Landschapsstudie de Merode - Lifescape your Landscape
Landschapsstudie de Merode - Lifescape your Landscape
Landschapsstudie de Merode - Lifescape your Landscape
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
Inhoudstabel<br />
1. Inleiding: doelstelling en motivering p. 3<br />
2. Situering p. 4<br />
3 Landschapsopbouw<br />
3.1 natuurlijk draagvlak:<br />
3.1.1 geologie p. 5<br />
3.1.2 bo<strong>de</strong>m p. 6<br />
3.1.3 waterhuishouding p. 7<br />
3.1.4 reliëf p. 8<br />
3.2 landontginning door <strong>de</strong> mens:<br />
3.2.1 wegen en verkeer p. 9<br />
3.2.2 bebouwing p. 9<br />
3.2.3 cultuurhistorie p. 9<br />
4 Landschapstypologie<br />
4.1 Traditionele landschappen p. 15<br />
4.2 Landschapsatlas: ankerplaatsen en relictzones<br />
4.2.1 Wat is een relictzone p. 19<br />
4.2.2 Inhoud van <strong>de</strong> relictzones p. 20<br />
4.2.3 Wat is een ankerplaats p. 34<br />
4.2.3 Inhoud van <strong>de</strong> ankerplaatsen p. 34<br />
4.3 Nieuwe landschappen (Blanco zones) p. 48<br />
5. Funktioneel ruimtelijke structuur p. 50<br />
6. Beelddragers en blikvangers p. 55<br />
7. Ontwikkelingsvisie p. 57<br />
8. Conclusie p. 63<br />
9. Overzicht bijlagen p. 66<br />
2
1. Inleiding<br />
Doelstelling<br />
Deze landschapsstudie heeft tot doel <strong>de</strong> landschappelijke troeven van <strong>de</strong> regio te on<strong>de</strong>rzoeken.<br />
Wat zijn <strong>de</strong> typische landschappen, wat zijn <strong>de</strong> kenmerken en wat is hun toestand op dit<br />
moment? De studie somt <strong>de</strong> kwaliteiten en <strong>de</strong> knelpunten van het landschap op. Ze geeft een<br />
oplijsting en beschrijving van (archeologische), landschappelijke en cultuurhistorische<br />
elementen in <strong>de</strong>ze regio.<br />
Deze landschapsstudie dient ver<strong>de</strong>re initiatieven in het ka<strong>de</strong>r van het <strong>Lifescape</strong> – Your<br />
<strong>Landscape</strong> project, een on<strong>de</strong>r<strong>de</strong>el van het Interreg IIIB programma, of an<strong>de</strong>re projecten rond<br />
regionale ontwikkeling of plattelandsbeleid binnen het studiegebied te helpen on<strong>de</strong>rbouwen<br />
op het vlak van cultuurhistorische ontwikkeling en kennis van <strong>de</strong> huidige landschapsstructuren.<br />
Het <strong>Lifescape</strong> – Your <strong>Landscape</strong> project gaat over het gebruik van het landschap als drijfveer<br />
om mensen samen te brengen en zo een meerwaar<strong>de</strong> en extra levenskwaliteit te creëren. (vrije<br />
vertaling uit brochure).<br />
Concreet moet <strong>de</strong>ze studie resulteren in een visievorming en <strong>de</strong> formulering van<br />
aanbevelingen en randvoorwaar<strong>de</strong>n voor maatregelen van landschapsherstel, -ontwikkeling, -<br />
beheer en –promotie( = verhogen van <strong>de</strong> herkenbaarheid en <strong>de</strong> belevingswaar<strong>de</strong>, met als<br />
gevolg een verhoog<strong>de</strong> toeristische aantrekkingskracht).<br />
Motivering<br />
Het uitgangspunt voor <strong>de</strong> landschapsstudie is <strong>de</strong> rijkelijke aanwezigheid van gaaf gebleven en<br />
authentieke landschappen. Gelegen op <strong>de</strong> overgang van het Hageland en <strong>de</strong> Kempen<br />
kenmerkt <strong>de</strong> streek zich bovendien door een enorme diversiteit aan landschappen.<br />
De oorspronkelijke perimeter die werd voorgesteld voor het studiegebied was gebaseerd op 4<br />
beleidsinstrumenten: De landschapsatlas, VEN 1ste fase, Habitatrichtlijngebie<strong>de</strong>n en Erken<strong>de</strong><br />
(en Vlaamse) Natuurreservaten.<br />
Het aangedui<strong>de</strong> gebied heeft een grote rijkdom aan relictlandschappen. Bijna <strong>de</strong> helft van <strong>de</strong><br />
oppervlakte van <strong>de</strong> projectperimeter (47,5%) ligt binnen een relictzone of ankerplaats uit <strong>de</strong><br />
landschapsatlas (kaart 12).<br />
Binnen het Vlaams Ecologisch Netwerk (VEN) zien we twee belangrijke structuren, nl. Het<br />
Grote- Netebekken en het Demerbekken (kaart 2A). De bossen van <strong>de</strong> Mero<strong>de</strong> vormen <strong>de</strong><br />
verbinding tussen bei<strong>de</strong> systemen. De uitdaging is nu om <strong>de</strong> vroegere private bossen (met<br />
toenmalig economisch belang) om te vormen naar een ecologische en recreatieve verbinding<br />
tussen bei<strong>de</strong> structuren.<br />
Ook voor <strong>de</strong> Habitatrichtlijngebie<strong>de</strong>n kunnen <strong>de</strong> bossen van <strong>de</strong> Mero<strong>de</strong> een verbin<strong>de</strong>n<strong>de</strong><br />
functie krijgen (kaart 2B).<br />
De Erken<strong>de</strong> (en Vlaamse) Natuurreservaten liggen in een kring rond <strong>de</strong> bossen van <strong>de</strong> Mero<strong>de</strong><br />
(kaart 2A).<br />
Deze vier pijlers gekoppeld:<br />
* aan <strong>de</strong> rijke cultuurhistorie van <strong>de</strong> streek, met ste<strong>de</strong>n of dorpen als Diest<br />
(Oranjestad), Scherpenheuvel en Zichem en schrijvers als Ernest Claes en Willem<br />
Elsschot; Abdijen van Averbo<strong>de</strong> en Tongerlo, verschei<strong>de</strong>ne kastelen, waaron<strong>de</strong>r die<br />
van <strong>de</strong> prinselijke familie <strong>de</strong> Mero<strong>de</strong>, etc<br />
* aan <strong>de</strong> industriële as langs <strong>de</strong> E 313 en het Albertkanaal (RSP) in het noor<strong>de</strong>n;<br />
* aan <strong>de</strong> as van bewoning en industriële ontwikkeling in het zui<strong>de</strong>n tussen Diest en<br />
Aarschot;<br />
3
maakt van dit gebied, omringd door woon- en werkgelegenheid <strong>de</strong> i<strong>de</strong>ale regio voor<br />
ontspanning en zachte recreatie, in een rijk cultuurhistorisch en natuurlijk ka<strong>de</strong>r.<br />
2. Situering<br />
Kaart 1A: Situering niveau Vlaan<strong>de</strong>ren<br />
Het projectgebied situeert zich in het oosten van Vlaan<strong>de</strong>ren en strekt zich uit over 3<br />
provincies: Limburg, Vlaams-Brabant en Antwerpen.<br />
De gemeenten die geheel of ge<strong>de</strong>eltelijk binnen <strong>de</strong> studieperimeter van <strong>de</strong> landschapsstudie<br />
liggen zijn Westerlo, Geel, Laakdal, Tessen<strong>de</strong>rlo, Diest, Scherpenheuvel-Zichem, Aarschot,<br />
Herselt en Hulshout. (kaart 2D: Gemeentegrenzen)<br />
Kaart 1B: Situering ruime regio<br />
In <strong>de</strong> noor<strong>de</strong>lijke helft van het projectgebied stroomt <strong>de</strong> Grote Nete en ligt <strong>de</strong> abdij van<br />
Tongerlo. De Grote Nete markeert, ruw geschetst, <strong>de</strong> overgang naar <strong>de</strong> Kempen. In het zui<strong>de</strong>n<br />
4
stroomt <strong>de</strong> Demer, die <strong>de</strong> rand van het Hageland aanduidt. Tussen <strong>de</strong>ze twee stromen ligt een<br />
zeer bosrijk gebied (Molenhei<strong>de</strong>, Steenheuvels, <strong>de</strong> Mero<strong>de</strong>bossen, <strong>de</strong> bossen van<br />
Gerhagen,…) dat zich uitstrekt van Aarschot tot Tessen<strong>de</strong>rlo, met daarin centraal <strong>de</strong> abdij van<br />
Averbo<strong>de</strong>.<br />
Het studiegebied is aan <strong>de</strong> noor<strong>de</strong>lijke zij<strong>de</strong> begrensd door <strong>de</strong> E 313, vanaf Olen in het westen<br />
en tot aan <strong>de</strong> Winterbeek ten zui<strong>de</strong>n van Hulst (Tessen<strong>de</strong>rlo). Vanaf <strong>de</strong> E 313 volgt <strong>de</strong> grens<br />
van het gebied <strong>de</strong> loop van <strong>de</strong> Winterbeek tot aan <strong>de</strong> provinciegrens (tevens gemeentegrens<br />
van Diest) tussen Limburg en Vlaams-Brabant. Ze volgt <strong>de</strong> provinciegrens helemaal tot aan<br />
<strong>de</strong> kruising van <strong>de</strong> E314 (Lummen-Leuven) en <strong>de</strong> N2 ten zui<strong>de</strong>n van Diest en vervolgens <strong>de</strong><br />
N2 richting Diest. In Diest gaat <strong>de</strong> perimeter via <strong>de</strong> ring richting Scherpenheuvel en loopt<br />
volledig gelijk aan <strong>de</strong> N10 tot Aarschot (= zuidgrens). Vanaf Aarschot volgt <strong>de</strong> grens <strong>de</strong> N10<br />
richting Lier, waar ze tussen Begijnendijk en Houtvenne een stukje <strong>de</strong> provinciegrens tussen<br />
Antwerpen en Vlaams-Brabant volgt. Vanaf Houtvenne gaat ze in noor<strong>de</strong>lijke richting tot<br />
tegen <strong>de</strong> Grote Nete, ze volgt <strong>de</strong> Grote Nete in westelijke richting tot voorbij Hulshout en<br />
vervolgens in NO richting tot aan <strong>de</strong> E313 ter hoogte van Olen.<br />
3. Landschapsopbouw<br />
3.1. Natuurlijk draagvlak:<br />
3.1.1 Geologie<br />
De geologie bestu<strong>de</strong>ert <strong>de</strong> opbouw van <strong>de</strong> aardkorst en is belangrijk omdat het een verklaring<br />
geeft voor <strong>de</strong> huidige bo<strong>de</strong>mstructuur en <strong>de</strong> grondwaterstromen.<br />
Voor dit projectgebied zijn voornamelijk <strong>de</strong> perio<strong>de</strong>s van het Tertiair en het Quartair<br />
belangrijk:<br />
Tertiair (65-2 miljoen jaar gele<strong>de</strong>n):<br />
Tij<strong>de</strong>ns het Tertiair tijdperk, zo’n 65 tot 2 miljoen jaar gele<strong>de</strong>n, ligt het noor<strong>de</strong>n van België in<br />
<strong>de</strong> overgangszone van <strong>de</strong> toenmalige Noordzee en het vasteland. Die Noordzee is voortdurend<br />
in beweging en spoelt regelmatig vanuit het noor<strong>de</strong>n over het land. Tij<strong>de</strong>ns <strong>de</strong><br />
‘transgressiefasen’ zet <strong>de</strong> zee dikke lagen slib, zand en klei af. In <strong>de</strong> daaropvolgen<strong>de</strong><br />
‘regressiefasen’ trekt <strong>de</strong> zee zich terug en zijn <strong>de</strong> afgezette lagen on<strong>de</strong>rhevig aan verwering en<br />
erosie. De kustlijn tij<strong>de</strong>ns <strong>de</strong> laatste grote zeetransgressie verloopt ongeveer volgens een<br />
<strong>de</strong>nkbeeldige lijn van Cap-Griz-Nez (Frankrijk) over Brussel en Leuven naar Hasselt. Op <strong>de</strong><br />
overgang tussen <strong>de</strong> zee en het vasteland komen grote zandbanken voor met een ZW-NO<br />
oriëntatie. Noordwaarts van <strong>de</strong>ze overgangszone zet <strong>de</strong> zee bij haar laatste terugtrekking <strong>de</strong><br />
grijsgroene glauconiethou<strong>de</strong>n<strong>de</strong> zan<strong>de</strong>n en kleien af die gekend zijn als <strong>de</strong> formaties van<br />
Kasterlee en Diest. (Gulinck, 1962)<br />
Zo zijn <strong>de</strong> langwerpige heuvelruggen van het Hageland in het zui<strong>de</strong>n van het projectgebied <strong>de</strong><br />
restanten van tertiaire zandbanken. Bij <strong>de</strong> gelei<strong>de</strong>lijke terugtrekking van <strong>de</strong> zee wordt in <strong>de</strong><br />
hogere <strong>de</strong>len het ijzerrijke zand, dat ook kleilenzen bevat, geoxy<strong>de</strong>erd zodat <strong>de</strong> heuvelruggen<br />
voor ver<strong>de</strong>re erosie beschermd zijn door een kap van ijzerzandsteen terwijl <strong>de</strong> lagere <strong>de</strong>len<br />
door <strong>de</strong> werking van water en wind uitgeruimd wor<strong>de</strong>n. Deze verhevenhe<strong>de</strong>n in het landschap<br />
zijn het meest opvallend in <strong>de</strong> streek van Diest, Aarschot, Leuven en Tienen, maar verlopen<br />
nog een eind ver<strong>de</strong>r naar het noord-oosten tot Beringen, Kwaadmechelen en Leopoldsburg,<br />
5
waar het oorspronkelijke tertiaire landschap be<strong>de</strong>kt wordt door <strong>de</strong> recentere afzettingen van<br />
het Kempens plateau.<br />
De daarop volgen<strong>de</strong> erosieperio<strong>de</strong>n tasten door <strong>de</strong> uitschuren<strong>de</strong> werking van water en wind <strong>de</strong><br />
‘zachtere’ zan<strong>de</strong>n en tertiaire afzettingen aan.<br />
Quartair (2miljoen jaar gele<strong>de</strong>n tot he<strong>de</strong>n):<br />
Tij<strong>de</strong>ns <strong>de</strong> jongste ijstijd van het Pleistoceen installeert zich een hogedrukgebied boven<br />
Scandinavië dat ijskou<strong>de</strong> noor<strong>de</strong>nwin<strong>de</strong>n naar onze streken stuurt. Deze droge luchtstromen<br />
transporteren losliggen<strong>de</strong> bo<strong>de</strong>m<strong>de</strong>eltjes (zand en leem) naar het zui<strong>de</strong>n en vullen <strong>de</strong> diep<br />
ingesne<strong>de</strong>n ijstijdvalleien van <strong>de</strong> Kleine, <strong>de</strong> Molse en <strong>de</strong> Grote Nete. Het erosief gevorm<strong>de</strong><br />
tertiaire landschap wordt zo matig genivelleerd met een eolische laag <strong>de</strong>kzand. Het is in <strong>de</strong>ze<br />
kwartaire materialen dat we in <strong>de</strong> Kempen <strong>de</strong> eerste sporen terugvin<strong>de</strong>n van menselijke<br />
aanwezigheid.<br />
Het projectgebied bevindt zich in een overgangsgebied. Zo volgt <strong>de</strong> as van <strong>de</strong> Demervallei<br />
vrij goed <strong>de</strong> grens tussen <strong>de</strong> noor<strong>de</strong>lijke Pleistocene <strong>de</strong>kzandbe<strong>de</strong>kking en het zui<strong>de</strong>lijke<br />
zandleem. De zandleembe<strong>de</strong>kking zorg<strong>de</strong> voor een ge<strong>de</strong>eltelijke nivellering van het Tertiaire<br />
erosielandschap. Vooral in <strong>de</strong> <strong>de</strong>pressies en <strong>de</strong> zachte hellingen werd eolisch materiaal<br />
afgezet.<br />
Alle heuvels bestaan bovenaan uit <strong>de</strong> grofkorrelige, glauconietrijke Zan<strong>de</strong>n van Diest. Zeer<br />
vaak zijn er ijzerzandsteenkorsten of ijzerzandsteenbanken in aanwezig. Sommige heuvels<br />
bestaan nog volledig uit <strong>de</strong> Formatie van Diest, an<strong>de</strong>re hebben een basis van an<strong>de</strong>re Tertiaire<br />
afzettingen (bvb. Tongeriaan, Rupeliaan of het Bol<strong>de</strong>riaan). Ze hebben echter steeds een kap<br />
uit <strong>de</strong> Formatie van Diest. In <strong>de</strong> <strong>de</strong>pressies tussen <strong>de</strong> heuvels is <strong>de</strong>ze formatie volledig<br />
weggeëro<strong>de</strong>erd.<br />
In het laatglaciaal veran<strong>de</strong>rt <strong>de</strong> windrichting van het NO naar het ZW en stopt <strong>de</strong> aanvoer van<br />
vers <strong>de</strong>kzand. De ZW-win<strong>de</strong>n verplaatsen het <strong>de</strong>kzand ge<strong>de</strong>eltelijk naar <strong>de</strong> valleien. Later,<br />
wanneer het vegetatie<strong>de</strong>k onvoldoen<strong>de</strong> bescherming biedt tegen <strong>de</strong> wind, verstuiven <strong>de</strong>ze<br />
sedimenten tot landduinen of tot <strong>de</strong>kzandruggen met een WO-oriëntatie. Vandaar dat<br />
duingebie<strong>de</strong>n vaak aansluiten bij <strong>de</strong> ran<strong>de</strong>n van valleien (bv: <strong>de</strong> Asberg). An<strong>de</strong>rzijds zijn ook<br />
veel duingebie<strong>de</strong>n toe te schrijven aan <strong>de</strong> rooiing van het boslandschap tij<strong>de</strong>ns <strong>de</strong> grote<br />
landbouwontginningen vanaf <strong>de</strong> 3 <strong>de</strong> eeuw na Chr. en aan <strong>de</strong> hierop volgen<strong>de</strong> verwaaiing.<br />
Door uitwaaiing van het zand tot op het niveau van <strong>de</strong> watertafel onstaan er plaatselijke<br />
<strong>de</strong>pressies waarin het neerslagwater stagneert: vennen. Op het ein<strong>de</strong> van <strong>de</strong> laatste ijstijd<br />
verbetert het klimaat gelei<strong>de</strong>lijk. Op <strong>de</strong> droge zandige gron<strong>de</strong>n ontstaan gemeng<strong>de</strong> eiken- en<br />
berkenbossen waaron<strong>de</strong>r een podzolbo<strong>de</strong>m tot ontwikkeling komt. In <strong>de</strong> moerassige<br />
rivierdalen ontwikkelen <strong>de</strong> elzen- en wilgenbossen. De afgestorven bla<strong>de</strong>ren komen in een<br />
waterrijk en zuurstofarm milieu terecht en vormen er een veenlaag. Later wordt hierop lemigkleiig<br />
alluvium afgezet. In <strong>de</strong> alluviale vlakte van <strong>de</strong> Grote Nete vormt zich door microbiële<br />
oxydatie van het ijzerhou<strong>de</strong>nd overstromingswater een laag ijzeroer of moerasijzererts.<br />
3.1.2 Bo<strong>de</strong>m<br />
De textuur, <strong>de</strong> profielontwikkeling en <strong>de</strong> drainagetoestand van <strong>de</strong> bo<strong>de</strong>ms zijn sterk<br />
gecorreleerd met het reliëf. (kaart 5: bo<strong>de</strong>mkaart)<br />
De toppen van <strong>de</strong> Diestiaanheuvels bestaan uit matig grove zan<strong>de</strong>n. Het zijn bo<strong>de</strong>ms op<br />
autochtoon Diestiaanmateriaal: ijzerzandsteenbanken en kleibo<strong>de</strong>ms (verweerd<br />
6
Diestiaanzand). De bo<strong>de</strong>mkaart duidt grote duinmassieven aan ter hoogte van <strong>de</strong><br />
diestiaanheuvelrij tussen Aarschot en Tessen<strong>de</strong>rlo. Duinen komen alleen voor ten noor<strong>de</strong>n<br />
van <strong>de</strong> Demer en zijn een typisch landschapskenmerk van <strong>de</strong> Centrale Kempen en <strong>de</strong><br />
Zui<strong>de</strong>rkempen.<br />
De heuvels en duinmassieven wor<strong>de</strong>n gekenmerkt door zwak ontwikkel<strong>de</strong> bo<strong>de</strong>ms. Typisch<br />
komen er kleinere tot grotere vlekken kleiige zandgron<strong>de</strong>n en stenige bo<strong>de</strong>ms voor. De<br />
permanente grondwatertafel bevindt zich zeer diep (>10m) on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> toppen van <strong>de</strong> heuvels.<br />
De ijzerzandsteenbanken kunnen echter wel voor tij<strong>de</strong>lijke stuwwatertafels zorgen. De<br />
bo<strong>de</strong>ms zijn dan ook meestal droog tot matig nat.<br />
Op <strong>de</strong> hellingen zijn <strong>de</strong> substraatzan<strong>de</strong>n gemengd met fijnere Pleistocene zan<strong>de</strong>n. Hier komen<br />
zandige tot lemig zandige bo<strong>de</strong>ms met glauconiet bijmenging voor, die ontstaan zijn op<br />
verspoeld Tertiair materiaal. De glooiingen tussen <strong>de</strong> heuvelruggen wor<strong>de</strong>n gekenmerkt door<br />
matig natte, matig fijn, lemige zandgron<strong>de</strong>n. De valleien en vochtige <strong>de</strong>pressies bestaan<br />
overwegend uit zandleem- en lichte zandleemgron<strong>de</strong>n, met plaatselijke kleivlekjes.<br />
Profielloze natte tot zeer natte bo<strong>de</strong>ms zijn hier typisch, al dan niet met een veensubstraat.<br />
De Zui<strong>de</strong>rkempen wordt gekenmerkt door een zandige bo<strong>de</strong>mtextuur. Er komt nagenoeg geen<br />
substraat voor.<br />
De textuur van <strong>de</strong> bo<strong>de</strong>ms in het Noord-Hageland varieert zeer sterk van zand tot klei en komt<br />
voor als een mozaïek waarin zandleem of lemig zand overheersen. Overal komt verspreid<br />
zand voor. De overheersen<strong>de</strong> bo<strong>de</strong>ms zijn bruine bo<strong>de</strong>ms op lemig zand, zand en uitgeloog<strong>de</strong><br />
bo<strong>de</strong>ms op zandleem.<br />
Ruimtelijke link: De bo<strong>de</strong>m is hon<strong>de</strong>r<strong>de</strong>n jaren bepalend geweest voor het landgebruik en<br />
bijgevolg ook voor <strong>de</strong> ontstane landschappen. Aan elke bo<strong>de</strong>msoort hangt een welbepaald<br />
landgebruik vast. Hierdoor bevat elke bo<strong>de</strong>m een stukje geschie<strong>de</strong>nis; vandaar <strong>de</strong><br />
archeologische waar<strong>de</strong> die bo<strong>de</strong>ms vaak krijgen toebe<strong>de</strong>eld. Zo wer<strong>de</strong>n <strong>de</strong> zandige gron<strong>de</strong>n<br />
van <strong>de</strong> Zui<strong>de</strong>rkempen on<strong>de</strong>rver<strong>de</strong>eld in kleine perceeltjes afgebakend met hagen om<br />
verstuiving te voorkomen. De landduinen waren vroeger hei<strong>de</strong> of stuifduin en zijn nu vaak<br />
bebost. In <strong>de</strong> vallei wer<strong>de</strong>n <strong>de</strong> gron<strong>de</strong>n gebruikt als beemd of broek, zon<strong>de</strong>r bebouwing of<br />
bebossing, waardoor ze een heel open karakter had<strong>de</strong>n.<br />
3.1.3 Waterhuishouding<br />
Grondwater<br />
Grondwater ontstaat waar het regenwater <strong>de</strong> kans krijgt om in <strong>de</strong> bo<strong>de</strong>m te infiltreren.<br />
Grondwater kan dus ruimtelijk ver<strong>de</strong>eld wor<strong>de</strong>n in infiltratiegebie<strong>de</strong>n en kwelgebie<strong>de</strong>n.<br />
Wanneer verstoringen optre<strong>de</strong>n wordt het volledige grondwatersysteem en <strong>de</strong> daarmee<br />
samenhangen<strong>de</strong> systemen (vb. fauna en flora) verstoord. Dit kan lei<strong>de</strong>n tot verdroging,<br />
afname van biodiversiteit of tot overstromingen, aangezien het grondwater ook als gebufferd<br />
regenwater kan beschouwd wor<strong>de</strong>n dat vertraagd naar waterlopen wordt afgevoerd.<br />
In <strong>de</strong> met Laat-Pleistoceen materiaal opgevul<strong>de</strong> <strong>de</strong>pressies en in <strong>de</strong> alluviale valleien van <strong>de</strong><br />
waterlopen bevindt <strong>de</strong> permanente grondwatertafel zich op ongeveer 125cm diepte. Buiten<br />
<strong>de</strong>ze <strong>de</strong>pressies ligt <strong>de</strong> grondwatertafel veel dieper en on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> Diestiaanheuvels vaak meer<br />
dan 10 m on<strong>de</strong>r het maaiveld. In <strong>de</strong> heuvels kunnen zich lokaal, dankzij <strong>de</strong> dikke<br />
ijzerzandsteenbanken of kleilenzen, tij<strong>de</strong>lijke hangen<strong>de</strong> grondwatertafels bevin<strong>de</strong>n.<br />
7
Het systeem van heuvels met tussenliggen<strong>de</strong> <strong>de</strong>pressies zorgt voor een intense infiltratiekwelwerking.<br />
Regenwater infiltreert in <strong>de</strong> ijzerhou<strong>de</strong>n<strong>de</strong> Diestiaanheuvels en komt als<br />
ijzerrijke kwel in <strong>de</strong> tussenliggen<strong>de</strong> <strong>de</strong>pressies aan <strong>de</strong> oppervlakte. Ook het afstromen<strong>de</strong><br />
oppervlaktewater wordt aangereikt met ijzer vooraleer het <strong>de</strong> <strong>de</strong>pressies bereikt. De<br />
hydrologische relaties tussen <strong>de</strong> onmid<strong>de</strong>llijk aan elkaar grenzen<strong>de</strong> voedselarme<br />
Diestiaanheuvels en <strong>de</strong>pressies met laagveen, dat zowel door grondwater als door<br />
oppervlaktewater wordt gevoed, zorgen voor unieke natuurwaar<strong>de</strong>n in het projectgebied.<br />
Oppervlaktewater<br />
Het plangebied behoort tot het bekken van <strong>de</strong> Demer en het bekken van <strong>de</strong> Nete. De rivieren<br />
binnen <strong>de</strong>ze bekkens volgen over het algemeen het patroon van <strong>de</strong> Diestiaanheuvels. De<br />
waterscheidingslijn tussen het Netebekken en het Demerbekken bevindt zich op <strong>de</strong> NO-ZWgeoriënteer<strong>de</strong><br />
Diestiaanheuvelrij tussen Aarschot en Tessen<strong>de</strong>rlo. Tot het Demerbekken<br />
behoren ook <strong>de</strong> Grote en <strong>de</strong> Kleine Beek. Tot <strong>de</strong> vallei van <strong>de</strong> Grote Nete behoren <strong>de</strong> Grote en<br />
Kleine Laak, <strong>de</strong> Ro<strong>de</strong> Laak, De Wimp en <strong>de</strong> Herseltse Loop. (Kaart 6: Hydrografische kaart)<br />
De Demer en <strong>de</strong> Grote Nete zijn regenrivieren met grote seizoensverschillen in wateraanvoer.<br />
De Demer heeft af te rekenen met enerzijds <strong>de</strong> grote toevoer via allerlei beken en an<strong>de</strong>rzijds<br />
met het geëro<strong>de</strong>er<strong>de</strong> materiaal van Haspengouw. Samen met <strong>de</strong> toenemen<strong>de</strong> verharding zorgt<br />
<strong>de</strong>ze situatie ervoor dat er geregeld overstromingen voorkomen. Een gelijkaardig probleem is<br />
ontstaan in <strong>de</strong> vallei van <strong>de</strong> Grote Nete, waar door <strong>de</strong> vele waterbouwkundige werken uit het<br />
verle<strong>de</strong>n (rechttrekking en indijking) regelmatig problemen van wateroverlast zijn.<br />
In het projectgebied blijft <strong>de</strong> bebouwing in <strong>de</strong> overstroombare gebie<strong>de</strong>n eer<strong>de</strong>r beperkt. Op<br />
een paar weekendhuisjes en een paar zonevreem<strong>de</strong> woningen (villa’s of boer<strong>de</strong>rijen) na is <strong>de</strong><br />
Grote-Netevallei en <strong>de</strong> Demervallei binnen het projectgebied nog zo goed als onbebouwd.<br />
Enkel in Testelt en Zichem heeft men kunstmatig het terrein verhoogd en drooggelegd<br />
(Leibeken). Het dorpscentrum van Testelt ligt als het ware gekneld tussen <strong>de</strong> Demer en <strong>de</strong><br />
Voortberg. In Zichem zijn <strong>de</strong> stationsomgeving en <strong>de</strong> ou<strong>de</strong> spoorwegberm (’t Boemelke)<br />
drooggelegd of verhoogd. Ook <strong>de</strong> spoorweg ligt op een lage berm net boven het peil van <strong>de</strong><br />
overstromingen. De twee steenwegen die dwars doorheen <strong>de</strong> Demervallei gaan en <strong>de</strong><br />
belangrijke noord-zuid verbinding vormen zijn eveneens kunstmatig verhoogd.<br />
Als gevolg van <strong>de</strong> versnel<strong>de</strong> waterafvoer door indijking en verbreding treedt er een algemene<br />
verstoring van het natuurlijk watersysteem op. Te weinig water kan doordringen tot in <strong>de</strong><br />
grondwatertafel en te veel water wordt te snel afgevoerd.<br />
3.1.4 Reliëf<br />
Het reliëf van het studiegebied wordt bepaald door <strong>de</strong> rivierstelsels van <strong>de</strong> Demer (15-18m)<br />
en <strong>de</strong> Grote Nete (11-16m), <strong>de</strong> geëro<strong>de</strong>er<strong>de</strong> massieven van het tertiair (<strong>de</strong> diestiaanheuvels of<br />
getuigenheuvels) en enkele duinrestanten. (Kaart 7: Reliëfkaart)<br />
Het reliëf is morfologisch heel bepalend voor het gebied. Het Noord-Hageland en het uiterste<br />
zui<strong>de</strong>n van <strong>de</strong> Zui<strong>de</strong>rkempen wordt gekenmerkt door een aantal overwegend ZW-NO<br />
georiënteer<strong>de</strong> heuvelruggen met steile, hoge en dikwijls rechtlijnige flanken, een vlakke<br />
topzone en een concave voetvlakte met zachte hellingen. Tussen <strong>de</strong> heuvels bevin<strong>de</strong>n zich vrij<br />
vlakke <strong>de</strong>pressies en beekvalleien, ingesne<strong>de</strong>n door <strong>de</strong> Demer en haar kleine zijrivieren. Er<br />
komen tevens een aantal holle wegen voor op <strong>de</strong> heuvelruggen, zon<strong>de</strong>r dat ze een echt<br />
opvallend landschapskenmerk zijn. Hun dichtheid is het grootst rond Diest, waar het als<br />
landschapselement aansluit bij <strong>de</strong> holle wegen van Haspengouw.<br />
8
De Voortberg te Testelt is een getuigenheuvel die geïsoleerd, als een eiland, in <strong>de</strong> <strong>de</strong>mervallei<br />
ligt. Van op <strong>de</strong>ze heuvel heeft men een mooi panoramisch zicht over <strong>de</strong> Demervallei.<br />
3.2 Landontginning door <strong>de</strong> mens:<br />
3.2.1 Wegen en verkeer<br />
In het noor<strong>de</strong>n is het project begrensd door <strong>de</strong> infrastructuurbun<strong>de</strong>l van het Albertkanaal.<br />
De Autosnelwegen E313 en E314 zijn hoofdwegen en zijn van nationaal en internationaal<br />
belang.<br />
De secundaire wegen ontsluiten het gebied en verbin<strong>de</strong>n <strong>de</strong> ste<strong>de</strong>n met elkaar.<br />
De spoorlijn van Leuven-Hasselt (oost-west) loopt groten<strong>de</strong>els doorheen <strong>de</strong> Demervallei. Dit<br />
is een belangrijke pen<strong>de</strong>las naar <strong>de</strong> grotere ste<strong>de</strong>n zoals Hasselt, Leuven en Brussel. In<br />
Aarschot en Diest zijn <strong>de</strong> voornaamste stations van <strong>de</strong> regio (Kaart 9: Wegen en Verkeer)<br />
3.2.2 Bebouwing<br />
De industriële bebouwing bevindt zich hoofdzakelijk langs <strong>de</strong> industriële as langs het<br />
Albertkanaal en <strong>de</strong> E313 in het noor<strong>de</strong>n van het gebied. In het gebied liggen ook nog enkele<br />
kleinere kmo-zones.<br />
De wooninfrastructuur in het studiegebied concentreert zich rond <strong>de</strong> cultuurhistorische ste<strong>de</strong>n<br />
of polen Aarschot, Diest, Scherpenheuvel, Zichem, Averbo<strong>de</strong>, Westerlo en Tongerlo en rond<br />
Tessen<strong>de</strong>rlo. Ver<strong>de</strong>r strekt ze zich uit langs 4 noord-zuid georiënteer<strong>de</strong> wegen: nl. Van Olen<br />
naar Aarschot, van Geel(west) naar Diest, van Eindhout naar Diest en van Klein-Vorst naar<br />
Diest en in het zui<strong>de</strong>n langs <strong>de</strong> as van Aarschot naar Diest, en van Diest naar Paal-Beringen.<br />
Verspreid in het gebied liggen ook nog enkele kleine woonkernen: zoals Blauwberg,<br />
Langdorp, Oosterlo, Vorst. (kaart 8: Bebouwing)<br />
Naast bovenstaan<strong>de</strong> bewoningspatronen komt her en <strong>de</strong>r in het gebied ook lintbebouwing<br />
voor. Deze lintbebouwing is het meest opvallend tussen Testelt en Aarschot en dit zowel op<br />
<strong>de</strong> noor<strong>de</strong>lijke als <strong>de</strong> zui<strong>de</strong>lijke hellingen van <strong>de</strong> Demervallei en in het westelijk <strong>de</strong>el van het<br />
projectgebied, waar het gebied aansluit op <strong>de</strong> dichte bebouwingsstructuren van <strong>de</strong> Vlaamse<br />
Ruit.<br />
3.2.3 Cultuurhistorie<br />
In een eerste <strong>de</strong>el wordt <strong>de</strong> algemene vorming van het landschap door menselijke activiteit<br />
beschreven, daarna wordt het studiegebied in verschei<strong>de</strong>ne losse <strong>de</strong>len ver<strong>de</strong>eld en wordt een<br />
ge<strong>de</strong>taileer<strong>de</strong> beschrijving van <strong>de</strong> erfgoedwaar<strong>de</strong> van <strong>de</strong>ze <strong>de</strong>len gegeven.<br />
Algemene vorming van het landschap<br />
Vooraleer <strong>de</strong> mens actief ingreep in het landschap werd het uitzicht en <strong>de</strong> aanwezige<br />
vegetatietypen ervan groten<strong>de</strong>els bepaald door het klimaat. Na <strong>de</strong> laatste ijstijd ontstond bos.<br />
Aanvankelijk was dit <strong>de</strong>nnen en berkenbos, maar naargelang het warmer werd evolueer<strong>de</strong> dit<br />
naar gemengd loofbos met eik, beuk en es, in valleien en moerassen met elzen en wilgen en<br />
<strong>de</strong> drogere stuifduingebie<strong>de</strong>n in <strong>de</strong> Kempen met berk en jeneverbesstruiken. Dit bosrijke<br />
landschap is op zich het resultaat van een langdurige evolutie.<br />
9
Tij<strong>de</strong>ns <strong>de</strong> prehistorie blijft <strong>de</strong> menselijke invloed op het landschap zeer beperkt. Ook tij<strong>de</strong>ns<br />
<strong>de</strong> Romeinse overheersing gaat <strong>de</strong> ontbossing en het uitbrei<strong>de</strong>n van hei<strong>de</strong>n ver<strong>de</strong>r. In <strong>de</strong><br />
Kempen blijft <strong>de</strong> Romeinse invloed eer<strong>de</strong>r beperkt. Tij<strong>de</strong>ns <strong>de</strong> grote volksverhuizingen (van<br />
406 n.Chr. Tot 500 n. Chr.) kan het bos ge<strong>de</strong>eltelijk terug regenereren. Nadien wordt het weer<br />
gelei<strong>de</strong>lijkaan teruggedrongen door het ontstaan van nieuwe ne<strong>de</strong>rzettingen met<br />
akkercomplexen (Frankische ne<strong>de</strong>rzettingen) en door overexploitatie van het bos voor<br />
houtwinning, door beweiding enz.<br />
De eerste belangrijke ontginningsgolf was een gevolg van <strong>de</strong> vorming van nieuwe Frankische<br />
ne<strong>de</strong>rzettingen en <strong>de</strong> toenemen<strong>de</strong> belangstelling van <strong>de</strong> abdijen voor <strong>de</strong> Kempen. Dit leid<strong>de</strong><br />
vanaf <strong>de</strong> 2<strong>de</strong> helft van <strong>de</strong> 11<strong>de</strong> eeuw tot een eerste golf van grootschalige ontginningen van<br />
bos en mogelijk ook van hei<strong>de</strong> en moeras. Een extra stimulans kwam er in <strong>de</strong> 13<strong>de</strong> eeuw toen<br />
<strong>de</strong> hertogen hun bossen aan <strong>de</strong> abdijen schonken met <strong>de</strong> stilzwijgen<strong>de</strong> overeenkomst ze om te<br />
zetten in cultuurgrond, wat aanleiding gaf tot grote bosontginningen.<br />
Na <strong>de</strong>ze eerste ontginningsfase is het voormalig bosrijke landschap van <strong>de</strong> Kempen<br />
omgevormd tot een open vlakte met uitgestrekte hei<strong>de</strong>vel<strong>de</strong>n met versprei<strong>de</strong> complexen van<br />
hoeven en vel<strong>de</strong>n. De beekvalleien liepen als groene linten door <strong>de</strong> onmetelijke hei<strong>de</strong>vlakten.<br />
Ze beston<strong>de</strong>n uit open en moerassig beem<strong>de</strong>nlandschap en uit beboste perceeltjes. Toch blijft<br />
<strong>de</strong> uitgestrekte hei<strong>de</strong> in <strong>de</strong> Zui<strong>de</strong>rkempen veel beperkter dan in <strong>de</strong> Noor<strong>de</strong>rkempen.<br />
Vanaf <strong>de</strong> 2<strong>de</strong> helft van <strong>de</strong> 18e eeuw ontstond een nieuwe golf van ontginningen. Deze werd<br />
mogelijk gemaakt door nieuwe landbouwtechnieken. Aan <strong>de</strong> basis van <strong>de</strong> ontginningsgolf<br />
lagen verschillen<strong>de</strong> octrooien en <strong>de</strong>creten (tij<strong>de</strong>ns oostenrijks regime), die speciaal wer<strong>de</strong>n<br />
ingesteld om <strong>de</strong> hei<strong>de</strong>ontginning te bevor<strong>de</strong>ren. Grootgrondbezitters gingen hun gron<strong>de</strong>n<br />
vooral aanplanten met naaldhout, kleine eigenaars zetten hun gron<strong>de</strong>n om tot akkers (kaart 10:<br />
Ferrariskaart). Toch was er tegen <strong>de</strong>ze ontginningsgolf nogal wat protest, omdat <strong>de</strong> hei<strong>de</strong> van<br />
levensbelang was (plaggen en begrazing door schapen). Tij<strong>de</strong>ns <strong>de</strong> Franse overheersing van<br />
1794 tot 1815 kreeg het <strong>de</strong>nnenbos met <strong>de</strong> opkomst van <strong>de</strong> steenkoolmijnen en <strong>de</strong> kempense<br />
steenbakkerijen een economische betekenis en breidt het areaal naaldhoutbos nog uit.<br />
De <strong>de</strong>r<strong>de</strong> ontginningsgolf komt er in <strong>de</strong> Kempen in <strong>de</strong> twee<strong>de</strong> helft van <strong>de</strong> 19<strong>de</strong> eeuw. De<br />
opkomst van anorganische meststoffen beteken<strong>de</strong> een ware revolutie, doordat het<br />
potstalsysteem aan belang verloor en <strong>de</strong> hei<strong>de</strong> hierdoor economisch oninteressant werd.<br />
Hierdoor kwamen <strong>de</strong> hei<strong>de</strong>ontginningen in een stroomversnelling.<br />
Turfwinning verdwijnt echter slechts gelei<strong>de</strong>lijk aan en blijft nog bestaan geduren<strong>de</strong> <strong>de</strong> ganse<br />
eerste helft van <strong>de</strong> 20ste eeuw. Door <strong>de</strong>ze <strong>de</strong>r<strong>de</strong> ontginningsperio<strong>de</strong> verdwijnt <strong>de</strong> hei<strong>de</strong> en<br />
wordt het landschapsbeeld bepaald door naaldhoutbossen en agrarisch gebied.<br />
Na WOII begint een nieuwe perio<strong>de</strong> van ingrijpen<strong>de</strong> veran<strong>de</strong>ringen. Een belangrijke ten<strong>de</strong>ns<br />
is dat <strong>de</strong> landbouw niet langer <strong>de</strong> enige gebruiker is van het lan<strong>de</strong>lijk gebied. De<br />
verste<strong>de</strong>lijking, <strong>de</strong> industrie en grote infrastructuurwerken gaan steeds meer het<br />
landschapsbeeld mee bepalen.<br />
Samenvatting Cultuurhistorisch On<strong>de</strong>rzoek<br />
In bijlage zit een uitgebrei<strong>de</strong> weergave van <strong>de</strong> informatie die uit het bronnenon<strong>de</strong>rzoek is<br />
voortgekomen. On<strong>de</strong>rstaan<strong>de</strong> tekst is slechts een zeer sumiere beschrijving van <strong>de</strong><br />
cultuurhistorishe ontwikkelingen in het studiegebied.<br />
10
Voor wat betreft <strong>de</strong> cultuurhistorie van het studiegebied zijn er opvallen<strong>de</strong> overeenkomsten<br />
tussen <strong>de</strong> gemeenten in <strong>de</strong> omgeving van <strong>de</strong> Nete- en <strong>de</strong> Laakvallei en <strong>de</strong> gemeentes in <strong>de</strong><br />
omgeving van <strong>de</strong> Demervallei. Tessen<strong>de</strong>rlo en <strong>de</strong> omgeving van <strong>de</strong> abdij van Averbo<strong>de</strong> is een<br />
<strong>de</strong>r<strong>de</strong> eenheid binnen <strong>de</strong> cultuurhistorische beschrijving en vormt een overgangsgebied,<br />
zowel in <strong>de</strong> vroegere heerschappijen als in het bestaan<strong>de</strong> landschap en reliëf.<br />
1. Omgeving Nete- en Laakvallei<br />
Deze omgeving omvat vooral het noor<strong>de</strong>lijke <strong>de</strong>el van het studiegebied met <strong>de</strong> gemeentes<br />
Herselt, Hulshout, Westerlo en Laakdal.<br />
De volledige geschie<strong>de</strong>nis en cultuurhistorische vorming van dit <strong>de</strong>elgebied wordt<br />
bepaald door drie factoren, namelijk <strong>de</strong> macht van <strong>de</strong> families van Wesemael en <strong>de</strong><br />
Mero<strong>de</strong>, <strong>de</strong> abdij van Tongerlo en het stroomgebied van <strong>de</strong> Grote Nete.<br />
Oorspronkelijk waren <strong>de</strong> eerste vormen van bebouwing versprei<strong>de</strong> hoeves die on<strong>de</strong>r<br />
het beleid van <strong>de</strong> abdij ston<strong>de</strong>n. Het gebied bestond voornamelijk uit grote loofbossen<br />
en hei<strong>de</strong>gebie<strong>de</strong>n, waarvan nog steeds talrijke toponiemen (wester-LO, tonger-LO,<br />
ZOERLE-parwijs, goorHEIDE, …) te vin<strong>de</strong>n zijn. De landbouw was zeer<br />
kleinschalig.<br />
De abdij van Tongerlo werd opgericht in <strong>de</strong> 12 <strong>de</strong> eeuw (1130-1133). Ze voorzag in<br />
haar eigen levenson<strong>de</strong>rhoud en ken<strong>de</strong> een lange perio<strong>de</strong> van bloei.<br />
Vanaf <strong>de</strong> 13 <strong>de</strong> eeuw bepaal<strong>de</strong>n <strong>de</strong> abdij en <strong>de</strong> familie van Wesemael het gebruik van<br />
bossen en wei<strong>de</strong>n in <strong>de</strong>ze omgeving. Rond <strong>de</strong> hoeves ontwikkel<strong>de</strong>n zich <strong>de</strong> eerste<br />
gehuchten.<br />
De streek ten oosten van <strong>de</strong> abdij (Hondsein<strong>de</strong> en Hannekenshoek) bestond vroeger uit<br />
oud cultuurland met plaggenbo<strong>de</strong>ms. Later werd hierop bos aangeplant. Het westelijke<br />
<strong>de</strong>el was eveneens voor het grootste <strong>de</strong>el bebost. Door <strong>de</strong> ruilverkavelingen in <strong>de</strong> jaren<br />
1970 verdwenen <strong>de</strong>ze bossen en blijven er nu nog slechts kleine restanten over.<br />
Het stroomgebied van <strong>de</strong> Grote Nete en haar wisselen<strong>de</strong> waterstand bepaal<strong>de</strong> waar <strong>de</strong><br />
eerste ne<strong>de</strong>rzettingen ontston<strong>de</strong>n: op <strong>de</strong> droge en min<strong>de</strong>r vruchtbare gron<strong>de</strong>n. Hier<br />
omheen werd het vee gehoed. Op <strong>de</strong> hei<strong>de</strong> wer<strong>de</strong>n veenplaggen gestoken om mest te<br />
maken voor <strong>de</strong> akkers. Langs beekvalleien ontwikkel<strong>de</strong>n zich open akkercomplexen.<br />
Door <strong>de</strong> eeuwen heen, kwamen <strong>de</strong> landbouwpercelen steeds dichter bij <strong>de</strong> moerassige<br />
zones (17 <strong>de</strong> eeuw) . Er wer<strong>de</strong>n sloten gegraven voor afwatering. Percelen kwamen<br />
steeds ver<strong>de</strong>r van <strong>de</strong> oorspronkelijke hoeves en wegen te liggen en <strong>de</strong> ran<strong>de</strong>n van<br />
bossen on<strong>de</strong>rvon<strong>de</strong>n steeds meer druk vanuit landbouw.<br />
Hei<strong>de</strong> speel<strong>de</strong> een cruciale rol in <strong>de</strong> mid<strong>de</strong>leeuwen (potstal), waarvan nog restanten<br />
overblijven zoals Sterschotse Hei<strong>de</strong> (gemeen graasgebied) en Goorhei<strong>de</strong>. Daarnaast<br />
waren er nog talrijke kleine hei<strong>de</strong>gebiedjes.<br />
Vanaf <strong>de</strong> 17 <strong>de</strong> eeuw werd <strong>de</strong> familie <strong>de</strong> Mero<strong>de</strong> een belangrijke grootgrondbezitter in<br />
<strong>de</strong> omgeving van Westerlo. Ze breid<strong>de</strong>n in <strong>de</strong> loop <strong>de</strong>r eeuwen hun bezittingen uit met<br />
o.a. hoeves met lan<strong>de</strong>rijen (Kaaibeekhoeve, hoeve te Bergom, …). Ze was ook in het<br />
bezit van 3 banmolens, die verplicht gebruikt moesten wor<strong>de</strong>n door alle inwoners.<br />
11
In <strong>de</strong> 18 <strong>de</strong> eeuw wordt gestart met <strong>de</strong> planmatige aanleg van dreven omheen het kasteel<br />
en <strong>de</strong> abdij. Jan Filips Eugeen <strong>de</strong> Mero<strong>de</strong> wil<strong>de</strong> een waran<strong>de</strong>park creëren met mooie<br />
rechte en bre<strong>de</strong> lanen<br />
.<br />
Het Riet, een moerasgebied tussen het kasteel van <strong>de</strong> Mero<strong>de</strong> en <strong>de</strong> Grote Nete werd<br />
in <strong>de</strong> 17 <strong>de</strong> eeuw opgehoogd en werd gebruikt als Schans.<br />
Schaapswees, nabij Zoerle- Parwijs, was vanaf <strong>de</strong> 17 <strong>de</strong> eeuw een groot aaneengesloten<br />
grascomplex waar <strong>de</strong> omwonen<strong>de</strong>n hun koeien en schapen lieten grazen. Vanaf 1950<br />
stopten <strong>de</strong>ze activiteiten en begint het gebied spontaan te verbossen.<br />
Zo vorm<strong>de</strong> <strong>de</strong> Sterschotse hei<strong>de</strong> een gemeen graasgebied voor Oevel en Tongerlo en<br />
het drassige Goorhei<strong>de</strong> werd gebruikt door inwoners van Westerlo en Zoerle-Parwijs.<br />
De ontginningen in Goorhei<strong>de</strong>, met <strong>de</strong> beste gron<strong>de</strong>n van <strong>de</strong> regio, zijn pas in 1772<br />
begonnen.<br />
In <strong>de</strong> 19 <strong>de</strong> eeuw gebeuren <strong>de</strong> ontginningen op een grote schaal. In <strong>de</strong> valleien wor<strong>de</strong>n<br />
<strong>de</strong> moerassen ontwaterd en in gebruik genomen als weiland, en vijvers gegraven.<br />
Overal wor<strong>de</strong>n wegen aangelegd en kanalen gegraven. De bossen veran<strong>de</strong>ren massaal<br />
van samenstelling: loofhout wordt vervangen door naaldhout als snel groeien<strong>de</strong> soort<br />
die <strong>de</strong> verstuiving van <strong>de</strong> landbouwgron<strong>de</strong>n kon tegen gaan. En tenslotte verliest <strong>de</strong><br />
hei<strong>de</strong> aan belang ten opzichte van bos.<br />
Het bosgebied van Tongerlo werd vanaf 1965 ontgonnen.Het traditioneel kleinschalig<br />
landbouwlandschap rond <strong>de</strong> Abdij maakte door ruilverkavelingen plaats voor een<br />
landbouwlandschap met grote percelen, weinig perceelsrandbegroeiing en<br />
rechtgetrokken beken en riviertjes en zorg<strong>de</strong>n in <strong>de</strong> omgeving voor intensievere<br />
veeteelt en grootschalige landbouwpercelen. El<strong>de</strong>rs bleef <strong>de</strong> oorspronkelijke<br />
percelering wel gespaard en her en <strong>de</strong>r zijn nog ou<strong>de</strong> ontginningsstructuren<br />
herkenbaar.<br />
Herselt ligt vrij geïsoleerd in een kom, omringd door een aantal heuvels die ver<strong>de</strong>r<br />
aansluiten bij <strong>de</strong> heuvelkam Diest-Aarschot. Het ontstaan van Herselt wordt gesitueerd<br />
in <strong>de</strong> Frankische tijd: <strong>de</strong> dorpsaanleg kenmerkt zich door een centraal driehoekig plein.<br />
De omgeving van het huidige Blauwberg bestond tot ver in <strong>de</strong> 19 <strong>de</strong> eeuw uit een<br />
uitgestrekt hei<strong>de</strong>gebied ‘Veerle hei<strong>de</strong>’. De Grote Nete vormt <strong>de</strong> noor<strong>de</strong>lijke grens van<br />
Herselt, maar <strong>de</strong> gemeente behoor<strong>de</strong> vanaf 12 <strong>de</strong> eeuw al tot <strong>de</strong> abdij van Tongerlo.<br />
Hier rezen in <strong>de</strong> 18 <strong>de</strong> eeuw, door aanwezigheid van kleilagen, steenbakkerijen als<br />
pad<strong>de</strong>stoelen uit <strong>de</strong> grond.<br />
Vanaf <strong>de</strong> 19 <strong>de</strong> eeuw raakte Herselt uit haar isolement door <strong>de</strong> aanleg van belangrijke<br />
assen van Westerlo naar Aarschot en Westmeerbeek naar Westerlo. Hiervoor werd <strong>de</strong><br />
dorpskom van Herselt verlegd.<br />
Hulshout bestond in vroeger tij<strong>de</strong>n volledig uit moeras. Vanaf <strong>de</strong> 12 <strong>de</strong> eeuw is<br />
Hulshout in het bezit van <strong>de</strong> familie Van Wezemaal. Deze moesten een <strong>de</strong>el van <strong>de</strong><br />
tien<strong>de</strong>n afstaan aan <strong>de</strong> abdij van Tongerlo. Vanaf <strong>de</strong> 16 <strong>de</strong> eeuw werd turfontginnen<br />
hier mogelijk.<br />
De Herenbossen zijn vanaf <strong>de</strong> 19 <strong>de</strong> eeuw ontbost en later wer<strong>de</strong>n ze weer terug<br />
aangeplant. Het Goor als bosgebied met natuurgebied (vroegere Netebedding) erin. De<br />
bre<strong>de</strong> en ondiepe vallei zorgt voor massa’s kleine zijlopen. In Hulshout ken<strong>de</strong> <strong>de</strong><br />
12
turfontginningen vanaf <strong>de</strong> 16 <strong>de</strong> eeuw een ware opmars. Er zijn nog steeds sporen van<br />
een turfvaart als transportweg tussen <strong>de</strong> turfvel<strong>de</strong>n.<br />
Op <strong>de</strong> zandige heuvelruggen of zandige opduikingen, buiten het bereik van het water<br />
ontwikkel<strong>de</strong>n zich <strong>de</strong> woonkernen van Veerle en Laakdal. Deze gemeenten zijn altijd<br />
gekenmerkt geweest door grote drassige gebie<strong>de</strong>n.<br />
Van <strong>de</strong> ou<strong>de</strong> ontginningen komen er nog restanten van plaggencomplexen voor langs<br />
<strong>de</strong> Grote, Kleine en Ro<strong>de</strong> Laak. Waar<strong>de</strong>volle gebie<strong>de</strong>n zijn o.a. Ossebroeken,<br />
Swinnebroeken, kraaiwinkel (met grote veenput), <strong>de</strong> Roost(moerasgebied) ,<br />
Trichelbroek, ‘tHoeves (open water en <strong>de</strong>els verlan<strong>de</strong> poelen), Elsschot- Varenbroek<br />
(broekbossen en structuurrijke graslan<strong>de</strong>n), ….<br />
De ontginningen in het tweerivierengebied tussen <strong>de</strong> Grote en <strong>de</strong> Kleine Laak zijn<br />
begonnen vanaf <strong>de</strong> 14 <strong>de</strong> eeuw door <strong>de</strong> abdij van Tongerlo: indijking van beken en<br />
beken gegraven voor afvloeiing.<br />
De grote hei<strong>de</strong> was vanaf 13 <strong>de</strong> eeuw eigendom van <strong>de</strong> Abdij van Averbo<strong>de</strong>.<br />
Van <strong>de</strong> 13 <strong>de</strong> tot 15 <strong>de</strong> eeuw <strong>de</strong>ed men aan druiventeelt op het Wijngaardbos, vanaf <strong>de</strong><br />
16 <strong>de</strong> eeuw werd <strong>de</strong> heuvel bebost, omdat <strong>de</strong> dominante wijnimport vanuit Frankrijk <strong>de</strong><br />
wijngaar<strong>de</strong>n onrendabel maakte. Vanaf <strong>de</strong> 17 <strong>de</strong> eeuw wer<strong>de</strong>n natte beem<strong>de</strong>ngron<strong>de</strong>n<br />
ontgonnen en gehuchten zelfstandiger. De 18 <strong>de</strong> eeuw kenmerkt zich door <strong>de</strong><br />
aanplanting van <strong>de</strong>nnenbossen en later massale populierenaanplanten op <strong>de</strong> broek- en<br />
beem<strong>de</strong>ngron<strong>de</strong>n.<br />
2. omgeving Demervallei en Diestiaanheuvels<br />
Dit <strong>de</strong>elgebied in <strong>de</strong> zui<strong>de</strong>lijke helft van het studiegebied omvat <strong>de</strong> gemeentes Diest, Aarschot<br />
en Scherpenheuvel-Zichem.<br />
De Demervallei is een bre<strong>de</strong> vallei, die scherp wordt afgelijnd door <strong>de</strong> omringen<strong>de</strong><br />
diestiaanheuvels. Door <strong>de</strong> talrijke zijvertakkingen van <strong>de</strong> Demer ontston<strong>de</strong>n<br />
uitgestrekte landschappen met beem<strong>de</strong>n, broeken, donken. De valleiflanken waren<br />
zowel landbouwgron<strong>de</strong>n als boscomplexen.<br />
Woonkernen ontston<strong>de</strong>n op <strong>de</strong> hogere <strong>de</strong>len maar in <strong>de</strong> nabijheid van <strong>de</strong> alluviale<br />
gron<strong>de</strong>n van <strong>de</strong> Demer. Ze ontwikkel<strong>de</strong>n zich ver<strong>de</strong>r als straatdorpen langs <strong>de</strong><br />
belangrijkste wegen. De spoorlijn van Aarschot naar Diest is een belangrijke structuur,<br />
die recht door het beem<strong>de</strong>nlandschap snijdt.<br />
De Demer ken<strong>de</strong> in <strong>de</strong> vroege mid<strong>de</strong>leeuwen weinig overstromingen, vanaf <strong>de</strong> 15 <strong>de</strong><br />
eeuw gebeurt dit echter steeds vaker door aanslibbing en een verlegging van <strong>de</strong><br />
bedding. Demer betekent donkere rivier. In <strong>de</strong> omgeving vin<strong>de</strong>n we ook nog<br />
beeknamen als Zwartwater en Zwartebeek, vermoe<strong>de</strong>lijk houdt <strong>de</strong>ze naamgeving<br />
verband met <strong>de</strong> aanwezigheid van turf in <strong>de</strong> on<strong>de</strong>rgrond en <strong>de</strong> donkere kleur dat dit<br />
geeft aan <strong>de</strong>ze waterlopen.<br />
De eerste landbouwne<strong>de</strong>rzettingen zijn ontstaan door <strong>de</strong> inwijking van <strong>de</strong> Kelten in <strong>de</strong><br />
IJzertijd (1000v.C). Later ontston<strong>de</strong>n Frankische ne<strong>de</strong>rzettingen in <strong>de</strong> nabijheid van <strong>de</strong><br />
valleien, op <strong>de</strong> drogere en relatief vruchtbare gron<strong>de</strong>n. In <strong>de</strong> buurt van <strong>de</strong><br />
ne<strong>de</strong>rzettingen ontstaan <strong>de</strong> eerste landbouwgron<strong>de</strong>n. Het zijn gemeenschappelijk<br />
ontgonnen akkers, die één aaneengesloten complex vormen.<br />
13
Vanaf <strong>de</strong> 11 <strong>de</strong> en 12 <strong>de</strong> eeuw begonnen ook in <strong>de</strong> omgeving van <strong>de</strong> Demer <strong>de</strong> grote<br />
ontginningsbewegingen. Er was een individuele aanpak van zowel boeren die spontaan<br />
en ongepland te werk gingen, als van grootgrondbezitters die op meer systematische<br />
wijze ontgonnen, zodat er een verspreid bewoningsbeeld ontstond. Alle<br />
ontginningsstructuren wer<strong>de</strong>n bepaald door het reliëf en <strong>de</strong> waterhuishouding: <strong>de</strong><br />
drassige valleigron<strong>de</strong>n als hooi- en weiland, <strong>de</strong> hellingen in cultuur, <strong>de</strong> heuvelruggen<br />
bebost met gemeng<strong>de</strong> loofbossen, <strong>de</strong> wegen volg<strong>de</strong>n <strong>de</strong> langgerekte heuvels en<br />
hierlangs ontwikkel<strong>de</strong>n zich rijdorpen op <strong>de</strong> overgang van droog naar nat.<br />
Aarschot wordt voor <strong>de</strong> eerste maal vermeld in 1107 als Arescod. Vanaf <strong>de</strong> 13 <strong>de</strong> eeuw<br />
is Aarschot een economisch knooppunt, waarbij <strong>de</strong> Demer als waterweg een<br />
belangrijke rol speelt. De Lakenhan<strong>de</strong>l ken<strong>de</strong> in 14 <strong>de</strong> eeuw een hoogtepunt. In <strong>de</strong> 18 <strong>de</strong><br />
eeuw breidt Aarschot uit in noor<strong>de</strong>lijke richting, niet in zui<strong>de</strong>lijke richting vanwege <strong>de</strong><br />
flank. Uitbreiding van gehuchten langs wegen vormen steeds dui<strong>de</strong>lijker een lint<br />
(Langdorp, Gijmel, Homberg, Haterbeek, Opstal, Mid<strong>de</strong>lborg, Rillaar, …): <strong>de</strong><br />
hoogtelijn van 15m is een opvallen<strong>de</strong> grens voor <strong>de</strong> bebouwing.<br />
De stad Diest ligt gekneld tussen <strong>de</strong> Kluisberg en <strong>de</strong> Waran<strong>de</strong> en <strong>de</strong>ze twee<br />
heuvelruggen hebben een belangrijke rol gespeeld in het ontstaan van Diest. Omringd<br />
door heuvels en water was Diest een gedroom<strong>de</strong> ver<strong>de</strong>digingsplaats. Diest zou volgens<br />
recent on<strong>de</strong>rzoek afkomstig zijn van <strong>de</strong> Indogermaanse stam ‘dheus’, plus het<br />
achtervoegsel ‘t’, dat ne<strong>de</strong>rzetting betekent, zou het zoveel betekenen als ‘ne<strong>de</strong>rzetting<br />
bij heilig water’. In het begin van <strong>de</strong> 13 <strong>de</strong> eeuw is Diest uitgegroeid tot een stad met<br />
stadswal en vestigingstorens. De weilan<strong>de</strong>n en beem<strong>de</strong>n lagen vooral buiten <strong>de</strong> wallen.<br />
In <strong>de</strong> 14 <strong>de</strong> en 15 <strong>de</strong> eeuw zijn hopteelt en wijngaar<strong>de</strong>n belangrijke landbouwactiviteiten<br />
in <strong>de</strong> omgeving van Diest.<br />
Het gebied ten zui<strong>de</strong>n van <strong>de</strong> Demer was tot het ein<strong>de</strong> van <strong>de</strong> 18 <strong>de</strong> eeuw groten<strong>de</strong>els<br />
bebost. - vanaf 14 <strong>de</strong> en 15 <strong>de</strong> eeuw <strong>de</strong>ed men aan wijnteelt op hellingen. Nog grote<br />
<strong>de</strong>len hei<strong>de</strong> wer<strong>de</strong>n vanaf 1840 systematisch bebost (naald). Afname van het aan<strong>de</strong>el<br />
cultuurgrond, bossen groei<strong>de</strong>n terug aan of wer<strong>de</strong>n aangeplant. Hei<strong>de</strong>gebie<strong>de</strong>n wer<strong>de</strong>n<br />
economische gezien immers ook overbodig.<br />
Zichem is een ou<strong>de</strong> Frankische ne<strong>de</strong>rzetting uit <strong>de</strong> 7 <strong>de</strong> eeuw. Zichem was<br />
waarschijnlijk een plaats bij water of een moeras. Ten zui<strong>de</strong>n stond op een scherpe<br />
heuvel een eikenbos, ten westen een beukenbos (12 <strong>de</strong> eeuw). Keiberg (niet vruchtbaar:<br />
aardappelen en granen) en Messelbroek waren vooral landbouwgron<strong>de</strong>n (kleine lapjes<br />
grond gehuurd van grootgrondbezitters) en bosgebied. Tussen Zichem en<br />
Scherpenheuvel <strong>de</strong>ed men overal aan landbouw.<br />
Voor <strong>de</strong> 16 <strong>de</strong> eeuw ken<strong>de</strong> Zichem een grote welvaart door wijnbouw op <strong>de</strong> heuvels en<br />
door zijn lakennijverheid, waarbij <strong>de</strong> Demer een belangrijke economische rol speel<strong>de</strong>.<br />
In het begin van <strong>de</strong> 16 <strong>de</strong> eeuw doen er won<strong>de</strong>rbare feiten voor in het onherbergzaam<br />
gebied ‘scherpe heuvel’: binnen 3 jaar was Scherpenheuvel uitgegroeid tot stad rond<br />
een kapel.<br />
In <strong>de</strong> 18 <strong>de</strong> eeuw bestaat heel <strong>de</strong> regio tussen Diest en Aarschot uit grote bosgebie<strong>de</strong>n<br />
landbouwgebie<strong>de</strong>n. De Demervallei is één grote moerassige wei<strong>de</strong>.<br />
14
3. Omgeving Abdij Averbo<strong>de</strong> en Tessen<strong>de</strong>rlo<br />
De oprichting van <strong>de</strong> Norbertijnenabdij in Averbo<strong>de</strong> omstreeks 1125 heeft sindsdien<br />
het landschapsbeeld mee bepaald. Omstreeks 1650 is <strong>de</strong> abdij volledig omgeven door<br />
bossen en liggen ten noor<strong>de</strong>n van <strong>de</strong> abdij een heel aantal vennen.<br />
Tot in <strong>de</strong> 17 <strong>de</strong> eeuw is Averbo<strong>de</strong> nauwelijks meer dan een Abdij en bestaat <strong>de</strong><br />
omgeving groten<strong>de</strong>els uit bos, hei<strong>de</strong> en vennen. De aanleg van wegen door <strong>de</strong><br />
<strong>de</strong>nnenbossen maakte in <strong>de</strong> 19 <strong>de</strong> eeuw een ein<strong>de</strong> aan het isolement. Rond 1840 groeit<br />
<strong>de</strong> woonkern van Averbo<strong>de</strong>(drukkerij, be<strong>de</strong>vaartsoord, werkgelegenheid).<br />
Tessen<strong>de</strong>rlo bestaat in <strong>de</strong> mid<strong>de</strong>leeuwen vooral uit hei<strong>de</strong>gebie<strong>de</strong>n(12 <strong>de</strong> eeuw). De<br />
ver<strong>de</strong>re ontwikkeling ontstaat vooral door <strong>de</strong> natuurlijke 3 parallelle stroken van<br />
heuvelkammen: landbouwcentra (vel<strong>de</strong>n en weilan<strong>de</strong>n) in vruchtbare dalen, beboste<br />
heuvelkammen (naald) , gehuchten die zich ontwikkel<strong>de</strong>n bij <strong>de</strong> hoeves in <strong>de</strong><br />
vruchtbare omgeving.<br />
Vanaf <strong>de</strong> 15 <strong>de</strong> eeuw ontstaan overal in <strong>de</strong> gemeente ontginningen van landbouw.<br />
Het natuurgebied Gerhagen (hei<strong>de</strong>, vennen) wordt eeuwenlang in stand gehou<strong>de</strong>n door<br />
begrazing. Aan het begin van <strong>de</strong> 20 ste eeuw wordt het gebied beplant met <strong>de</strong>nnen en<br />
veran<strong>de</strong>rd het uitzicht naar een monotoon bosgebied. In <strong>de</strong> 18 <strong>de</strong> eeuw wer<strong>de</strong>n ook<br />
Ulfhei<strong>de</strong> en Engsbergen beplant .<br />
Tessen<strong>de</strong>rlo liep lang gebukt on<strong>de</strong>r doortochten van verschillen<strong>de</strong> legers en moest hen<br />
van on<strong>de</strong>rdak en voeding voorzien (tessen<strong>de</strong>rlo = bos van <strong>de</strong> zuidtrekkers).<br />
In recentere tij<strong>de</strong>n heeft tessen<strong>de</strong>rlo een verle<strong>de</strong>n met zwaar vervuilen<strong>de</strong> industrie.<br />
Na WO I wer<strong>de</strong>n op grote schaal naaldbossen aangeplant in opdracht van <strong>de</strong> Mero<strong>de</strong>s.<br />
4. Landschapstypologie<br />
4.1 Traditionele landschappen (kaart 11: Traditionele landschappen)<br />
On<strong>de</strong>r traditionele landschappen wor<strong>de</strong>n <strong>de</strong> landschappen verstaan die niet of slechts in<br />
beperkte mate gewijzigd wer<strong>de</strong>n door <strong>de</strong> grootschalige ingrepen die se<strong>de</strong>rt <strong>de</strong> Industriële<br />
Revolutie mogelijk waren. De belangrijkste veran<strong>de</strong>ringen gebeur<strong>de</strong>n echter pas na <strong>de</strong><br />
Twee<strong>de</strong> Wereldoorlog. ‘Voordien was <strong>de</strong> stabiliteit van <strong>de</strong> rurale landschappen in West-<br />
Europa bijzon<strong>de</strong>r groot. Op ou<strong>de</strong> kaarten zijn <strong>de</strong> laat-mid<strong>de</strong>leeuwse structuren nog algemeen<br />
en ongeschon<strong>de</strong>n te herkennen. Nu echter zijn vele van <strong>de</strong> traditionele landschappen enkel als<br />
kleine relichtlandschappen overgebleven. Door uniformiseren<strong>de</strong> processen werd hun grote<br />
verschei<strong>de</strong>nheid genivelleerd, ofwel zijn ze totaal onherkenbaar gewor<strong>de</strong>n en omgevormd tot<br />
mo<strong>de</strong>rne, nieuwe landschappen’.<br />
Deze kenmerken<strong>de</strong> traditionele landschappen zijn <strong>de</strong> resultante van het natuurlijke draagvlak<br />
(geologie, reliëf en bo<strong>de</strong>m) én <strong>de</strong> landontginning door <strong>de</strong> mens, in zijn technologisch en<br />
politiek ka<strong>de</strong>r, doorheen <strong>de</strong> geschie<strong>de</strong>nis. Ze zijn goed te herkennen op <strong>de</strong> eerste volledige<br />
kaartbe<strong>de</strong>kking van onze gewesten, <strong>de</strong> kabinetskaart van Ferraris (ca. 1775) (kaart 10 in<br />
bijlage) en op <strong>de</strong> topografische kaarten van <strong>de</strong> 2 <strong>de</strong> helft van <strong>de</strong> 19 <strong>de</strong> eeuw.<br />
De meeste traditionele landschappen ken<strong>de</strong>n een trage en langdurige ontwikkeling, waardoor<br />
zowel ruimtelijk als ecologisch een harmonische integratie van <strong>de</strong> verschillen<strong>de</strong> componenten<br />
15
van het landschap mogelijk was. Het resultaat is dat ze niet alleen nauw overeenstemmen met<br />
<strong>de</strong> natuurlijke streken, maar ook een sterke eigen i<strong>de</strong>ntiteit bezitten.<br />
De traditionele landschappen weerspiegelen nog <strong>de</strong> verticale en ecologische relaties tussen het<br />
natuurlijk milieu en <strong>de</strong> menselijke maatschappij vóór <strong>de</strong> grote veran<strong>de</strong>ringen die aan het begin<br />
van <strong>de</strong> 19<strong>de</strong> eeuw starten en die dit relatiesysteem grondig verstoren. Het is een<br />
geï<strong>de</strong>aliseer<strong>de</strong> situatie die voorbijgaat aan <strong>de</strong> talrijke meer recente menselijke invloe<strong>de</strong>n<br />
(Antrop e.a., 2000). Traditionele landschappen wor<strong>de</strong>n ook gekenmerkt door sociale en<br />
economische actoren uit het verle<strong>de</strong>n en he<strong>de</strong>n daar waar ecodistricten eer<strong>de</strong>r <strong>de</strong> potentiële<br />
landkwaliteiten voor <strong>de</strong> natuur beschrijven, hoofdzakelijk steunend op abiotische<br />
landschappelijke componenten. Dit maakt dat <strong>de</strong> grenzen van traditionele landschappen en<br />
ecodistricten niet steeds samenvallen (Antrop e.a., 1993).<br />
De traditionele landschappen van Vlaan<strong>de</strong>ren (Antrop e.a.) beschrijven <strong>de</strong> structuurdragen<strong>de</strong><br />
matrix, <strong>de</strong> zichtbare open ruimten, <strong>de</strong> impact van <strong>de</strong> bebouwing en <strong>de</strong> betekenis van <strong>de</strong> kleine<br />
landschapselementen.<br />
Het studiegebied spreidt zich uit over 5 verschillen<strong>de</strong> traditionele landschappen: <strong>de</strong> Centrale<br />
Kempen, <strong>de</strong> Zui<strong>de</strong>rkempen (bestaan<strong>de</strong> uit het Demerland, <strong>de</strong> Diestiaanrug van Averbo<strong>de</strong> en<br />
<strong>de</strong> Zui<strong>de</strong>rkempen van Lier en Heist o/d Berg), <strong>de</strong> Vallei van <strong>de</strong> Nete (op kaart: vallei van <strong>de</strong><br />
Grote Nete), <strong>de</strong> Dijle-Demer-Getevallei (bestaan<strong>de</strong> uit <strong>de</strong> Demervallei en <strong>de</strong> vallei van <strong>de</strong><br />
Grote Beek) en het Hageland (op kaart: zandig Hageland). Het gebied ten noor<strong>de</strong>n van <strong>de</strong><br />
Grote Nete en <strong>de</strong> Grote Laak behoort tot <strong>de</strong> Centrale Kempen. Het gebied tussen <strong>de</strong> Grote<br />
Nete en <strong>de</strong> Demer noemen we <strong>de</strong> Zui<strong>de</strong>rkempen en bestaat uit 3 subeenhe<strong>de</strong>n. En ten zui<strong>de</strong>n<br />
van <strong>de</strong> Demer ligt het zandige Hageland. De belangrijkste kenmerken van <strong>de</strong>ze traditionele<br />
landschappen wor<strong>de</strong>n hieron<strong>de</strong>r weergegeven.<br />
De Centrale Kempen<br />
De Centrale Kempen bestaat als traditioneel landschap uit drie landschappelijke subeenhe<strong>de</strong>n,<br />
het Land van Herentals-Kasterlee, het Land van Geel-Mol en het Land van Zoersel-<br />
Wijnegem. Alleen het Land van Geel-Mol valt binnen <strong>de</strong> projectgrens.<br />
De Centrale Kempen wordt als volgt beschreven:<br />
Structuurdragen<strong>de</strong> Zichtbare open Impact bebouwing Betekenis kleine<br />
matrix<br />
ruimten<br />
landschapselementen<br />
vlakke en golven<strong>de</strong> - talrijke open - kerndorpen en - talrijke geïsoleer<strong>de</strong><br />
topografie met een ruimten van sterk (rij)gehuchten maken <strong>de</strong>el elementen (molens,<br />
dui<strong>de</strong>lijke wisselen<strong>de</strong> uit van <strong>de</strong> open ruimte; torens,<br />
gerichtheid van omvang; - verkavelingen en hoeven, kapelletjes,...)<br />
valleien, ruggen - vegetatie (bossen), lintbebouwing in <strong>de</strong> met dikwijls een<br />
en bewoning topografie en beboste gebie<strong>de</strong>n is soms monumentwaar<strong>de</strong>;<br />
bebouwing zijn storend maar niet - lineair groen in <strong>de</strong><br />
ruimtebegrenzend. ruimtebepalend;<br />
- open veldverkavelingen<br />
en lintbebouwing<br />
zijn storen<strong>de</strong> elementen<br />
maar zel<strong>de</strong>n<br />
ruimtebegrenzend.<br />
valleien.<br />
In ‘Het landschap meervoudig bekeken’ vin<strong>de</strong>n we nog:<br />
16
Landschapstypes: grote compartimenten gevormd door bossen en weilan<strong>de</strong>n. Morfologie:<br />
vlak en zachtgolvend: parallelle, langgerekte heuvels en interfluvia en bre<strong>de</strong> moerassige<br />
valleien. Landgebruik: weiland en (naaldhout)bos domineren. Ne<strong>de</strong>rzettingen en wegen:<br />
driesdorpen, rijgehuchten en geïsoleer<strong>de</strong> ne<strong>de</strong>rzettingen (kampontginningen); Toekomstige<br />
evolutie en milieuproblemen: weekendhuisjes en toenemen<strong>de</strong> verste<strong>de</strong>lijking;<br />
milieubelasten<strong>de</strong> industrieën.<br />
De Zui<strong>de</strong>rkempen<br />
Het Traditioneel landschap van <strong>de</strong> Zui<strong>de</strong>rkempen bestaat uit verschei<strong>de</strong>ne landschappelijke<br />
subeenhe<strong>de</strong>n, waarvan <strong>de</strong> Zui<strong>de</strong>rkempen van Lier en Heist o/d Berg, het Demerland en <strong>de</strong><br />
Diestiaanrug van Averbo<strong>de</strong> binnen het studiegebied liggen. De landschappelijke kenmerken<br />
van <strong>de</strong>ze subeenhe<strong>de</strong>n wor<strong>de</strong>n afzon<strong>de</strong>rlijk beschreven:<br />
De Zui<strong>de</strong>rkempen van Lier en Heist o/d Berg<br />
Structuurdragen<strong>de</strong> Zichtbare open ruimten Impact<br />
matrix<br />
bebouwing<br />
hoofdzakelijk - sterk versnipper<strong>de</strong> en - complexe<br />
vlakke topografie; onregelmatige open verweving van<br />
valleien en ruimten van sterk open ruimten en<br />
verste<strong>de</strong>lijkt verschillen<strong>de</strong> omvang; bebouwing;<br />
weefsel zijn - beperkt aantal gerichte - bebouwing<br />
structuurbepalend vergezichten<br />
dikwijls<br />
begrensd door bebouwing en ruimtebegrenzend.<br />
vegetatie.<br />
Het Demerland:<br />
Structuurdragen<strong>de</strong> Zichtbare open ruimten Impact<br />
matrix<br />
bebouwing<br />
bossen en een - sterk versnipper<strong>de</strong> en bebouwing<br />
golven<strong>de</strong> topografie onregelmatige open ruimtebegrenzend<br />
versne<strong>de</strong>n door ruimten van sterk wisselen<strong>de</strong> of opgeslorpt<br />
(parallele) valleien omvang;<br />
in vegetatie<br />
- beperkt aantal gerichte<br />
vergezichten<br />
begrensd door topografie,<br />
vegetatie (bossen)<br />
en soms bebouwing.<br />
(bossen)<br />
De Diestiaanrug van Averbo<strong>de</strong><br />
Betekenis kleine<br />
landschapselementen<br />
- talrijke geïsoleer<strong>de</strong><br />
elementen (molens,<br />
torens,<br />
hoeven, kapelletjes,...)<br />
met dikwijls een<br />
monumentwaar<strong>de</strong>;<br />
- lineair groen in <strong>de</strong><br />
valleien.<br />
Betekenis kleine<br />
landschapselementen<br />
- sterk geïsoleerd en<br />
dikwijls met<br />
monumentwaar<strong>de</strong><br />
- lineair groen in <strong>de</strong><br />
valleien en langs<br />
wateroppervlakken<br />
zijn karakteriserend.<br />
Structuurdragen<strong>de</strong> Zichtbare open ruimten Impact bebouwing Betekenis kleine<br />
matrix<br />
landschapselementen<br />
17
topografie van - sterk versnipper<strong>de</strong> en<br />
Diestiaanruggen en onregelmatige open<br />
rivierduinen parallel kleine ruimten;<br />
met <strong>de</strong> vallei van <strong>de</strong> - beperkt aantal gerichte<br />
Demer<br />
vergezichten<br />
begrensd door<br />
bebouwing en bossen<br />
- bebouwing is<br />
ruimtebegrenzend.<br />
- verweving van open<br />
ruimten en bebouwing<br />
- grotere bossen zijn<br />
gevrijwaard van<br />
bebouwing<br />
grotere bosmassa's<br />
In ‘Het landschap meervoudig bekeken’ vin<strong>de</strong>n we nog:<br />
Landschapstypes: coulissenlandschap, compartimentenlandschap. Morfologie: valleien met<br />
overstromingsvlakte, getuigenheuvels, plaatselijk landduinen. Landgebruik: vnl. weiland en<br />
tuinbouw; populierenaanplantingen domineren. Ne<strong>de</strong>rzettingen en wegen: versprei<strong>de</strong> hoeven,<br />
(rij)gehuchten; Toekomstige evolutie en milieuproblemen: sterke verste<strong>de</strong>lijkingsdruk;<br />
verweving industrie en bewoning; overstromingsgevaar.<br />
Vallei van <strong>de</strong> Nete:<br />
Het traditioneel landschap vallei van <strong>de</strong> Nete vormt ter hoogte van het projectgebied <strong>de</strong> grens<br />
tussen <strong>de</strong> Centrale Kempen en <strong>de</strong> Zui<strong>de</strong>rkempen. De vallei van <strong>de</strong> Grote Laak en meer<br />
stroomafwaarts <strong>de</strong> vallei van <strong>de</strong> Grote Nete wor<strong>de</strong>n gezien als <strong>de</strong> fysische overgang van <strong>de</strong><br />
Centrale Kempen naar <strong>de</strong> Zui<strong>de</strong>rkempen.<br />
De landschappelijke subeenheid die binnen <strong>de</strong> projectgrens valt is <strong>de</strong> Vallei van <strong>de</strong> Grote<br />
Nete en wordt als volgt omschreven:<br />
Structuurdragen<strong>de</strong> matrix Zichtbare open<br />
ruimten<br />
- Bre<strong>de</strong> vallei met een - open ruimten<br />
rechthoekig<br />
begrensd door<br />
grachtennetwerk langs heen vegetatie en<br />
<strong>de</strong> Kleine Nete;<br />
bebouwing;<br />
- Stroomopwaarts smalle - stroomopwaarts<br />
vallei;<br />
gesloten<br />
- bre<strong>de</strong> valleien met parallel<br />
aan <strong>de</strong><br />
hoofdloop tal van leibeken;<br />
zijbeken<br />
mon<strong>de</strong>n hier vaak haaks in<br />
uit;<br />
-talrijke plassen/vijvers<br />
Impact bebouwing Betekenis kleine<br />
landschapselementen<br />
- lineaire - opgaan<strong>de</strong> groen is<br />
bebouwing- plaatselijk sterk<br />
Geïsoleerd ruimtebegrenzend;<br />
bebouwing - aantal monumenten;<br />
buiten <strong>de</strong> dorpen<br />
waar <strong>de</strong> bebouwing<br />
ook in<br />
valleien ligt<br />
Dijle-Demer-Getevallei:<br />
Dit traditioneel landschap bestaat uit tien landschappelijke subeenhe<strong>de</strong>n waarvan er twee<br />
binnen <strong>de</strong> projectgrens vallen, <strong>de</strong> Demervallei en <strong>de</strong> Vallei van <strong>de</strong> Grote Beek. Ze wor<strong>de</strong>n als<br />
volgt omschreven:<br />
Structuurdragen<strong>de</strong><br />
matrix<br />
Zichtbare open<br />
ruimten<br />
Impact bebouwing Betekenis kleine<br />
landschapselementen<br />
18
e<strong>de</strong> vallei met open ruimte met sterk sterke verweving door<br />
begrenzen<strong>de</strong> dalwan<strong>de</strong>n wisselen<strong>de</strong> omvang, lintbebouwing;<br />
en vegetatiemassa’s en begrensd door bebouwing kan zowel<br />
schermen en vegetatie, topografie ruimtebepalend als -<br />
verste<strong>de</strong>lijkt weefsel en<br />
bebouwing<br />
begrenzend zijn<br />
(lineair) groen versterkt<br />
topografische structuur<br />
Het Hageland<br />
Het traditioneel landschap van het Hageland bestaat uit twee landschappelijke subeenhe<strong>de</strong>n,<br />
het zandige hageland in het noor<strong>de</strong>n en het zandlemige hageland in het zui<strong>de</strong>n. De perimeter<br />
van het Mero<strong>de</strong>project overlapt uitsluitend en slechts een klein <strong>de</strong>el met het zandige hageland.<br />
Het gebied ten zui<strong>de</strong>n van <strong>de</strong> Demer tussen Diest en Aarschot behoort tot het zandige<br />
Hageland.<br />
Het Hageland wordt als volgt beschreven:<br />
Structuurdragen<strong>de</strong> Zichtbare open<br />
matrix<br />
ruimten<br />
(beboste) wijdse soms<br />
heuvelruggen en panoramische en<br />
valleien met meestal<br />
geassocieer<strong>de</strong> gerichte<br />
wegen en bewoning (ver)gezichten<br />
vormen<br />
begrensd door<br />
<strong>de</strong> hoofdstructuur topografie en<br />
vegetatie<br />
Impact bebouwing Betekenis kleine<br />
landschapselementen<br />
rijbewoning strekkend volgens lineair groen versterkt<br />
<strong>de</strong><br />
valleistructuren<br />
landschappelijke hoofdrichting<br />
behoort tot<br />
<strong>de</strong> Open Ruimte; versprei<strong>de</strong><br />
bebouwing en<br />
vlakvormige bebouwing<br />
meestal storend<br />
maar zel<strong>de</strong>n ruimtebegrenzend<br />
In ‘Het landschap meervoudig bekeken’ vin<strong>de</strong>n we voor het Hageland nog:<br />
Landschapstypes: compartimentenlandschap gevormd door het reliëf. Morfologie: heuvelland<br />
van parallelle ruggen en valleien. Landgebruik: akkerland en tuinbouw, fruitteelt.<br />
Ne<strong>de</strong>rzettingen en wegen: rijdorpen en –gehuchten in het noor<strong>de</strong>n; Toekomstige evolutie:<br />
toenemen<strong>de</strong> verste<strong>de</strong>lijking door lintbebouwing.<br />
4.2 De Landschapsatlas: Ankerplaatsen en Relictzones (kaart 12: Ankerplaatsen en<br />
Relictzones)<br />
4.2.1 Wat is een relictzone?<br />
Relictzones zijn <strong>de</strong> landschappelijke eenhe<strong>de</strong>n die als authentiek kunnen bestempeld wor<strong>de</strong>n.<br />
Zij zijn <strong>de</strong> invulling van <strong>de</strong> traditionele landschappen in Vlaan<strong>de</strong>ren en geven een bepaald<br />
gebied of streek zijn eigenheid.<br />
‘Een relict is een overblijfsel uit vroegere tijd dat nog getuigt van <strong>de</strong> toestand die toenmaals<br />
was’.<br />
Relicten getuigen van een wordingsgeschie<strong>de</strong>nis. Dit betekent dat een relict van verschillen<strong>de</strong><br />
tij<strong>de</strong>n kan zijn. Men noemt ze soms ook erfgoe<strong>de</strong>lementen. Die elementen staan niet<br />
19
geïsoleerd maar zijn on<strong>de</strong>rling afhankelijk in een geografische context. Ze behoren tot één of<br />
meer<strong>de</strong>re structuren.<br />
Relictzones zijn gebie<strong>de</strong>n van wisselen<strong>de</strong> oppervlakte, waarin <strong>de</strong> landschappelijke structuren<br />
van bewoning, wegen, kavels of perceelsbeplanting van <strong>de</strong> traditionele landschappen op een<br />
herkenbare manier bewaard zijn gebleven. Relictzones vertonen dikwijls nog <strong>de</strong> verticale<br />
relaties tussen <strong>de</strong> landschapscomponenten.<br />
4.2.2 Inhoud van <strong>de</strong> relictzones:<br />
Het aangedui<strong>de</strong> gebied heeft een grote rijkdom aan relictlandschappen. Ongeveer <strong>de</strong> helft van<br />
<strong>de</strong> gehele perimeter (47,5%) ligt binnen een relictzone of ankerplaats (Landschapsatlas). Het<br />
gebied tussen <strong>de</strong> Grote Nete en <strong>de</strong> Demer heeft <strong>de</strong> grootste dichtheid aan relictzones. Ze zijn<br />
zo belangrijk omdat ze een landschappelijke structuur hebben die historisch is gegroeid. Dit<br />
heeft een bijzon<strong>de</strong>re meerwaar<strong>de</strong> omdat <strong>de</strong> structuur is geënt op <strong>de</strong> fysische on<strong>de</strong>rlegger van<br />
<strong>de</strong> streek en zo bijdraagt tot <strong>de</strong> herkenbaarheid en <strong>de</strong> eigenheid van <strong>de</strong> streek.<br />
De Landschapsatlas geeft van elke relictzone aan welke <strong>de</strong> verstoringen zijn voor het behoud<br />
van het authentieke landschap. Een visuele weergave van <strong>de</strong>ze landschapsverstoren<strong>de</strong><br />
elementen uit <strong>de</strong> landschapsatlas zijn opgenomen in kaart 13: Verstoring van <strong>de</strong> relictzones.<br />
Aangezien <strong>de</strong> Relictzones uit <strong>de</strong> landschapsatlas <strong>de</strong> invulling zijn van <strong>de</strong> traditionele<br />
landschappen, wor<strong>de</strong>n ze besproken volgens <strong>de</strong> in<strong>de</strong>ling van <strong>de</strong> traditionelelandschappenatlas:<br />
<strong>de</strong> Centrale kempen, <strong>de</strong> Zui<strong>de</strong>rkempen, en <strong>de</strong> valleien van <strong>de</strong> Grote Nete,<br />
van <strong>de</strong> Demer, <strong>de</strong> vallei van <strong>de</strong> Grote Beek (of Drie Beken), het Hageland.<br />
De landschappelijke elementen en gebie<strong>de</strong>n wor<strong>de</strong>n gekenmerkt door één of meer<strong>de</strong>re<br />
kwaliteiten die bepaald wor<strong>de</strong>n volgens <strong>de</strong> criteria zoals beschreven in een vorige studie<br />
(Antrop M.& Van Damme S., 1995).<br />
Volgen<strong>de</strong> criteria wor<strong>de</strong>n gebruikt voor het weerhou<strong>de</strong>n van <strong>de</strong> relicten:<br />
1. herkenbaarheid: <strong>de</strong> mate waarin <strong>de</strong> morfologische verschijning op het<br />
referentiedocument te zien is: in hoeverre zijn <strong>de</strong> vormen en structuren te zien<br />
zoals op <strong>de</strong> ou<strong>de</strong> kaartdocumenten die teruggaan tot Ferraris;<br />
2. gaafheid: <strong>de</strong> mate waarin <strong>de</strong> informatieve waar<strong>de</strong> op het referentiedocument<br />
nog volledig en onverstoord is t.o.v. <strong>de</strong> ou<strong>de</strong> kaartdocumenten;<br />
3. samenhang: <strong>de</strong> mate waarin <strong>de</strong> samenstellen<strong>de</strong> elementen nog functioneel en/of<br />
ruimtelijk-structureel bij elkaar passen.<br />
Van <strong>de</strong> relictzones en ankerplaatsen wordt voor <strong>de</strong>ze criteria een evaluatiescore toegekend.<br />
Een score wordt bepaald op basis van <strong>de</strong> ruimere context van <strong>de</strong> hele provincie, dus alle<br />
relictzones en ankerplaatsen. Dit is ook zo gebeurd voor <strong>de</strong> provincie West-Vlaan<strong>de</strong>ren en<br />
Antwerpen. De toegeken<strong>de</strong> score is relatief en dient ook zo geïnterpreteerd wor<strong>de</strong>n.<br />
• Hoog (3): het omschreven criterium is nog heel dui<strong>de</strong>lijk aanwezig.<br />
• Mid<strong>de</strong>l (2): het omschreven criterium is nog dui<strong>de</strong>lijk aanwezig.<br />
• Laag (1): het omschreven criterium is in min<strong>de</strong>re mate aanwezig maar nog<br />
dui<strong>de</strong>lijk aanwijsbaar.<br />
• Niet te bepalen: door leemten in <strong>de</strong> kennis is <strong>de</strong> waar<strong>de</strong> van <strong>de</strong> criteria niet te<br />
bepalen.<br />
20
De Centrale Kempen<br />
1. Land van Geel-Mol<br />
2. Vallei van <strong>de</strong> Grote Nete<br />
De Zui<strong>de</strong>rkempen<br />
3. Zui<strong>de</strong>rkempen van Lier<br />
4. Demerland<br />
5. Diestiaanrug van Averbo<strong>de</strong><br />
6. Vallei van <strong>de</strong> Grote Beek<br />
7. Demervallei<br />
Hageland<br />
8. Zandig Hageland<br />
Centrale Kempen<br />
1. Land van Geel-Mol<br />
Relictzones R10106, R10108, R10114, R10122, R10133<br />
R10106: Bosgebied Olen:<br />
(Bestaat uit twee van elkaar geschei<strong>de</strong>n relictzones)<br />
Verstoring:<br />
Industrie en diverse verkavelingen dringen langs alle kanten het bosgebied binnen.<br />
Herkenbaarheid: 2<br />
Samenhang: 2<br />
Gaafheid: 1<br />
Historische waar<strong>de</strong>:<br />
Oostelijk <strong>de</strong>el: bij Ferraris hei<strong>de</strong> temid<strong>de</strong>n van cultuurland; bij Van<strong>de</strong>rmaelen bosgebied met<br />
snippers hei<strong>de</strong>; herkenbaar bosrestant, doch niet meer zo gaaf wegens aanpassing vroeger<br />
wegenpatroon en industriële verkaveling (cf. MGI). Zui<strong>de</strong>lijk <strong>de</strong>el: bij Ferraris hei<strong>de</strong>; bij<br />
Van<strong>de</strong>rmaelen groten<strong>de</strong>els bos met versnipper<strong>de</strong> stukken hei<strong>de</strong>; nu herkenbaar bosrestant<br />
temid<strong>de</strong>n van verkavelingen (cf. MGI). Archeologische vondst: zone met protohistorisch<br />
grafveld op 'Schaatsbergen' in oostelijk <strong>de</strong>el.<br />
Esthetische waar<strong>de</strong>:<br />
Gesloten bosgebied omringt dorpskern van Olen; dui<strong>de</strong>lijk herkenbare structuur, doch lokaal<br />
reeds bebouwd.<br />
Beleidswenselijkhe<strong>de</strong>n:<br />
Vrijwaren van bebouwing.<br />
R10108: Domein abdij en kasteel van Tongerlo:<br />
21
Verstoring:<br />
Relictzone ligt groten<strong>de</strong>els in ruilverkavelingsgebied (RVK Tongerlo).<br />
Herkenbaarheid: 3<br />
Samenhang: 2<br />
Gaafheid: 2<br />
Historische waar<strong>de</strong>:<br />
Abdij van Tongerlo: bij Ferraris reeds vermeld; abdij en domein goed herkenbaar en relatief<br />
gaaf, doch vroegere samenhang met lan<strong>de</strong>lijke omgeving is verloren gegaan door bebouwing<br />
(cf. MGI); lange noor<strong>de</strong>lijke dreef is nog intact (cf. MGI), kwam bij Ferraris uit op hei<strong>de</strong>, nu<br />
op enkele bosrestanten (cf. MGI), die op verschillen<strong>de</strong> plaatsen aangetast zijn door<br />
verkavelingen; binding met sterk verminkte Wimpvallei via kasteeldomein. Kasteel van<br />
Tongerlo: domein is goed herkenbaar (cf. MGI) en staat nog in verbinding met abdijdomein.<br />
Esthetische waar<strong>de</strong>:<br />
Domein van abdij met dreef naar aanpalend 'bos' vallen op in omliggend 'ruilverkaveld'<br />
gebied; abdij, kasteel en nabijgelegen kerk in dorpskern Tongerlo zijn mooie<br />
vermaterialisering van eertijdse machtsverhouding (kerk-a<strong>de</strong>l).<br />
Beleidswenselijkhe<strong>de</strong>n:<br />
Behoud en versterking domeinstructuren; vrijwaren van ver<strong>de</strong>re verkavelingen.<br />
R10114: Bos- en akkercomplex Hulshout - Westerlo:<br />
(Bestaat uit drie afzon<strong>de</strong>rlijke zones tussen Hulshout en Westerlo, waarvan er twee buiten <strong>de</strong><br />
perimeter voor <strong>de</strong> landschapsstudie liggen. Het 3 <strong>de</strong> <strong>de</strong>elgebied komt ongeveer overeen met het<br />
bosgebied van <strong>de</strong> Beeltjens).<br />
Verstoring:<br />
Bebouwing en camping.<br />
Herkenbaarheid: 2<br />
Samenhang: 2<br />
Gaafheid: 2<br />
Historische waar<strong>de</strong>:<br />
Overwijs-Hollandse dreef: bij Van<strong>de</strong>rmaelen reeds opgetekend als stervormig wegenpatroon<br />
tussen twee parallelle dreven; huidige bosrestanten zijn relatief gaaf en herkenbaar (cf. MGI).<br />
Goorein<strong>de</strong> - Kempische Ar<strong>de</strong>nnen: bij Ferraris hei<strong>de</strong>; bij Van<strong>de</strong>rmaelen eerste aanzet<br />
ontginning hei<strong>de</strong>; relatief gave ontginningsstructuur en bosrestanten (cf. MGI); Kempische<br />
Ar<strong>de</strong>nnen aangetast door camping en waterpartijen. Beeltjens: bij Van<strong>de</strong>rmaelen eerste aanzet<br />
tot ontginning hei<strong>de</strong> en bebossing; goed herkenbare ontginningsstructuur (cf. MGI).<br />
Esthetische waar<strong>de</strong>:<br />
Systematische ontginningsstructuur nog dui<strong>de</strong>lijk waarneembaar in bos-akkercomplexen.<br />
Beleidswenselijkhe<strong>de</strong>n:<br />
Vrijwaren van ruilverkavelingswerken en bebouwing; versterken landschappelijke structuur.<br />
R10122: Bos- en akkercomplex Meerhout – Olmen en rug Eindhout -Zittaart:<br />
(Uitgestrekte relictzone, bestaan<strong>de</strong> uit verschei<strong>de</strong>ne <strong>de</strong>elzones, waarvan alleen het <strong>de</strong>elgebied<br />
‘rug Eindhout – Zittaart’ <strong>de</strong>els binnen onze perimeter ligt).<br />
22
Verstoring:<br />
Infrastructuren (Albertkanaal, N126, E313) versnij<strong>de</strong>n relictzone op verschillen<strong>de</strong> plaatsen;<br />
ge<strong>de</strong>eltelijk in ruilverkavelingsgebied gelegen (RVK Meerhout).<br />
Herkenbaarheid: 2<br />
Samenhang: 2<br />
Gaafheid: 2<br />
Historische waar<strong>de</strong>:<br />
Rug Eindhout-Zittaart: rug is nog steeds geaccentueerd door bos (cf. MGI), doch verstoord<br />
door versprei<strong>de</strong> bebouwing en A13; meest oostelijke punt van rug heeft sterk veran<strong>de</strong>r<strong>de</strong><br />
perceelsstructuur, doch reliëf is dui<strong>de</strong>lijk zichtbaar in landschap.<br />
protohistorisch grafveld te Eindhout; lithisch materiaal ter hoogte van 'Zittaartsveld', '<br />
Zittaartsbossen' en 'Vuurmolen'.<br />
Esthetische waar<strong>de</strong>:<br />
Diverse stukjes bos- en akkergebied van elkaar geschei<strong>de</strong>n door bebouwing en<br />
infrastructuren; opvallend is <strong>de</strong> rug Eindhout-Zittaart die door bos en opgaand groen extra<br />
geaccentueerd wordt in het landschap.<br />
R10133: Open akker Trichelbroek:<br />
Verstoring: /<br />
Herkenbaarheid: 2<br />
Samenhang: 2<br />
Gaafheid: 2<br />
Historische waar<strong>de</strong>:<br />
Bij Ferraris als toponiem vermeld, gesloten akkerland op hoger gelegen rug, palend aan vallei<br />
van <strong>de</strong> Kleine Laak; bij Van<strong>de</strong>rmaelen zijn ou<strong>de</strong> omwalling en St.-Bavokapel opgetekend en<br />
is toenmalig wegenpatroon en ne<strong>de</strong>rzettingstructuur nog goed herkenbaar; versprei<strong>de</strong> bosjes<br />
en restanten perceelsrandbegroeiing herinneren aan eertijds gesloten karakter.<br />
Esthetische waar<strong>de</strong>:<br />
Mooi, half open en hogergelegen akkerland aansluitend op vallei van <strong>de</strong> Kleine Laak met<br />
herkenbare ne<strong>de</strong>rzettingsstructuur (cf. Van<strong>de</strong>rmaelen).<br />
Beleidswenselijkhe<strong>de</strong>n:<br />
Behoud kleinschaligheid en half open karakter; vrijwaren van ver<strong>de</strong>re bebouwing; behoud<br />
binding met riviervallei.<br />
2. Vallei van <strong>de</strong> Grote Nete<br />
Relictzones R10096, R10109, R17001<br />
R10096: Vallei van <strong>de</strong> Grote Nete:<br />
Verstoring:<br />
Albertkanaal, Kanaal Dessel-Schoten, E313 en an<strong>de</strong>re infrastructuren doorsnij<strong>de</strong>n vallei.<br />
Herkenbaarheid: 3<br />
Samenhang: 3<br />
23
Gaafheid: 3<br />
Historische waar<strong>de</strong>:<br />
Vallei wordt groten<strong>de</strong>els gekenmerkt door dui<strong>de</strong>lijk herkenbare valleigron<strong>de</strong>n (cf. MGI)<br />
afgewisseld met stukken waar perceelsstructuur onherkenbaar is of schaalvergroting heeft<br />
on<strong>de</strong>rgaan; Grote Nete kent nog een sterk mean<strong>de</strong>ren<strong>de</strong> loop.<br />
Vallei tussen Kruiskensberg en Bernum: over het algemeen is vroegere beem<strong>de</strong>nstructuur nog<br />
af te lijnen (cf. MGI); ter hoogte van Kruiskensberg nog goed herkenbare perceelsstructuur<br />
(cf. MGI), met bijzon<strong>de</strong>re aandacht voor recent uitgebagger<strong>de</strong> ou<strong>de</strong> Netemean<strong>de</strong>r in<br />
beschermd landschap gelegen; meer stroomopwaarts hebben valleigron<strong>de</strong>n eer<strong>de</strong>r<br />
schaalvergroting on<strong>de</strong>rgaan (cf. MGI).<br />
Vallei ter hoogte van Zammel: mean<strong>de</strong>ren<strong>de</strong> loop van Grote Nete wordt begeleid door<br />
gesloten valleilandschap; herkenbare en zeer gave perceelsstructuur (langgerekt en smal)<br />
hoofdzakelijk bebost en met veel restanten van opgaan<strong>de</strong> begroeiing (cf. MGI)<br />
Vallei van Males Broek tot Bels Broek: herkenbare perceelsstructuur met resten van opgaan<strong>de</strong><br />
randbegroeiing en vele kleine vijvertjes (cf. MGI); perceelsrandbegroeiing en bosjes zorgen<br />
voor gesloten karakter; bij MGI is Males Broek groot wateroppervlak tussen Grote Nete en<br />
Scherpenbergloop. (buiten gebied)<br />
Vallei ter hoogte van Heist-op-<strong>de</strong>n-Berg ('Netevallei te Hallaar'): gesloten valleigebied met<br />
aansluitend hogergelegen cultuurland voorzien van resten opgaan<strong>de</strong> begroeiing en met<br />
herkenbare perceelsstructuur (cf. MGI); relicten van het oorspronkelijk alluvium, zoals het er<br />
eeuwen lang uitzag; van oudsher wer<strong>de</strong>n <strong>de</strong> drassige gron<strong>de</strong>n gebruikt als graaswei<strong>de</strong> voor het<br />
vee en als hooiland; kenmerkend voor hogergelegen gron<strong>de</strong>n nabij Hallaar en te Vossekoten<br />
en Wieshagen zijn <strong>de</strong> kleinere percelen, geschei<strong>de</strong>n door houtwallen, houtkanten en dreven.<br />
(buiten gebied)<br />
Vallei ter hoogte van Booischot: Herenbossen bij Ferraris reeds bos, bij Van<strong>de</strong>rmaelen aanzet<br />
herbebossing en aanleg huidige wegen, nu nog herkenbare en gave structuur (cf. MGI);<br />
beem<strong>de</strong>nstructuur nog herkenbaar met restanten bos (cf. MGI). Vallei van <strong>de</strong> Steenkesbeek:<br />
nog natuurlijke loop van <strong>de</strong> Steenkesbeek en <strong>de</strong> beem<strong>de</strong>n in het NO <strong>de</strong>el van het landschap<br />
zijn elementen die getuigen van een eeuwenoud verle<strong>de</strong>n.<br />
Vallei ter hoogte van Herselt: op rechter oever vroegere beem<strong>de</strong>nlandschap groten<strong>de</strong>els<br />
ingenomen door opgaand groen (cf. Ferraris, Van<strong>de</strong>rmaelen en MGI) en Kwarekken heeft<br />
herkenbare perceelsstructuur, vroegere beem<strong>de</strong>n zijn nu bos (cf. Ferraris en MGI); op linker<br />
oever valleigron<strong>de</strong>n hebben perceelsvergroting on<strong>de</strong>rgaan (cf. MGI).<br />
Vallei ter hoogte van Varendonk: mooi en zeer gaaf kasteeldomein van Mero<strong>de</strong> (cf. Ferraris<br />
en MGI); hoofdzakelijk gesloten beem<strong>de</strong>nlandschap (cf. MGI). Archeologische vondsten:<br />
Lithisch materiaal en Romeinse site (palen, aar<strong>de</strong>werk, brons en glas) langs <strong>de</strong> Nete ter<br />
hoogte van Netekant; Litisch materiaal, Late-Ijzertijdbewoning, Ijzertijd grafveld te<br />
'Hemelberg' in Oosterlo (groten<strong>de</strong>els in relictzone gelegen gaan<strong>de</strong> van Oosterlo tot Zammel);<br />
lithisch materiaal, lanspunt uit Bronstijd (in 'Lange Zillen') en ou<strong>de</strong> houten brugresten (uit<br />
Nete gehaald) in vallei ter hoogte van Malesbroek;<br />
Esthetische waar<strong>de</strong>:<br />
Dui<strong>de</strong>lijke en grote riviervallei met sterk mean<strong>de</strong>ren<strong>de</strong> rivier en groten<strong>de</strong>els intacte<br />
valleigron<strong>de</strong>n; gesloten karakter van vallei is op diverse plaatsen nog goed bewaard.<br />
Netevallei te Hallaar: esthetische waar<strong>de</strong> wordt bepaald door afwisseling van bossen,<br />
broekbossen, hooilan<strong>de</strong>n, weilan<strong>de</strong>n en akkers, geschei<strong>de</strong>n door houtwallen, houtkanten,<br />
bomenrijen, dreven, beken en grachten; geheel sluit mooi aan bij Netevallei te Itegem in<br />
noor<strong>de</strong>n en te Booischot in zui<strong>de</strong>n. Vallei van <strong>de</strong> Steenkesbeek: esthetische waar<strong>de</strong> wordt<br />
bepaald door homogeniteit van het gehele landschap met open graslan<strong>de</strong>n en akkers,<br />
24
afgewisseld met struwelen, bossen en boomgaar<strong>de</strong>n, met zeer weinig visueel storen<strong>de</strong><br />
elementen.<br />
Beleidswenselijkhe<strong>de</strong>n:<br />
Behoud gesloten karakter van vallei; vrijwaren van bebouwing en ver<strong>de</strong>re versnippering door<br />
infrastructuren.<br />
R10109: Vallei van <strong>de</strong> Wimp:<br />
Verstoring:<br />
Bebouwing in vallei ter hoogte van Leibeek; vallei valt nagenoeg volledig binnen<br />
ruilverkavelingsgebied (RVK Wiekevorst).<br />
Herkenbaarheid: 2<br />
Samenhang: 1<br />
Gaafheid: 2<br />
Historische waar<strong>de</strong>:<br />
Slechts enkele stukken van volledige Wimpvallei komen in aanmerking als relictzone, omdat<br />
<strong>de</strong> vallei sterk ruilverkaveld is (loop van <strong>de</strong> Wimp is tevens gekalibreerd). Vallei ter hoogte<br />
van Herlaar: kasteel reeds bij Ferraris vermeld; toenmalige park- en valleistructuur is nog<br />
dui<strong>de</strong>lijk herkenbaar (ook cf. MGI); ter hoogte van Leibeek komen goed herkenbare bossen<br />
voor, waar structuur van vroeger wegenpatroon nog af te lezen is uit <strong>de</strong> perceelsstructuur (cf.<br />
MGI). Vallei ter hoogte van Vijfhuizen: nog een mean<strong>de</strong>ren<strong>de</strong> loop met herkenbare<br />
perceelsstructuur en gesloten landschap (cf. MGI).<br />
Esthetische waar<strong>de</strong>:<br />
Volledige vallei is zwaar verminkt en onherkenbaar; stukje ter hoogte van Herlaar sluit aan op<br />
vallei van <strong>de</strong> Grote Nete en heeft nog min of meer een gesloten karakter.<br />
R17001: Vallei van <strong>de</strong> Kleine en Grote Laak:<br />
Verstoring:<br />
E313.<br />
Herkenbaarheid: 3<br />
Samenhang: 3<br />
Gaafheid: 3<br />
Wetenschappelijke waar<strong>de</strong>:<br />
Kleinschalige vallei met biologisch waar<strong>de</strong>volle percelen, voornamelijk ter hoogte van <strong>de</strong><br />
Rammelaars (= buiten gebied landschapsstudie), aan <strong>de</strong> zuidzij<strong>de</strong> begrensd door een<br />
Diestiaanheuvelrij..<br />
Historische waar<strong>de</strong>:<br />
Ossebroeken, Ren<strong>de</strong>rshoek, Achter-<strong>de</strong>-Bergen en Swinnebroeken: bij Ferraris en<br />
Van<strong>de</strong>rmaelen dui<strong>de</strong>lijke beem<strong>de</strong>nstructuur en enkele bospercelen; zeer goed herkenbare en<br />
gave perceels- en wegenstructuur met veel restanten opgaan<strong>de</strong> randbegroeiing (cf. MGI);<br />
ge<strong>de</strong>eltelijk verstoord door E313.Kleinschalig valleigebied met natte weilan<strong>de</strong>n, historische<br />
percelering en historisch stabiel bos waarbinnen als relicten te beschouwen zijn : Vallei ter<br />
hoogte van Vorst: dui<strong>de</strong>lijk herkenbare vallei op grens met provincie Vlaams Brabant; goed<br />
herkenbare perceelsstructuur met perceelsrandbegroeiing en bosjes, aansluitend op Wetsberg-<br />
Baelberg (bosrestanten die heuvelrug accentueren) (cf. MGI).<br />
25
Vallei ter hoogte van Veerle: beboste beem<strong>de</strong>n met herkenbare structuur, rechte dreven in<br />
westelijk <strong>de</strong>el vallei en cultuurland met restanten opgaan<strong>de</strong> begroeiing (cf. MGI);<br />
basisstructuur vallei gaat terug tot Ferraris.<br />
Oversteense Hei<strong>de</strong> en Bulkenberg: bij Ferraris hei<strong>de</strong> ('Olmse hei<strong>de</strong>'); bij Van<strong>de</strong>rmaelen hei<strong>de</strong><br />
in ontginning; wegenpatroon is herkenbaar en gaaf, talrijke bosrestanten en dreven,<br />
landbouwpercelen hebben schaalvergroting on<strong>de</strong>rgaan (cf. MGI). Vallei van <strong>de</strong> Do<strong>de</strong> Beek ter<br />
hoogte van Kanaal Dessel-Schoten: bij Ferraris en Van<strong>de</strong>rmaelen groot beem<strong>de</strong>ngebied;<br />
herkenbare langgerekte perceelsstructuur met restanten randbegroeiing en bosjes (gesloten<br />
karakter). (= buiten gebied)<br />
Esthetische waar<strong>de</strong>:<br />
Dui<strong>de</strong>lijk aflijnbare vallei met gesloten uitzicht en herkenbare beem<strong>de</strong>nstructuur.<br />
Beleidswenselijkhe<strong>de</strong>n:<br />
Vrijwaren van bebouwing en schaalvergroting.Behoud van <strong>de</strong> historische percelering langs <strong>de</strong><br />
Grote Laak<br />
3. Zui<strong>de</strong>rkempen van Lier<br />
Relictzone R10113<br />
R10113: Open akkergebied Bernum – Buggenein<strong>de</strong> - Locht:<br />
Verstoring:<br />
Toenemen<strong>de</strong> bebouwing langsheen wegen.<br />
Herkenbaarheid: 2<br />
Samenhang: 2<br />
Gaafheid: 2<br />
Historische waar<strong>de</strong>:<br />
Bruggenein<strong>de</strong>: relatief gaaf wegenpatroon en perceelsstructuur (cf. MGI); gesloten uitzicht<br />
door perceelsrandbegroeiing en bosjes (cf. MGI). Grote en Kleine Zaartloop: gesloten<br />
landschap zoals bij Ferraris; herkenbare perceelsstructuur en wegenpatroon (cf. MGI);<br />
hoeveelheid bos is afgenomen (cf. Van<strong>de</strong>rmaelen); toename bebouwing langsheen wegen.<br />
Kenmerkend voor hogergelegen gron<strong>de</strong>n nabij Hallaar en te Vossekoten en Wieshagen zijn <strong>de</strong><br />
kleinere percelen, geschei<strong>de</strong>n door houtwallen, houtkanten en dreven.<br />
Esthetische waar<strong>de</strong>:<br />
Hogergelegen en gesloten akkerland grenzend aan vallei van <strong>de</strong> Grote Nete.<br />
Beleidswenselijkhe<strong>de</strong>n:<br />
Vrijwaren van ruilverkavelingswerken en bebouwing.<br />
4. Demerland<br />
Relictzones R10134, R20101, R27002<br />
R10134: Bos- en beem<strong>de</strong>ncomplex Houtvenne, Herselt en Veerle:<br />
(zeer uitgestrekte relictzone, bestaan<strong>de</strong> uit verschei<strong>de</strong>ne kleine <strong>de</strong>elzones in het westen<br />
(enkele buiten perimeter) en twee zeer grote <strong>de</strong>elzones tussen Herselt en <strong>de</strong> Grote Nete en<br />
(ongeveer) tussen Herselt, Langdonken en Veerle.<br />
Verstoring:<br />
Tuinbouw en bebouwing rond dorpskernen en verspreid over relictzone.<br />
26
Herkenbaarheid: 3<br />
Samenhang: 3<br />
Gaafheid: 3<br />
Wetenschappelijke waar<strong>de</strong>:<br />
Goor: laagveengebied.<br />
Historische waar<strong>de</strong>:<br />
Scheiloop - Steenkensloop: beem<strong>de</strong>nlandschap met bosrestanten (cf. Ferraris en MGI),<br />
wegenpatroon relatief gaaf en verspei<strong>de</strong> bebouwing (cf. MGI); oprukken<strong>de</strong> tuinbouw doet<br />
vroegere uitzicht verdwijnen. Het Goor en <strong>de</strong> Hei: bij Ferraris hei<strong>de</strong> van Meerbeek; bij<br />
Van<strong>de</strong>rmaelen eerste aanzet ontginning van hei<strong>de</strong> en bezui<strong>de</strong>n gelegen goor; herkenbare<br />
ontginningsstructuur, vnl. bebost met enkele open stukken (cf. MGI); versprei<strong>de</strong> bebouwing<br />
neemt echter toe. Prinsenbos en Raambroekse Bossen: respectievelijk bosrestanten uit tijd van<br />
Ferraris en Van<strong>de</strong>rmaelen, met daarop aansluitend gesloten beem<strong>de</strong>nlandschap met relatief<br />
gave perceelsstructuur (cf. Ferraris en MGI) en gesloten bosgebied (restanten) met herkenbare<br />
structuur (cf. Ferraris en MGI). Houtvenne: gesloten beem<strong>de</strong>nlandschap met bosrestanten (cf.<br />
Ferraris, Van<strong>de</strong>rmaelen en MGI) en versprei<strong>de</strong> bebouwing; vnl. in noor<strong>de</strong>n tuinbouw.<br />
Kleiputten Ramsel: herkenbare, doch niet meer zo gave structuur (cf. MGI). Peerdsloop:<br />
beem<strong>de</strong>nlandschap met bosrestanten en an<strong>de</strong>re opgaan<strong>de</strong> begroeiing (gesloten karakter) (cf.<br />
MGI). Ramselse Berg: relatief gave en herkenbare bosrestanten (cf. Van<strong>de</strong>rmaelen en MGI)<br />
ingesloten door bebouwing. Meersels Bos: langsheen Calsterloop of Herseltsebeek gelegen<br />
bosrestanten als uitloper van Meersels Bos in Vlaams-Brabant (cf. MGI). Langdonken: bij<br />
Ferraris hei<strong>de</strong> (Langh Donck); bij Van<strong>de</strong>rmaelen aanzet bebossing; herkenbare en relatief<br />
gave ontginningsstructuur (cf. MGI); toenemen<strong>de</strong> bebouwing; grenzend aan Herseltsebeek<br />
(provinciegrensoverschrij<strong>de</strong>nd). Hertberg - Groen Heuvel (MGI): bij Ferraris reeds bosgebied,<br />
goed herkenbare en gave structuur (cf. Van<strong>de</strong>rmaelen en MGI) echter aan ran<strong>de</strong>n aangetast<br />
door verkavelingen en versprei<strong>de</strong> bebouwing; gesloten cultuurland met versprei<strong>de</strong><br />
bebouwing, herkenbare wegenstructuur en schaalvergrote percelen (cf. MGI). Ro<strong>de</strong> Laak: bij<br />
Ferraris grote stukken beem<strong>de</strong>nlandschap met daarop aansluitend akker- en weiland met<br />
perceelsrandbegroeiing; toenmalige beem<strong>de</strong>n zijn nu bebost (althans ter hoogte van<br />
Varendonk en Helschot); herkenbare perceelsstructuur, relatief gaaf wegenpatroon en<br />
restanten perceelsrandbegroeiing (cf. MGI); bebouwing ter hoogte van Veerle en Heiein<strong>de</strong> is<br />
toegenomen. Kapittelberg - Molenberg: bosrestanten en opgaan<strong>de</strong> begroeiing met herkenbaar<br />
wegenpatroon (cf. MGI). Herseltsebeek (= Kalsterloop): ter hoogte van Blauwberg<br />
bosrestanten, herkenbare structuur, doch aangetast door bebouwing (cf. Van<strong>de</strong>rmaelen en<br />
MGI); ter hoogte van Varentwinkel relatief gave beem<strong>de</strong>nstructuur, kleine visvijvertjes en<br />
overwegend gesloten uitzicht (cf. MGI), bebouwing neemt toe.<br />
Esthetische waar<strong>de</strong>:<br />
Verspreid liggen<strong>de</strong> beboste gebie<strong>de</strong>n, dikwijls geassocieerd met reliëf, met daarop aansluitend<br />
beem<strong>de</strong>n; dikwijls opvallen<strong>de</strong> overgang in landschap.<br />
Beleidswenselijkhe<strong>de</strong>n:<br />
Vrijwaren van ver<strong>de</strong>re bebouwing.<br />
R20101: Molenberg:<br />
Verstoring: /<br />
Herkenbaarheid: 2<br />
Samenhang: 1<br />
Gaafheid: 1<br />
27
Historische waar<strong>de</strong>:<br />
De Molenberg (behalve <strong>de</strong> top rond <strong>de</strong> molen) werd na Ferraris met naaldbomen bebost. De<br />
percelen bos wijzig<strong>de</strong>n geduren<strong>de</strong> <strong>de</strong> perio<strong>de</strong>. Het Eekelbos was ten tij<strong>de</strong> van Ferraris een bos<br />
maar is nadien een naaldbos gewor<strong>de</strong>n waarvan <strong>de</strong> percelen ook wijzig<strong>de</strong>n.<br />
R27002: Diestiaanruggen ten noordoosten van Diest:<br />
Verstoring:<br />
Bebouwing op <strong>de</strong> getuigenheuvels (villegiatuur en weekendhuisjes) vormen een probleem.<br />
Intensieve recreatie (mountainbike, .)<br />
Herkenbaarheid: 3<br />
Samenhang: 2<br />
Gaafheid: 2<br />
Wetenschappelijke waar<strong>de</strong>:<br />
De ruggen bepalen zeer nadrukkelijk het landschap van het Hageland. Het diestiaan speel<strong>de</strong><br />
een belangrijke rol in <strong>de</strong> architectuur als leverancier van <strong>de</strong> donkere ijzerzandsteen. Ze is nog<br />
terug te vin<strong>de</strong>n in heel wat ou<strong>de</strong> gebouwen in <strong>de</strong> streek.e relictzone heeft een belangrijke<br />
geomorfologische waar<strong>de</strong>. Ze omvat immers twee evenwijdige, noordoost-zuidwest<br />
georiënteer<strong>de</strong>, rijen getuigenheuvels, voormalige zandbanken voor <strong>de</strong> kust van <strong>de</strong><br />
Diestiaanzee.<br />
Historische waar<strong>de</strong>:<br />
Ten tij<strong>de</strong> van Ferraris waren <strong>de</strong> bossen op <strong>de</strong> toppen van <strong>de</strong> diestiaanruggen vaak reeds<br />
versnipperd. Vaak wer<strong>de</strong>n <strong>de</strong> bossen gerooid om akkers aan te leggen. Hooilandse Berg:al<br />
van voor Ferraris permanent bebost, met enkel aan <strong>de</strong> rand naaldbomen. Busselenberg: was<br />
steeds (sinds F.) een kouter landschap geweest met her en <strong>de</strong>r een paar percelen bos. De<br />
laatste 50 jaar wel enige lintbebouwing. Rauwberg-Kelbergen-Engelbeek-Veldbeek: <strong>de</strong><br />
weinige percelen bos waren ten tij<strong>de</strong> van Ferraris reeds bos zij het dat er toen meer bos was.<br />
De perceelsvormen zijn behou<strong>de</strong>n gebleven, <strong>de</strong> perceelsrandbegroeiing is wel verdwenen.<br />
Omwal<strong>de</strong> site "Wallehoeve". Het wegenpatroon is sinds Ferraris ongewijzigd, er liggen een<br />
aantal holle wegen. Hertenro<strong>de</strong> Bos: Tot na Van <strong>de</strong>r Maelen 1 groot aanéén gesloten bos, ten<br />
tij<strong>de</strong> van MGI min<strong>de</strong>r bos dan nu.<br />
Esthetische waar<strong>de</strong>:<br />
De ruggen bepalen zeer nadrukkelijk het landschap van het Hageland. Vaak zijn het <strong>de</strong> meest<br />
groene plaatsen door hun bebossing begroei<strong>de</strong> taluds en holle wegen. Zij zorgen dan ook voor<br />
heel wat diversiteit dat nog versterkt wordt door haar topografie.<br />
Beleidswenselijkhe<strong>de</strong>n:<br />
On<strong>de</strong>rhoud van <strong>de</strong> KLE en eventueel heraanplanten.<br />
5. Diestiaanrug van Averbo<strong>de</strong><br />
Relictzones R12701, R20061, R20062, R20100<br />
R12701: Averbo<strong>de</strong>bos:<br />
Verstoring:<br />
Het oostelijk <strong>de</strong>el is aangetast door verkavelingen en recreatie-infrastructuur.<br />
Herkenbaarheid: 3<br />
28
Samenhang: 3<br />
Gaafheid: 3<br />
Wetenschappelijke waar<strong>de</strong>:<br />
In <strong>de</strong> omgeving van Averbo<strong>de</strong> begon <strong>de</strong> aanplanting van naaldbomen veel vroeger dan <strong>de</strong> rest<br />
van <strong>de</strong> Kempen, dit on<strong>de</strong>r invloed van <strong>de</strong> Kempen.Het groot stuifzandcomplex<br />
Averbo<strong>de</strong>hei<strong>de</strong> en <strong>de</strong> getuigenheuvels (zandbanken in <strong>de</strong> voormalige Diestiaanzee)<br />
Houterenberg en Ro<strong>de</strong>nberg hebben een belangrijke geomorfologische waar<strong>de</strong>.<br />
Historische waar<strong>de</strong>:<br />
De omgeving van <strong>de</strong> abdij is <strong>de</strong> laatste 230 jaar weinig gewijzigd. Ten Noordwesten van het<br />
huidige Averbo<strong>de</strong> bos zijn er na F. een aantal hectaren bos omgezet in wei<strong>de</strong>n die later<br />
bebouwd wer<strong>de</strong>n.Bos van abdij van Averbo<strong>de</strong>: gave en herkenbare bosstructuur (cf. Ferraris);<br />
uitgestrekt (provinciegrensoverschrij<strong>de</strong>nd) en aansluitend op ankerplaats in Vlaams-<br />
Brabant.De relictzone is rijk aan ne<strong>de</strong>rzettingen en grafvel<strong>de</strong>n uit <strong>de</strong> Metaaltij<strong>de</strong>n.<br />
Schapendries is niet meer zo gaaf dan het Averbo<strong>de</strong>bos doordat er hier bebouwing is. Reeds<br />
ten tij<strong>de</strong> van Ferraris was het min<strong>de</strong>r bebost en bestond het hoofdzakelijk uit akker. Averbo<strong>de</strong><br />
Hei<strong>de</strong>: was reeds ten tij<strong>de</strong> van Ferraris <strong>de</strong>els naaldbos, <strong>de</strong>els hei<strong>de</strong> die nadien bebost werd.<br />
Van het tiental vijvers zijn er heel wat drooggelegd na Van <strong>de</strong>r Maelen. In <strong>de</strong> loop van <strong>de</strong><br />
laatste 50 jaar is er 1 vijver terug aangelegd zij het met een an<strong>de</strong>re vorm.<br />
Esthetische waar<strong>de</strong>:<br />
Een mooi uitgestrekt bos, uniek voor <strong>de</strong>ze regio.On<strong>de</strong>r<strong>de</strong>el van uitgestrekt abdijbos<br />
geassocieerd met reliëf en opvallend in landschap.<br />
Sociaal-culturele waar<strong>de</strong>:<br />
Zeer belangrijk recreatiegebied.<br />
Beleidswenselijkhe<strong>de</strong>n:<br />
Tegengaan verste<strong>de</strong>lijking door weekendhuisjes. Omvorming naar meer natuurgericht<br />
bosbeheer. Stuifzan<strong>de</strong>n beschermen tegen overmatige betreding.<br />
R20061: Kasterloop – Herseltse Beek:<br />
(Relictzone bestaan<strong>de</strong> uit drie <strong>de</strong>elgebie<strong>de</strong>n, waarvan 1 verkeer<strong>de</strong>lijk ‘R10061’ genoemd<br />
wordt. Kalsterloop loopt ook door in relictzone 10134.)<br />
Verstoring:/<br />
Herkenbaarheid: 1<br />
Samenhang: 1<br />
Gaafheid: 2<br />
Wetenschappelijke waar<strong>de</strong>:<br />
Van groot bio-ecologisch belang.<br />
Historische waar<strong>de</strong>:<br />
Meertsels: Een overgebleven <strong>de</strong>el van het vroegere "Graevenbosch" (F.).met langsheen <strong>de</strong><br />
Kasterloop een restant van het beem<strong>de</strong>nlandschap. Blakers-Wevels: langgerekte percelen<br />
dwars op <strong>de</strong> Herseltse beek zijn bewaard gebleven. De perceelsrandbegroeiing is groten<strong>de</strong>els<br />
verdwenen. De moerassen zijn na F. drooggelegd en in wei<strong>de</strong>n omgezet. Veel percelen hei<strong>de</strong><br />
wer<strong>de</strong>n omgezet in bossen vnl. naaldbossen. Reeds vroeg (cf. Ferraris)) versprei<strong>de</strong> bewoning.<br />
Kastersbos (=Kalstersbos op topo): "historisch" bos waar reeds 230 jaar terug percelen<br />
wei<strong>de</strong>n tussen lagen, maar <strong>de</strong> plaats van <strong>de</strong> wei<strong>de</strong>n is <strong>de</strong>els gewijzigd.<br />
Beleidswenselijkhe<strong>de</strong>n:<br />
Heraanplanten en on<strong>de</strong>rhoud van perceelsrandbegroeiing.<br />
29
R20062: Ro<strong>de</strong> Berg – Steenheuvels – Molenhei<strong>de</strong> - Meetshoven:<br />
(Bestaat uit drie <strong>de</strong>elgebie<strong>de</strong>n ten noor<strong>de</strong>n van <strong>de</strong> Demervallei tussen Aarschot en Testelt).<br />
Verstoring:/<br />
Herkenbaarheid: 2<br />
Samenhang: 2<br />
Gaafheid: 2<br />
Historische waar<strong>de</strong>:<br />
Ten tij<strong>de</strong> van Ferraris bestond het landschap op <strong>de</strong> Diestiaanrug hoofdzakelijk uit hei<strong>de</strong> met<br />
hier en daar een naaldbos. Nadien verdween <strong>de</strong> hei<strong>de</strong> meer en meer ten gunste van <strong>de</strong><br />
naaldbossen, ook bepaal<strong>de</strong> landbouwgebie<strong>de</strong>n ( <strong>de</strong> armste akkers) wer<strong>de</strong>n bebost. Op <strong>de</strong> rug<br />
was <strong>de</strong> bewoning versprei<strong>de</strong> in kleine concentraties. De akkers liggen in een compartimenten<br />
landschap dat vorm kreeg door <strong>de</strong> perceelsrandbegroeiing rond <strong>de</strong> vaak kleine percelen akker<br />
(<strong>de</strong> grootte ervan nam <strong>de</strong> laatste 50 jaar wel toe). Deze zijn nog op verschillen<strong>de</strong> plaatsen te<br />
herkennen. Goor: Historisch omwal<strong>de</strong> hoeve Vennenhof ligt nog in haar oorspronkelijk<br />
landschap (cf. Ferraris). Ro<strong>de</strong> Berg: pas na MGI werd <strong>de</strong> heuvel volledig bebost, het is één<br />
van <strong>de</strong> weinige heuvels die niet verkaveld is. Meetshoven: het dreven landschap bestond reeds<br />
ten tij<strong>de</strong> van Ferraris, het naaldbos ontstond door aanplanting op hei<strong>de</strong>.<br />
Esthetische waar<strong>de</strong>:<br />
Wijds overzicht over het Hageland.<br />
Beleidswenselijkhe<strong>de</strong>n:<br />
Vrijwaren van bebouwing en herstel van <strong>de</strong> hei<strong>de</strong>vegetaties.<br />
R20100: Arendschot - Ekelenberg:<br />
(Twee van elkaar geschei<strong>de</strong>n relictzones)<br />
Verstoring:/<br />
Herkenbaarheid: 3<br />
Samenhang: 3<br />
Gaafheid: 3<br />
Historische waar<strong>de</strong>:<br />
Bepaal<strong>de</strong> <strong>de</strong>len van het landschap waren ten tij<strong>de</strong> van Ferraris nog hei<strong>de</strong> die nadien omgezet<br />
werd naar naaldbos. Arendschot: landschap niet meer gewijzigd sinds MGI, t.t.v. Ferraris was<br />
dit 1 grote hei<strong>de</strong>, nadien (cf. V.d.M.) werd het kasteel en <strong>de</strong> omwal<strong>de</strong> hoeve gebouwd. De<br />
dreven, <strong>de</strong> perceelsvormen en het bo<strong>de</strong>mgebruik zijn behou<strong>de</strong>n gebleven. Ekelenberg-Het<br />
Zand: t.t.v. F. reeds bebost (enkel <strong>de</strong> heuvel zelf), na MGI versprei<strong>de</strong> bewoning. De<br />
noor<strong>de</strong>lijke zij<strong>de</strong> van Zwart Water pas na V.d.M. bebost. Eiland-Prinsenbos: T.t.v. F. hei<strong>de</strong>,<br />
nadien (V.d.M.) 1 uitgestrekt bos daarna perceelsgewijs gerooid. Sindsdien weinig gewijzigd<br />
qua perceelsvorm en landgebruik, wel versprei<strong>de</strong> bewoning bijgekomen. Dassenaar<strong>de</strong>:<br />
Ferraris volledig bebost, V.d.M. <strong>de</strong>els ontbost en omgezet naar akkerland, MGI Deels herbost<br />
(in <strong>de</strong> beem<strong>de</strong>n populier). Asdonk: sinds Ferraris weinig gewijzigd, enkel <strong>de</strong> natte zone tegen<br />
het Zwart Water, bij hoeve "Klein Asdonk", werd bebost sinds begin <strong>de</strong>ze eeuw.<br />
Esthetische waar<strong>de</strong>:<br />
Asdonk: een merkwaardig drevenlandschap in <strong>de</strong>ze omgeving.<br />
30
Hageland<br />
6. Zandig Hageland<br />
Relictzones R20065, R20066, R20105<br />
R20065: Hellingsbossen van Noord-Haspengouw:<br />
(Gor<strong>de</strong>l van relatief kleine relictzones die in een boog ten zui<strong>de</strong>n van Aarschot liggen. De<br />
meeste van <strong>de</strong>ze zones liggen buiten onze perimeter).<br />
Verstoring:<br />
Vaak zijn <strong>de</strong> hellingsbossen verkaveld. Kloesebos: R25<br />
Herkenbaarheid: 2<br />
Samenhang: 1<br />
Gaafheid: 2<br />
Wetenschappelijke waar<strong>de</strong>:<br />
Vaak komen in <strong>de</strong>ze restbossen nog zeldzame vegetaties voor. Doordat <strong>de</strong> tertiaire<br />
on<strong>de</strong>rgrond hier vaak dagzoomt geeft dit vaak een aparte vegetatie. Op sommige plaatsen<br />
komt er als on<strong>de</strong>rgroei nog hei<strong>de</strong>vegetatie voor, el<strong>de</strong>rs werd <strong>de</strong> tot in <strong>de</strong> 19<strong>de</strong> eeuw hier<br />
veelvuldig voorkomen<strong>de</strong> hei<strong>de</strong> hersteld. Paleolithische en Mesolithische vondsten.<br />
Historische waar<strong>de</strong>:<br />
Konijnenberg:Van op <strong>de</strong> heuvel loopt parallel met <strong>de</strong> beek enkel taluds door <strong>de</strong> mens<br />
aangelegd. De noor<strong>de</strong>lijke zij<strong>de</strong> van <strong>de</strong> berg was 20 jaar terug ook bebost;<br />
Waaiberg: was ten tij<strong>de</strong> van Ferraris hei<strong>de</strong>, werd nadien ontgonnen maar sinds begin <strong>de</strong><br />
twintigste eeuw werd het perceelsgewijs bebost waardoor het een versnipper<strong>de</strong> indruk geeft.<br />
(Buiten gebied):Verspreid over het Hageland liggen er op <strong>de</strong> steile ran<strong>de</strong>n van <strong>de</strong><br />
Diestiaanruggen restanten van grote bossen die vaak <strong>de</strong> hele rug omvatten ten tij<strong>de</strong> van<br />
Ferraris. In noor<strong>de</strong>lijk Hageland waren zij op hun beurt restanten van het Kolenbos dat in<br />
noor<strong>de</strong>lijk Hageland tot voor 1100 quasi ongerept was (cf. toponiemen). De bossen wer<strong>de</strong>n in<br />
het zui<strong>de</strong>n van Het Hageland veel vroeger gerooid omdat ze op een vruchtbare bo<strong>de</strong>m<br />
ston<strong>de</strong>n. Hasenberg: tussen V.d.M. en begin 1900 volledig ontbost op <strong>de</strong> steilste hellingen na.<br />
De bebouwing kwam nadien. Konijnenberg:Van op <strong>de</strong> heuvel loopt parallel met <strong>de</strong> beek<br />
enkel taluds door <strong>de</strong> mens aangelegd. De noor<strong>de</strong>lijke zij<strong>de</strong> van <strong>de</strong> berg was 20 jaar terug ook<br />
bebost. Tienbun<strong>de</strong>rbos: het restant van het grote bos t.t.v. F. werd door <strong>de</strong> aanlag van <strong>de</strong> A2<br />
nog eens opge<strong>de</strong>eld. Montenakenbos: restanten van het grote "Montenakenbos" Dat geheel<br />
het gehucht omvatte en waarvan er nog meer<strong>de</strong>r resten rond het gehucht verspreid liggen. Dit<br />
is het grootste restant. Mostingbos-Peperbos-Kaaskorf:Begin twintigste eeuw was 3/4 van het<br />
bos gerooid, <strong>de</strong> rest van het bos was erg versnipperd. Nadien is het aantal percelen bos terug<br />
toegenomen waardoor terug een groter aaneengesloten bos onstond met daar rond nog enkele<br />
losse percelen bos. Houwaertsberg: <strong>de</strong> flanken van <strong>de</strong> "berg" waren tot V.d.M. bebost. Begin<br />
twintigste eeuw waren er nog enkele percelen bos. Tussen <strong>de</strong> akkers lagen/liggen taluds en<br />
holle wegen. Hertogenbos-Kloesebos: Tot na V.d.M. bos met mid<strong>de</strong>nin wat hei<strong>de</strong>, nadien<br />
werd het door perceelsgewijze rooiing volledig versnipperd. De schaapsvijver wijzig<strong>de</strong><br />
geduren<strong>de</strong> <strong>de</strong> 230 laatste jaren van ligging en vorm en stond perio<strong>de</strong>n droog. Eikelberg: T.t.v.<br />
F. hei<strong>de</strong>, nadien bebost. De bewoning nam aanvang vanaf begin <strong>de</strong> twintigste eeuw.<br />
Lie<strong>de</strong>berg:Volledig bebost tot na V.d.M., nadien perceelsgewijs gerooid en omgezet naar<br />
akker, na WOII aan <strong>de</strong> noor<strong>de</strong>lijke zij<strong>de</strong> een verkaveling. Na 1965 wer<strong>de</strong>n nog bepaal<strong>de</strong> <strong>de</strong>len<br />
gerooid, an<strong>de</strong>re <strong>de</strong>len wer<strong>de</strong>n terug aan geplant. Benninksberg-Kratenberg: wegen over <strong>de</strong><br />
31
Benninksberg dateren van <strong>de</strong> laatste 50 jaar. De zui<strong>de</strong>lijke hellingen van <strong>de</strong> Kratenberg<br />
behield haar bebossing en haar begroei<strong>de</strong> taluds, meer naar het oosten van <strong>de</strong> helling is <strong>de</strong><br />
zone meer aangetast door bebouwing en bebossing. Wijngaardberg: was tot na V.d.M. bebost,<br />
nadien werd <strong>de</strong> top gerooid en wer<strong>de</strong>n er boomgaar<strong>de</strong>n (laagstam) op geplant. Op <strong>de</strong> top van<br />
<strong>de</strong> wijngaard berg staat een kilometerlange muur ter bescherming van het fruit. (aan<br />
noor<strong>de</strong>lijke zij<strong>de</strong> een verlaten Diestiaangroeve) Waaiberg: was ten tij<strong>de</strong> van Ferraris hei<strong>de</strong>,<br />
werd nadien ontgonnen maar sinds begin <strong>de</strong> twintigste eeuw werd het perceelsgewijs bebost<br />
waardoor het een versnipper<strong>de</strong> indruk geeft.<br />
Esthetische waar<strong>de</strong>:<br />
Van op <strong>de</strong> vaak ongerepte diestiaanruggen en <strong>de</strong> hellingen heeft men in een beboste<br />
omgeving een panoramisch uitzicht. Tevens zorgen <strong>de</strong> bossen op <strong>de</strong> hellingen voor een<br />
variatie in het landschap. Op <strong>de</strong> hellingen lopen vaak nog holle wegen met een grote planten-<br />
en bloemenrijkdom.<br />
Beleidswenselijkhe<strong>de</strong>n:<br />
Behoud van <strong>de</strong> hellingsbossen en uitbreiding van het bosareaal. On<strong>de</strong>rhoud van <strong>de</strong> holle<br />
wegen, niet asfalteren en behoud van <strong>de</strong> taluds.<br />
R20066: Dikkenbos:<br />
(Ligt eveneens in <strong>de</strong> gor<strong>de</strong>l van relictzones 20065, maar is geen hellingbos.)<br />
Verstoring:/<br />
Herkenbaarheid: 1<br />
Samenhang: 2<br />
Gaafheid: 2<br />
Historische waar<strong>de</strong>:<br />
Dit alluvium was ten tij<strong>de</strong> van Ferraris bebost met naald-en loofbomen. De tussenliggen<strong>de</strong><br />
akkers en wei<strong>de</strong>n waren toen 1 uitgestrekte hei<strong>de</strong>.<br />
Beleidswenselijkhe<strong>de</strong>n:<br />
Herbebossing waardoor <strong>de</strong> versnippering verdwijnt.<br />
R20105: Negentien<strong>de</strong> eeuwse ver<strong>de</strong>digingsgor<strong>de</strong>l van Diest<br />
Verstoring:/<br />
Herkenbaarheid: 2<br />
Samenhang: 2<br />
Gaafheid: 2<br />
Wetenschappelijke waar<strong>de</strong>:<br />
Geeft een i<strong>de</strong>e van <strong>de</strong> 18-19<strong>de</strong> eeuwse ver<strong>de</strong>digingsarchitectuur van een stad<br />
Historische waar<strong>de</strong>:<br />
Reeds van in <strong>de</strong> mid<strong>de</strong>leeuwen had Diest een uitgebrei<strong>de</strong> ver<strong>de</strong>digingsgor<strong>de</strong>l die tot begin<br />
<strong>de</strong>ze eeuw operationeel was. Bepaal<strong>de</strong> <strong>de</strong>len zijn nog militair domein. Lazarijeberg: enkel het<br />
<strong>de</strong>el aan <strong>de</strong> westelijke zij<strong>de</strong> van <strong>de</strong> heuvel is niet gewijzigd door militaire infrastructuur. Het<br />
gebied rond het Fort van Leopold (na Ferraris gebouwd) is bebost na V.d.M. Cita<strong>de</strong>l: reeds<br />
ten tijd van Ferraris stond hier een fort dat begin 19<strong>de</strong> eeuw (cf. V.d.M.) vernieuwd werd en<br />
aangepast aan <strong>de</strong> toenmalige ver<strong>de</strong>digingstechnieken. De 5-puntige ver<strong>de</strong>digingsvorm is nog<br />
32
dui<strong>de</strong>lijk in het landschap te herkennen. Nadien werd <strong>de</strong> onmid<strong>de</strong>llijke omgeving van <strong>de</strong><br />
cita<strong>de</strong>l bebost. Een <strong>de</strong>el van <strong>de</strong> omwalling van <strong>de</strong> stad vormt nog steeds <strong>de</strong> rand van <strong>de</strong> stad.<br />
Esthetische waar<strong>de</strong>:<br />
Vormt een groene ring omheen <strong>de</strong> stad<br />
Beleidswenselijkhe<strong>de</strong>n:<br />
Opstellen van een beheers- en inrichtingsplan.<br />
7. Demervallei<br />
Relictzone R20064<br />
R20064: Demervallei Vlaams-Brabant:<br />
(Deze relictzone bestaat uit 2 afzon<strong>de</strong>rlijke <strong>de</strong>len. Een eerste grote <strong>de</strong>el tussen Aarschot en<br />
Diest en een twee<strong>de</strong> ten Oosten, Zuid-oosten van Diest).<br />
Verstoring:<br />
Herkenbaarheid: 3<br />
Samenhang: 3<br />
Gaafheid: 3<br />
Wetenschappelijke waar<strong>de</strong>:<br />
Het is <strong>de</strong> meest oostelijke uitloper van <strong>de</strong> Vlaamse Vallei. De Demervallei heeft een<br />
uitgestrekt beem<strong>de</strong>nlandschap met heel wat biologische potenties me<strong>de</strong> door <strong>de</strong> afgesne<strong>de</strong>n<br />
mean<strong>de</strong>rs (coupures- <strong>de</strong> oudste nog bestaan<strong>de</strong> van circa 1750) en het patroon van fossiele<br />
mean<strong>de</strong>rs. De fossiel mean<strong>de</strong>rs met vaak rivierduinen in <strong>de</strong> buurt zorgen voor een grote<br />
bo<strong>de</strong>mkundige variatie (kleigron<strong>de</strong>n, laagveen, zandige duinen)die zich vertaalt in een fauna<br />
en flora diversiteit(voedselrijke-, verlandings- en graslandvegetaties, struweel, droge hei<strong>de</strong> en<br />
bosbiotopen). Er bevin<strong>de</strong>n zich tevens halfnatuurlijke vegatiecomplexen in <strong>de</strong> ou<strong>de</strong> en steeds<br />
zelzamer wor<strong>de</strong>n<strong>de</strong> hooilan<strong>de</strong>n. Zeer belangrijke ecologische hoofdstructuur. De donken<br />
waren in <strong>de</strong> steentijd reeds in occupatie. In het landschap zijn er nog ou<strong>de</strong> turfputten merkbaar<br />
in het landschap. Vondsten uit <strong>de</strong> steentijd.<br />
Historische waar<strong>de</strong>:<br />
Ten tij<strong>de</strong> van Feraris was <strong>de</strong> vallei één uitgestrekte beem<strong>de</strong> met slechts aan <strong>de</strong> rand<br />
perceelsrandbegroeiing. De op<strong>de</strong>ling van <strong>de</strong> grote beem<strong>de</strong>n rond <strong>de</strong> Demer gebeur<strong>de</strong> pas na<br />
Van <strong>de</strong>r Maelen. Na 1948 wer<strong>de</strong>n <strong>de</strong> beem<strong>de</strong>n op grotere schaal omgezet in<br />
populieraanplantingen. Sommige <strong>de</strong>len langs <strong>de</strong> Demer bestaan uit 4/5 populieraanplantingen,<br />
struweel en opgaand struikgewas. Langsheen <strong>de</strong> Demer liggen er tal van afgesne<strong>de</strong>n<br />
mean<strong>de</strong>rs. Kraanrijk: Slechts een klein <strong>de</strong>el is nog hei<strong>de</strong>, ten tij<strong>de</strong> van Ferraris was het nog<br />
één groot hei<strong>de</strong>gebied, nadien werd het groten<strong>de</strong>els omgezet in weiland met<br />
perceelsrandbegroeiing dat op haar beurt groten<strong>de</strong>els werd omgezet in populieraanplantingen.<br />
De vijver/plassen dateren van na V.d.M., <strong>de</strong> kleinste zijn het recentst. (cf. MGI)<br />
(Turfputten?). Molenste<strong>de</strong>: De perceelsrandbegroeiing is <strong>de</strong>els bewaard en een <strong>de</strong>el van het<br />
bos is recent (na MGI). De omgeving van Remakshoeve sinds MGI niet meer gewijzigd.<br />
Esthetische waar<strong>de</strong>:<br />
Een uitgestrekt landschap met bomenrijen en natte bossen, mean<strong>de</strong>rcoupures, rivierduinen en<br />
fossiele mean<strong>de</strong>rs die voor variatie zorgen. Het alluvium ligt tussen relatief steile vallei-<br />
hellingen.<br />
Beleidswenselijkhe<strong>de</strong>n:<br />
Verhogen van waterkwaliteit, geen vergravingen toelaten en <strong>de</strong> populieraanplantingen<br />
33
eperken door <strong>de</strong> hooilan<strong>de</strong>n te bewaren. Waterbeheersingswerken meer afstemmen op <strong>de</strong><br />
ecologische facetten van <strong>de</strong> vallei<br />
8. Vallei van <strong>de</strong> Grote Beek<br />
Relictzone R27001<br />
R27001: Vallei van Zwart Water, Grote-, Kleine- en Mid<strong>de</strong>lbeek:<br />
Verstoring:<br />
Sterke verstoring van <strong>de</strong> landschappelijke belevingswaar<strong>de</strong> door Tessen<strong>de</strong>rlo Chemie.<br />
Herkenbaarheid: 2<br />
Samenhang: 2<br />
Gaafheid: 2<br />
Wetenschappelijke waar<strong>de</strong>:<br />
Een broekgebied met talrijk aantal vijvers/plassen die een hoog fauna en flora diversiteit<br />
garan<strong>de</strong>ren.<br />
Historische waar<strong>de</strong>:<br />
In <strong>de</strong> beem<strong>de</strong>n verschenen <strong>de</strong> populieraanplantingen pas op een nadrukkelijke wijze na Van<br />
<strong>de</strong>r Maelen, voorheen waren het hoofdzakelijk natte wei<strong>de</strong>n met perceelsrandbegroeiing en op<br />
<strong>de</strong> wat drogere plaatsen akkerlan<strong>de</strong>n hier en daar een perceel bos. Daar waar <strong>de</strong> wei<strong>de</strong>n en<br />
akkers niet wer<strong>de</strong>n omgezet in populieraanplantingen is er vaak nog heel wat gebied op <strong>de</strong><br />
Ferrariskaart relatief goed herkenbaar met weilan<strong>de</strong>n met historisch stabiele percelering in <strong>de</strong><br />
vallei van <strong>de</strong> Winterbeek en <strong>de</strong> Wassevense Vliet en akkers op plaggen rondom het gehucht<br />
Hulst met ou<strong>de</strong> hoeven (ou<strong>de</strong> gehucht is gelegen ten zui<strong>de</strong>n van het huidige<br />
Hulst).perceelsrandbegroeiing te zien. De perceelsstructuur, bestaan<strong>de</strong> uit rechthoekige<br />
percelen loodrecht op <strong>de</strong> beek, is zo goed als gaaf gebleven Op tal van plaatsen zijn er<br />
plassen/vijvers ontstaan (turfputten) tot na MGI, ze zij meestal rechthoekig en loodrecht op <strong>de</strong><br />
loop van <strong>de</strong> dichtstbijzijn<strong>de</strong> beek. Schans : een <strong>de</strong>el van het bos (westelijk) is historisch (van<br />
voor Ferraris). Schaubroek: reeds enkele percelen bos/populieraanplanting<br />
Esthetische waar<strong>de</strong>:<br />
Een gebied met afwisselend bebossing, beem<strong>de</strong>n met perceelsrandbegroeiing met her en <strong>de</strong>r<br />
plassen waar beken en grachten doorvlochten zijn.Sterke verstoring van <strong>de</strong> landschappelijke<br />
belevingswaar<strong>de</strong> door Tessen<strong>de</strong>rlo Chemie.<br />
Beleidswenselijkhe<strong>de</strong>n:<br />
Herwaar<strong>de</strong>ring van <strong>de</strong> beem<strong>de</strong>n ten na<strong>de</strong>le van <strong>de</strong> populieraanplantingen.Tegengaan<br />
industrialisering.<br />
4.2.3 Wat is een ankerplaats? (Kaart 12: Ankerplaatsen en Relictzones)<br />
Ankerplaatsen zijn gebie<strong>de</strong>n of plaatsen waar complexen bewaard zijn van verschillen<strong>de</strong><br />
erfgoe<strong>de</strong>lementen die een genetische samenhang vertonen. Ze hoeven daarom niet typisch <strong>de</strong><br />
kenmerken te vertonen van het traditionele landschap waartoe ze behoren, maar ze bezitten<br />
een uitgesproken i<strong>de</strong>ntiteit.<br />
‘Ankerplaatsen zijn <strong>de</strong> meest waar<strong>de</strong>volle landschappen die bestaan uit complexen van<br />
gevarieer<strong>de</strong> erfgoe<strong>de</strong>lementen die een geheel of ensemble vormen. Ze zijn uitzon<strong>de</strong>rlijk<br />
inzake gaafheid of representativiteit of nemen ruimtelijk een plaats in die belangrijk is voor <strong>de</strong><br />
zorg of het herstel van <strong>de</strong> landschappelijke omgeving’.<br />
34
Momenteel hebben <strong>de</strong> ankerplaatsen uit <strong>de</strong> Landschapsatlas nog geen juridisch ka<strong>de</strong>r. De<br />
officiële aanduiding van <strong>de</strong> ankerplaatsen zal via een besluit van <strong>de</strong> Vlaamse Regering<br />
wor<strong>de</strong>n goedgekeurd, maar hiervoor is nog geen datum bekend. Vanaf het ogenblik van <strong>de</strong><br />
officiële aanduiding krijgt een ankerplaats <strong>de</strong> naam erfgoedlandschap en geldt binnen <strong>de</strong><br />
erfgoedlandschappen een zorgplicht en moet er bij <strong>de</strong> opmaak van inrichtingsplannen voor<br />
gebie<strong>de</strong>n gelegen binnen een erfgoedlandschap een landschapstoets wor<strong>de</strong>n opgesteld. Voor<br />
<strong>de</strong> VLM geldt echter op dit ogenblik al <strong>de</strong> afspraak met Monumenten & Landschappen dat<br />
voor inrichtingsprojecten binnen ankerplaatsen zo een landschapstoets wordt opgemaakt.<br />
3.2.4 Inhoud van <strong>de</strong> ankerplaatsen:<br />
Binnen <strong>de</strong> huidige perimeter liggen twaalf ankerplaatsen die beschreven wor<strong>de</strong>n in <strong>de</strong><br />
landschapsatlas. In acht ankerplaatsen wordt <strong>de</strong> landschappelijke waar<strong>de</strong> geheel of voor een<br />
belangrijk ge<strong>de</strong>elte bepaald door <strong>de</strong> aanwezigheid van <strong>de</strong> Grote Nete, <strong>de</strong> Demer of één van <strong>de</strong><br />
zijrivieren ervan. In <strong>de</strong>ze ankerplaatsen wordt <strong>de</strong> landschappelijke waar<strong>de</strong> van <strong>de</strong> ankerplaats<br />
dan bepaald door <strong>de</strong> gaafheid of <strong>de</strong> samenhang van <strong>de</strong> vallei. In enkele gevallen is <strong>de</strong> steile of<br />
opvallen<strong>de</strong> valleirand een belangrijk on<strong>de</strong>r<strong>de</strong>el van <strong>de</strong> landschapswaar<strong>de</strong>.<br />
Drie van <strong>de</strong> elf ankerplaatsen bevin<strong>de</strong>n zich rond belangrijke cultuurhistorische monumenten,<br />
namelijk: <strong>de</strong> abdij van Tongerlo, <strong>de</strong> abdij van Averbo<strong>de</strong> en <strong>de</strong> basiliek van Scherpenheuvel.<br />
De gaafheid en <strong>de</strong> herkenbaarheid van <strong>de</strong> monumenten en <strong>de</strong> bijbehoren<strong>de</strong><br />
omgevingsstructuren of –elementen bepalen <strong>de</strong> waar<strong>de</strong> van <strong>de</strong>ze ankerplaatsen. De<br />
waar<strong>de</strong>ring van <strong>de</strong> ankerplaats rond <strong>de</strong> abdij van Averbo<strong>de</strong> wordt bovendien versterkt door <strong>de</strong><br />
uitgestrektheid van het aangrenzen<strong>de</strong> bosgebied van Averbo<strong>de</strong> en Gerhagen.<br />
Ook voor <strong>de</strong> laatste ankerplaats binnen <strong>de</strong> studiegrens, Hertberg, maakt <strong>de</strong> aaneengesloten<br />
oppervlakte bos met dreven het bosgebied een landschappelijk waar<strong>de</strong>volle zone.<br />
On<strong>de</strong>rstaan<strong>de</strong> beschrijvingen van <strong>de</strong> elf ankerplaatsen zijn <strong>de</strong> tekstuele beschrijvingen uit <strong>de</strong><br />
landschapsatlas.<br />
A10054 Abdij van Tongerlo<br />
Opmerkingen en knelpunten<br />
Knelpunt in <strong>de</strong>ze ankerplaats is <strong>de</strong> commerciële uitbating van een aantal gebouwen en <strong>de</strong><br />
bijhoren<strong>de</strong> parkeerinfrastructuur die een storend element vormt in <strong>de</strong>ze historische omgeving.<br />
Daarnaast moet <strong>de</strong> open ruimte in <strong>de</strong> omgeving meer en meer plaats ruimen voor bebouwing.<br />
Tekstuele omschrijving<br />
De ankerplaats 'Abdij van Tongerlo en Kasteel <strong>de</strong> Meeûs d' Argenteuil' is gelegen op<br />
grondgebied van <strong>de</strong> gemeente Westerlo in <strong>de</strong> Antwerpse Zui<strong>de</strong>rkempen. De begrenzing wordt<br />
gevormd door <strong>de</strong> Heksenbrug en <strong>de</strong> Oevelse Dreef in het westen, <strong>de</strong> Bosstraat in het noor<strong>de</strong>n,<br />
<strong>de</strong> bewoning van Tongerlo in het oosten en Goorken en Overwijs in het zui<strong>de</strong>n. De<br />
domineren<strong>de</strong> elementen in dit landschap zijn <strong>de</strong> Norbertijnerabdij en het Kasteeldomein <strong>de</strong><br />
Meeûs d' Argenteuil'. De Norbertijnerabdij gaat als complex terug tot <strong>de</strong> stichting van een<br />
dubbelklooster rond 1130-1133. Vermoe<strong>de</strong>lijk waren <strong>de</strong> eerste kloosterlingen afkomstig van<br />
<strong>de</strong> Antwerpse St.-Michielsabdij. On<strong>de</strong>r an<strong>de</strong>re on<strong>de</strong>r invloed van <strong>de</strong> Gregoriaans<br />
kerkhervormingen groei<strong>de</strong> <strong>de</strong> stichting vrij snel en werd ze een instelling met macht en<br />
aanzien. Uit <strong>de</strong> historische kaarten van Van<strong>de</strong>rmaelen (1854) en het MGI (1909) lei<strong>de</strong>n we af<br />
dat <strong>de</strong> inplanting van <strong>de</strong> abdijgebouwen, alsook het omgeven<strong>de</strong> domein goed herkenbaar en<br />
35
elatief gaaf bewaard bleven sinds <strong>de</strong> 2<strong>de</strong> helft van <strong>de</strong> 19<strong>de</strong> eeuw. De ommuur<strong>de</strong> abdijsite met<br />
een groten<strong>de</strong>els bewaar<strong>de</strong> omgrachting is toegankelijk via een ou<strong>de</strong>, gekassei<strong>de</strong> lin<strong>de</strong>ndreef,<br />
die werd aangeplant in 1678. De voornaamste gebouwen zijn ingeplant rondom een<br />
uitgestrekt, begraasd en in 1989 gerenoveerd binnenplein en dateren uit verschillen<strong>de</strong><br />
perio<strong>de</strong>n. De bakstenen ringmuur met schietgaten, steunberen, gedichte bogen en<br />
geometrische motieven betreft één van <strong>de</strong> oudste bouwwerken en gaat terug tot 1479-1482.<br />
Het Bisschopshuis, thans een portierswoning met spreekkamers en aansluitend<br />
gastenkwartier, werd in 1547 opgetrokken in traditionele Brabantse baksteengotiek. Van <strong>de</strong><br />
ingrijpend verbouw<strong>de</strong> ou<strong>de</strong> prelatuur, bleef enkel <strong>de</strong> vierkante traptoren, het zogenoem<strong>de</strong><br />
Spaans of Vlaams torentje, met trapgevel uit 1478-1479, bewaard. Het classicistische abts- of<br />
prelaatshuis, het verblijf en <strong>de</strong> ambtswoning van <strong>de</strong> overste van <strong>de</strong> abdij, werd gebouwd in<br />
1725-1728. In <strong>de</strong> bijhoren<strong>de</strong>, ommuur<strong>de</strong> abtstuin staan grafzerken van 1395 en 1824, alsook<br />
een 18<strong>de</strong> eeuw prieel of 'Ostium'. Het eigenlijke kloosterpand en <strong>de</strong> abdijkerk in neogotische<br />
stijl zijn van recentere datum. Zij wer<strong>de</strong>n heropgebouwd in 1840, na terugkeer van <strong>de</strong><br />
kloosterlingen. Nog jonger (1966) is het 'Da Vinci-Museum' met één, maar wel heel bijzon<strong>de</strong>r<br />
kunstwerk: een getrouwe kopie op doek uit 1500 van het wereldberoem<strong>de</strong> 'Het Laatste<br />
Avondmaal'. Verschillen<strong>de</strong> van <strong>de</strong> historische abdijgebouwen hebben vandaag een<br />
commerciële invulling gekregen. Zo is <strong>de</strong> Tiendschuur, Kleine Graanschuur of<br />
Boerenkrijgschuur, die werd opgetrokken in 1618, ingericht als abdijmuseum. Oorspronkelijk<br />
was het een opslagplaats van graan voor het armenbrood; in 1798 werd ze tij<strong>de</strong>ns <strong>de</strong><br />
Boerenkrijg door <strong>de</strong> brigands gebruikt als werkplaats en kazerne. De abdijhoeve uit 1640, een<br />
imposant woonstalhuis in traditionele stijl, is vandaag <strong>de</strong>els een bakkerij en <strong>de</strong>els een<br />
abdijwinkel. Sinds het begin van haar bestaan, reiken <strong>de</strong> invloed en <strong>de</strong> uitstraling van <strong>de</strong><br />
Norbertijnerabdij in Tongerlo veel ver<strong>de</strong>r dan <strong>de</strong> site die door <strong>de</strong> abdijmuren wordt<br />
afgebakend. De witheren beheersten niet alleen het maatschappelijke leven in Oevel en<br />
Tongerlo; in <strong>de</strong>ze twee dorpen monopoliseer<strong>de</strong> <strong>de</strong> abt immers ook alle rechten. Daarnaast<br />
zou<strong>de</strong>n, zon<strong>de</strong>r <strong>de</strong> kennis en hulp van <strong>de</strong> abdij ter bevor<strong>de</strong>ring van <strong>de</strong> landbouw, <strong>de</strong><br />
levensomstandighe<strong>de</strong>n voor <strong>de</strong> Kempense plattelandsbevolking in <strong>de</strong> mid<strong>de</strong>leeuwen nog<br />
har<strong>de</strong>r geweest zijn. De abdij kan bestempeld wor<strong>de</strong>n als <strong>de</strong> bakermat van zielzorg en<br />
agrarische ontginning in <strong>de</strong> Antwerpse Kempen sinds <strong>de</strong> mid<strong>de</strong>leeuwen. Het, in <strong>de</strong><br />
zuidoostelijk hoek van <strong>de</strong> ankerplaats gelegen, Kasteel <strong>de</strong> Meeûs d' Argenteuil' of 'Hof ter<br />
Bruelen' werd gebouwd in 1915. Hoogst opmerkelijk is <strong>de</strong> stijl van het kasteel: zowel het<br />
exterieur als het interieur zijn namelijk een perfecte nabootsing van 17<strong>de</strong> eeuwse renaissancearchitectuur.<br />
Het kasteel wordt omgeven door een gaaf bewaard domein met Franse tuin en<br />
een landschapspark met vijver. Ook <strong>de</strong> bij het kasteel horen<strong>de</strong> hovenierswoning en bakhuis<br />
bleven mooi bewaard. Vanuit natuurwetenschappelijk oogpunt is vooral het ou<strong>de</strong><br />
bomenbestand in dit landschap interessant. Dit vertegenwoordigt niet enkel een belangrijke<br />
<strong>de</strong>ndrologische waar<strong>de</strong>, maar biedt tevens goe<strong>de</strong> habitatmogelijkhe<strong>de</strong>n voor <strong>de</strong> avifauna. Uit<br />
voorgaan<strong>de</strong> mag blijken dat <strong>de</strong>ze ankerplaats vooral historisch en sociaal-cultureel, maar ook<br />
natuurwetenschappelijk een aanzienlijke waar<strong>de</strong> heeft. Daarnaast is het geheel van abdij,<br />
kasteeldomein en omgeving ook esthetisch aantrekkelijk en vormt het daarom een waar<strong>de</strong>vol<br />
landschap. De ommuur<strong>de</strong> site van <strong>de</strong> abdij, alsook het sterk gesloten kasteeldomein, staan in<br />
sterk contrast tot het relatief open, omgeven<strong>de</strong> landschap dat in het noor<strong>de</strong>n als het ware<br />
wordt afgebakend door een bebost gebied. De lange lin<strong>de</strong>ndreef, die <strong>de</strong> verbinding maakt<br />
tussen <strong>de</strong> abdij en <strong>de</strong> vallei van <strong>de</strong> Wamp, alsook <strong>de</strong> door houtkanten omzoom<strong>de</strong> Oevelse<br />
Loop, vormen opvallen<strong>de</strong> structureren<strong>de</strong> elementen. Nochtans heeft <strong>de</strong>ze ankerplaats ook af te<br />
rekenen met enkele ruimtelijke knelpunten. Zo vormt <strong>de</strong> steeds toenemen<strong>de</strong> bebouwingsdruk<br />
in <strong>de</strong> omgeving een bedreiging voor het behoud van <strong>de</strong> relatie tussen <strong>de</strong> abdij en <strong>de</strong> open<br />
ruimte rondom. Daarnaast is er <strong>de</strong> infrastructuur bij <strong>de</strong> historische gebouwen met een<br />
36
commerciële functie die een negatief effect heeft op het historische karakter van het<br />
abdijcomplex.<br />
A10055 Zammels Broek en Trichelbroek<br />
Opmerkingen en knelpunten<br />
Belangrijk knelpunt in dit gebied is het waterkwaliteitsprobleem van <strong>de</strong> Laak die regelmatig<br />
overstroomt en zo vervuild water in het gebied brengt. Daarnaast heeft <strong>de</strong> dijkverhoging<br />
langsheen <strong>de</strong> Grote Nete <strong>de</strong> interactie van <strong>de</strong> rivier met haar omgeving doorbroken en<br />
belemmert zij bovendien het zicht. Kleinere opmerkingen zijn <strong>de</strong> verstoring door recreatie<br />
met bijhoren<strong>de</strong> infrastructuur, het voorkomen van een tuinbouwbedrijf in <strong>de</strong> westelijke rand<br />
alsook <strong>de</strong> aanwezigheid van enkele grotere landbouwbedrijven, waarvoor inpassing in het<br />
landschap gewenst is.<br />
Tekstuele omschrijving<br />
Het landschap 'Zammels Broek en Trichelbroek' is gelegen op grondgebied van <strong>de</strong> gemeenten<br />
Geel en Laakdal in <strong>de</strong> vallei van <strong>de</strong> Grote Nete en omgeven door <strong>de</strong> gehuchten Zammel,<br />
Oosterlo, Varendonk en Veerle. De ankerplaats wordt begrensd door <strong>de</strong> Sint-<br />
Gepebernusstraat en <strong>de</strong> Kalvariebergstraat in het noor<strong>de</strong>n, <strong>de</strong> Eindhoutseweg in het<br />
noordoosten, alsook samen met <strong>de</strong> Ou<strong>de</strong> Veerlebaan in het oosten, <strong>de</strong> Hulstsestraat in het<br />
zui<strong>de</strong>n en <strong>de</strong> Grotesteenweg in het westen. Deze ankerplaats betreft een mooi gesloten<br />
valleilandschap, bepaald door <strong>de</strong> sterk mean<strong>de</strong>ren<strong>de</strong> loop van <strong>de</strong> Grote Nete in het noor<strong>de</strong>n en<br />
<strong>de</strong> Laak in het zui<strong>de</strong>n. Bij Ferraris (1777) betrof het noor<strong>de</strong>lijke ge<strong>de</strong>elte of het Zammels<br />
Broek moerassige wei<strong>de</strong>n; het zui<strong>de</strong>lijke ge<strong>de</strong>elte of Trichelbroek werd gekenmerkt door een<br />
afwisseling van akkers en weilan<strong>de</strong>n, omgeven door hagen. Bijna 100 jaar later bij<br />
Van<strong>de</strong>rmaelen (1854) wordt nagenoeg het hele Zammels Broek voorgesteld als vochtige<br />
weilan<strong>de</strong>n, hier en daar on<strong>de</strong>rbroken door hei<strong>de</strong>. Het Trichelbroek betreft op dat moment nog<br />
steeds een afwisseling van akker- en weiland, rijk aan houtkanten en hagen. Het huidige<br />
wegenpatroon ter hoogte van <strong>de</strong> St.- Bavokapel is nog herkenbaar in vergelijking met wat we<br />
op <strong>de</strong>ze historische kaart terugvin<strong>de</strong>n. In het begin van <strong>de</strong> 20ste eeuw (MGI 1909) was <strong>de</strong><br />
structuur van <strong>de</strong> langgerekte percelen in het Zammelsbroek sterk vergelijkbaar met wat we<br />
hier nu nog aantreffen. Wat het gebied een extra waar<strong>de</strong> geeft is niet enkel <strong>de</strong> stabiliteit in<br />
structuur, maar ook <strong>de</strong> stabiliteit in landgebruik. De alluviale gron<strong>de</strong>n langsheen <strong>de</strong> Grote<br />
Nete wor<strong>de</strong>n immers van oudsher gebruikt als graasland voor het vee en als hooiland in <strong>de</strong><br />
zomer. Dit gebied omvat dan ook nog talrijke relicten van het oorspronkelijk alluviaal<br />
landschap, zoals het er eeuwen lang uitzag. De aanwezigheid van een aantal ou<strong>de</strong>re hoeves,<br />
waar<strong>de</strong>vol klein bouwkundig erfgoed o.v.v. een historisch waar<strong>de</strong>volle kapel en een kalvarie,<br />
en talrijke kleine landschapselementen vervolledigen het lan<strong>de</strong>lijk karakter van dit gebied. De<br />
St.- Bavokapel gaat terug tot <strong>de</strong>12<strong>de</strong>-13<strong>de</strong> eeuw en wordt vaak aangehaald als <strong>de</strong> oudste<br />
woonkern van Eindhout. En naast <strong>de</strong>ze historisch bouwkundige waar<strong>de</strong>, heeft <strong>de</strong>ze<br />
ankerplaats ook een archeologische waar<strong>de</strong>. In het noor<strong>de</strong>lijke <strong>de</strong>el wer<strong>de</strong>n immers sporen<br />
van bewoning tij<strong>de</strong>ns <strong>de</strong> late IJzertijd aangetroffen. Dankzij <strong>de</strong> stabiliteit in structuur en<br />
gebruik, vertegenwoordigt <strong>de</strong>ze ankerplaats bovendien ook een belangrijke<br />
natuurwetenschappelijke waar<strong>de</strong>. Deze uit zich on<strong>de</strong>rmeer in <strong>de</strong> aanwezigheid van hooilan<strong>de</strong>n<br />
in hun verschillen<strong>de</strong> successiestadia, alsook in <strong>de</strong> diversiteit in het landschap als geheel. De<br />
reliëfrijke structuur door het voorkomen van Boreaal duin en lager gelegen alluviale vlakten<br />
en <strong>de</strong> afwisseling in vochtigheidsgraad van <strong>de</strong> bo<strong>de</strong>m heeft een positief effect op <strong>de</strong> vegetatie.<br />
Met een afwisseling van hooiland, rietland, vennen, bos, struwelen en agrarisch gebied met<br />
heggen, bomenrijen en grachten verkrijgen we een complex, rijk aan flora en fauna. Jammer<br />
genoeg heeft dit gebied ook te kampen met problemen. Zo is er <strong>de</strong> slechte waterkwaliteit van<br />
37
<strong>de</strong> Laak, die bij overstromingen, een negatieve invloed heeft op het gebied. Een dijkverhoging<br />
langsheen <strong>de</strong> Grote Nete doorbrak <strong>de</strong> eeuwenou<strong>de</strong> interactie van <strong>de</strong> rivier met haar omgeving<br />
en belemmert nu het zicht. Desalniettemin is het landschap, gevormd door het Zammels<br />
Broek en Trichelbroek esthetisch waar<strong>de</strong>vol. De afwisseling in structuur, <strong>de</strong> domineren<strong>de</strong> rol<br />
van <strong>de</strong> sterk mean<strong>de</strong>ren<strong>de</strong> waterlopen en <strong>de</strong> kleinschalige landbouwzones met tal van<br />
landschapselementen spelen hierin een belangrijke rol.<br />
A10067 Vallei van <strong>de</strong> Grote Nete rond <strong>de</strong> Herenbossen<br />
Opmerkingen en knelpunten<br />
Tenein<strong>de</strong> <strong>de</strong> waar<strong>de</strong>n van dit landschap voor <strong>de</strong> toekomst veilig te stellen dient erop wor<strong>de</strong>n<br />
toegezien dat <strong>de</strong> antropogene invloed, die dui<strong>de</strong>lijk haar stempel heeft gedrukt op <strong>de</strong><br />
omgeving, niet in het landschap infiltreert.<br />
Tekstuele omschrijving<br />
Het landschap 'Vallei van <strong>de</strong> Grote Nete rond <strong>de</strong> Herenbossen' is gelegen op grondgebied van<br />
<strong>de</strong> gemeenten Hulshout en Heist op <strong>de</strong>n Berg in <strong>de</strong> Zui<strong>de</strong>rkempen. De begrenzing van <strong>de</strong>ze<br />
ankerplaats wordt gevormd door <strong>de</strong> bewoning van Hulshout in het noor<strong>de</strong>n, het Fietspad<br />
Herentals-Aarschot in het oosten, <strong>de</strong> bewoning van Booischot in het zui<strong>de</strong>n en <strong>de</strong> Heistseweg<br />
in het westen. Reeds bij Ferraris (1777) wordt <strong>de</strong> ankerplaats gedomineerd door beem<strong>de</strong>n<br />
langsheen <strong>de</strong> Grote Nete en <strong>de</strong> Steenkensbeek en een langgerekte bosstructuur net ten<br />
noor<strong>de</strong>n van <strong>de</strong> Nete. Bij Van<strong>de</strong>rmaelen (1854) zijn er nog steeds <strong>de</strong> aaneengesloten<br />
beem<strong>de</strong>n, met op <strong>de</strong> plaats van <strong>de</strong> huidige Herenbossen een oppervlakte bos en voor <strong>de</strong> rest<br />
akkergebied. Op <strong>de</strong> kaarten van het MGI (situatie in 1909) is het wegenpatroon sterk<br />
vergelijkbaar met dat bij Van<strong>de</strong>rmaelen, doch wat meer uitgebreid. De beboste oppervlakte is<br />
opnieuw toegenomen en overeenkomstig met <strong>de</strong> huidige Herenbossen. De Herenbossen waren<br />
eertijds eigendom van <strong>de</strong> vroegere heer van Hulshout, nl. <strong>de</strong> Mero<strong>de</strong> van Westerlo. De leeftijd<br />
van <strong>de</strong> meeste bestan<strong>de</strong>n is om en bij <strong>de</strong> 40 à 50 jaar, wat erop wijst dat het bos tij<strong>de</strong>ns <strong>de</strong><br />
laatste oorlog zo goed als kaalgekapt werd. Dit ofwel door <strong>de</strong> bezetter (zg.<br />
'Rommelasperges'), ofwel voor brandhout voor <strong>de</strong> bevolking. Vandaag herkennen we in dit<br />
landschap nog steeds <strong>de</strong> mooi bewaar<strong>de</strong> beem<strong>de</strong>n en <strong>de</strong> sterk kronkelen<strong>de</strong> loop van <strong>de</strong><br />
Steenkensbeek als belangrijkste getuigen van het historische landschap. Het Kasteel 'Hof ter<br />
Laken', gelegen bij <strong>de</strong> Grote Nete, wordt omgeven door een groots landschapspark met<br />
verschillen<strong>de</strong> ou<strong>de</strong> bomen. Dit goed klimt op tot <strong>de</strong> Hoge Mid<strong>de</strong>leeuwen en speel<strong>de</strong> van bij<br />
het begin een belangrijke rol in <strong>de</strong> ontwikkeling van <strong>de</strong> lokale geschie<strong>de</strong>nis. De huidige<br />
structuur van het kasteeldomein komt overeen met wat we herkennen bij Van<strong>de</strong>rmaelen. Het<br />
kasteelgebouw, dat teruggaat tot <strong>de</strong> 19<strong>de</strong> eeuw, is een vrij groot, symmetrisch opgevat<br />
complex in neorenaissancestijl. Verspreid over het domein komen nog verschillen<strong>de</strong><br />
bijgebouwen voor. Zo zijn er <strong>de</strong> kasteelhoeve en <strong>de</strong> boswachterwoning, die bei<strong>de</strong>n<br />
groten<strong>de</strong>els teruggaan tot <strong>de</strong> 2<strong>de</strong> helft van <strong>de</strong> 19<strong>de</strong> eeuw. Ten zui<strong>de</strong>n van het kasteel ligt <strong>de</strong><br />
voormalige, <strong>de</strong>els ommuur<strong>de</strong> moestuin die nu in gebruik is als struisvogelkwekerij. Ook zeker<br />
te vermel<strong>de</strong>n, is <strong>de</strong> voormalige ijskel<strong>de</strong>r met paviljoentje (2<strong>de</strong> helft 19<strong>de</strong> eeuw), dat vrij<br />
recent werd ingericht als kapel, <strong>de</strong> z.g. 'Boskapel'. Ten oosten van het kasteel ligt een<br />
meerledige, Kempische hoeve met voormalige herberg 'Mac Adam', naar <strong>de</strong> Schotse<br />
ingenieur John Lou<strong>de</strong>n Mac Adam die een aanlegwijze ontwierp voor steenslagwegen. Het<br />
transport van <strong>de</strong> regionaal ontgonnen ijzersteen vereiste <strong>de</strong>rgelijke verhar<strong>de</strong> wegen doorheen<br />
het moerassige dal van <strong>de</strong> Grote Nete. De 'Cabaret Macadam' zou teruggaan tot ongeveer<br />
1840; <strong>de</strong> bijgebouwen zijn van iets latere datum. De voormalige schuur is nu in gebruik als<br />
taverne en dankt haar huidige naam, 'Pallieterhoeve', aan <strong>de</strong> opnamen die hier wer<strong>de</strong>n<br />
38
gemaakt voor <strong>de</strong> gelijknamige film. We vermel<strong>de</strong>n ook nog het voormalige<br />
brugwachtershuisje, gelegen aan <strong>de</strong> eertijds druk bevaren Grote Nete, dat teruggaat tot <strong>de</strong> 2<strong>de</strong><br />
helft van <strong>de</strong> 19<strong>de</strong> eeuw. De mijlpaal 'Toreken' werd opgetrokken in 1842 bij <strong>de</strong> afwerking van<br />
<strong>de</strong> weg die Hulshout met Booischot verbindt, op <strong>de</strong> plaats tot waar <strong>de</strong> gemeente Booischot <strong>de</strong><br />
wegeniswerken had betaald en later on<strong>de</strong>rhield. Het betreft een ca. 3 meter hoge zandstenen<br />
zuil, waarop inscripties <strong>de</strong> afstan<strong>de</strong>n tot aan <strong>de</strong> kerk van verschei<strong>de</strong>ne gemeenten vermeld. De<br />
wetenschappelijke waar<strong>de</strong> van dit landschap wordt in <strong>de</strong> eerste plaats bepaald door <strong>de</strong> relatief<br />
gaaf bewaar<strong>de</strong> relatie tussen vooral <strong>de</strong> Steenkensbeek, maar ook <strong>de</strong> Grote Nete, enerzijds en<br />
hun respectievelijke valleien an<strong>de</strong>rzijds. De Steenkensbeek vormt wegens haar kronkelen<strong>de</strong><br />
loop en zuiver, enigszins voedselarm water trouwens een erg waar<strong>de</strong>vol element. Daarnaast is<br />
er <strong>de</strong> rijke variatie in vegetatietypes met loofbossen (Herenbossen), broekbos, struwelen,<br />
permanent historische graslan<strong>de</strong>n e.d., wat resulteert in een afwisselend landschap waar<br />
talrijke flora- en faunasoorten geschikt habitat vin<strong>de</strong>n. Dit landschap betreft een esthetisch<br />
aantrekkelijk geheel van <strong>de</strong> Herenbossen met het valleigebied met gaaf bewaar<strong>de</strong> beem<strong>de</strong>n.<br />
Opvallen<strong>de</strong> ruimtelijk-structureren<strong>de</strong> elementen zijn <strong>de</strong> Grote Nete, <strong>de</strong> sterk kronkelen<strong>de</strong><br />
Steenkensbeek, <strong>de</strong> opmerkelijke perceelsstructuur van het afwateringsstelsel in het<br />
noordwesten, alsook het domein van kasteel 'Hof ter Laken'. De onregelmatige<br />
perceelstructuur en <strong>de</strong> afwisseling in vegetatietypes, aangevuld met kleine<br />
landschapselementen, doen een kleinschalig landschap ontstaan dat, dankzij <strong>de</strong> afwezigheid<br />
van visueel storen<strong>de</strong> elementen, aantrekkelijke zichten biedt. Het verspreid voorkomend<br />
bouwkundig erfgoed met het prachtige domein van 'Hof ter Laken' <strong>de</strong> 'Mac Adam' hoeve,<br />
hoeve 't Bergske -opvallend gelegen op een donk-, <strong>de</strong> mijlpaal, e.d. draagt mee bij tot <strong>de</strong> hoge<br />
belevingswaar<strong>de</strong> van dit landschap. Deze ankerplaats betreft dan ook een mooi bewaard<br />
voorbeeld van een beekdallandschap in <strong>de</strong> zui<strong>de</strong>lijke Kempen. De vallei van <strong>de</strong> Grote Nete is,<br />
dankzij <strong>de</strong> samenhang, ongetwijfeld één van <strong>de</strong> meer landschappelijk waar<strong>de</strong>volle gebie<strong>de</strong>n<br />
van Vlaan<strong>de</strong>ren. Deze ankerplaats is on<strong>de</strong>r<strong>de</strong>el van <strong>de</strong> cluster van landschappen die <strong>de</strong>ze<br />
vallei vormt. Tenein<strong>de</strong> <strong>de</strong> waar<strong>de</strong>n van dit landschap voor <strong>de</strong> toekomst veilig te stellen dient<br />
erop wor<strong>de</strong>n toegezien dat <strong>de</strong> antropogene invloed, die dui<strong>de</strong>lijk haar stempel heeft gedrukt<br />
op <strong>de</strong> omgeving, niet in het landschap infiltreert.<br />
A10068 Bijltjes en <strong>de</strong> Kwarekken<br />
Opmerkingen en knelpunten<br />
Hoewel groten<strong>de</strong>els ongeschon<strong>de</strong>n, zijn er langs <strong>de</strong> ran<strong>de</strong>n van het boscomplex 'Beeltjens'<br />
reeds kleine stukjes bos verdwenen. Een ver<strong>de</strong>re aantasting dient verme<strong>de</strong>n te wor<strong>de</strong>n. Een<br />
an<strong>de</strong>r knelpunt in <strong>de</strong>ze ankerplaats is het voorkomen van storen<strong>de</strong> recreatieve infrastructuur.<br />
Tekstuele omschrijving<br />
Het landschap van <strong>de</strong> 'Bijltjes en <strong>de</strong> Kwarekken' (= <strong>de</strong> benaming uit <strong>de</strong> landschapsatlas) is<br />
gelegen in <strong>de</strong> gemeenten Westerlo en Herselt in het Neteland op <strong>de</strong> overgang van Centrale<br />
Kempen naar Zui<strong>de</strong>rkempen. De begrenzing van <strong>de</strong>ze ankerplaats wordt gevormd door<br />
Overwijs en Goorein<strong>de</strong> in het noor<strong>de</strong>n, het centrum van Westerlo in het oosten, <strong>de</strong><br />
Westerlosesteenweg en Provinciale baan in het zui<strong>de</strong>n en <strong>de</strong> bewoning van Herselt in het<br />
westen. Ter hoogte van <strong>de</strong> Beeltjens of Bijltjens kwam op het ein<strong>de</strong> van <strong>de</strong> 18<strong>de</strong> eeuw reeds<br />
een uitgestrekt gemengd bos met dreven voor. Het werd omgeven door vochtige weilan<strong>de</strong>n,<br />
akkers en moerassige percelen. Het belang van <strong>de</strong> indrukwekken<strong>de</strong> Beeltjensdreef is dui<strong>de</strong>lijk<br />
af te lezen op <strong>de</strong> Ferrariskaart: een lange dreef van aan <strong>de</strong> Huypensberg naar <strong>de</strong> banmolen van<br />
Asberg. De aanleg van <strong>de</strong>ze dreef en <strong>de</strong> aansluiten<strong>de</strong> bebossing werd gestart in oktober 1721.<br />
39
Uit een vergelijking van <strong>de</strong> kaarten van Ferraris (1777) en Van<strong>de</strong>rmaelen (1854) maken we<br />
op dat het 'sterpatroon' met <strong>de</strong> dreven van <strong>de</strong> Beeltjensbossen na het begin van <strong>de</strong> aanleg nog<br />
danig werd uitgebreid. Het zui<strong>de</strong>lijke ge<strong>de</strong>elte van <strong>de</strong> ankerplaats, langsheen <strong>de</strong> Nete, betrof<br />
bij Van<strong>de</strong>rmaelen hoofdzakelijk beem<strong>de</strong>n, hier en daar afgewisseld door bos. Tussen het<br />
noor<strong>de</strong>lijk gelegen bos en <strong>de</strong> zui<strong>de</strong>lijke beem<strong>de</strong>n, werd het landschap gedomineerd door<br />
akkers. Ook vandaag nog betreft het noor<strong>de</strong>lijke ge<strong>de</strong>elte van <strong>de</strong> ankerplaats uitgestrekt bos,<br />
doch door <strong>de</strong> intensieve boswinning kan niet wor<strong>de</strong>n gesproken van 'oud of historisch stabiel<br />
bos'. En hoewel groten<strong>de</strong>els ongeschon<strong>de</strong>n, zijn er langs <strong>de</strong> ran<strong>de</strong>n van het complex reeds<br />
kleine stukjes verdwenen. Een ver<strong>de</strong>re aantasting dient verme<strong>de</strong>n te wor<strong>de</strong>n. Ter hoogte van<br />
<strong>de</strong> Grote Nete is ook <strong>de</strong> typische samenhang tussen natte weilan<strong>de</strong>n, valleibossen en<br />
struwelen tot op vandaag relatief intact gebleven. We spreken dan ook terecht van een<br />
historisch stabiele topografie- en landschapsstructuur. Ook van historische waar<strong>de</strong> is <strong>de</strong><br />
Asberg, waar in het begin van <strong>de</strong> 19<strong>de</strong> eeuw lijkurnen wer<strong>de</strong>n gevon<strong>de</strong>n. Een precieze<br />
datering van <strong>de</strong> vondst ontbreekt, doch zou kunnen teruggaan tot <strong>de</strong> IJzertijd (ca. 700 voor tot<br />
50 na Chr.). Gelegen in het Nete interfluvium, vertegenwoordigt <strong>de</strong>ze ankerplaats een<br />
belangrijke geomorfologische waar<strong>de</strong>. Waar het macroreliëf ter hoogte van <strong>de</strong> Kwarekken, in<br />
<strong>de</strong> alluviale vlakte van <strong>de</strong> Grote Nete, vlak is, is <strong>de</strong> net ten noor<strong>de</strong>n gelegen Asberg een heus<br />
rivierduin, teruggaand tot het Tardiglaciaal (10 000 tot 8000 jaar v.c.). De nog ver<strong>de</strong>r<br />
noor<strong>de</strong>lijk gelegen Beeltjens of Bijltjens, die <strong>de</strong>el uitmaken van <strong>de</strong> bosrijke omgeving van <strong>de</strong><br />
Netevallei, vormen een infiltratiegebied voor <strong>de</strong> kwelzone van <strong>de</strong> Kwarekken. Ter hoogte van<br />
<strong>de</strong> Kwarekken bevat <strong>de</strong> vegetatie op verschillen<strong>de</strong> plaatsen nog veel vocht- en<br />
grondwaterafhankelijke soorten. De esthetische waar<strong>de</strong> van <strong>de</strong>ze ankerplaats wordt in <strong>de</strong><br />
eerste plaats bepaald door <strong>de</strong> afwisseling in reliëf en landschapsstructuur. In het noor<strong>de</strong>n is er<br />
het mooi systematisch ontgonnen bosgebied met stervormig drevenpatroon, centraal <strong>de</strong><br />
verhevenheid van <strong>de</strong> Asberg en in het zui<strong>de</strong>n het veel lager gelegen alluvium van <strong>de</strong> Grote<br />
Nete. Opvallen<strong>de</strong> ruimtelijk structureren<strong>de</strong> elementen zijn het boscomplex 'Beeltjens' met <strong>de</strong><br />
stervormige drevenstructuur in het noor<strong>de</strong>n, <strong>de</strong> dui<strong>de</strong>lijk verheven Asberg centraal en <strong>de</strong> lager<br />
gelegen Grote Nete mat haar vallei in het zui<strong>de</strong>n. De vallei van <strong>de</strong> Grote Nete is, dankzij <strong>de</strong><br />
samenhang, ongetwijfeld één van <strong>de</strong> meer landschappelijk waar<strong>de</strong>volle gebie<strong>de</strong>n van<br />
Vlaan<strong>de</strong>ren. Als on<strong>de</strong>r<strong>de</strong>el van <strong>de</strong> cluster van waar<strong>de</strong>volle valleilandschappen, dient het<br />
typische karakter van <strong>de</strong> Bijltjes en <strong>de</strong> Kwarekken dan ook in <strong>de</strong> toekomst te wor<strong>de</strong>n<br />
bewaard.<br />
A10069 Domein <strong>de</strong> Mero<strong>de</strong><br />
Opmerkingen en knelpunten<br />
Knelpunt is <strong>de</strong> langzame omzetting van <strong>de</strong> oorspronkelijk lan<strong>de</strong>lijke en typische bewoning<br />
naar eigentijdse en atypische bewoning.<br />
Tekstuele omschrijving<br />
Domein '<strong>de</strong> Mero<strong>de</strong>' situeert zich ten zui<strong>de</strong>n van het centrum van Westerlo, in <strong>de</strong> vallei van <strong>de</strong><br />
Grote Nete. Het wordt begrensd door <strong>de</strong> bebouwing van Westerlo in het noordwesten, <strong>de</strong><br />
Grote Nete in het noordoosten, <strong>de</strong> Gooibeek in het oosten, <strong>de</strong> Varendonkse Steenweg in het<br />
zui<strong>de</strong>n en <strong>de</strong> Westerlose Steenweg in het oosten. De ligging van het Kasteel <strong>de</strong> Mero<strong>de</strong> gaat<br />
terug tot een strategische site, zijn<strong>de</strong> een zandige opduiking in <strong>de</strong> moerassen ten noor<strong>de</strong>n van<br />
<strong>de</strong> Grote Nete. Bij Ferraris is het domein met parkstructuur goed herkenbaar. Hieruit blijkt dat<br />
het patroon van het kasteelpark, en dan vooral het ge<strong>de</strong>elte ten zui<strong>de</strong>n van <strong>de</strong> Grote Nete, tot<br />
op vandaag zo goed als onveran<strong>de</strong>rd is gebleven. We herkennen het langgerekte kanaal, het<br />
drevenstelsel en <strong>de</strong> beboste percelen op <strong>de</strong> hogere, drogere zandgron<strong>de</strong>n in het meest<br />
zui<strong>de</strong>lijke <strong>de</strong>el van het domein. De omgeving van domein '<strong>de</strong> Mero<strong>de</strong>' werd op het ein<strong>de</strong> van<br />
40
<strong>de</strong> 18<strong>de</strong> eeuw gedomineerd door beem<strong>de</strong>n op <strong>de</strong> lage, lemige zandgron<strong>de</strong>n van <strong>de</strong> Grote Nete.<br />
Bij Van<strong>de</strong>rmaelen, die <strong>de</strong> situatie weergeeft van mid<strong>de</strong>n 18<strong>de</strong> eeuw, herkennen we het<br />
kasteeldomein '<strong>de</strong> Mero<strong>de</strong>' met waterslot en intact neerhof; in <strong>de</strong> beem<strong>de</strong>n is ten noordoosten<br />
van het kanaal een groentetuin aangelegd en in <strong>de</strong> omgeving is het akker- en bosareaal<br />
toegenomen. In <strong>de</strong> 2<strong>de</strong> helft van <strong>de</strong> 19<strong>de</strong> eeuw (Dépôt <strong>de</strong> la Guerre, 1871) breid<strong>de</strong> dit<br />
bosareaal nog ver<strong>de</strong>r uit. In <strong>de</strong> onmid<strong>de</strong>llijke omgeving van het kasteel wer<strong>de</strong>n bloemperken<br />
aangelegd en rondom kreeg het park een landschappelijke stijl met monumentale<br />
boomgroepen en grasvel<strong>de</strong>n. De kern van het kasteelgebouw, een waterburcht, is <strong>de</strong> 14<strong>de</strong><br />
eeuwse donjon of woontoren, die vaak wordt geciteerd als 1 van <strong>de</strong> meest gave mid<strong>de</strong>leeuwse<br />
woontorens van <strong>de</strong> Kempen. In <strong>de</strong> 16<strong>de</strong>, 17<strong>de</strong> en 19<strong>de</strong> eeuw werd het kasteel verschillen<strong>de</strong><br />
keren uitgebreid en aangepast. Het slot omvat een gekassei<strong>de</strong> vierkante erekoer met<br />
rechthoekige, diagonale hoektorens. Centraal aan <strong>de</strong> westzij<strong>de</strong> situeert zich <strong>de</strong> afgeron<strong>de</strong><br />
toegangstoren, ter hoogte van <strong>de</strong> vroeger ophaalbrug. Tegen <strong>de</strong> oostvleugel werd aan <strong>de</strong><br />
waterkant een kapel gebouwd. De eerste vermelding van <strong>de</strong> Kaaibeekhoeve gaat terug tot<br />
1270, maar ze werd in haar huidige vorm opgetrokken op het ein<strong>de</strong> van <strong>de</strong> 17<strong>de</strong> eeuw als een<br />
omgrachte hoeve met een centraal aar<strong>de</strong>n erf, woonstalhuis en wagenhuis. Met <strong>de</strong> Grote Nete<br />
als scheiding tussen <strong>de</strong> symmetrische Franse tuin en het meer spontane Engelse park, heeft<br />
domein '<strong>de</strong> Mero<strong>de</strong>' een bijzon<strong>de</strong>re structuur. De variatie in vegetatie en flora, als gevolg van<br />
een gradiënt in reliëf en bo<strong>de</strong>mtype, geeft het valleigebied als geheel een kleinschalig en<br />
esthetisch aantrekkelijk karakter.<br />
A10070 Hertberg<br />
Opmerkingen en knelpunten<br />
Knelpunten in dit landschap zijn <strong>de</strong> verspreid voorkomen<strong>de</strong> atypische bewoning en<br />
recreatieve infrastructuur.<br />
Tekstuele omschrijving<br />
De ankerplaats 'Hertberg' is gelegen op grondgebied van <strong>de</strong> gemeenten Herselt en Laakdal en<br />
vormt <strong>de</strong> overgang tussen <strong>de</strong> vallei van <strong>de</strong> Grote Nete en <strong>de</strong> eerste hellingen van het<br />
Hageland. De begrenzing van dit landschap wordt gevormd door het gehucht Bergom in het<br />
noor<strong>de</strong>n, <strong>de</strong> Varendonkse Baan in het oosten, <strong>de</strong> bewoning van Herselt-Blauwberg in het<br />
zui<strong>de</strong>n en Herstelt in het westen. Reeds in <strong>de</strong> 18<strong>de</strong> eeuw (Ferraris, 1777) werd het gebied van<br />
Hertberg gekenmerkt door uitgestrekt bos, het 'Cuytehoevebosch', doch hier en daar<br />
on<strong>de</strong>rbroken door kleine restanten hei<strong>de</strong> en enkele vijvers. Langs <strong>de</strong> ran<strong>de</strong>n herkennen we<br />
overwegend akkers en enkele weilan<strong>de</strong>n. Bijna een eeuw later (Van<strong>de</strong>rmaelen, 1854) is <strong>de</strong><br />
situatie zo goed als ongewijzigd; een groot boscomplex met enkele hei<strong>de</strong>restanten. Wel lijken<br />
enkele van <strong>de</strong> vijvers verdwenen. En ook vandaag wordt dit landschap gedomineerd door bos.<br />
Er kan dan ook wor<strong>de</strong>n gesteld dat <strong>de</strong> vegetatiestructuren geduren<strong>de</strong> <strong>de</strong> laatste eeuwen vrijwel<br />
ongewijzigd zijn gebleven. Toch heeft <strong>de</strong> mens geduren<strong>de</strong> <strong>de</strong> laatste 200 jaar door haar<br />
activiteiten het uitzicht van het bos wezenlijk veran<strong>de</strong>rd. Zo werd bijvoorbeeld tij<strong>de</strong>ns WOII<br />
een aanzienlijk <strong>de</strong>el van het oorspronkelijke bos ontgonnen door <strong>de</strong> Duitse bezetter, waardoor<br />
een heraanplanting in <strong>de</strong> 2<strong>de</strong> helft van <strong>de</strong> 20ste eeuw noodzakelijk was. Hoewel Hertberg en<br />
omgeving sinds lang wordt gekarakteriseerd door bos, treft men hier dus geen 'historisch<br />
stabiel' bos aan. Ter hoogte van <strong>de</strong> kruising van het Wezelsbaantje en het Veerlepad is er<br />
vandaag een vijvertje, <strong>de</strong> 'Ro<strong>de</strong> Vis', dat ook reeds bij Ferraris -doch groter- herkenbaar is. De<br />
in <strong>de</strong> noor<strong>de</strong>lijke rand gelegen 'Denneboshoeve' klimt op tot <strong>de</strong> 18<strong>de</strong> eeuw, doch werd<br />
herhaal<strong>de</strong>lijk aangepast en ter hoogte van Kipdorp staat nog een typische dorpswoning in<br />
leem- en vakwerk uit 1947. De wetenschappelijke waar<strong>de</strong> van dit bosrijke gebied wordt in<br />
belangrijke mate bepaald door <strong>de</strong> geomorfologische kenmerken: Hertberg (30m) en <strong>de</strong><br />
41
Steenheuvels (27,5m) zijn tertiaire heuvels. Als groot, aaneengesloten bosgebied, gelegen op<br />
<strong>de</strong> overgang tussen <strong>de</strong> vallei van <strong>de</strong> Grote Nete en <strong>de</strong> eerste hellingen van het Hageland, is het<br />
bovendien <strong>de</strong>el van een cluster van waar<strong>de</strong>volle landschappen. Het landschap van 'Hertberg'<br />
betreft dus een mooi aaneengesloten bosgebied, waarbinnen het macroreliëf, met <strong>de</strong> heuvels<br />
'Herberg' en 'Steenheuvels', zorgt voor afwisseling. Vooral <strong>de</strong> uitgestrektheid van dit<br />
landschap draagt in belangrijke mate bij tot <strong>de</strong> belevingswaar<strong>de</strong>. Knelpunten in <strong>de</strong>ze<br />
ankerplaats zijn <strong>de</strong> verspreid voorkomen<strong>de</strong> atypische bewoning en recreatieve infrastructuur,<br />
die vooral visueel een storen<strong>de</strong> invloed hebben op het geheel.<br />
A17003 Abdij en bos van Averbo<strong>de</strong> en Gerhagen<br />
Opmerkingen en knelpunten<br />
Het landschap heeft plaatselijk erg te lei<strong>de</strong>n on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> hoge recreatiedruk. De recente<br />
bebouwing levert geen bijdrage tot <strong>de</strong> landschapswaar<strong>de</strong>n.<br />
Tekstuele omschrijving<br />
De abdij van Averbo<strong>de</strong> ligt op het grondgebied van drie gemeenten en provincies:<br />
Scherpenheuvel-Zichem (Vlaams-Brabant), Tessen<strong>de</strong>rlo (Limburg) en Laakdal (Antwerpen).<br />
Reeds in <strong>de</strong> mid<strong>de</strong>leeuwen lag <strong>de</strong> abdij op <strong>de</strong> grens van twee vorstendommen: het hertogdom<br />
Brabant en het graafschap Loon (in <strong>de</strong> 14<strong>de</strong> eeuw opgeslorpt door het prinsbisdom Luik). De<br />
omgeving wordt voornamelijk gekenmerkt door Diestiaan-zandsteenheuvels, uitgestrekte<br />
bossen, hei<strong>de</strong>relicten en landduinen. De getuigenheuvels liggen hier als uitlopers van het<br />
Hageland, op <strong>de</strong> overgang naar <strong>de</strong> Kempen. Het zijn <strong>de</strong> overblijfselen van het oorspronkelijk<br />
massief van het Tertiair, die zich hebben kunnen handhaven door een beschermen<strong>de</strong> laag.<br />
Verantwoor<strong>de</strong>lijk hiervoor is het in <strong>de</strong> on<strong>de</strong>rgrond aanwezige, ijzerhou<strong>de</strong>n<strong>de</strong> glauconiet, dat<br />
in een vroeger (sub)tropisch , marien milieu ontstaan is. Het verweringsproduct van<br />
glauconiet is limoniet en heeft <strong>de</strong> eigenschap om zandkorrels aan mekaar te kitten, zodat een<br />
hard stenig grof zand ontstaat. Weer en wind hebben min<strong>de</strong>r invloed op <strong>de</strong> heuvels. De<br />
on<strong>de</strong>rgrond werd be<strong>de</strong>kt door geel zand, hier en daar met wat leem vermengd. Zo komen<br />
zowel zuivere zandbo<strong>de</strong>ms als lemige zandbo<strong>de</strong>ms en zandleembo<strong>de</strong>ms voor. De abdij<br />
speel<strong>de</strong> een zeer belangrijke rol bij <strong>de</strong> ontginning en on<strong>de</strong>rsteuning van <strong>de</strong> landbouw en<br />
veeteelt in <strong>de</strong> omgeving. Gesticht in 1134-35 ken<strong>de</strong> zij een grote bloeitijd en belangrijke<br />
uitbreidingen geduren<strong>de</strong> <strong>de</strong> 14<strong>de</strong> zowel als <strong>de</strong> 17-18<strong>de</strong> eeuw. Zij was één van <strong>de</strong> pioniers om<br />
<strong>de</strong> aanvankelijke loofbossen en hei<strong>de</strong> om te vormen naar naaldbossen. De aanvang daarvan<br />
had reeds in <strong>de</strong> 18<strong>de</strong> eeuw plaats, in het algemeen veel vroeger dan in <strong>de</strong> rest van <strong>de</strong> Kempen.<br />
De abdij overleef<strong>de</strong> <strong>de</strong> Franse revolutie, zij het met een on<strong>de</strong>rbreking van 40 jaar, en is nog<br />
steeds een belangrijk klooster. Zij vervult o.a. functies op gebied van bezinning, cultuur en<br />
pastoraal. Sinds haar ontstaan wordt zij bewoond door kloosterlingen van <strong>de</strong> or<strong>de</strong> <strong>de</strong>r<br />
norbertijnen of premonstratenzers, in <strong>de</strong> streek ook witheren genoemd. De barokke abdijkerk,<br />
het gotische poortgebouw in diestiaanzandsteen en <strong>de</strong> overige gebouwen die wer<strong>de</strong>n<br />
opgetrokken in ro<strong>de</strong> en afwisselend witte baksteen, vormen een schil<strong>de</strong>rachtig geheel in <strong>de</strong><br />
bosrijke omgeving. Naast <strong>de</strong> weg in <strong>de</strong> richting van Veerle ligt het kloosterkerkhof met <strong>de</strong><br />
graven van <strong>de</strong> Vlaamse schrijvers Ernest Claes en Armand Boni. Ten zui<strong>de</strong>n ligt het<br />
Mariapark met <strong>de</strong> grot van Onze-Lieve-Vrouw van Lour<strong>de</strong>s. Kerk en voorplein zijn voor het<br />
publiek toegankelijk. De huidige kerk is <strong>de</strong> <strong>de</strong>r<strong>de</strong> reeds se<strong>de</strong>rt het ontstaan van <strong>de</strong> abdij en<br />
domineert met zijn grote voorgevel het voorplein. Daarrond staat ten noor<strong>de</strong>n het abtskwartier<br />
in Franse klassieke stijl en ten zui<strong>de</strong>n het provisorenhuis (Vlaamse renaissance). De<br />
ingangspoort is het oudste gebouw van <strong>de</strong> huidige abdij en stamt uit <strong>de</strong> 14<strong>de</strong> eeuw. In die tijd<br />
werd in het hele Hageland <strong>de</strong> roestbruine zandsteen gebruikt voor het oprichten van kerken en<br />
openbare gebouwen. Het voormalige koetshuis biedt on<strong>de</strong>rdak aan <strong>de</strong> boekhan<strong>de</strong>l De Drie<br />
42
Provinciën. Op <strong>de</strong> gevel van <strong>de</strong> paar<strong>de</strong>stallen prijken <strong>de</strong> drie wapenschil<strong>de</strong>n. Buiten <strong>de</strong><br />
afsluitmuur aan <strong>de</strong> westzij<strong>de</strong> van het kerkplein, met ijzeren poorten, liggen rond een<br />
boomgaard en tuinen <strong>de</strong> ou<strong>de</strong> en naar bene<strong>de</strong>n toe ook recentere dienstgebouwen. Behalve het<br />
heem Thagaste zijn er ook <strong>de</strong> drukkerij en uitgeverijen gevestigd, gerenommeerd om hun<br />
boeken en jeugdtijdschriften. Daar ligt ook het washuis met ver<strong>de</strong>rop een vijver. Geheel<br />
westelijk geeft <strong>de</strong> Pikkelpoort in <strong>de</strong> achterste ommuring toegang tot <strong>de</strong> abdijhoeve en <strong>de</strong><br />
bossen. De omgeving van <strong>de</strong> abdij is <strong>de</strong> laatste eeuwen weinig gewijzigd. Opvallend is het<br />
min of meer straalvormige patroon van pa<strong>de</strong>n en wegen dat <strong>de</strong> centrale abdij verbindt met <strong>de</strong><br />
omliggen<strong>de</strong> dorpen, hoeves en kapellen. De bossen zijn door hun uitgestrektheid uniek voor<br />
<strong>de</strong>ze regio. In <strong>de</strong> lager gelegen <strong>de</strong>len ten noordwesten van het Averbo<strong>de</strong>bos wer<strong>de</strong>n<br />
bospercelen omgezet in akkers of wei<strong>de</strong>n en zijn <strong>de</strong> ran<strong>de</strong>n van het gebied min<strong>de</strong>r gaaf,<br />
doordat er versprei<strong>de</strong> bebouwing voorkomt. Hier vloeit ook <strong>de</strong> Hei<strong>de</strong>loop. Reeds eind 18<strong>de</strong><br />
eeuw kwamen er min<strong>de</strong>r bossen voor. De oostelijk gelegen Averbo<strong>de</strong>hei<strong>de</strong> was toen <strong>de</strong>els<br />
naaldbos, <strong>de</strong>els hei<strong>de</strong> die nadien nog bebost werd. Van het tiental vijvers zijn er heel wat<br />
drooggelegd na mid<strong>de</strong>n 19<strong>de</strong> eeuw. Het zuidoostelijk ge<strong>de</strong>elte is inmid<strong>de</strong>ls aangetast door<br />
recreatie-infrastructuur en verkavelingen. De dreven die vanaf <strong>de</strong> abdijpoort daarheen voeren,<br />
hebben erg te lij<strong>de</strong>n on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> hoge recreatiedruk. De invloed van <strong>de</strong> abdij was ook voelbaar in<br />
het oostelijk aangrenzen<strong>de</strong> Gerhagen, waar zij reeds in 1160 een hoeve bezat. Tot <strong>de</strong> 19<strong>de</strong><br />
eeuw werd het gebied rond Gerhagen ingenomen door hei<strong>de</strong>, gevolgd door bebossingen met<br />
naaldhout. Het is zo goed als volledig be<strong>de</strong>kt met een dikke laag zuiver zand (zavel). In<br />
perio<strong>de</strong>n met weinig begroeiing zorg<strong>de</strong> <strong>de</strong> wind voor heel wat verstuiving en creëer<strong>de</strong> een<br />
reliëf met landduinen en laagten. De Zandberg, waarop <strong>de</strong> uitkijktoren staat, is het restant van<br />
een grote duin; het ven Pinnekensweier is in één van <strong>de</strong> laagten ontstaan. Het gebied bevindt<br />
zich in een wig gevormd door een aantal getuigenheuvels en is daardoor een typisch<br />
brongebied, thans in gebruik als waterwingebied. Het overtollige water vloeit af via <strong>de</strong><br />
Gerhagenloop, omgeven door een half-open landschap van graslan<strong>de</strong>n met bomenrijen,<br />
dreven, houtkanten en enkele vijvers, zoals ook het gebied ten noor<strong>de</strong>n. Ten oosten ligt <strong>de</strong><br />
aanzet van <strong>de</strong> Nachtegaalbossen en <strong>de</strong> site van <strong>de</strong> Gerhagenschans. In het zui<strong>de</strong>n is <strong>de</strong><br />
Houterenberg dominant en vin<strong>de</strong>n we een kleinschaliger gebied van op <strong>de</strong> top historisch<br />
stabiele naald- en loofbossen, struwelen, hei<strong>de</strong>relicten, stuifzan<strong>de</strong>n, holle wegen en<br />
plaggenbo<strong>de</strong>ms op voormalige akkers. Behalve <strong>de</strong> restanten van een bakstenen Ou<strong>de</strong> Molen<br />
aan <strong>de</strong> Houterenberg is er op <strong>de</strong> Molenberg in Achterhei<strong>de</strong> een gelijknamige, houten<br />
windmolen van het bovenkruiertype. Gerhagen wordt beheerd met het oog op zachte<br />
recreatie. Plaatselijk zijn zones voor sportievere activiteiten voorzien. Het hele gebied is<br />
volledig verkeersvrij. Vanuit het Bosmuseum vertrekken gelei<strong>de</strong> wan<strong>de</strong>lingen. Wan<strong>de</strong>l-, fiets-<br />
en ruiterpa<strong>de</strong>n zijn er uitgestippeld en geven verbinding met <strong>de</strong> ruimere regio, zoals ook<br />
richting abdij.<br />
A20017 Demervallei tussen Aarschot en Zichem<br />
Opmerkingen en knelpunten<br />
Versprei<strong>de</strong> bebouwing in <strong>de</strong> omgeving Konijnenberg-Rommelaar, dorpskern van Testelt,<br />
bebouwing op <strong>de</strong> Voortberg . Tussen Testelt en Zichem loopt <strong>de</strong> spoorlijn Aarschot - Diest -<br />
Hasselt.<br />
Tekstuele omschrijving<br />
Het <strong>de</strong>el van <strong>de</strong> Demervallei van Aarschot tot Zichem vormt <strong>de</strong> meest oostelijke uitloper van<br />
<strong>de</strong> zogenaam<strong>de</strong> fossiele Vlaamse vallei. Het gaat om een uitgestrekt beem<strong>de</strong>nlandschap<br />
waarin <strong>de</strong> perceelsrandbegroeiing groten<strong>de</strong>els verdwenen is. Op biologisch vlak zijn er zeer<br />
interessante biotopen aanwezig, waarbij <strong>de</strong> afgesne<strong>de</strong>n mean<strong>de</strong>rs en <strong>de</strong> sporen van fossiele<br />
43
mean<strong>de</strong>rs een belangrijke rol spelen. Voedselrijke-, verlandings- en graslandvegetaties,<br />
struweel en bosbiotopen wisselen mekaar af. Halfnatuurlijke plantengemeenschappen komen<br />
nog voor in <strong>de</strong> ou<strong>de</strong> en steeds zeldzamer wor<strong>de</strong>n<strong>de</strong> hooilan<strong>de</strong>n. De 19<strong>de</strong> eeuwse turfputten<br />
zijn nog in het Vierkensbroek aanwezig. Vooral vanaf het mid<strong>de</strong>n van <strong>de</strong> 20ste eeuw<br />
verschenen op grote schaal populierenaanplantingen. De plaatselijke toponiemen wijzen<br />
dui<strong>de</strong>lijk op <strong>de</strong> elementen uit het Demerlandschap: Schotsbroek, Demerbroek, Zavelbeem<strong>de</strong>n,<br />
Melkbroek, Delfkensdonk, Krekelbroek, Kerkendijk, Doodbroek, Vierkensbroek en<br />
Kloosterbeem<strong>de</strong>n. Talrijke waterlopen voegen zich bij <strong>de</strong> Demer, soms na over een zekere<br />
afstand evenwijdig met <strong>de</strong> Demer gestroomd te hebben: Grote en Ou<strong>de</strong> Motte, Weer<strong>de</strong>rlaak,<br />
Schoonhovense beek, Grote en Kleine Laak, Laarbeek, Molengracht, Hulpe, Kleine en Grote<br />
Leigracht. Evenwijdig met <strong>de</strong> Demervallei ontwikkel<strong>de</strong> zich lintbebouwing van Aarschot via<br />
Langdorp en Testelt tot Diest. Ook <strong>de</strong> zuidflank is dicht bebouwd, vooral in <strong>de</strong> omgeving van<br />
Messelbroek. Op diverse plaatsen zijn nog dui<strong>de</strong>lijke sporen van turfontginning te herkennen.<br />
Van Testelt tot Zichem doorsnijdt <strong>de</strong> spoorlijn Aarschot-Diest het beem<strong>de</strong>nlandschap. Enkele<br />
Diestiaanheuvels beheersen het landschap: Konijnenberg-Mid<strong>de</strong>lberg, Wijngaardberg te<br />
Messelbroek (ten zui<strong>de</strong>n van <strong>de</strong> afgebaken<strong>de</strong> vallei) en <strong>de</strong> Voortberg bij Testelt. De<br />
Voortberg was al op het ein<strong>de</strong> van <strong>de</strong> 18<strong>de</strong> eeuw goed te on<strong>de</strong>rschei<strong>de</strong>n in het landschap<br />
omwille van <strong>de</strong> erop voorkomen<strong>de</strong> akkers die hoger lagen dan <strong>de</strong> omringen<strong>de</strong> natte beem<strong>de</strong>n<br />
van <strong>de</strong> Demer. Vanaf het mid<strong>de</strong>n van <strong>de</strong> 20ste eeuw werd hij bebost en nadien groei<strong>de</strong> er<br />
lintbebouwing. Vanop <strong>de</strong> Voortberg heeft men een prachtig uitzicht op Testelt en omgeving<br />
en <strong>de</strong> Sint-Pieterskerk. Dit in hoofdzaak gotisch gebouw stamt uit <strong>de</strong> 15<strong>de</strong>-16<strong>de</strong> eeuw en is<br />
groten<strong>de</strong>els met ijzerzandsteen gebouwd. Hetzelf<strong>de</strong> bouwmateriaal vin<strong>de</strong>n we terug in <strong>de</strong><br />
voormalige molen van <strong>de</strong> abdij van Averbo<strong>de</strong>, waarvan <strong>de</strong> ou<strong>de</strong> kern teruggaat tot in <strong>de</strong> 15<strong>de</strong><br />
eeuw. Bei<strong>de</strong> gebouwen zijn als monument beschermd, <strong>de</strong> dorpskern als dorpsgezicht. Zichem<br />
vertoont nog heel wat sporen van een rijk verle<strong>de</strong>n als mid<strong>de</strong>leeuws stadje. De welstand<br />
bereikte een hoogtepunt in <strong>de</strong> 14<strong>de</strong> eeuw, er was toen ook een omwalling. In <strong>de</strong> 19<strong>de</strong> eeuw<br />
verloor Zichem het statuut van stad. De vesten en poorten zijn gesloopt, maar het<br />
concentrische stratenplan rond het marktplein is nog dui<strong>de</strong>lijk herkenbaar. De Sint-<br />
Eustachiuskerk in Brabantse Demergotiek en <strong>de</strong> 18<strong>de</strong> eeuwse pastorie wer<strong>de</strong>n hoofdzakelijk<br />
in ijzerstzandsteen opgetrokken. De kerk is evenals eenaantal an<strong>de</strong>re gebouwen in Zichem een<br />
beschermd monument. De Maag<strong>de</strong>ntoren is een ron<strong>de</strong> donjon, dateren<strong>de</strong> uit het ein<strong>de</strong> van <strong>de</strong><br />
14<strong>de</strong> eeuw en eveneens in ijzerzandsteen opgetrokken. De ontvangstruimte op niveau 1 is<br />
ongetwijfeld <strong>de</strong> meest prestigieuze in onze gewesten met een hoog kruisribgewelf, een<br />
sluitsteen met wapenschild en gotische beschil<strong>de</strong>ringen. De Maag<strong>de</strong>ntoren ligt kort bij <strong>de</strong><br />
splitsing tussen Ou<strong>de</strong> en Nieuwe Demer. Meer naar het westen ligt <strong>de</strong> ou<strong>de</strong> watermolen van<br />
Zichem. De kern van het nabijgelegen omwal<strong>de</strong> Oranjekasteel dateert uit <strong>de</strong> 17<strong>de</strong> eeuw, het<br />
geheel werd grondig verbouwd op het ein<strong>de</strong> van <strong>de</strong> 19<strong>de</strong> eeuw. Ten noor<strong>de</strong>n van Zichem ligt<br />
het geboortehuis van Ernest Claes, dat samen met <strong>de</strong> omgeving als landschap beschermd is.<br />
Ook op het dorpsplein met <strong>de</strong> nog aanwezige muziekkiosk herinnert een beeld aan het werk<br />
van Ernest Claes. Zichem was vooral in <strong>de</strong> eerste helft van <strong>de</strong> twintigste eeuw een belangrijk<br />
knooppunt inzake reizigersvervoer per spoor, zowel voor wat betreft pen<strong>de</strong>lverkeer als<br />
be<strong>de</strong>vaar<strong>de</strong>rs naar Scherpenheuvel.. Getuige hiervan zijn het stationsgebouw (een type<br />
waarvan nog maar enkele exemplaren bestaan, maar dat talrijk voorkwam langs <strong>de</strong> lijnen van<br />
<strong>de</strong> spoorwegmaatschappij Grand Central Belge) en het op een aansluitend terrein gelegen<br />
Buurtspoorwegstation (ook van een uitzon<strong>de</strong>rlijk type) met <strong>de</strong> bijhoren<strong>de</strong> watertoren en<br />
tramloodsen. De spoorwegberm naar Scherpenheuvel is nog zeer goed in het landschap<br />
herkenbaar, hij loopt langs het Molenste<strong>de</strong>broek en <strong>de</strong> hoeve De Toren. Het gaat hier in feite<br />
om een Buurtspoorwegconcessie die uitzon<strong>de</strong>rlijk in han<strong>de</strong>n kwam van een<br />
spoorwegmaatschappij, namelijk <strong>de</strong> Grand Central Belge, en in feite <strong>de</strong>el uitmaakte van <strong>de</strong><br />
44
verbinding naar Geel. Scherpenheuvel was op het ein<strong>de</strong> van <strong>de</strong> 19<strong>de</strong> eeuw koploper inzake<br />
het aantal werklie<strong>de</strong>nabonnementen in België!<br />
A27001 Asdonk, Grote Beek en Kleine Beek<br />
Opmerkingen en knelpunten<br />
Versprei<strong>de</strong> bebouwing bij Asdonk, Dassenaar<strong>de</strong>, Engsberg, Rietbroek en Hooilandse berg<br />
Tekstuele omschrijving<br />
Asdonk ligt ten zuidoosten van <strong>de</strong> dorpskern van Engsbergen, een <strong>de</strong>elgemeente van<br />
Tessen<strong>de</strong>rlo. Voorheen was het een waterrijk gebied ten noor<strong>de</strong>n van <strong>de</strong> vallei van <strong>de</strong> Grote<br />
en <strong>de</strong> Kleine Beek. Het gaat hier om een systeem van meer<strong>de</strong>re parallelle beken. De<br />
Genevense Vliet vervoegt <strong>de</strong> Grote Beek, <strong>de</strong> Mid<strong>de</strong>lbeek stroomt in <strong>de</strong> Kleine Beek, tesamen<br />
vormen ze het Zwart Water. De bruinzwarte valleigron<strong>de</strong>n be<strong>de</strong>kken lagen met venig<br />
materiaal, <strong>de</strong> ran<strong>de</strong>n van <strong>de</strong> vallei wor<strong>de</strong>n geaccentueerd door een reeks geïsoleer<strong>de</strong><br />
Diestiaanheuvels die meestal 40 tot 50 meter hoog zijn: Ekelenberg, Kruisberg,<br />
Schellekesberg en Hooilandseberg. Toponiemen zoals Schansbeem<strong>de</strong>n, Rietbroek,<br />
Schouwbroek, Paasdonken, Schutshagen en Willebroek zijn kenmerkend voor een <strong>de</strong>rgelijk<br />
valleigebied, waarin ook turfputten voorkomen. Uiteraard komen er slechts weinig hoeves<br />
voor in <strong>de</strong>ze vallei: hoeve Bolhuis, hoeve De Schans. Ten noor<strong>de</strong>n van <strong>de</strong> Grote Beek, op het<br />
grondgebied Deurne (Diest) ligt het 19<strong>de</strong>-eeuwse kasteel Kievit. Op het grondgebied van <strong>de</strong><br />
provincie Limburg is het aansluiten<strong>de</strong> landschap min<strong>de</strong>r gaaf bewaard. De gebouwen en <strong>de</strong><br />
moestuin van het landgoed Groot Asdonk liggen op het grondgebied van het Brabantse<br />
Molenste<strong>de</strong>, een <strong>de</strong>elgemeente van Diest. Het landschapspark in Engelse stijl ligt ten noor<strong>de</strong>n<br />
van <strong>de</strong>ze gebouwen op het grondgebied van het Limburgse Engsbergen, een <strong>de</strong>elgemeente<br />
van Tessen<strong>de</strong>rlo. Groot Asdonk is een voormalige hoeve van <strong>de</strong> abdij van Averbo<strong>de</strong>. Het<br />
domein is ongeveer 40 ha groot en omvat het park in landschappelijke stijle, aangelegd in het<br />
eerste kwart van <strong>de</strong> 19<strong>de</strong> eeuw, een schuur, een hoeve en een herenverblijf in los verband,<br />
daterend van <strong>de</strong> 17<strong>de</strong> tot <strong>de</strong> 20ste eeuw. Een eikendreef leidt naar het domein. Ten noor<strong>de</strong>n<br />
van het huis en in <strong>de</strong> as ervan ligt een uitgestrekt rechthoekig grasveld zoals het in het begin<br />
van <strong>de</strong> 19<strong>de</strong> eeuw aangelegd werd: aan drie zij<strong>de</strong>n strek omwald, <strong>de</strong> westelijke arm van <strong>de</strong>ze<br />
omwalling is <strong>de</strong>els verbreed tot een landschappelijke vijver. De tuinpercelen zijn omringd<br />
door een bomengor<strong>de</strong>l. Ten oosten ligt een perceel bos en ten westen, aansluitend bij <strong>de</strong><br />
westelijke wal, een complex van nu droge vijvers, landtongen en eilan<strong>de</strong>n on<strong>de</strong>r gemengd<br />
loofbos. Ten westen van Asdonk ligt het Prinsenbos: een oorspronkelijk hei<strong>de</strong> gebied, dat in<br />
<strong>de</strong> eerste helft van <strong>de</strong> 19<strong>de</strong> eeuw bebost werd en nadien perceelgewijs gerooid werd.<br />
A27003 Vallei van <strong>de</strong> Zwarte Beek van Mel<strong>de</strong>rt tot Zelem<br />
Opmerkingen en knelpunten<br />
Hoewel het valleigebied relatief weinig intensief gebruikt wordt, veroorzaken het soms smalle<br />
beekdal, <strong>de</strong> bewoningsdruk en <strong>de</strong> verstoring op verschillen<strong>de</strong> plaatsen min<strong>de</strong>r kansen voor<br />
duurzame kwaliteit. In het noor<strong>de</strong>lijke ge<strong>de</strong>elte van het Gorenbroek ervan staan enkele<br />
weekendhuisjes. De recente bebouwing levert geen bijdrage tot <strong>de</strong> landschapswaar<strong>de</strong>n.<br />
Tekstuele omschrijving<br />
De bene<strong>de</strong>nloop van <strong>de</strong> Zwarte Beek vloeit vanaf Mel<strong>de</strong>rt (Lummen) in zuidwestelijke<br />
richting om voorbij Zelem (Halen) op te gaan in <strong>de</strong> vallei van <strong>de</strong> Demer. Ze vloeit daarmee<br />
pas samen nabij Diest. De beek kronkelt hier tussen steeds hogere getuigenheuvels, enkele<br />
malen inkrimpend tot een smal lint van hooi- en weilan<strong>de</strong>n, dan weer uit<strong>de</strong>iend tot een<br />
45
e<strong>de</strong>re vlek, afhankelijk van <strong>de</strong> ruimte die <strong>de</strong> ijzersterke zandsteenruggen haar laten. De<br />
Diestiaan-zandsteenheuvels liggen hier als uitlopers van het Hageland. Het zijn <strong>de</strong><br />
overblijfselen van het oorspronkelijk massief van het Tertiair, die zich hebben kunnen<br />
handhaven door een beschermen<strong>de</strong> laag. Verantwoor<strong>de</strong>lijk hiervoor is het in <strong>de</strong> bo<strong>de</strong>m<br />
aanwezige glauconiet, dat in een vroeger (sub)tropisch , marien milieu ontstaan is. Het<br />
verweringsproduct van glauconiet noemt limoniet en heeft <strong>de</strong> eigenschap om zandkorrels aan<br />
mekaar te kitten, zodat stenig grof zand ontstaat. Weer en wind hebben alzo min<strong>de</strong>r invloed<br />
op <strong>de</strong>ze heuvels. De Zwarte Beek is nog één van <strong>de</strong> zeldzame waterlopen die haar natuurlijke<br />
mean<strong>de</strong>ring behou<strong>de</strong>n heeft. De valleibeem<strong>de</strong>n wor<strong>de</strong>n hier doorgaans broeken genoemd. Het<br />
gebied wordt doorsne<strong>de</strong>n door een veelheid aan zijbeken (o.a. <strong>de</strong> Bakelsbeek) en grachten.<br />
Het Zwart Water is één van <strong>de</strong> kunstmatige afwateringskanalen van <strong>de</strong> broeken in <strong>de</strong><br />
Demervallei. Behalve <strong>de</strong> heuvelruggen komen ten zui<strong>de</strong>n van <strong>de</strong> vallei een aantal <strong>de</strong>pressies<br />
voor. De Goren bestaan uit een strook lange, smalle vijvers met loofhoutbosjes op zandig<br />
substraat. Het Gorenbroek is is een natte <strong>de</strong>pressie met ruigten, struweeltjes en een aantal<br />
populierenaanplantingen. In het noor<strong>de</strong>lijke ge<strong>de</strong>elte ervan staan enkele weekendhuisjes. Het<br />
half-open landschap in <strong>de</strong> vallei wordt thans in grote lijnen bepaald door graaswei<strong>de</strong>n met<br />
verspreid liggen<strong>de</strong> hooilan<strong>de</strong>n, ruigten, struwelen, moerassen, broekbossen, een aantal<br />
bomenrijen en vijvers. Het bo<strong>de</strong>mgebruik is groten<strong>de</strong>els historisch stabiel. Gebruik van <strong>de</strong><br />
beem<strong>de</strong>n voor hooiproductie is ook hier wellicht blijven doorgaan tot na <strong>de</strong> twee<strong>de</strong><br />
wereldoorlog. Mogelijk bestond een ge<strong>de</strong>elte van <strong>de</strong> broeken uit bevloei<strong>de</strong>, zogenaam<strong>de</strong><br />
waterbeem<strong>de</strong>n. 's Winters ston<strong>de</strong>n alle broeken langs <strong>de</strong> beken in <strong>de</strong> bene<strong>de</strong>nloop van <strong>de</strong><br />
Zwarte Beek blank. In stroomafwaartse richting treffen we achtereenvolgens aan: <strong>de</strong><br />
intensiever gebruikte Lange Beem<strong>de</strong>n, het Bakelsbroek, <strong>de</strong> Leunen ter hoogte van <strong>de</strong><br />
spoorlijn Hasselt-Diest, en het Rotbroek. De Leunen is wat rest van het ooit veel grotere en<br />
botanisch erg gerenommeer<strong>de</strong> Zelems Moeras. Het is nu een waar<strong>de</strong>volle valleikern met<br />
mooie struwelen, moerassen, broekbossen, plassen en kleurrijke hooilan<strong>de</strong>n. In <strong>de</strong> buurt lag<br />
ook <strong>de</strong> Ou<strong>de</strong> Schans. Daar waar <strong>de</strong> vallei begrensd wordt door <strong>de</strong> Diestiaanse<br />
zandsteenruggen vin<strong>de</strong>n we voornamelijk akkers, schralere graslan<strong>de</strong>n, hei<strong>de</strong>relicten en<br />
bossen. Noor<strong>de</strong>lijk van Zelem zijn dat <strong>de</strong>nnenbossen, ten zui<strong>de</strong>n op <strong>de</strong> Steenberg<br />
hellingbossen. Rond het straatdorp Zelem is het landschap aantrekkelijk gevarieerd met<br />
prachtige vergezichten over <strong>de</strong> vallei en landschappelijk waar<strong>de</strong>volle elementen zoals holle<br />
wegen, bomenrijen, houtkanten en ou<strong>de</strong> monumenten. Het driehoekig dorpsplein, met kiosk,<br />
wordt omringd door <strong>de</strong> Sint-Lambertuskerk, het kerkhof, <strong>de</strong> pastorie, <strong>de</strong> gemeenteschool,<br />
enkele recentere woningen en een schuurtje in vakwerk. Ten zuidoosten ligt het voormalige<br />
kartuizerklooster Sint-Jansberg met in <strong>de</strong> buurt <strong>de</strong> hoeves Eksterhoek en Ou<strong>de</strong> Pastorij. Het<br />
klooster is een indrukwekkend, ommuurd complex temid<strong>de</strong>n van boomgaar<strong>de</strong>n en vel<strong>de</strong>n.<br />
Een gekassei<strong>de</strong> weg leidt naar <strong>de</strong> huidige ingang, die <strong>de</strong> noordvleugel in twee <strong>de</strong>len splitst.<br />
Op <strong>de</strong> kruising van <strong>de</strong> Kolenberg- en Schomstraat ligt een gaaf geheel van twee 19<strong>de</strong> eeuwse<br />
huizen en een hoeve, in hun met hagen omring<strong>de</strong> tuinen. Ten noordwesten staat het<br />
zogenaam<strong>de</strong> Geesthuis, een alleenstaan<strong>de</strong> herenwoning in witgekalkte baksteenbouw in een<br />
mooi park met enkele ou<strong>de</strong> bomen. De ligging op een kavel met <strong>de</strong>els ge<strong>de</strong>mpte omgrachting<br />
wijst op een ou<strong>de</strong> inplanting. Kasteel Lobos bij <strong>de</strong> Zwarte Beek bezit een hoeve en een park<br />
met enkele merkwaardige bomen en resten van <strong>de</strong> omgrachting. Het is bereikbaar langs een<br />
gekassei<strong>de</strong> dreef met inrijhek. Ten noordoosten staan nog enkele langgevelhoeves in<br />
versteend vakwerk. Vermel<strong>de</strong>nswaard zijn tenslotte ook <strong>de</strong> Sint-Willibrorduskerk en <strong>de</strong><br />
vroegere pastorie, aan <strong>de</strong> valleirand in Mel<strong>de</strong>rt, vanwaaruit eveneens een zicht op <strong>de</strong> vallei<br />
mogelijk is. Hoewel het valleigebied relatief weinig intensief gebruikt wordt, veroorzaken het<br />
soms smalle beekdal, <strong>de</strong> bewoningsdruk en <strong>de</strong> verstoring op verschillen<strong>de</strong> plaatsen min<strong>de</strong>r<br />
kansen voor duurzame kwaliteit. De omgeving biedt alleszins <strong>de</strong> ruimte voor een<br />
landschapsgerichte, zachte recreatie. Er zijn wan<strong>de</strong>lroutes uitgestippeld.<br />
46
A12002 Langdonken<br />
Opmerkingen en knelpunten<br />
Knelpunten in het gebied zijn het verspreid voorkomen van groepjes weekendverblijven,<br />
alsook <strong>de</strong> hoge dichtheid aan visputten.<br />
Tekstuele omschrijving<br />
De ankerplaats 'Langdonken' is gelegen in <strong>de</strong> gemeente Herselt op <strong>de</strong> overgang Kempen-<br />
Hageland. De begrenzing wordt gevormd door <strong>de</strong> Aarschotsesteenweg in het westen, Achter<br />
<strong>de</strong> Wereld en Molenvloed in het noor<strong>de</strong>n, <strong>de</strong> Broekstraat, <strong>de</strong> Dooiewerf en <strong>de</strong><br />
Langdonksestraat in het oosten en tot slot <strong>de</strong> Loopgatenstraat <strong>de</strong> renbaan Hei<strong>de</strong>park en <strong>de</strong><br />
Elsestraat in het zui<strong>de</strong>n. Door het weinig intensief gebruik van <strong>de</strong> Langdonken, bleef dit<br />
landschap geduren<strong>de</strong> eeuwen zo goed als ongewijzigd. Bij Ferraris (1777) betrof het gebied<br />
ten noor<strong>de</strong>n van <strong>de</strong> 'Herselschloop' met een uitloper naar het noor<strong>de</strong>n moeras, het centraal- en<br />
noor<strong>de</strong>lijk ge<strong>de</strong>elte was onbegaanbaar moeras, terwijl het westelijke ge<strong>de</strong>elte iets droger en<br />
meer bebost was. Het zuidwesten, noordwesten, en oosten, was op dat moment hei<strong>de</strong>, wat<br />
wijst op ontginning van <strong>de</strong> oorspronkelijke bossen. De gevolgen van <strong>de</strong> aanzet tot ver<strong>de</strong>re<br />
ontginning zien we op <strong>de</strong> historische kaart van Van<strong>de</strong>rmaelen, met on<strong>de</strong>rscheid tussen<br />
vochtige hei<strong>de</strong>, beem<strong>de</strong>n en loofbos. Pas tegen het ein<strong>de</strong> van <strong>de</strong> 18<strong>de</strong> eeuw werd op grote<br />
schaal begonnen met het geschikt maken van <strong>de</strong> gron<strong>de</strong>n voor landbouw. Zo werd getracht<br />
om <strong>de</strong> hoger gelegen percelen van <strong>de</strong> Langdonken te draineren, aan <strong>de</strong> natste <strong>de</strong>len werd niet<br />
geraakt. De hei<strong>de</strong> werd opgebroken en omgevormd tot wei- en akkerland, <strong>de</strong> drogere percelen<br />
wer<strong>de</strong>n gebruikt voor bosbouw en hakhoutwinning. Tegen het ein<strong>de</strong> van <strong>de</strong> 19<strong>de</strong> eeuw werd<br />
<strong>de</strong> ontginning voor bosbouw geïntensifieerd: percelen wer<strong>de</strong>n met grachten in pandjes<br />
ver<strong>de</strong>eld en bebost. Doordat <strong>de</strong> percelen niet wer<strong>de</strong>n ontwaterd, bleef het water in <strong>de</strong> grachten<br />
staan en on<strong>de</strong>rging <strong>de</strong> grondwatertafel zogoed als geen wijzigingen. Zo bleef het gebied tot<br />
rond 1960 eigenlijk re<strong>de</strong>lijk ongeschon<strong>de</strong>n. Maar van dan af wer<strong>de</strong>n weekendverblijven<br />
gebouwd, vijvers gegraven, wegen getrokken, begroeiingen verwij<strong>de</strong>rd, e.d. Sinds enkele<br />
<strong>de</strong>cennia komt hierin gelukkig alweer veran<strong>de</strong>ring. Vandaag wordt <strong>de</strong> waar<strong>de</strong> van het gebied<br />
Langdonken bepaald door <strong>de</strong> aanwezigheid van talrijke relicten van het oorspronkelijk<br />
landschap, zoals het er eeuwen gele<strong>de</strong>n uitzag, met een afwisseling van bos, vochtige hei<strong>de</strong>,<br />
broekbos, vennen, grachten en weilan<strong>de</strong>n. Het reliëf en <strong>de</strong> variatie in structuur en<br />
vegetatietypes maken dit landschap esthetisch waar<strong>de</strong>vol. Dankzij <strong>de</strong> aanwezigheid van<br />
onontgonnen alluviale gron<strong>de</strong>n, driesgron<strong>de</strong>n, meerdalbo<strong>de</strong>ms en gradiënten van voedselarm<br />
naar voedselrijk en matig nat tot zeer nat, herbergt dit landschap bovendien een rijke en<br />
waar<strong>de</strong>volle flora en fauna.<br />
A20054 Be<strong>de</strong>vaartsoord van Scherpenheuvel<br />
Opmerkingen en knelpunten<br />
Het gaat hier specifiek om een bebouw<strong>de</strong> historische stadskern.<br />
Tekstuele omschrijving<br />
Scherpenheuvel is gelegen op een heuvelrug in het noor<strong>de</strong>lijke Hageland tussen Aarschot en<br />
Diest. Het is een "nieuwe stad", gesticht door <strong>de</strong> aartshertogen Albrecht en Isabella, met een<br />
stervormige, heptagonale plattegrond, oorspronkelijk ver<strong>de</strong>digd door zeven bastions en<br />
voorzien van drie stadspoorten op <strong>de</strong> wegen naar Zichem, Leuven en Diest. Centraal staat <strong>de</strong><br />
O.L.Vrouwbasiliek, die door haar ligging op een heuveltop tot ver in <strong>de</strong> omtrek zichtbaar is.<br />
Een miraculeus O.L.Vrouwbeeld, oorspronkelijk volgens <strong>de</strong> legen<strong>de</strong> opgehangen aan een eik<br />
47
en dat vanaf <strong>de</strong> 14<strong>de</strong> eeuw vereerd wordt, ligt aan <strong>de</strong> oorsprong van <strong>de</strong>ze be<strong>de</strong>vaartskerk. Ze<br />
werd in opdracht van <strong>de</strong> aartshertogen ontworpen door Wenceslas Cobergher en ingeplant in<br />
het mid<strong>de</strong>n van <strong>de</strong> stad. Het stratenplan is langs <strong>de</strong> westelijke zij<strong>de</strong> volledig door het<br />
veelhoekige patroon van het plein rond <strong>de</strong> basiliek bepaald. Een <strong>de</strong>el van <strong>de</strong> steenweg naar<br />
Aarschot werd in <strong>de</strong> omschrijving opgenomen omwille van het prachtige vergezicht op <strong>de</strong><br />
basiliek. De kerk heeft een symbolische zevenhoekige plattegrond met een overkoepeld<br />
centraal volume, geflankeerd door zes lagere kapellen en een portaal. Het geheel is beïnvloed<br />
door <strong>de</strong> Romeinse hoog-renaissance met reeds doorgedreven barokke vormen. De oostertoren<br />
wordt als een storend vertikaliserend element ervaren. Het is nog steeds een druk bezocht<br />
be<strong>de</strong>vaartsoord, dat pas in <strong>de</strong> 19<strong>de</strong> eeuw echt populair gewor<strong>de</strong>n was. Ten oosten van <strong>de</strong><br />
basiliek liggen overblijfselen van het voormalige, in 1624 gestichte Oratorianenklooster met<br />
on<strong>de</strong>rmeer een <strong>de</strong>el van <strong>de</strong> voormalige kloostergang, een merkwaardige on<strong>de</strong>raardse<br />
gaan<strong>de</strong>rij. Op een hellend en bebost terrein met taluds bevin<strong>de</strong>n zich <strong>de</strong> staties van een<br />
monumentale kruisweg, eveneens toegeschreven aan W. Cobergher. In <strong>de</strong> omgeving zijn een<br />
aantal gebouwen uit <strong>de</strong> 17<strong>de</strong> eeuw bewaard gebleven. Hierbij kan melding gemaakt wor<strong>de</strong>n<br />
van een ruime en fraaie renaissancewoning van ca. 1600, het zogenaam<strong>de</strong> 'Huis <strong>de</strong>r<br />
Aartshertogen. Ten oosten van <strong>de</strong> <strong>de</strong> stadskern ligt een heuvelend agrarisch gebied van waar<br />
men een prachtig uitzicht heeft op <strong>de</strong> omgeving van <strong>de</strong> basiliek.<br />
4.3 Nieuwe Landschappen (blanco zones) (kaart 14: Nieuwe landschappen)<br />
On<strong>de</strong>r Nieuwe Landschappen wor<strong>de</strong>n <strong>de</strong> landschappen verstaan die ontstaan zijn volgens een<br />
‘tabula rasa’-metho<strong>de</strong>, waarbij <strong>de</strong> bestaan<strong>de</strong> traditionele landschappelijke kenmerken<br />
groten<strong>de</strong>els genegeerd en uitgewist wer<strong>de</strong>n. Dit soort ontwikkelingen hebben zich weliswaar<br />
zowat overal voorgedaan op verschillen<strong>de</strong> tijdstippen in <strong>de</strong> loop van <strong>de</strong> geschie<strong>de</strong>nis, maar<br />
dan vooral op lokale basis. Na <strong>de</strong> Industriële revolutie en vooral na <strong>de</strong> Twee<strong>de</strong> Wereldoorlog<br />
kennen ze een geweldige uitbreiding en versnelling.<br />
Enkele Nieuwe landschappen binnen het projectgebied zijn: <strong>de</strong> ruilverkaveling Tongerlo<br />
(1970) en <strong>de</strong> ruilverkaveling Westerlo (1977), <strong>de</strong> Rurbane landschappen, waarvan<br />
lintbebouwing, woon-landschappen (wonen in het groen, wonen op <strong>de</strong> buiten) verkavelingen,<br />
weglandschappen, nieuwe industrielandschappen die zich preferentieel langs kanalen,<br />
spoorwegen en autowegen ontwikkelen <strong>de</strong>el uitmaken; Recreatielandschappen: hoge<br />
concentratie aan plaatsgebon<strong>de</strong>n recreatie: vliegveld Schaffen, recreatiedomein <strong>de</strong> Vijvers,<br />
provinciale domeinen, sportterreinen, zones voor weekendverblijven…<br />
De nieuwe landschappen zijn vanuit het oogpunt van <strong>de</strong> authenticiteit van landschappen ‘<strong>de</strong><br />
restruimten’. Deze restruimten bevin<strong>de</strong>n zich voornamelijk aan <strong>de</strong> ran<strong>de</strong>n van het<br />
studiegebied: langs <strong>de</strong> zui<strong>de</strong>lijke rand, meer bepaald ten zui<strong>de</strong>n van <strong>de</strong> Demer en ten noor<strong>de</strong>n<br />
van Diest; ten noor<strong>de</strong>n van <strong>de</strong> Grote Nete, In het westen tussen Hulshout, Herselt en<br />
Aarschot. En in het oosten rond Tessen<strong>de</strong>rlo. De nieuwe landschappen wor<strong>de</strong>n niet<br />
beschouwd als authentiek, hun ontstaan is niet strikt geografisch bepaald. Door hun aard en<br />
vaak doordat zij nog maar vrij recent ontstaan zijn (meestal 2 <strong>de</strong> helft 20 ste eeuw) dragen zij<br />
meestal niet bij tot <strong>de</strong> i<strong>de</strong>ntiteit van een regio. Zij dragen wel bij tot <strong>de</strong> diversiteit: zoals <strong>de</strong><br />
ruilverkavelingsgebie<strong>de</strong>n in het noor<strong>de</strong>n bijvoorbeeld zeer verschillend zijn van an<strong>de</strong>re<br />
landbouwgebie<strong>de</strong>n binnen <strong>de</strong> perimeter, of <strong>de</strong> bosrijke omgeving rond Molenste<strong>de</strong> wezenlijk<br />
verschilt van <strong>de</strong> bossen van <strong>de</strong> Mero<strong>de</strong>.<br />
48
De fiches in bijlage geven over <strong>de</strong> Nieuwe landschappen die op kaart 14 zijn aangeduid meer<br />
<strong>de</strong>tailinformatie. Hierin wordt <strong>de</strong> huidige toestand vergeleken met <strong>de</strong> Ferrariskaart.<br />
Het gebied ten noor<strong>de</strong>n van <strong>de</strong> Grote Nete is een vrij open landbouwlandschap, het is ontstaan<br />
door ruilverkavelingsactiviteiten in <strong>de</strong> jaren 1970. Voor <strong>de</strong> ruilverkavelingen dit gebied<br />
herschiepen in een open landbouwlandschap, was dit een zeer bosrijke omgeving, met een<br />
zeer groot bos ten noor<strong>de</strong>n van <strong>de</strong> abdij van Tongerlo en een zeer bre<strong>de</strong> bosgor<strong>de</strong>l rond <strong>de</strong><br />
gemeente Olen (vroeger militair domein) (In bijlage: Fiches 1, 2 en 3).<br />
Het landbouwgebied tussen Herselt en Ramsel, sluit aan bij het landbouwlandschap rond Lier<br />
en Heist Op Den Berg. Dit vrij open landschap is een lappen<strong>de</strong>ken van relictlandschappen en<br />
blanco zones. De re<strong>de</strong>n hiervoor is te vin<strong>de</strong>n in <strong>de</strong> bebouwingspatronen (lintbebouwing) en <strong>de</strong><br />
invulling van <strong>de</strong> landbouwactiviteiten door glastuinbouw (Fiche 4).<br />
Twee Nieuwe landschappen bevin<strong>de</strong>n zich rond <strong>de</strong> woonkernen van Blauwberg en<br />
Wolfsdonk. Bei<strong>de</strong> gebie<strong>de</strong>n beston<strong>de</strong>n in <strong>de</strong> 18 <strong>de</strong> eeuw voornamelijk uit hei<strong>de</strong>, met thv<br />
Wolfsdonk een kleine ne<strong>de</strong>rzetting. Sindsdien is <strong>de</strong> wegen- en ne<strong>de</strong>rzettingsstructuur sterk<br />
uitgebreid en is het hei<strong>de</strong>landschap veran<strong>de</strong>rd in een landbouwlandschap, met verspreid nog<br />
kleine restanten bos (Fiche 5 en 6).<br />
Tussen het landbouwgebied van Herselt en Ramsel en <strong>de</strong> Demervallei bevindt zich een<br />
diestiaanrug (bosberg en Wijngaardberg) die volledig bebost is. Deze beboste heuvelrij is<br />
geen relictzone omwille van <strong>de</strong> bebouwing die er vanaf het mid<strong>de</strong>n van <strong>de</strong> vorige eeuw een<br />
sterke groei heeft gekend. De bebouwing doet er zich vooral voor on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> vorm van linten<br />
(Fiche 7).<br />
Dit verschijnsel doet zich evenzeer voor op <strong>de</strong> zui<strong>de</strong>lijke <strong>de</strong>mervalleihelling, tussen<br />
Scherpenheuvel en Aarschot, waar nog slechts kleine relicten van <strong>de</strong> traditionele<br />
hellingbossen voorkomen, maar waar het landschap <strong>de</strong> laatste 75 jaar heel sterk beïnvloed is<br />
door <strong>de</strong> uitbreiding van rijgehuchten en lintbebouwing (Fiche 8).<br />
Het gebied ten zui<strong>de</strong>n van <strong>de</strong> Demer, tussen Scherpenheuvel, Zichem en Diest is in <strong>de</strong><br />
landschapsatlas niet aangeduid als relictzone, hoewel het hier om een klein maar vrij intact<br />
landbouwlandschap van het Noord-Hageland gaat. Waarom geen relictzone? Dit <strong>de</strong>el is<br />
helemaal omgeven door lintbebouwing en sterk verste<strong>de</strong>lijkte kernen, maar <strong>de</strong><br />
landbouwactiviteiten, <strong>de</strong> vergezichten en <strong>de</strong> versprei<strong>de</strong> (hoeve)bebouwing zijn toch nog<br />
dui<strong>de</strong>lijk herkenbaar als traditionele waar<strong>de</strong>n van dit stukje Hageland (Fiche 9).<br />
Tot <strong>de</strong> Nieuwe landschappen rekenen we ook zeker het vliegveld van Schaffen. Het is niet<br />
meteen een onaantrekkelijk nieuw landschap maar het komt kunstmatig over in <strong>de</strong> context van<br />
<strong>de</strong> traditionele waar<strong>de</strong>n van het landschap. Het is een enorme open ruimte, <strong>de</strong>els aanleunend<br />
tegen <strong>de</strong> diestiaanheuvels ten noor<strong>de</strong>n van Diest. En op zon- en feestdagen kent het een<br />
intensief recreatief gebruik (Fiche 10).<br />
Ten westen van het vliegveld van schaffen, op <strong>de</strong> bosrijke diestiaanruggen ten noor<strong>de</strong>n van<br />
Diest is er geen sprake van authenticiteit van het landschap door <strong>de</strong> intensieve verkavelingen<br />
die er zijn doorgevoerd en nog steeds wor<strong>de</strong>n doorgevoerd. Deze bosrijke omgeving bulkt van<br />
<strong>de</strong> ou<strong>de</strong> en nieuwe ‘woonwijken’ (Fiche 10).<br />
De Ro<strong>de</strong>n Berg (Tessen<strong>de</strong>rlo): bewoning als re<strong>de</strong>n voor niet-erkenning als relictzone(?)<br />
(Fiche 11).<br />
49
Deze nieuwe landschappen zijn <strong>de</strong> belangrijkste <strong>de</strong>len die niet erkend zijn als relictzone en<br />
dus geen <strong>de</strong>el uitmaken van <strong>de</strong> landschapsi<strong>de</strong>ntiteit of -authenticiteit van <strong>de</strong> regio, maar wel<br />
bijdragen aan <strong>de</strong> diversiteit en hierdoor ongetwijfeld nog landschappelijke, ecologische of<br />
recreatieve ontwikkelingsperspectieven in zich dragen.<br />
5. Funktioneel ruimtelijke structuur<br />
Inleiding:<br />
Het landschap is sterk beïnvloed door <strong>de</strong> mens. Het gebruik en/of <strong>de</strong> functie die een<br />
landschap heeft, bepaalt groten<strong>de</strong>els het uitzicht van dat landschap. Met <strong>de</strong> functionele<br />
beschrijving van het on<strong>de</strong>rzoeksgebied is het <strong>de</strong> bedoeling dat we een overzicht krijgen van<br />
<strong>de</strong> verschillen<strong>de</strong> functionele elementen en componenten die het landschapsbeeld mee bepalen.<br />
In het Ruimtelijk Structuurplan Vlaan<strong>de</strong>ren wil men het buitengebied vrijwaren voor <strong>de</strong><br />
essentiële functies landbouw, natuur en bos. Deze functies zijn landgebruikfuncties.<br />
Naast het landgebruik zijn ook <strong>de</strong> functionele verkeersassen belangrijke structureren<strong>de</strong><br />
elementen van het buitengebied.<br />
5.1 Functionele beschrijving vlakelementen<br />
Kaart16A : Vlakfuncties<br />
Om <strong>de</strong> vlakfuncties van een gebied te on<strong>de</strong>rzoeken baseren we ons op 2 kaarten. Het<br />
gewestplan en <strong>de</strong> bo<strong>de</strong>mgebruikkaart.<br />
Het gewestplan bepaalt <strong>de</strong> bestemming van <strong>de</strong> gron<strong>de</strong>n. Deze bestemmingen kunnen<br />
verschillen van het huidig gebruik.<br />
Opvallend op <strong>de</strong> kaart is <strong>de</strong> functionele versnippering van <strong>de</strong> valleigebie<strong>de</strong>n. De Demervallei<br />
is functioneel sterk versnipperd tussen Aarschot en Testelt. Het landbouwgebruik is hier nog<br />
groot.<br />
GROENLANDSCHAP:<br />
De bestemming van <strong>de</strong> groenlandschappen geeft <strong>de</strong>ze landschappen een groene functie. Dit<br />
wil zeggen dat ze bestemd zijn voor het behoud, <strong>de</strong> bescherming en het herstel van het<br />
natuurlijk milieu.<br />
BOSLANDSCHAP:<br />
De voornaamste bossen zijn Averbo<strong>de</strong>bos en Hei<strong>de</strong>, Hertberg, De Beeltjens en <strong>de</strong><br />
Kwarekken, Gerhagen. Deze bossen maken <strong>de</strong>el uit van De Mero<strong>de</strong> bossen en liggen centraal<br />
binnen <strong>de</strong> landschapsperimeter.<br />
URBAAN LANDSCHAP:<br />
On<strong>de</strong>r urbaan landschap verstaan we verste<strong>de</strong>lijkte landschappen. Die hoofdzakelijk <strong>de</strong><br />
functie wonen hebben.<br />
BEDRIJVENLANDSCHAP:<br />
De bedrijvenlandschappen zijn <strong>de</strong> landschappen die <strong>de</strong> bestemming van industriegebie<strong>de</strong>n<br />
hebben.<br />
50
De belangrijkste industriegebie<strong>de</strong>n zijn:<br />
− Tessen<strong>de</strong>rlo-chemie<br />
− Industriezones gelinkt aan Albertkanaal<br />
− Industriezone Aarschot<br />
− Industriezone Diest en Molenste<strong>de</strong><br />
− Industriezone Hulshout<br />
RECREATIELANDSCHAP:<br />
De recreatielandschappen zijn <strong>de</strong> gron<strong>de</strong>n met <strong>de</strong> bestemming van recreatiegebie<strong>de</strong>n volgens<br />
het gewestplan.<br />
Hierin maken we nog een on<strong>de</strong>rscheidt:<br />
− Dagrecreatie: <strong>de</strong>ze gebie<strong>de</strong>n bevatten enkel <strong>de</strong> recreatieve en toeristische<br />
accomodatie, bij uitsluiting van alle verblijfsaccomodatie.<br />
− Verblijfsrecreatie: <strong>de</strong>ze gebie<strong>de</strong>n zijn bestemd voor <strong>de</strong> recreatieve en toeristische<br />
accomodatie alsme<strong>de</strong> <strong>de</strong> verblijfsaccomodatie met inbegrip van <strong>de</strong><br />
kampeerterreinen, <strong>de</strong> gegroepeer<strong>de</strong> chalets, <strong>de</strong> kampeerverblijfparken en <strong>de</strong><br />
weekendsverblijfparken.<br />
De belangrijkste recreatiegebie<strong>de</strong>n zijn het provinciaal domein van Diest, het recreatiedomein<br />
van <strong>de</strong> Vijvers in Averbo<strong>de</strong> en <strong>de</strong> omgeving van <strong>de</strong> Abdij van Tongerlo.<br />
MILITAIRE GEBIEDEN:<br />
Binnen <strong>de</strong> landschapsperimeter zijn er een drietal zones bestemd als militaire gebie<strong>de</strong>n. Deze<br />
gebie<strong>de</strong>n zijn veelal niet toegankelijk. In <strong>de</strong> omgeving van Diest is er het militair domein van<br />
<strong>de</strong> Cita<strong>de</strong>l en het sportvliegveld van Schaffen. In Olen is er een kleiner oud militaire domein.<br />
AGRARISCHE GEBIEDEN:<br />
Agrarische gebie<strong>de</strong>n zijn gebie<strong>de</strong>n waar <strong>de</strong> landbouwfunctie primeert. Binnen <strong>de</strong><br />
landschapsperimeter komen verschillen<strong>de</strong>n agrarische gebie<strong>de</strong>n voor.<br />
Twee bijzon<strong>de</strong>re vormen van agrarische gebie<strong>de</strong>n zijn:<br />
− Agrarische gebie<strong>de</strong>n met ecologisch belang waarbij <strong>de</strong> ecologische waar<strong>de</strong> van<br />
een gebied zeer hoog is. Dit is on<strong>de</strong>r meer het geval in <strong>de</strong> vallei van <strong>de</strong> Demer<br />
tussen Aarschot en Diest.<br />
− Landschappelijk waar<strong>de</strong>volle gebie<strong>de</strong>n zijn gebie<strong>de</strong>n waarvoor bepaal<strong>de</strong><br />
beperkingen gel<strong>de</strong>n met het doel het landschap te beschermen of aan<br />
landschapsontwikkeling te doen.<br />
5.2 Functionele beschrijving lijnelementen:<br />
Kaart16A : Functionele lijninfrastructuur<br />
De lijnfuncties zijn <strong>de</strong> lijnvormige elementen die een functionele taak binnen <strong>de</strong><br />
landschapsperimeter vervullen.<br />
Hiertoe behoren:<br />
Wegen<br />
Om een globaal overzicht te krijgen van het wegennet hebben we een eenvoudige op<strong>de</strong>ling<br />
gemaakt van het bestaan<strong>de</strong> wegenpatroon binnen <strong>de</strong> landschapsperimeter. Door <strong>de</strong>ze<br />
op<strong>de</strong>ling wordt <strong>de</strong> hiërarchische structuur van het wegennet dui<strong>de</strong>lijk.<br />
51
AUTOSNELWEGEN<br />
Het gebied wordt omsloten door 2 belangrijke autosnelwegen. De E313 en <strong>de</strong> E314 zijn twee<br />
autosnelwegen van nationaal en internationaal belang. Deze twee autosnelwegen zorgen voor<br />
een goe<strong>de</strong> ontsluiting van <strong>de</strong> ganse regio.<br />
HOOFDWEGEN<br />
On<strong>de</strong>r <strong>de</strong> hoofdwegen verstaan wij <strong>de</strong> wegen die instaan voor een goe<strong>de</strong> regionale ontsluiting<br />
en verbinding. Het zijn <strong>de</strong> drukste wegen binnen <strong>de</strong> landschapsperimeter en hebben na <strong>de</strong><br />
autosnelwegen <strong>de</strong> grootste impact op het landschap.<br />
De voornaamste hoofdwegen in het gebied zijn:<br />
N10 Aarschot-Diest<br />
N15 Westerlo-Hulshout-Heist o/d Berg<br />
N19 Aarschot-Westerlo-Geel<br />
N29 Beringen-Diest<br />
R25 Ringweg Aarschot<br />
R26 Ringweg in Diest<br />
SECUNDAIRE WEGEN<br />
On<strong>de</strong>r <strong>de</strong> secundaire wegen verstaan we <strong>de</strong> wegen die instaan voor een goe<strong>de</strong> regionale<br />
ontsluiting. Deze wegen zijn niet zozeer goe<strong>de</strong> verbindingswegen tussen ste<strong>de</strong>n.<br />
De voornaamste secundaire wegen in het gebied zijn:<br />
N126 Geel-Tessen<strong>de</strong>rlo<br />
N127 Diest-Zammel<br />
N141 Veerle-Ham<br />
N152 Olen-Herselt<br />
N165 Averbo<strong>de</strong>-Veerle<br />
N174 Geel-Engsbergen<br />
N212 Herselt-Averbo<strong>de</strong>-Scherpenheuvel<br />
N287 Diest-Tessen<strong>de</strong>rlo<br />
N725 Tessen<strong>de</strong>rlo-Lummen<br />
De belangrijkste N-wegen zijn ook opgenomen op kaart 9: Wegen en Verkeer.<br />
LOKALE ONTSLUTINGSWEGEN<br />
De lokale ontsluitingswegen staan in voor een goe<strong>de</strong> lokale ontsluiting. Ze sluiten aan op <strong>de</strong><br />
secundaire wegen en <strong>de</strong> hoofdwegen.<br />
RECREATIEF FIETSKNOOPPUNTENNETWERK<br />
Recreatieve fietsknooppuntennetwerken zijn belangrijke recreatieve netwerken op schaal van<br />
<strong>de</strong> landschapsperimeter. Het fietsknooppuntennetwerk is een netwerk van fietspa<strong>de</strong>n<br />
verspreid over <strong>de</strong> provincie Antwerpen en Limburg. Het fietsknooppuntennetwerk van <strong>de</strong><br />
provincie Vlaams-Brabant is nog niet klaar, maar zal op <strong>de</strong> bestaan<strong>de</strong><br />
fietsknooppuntnetwerken van Antwerpen en Limburg aansluiten.<br />
Waterlopen<br />
Rivieren en waterlopen zijn ruimtelijk structurerend en bepalen in grote mate <strong>de</strong> natuurlijke<br />
structuur van een gebied. Door <strong>de</strong> ruimtelijk structureren<strong>de</strong> kwaliteiten hebben ze ook een<br />
52
hoge functionele waar<strong>de</strong>. Zo is het landgebruik in <strong>de</strong> alluviale gebie<strong>de</strong>n sterk afhankelijk van<br />
<strong>de</strong> rivieren en beken.<br />
Binnen <strong>de</strong> landschapsperimeter zijn er twee belangrijke rivieren. De Demer in het zui<strong>de</strong>n en<br />
<strong>de</strong> Grote Nete in het noor<strong>de</strong>n. Ze stromen bei<strong>de</strong> van oost naar west.<br />
Kanalen<br />
Net ten noor<strong>de</strong>n van <strong>de</strong> landschapsperimeter ligt het Albertkanaal. Dit kanaal is een<br />
belangrijke economische as van nationaal belang die ver<strong>de</strong>r ontwikkeld zal wor<strong>de</strong>n.<br />
De impact van <strong>de</strong> bedrijvigheid langsheen <strong>de</strong>ze as is sterk voelbaar binnen <strong>de</strong><br />
landschapsperimeter.<br />
Spoorwegen<br />
Spoorwegen zijn sterke lijnelementen doorheen een landschap. Ze zijn van oudsher<br />
belangrijk geweest voor <strong>de</strong> ontwikkeling van <strong>de</strong> ste<strong>de</strong>n.<br />
De spoorlijn Leuven-Hasselt tussen Aarschot en Diest is <strong>de</strong> meest gebruikte lijn. Deze lijn is<br />
een belangrijke pen<strong>de</strong>las tussen Brussel, Leuven, Hasselt en Luik. Het traject loopt tussen<br />
Testelt en Diest doorheen <strong>de</strong> Demervallei. Hierdoor wordt <strong>de</strong> unieke natuurwaar<strong>de</strong> van <strong>de</strong><br />
Demervallei ge<strong>de</strong>eltelijk verstoord.<br />
Aarschot en Diest, volgens het RSV twee kleinste<strong>de</strong>lijke gebie<strong>de</strong>n in het buitengebied, zijn <strong>de</strong><br />
belangrijkste stations in <strong>de</strong> omgeving. Er zijn 3 tussenliggen<strong>de</strong> stationnetjes: Langdorp,<br />
Testelt en Zichem.<br />
De spoorlijn vanuit Diest richting Tessen<strong>de</strong>rlo en het Albertkanaal is hoofdzakelijk een<br />
goe<strong>de</strong>rentransportlijn. Op <strong>de</strong>ze lijn vindt geen personenverkeer meer plaats en <strong>de</strong> ou<strong>de</strong><br />
stationnetjes van Schaffen en Deurne zijn niet meer in gebruik. Deze spoorlijn is<br />
hoofdzakelijk gericht op het goe<strong>de</strong>rentransport voor Tessen<strong>de</strong>rlo Chemie, een groot chemisch<br />
industrieterrein met een grote landschappelijke impact. Een ge<strong>de</strong>elte van <strong>de</strong> spoorweg wordt<br />
ook gebruikt voor spoorfietsen of railbiken. Dit is een toeristische attractie van <strong>de</strong> gemeente<br />
Tessen<strong>de</strong>rlo.<br />
Verschillen<strong>de</strong> ou<strong>de</strong> spoorwegbermen hebben een an<strong>de</strong>re functie gekregen. Zo is er <strong>de</strong> ou<strong>de</strong><br />
spoorlijn richting Herentals vanuit Aarschot. De sectie Aarschot-Morkhoven (oud militair<br />
domein van Olen) is buiten werking gesteld tussen 1970 en 1980. op <strong>de</strong> bedding is een fiets-<br />
en wan<strong>de</strong>lpad aangelegd dat <strong>de</strong>el uitmaakt van het fietsknooppuntennetwerk van <strong>de</strong> Provincie<br />
Antwerpen.<br />
De verlaten spoorweg Zichem-Scherpenheuvel dateert van 1894 en was een enkelspoor. Het<br />
reizigersverkeer is opgeheven tussen 1956 en 1958, nadien re<strong>de</strong>n nog occasioneel speciale<br />
treinen voor be<strong>de</strong>vaar<strong>de</strong>rs. De lijn is buiten dienst gesteld en opgebroken in 1974. Het<br />
stationsgebouw van Scherpenheuvel bestaat nog steeds en functioneerd als jeugdhuis 't<br />
Boemelke. De spoorwegberm doet nu dienst als fiets-en wan<strong>de</strong>lpad en is parkgebied op het<br />
gewestplan.<br />
De verlaten spoorweg in het oosten van Diest richting Tienen en Zoutleeuw is ingericht als<br />
fietspad en heeft een belangrijke recreatieve functie voor Vlaams-Brabant.<br />
Hoogspanningsleidingen<br />
Hoogspanningsleidingen hebben meer dan één functie. Naast <strong>de</strong> hoofdfunctie energie leveren<br />
wor<strong>de</strong>n ze ook onrechtstreeks gebruikt door mensen. Ze zijn opvallend en steken boven het<br />
landschap uit. Vanwege <strong>de</strong> sterke visuele impact op het landschap zijn <strong>de</strong>ze lijnvormige<br />
53
elementen van groot belang voor <strong>de</strong> oriëntatiewerking. In sommige gevallen kunnen<br />
hoogspanningsleidingen heel dominant aanwezig zijn in an<strong>de</strong>re gevallen on<strong>de</strong>rgeschikt.<br />
De voornaamste hoogspanningsleiding binnen <strong>de</strong> landschapsperimeter loopt van oost naar<br />
west, doorheen <strong>de</strong> Demervallei. Ter hoogte van Diest takt ze in zui<strong>de</strong>lijke richting en richting<br />
het Albertkanaal af. Langs het Albertkanaal is er een bun<strong>de</strong>ling van verschillen<strong>de</strong><br />
hoogspanningsleidingen. Ze liggen buiten het on<strong>de</strong>rzoeksgebied maar wor<strong>de</strong>n toch vernoemd<br />
omdat ze een sterke visuele impact hebben op <strong>de</strong> noor<strong>de</strong>lijke rand van het studiegebied.<br />
5.3 Functionele beschrijving puntelementen<br />
Het is niet eenvoudig om <strong>de</strong> puntelementen in het studiegebied te selecteren en te omschrijven<br />
naar functie en gebruik. De puntelementen kunnen zeer verschei<strong>de</strong>n zijn en kunnen veel<br />
functies hebben. Bovendien is <strong>de</strong> omvang van het studiegebied te groot om een ge<strong>de</strong>tailleer<strong>de</strong><br />
weergave te maken van <strong>de</strong> puntelementen. We voeren dus een selectie door omdat het an<strong>de</strong>rs<br />
te onoverzichtelijk en te ge<strong>de</strong>tailleerd wordt.<br />
Voor <strong>de</strong> selectie van <strong>de</strong> puntelementen baseren we ons op <strong>de</strong> puntrelicten uit <strong>de</strong><br />
landschapsatlas. Deze zijn reeds een selectie van <strong>de</strong> voornaamste cultuurhistorische<br />
bouwwerken in het studiegebied.<br />
De basering op <strong>de</strong> landschapsatlas heeft zijn voor<strong>de</strong>len en na<strong>de</strong>len:<br />
+<strong>de</strong> meest waar<strong>de</strong>volle elementen<br />
+selectie van <strong>de</strong> voornaamste bezienswaardighe<strong>de</strong>n, monumenten en beschermd erfgoed<br />
+interessant<br />
-niet volledig<br />
-enkel <strong>de</strong> erken<strong>de</strong> elementen zijn opgenomen<br />
-enkel elementen van cultuurhistorische aard<br />
De puntelementen hebben we inge<strong>de</strong>eld naargelang hun soort, gebruik en functie. De grens<br />
tussen het gebruik en <strong>de</strong> functie is in sommige gevallen niet dui<strong>de</strong>lijk. Vaak komt <strong>de</strong> functie<br />
ook overeen met het gebruik. In sommige gevallen is dit echter niet zo (vnl. hoeves).<br />
1) soort:<br />
(Wat is het?)<br />
abdijen<br />
bijzon<strong>de</strong>re kerken<br />
kloosters en begijnhoven<br />
kerken<br />
bijzon<strong>de</strong>re gemeentehuizen<br />
kastelen en hoven<br />
hoeves<br />
molens<br />
pastorijen<br />
torens<br />
schansen<br />
bijzon<strong>de</strong>re<br />
2) gebruik:<br />
(Wat is het huidig gebruik?)<br />
54
horeca (ho)<br />
boer<strong>de</strong>rij (b)<br />
privé-woning (pw)<br />
museum (m)<br />
geen (/)<br />
bezoek mogelijk<br />
3) functie:<br />
(Wat is <strong>de</strong> functie)<br />
religieuze functie<br />
maatschappelijke functie<br />
dorpskernfunctie<br />
toeristisch-recreatieve functie<br />
privé-functie<br />
landbouwfunctie (LBf)<br />
geen<br />
6. Beelddragers en Blikvangers<br />
6.1 Beelddragers en blikvangers<br />
Beelddragers en blikvangers zijn belangrijke landschapsbepalen<strong>de</strong> componenten. Wat als<br />
beelddrager/blikvanger wordt benoemd is afhankelijk van het schaalniveau waarop ze<br />
beschouwd wor<strong>de</strong>n. Door <strong>de</strong> omvang van het studiegebied gaat het over belangrijke<br />
aandachtstrekken<strong>de</strong> structuren of constructies.<br />
De kaarten 15A, 15B en 15C zijn afdrukken van <strong>de</strong> Landschapskenmerkenkaart, die <strong>de</strong><br />
visueel-ruimtelijk structureren<strong>de</strong> elementen op macro- of mesoschaal aangeeft. Een analyse<br />
tot op microschaal is dus niet van toepassing. Dit betekent bijvoorbeeld dat individuele kleine<br />
landschapselementen niet geïnventariseerd wor<strong>de</strong>n.<br />
De beelddragers op het hoofdniveau hebben <strong>de</strong> belangrijkste invloed op het landschapsbeeld,<br />
zij scheppen een ka<strong>de</strong>r waarbinnen <strong>de</strong> overige elementen passen. De beelddragers op het<br />
nevenniveau werken in op een beperktere schaal, zij bepalen plaatselijk het beeld. Het zijn<br />
kleinere elementen die <strong>de</strong> hoofdstructuur een grotere beel<strong>de</strong>ndiversiteit geven. Zij zetten <strong>de</strong><br />
kijker als het ware aan het landschap ver<strong>de</strong>r te verkennen op zoek naar wat er er zich achter<br />
<strong>de</strong>ze elementen bevindt. Deze bepalen <strong>de</strong> levendigheid, afwisseling en verrassing in het<br />
landschap.<br />
Ook hier speelt <strong>de</strong> schaal waarop voor <strong>de</strong>ze studie moet gewerkt wor<strong>de</strong>n een belangrijke rol.<br />
Zo speelt een typisch kapelletje wellicht een rol als beeldbepalend element in zijn directe<br />
omgeving, maar dit niveau is te ge<strong>de</strong>tailleerd om in gans het studiegebied toe te kunnen<br />
passen (microniveau). Grote kasteelparken, waarbij het hoofdgebouw van ver en vanuit<br />
verschillen<strong>de</strong> hoeken goed te zien is, wordt bijvoorbeeld wel weerhou<strong>de</strong>n. Het werk op<br />
microniveau is ons inziens voor latere <strong>de</strong>elprojecten.<br />
Naast vlakvormige en lijnvormige beelddragers op bei<strong>de</strong> niveaus zijn ook puntelementen<br />
aangeduid. Het betreft oriëntatiepunten, panorama’s en blikvangers.<br />
• Oriëntatiepunten zijn, door hun eigen omvang en strategische plaatsing, van zeer ver<br />
zichtbaar, vanuit verschillen<strong>de</strong> <strong>de</strong>len van het studiegebied. Omwille van <strong>de</strong> grootte van het<br />
gebied is er geen punt dat van overal te zien is.<br />
55
• Blikvangers trekken vanop enige afstand en vanuit één of meer<strong>de</strong>re hoeken <strong>de</strong> aandacht<br />
van <strong>de</strong> voorbijgangers, ongewild valt hun blik erop. Het zijn veelal grote gebouwen (op een<br />
kleinere schaal kan het ook een imposante boom zijn bijvoorbeeld) als kerken en kastelen,<br />
maar zeker niet elke kerk beantwoordt aan bovenstaan<strong>de</strong> <strong>de</strong>finitie en is automatisch een<br />
blikvanger.<br />
• Panorama’s zijn bre<strong>de</strong> vergezichten vanuit één punt. Het moet werkelijk gaan om een<br />
uitzicht van verschillen<strong>de</strong> kilometers ver over een hoek van minstens 30°.<br />
Vlakvormige elementen<br />
De hoofdbeelddragers bepalen het globale karakter en <strong>de</strong> herkenbaarheid van het landschap.<br />
Aan <strong>de</strong>ze hoof<strong>de</strong>lementen kan men alle an<strong>de</strong>re beel<strong>de</strong>n en kenmerken ophangen om zo tot een<br />
gestructureerd landschapsbeeld te komen. Als hoofdbeelddragers zijn zowel elementen<br />
binnen het studiegebied als be- en aangrenzen<strong>de</strong> elementen aangeduid.<br />
Binnen <strong>de</strong> groep hoofdbeelddragers maken we een on<strong>de</strong>rscheidt tussen <strong>de</strong> gebouw<strong>de</strong> en <strong>de</strong><br />
vegetatieve beelddragers.<br />
Op het nevenniveau <strong>de</strong>tecteren we eveneens gebouw<strong>de</strong> en vegetatieve beelddragers, maar van<br />
een lager niveau. Deze bepalen het beeld op beperktere schaal en zijn nauw gerelateerd met<br />
<strong>de</strong> hoofdbeelddragers. Beelddragers op het nevenniveau zorgen voor een eigen i<strong>de</strong>ntiteit van<br />
een bepaal<strong>de</strong> plek en zorgen op <strong>de</strong>ze manier ook voor <strong>de</strong> leesbaarheid en herkenbaarheid van<br />
een landschap. Men zou kunnen stellen dat beelddragers en blikvangers van het nevenniveau<br />
enkel belangrijk zijn op “dorpsniveau”.<br />
Lijnvormige elementen<br />
Door hun veelal dominante aanwezigheid zijn <strong>de</strong> tracés van snelwegen (E314, E313,<br />
verkeerswisselaar Lummen, op- en afrittencomplexen) bijzon<strong>de</strong>r beeldbepalend en tevens<br />
begrenzend voor een aantal gebie<strong>de</strong>n. Hoewel zij soms aan het oog onttrokken zijn, blijven ze<br />
landschappelijk sterk bepalend, door het lawaai, <strong>de</strong> lichtintensiteit bij duisternis en hun<br />
barrièrewerking die alle structuren doet stoppen. Sommige N – wegen hebben <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong><br />
invloed, op een lager schaalniveau. Daar waar <strong>de</strong> wegen begroend zijn, vormen ze dui<strong>de</strong>lijke<br />
begrens<strong>de</strong> linten in het landschap. ’s Avonds en ’s nachts zijn <strong>de</strong> meeste wegen dominant en<br />
opvallend aanwezig door <strong>de</strong> aanwezige verlichting.<br />
Sterk gelinkt aan wegen is het fenomeen van <strong>de</strong> lintbebouwing. (kaart 8: bebouwing) Deze<br />
lintbebouwing versnippert op vele plaatsen het studiegebied. Voornamelijk ten noor<strong>de</strong>n en<br />
ten oosten van Aarschot uitwaaierend tot Scherpenheuvel, Zichem, Averbo<strong>de</strong> en Herselt. De<br />
meeste ne<strong>de</strong>rzettingen bestaan veelal uit een kern waaruit lintbebouwing zich heeft<br />
ontwikkeld.<br />
Puntvormige elementen<br />
Er zijn geen oriëntatiepunten in het studiegebied die van die aard zijn dat ze vanuit heel het<br />
studiegebied gezien kunnen wor<strong>de</strong>n. Daarvoor is het studiegebied te vlak en niet open<br />
genoeg. Eventuele oriëntatiepunten van een groter schaalniveau kunnen <strong>de</strong> schoorstenen en<br />
hoogspanningsleidingen zijn langsheen <strong>de</strong> kanaalzone.<br />
Wat wel goe<strong>de</strong> lokale oriëntatiepunten zijn, zijn <strong>de</strong> Abdijen en kerktorens. Deze punten<br />
hebben slechts een lokale oriëntatiekracht en kunnen we beter in<strong>de</strong>len bij <strong>de</strong> blikvangers.<br />
De belangrijkste zichtassen en panorama’s situeren zich in het zui<strong>de</strong>n van het studiegebied en<br />
zijn indicatief aangegeven. Dit wil zeggen dat het een aantal voorbeel<strong>de</strong>n zijn van<br />
betekenisvolle vergezichten in het landschap. Zoals er wellicht tientallen zijn als je intensief<br />
56
veldwerk doet. Vanop het zui<strong>de</strong>lijk gelegen Noord-Hagelands plateau en vanop <strong>de</strong><br />
getuigenheuvels kan men tot diep in het studiegebied kijken. De vergezichten wor<strong>de</strong>n meestal<br />
begrensd door <strong>de</strong> topografie en <strong>de</strong> Vegetatie.<br />
Blikvangers op dit schaalniveau zijn allemaal gebouwen. Het betreft goed zichtbare kastelen,<br />
kerken en torens. De abdij van Averbo<strong>de</strong> kunnen we aangeven als een blikvanger. Zij is van<br />
op verschillen<strong>de</strong> hogere standplaatsen in <strong>de</strong> zui<strong>de</strong>lijke helft van het gebied zichtbaar (Bv.<br />
Molenste<strong>de</strong>, Scherpenheuvel,…)<br />
Vanop <strong>de</strong> vvv uitkijktoren in Gerhagen heeft men een 360° zicht op <strong>de</strong> omgeving, maar is zelf<br />
onopvallend en wordt dus niet bij <strong>de</strong> blikvangers gerekend.<br />
7. Ontwikkelingsvisie<br />
7.1 De <strong>de</strong>elruimtes<br />
In dit hoofdstuk formuleren we kort onze visie op het landschap van het studiegebied De<br />
Mero<strong>de</strong>. We steunen daarvoor op <strong>de</strong> geanalyseer<strong>de</strong> gegevens. Om onze visie dui<strong>de</strong>lijk te<br />
maken hebben we het gebied opge<strong>de</strong>eld in verschillen<strong>de</strong> <strong>de</strong>elruimtes, elk met hun eigen<br />
specifieke kenmerken. Per <strong>de</strong>elruimte bespreken we kort <strong>de</strong> knelpunten en potenties waarna<br />
we ze onmid<strong>de</strong>llijk linken aan ontwikkelingsi<strong>de</strong>eën of concepten.<br />
We on<strong>de</strong>rschei<strong>de</strong>n <strong>de</strong> volgen<strong>de</strong> <strong>de</strong>elruimtes:<br />
1 RUILVERKAVELINGSGEBIED<br />
2 GROTE NETE VALLEI<br />
3 ZUIDERKEMPEN HERSELT<br />
4 ZUIDERKEMPEN GROTE LAAK<br />
5 DE MERODEBOSSEN<br />
6 KLEINSCHALIG VALLEIGEBIED<br />
7 DEMERVALLEI<br />
8 NOORD-HAGELAND<br />
Opmerking:<br />
We kiezen bewust niet voor nog een aparte <strong>de</strong>elruimte langsheen het kanaal. De re<strong>de</strong>n<br />
hiervoor is dat <strong>de</strong> kanaalzone in zijn geheel moet bekeken wor<strong>de</strong>n en dus niet slechts dat <strong>de</strong>el<br />
dat grenst aan het projectgebied. De ontwikkeling van <strong>de</strong> kanaalzone is bovendien een studie<br />
apart. Hoewel <strong>de</strong> kanaalzone hier onlosmakelijk mee verbon<strong>de</strong>n is beschouwen wij ze meer<br />
als een economische ontwikkelingszone dan een landschappelijke en natuurlijke<br />
ontwikkelingszone.<br />
7.1.1 Ruilverkavelingsgebied<br />
Knelpunten:<br />
− Deze <strong>de</strong>elruimte wordt gekenmerkt door twee ruilverkavelingen ou<strong>de</strong> stijl uit <strong>de</strong> jaren<br />
1970-1977. Deze Ruilverkavelingen had<strong>de</strong>n tot gevolg dat kleinschalige<br />
landbouwpercelen wer<strong>de</strong>n omgezet naar grote rechthoekige percelen, hoofdzakelijk<br />
57
graaswei<strong>de</strong>s voor <strong>de</strong> veeteelt. Hier en daar zijn er ook aanplantingen van straatbomen,<br />
hoewel die pas later zijn bijgekomen.<br />
− Het natuurlijke en landschappelijke patroon is volledig weggeveegd waardoor er<br />
nagenoeg geen referenties meer zijn met het verle<strong>de</strong>n.<br />
− Enkele ‘bebouwingslinten’ doorsnij<strong>de</strong>n dit open landbouwgebied<br />
− LA: Binnen <strong>de</strong>ze <strong>de</strong>elruimte liggen 4 relictzones: voor al <strong>de</strong>ze relictzones wordt <strong>de</strong><br />
toenemen<strong>de</strong> bebouwing als knelpunt gezien<br />
− LA: <strong>de</strong> commerciële uitbating van een aantal gebouwen en <strong>de</strong> bijhoren<strong>de</strong><br />
parkeerinfrastructuur zijn storen<strong>de</strong> elementen in <strong>de</strong> historische omgeving van <strong>de</strong> abdij.<br />
Potenties:<br />
− Door het vlakke reliëf, het lan<strong>de</strong>lijke karakter en <strong>de</strong> rustige wegen trekt dit gebied vele<br />
fietsers aan.<br />
− De abdij van Tongerlo en <strong>de</strong> kleine lan<strong>de</strong>lijke dorpskernen versterken het lan<strong>de</strong>lijke<br />
karakter van het gebied.<br />
Ontwikkelingsi<strong>de</strong>eën:<br />
− Een goe<strong>de</strong> uitbouw van recreatieve netwerken die gekoppeld zijn aan <strong>de</strong><br />
bezienswaardighe<strong>de</strong>n en <strong>de</strong> dorpskernen.<br />
− Perceelsrandbegroeiing en bomenrijen langs grote landbouwpercelen zorgen voor meer<br />
afwisseling en geven het gebied een hogere ecologische waar<strong>de</strong>.<br />
− Meer natuurlijke ontwikkeling van <strong>de</strong> verschillen<strong>de</strong> kleine beekvalleitjes, van o.a. in<br />
het open landbouwgebied.<br />
− De dorpskernen dienen beter aan te sluiten op <strong>de</strong> grote openruimtes van <strong>de</strong><br />
landbouwpercelen.<br />
− In het noor<strong>de</strong>n kan gezocht wor<strong>de</strong>n naar verbindingsmogelijkhe<strong>de</strong>n tussen <strong>de</strong><br />
bosrestanten rond <strong>de</strong> abdij en <strong>de</strong> ou<strong>de</strong> bosgor<strong>de</strong>l (vroeger militair gebied) rond Olen.<br />
− LA: De relictlandschappen en ankerplaatsen zoveel mogelijk vrijwaren van ver<strong>de</strong>re<br />
bebouwing of ruilverkavelingsactiviteiten en <strong>de</strong> algehele structuur versterken.<br />
7.1.2 Grote Netevallei<br />
Knelpunten:<br />
− Waterkwaliteit laat nog te wensen over<br />
− Door <strong>de</strong> ingedijkte Grote Nete verliest <strong>de</strong> Netevallei veel van haar natuurlijke waar<strong>de</strong>.<br />
De alluviale gron<strong>de</strong>n kunnen hierdoor niet meer overstromen.<br />
− Versprei<strong>de</strong> illegale weekendverblijven verstoren het valleikarakter<br />
− De toegankelijkheid is beperkt.<br />
− De E313 doorsnijdt <strong>de</strong> vallei waardoor een har<strong>de</strong> fysieke grens ontstaat.<br />
− LA: De relictzone van <strong>de</strong> Grote Nete wordt verstoord door het Albertkanaal, het Kanaal<br />
Dessel-Schoten, <strong>de</strong> E 313 en an<strong>de</strong>re infrastructuren, die <strong>de</strong> vallei doorsnij<strong>de</strong>n.<br />
− LA: Belangrijk knelpunt in dit gebied is het waterkwaliteitsprobleem van <strong>de</strong> Laak die<br />
regelmatig overstroomt en zo vervuild water in het gebied brengt. Daarnaast heeft <strong>de</strong><br />
dijkverhoging langsheen <strong>de</strong> Grote Nete <strong>de</strong> interactie van <strong>de</strong> rivier met haar omgeving<br />
doorbroken en belemmert zij bovendien het zicht.<br />
− LA: Knelpunt is <strong>de</strong> langzame omzetting van <strong>de</strong> oorspronkelijke lan<strong>de</strong>lijke en typische<br />
bewoning naar eigentijdse en atypische bewoning in <strong>de</strong> omgeving van het domein van<br />
<strong>de</strong> Mero<strong>de</strong>.<br />
Potenties:<br />
− Natuurgebie<strong>de</strong>n hou<strong>de</strong>n <strong>de</strong> natuurwaar<strong>de</strong> op peil.<br />
58
− In vergelijking met <strong>de</strong> Demervallei heeft <strong>de</strong> Netevallei een kleinschaliger karakter en is<br />
het valleigebied min<strong>de</strong>r ingenomen door <strong>de</strong> landbouw.<br />
− De mean<strong>de</strong>ren<strong>de</strong> Netedijk kan een i<strong>de</strong>ale recreatieve verbinding vormen.<br />
− Verspreiding van Habitatrichtlijngebie<strong>de</strong>n over <strong>de</strong> vallei<br />
Ontwikkelingsi<strong>de</strong>eën:<br />
− De Grote Nete en haar vallei meer expliciteren en herwaar<strong>de</strong>ren.<br />
− Recreatief gebruik van <strong>de</strong> Netedijk (alternerend) zorgt voor extra beleving van <strong>de</strong> Grote<br />
Netevallei.<br />
− Dijkverlaging of gecontroleer<strong>de</strong> waterinlaat zorgt voor een stijging van <strong>de</strong> ecologische<br />
waar<strong>de</strong>.<br />
− De structuur van <strong>de</strong> Grote-Netevallei versterken door: 1.versterking van <strong>de</strong> vallei als<br />
eenheid; 2. versterking van <strong>de</strong> bin<strong>de</strong>n<strong>de</strong> werking; 3. versterking van <strong>de</strong><br />
overgangsfunctie van open Centrale kempen naar <strong>de</strong> bosrijke Zui<strong>de</strong>rkempen; maar<br />
telkens mits behoud van <strong>de</strong> vrij gesloten en kleinschalige structuur.<br />
− Voor <strong>de</strong> ontwikkelingsi<strong>de</strong>eën binnen <strong>de</strong> vallei van <strong>de</strong> Grote Nete verwijzen we ook naar<br />
<strong>de</strong> flankeren<strong>de</strong> maatregelen voor plattelandsrecreatie en het flankerend beleid voor <strong>de</strong><br />
landbouw van het geactualiseerd Sigmaplan.<br />
− LA: Behoud van het gesloten karakter van <strong>de</strong> vallei; vrijwaren van bebouwing en<br />
ver<strong>de</strong>re versnippering door infrastructuren.<br />
− LA: thv <strong>de</strong> Herenbossen (Hulshout) <strong>de</strong> antropogene invloe<strong>de</strong>n, die dui<strong>de</strong>lijk hun<br />
stempel hebben gedrukt op <strong>de</strong> omgeving, niet in het landschap laten infiltreren.<br />
− Uit overleg AROHM (in ka<strong>de</strong>r van planprogramma Zui<strong>de</strong>rkempen): herstel van <strong>de</strong><br />
relatie of interactie tussen <strong>de</strong> Nete en haar vallei, zowel in <strong>de</strong> bescherm<strong>de</strong> landschappen<br />
als in <strong>de</strong> ankerplaatsen. Concrete mogelijkhe<strong>de</strong>n te Zammelsbroek en Kruiskensberg;<br />
Waar<strong>de</strong>n en kenmerken die <strong>de</strong> i<strong>de</strong>ntiteit van <strong>de</strong> ankerplaatsen en relictzones bepalen<br />
mee in het afwegingska<strong>de</strong>r voor mogelijke landinrichtingswerkzaamhe<strong>de</strong>n opnemen;<br />
Antropogene invloe<strong>de</strong>n vanuit <strong>de</strong> omgeving voorkomen in <strong>de</strong> Herenbossen in Hulshout;<br />
Herstel van het boscomplex en reïntegratie van recreatieve infrastructuur in het<br />
valleilandschap in <strong>de</strong> Kwarekken te Westerlo.<br />
7.1.3 Zui<strong>de</strong>rkempen Herselt<br />
Omvat vooral gemeente Herselt en een <strong>de</strong>el van <strong>de</strong> gemeente Aarschot.<br />
Knelpunten:<br />
− Lintbebouwing, versprei<strong>de</strong> villabouw en tuinbouwcomplexen verstoren het landschap<br />
− Door <strong>de</strong> sterke lintbebouwing zijn beken verdrukt, waardoor er op sommige plaatsen bij<br />
hevig regenweer last is van overstromingen.<br />
− Door <strong>de</strong> sterke versnippering is er weinig of geen oriëntatie in het gebied<br />
− LA: Knelpunt in <strong>de</strong> Langdonken is het verspreid voorkomen van groepjes<br />
weekendverblijven, alsook <strong>de</strong> hoge dichtheid aan visputten.<br />
Potenties:<br />
− Door <strong>de</strong> sterke versnippering van bossen, <strong>de</strong> kleinschalige landbouw (wei<strong>de</strong>s) en <strong>de</strong><br />
geïsoleer<strong>de</strong> getuigenheuvels is er een sterke landschappelijke afwisseling<br />
− Kleinschalige openruimtekamers begrensd door bossnippers en woonlinten vormen een<br />
typisch rasterlandschap.<br />
− Natuurgebied <strong>de</strong> Langdonken behoort tot <strong>de</strong> ankerplaatsen en is daarmee van groot<br />
belang.<br />
59
− Door <strong>de</strong> bezienswaardighe<strong>de</strong>n en <strong>de</strong> landschappelijke afwisseling is <strong>de</strong>ze zone een mooi<br />
fiets en wan<strong>de</strong>lgebied met een waaier van mogelijkhe<strong>de</strong>n.<br />
Ontwikkelingsi<strong>de</strong>eën:<br />
− Een betere integratie van <strong>de</strong> villawijken op <strong>de</strong> getuigenheuvels.<br />
− Goe<strong>de</strong> recreatieve netwerken in verbinding met <strong>de</strong> an<strong>de</strong>re <strong>de</strong>elruimtes en afgestemd op<br />
<strong>de</strong> bezienswaardighe<strong>de</strong>n in het gebied zal toelaten <strong>de</strong>ze zone grondig te verkennen.<br />
− De lintbebouwing moet beter wor<strong>de</strong>n geïntegreerd in zijn omgeving.<br />
− Beken moeten een afzetmogelijkheid hebben voor overtollig water en dienen<br />
geherwaar<strong>de</strong>erd te wor<strong>de</strong>n.<br />
− LA: Vrijwaren van ver<strong>de</strong>re bebouwing, heraanplanten en on<strong>de</strong>rhoud van<br />
perceelsrandbegroeiing in <strong>de</strong> vallei van <strong>de</strong> Kalsterloop en <strong>de</strong> Herseltse Beek en herstel<br />
van hei<strong>de</strong>vegetaties op <strong>de</strong> Ro<strong>de</strong> Berg-Steenheuvels-Molenhei<strong>de</strong>-Meetshoven (=<br />
noor<strong>de</strong>lijke rand van <strong>de</strong> Demervallei).<br />
7.1.4 Zui<strong>de</strong>rkempen Grote Laak<br />
Knelpunten:<br />
− De vallei van <strong>de</strong> Grote Laak heeft een versnipperd karakter en wordt door <strong>de</strong> E313<br />
fysiek en visueel begrensd.<br />
− Versprei<strong>de</strong> bedrijven storen het landschap.<br />
− Tessen<strong>de</strong>rlo Chemie, een petrochemisch industrieterrein ten oosten van Tessen<strong>de</strong>rlo,<br />
heeft sterke landschappelijke impact.<br />
− LA: Meest oostelijke relictzones hebben te lij<strong>de</strong>n on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> verstoren<strong>de</strong> invloe<strong>de</strong>n van <strong>de</strong><br />
E313 en het Albertkanaal.<br />
− LA: Het oostelijke <strong>de</strong>el van <strong>de</strong> Relictzone ‘Averbo<strong>de</strong>bos’ (inclusief Gerhagen) en <strong>de</strong><br />
bijbehoren<strong>de</strong> ankerplaats zijn verstoord door verkavelingen en recreatie-infrastructuur.<br />
Potenties:<br />
− Ondanks <strong>de</strong> nabijheid van <strong>de</strong> kanaalzone en <strong>de</strong> aanwezigheid van Tessen<strong>de</strong>rlo-Chemie<br />
is <strong>de</strong>ze <strong>de</strong>elruimte vrij rustig en lan<strong>de</strong>lijk van karakter waardoor het een aantrekkelijk<br />
fiets- en wan<strong>de</strong>lgebied is.<br />
− De grotere openruimtekamers wor<strong>de</strong>n begrensd door bossnippers, bomenrijen en<br />
solitairs.<br />
− Er is een sterke oriëntatiewerking door <strong>de</strong> aanwezigheid van verschillen<strong>de</strong> bakens o.a.<br />
<strong>de</strong> schoorstenen van Tessen<strong>de</strong>rlo Chemie en <strong>de</strong> kerken van Veerle, Laakdal en<br />
Tessen<strong>de</strong>rlo.<br />
− Er is een goe<strong>de</strong> ontsluiting naar <strong>de</strong> E313 toe.<br />
Ontwikkelingsi<strong>de</strong>eën:<br />
− De Grote Laak moet meer ziel krijgen en een herwaar<strong>de</strong>ring van haar waar<strong>de</strong> binnen het<br />
gebied. De waterkwaliteit moet daarvoor eerst en vooral verbeteren.<br />
− Goe<strong>de</strong> recreatieve netwerken in verbinding met <strong>de</strong> an<strong>de</strong>re <strong>de</strong>elruimtes en afgestemd op<br />
<strong>de</strong> bezienswaardighe<strong>de</strong>n in het gebied.<br />
− Bedrijfsgebouwen beter integreren in hun omgeving.<br />
− LA: De vallei van <strong>de</strong> Grote Laak vrijwaren van bebouwing en schaalvergroting. Behoud<br />
van <strong>de</strong> historische percelering langs <strong>de</strong> Grote Laak.<br />
− LA: Tegengaan van <strong>de</strong> verste<strong>de</strong>lijking door weekendhuisjes. Omvorming naar meer<br />
natuurgericht bosbeheer. Stuifzan<strong>de</strong>n beschermen tegen overmatige betreding.<br />
7.1.5 De Mero<strong>de</strong>bossen<br />
60
Knelpunten:<br />
− Villabouw en <strong>de</strong> verspreiding van illegale weekendverblijven is een plaag.<br />
− Door een slecht gestuur<strong>de</strong> recreatie is er in verschillen<strong>de</strong> <strong>de</strong>len van <strong>de</strong> Mero<strong>de</strong>bossen<br />
sprake van een recreatieve overlast dit ten koste van <strong>de</strong> ecologische waar<strong>de</strong>n.<br />
− Naaldhout domineert en is er in functie van <strong>de</strong> bosbouw gekomen. Dit ten koste van<br />
hei<strong>de</strong> en vennen.<br />
− De Mero<strong>de</strong>bossen nemen een grote oppervlakte in maar zijn sterk versnipperd;<br />
Averbo<strong>de</strong>bos en Averbo<strong>de</strong>hei<strong>de</strong>, Beeltjens, Kwarekken, Witbergen, Varenhoek,<br />
Varendonk, Hertberg en Elschot liggen allemaal verspreid en sluiten nauwelijks op<br />
elkaar aan. Hierdoor ontstaan belangrijke tussengebie<strong>de</strong>n die weinig of geen<br />
doorgangsfunctie hebben.<br />
− Het recreatiedomein De Vijvers te Averbo<strong>de</strong> is slecht geïntegreerd en vormt voor <strong>de</strong><br />
kwetsbare omgeving van Averbo<strong>de</strong>hei<strong>de</strong> een bedreiging.<br />
− LA: De uitgestrekte relictzone ‘Bos- en beem<strong>de</strong>ncomplex Houtvenne, Herselt en<br />
Veerle’ wordt verstoord door tuinbouw en bebouwing rond <strong>de</strong> dorpskernen en verspreid<br />
over <strong>de</strong> relictzone.<br />
− LA: Knelpunten in <strong>de</strong> ankerplaats Hertberg zijn <strong>de</strong> verspreid voorkomen<strong>de</strong> atypische<br />
bewoning en recreatieve infrastructuur.<br />
− LA: Hoewel groten<strong>de</strong>els ongeschon<strong>de</strong>n, zijn er langs <strong>de</strong> ran<strong>de</strong>n van het boscomplex<br />
‘Beeltjens’ reeds kleine stukjes bos verdwenen. Een ver<strong>de</strong>re aantasting dient verme<strong>de</strong>n<br />
te wor<strong>de</strong>n. Een an<strong>de</strong>r knelpunt in <strong>de</strong>ze ankerplaats is het voorkomen van storen<strong>de</strong><br />
recreatieve infrastructuur.<br />
Potenties:<br />
− Een bosrijk attractief geheel met tal van mogelijkhe<strong>de</strong>n.<br />
− Me<strong>de</strong> door <strong>de</strong> versnippering van <strong>de</strong> Mero<strong>de</strong>bossen ontstaan er <strong>de</strong>elruimtes met elk hun<br />
specifieke eigenschappen.<br />
− De Abdij van Averbo<strong>de</strong> is een toeristisch recreatieve aantrekkingspool van regionaal<br />
belang.<br />
− Het recreatiedomein De Vijvers ligt in <strong>de</strong> nabijheid van <strong>de</strong> Abdij en kan mits een<br />
grondige herziening een belangrijke toeristisch-recreatieve pool wor<strong>de</strong>n.<br />
− Een groot <strong>de</strong>el van <strong>de</strong> bossen valt on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> habitatrichtlijn en behoren tot <strong>de</strong><br />
ankerplaatsen van <strong>de</strong> landschapsatlas.<br />
Ontwikkelingsi<strong>de</strong>eën:<br />
− Naaldhoutbossen gelei<strong>de</strong>lijk omzetten naar loofhout en hei<strong>de</strong>vegetaties.<br />
− Een herwaar<strong>de</strong>ring van <strong>de</strong> ecologische structuur door herstel en opwaar<strong>de</strong>ring van <strong>de</strong><br />
natuurwaar<strong>de</strong>n in het gebied.<br />
− Re-organisatie van <strong>de</strong> toeristisch-recreatieve structuur door een inpassing van <strong>de</strong><br />
netwerken aangepast aan <strong>de</strong> draagkracht van <strong>de</strong> omgeving. Een recreatief-gebruiksplan<br />
wordt bij <strong>de</strong> VLM Herentals momenteel uitgewerkt voor <strong>de</strong> bossen van <strong>de</strong> Mero<strong>de</strong>.<br />
− De Mero<strong>de</strong>bossen zijn voor <strong>de</strong> ontwikkeling van <strong>de</strong> regio minstens even belangrijk als<br />
<strong>de</strong> Demer- en <strong>de</strong> Grote Netevallei.<br />
− De Mero<strong>de</strong>bossen kunnen ecologisch en recreatief een verbinding vormen tussen <strong>de</strong><br />
valleien van <strong>de</strong> Demer en <strong>de</strong> Grote Nete.<br />
− LA: Vrijwaren van ver<strong>de</strong>re bebouwing<br />
7.1.6 Kleinschalig valleigebied<br />
Knelpunten:<br />
61
− De druk op <strong>de</strong> valleitjes hebben was in het verle<strong>de</strong>n zeer groot maar lijkt nu gelei<strong>de</strong>lijk<br />
aan te beteren. Er wordt meer ruimte gemaakt voor <strong>de</strong> ontwikkeling van <strong>de</strong> natuur.<br />
− De E313 en vormt een sterke fysieke barrière.<br />
− LA: sterke verstoring van <strong>de</strong> landschappelijke belevingswaar<strong>de</strong> door Tessen<strong>de</strong>rlo<br />
Chemie.<br />
− LA: Versprei<strong>de</strong> bebouwing bij Asdonk, Dassenaar<strong>de</strong>, Engsberg, Rietbroek en<br />
Hooilandse Berg.<br />
− LA: Bebouwing op <strong>de</strong> getuigenheuvels ten noordoosten van Diest (villegiatuur en<br />
weekendhuisjes) vormen een probleem, intensieve recreatie (mountainbike,…)<br />
Potenties:<br />
− Unieke kleinschalige valleilandschappen met hoge natuurwaar<strong>de</strong>.<br />
− De landbouwzones in <strong>de</strong> valleien zijn zones met een hoog ecologisch belang.<br />
− Door <strong>de</strong> geïsoleer<strong>de</strong> getuigenheuvels is er een uitgesproken reliëf.<br />
− Cultuurhistorische bezienswaardighe<strong>de</strong>n zoals kloosters, kerken, kastelen, hoeves en<br />
molens maken dit gebied extra interessant voor <strong>de</strong> recreant.<br />
− Natuurgebie<strong>de</strong>n in het bijzon<strong>de</strong>r Groot Asdonk en <strong>de</strong> Vallei van <strong>de</strong> Zwarte Beek geven<br />
een meerwaar<strong>de</strong> aan het gebied.<br />
− Spoorweg Diest-Tessen<strong>de</strong>rlo geeft dit gebied extra mogelijkhe<strong>de</strong>n.<br />
Ontwikkelingsi<strong>de</strong>eën:<br />
− De landbouwpercelen op <strong>de</strong> heuvels behou<strong>de</strong>n en landschappelijk versterken door<br />
natuurlijke afsluitingen en perceelsrandbegroeiing.<br />
− Toerisme en recreatie in overeenstemming brengen met <strong>de</strong> kwetsbaarheid van <strong>de</strong><br />
valleitjes en afstemmen op <strong>de</strong> bezienswaardighe<strong>de</strong>n en kleine dorpskernen.<br />
− LA: Herwaar<strong>de</strong>ring van <strong>de</strong> beem<strong>de</strong>n ten na<strong>de</strong>le van <strong>de</strong> populierenaanplantingen in <strong>de</strong><br />
vallei van <strong>de</strong> Grote-, Kleine- en Mid<strong>de</strong>lbeek en tegengaan van <strong>de</strong> industrialisering.<br />
− LA: On<strong>de</strong>rhoud van <strong>de</strong> KLE’s en eventueel heraanplanten op <strong>de</strong> diestiaanruggen ten<br />
noordoosten van Diest.<br />
7.1.7 Demervallei<br />
Knelpunten:<br />
− Zeer versprei<strong>de</strong> liging van illegale weekendverblijven.<br />
− Door <strong>de</strong> indijking en rechttrekking van <strong>de</strong> Demer kan hij niet meer vrij mean<strong>de</strong>ren en<br />
het overtollige water afzetten in <strong>de</strong> natuurlijke overstromingsgebie<strong>de</strong>n. Dit alles werkt<br />
<strong>de</strong> verdroging in <strong>de</strong> vallei in <strong>de</strong> hand en zorgt voor overstromingsproblemen in<br />
bebouw<strong>de</strong> gebie<strong>de</strong>n.<br />
− De ste<strong>de</strong>n Aarschot en Diest liggen bei<strong>de</strong>n in <strong>de</strong> Demervallei en vormen har<strong>de</strong><br />
ste<strong>de</strong>lijke barrières.<br />
− Populieraanplantingen domineren het visuele beeld van <strong>de</strong> Demervallei.<br />
− LA: Versprei<strong>de</strong> bebouwing in <strong>de</strong> omgeving Konijnenberg-Rommelaar, dorpskern van<br />
Testelt, bebouwing op <strong>de</strong> Voortberg. Tussen Testelt en Zichem loopt <strong>de</strong> spoorlijn<br />
Aarschot-Diest-Hasselt.<br />
Potenties:<br />
− Uniek valleigebied in Vlaan<strong>de</strong>ren met een grootschaliger karakter (breedte tussen<br />
100m-1000m) dan <strong>de</strong> Grote Netevallei en begrensd door <strong>de</strong> getuigenheuvels. Van op <strong>de</strong><br />
getuigenheuvels heeft men immers een mooi uitzicht op <strong>de</strong> vallei.<br />
− Een aaneengesloten vogel- en habitatrichtlijngebied.<br />
− Cultuurhistorisch waar<strong>de</strong>volle as door <strong>de</strong> aaneenkoppeling van Demerdorpen zoals<br />
Langdorp, Testelt, Messelbroek en Zichem en ste<strong>de</strong>n Diest en Aarschot.<br />
62
− De Demergotiek met het typische ijzerzandsteen is beeldbepalend voor <strong>de</strong> ste<strong>de</strong>n en<br />
dorpen uit <strong>de</strong> nabije omgeving.<br />
Ontwikkelingsi<strong>de</strong>eën:<br />
− Opteren voor een vrije mean<strong>de</strong>ring van <strong>de</strong> Demer daar waar het mogelijk is.<br />
− Door <strong>de</strong> dijken te verlagen en door hier en daar gecontroleer<strong>de</strong> waterinlaten te creëren<br />
kan <strong>de</strong> vallei terug vernat wor<strong>de</strong>n waardoor <strong>de</strong> ecologische waar<strong>de</strong> terug zal stijgen.<br />
− Recreatie parallel met <strong>de</strong> Demervallei sturen en <strong>de</strong> Demerdijken alternerend gebruiken<br />
als recreatieve verbinding.<br />
− Demerdorpen promoten als rustplaatsen met horecavoorzieningen en interessant<br />
patrimonium.<br />
− De Demer in <strong>de</strong> ste<strong>de</strong>n Aarschot en Diest beter integreren. Ook <strong>de</strong> uitbreiding van <strong>de</strong><br />
industriezones moet zoveel als mogelijk belet wor<strong>de</strong>n.<br />
− De structuur van <strong>de</strong> Demervallei versterken door: 1.versterking van <strong>de</strong> vallei als<br />
eenheid; 2. versterking van <strong>de</strong> bin<strong>de</strong>n<strong>de</strong> werking; 3. versterking van <strong>de</strong><br />
overgangsfunctie van <strong>de</strong> Zui<strong>de</strong>rkempen naar het Noord-Hageland;<br />
− LA: Verhogen van <strong>de</strong> waterkwaliteit, geen vergravingen toelaten en <strong>de</strong><br />
populieraanplantingen beperken door <strong>de</strong> hooilan<strong>de</strong>n te bewaren.<br />
Waterbeheersingswerken meer afstemmen op <strong>de</strong> ecologische facetten van <strong>de</strong> vallei.<br />
7.1.8 Noord-Hageland<br />
Knelpunten:<br />
− Woonlinten en kleinhan<strong>de</strong>lslinten zijn beeldbepalend.<br />
− Sterke inname van het landgebruik door landbouw waardoor er nog slecht sporadisch<br />
heuvelflanken bebost zijn.<br />
− LA: Vaak zijn <strong>de</strong> hellingsbossen verkaveld. Kloesebos: R25<br />
Potenties:<br />
− Sterk golvend plateau staat in fel contrast met <strong>de</strong> vlakke Zui<strong>de</strong>rkempen.<br />
− Mooi overzicht van op het hoger gelegen plateau.<br />
Ontwikkelingsi<strong>de</strong>eën:<br />
− Contact met <strong>de</strong> Demervallei behou<strong>de</strong>n en eventueel versterken.<br />
− Lintbebouwing beter integreren in zijn omgeving.<br />
− Behou<strong>de</strong>n en versterken van <strong>de</strong> openruimteverbindingen.<br />
− LA: Behoud van <strong>de</strong> hellingsbossen en uitbreiding van het bosareaal. On<strong>de</strong>rhoud van <strong>de</strong><br />
holle wegen, niet asfalteren en behoud van <strong>de</strong> taluds.<br />
− LA: Herbebossing van Dikkenbos waardoor <strong>de</strong> versnippering verdwijnt.<br />
− LA: Opstellen van een beheer- en inrichtingsplan voor <strong>de</strong> 19 <strong>de</strong> eeuwse<br />
ver<strong>de</strong>digingsgor<strong>de</strong>l van Diest.<br />
8. Conclusie<br />
8.1 Visie voor het projectgebied<br />
Uit <strong>de</strong> opbouw van het gebied, <strong>de</strong> knelpunten, <strong>de</strong> potenties en <strong>de</strong> ontwikkelingsi<strong>de</strong>eën kunnen<br />
we een aantal grote lijnen filteren. Deze leggen we vast in kaart 17: Ontwikkelingsvisie.<br />
Samengevat kunnen we stellen dat:<br />
− De valleisystemen met in het bijzon<strong>de</strong>r <strong>de</strong> Demervallei en <strong>de</strong> Grote-Netevallei <strong>de</strong><br />
natuurlijke basis vormen voor <strong>de</strong> ontwikkeling van <strong>de</strong> regio. Een vernieuw<strong>de</strong><br />
63
Demerdoortocht door Aarschot en Diest een extra waar<strong>de</strong> en nieuwe mogelijkhe<strong>de</strong>n<br />
geeft voor <strong>de</strong> ste<strong>de</strong>lijke structuur.<br />
− De Mero<strong>de</strong>bossen <strong>de</strong> groene hoofdverbinding vormen tussen <strong>de</strong> twee valleien.<br />
− Het rasterlandschap tussen Herselt en Aarschot <strong>de</strong> Demervallei en <strong>de</strong> Grote-Netevallei<br />
met elkaar verbindt door een fijnmazig netwerk van fiets- en wan<strong>de</strong>lwegen en groene<br />
structuren.<br />
− De zones van cultuurhistorisch belang benadrukt dienen te wor<strong>de</strong>n. Deze zones situeren<br />
zicht vooral rond <strong>de</strong> kernen Westerlo en Tongerlo, rond Averbo<strong>de</strong>, Zichem,<br />
Scherpenheuvel en Diest en rond Aarschot.<br />
− De kanaalzone een industriële as is die transparant en doorzichtig moet wor<strong>de</strong>n en <strong>de</strong><br />
accenten voor <strong>de</strong>ze transparantie zich moeten situeren ter hoogte van <strong>de</strong> valleien van <strong>de</strong><br />
Grote Nete, De Grote Laak en <strong>de</strong> vallei van <strong>de</strong> Drie Beken.<br />
− Het Hageland belangrijke open-ruimteverbindingen heeft die versterkt kunnen wor<strong>de</strong>n<br />
(ten oosten van Scherpenheuvel).<br />
Het gebied is zeer divers en in het verle<strong>de</strong>n is er nooit een aanleiding geweest om het gebied,<br />
zoals het nu wordt voorgesteld, als een geheel te beschouwen. Vandaar dat een sterke<br />
i<strong>de</strong>ntiteit of een sterke eenheid momenteel ontbreekt. De sterkte van dit gebied is nu net <strong>de</strong><br />
grote rijkdom aan authentieke landschappen en <strong>de</strong> sterke diversiteit. Maar een an<strong>de</strong>re sterkte<br />
is zeker ook dat het gebied een belangrijke centrale invulling kan hebben. Het gebied kan<br />
gepromoot wor<strong>de</strong>n als een overgangszone naar <strong>de</strong> ruimere omgeving. Het heeft een<br />
‘overgangsi<strong>de</strong>ntiteit’ tussen <strong>de</strong> verschillen<strong>de</strong> geografische streken (<strong>de</strong> Kempen, het Hageland<br />
en Haspengouw). Het vormt een centrum, een draaischijf.<br />
De valleien zijn belangrijke structuren. Zij hebben een sterke eenheid, maar zijn bovendien<br />
ook sterk bin<strong>de</strong>n<strong>de</strong> elementen. Zo verbindt <strong>de</strong> Demer Haspengouw via <strong>de</strong> Zui<strong>de</strong>rkempen met<br />
het Noord-Hageland. De Grote Nete verbindt <strong>de</strong> Limburgse hei<strong>de</strong>- en bosgebie<strong>de</strong>n (Kempisch<br />
Plateau) via <strong>de</strong> Centrale Kempen met <strong>de</strong> gehele Zui<strong>de</strong>rkempen. In het studiegebied hebben <strong>de</strong><br />
valleien van <strong>de</strong> Demer en De Grote Nete bovendien een sterke dwarsstructuur. Zij vormen<br />
bei<strong>de</strong> een overgangszone naar een an<strong>de</strong>r type landschap. Het centrale <strong>de</strong>el van het gebied, met<br />
als centrum <strong>de</strong> abdij van Averbo<strong>de</strong>, is landschappelijk het minst verstoor<strong>de</strong> ge<strong>de</strong>elte en is<br />
i<strong>de</strong>aal gesitueerd om <strong>de</strong> bei<strong>de</strong> valleistructuren aan elkaar te linken. Dit concept verbindt <strong>de</strong><br />
Kempen met het Hageland, het Hageland met Haspengouw, het Demerbekken met het<br />
Netebekken, Antwerpen met Vlaams-Brabant en Limburg, Diest met Aarschot, enzovoort. En<br />
dit zowel ecologisch als recreatief en binnen een landschappelijk zeer aantrekkelijk ka<strong>de</strong>r.<br />
8.2 Algemene aandachtspunten landschap<br />
Dit on<strong>de</strong>r<strong>de</strong>el van <strong>de</strong> landschapsstudie geeft nog een aantal richtlijnen, die voor het landschap<br />
van groot belang zijn en voor ogen moeten gehou<strong>de</strong>n wor<strong>de</strong>n, wanneer <strong>de</strong> an<strong>de</strong>re<br />
invalshoeken van het landschaps (recreatie, ecologie, landbouw,…) wor<strong>de</strong>n uitgewerkt in<br />
concrete maatregelen voor het gebied. Ver<strong>de</strong>r wor<strong>de</strong>n ook enkele thematische voorstellen<br />
geformuleerd die kunnen uitgewerkt wor<strong>de</strong>n.<br />
8.2.1 Landschappelijke richtlijnen<br />
Bij <strong>de</strong> uitbouw van een recreatief netwerk moet er voldoen<strong>de</strong> aandacht besteed wor<strong>de</strong>n aan <strong>de</strong><br />
beeldwaar<strong>de</strong> en <strong>de</strong> belevingswaar<strong>de</strong> van <strong>de</strong> recreanten. De diversiteit van het landschap moet<br />
door <strong>de</strong> verschillen<strong>de</strong> recreanten ook kunnen ervaren wor<strong>de</strong>n. Hetzelf<strong>de</strong> geldt voor het<br />
cultuurhistorische aanbod. De cultuurhistorische informatiewaar<strong>de</strong>n zijn verloren (of<br />
verborgen) omdat ze niet meer gekend zijn of omdat ze niet meer zichtbaar aanwezig zijn. In<br />
64
<strong>de</strong> inrichtingsplannen voor het gebied moeten <strong>de</strong>ze twee aspecten (historische<br />
informatiewaar<strong>de</strong> en beeld- en belevingswaar<strong>de</strong>) voldoen<strong>de</strong> geïntegreerd wor<strong>de</strong>n.<br />
Een <strong>de</strong>r<strong>de</strong> aandachtspunt binnen <strong>de</strong> opmaak van inrichtingsplannen is het ruimtelijk aspect.<br />
Nagaan wat <strong>de</strong> ruimtelijke impact is van bepaal<strong>de</strong> maatregelen is een noodzaak en moet geënt<br />
zijn op <strong>de</strong> ruimtelijke structuur van het hele gebied.<br />
Wanneer een project op <strong>de</strong>ze schaal wordt uitgewerkt is het noodzakelijk dat er achteraf<br />
voldoen<strong>de</strong> opvolging is en er overkoepelend voldoen<strong>de</strong> blijven<strong>de</strong> aandacht is voor <strong>de</strong><br />
evoluties binnen <strong>de</strong> open ruimte. Het landschapsbeheer van het studiegebied <strong>de</strong> Mero<strong>de</strong> zou<br />
perfect kunnen opgenomen wor<strong>de</strong>n door een regionaal landschap. In het uiterste zui<strong>de</strong>n is het<br />
regionaal landschaps Noord-Hageland actief, maar <strong>de</strong> activiteiten van <strong>de</strong> regionale<br />
landschappen zou moeten uitgebreid wor<strong>de</strong>n naar <strong>de</strong> hele perimeter.<br />
Tot slot benadrukken we het belang van <strong>de</strong> ankerplaatsen en relictzones. Zij wor<strong>de</strong>n uitvoerig<br />
besproken in <strong>de</strong>ze studie, maar vragen meer specifiek on<strong>de</strong>rzoek naar <strong>de</strong> effectieve waar<strong>de</strong>n<br />
en mogelijkhe<strong>de</strong>n van <strong>de</strong>ze gebie<strong>de</strong>n. Zij zijn vanuit landschappelijke invalshoek <strong>de</strong> primaire<br />
plaatsen voor bescherming, herstel en ontwikkeling van het landschap.<br />
8.2.2 Thematische voorstellen<br />
Een eerste thematisch voorstel is het uitwerken van maatregelen rond<br />
plattelandsontwikkeling, die het verbeteren van <strong>de</strong> kwaliteit van <strong>de</strong> leefomgeving in het<br />
lan<strong>de</strong>lijk gebied als doelstelling heeft. Deze maatregelen omvatten oa. <strong>de</strong> inrichting van<br />
lan<strong>de</strong>lijke woonkernen en <strong>de</strong> verbetering van <strong>de</strong> relatie tussen woonkernen (dorpen) en hun<br />
directe omgeving (groene vingers).<br />
An<strong>de</strong>re thematische voorstellen zijn <strong>de</strong> opmaak van landschapsbedrijfsplannen, waarbij<br />
aandacht besteed wordt aan <strong>de</strong> integratie van bedrijven in het landschap en erfbeplanting; De<br />
opmaak van drevenplannen; Land-art of –<strong>de</strong>sign (bv. gekoppeld aan <strong>de</strong> cultuur rond <strong>de</strong><br />
schrijvers Claes en Ellschot,…); aandacht voor water en waterlopen en <strong>de</strong> integratie van<br />
waterlopen in <strong>de</strong> dorpskernen (herkenbaarheid en beleving vergroten); aandacht voor trage<br />
wegen (VZW en richtlijnen); aandacht voor autochtone bomen en struiken.<br />
Deze landschapsstudie probeert een zo volledig mogelijk beeld te geven van het landschap<br />
van het studiegebied. De gebun<strong>de</strong>l<strong>de</strong> informatie vertelt hoe het landschap is ontstaan en<br />
gegroeid en geeft aan hoe wij vandaag naar het landschap kijken en het interpreteren.<br />
Afhankelijk van <strong>de</strong> wensen en <strong>de</strong> specifieke toekomstige verwachtingen zal meer<br />
ge<strong>de</strong>tailleerd on<strong>de</strong>rzoek, eventueel van bepaal<strong>de</strong> <strong>de</strong>len van het geheel, nodig zijn. Dit<br />
document geeft een belangrijke eerste aanzet of voor sommige een eerste kennismaking.<br />
Bovendien is het ongetwijfeld een verdui<strong>de</strong>lijking en een ver<strong>de</strong>re uitdieping van wat ‘op het<br />
eerste gezicht’ (zie motivering) al een interessante regio leek.<br />
65
9. Overzicht bijlagen<br />
9.1 Kaartenatlas<br />
9.2 Bibliografie<br />
9.3 Uitgebrei<strong>de</strong> versie cultuurhistorie<br />
9.4 Fiches nieuwe landschappen<br />
66