, transfusiegeneeskunde, morfologie/immuunhematologie,
hemostase, moleculaire diagnostiek, flowcytometrie
commissies commissie bloedtransfusie, waarnemend lid klachtencommissie
externe functies: bestuurslid Stichting Kwaliteitsbewaking Medische Laboratoriumdiagnostiek,
voorzitter sectie hematologie SKML, lid beroepenveld commissie ROC
Eindhoven
dr. P.H.M. Kuijper
aandachtsgebied: morfologie/immuunhematologie, flowcytometrie, hemocytometrie
semenanalyse, transfusiegeneeskunde, hemostase
commissies: commissie bloedtransfusie (voorzitter), staffeestcommissie,
redactiecommissie Medisch Journaal (eindredacteur)
externe functies: tentamencommissie NVKC, PAOKC-commissie, VHL-symposiumcommissie
prof. dr. ir. H.L. Vader
aandachtsgebied: algemene chemie, speciële chemie, endocrinologie, allergie, automatisering,
algemeen management
commissies: centrale opleidingscommissie, voorzitter bestuur Medisch Ondersteunende
Divisie (MOD), Beleidsoverleg , commissie MMC-PAMM, klankbordgroep
Leerhuis, commissie wetenschapsbureau
externe functies: hoogleraar klinische chemie TU/e, Concilium Clinicum Chemicum,
Scheidsgerecht Nederlands Ziekenhuiswezen, bestuur Stichting Máxima
Specialisten Huisartsen (SMáSH) (vice-voorzitter), bestuurslid Dr. De
Grood Stichting (stichting wetenschappelijk onderzoek regio Eindhoven
Kempenland), E.C. Noyons stichting ter bevordering van de klinische
chemie in Nederland (voorzitter), member of the IFCC Scientific Division
Committee on Microtechnology, lid raad van bestuur Trombosedienst
regio Eindhoven, lid Ziekenhuisraad PAMM, lid externe kenniskring
lectoraat ‘scheidingstechnieken’ Avans Hogeschool Breda
---------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
13

J a a r v e r s l a g K l i n i s c h L a b o r a t o r i u m M M C 2 0 0 5
--------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
3. Wetenschappelijke activiteiten
3.1 Lidmaatschap wetenschappelijke verenigingen
dr. D.L. Bakkeren Nederlandse Vereniging voor Klinische Chemie en Laboratorium
geneeskunde (NVKC),
American Association for Clinical Chemistry (AACC)
dr. F. van der Graaf Nederlandse Vereniging voor Klinische Chemie en Laboratorium
geneeskunde (NVKC),
International Society of Thrombosis and Haemostasis (ISTH),
Vereniging van Hematologische Laboratoria (VHL)
mevr. dr. J. de Jongh-Leuvenink Nederlandse Vereniging voor Klinische Chemie en Laboratorium
geneeskunde (NVKC),
Nederlandse vereniging voor Hematologie (NVVH),
Nederlandse vereniging voor trombose en hemostase (NVTH),
Nederlandse vereniging voor bloedtransfusie (NVB),
Vereniging van Hematologische Laboratoria (VHL)
dr. P.H.M. Kuijper Nederlandse Vereniging voor Klinische Chemie en Laboratorium
geneeskunde (NVKC),
Vereniging van Hematologische Laboratoria (VHL),
Nederlandse vereniging voor trombose en hemostase (NVTH),
Nederlandse vereniging voor bloedtransfusie (NVB) ,
International society of laboratory hematologie (ISLH),
Nederlandse vereniging voor Hematologie (NVVH)
prof. dr. ir. H.L. Vader Nederlandse Vereniging voor Klinische Chemie en Laboratorium
geneeskunde (NVKC),
American Association for Clinical Chemistry (AACC)
3.2 Publicaties, voordrachten en posters
Publicaties :
Apperloo JJ, Graaf F van der, Scharnhorst V, Vader HL
Do we measure bilirubin correctly anno 2004?
Ned Tijdschr Klin Chem Labgeneesk 2005; 30: 81 (abstract)
Soons JWPH, Wijers SLJ, Vader HL
P450-polymorfisme en de dosisbehoefte aan orale antistolling.
Ned Tijdschr Klin Chem Labgeneesk 2005; 30: 93 (abstract)
Jongh-Leuveninck J de, Beerenhout C, Moret K
Het gebruik van reticulocytenindices bij de diagnostiek van ijzer- en EPO-therapie bij dialys.epatienten
Ned Tijdschr Klin Chem Labgeneesk 2005; 30: 96 (abstract)
---------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
14

J a a r v e r s l a g K l i n i s c h L a b o r a t o r i u m M M C 2 0 0 5
--------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
Apperloo JJ, Vader HL
A quantitative appraisal of the interference by icodextrin metabolites on point-of-care glucose analyzers
Ned Tijdschr Klin Chem Labgeneesk 2005; 30: 83 (abstract)
Roumen RMH, Slooter GD, Croiset van Uchelen FAAM, Vader HL
Preoperative serum vascular endothelial growth factor is not a marker for subsequent recurrence during
long-term follow-up op colorectal cancer patients.
Dis Colon Rectum 2005; 48: 1070-1075
Apperloo JJ, Graaf F van der, Dellemijn PLI, Vader HL
Klinisch-chemische diagnostiek van een SubArachnoidale Bloeding (SAB): een nieuw protocol met
verbeterde specificiteit bij gelijkblijvende sensitiviteit.
Med Journaal 2005; 34: 105-112
Scharnhorst V, Graaf F van der
Het effect van de osmolaliteit op de detectie van erytrocyten in urine door middel van urine-flowcytometrie.
Ned Tijdschr Klin Chem Labgeneesk 2005; 30: 267-268
Apperloo JJ, Gerlag PGG, Beerenhout CH, Vader HL
Een overschatting van de nierfunctie bij obese patiënten.
Med Journaal 2005; 34: 152-156
Apperloo JJ, Graaf F van der, Scharnhorst V, Vader HL
Do we measure bilirubin correctly anno 2005?
Clin Chem Lab Med 2005; 43; 531-535
Apperloo JJ, Vader HL
A quantitative appraisal of interference by icodextrin metabolites in point-of-care glucose analyses.
Clin Chem Lab Med 2005; 43; 314-318
Foolen Y, Gerlag PGG, Keuning JJ, Kuijper PHM, Verhoef LHM, Willemze R
Een Epstein Barr Virus-infectie; een dodelijke aandoening?! Een patiënt met hemofagocytair syndroom.
Med Journaal 2005; 34: 129-131
Kuijper PHM, Verhoef LHM, Munck DRAJ de, Janssen JDJ
Evaluatie van cytologisch onderzoek bij de bronchoalveolaire lavage.
Med Journaal 2005; 34: 64-68
Raijmakers MTM, Peters WHM, Steegers EAP, Poston L
Amino thiols, detoxification and oxidative stress in pre-eclampsia and other disorders of pregnancy.
Curr Pharm Des. 2005; 11: 711-734
Zusterzeel PLM, Morsche RHM te, Raijmakers MTM, Roes EM, Peters WHM, Steegers-Theunissen
RPM, Steegers EAP
N-acetyl-transferase phenotype and risk for preeclampsia.
Am J Obstet Gynecol. 2005; 193: 797-802
Roes EM, Raijmakers MTM, Schoonenberg M, Wanner N, Peters WHM, Steegers EAP
Physical well-being in women with a history of severe preeclampsia.
J Matern Fetal Neonatal Med. 2005; 18: 39-45
Roes EM, Raijmakers MTM, Hendriks JC, Langeslag M, Peters WHM, Steegers EAP
Maternal antioxidant concentrations after uncomplicated pregnancies.
Free Radic Res. 2005; 39: 95-103
Roes EM, Sieben R, Raijmakers MTM, Peters WHM, Steegers EAP
Severe Preeclampsia is Associated with a Positive Family History of Hypertension and
Hypercholesterolemia.
Hypertens Pregnancy 2005; 24: 259-271
---------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
15

J a a r v e r s l a g K l i n i s c h L a b o r a t o r i u m M M C 2 0 0 5
--------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
Roes EM, Raijmakers MTM, Roelofs HMJ, Peters WHM, Steegers EAP
Urinary GSTP1-1 excretion is markedly increased in normotensive pregnancy as well as in preeclampsia.
J Nephrol. 2005; 18: 405-408
Roes EM, Raijmakers MTM, Boo TM, Zusterzeel PLM, Merkus HMWM, Peters WHM, Steegers EAP
Oral N-acetylcysteine administration does not stabilise the process of established severe preeclampsia.
Eur J Obstet Gynecol Reprod Biol. 2005 Oct 19; [Epub ahead of print]
Raijmakers MTM, Poston L
The role of oxidative stress in pre-eclampsia.
In: Belfort M and Lyall F (eds). Preeclampsia – aetiology and clinical practice.
Cambridge: Cambridge Universtiy Press, 2005, in press
Raijmakers MTM, Poston L
Free radicals, oxidative stress and pregnancy.
In: Myatt L and Peebles D (eds). Inflammation and pregnancy.
Taylor and Francis Medical Books, 2005, in press
Raijmakers MTM, Peters WHM, Groot CJ de, Steegers EAP
Oxidative stress and protein oxidation in pre-eclampsia.
In: Dalle-Donne I, Scaloni A, Butterfield A (eds). Redox proteomics: from protein modifications to cellular
dysfunction and disease.
New Jersey: John Wiley & Sons, Inc, 2005, in press
Voordrachten :
H.L. Vader
‘Fysiologische endocriene veranderingen tijdens de zwangerschap’.
Symposium Endocrinologie en Zwangerschap
De Reehorst, Ede, 17 april 2005
F. van der Graaf
‘Laboratoriumdiagnostiek bij hemofilie en de ziekte van von Willebrand’.
Nascholingsdag ‘Hemofilie en de ziekte van von Willebrand. De praktijk in Maxima Medisch Centrum’,
Eindhoven, 28 september 2005
J.J. Apperloo
Interferentie door Icodextrine door POC-glucosemetingen.
Presentatie in het kader van nominatie voor de MMC-award 2004 (beste publicatie in Medisch Journaal in
2004). Winnares MMC-award 2004.
MMC, Veldhoven, 25 mei 2005
J.J. Apperloo
‘Een verbeterd laboratorium protocol om subarachnoidale bloedingen vast te stellen’.
Presentatie staflunch, MMC Veldhoven, 5 oktober 2005
J.J. Apperloo
‘Een overschatting van de nierfunctie bij obese patienten’.
Presentatie regiovergadering te Helmond, 15 september 2005
J.J. Apperloo
‘Hemoglobinopathieën’.
Presentatie interne geneeskunde, MMC, Veldhoven, 5 december 2005
J. de Jongh-Leuvenink
‘Monitoring Rh-EPO and iron- therapy in dialysis patients with new Reticulocyte parameters’.
Villars, Zwitserland, 25 januari 2005
J. de Jongh-Leuvenink
Inleiding flowcytometrie in diagnostiek van hematologische maligniteiten
Beckman Coulterdag voor KCio Flowcytometrie, 26 mei 2005
---------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
16

J a a r v e r s l a g K l i n i s c h L a b o r a t o r i u m M M C 2 0 0 5
--------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
3.3 Bezoek congressen en symposia
dr. D.L. Bakkeren 08-03-2005 Behring Marburg, Marburg
21-04-2005 NVKC Voorjaarscongres, Lunteren
01-06-2005 Symposium: 'apoB/apoA1 ratio in de dagelijkse praktijk’,
Harmelen
09-09-2005 Symposium ter gelegenheid van oratie prof. dr. Jan
Lindemans: ‘Homocysteine en B-vitamines in relatie tot
ziekte’, Rotterdam
20-09-2005 PAOKC-cursus Klinische Chemie en Laboratorium-
geneeskunde: Botmetabolisme en botmarkers, Leiden
29-09-2005 Symposium ‘Tumormarkers bij Endocriene Tumoren’,
Utrecht
06-10-2005 Sanquin Diagnostiek themamiddag: het gebruik van
biologicals bij de behandeling van autoimmuunziekten,
Amsterdam
23-11-2005 Symposium: ‘Nieuwe ontwikkelingen in de Medische
Immunologie’, Rotterdam
dr. F. van der Graaf 02-02-2005 VHL-Symposium ‘de Lymfocyt’, Zwolle
24-02-2005 8 e cursusdag Pediatrische Transfusiegeneeskunde, CZE
Eindhoven
15-03-2005 Symposium ’Ontwikkelingen in de auto-
immuundiagnostiek’, Arnhem
29-03-2005 PAOKC-cursus ‘Vraagstukken in de klinische chemie bij
kinderen’, Amersfoort
14-04-2005 Sanquin symposium ‘Red Blood Cell Aspects, Defects
and Prospects’, Amsterdam
21-04-2005 NVKC Voorjaarscongres, Lunteren
23-09-2005 Fourth European Congress on Thromboembolic
Diseases, Utrecht
28-09-2005 Nascholing ‘Hemofilie en de ziekte van von Willebrand’,
Eindhoven
25-10-2005 eerste regionale themamiddag Kenniscentrum
transfusiegeneeskunde Regio Zuidoost Nederland,
Veldhoven
03-11-2005 PAOKC-cursus ‘de Longen: van piepen tot peep en
snakken naar adem’, Amsterdam
23-11-2005 Symposium ‘Nieuwe ontwikkelingen in de medische
immunologie’, Rotterdam
mevr. dr. J. de Jongh-Leuvenink 24/26-01-2005 Workshop Beckman Coulter, Villars, Zwitserland
26-05-2005 Beckman Coulterdag voor KCio Flowcytometrie
dr. P.H.M. Kuijper 19-01-2005 XE-2100 Gebruikersdag, Vught
02-02-2005 VHL-Symposium 2005: ’de Lymfocyt’, Zwolle
24-02-2005 8e cursusdag Pediatrische Transfusiegeneeskunde,
Eindhoven
11/16-05 2005 International symposium on Technological Innovations in
Laboratory Hematology (ISLH), San Fransisco USA
20-09-2005 PAOKC: ‘Botmetabolisme en botmarkers’, Leiden
26/28-09-2005 Wenckenbachcursus: ‘Cytologie van Beenmerg’,
Groningen
28-09-2005 Nascholing: Hemofilie en VWD, Eindhoven
---------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
17

J a a r v e r s l a g K l i n i s c h L a b o r a t o r i u m M M C 2 0 0 5
--------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
02/04-11-2005 NVVH -Najaarsconferentie 2005, Lunteren
09-11-2005 SIHON-UPDATE 2005: Nieuwe ontwikkelingen in de
flowcytometrie, Woerden
prof. dr. ir. H.L. Vader 23-02-2005 Workshop 'Osteoporosis & Bone Markers', Leiden
17-03-2005 Symposium 'Endocrinologie en zwangerschap', Ede
29-03-2005 PAOKC 'Vraagstukken in de klinische chemie bij
kinderen', Amersfoort
08-04-2005 Symposium 'Hoe komt de klinisch chemicus aan zijn
waarde?', Rotterdam
19-04-2005 Symposium 'Back to the (Acid) Base’, Utrecht
21-04-2005 Voorjaarscongres NVKC, Lunteren
28-09-2005 Nascholing Hemofilie en de ziekte van Von Willebrand,
Eindhoven
29-09-2005 Symposium 'Tumormarkers bij Endocriene Tumoren',
Utrecht
01-12-2005 CMBD conferentie 'Hot topics in DNA diagnostics',
Amsterdam
02-12-2005 Symposium 'Ontwikkelingen binnen de klinische chemie
en de farmaceutische geneeskunde, Zeist
3.4 Onderzoeksprojecten
Participatie klinisch laboratorium wetenschappelijk onderzoek
Het klinisch laboratorium heeft geparticipeerd in vele projecten van toegepast patiëntgebonden
wetenschappelijk onderzoek. Een aantal hiervan werd geϊnitieerd vanuit het laboratorium. Aan de
volgende studies werd geparticipeerd door een rechtstreekse betrokkenheid bij het bedenken van de
opzet, het ontwerp van het studieprotocol, de uitvoering en beschrijving van de resultaten (al dan niet in
de vorm van een artikel):
• Waarde van cytologisch BAL-onderzoek voor de diagnostiek van interstitiële longziekten: klinisch
laboratorium-longziekten)
• Geautomatiseerde analyse van semen: klinisch laboratorium-gynaecologie
• Diagnostiek Subarachnoϊdale bloeding: klinisch laboratorium-neurologie
• SABOC-studie: klinisch laboratorium-orthopedie-chirurgie
• UF-100 en het onderscheid tussen glomerulaire en non-glomerulaire hematurie: klinisch
laboratorium-interne geneeskunde-urologie
• Standaardisatie bilirubine bepaling: klinisch laboratorium
• Invloed icodextrine op de POC Glucose bepaling: klinisch laboratorium-dialyse-nefrologie
• Optimalisatie van de bepaling van elektrolyten op de bloedgasanalyzer in arteriële monsters:
klinisch laboratorium-neonatologie
• Overschatting van de nierfunctie bij obese patiënten: klinisch laboratorium-nefrologie.
Daarnaast heeft het laboratorium een bijdrage geleverd in het kader van 37 trials door de uitvoering van
analyses en het vormgeven van de noodzakelijke logistiek hiervan.
---------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
18

J a a r v e r s l a g K l i n i s c h L a b o r a t o r i u m M M C 2 0 0 5
--------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
4. Onderzoek en ontwikkelingen binnen de subafdelingen
4.1 Nieuw beleid en apparatuur
Na de vervanging en uniformering van de klinische chemische apparatuur is dit jaar veel tijd besteedt aan
de selectie en validatie van de routine hematologie-apparatuur (hemocytometrie, stolling en bezinking).
De selectie van de hemocytometrie-apparatuur kostte relatief veel tijd omdat alle kandidaten goed
genoeg waren en de meningen toch fors uiteenliepen. Dit betekent wel dat vanaf begin 2006 alle grote en
routine-analysers gelijk zijn op beide locaties.
Tegelijkertijd is een begin gemaakt met de vervanging van de flowcytometer ten behoeve van de
imuunofenotypering van cellen. Na 16 jaar trouwe dienst was de oude flowcytometer hard aan vervanging
toe. Het nieuwe apparaat biedt ook nieuwe mogelijkheden voor onderzoek en ontwikkeling.
Een veel bescheidener investering vormde de aanschaf van een nieuwe digitale camera voor
microscopische opnamen in combinatie met een foto-specifieke database. Deze opstelling levert hoge
kwaliteit beeldmateriaal geschikt voor informatie-uitwisseling, presentaties en publicaties.
In het kader van de diagnostiek van auto-immuunziekten (ANA, ANCA en enkele orgaanspecifieke autoantistoffen)
werd een geautomatiseerd systeem voor het pipetteren van slides in gebruik genomen.
Aanschaf van deze pipetteerautomaat leverde een relatief forse besparing op personeel en reagentia,
terwijl het aantal ‘foutieve series’ aanzienlijk kon worden gereduceerd.
Veel aandacht is er besteed aan het uniformeren van de, tot dan toe zeer verschillende, werkwijze op de
beide locaties van het bloedtransfusielaboratorium. Gezien de verhoogde risico’s die fouten op die
afdeling met zich meebrengen is er vooral gezocht naar sluitende procedures geschikt voor beide locaties
en die door de elektronische transfusiemodule van het LIS werden ondersteund.
4.2 Analytische projecten
Geautomatiseerde semenanalyse
Het onderzoek naar de mogelijkheden tot een verbetering en automatisering van de sperma-analyse door
studenten van de Technische Universiteit kreeg dit jaar een vervolg. Dit project verliep in samenwerking
met de maatschap gynaecologie, de firma Leija en deskundigen van het IVF-centrum van het AMC. Er
werd met name gekeken naar de verschillen tussen de handmatige en geautomatiseerde
spermaconcentratie-bepaling. Tevens werd een methode ontwikkeld om de geautomatiseerde
spermatelling te optimaliseren.
Waarde van cytologisch BAL onderzoek voor de diagnostiek van interstitiele longziekten.
Naar aanleiding van nascholing en een advies van de BAL-werkgroep Nederland werd retrospectief
onderzoek gedaan naar het effect van gebruik van de potentiële ‘sarcoidose-marker’ CD103 en het
hanteren van nieuwe beslisgrenzen. In 2006 zal in overleg met de longartsen worden bekeken in
hoeverre de resultaten en ervaringen kunnen leiden tot verdere verbetering van het hele proces van BALdiagnostiek.
---------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
19

J a a r v e r s l a g K l i n i s c h L a b o r a t o r i u m M M C 2 0 0 5
--------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
4.3 Ondersteuning klinisch trials
Studies 2005 - Veldhoven
METC nr.
9514 SLE nefritis studie
0025 STRIP studie
0229 EXTRACT TIMI 25 studie
0303 Neonatale hyperthyreoïdie onderzoek
0320 PETRO studie
0406 PROFESS studie – Neurologie
0407 Mecombin studie
0412 KF 4248/04 (BELARA) studie
0414 Physeoneal studie
0417 Petro-extensie studie
0431 Subklinische hyperthyreoidie
0439 CORONA studie
0454 Altana-Ciclesonide (BY9010/IT-101) studie
0455 Race II studie
0456 Midazolam onderzoek
0501 BEAUTIFUL studie
0502 BI 205.301 studie
0511 Merlin studie
0522 WOMB studie
0524 CAIRO 2 studie
0531 Vaccinatie studie
geen BNP studie
geen Prepare studie
gestopt
0109 Antitrombine studie mrt ‘05
0116 STUIT studie jun ‘05
0213 OBE/EPO-INT-02 studie mrt ‘05
0232 Ratio studie mrt ‘05
0307 SCO 40036 studie mrt 05
0315 Novo Nordisk studie MS236-1544 mrt ‘05
0327 BY9010/M1-134/STAR studie mrt ‘05
0419 SABOC studie mrt ‘05
0438 CQAB 149B2205 studie febr ‘05
geen onbegrepen klachten studie mrt ‘05
Studies 2005 - Eindhoven
9514 SLE-nefritis studie
0419 SABOC studie
0420 Trousseau studie
0431 Subklinische hyperthyreoidie
0452 H8O-MC-GWAN studie (Exenatide vervolg studie)
0524 CAIRO-2 studie
geen Intercom studie (Stop roken project)
gestopt
0321 H8O-MC-GWAD studie (Exenatide) apr ‘05
0450 Ginger studie (HMR1964/3504) okt ’05
0453 CV 131169 studie (Improve studie) okt ‘05
---------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
20

J a a r v e r s l a g K l i n i s c h L a b o r a t o r i u m M M C 2 0 0 5
--------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
5. Productie
5.1 Verrichtingen (zie tabel 1 voor aantal per CTG klasse en tabel 2 per specialisme)
In tabel 1 is uitgezet de productie van het klinisch laboratorium per CTG code. Er is een daling van de
productie van 1,4% te zien. Door uniformering van de registratiesystemen over de beide locaties is er
verschuiving binnen de tariefklassen waar te nemen. Deze verschuivingen zijn dus niet te wijten aan
productieverschuiving. De daling van de klasse B202 wordt voornamelijk veroorzaakt door de
productiedaling van de huisartsen.
In tabel 2 ‘Productie per specialisme’ is de productie van de maatschap interne geneeskunde opgesplitst
in productie van maag-, darm-, leverartsen (MDL) en de algemene interne geneeskunde. De totale
productie is in 2005 gelijk gebleven aan die van 2004. De productie van het vasculaire preventie centrum
kan daarbij gezien worden als stijging van de interne productie. Hier geldt echter dat een deel van de
stijging de daling bij cardiologie verklaart.
De productie van de pulmonologie, reumatologen, intensivisten, pediatrie, psychiatrie en anesthesisten is
gestegen. Een verklaring voor deze laatste is dat preoperatief onderzoek wordt aangevraagd door de
anesthesisten en niet meer door de internisten en chirurgen. De intensivisten hebben de aanvragen
overgenomen van vooral de internisten, zeker op locatie Eindhoven. Er is een aantal nieuwe specialisten
gekomen bij de reumatologie en neurologie wat de stijging van productie kan verklaren. Totaal is de
productie van de specialisten vrijwel gelijk gebleven. De huisartsen productie is in 2005 verder gedaald.
Een verklaring hiervoor zou kunnen zijn, dat een aantal huisartsen met een ruim aanvraagpatroon met
hun praktijk gestopt is.
Het aantal orders steeg fors. De oorzaak was een wijziging in de registratie. Alle aanvragen werden vanaf
2005 geregistreerd.
Tabel 1. Vergelijking van de CTG klasse
Tariefcode 2004 2005 Verschil
Totaal B201 598 732 22%
Totaal B202 1.381.900 1.358.728 -2%
Totaal B203 64.802 65.912 2%
Totaal B204 94.615 95.395 1%
Totaal B205 159.341 154.494 -3%
Totaal B206 41.065 40.272 -2%
Totaal B207 55.249 52.835 -4%
Totaal B208 58.511 62.170 6%
Totaal B209 16.645 14.952 -10%
Totaal B210 11.382 10.649 -6%
Totaal B211 3.091 2.760 -11%
Totaal B212 713 495 -31%
Totaal B213 565 2.226 294%
Totaal B214 2.638 1.129 -57%
Totaal B215 216 1.643 661%
Totaal 1.891.331 1.864.392 -1%
Aantal orders 229.974 296.368 29%
---------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
21

J a a r v e r s l a g K l i n i s c h L a b o r a t o r i u m M M C 2 0 0 5
--------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
Tabel 2 . Productie per specialisme
Specialisme 2004 2005 Verschil
Interne geneeskunde 614.099 584.443 -5%
Huisartsen 202.273 181.381 -10%
Cardiologie 191.640 183.342 -4%
Algemene chirurgie 165.395 142.839 -14%
Pulmomologie 86.227 89.323 4%
Reumatologie 101.230 108.209 7%
Gynaecologie 83.773 71.865 -14%
Intensivisten 85.856 112.236 31%
Neurologie 66.582 65.912 -1%
MDL 77.910 108.154 39%
Urologie 38.854 37.084 -5%
Pediatrie 34.131 38.454 13%
Neonatologie 30.513 30.021 -2%
Orthopedie 25.024 18.568 -26%
Diversen 22.023 19.213 -13%
Vasculaire preventie 3.582 14.368 301%
Dermatologie 15.410 13.644 -12%
KNO 7.573 2.222 -71%
Psychiatrie 9.294 10.766 16%
Anesthesie 15.765 22.415 42%
Plastische chirurgie 4.046 2.100 -48%
Laboratorium 4.409 3.810 -14%
Oogheelkunde 2.668 924 -65%
Sportgeneeskunde 1.481 1.183 -20%
Allergologie 1.391 1.472 6%
Orthopedisch Centrum 124 357 188%
Psychologie 60 31 -48%
Revalidatie 47 56 19%
Totaal 1.891.331 1.864.392 -1,3%
---------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
22

J a a r v e r s l a g K l i n i s c h L a b o r a t o r i u m M M C 2 0 0 5
--------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
5.2 Bloedtransfusie
In 2005 werd in totaal 41 keer een transfusiereactie gemeld, 27 keer in Veldhoven en 14 keer in Eindhoven.
Alle reacties werden gemeld aan de regionale bloedbank en aan het bureau van TRIP (Transfusie Reacties
in Patiënten).
In 5 gevallen (2 Vhv, 3 Ehv) betrof dit een temperatuursstijging van meer dan 2°C na toediening
leukocytenvrij bloed. In geen van de gevallen werd een serologische of bacteriologische oorzaak voor de
temperatuurstijging gevonden. Een patiënt had een abces in de buik, wat mogelijk ook de
temperatuursstijging veroorzaakt kan hebben.
Het bacterieel onderzoek was in 4 gevallen negatief en een keer onbekend (niet uitgevoerd door ontbreken
van materiaal).
In 9 gevallen (8 Vhv, 1 Ehv) trad een temperatuurstijging van minder dan 2°C op na toediening van
leukocytenvrij bloed. Een temperatuursstijging van minder dan 2°C valt buiten de hemovigilantie criteria. Het
serologisch onderzoek leverde verder niets op. Het bacteriologisch onderzoek gaf in 7 van de gevallen een
negatieve kweek. In 2 gevallen is geen kweek aangevraagd door het ontbreken van materiaal.
Verder was er een melding van stijgende temperatuur, tensiedaling en zich niet lekker voelen (1 x), een
allergische reactie met dyspnoe, tensie toename pols en SaO2 daling (1 x), een hartslag toename van 180
naar 205 bij een neonaat (1 x) en acute benauwdheidsklachten (1 x) na het toedienen van leukocytenvrij
bloed en een melding van koude rillingen (1 x) na het toedienen van 7 VVP’s. Het serologisch- en
bacteriologisch onderzoek leverde hierbij steeds niets op.
Overige laboratoriumbevindingen
Op het laboratorium werd 21 keer (13 Vhv, 8 Ehv) een positieve screening op het voorkomen van
erytrocyten klinisch belangrijke antistoffen geconstateerd. In 13 gevallen betrof dit een door ons
vastgestelde seroconversie na transfusie. Hoewel het hier volgens de definitie, die TRIP hanteert, niet gaat
om een transfusiereactie, werd toch melding gedaan bij de bloedbank en TRIP.
Totaal aantal getransfundeerde producten
2004
Eindhoven
2005
Eindhoven
2004
Veldhoven
2005
Veldhoven
Erytrocyten suspensies LV 2893 2985 6365 5805
virus veilig plasma suspensies FFP 266 249 419 487
trombocyten suspensies TRO 288 231 414 280
Totaal 3447 3465 7198 6572
---------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
23

J a a r v e r s l a g K l i n i s c h L a b o r a t o r i u m M M C 2 0 0 5
--------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
6. KAM zorg
6.1 Kwaliteitszorg
Kwaliteitsbeleid
Het kwaliteitsbeleid is gericht op onderhoud van het kwaliteitssysteem volgens de praktijkrichtlijnen voor
laboratoria in de gezondheidszorg (derde druk). Dit houdt o.a. in: het evalueren en eventueel aanpassen
van bestaande werkvoorschriften en procedures (Standard operating procedure; SOP’s);
verbeterprojecten vertalen in een activiteitenplan (omschrijving, tijdpad, toetsingsmomenten) zodat deze
projecten beheersbaar zijn.
DKS (archiveringssysteem voor documenten ten behoeve van het kwaliteitssysteem).
Eind 2005 is 86% (totaal 607) van de te realiseren kwaliteitsdocumenten als definitief document in DKS-E
te raadplegen. 4% is in (web)beoordeling. De overige 10% ‘Concept documenten’ bestaan voor het
merendeel uit kwaliteitsdocumenten die opgesteld moeten worden i.v.m. aanpassingen of nieuwe
werkwijzen en procedures.
6.2 Arbo- en milieuzorg
ARBO
De samenstelling van de ‘Arbo werkgroep klinisch laboratorium’ is medio 2005 zodanig aangepast dat
alle geledingen binnen het klinisch laboratorium hierin zijn vertegenwoordigd.
In de tweede helft van 2005 is, in samenwerking met een Arbo-adviseur, een RI&E uitgevoerd op het
klinisch laboratorium. De RI&E is uitgewerkt in een ‘Plan van aanpak RI&E’ voor de gevonden knelpunten
en ter goedkeuring aan OR voorgelegd.
Milieu
M.b.t. milieu is er een start gemaakt met het op de juiste wijze afvoeren van de overtollige chemicaliën.
Op locatie Eindhoven is het verwijderen van overtollige chemicaliën in 2005 afgerond, voor locatie
Veldhoven wordt dit in 2006 voortgezet .
6.3 Klachten, fouten en ongevallen
Alle IKA’s (ideeën, klachten en afwijkingen) 2005 van zowel locatie Eindhoven als Veldhoven zijn, net
zoals in 2004, ingevoerd in een zelf ontwikkelde Microsoft Access database. Het invoeren van klachten in
een elektronische database vergroot de mogelijkheid om bijtijds bepaalde trends te signaleren en daarop
in te springen. In 2005 is, ondanks goede voornemens, deze mogelijkheid nog onvoldoende benut. Dit
hangt (deels) samen met het opnieuw opbouwen van de database, hetgeen het mogelijk moet maken om
goede queries uit te voeren. De wijze van omgaan met IKA’s is derhalve in 2005 nog analoog aan 2004
gebeurd: iedere klacht en de wijze van afhandeling werd besproken op de reguliere werkbesprekingen,
en verwerkt in de notulen daarvan. Wel werden met name trends in klachten van bepaalde
ziekenhuisafdelingen in de gaten gehouden; wanneer dit wenselijk werd geacht werd door de
coördinerend hoofdanalist een gesprek gevoerd met de betreffende afdelingshoofden. Ook zijn bepaalde
categorieën klachten teruggekomen in vakinhoudelijke overlegstructuren van de klinisch chemici met
specialismen.
---------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
24

J a a r v e r s l a g K l i n i s c h L a b o r a t o r i u m M M C 2 0 0 5
--------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
Tabel 1: Verdeling van de IKA’s
CATEGORIEËN
Klachten van derden
over het laboratorium
Klachten van het labo-
ratorium over derden
Interne klachten en
afwijkingen
Ideeën / suggesties
Totalen:
MMCE 2005 (2004)
1 e /2 e Helft
MMCV 2005 (2004)
1 e /2 e Helft
45 / 33 (53) 37 / 61 (52) 3 / 2
134 / 73 (161)
78 / 77 (72)
5 / 2 (onb)
262 / 185 (286)
172 / 131 (145)
158 / 102 (222)
Beide 2005
1 e /2 e Helft
MMC 2005 (2004)
1 e /2 e Helft
85 / 96 (105)
---------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
0 / 2
9 / 11
5 / 7 (onb) 0 / 4
372 / 301 (419)
Tabel 2. IKA’s over de preanalytische, analytische en postanalytische fase.
12 / 19
306 / 206 (306)
245 / 190 (294)
10 / 13 (onb.)
646 / 505 (705)
Analytische fase MMC 2005 MMC 2004
Klachten betreft aanvraag etc. 263 onb.
Klachten betreft monstername etc. 392 onb.
Klachten betreft·verzendingen transport etc. 46 onb.
Totaal preanalytische fase 701 543
Klachten betreft analytische fase 97 48
Klachten betreft postanalytische fase 151 114
Overige 202 onb.
Totaal 1151 705
Overzicht IKA’s 2005 in vergelijking met 2004
Opvallend is de sterke stijging van het aantal meldingen in 2005 (MMCE: 447 en MMCV 673) t.o.v. 2004
(286 resp. 419). Het totale aantal klachten van 1151 voor beide locaties in 2005 geeft aan, dat het
bewustzijn van de relevantie van het indienen van klachten ruim voldoende aanwezig is bij de
medewerkers. Ook de sterke stijging van het aantal IKA’s m.b.t. ’Klachten van derden over het
laboratorium’ geeft aan dat het vastleggen van externe klachten op een juiste wijze plaatsvindt. De
terugkoppeling van klachten en de wijze van afhandeling blijkt in dit kader een gewaardeerd vast
agendapunt te zijn tijdens de werkbesprekingen.
Opmerkelijk is dat op beide locaties het aantal klachten in de tweede helft van 2005 met ongeveer 20%
afneemt. Dit is voor locatie Ehv en Vhv voor een groot deel terug te vinden in vermindering van de IKA’s
m.b.t. ‘klachten van laboratorium over derden’ en voor locatie Vhv tevens in IKA’s m.b.t. ‘Interne klachten
en afwijkingen’. Dit is waarschijnlijk te wijten aan de directe terugkoppeling en verbeterpunten die worden
ingezet n.a.v. de ingediende klachten.
Tabel 2 toont de verdeling over subcategorieën van de verschillende fasen, zoals ze in de database
aangegeven kunnen worden,
12 IKA’s waren van dien aard dat zij ook gemeld zijn aan de ‘MIP commissie’
Voor een meer gedetailleerd rapport zie: ‘IKA’s rapport klinisch laboratorium 2005’.
25

J a a r v e r s l a g K l i n i s c h L a b o r a t o r i u m M M C 2 0 0 5
--------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
Interne en externe audits 2005
• In februari is een (proef) audit m.b.t. het kwaliteitssysteem uitgevoerd door bureau Kerteza als
voorbereiding op de CCKL audit later in het jaar.
• In juni 2005 heeft er een audit plaats gevonden van een externe prikpost in Valkenswaard.
• In april 2005 is door CCKL een externe audit van het kwaliteitssysteem uitgevoerd. Dit heeft, op 9
november 2005, geleid tot een verlenging van het kwaliteitscertificaat voor een duur van 4 jaar.
6.4 Externe kwaliteitsbewaking
Het klinisch laboratorium neemt deel aan voor het analysepakket relevante enquêtes. Resultaten van
deze enquêtes worden in het hiervoor geldende overleg besproken en eventuele acties worden schriftelijk
vastgelegd.
---------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
26

J a a r v e r s l a g K l i n i s c h L a b o r a t o r i u m M M C 2 0 0 5
--------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
7. Financiële gegevens
7.1. Algemeen
Het jaar 2005 werd door het klinisch laboratorium van het Máxima Medisch Centrum verder aandacht
besteed aan de uniformering van de werkwijzen. Financieel werd het jaar afgesloten met een positief
saldo van € 266.643. Dit komt neer op 4%. Vooral de personele kosten werden in 2005 laag gehouden.
Waargenomen kon worden dat de werkdruk en het aantal overuren toenam. De onderschrijding bedroeg
hier ruim € 125.000. In de algemene kosten werd ook weer een onderschrijding gezien. Andere wijze van
boeken was hier de oorzaak van.
7.2. Exploitatiekosten (in Euro)
Grootboekrekening 2004 2005 Verschil
41 Salaris 3.390.537 3.381.980 -2,5 %
42 Sociale kosten en overige personele kosten 1.013.205 1.127.480 11,3 %
43 Kosten van voeding 7.758 7.841 1,1 %
44 Andere hotelmatige kosten 19.673 35.251 79,2 %
45 Algemene kosten 151.414 155.437 2,7 %
46 Patiëntgebonden kosten 1.914.203 1.737.105 -9,3 %
47 Onderhoud en apparatuur 31.050 113.450 265 %
48 Opbrengsten -122.545 -125.066 2,1 %
Totaal 6.405.295 6.320.782 -1,3 %
In 2005 daalde de exploitatie omvang met 1,3%.
Er waren diverse bewegingen die dit eindresultaat beïnvloed hebben.
41 Door terughoudend beleid bij het aannemen van nieuwe medewerkers, mede ingegeven door
de vacaturestop, ontstond een daling van de salariskosten van 2,5%.
42 De overige kosten voor personeel stegen wel. Dit werd vooral veroorzaakt door hogere
kosten voor opleiding en boeking van kosten voor interlocatie verkeer.
43 De kosten voor voeding bleven binnen het budget.
44 Een stijging van 80% van de hotelmatige kosten. Dit werd veroorzaakt door nieuw opgestart
interlocatie verkeer met een vaste dienstregeling.
45 De algemene kosten bleven vrijwel gelijk.
46 De patiëntgebonden kosten waren bijna 10 % lager. De reagensprijs kon, door grotere
afname t.g.v. de fusie, teruggebracht worden.
47 Over onderhoud en apparatuur werden nieuwe afspraken gemaakt. Het bijbehorende budget
werd overgeheveld van het FAB naar het klinisch laboratorium.
48 Het aantal analyses voor derden steeg licht.
---------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
27

J a a r v e r s l a g K l i n i s c h L a b o r a t o r i u m M M C 2 0 0 5
--------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
8. ICT en automatisering
Het project ‘uniformering en integratie van de laboratoriuminformatiesystemen’ van het klinisch
laboratorium is in 2004 gestart. Zoals in het jaarverslag 2004 is vermeld, is de vervanging van de
hardware in 2004 afgerond. Zodoende werkte het laboratorium begin 2005 met twee Labosys/2 release 2
systemen, welke per locatie nog verschillend waren ingericht. De fase van inrichting van de meerlocatie
versie van Labosys/2 (MLC) was in volle gang.
De oorspronkelijke planning om Labosys/2 R2 MLC eind februari 2005 in gebruik te nemen werd in
december 2004 al bijgesteld toen duidelijk werd dat deze datum redelijkerwijs niet kon worden gehaald.
Het omschrijven van de gewenste functionaliteiten en werkwijzen over de beide locaties was nog niet
rond. De inrichting van een LIS is een afgeleide van de vastgestelde werkwijze. Omdat de werkwijze op
diverse plaatsen nog niet volledig was geüniformeerd konden de systeembeheerders het Labosys MLC
nog niet volledig inrichten. Het testen leverde nog de nodige problemen op, die door Philips moesten
worden opgelost.
In overleg met Philips werd besloten de overgang uit te stellen tot 27 april. Een paar weken daarna werd
de leiding van het laboratorium op de hoogte gebracht van de exacte datum van de verwachte audit door
CCKL: 28 april. Omdat het niet verstandig is een audit te laten uitvoeren één dag na een ingrijpende
overgang naar een nieuw LIS, werd de invoering nogmaals met enkele weken uitgesteld tot 11 mei.
De start van Labosys/2 MLC verliep zonder al te veel problemen. Uiteraard werden toch nog de nodige
losse eindjes geconstateerd. In de meeste gevallen waren het zaken die niet in een testomgeving konden
worden gevonden omdat hiervoor een volledig gekoppelde live situatie nodig was. De belangrijkste
problemen konden door de systeembeheerders en Philips medewerkers spoedig worden verholpen. Voor
enkele andere problemen werd een pragmatische vereenvoudigde werkwijze gekozen tot het moment dat
de juiste werkwijze goed mogelijk was. Dit gold in het bijzonder de inrichting van het
bloedtransfusiegedeelte, TEBIS.
Het is als een belangrijk winstpunt ervaren dat men nu kan werken met één LIS in plaats van twee. Het
enige, tijdelijke, nadeel is het genereren van statistieken waarbij voorlopig gegevens uit beide oude
Labosys systemen en het Labosys MLC moet komen. Dat is iets dat na enige jaren langzaam verdwijnt.
De introductie van het Labosys MLC kan achteraf als succesvol verlopen worden beschouwd.
De klinisch chemici, systeembeheerders en een beperkt aantal medewerkers kregen dit jaar de
mogelijkheid om via een beveiligde (eigen) internetverbinding van buiten het ziekenhuis in te loggen op
de Citrix omgeving van het MMC. Daarmee is het veilig en snel mogelijk om thuis te werken, tijdens
diensten het laboratoriumsysteem, EZIS of het trombosedienstsysteem te raadplegen en bij storingen
deze van thuis uit te bekijken en verhelpen. Het is wel noodzakelijk om zelf te beschikken over een
(breedband) internetverbinding. De bestaande ISDN-terugbelverbinding zal in 2006 worden beëindigd.
Eind 2005 is VALAB, een programma voor geautomatiseerde ondersteuning bij autorisatie van
laboratoriumuitslagen, door de firma IL geïnstalleerd. In eerste instantie wordt een groot aantal rapporten
door VALAB geïnterpreteerd waarna begin 2006 de fijnregeling zal plaatsvinden. Met deze mogelijkheid
zal de snelheid van het rapporteren van afwijkende uitslagen verhoogd worden.
Philips kwam dit jaar met een opvolger van de query module van LabFocus met de werknaam PRT,
Philips Reporting Tool. Dit programma, dat eerst samen met MC Alkmaar als pilot is getest, biedt meer
mogelijkheden dan LabFocus voor data export, rapporten, grafieken en draaitabellen. De SQL kennis is
opgefrist en hiermee zijn in korte tijd veel query’s gemaakt. De opzet is om hiermee heel veel verborgen
data uit Labosys te extraheren. Met deze nieuwe gegevens was het beter mogelijk om tal van
beslissingen te onderbouwen.
Bijna gelijktijdig heeft het laboratorium het programma MagnaView aangeschaft. MagnaView is een
programma voor datavisualisatie. Doel is om voor het laboratorium, maar ook voor maatschappen en
anderen in het ziekenhuis, visueel inzichtelijk te maken welke aanvragen/productie wordt geleverd, aan
wie, op welk tijdstip en tegen welke kosten. Een uitgebreide pilot studie is uitgevoerd door Ger Janssen,
Erik-Jan van der Linden en Dirk Bakkeren. In een presentatie aan de klinisch chemici werden de
resultaten via MagnaView getoond. Het bedrijf MagnaView is een ‘spin off’ company van de TU/e. In
2006 zal moeten blijken of deze tool zijn vruchten zal afwerpen in het overleg met de vakgroepen over de
nieuwe bekostigingsstructuur in het MMC
---------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
28

J a a r v e r s l a g K l i n i s c h L a b o r a t o r i u m M M C 2 0 0 5
--------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
De groep van systeem- en applicatiebeheerders bleef in het jaar 2005 intact. De taken werden in kaart
gebracht en er vond een herverdeling plaats van de aandachtsgebieden. Alle beheerders werden in 2005
geïnstrueerd op inzet over 2 locaties. De kernactiviteiten werden geconcentreerd op locatie Veldhoven
Het automatiseringsoverleg kreeg een nieuwe structuur met maandelijks overleg over de wat en de hoe
vraag. Het strategische overleg met de afdeling ICT bleef ongewijzigd.
---------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
29

J a a r v e r s l a g K l i n i s c h L a b o r a t o r i u m M M C 2 0 0 5
--------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
9. Sociale activiteiten
Binnen het laboratorium is een zeer aktieve aktiviteitencommissie. Deze organiseert door het jaar heen
diverse festiviteiten die de sfeer op het laboratorium zeker ten goede komen. Zoals daar zijn de zeer
uitgebreide en goedverzorgde paas- en kerstbrunch, het immer gezellige en spannende sinterklaasfeest
(wie nemen ze nu weer te grazen?) en het jaarlijkse lab-feest.
Dit jaar, op 1 oktober, bestond het lab-feest uit een aktieve middag voor de medewerkers en was er ’s
avonds een feest voor de medewerkers met aanhang. De middag bestond uit twee delen. Na de koffie bij
aankomst ging de ene helft van de groep op de step en de andere helft van de groep op een solex een
tocht maken. We troffen elkaar in de pauze op een gezellig terras voor koffie met vlaai en voor de
dorstlustigen onder ons nog een lekker trappistje of andere versnapering. Na deze (welkome) pauze werd
er gewisseld van vervoermiddel om de terugtocht te aanvaarden.
’s Avonds was er een themafeest in hotel Nobis in Asten. Menig organiserend comité mag jaloers zijn op
de animo voor dit themafeest. Iedereen had zijn best gedaan om iets van het thema, jaren 70-80, te
maken.
Er werd dan ook de hele avond flink gedanst op deze nostalgische muziek van de diskjockey en genoten
van een heerlijk buffet.
Behalve deze gezamenlijke aktiviteiten is er binnen het laboratorium ook nog een fietsclub, een
wandelclub en een dieet club, die er weer bij eet wat ze zijn afgevallen !
Kortom, een heel gezellige ploeg die op het laboratorium op beide lokaties werkzaam is, wat ook wel blijkt
uit onderstaande vrolijke tafereeltjes.
Het lab-feest met step- en solextocht.
Kerstbrunch in Ehv
---------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
30

J a a r v e r s l a g K l i n i s c h L a b o r a t o r i u m M M C 2 0 0 5
--------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
10. Toekomstbeleid
In 2006 zal nog steeds veel aandacht besteed moeten worden aan het verder optimaliseren /
harmoniseren van de (gefuseerde) organisatie. Met name zal aandacht besteed moeten worden aan het
logistieke proces. Naar verwachting zal aan het eind van het jaar gestart kunnen worden met de
geplande (ver)nieuwbouw van het klinisch laboratorium (samen met de apotheek) op de locatie
Veldhoven.
In Máxima Medisch Centrum wordt een nieuwe organisatie vormgegeven met als basis de resultaat
verantwoordelijke zorggroepen. Vanuit het klinisch laboratorium zal veel aandacht besteed worden aan
het goed structureren van de nieuwe leverancier-klant relatie.
Nieuwe meetapparatuur voor de hemocytometrie, een geautomatiseerd systeem voor de uitvoering van
serologische testen, een systeem voor gedeeltelijk geautomatiseerde authorisatie en een systeem voor
het automatisch pipeteren van immuun-fluorescentie slides, zullen in 2006 geoperationaliseerd worden.
Gedurende het gehele jaar zal ernaar worden gestreefd in het ritme van een goede beleid- en
budgetcyclus (BBC) te komen, die aansluit bij de MMC-BBC.
---------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
31

J a a r v e r s l a g K l i n i s c h L a b o r a t o r i u m M M C 2 0 0 5
--------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
Postbus 7777
5500 MB Veldhoven
Postbus 90052
5600 PD Eindhoven
Telefoon: 040-8888900 Lid van de STZ laboratoria
---------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
32

J a a r v e r s l a g K l i n i s c h L a b o r a t o r i u m M M C 2 0 0 5
--------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
Bijlage: Patiëntentevredenheidsonderzoek Klinisch laboratorium 2005
Inhoud
Pagina
1. Samenvatting en conclusie
2. Toelichting op het onderzoek
2.1. Aanleiding voor het onderzoek 35
2.2. Onderzoek naar tevredenheid verwijzers 35
2.3. Onderzoek naar patiëntentevredenheid 36
2.4. Onderzoek naar doorgangstijden op het Klinisch Laboratorium 36
3. Resultaten onderzoek 37
3.1. Respons 37
3.2. Gegevens respondenten 37
3.3. Uitwerking vragenlijst 38
---------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
34
35
33

J a a r v e r s l a g K l i n i s c h L a b o r a t o r i u m M M C 2 0 0 5
--------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
1. Samenvatting en conclusie
In de periode 24 oktober tot en met 14 november 2005 heeft binnen het Klinisch Laboratorium van
Máxima Medisch Centrum onderzoek plaatsgevonden naar de tevredenheid van patiënten die het
“priklab” bezochten. In totaal hebben 590 bezoekers hun medewerking aan het onderzoek verleend.
Belangrijkste conclusies uit het onderzoek:
§ Met betrekking tot informatie van de arts die het onderzoek aanvraagt, geeft binnen locatie
Eindhoven 11,1% van de respondenten aan niet geïnformeerd te zijn over het doel van het
onderzoek.
§ 15% van de respondenten locatie Veldhoven geeft aan dat het niet gemakkelijk is om een
parkeerplaats te vinden voor de auto; met betrekking tot locatie Eindhoven geeft 11,7% aan dat
het vinden van een parkeerplaats niet eenvoudig is.
§ 98,6% van de respondenten geeft aan dat het laboratorium goed te vinden is in het ziekenhuis.
§ De tevredenheid over de openingstijden van het laboratorium scoort met 98,3 % zeer hoog.
Een aantal respondenten stelt verlening van de openingstijden op prijs (buiten kantooruren)
§ De respondenten geven hoge rapportcijfers met betrekking tot vriendelijkheid van medewerkers
van het Klinisch Laboratorium.
§ Ruim 8% van de respondenten stelt dat de wachttijd tussen aanmelding en bloedafname te lang
is.
§ Bij ruim 57% van de respondenten werd 5 minuten na aanmelding bloed afgenomen voor
onderzoek; bij bijna 27% procent vond afname binnen 10 minuten plaats. 6,6% van het aantal
respondenten heeft meer dan 15 minuten moeten wachten voor afname van bloed.
§ Bijna de helft van de respondenten geeft aan dat het gewenst is dat de bloedafname 10 minuten
na aanmelding wordt uitgevoerd. Het Klinisch Laboratorium heeft als norm dat patiënten 15
minuten na aanmelding geholpen moeten zijn. Deze norm is echter niet als prestatie-indicator
vastgelegd. In de toekomst, na in gebruik name van BAVAK kan de doorstroomtijd continue
bewaakt worden.
§ Het grootste aantal patiënten bezoekt het Klinisch Laboratorium tussen 8.00 uur en 12.00 uur; de
piek ligt tussen 8.00 uur en 9.00 uur.
§ De score met betrekking tot de informatie over het voorkomen van nabloeden is laag. Mogelijk is
dit een aandachtspunt.
---------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
34

J a a r v e r s l a g K l i n i s c h L a b o r a t o r i u m M M C 2 0 0 5
--------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
2. Toelichting op het onderzoek
2.1. Aanleiding voor het onderzoek
Het tevredenheidsonderzoek onder patiënten die het Klinisch Laboratorium bezoeken komt voort uit
de auditing die in het kader van de CCKL certificering is uitgevoerd in Máxima Medisch Centrum.
Tijdens hierboven genoemde audit zijn onderstaande aandachtspunten benoemd die op korte termijn
uitwerking behoefden:
§ Onderzoek naar verwijzerstevredenheid.
§ Onderzoek naar patiëntentevredenheid.
§ Onderzoek naar doorgangstijden op het Klinisch Laboratorium (afdeling afname)
2.2. Onderzoek naar tevredenheid verwijzers
Een belangrijk onderdeel binnen de kwaliteit van dienstverlening door het laboratorium is de
beoordeling van deze dienstverlening door de verwijzers.
In het recente verleden zijn er twee onderzoeken (enquêtes) uitgevoerd waarbij vragen zijn gesteld
aan verwijzers (huisartsen). Het ene onderzoek is uitgevoerd door SMáSH (Stichting Máxima
Specialisten Huisartsen); het andere onderzoek is uitgevoerd door Máxima Medisch Centrum
Uit het onderzoek, uitgevoerd door het MMC in juni 2005, blijkt dat:
§ 58% van de verwijzers uit het adherentiegebied gebruik maakt van de Klinische Laboratoria van
MMC; ( 43% MMC-V en 15% MMC-E) Hierbij dient te worden opgemerkt dat de grootste groep
respondenten van de enquête uit het gebied Veldhoven – Kempen afkomstig was. 10% van de
verwijzers maakt geen gebruik van de Klinische Laboratoria van MMC, maar verwijst de
patiënten naar het Diagnostisch Centrum Eindhoven.
§ In onderstaande tabel worden scores met betrekking tot het Klinisch Laboratorium weergegeven:
Berichtgeving
Volledigheid
n = 55
Berichtgeving
Tijdigheid
n = 51
Toegangstijden
Klinisch
Laboratorium
n = 54
Mogelijkheden
voor overleg
n = 50
Slecht - 1 ( 2%) - 1 ( 2%)
Onvoldoende - 1 ( 2%) 1 ( 2%) -
Voldoende 14 (25%) 16 (31%) 12 (22%) 19 (38%)
Goed 41 (75%) 33 (65%) 41 (76%) 30 (60%)
---------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
35

J a a r v e r s l a g K l i n i s c h L a b o r a t o r i u m M M C 2 0 0 5
--------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
2.3. Onderzoek naar patiëntentevredenheid
Ieder jaar bezoeken ongeveer 33.000 patiënten de Klinische Laboratoria (afname) van MMC. Van dit
aantal bezoeken ± 20.000 patiënten locatie Veldhoven en ± 13.000 patiënten locatie Eindhoven.
Binnen de kwaliteitsbewaking wordt gekozen voor de uitvoering van tevredenheidsonderzoek onder
patiënten. Bij dit onderzoek, wat ieder jaar in september zal worden uitgevoerd binnen beide afname
afdelingen, wordt gebruik gemaakt van een vragenlijst.
Gekozen is voor een steekproef onder 500 patiënten. Binnen locatie Eindhoven werd aan 150
patiënten een formulier uitgereikt, binnen locatie Veldhoven aan 350 patiënten.
De formulieren zijn naar ontvangst verzameld door het Klinisch Laboratorium en doorgestuurd naar
de afdeling OBB (kwaliteit) Hier werd zorg gedragen voor elektronische verwerking van de
formulieren waarbij gebruik is gemaakt van het softwarepakket Telform.
Na verwerking worden de gegevens / resultaten aan de leiding van het Klinisch Laboratorium
verstuurd. Indien gewenst kan het Klinisch Laboratorium de afdeling OBB ondersteuning vragen bij
de analyse van de gegevens en de advisering bij verbeteracties.
2.4. Onderzoek naar doorgangstijden op het Klinisch Laboratorium
Doorgangstijden vormen een belangrijke indicator voor het laboratorium. Momenteel wordt door de
afdeling binnen de begroting voor het jaar 2006 een aanvraag voorbereid voor het BAVAC systeem.
Dit systeem biedt structureel mogelijkheden voor de bewaking van de doorlooptijd van patiënten
binnen het Klinisch Laboratorium. In afwachting hiervan dient er t.b.v. de CCKL certificatie onderzoek
plaats te vinden maar de doorgangstijden binnen het “priklab”.
---------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
36

J a a r v e r s l a g K l i n i s c h L a b o r a t o r i u m M M C 2 0 0 5
--------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
3. Resultaten onderzoek
3.1. Respons
In totaal zijn 590 formulieren ontvangen: 171 formulieren vanuit locatie Eindhoven
419 formulieren vanuit locatie Veldhoven
Afspraken voor onderzoek met betrekking tot aantal formulieren:
locatie afspraak ontvangen afwijking
Eindhoven 150 formulieren 171 formulieren + 14%
Veldhoven 350 formulieren 419 formulieren + 20%
Totaal 500 formulieren 590 formulieren
3.2. Gegevens respondenten
Uit het onderzoek zijn gegevens verkregen betreffende patiënten die het “priklab” bezochten. Het
betreft gegevens over geslacht en opleiding. Er kon geen inzicht worden verkregen in de
leeftijdsopbouw omdat er binnen de software een verkeerde instelling was opgegeven.
Tabel: verdeling naar geslacht:
Locatie Eindhoven Locatie Veldhoven Totaal
Aantal mannen 91 (53,2%) 184 (43,9%) 275 (46,6%)
Aantal vrouwen 77 (45,0%) 233 (55,6%) 310 (52,5%)
Geslacht onbekend 3 ( 1,8%) 2 ( 0,5%) 5 ( 0,9%)
Totaal aantal 171 419 590
Tabel: verdeling naar hoogst afgeronde opleiding (Locatie Eindhoven)
moedertaal Nederlands
mannen vrouwen onbekend
moedertaal anders
---------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
moedertaal onbekend
Lager onderwijs 18 1 2 21 12 3 - 15 - - 1 1
MULO/MAVO/MBO/VMBO 22 1 7 30 28 1 2 31 - 1 - 1
HAVO/MMS/HBS/Gymnasium/VWO 5 1 1 7 10 - 1 11 - - - -
HBO 16 1 - 17 9 - - 9 - - - -
Universiteit 11 1 1 13 5 2 - 7 - - - -
Geen 2 - - 2 2 - - 2 1 - - 1
Onbekend 1 - - 1 - 1 1 2 - - - -
totaal 75 5 11 91 66 7 4 77 1 1 1 3
totaal
moedertaal Nederlands
moedertaal anders
moedertaal onbekend
totaal
moedertaal Nederlands
moedertaal anders
moedertaal onbekend
37
totaal

J a a r v e r s l a g K l i n i s c h L a b o r a t o r i u m M M C 2 0 0 5
--------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
Tabel: verdeling naar hoogst afgeronde opleiding:
Locatie Veldhoven
moedertaal Nederlands
mannen vrouwen onbekend
moedertaal anders
---------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
moedertaal onbekend
Lager onderwijs 32 - 3 35 40 - 6 46 - - - -
MULO/MAVO/MBO/VMBO 48 1 16 65 87 1 16 104 - - - -
HAVO/MMS/HBS/Gymnasium/VWO 13 - 4 17 12 1 10 23 - - - -
HBO 40 1 3 44 37 1 1 39 - 1 - 1
Universiteit 18 - 1 19 9 2 1 12 - - 1 1
Geen 4 - - 4 9 - - 9 - - - -
Onbekend - - - - - - - - - - - -
totaal 155 2 27 184 194 5 34 233 - 1 1 2
3.3. Uitwerking van de vragenlijst
(vraag 2.2.) Bent u door uw arts geïnformeerd over de bedoeling van het onderzoek?
11,1 % van de respondenten locatie Eindhoven geeft aan geen informatie te hebben ontvangen van
de arts over het doel van het onderzoek.
Locatie Eindhoven Locatie Veldhoven Totaal
Ja 147 (86,0%) 386 (92,1%) 533 (90,3%)
Nee 19 (11,1%) 28 ( 6,7%) 47 ( 8,0%)
Onbekend 5 ( 2,9%) 5 ( 1,2%) 10 ( 1,7%)
(vraag 2.3.) Indien u met de auto bent gekomen: kon u gemakkelijk een parkeerplaats vinden?
14,1% van de respondenten geeft aan niet gemakkelijk een parkeerplaats gevonden te hebben.
Vooral patiënten die het laboratorium van locatie Veldhoven bezoeken geven aan dat het niet
gemakkelijk is om een parkeerplaats te vinden (15,0%)
Locatie Eindhoven Locatie Veldhoven Totaal
Ja 121 (70,7%) 317 (75,7%) 438 (74,2%)
Nee 20 (11,7%) 63 (15,0%) 83 (14,1%)
Onbekend 30 (17,6%) 39 ( 9,3%) 69 (11,7%)
(vraag 2.4.) Kon u binnen het ziekenhuis de weg naar het laboratorium goed vinden?
Slechts 1,4% van de respondenten geeft aan dat het laboratorium slecht te vinden is.
Locatie Eindhoven Locatie Veldhoven Totaal
Ja 166 (97,1%) 416 (99,3%) 582 (98,6%)
Nee 5 ( 2,9%) 3 ( 0,7%) 8 ( 1,4%)
Onbekend - - - - - -
totaal
moedertaal Nederlands
moedertaal anders
moedertaal onbekend
totaal
moedertaal Nederlands
moedertaal anders
moedertaal onbekend
38
totaal

J a a r v e r s l a g K l i n i s c h L a b o r a t o r i u m M M C 2 0 0 5
--------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
(vraag 2.5) Bent u tevreden over de openingstijden van het laboratorium?
De tevredenheid over de openingstijden van het laboratorium scoort met 98,3 % zeer hoog
Locatie Eindhoven Locatie Veldhoven Totaal
Ja 167 (97,6%) 413 (98,6%) 580 (98,3%)
Nee 2 ( 1,2%) 4 ( 1,0%) 6 ( 1,0%)
Onbekend 2 ( 1,2%) 2 ( 0,4%) 4 ( 0,7%)
Bij deze vraag zijn onderstaande opmerkingen geplaatst door de respondenten (vraag 2.6.):
Loc. Ehv Loc. Vhv totaal
Openingstijden maandag – donderdag tot 17:30 uur; vrijdag tot 18:00
uur
1 - 1
Openingstijden maandag – vrijdag tot 18:00 uur - 1 1
Openingstijden vóór en ná kantooruren - 3 3
Openingstijd vervroegen - - 1
’s avonds ook geopend (bijvoorbeeld standaard avond) 1 1 2
Ook geopend op zaterdag - 1 1
(vraag 2.7)
Welk rapportcijfer wilt u geven voor de vriendelijkheid van de medewerker achter de balie?
Locatie Eindhoven
§ n = 150
§ gemiddeld rapportcijfer: 8,7
aantal
60
40
20
0
Rapportcijfer vriendelijkheid
medewerker balie (locatie
Eindhoven)
0 0 0 0 0 4
20
42 32
52
1 2 3 4 5 6 7 8 9 10
rapportcijfers
Locatie Veldhoven
(vraag 2.8)
Werd uw privacy gewaarborgd bij de balie van de polikliniek?
§ n = 383
§ gemiddeld rapportcijfer 8,6
Rapportcijfer vriendelijkheid
medewerker balie (locatie
Veldhoven)
0 0 1 0 2 7
---------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
aantal
150
100
50
0
44
142
65
123
1 2 3 4 5 6 7 8 9 10
rapportcijfers
Bijna 96% van de respondenten vindt dat er voldoende waarborgen zijn voor privacy bij de balie van
de polikliniek.
Locatie Eindhoven Locatie Veldhoven Totaal
Ja 164 (95,9%) 401 (95,7%) 565 (95,8%)
Kan beter 3 ( 1,8%) 18 ( 4,3%) 21 ( 3,6%)
Kan veel beter 1 ( 0,5%) - - 1 ( 0,2%)
Onbekend 3 ( 1,8%) - - 3 ( 0,4%)
39

J a a r v e r s l a g K l i n i s c h L a b o r a t o r i u m M M C 2 0 0 5
--------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
(vraag 2.9.)
Wat vindt u van de wachttijd tussen het aanmelden aan de balie en het afnemen van bloed?
Ruim 90% vindt de wachttijd tussen aanmelding en bloedafname goed. Ruim 8% van de
respondenten geeft aan dat de wachttijd verbeterd kan worden. Het zwaartepunt van de opmerkingen
ligt binnen locatie Eindhoven.
Locatie Eindhoven Locatie Veldhoven Totaal
Goed 134 (78,3%) 399 (95,2%) 533 (90,3%)
Kan beter 32 (18,7%) 14 ( 3,3%) 46 ( 7,8%)
Kan veel beter 2 ( 1,2%) 2 ( 0,5%) 4 ( 0,7%)
Onbekend 3 ( 1,8%) 4 ( 1,0%) 7 ( 1,2%)
(vraag 2.10.)
Hoe lang heeft u moeten wachten voordat er bloed werd afgenomen?
Bij ruim 57% van de respondenten werd 5 minuten na aanmelding bloed afgenomen voor onderzoek;
bij bijna 27% procent vond afname binnen 10 minuten plaats. 6,6% van het aantal respondenten
heeft meer dan 15 minuten moeten wachten voor afname van bloed.
wachttijd Locatie Eindhoven Locatie Veldhoven
Totaal
n = 145
n = 400
n = 545
< 5 minuten 71 (49,0%) 243 (60,7%) 314 (57,7%)
6 - 10 minuten 34 (23,4%) 113 (28,3%) 147 (26,9%)
11 - 15 minuten 20 (13,8%) 28 ( 7,0%) 48 ( 8,8%)
16 - 20 minuten 8 ( 5,5%) 8 ( 2,0%) 16 ( 2,9%)
21 - 25 minuten 2 ( 1,4%) 2 ( 0,5%) 4 ( 0,7%)
26 - 30 minuten 8 ( 5,5%) 6 ( 1,5%) 14 ( 2,6%)
> 30 minuten 2 ( 1,4%) - - 2 ( 0,4%)
Gemiddelde wachttijd
10 minuten
(vraag 2.11.)
Wat vindt u een acceptabele wachttijd?
Gemiddelde wachttijd
6 minuten
Gemiddelde wachttijd
7 minuten
Bijna de helft van de respondenten geeft aan dat het gewenst is dat de bloedafname 10 minuten na
aanmelding wordt uitgevoerd. Het Klinisch Laboratorium heeft als norm dat patiënten 15 minuten na
aanmelding geholpen moeten zijn. Deze norm is echter niet als prestatie-indicator vastgelegd. In de
toekomst, na in gebruik name van BAVAK kan de doorstroomtijd continue bewaakt worden.
wachttijd Locatie Eindhoven Locatie Veldhoven
Totaal
n = 156
n = 385
n = 541
< 5 minuten 33 (21,2%) 87 (22,6%) 120 (22,2%)
6 - 10 minuten 73 (46,8%) 189 (49,1%) 262 (48,4%)
11 - 15 minuten 35 (22,4%) 86 (22,3%) 121 (22,4%)
16 - 20 minuten 8 ( 5,2%) 12 ( 3,1%) 20 ( 3,7%)
21 - 25 minuten - - - - - -
26 - 30 minuten 7 ( 4,5%) 11 ( 2,9%) 18 ( 3,3%)
---------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
40

J a a r v e r s l a g K l i n i s c h L a b o r a t o r i u m M M C 2 0 0 5
--------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
(vraag 2.12.)
Rond welk tijdstip heeft u de polikliniek bloedafname bezocht?
Het grootste aantal patiënten bezoekt het Klinisch Laboratorium tussen 8.00 uur en 12.00 uur; de
piek ligt tussen 8.00 uur en 9.00 uur.
tijd Locatie Eindhoven
n = 157
Locatie Veldhoven
n = 398
Gem.
Gem.
wachttijd
wachttijd
08:00 – 08:59 37 (23,6%) 10 min 115 (28,9%) 9 min
09:00 – 09:59 25 (15,9%) 7 min 49 (12,3%) 5 min
10:00 – 10:59 24 (15,3%) 14 min 60 (15,1%) 7 min
11:00 – 11:59 22 (14,0%) 16 min 45 (11,3%) 4 min
12:00 – 12:59 8 ( 5,1%) 9 min 15 ( 3,7%) 5 min
13:00 – 13:59 8 ( 5,1%) 5 min 19 ( 4,8%) 3 min
14:00 – 14:59 10 ( 6,4%) 4 min 30 ( 7,6%) 5 min
15:00 – 15:59 9 ( 5,7%) 4 min 37 ( 9,3%) 6 min
16:00 – 16:59 13 ( 8,3%) 5 min 26 ( 6,5%) 4 min
17:00 – 17:59 1 ( 0,6%) 5 min 2 ( 0,5%) 10 min
(vraag 2.13.)
Heeft de bloedafname medewerker, voordat hij/zij prikte, naar uw naam en geboortedatum
gevraagd?
Bij 94% van de respondenten werd voor de bloedafname gevraag naar de naam en geboortedatum
van de patiënt.
Locatie Eindhoven Locatie Veldhoven Totaal
Ja 167 98% 390 93% 557 94,4%
Nee 2 1% 25 6% 27 4,6%
Onbekend 2 1% 4 1% 6 1,0%
(vraag 2.14)
Welk rapportcijfer wilt u geven aan:
a) de vriendelijkheid van de medewerker bloedafname?
Locatie Eindhoven
§ n = 155, gemiddeld rapportcijfer: 8,8
aantal
Rapportcijfer vriendelijkheid
medewerker bloedafname (locatie
Eindhoven)
60
40
20
0
0 0 0 0 0 1
16
56
31
52
1 2 3 4 5 6 7 8 9 10
rapportcijfers
Locatie Veldhoven
§ n = 381, gemiddeld rapportcijfer 8,7
---------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
aantal
Rapportcijfer vriendelijkheid
medewerker bloedafname (locatie
Veldhoven)
200
100
0
0 0 0 0 0 4
47
152
59
123
1 2 3 4 5 6 7 8 9 10
rapportcijfers
41

J a a r v e r s l a g K l i n i s c h L a b o r a t o r i u m M M C 2 0 0 5
--------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
b) de inrichting en sfeer van de wachtruimte?
Locatie Eindhoven
§ n = 150, gemiddeld rapportcijfer: 7,5
aantal
Rapportcijfer inrichting en sfeer
(locatie Eindhoven)
60
40
20
0
0 0 2 1 5 15
53 55
9 10
1 2 3 4 5 6 7 8 9 10
rapportcijfers
c) de privacy in de prikkamer?
Locatie Eindhoven
§ n = 156, gemiddeld rapportcijfer: 8,1
aantal
Rapportcijfer privacy prikkamer
(locatie Eindhoven)
80
60
40
20
0
0 0 0 1 2
9
32
60
26 26
1 2 3 4 5 6 7 8 9 10
rapportcijfers
d) de inrichting en sfeer in de prikkamer?
Locatie Eindhoven
§ n = 156, gemiddeld rapportcijfer: 7,8
aantal
Rapportcijfer inrichting en sfeer
prikkamer (locatie Eindhoven)
60
40
20
0
0 0 0 1 1
19
45 48
23 19
1 2 3 4 5 6 7 8 9 10
rapportcijfers
Locatie Veldhoven
§ n = 383, gemiddeld rapportcijfer 7,3
Rapportcijfer inrichting en sfeer
(locatie Veldhoven)
0 0 1 4 14
---------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
aantal
150
100
50
0
68
140
110
23 24
1 2 3 4 5 6 7 8 9 10
rapportcijfers
Locatie Veldhoven
§ n = 381, gemiddeld rapportcijfer 7,5
aantal
Rapportcijfer privacy prikkamer
(locatie Veldhoven)
150
100
50
0
0 0 1 8 24
114 107
77
20 30
1 2 3 4 5 6 7 8 9 10
rapportcijfers
Locatie Veldhoven
§ n = 382 gemiddeld rapportcijfer 7,3
aantal
Rapportcijfer inrichting en sfeer
prikkamer (locatie Veldhoven)
150
100
50
0
0 0 2 3 13
71
140
107
15 31
1 2 3 4 5 6 7 8 9 10
rapportcijfers
42

J a a r v e r s l a g K l i n i s c h L a b o r a t o r i u m M M C 2 0 0 5
--------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
e) de hygiëne in de prikkamer?
Locatie Eindhoven
§ n = 157,gemiddeld rapportcijfer: 8,4
aantal
Rapportcijfer hygiëne prikkamer
(locatie Eindhoven)
80
60
40
20
0
0 0 0 2 0 4 19
64
34 34
1 2 3 4 5 6 7 8 9 10
rapportcijfers
e) de hygiëne van de toiletten?
Locatie Eindhoven
§ n = 111, gemiddeld rapportcijfer: 7,9
aantal
50
40
30
20
10
0
Rapportcijfer hygiëne toiletten
(locatie Eindhoven)
0 0 0 1 0 3
40 33
22
Locatie Veldhoven
§ n = 374, gemiddeld rapportcijfer 8,4
Rapportcijfer hygiëne prikkamer
(locatie Veldhoven)
0 0 0 1 3 27
120 122
---------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
12
1 2 3 4 5 6 7 8 9 10
rapportcijfers
f) de technische uitvoering van het prikken?
Locatie Eindhoven
§ n = 148, gemiddeld rapportcijfer: 8,7
aantal
Rapportcijfer technische
uitvoering (locatie Eindhoven)
60
40
20
0
0 0 0 0 0 2
18
50
31
47
1 2 3 4 5 6 7 8 9 10
rapportcijfers
aantal
150
100
50
0
49 52
1 2 3 4 5 6 7 8 9 10
rapportcijfers
Locatie Veldhoven
§ n = 208, gemiddeld rapportcijfer 7,3
aantal
150
100
Rapportcijfer hygiëne toiletten
(locatie Veldhoven)
50
0
0 0 0 2 0 18
101
53
20 14
1 2 3 4 5 6 7 8 9 10
rapportcijfers
Locatie Veldhoven
§ n = 366, gemiddeld rapportcijfer 8,5
aantal
Rapportcijfer technische
uitvoering (locatie Veldhoven)
150
100
50
0
0 1 0 0 0 8
107 106
77 67
1 2 3 4 5 6 7 8 9 10
rapportcijfers
43

J a a r v e r s l a g K l i n i s c h L a b o r a t o r i u m M M C 2 0 0 5
--------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
(vraag 2.15.)
Heeft uw behandelend arts u verteld hoe u geïnformeerd zult worden over de uitslagen van het
onderzoek?
Locatie Eindhoven Locatie Veldhoven Totaal
Ja 141 (82,4%) 362 (86,4%) 503 (85,3%)
Nee 11 ( 6,4%) 56 (13,4%) 67 (11,4%)
Onbekend 19 (11,2%) 1 ( 0,2%) 20 ( 3,3%)
(vraag 2.16.)
Is er bij het prikken nog gekeken of het wondje bloedde?
Locatie Eindhoven Locatie Veldhoven Totaal
Ja 148 (86,5%) 401 (95,7%) 549 (93,1%)
Nee 8 ( 4,7%) 16 ( 3,8%) 24 ( 4,1%)
Onbekend 15 ( 8,8%) 2 ( 0,5%) 17 ( 2,8%)
(vraag 2.17.)
Heeft de medewerker van de bloedafname u verteld hoe u nabloeden kunt voorkomen?
De score met betrekking tot de informatie over het voorkomen van nabloeden is laag. Mogelijk is dit
een aandachtspunt.
Locatie Eindhoven Locatie Veldhoven Totaal
Ja 59 (34,5%) 99 (23,6%) 158 (26,8%)
Nee 97 (56,7%) 317 (75,7%) 414 (70,2%)
Onbekend 15 ( 8,8%) 3 ( 0,7%) 18 (3,0%)
(vraag 2.18)
Heeft u nog opmerkingen of suggesties voor verbeteringen?
nr item Loc Ehv Loc Vhv totaal
1 Prima, tevreden, ga zo door 11 21 32
2 Erg vriendelijk personeel 2 5 7
3 Ontbreken privacy 1 4 5
4 Ontbreken achtergrond muziek - 3 3
5 ’s morgens te druk; meer personeel ‘s morgens 2 1 3
6 Ontbreken kinderhoekje - 2 2
7 Meer rustgevende kleuren - 2 2
8 Meer actuele tijdschriften - 2 2
9 Openingstijden niet van deze tijd 1 1 2
10 Personeel tijdens enquête vriendelijker dan anders - 1 1
11 Liever in wachtkamer wachten dan in prikkamer met iemand
anders erbij
12 Nuchtere patiënten voorrang geven - 1 1
13 Duidelijker aangeven waar je een nummer moet trekken 1 - 1
14 Lang moeten wachten omdat mensen zonder nummer eerder
geholpen worden
15 Gevaarlijke stoel in prikkamer 1 - 1
16 Toiletten kunnen schoner 1 - 1
17 Op piektijden meer kamers 1 - 1
18 Duidelijk verschil wie prikt (technisch) 1 - 1
19 Prikkamer te klein 1 - 1
20 “Snelrij” voor mensen die voor bloedverdunning prik komen 1 - 1
---------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
-
1
1
-
1
1
44

J a a r v e r s l a g K l i n i s c h L a b o r a t o r i u m M M C 2 0 0 5
--------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
---------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
45