29.08.2013 Views

Paper - Faculteit der Letteren - Rijksuniversiteit Groningen

Paper - Faculteit der Letteren - Rijksuniversiteit Groningen

Paper - Faculteit der Letteren - Rijksuniversiteit Groningen

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

Hoofdstuk 1 Inleiding<br />

1 Inleiding<br />

1.1 Introductie van het on<strong>der</strong>zoek<br />

Geen radio, geen tv, geen e-mail, geen web en toch was er nieuws. Hon<strong>der</strong>d jaar geleden was de<br />

krant het medium bij uitstek om nieuws te brengen. Krantenuitgevers verlangen misschien stiekem<br />

weer terug naar die tijd. Er was één machtig medium en een gezagdragende redactie van journalisten<br />

bepaalde wat het volk als nieuws kreeg voorgeschoteld.<br />

Maar 2003 schetst een an<strong>der</strong> beeld. De consument kan zelf aangeven in wat voor soort nieuws hij<br />

trek heeft: kanaal, vorm en inhoud zijn variabel en de lezer bepaalt. Een ‘headline’ via sms, even<br />

zappen<br />

- op tv of het web - langs pagina 101 van Teletekst, het journaal van gisteren bekijken op NOS.nl of<br />

een krantje lezen op weg van huis naar het werk. Door de ontwikkeling van nieuwe technieken<br />

beschikt de nieuwswereld over vele kanalen waarlangs zij het nieuws aan de man kan brengen en de<br />

lezer heeft het voor het uitkiezen.<br />

De visionairs zijn het er over eens dat de uitgeverswereld moet investeren in deze verscheidenheid.<br />

De krantenuitgever die stug vasthoudt aan één uitingskanaal is geen lang leven beschoren, zo luidt de<br />

voorspelling. Een massaproduct als de krant spreekt niet ie<strong>der</strong>een meer aan. Steeds meer uitgevers<br />

gaan toe naar een database model van uitgeven: dezelfde informatie - het nieuws - wordt in<br />

verschillende formaten verpakt en langs verschillende kanalen naar de nieuwsconsument verstuurd.<br />

Dan weer als ‘ou<strong>der</strong>wetse’ papieren krant, dan weer als nieuws op een website, dan weer als e-mail<br />

naar de mailbox, dan weer als sms-bericht naar een mobiele telefoon. Soms fungeert ze als<br />

massamedium, dan weer levert het 1-op-1 informatie.<br />

Maar zijn al die nieuwe kanalen wel geschikt voor het brengen van nieuws? Dat die nieuwe kanalen<br />

voor handen zijn, wil nog niet zeggen dat ze zich ook lenen voor het brengen van nieuws. Tijdens de<br />

internethype begaven veel kranten zich haastig naar het web. Dit nieuwe medium beloofde gouden<br />

bergen: een in potentie oneindig lezerspubliek, onbeperkte ruimte en multimediale mogelijkheden.<br />

Maar voor veel uitgeverijen is het web eer<strong>der</strong> een kostenpost dan een uitkomst gebleken.<br />

Inmiddels zijn we beland in de tweede ronde. Het web heeft haar verwachtingen (nog) niet<br />

waargemaakt, met name advertentie-inkomsten blijven achter. De e-paper en e-mail zijn de<br />

toepassingen waar de uitgevers nu hun pijlen op richten. E-mail wordt vaak ingezet als kattenbel voor<br />

de website. Als een soort tv-gids geeft het aan wat er allemaal getoond wordt vandaag - op het web of<br />

in de krant.<br />

Maar is dat ‘alles’ waar e-mail goed voor is? Of zou e-mail ook geschikt zijn voor het brengen van<br />

nieuws? Een overhaaste gang naar alles wat de woorden ‘nieuw’ en ‘media’ in zich draagt, is niet<br />

verstandig. Voor elk nieuw medium moet on<strong>der</strong>zocht worden of het zich ook voor het brengen van<br />

nieuws leent. Een nieuwsuitgever zal eerst duidelijk voor ogen moeten hebben wat zij met dat nieuwe<br />

medium wil doen. Hoe draagt deze innovatie bij aan het nieuwsaanbod zoals we dat tot nu toe al<br />

brengen? Welke meerwaarde heeft het?<br />

Er kan van alles in de nieuwswereld en uitgevers lijken van alles te moeten. De tijd om rustig te<br />

bedenken waarom je een bepaalde innovatie door zou moeten voeren, is er vaak niet. Zit de<br />

consument op deze nieuwe kanalen te wachten? Vergroot het voor de lezer de informatieovervloed of<br />

kan het hem helpen orde te scheppen in de chaos?<br />

Elke zichzelf respecterende organisatie heeft nu al enkele jaren een website. Wie nu nog serieus<br />

genomen wil worden op internet, verstuurt daar ook een nieuwsbrief bij. ‘Everybody does it en we<br />

moeten wel mee’, wordt op het gebied van ICT te vaak als argument gebruikt. In deze scriptie kom ik<br />

met geldige argumenten waarom e-mail wel of niet als nieuwskanaal ingezet zou moeten worden.<br />

In deze scriptie zal ik aangeven wat een krantenuitgever met e-mail als nieuwskanaal zou kunnen en<br />

moeten doen. Het kan als leidraad dienen om an<strong>der</strong>e vormen van nieuwe media te bena<strong>der</strong>en en hun<br />

geschiktheid te testen voor het brengen van nieuws.


Hoofdstuk 1 Inleiding<br />

1.2 Probleemstelling<br />

Het on<strong>der</strong>zoek moet gezien worden als de bestu<strong>der</strong>ing van een nieuwe vorm van nieuwsoverdracht.<br />

On<strong>der</strong>zocht wordt hoe één voorbeeld van een digitaal medium, in dit geval e-mail, gebruikt kan<br />

worden voor het brengen van nieuws. Ik heb hierbij voor een brede, interdisciplinaire bena<strong>der</strong>ing<br />

gekozen, waarbij theorieën uit de communicatie, de journalistiek en de informatietechnologie worden<br />

samengebracht.<br />

Vanuit de theorie wordt een model gecreëerd waarin wordt beschreven hoe nieuwsoverdracht via email<br />

plaats zou moeten vinden. Dit model wordt vervolgens naast de praktijk gelegd om te<br />

on<strong>der</strong>zoeken in hoeverre de huidige e-mailkranten voldoen aan dit model. Uiteindelijk kom ik tot een<br />

aanbeveling voor de vorm van een e-mailkrant die een kans van overleven heeft. Met kans van<br />

overleven wordt hier bedoeld dat de consument er behoefte aan heeft om op deze manier nieuws tot<br />

zich te nemen en dat voor de nieuwsuitgever deze vorm van nieuwsoverdracht uiteindelijk rendabel<br />

zou zijn.<br />

In dit on<strong>der</strong>zoek staat de volgende on<strong>der</strong>zoeksvraag centraal:<br />

“Hoe zou nieuwsoverdracht via e-mail in theorie plaats kunnen vinden zodat het een<br />

kans van overleven heeft en hoe vindt die overdracht nu in de praktijk plaats?”<br />

Om een antwoord te geven op deze vraag, zullen de volgende vier deelvragen beantwoord worden:<br />

1. Wat zijn kenmerken van digitale communicatie, e-mail en nieuws?<br />

2. Hoe vindt nieuwsoverdracht via de krant en het web plaats?<br />

3. Wat zijn kenmerkende eigenschappen van communiceren via e-mail en met name het<br />

overbrengen van nieuws via e-mail?<br />

4. Wat zijn in de praktijk overwegingen van de zen<strong>der</strong> van de boodschap (de nieuwsuitgever) en de<br />

ontvanger (de nieuwsconsument) bij het respectievelijk zenden en ontvangen van nieuws per email?<br />

De eerste drie vragen zullen vanuit de theorie beantwoord worden. Om de laatste vraag te<br />

beantwoorden zijn twee praktische on<strong>der</strong>zoeken uitgevoerd, die worden beschreven in het vierde<br />

hoofdstuk.<br />

1.3 On<strong>der</strong>zoeksmethode<br />

Het on<strong>der</strong>zoek om tot de beantwoording van de centrale probleemstelling te komen, bestaat uit twee<br />

delen: een literatuuron<strong>der</strong>zoek en een empirisch on<strong>der</strong>zoek. Het empirische, of praktische on<strong>der</strong>zoek,<br />

valt uiteen in twee on<strong>der</strong>zoeken: een kwalitatief deel (een beschrijvende inventarisatie) en een<br />

kwantitatief deel (een lezerson<strong>der</strong>zoek).<br />

Literatuuron<strong>der</strong>zoek<br />

In het literatuuron<strong>der</strong>zoek wordt vanuit drie disciplines naar de vraagstelling gekeken: vanuit de<br />

(digitale) communicatie, de journalistiek en de informatietechnologie.<br />

Digitale communicatie geeft het ka<strong>der</strong> aan waarin e-mail wordt gebruikt om communicatie van nieuws<br />

mogelijk te maken tussen de krantenorganisatie en haar lezers. Vanuit de journalistiek wordt o.a.<br />

bekeken wat de kenmerken van nieuws en nieuwsoverdracht zijn. Nieuwsoverdracht via e-mail draagt<br />

kenmerken van nieuwsoverdracht via de krant (de ‘moe<strong>der</strong>’ van al het geschreven nieuws), maar ook<br />

kenmerken van nieuwsoverdracht via het web (een vorm van digitale communicatie) met zich mee.<br />

Door te bestu<strong>der</strong>en hoe de nieuwsoverdracht via de krant en het web plaatsvindt, kunnen we iets<br />

leren over de nieuwsoverdracht via e-mail. De informatietechnologie geeft een scala aan multimediale<br />

mogelijkheden en beperkingen om nieuws digitaal vorm te geven en aan de man te brengen.


Hoofdstuk 1 Inleiding<br />

Dit literatuuron<strong>der</strong>zoek vindt zijn neerslag in het tweede en <strong>der</strong>de hoofdstuk. In het tweede hoofdstuk<br />

wordt antwoord gegeven op de eerste deelvraag: “Wat zijn kenmerken van digitale communicatie, email<br />

en nieuws?” De vragen “Hoe vindt nieuwsoverdracht via de krant en het web plaats?” en “Wat<br />

zijn kenmerkende eigenschappen van communiceren via e-mail en met name het overbrengen van<br />

nieuws via e-mail?” worden in het <strong>der</strong>de hoofdstuk beantwoord.<br />

Empirisch on<strong>der</strong>zoek: twee delen<br />

Het empirisch on<strong>der</strong>zoek is een beschrijvend on<strong>der</strong>zoek dat in het vierde hoofdstuk wordt<br />

gepresenteerd. Hierin wordt aangegeven hoe de nieuwsoverdracht via e-mail op het moment verloopt.<br />

Dit geeft inzicht in de drie componenten van communiceren: de zen<strong>der</strong> (de nieuwsuitgever), het<br />

bericht (nieuws in e-mail) en de ontvanger (de nieuwsconsument).<br />

De zen<strong>der</strong> en het bericht: beschrijving van de ‘status quo’<br />

In het eerste descriptieve, kwalitatieve on<strong>der</strong>zoek wordt beschreven hoe de overdracht van nieuws via<br />

e-mail op het moment in de praktijk plaatsvindt. Door vierentwintig e-mailkranten te beschrijven,<br />

krijgen we inzicht in de zen<strong>der</strong> en het bericht (nieuws via e-mail). De ‘status quo’ van<br />

nieuwsoverdracht via e-mail wordt beschreven.<br />

De ontvanger: gebruikerson<strong>der</strong>zoek<br />

Het tweede on<strong>der</strong>zoek is kwantitatief van aard. Via een online enquête is inzicht verkregen in de<br />

huidige situatie en wordt de ontvangerszijde van het communicatieproces belicht. De manier waarop<br />

nieuws per e-mail wordt gebruikt en de wensen van de nieuwsconsument op het gebied van<br />

nieuwsoverdracht per e-mail, worden duidelijk gemaakt. Door middel van een online<br />

gebruikerson<strong>der</strong>zoek on<strong>der</strong> de lezers van de e-mailkrant van het Eindhovens Dagblad, krijgen we<br />

on<strong>der</strong> meer inzicht in de doelen van de ontvanger. Uiteindelijk hebben meer dan duizend<br />

nieuwsconsumenten de online enquête ingevuld. Dit hoge aantal kon gehaald worden doordat een<br />

echte ‘case’ uit de praktijk is genomen. Daarnaast heeft een goede toepassing van<br />

informatietechnologie eraan bijgedragen dat de online enquête zeer gebruiksvriendelijk was en een<br />

respons van meer dan 40% kon halen. Hiermee geeft dit on<strong>der</strong>zoek gedeeltelijk antwoord op de<br />

vierde deelvraag: “Wat zijn in de praktijk overwegingen van de zen<strong>der</strong> van de boodschap (de<br />

nieuwsuitgever) en de ontvanger (de nieuwsconsument) bij het respectievelijk zenden en ontvangen<br />

van nieuws per e-mail?”<br />

1.4 Opzet van de scriptie<br />

De scriptie omvat vijf hoofdstukken. In het volgende hoofdstuk komen de belangrijkste begrippen en<br />

issues vanuit de journalistiek, de (digitale) communicatie en de informatietechnologie aan bod. Dit<br />

‘begrippenka<strong>der</strong>’ plaatst het on<strong>der</strong>zoek in een ruim ka<strong>der</strong> en geeft aan welke termen bij het oplossen<br />

van de probleemstelling gebruikt zullen worden. De termen digitale media & communicatie, e-mail en<br />

nieuws staan hier centraal.<br />

In hoofdstuk drie volgt de integratie van de literatuur die bestudeerd is op de gebieden van<br />

journalistiek, digitale communicatie en informatietechnologie. De nieuwsoverdracht via krant, web en<br />

e-mail wordt bestudeerd. Tot slot wordt een model voorgesteld voor het brengen van nieuws via email.<br />

De twee praktische on<strong>der</strong>zoeken komen aan bod in het vierde hoofdstuk. De on<strong>der</strong>zoeken geven<br />

inzicht in de drie componenten in het communicatieproces: de zen<strong>der</strong>, het bericht en de ontvanger.<br />

Een gedetailleerde omschrijving van vierentwintig e-mailkranten geeft inzicht in de zen<strong>der</strong> en het<br />

bericht. Door middel van een survey-on<strong>der</strong>zoek komen we meer te weten over de ontvanger.<br />

In het vijfde en conclu<strong>der</strong>ende hoofdstuk worden deze on<strong>der</strong>zoeken - theoretisch en praktisch -<br />

samengevoegd. ‘Hoe het kan’ vanuit de theorie wordt vergeleken met ‘hoe het is’ in de realiteit.


Hoofdstuk 2 Kenmerken van digitale communicatie, nieuws en e-mail<br />

2 Kenmerken van digitale communicatie, nieuws en e-mail<br />

2.1 Inleiding<br />

In dit hoofdstuk beschrijf ik algemene begrippen en ‘issues’ uit de drie genoemde disciplines, de<br />

journalistiek, de digitale communicatie en de informatietechnologie. Dit geeft een introductie in de<br />

theorie die straks toegepast zal worden bij het oplossen van de probleemstelling: “Hoe zou<br />

nieuwsoverdracht via e-mail in theorie plaats kunnen vinden zodat het een kans van overleven heeft<br />

en hoe vindt die overdracht in de praktijk plaats?”<br />

Dit on<strong>der</strong>deel omvat drie delen. Eerst worden de begrippen die nodig zijn vanuit de (digitale)<br />

communicatie geïntroduceerd. Daarna volgen issues en begrippen uit de journalistiek. Tot slot wordt<br />

gekeken hoe de informatietechnologie een bijdrage kan leveren aan het beantwoorden van de<br />

on<strong>der</strong>zoeksvraag.<br />

2.2 Digitale communicatie<br />

2.2.1 Een communicatiemodel<br />

Bij communicatie is er altijd sprake van drie componenten: een zen<strong>der</strong>, een boodschap en een<br />

ontvanger. In deze scriptie zijn dit respectievelijk de nieuwsuitgever, het nieuws en de<br />

nieuwsconsument en is er bovendien sprake van communicatie via een beeldscherm. Ook weten we<br />

dat het gebruikte medium e-mail is.<br />

Er zijn vele modellen die representeren hoe communicatie in het algemeen verloopt. Ik heb gekozen<br />

voor het model voor digitale communicatie van Van Driel (2001:71), die de volgende processen<br />

on<strong>der</strong>scheidt:<br />

1. Een fysieke zen<strong>der</strong> en een fysieke doelgroep communiceren met elkaar.<br />

2. De communicatie vindt plaats via een medium en bepaalde kanalen.<br />

3. Een fysieke zen<strong>der</strong> codeert zijn bedoeling in een uiting op een bepaald moment en in een<br />

bepaalde ruimte; een fysieke doelgroep decodeert de uiting op een bepaald moment en in een<br />

bepaalde ruimte.<br />

4. Een uiting kan verschillende doelen hebben<br />

5. De fysieke zen<strong>der</strong> richt zich op de geïmpliceerde doelgroep.<br />

6. De fysieke doelgroep decodeert de uiting; hierbij kan zij een geïmpliceerde zen<strong>der</strong> construeren.<br />

In het model dat Van Driel (2001) voorstelt, ziet dat er als volgt uit:


Hoofdstuk 2 Kenmerken van digitale communicatie, nieuws en e-mail<br />

De geïmpliceerde doelgroep is het beeld van de doelgroep zoals de zen<strong>der</strong> zich dat voorstelt. De<br />

geïmpliceerde zen<strong>der</strong> is het beeld van de zen<strong>der</strong> zoals de doelgroep zich dat - aan de hand van de<br />

boodschap - voorstelt.<br />

Uit dit model leren we ten eerste dat er drie componenten zijn die een rol spelen in communicatie: de<br />

zen<strong>der</strong>, de uiting en de ontvanger. Deze drie componenten zullen in het empirisch on<strong>der</strong>zoek<br />

uitgebreid on<strong>der</strong>zocht worden. Eigenschappen van de zen<strong>der</strong> en de uiting worden in het vierde<br />

hoofdstuk bij de analyse van vierentwintig e-mailkranten beschreven. In het gebruikerson<strong>der</strong>zoek, een<br />

enquête on<strong>der</strong> lezers van de e-mailkant van het Eindhovens Dagblad, komt de ontvanger aan bod.<br />

Van Driel noemt in zijn model enkele aspecten die in an<strong>der</strong>e communicatiemodellen niet voorkomen,<br />

zoals zijn theorieën over de geïmpliceerde lezer en geïmpliceerde doelgroep en de diverse te<br />

on<strong>der</strong>scheiden doelen (expressief, referentieel en appellerend). Deze aspecten zullen echter in dit<br />

on<strong>der</strong>zoek ver<strong>der</strong> niet meegenomen worden en worden slechts ter kennisgeving gepresenteerd.<br />

Desalniettemin maak ik gebruik van juist dit model, omdat hierin zowel vanuit de zen<strong>der</strong> als vanuit de<br />

ontvanger een pijl is getekend naar de boodschap toe. Dit in tegenstelling tot an<strong>der</strong>e modellen voor<br />

(traditionele vormen van) communicatie, waarbij de lijnen vaak één richting op wijzen. Het model<br />

“zen<strong>der</strong> --> uiting --> ontvanger” is daarbij gebruikelijk. Ik heb gekozen voor bovenstaand model<br />

omdat bij digitale communicatie de richting van de boodschap min<strong>der</strong> uni-directioneel is dan bij<br />

traditionele vormen van communicatie: de ontvanger heeft een grotere invloed op de inhoud van de<br />

boodschap. Om die meer interactieve relatie tussen zen<strong>der</strong> en ontvanger aan te geven, is dit model<br />

gepresenteerd (zie ook: paragraaf 2.2.3 over digitale media).<br />

2.2.2 Het on<strong>der</strong>scheiden van communicatieprocessen<br />

Nieuws via e-mail is een nieuwe vorm van nieuwsoverdracht waar meer<strong>der</strong>e communicatieprocessen<br />

samenkomen. In deze sectie zal ik de criteria aangeven om deze nieuwe vorm van<br />

nieuwsberichtgeving te beschrijven en positioneren. De gebruikte criteria zijn opgesteld door<br />

communicatiekundige Porteman (1998:30). De selectie van criteria is gebaseerd op de kenmerken die<br />

Fidler (1997), Guedon (1994), McQuail (1994) en De Grooff (1986) gebruiken om twee of meer<br />

communicatieprocessen van elkaar te on<strong>der</strong>scheiden en te definiëren: de vorm van de boodschap, de<br />

richting van de boodschap, interactiviteit, selectie, het gebruik van het medium en tot slot zijn functies.<br />

Hieron<strong>der</strong> staat bij elk criterium een korte toelichting:<br />

1. Vorm van de boodschap:<br />

De vorm van de boodschap slaat op de soorten signalen die het medium kan gebruiken om zijn<br />

boodschap over te brengen, zoals tekstuele en audiovisuele signalen.<br />

2. Richting van de boodschap<br />

De richting van een boodschap kan uni-, bi-, of multi-directioneel zijn. Is er sprake van<br />

eenrichtingsverkeer of heeft de ontvanger ook invloed op de inhoud van de boodschap?<br />

3. Interactiviteit<br />

Hoe interactief is het medium? Een omschrijving van het begrip interactiviteit volgt ver<strong>der</strong>op in dit<br />

hoofdstuk.<br />

4. Selectie<br />

Waar vindt de selectie plaats? De zen<strong>der</strong> (de journalist) maakt een selectie en definieert wat als<br />

nieuws moet worden gezien. Vervolgens selecteert de lezer daaruit het voor hem interessante<br />

aanbod.<br />

5. Gebruik van het medium<br />

Is het gebruik plaats- en / of tijdsgebonden?<br />

6. Functies van het medium<br />

Welke functie vervult het medium?<br />

Deze criteria zullen in het <strong>der</strong>de hoofdstuk gebruikt worden om de nieuwsoverdracht via krant, web en<br />

e-mail met elkaar te vergelijken.


Hoofdstuk 2 Kenmerken van digitale communicatie, nieuws en e-mail<br />

2.2.3 Digitale media<br />

Nieuwsuitgevers begeven zich steeds meer op het terrein van de nieuwe of digitale media. Ook email,<br />

het medium waarover deze scriptie gaat, valt on<strong>der</strong> deze noemer. Daarom beschrijf ik hier kort<br />

wat de kenmerken zijn van digitale media.<br />

Kenmerken digitale media<br />

Vanaf nu zal ik het hebben over digitale media in plaats van nieuwe media. De aanduiding ‘nieuw’ is<br />

ongelukkig, omdat elk medium op enig moment nieuw is geweest en de term dus niet exclusief voor<br />

deze tijd is. Multimedialiteit en interactiviteit worden gezien als de kenmerkende eigenschappen van<br />

digitale media.<br />

Multimedia<br />

Bij de traditionele media -zoals krant en tv - heeft elk medium zijn eigen toepassing. Voor elke<br />

toepassing bestaat er een (an<strong>der</strong>) medium dat het meest geschikt is voor deze specifieke toepassing.<br />

Digitale media hebben kenmerken waardoor ze geschikt zijn voor meer<strong>der</strong>e toepassingen tegelijkertijd<br />

en niet slechts voor één of enkele, zoals bij de traditionele media het geval is. Internet bijvoorbeeld,<br />

wordt gebruikt als massamedium door de websites die erop te vinden zijn en die ie<strong>der</strong>een met een<br />

internetaansluiting kan ontvangen. Tegelijkertijd kan het netwerk gebruikt worden voor het versturen<br />

van persoonlijke elektronische post. Het meervoud van toepassingen is één van de betekenissen van<br />

het begrip ‘multimedia’. Een an<strong>der</strong>e betekenis van ‘multimedia’ is dat deze media zowel tekst en data<br />

als beeld en geluid presenteren. Digitale media bieden dus geïntegreerde toepassingen.<br />

Interactief<br />

Interactiviteit is naast multimedialiteit een tweede kenmerk van digitale media. Vaak wordt met de term<br />

‘interactief’ bedoeld dat een gebruiker zelf kan bepalen in welke volgorde hij informatie aangeboden<br />

krijgt. Met Van Driel (2001:42) meen ik dat interactiviteit ver<strong>der</strong> gaat dan de vrijheid om een volgorde<br />

te kiezen. Om van interactiviteit te kunnen spreken is het essentieel dat een gebruiker mede de<br />

inhoud van de communicatie kan bepalen.<br />

De zogenaamde traditionele media - zoals krant en tv - bevatten wel één van de bovengenoemde<br />

kenmerken, maar niet beide. Zo is televisie wel geïntegreerd, maar niet interactief. Een an<strong>der</strong><br />

voorbeeld is de (traditionele) telefoon, die wel interactief, maar weer niet geïntegreerd te noemen is.<br />

Digitale media zijn dus geïntegreerd én interactief.<br />

Netwerkmodel<br />

Bij de traditionele media zoals radio, televisie of magazines, bestaat een grote afstand tussen zen<strong>der</strong><br />

en ontvanger en ook tussen ontvangers bestaat nauwelijks of geen contact. Er is sprake van een<br />

passieve rol van de ontvanger die niet of nauwelijks invloed kan uitoefenen op de inhoud van de<br />

boodschap. Dit noemen we het ‘broadcastmodel’: een beperkt aantal mediagiganten bepaalt wat<br />

ie<strong>der</strong>een op welk tijdstip te zien en te lezen krijgt.<br />

Internet brengt veran<strong>der</strong>ing in deze top-down situatie. Het broadcastmodel is plaats aan het maken<br />

voor het netwerkmodel, waarin begrippen als decentraal, pluriform en individueel een rol spelen (Van<br />

Driel 2001:16). Communicatiekundigen signaleren dat door de komst van de vele nieuwe media de<br />

westerse samenleving verstrooid is geraakt. Er is geen sprake meer van overzichtelijkheid in het<br />

informatieaanbod, noch in het publiek. De rollen lijken niet meer vast te liggen.


Hoofdstuk 2 Kenmerken van digitale communicatie, nieuws en e-mail<br />

Toepassingen van Internet: e-mail en world wide web<br />

Het bekendste voorbeeld van een digitaal medium is het internet. Het internet kent een aantal<br />

toepassingsmogelijkheden waarvan e-mail en het web het populairst zijn. Sinds de doorbraak van het<br />

world wide web, is het aantal gebruikers van internet explosief toegenomen. NUA Internet Surveys<br />

geeft aantallen over het totaal aantal gebruikers van Internet<br />

(http://www.nua.ie/surveys/how_many_online). Per september 2002 hebben wereldwijd 605,6 miljoen<br />

bedrijven en huishoudens een aansluiting op Internet. Dit is 10% van de totale wereldbevolking. Ter<br />

vergelijking: in november 2000 was dit aantal 407,1 miljoen; in september 1999 waren er 201 miljoen<br />

aansluitingen (bron:NUA Internet Surveys).<br />

Wereldwijd 605,6 miljoen<br />

Europa 190,9 miljoen<br />

Asia / Pacific 187,2 miljoen<br />

Canada & USA 182,7 miljoen<br />

Latijns-Amerika 33,4 miljoen<br />

Midden-Oosten 5,1 miljoen<br />

Afrika 6,3 miljoen<br />

Ne<strong>der</strong>land telde in september 2002 in totaal 9,7 miljoen internetaansluitingen, wat een<br />

internetpenetratie oplevert van ongeveer 60%. (Ter vergelijking: in november 2000 was dit nog 43%.)<br />

Het ARIA-patroon<br />

Het gebruik van Internet loopt dus in ras tempo op. Toch is er ook weerstand tegen de introductie van<br />

het web en e-mail (geweest). De geschiedenis van nieuwe media laat zien hoe mensen in het<br />

verleden volgens een bepaald patroon hebben gereageerd op de introductie van die nieuwe media.<br />

Ook ontwikkelt een medium zelf zich volgens een bepaald patroon. Van Driel (2001:30) noemt deze<br />

patronen samen het ARIA-patroon. Het ARIA-patrooon bestaat uit vier fasen:<br />

1. Amazement. Aanvankelijk is er verbazing over het nieuwe medium, zo niet bewon<strong>der</strong>ing. Die<br />

bewon<strong>der</strong>ende verbazing uit zich bij een kleine groep.<br />

2. Resistance. Een nieuw medium wordt als bedreigend of las onzinnig ervaren. De weerstand is<br />

dan ook groot. Natuurlijk is die weerstand verklaarbaar vanuit de vertrouwdheid met gevestigde<br />

media.<br />

3. Imitation. In eerste instantie kan een nieuw medium niet an<strong>der</strong>s dan uitingen van vertrouwde<br />

media imiteren.<br />

4. Authenticity. Een nieuw medium ontwikkelt al dan niet een eigen kracht en eigen-aardigheden die<br />

het medium on<strong>der</strong>scheiden van vertrouwde media.<br />

Naast het oproepen van verbazing en van weerstand hebben nieuwe media de neiging om uitingen<br />

van bestaande media te kopiëren voordat ze een eigen aard ontwikkelen. Je zou kunnen zeggen dat<br />

we aan het begin van de 21e eeuw midden in fase 3 en 4 van het ARIA-patroon zitten, als het gaat om<br />

digitale media. Geheel opgegroeid in een schrift- en beeldcultuur kunnen we aanvankelijk moeilijk<br />

an<strong>der</strong>s dan op een schriftelijk en filmische wijze omgaan met de nieuwe digitale media. Imitatiegedrag<br />

viert hoogtij. Dit was bijvoorbeeld heel duidelijk te zien toen de eerste kranten op het Web verschenen.<br />

Vaak werden de sites slechts één maal per dag vernieuwd: de papieren krant komt toch ook maar één<br />

keer per dag uit? Nog steeds zijn veel nieuwssites niet meer dan kopieën van de papieren krant.<br />

Langzaamaan verschuift de overdracht van nieuws via het web naar de vierde fase.


Hoofdstuk 2 Kenmerken van digitale communicatie, nieuws en e-mail<br />

2.3 Journalistiek<br />

2.3.1 Nieuws<br />

Het tweede vakgebied dat in deze scriptie een belangrijke rol speelt, is de journalistiek. Het on<strong>der</strong>zoek<br />

richt zich tenslotte op nieuwsoverdracht, zij het in een ‘digitale jas’. Nieuws vormt een specifieke<br />

categorie informatie, die zo zijn eigen kenmerken heeft. Deze kenmerken, de aspecten die een rol<br />

spelen bij het consumeren van nieuws en de huidige stand van zaken in de journalistiek, komen aan<br />

de orde in dit on<strong>der</strong>deel.<br />

Definitie en kenmerken<br />

Het begrip “nieuws” speelt een centrale rol in deze scriptie. Maar hoe kunnen we ‘nieuws’<br />

omschrijven?<br />

Oostendorp en Peters (1996) geven een omschrijving. Ze geven daarbij aan in hoeverre nieuws zich<br />

on<strong>der</strong>scheidt van an<strong>der</strong>e soorten informatie. Zij komen tot de volgende verschillen:<br />

Nieuws geeft actuele informatie: er kan wel ‘oude’ informatie worden gegeven, maar daar moet<br />

een actuele aanleiding voor zijn. Nieuws bevat berichten over uiteenlopende on<strong>der</strong>werpen.<br />

Nieuws is niet beperkt tot een bepaald domein, het geeft een ‘compleet’ beeld van wat er in de<br />

wereld gebeurt of is in ie<strong>der</strong> geval gevarieerd. Nieuws beschrijft ook ontwikkelingen in de wereld:<br />

vaak wordt op eer<strong>der</strong>e berichten teruggegrepen. Het nieuws bevat losse berichten in een volgorde<br />

die vooral met het belang van de informatie te maken heeft. Er is niet echt een thematische<br />

ordening.<br />

Nieuws is op een journalistieke manier geselecteerd en vormgegeven. We spreken pas van<br />

nieuws wanneer een journalistieke selectie is gemaakt, dat wil zeggen wanneer overwegingen<br />

met betrekking tot de geschiktheid voor een bepaald publiek zijn gemaakt. Ver<strong>der</strong> wordt de<br />

informatie zoveel mogelijk bruikbaar voor het publiek gepresenteerd. Er gelden bepaalde criteria,<br />

zowel wat de nieuwsselectie betreft als wat de presentatie betreft (enige, maar niet te veel uitleg<br />

en interpretatie, voor zover mogelijk scheiding tussen feiten en meningen). Nieuwsmakers houden<br />

zich bovendien aan bepaalde nieuwsconventies, zoals een inleiding die informatie over de 5 w’s<br />

bevat (wie, wat, wanneer, waar en waarom) en een opbouw waarin met het belangrijkste wordt<br />

begonnen. Deze conventies sluiten aan bij ideeën van de consumenten over wat nieuws moet<br />

zijn. Er zijn ook specifiekere en meer willekeurige afspraken, bijvoorbeeld over de opbouw van<br />

een uitzending van het korte radionieuws (duur twee minuten, met ongeveer vijf items, formulering<br />

en stemgebruik vrij formeel, enz.). Het publiek hecht aan die vaste vormen. Als men wijzigingen<br />

wil aanbrengen voert men die meestal bewust geleidelijk in. Wanneer een onmiddellijke<br />

veran<strong>der</strong>ing noodzakelijk is, levert dit vaak protesten op.<br />

Nieuwswaarde<br />

Hoe nieuwswaarde wordt bepaald, wordt duidelijk aan de hand van verschillende criteria. De criteria<br />

vormen samen het zogenaamde CABABA-rijtje. De letters in de formule staan voor:<br />

Conflict; er is sprake van tegenstellingen<br />

<br />

Actualiteit; dat wat gebeurd is of nog moet plaatsvinden<br />

<br />

Belangrijkheid: als er duidelijke ontwikkelingen en gebeurtenissen plaatsvinden die op (veel)<br />

<br />

mensen betrekking hebben<br />

Afwijking: als het on<strong>der</strong>werp afwijkt van het normale<br />

<br />

Belangstelling: dat wat lezers interessant vinden<br />

<br />

Autoriteit: als de informatie van een belangrijke en betrouwbare bron afkomstig is<br />

<br />

(Kussendrager, 1997:109 - 111)<br />

Deze criteria bepalen wat in het algemeen als nieuws wordt ervaren.


Hoofdstuk 2 Kenmerken van digitale communicatie, nieuws en e-mail<br />

Het consumeren van nieuws<br />

Waarom consumeren mensen nieuws bij wijze van ontspanning, terwijl het vaak gaat om negatieve<br />

berichten? Van Oostendorp en Peeters (1996) conclu<strong>der</strong>en dat in sommige gevallen een specifiek<br />

belang of een specifieke informatiebehoefte een rol speelt, maar dat veelal het motief algemener is.<br />

Nieuwsgierigheid is van belang, evenals een algemeen plezier in het verwerken van informatie, een<br />

intrinsieke behoefte aan cognitieve activiteit. Hierbij gebruiken zij het begrip ‘cognitieve<br />

interessantheid’. Een tekst is cognitief interessant als de inhoud voor de lezer niet te onbekend, maar<br />

ook niet te bekend is, als de informatie niet te voorspelbaar is, maar ook niet volledig onvoorspelbaar<br />

is, en als achteraf de rol van de informatie-eenheden te begrijpen is, d.w.z. als de informatie te<br />

integreren is in een totaalbeeld.<br />

Mensen verschillen niet alleen in de mate waarin ze geneigd zijn zich fysiek in te spannen, maar ook<br />

in de mate waarin ze zich geestelijk willen inspannen. Zo komen Van Oostendorp en Peeters op het<br />

concept need for cognition dat door Cacioppo en Petty (1982) gedefinieerd wordt als de neigingen om<br />

cognitieve inspanningen te verrichten en daar plezier in te hebben. Het bezig zijn met informatie die<br />

een wisselend karakter heeft en waarbij zo nu en dan een kwestie afgerond wordt, zoals vaak het<br />

geval is met nieuwsuitzendingen of nieuwspagina’s, kan aangename en stimulerende gevoelens<br />

oproepen. Ook het feuilletonkarakter van nieuws kan aangename spanning creëren. Als in een aantal<br />

nieuwsuitzendingen op hetzelfde thema teruggekomen wordt en een ontwikkeling gerapporteerd<br />

wordt, kan het benodigde proces van actualiseren aangename en stimulerende gevoelens oproepen.<br />

De verwerking van nieuws<br />

Van Oostendorp en Peeters constateren dat er twee dingen opvallen aan de wijze waarop mensen<br />

aandacht aan het nieuws besteden. Ten eerste worden veel nieuwsberichten oppervlakkig verwerkt.<br />

Men ‘scant’ of ‘monitort’ de informatie op zaken die belangrijk zijn voor de personen zelf (Graber,<br />

1988). Ten tweede zit er in de aandachtsbesteding en verwerking ook een aspect van flexibiliteit:<br />

bepaalde informatie wordt eruit gelicht en dieper verwerkt. De ‘scanning’ kan worden on<strong>der</strong>broken bij<br />

het detecteren van deze informatie. Men stapt dan af van de ‘automatische piloot’ en gaat over op een<br />

meer uitgebreide constructie van ‘een situatiemodel’. Dit betekent dat de lezer een model vormt van<br />

de situatie waar de tekst over gaat of naar verwijst: informatie die rechtstreeks afgeleid wordt uit de<br />

tekst wordt geïntegreerd met de (vaak schematische) kennis van de lezer welke geactiveerd wordt<br />

door het lezen van de tekst. Bij een meer oppervlakkige verwerking, wordt enkel een ‘propositionele<br />

representatie’ gevormd. Op detailniveau (‘microstructuur’) en op globaal niveau (‘macrostructuur’) kent<br />

de lezer de betekenis van de tekst. Echter, die kennis wordt niet geïntegreerd met het eigen<br />

‘kennisbestand’, zoals bij het creëren van een situatiemodel wel het geval is (Van Oostendorp en<br />

Peeters, 1996).<br />

Oppervlakkige verwerking<br />

De conclusie uit veel on<strong>der</strong>zoek (zie bijvoorbeeld Graber, 1988) naar het lezen van krantenartikelen is<br />

dat men veel ‘scant’, hetgeen betekent dat men een oppervlakkige, deels onsamenhangende<br />

‘propositionele representatie’ vormt en bijna geen situatiemodel construeert.<br />

Ver<strong>der</strong> blijken lezers zelf dit geen probleem te vinden. Met an<strong>der</strong>e woorden, het lijkt erop dat er een<br />

discrepantie bestaat tussen de metacognitie en cognitie van mensen. Hiermee willen we aangeven<br />

dat de kwaliteit van de gevormde mentale representatie minimaal of zelfs onvolledig is, terwijl dat op<br />

meta-cognitief niveau niet of onvoldoende gesignaleerd wordt.<br />

De scanning van informatie gaat gepaard met een bijna automatische manier van verwerking. De<br />

processen die daarbij aan de gang zijn, hoeven niet bewust gestuurd te worden en vergen weinig<br />

verwerkingscapaciteit. Ze ontstaan door ervaring. De meeste mensen hebben veel ervaring met<br />

nieuwsmedia. Het gebruiken van nieuwsmedia verloopt voor een groot gedeelte automatisch, maar<br />

wordt ook voor een deel bewust gestuurd. Koppen in kranten en <strong>der</strong>gelijke zijn zo gemaakt dat ze<br />

aandacht trekken -dankzij aangeboren reactiepatronen of door ervaringen (aangeleerde interessen).<br />

Het feit dat dit ‘scannen’ gemakkelijk, automatisch gaat maakt het tot een prettige activiteit (het is<br />

meer dan alleen een middel om iets interessants te vinden). Juist omdat nieuwsconsumptie voor een<br />

groot gedeelte automatisch verloopt en weinig verwerkingscapaciteit vergt blijft er mentale energie<br />

over om aandacht te besteden aan dingen die nieuw, verrassend, bedreigend en <strong>der</strong>gelijke zijn.


Hoofdstuk 2 Kenmerken van digitale communicatie, nieuws en e-mail<br />

Flexibiliteit<br />

Petty en Cacioppo (1981) on<strong>der</strong>scheiden de perifere route en de centrale route bij de verwerking van<br />

informatie. Mensen beschikken over de nodige flexibiliteit, het vermogen over te stappen op een meer<br />

gerichte, diepere verwerking als dat gewenst is. Deze flexibiliteit stelt de nieuwsconsument in staat<br />

ook selectief te zijn. Lezers, luisteraars en kijkers voeren een continue monitoring uit van de<br />

binnenkomende informatie. Pas wanneer de nieuwsconsument belangrijke informatie tegenkomt<br />

schakelt deze over op een meer intensieve verwerking. Belangrijk is dat partiële of selectieve kijk-,<br />

luister- of leesstrategieën (als ‘skimming’) mogelijk worden gemaakt door de hiërarchische opbouw<br />

van nieuws in een bericht (Van Dijk, 1988). Lezers, zeker gevor<strong>der</strong>de krantenlezers, beschikken over<br />

de algemene kennis dat belangrijke zaken in het begin van het artikel of nieuwsitem staan en details<br />

pas later volgen. Op deze manier kan toch van het belangrijkste kennis worden genomen, ook als de<br />

tekst slechts ‘geskimmed’ wordt. Voorwaarde is wel dat lezers van deze conventie met betrekking tot<br />

de tekstopbouw op de hoogte zijn. Door de vormgeving van het nieuws, zoals signalering en nadruk,<br />

is het mogelijk de aandacht te sturen en de verwerking op bepaalde punten te verdiepen (Stauffer,<br />

Frost & Rybolt, 1983).<br />

Aantrekkelijkheid van nieuws<br />

Van Oostendorp en Peeters geven uiteindelijk acht redenen waarom nieuws als aantrekkelijk wordt<br />

ervaren. Zij formuleerden deze redenen door te kijken naar de krant, radio en tv en teletekst. In<br />

hoeverre deze redenen opgaan voor het nieuws in de webkrant en het nieuws via e-mail, wordt in het<br />

<strong>der</strong>de hoofdstuk nagegaan.<br />

Voldoening: Kijken naar tv-nieuws, luisteren naar radio-nieuws, het lezen van een krant en het<br />

raadplegen van teletekst zijn bezigheden die op zich als prettig worden ervaren. De effecten van<br />

nieuws en ook de voldoening daarbij hebben vaak meer te maken met de bezigheid op zich dan<br />

met de specifieke inhoud van het nieuws.<br />

Vast stramien: Het vaste stramien waarbinnen het nieuws geplaatst wordt heeft een geruststellend<br />

effect. Wanneer men de krant leest of naar het journaal kijkt is er sprake van een zekere mate van<br />

vertrouwdheid (vast ritueel, inhoud past binnen bepaalde patronen, presentatie geeft aangename<br />

stimulatie) die bovendien gecombineerd is met nieuwheid (elke dag an<strong>der</strong> nieuws).<br />

Information seeking: Belangrijk is dat bij het verwerken van nieuws motieven een rol spelen die<br />

met het verkrijgen van informatie te maken hebben. Kijkers, luisteraars of lezers volgen het<br />

nieuws ook omdat ze informatie willen hebben; naast een entertainment- of sensation-seeking<br />

manier van informatieverwerking moet ook een information-seeking manier van verwerking<br />

on<strong>der</strong>scheiden worden.<br />

Relevantie: In het nieuws gaat het vaak om belangrijke zaken waarbij persoonlijke relevantie hoog<br />

is. De evaluatie-kant van emoties leidt ertoe dat op zijn minst deze informatie extra aandachtig<br />

gevolgd wordt en interessant gevonden wordt.<br />

Actualiteit: Het feit dat nieuws ‘nu’ gebeurt, is op zich al motiverend, bijvoorbeeld doordat het<br />

bijdraagt aan persoonlijke relevantie.<br />

Feuilleton: Nieuws heeft een feuilletonkarakter. Net als bij een vervolgverhaal of een televisieserie<br />

gaat iemand die het nieuws volgt zich betrokken voelen bij bepaalde kwesties. Door de<br />

nieuwsmakers worden ook bepaalde technieken gebruikt om er een verhaal van te maken. De<br />

‘cliffhangers’ hoeven niet eens bedacht te worden. Het is extra motiverend om informatie te krijgen<br />

over zaken die nog in ontwikkeling zijn. Daarbij komt dat het in staat zijn kennis goed te<br />

actualiseren naar aanleiding van een reeks aangeboden nieuwsartikelen voldoening geeft.<br />

Variatie: Nieuws heeft een gevarieerde inhoud. Bij de krant is het prettig dat de lezer kan zoeken<br />

naar interessante berichten, de rest kan ongelezen blijven. Het zoekproces op zich kan ook<br />

aangenaam en ontspannend zijn, omdat het voor een groot gedeelte automatisch verloopt.<br />

Mentale inspanning: De benodigde mentale inspanning wordt als gering ervaren, net als bij<br />

amusement. De krant vergt over het algemeen meer mentale inspanning, en is dus aantrekkelijker<br />

voor mensen met een hogere need for cognition. Juist het feit dat nieuws zo gemakkelijk met een<br />

betrekkelijk laag aandachtsniveau te consumeren is (maar als het nodig is een hoog<br />

aandachtsniveau) is belangrijk.


Hoofdstuk 2 Kenmerken van digitale communicatie, nieuws en e-mail<br />

2.3.2 Nieuwsuitgevers in Ne<strong>der</strong>land<br />

We weten nu wat nieuws is en waarom we het leuk kunnen vinden om nieuws tot ons te nemen.<br />

Nieuwsuitgevers hebben hiermee een goed verkoopbaar product in handen, dat zij steeds vaker langs<br />

digitale weg aan de nieuwsconsument proberen te slijten. Dat dit niet zon<strong>der</strong> horten of stoten gaat is<br />

in het verleden al gebleken: de uitgeverswereld heeft enkele miljoenen in het digitaal brengen van<br />

nieuws geïnvesteerd zon<strong>der</strong> dat het veel tastbare resultaten heeft opgeleverd. Naast deze digitale<br />

‘uitdagingen’, maken de komst van gratis kranten, de vergrijzing en de ontlezing het er niet makkelijker<br />

op. Kort beschrijf ik de huidige situatie, zodat duidelijk wordt met welke vraagstukken nieuwsuitgevers<br />

bezig zijn en in welke context het gebruik van digitale media door krantenuitgevers moet worden<br />

gezien.<br />

De Ne<strong>der</strong>landse krantenwereld zit al een tijdje in het slop. De dagbladen hebben te kampen met<br />

teruglopende advertentie-inkomsten, dalende lezersaantallen en verhoogde papier- en<br />

distributiekosten. De strijd die krant, radio, tv en internet voeren om het geld, de aandacht en de<br />

loyaliteit van de lezer en de adverteer<strong>der</strong> is heviger dan ooit.<br />

Sinds 1998 is de klad in de oplage gekomen. In 1983 deed 13 procent van de huishoudens het zon<strong>der</strong><br />

krant, in 2001 was dat opgelopen tot 36 procent (Houben, 2002). Ook de tijd die mensen aan de krant<br />

besteden, neemt af. Werd aan de krant in 1975 per dag nog gemiddeld 27 minuten besteed, in 2000 is<br />

dat gedaald naar 18 minuten. Leestijd die met name door televisie (1 uur en drie kwartier in 2000),<br />

maar recent ook door internet (15 minuten per dag), is teruggebracht (Houben, 2002). Rond 1990 las<br />

een lezer van een Ne<strong>der</strong>landse krant niet meer dan 14% van de gemiddeld 25 pagina’s waaruit een<br />

krant toentertijd bestond (Van Kaam,1991:148 in Van Driel 2001:17). Ook de toenemende vergrijzing,<br />

de daling van het besteedbaar inkomen van veel gezinnen en de verspreiding van gratis kranten,<br />

doen de oplagen geen goed.<br />

Om uit de malaise te geraken probeerden de concerns door fusies te groeien en te profiteren van de<br />

voordelen van schaalvergroting. Ook diversificatie werd als strategie om te groeien toegepast: de<br />

concerns gingen zich op meer<strong>der</strong>e gebieden inzetten. Innovatie is een an<strong>der</strong>e groeistrategie die<br />

on<strong>der</strong>zoeker Hendriks (1999) in zijn proefschrift noemt. Investeren in nieuwe producten en diensten<br />

kan groei opleveren.<br />

Volgens deze strategie gaan de uitgevers steeds meer toe naar een database model van uitgeven. De<br />

uitgever nieuwe stijl wordt zo een elektronische inhoudsverzamelaar, -verwerker, -verpakker en -<br />

distributeur is en in de tweede plaats een ‘transactiefacilitator’. Het multimediabedrijf werkt continu aan<br />

een pool van digitale informatie die wordt ingepast in verschillende eindmedia. De consument kiest<br />

zelf het medium waarin hij welke informatie wil ontvangen op welk tijdstip. Nieuwsconsumenten<br />

kunnen, tot op het niveau van het individu, elektronisch, in ‘real time’ en ‘online’, bediend worden met<br />

voor hen relevante info.<br />

Kannibalisatie?<br />

Het einde van de papieren krant is met de komst van internet en het world wide web al vaak voorspeld<br />

en even zo vaak weer tegengesproken. Communicatiekundige Jo Bardoel meent dat nieuws via krant<br />

en web zulke verschillende functies vervullen en complementair zijn, zodat van ‘kannibalisatie’ geen<br />

sprake kan zijn (Bardoel, 2000: 51). Hij meent dat het publiek soms als individu en dan weer als lid<br />

van een collectief aangesproken wenst te worden. Tot dusverre wordt ie<strong>der</strong>een door de media<br />

uniform, als een publiek behandeld, los van de vraag of sprake is van individuele informatiebehoefte<br />

of van een collectieve informatiebehoefte. In de toekomst zullen we vaker kunnen kiezen. We zullen<br />

tot een gemeenschap behoren voorzover we dat willen, en we worden individueel geserveerd als we<br />

daaraan de voorkeur geven, aldus Bardoel. Soms is er sprake van een zen<strong>der</strong> die zoveel mogelijk<br />

ontvangers tracht te bereiken, dan weer is het mogelijk te spreken van een one-to-one communicatie.


Hoofdstuk 2 Kenmerken van digitale communicatie, nieuws en e-mail<br />

Toekomstvisie<br />

De uitgever zal blijvend één of meer<strong>der</strong>e ‘massaproducten’ aanbieden die aan een relatief grote<br />

doelgroep (community) appelleren, zo meent Marc Appel, werkzaam in nieuwe media in de Belgische<br />

uitgeverswereld (Appel, 2000:15). De uitgever zal dit niet alleen doen omdat een aantal consumenten<br />

deze behoefte zullen hebben, die op haar beurt ingegeven wordt door gemakzucht (voorverpakte<br />

informatie), maar ook op die manier aansluiting vinden bij wat een bre<strong>der</strong>e en meer heterogene groep<br />

dan zijn eigen ik beroert. Op die manier is sprake van het fenomeen te kunnen participeren in ‘the talk<br />

of the town’. Bovendien biedt een <strong>der</strong>gelijk massaproduct de uitgever de mogelijkheid nieuwe<br />

prospecten voor zijn nicheproducten aan te trekken en betekent het een interessant draagvlak voor<br />

massaproducten en diensten aangeboden door adverteer<strong>der</strong>s en e-commerce partners.<br />

Appel voorspelt dat de uitgevers daarnaast een rits ‘emo-rationele ‘nicheproducten’, elk met een eigen<br />

‘look and feel’, aanbieden die zich op het bereikscontinuüm zullen richten tot communities van één tot<br />

vele tienduizenden leden. Het initieel definiëren en het na<strong>der</strong>hand bijsturen van deze<br />

e-producten zal gebeuren door interactief en online gebruikersresearch, waardoor het mogelijk zal<br />

zijn het e-produkt naar vorm, inhoud, frequentie, transport en <strong>der</strong>gelijke aan te passen aan het<br />

individu.<br />

Informatiestress<br />

Als mogelijk nadeel van al deze nieuwe digitale mediaontwikkelingen wordt de term ‘informatiestress’<br />

wel eens genoemd. We zouden overspoeld worden door informatie. An<strong>der</strong>en zeggen juist dat een<br />

juiste toepassing van de digitale technologie en intelligente databanken, deze overdaad aan informatie<br />

juist beperkt. Het comfort van de individuele informatieconsument, die immers slechts geïnteresseerd<br />

is in een bepaald pakket van informatie op het ogenblik dat hij deze wil of nodig heeft, kan door<br />

nieuwe technieken van personalisatie vergroot worden.<br />

2.4 Informatietechnologie<br />

Aan de basis van de veran<strong>der</strong>ingen in de eer<strong>der</strong> besproken vakgebieden – de digitale communicatie<br />

en de journalistiek – staan de ontwikkelingen in de informatietechnologie. Zon<strong>der</strong> de ontwikkelingen in<br />

dit vakgebied zouden we immers niet eens van nieuws per web of e-mail kunnen spreken.<br />

In dit on<strong>der</strong>deel komen begrippen vanuit de informatietechnologie aan bod. Definitie en de<br />

belangrijkste kenmerken van het medium e-mail worden besproken. Eén specifiek gebruik van dit<br />

medium, de elektronische nieuwsbrief, wordt speciaal on<strong>der</strong> de aandacht gebracht. Tot slot licht ik een<br />

unieke toepassing van de digitale media – de mogelijkheid tot het op maat aanbieden van informatie –<br />

aan de hand van de begrippen ‘customization’ en ‘personalisatie’ toe.<br />

2.4.1 E-mail<br />

Definitie<br />

Er bestaan vele definities van het begrip e-mail. In dit on<strong>der</strong>zoek definieer ik e-mail als:<br />

‘Een medium door middel waarvan gebruikers op asynchrone wijze berichten uitwisselen tussen<br />

adresseerbare elektronische postbussen, gebruik makend van door telecommunicatieverbindingen<br />

verbonden computers’<br />

(Van den Hooff, 1997:210)


Hoofdstuk 2 Kenmerken van digitale communicatie, nieuws en e-mail<br />

Zisman (1996, in Van den Hooff, 1997:18) on<strong>der</strong>scheidt het gebruik van e-mail in vier generaties:<br />

1. De eerste generatie e-mail bestond uit systemen die het mogelijk maakten korte, statische,<br />

onopgesmukte, kale tekstberichten te sturen naar één of meer<strong>der</strong>e ontvangers. Deze vorm van email<br />

kan gezien worden als vervanger van de traditionele papieren memo, waarmee gebruikers<br />

korte operationele informatie uitwisselen.<br />

2. Bij de tweede generatie bleef de vorm van de boodschap gelijk, maar werd het mogelijk<br />

attachments aan de mail toe te voegen. In de praktijk werden geformatteerde teksten of grafieken<br />

toegevoegd, maar het was in principe mogelijk om video en geluidsboodschappen toe te voegen.<br />

3. In de <strong>der</strong>de fase van het gebruik van e-mail kon de e-mail zelf bestaan uit geformatteerde teksten,<br />

grafieken en tabellen. Tegelijkertijd werd het mogelijk e-mails te bewaren en terug te halen,<br />

waardoor e-mail een erg functioneel medium voor het uitwisselen van informatie werd.<br />

4. De door Zisman on<strong>der</strong>scheiden vierde en laatste generatie e-mail heeft verschillende<br />

browsingmogelijkheden er kunnen links naar databases en webpagina’s in de mail worden<br />

gevoegd. Zisman merkt daarbij terecht op dat e-mail hierdoor niet alleen meer een<br />

pushtoepassing is, maar ook een pull-toepassing wordt. Gebruikers hoeven het niet alleen te doen<br />

met de boodschap in de e-mail, maar ze kunnen zelf (actief) kiezen welke links ze aanklikken om<br />

meer informatie te lezen.<br />

De populariteit van e-mail<br />

E-mail is, naast het web, een zeer populaire toepassing van Internet. Waar komt dat succes vandaan?<br />

Er kunnen vier verklaringen worden gegeven (Stielstra 1999 in Van Driel 2001: 94):<br />

1. E-mail is gemakkelijk. Wie toegang heeft tot Internet, kan e-mailen. Het lijkt in eerste instantie op<br />

het schrijven van een brief. Je stuurt via Internet een platte tekst aan een bepaald mailadres.<br />

Alleen geschiedt dit nu digitaal. Ook het gemak waarmee een bericht naar meer<strong>der</strong>e ontvangers<br />

kan worden gestuurd, draagt bij aan de populariteit van het medium.<br />

2. E-mail is snel. Waar de papieren post ten minste één dag, maar meestal meer dagen, nodig heeft<br />

om een brief te bezorgen, komt digitale post binnen een paar minuten aan, waar ook ter wereld.<br />

Een reactie erop ook.<br />

3. E-mail is betrouwbaar. Foutief geadresseerde mail komt na een tijdje keurig terug. Soms is het<br />

zelfs mogelijk om per mail een bevestiging te krijgen, wanneer de mail is aangekomen en / of<br />

gelezen.<br />

4. E-mail is goedkoop. Behoudens de kosten van toegang tot Internet zijn er aan e-mail geen extra<br />

onkosten verbonden, ook niet wanneer iemand één bericht verstuurt aan talloze an<strong>der</strong>en.<br />

Kenmerken van e-mail<br />

Hieron<strong>der</strong> noem ik nog enkele aspecten die kenmerkend zijn voor de communicatie via e-mail.<br />

Asynchroon<br />

De communicatie via e-mail verloopt asynchroon. Dit betekent dat e-mail een veel min<strong>der</strong><br />

dwingend karakter heeft. De ontvanger kan zelf beslissen op welk moment een antwoord wordt<br />

verzonden.<br />

Interpersoonlijk<br />

Een e-mail correspondentie tussen twee personen kan gezien worden als bi-directioneel, het is<br />

een vorm van interpersoonlijke communicatie. We zijn gewend te reageren op een<br />

binnenkomende e-mail. Dit interpersoonlijke gebruik is waar we het meest vertrouwd mee zijn. Het<br />

gebruik van e-mail als uitingskanaal - een nieuwsproducent gebruikt het voor uni-directionele<br />

communicatie - kent een veel kortere geschiedenis.


Hoofdstuk 2 Kenmerken van digitale communicatie, nieuws en e-mail<br />

Cijfers<br />

Het Belgische consultancybedrijf Grid verzamelde in 2 jaar via online enquêtes informatie over 4000<br />

Belgische Internetgebruikers (Lowette, 2000:35). Bij een vraag naar het belang van de verschillende<br />

Internetfuncties -zijnde e-mail, surfen, shopping, nieuwsgroepen en <strong>der</strong>gelijke - geven veruit de<br />

meeste gebruikers, namelijk 80% en voor de zakelijke gebruikers zelfs 90% aan e-mail onmisbaar te<br />

vinden, terwijl surfen slechts door 40% van de gebruikers als onmisbaar wordt aangeduid.<br />

On<strong>der</strong>zoek van Porteman on<strong>der</strong> Vlaamse internetgebruikers toonde ook aan dat e-mail populair is.<br />

(Porteman, 2000: 41). Hij toonde aan dat het World Wide Web (99%) en elektronische post (96%) de<br />

meest gebruikte toepassingen van het Internet en op die manier de belangrijkste kanalen voor de<br />

online nieuwsdiensten zijn. Ver<strong>der</strong> bleek uit dit on<strong>der</strong>zoek dat 63% van de respondenten gebruik<br />

maakt van e-mailkranten of e-zines.<br />

Gebruik<br />

Op welke manier zijn we e-mail in onze dagelijkse communicatie gaan gebruiken en wat betekent email<br />

voor ons? Er kunnen een aantal kenmerken van ons gebruik en onze gevoelens bij het gebruik<br />

van e-mail gegeven worden:<br />

1. Persoonlijk<br />

2. Dagelijks / de hele dag<br />

3. Informeel<br />

4. Meer<strong>der</strong>e adressen<br />

Ad 1. Persoonlijk<br />

E-mail wordt gezien als een eigen, private ruimte waarin persoonlijke communicatie plaatsvindt met<br />

vrienden en collega’s. Daarom wordt ongewenste e-mail - spam - als zo vervelend ervaren.<br />

Ad 2. Dagelijks / de hele dag<br />

Uit Porteman’s on<strong>der</strong>zoek uit 2000 bleek dat 35% van de respondenten heel de dag elektronische<br />

post gebruikt; 35% doet dit één of meer<strong>der</strong>e keren per dag.<br />

Met de komst van kabelinternet hoeft er niet steeds apart ingebeld te worden om e-mail op te halen.<br />

We zijn meer en meer constant online. Ook als we in een an<strong>der</strong> programma aan het werken zijn, zien<br />

we vaak automatisch wanneer er een nieuwe e-mail binnenkomt.<br />

Ad 3. Informeel<br />

Bij geen enkel nieuw medium heeft de imitatiefase zo kort geduurd als bij e-mail (Van Driel 2001: 96).<br />

Werd de e-mail eerst nog op dezelfde wijze als een brief opgebouwd (Geachte..Hoogachtend), nu is<br />

het gebruik veel informeler. De zen<strong>der</strong> is per e-mail vaak heel direct en ‘to the point’ waardoor soms<br />

een zekere beleefdheid, die we per brief en telefoon gewend zijn, achterwege blijft. Vandaar ook het<br />

ontstaan van een ‘netiquette’ (‘hoe hoor ik mij te gedragen op Internet’).<br />

Ad 4. Meer<strong>der</strong>e adressen<br />

Steeds meer mensen gebruiken meer dan één e-mailadres, wellicht om de verschillende typen<br />

berichten te on<strong>der</strong>scheiden (privé, werk, etc). Het Amerikaanse on<strong>der</strong>zoeksbureau ‘Doubleclick’<br />

voerde in September 2002 een on<strong>der</strong>zoek uit on<strong>der</strong> 1000 e-mailgebruikers. De personen in deze<br />

groep bleken gemiddeld 2.6 e-mailadressen te hebben (DoubleClick, 2002).


Hoofdstuk 2 Kenmerken van digitale communicatie, nieuws en e-mail<br />

Nadelen van e-mail<br />

De hoeveelheid informatie die binnenkomt, is veel groter dan de hoeveelheid informatie die we via de<br />

klassieke communicatiemiddelen (zoals telefoon en brieven) ontvangen. Het aantal e-mails dat we<br />

gemiddeld dagelijks ontvangen, groeit in een razend tempo. ‘Doubleclick’ signaleerde in haar<br />

on<strong>der</strong>zoek dat het volume van e-mails tussen 2001 en 2002 met 60% gestegen is. Kregen de<br />

Amerikanen in 2001 nog gemiddeld 159 e-mails per week, in 2002 was dat aantal opgelopen tot 254<br />

(DoubleClick, 2002). In dit verband wordt wel gesproken van ‘e-mail burnout’. Het selectieproces - het<br />

on<strong>der</strong>scheiden van relevante en niet-relevante e-mails - kost steeds meer tijd. Het gevaar dreigt dat<br />

‘goede’ e-mails worden verwij<strong>der</strong>d of niet de aandacht krijgen die ze verdienen.<br />

Deze ‘overload’ is aan de ene kant het gevolg van ongevraagde e-mail (‘spam’). Aan de an<strong>der</strong>e kant<br />

wisselen we zelf ook min<strong>der</strong> relevante berichten uit dan met de klassieke communicatiemiddelen.<br />

Mailgebruikers verklaren dit uit het gemak waarmee ‘even een mailtje gestuurd kan worden’. Ook het<br />

gemak van ‘cc-en’ (een ‘carbon copy’ van het bericht wordt naar geïnteresseerden of betrokkenen<br />

gestuurd) vergroot het aantal mails aanzienlijk.<br />

Het teveel aan e-mails wordt overigens steeds meer opgelost door ze ongeopend te verwij<strong>der</strong>en. In<br />

het on<strong>der</strong>zoek van ‘Doubleclick’ geeft 60% aan naar de afzen<strong>der</strong> en 35% naar de on<strong>der</strong>werpsregel te<br />

kijken om te besluiten de mail al dan niet te openen. Een e-mail heeft op dit moment een veel kleiner<br />

‘overlevingspercentage’ dan pakweg een jaar of twee geleden.<br />

Problemen met e-mail<br />

Eén van de problemen waar men tegenaan kan lopen bij de communicatie via e-mail is dat de kans<br />

erg klein is dat twee mensen dezelfde e-mail ook op dezelfde manier te zien krijgen. Als een papieren<br />

versie van een nieuwsbrief naar een aantal lezers wordt verstuurd, dan kan de zen<strong>der</strong> er vanuit gaan<br />

dat elke lezer de nieuwsbrief ziet zoals deze door de zen<strong>der</strong> is vormgegeven. Dit klinkt<br />

vanzelfsprekend, maar voor een e-nieuwsbrief hoeft dit niet op te gaan. De presentatie van een emailkrant<br />

en een bijbehorende website, is afhankelijk van de grootte van het beeldscherm (15-, 17-,<br />

20-inch), de resolutie van het beeldscherm (in pixels), de gebruikte browser (Netscape, Explorer), het<br />

gebruik van de browser (beeldvullend of een kleiner browserwindow dan het eigenlijke scherm) en de<br />

soort pc (‘gewone’, Apple). Bij de presentatie van de e-mailkrant komen hier de eigenschappen van de<br />

gebruikte mailserver nog eens bij (Hotmail, Eudora, AOL etc). Elke mailserver heeft een eigen manier<br />

om de inhoud van de ontvangen e-mails weer te geven. Dezelfde e-mail die op een zelfde computer in<br />

twee e-mailprogramma’s wordt gelezen, kan er heel an<strong>der</strong>s uitzien. Hierbij kan worden gedacht aan<br />

marges, leesbaarheid van het lettertype, zichtbaarheid van grafische elementen etc (To scroll or not to<br />

scroll, www.hvds.nl/nb_archief.htm, 9-10-00 in: De Haas, 2001).<br />

Daarnaast is het uiterlijk van een tekst die per mail wordt verstuurd afhankelijk van de versie waarin<br />

deze wordt verstuurd: een onbewerkte tekstversie (plain text) of een HTML-versie. De eerste<br />

mogelijkheid heeft een eenvoudige lay-out zon<strong>der</strong> afbeeldingen of extra functionaliteit. Deze versie is<br />

goed leesbaar in alle mailsoftware en is door de kleinere bestandgrootte iets sneller ‘binnen te halen’<br />

en te openen dan de tweede versie, de HTML-versie. Deze versie biedt alle lay-out mogelijkheden van<br />

het web (bijv. tabellen, afbeeldingen, invulformulieren, opmaak in kolommen). Nadeel hiervan is dat<br />

niet alle gebruikers deze versie kunnen ontvangen omdat hun mailsoftware hier niet op berekend is.<br />

Een tweede aspect dat het gebruik van e-mail enigszins aan banden legt, is het feit dat de ruimte niet<br />

oneindig is. Wie een e-mail van 1 Mb verstuurt, zal geen enthousiaste reactie van de ontvanger(s)<br />

krijgen. Door een beperkte bandbreedte zijn de downloadtijden in zo’n geval erg groot en ook de<br />

beschikbare capaciteit in de mailbox is vaak beperkt.


Hoofdstuk 2 Kenmerken van digitale communicatie, nieuws en e-mail<br />

Een type gebruik van e-mail: de elektronische nieuwsbrief<br />

E-mail wordt al lang niet meer alleen gebruikt voor interpersoonlijke communicatie. Meer en meer<br />

gebruiken bedrijven en organisaties e-mail voor communicatie met externe doelgroepen. E-mail heeft<br />

met de komst van ‘electronic newsletters’ een nieuw domein in de marketing gecreëerd: ‘e-mail<br />

marketing.’ E-mail wordt on<strong>der</strong> an<strong>der</strong>e gebruikt om bezoekers naar de website te lokken en een meer<br />

persoonlijke binding met de klant aan te gaan dan via het Web mogelijk is.<br />

De Haas (2001) geeft in haar afstudeerscriptie de volgende definitie van een <strong>der</strong>gelijke externe<br />

e-nieuwsbrief:<br />

‘Een verzameling van teksten en / of links naar één of meer<strong>der</strong>e webpagina’s,<br />

• in een overkoepelend verband, dat expliciet wordt gemaakt door de titel van de nieuwsbrief of als<br />

iemand zich aanmeldt als abonnee,<br />

• die nieuwswaarde creëert of brengt<br />

• secundair gericht is op de bedrijfsvoering en<br />

• periodiek per e-mail naar een abonnee wordt gestuurd<br />

Het aantal elektronische nieuwsbrieven waarop je je kunt abonneren is enorm. Elke zichzelf<br />

respecterend bedrijf met een website, stuurt minstens één maal per maand een nieuwsbrief naar<br />

geïnteresseerden. Wie via Yahoo! Op ‘newsletter’ zoekt, vindt 4264 categorieën en bijna veertig<br />

miljoen sites over newsletters. Wie een aantal pagina’s bekijkt die overzichten geven van<br />

nieuwsbrieven (zogenaamde directories) zoals Ezine Universe (http://ezine-universe.com/), News<br />

Letter Access (http://www.newsletteraccess.com/) of E-zine list (http://www.meer.net/~johnl/e-zinelist/)<br />

krijgt al snel door dat het aantal nieuwsbrieven haast oneindig is.<br />

Enquêtes en dan met name uit Amerika, geven een indicatie van de populariteit van e-newsletters.<br />

On<strong>der</strong>zoeksbureau DoubleClick (www.doubleclick.net) deed in 2001 een on<strong>der</strong>zoek on<strong>der</strong> 1015<br />

consumenten tussen de 18 en 65 jaar. Op 2% na gebruikten al deze mensen minstens dagelijks het<br />

Internet om over het web te surfen of te e-mailen. Al deze internetters ontvangen ‘permission-based’<br />

e-mail; e-mails die ze krijgen nadat zij daarvoor hun toestemming hebben gegeven. Hun interesse<br />

gaat daarbij vooral uit naar aanbiedingen (71%), lokaal nieuws (70%), huishoudtips / recepten / crafts<br />

(57%), humor (55%), reizen (55 %), entertainment (49 %) en weer (47%). De meer<strong>der</strong>heid van de<br />

gebruikers wil weer, lokaal nieuws, humor, sport en aandeleninformatie liefst dagelijks ontvangen,<br />

terwijl ze aanbiedingen het liefst wekelijks krijgen.<br />

Het Amerikaanse on<strong>der</strong>zoeksbureau ‘Nielsen Norman Group’ deed on<strong>der</strong>zoek naar ‘email newsletter<br />

usability’ (http://www.nngroup.com/reports/newsletters/). Uit dit on<strong>der</strong>zoek bleek dat gebruikers op een<br />

heel an<strong>der</strong>e manier met nieuwsbrieven omgaan dan met websites. Nielsen Norman group omschreef<br />

het als volgt:<br />

“Users have highly emotional reactions to newsletters. This is in strong contrast to studies of website<br />

usability, where users are usually much more oriented towards functionality. Even a website that you visit<br />

daily will feel like a tool where you simply want to get in and get out. The positive emotional aspect of<br />

newsletters is that they can create much more of a bond between user and company than a website can.<br />

The negative aspect is that usability problems have much stronger impact on the customer relationship<br />

than they normally do.”<br />

Nieuwsbrieven voelen dus veel persoonlijker omdat ze binnenkomen in je mailbox en je als het ware<br />

een relatie aangaat met het bedrijf. Door deze band heeft een slechte nieuwsbrief ook een meer<br />

schadelijk effect dan een slecht ontworpen website. Ver<strong>der</strong> bleek dat gebruikers nieuwsbrieven alleen<br />

waardeerden als deze hun leven makkelijker konden maken, aldus het on<strong>der</strong>zoek van Nielsen<br />

Norman group. Elektronische nieuwsbrieven doen dat door het bieden van tijdsbesparing. De<br />

nieuwsbrief verwijst de lezer naar specifieke content of biedt shortcuts naar grotere hoeveelheden<br />

informatie.


Hoofdstuk 2 Kenmerken van digitale communicatie, nieuws en e-mail<br />

2.4.2 Personalisatie en Customization<br />

Een belangrijk kenmerk van Internet is dat de informatie op maat aangeleverd kan worden. De<br />

nieuwsconsument kan individueel worden aangesproken. Niet eer<strong>der</strong> was dit op grote schaal mogelijk<br />

bij het overbrengen van nieuws. Bij het leveren van nieuws via e-mail kan de nieuwsconsument<br />

precies aangeven wat voor soort nieuws hij wenst te ontvangen en in welke vorm. Of dit op deze wijze<br />

gebeurt, is een keuze die de nieuwsaanbie<strong>der</strong> moet maken.<br />

Internet maakt het mogelijk een on<strong>der</strong>scheid te maken tussen drie vormen van informatie, namelijk<br />

informatie die van belang is voor:<br />

1. De gehele doelgroep<br />

2. Sommigen binnen de doelgroep<br />

3. Eén individu binnen de doelgroep<br />

Een korte toelichting op deze drie categorieën:<br />

Ad 1. De gehele doelgroep<br />

Kranten bieden per definitie informatie voor de gehele doelgroep in een veelheid aan nieuws. In de<br />

verschillende katernen (sport, cultuur) vinden lezers artikelen op het gebied van hun interesse, maar<br />

de lezer moet zelf het katern ter hand nemen of ter zijde leggen.<br />

Ad 2. Sommigen binnen de doelgroep<br />

Via internettechnologie kan informatie aangeboden worden die van belang is voor een bepaalde<br />

doelgroep, bijvoorbeeld studenten, (doelgroepgeoriënteerde diensten) of die van belang is voor een<br />

groep met een speciale interesse (special interest diensten). Special interest diensten hebben een<br />

centraal thema, zoals bijvoorbeeld voetbal of computers.<br />

Ad 3. Eén individu binnen de doelgroep<br />

Kenmerkend voor het web is het relatieve gemak waarmee informatie ‘op maat’ kan worden<br />

aangeboden. Dit betekent dat de informatie afgestemd kan worden op elk individu. ‘Personalization’<br />

en ‘customization’ zijn de Engelse termen die door elkaar worden gebruikt om dit proces aan te<br />

duiden. Echter, zoals hieron<strong>der</strong> zal blijken, bestaat er wel degelijk een verschil tussen die twee<br />

termen.<br />

Customization versus Personalization<br />

We spreken van customization als het de gebruikers zijn die de keuzes maken. Voor de aanbie<strong>der</strong> zijn<br />

het de faciliteiten en de ‘tools’ die je de gebruiker aanbiedt om die keuzes te kunnen maken.<br />

Personalisatie heeft niets met de gebruiker te maken, maar met de bouwer van de site, de leverancier<br />

van de informatie. Op basis van een profiel van de gebruiker wordt hem bepaalde informatie<br />

toegezonden. Ofwel:<br />

“Personalization is really about on the back end having the ability to serve content … based on profiles.<br />

In a sense, users don't necessarily have much choice if you make the decision to try to personalize<br />

content and deliver it to them. They really have the choice only in the area of customization.” (Lavelle,<br />

1999)<br />

Jakob Nielsen hanteert hetzelfde on<strong>der</strong>scheid. (Nielsen,1998): “Customization is un<strong>der</strong> direct user<br />

control: the user explicitly selects between certain options, while personalization is driven by the<br />

computer which tries to serve up individualized pages to the user based on some form of model of that<br />

user’s needs.”


Hoofdstuk 2 Kenmerken van digitale communicatie, nieuws en e-mail<br />

Cliff Allen zegt het op clickz.com als volgt (Allen, 1999): ‘It’s the difference between letting the rea<strong>der</strong><br />

control his or her web experience (customization) versus content creators guiding the rea<strong>der</strong>’s<br />

experience (personalization).” Met customization weet de lezer dus wat hij kan verwachten, hij heeft<br />

ten slotte zelf expliciet zijn wensen aangegeven. Bij personalisatie wordt een profiel gebruikt en op<br />

basis daarvan wordt de inhoud van bijvoorbeeld een pagina samengesteld.<br />

Substantiële en casuele informatie<br />

Als de informatie dus precies is af te stemmen op de behoefte van een individu, ontvangt de<br />

nieuwsconsument weinig oninteressant nieuws meer. In formele termen maken we hier het<br />

on<strong>der</strong>scheid tussen ‘substantiële en ‘casuele’ informatie (De Grooff, 1986:408). Substantiële<br />

informatie is het soort gegevens dat door de gebruiker bewust wordt opgezocht of geconsulteerd en<br />

een autonome, op zichzelf staande waarde heeft.<br />

Casuele informatie wordt toevallig of niet-bewust opgenomen doordat ze in de context van<br />

substantiële informatie is verweven (contextuele casuele informatie), of ruimtelijk verweven is met<br />

substantiële informatie (compositorische casuele informatie).<br />

Vooral bij informatie die op een bepaalde doelgroep of zelfs een bepaald individu gericht is, zal het<br />

aandeel van casuele informatie dus minimaal zijn. Alleen de substantiële informatie bereikt hem.


Hoofdstuk 3 Nieuwsoverdracht via krant, web en e-mail<br />

3 Nieuwsoverdracht via krant, web en e-mail<br />

3.1 Inleiding<br />

Het doel van deze scriptie is te kijken of er vanuit de theorie een model gecreëerd kan worden dat<br />

aangeeft hoe nieuws via e-mail gebracht zou moeten worden. Dit model wordt aan het eind van dit<br />

hoofdstuk gepresenteerd. Vervolgens wordt bekeken in hoeverre de huidige e-mailnieuwsbrieven<br />

voldoen aan dit model (het vierde hoofdstuk), om uiteindelijk in de conclusie te komen tot een<br />

aanbeveling voor een vorm van een e-mailkrant die een kans van overleven heeft.<br />

In het vorige hoofdstuk is een antwoord gegeven op de eerste deelvraag: “Wat zijn kenmerken van<br />

digitale communicatie, e-mail en nieuws?” In dit hoofdstuk zullen de twee volgende deelvragen aan<br />

bod komen: “Hoe vindt nieuwsoverdracht via de krant en het web plaats?” en “Wat zijn kenmerkende<br />

eigenschappen van communiceren via e-mail en met name het overbrengen van nieuws via e-mail?”<br />

3.2 Nieuwsoverdracht via de krant, het web en e-mail<br />

Krantenuitgevers brengen anno 2003 hoofdzakelijk via twee kanalen nieuws: via de papieren krant en<br />

via het web. Daarnaast kan de uitgever overwegen hier een <strong>der</strong>de kanaal toe te voegen: nieuws via email.<br />

Als we achterhalen hoe de nieuwsconsumptie via de krant en het web voorloopt, kunnen we<br />

uitspraken doen over hoe de nieuwsconsumptie via e-mail zou kunnen verlopen.<br />

Als we weten met welke reden mensen het nieuws via de krant en het web lezen, zouden we ook<br />

kunnen achterhalen waarom mensen nieuws via e-mail zouden willen lezen. De meerwaarde van het<br />

medium, naast de bestaande geschreven nieuwsoverdracht via krant en web, moet duidelijk worden<br />

gemaakt.<br />

Eerst wordt de nieuwsoverdracht via krant en web beschreven. Dit doe ik aan de hand van de criteria<br />

van Porteman (1998:30) die in het begrippenka<strong>der</strong> zijn geïntroduceerd: de vorm van de boodschap,<br />

de richting van de boodschap, interactiviteit en selectie, het gebruik van het medium en tot slot zijn<br />

functies.<br />

3.2.1 Nieuws via de papieren krant<br />

Vorm van de boodschap<br />

De printmedia bestaan hoofdzakelijk uit tekstuele boodschappen, dikwijls aangevuld met illustraties<br />

(foto’s en grafieken).<br />

Richting van de boodschap<br />

De richting van de boodschap is uni-directioneel. McQuail (1994:38-39) omschrijft de print- en<br />

broadcastmedia - die beide uni-directioneel zijn - als ‘impersonal and anonymous’: televisie, radio en<br />

kranten hebben een heterogeen massapubliek dat altijd anoniem en niet-interactief is en een<br />

homogene interesse heeft. Het is vrij moeilijk om erachter te komen welke artikelen veel gelezen<br />

worden en hoe deze gewaardeerd worden. Het is een puur unidirectionele relatie, waar relatief weinig<br />

interactie tussen redactie en lezer plaatsvindt.<br />

Interactiviteit<br />

Zoals we in de inleiding al zagen, wordt met term ‘interactief’ niet alleen bedoeld dat een gebruiker zelf<br />

kan bepalen in welke volgorde hij informatie aangeboden krijgt, maar vooral dat een gebruiker mede<br />

de inhoud van de communicatie kan bepalen. De krant is in dit opzicht niet interactief. De lezer kan<br />

wel de volgorde bepalen (de één leest de krant van de eerste tot de laatste bladzijde, de an<strong>der</strong> bla<strong>der</strong>t<br />

eerst de hele krant door en besluit dan hier en daar wat te lezen), maar heeft een te verwaarlozen<br />

invloed op de inhoud van de krant. Interactiviteit kan tenslotte ook nog uitgelegd worden als de<br />

interactie tussen zen<strong>der</strong> en ontvanger. Ook in deze betekenis is er op minimale wijze sprake van<br />

interactiviteit tussen journalist en lezer.


Hoofdstuk 3 Nieuwsoverdracht via krant, web en e-mail<br />

Selectie<br />

De selectie van de artikelen die de krant halen, gebeurt in de eerste plaats op nieuwswaarde. Wat er<br />

in de krant terechtkomt - de nieuwsselectie - wordt aan de hand van bepaalde criteria bepaald door de<br />

redactie van de krant. Vervolgens beperkt de ruimte de ver<strong>der</strong>e keuze. De redactie bepaalt wat de<br />

inhoud is en heeft relatief weinig zicht op de wensen van de lezer. De nieuwsconsument heeft<br />

vervolgens zelf de vrijheid om uit dit ruime, heterogene aanbod zelf weer een selectie te maken welke,<br />

van deze door de redactie geselecteerde, nieuwsverhalen hij gaat lezen. Doordat het aanbod groot is,<br />

moet er door de lezer veel selectie plaatsvinden. Zoals we ook al in de inleiding zagen, leest de<br />

gemiddelde lezer slechts een klein deel (in 1990 was het 14%) van het totale nieuwsaanbod in de<br />

krant. Omdat het aanbod breed en pluriform is bij een massamedium als de krant, is de boodschap<br />

niet aangepast aan een bepaalde doelgroep of individu. De selectie in deze door ruimte begrensde<br />

hoeveelheid nieuws vindt handmatig plaats.<br />

Gebruik van het medium<br />

Het gebruik van de krant is noch aan tijd, noch aan een plaats gebonden. De krant kan op elk moment<br />

gelezen worden en omdat de krant makkelijk vervoerbaar is, is ook de plaats vrij.<br />

Functies van het medium<br />

Om te kunnen zeggen welke functie het medium krant vervult, kunnen we naar de redenen kijken<br />

waarom mensen de krant lezen. Door dit straks ook voor het web duidelijk te maken, zouden we<br />

erachter kunnen komen welke mogelijke redenen mensen zouden kunnen hebben om nieuws via email<br />

te willen lezen.<br />

Ik on<strong>der</strong>scheid zes redenen waarom de krant het geprefereerde kanaal kan zijn om nieuws tot zich te<br />

nemen:<br />

a. Verdieping<br />

b. Overzicht<br />

c. Nieuws is aantrekkelijk: verwerken van nieuws<br />

d. Sociale functie<br />

e. Papierlezen<br />

Ad a. Behoefte aan verdieping<br />

De krant geeft een breed aanbod en nieuws en geeft ook verdieping in de vorm van analyses en<br />

achtergrondverhalen.<br />

Ad b. Behoefte aan een compleet overzicht<br />

Van Driel (2001) spreekt over de verschillen tussen het digitale medium en het schrift. ‘Verstrooidheid’<br />

is kenmerkend voor het digitale medium, wat tegenover de stabiliteit van het schrift staat. Papier<br />

presenteert lineair informatie en de pagina’s navigeren ons door een tekst. Wie de hele krant leest<br />

heeft het gevoel van al het belangrijkste nieuws op de hoogte te zijn. De lezer krijgt het tevreden<br />

gevoel weer helemaal op de hoogte te zijn zodra hij de krant uit heeft.


Hoofdstuk 3 Nieuwsoverdracht via krant, web en e-mail<br />

Ad c. Nieuws is aantrekkelijk<br />

Zoals we in de inleiding al zagen, vinden mensen het ‘leuk’ om nieuws te consumeren. Van<br />

Oostendorp en Peeters (1996) formuleerden acht redenen waarom nieuws als aantrekkelijk wordt<br />

ervaren. In steekwoorden zijn deze redenen: Voldoening; Vast stramien; Information seeking;<br />

Relevantie; Actualiteit; Feuilleton; Variatie; Mentale inspanning. Deze redenen gaan in meer of<br />

min<strong>der</strong>e mate op voor nieuws in de krant.<br />

Voldoening: Het lezen van de krant geeft de lezer een zekere mate van voldoening, zoals bij elke<br />

vorm van nieuwsverwerking het geval is. Lezers kunnen de gevarieerde inhoud als prettig<br />

ervaren. De lezer kan zoeken naar interessante berichten, de rest kan ongelezen blijven. Het<br />

zoekproces op zich kan ook aangenaam en ontspannend zijn, omdat het voor een groot gedeelte<br />

automatisch verloopt.<br />

Vaste stramien: Het vaste stramien waarbinnen het nieuws geplaatst wordt heeft een<br />

geruststellend effect. Wanneer men de krant leest of naar het journaal kijkt is er sprake van een<br />

zekere mate van vertrouwdheid (vast ritueel, inhoud past binnen bepaalde patronen, presentatie<br />

geeft aangename stimulatie).<br />

Information seeking: De ‘need for cognition’ is bij krantenlezers hoger dan bij mensen die via tv<br />

het nieuws tot zich nemen.<br />

Relevantie: Door het brede aanbod bevat de krant ook veel berichten die de lezer niet relevant<br />

<br />

vindt.<br />

Actualiteit: Op dit terrein verliest de krant het van het web en nieuws via e-mail. Het<br />

<br />

productieproces is door zijn fysieke aard trager.<br />

Feuilleton: Dit is nagenoeg hetzelfde voor elke vorm van nieuws.<br />

<br />

Variatie: De verscheidenheid aan berichten is groot in de krant. Het zoekproces naar interessante<br />

<br />

artikelen in dit aanbod, wordt als prettig ervaren.<br />

Mentale inspanning: De krant vergt over het algemeen meer mentale inspanning, en is dus<br />

<br />

aantrekkelijker voor mensen met een hogere need for cognition. Juist het feit dat nieuws zo<br />

gemakkelijk met een betrekkelijk laag aandachtsniveau te consumeren is (maar als het nodig is<br />

een hoog aandachtsniveau) is belangrijk.<br />

Ad d. Sociale functie<br />

De krant is een massamedium. Het maakt niet uit wie de krant voor zich heeft, de inhoud is voor<br />

ie<strong>der</strong>een hetzelfde. De krant bericht over alle on<strong>der</strong>werpen en biedt een universeel aanbod van<br />

nieuws. Hierdoor kan de krant dienen als publiek forum. We zien de krant als een belangrijk platform<br />

omdat zij als waakhond functioneert, informeert, commentaar geeft en de mogelijkheid biedt aan<br />

individuen en groepen om een publiek debat te voeren. Hiermee heeft de krant ook een belangrijke<br />

sociale functie. Ofwel: kranten plaatsen berichten in een context en ‘help to establish the relative<br />

importance of events and issues as well as contribute to a general un<strong>der</strong>standing of the world in which<br />

we live’ (Fidler, 1997: 247-248).<br />

Ad e. Papierlezen<br />

Lezen van papier is min<strong>der</strong> vermoeiend dan lezen van een beeldscherm. Papier is bovendien niet<br />

plaatsgebonden; de krant kan overal gelezen worden. In hoofdstuk 3.3 zal ver<strong>der</strong> worden ingegaan op<br />

de verschillen tussen lezen van papier en lezen van het beeldscherm.


Hoofdstuk 3 Nieuwsoverdracht via krant, web en e-mail<br />

3.2.2 Nieuws via het web<br />

Nieuwsoverdracht via het web heeft haar eigen kenmerken. Opnieuw is dit proces aan de hand van de<br />

vorm en de richting van de boodschap, de begrippen interactiviteit en selectie en het gebruik en de<br />

functie van het medium beschreven.<br />

Vorm van de boodschap<br />

De technologie van Internet maakt het mogelijk zowel geschreven tekst, illustraties, geluid en beeld te<br />

verspreiden. Kenmerken van print en audiovisuele media komen samen op het web. In de praktijk<br />

bieden veel nieuwssites enkel nog geschreven informatie en stilstaand beeld. Een gebrek aan<br />

bandbreedte en kennis over deze vorm van journalistiek zijn hier de oorzaak van. Bovendien zitten<br />

we, zoals we in de inleiding al zagen, midden in fase 3 en 4 van het ARIA-patroon, als het gaat om<br />

digitale media. Vooral in de beginfase was nieuws via het web een kopie van nieuws in de krant.<br />

Richting van de boodschap<br />

Nieuws via de papieren krant, radio en televisie noemen we uni-directioneel: de communicatie komt<br />

van één kant. Bij interpersoonlijke communicatie - als twee mensen bijvoorbeeld een telefoongesprek<br />

voeren - spreken we van bi-directionele communicatie.<br />

Is het brengen van nieuws via het Web nu uni-of bi-directioneel? Er lijkt geen sprake te zijn<br />

van puur uni-directionele communicatie zoals bij de krant het geval is. De drempels tussen zen<strong>der</strong> en<br />

ontvanger zijn lager. De ontvanger heeft een meer actieve rol: hij kan invloed uitoefenen op de inhoud<br />

van de boodschap. Deze aspecten zullen besproken worden on<strong>der</strong> de kopjes ‘interactiviteit’ en<br />

‘selectie’.<br />

Interactiviteit<br />

Nieuws via het web is op twee manier interactief: er is sprake van interactie tussen zen<strong>der</strong> (de<br />

journalist) en ontvanger (de nieuwsconsument) enerzijds en van interactie met de inhoud an<strong>der</strong>zijds.<br />

Online kranten en nieuwsdiensten en elektronische nieuwsbrieven hebben<br />

feedbackmogelijkheden. Via e-mail kan op elk artikel worden gereageerd - direct aan de journalist of<br />

in een discussieforum. De afstand tussen lezer en journalist verkleint hierdoor. De lezer kan zijn<br />

wensen kenbaar maken, waarmee hij wellicht invloed uitoefent op de inhoud van de krant. Bovendien<br />

kan door internettechnologieën precies bijgehouden worden wat wel en niet gelezen wordt. Door het<br />

controleren van het surfgedrag van bezoekers (met behulp van logfiles) kan veel beter en sneller<br />

gemeten worden wat lezers leuk en interessant vinden. Hier kan een redactie ook sneller op inspelen.<br />

Langs deze weg kan de gebruiker ‘mede de inhoud van de communicatie’ bepalen, zoals de definitie<br />

van interactiviteit luidt.<br />

Van directe interactie met de inhoud op een website, is vaak nog geen sprake. De lezer kan<br />

de volgorde waarin hij de artikelen leest zelf bepalen, maar kan niet zelf de inhoud van een website<br />

direct beïnvloeden. Bij ‘customized’ of gepersonaliseerde websites is dat wel het geval. De inhoud van<br />

een website past zich in zo’n geval aan, aan het profiel of aan de wensen van de gebruiker. Het<br />

medium kan in potentie op een interactieve manier gebruikt worden. Dat van deze interactieve<br />

mogelijkheid nog weinig gebruik wordt gemaakt, dingt niets af aan de interactieve potentie van het<br />

web.<br />

Selectie<br />

Zoals we al bij de krant zagen, is er bij nieuws sprake van twee selectieprocessen: de nieuwsselectie<br />

door de redactie (wat komt er in de krant?) en de selectie van artikelen door de lezer (wat lees ik?).<br />

De nieuwsselectie vindt plaats op basis van nieuwswaarde, de selectie door de lezer vindt<br />

hoofdzakelijk plaats op basis van persoonlijke interesse.<br />

Het eerste proces verschilt weinig bij nieuws voor de krant of op het web. Het enige verschil is dat bij<br />

de krant sprake is van ruimtegebrek. Op het web is de ruimte in potentie eindeloos. Toch beperken<br />

nieuwsaanbie<strong>der</strong>s vaak hun aanbod, omdat ze bang zijn dat consumenten, wanneer het nieuws gratis<br />

wordt weggegeven op het web, de krant niet meer zullen kopen (een proces dat bekend staat als<br />

kannibalisatie). Het geselecteerde nieuws wordt vervolgens geordend aan de lezer aangeboden.


Hoofdstuk 3 Nieuwsoverdracht via krant, web en e-mail<br />

Bij dit aspect wil ik ook de begrippen ‘push’ en ‘pull’ introduceren. Bij een push-toepassing, zoals de<br />

krant, wordt de informatie naar de ontvanger toegezonden. De lezer heeft daarbij weinig invloed op de<br />

inhoud. De lezer krijgt vanuit de ‘organisatie’ informatie en advertenties on<strong>der</strong> zijn neus ‘geduwd’: de<br />

push-situatie.<br />

We spreken van een pull-toepassing als de lezer zelf doelgericht op zoek moet naar informatie, zoals<br />

op het Web het geval is. De lezer moet telkens opnieuw zelf handelingen verrichten om een website te<br />

bezoeken en er informatie aan ‘ontrekken’ (pull). Het initiatief ligt hier bij de bezoeker en niet bij de<br />

organisatie. Communicatiekundigen menen dat deze nieuwe situatie ingrijpende consequenties heeft<br />

voor de opbouw van een website. Deze zou niet aanbodgericht, maar vraaggericht moeten zijn.<br />

Op het Web is het aanbod van nieuws immens. Uit on<strong>der</strong>zoeken blijkt dat gebruikers switchen tussen<br />

al deze verschillende pagina’s en verschillende sites. (Nielsen, 1997). Er bestaat niet zoiets als ‘een<br />

bezoek’ aan ‘een site’. (Het aanbod van verschillende kranten is natuurlijk ook haast oneindig, maar<br />

omdat hiervoor betaald moet worden, speelt selectie hier een min<strong>der</strong> uitgesproken rol.) De gebruiker<br />

moet dus én zijn gewenste kanaal én vervolgens selecteren wat hij dan wil lezen. Hij moet de<br />

informatie naar zich toetrekken (pull).<br />

Maatwerk<br />

Maar er is nog een aspect dat invloed heeft op dit proces van selectie door de lezer. Zoals we in<br />

hoofdstuk twee al zagen, kan informatie afgestemd worden op de wensen van een groep of een<br />

individu. Dit betekent dat de lezer ervoor kan kiezen enkel te worden geconfronteerd met substantiële<br />

informatie. De lezer zal veel min<strong>der</strong> zelf hoeven te selecteren: dit is al voor een groot deel voor hem<br />

gedaan.<br />

Het gevolg hiervan is dat twee aspecten die het consumeren van nieuws verrijken, zij het via de krant,<br />

zij het - in min<strong>der</strong>e mate - via een website met algemeen nieuws, nu wegvallen. Van een<br />

verrassingseffect en de sociale functie die met name de krant heeft, is geen sprake.<br />

Verhalen over on<strong>der</strong>werpen die ons niet interesseerden tot op het moment dat we ze tegenkwamen<br />

(zoals in de krant voor kan komen) bereiken ons niet meer. Het concept elimineert ook een deel van<br />

de sociale functie van de krant. Ie<strong>der</strong>een ontvangt een an<strong>der</strong>e inhoud, zodat er min<strong>der</strong> sprake is van<br />

een gedeelde nieuwsbeleving. Hét nieuws bestaat dan niet meer.<br />

Gebruik van het medium<br />

Het gebruik van nieuws via het Web is niet gebonden aan een tijdstip, wel meer aan een bepaalde<br />

plaats. Er is immers een computer met een internetverbinding nodig om het nieuws te bekijken. In de<br />

toekomst zal deze plaatsgebondenheid echter sterk afnemen. Apparatuur waarmee digitaal informatie<br />

kan worden ontvangen – computers, mobiele telefoon, etc - worden steeds kleiner en mobieler en<br />

voortdurend wireless online zijn, wordt de standaard (zie ook hoofdstuk 5.3: voorspellingen).<br />

Plaatsgebondenheid zal in de toekomst een veel kleinere tot geen rol meer spelen.<br />

Functies van het medium<br />

Je kunt je afvragen waarom mensen eigenlijk nieuws via het web lezen. Wat voor meerwaarde heeft<br />

het consumeren van nieuws via het web voor hen?<br />

Ik on<strong>der</strong>scheid zeven redenen waarom mensen nieuws via het web mogelijk prefereren boven het<br />

lezen van nieuws via de krant:<br />

a. Gratis<br />

b. Actualiteit / snelheid<br />

c. Onbeperkte ruimte<br />

d. Nieuws op maat<br />

e. Heft in eigen handen<br />

f. Multimediaal nieuws<br />

g. Mogelijk plezier in verwerken van nieuws


Hoofdstuk 3 Nieuwsoverdracht via krant, web en e-mail<br />

Ad a. Gratis<br />

Nieuws via het web is bijna overal (nog) gratis. Steeds vaker moet de consument zijn persoonlijke<br />

gegevens achterlaten in ruil voor gratis nieuws. Toch is het ondenkbaar dat nieuws tot in lengte van<br />

dagen gratis digitaal aangeboden wordt: het vergaren en produceren van de informatie kost immers<br />

tijd en geld dat op een of an<strong>der</strong>e manier ingebracht moet worden. De verwachting dat<br />

advertentie-inkomsten de volledige last zouden kunnen dragen, is inmiddels achterhaald. Wel is het<br />

denkbaar dat digitaal nieuws voor de consument goedkoper zou kunnen zijn. Een abonnement op een<br />

digitale krant zou tegen een lager tarief aangeboden kunnen worden dan een abonnement op de<br />

papieren versie. Het ‘gratis zijn’ wordt ver<strong>der</strong> niet meegenomen in de afweging waarom mensen<br />

nieuws liever via de krant of het web tot zich nemen.<br />

Ad b. Actualiteit / snelheid: immediacy.<br />

De snelheid is een grote aantrekkelijkheid van nieuws via het web. Het nieuws kan direct<br />

doorgegeven worden aan de lezer, zon<strong>der</strong> dat er een lang en kostbaar productieproces aan vastzit.<br />

Ad c. Onbeperkte hoeveelheid informatie.<br />

Er is geen ruimtegebrek. Ruimte is niet kostbaar en dus kunnen online archieven en dossiers worden<br />

aangelegd met uitgebreide zoekfuncties. Ook doorzoekbare advertentie-rubrieken, hyperlinks naar<br />

web-based informatie databases en links naar an<strong>der</strong>e verhalen zijn mogelijk.<br />

Ad d. Nieuws op maat.<br />

De informatie kan op maat gebracht worden. Niet ie<strong>der</strong>een heeft dezelfde interesses en voorkeuren.<br />

Op het web kan ie<strong>der</strong>een één op één bediend worden. Zoals reeds in hoofdstuk 2.4.2 (personalisatie<br />

en ‘customization’) is aangegeven, is de kracht van het web dat de lezer aan kan geven slechts de<br />

voor hem relevante informatie te willen zien en lezen.<br />

Ad e. Heft in eigen handen.<br />

Het web vraagt een veel actievere houding dan de krant. De nieuwsconsument die nieuws via het web<br />

zoekt is van een heel an<strong>der</strong> type dan de nieuwsconsument die de krant ter hand neemt. De eerste wil<br />

zelf overal kunnen zoeken naar interessant nieuws<br />

Ad f. Multimediaal nieuws<br />

Nieuwsconsumenten op het web kunnen op zoek zijn naar multimediaal nieuws: beeld en geluid<br />

bieden extra mogelijkheden voor het brengen van een nieuwsverhaal.<br />

Ad g. Mogelijk plezier verwerken van nieuws<br />

Van Oostendorp en Peeters gaven acht redenen waarom mensen plezier beleven in het verwerken<br />

van nieuws. Nieuws op het web werd in hun on<strong>der</strong>zoek echter niet meegenomen. Dat<br />

nieuwsconsumenten het ‘leuk’ zouden vinden om nieuws via het web tot zich te nemen, mag daarom<br />

niet zomaar gesteld worden. Ik geef hier daarom enkel een alternatieve invulling van de redenen die<br />

Van Oostendorp en Peeters noemen:<br />

Voldoening: Het lezen van nieuws via het web kan zowel min<strong>der</strong> als meer voldoening opleveren<br />

dan het lezen van de krant. Het verwerken van informatie kan aangename gevoelens opleveren<br />

als met weinig moeite veel (gespecialiseerde) informatie kan worden binnengehaald, zoals op het<br />

web het geval is. Aan de an<strong>der</strong>e kant ontbreekt de voldoening zoals die ontstaat als de krant ‘uit’<br />

is en de krantenlezer weer volledig van al het nieuws op de hoogte is.<br />

Vast stramien: Nieuws op het web wordt min<strong>der</strong> vaak in een vast stramien aangeboden.<br />

Verschillende websites kiezen voor verschillende indelingen en structuren en ook binnen websites<br />

kan dit per pagina nog eens verschillen. Een krant ziet er al meer dan een eeuw over de hele<br />

wereld ongeveer hetzelfde uit. Nieuws op het web creëert als gevolg daarvan een min<strong>der</strong>


Hoofdstuk 3 Nieuwsoverdracht via krant, web en e-mail<br />

geruststellend effect, de mate van vertrouwdheid is lager. Bij regelmatig gebruik van een bepaalde<br />

website, zal deze vertrouwdheid groeien.<br />

Information seeking: Op het web kan gerichter informatie gezocht en gevonden worden. Omdat de<br />

kans groter is dat de lezer voor hem relevante informatie aantreft, kan hier meer genoegdoening<br />

uit gehaald worden.<br />

Relevantie: Informatie waarbij de persoonlijke relevantie hoog is wordt meer aandachtig gevolgd.<br />

Door de betere zoekmogelijkheden plus de mogelijkheden van personalisatie zal de lezer vaak op<br />

relevante informatie stuiten.<br />

Actualiteit: Het web is ‘sneller’ dan de krant. Nog meer dan in de krant wordt het nieuws ‘nu’<br />

<br />

gemaakt.<br />

Feuilleton: Hierin is er geen verschil tussen lezers van de krant en het web.<br />

<br />

Variatie: Op het web kan min<strong>der</strong> relevant nieuws makkelijker vermeden worden. Wie niet<br />

<br />

geïnteresseerd is in buitenlands nieuws, klikt niet op die link. In een krant moet de lezer vaak toch<br />

door die informatie heen, en wordt het hem, of hij wil of niet, wel voorgeschoteld. Op het web - een<br />

pull-medium, is de keuze aan de lezer. In principe heeft nieuws op het web wel een gevarieerde<br />

inhoud, maar kan ook heel specifiek naar nieuws worden gezocht.<br />

Mentale inspanning: Het nieuws op het web is, net als in de krant, met een laag aandachtniveau<br />

te consumeren. Als de lezer het wil, kan heel makkelijk dieper op de materie worden ingegaan wat<br />

een hoger aandachtsniveau vereist. De lezer heeft op het web door het grote aanbod een grotere<br />

keuze waar hij zijn aandacht aan besteedt. Daardoor zal hij artikelen uitzoeken die voor hem een<br />

hoge relevantie hebben. De mentale inspanning wordt lager naarmate de lezer meer<br />

geïnteresseerd is. Het opnemen van de informatie gaat dan dus makkelijker.<br />

3.2.3 Nieuws via e-mail<br />

Ook voor de overdracht van nieuws via e-mail zullen de zes kenmerken beschreven worden.<br />

Vorm van de boodschap<br />

In e-mail kan gebruik worden gemaakt van geschreven tekst, illustraties, geluid en bewegend beeld.<br />

Nieuws via e-mail - volgens Zisman (1996) verkerend in de vierde generatie - kan dus multimediaal<br />

worden overgebracht.<br />

Richting van de boodschap<br />

Nieuws via de krant is een vorm van uni-directionele communicatie. Bij nieuws via het web is er<br />

sprake van interactiviteit, waardoor de communicatie min<strong>der</strong> puur uni-directioneel is.<br />

Of nieuws via e-mail uni- of bi-directioneel genoemd kan worden hangt af van twee keuzes die<br />

gemaakt kunnen worden wat betreft de inhoud:<br />

a. E-mail functioneert op zichzelf / in combinatie met het web<br />

b. De inhoud is algemeen / op maat<br />

Deze cryptische termen vragen om een na<strong>der</strong>e toelichting:<br />

a. E-mail functioneert op zichzelf / in combinatie met het web<br />

Hoe de richting van de boodschap bij nieuws via e-mail is, hangt on<strong>der</strong> meer af van de on<strong>der</strong>delen<br />

waaruit nieuws via e-mail bestaat. Een e-mailkrant kan in principe op twee manieren worden<br />

opgebouwd. In het eerste geval is de e-mail een op zichzelf staand, autonoom, product dat<br />

onafhankelijk van een website kan functioneren. Al het nieuws wordt in de body van de mail<br />

aangeboden.


Hoofdstuk 3 Nieuwsoverdracht via krant, web en e-mail<br />

De meest voorkomende vorm is echter dat in de e-mail de eerste alinea en / of de kop van een artikel<br />

wordt getoond. Het volledige artikel kan vervolgens gelezen worden door naar de website te linken.<br />

De website vormt dan een substantieel deel van de nieuwsbrief, zon<strong>der</strong> de informatie op de<br />

webpagina(’s) verliest de e-nieuwsbrief (gedeeltelijk) haar functie. Zodanig kan de e-nieuwbrief<br />

worden opgevat als bestaande uit een e-mailgedeelte en een webpaginagedeelte. Om dit on<strong>der</strong>scheid<br />

hel<strong>der</strong> te houden, wordt de e-mail nieuwsbrief in 2 fases opgedeeld:<br />

Fase 1: het e-mail gedeelte van de e-nieuwsbrief<br />

Fase 2: de webpagina’s die een wezenlijk on<strong>der</strong>deel kunnen vormen van het e-mail gedeelte<br />

b. De inhoud is algemeen / op maat<br />

Zoals we al bij nieuws via het web zagen, is het ook bij nieuws via e-mail mogelijk informatie ‘op maat’<br />

te ontvangen. Het kan dan gaan om informatie voor een bepaalde doelgroep ofwel om informatie die<br />

van belang is voor één individu.<br />

Deze twee factoren hebben invloed op de richting van de boodschap. Hoe dit de richting precies<br />

beïnvloedt, zal duidelijk worden in de kopjes ‘interactiviteit’ en ‘selectie’.<br />

Interactiviteit<br />

Interactiviteit kent twee componenten: interactie met de inhoud en interactie met de zen<strong>der</strong> van het<br />

bericht.<br />

Wanneer de e-mailkrant binnen het domein van e-mail functioneert en niet verwijst naar een website<br />

voor ver<strong>der</strong>e inhoud, is de mate van interactiviteit met de inhoud beperkt. Het interactieve aandeel van<br />

de website, blijft immers achterwege. Of de e-mail één, danwel twee fases bestaat, heeft geen effect<br />

op de mogelijke interactie tussen zen<strong>der</strong> en ontvanger. E-mail is een medium dat hoofdzakelijk voor<br />

interpersoonlijke communicatie wordt gebruikt. Het interactieve gehalte van nieuwsoverdracht via email<br />

is daarom in potentie groot.<br />

Door internettechnologieën kan precies bijgehouden worden wat wel en niet gelezen wordt. Er kan<br />

worden bijgehouden wat de ‘open rates’ zijn: hoe vaak wordt een e-mail geopend en wat de ‘click<br />

through rates’ (CTR) zijn: hoe vaak klikt iemand vanuit een e-mail door naar een website.<br />

De beslissing of de inhoud algemeen of op maat wordt aangeboden, heeft invloed op de mate van<br />

interactiviteit. Als er sprake is van op maat gemaakte inhoud, is de interactie aanzienlijk. De lezer<br />

heeft door zijn voorkeuren en keuzes mede invloed op de inhoud. Wanneer er sprake is van een<br />

algemene inhoud, die voor elke lezer hetzelfde is, is de interactie minimaal. De redactie bepaalt, zoals<br />

in het broadcastmodel, van bovenaf wat de inhoud is en ‘pusht’ dit naar de lezer.<br />

Selectie<br />

Ook de invulling van dit kenmerk hangt ervan af of de inhoud ‘algemeen’ of ‘op maat’ is. Als we ervan<br />

uitgaan dat de inhoud algemeen is, moet zowel aan aanbod als een ontvangstzijde selectie<br />

plaatsvinden. De beperkte ruimte die e-mail geeft, vraagt om een strenge nieuwsselectie aan<br />

aanbodszijde. Slechts een deel van het totaal aan geproduceerde artikelen kan door de journalist aan<br />

de lezer getoond worden. De boodschap zal zowel substantiële als casuele informatie bevatten en de<br />

lezer moet hier de voor hem interessante delen uit selecteren.<br />

Wanneer er sprake is van ‘nieuws op maat’, is de benodigde selectie aan de kant van de ontvanger in<br />

eerste instantie groot, tenminste wanneer het gaat om ‘customization’. (Bij personalisatie is het<br />

immers ‘de computer’ die de keuze bepaalt.) De ontvanger moet aangeven waar zijn interesse naar<br />

uitgaat. Wanneer die keuze eenmaal is gemaakt, ontvangt de lezer automatisch enkel nog<br />

substantiële informatie, waardoor deze min<strong>der</strong> selectie op de binnenkomende informatie hoeft uit te<br />

voeren. Net als op het web is er dan van een verrassingseffect of een sociale functie geen sprake<br />

meer.


Hoofdstuk 3 Nieuwsoverdracht via krant, web en e-mail<br />

Gebruik van het medium<br />

Het gebruik van nieuws via e-mail is niet gebonden aan een tijdstip, wel meer aan een bepaalde<br />

plaats. Er is immers een computer met een internetverbinding nodig om het nieuws te bekijken. Maar<br />

ook hier zal de ontwikkeling in de informatietechnologie veran<strong>der</strong>ingen brengen. Voortdurend<br />

‘wireless’ online zijn via kleine, mobiele ‘devices’, is dan de standaard.<br />

Functies van het medium<br />

De e-mailkrant kan alleen als complementair medium een kans van overleven hebben. Dit betekent<br />

dat het nieuwsaanbod in de e-mailkrant een aanvulling vormt op het overige geschreven<br />

nieuwsaanbod in de krant en op het web. Nieuws via e-mail voldoet aan een hele specifieke<br />

nieuwsbehoefte, het razendsnel willen hebben van het harde nieuws. Ze is daarom slechts een<br />

aanvulling op an<strong>der</strong>e vormen van nieuwsoverdracht.<br />

Wat zijn de kenmerken die nieuws per e-mail tot een gewenste aanvulling op het bestaande aanbod<br />

maken? Ik vermeld de volgende vijf punten die juist de meerwaarde van nieuws per e-mail uitdrukken:<br />

a. Actualiteit / snelheid<br />

b. Korte, overzichtelijke presentatie van de informatie<br />

c. Nieuws op maat<br />

d. Gemak van een push-toepassing met de vrijheid van een pull-toepassing<br />

e. Mogelijk plezier in verwerken van nieuws<br />

Ad a. Actualiteit / snelheid: immediacy.<br />

E-mail is snel. De snelheid en het feit dat e-mail een push-toepassing is, zorgt ervoor dat het nieuws,<br />

zoals bij radio en tv, direct on<strong>der</strong> de aandacht van de nieuwsconsument komt.<br />

Dit maakt e-mail juist geschikt voor het leveren van ‘breaking news’. Uit on<strong>der</strong>zoek van Porteman<br />

bleek dat 35% heel de dag elektronische post gebruikt en 35% één of meer<strong>der</strong>e keren per dag<br />

(Porteman, 2000: 41). Probleem van het web is dat het in potentie wel snel het laatste nieuws kan<br />

verspreiden, maar de nieuwsconsument daar wel zelf naar op zoek moet.<br />

Een obstakel is dat men het nieuws vaak via an<strong>der</strong>e kanalen verneemt en dan pas het web<br />

raadpleegt. (Denk bijvoorbeeld aan 9/11). Uit Amerikaans on<strong>der</strong>zoek van Jupiter Communications<br />

on<strong>der</strong> 2200 internetgebruikers blijkt dat 12% het web raadpleegt bij ‘breaking news’. (European<br />

Journalism Centre, 2001:34). Het overgrote deel, 66%, zoekt zijn heil bij de televisie. Een pushtechnologie<br />

als e-mail lost dit probleem op, als men de gehele dag achter de computer zit en een<br />

mailprogramma open heeft staan.<br />

Ad b. Korte, overzichtelijke presentatie van de informatie<br />

Nieuws per e-mail geeft overzicht in het totale nieuwsaanbod. Het heeft een signaalfunctie: het geeft<br />

kort en overzichtelijk aan wat er op het web en in de krant aan nieuws te vinden is. ‘ Weblogs’ genieten<br />

momenteel een grote populariteit doordat zij orde scheppen in het enorme aanbod aan websites door<br />

een wegwijzer te bieden. Nieuws per e-mail geeft dit overzicht voor het totale nieuwsaanbod, juist<br />

wanneer tijd een schaars goed is geworden.<br />

Ad c. Nieuws op maat.<br />

De informatie kan op maat gebracht worden (personalisatie). Niet ie<strong>der</strong>een heeft dezelfde interesses<br />

en voorkeuren. In e-mail kan ie<strong>der</strong>een één op één bediend worden.


Hoofdstuk 3 Nieuwsoverdracht via krant, web en e-mail<br />

Ad d. Gemak van een push-toepassing met de vrijheid van een pull-toepassing<br />

Al eer<strong>der</strong> werd opgemerkt dat in de toekomst de nieuwsconsument veel meer zal bepalen via welk<br />

medium, in welke vorm en op welk tijdstip hij nieuws tot zich wil nemen. In deze theorie (de<br />

consument heeft een mix aan media-behoeften), wil deze niet altijd zelf op zoek naar wat belangrijk is.<br />

De e-mailkrant geeft kort aan wat belangrijk is, zon<strong>der</strong> dat de consument hier enige moeite voor hoeft<br />

te doen (push). De e-mailkrant kan als verwijzing functioneren naar nieuws op de website of in de<br />

papieren krant. Het vormt tegelijkertijd een soort inhoudsopgave als een voorproefje voor meer<br />

uitgebreide informatie. Deze extra informatie kan, door de combinatie met het web, makkelijk door de<br />

lezer onttrokken worden (pull).<br />

Ad e. Mogelijk plezier in verwerken van nieuws<br />

De e-mailkrant draagt qua nieuwsfunctie eigenschappen van zowel de papieren krant en de krant op<br />

het web. De krant brengt het nieuws naar je toe en geeft de indruk compleet te zijn. De<br />

nieuwsconsument vindt in de krant een totaalbeeld en verdieping. Wie op het web het nieuws leest,<br />

moet zelf op zoek. Al het belangrijke nieuws is er te vinden. De nieuwsconsument surft van krant a<br />

naar b naar c, om bij de beste nieuwsbron bij een specifieke nieuwsvraag te vinden. Het gebruik is<br />

vaak (nog) gratis en dus hoeft de nieuwsconsument zich niet meer tot één krant te beperken. De<br />

nieuwsconsument is op zoek naar actuele berichten waarbij hij een vaak specifieke nieuwsvraag<br />

heeft. De e-mailkrant biedt een combinatie van deze twee nieuwsvragen.<br />

Ook bij nieuws via e-mail spelen de acht redenen die Van Oostendorp en Peeters geven waarom<br />

mensen nieuws ‘leuk’ vinden, een rol. De aspecten krijgen hier wel een an<strong>der</strong>e invulling dan bij het<br />

consumeren van nieuws via de krant.<br />

Voldoening: Nieuws via e-mail kan een grote mate van voldoening geven. In zeer korte tijd krijgt<br />

de lezer een (kort) overzicht van het belangrijkste nieuws van dat moment. Wanneer het de wens<br />

van de lezer is om nieuws op maat te ontvangen, kan hij het gevaar lopen het belangrijkste<br />

nieuws te missen. Het hangt af van de nieuwsvraag van de consument of hij daaraan voldoening<br />

beleeft. De inspanning die geleverd moet worden is sowieso minimaal; het nieuws wordt naar de<br />

lezer toegebracht.<br />

Vast stramien: De e-mailkrant heeft een vast stramien: de indeling is elke dag dezelfde en de emailkrant<br />

wordt elke dag op dezelfde tijd bezorgd. Dat geeft de nieuwsconsument houvast, zoals<br />

de krant en het 8-uur journaal voor veel mensen belangrijke nieuwsmomenten op de dag zijn. De<br />

tijdscomponent van de e-mailkrant - die op het web ontbreekt - creëert een vertrouwdheid.<br />

Information seeking & relevantie: De nieuwsconsument abonneert zich op een e-mailkrant die<br />

voor hem of haar relevant is. De kans dat er nieuws wordt geboden dat interessant is voor de<br />

lezer, wordt hiermee aanzienlijk. Door internettechnologieën kan precies gemeten worden welke<br />

artikelen wel en niet gelezen worden. Door hierop in te spelen, kan de relevantie nog meer<br />

vergroot worden. Ook het meer laagdrempelig contact kan een beter beeld opleveren van de<br />

lezer, wat het aanbod beter op de vraag kan doen aansluiten. Gepersonaliseerde of ‘Customized’<br />

e-mailkranten kunnen de relevantie nog meer vergroten. De lezer hoeft niet op zoek naar het<br />

nieuws, maar krijgt het aangeleverd. Er is sprake van information-seeking - de nieuwsconsument<br />

wil informatie - maar wil hier niet teveel moeite voor doen.<br />

Actualiteit: Doordat de nieuwsbrief op een vaste tijd, éénmaal per dag, wordt verzonden, is ze<br />

min<strong>der</strong> actueel dan een website. Daarmee heeft ze de relatieve traagheid van de krant gemeen.<br />

Echter, doordat de nieuwsbrief in principe elk moment van de dag verzonden kan worden, kan<br />

aan deze traagheid ontsnapt worden. Veel nieuwsaanbie<strong>der</strong>s bieden ‘breaking nieuws’-edities bij<br />

belangrijk nieuws.<br />

Variatie: De hoeveelheid nieuws die in een e-mailkrant wordt geboden, is vele malen min<strong>der</strong> dan<br />

in de papieren krant of op het web. De variatie is daardoor ook lager. De lezer scant de<br />

nieuwsbrief op interessante berichten, zoals dat in de krant ook gebeurt, maar het zoekproces is<br />

zeer kort. Vindt hij een artikel dat interessant is, dan kan hij naar fase 2 van de website en daar<br />

een grote variatie aan artikelen aantreffen, al dan niet gerelateerd aan het oorspronkelijk<br />

geselecteerde artikel.


Hoofdstuk 3 Nieuwsoverdracht via krant, web en e-mail<br />

Mentale inspanning: De benodigde mentale inspanning is gering bij het lezen van de e-mailkrant.<br />

Er heeft veel meer selectie plaatsgevonden door de krantenredactie. Slechts in enkele artikelen /<br />

koppen wordt opgesomd wat het belangrijkste nieuws is. Door de hoge relevantie van de<br />

artikelen, kan in korte tijd veel informatie worden opgenomen. Omdat het on<strong>der</strong>werpen zijn die de<br />

lezer interesseren, verloopt de absorptie van informatie ook gemakkelijker. Net als op het web kan<br />

de lezer met een hogere ‘need for cognition’ heel makkelijk dieper op de materie ingaan door naar<br />

de website te gaan.<br />

3.3 Kenmerkende eigenschappen van communiceren via e-mail<br />

De gebruiker van een e-mailkrant is op de eerste plaats een nieuwsconsument. Hoe het proces van<br />

nieuwsconsumptie in zijn werk gaat en met welke nieuwsvraag de consument zich tot e-mail zal<br />

richten, hebben we in de vorige hoofdstukken gezien.<br />

De gebruiker van een e-mailkrant is naast ‘nieuwsconsument’ echter ook ‘beeldschermgebruiker’.<br />

E-mailberichten en eventueel door aanklikken verkregen webpagina’s komen immers tot de lezer via<br />

het beeldscherm. Zoals hieron<strong>der</strong> zal blijken, verschilt het profiel van iemand die van een<br />

beeldscherm leest (‘de beelschermlezer’) op een aantal cruciale punten van de nieuwsconsument die<br />

van papier leest (‘de papierlezer’).<br />

Hieruit kan vervolgens afgeleid worden of digitale documenten - en dus ook nieuws via e-mail - een<br />

an<strong>der</strong>e aard zouden moeten bezitten dan wanneer het om papierlezen zou gaan. Deze tweede<br />

karakteristiek bepaalt mede hoe de overdracht van nieuws via e-mail plaats zou moeten vinden.<br />

Profiel van de beeldschermlezer 1<br />

Lezen van een beeldscherm verschilt op een aantal punten van lezen van papier. Op het gebied van<br />

vermoeidheid, tekstbegrip en oogbeweging blijkt geen verschil te bestaan. Het leestempo ligt bij<br />

beeldschermlezen 20 tot 30 procent lager dan bij papierlezen. De mate van zorgvuldigheid blijkt<br />

afhankelijk van de taak. Visuele en cognitieve taken worden min<strong>der</strong> zorgvuldig via een beeldscherm<br />

uitgevoerd dan via papier; bij spellingscontrole is er geen verschil (Van Driel, 2001: 108).<br />

Ondanks de vrij grote overeenkomsten tussen papierlezen en beeldschermlezen verschillen de<br />

profielen van de papierlezer en de beeldschermlezer aanzienlijk. Deze verschillen hebben te maken<br />

met het gedrag van de beeldschermlezer. Vanwege de beeldschermtechnologie is deze gedwongen<br />

om telkens daadwerkelijk handelingen te verrichten om informatie op een beeldscherm te krijgen;<br />

vervolgens moet hij scrollen en hyperlinks aanklikken om ver<strong>der</strong> te komen (Hendrikx, 1999).<br />

Van Driel (2001) stelt dat beeldschermlezers in eerste instantie lijken op ongeduldige, scannende,<br />

lange teksten vermijdende, verticaal lezende, visueel ingestelde mensen die op een website<br />

actualiteit, maatwerk en interactiviteit verwachten. Wanneer een beeldschermlezer vervolgens<br />

aankomt bij informatie die voor hem van belang is, dan is hij wel bereid om moeite te investeren.<br />

Ongeduldig<br />

Beeldschermlezers zijn in de eerste plaats ongeduldig. Wanneer het te lang duurt voordat een pagina<br />

op het scherm verschijnt, zijn ze weg. Gezochte informatie moet op een website snel traceerbaar zijn<br />

en wanneer niet onmiddellijk duidelijk is wat de aard van de informatie is, klikken zij ver<strong>der</strong>.<br />

Scannen<br />

Beeldschermlezers scannen eer<strong>der</strong> een schermpagina dan dat zij deze lezen (Nielsen, 1997).<br />

Vergelijk het met de manier waarop we de voorpagina van een krant hanteren. Allereerst scannen we<br />

koppen en foto’s. Wanneer een bepaalde kop ons aanspreekt of intrigeert, richten we ons op de lead<br />

1 De volgende bronnen zijn geraadpleegd bij het opstellen van dit profiel: Nielsen (1997), Hendrikx<br />

(1999), Stanford Poynter Project (2000), Jager en Van Twist (2001) en Van Driel (2001).


Hoofdstuk 3 Nieuwsoverdracht via krant, web en e-mail<br />

van het artikel - de korte aanduiding van het on<strong>der</strong>werp. Kop en lead, soms ook foto, gebruiken we om<br />

te beslissen of een artikel voor ons zo interessant of intrigerend is, dat we het willen lezen.<br />

Lange teksten<br />

Beeldschermlezers haten lange teksten, ook wanneer ze geïnteresseerd zijn in de inhoud. Hier is<br />

vaak sprake van de vraag naar de kip of het ei. Lange teksten op Internet blijken vaak geconverteerde<br />

schriftelijke teksten te zijn, zodat de gevoelens ook hieruit verklaarbaar zijn. Niettemin, ook wanneer er<br />

sprake is van lange gereviseerde teksten, bestaat er weinig animo om ze te lezen. Blijkbaar is papier<br />

de geprivilegieerde drager voor lange teksten.<br />

Verticaal lezen<br />

Jaren geleden werden dagbladen opgemaakt in vijf à zes kolommen, terwijl ze tegenwoordig acht à<br />

negen kolommen kennen. Met an<strong>der</strong>e woorden, de regellengte wordt alsmaar korter. We lezen<br />

tegenwoordig niet zozeer horizontaal als wel verticaal. Wat in dit opzicht geldt voor papierlezen, geldt<br />

in nog sterkere mate voor schermlezen. Lange tekstregels nodigen niet uit tot lezen.<br />

Visueel<br />

Alle lezers zijn behalve tekstueel ook visueel ingesteld. Louter tekst is ook op papier nauwelijks meer<br />

uitnodigend om te lezen; op een beeldscherm is dit zeker het geval. On<strong>der</strong>steunende foto’s en<br />

grafieken vormen voor een papierlezer belangrijke criteria om de begeleidende tekst al dan niet te<br />

lezen. Voor een beeldschermlezer geldt dit niet an<strong>der</strong>s.<br />

Maatwerk en interactiviteit<br />

Beeldschermlezers verwachten steeds meer dat de eigen-aardigheden van het web tot uitdrukking<br />

komen op websites. Met an<strong>der</strong>e woorden, actualiteit, maatwerk - mijn informatiebehoefte moet<br />

bevredigd worden - en interactiviteit zouden vanzelfsprekend moeten zijn op een website.<br />

Conclusie:<br />

Er is maar één conclusie mogelijk. Het fundamenteel verschillende profiel van de beeldschermlezer<br />

pleit voor eigen-aardige webdocumenten.<br />

Verstrooidheid versus stabiliteit<br />

De beeldschermlezer moet meer handelend optreden dan de papierlezer. Hier ligt de eerste oorzaak<br />

voor de verschillende profielen. Een tweede oorzaak ligt in de verstrooidheid van het digitale medium<br />

tegenover de stabiliteit van het schrift. Het beeldscherm presenteert op een verstrooide wijze. We zien<br />

van alles tegelijkertijd en moeten daarin onze weg zien te vinden. Dat geldt ook, wanneer een<br />

beeldscherm eenvoudigweg een tekst presenteert. Naast de tekst zien we altijd de interface van de<br />

tekstverwerker of de browser met zijn statusbalken. Op het web geldt deze verstrooidheid in sterke<br />

mate, omdat we naast lezen en zien ook in meer gevallen moeten beslissen en handelen dan bij<br />

papierlezen het geval is. De hyperlink is hiervoor verantwoordelijk. Waar papier lineair informatie<br />

presenteert en de A4-tjes ons door een tekst navigeren, presenteert een webdocument veel informatie<br />

simultaan en zijn we vaak zelf verantwoordelijk voor ons navigeren door een document.<br />

De eigen aard van digitale documenten<br />

Van Driel concludeert dat een webdocument in elk geval aan drie karakteristieken zou moeten<br />

voldoen, wil het door een webbezoeker ‘gelezen’ worden:<br />

1. Overzichtelijkheid. Op de eerste plaats wil een webdocument informatie op een overzichtelijke<br />

wijze presenteren, zodat een bezoeker zich efficiënt kan oriënteren binnen het document.<br />

2. Transparantie. Vervolgens biedt een webdocument aan een bezoeker de mogelijkheid om zelf te<br />

beslissen of de informatie voor hem van belang is.


Hoofdstuk 3 Nieuwsoverdracht via krant, web en e-mail<br />

3. Vraaggerichtheid. Ten slotte presenteert een webdocument informatie die aansluit op de behoefte<br />

van een bezoeker.<br />

Overzichtelijkheid<br />

Beeldschermlezers willen een hel<strong>der</strong> overzicht hebben van de inhoud die in een webdocument wordt<br />

aangeboden, zodat een bezoeker zich op efficiënte wijze kan oriënteren op de gepresenteerde<br />

informatie. Overigens geldt dit ook steeds meer voor de papierlezers. Papieren teksten en<br />

webdocumenten gaan op dit punt op elkaar lijken. De literatuur is unaniem in de constatering dat je<br />

een hel<strong>der</strong> overzicht van inhouden verkrijgt via vier procedures:<br />

segmenteren van informatie<br />

<br />

kernwoorden<br />

<br />

opsommingen<br />

<br />

korte regels <br />

Segmenteren van informatie<br />

Op het Web segmenteren we de informatie in tekstblokken die met een witregel van elkaar zijn<br />

on<strong>der</strong>scheiden. Dergelijke tekstblokken vormen de primaire bouwstenen van een overzichtelijke<br />

schermpagina.<br />

De optimale lengte van een tekstblok blijk je te kunnen relateren aan de beeldschermlengte.<br />

Algemeen wordt een verhouding van ongeveer 1:3 aangenomen: de lengte van een tekstblok moet<br />

ongeveer een<strong>der</strong>de van de beeldschermlengte bedragen. Bij de meest gebruikte beeldschermen van<br />

15 inch heeft een tekstblok <strong>der</strong>halve een lengte van ongeveer 10 regels.<br />

Kernwoorden<br />

Om snel een inhoudelijk overzicht te verkrijgen van informatie, zijn kernwoorden onontbeerlijk.<br />

Kernwoorden zijn inhoudswoorden die het behandelde aspect aanduiden. Ook hier is denken vanuit<br />

de gebruiker een voorwaarde om tot een goede keuze van kernwoorden te komen. Het is niet<br />

noodzakelijk om elk tekstblok van een kernwoord te voorzien, in de kantlijn of als tussenkop. Soms<br />

volstaat het vet maken of cursiveren van een woord binnen een tekstblok.<br />

Korte regels<br />

Ook bij de regellengte geldt een verhouding van ongeveer 1:3. Regels moeten een lengte hebben van<br />

een<strong>der</strong>de van de breedte van een beeldscherm.<br />

Transparantie<br />

Beeldschermlezers willen snel kunnen beslissen of bepaalde informatie voor hen van belang is. Een<br />

eerste voorwaarde hiervoor is dat de informatie overzichtelijk wordt aangeboden. In de vorige<br />

subparagraaf heb ik vier procedures beschreven die dit mogelijk maken. Naast overzicht moet een<br />

website een inhoudelijke kapstok bieden die het mogelijk maakt dat een beeldschermgebruiker snel<br />

kan beslissen of een document voor hem interessant is.<br />

De kapstok die het ons mogelijk maakt om snel het belang van een document in te schatten, vormen<br />

de kop en de lead, zoals we die ook bij een krantenartikel kennen.<br />

Vraaggerichtheid<br />

Beeldschermgebruikers verwachten dat de gepresenteerd informatie aansluit op hun vraag.


Hoofdstuk 3 Nieuwsoverdracht via krant, web en e-mail<br />

3.4 Een model voor de overdracht van nieuws via e-mail<br />

In het vorige on<strong>der</strong>deel is vanuit het profiel van de beeldschermlezer beredeneerd hoe de structuur en<br />

de vorm van digitale documenten ingevuld zouden moeten worden. Dit kan als inspiratie dienen voor<br />

het creëren van een model dat aangeeft hoe nieuwsoverdracht per e-mail eruit zou moeten zien.<br />

Naast vorm en structuur zijn er echter meer aspecten die om invulling vragen. Ik heb ervoor gekozen<br />

om de aspecten inhoud, structuur, vorm en gebruiksvriendelijkheid in mijn model te bespreken.<br />

Inhoud, structuur, vorm en stijl zijn de vier centrale aspecten van een tekst (San<strong>der</strong>s e.a.,1994:16).<br />

Omdat we bij nieuws per e-mail met teksten te maken hebben, wordt aandacht besteed aan de eerste<br />

drie aspecten. Aan het vierde aspect, stijl, wordt geen ver<strong>der</strong>e aandacht besteed omdat ervan uit<br />

wordt gegaan dat de ‘journalistieke stijl’ bij het brengen van nieuws gehanteerd wordt.<br />

Het on<strong>der</strong>deel ‘gebruiksvriendelijkheid’ is aan het lijstje toegevoegd. Interactie met de lezer is één van<br />

de kenmerkende eigenschappen van het web. De consument verwacht op het web een groot<br />

gebruikersgemak. Omdat ‘usability’ een e-mailkrant kan maken of breken, is dit aspect opgenomen in<br />

het model.<br />

In dit on<strong>der</strong>deel schets ik het model dat in theorie aangeeft hoe de overdracht van nieuws er via e-mail<br />

uit zou kunnen zien. In het vijfde hoofdstuk wordt dit theoretische model naast de praktijk gelegd.<br />

3.4.1 Inhoud<br />

De inhoud van een tekst kan op verschillende manieren worden beschreven. Allereerst heeft een tekst<br />

een bepaalde thematiek. Bij een e-mailkrant gaat het om (algemeen) nieuws. Daarnaast zijn teksten in<br />

te delen in zogenaamde inhoudselementen. Dit zijn elementen in de tekst die inhoudelijke aspecten<br />

on<strong>der</strong>scheiden. Een inhoudelijk aspect kan een zin, een alinea of een paragraaf zijn, maar ook een<br />

naam van de afzen<strong>der</strong> van een e-mailkrant. Per inhoudselement wordt aangeven hoe dit element<br />

ingevuld zou moeten worden.<br />

Naam afzen<strong>der</strong><br />

Als een e-mail in de ‘inbox’ verschijnt, zijn - zon<strong>der</strong> deze e-mail te openen - drie velden te zien. Dat<br />

zijn de naam van de afzen<strong>der</strong>, het ‘subject’ (of on<strong>der</strong>werp) van de e-mail en de grootte van de e-mail<br />

(hoeveel bytes de e-mail in beslag neemt). Op basis van die drie velden maakt de ontvanger de keuze<br />

een e-mail al dan niet te lezen.<br />

In de naam van de afzen<strong>der</strong> moet al worden duidelijk gemaakt dat het om een e-mailkrant gaat.<br />

Daardoor hoeft dit niet meer in de on<strong>der</strong>werpsregel vermeld te worden. Deze regel kan vervolgens<br />

gebruikt worden om de eigenlijke inhoud van het nieuws aan te geven.<br />

Informatie in de “Subject line”<br />

Een e-mailkrant heeft een inhoudelijke hea<strong>der</strong>. Zoals hiervoor al werd vermeld, zijn de afzen<strong>der</strong> en<br />

on<strong>der</strong>werpsregel zeer belangrijk. In de on<strong>der</strong>werpsregel moet de inhoud van het belangrijkste nieuws<br />

worden aangegeven (bijvoorbeeld ‘VS beginnen oorlog tegen Irak’). De nieuwsconsument is immers<br />

op zoek naar nieuws en wil zo snel mogelijk weten wat de inhoud van dat nieuws is.


Hoofdstuk 3 Nieuwsoverdracht via krant, web en e-mail<br />

De naam van de e-mailkrant<br />

Welke naam voor nieuws per e-mail wordt gehanteerd - e-mailkrant, nieuwsbrief, e-letter, nieuws per<br />

e-mail - doet niet ter zake. De eigen naam die de nieuwsaanbie<strong>der</strong> eraan verbindt, dient consequent<br />

te worden gehanteerd en moet duidelijk aangeven welk type nieuws verwacht kan worden. Ver<strong>der</strong><br />

kunnen de volgende aanwijzingen voor het kiezen van een naam gegeven worden:<br />

De naam moet aansprekend zijn en het liefst een gezicht krijgen. Op de homepage van de<br />

nieuwsuitgever moet de reclame voor de nieuwsbrief echter wel begrijpelijk zijn. Als je gaat<br />

adverteren on<strong>der</strong> ‘IndyNews’ weet in eerste instantie niemand waar je het over hebt.<br />

Je moet er rekening mee houden dat er op een later moment meer (specialistische)<br />

nieuwsbrieven bij kunnen komen. Wanneer met een algemene e-mailkrant wordt gestart, moet dat<br />

algemene karakter eruit spreken. De namen moeten duidelijke aangeven om welk type nieuws het<br />

gaat.<br />

Er moet met een steeds uniforme naam naar de nieuwsbrief verwezen worden.<br />

Nieuws op maat<br />

Het gemak van ‘customization’ is hét grote voordeel van Internet boven de papieren krant. E-mail is<br />

het medium bij uitstek dat gebruikt wordt voor één-op-één communicatie. Nieuws per e-mail moet dan<br />

ook op maat aangeboden worden. Wanneer de consument bang is zaken te missen, dan moet deze<br />

er altijd voor kunnen kiezen het gehele nieuwsaanbod te ontvangen. Met het toevoegen van een<br />

rubriek ‘Top Stories’, welke elke nieuwsconsument ook bij nieuws-op-maat sowieso moet ontvangen,<br />

vermijdt je het probleem van ‘het missen van belangrijk nieuws.’<br />

Personalisatie<br />

Dit betekent dat de techniek de inhoud van het bericht aanpast op basis van het profiel van de<br />

consument. In het gebruik hiervan schuilen enkele gevaren. Het is namelijk niet de consument die<br />

aangeeft wat de inhoud van een boodschap wordt, maar ‘de computer’ die op basis van een profiel die<br />

keuze maakt. (Opzettelijk) foutief ingevulde profielgegevens kan irrelevante informatie opleveren.<br />

Personalisatie kan om deze reden beter vermeden worden.<br />

Type artikelen<br />

In de journalistiek worden verschillende typen artikelen geschreven. De meest voorkomende genres<br />

zijn het nieuwsbericht, het nieuwsverslag, het nieuwsverhaal, het interview, het achtergrondverhaal,<br />

de nieuwsanalyse, de reportage, de persoonsbeschrijving, de recensie, het opinieverhaal, het<br />

commentaar en de column.<br />

De nieuwsconsument die zich op nieuws per e-mail richt, is op zoek naar actueel, hard en kort nieuws.<br />

An<strong>der</strong>e media (waaron<strong>der</strong> de krant en het web) lenen zich immers beter voor uitgebrei<strong>der</strong>e<br />

berichtgeving. Analyses en achtergrondverhalen zullen wellicht niet zo in trek zijn. Het beste kan de emailkrant<br />

nieuwsberichten bevatten. Nieuws per e-mail moet daarnaast vooral richten op urgent /<br />

breaking nieuws.<br />

Promotionele informatie / Advertenties<br />

Wanneer er promotionele informatie – zij het voor eigen producten of voor <strong>der</strong>den - wordt<br />

aangeboden, die aansluit bij de interesses van de lezer, kan dit zelfs als waardevolle informatie<br />

worden beschouwd. Dit pleit ervoor promotionele informatie alleen gepersonaliseerd / customized aan<br />

te bieden. Echter, als het teveel plaats inneemt, kan het voor irritatie zorgen bij de lezer, die de<br />

nieuwsbrief voor het inhoudelijke nieuws leest. Advertenties kunnen direct inkomsten opleveren, en<br />

zullen vooral bij een customized product min<strong>der</strong> irritatie opleveren. Wanneer men overgaat naar een<br />

betaald model, kunnen advertenties achterwege blijven.<br />

Wanneer er voor advertenties wordt gekozen, moet het on<strong>der</strong>scheid tussen advertenties en<br />

redactionele inhoud heel duidelijk worden aangegeven.


Hoofdstuk 3 Nieuwsoverdracht via krant, web en e-mail<br />

Doorsturen e-mail<br />

‘Viral marketing’ - het van mond op mond reclame maken - kan goed werken bij e-mail. We gebruiken<br />

e-mail immers het vaakst om te communiceren met vrienden en collega’s. Het is dan ook aan te raden<br />

in de e-mail een link toe te voegen, waarin wordt verzocht vrienden en collega’s ook op de hoogte te<br />

brengen van de e-mailservice. Ook moet dan in de e-mail vanzelfsprekend uitgelegd worden, hoe de<br />

lezer zich aan kan melden voor de nieuwsservice.<br />

Feedback<br />

Het interactieve karakter van e-mail moet maximaal worden benut. Nergens is de drempel tussen<br />

redactie en nieuwsconsument lager dan bij nieuwsoverdracht via e-mail. Daarom moet steeds<br />

duidelijk zijn waar de lezer met vragen en opmerkingen - technisch en inhoudelijk - heen kan.<br />

Wanneer deze link wordt aangeboden, moet de redactie ook snel op vragen reageren. Het aanbieden<br />

van zo’n e-mail-link brengt dus wel het nodige werk met zich mee. Een slechte service door een trage<br />

/ geen reactie veroorzaakt meer schade, dan dat het goed doet.<br />

Grootte van de e-mail (in kB)<br />

De omvang van de e-mailkrant moet beperkt blijven. Veel e-mailgebruikers ontvangen dagelijks een<br />

overvloed aan e-mail, terwijl zij slechts over beperkte opslagruimte beschikken. Een erg ‘zware’<br />

nieuwsbrief die veel ruimte in beslag neemt, kan voor irritatie zorgen. Door de dagelijkse frequentie<br />

vormt de e-mailkrant een grote belasting op de mailbox van de ontvanger. De e-mail mag daarom niet<br />

meer dan 50 kB in beslag nemen.<br />

3.4.2 Structuur<br />

De structuur van een tekst kan worden gedefinieerd als ‘de wijze waarop de inhoudselementen zijn<br />

geordend en met elkaar in verband worden gebracht.’<br />

Inleiding<br />

Vanwege de dagelijkse frequentie is een inleiding overbodig. De lezer hoeft er niet elke dag aan<br />

herinnerd te worden waar de e-mailkrant in het algemeen over gaat. Een inleiding in de vorm van een<br />

persoonlijke begroeting, kan een meerwaarde zijn.<br />

Vanzelfsprekend heeft de e-mailkrant wel een datum en een titel en wordt de frequentie van<br />

verschijnen vermeld.<br />

Inhoudsopgave<br />

Een e-mailkrant moet starten met een inhoudsopgave die de inhoud kort aangeeft. Hierop kan de<br />

lezer snel ‘scannen’ of er iets van zijn interesse bij zit. Zoals uit het profiel van de beeldschermlezer<br />

blijkt, wil deze vooral snel in kunnen schatten of de geboden informatie voor hen relevant is.<br />

Opsommingen zijn hierbij nuttig.<br />

Als er voor de inhoudsopgave een menu met rubrieken wordt gekozen, moet wel duidelijk zijn of je<br />

door te klikken je slechts naar een an<strong>der</strong>e positie binnen de e-mail navigeert of dat je je naar de<br />

website begeeft. Als er binnen de nieuwsbrief wordt gesprongen, zou je ook weer via een interne<br />

hyperlink naar het begin van de nieuwsbrief terug moeten kunnen gaan.<br />

Nieuws in rubrieken<br />

In de e-mailkrant moet het nieuws in een overzichtelijke indeling van rubrieken gepresenteerd worden.<br />

De e-mailkrant heeft een vaste structuur met vaste on<strong>der</strong>delen, zodat de lezer snel weet welke items<br />

voor hem interessant zijn en de relevante thema’s er direct uit kan halen. Het segmenteren van de<br />

geboden informatie en het gebruik van kernwoorden komen de overzichtelijkheid van een digitaal<br />

document ten goede. De nieuwsconsument is bovendien gewend - via krant en televisie - het nieuws<br />

in verschillende rubrieken aangeboden te krijgen.


Hoofdstuk 3 Nieuwsoverdracht via krant, web en e-mail<br />

Daarbij is het niet wenselijk dat de nieuwsbrief erg lang wordt. Oneindig veel nieuwscategorieën<br />

aanbieden, kan dan ook niet. Er zal een afweging gemaakt moeten worden, voor welke thema’s er<br />

voldoende nieuws voorhanden is en over welke thema’s de lezers geïnformeerd willen worden. Het<br />

aanbieden van een ‘nieuws op maat’, lost dit probleem op.<br />

Lengte van de mail<br />

Nieuws per e-mail moet kort en bondig zijn: de lengte mag niet langer zijn dan circa drie schermen.<br />

Nieuws via e-mail moet vooral kort en actueel zijn. Wie meer informatie wil, kijkt op het web. Wie<br />

achtergronden zoekt, zal de krant lezen.<br />

Veel e-mails en nieuwsbrieven verdwijnen ongeopend de prullenbak in. De ‘open rate’ (aantal<br />

abonnees die e-mail openen gedeeld door aantal e-mails die succesvol bezorgd worden) is nogal<br />

variabel (de ‘open rate’ kan varieren van 25% to 75% of hoger), en ligt vaak rond de 50 of 60%<br />

(Jennings, 2002).<br />

Als ze al geopend worden, blijkt uit on<strong>der</strong>zoek dat nieuwsbrieven zeer kort gelezen worden. Lezers<br />

besteden gemiddeld 30 seconden tot 3 minuten aan een e-mail nieuwsbrief (Goodwin, 2002). Te<br />

lange nieuwsbrieven zijn dan ook niet erg aantrekkelijk voor de lezer.<br />

Hyperlinks<br />

Het doorlinken van het korte artikel in de e-mail naar het volledige artikel op de website, moet<br />

makkelijk verlopen. Dit betekent dat er altijd twee hyperlinks zijn: de kop van het artikel en een<br />

toevoeging aan het eind van het artikel (‘lees ver<strong>der</strong>”). Wanneer er foto’s of geluidsfragmenten aan<br />

een artikel zijn toegevoegd, kunnen ook deze tot hyperlink worden gemaakt.<br />

De linknamen van de overige hyperlinks moeten duidelijk en concreet worden geformuleerd. Een<br />

slecht gekozen formulering is bijvoorbeeld ‘Klik hier om je af te melden’. Het beste is een link te<br />

maken van het belangrijkste woord. ‘Afmelden’ of ‘Wilt u zich afmelden?’, zou beter zijn.<br />

Weergave artikel<br />

De inhoud van een artikel kan op drie manieren worden weergegeven:<br />

Als compleet artikel<br />

<br />

Als kop met een korte tekst (lead) en link<br />

<br />

Enkel koppen, die als link functioneren<br />

<br />

Een combinatie van de drie opties<br />

<br />

Artikelen moeten als kop & lead weergegeven worden. De beeldschermlezer wil snel weten of een<br />

artikel relevant is. Enkel een kop geeft te weinig informatie, een geheel artikel neemt te veel ruimte in<br />

beslag.<br />

Vervolgens kun je je afvragen, wat je ‘weg gaat geven’ in de lead? Wil je dat de lezer moet<br />

doorklikken naar de website om de essentie van het verhaal te begrijpen? Of moet de lead in de<br />

nieuwsbrief juist al het belangrijke nieuws bevatten? Als in de e-mail een an<strong>der</strong>e lead gebruikt wordt<br />

dan op de website, hoeft de lezer niet twee maal hetzelfde te lezen. Dit brengt echter meer werk met<br />

zich mee voor de nieuwsuitgever.<br />

Tijdstip van bezorging<br />

In principe zou de e-mailkrant op elk moment van de dag bezorgd moeten kunnen worden, zodra er<br />

belangrijk nieuws is. Idealiter kan de nieuwsconsument zelf kiezen op welk moment deze de emailkrant<br />

wenst te ontvangen, zoals Reuters en BBC doen. De consument kan dan zelf bepalen wat<br />

voor hem de meest geschikte tijd is om de e-mailkrant te lezen.


Hoofdstuk 3 Nieuwsoverdracht via krant, web en e-mail<br />

Omdat de e-mailkrant als complementair medium moet worden gezien, is het aan te raden de emailkrant<br />

vroeg op de dag (vóór 08:00 in de ochtend) te verzenden, zodat het korte en actuele<br />

karakter optimaal tot uitdrukking komt. Voordat met werken wordt begonnen, moet de lezer even snel<br />

het nieuws van vandaag door kunnen nemen. Hierbij geldt maximaal een marge van 15 minuten voor<br />

de verzendtijd – de e-mailkrant kan dus van 7:45 en 8:15 verzonden worden – maar niet langer. De<br />

lezer moet, net als bij een gewone krant – er zekerheid over hebben wanneer de krant in de bus ligt.<br />

Wellicht levert dit logistieke problemen op en extra werk. Echter, wanneer de e-mailkrant een betaalde<br />

service wil / zal worden, is dit onvermijdelijk.<br />

De verschijningsfrequentie<br />

Wanneer het om breed en algemeen nieuws gaat - zoals dit ook in de krant verschijnt - is een<br />

dagelijkse frequentie het meest geschikt. Daarbij moet het voor de lezer duidelijk zijn, wat on<strong>der</strong><br />

‘dagelijks’ wordt verstaan: maandag tot en met vrijdag, zaterdag ook, of de gehele week?<br />

E-mail leent zich daarnaast uitstekend voor het brengen van urgent of ‘breaking’ nieuws. Op deze<br />

kracht moet dan ook worden ingezet.<br />

Promotie op homepage<br />

Op de homepage van de nieuwsaanbie<strong>der</strong> moet opvallend, duidelijk en op een eenduidige manier<br />

naar de e-mailkrant verwezen worden. Dit moet niet alleen in de vorm van een geschreven link<br />

gebeuren, maar ook met behulp van buttons/ banners. De lezer hoeft niet te scrollen om de link te<br />

zien.<br />

Wanneer de krant meer<strong>der</strong>e e-mailkranten aanbiedt, moeten deze samen worden gepresenteerd. Op<br />

de homepage wordt één link naar ‘nieuws per e-mail’ aangeboden. On<strong>der</strong> deze button zijn alle emailkranten<br />

samen te vinden. De lezer geeft één maal zijn gegevens en vinkt vervolgens aan welke emailkranten<br />

hij / zij wenst te ontvangen.<br />

3.4.3 Vorm<br />

Met de vorm van de tekst wordt de lay-out, oftewel het uiterlijk van de e-mailkrant bedoeld. Hierbij<br />

gaat het om de opmaak van de e-mailkrant: gebruik van kolommen, lettertype, uitlijnen van de tekst,<br />

het gebruik van ‘wit’ en kleur, grafische tekens, de wijze waarop informatie is vormgegeven.<br />

Beeld en geluid<br />

Een e-mailkrant met (stilstaand) beeldmateriaal oogt aantrekkelijker, dan een e-mailkrant met enkel<br />

tekst. Echter, de e-mailkrant mag niet te ‘zwaar’ worden (niet teveel kB in beslag nemen). Grafieken<br />

moeten iets wezenlijks toevoegen aan het artikel, of an<strong>der</strong>s bewaard worden voor op de website. Eén<br />

à twee grote foto’s, of vijf à zes kleinere, lijkt een goede aanwijzing voor de hoeveelheid.<br />

In theorie kan ook bewegend beeld en geluid aan de e-mailkrant worden toegevoegd. Echter, met de<br />

huidige stand van de techniek wordt de e-mail in dat geval te traag. Bovendien is het resultaat min<strong>der</strong><br />

voorspelbaar vanwege verschillen in schermgroottes, resolutie en de benodigde software om het<br />

materiaal te bekijken / beluisteren. Natuurlijk kan wel via hyperlinks naar audiovisuele elementen op<br />

de website worden gewezen.<br />

Kolommen<br />

Op een beeldscherm zijn we ingesteld op verticaal lezen. Artikelen kunnen beter on<strong>der</strong> elkaar worden<br />

weergegeven. Dit geeft ook een overzichtelijk beeld. De breedte van de e-mailkrant mag hierbij niet te<br />

groot zijn, zodat de lezer niet horizontaal hoeft te scrollen.


Hoofdstuk 3 Nieuwsoverdracht via krant, web en e-mail<br />

Formaat<br />

De e-mailkrant moet te lezen zijn door verschillende e-mailprogramma’s. Vaak krijgt de lezer de keuze<br />

hoe hij de e-mailkrant in zijn mailbox wil zien verschijnen. De meest gebruikelijke keuze is tussen<br />

platte tekst en HTML. Platte tekst betekent dat het document eruit ziet als een .txt document. Er is<br />

geen tekstopmaak, er zijn geen plaatjes aanwezig. Hierbij is géén gebruik van markeringen, kleuren<br />

en illustraties mogelijk. Voordeel voor de lezer is dat het bestand erg klein is. Nadeel voor de<br />

aanbie<strong>der</strong> is dat bijvoorbeeld dat ‘Click Through Rates’ (CTR) moeilijker meetbaar zijn. Ook in platte<br />

tekst is de CTR wel meetbaar, maar moet de hele (soms lange en lelijke) URL in de tekst opgenomen<br />

worden.<br />

Bij een HTML-versie kan wel gebruik worden gemaakt van markeringen, kleuren en illustraties kan de<br />

Click Through Rate in theorie makkelijk berekend worden. Binnen de HTML-versie is te kiezen voor<br />

een online of een offline versie. HTML online wil zeggen dat de plaatjes niet meegestuurd worden met<br />

de mail, maar worden tijdens het lezen opgehaald van de server. HTML offline wil zeggen dat de<br />

plaatjes wel worden meegestuurd. Dit maakt het e-mailbestand wel zwaar<strong>der</strong>.<br />

De keuze voor de ene of de an<strong>der</strong>e versie, hangt van persoonlijke voorkeur af, maar ook van<br />

technische randvoorwaarden.<br />

Een groep kan HTML zon<strong>der</strong> technische problemen ontvangen, maar geeft toch de voorkeur aan<br />

kale tekst. Ze prefereren een simpele lay-out en een klein bestand. An<strong>der</strong>en hechten juist veel<br />

waarde aan mooie opmaak en kiezen voor HTML.<br />

Het gebruikte mailprogramma on<strong>der</strong>steunt geen HTML. HTML-mail kan simpelweg niet gelezen<br />

worden.<br />

Na het binnenhalen van de mail, wordt de internetverbinding weer gesloten. HTML offline is dan<br />

de meest gebruikelijke keuze. Echter, hiermee vervalt wel een wezenlijk deel van de e-mailkrant,<br />

het webgedeelte.<br />

Gezien deze afwegingen moet nieuws per e-mail zowel in HTML-online als in ‘platte tekst’ worden<br />

aangeboden. Dit om een zo breed mogelijke service te bieden. Als blijkt dat bijna geen lezer zich voor<br />

één van de versies inschrijft, zou slechts één formaat aangeboden kunnen worden. Het aanbieden<br />

van een HTML-offline versie heeft weinig zin, aangezien de e-mailkrant zijn bestaansrecht met name<br />

ontleent aan de verbinding met het web.<br />

3.4.4 Gebruiksvriendelijkheid<br />

Naast de elementen inhoud, structuur en vorm, is ook het aspect ‘gebruiksvriendelijkheid’ van belang.<br />

Gebruiksvriendelijkheid wordt hier in beperkte zin gebruikt. Zo is bijvoorbeeld on<strong>der</strong>zocht hoe<br />

registratie en administratie verlopen en vermeld of er een voorbeeldversie bij aanmelding voor handen<br />

is. De gebruiksvriendelijkheid van de e-mailkrant zelf (hoe makkelijk navigeert de pagina) is echter niet<br />

geanalyseerd.<br />

Registratiegegevens<br />

De bereidheid om te betalen voor nieuws via internet is laag (Donatello, 2002). Het verzamelen van<br />

consumentengegevens is één van de doelen die met het brengen van nieuws via e-mail bereikt kan<br />

worden. Hiervoor gelden dan de eisen van ‘symmetry of knowledge’ en ‘symmetry of income’: de<br />

consument wenst te weten waarom en waarvoor de uitgever bepaalde informatie nodig heeft<br />

(‘symmetry of knowledge) en zal zijn toestemming daarvan afhankelijk maken. Aan de an<strong>der</strong>e kant zal<br />

hij slechts bereid zijn toe te laten dat er informatie over hem verzameld wordt in zover hij weet dat hij<br />

daar zelf ook beter van wordt. Zo zal de lezer niet aanvaarden dat zijn gegevens betalend worden<br />

doorgegeven aan <strong>der</strong>den zon<strong>der</strong> dat hij hiervoor een an<strong>der</strong>e compensatie krijgt (‘symmetry of<br />

income’).<br />

Nieuwsuitgevers willen bijvoorbeeld adresgegevens om deze te gebruiken voor het werven van<br />

‘papieren abonnees’. Hierbij geldt wel: hoe meer gegevens gevraagd worden hoe groter de kans dat<br />

de lezer afhaakt. Hij vindt het teveel moeite of wil deze gegevens niet kwijt. Mogelijk worden ook –<br />

omwille van privacy-issues - foutieve gegevens ingevoerd.


Hoofdstuk 3 Nieuwsoverdracht via krant, web en e-mail<br />

Bij aanmelding kan om profielgegevens als leeftijd en geslacht en niet om adresgegevens worden<br />

gevraagd. Dit om de lezer niet af te schrikken. Vervolgens kunnen in latere versies van de e-mailkrant<br />

aanbiedingen worden gedaan - een weekje gratis de krant of iets <strong>der</strong>gelijks - waarbij de lezer meer<br />

geneigd zal zijn om NAWTE gegevens door te geven. Daarbij is de ‘symmetry of knowledge and<br />

income’ duidelijker.<br />

Administratief moet de relatie uitgever - consument een stuk eenvoudiger verlopen. De consument<br />

moet zichzelf als het ware administreren door zijn adresgegevens, de samenstelling van zijn eproduct(en)<br />

en de frequentie waarmee ze bezorgd worden on line in te geven en te controleren.<br />

Inlogmodule website<br />

Nieuwsconsumenten zullen zich in de toekomst steeds meer aan moeten melden bij een site om hier<br />

(volledige) toegang tot te krijgen. Deze procedure moet eenvoudig zijn en extra services, zoals nieuws<br />

via e-mail, moeten on<strong>der</strong> deze inlogmodule vallen, zodat de consument zich slechts één keer hoeft<br />

aan te melden.<br />

Het bevor<strong>der</strong>t het gebruikersgemak van de consument om zich eenmaal te registreren en daarna tot<br />

alle extra services toegang te hebben.<br />

Meer<strong>der</strong>e versies<br />

Het is afhankelijk van het budget van de uitgever of deze meer<strong>der</strong>e versies aan kan bieden. Het lijkt<br />

verstandig met een algemene versie te komen en vervolgens eventueel uit te breiden met<br />

gespecialiseerde en / of '‘customized” versies.<br />

Voorbeeldversie<br />

Het moet de consument volledig duidelijk zijn, wat hij kan verwachten als hij zich intekent om nieuws<br />

per e-mail te ontvangen. Bij aanmelding moet dus altijd een (recent) voorbeeld voor handen zijn.<br />

Single versus double opt in<br />

De nieuwsuitgever moet gebruik maken van single opt-in. Bij double opt-in moet de consument na<br />

aanmelding nogmaals zijn inschrijving per e-mail bevestigen. Het nadeel hiervan is dat sommige<br />

lezers die zich in eerste instantie wel aanmeldden niet reageren op je verzoek om een bevestigingse-mail<br />

en dus geen abonnee worden. Geschat wordt dat dit percentage rond de 20 procent ligt.<br />

Het voordeel van double opt-in is dat je gegarandeerd een geïnteresseerd lezerspubliek hebt waarvan<br />

je zeker bent dat zij echt je nieuwsbrief willen ontvangen. Bovendien zijn beschuldigingen van ‘spam’<br />

veel moeilijker hard te maken. Echter deze voordelen wegen niet op tegen de nadelen van verloren<br />

lezers en de voor de consument meer ingewikkelde aanmeldprocedure. Daarom kan het best voor<br />

single opt-in worden gekozen.<br />

Bij single opt-in moet in de welkomst-mail duidelijk worden aangegeven hoe de afmeldprocedure<br />

werkt. Daarbij moet altijd gebruik worden gemaakt van een password dat in de welkomstmail wordt<br />

meegezonden. In het geval van misbruik (iemand an<strong>der</strong>s tekent je voor de service in) kan met behulp<br />

van het password de intekening direct weer ongedaan worden gemaakt.<br />

Betaald versus gratis<br />

De bereidheid om te betalen voor nieuws via Internet is vooralsnog erg klein. Het is aan te raden om<br />

nieuws aan te bieden in ruil voor profielgegevens. Unieke content - die niet el<strong>der</strong>s gratis te krijgen is -<br />

en waar veel vraag naar is, zou mogelijk in de toekomst betaald kunnen worden aangeboden.


Hoofdstuk 3 Nieuwsoverdracht via krant, web en e-mail<br />

Aan- en afmelden<br />

Informatie over aan- en afmelden moet in elke uitgave van de e-mailkrant staan en makkelijk uit te<br />

voeren zijn. Bovendien moet dat proces automatisch verlopen. In elke editie van de e-mailkrant<br />

worden duidelijk de verschillende opties gepresenteerd. Zoals bijvoorbeeld: Aanmelden – (Tijdelijk)<br />

Afmelden – Mijn gegevens – Contact.<br />

Van elke mutatie die de lezer heeft doorgegeven, moet hij per e-mail een bevestiging krijgen.<br />

Wanneer ik mij aanmeld, wil ik daar per e-mail een bevestiging van zien. Zo ook wannneer ik mij<br />

afmeld. Bovendien moet in dat laatste bericht ook staan hoe ik mij weer aan kan melden en word ik<br />

naar de reden van mijn afmelding gevraagd.<br />

Omdat de frequentie erg hoog is, moet het zeer makkelijk zijn om je af te melden voor de service, ook<br />

tijdelijk. Wanneer de nieuwsconsument bijvoorbeeld op vakantie gaat, moet deze voor een bepaalde<br />

tijd het abonnement stop kunnen zetten. Je voorkomt hiermee dat mensen zich uitschrijven, zodat je<br />

ze kwijt bent als abonnee. Na de aangegeven periode wordt de nieuwsbrief weer bezorgd, zon<strong>der</strong> dat<br />

de ontvanger eraan hoeft te denken zijn abonnement te activeren. De nieuwsconsument moet zijn<br />

eigen gegevens en voorkeuren via het web kunnen administreren.<br />

Privacy policy<br />

Het moet duidelijk zijn wat er met de gegevens van de nieuwsconsument gebeurt. Voordat de<br />

gegevens worden verwerkt moet de klant een duidelijke privacy policy on<strong>der</strong> ogen krijgen. Deze<br />

informatie hoeft slechts één maal, bij aanmelding, gegeven te worden.<br />

Administratie gegevens<br />

E-mailadressen en voorkeuren kunnen veran<strong>der</strong>en. De nieuwsconsument moet niet afhankelijk zijn<br />

van de organisatie voor het administreren van zijn gegevens. De klant moet dit zelf in handen hebben.<br />

De nieuwsconsument moet op elk moment zijn eigen gegevens en voorkeuren kunnen wijzigen.<br />

Het bovenstaande model geeft aan hoe vanuit de theorie de overdracht van nieuws via e-mail plaats<br />

zou moeten vinden. In het volgende hoofdstuk wordt gekeken hoe het nu werkelijk in de praktijk<br />

gebeurt. Ook komt de gebruiker – de nieuwsconsument – aan het woord.


Hoofdstuk 4 Empirisch on<strong>der</strong>zoek<br />

4 Empirisch on<strong>der</strong>zoek<br />

4.1 Inleiding<br />

In dit hoofdstuk - waarin het praktische deel van het on<strong>der</strong>zoek wordt beschreven – wordt duidelijk wat<br />

de status quo is op het gebied van nieuwsoverdracht via e-mail. Dit hoofdstuk belicht door middel van<br />

twee praktische on<strong>der</strong>zoeken de drie componenten van communicatie: de zen<strong>der</strong>, het bericht en de<br />

ontvanger.<br />

Door middel van een beschrijvende inventarisatie van vierentwintig e-mailkranten wordt duidelijk hoe<br />

het bericht er in dit medium- nieuws per e-mail - er in de praktijk uit ziet. Dit kwalitatieve on<strong>der</strong>zoek<br />

geeft inzicht in het bericht en in de aanbodzijde.<br />

Het gebruikerson<strong>der</strong>zoek, een enquête on<strong>der</strong> de lezers van de e-mailkrant van het Eindhovens<br />

Dagblad, geeft inzicht in de vraagzijde. Door deze on<strong>der</strong>zoeksmethoden te combineren, komen alle<br />

elementen in het communicatieproces: zen<strong>der</strong>, boodschap en ontvanger, aan bod.<br />

Kwalitatief on<strong>der</strong>zoek; analytische procedure<br />

Het eerste on<strong>der</strong>zoek is kwalitatief van aard. De inventarisatie geeft de ‘status quo’ aan op het gebied<br />

van nieuws via e-mail. Een gedetailleerde bijschrijving van een groot aantal binnen- en buitenlandse<br />

e-mailkranten geeft inzicht in het bericht. Ook wordt duidelijk welke doelen de zen<strong>der</strong> bij het brengen<br />

van nieuws via e-mail heeft.<br />

Kwantitatief on<strong>der</strong>zoek: enquête<br />

Door het uitvoeren van een gebruikerson<strong>der</strong>zoek komen de voorkeuren en lezersdoelen van de lezers<br />

tot uitdrukking. Tegelijk wordt duidelijk welke inhoud, structuur en vorm lezers prefereren als het gaat<br />

om het brengen van nieuws via e-mail.<br />

De uitkomsten van deze on<strong>der</strong>zoeken, worden in het vijfde hoofdstuk naast het theoretische model<br />

gelegd. Ziet nieuwsoverdracht via e-mail er in de praktijk net zo uit als het model dat ik vanuit de<br />

theorie heb ontwikkeld?<br />

4.2 Analyse e-mailkranten<br />

In dit on<strong>der</strong>zoek zijn vierentwintig e-mailkranten gedetailleerd beschreven. Hieruit volgt hoe<br />

nieuwsoverdracht via e-mail ‘vandaag de dag’ verloopt. Deze resultaten, uit de praktijk, worden - in het<br />

vijfde hoofdstuk - naast de theoretische conclusies gelegd.<br />

4.2.2 Opzet on<strong>der</strong>zoek<br />

Eerst wordt het proces van selectie van de beschreven e-mailkranten toegelicht. Daarna volgt de<br />

uiteindelijke beschrijving van de vierentwintig geselecteerde e-mailkranten.<br />

Het aanbod<br />

Het is niet mogelijk om alle e-mailkranten te beschrijven en dus is er een steekproef uit dit totale<br />

aanbod genomen. Eerste vereiste om een goede steekproef te kunnen samenstellen, is om een<br />

overzicht te hebben van de totale ‘populatie’, oftewel het volledige aanbod van e-mailkranten. Dit is<br />

echter een onmogelijke opgave. Het aantal nieuwsaanbie<strong>der</strong>s op het Web is enorm en steeds meer<br />

van hen bieden nieuws via e-mail.


Hoofdstuk 4 Empirisch on<strong>der</strong>zoek<br />

Om een representatieve en hanteerbare steekproef samen te stellen, zijn de volgende vier criteria<br />

gehanteerd:<br />

a. De e-mailkrant is afkomstig van een ‘algemene nieuwsaanbie<strong>der</strong>’.<br />

b. De e-mailkrant is afkomstig van een Ne<strong>der</strong>landse of buitenlandse nieuwsaanbie<strong>der</strong><br />

c. Van de Ne<strong>der</strong>landse e-mailkranten met algemeen nieuws, worden ook enkele regionale en<br />

wat kleinere aanbie<strong>der</strong>s geanalyseerd<br />

d. Van de buitenlandse e-mailkranten wordt enkel een selectie van de nieuwsbrieven van de<br />

meest bekende en /of grootste kranten / rtv-stations geanalyseerd<br />

Hieron<strong>der</strong> volgt een toelichting op elk van deze criteria.<br />

a. De nieuwsbrief is afkomstig van een ‘algemene nieuwsaanbie<strong>der</strong>’.<br />

Hieron<strong>der</strong> vallen nieuwsbrieven afkomstig van kranten, radio- en tv stations en algemene<br />

nieuwsaanbie<strong>der</strong>s. Ook nieuwsaanbie<strong>der</strong>s die puur op Internet opereren en geen equivalent binnen<br />

één van de traditionele media hebben, worden meegenomen in de analyse (denk bijvoorbeeld aan<br />

Sapenda).<br />

b. De e-mailkrant is afkomstig van een Ne<strong>der</strong>landse of buitenlandse nieuwsaanbie<strong>der</strong><br />

Ik heb duidelijk een keuze gemaakt om in de analyse over de landsgrenzen heen te kijken.<br />

Nieuwsbrieven uit België, Engeland, Canada, Israël en Amerika zijn eveneens bekeken. De<br />

belangrijkste beperking hierbij is taal. Alleen de nieuwsbrieven in een taal die ik goed (Engels en<br />

Ne<strong>der</strong>lands) beheers, zijn meegenomen in de inventarisatie.<br />

c. Van de Ne<strong>der</strong>landse nieuwsbrieven met algemeen nieuws, worden ook de regionale en wat<br />

kleinere aanbie<strong>der</strong>s geanalyseerd<br />

De nieuwsbrieven van grote titels als De Volkskrant en Trouw zijn beschreven. Maar ook<br />

nieuwsbrieven als die van de Groninger Internet Courant (GIC) en het Rotterdams Dagblad zijn<br />

bekeken. Dit om een zo goed mogelijk beeld van het aanbod van Ne<strong>der</strong>landse nieuwsbrieven te<br />

krijgen. Nieuwsbrieven met een te klein publiek of onprofessionele opzet waaruit na aanmelding bleek<br />

dat er weinig zinvols uit te leren viel (de nieuwsbrief van de Dedemsvaartse Courant en bijvoorbeeld<br />

de nieuwsbrief van RTV Rijnmond), zijn buiten beschouwing gelaten.<br />

De nadruk bij de Ne<strong>der</strong>landse nieuwsbrieven, ligt op de krantenuitgevers. Alle Ne<strong>der</strong>landse landelijke<br />

en regionale kranten zijn in het on<strong>der</strong>zoek meegenomen. Uit de overige categorieën, radio, tv en<br />

nieuwsaanbie<strong>der</strong>s die enkel via internet nieuws leveren, is een kleine selectie gemaakt.<br />

d. Van de buitenlandse nieuwsbrieven worden enkel de nieuwsbrieven van de meest bekende en /of<br />

grootste kranten / rtv-stations geanalyseerd<br />

Bij de keuze van de buitenlandse nieuwsbrieven, heb ik me beperkt tot de grootste en meest bekende<br />

namen. Een selectie van deze titels is gemaakt aan de hand van web-directoires en eigen ervaring in<br />

de journalistiek. Dit betekent dat ik heb gelet op naamsbekendheid en het imago van<br />

betrouwbaarheid, waarbij gepoogd is een zekere spreiding over de verschillende landen te<br />

bewerkstelligen.


Hoofdstuk 4 Empirisch on<strong>der</strong>zoek<br />

De geanalyseerde nieuwsbrieven<br />

Uiteindelijk is een lijst met vierentwintig nieuwsbrieven opgesteld. De nieuwsbrieven van elf<br />

Ne<strong>der</strong>landse en <strong>der</strong>tien buitenlandse nieuwsaanbie<strong>der</strong>s zullen aan de hand van enkele kenmerken<br />

beschreven worden.<br />

Categorie<br />

Ne<strong>der</strong>land, landelijk<br />

Naam<br />

nieuwsaanbie<strong>der</strong><br />

Soort nieuwsaanbie<strong>der</strong><br />

1 NRC Handelsblad Krant<br />

2 Parool Krant<br />

3 Trouw Krant<br />

4 Volkskrant Krant<br />

Ne<strong>der</strong>land, regionaal<br />

5 Eindhovens Dagblad Krant<br />

6 Rotterdams Dagblad Krant<br />

7<br />

Ne<strong>der</strong>land, internet & rtv<br />

Utrechts Nieuwsblad Krant<br />

8 Radio Ne<strong>der</strong>land<br />

Wereldomroep<br />

Radio<br />

9 Kranten.com Internet<br />

10 Sapenda Internet<br />

11 Groninger Internet<br />

Courant<br />

Overzicht van de elf Ne<strong>der</strong>landse e-mailkranten<br />

Internet<br />

Naam nieuwsaanbie<strong>der</strong> Soort nieuwsaanbie<strong>der</strong> Land<br />

12 BBC RTV UK<br />

13 Canada.com Krant Canada<br />

14 CNN RTV USA<br />

15 De Standaard Krant België<br />

16 Financial Times Krant UK<br />

17 Gazet van Antwerpen Krant België<br />

18 Guardian Krant UK<br />

19 Independent Krant UK<br />

20 Jerusalem Post Krant Israël<br />

21 New York Times Krant USA<br />

22 Reuters Persbureau UK / USA<br />

23 Telegraph Krant UK<br />

24 Washington Post Krant USA<br />

Overzicht van de <strong>der</strong>tien geanalyseerde buitenlandse nieuwsbrieven<br />

Opmerkingen bij de inventarisatie<br />

Hoe een nieuwsbrief en een website er voor een lezer uit ziet, hangt mede af van de hard- en<br />

software die gebruikt worden.


Hoofdstuk 4 Empirisch on<strong>der</strong>zoek<br />

Ik heb de e-mailkranten op de volgende pc met de volgende kenmerken bestudeerd:<br />

E-maillezer: Hotmail<br />

<br />

Browser: Internet Explorer 5.0<br />

<br />

Monitor: 15 inch<br />

<br />

Schermresolutie: 1024 x 768<br />

<br />

Internetverbinding: LAN<br />

<br />

Als er een keuze was tussen een ‘plain text’ en een ‘HTML’ e-mailkrant is voor de laatste optie<br />

gekozen.<br />

De e-mailkranten zijn bekeken in de periode tussen 10 december 2002 en 6 maart 2003. De<br />

beschrijvingen kunnen helaas niet an<strong>der</strong>s dan een momentopname zijn. Enkele van de e-mailkranten<br />

die in december zijn bekeken, bleken in maart alweer een an<strong>der</strong> uiterlijk te hebben. Het web en ook emailkranten<br />

veran<strong>der</strong>en voortdurend, waardoor het niet mogelijk is van elke e-mailkrant de meest<br />

recente versie te beschrijven.<br />

4.2.3 Resultaten<br />

In dit on<strong>der</strong>deel volgen de resultaten van het beschrijvende on<strong>der</strong>zoek. De criteria die in hoofdstuk<br />

drie gebruikt zijn bij de beschrijving van het model, verdeeld in de kopjes ‘inhoud’, ‘structuur’, ‘vorm’ en<br />

‘gebruiksvriendelijkheid’ komen hier terug. Per kenmerk wordt beschreven welke waarden er bij de<br />

verschillende e-mailkranten is gevonden.<br />

Inhoud<br />

Naam afzen<strong>der</strong><br />

De meeste nieuwsaanbie<strong>der</strong>s (n=9) kiezen ervoor hun eigen naam (dus bijvoorbeeld The Jerusalem<br />

Post of Utrechts Nieuwsblad) als afzen<strong>der</strong> op te geven.<br />

An<strong>der</strong>e nieuwsaanbie<strong>der</strong>s (n=9) geven in de afzen<strong>der</strong>-informatie al aan dat het om een nieuwsbrief<br />

gaat. Je ziet dan bijvoorbeeld als afzen<strong>der</strong> "BBC daily email" of “Nieuwsbrief NRC”.<br />

Enkele nieuwsaanbie<strong>der</strong> (n=2) hebben een speciale naam bedacht voor de e-mail service. Zo komt de<br />

nieuwsbrief van de Independent van ‘IndyNews’ en die van de Standaard van ‘StandBy’.<br />

An<strong>der</strong>e nieuwsaanbie<strong>der</strong>s (n=4) hebben geen ‘alias’ aangemaakt. Als afzen<strong>der</strong> is in dat geval het emailadres<br />

van de afzen<strong>der</strong> te zien: nieuwsbrieven@rug.be’ (Gazet van Antwerpen), ‘info@gic.nl’<br />

(Groninger Internet Courant) en news@info.telegraph.co.uk (Telegraph).<br />

Informatie in de “Subject line”<br />

Het grootste deel van de nieuwsbrieven (n=16) geeft met het subject aan dat de inhoud van de e-mail<br />

een nieuwsbrief is. Dan lees je bijvoorbeeld als ‘subject’: Sapenda Ochtend Editie. Enkele noemen in<br />

het subject niet de naam van de nieuwsaanbie<strong>der</strong>, maar zie je enkel dat het om nieuws gaat. Zo zie je<br />

als on<strong>der</strong>werp ‘Today's world news briefing’ (Financial Times); Today’s Headlines (NYT) of News<br />

Bulletin (Telegraph).<br />

Enkele (n=5), namelijk de Volkskrant, CNN en De Standaard, Independent, en Parool, geven in de<br />

‘subject-line’ het belangrijkste nieuws aan. Dan lees je bijvoorbeeld als on<strong>der</strong>werp: “Bin Laden<br />

misbruikt Palestijnen”. Deze kranten geven in hun afzen<strong>der</strong>snaam al aan dat het hier om een emailkrant<br />

gaat.<br />

De overige drie nieuwsbrieven, Washington Post, Trouw en The Guardian, proberen een soort<br />

combinatie van de twee vormen aan te bieden. Zo lees je dan bijvoorbeeld “washingtonpost.com<br />

News: U.S., Britain Set Ti...”. Nadeel hiervan is dat veel e-mailprogramma’s maar een aantal karakters<br />

laat zien en de on<strong>der</strong>werpsregel midden in een zin wordt afgebroken.


Hoofdstuk 4 Empirisch on<strong>der</strong>zoek<br />

De naam van de e-mailkrant<br />

Voor een elektronische nieuwsbrief met algemeen nieuws, worden zeer veel verschillende termen<br />

gehanteerd. Op de homepages wordt op verschillende manieren geprobeerd duidelijk te maken dat<br />

het om nieuws via e-mail gaat. Voorbeelden zijn: Ontbijtnieuws; E-mailkrant; DailyUpdate; Nieuws per<br />

e-mail; Nieuwsmail; News by email; E-mail newsletter; Nieuwsbrief.<br />

Het wordt verwarrend als de nieuwsaanbie<strong>der</strong>s zelf op veel verschillende wijzen naar dezelfde<br />

nieuwsbrief gaan verwijzen. Het Eindhovens Dagblad spreekt op de website nu van ‘NieuwsMail’<br />

(voorheen van de ED e-mailkrant). In het subject wordt nog wel van E-mailkrant gesproken, terwijl in<br />

de e-mail een logo met NieuwsMail verschijnt.<br />

Nieuws op maat<br />

De New York Times en BBC bieden de lezer de mogelijkheid zelf een nieuwsbrief samen te stellen.<br />

De nieuwsconsument kan kiezen welke nieuwsthema’s hij of zij wenst te ontvangen. De Standaard<br />

geeft deze optie bij de betaalde versie van de nieuwsbrief (Standaard Plus), terwijl de gratis versie<br />

een niet-customized ‘massaproduct’ is. Het is dus (nog) geen gewoonte om nieuws ‘customized’ per<br />

e-mail aan te bieden.<br />

Personalisatie<br />

Enkel De Telegraph en de Independent beginnen de nieuwsbrief met een persoonlijke begroeting<br />

(“Dear Esra”). Daaruit kunnen we conclu<strong>der</strong>en dat het niet gebruikelijk is om een e-mailkrant te<br />

personaliseren.<br />

Type artikelen<br />

Het gros van de nieuwsbrieven houdt het bij nieuwsartikelen. Enkele nieuwsbrieven bieden columns<br />

en commentaren aan, maar vaak zijn dat enkel korte links in de vorm van een eenregelige link of een<br />

button naar de commentaren op de website. Trouw is de enige krant die een strip in de nieuwsbrief<br />

zelf aanbiedt. Hieruit blijkt dat het gebruikelijk is in een e-mailkrant voornamelijk nieuwsberichten aan<br />

te bieden.<br />

Promotionele informatie / Advertenties<br />

Hierbij maak ik een on<strong>der</strong>scheid tussen ‘eigen promotie’ en ‘advertenties voor <strong>der</strong>den’. Zestien<br />

nieuwsaanbie<strong>der</strong>s maken in de nieuwsbrief promotie voor eigen producten. Dit gaat dan om de eigen<br />

website of de papieren versie van de krant. Veel Ne<strong>der</strong>landse kranten bieden een (proef)abonnement<br />

aan. Enkele kondigen aan wat er vandaag in de papieren versie van de krant te lezen is. Soms wordt<br />

speciaal gewezen op secties van de website. Het Eindhovens Dagblad promoot bijvoorbeeld de sectie<br />

‘Autotrack’ op haar website. De Standaard en Financial Times maken in de nieuwsbrief ook promotie<br />

voor de betaalde content die ze bieden. Al met al is het dus vrij gebruikelijk om in de e-mailkrant<br />

promotie voor de eigen producten te tonen.<br />

Advertenties zijn echter nog geen gemeengoed in de e-mailkrant. Dertien nieuwsbrieven bevatten<br />

geen advertenties, elf wel. Van die elf, bevatten er zes slechts één advertentie (NRC Handelsblad;<br />

CNN; Utrechts Nieuwsblad, GIC, New York Times, Volkskrant). De Jerusalem Post spant de kroon<br />

door meer dan twintig advertenties in de e-mailkrant te zetten, voor zeer diverse producten (on<strong>der</strong><br />

an<strong>der</strong>e vakanties, on-line winkels en goedkoop bellen). Kranten.com en Sapenda maken ook steeds<br />

reclame voor de proefabonnementen van de papieren kranten waaruit zij het nieuws halen.


Hoofdstuk 4 Empirisch on<strong>der</strong>zoek<br />

Doorsturen e-mail<br />

Er is één krant die de lezer aanmoedigt de nieuwsbrief door te sturen naar vrienden en dat is de<br />

Independent. Zij schrijven: “Don’t forget, if you think anything in this newsletter may be of interest to a<br />

friend, why not email it on to them?” In het algemeen is ‘Viral marketing’ nog erg gebruikelijk bij de<br />

overdracht van nieuws via e-mail. Slechts één krant moedigt de lezers aan de e-mailkrant door te<br />

sturen.<br />

Feedback<br />

Slechts drie nieuwsaanbie<strong>der</strong>s (Parool, the Guardian en de Telegraph) vragen expliciet om feedback.<br />

Het Parool schrijft bijvoorbeeld: “Het PAROOL Interactief is benieuwd naar uw reactie en staat open<br />

voor uw suggesties. Stuur een e-mail naar internetredactie@parool.nl”.<br />

Tien nieuwsaanbie<strong>der</strong>s geven een contactadres of bieden een link ‘reacties’. Bij even zoveel<br />

nieuwsbrieven is helemaal niet duidelijk waar een reactie heen moet. Misschien naar het adres<br />

waarvandaan de e-mail verzonden wordt?<br />

Een duidelijk reactie-adres - voor inhoudelijk en technische problemen - is bij e-mailkranten dus geen<br />

gemeengoed.<br />

Grootte van de e-mail (in kB)<br />

De gemiddelde grootte van de nieuwsbrieven is 32,8 kB. (De mediaan is 26,5). Vanzelfsprekend zijn<br />

de nieuwsbrieven die platte tekstversie bieden (n= 4) veel kleiner in bestandsgrootte, variërend van 5<br />

kB (Independent) tot 16 kB (Radio Netherlands Wereldomroep).<br />

De gemiddelde grootte van de HTML-nieuwsbrieven is 37,3 kB. (De mediaan is 29,5.) De kleinste<br />

HTML nieuwsbrief is die van de Telegraph (10 kB), de grootste die van de Jerusalem Post (90 kB).<br />

Structuur<br />

Inleiding<br />

Het lijkt niet gebruikelijk om met een e-mailkrant met algemeen nieuws met een inleiding te starten.<br />

Slechts vier van de vierentwintig hebben een korte tot zeer korte introductie.<br />

Radio Netherlands Wereldomroep begint als volgt: “Dit is het nieuwsoverzicht samengesteld op basis<br />

van nieuws dat in de afgelopen 24 uur is uitgezonden door Radio Ne<strong>der</strong>land Wereldomroep,<br />

aangevuld met speciaal voor het Internet geschreven berichten.” The Guardian begint met één zin als<br />

introductie: “Welcome to the Wrap, Guardian Unlimited's round-up of today's papers.” Telegraph<br />

begint met een persoonlijke begroeting en een zin ter inleiding: "Dear Esra, Welcome to the<br />

news.telegraph.co.uk newsletter.” De Independent begint met een persoonlijke begroeting (“Dear<br />

Esra”) maar heeft geen ver<strong>der</strong>e inleiding.<br />

Inhoudsopgave<br />

Acht van de vierentwintig nieuwsbrieven bieden een soort van inhoudsopgave aan het begin van de<br />

nieuwsbrief. Bij de meeste (n=6) is dit een menu waarmee naar de verschillende nieuwsthema’s wordt<br />

verwezen. De moeilijkheid hierbij is dat je niet weet of de menu-keuzes je naar dat on<strong>der</strong>werp binnen<br />

de e-mail brengen (n=3) of dat je door te klikken direct naar dat on<strong>der</strong>werp op de website springt.<br />

The Guardian en Radio Netherlands Wereldomroep geven een korte samenvatting van de inhoud aan<br />

het begin van de nieuwsbrief.


Hoofdstuk 4 Empirisch on<strong>der</strong>zoek<br />

Nieuws in rubrieken<br />

Vijftien nieuwsbrieven, presenteren het nieuws in verschillende thema’s, die duidelijk van elkaar<br />

worden on<strong>der</strong>scheiden. De meeste nieuwsaanbie<strong>der</strong>s (n=13, acht buitenlandse en vijf Ne<strong>der</strong>landse)<br />

kiezen voor indelingen zoals “Economisch Nieuws”, “Sport”, etc. Sapenda en Kranten.com geven het<br />

nieuws per krantentitel.<br />

Als we kijken naar het aanbod in thema’s, vallen de volgende dingen op:<br />

Bijna alle nieuwsaanbie<strong>der</strong>s bieden nieuws in de thema’s Binnenland (n=12), Buitenland (n=13),<br />

<br />

Sport(n=11), Economie / Business (n=11).<br />

De categorieën “Health & Liftestyle” (n=3), “Entertainment” (n=4) en “Technology” (n=5) worden<br />

<br />

alleen door de acht buitenlandse nieuwsbrieven aangeboden.<br />

De sectie cultuur vind je bijna niet terug bij de buitenlandse kranten (n=1). Bij de Ne<strong>der</strong>landse<br />

<br />

nieuwsbrieven komt die categorie drie keer voor.<br />

“Top Stories” is een populaire sectie bij de buitenlandse nieuwsbrieven (n=5). Met ‘Top Stories’<br />

<br />

wordt het niet te missen nieuws van die dag bedoeld, waarmee een krant zou openen<br />

(belangrijkste artikel op de voorpagina).<br />

Lengte van de mail<br />

De gemiddelde lengte van de vierentwintig nieuwsbrieven is 3,5 scherm. (Mediaan = 3 schermen).<br />

Financial Times, de Volkskrant en Groninger Internetcourant zijn korte nieuwsbrieven, die alledrie<br />

min<strong>der</strong> dan twee schermen beslaan. Lange nieuwsbrieven komen van the Guardian (> 5 schermen),<br />

Radio Netherlands Wereldomroep (> 5), Rotterdams Dagblad (5), CNN (> 5), New York Times (> 6)<br />

en Jerusalem Post (> 6).<br />

Hyperlinks<br />

Er wordt ongeveer in gelijke mate voor drie verschillende opties gekozen:<br />

1. Alleen koppen zijn hyperlinks (n=7)<br />

2. Alleen on<strong>der</strong> het artikel staat een hyperlink, in de vorm van ‘Lees meer’, ‘Full story’, etc. (n=8)<br />

3. De twee bovenstaande opties worden gecombineerd: zowel de kop is een link en ook on<strong>der</strong>daan<br />

het artikel staat een hyperlink in de vorm van ‘lees meer’ (n=8).<br />

In enkele nieuwsbrieven zijn de nieuwsfoto’s ook hyperlinks. In geen van de nieuwsbrieven<br />

functioneert een woord binnen de lead als hyperlink.<br />

Weergave inhoud artikel<br />

Achttien nieuwsbrieven presenteren het nieuws als kop & lead. De lezer moet dus doorklikken naar de<br />

website om het volledige artikel te lezen.<br />

Radio Netherlands Wereldomroep en The Guardian bieden complete artikelen. Sapenda,<br />

Kranten.com en Independent bieden enkel de koppen. Gazet van Antwerpen biedt enkele koppen en<br />

dan wat complete artikelen.<br />

In de meest voorkomende optie, een kop met een lead, kan variatie voorkomen. De volgende opties<br />

zijn mogelijk:<br />

De lead in de nieuwsbrief is an<strong>der</strong>s dan de lead op de website. The Telegraph en New York<br />

<br />

Times kiezen voor deze optie.<br />

In de nieuwsbrief is slechts een deel van de lead te zien en wordt soms midden in de zin<br />

<br />

afgebroken (De Volkskrant, Rotterdams Dagblad).<br />

Conclu<strong>der</strong>end is het gangbaar om de inhoud van een artikel verkort in een e-mail aan te geven door<br />

middel van kop & lead. De lead is vaak hetzelfde in de e-mail als op de website.


Hoofdstuk 4 Empirisch on<strong>der</strong>zoek<br />

Tijdstip van bezorging<br />

Er lijken twee opties in de tijd van bezorging te zijn, die het meest voorkomen: in de ochtend voor 9:00<br />

(n=10) en tegen lunchtijd (tussen 11:00 - 12:30, n= 8). Enkele an<strong>der</strong>e opties waren in de nacht (n=2),<br />

eind van de middag (NRC Handelsblad), in de avond (Radio Netherlands Wereldomroep) en zelf te<br />

kiezen (Reuters en BBC).<br />

Van de Ne<strong>der</strong>landse nieuwsbrieven bezorgen Trouw, Kranten.com, Sapenda, Volkskrant in de<br />

ochtend. Parool, GIC, Eindhovens Dagblad, Utrechts Nieuwsblad, Rotterdams Dagblad kiezen voor<br />

een ‘luncheditie’. NRC (rond 16:00) en RNW (tussen 21-23) wijken daarvan af.<br />

De verschijningsfrequentie<br />

De meeste e-mailnieuwsbrieven verschijnen op werkdagen. Het is vaak echter niet duidelijk wat met<br />

dagelijks / daily wordt bedoeld: is dat van maandag t/m vrijdag (de werkdagen), van maandag t/m<br />

zaterdag (de dagen dat de meeste papieren kranten verschijnen) of worden alle dagen van de week<br />

bedoeld?<br />

Promotie op homepage<br />

Twee dingen vallen hier op.<br />

Ten eerste de grote diversiteit aan termen die wordt gehanteerd om reclame te maken voor de emailkrant.<br />

In de steekproef van vierentwintig e-mailkranten, kwamen zeventien verschillende namen<br />

voor, oa. ‘Daily E-mail‘ (BBC); ‘Newsletter(s)’; (Canada.com; Jerusalem Post; RNW); ‘E-mail services’<br />

(CNN; Guardian) ‘News by Email’ (Financial Times); ‘Nieuwsbrief’ / ‘Nieuwsbrieven’ (Gazet van<br />

Antwerpen; NRC Handelsblad; Volkskrant); NewsMail (Reuters); Emailed News / Email bulletins<br />

(Telegraph); ‘E-mail newsletters’ (Washington Post); ‘Lunchnieuws’ (Parool); ‘E-mailkrant’ (Trouw);<br />

‘Nieuws per e-mail’ (GIC); ‘NieuwsMail’ (Eindhovens Dagblad); ‘Nieuws per e-mail’ (Rotterdams<br />

Dagblad); ‘E-mailkrant’ (Utrechts Niewsblad); ‘E-mail edities’ (Kranten.com).<br />

Wat ver<strong>der</strong> opvalt is dat er soms op de website bijna geen aandacht wordt gevestigd op de emailkrant.<br />

Negen van de vierentwintig e-mailkranten hebben een logo of button voor de nieuwsbrief op<br />

de homepage staan. An<strong>der</strong>e tonen geschreven links naar de e-mailkrant.<br />

Reuters vestigt veel aandacht op de e-mailkrant op de homepage: een groot logo in de rechter<br />

bovenhoek van de pagina naar de registratie-pagina voor de nieuwsbrief. Radio Netherlands<br />

Wereldomroep vestigt de minste aandacht op haar nieuwsbrieven. In de linkerbovenhoek staat in<br />

miniscule letters een link naar ‘newsletter’.<br />

Vorm<br />

Beeld en geluid<br />

De nieuwsbrieven die als platte tekst worden aangeboden (Independent, Guardian, RNW en Parool),<br />

kunnen geen grafische elementen zoals foto’s, plaatjes en grafieken meesturen. Tien nieuwsbrieven<br />

bieden foto’s bij enkele verhalen. Dit varieert van <strong>der</strong>tien foto’s (CNN) tot één foto (New York Times).<br />

Als nieuwsbrieven foto’s toevoegen, zijn dat er gemiddeld 2 à 3.<br />

Daarnaast bieden enkele nieuwsbrieven wel logo’s en banners, maar geen inhoudelijke nieuwsfoto’s.<br />

NRC Handelsblad was in de periode waarin de evaluatie plaatsvond, de enige e-mailkrant die ook<br />

grafieken aanbood.<br />

Al met al is de keuze om foto’s toe te voegen ongeveer fifty-fifty verdeeld. Banners en logo’s komen in<br />

elke (HTML) e-mailkrant voor. Grafieken zijn niet gewoon in e-mailkranten.<br />

Het gebruik van geluid en bewegend beeld is niet gesignaleerd.


Hoofdstuk 4 Empirisch on<strong>der</strong>zoek<br />

Kolommen<br />

Er zijn slechts twee nieuwsbrieven die het nieuws echt in kolommen aanbieden, het Utrechts<br />

Nieuwsblad en Trouw. Zij bieden het nieuws in twee kolommen aan, waarbij artikelen (kop & lead)<br />

naast elkaar staan. Het gros van de overige heeft één hoofdkolom met één of twee smalle<br />

zijkolommen, waarin buttons en links staan. Zelfs nieuwsaanbie<strong>der</strong>s die op de site met meer<strong>der</strong>e<br />

kolommen werken, bieden het nieuws in de nieuwsbrief in één kolom aan.<br />

Formaat<br />

Uit de evaluatie blijkt dat zes keuzes veel voorkomen:<br />

Keuzes Naam nieuwsaanbie<strong>der</strong><br />

Alleen platte tekst Parool; Guardian; Independent; RNW<br />

Alleen HTML Canada.com; Washington Post; Rotterdams<br />

HTML online –HTML offline<br />

Dagblad; Telegraph; Gazet van Antwerpen<br />

Eindhovens Dagblad<br />

Platte tekst – HTML CNN; Utrechts Nieuwsblad; BBC; GIC;<br />

Platte tekst - HTML online - HTML offline<br />

Volkskrant; De Standaard; NYT; Trouw; NRC<br />

Handelsblad<br />

Kranten.com; Sapenda;<br />

Platte tekst - HTML – Weet niet (zij maken de<br />

keuze voor je)<br />

Financial Times; Reuters; Jerusalem Post<br />

De volgende aspecten vallen hier op:<br />

De keuze voor HTML-online of HTML-offline is een Ne<strong>der</strong>landse. De Ne<strong>der</strong>landse situatie waarbij<br />

per telefoonlijn wordt ingebeld en per minuut betaald wordt, zorgt ervoor dat enkele lezers hun email<br />

binnenhalen en dan de internetverbinding weer verbreken.<br />

Het grootste deel van de nieuwsaanbie<strong>der</strong>s geeft de keuze tussen platte tekst / HTML (n=14). Vier<br />

nieuwsaanbie<strong>der</strong>s bieden alleen een platte tekstversie. Vijf nieuwsaanbie<strong>der</strong>s bieden enkel een<br />

HTML-versie.


Hoofdstuk 4 Empirisch on<strong>der</strong>zoek<br />

Gebruiksvriendelijkheid<br />

Registratiegegevens<br />

De volgende gegevens worden (verplicht) gevraagd bij de opgave:<br />

Nieuwsaanbie<strong>der</strong> VN AN Lft m/v Str PC Pl Pr Land Tel Intr Unam Pw GK Prom<br />

Gazet v. Antwerpen ov<br />

e<br />

oX<br />

De Standaard X X O X X X X X X O X X<br />

Canada.com X X X O X X X X X X<br />

Jerusalem Post X X X X X<br />

Telegraph X X X X X X X X X X X<br />

BBC X<br />

Independent X X<br />

Guardian X X<br />

Finanial Times X X X X X X X X X X<br />

CNN O O O O O O O O O X X<br />

New York Times X X X X X X X X<br />

Washington Post X X X X X X X<br />

Reuters X X X X O X O O X O<br />

Parool O X O X X X X O O X X<br />

NRC Handelsblad O X O X X X O O X X X<br />

Trouw X X O O O O O O O X<br />

De Volkskrant<br />

GIC<br />

O X O O O X X X<br />

Eindhovens Dagblad X X X X X X O X X X X<br />

Rotterdams Dagblad X X<br />

Utrechts Nieuwsblad X X X X X X X O X X<br />

Kranten.com O O O O O X<br />

RNW O O<br />

Sapenda X X X X X X X X X<br />

Gegevens die je verplicht (X) en niet-verplicht (O) bent in te vullen bij het registreren voor de verschillende<br />

nieuwsbrieven. Het e-mailadres, dat vanzelfsprekend verplicht is, is niet in het schema opgenomen.<br />

De kolomnamen staan voor de volgende gegevens:<br />

VN Voornaam<br />

AN Achternaam<br />

Lft Leeftijd. Vaak wordt naar de geboortedatum gevraagd.<br />

M/V Geslacht<br />

Str Straat<br />

PC Postcode<br />

Pl Plaats<br />

Pr Provincie<br />

Land Land<br />

Tel Telefoon<br />

Intr Interesse<br />

Unam Username / Gebruikersnaam<br />

PW Password / Wachtwoord<br />

GK Gebruik Krant (Abonnement, Leest u ..)<br />

Prom Promotionele informatie ontvangen


Hoofdstuk 4 Empirisch on<strong>der</strong>zoek<br />

Naam An<strong>der</strong>e verplichte velden An<strong>der</strong>e niet-verplichte velden<br />

Jerusalem Post E-mail rea<strong>der</strong><br />

Volkskrant E-mailadres zakelijk / privé<br />

CNN Inkomen<br />

Trouw E-mailadres zakelijk / privé<br />

Canada.com Burgerlijke staat; Opleiding; Beroep; Inkomen;<br />

Mobiel nummer<br />

De Standaard Mobiel nummer; fax, beroep, sector<br />

Financial Times Titel; Branche;<br />

Verantwoordelijkheid; Beroep<br />

New York Times Inkomen; Branche; Beroep<br />

Reuters Bedrijfsnaam; Beroep; sector Bedrijfsgrootte; Telefoon werk; inkomen<br />

Telegraph Titel Mobiel nummer; mobiele aanbie<strong>der</strong><br />

Parool E-mailadres zakelijk/privé<br />

Utrechts nieuwsblad Functie; Sector<br />

Sapenda Mobiel nummer; Opleiding; Branche; Functie;<br />

Bedrijfsgrootte; Bruto Jaarinkomen; Gebruik emailadres<br />

(privé/zakelijk); burgelijke staat;<br />

Aantal thuiswonende kin<strong>der</strong>en on<strong>der</strong> de 18;<br />

Bezit auto Ja/Nee<br />

Hierbij valt het volgende op:<br />

Er zijn zeven nieuwsaanbie<strong>der</strong>s die de NAWTE-gegevens verplicht laten stellen. Dat zijn De<br />

Standaard, The Telegraph, Parool, NRC Handelsblad, Eindhovens Dagblad, Utrechts Nieuwsblad<br />

en Sapenda. Vijf van de zeven zijn Ne<strong>der</strong>lands.<br />

Zeven nieuwsaanbie<strong>der</strong>s verplichten de abonnee zijn leeftijd / geboortedatum op te geven.<br />

Daarvan is er slechts één Ne<strong>der</strong>lands (Sapenda). Zes nieuwsaanbie<strong>der</strong>s vragen hier wel naar,<br />

maar maken het invullen van dit veld niet verplicht.<br />

Er zijn twee nieuwsaanbie<strong>der</strong>s die het invullen van het telefoonnummer verplicht maken:<br />

Eindhovens Dagblad en Canada.com<br />

Bijna alle nieuwsaanbie<strong>der</strong>s vragen om toestemming om ook promotie-materiaal aan de lezer te<br />

zenden.<br />

Van de Ne<strong>der</strong>landse nieuwsaanbie<strong>der</strong>s vraagt Sapenda (niet-verplicht) om de meeste<br />

<br />

aanvullende informatie.<br />

Conclu<strong>der</strong>end kan gesteld worden dat het gebruikelijk is om bij de gebruiker bij registratie om<br />

(voor)naam; geslacht; postcode; land; en zijn gebruik van de papieren krant te vragen. Ook wordt de<br />

gebruiker gevraagd een password aan te maken en om aan te geven of hij promotionele informatie wil<br />

ontvangen.<br />

Inlogmodule website<br />

Op de websites van tien van de vierentwintig nieuwsaanbie<strong>der</strong>s, moet de gebruiker eerst een<br />

algemene site login aanmaken, voordat je je op de e-mailkrant kan abonneren. Dit zijn The Guardian;<br />

Jerusalem Post; De Standaard; Washington Post; Financial Times; Canada.com, New York Times,<br />

Reuters en NRC Handelsblad. Bij Ne<strong>der</strong>landse kranten is dit dus nog niet erg gebruikelijk, hoewel<br />

steeds meer kranten hierop over gaan. 2<br />

2 Inmiddels heeft bijvoorbeeld ook “De Volkskrant” deze registratie verplicht gemaakt. Ook de lezers<br />

van de online Wegener-kranten zullen zich binnenkort moeten registreren voordat zij het nieuws op<br />

het web kunnen lezen.


Hoofdstuk 4 Empirisch on<strong>der</strong>zoek<br />

Meer<strong>der</strong>e versies<br />

Naam nieuwsaanbie<strong>der</strong> Verschillende soorten<br />

Financial Times Ja, circa 30<br />

Canada.com Ja, 28<br />

New York Times Ja, 10<br />

CNN Ja, 17<br />

Guardian Ja, 11<br />

Telegraph Ja, 11<br />

Sapenda Ja, 11<br />

Washington Post Ja, 11<br />

Reuters Ja, 8<br />

Jerusalem Post Ja, 10<br />

Radio Netherlands Ja, 4<br />

Wereldomroep<br />

NRC Handelsblad Ja ,4<br />

BBC Ja, 4<br />

Volkskrant Ja, 4<br />

Kranten.com Ja, 2<br />

De Standaard Ja, 2<br />

Eindhovens Dagblad Ja, 2<br />

Utrechts Nieuwsblad Ja, 2<br />

Trouw Nee<br />

Gazet van Antwerpen Nee<br />

Independent Nee<br />

Rotterdams Dagblad Nee<br />

Parool Nee<br />

GIC Nee<br />

Enkele Ne<strong>der</strong>landse nieuwsaanbie<strong>der</strong>s bieden meer<strong>der</strong>e versies. Hiermee kun je denken aan een emailkrant<br />

met het thema economisch nieuws, een wekelijkse versie met het Amerikaanse financiële<br />

nieuws of eentje met het filmnieuws van de afgelopen week. Sapenda biedt de meeste keus door elf<br />

verschillende nieuwsbrieven aan te bieden. Radio Netherlands Wereldomroep biedt een nieuwsbrief in<br />

drie verschillende talen (Indonesisch, Spaans en Ne<strong>der</strong>lands). NRC Handelsblad en de Volkskrant<br />

bieden er bijvoorbeeld ie<strong>der</strong> vier. De buitenlandse nieuwsaanbie<strong>der</strong>s bieden in het algemeen echter<br />

een grotere keuze.<br />

Conclu<strong>der</strong>end kan gesteld worden dat het bij buitenlandse nieuwsaanbie<strong>der</strong>s gebruikelijker is om<br />

verschillende soorten e-mailkranten aan te bieden dan bij Ne<strong>der</strong>landse nieuwsaanbie<strong>der</strong>s.<br />

Voorbeeldversie<br />

Zeven van de vierentwintig nieuwsaanbie<strong>der</strong>s (BBC; Jerusalem Post; Washington Post; New York<br />

Times; De Standaard; The Guardian; Financial Times) geven een voorbeeld bij elke nieuwsbrief die ze<br />

aanbieden. Daar zit geen enkele Ne<strong>der</strong>landse nieuwsaanbie<strong>der</strong> bij. Twee nieuwsaanbie<strong>der</strong>s, De<br />

Volkskrant en CNN, geven slechts voor één of enkele versies een voorbeeld.<br />

Het is dus geen conventie om een voorbeeldversie bij het aanmelden aan te bieden. Als er een<br />

voorbeeldversie voor handen is, gaat het vaak om een buitenlandse nieuwsaanbie<strong>der</strong>.<br />

Single versus double opt in<br />

Negen nieuwsaanbie<strong>der</strong>s hebben gekozen voor double opt-in: CNN; RNW; Jerusalem Post;<br />

Volkskrant; Canada.com; Trouw; NRC Handelsblad; Parool en BBC. De an<strong>der</strong>e vijftien hebben<br />

gekozen voor single opt-in.


Hoofdstuk 4 Empirisch on<strong>der</strong>zoek<br />

Betaald versus gratis<br />

Alle vierentwintig nieuwsaanbie<strong>der</strong>s bieden op dit moment één of meer gratis nieuwsbrieven aan. Drie<br />

van de vierentwintig nieuwsaanbie<strong>der</strong>s bieden ook een versie aan waarvoor betaald moet worden. De<br />

Belgische krant ‘De Standaard’ biedt naast de gratis basisversie een betaalde plus-versie. Financial<br />

Times biedt circa twintig nieuwsbrieven aan, voor enkele moet de lezer zich tegen betaling inschrijven<br />

voor ft.com. Jerusalem Post biedt in totaal tien nieuwsbrieven, waarvan er één betaald is. NRC<br />

Handelsblad en Eindhovens Dagblad bieden beide een versie die alleen voor abonnees van de<br />

papieren krant bedoeld is.<br />

Aan- en afmelden<br />

Dit omvat twee componenten. Ten eerste of in elke mail duidelijk staat hoe je je aan en af kunt<br />

melden. Ten tweede of dit op de website ook makkelijk gaat.<br />

Enkele kranten, vijftien stuks, bieden in de nieuwsbrief informatie over de aanmeldprocedure, al blijft<br />

het vaak impliciet. Zes daarvan geven de lezers wel expliciet informatie in de nieuwsbrief over hoe ze<br />

zich aan kunnen melden. Alle nieuwsaanbie<strong>der</strong>s geven in hun nieuwsbrief informatie over hoe je je af<br />

kunt melden.<br />

Op één na (bij het Rotterdams Dagblad wordt op de website geen informatie gegeven over hoe ik me<br />

af kan melden), geven alle nieuwsaanbie<strong>der</strong>s hun lezers op hun website informatie over het aan- en<br />

afmelden.<br />

Vier van de vierentwintig nieuwsbrieven geven de mogelijkheid de service tijdelijk stop te zetten:<br />

Radio Netherlands Wereldomroep; The Washington Post; Sapenda en Kranten.com.<br />

Administratie gegevens<br />

De meeste nieuwsbrieven bieden een soort inlogprocedure voor bestaande ‘e-mailkrant abonnees’ op<br />

de website. Daar kan vaak van formaat veran<strong>der</strong>d worden en je afmelden voor de service. Het<br />

wijzigen van je e-mailadres en wijzigen van de bij de registratie ingegeven persoonsgegevens, is vaak<br />

echter niet mogelijk. Bij buitenlandse e-mailkranten is dit vaker gebruikelijk<br />

Bij de sites die ook een algemene site login hebben, is dit vaak het best geregeld. Je kunt als abonnee<br />

zelf je gegevens administreren en je ‘preferences’ (welke nieuwsbrieven ontvang je met welke inhoud)<br />

en ‘profile’ (wat is je naam, adres, e-mailadres etc) bijhouden.<br />

Privacy policy<br />

Negen nieuwsaanbie<strong>der</strong>s geven géén informatie over hun ‘privacy policy’: Independent; Kranten.com;<br />

Trouw; Rotterdams Dagblad; De Standaard; Groninger Internet Courant; Radio Netherlands<br />

Wereldomroep; Gazet van Antwerpen en Sapenda.<br />

Dit zou ermee samen kunnen hangen dat zeven hiervan de lezer ‘enkel’ verplichten om naam en emailadres<br />

in te vullen. Sapenda en De Standaard vallen op, doordat zij beide adresgegevens vragen,<br />

maar niet vertellen wat er met je gegevens gebeurt.<br />

4.2.4 Conclusies<br />

De volgende waarden zijn gebruikelijk bij de genoemde kenmerken. Hiermee worden geen uitspraken<br />

gedaan over het ‘goed’ of ‘slecht’ zijn van deze waarden. Hier wordt enkel gesignaleerd wat ‘de<br />

standaard’ op het gebied van e-mailkranten op het moment is.


Hoofdstuk 4 Empirisch on<strong>der</strong>zoek<br />

Inhoud<br />

Element Gebruikelijke waarden<br />

Naam afzen<strong>der</strong> ‘Volkskrant’ of ‘Nieuwsbrief Volkskrant’<br />

Informatie in de subject line ‘VS vallen Irak binnen’ of ‘Nieuwsbrief<br />

Volkskrant’<br />

De naam van de e-mailkrant Geen standaard: ‘E-mailkrant’, ‘e-krant’,<br />

‘nieuwsbrief’, etc.<br />

Nieuws op maat Normaliter géén customized nieuws<br />

Personalisatie Normaliter geen gepersonaliseerde e-mailkrant<br />

Type artikelen Voornamelijk nieuwsberichten<br />

Promotionele informatie / Advertenties Eigen promotie is gebruikelijk. Soms<br />

advertenties, soms niet<br />

Viral marketing ‘Tell a friend’ links zijn ongebruikelijk<br />

Feedback geven is makkelijk Vaak geen duidelijke adressen gegeven voor<br />

feedback<br />

Grootte e-mail 30 – 40 kB<br />

Structuur<br />

Inleiding Géén inleiding<br />

Inhoudsopgave Géén inhoudsopgave<br />

Nieuws in rubrieken Nieuws is verdeeld in rubrieken als: ‘Top<br />

stories’, ‘Binnenland’, ‘Buitenland’, etc.<br />

Lengte van de e-mail Circa 3,5 scherm<br />

Hyperlinks Link is kop of ‘lees meer’ of beide<br />

Weergave inhoud artikel Kop & lead<br />

Tijdstip van bezorging Overwegend in de ochtend<br />

Frequentie Dagelijks (ma-vr), (ma-za)<br />

Promotie voor e-krant Weinig aandacht voor e-mailkrant op<br />

homepage<br />

Vorm<br />

Beeld en geluid Foto’s zijn gebruikelijk; grafieken niet<br />

Kolommen Eén kolom met artikelen<br />

Keuze formaat Keuze tussen HTML en platte tekst<br />

Gebruiksvriendelijkheid<br />

Registratiegegevens Gevraagd: (voor)naam, geslacht, postcode,<br />

land; gebruik van papieren krant; password;<br />

behoefte aan promotiemateriaal<br />

Inlogmodule website Soms wel, soms geen registratie voor toegang<br />

site nodig<br />

Meer<strong>der</strong>e versies Met name buitenlandse nieuwsaanbie<strong>der</strong>s<br />

bieden doorgaans vele soorten e-mailkranten<br />

Voorbeeldversie Normaliter géén voorbeeld bij aanmelden<br />

Single versus double opt in Single opt-in is standaard<br />

Betaald versus gratis Gratis<br />

Aan- en afmelden; vakantiestop Afmeldinformatie in e-mail is standaard,<br />

informatie over aanmelden niet; mogelijkheid tot<br />

vakantiestop is niet gebruikelijk<br />

Privacy-policy Standaard gewezen op privacy policy<br />

Administratie gegevens Zelf administreren profiel en voorkeuren is met<br />

name bij buitenlandse e-mailkranten<br />

gebruikelijk


Hoofdstuk 4 Empirisch on<strong>der</strong>zoek<br />

4.3 Enquête nieuwsconsumenten Eindhovens Dagblad<br />

4.3.1 Inleiding<br />

Door middel van het beschrijvende on<strong>der</strong>zoek, is inzicht verkregen in een aantal aspecten van de<br />

zen<strong>der</strong> en het bericht. Wat rest is de <strong>der</strong>de component in het communicatieproces: de ontvanger. Het<br />

tweede on<strong>der</strong>zoek is kwantitatief van aard en omhelst een survey-on<strong>der</strong>zoek ofwel een enquête. Door<br />

middel van een online gebruikerson<strong>der</strong>zoek on<strong>der</strong> de lezers van een Ne<strong>der</strong>landse e-mailkrant, hoop ik<br />

meer inzicht te krijgen in de doelen van de ontvanger. Als ‘case’ is hier de e-mailkrant van het<br />

Eindhovens Dagblad gebruikt. Een voorbeeld van de e-mailkrant is bijgevoegd als bijlage 1.<br />

Ik begin dit hoofdstuk door de opzet van het on<strong>der</strong>zoek toe te lichten. Eerst licht ik het doel van de<br />

enquête ver<strong>der</strong> toe. Dan beargumenteer ik waarom voor een enquête is gekozen en niet voor een<br />

an<strong>der</strong> type gebruikerson<strong>der</strong>zoek. Vervolgens zullen enkele overwegingen worden gegeven over het<br />

houden van enquêtes in het algemeen en een online enquête in het bijzon<strong>der</strong>. Aan de hand van de<br />

‘Total Design Method’ zal vervolgens worden uitgelegd, hoe ik geprobeerd heb een hoge respons te<br />

halen. In on<strong>der</strong>deel 4.3.4 volgen de resultaten van de enquête. Het hoofdstuk wordt afgesloten met<br />

enkele conclusies.<br />

4.3.2 Opzet on<strong>der</strong>zoek<br />

Het doel van de enquête<br />

Het doel van de enquête is inzicht te krijgen in de ontvangstzijde bij de overdracht van nieuws via email.<br />

Als ‘case’ is hier de nieuwsbrief van het Eindhovens Dagblad gebruikt en zijn de lezers van deze<br />

nieuwsbrief geënquêteerd. Met dit on<strong>der</strong>zoek wordt getracht duidelijk te maken hoe consumenten die<br />

nieuws via e-mail tot zich nemen dit doen; met welke reden lezen zij nieuws via e-mail en en welke<br />

voorkeuren hebben zij daarbij?<br />

Overwegingen bij een enquête<br />

Mogelijkheden voor de evaluatie van een elektronische nieuwsbrief<br />

Van Driel geeft in zijn boek ‘Digitaal Communiceren’ (2001) vijf methoden aan om een website te<br />

evalueren. Deze methoden kunnen ook toegepast worden voor het evalueren van een e-mailkrant.<br />

Van Driel legt uit dat de keuze voor de ene of de an<strong>der</strong>e procedure afhangt van het soort gegevens<br />

dat we omtrent een website willen verzamelen: het feitelijke gedrag van de gebruiker, zijn motivatie<br />

om iets te doen, en <strong>der</strong>gelijke.<br />

Er zijn vijf procedures te noemen:<br />

a het logscript<br />

b de hardopdenkprocedure<br />

c het interview<br />

d het groepsgesprek<br />

e de vragenlijst<br />

De uiteindelijke keuze is afhankelijk van het soort informatie die we willen verzamelen bij de beoogde<br />

doelgroep of bij de deskundigen. In het volgende schema staan de sterke en zwakke punten van de<br />

verschillende methoden opgesomd:<br />

Logscript Hardopdenken Interview Groepsgesprek Vragenlijst<br />

Gedrag ++ + - - -<br />

Oordelen - + + + ++<br />

Globale problemen - ++ + + +<br />

Specifieke problemen - ++ + - -<br />

De geschiktheid van vijf procedures om een website te evalueren tijdens of na een bezoek (Bron: Van Driel)


Hoofdstuk 4 Empirisch on<strong>der</strong>zoek<br />

Omdat ik met name geïnteresseerd ben in oordelen én een grote groep mensen wilde bereiken, heb ik<br />

ervoor gekozen de lezers een vragenlijst voor te leggen oftewel een enquête uit te voeren..<br />

Eigenschappen van een schriftelijke enquête<br />

Wie een goede schriftelijke enquête uit wil voeren, moet van een aantal zaken op de hoogte zijn.<br />

Er gelden ten eerste strenge eisen voor de vragenlijsten. Vragen moeten eenduidig zijn geformuleerd<br />

en zodanig zijn voorgestructureerd, dat antwoorden niet kunnen worden misbegrepen. Respondenten<br />

moeten over voldoende kennis en vaardigheden beschikken om de vragen te beantwoorden.<br />

Tussentijds ingrijpen en bijsturen, zoals bij interviews kan, is bij schriftelijk enquêteren niet mogelijk.<br />

Voordelen van een vragenlijst<br />

Kort weergegeven biedt een vragenlijst de volgende voordelen:<br />

Het is een goedkope manier om snel data te verzamelen bij een grote groep mensen.<br />

<br />

Deze procedure is vooral geschikt om informatie over attitudes als tevredenheid te verkrijgen.<br />

<br />

Een adequate voorstructurering van de antwoordmogelijkheden garandeert een snelle verwerking<br />

<br />

met de computer en voorkomt dat veel tijd moet worden besteed aan het omco<strong>der</strong>en van<br />

antwoorden.<br />

Een vragenlijst is betrekkelijk anoniem. Zon<strong>der</strong> de aanwezigheid van vragenstellers kunnen<br />

<br />

mensen de vragen beantwoorden op een plaats en tijdstip dat voor hen het meest geschikt is.<br />

Een bijkomend voordeel van de enquête is dat er geen intervieweffecten optreden. De<br />

<br />

on<strong>der</strong>vraagden en de interpretaties van de antwoorden worden niet beïnvloed door de<br />

aanwezigheid van iemand an<strong>der</strong>s (Ne<strong>der</strong>hoed, 1996:94).<br />

Een vragenlijst levert ‘harde cijfers’ op, wat met name bij het nemen van beslissingen in bepaalde<br />

<br />

situaties overtuigend kan zijn.<br />

Nadelen van een vragenlijst<br />

Helaas heeft een enquête ook nadelen:<br />

Registreren van het gedrag van een bezoeker en van specifieke problemen is onmogelijk met<br />

een vragenlijst. Yamagishi & Azuma (1987) geven aan dat vragenlijsten weinig informatie<br />

opleveren hoe een een systeem verbeterd zou kunnen worden. Ook Hen<strong>der</strong>son e.a. (1995) laten<br />

zien dat een vragenlijst geen goede manier is om problemen met een site te achterhalen. (Van<br />

Driel, 2001).<br />

De vragenlijst bepaalt vooraf welke attitudes en categorieën van belang zijn voor het on<strong>der</strong>zoek.<br />

Waaraan de vragensteller niet heeft gedacht, kan ook niet opgenomen zijn in de lijst.<br />

Respondenten kunnen bij het invullen van voorgestructureerde antwoorden een gemis aan<br />

nuancering ervaren. Een vraag kan niet nog eens worden geformuleerd als deze niet wordt<br />

begrepen.<br />

Omdat de enquête niet geschikt is voor ingewikkelde vragen of voor vragen die emotionele<br />

reacties kunnen oproepen is het karakteristieke van de informatie uit een enquête dat deze vrij<br />

algemeen en oppervlakkig is (Ne<strong>der</strong>hoed, 1996:94).<br />

Er is over het algemeen een gering antwoord- en responspercentage. In de literatuur wordt als<br />

on<strong>der</strong>grens voor de mate van representativiteit van schriftelijk enquêtes die per post worden<br />

verstuurd, uitgegaan van een minimale respons van 30 % (Swanborn, 1993: 268). In dit<br />

on<strong>der</strong>zoek gaat het echter om een online enquête die on<strong>der</strong> de aandacht van de doelgroep wordt<br />

gebracht door middel van een link naar de enquête. Vanwege de laagdrempeligheid van e-mail en<br />

websites roept dit soort elektronische media nog min<strong>der</strong> gevoelens van ‘verplichting’ tot het<br />

invullen van de vragen bij mensen op. Een responspercentage van 30 % is daarom misschien niet<br />

reëel maar een wetenschappelijke on<strong>der</strong>grens voor online enquêtes is er nog niet.


Hoofdstuk 4 Empirisch on<strong>der</strong>zoek<br />

Het bereiken van een hoge respons<br />

Wie een enquête uitvoert, wil het liefst van zoveel mogelijk mensen een antwoord ontvangen, oftewel<br />

een hoog responspercentage halen. In de literatuur worden verschillende suggesties gedaan om de<br />

respons te optimaliseren. Ik zal de adviezen van twee on<strong>der</strong>zoekers weergeven, Ne<strong>der</strong>hoed en<br />

Dillman.<br />

Ne<strong>der</strong>hoed (1996:95) geeft de volgende suggesties om de respons van schriftelijke enquêtes te<br />

verbeteren.<br />

Maximaliseren van<br />

‘beloningen’<br />

Minimaliseren van de<br />

kosten<br />

- Blijk geven van achting<br />

- Uitspreken van dank voor verlenen van medewerking<br />

- Wijzen op essentiële belang van medewerking (gezien de expertise<br />

van de respondent)<br />

- In het vooruitzicht stellen van een tastbare beloning<br />

- Interessant maken van de vragenlijst<br />

- Suggereren van een minimale inspanning (echter: geloofwaardig)<br />

- Minimaliseren vereiste inspanning van het invullen<br />

- Garan<strong>der</strong>en vertrouwelijkheid en anonimiteit<br />

Wekken van vertrouwen - Opvoeren van prestigieuze organisatie die het on<strong>der</strong>zoek steunt<br />

- Hanteren van de goede reputatie en ‘professionele’ indruk maken<br />

Suggesties ter verbetering van de respons bij schriftelijke enquêtes (Ne<strong>der</strong>hoed).<br />

Ne<strong>der</strong>hoed heeft deze suggesties gebaseerd op de theorie van de ‘guru’ van de responspercentages,<br />

Don A Dillman en zijn ‘Total Design Method’.<br />

Total Design Method (TDM)<br />

Don A. Dillman is een autoriteit als het gaat om het verbeteren van de respons van schriftelijke en<br />

telefonische enquêtes In 1978 schreef hij het boek ‘Mail and Telephone Surveys: The Total Design<br />

Method’. Sindsdien is de ‘Total Design Method’, oftwel TDM, een standaard bena<strong>der</strong>ing geworden als<br />

het gaat om het uitvoeren van enquêtes. In 2000 kwam Dillman met een nieuw boek: ‘Mail and<br />

Internet Surveys: The tailored design method’. Ik zet kort de beginselen van de ‘Total Design Method’<br />

uiteen en vervolgens geef ik aan hoe ik deze heb geïmplementeerd in mijn vragenlijst.<br />

Aan de basis van de TDM ligt de theorie van ‘Social Exchange’. De theorie zegt dat handelingen van<br />

mensen gemotiveerd worden door de opbrengsten die ze eruit hopen te halen. Drie elementen zijn<br />

daarbij van belang: opbrengsten / beloningen, kosten en vertrouwen (rewards, costs and trust). De<br />

opbrengsten zijn wat iemand uit een bepaalde actie probeert te halen. De kosten zijn wat je daarvoor<br />

moet investeren en ‘vertrouwen’ is de verwachting dat op de lange termijn de opbrengsten groter<br />

zullen zijn dan de kosten.<br />

De theorie van ‘social exchange’ werpt drie vragen op over het ontwerp van een vragenlijst: hoe<br />

kunnen we de beloningen maximaliseren? Hoe kunnen we de (perceptie van) de kosten zo laag<br />

mogelijk houden? Hoe kunnen we het vertrouwen winnen?


Hoofdstuk 4 Empirisch on<strong>der</strong>zoek<br />

In het on<strong>der</strong>staande schema staan de adviezen die Dillman hierover geeft:<br />

To establish Trust To increase Rewards To Reduce Social Costs<br />

Provide token of appreciation in<br />

advance<br />

Show positive regard Avoid subordinating language<br />

Sponsorship by legitimate<br />

authority<br />

Say thank you Avoid embarrassment<br />

Make the task appear important Ask for advice Avoid inconvenience<br />

Invoke other exchange<br />

Give tangible rewards Make questionnaire short and<br />

relationships<br />

easy<br />

Make the questionnaire Minimize requests to obtain<br />

interesting<br />

personal information<br />

Give social validation<br />

Communicate scarcity of<br />

response opportunities<br />

Emphasize similarity to other<br />

requests.<br />

Manieren om vertrouwen van de lezer te creëren, de opbrengsten voor hen te optimaliseren en de ‘sociale’<br />

kosten voor de respondent zo laag mogelijk te houden. (Bron: Dillman, 2000).<br />

Dit heb ik op de volgende manier in mijn aanpak verwerkt:<br />

Vertrouwen scheppen (To establish trust)<br />

Provide token of appreciation in advance. Dit houdt in dat je bij het verzenden van de enquête een<br />

kleinigheidje voor de moeite toevoegt. Dillman gaat hierbij uit van een schriftelijke enquête en stelt<br />

voor bij het verzenden geld ($1 à $2) in de envelop bij te sluiten. Dit is echter niet mogelijk bij een<br />

on<strong>der</strong>zoek via internet.<br />

Sponsorship by legitimate authority. Het is aangetoond dat de respons hoger is als het verzoek van<br />

een instantie met aanzien komt. De begeleidende brief (e-mail) is daarom verstuurd on<strong>der</strong> de naam<br />

van de hoofdredacteur van het Eindhovens Dagblad én uit naam van een onafhankelijke instantie met<br />

hoog aanzien (<strong>Rijksuniversiteit</strong> <strong>Groningen</strong>).<br />

Make the task appear important. De enquête moet belangrijk lijken. In de begeleidende brief en op de<br />

website wordt benadrukt dat er naar aanleiding van de mening van lezers actie on<strong>der</strong>nomen zal<br />

worden. Ook is genoemd dat de lezers een afstudeeron<strong>der</strong>zoek on<strong>der</strong>steunen met hun antwoorden.<br />

Tot slot is ervoor gezorgd dat de enquête professionaliteit uitstraalt, wat het ook meer aanzien van<br />

belangrijkheid geeft.<br />

Invoke other exchange relationships. Hierbij benadruk je bestaande relaties tussen de lezer en de<br />

enquêteur. In de brief wordt benadrukt dat de lezers elke dag gratis de *gratis* e-mailkrant van het<br />

Eindhovens Dagblad ontvangen. Wellicht zullen zij hierdoor een gunst willen verlenen door de<br />

enquête in te vullen.<br />

Vergroten van de opbrengst (To increase rewards)<br />

Show positive regard / Blijk geven van achting. Dit betekent, heel breed, dat je de lezer met respect<br />

behandelt. Er is uitgelegd waarom het on<strong>der</strong>zoek wordt gehouden, gezorgd voor een telefoonnummer<br />

of e-mailadres voor vragen en een goede afhandeling daarvan. In de begeleidende brief en op de<br />

website wordt veel informatie over de redenen van het on<strong>der</strong>zoek gegeven. Er is bijvoorbeeld een<br />

extra pagina ‘Meer over het on<strong>der</strong>zoek’ gemaakt. Ook wordt het e-mailadres voor informatie meer<strong>der</strong>e<br />

malen genoemd.<br />

Say thank you / Uitspreken van dank voor verlenen medewerking. In de begeleidende brief wordt de<br />

lezer bij voorbaat bedankt voor zijn moeite. Ook op de introductiepagina op de website en na het<br />

invullen van de enquête wordt de lezer bedankt.


Hoofdstuk 4 Empirisch on<strong>der</strong>zoek<br />

Ask for advice / Wijzen op essentiele belang van medewerking (gezien de expertise van de<br />

respondent.) Dillman schrijft dat uit on<strong>der</strong>zoek van Blau (1964) en Homans (1961) blijkt dat mensen<br />

een goed gevoel krijgen als ze om hulp of advies worden gevraagd. Mensen krijgen vaak een gevoel<br />

van voldoening als ze weten dat ze iemand ergens mee helpen. In de teksten wordt daarom expliciet<br />

gezegd dat de mening van de lezer nodig is en dat ze kunnen helpen bij het slagen van een<br />

afstudeeron<strong>der</strong>zoek.<br />

Give tangible rewards. Dit houdt in dat er een fysieke beloning gegeven wordt. Uit on<strong>der</strong>zoek blijkt dat<br />

het geven van een beloning vooraf - bij het versturen van het verzoek om de enquête in te vullen - het<br />

beste werkt. Dan ontstaat er bij de geënquêteerde een gevoel van verplichting, hij heeft immers wat<br />

gratis ontvangen. Het schuldgevoel kan vervolgens makkelijk worden ingelost door de enquête in te<br />

vullen. Echter bij een online-enquete werkt dit niet. Daarom is ervoor gekozen prijzen te verloten<br />

on<strong>der</strong> de inzen<strong>der</strong>s. Op de website waar de vragenlijst werd gepresenteerd werd een aparte pagina<br />

ingericht waar de prijzen uitgebreid beschreven werden.<br />

Make the questionnaire interesting. Er is geprobeerd de vragen zo interessant en afwisselend mogelijk<br />

te maken. Ver<strong>der</strong> is ervoor gekozen antwoordschalen af te wisselen; zijn de vragen zo begrijpelijk<br />

mogelijk geformuleerd; zijn de persoonlijke vragen achterin geplaatst en is geprobeerd een<br />

aantrekkelijke en duidelijke lay-out te ontwerpen. Ook is geprobeerd het aantal open vragen tot een<br />

minimum te beperken.<br />

Give social validation. Als mensen weten dat an<strong>der</strong>en aan de oproep gehoor hebben gegeven, kan<br />

dat overtuigen om zelf ook mee te doen, zo blijkt uit on<strong>der</strong>zoek. (in Dillman: Cialdini, 1984; Groves,<br />

Cialdini and Couper, 1992) Als dus nogmaals wordt verzocht om de enquête in te vullen, kan het<br />

helpen om aan te geven hoeveel mensen de enquête al hebben ingevuld.<br />

Communicate scarcity of response opportunities. In de brief en op de website wordt vermeld dat de<br />

lezers twee weken de tijd hebben om de vragenlijst in te vullen.<br />

Het minimaliseren van de sociale kosten (To Reduce Social Costs)<br />

Avoid subordinating language. Er is op gelet dat de lezer steeds vriendelijk wordt aangesproken en uit<br />

de communicatie blijkt dat de enquêteer de lezer nodig heeft en niet an<strong>der</strong>som.<br />

Avoid embarrassment. Thibaut en Kelly (1959) hebben aangetoond dat de inspanning / kosten voor<br />

een persoon hoog zijn als er veel denkwerk wordt vereist. De kosten worden nog hoger als dat ook<br />

nog gepaard gaat met schaamte en nerveusheid. Complexe vragen en aanwijzingen die verwarring<br />

opleveren geven mensen een gevoel van onkunde, dat vermeden moet worden. Daarom is<br />

geprobeerd de vragenlijst zo hel<strong>der</strong> mogelijk te presenteren.<br />

Make questionnaires appear short and easy. De vragenlijst moet er kort en makkelijk uitzien. Dit was<br />

een lastige opgave voor deze vragenlijst, omdat het aantal vragen vrij groot was. Daarom is ervoor<br />

gekozen de vragen in drie pagina’s op te splitsen en een voortgangsbalk bij elke pagina te geven<br />

zodat de lezer weet hoe ver hij is. (Hiervoor is ook gekozen zodat na elke set van circa negen vragen<br />

gecheckt kan worden of alle vragen zijn ingevuld.) Ook is meer<strong>der</strong>e malen aangegeven hoe lang het<br />

invullen van de vragenlijst duurt. On<strong>der</strong>zoek heeft aangetoond dat lange vragenlijsten een wat lager<br />

responspercentage hebben (Heberlein en Baumgartner, 1978).<br />

Minimize requests to obtain personal information. Pas aan het einde van de enquête wordt om enkele<br />

persoonlijke gegevens gevraagd. Daar is steeds bij vermeld waarom de informatie nodig is. Ook is in<br />

de brief vermeld dat alle gegevens vertrouwelijk en anoniem behandeld worden.


Hoofdstuk 4 Empirisch on<strong>der</strong>zoek<br />

Internet enquêtes<br />

In de bovenstaande paragrafen is steeds gepraat over schriftelijke enquêtes op papier. Echter, voor<br />

dit on<strong>der</strong>zoek is een enquête via het internet uitgevoerd. Een vragenlijst op het web is een vorm van<br />

een schriftelijke enquête, maar internetenquêtes hebben hun eigen eigenaardigheden en bijkomende<br />

voor- en nadelen. Deze zullen hieron<strong>der</strong> kort worden weergegeven:<br />

Voordelen van een enquête via internet<br />

Je hebt geen kosten meer voor papier, postzegels, verzending en data entry<br />

<br />

Door de introductie van elektronische enquêtemethoden zijn de kosten per geënquêteerde niet<br />

<br />

groot. Als ik bijvoorbeeld een papieren enquête had uitgevoerd, was waarschijnlijk niet de hele<br />

groep van circa 2500 abonnees geënquêteerd. Bij een elektronisch on<strong>der</strong>zoek is dat geen<br />

probleem.<br />

Je hebt in potentie makkelijk een internationaal bereik.<br />

<br />

Er zijn veel technische mogelijkheden die je bij een papieren vragenlijst niet hebt. Je kunt<br />

<br />

bijvoorbeeld in pop-up vensters direct instructies bij de betreffende vraag geven. Ook het<br />

overslaan van vragen kan automatisch gebeuren (‘skips’). Door drop-down menu’s kunnen lange<br />

lijsten vermeden worden.<br />

Nadelen van een enquête via internet<br />

De meeste mensen hebben ervaring met het invullen van een papieren enquête. Niet ie<strong>der</strong>een<br />

<br />

heeft al eens een elektronische vragenlijst ingevuld.<br />

Zoals alle (persoonlijke) informatie op het web, brengen elektronische enquêtes weer vragen over<br />

<br />

veiligheid en vertrouwelijkheid met zich mee<br />

Technische problemen.<br />

<br />

1. Bij het ontwerpen van een papieren enquête weet je zeker dat ie<strong>der</strong>een de vragenlijst op<br />

dezelfde manier on<strong>der</strong> ogen krijgt. Bij een elektronische enquête is dat nooit zeker. Een<br />

bepaalde lay-out kan er op verschillende computers erg verschillend uitzien door een<br />

an<strong>der</strong> besturingssysteem, een an<strong>der</strong>e webbrowser of een an<strong>der</strong>e versie ervan en een<br />

an<strong>der</strong>e schermresolutie (640 x 480, 800 x 600 of 1024 x 768 pixels). Dit kan tot gevolg<br />

hebben dat kleuren, afstanden op het scherm en wat je ziet op het scherm er an<strong>der</strong>s uit<br />

kunnen zien voor de ontwerper en degene die de enquête invult.<br />

2. Als de antwoorden bij de verwerking niet goed opgeslagen worden, ben je direct alle data<br />

kwijt.<br />

Je kunt geen ‘token of appreciation’ aan de introductiebrief toevoegen. Ook zijn de mogelijkheden<br />

<br />

qua presentatie iets beperkter.<br />

Het besluit om niet aan de enquête deel te nemen wordt waarschijnlijk nog sneller genomen. Email<br />

is een snel medium en de volgende e-mail (die misschien wel veel interessanter is) is slechts<br />

één muisklik ver<strong>der</strong>. Het deleten van een e-mail gaat sneller en makkelijker dan het weggooien<br />

van een papieren enquête<br />

Uiteindelijk is ervoor gekozen een enquête via internet te houden, om de volgende redenen:<br />

De enige betrouwbare informatie die van de ED-NieuwsMail abonnees beschikbaar is, zijn de emailadressen.<br />

De groep leest regelmatig e-mail en er kan aangenomen worden dat de<br />

lezersgroep meer dan gemiddeld vertrouwd is met het web. Er is dagelijks contact met deze groep<br />

via e-mail en het web, wat het een logische keuze maakt. Ook het gemak waarmee de mening<br />

van de lezers in het buitenland verkregen kon worden, speelde een rol bij deze keuze.<br />

De kosten. Aangezien de middelen beperkt waren en ik een grote groep wilde bereiken, was een<br />

enquête via het web de goedkoopste oplossing.


Hoofdstuk 4 Empirisch on<strong>der</strong>zoek<br />

De praktische uitvoering<br />

Bij de praktische uitvoering zijn een aantal zaken overwogen. De volgende on<strong>der</strong>werpen zullen kort<br />

besproken worden:<br />

De te enquêteren groep<br />

<br />

Hoe de enquête aan te bieden<br />

<br />

Technische uitvoering<br />

<br />

De introductiebrief en de remin<strong>der</strong><br />

<br />

Datum / tijdstip<br />

<br />

Testen<br />

De te enquêteren groep<br />

Er waren vijf groepen die in aanmerking kwamen om geënquêteerd te worden, namelijk:<br />

Groep Aantal<br />

De huidige lezers van de ED ‘algemene’ e-mailkrant (ED-NieuwsMail) 2527<br />

De huidige lezers van de economische e-mailkrant (ED-EconomieMail) 560<br />

De huidige lezers die beide nieuwsbrieven lezen 274<br />

Afmel<strong>der</strong>s van ED ‘algemene’ e-mailkrant 2613<br />

Afmel<strong>der</strong>s van Economie e-mailkrant onbekend<br />

Mogelijk te enquêteren groepen. (Meetdatum: 12 / 02 / 2003)<br />

Uiteindelijk is ervoor gekozen om uitsluitend de eerste groep te enquêteren De lezers van de ED-<br />

EconomieMail zijn buiten beschouwing gelaten omdat die groep relatief klein is. De afmel<strong>der</strong>s van de<br />

ED-NieuwsMail zouden een interessante groep zijn geweest. Echter, er mocht slechts een te klein<br />

percentage van deze groep bena<strong>der</strong>d worden. Daarom is deze groep niet on<strong>der</strong>vraagd.<br />

Hoe de enquête aan te bieden<br />

Een elektronische enquête kan op twee manieren worden verzonden. De hele enquête kan als mail<br />

naar de doelgroep worden verstuurd of er kan een mail naar de doelgroep worden verstuurd met een<br />

link naar de website, waarop de enquête is gepresenteerd. In het laatste geval worden de vragen dus<br />

ingevuld op de website. Het nadeel van de laatste optie, is dat de vereiste inspanning van het invullen<br />

van de vragenlijst groter is voor de lezer: om de vragenlijst in te kunnen vullen moet hij een extra<br />

handeling verrichten, namelijk het aanklikken van de link in de mail naar de vragenlijst op de website.<br />

Dit kan de respons op de vragenlijst verkleinen. Het voordeel is van technische aard: de kans van<br />

goede verwerking van de ingevulde gegevens is een stuk groter. Als de enquête in zijn geheel per email<br />

naar de respondent wordt gestuurd, bestaat de kans dat bij het terugzenden van de vragenlijst<br />

met antwoorden, informatie verloren gaat. Omdat het primair van belang is dat de enquêteantwoorden<br />

goed kunnen worden verwerkt, heb ik in dit on<strong>der</strong>zoek voor de laatste optie gekozen. De e-mail die<br />

naar de doelgroep wordt verzonden heeft in dit geval de functie van de introductiebrief.<br />

Vervolgens is ervoor gekozen de enquête verdeeld over drie pagina’s aan te bieden, zodat elke<br />

pagina circa tien vragen bevatte. 3 Op die manier kon na elke set van circa tien vragen gecheckt<br />

worden of alle vragen ingevuld waren. Wanneer de respondent op de button ‘volgende’ klikte, werden<br />

de gegevens van de zojuist ingevulde pagina reeds verwerkt. Bovenaan elke pagina werd door middel<br />

van een voortgangsbalk aangegeven hoe ver de respondent gevor<strong>der</strong>d was bij het invullen van de<br />

vragenlijst. Wanneer een respondent een vraag oversloeg of een niet-geldig antwoord invulde,<br />

verscheen een pop-up venster met een foutmelding. Wanneer de vragen allemaal direct on<strong>der</strong> elkaar<br />

zouden zijn aangeboden, zou de respondent er bijvoorbeeld pas bij vraag 25 op gewezen kunnen<br />

worden dat hij vraag 1 niet heeft ingevuld. Ook is overwogen elke vraag in een apart venster aan te<br />

bieden. Echter, de context van vragen kan op deze manier verloren gaan.<br />

Een uitgeprinte versie van de enquête, met de aanverwante webpagina’s, is bijgevoegd als bijlage 2.<br />

3 De online enquête is na de inzendingtermijn van de website van het Eindhovens Dagblad verwij<strong>der</strong>d.<br />

Voor enige tijd is de enquête nog online te vinden op<br />

http://www.wdozuid.nl/on<strong>der</strong>zoeken/ekrant/index.html.


Hoofdstuk 4 Empirisch on<strong>der</strong>zoek<br />

Technische uitvoering<br />

De enquête is in FrontPage ontworpen in HTML en JavaScript. Door middel van ASP (Active Server<br />

Pages) is de inhoud van de formulieren naar een Access-database getransporteerd, welke bestond<br />

uit één tabel. De inhoud van deze tabel zag er als volgt uit:<br />

De enquête bestond uit zevenentwintig vragen, waarbij vijf vragen opgedeeld waren in meer<strong>der</strong>e<br />

subvragen. Aan het eind volgde een vraag naar adresgegevens. Dit leverde uiteindelijk een tabel met<br />

61 velden op van het type tekst en één memoveld (voor opmerkingen).<br />

De gegevens zijn verwerkt in Microsoft Access 97 en met behulp van het statische softwarepakket<br />

SPSS 11.0 for Windows.<br />

De introductiebrief en de remin<strong>der</strong><br />

De introductiebrief bevat een uiteenzetting over het doel en belang van de enquête wie de<br />

opdrachtgever of initiatiefnemer is, waarom de respondent wordt gevraagd om medewerking en<br />

waarvoor de resultaten van de enquête worden gebruikt (op basis van Ne<strong>der</strong>hoed, 1996:95). Door het<br />

lezen van de mail moet de lezer gemotiveerd worden om naar de enquête op de website van het<br />

Eindhovens Dagblad te gaan. Ik probeer de motivatie te versterken door de suggesties die Ne<strong>der</strong>hoed<br />

en Dillman geven voor verbetering van de respons bij schriftelijke enquêtes op de introductiemail toe<br />

te passen. Daarnaast heb ik de AIDA-formule op de e-mail toegepast. Deze formule wordt gebruikt als<br />

leidraad bij het schrijven van direct-mail. De letters staan voor ‘attention-interest-desire-action’ (zie<br />

o.a. Jansen en de Galan, 1990 en Abelen e.a., 1993). Om de lezer zo makkelijk en snel mogelijk naar<br />

de enquête te leiden, is er een directe link naar de enquête in de introductiemail opgenomen.<br />

Er is getracht de e-mail aantrekkelijk vorm te geven en kort en bondig te houden. Al direct in het<br />

on<strong>der</strong>werp van de e-mail wordt naar de te winnen prijzen verwezen, wat tot doel heeft de lezer te<br />

motiveren. Door de brief uit naam van de hoofdredacteur te zenden en de naam van de universiteit te<br />

gebruiken, is geprobeerd de e-mail status te geven. Op woendag 26 maart 2003 ontvingen alle<br />

abonnees van de ED-NieuwsMail de introductiebrief met daarin het verzoek de enquête op de website<br />

in te vullen.


Hoofdstuk 4 Empirisch on<strong>der</strong>zoek<br />

Remin<strong>der</strong><br />

Dillman betoogt dat bij het ontwerpen van een enquête twee aannames fundamenteel zijn:<br />

Responding to a self-administered questionnaire involves not only cognition, but also motivation (Jenkins and<br />

<br />

Dillman, 1995,1997)<br />

Multiple attempts are essential to achieving satisfactory response rates to self-administered surveys<br />

regardless of whether administered by e-mail, the web, or postal delivery (Scott, 1961; Herberlein and<br />

Baumgarter, 1978; Dillman, 1991).<br />

Het is dus noodzakelijk volgens Dillman om mensen er na een bepaalde tijd aan te herinneren de<br />

enquête in te vullen. Daarvoor zijn twee methoden bedacht. Ten eerste is ervoor gekozen om in elke<br />

versie van de reguliere ED-NieuwsMail een button toe te voegen die de lezers naar de vragenlijst<br />

leidt.<br />

Ten tweede is er na een week opnieuw een apart verzoek per e-mail gestuurd om de enquête in te<br />

vullen. Deze ‘remin<strong>der</strong>’ is enkel naar die lezers verzonden, die de enquête nog niet hadden ingevuld.<br />

Op woendag 2 april is een ‘remin<strong>der</strong>’ gestuurd naar alle abonnees die de enquête nog niet hebben<br />

ingevuld. Hierbij is het verzoek opnieuw kort & bondig gehouden en is het verzoek vriendelijk en nietdwingend<br />

geformuleerd.<br />

De introductiebrief en de remin<strong>der</strong> zijn toegevoegd als bijlage 3<br />

Datum / Tijdstip<br />

Ook het moment van versturen - welk dag in de week en zelfs, welk moment op de dag - is van<br />

invloed op het responspercentage. Besloten werd de e-mail midden in de week (woensdag) en enkele<br />

minuten na het verzenden van de ‘reguliere’ ED-NieuwsMail (rond 11:00) te verzenden.<br />

Testen<br />

Voordat de enquête uiteindelijk verstuurd werd, is zij uitgebreid getest, zowel technisch als inhoudelijk.<br />

Aan de testpersonen was gevraagd de enquête niet alleen inhoudelijk, maar ook qua structuur,<br />

vormgeving en functionaliteit (of alle interne links bijvoorbeeld werken) te beoordelen. Ver<strong>der</strong> is hen<br />

gevraagd bij te houden hoeveel tijd zij bij bena<strong>der</strong>ing nodig hadden om de enquête in te vullen, zodat<br />

in de begeleidende e-mail een goede schatting gegeven kon worden van de benodigde tijd.<br />

4.3.3 Resultaten enquête<br />

Respons<br />

In totaal zijn 1.146 vragenlijsten retour ontvangen. Enkele vragenlijsten bleken niet bruikbaar: 4<br />

vragenlijsten waren geheel leeg; op 41 vragenlijsten waren slechts de antwoorden 1 t/m 10<br />

beantwoord; op 28 vragenlijsten waren de vragen vanaf vraag 22 leeg. Ver<strong>der</strong> waren er 33<br />

testrecords. Hierdoor bleven uiteindelijk 1040 volledig ingevulde vragenlijsten over. Er is voor gekozen<br />

om met deze volledige gegevens te werken. De niet-volledig ingevulde vragenlijsten kunnen het<br />

resultaat zijn van het voortijdig verlaten van de enquêtepagina doordat de respondenten bijvoorbeeld<br />

technische problemen kregen of ‘geen zin meer hadden’.<br />

Relateren we het totaal aantal ingevulde vragenlijsten (1.040) aan het totaal aantal bena<strong>der</strong>de<br />

personen (2527), dan betekent dit een respons van 41%. De resultaten kunnen door dit hoge<br />

responspercentage als representatief worden beschouwd voor de hele populatie.


Hoofdstuk 4 Empirisch on<strong>der</strong>zoek<br />

Profiel van de respondenten<br />

Geslacht<br />

In totaal hebben 782 mannen en 258 vrouwen aan het on<strong>der</strong>zoek meegewerkt. Hiermee komt de<br />

verhouding man-vrouw op 75%: 25 %. Ter vergelijking: 62 % van de bezoekers van de website van<br />

het Eindhovens Dagblad is man, 38 % is vrouw (bron: WeM Profiel regioportals, november 2001.) Bij<br />

de lezers van de papieren krant ligt deze verhouding juist an<strong>der</strong>s: daar zijn de vrouwen in de<br />

meer<strong>der</strong>heid.<br />

Papieren krant 4<br />

Bezoekers ED-website 5<br />

Totale lezers ED-<br />

NieuwsMail 6<br />

Respondenten<br />

on<strong>der</strong>zoek ED-<br />

NieuwsMail<br />

Man Vrouw Onbekend<br />

46% 54% -<br />

62% 38% -<br />

65% (79 %) 17% (21%) 18% (0%)<br />

75% 25% -<br />

Het hoge percentage ‘onbekend’ in het totale (adressen)bestand van de ED-NieuwsMail, vertekent het<br />

beeld enigszins. Als we ervan uitgaan dat de geslachtsverdeling van de onbekende groep dezelfde is<br />

als voor de bekende groep, kunnen we zeggen dat 79% van de lezers van de ED-NieuwsMail van het<br />

mannelijke geslacht is en de overige 21% van het vrouwelijke.<br />

Leeftijd<br />

On<strong>der</strong> de respondenten zijn de leeftijdsgroepen 25 t/m 34 jaar (21%), 35 t/m 44 jaar (28%) en 45 t/m<br />

54 jaar (24%) het sterkst vertegenwoordigd.<br />

30<br />

25<br />

20<br />

15<br />

10<br />

5<br />

0<br />

0<br />

4<br />

21<br />

<br />

<br />

<br />

<br />

<br />

<br />

<br />

<br />

<br />

<br />

<br />

<br />

<br />

<br />

<br />

28<br />

%<br />

24<br />

<br />

<br />

<br />

<br />

<br />

<br />

<br />

<br />

<br />

<br />

<br />

<br />

<br />

<br />

16<br />

6<br />

<br />

<br />

<br />

<br />

<br />

< 19<br />

19 - 24<br />

<br />

25 - 34<br />

35 - 44<br />

45 - 54<br />

55 - 64<br />

> = 65<br />

4<br />

Bron: SUMMO/DGO 2000/2001<br />

5<br />

Bron: WeM Profiel regioportals, november 2001<br />

6<br />

Zoals door de 2527 abonnees is aangegeven bij opgave voor een abonnement op de ED-NieuwsMail<br />

(meetdatum: 26 maart 2003).


Hoofdstuk 4 Empirisch on<strong>der</strong>zoek<br />

Als we deze leeftijdsopbouw naast die van de bezoekers van de ED-Website en de papieren krant<br />

leggen, valt een aantal zaken op.<br />

Het is opvallend dat de groep 19 t/m 24 jaar wel een groot deel uitmaakt van de bezoekers van de EDwebsite<br />

(17%), maar slechts weinigen van hen zich abonneren op de ED-NieuwsMail (4%). Het<br />

omgekeerde is het geval bij de leeftijdsgroep van 55 t/m 64 jaar. Zij maken 16% uit van de totale<br />

groep ED-NieuwsMail lezers, maar vormen slechts 6% van de bezoekers van de website.<br />

Als we de leeftijdsopbouw van de respondenten vergelijken met de leeftijdsopbouw van de lezers van<br />

de papieren krant, valt op dat de groep ED-NieuwsMaillezers tussen 25 - 44 jaar bijna de helft van de<br />

respondenten beslaat (49%), terwijl het aandeel van deze leeftijdsgroep bij de papieren krant 33% is.<br />

< 25<br />

25 - 34<br />

35 - 44<br />

45 - 54<br />

55 - 64<br />

> = 65<br />

0<br />

Geen opgave<br />

0<br />

Opleidingsniveau<br />

5<br />

<br />

<br />

<br />

<br />

<br />

<br />

<br />

<br />

<br />

<br />

<br />

<br />

6<br />

<br />

<br />

<br />

2<br />

2<br />

6<br />

13<br />

%<br />

0 5 10 15 20 25 30<br />

15<br />

<br />

16<br />

16<br />

17<br />

17<br />

18<br />

21<br />

21<br />

23<br />

24<br />

24<br />

26<br />

28<br />

<br />

Lezers ED-NieuwsMail<br />

Bezoekers ED-website<br />

<br />

Lezers papieren krant<br />

Het opleidingsniveau van de respondenten is hoog. Dit was te verwachten als we naar het<br />

opleidingsniveau van internetgebruikers in het algemeen en de bezoekers van de ED-website in het<br />

bijzon<strong>der</strong> kijken.<br />

Ter vergelijking de leeftijdsopbouw van de lezers van Eindhovens Dagblad van 13 jaar en ou<strong>der</strong> (bron:<br />

SUMMO/DGO 2000/2001):<br />

Opleidingniveau 7<br />

Laag Midden Hoog<br />

Papieren krant 19% 46% 35%<br />

Lezers ED-NieuwsMail 5% 41% 54%<br />

Herkomst respondenten<br />

Zoals te verwachten, woont het grootste deel van de lezers in de provincie Noord-Brabant (84 %). De<br />

op één na grootste groep zijn de lezers die in het buitenland wonen: de in totaal 97 respondenten<br />

vormen 9 % van het totaal aantal respondenten. Dit getal komt overigens overeen met het percentage<br />

bezoekers dat vanuit het buitenland de website van het Eindhovens Dagblad bezoekt (bron: WeM<br />

profiel regioportals, 2001).<br />

7 Laag: LO en LBO, Midden: MO, MBO en HO, Hoog: HBO en WO.


Hoofdstuk 4 Empirisch on<strong>der</strong>zoek<br />

Provincie %<br />

N-Brabant 84<br />

N-Brabant 84<br />

Buitenland 9<br />

Buitenland 9<br />

Zuid-Holland 1<br />

Zuid-Holland 1<br />

Noord-Holland 1<br />

Noord-Holland 1<br />

Utrecht 1<br />

Utrecht 1<br />

Limburg 1<br />

Gel<strong>der</strong>land 0,5<br />

Gel<strong>der</strong>land 0,5<br />

Drenthe 0,5<br />

Drenthe 0,5<br />

Overijssel, Zeeland,<br />

Flevoland, Friesland,<br />

<strong>Groningen</strong><br />

1<br />

Overijssel, Zeeland,<br />

Flevoland, Friesland,<br />

<strong>Groningen</strong><br />

1<br />

Als we inzoomen op Noord-Brabant en vervolgens op het verspreidingsgebied van het Eindhovens<br />

Dagblad, blijkt dat 836 respondenten (80%) binnen het verspreidingsgebied wonen.<br />

N %<br />

Binnen verspreidingsgebied (NL) 834 80%<br />

Buiten verspreidingsgebied (NL) 107 10%<br />

Buitenland 97 9%<br />

Onbekend 2 0%<br />

Als we de respondenten die binnen het verspreidingsgebied wonen, ver<strong>der</strong> uitsplitsen naar plaats,<br />

blijkt dat het grootste deel van de respondenten uit Eindhoven komt. In totaal gaat het om ongeveer<br />

1/3 deel van de ED-NieuwsMail lezers.<br />

Plaats n % van respondenten binnen het<br />

verspreidingsgebied (n = 834)<br />

Eindhoven 324 39% 31%<br />

Helmond 102 12% 10%<br />

Veldhoven 64 8% 6%<br />

Valkenswaard 37 4% 4%<br />

Geldrop 30 4% 3%<br />

Nuenen 29 4% 3%<br />

Best 23 3% 2%<br />

Someren 18 2% 2%<br />

Waalre 17 2% 2%<br />

Mierlo 16 2% 2%<br />

Deurne 14 2% 1%<br />

Gemert 12 1% 1%<br />

Son 10 1% 1%<br />

Oirschot 10 1% 1%<br />

Heeze 10 1% 1%<br />

% van de totale aantal<br />

respondenten (n = 1040)


Hoofdstuk 4 Empirisch on<strong>der</strong>zoek<br />

Overige plaatsen<br />

(n < 10)<br />

118 14% 11%<br />

Totaal 834 100% 80%


Hoofdstuk 4 Empirisch on<strong>der</strong>zoek<br />

Abonnement op papieren krant<br />

70% van de respondenten geeft aan in een of an<strong>der</strong>e vorm de papieren versie van het Eindhovens<br />

Dagblad te lezen:<br />

%<br />

Lezen ED door alle abonnees ED-NieuwsMail<br />

<br />

<br />

<br />

<br />

<br />

<br />

<br />

38 9 9 14 30<br />

<br />

<br />

<br />

0% 20% 40% 60% 80% 100%<br />

<br />

Ja: heeft een <br />

abonnement<br />

Ja: Meelezer<br />

<br />

<br />

Ja: Koopt krant<br />

<br />

los<br />

Ja: Leest krant el<strong>der</strong>s (werk, bibliotheek, etc.)<br />

Nee<br />

Van de respondenten die binnen het verspreidingsgebied wonen (80%) leest 81% de krant op een of<br />

an<strong>der</strong>e manier regelmatig. 45% heeft een abonnement, 10% is meelezer; 11% koopt de krant los en<br />

14% leest de krant el<strong>der</strong>s. 19% van de respondenten binnen het verspreidingsgebied leest de<br />

papieren versie van het Eindhovens Dagblad niet.<br />

Vervolgens werd de respondenten gevraagd of zij een (an<strong>der</strong>e) krant lazen. 39% geeft aan een<br />

landelijke krant te lezen:<br />

Van de 379 respondenten die binnen het verspreidingsgebied wonen én een abonnement op de<br />

papieren versie van het Eindhovens Dagblad hebben, leest 53% daarnaast géén an<strong>der</strong>e papieren<br />

krant. 41% van de ED-abonnees leest naast deze krant ook nog regelmatig een landelijke krant.<br />

Van de respondenten die wél in het verspreidingsgebied wonen, maar géén abonnement op het<br />

Eindhovens Dagblad hebben (NB: zij kunnen de krant wel meelezen of el<strong>der</strong>s lezen), leest meer dan<br />

de helft (53%) niet regelmatig een an<strong>der</strong>e krant. 37% leest regelmatig een landelijke krant, terwijl 16%<br />

van de niet-abonnees in het verspreidingsgebied regelmatig de gratis kranten Metro / Spits leest.<br />

An<strong>der</strong>e e-mailkranten<br />

Het grootste deel van de respondenten (68%) houdt het bij één e-mailkrant: die van het Eindhovens<br />

Dagblad, 32% leest daarnaast ook een of meer ‘algemene’ elektronische nieuwsbrieven. De emailkranten<br />

van Kranten.com en de dagelijkse nieuwsbrief van NRC zijn daarbij het populairst.<br />

Resultaten m.b.t. ‘de ED-NieuwsMail’<br />

Redenen om de ED-NieuwsMail te lezen<br />

Respondenten kunnen verschillende beweegredenen hebben om de ED-NieuwsMail te lezen. Zij<br />

kunnen de e-mailkrant lezen omdat het hen tijd bespaart of omdat het hen geld bespaart. Deze laatste<br />

reden zou erop kunnen wijzen dat de e-mailkrant in plaats van de papieren krant wordt gelezen en er<br />

kannibalisatie optreedt. Wellicht lezen ze de e-mail vooral om op de hoogte te blijven van het<br />

landelijke nieuws, of misschien juist voor het regionale nieuws.


Hoofdstuk 4 Empirisch on<strong>der</strong>zoek<br />

++ + + / - - - -<br />

Tijdsbesparing 15% 33% 28% 19% 5%<br />

Geldbesparing 13% 20% 18% 29% 20%<br />

Voor regionale<br />

nieuws<br />

24% 43% 19% 11% 4%<br />

Voor landelijke<br />

nieuws<br />

15% 46% 26% 10% 4%<br />

++ : Helemaal mee eens<br />

+ : Mee eens<br />

+/- : Neutraal<br />

- : Oneens<br />

- - : Helemaal mee oneens<br />

Als we de antwoordcategorieën tot drie opties terugbrengen: ‘(Helemaal) mee eens’ - Neutraal -<br />

‘(Helemaal) mee oneens’, valt op dat tijdsbesparing een belangrijker drijfveer vormt om de ED-<br />

NieuwsMail te lezen dan geld. Dit kan erop wijzen dat de ED-NieuwsMail niet als vervanging wordt<br />

gezien voor de papieren krant.<br />

Het regionale nieuws lijkt voor meer lezers een reden om de ED-NieuwsMail te lezen dan het<br />

landelijke nieuws. Met de stelling ‘Ik lees de ED-NieuwsMail voor het regionale nieuws’ is 67 % van de<br />

respondenten het in meer of min<strong>der</strong>e mate eens. Voor de respondenten uit het buitenland is dit zelfs<br />

82 % en voor de respondenten buiten het verspreidingsgebied is dit 79 %.<br />

Met de stelling ‘Ik lees de ED-NieuwsMail voor het landelijke nieuws’ is 61 % van de respondenten het<br />

(helemaal) eens. Voor de respondenten uit het buitenland en van buiten het verspreidingsgebied is dit<br />

respectievelijk 76 % en 47%. De respondenten die buiten het verspreidingsgebied wonen, lezen de<br />

ED-NieuwsMail dus het meest uitgesproken voor het regionale nieuws.<br />

Tijdsbesparing<br />

Geldbesparing<br />

Voor regionale<br />

nieuws<br />

Voor landelijke<br />

nieuws<br />

0 20 40 60 80<br />

14<br />

13<br />

18<br />

19<br />

28<br />

24<br />

Leesfrequentie, technische problemen en leesintensiteit<br />

Leesfrequentie<br />

26<br />

33<br />

48<br />

49<br />

61<br />

67<br />

Mee eens<br />

Neutraal<br />

Oneens<br />

Aan de respondenten werd gevraagd hoe vaak zij ED-NieuwsMail lezen. Ongeveer driekwart van de<br />

respondenten geeft aan de ED-NieuwsMail elke dag te lezen:<br />

n %<br />

Elke dag 787 76<br />

3-4 x per week 200 19<br />

1-2 x per week 44 4<br />

< 1 x per week 9 1


Hoofdstuk 4 Empirisch on<strong>der</strong>zoek<br />

Technische problemen<br />

De meeste respondenten (85%) on<strong>der</strong>vinden nooit technische problemen met de ED-NieuwsMail.<br />

13% zegt soms en 2% zegt altijd technische problemen te hebben.<br />

Doorsturen van de ED-NieuwsMail<br />

Het doorsturen van de ED-NieuwsMail naar vrienden of collega’s vindt mondjesmaat plaats. 56% zegt<br />

de ED-NieuwsMail nooit door te sturen, terwijl 44% zegt soms op de ‘forward’-knop te drukken. Min<strong>der</strong><br />

dan 1% stuurt de ED-NieuwsMail altijd door.<br />

Leesintensiteit<br />

Om een artikel volledig te kunnen lezen, moet de lezer doorklikken naar de website van het<br />

Eindhovens Dagblad. De lezer kan er ook voor kiezen enkel de kop en de eerste alinea van een<br />

artikel te lezen, welke in de e-mail zelf staan. De respondenten is gevraagd hoeveel van de artikelen<br />

zij normaal in deze verkorte weergave via de e-mail lezen. Hieruit blijkt dat 69 % van de respondenten<br />

gewoonlijk vier of meer artikelen in de ED-NieuwsMail leest. Gemiddeld bevat de ED-NieuwsMail acht<br />

artikelen.<br />

ED-NieuwsMail brengt het nieuws in acht vaste rubrieken: Actueel, Regio Eindhoven, Regio Helmond,<br />

Binnenland, Buitenland, Sport, Economie en Kunst. Een an<strong>der</strong> vast on<strong>der</strong>deel is de “Quote van de<br />

dag.” Aan de lezers is gevraagd hoe vaak zij deze rubrieken lezen.<br />

Actueel<br />

Regio Eindhoven<br />

Regio Helmond<br />

Binnenland<br />

Buitenland<br />

Sport<br />

Economie<br />

Kunst<br />

Quote van de dag<br />

0% 10% 20% 30% 40% 50% 60% 70% 80% 90%<br />

<br />

85%<br />

14%<br />

1%<br />

<br />

<br />

<br />

61%<br />

35%<br />

4%<br />

<br />

<br />

<br />

<br />

25%<br />

33%<br />

42%<br />

<br />

57%<br />

40%<br />

<br />

3%<br />

<br />

<br />

49%<br />

47%<br />

5%<br />

<br />

<br />

31%<br />

38%<br />

31%<br />

<br />

<br />

31%<br />

<br />

20%<br />

<br />

<br />

9%<br />

38%<br />

53%<br />

<br />

<br />

17%<br />

44%<br />

<br />

39%<br />

49%<br />

<br />

Altijd<br />

<br />

Soms<br />

<br />

Nooit<br />

<br />

Hieruit blijkt dat de rubriek Actueel veruit het best gelezen wordt. Ook “Regio Eindhoven” en<br />

“Binnenland” worden goed gelezen. De rubrieken “Regio Helmond”, “Sport”, en “Quote van de dag”<br />

worden door circa een<strong>der</strong>de van de respondenten niet gelezen. De kunstrubriek wordt door meer dan<br />

de helft van de respondenten nooit gelezen.<br />

Vervolgens is aan de lezers van de ED-NieuwsMail gevraagd bij hoeveel artikelen zij doorklikken naar<br />

het volledige artikel op de ED-website.


Hoofdstuk 4 Empirisch on<strong>der</strong>zoek<br />

Hieruit blijkt dat het grootste deel van de respondenten bij 1-3 artikelen doorklikt naar het volledige<br />

artikel op de website. Ver<strong>der</strong> geven 620 respondenten (60%) aan dat ze nu vaker op de website van<br />

het Eindhovens Dagblad komen, dan voordat zij de ED-NieuwsMail ontvingen. 29% komt er even<br />

vaak, terwijl 8 % min<strong>der</strong> vaak www.eindhovensdagblad.nl bezoekt.<br />

Doorklikken van artikel naar website<br />

Klik nooit door<br />

6%<br />

1-3 artikelen<br />

67%<br />

Bij (bijna) alle<br />

artikelen<br />

8%<br />

4 -6 artikelen<br />

Hoewel twee<strong>der</strong>de van de respondenten zegt slechts bij 1-3 artikelen door te klikken naar het<br />

volledige artikel op de website, zorgt de ED-NieuwsMail toch voor extra ‘traffic’ naar de website. Dit<br />

was als één van de doelen van de ED-NieuwsMail geformuleerd.<br />

Een an<strong>der</strong> doel is het imago en de waar<strong>der</strong>ing voor Eindhovens Dagblad te vergroten door het<br />

aanbieden van deze extra service. 65% van de respondenten zegt dat zijn of haar waar<strong>der</strong>ing voor het<br />

Eindhovens Dagblad als nieuwsaanbie<strong>der</strong> niet veran<strong>der</strong>d is sinds zij de ED-NieuwsMail lezen. 34%<br />

zegt wel meer waar<strong>der</strong>ing te hebben, terwijl een krappe 1% min<strong>der</strong> waar<strong>der</strong>ing heeft.<br />

Hoeveelheid nieuws<br />

Over de hoeveelheid nieuws in de ED-NieuwsMail heerst tevredenheid. 65% vindt de hoeveelheid die<br />

nu geboden wordt “precies goed”. 34% zou meer artikelen willen lezen, terwijl 1% het aanbod nu te<br />

groot vindt.<br />

Meer dan de helft van de respondenten gaf aan meer nieuws in de rubriek Actueel te willen lezen.<br />

49% van de respondenten verlangt bovendien meer nieuws uit de Regio Eindhoven. Dit hangt<br />

ongetwijfeld samen met de herkomst van de respondenten. 39% komt immers uit Eindhoven, terwijl<br />

bijvoorbeeld 12% uit Helmond komt.<br />

Méér nieuws Evenveel Min<strong>der</strong> nieuws<br />

Actueel 52% 47% 1%<br />

Regio Eindhoven 49% 46% 5%<br />

Regio Helmond 20% 44% 36%<br />

Binnenland 30% 68% 3%<br />

Buitenland 24% 69% 7%<br />

Sport 21% 49% 31%<br />

Economie 19% 62% 19%<br />

Kunst 6% 43% 50%<br />

19%


Hoofdstuk 4 Empirisch on<strong>der</strong>zoek<br />

Rapportcijfer<br />

De respondenten werd tevens gevraagd met welk rapportcijfer zij de ED-NieuwsMail waar<strong>der</strong>en. Het<br />

gemiddeld cijfer dat hieruit naar voren komt is 7,6. In de rapportcijfers zaten geen grote uitschieters.<br />

35% van de respondenten waardeert de ED-NieuwsMail met een 7, terwijl de helft van de 1.040<br />

respondenten dit product een 8 waard vindt.<br />

Vorm<br />

In de huidige vorm worden enkel de kop en de eerste alinea van een artikel getoond. Om het gehele<br />

artikel te lezen moet de lezer doorklikken naar de website van het Eindhovens Dagblad. 72% van de<br />

respondenten is tevreden met deze keuze. 16 % zou liever de artikelen in hun totaliteit zien terwijl<br />

12% alleen een lijst met (kranten)koppen prefereert.<br />

Ook over de huidige presentatie van de tekst (als HTML) zijn bijna alle respondenten (91%) tevreden.<br />

De rest (9%) ontvangt liever een e-mail met ‘platte tekst’. Overwegingen hierbij kunnen zijn dat een<br />

platte tekst een kleiner bestand oplevert en het min<strong>der</strong> technische problemen veroorzaakt.<br />

Over de presentatie van de artikelen in één of meer<strong>der</strong>e kolommen zijn de meningen bijna fiftyfifty<br />

meningen verdeeld. 45% verkiest de artikelen over meer<strong>der</strong>e kolommen te zien, 55% geeft de<br />

voorkeur aan één kolom met artikelen.<br />

In zijn huidige vorm bevat de ED-NieuwsMail geen inhoudsopgave. Meer dan driekwart van de<br />

respondenten (76%) geeft echter aan wél een index te willen. Bijna evenzoveel respondenten (77%)<br />

prefereren een e-mailkrant zon<strong>der</strong> advertenties. Je kunt je daarbij echter afvragen of de overige<br />

respondenten die wél advertenties in de ED-NieuwsMail willen, vinden dat de reclame een<br />

toegevoegde waarde heeft of dat zij redeneren dat zolang de inkomsten uit advertenties komen, de<br />

lezer niet hoeft te betalen voor de e-mailkrant.<br />

Frequentie en tijdstip<br />

Frequentie<br />

De ED-NieuwsMail wordt nu van maandag t/m zaterdag verzonden. Meer dan driekwart van de<br />

respondenten (78%) geeft aan tevreden te zijn met deze frequentie. 19% geeft er de voorkeur aan de<br />

e-mailkrant enkel op werkdagen te ontvangen. Voor de overige opties (“Enkele keren per week”: 1,5<br />

%, “Eén keer per week”: 0,9 %, “Min<strong>der</strong> dan één keer per week”: 0,1 % en “Alleen bij breaking news”:<br />

1,2%) liep een krappe 4% warm.<br />

Tijdstip<br />

Op het moment ontvangt de lezer de ED-NieuwsMail tussen circa 10:00 - 11:00 uur in de ochtend.<br />

Echter, dit tijdstip lijkt niet de algemene voorkeur van de meer<strong>der</strong>heid te hebben. De meeste<br />

respondenten gaven er de voorkeur aan de ED-NieuwsMail vóór 09:00 ’s ochtends te ontvangen.<br />

Opvallend is dat bijna een kwart van de respondenten geen voorkeur uitspreekt wat betreft<br />

ontvangsttijd.


Hoofdstuk 4 Empirisch on<strong>der</strong>zoek<br />

Specialisatie<br />

Het Eindhovens Dagblad brengt de algemene e-mailkrant, ED-NieuwsMail, ook een gespecialiseerde<br />

e-mailkrant, welke één thema beslaat. Deze ED-EconomieMail is uitsluitend gewijd aan economisch<br />

nieuws. In de toekomst zou het Eindhovens Dagblad meer e-mailkranten aan kunnen bieden die over<br />

één thema gaan. In de vragenlijst werden acht suggesties gedaan voor gespecialiseerde emailkranten.<br />

De interesse hiervoor was als volgt:<br />

Urgent nieuws<br />

Regionaal nieuws<br />

Wekelijks<br />

nieuwsoverzicht<br />

Sportnieuws<br />

Speciale<br />

evenementen<br />

Politiek nieuws<br />

Uitgaansnieuws<br />

Showbizz-nieuws<br />

0% 20% 40% 60% 80% 100%<br />

15%<br />

31%<br />

28%<br />

28%<br />

41%<br />

73%<br />

86%<br />

<br />

<br />

<br />

<br />

11%<br />

<br />

3%<br />

<br />

<br />

<br />

<br />

21% 6%<br />

<br />

<br />

<br />

<br />

<br />

<br />

36% 23%<br />

<br />

<br />

<br />

<br />

<br />

<br />

<br />

25%<br />

44%<br />

<br />

<br />

<br />

<br />

<br />

<br />

<br />

47%<br />

25%<br />

<br />

<br />

<br />

<br />

<br />

<br />

<br />

51%<br />

22%<br />

<br />

<br />

<br />

<br />

<br />

<br />

<br />

44%<br />

41%<br />

<br />

<br />

<br />

<br />

<br />

<br />

<br />

<br />

8% 33%<br />

59%<br />

<br />

<br />

Veel interesse<br />

Matige interesse<br />

<br />

<br />

Geen interesse<br />

Bijna alle respondenten (97%) hebben veel tot matige interesse voor een e-mailkrant met ‘breaking<br />

news’ / ‘urgent nieuws’. Ook een aparte e-mailkrant met puur regionaal nieuws kan op een<br />

aanzienlijke belangstelling rekenen: 94% van de respondenten zegt hier veel tot matige interesse in te<br />

hebben.<br />

Customization<br />

Een vervolg op gespecialiseerde e-mailkranten kan ‘customization’ zijn. Daarmee wordt hier bedoeld<br />

dat de lezer kan kiezen welke informatie hij / zij wil ontvangen. Elke lezer zou dan een op maat<br />

gesneden e-mailkrant ontvangen met enkel die thema’s die hem of haar interesseren. Op de vraag of<br />

men geïnteresseerd zou zijn in een <strong>der</strong>gelijke nieuwsbrief, antwoordde 36 % ‘zeer geïnteresseerd’ te<br />

zijn en evenzoveel respondenten zijn ‘redelijk geïnteresseerd’. Oftewel: bijna driekwart van de<br />

respondenten is zeer tot redelijk geïnteresseerd in een op maat gesneden e-mailkrant.<br />

Betalen voor nieuws<br />

De bereidheid om te betalen voor nieuws via e-mail is klein: 81% kan zich niet voorstellen te betalen<br />

voor een e-mailkrant van het Eindhovens Dagblad. 19% van de respondenten geeft aan bereid te zijn<br />

te betalen voor een of meer<strong>der</strong>e soorten e-mailkranten. Daarbij is de bereidheid om te betalen voor<br />

een op maat gesneden product (12%) twee maal zo groot als voor een ‘non-customized’ product<br />

(6%).


Hoofdstuk 4 Empirisch on<strong>der</strong>zoek<br />

Opmerkingen en suggesties van respondenten<br />

In totaal gaven 301 respondenten (29%) opmerkingen en suggesties. Hieron<strong>der</strong> volgt een<br />

samenvatting van de opmerkingen die het vaakst gemaakt zijn.<br />

Respondenten van buiten de regio en uit het buitenland met hun ‘roots’ in het verspreidingsgebied<br />

geven aan de ED-NieuwsMail vooral voor het regionale nieuws te lezen.<br />

De behoefte aan méér regionaal of lokaal nieuws in de ED-NieuwsMail wordt door enkele<br />

respondenten uitgesproken.<br />

Zestien respondenten geven commentaar op vraag 17, de vraag of men zich voor kan stellen te<br />

betalen voor een e-mailkrant van het Eindhovens Dagblad. Enkele respondenten vinden dat er<br />

dan een on<strong>der</strong>scheid moet zijn tussen abonnees en niet-abonnees, of dat er iets als een<br />

abonnee-pluspakket moet komen.<br />

Meer dan vijftig respondenten geven opmerkingen over de wijze waarop zij de ED-NieuwsMail<br />

gebruiken. Respondenten die een abonnement op de papieren krant hebben, geven aan dat zij<br />

het als extra service zien, een aanvulling op hun papieren abonnement; de één heeft ’s ochtends<br />

bijvoorbeeld geen tijd om de krant te lezen en ziet het als voorproefje op de papieren krant. Een<br />

an<strong>der</strong> geeft aan dat hij de e-mailkrant gebruikt om artikelen te lezen die hij in de papieren krant<br />

heeft gemist.<br />

Abonnees op de papieren krant geven aan dat ze de e-mailkrant voor ‘hard en / of urgent nieuws’<br />

gebruiken en voor meer achtergronden thuis de papieren krant lezen. De behoefte aan een<br />

‘breaking news’ editie wordt dan ook regelmatig uitgesproken. Echter, er zijn ook print-abonnees<br />

die aangeven dat de e-mailkrant naast de papieren krant teveel dezelfde informatie geeft.<br />

Negentien respondenten geven aan op een of an<strong>der</strong>e manier technische problemen met de ED-<br />

NieuwsMail te hebben. Dit varieert van het niet goed weergeven van buttons en foto’s tot<br />

herhaaldelijk mislukte pogingen om de service op te kunnen zeggen.<br />

De resultaten samengevat<br />

De enquête heeft een hoge respons (41%) gehaald. We mogen er dus vanuit gaan dat deze<br />

conclusies representatief zijn voor alle lezers van de ED-NieuwsMail. De term ‘respondenten’ zal hier<br />

dan ook vervangen worden door ‘lezers’.<br />

Profiel<br />

Op basis van de on<strong>der</strong>zoeksresultaten kan de lezer van de ED-NieuwsMail als volgt worden<br />

gekarakteriseerd:<br />

Driekwart is man; een kwart is vrouw (ED-lezers: 46% - 54%)<br />

<br />

Circa driekwart van de lezers is tussen 25 en 54 jaar oud (ED-lezers: 54%)<br />

<br />

Meer dan de helft van de lezers is hoog opgeleid (ED-lezers: 35%)<br />

<br />

Abonnement Eindhovens Dagblad<br />

70% leest op een of an<strong>der</strong>e manier de papieren versie van het Eindhovens Dagblad. Voor de ED-<br />

NieuwsMail lezers binnen het verspreidingsgebied wonen is dit percentage 81%. Daarvan heeft<br />

bijna de helft een abonnement, is één op de tien meelezer, koopt 11% de krant los en 14% leest<br />

de krant op het werk of el<strong>der</strong>s. Eén op de vijf lezers die binnen het verspreidingsgebied woont,<br />

leest de krant helemaal niet.<br />

Herkomst<br />

80% van de respondenten woont binnen het verspreidingsgebied van het Eindhovens Dagblad;<br />

circa één op de tien leest de ED-NieuwsMail vanuit het buitenland. De rest woont in Ne<strong>der</strong>land,<br />

maar niet binnen het verspreidingsgebied.<br />

Bijna 1/3 van de lezers komt uit Eindhoven, één op de tien komt uit Helmond. Uit Veldhoven komt<br />

6% van de lezers.


Hoofdstuk 4 Empirisch on<strong>der</strong>zoek<br />

An<strong>der</strong>e kranten en e-mailkranten<br />

De lezers die binnen het verspreidingsgebied wonen én een abonnement op de papieren versie<br />

van het Eindhovens Dagblad hebben, leest ongeveer de helft daarnaast géén an<strong>der</strong>e papieren<br />

krant. Dit percentage is hetzelfde voor hen die géén abonnement op de papieren krant hebben en<br />

binnen het verspreidingsgebied wonen. 41% van de ED-abonnees leest naast deze krant ook nog<br />

regelmatig een landelijke krant. Voor de niet-abonnees is dit 37%.<br />

Circa twee<strong>der</strong>de deel leest naast de ED-NieuwsMail geen an<strong>der</strong>e e-mailkrant met algemeen<br />

nieuws. Bij de respondenten die wél een an<strong>der</strong>e e-mailkrant lezen, zijn de nieuwsbrieven van<br />

Kranten.com en NRC Handelsblad het populairst.<br />

Redenen om ED-NieuwsMail te lezen<br />

De lezers verwachten vooral ‘hard’ en ‘urgent’ nieuws.<br />

<br />

De e-mailkrant wordt vooral gezien als ‘service-extensie’ en wordt gebruikt naast de papieren<br />

<br />

krant.<br />

Ongeacht de herkomst van de lezers lijkt het regionale nieuws een belangrijker drijfveer om de<br />

<br />

ED-NieuwsMail te lezen dan het landelijke nieuws. Het regionale nieuws is vooral belangrijk voor<br />

de lezers in Ne<strong>der</strong>land die buiten het verspreidingsgebied wonen. Voor de lezers uit het<br />

buitenland zijn het regionale en landelijke nieuws beide belangrijk.<br />

Bijna de helft van de respondenten zegt dat een van de redenen om de ED-NieuwsMail te lezen,<br />

<br />

tijdsbesparing is. Een<strong>der</strong>de van de respondenten is het ‘helemaal eens’ of ‘eens’ met de stelling<br />

dat zij de ED-NieuwsMail lezen omdat het hen geld bespaart.<br />

Leesintensiteit en bezoek website<br />

Driekwart van de respondenten leest de ED-NieuwsMail elke dag.<br />

<br />

De helft leest alle artikelen in de verkorte weergave via de e-mail, terwijl circa een kwart 4-6<br />

<br />

artikelen leest, en iets min<strong>der</strong> dan een<strong>der</strong>de leest 1-3 artikelen. Twee<strong>der</strong>de klikt vervolgens bij 1-3<br />

artikelen door naar de website<br />

60% van de respondenten geeft aan dat sinds zij de ED-NieuwsMail ontvangen, vaker op de<br />

<br />

website van het ED te komen. 29% komt er even vaak, terwijl voor 8% de ED-NieuwsMail een<br />

reden lijkt om de website min<strong>der</strong> vaak te bezoeken.<br />

Inhoud<br />

De rubrieken Actueel, Regio Eindhoven en Binnenland zijn het populairst. Deze rubrieken worden<br />

<br />

respectievelijk door 85%, 61% en 57% altijd gelezen.<br />

Doorsturen<br />

Meer dan de helft stuurt de ED-NieuwsMail nooit door. 44% doet dit soms.<br />

Hoeveelheid nieuws<br />

Bijna 2/3 van de respondenten is tevreden over de hoeveelheid nieuws die wordt aangeboden in<br />

de ED-NieuwsMail. Een<strong>der</strong>de zou meer artikelen willen zien.<br />

De helft van de lezers wil méér nieuws in de rubriek ‘Actueel’. Ook de rubriek ‘Regio Eindhoven’<br />

mag van de helft van de lezers meer artikelen bevatten, terwijl in het aanbod Kunstnieuws van<br />

50% gesneden mag worden.<br />

Rapportcijfer<br />

De ED-NieuwsMail wordt gemiddeld gewaardeerd met het rapportcijfer 7,6.


Hoofdstuk 4 Empirisch on<strong>der</strong>zoek<br />

Vorm<br />

Over de vorm (HTML; tonen van kop & lead; geen advertenties) zijn de meeste respondenten<br />

tevreden. Echter, een groot deel wenst een inhoudsopgave (76%), die nu ontbreekt. Over de<br />

vraag de artikelen in één of meer<strong>der</strong>e kolommen in te delen, zijn de respondenten bijna fiftyfifty<br />

verdeeld.<br />

Frequentie & Tijdstip<br />

Ook over de frequentie zijn de respondenten tevreden: driekwart wil dat de verschijningsfrequentie<br />

van maandag t/m zaterdag gehandhaafd blijft. Eén op de vijf lezers prefereert de ED-NieuwsMail<br />

enkel op werkdagen te ontvangen.<br />

Met het huidige tijdstip van ontvangst is een deel van de respondenten min<strong>der</strong> blij: 40% zou de<br />

ED-NieuwsMail liever vóór 09:00 ’s ochtends ontvangen in plaats van tussen 10:00 - 11:00,<br />

hoewel 30% hier juist de voorkeur aan geeft. Bijna een kwart van de respondenten heeft over het<br />

tijdstip van ontvangst geen voorkeur.<br />

Specialisatie<br />

Op het gebied van gespecialiseerde nieuwsbrieven werd de meeste interesse geuit voor een<br />

nieuwsbrief met ‘breaking news’, een e-mailkrant met puur regionaal nieuws, een wekelijks<br />

nieuwsoverzicht per e-mail en een e-mailkrant bij speciale evenementen. Een aparte e-mailkrant<br />

met showbizz of uitgaansnieuws kunnen op slechts weinig interesse rekenen bij deze lezersgroep.<br />

Customization<br />

In een op maat gesneden nieuwsbrief (de lezer bepaalt zelf welke nieuwsrubrieken in zijn emailkrant<br />

verschijnen) heeft circa driekwart veel tot redelijke interesse. Bijna een kwart is hier ‘niet<br />

zo’ in geïnteresseerd. 5% is hier helemaal niet in geïnteresseerd.<br />

Betalen<br />

Een zeer groot deel van de respondenten (81%) kan zich niet voorstellen te betalen voor een emailkrant<br />

van het Eindhovens Dagblad. Wanneer er die bereidheid wel bestaat is deze groter voor<br />

een op maat gesneden nieuwsbrief, dan voor een uniform product.<br />

4.3.4 Conclusies<br />

Uit de voorgaande on<strong>der</strong>delen is duidelijk geworden wie nieuws via e-mail lezen, hoe zij dat doen en<br />

welke voorkeuren zij daar bij hebben. Voor enkele van de in het model gebruikte on<strong>der</strong>delen, zal<br />

vermeld worden hoe hier – vanuit vraagzijde – over gedacht wordt.<br />

Daarnaast kunnen we toetsen in hoeverre de doelen die de nieuwsuitgever heeft met het verzenden<br />

van nieuws via e-mail ook gehaald lijken te worden.


Hoofdstuk 4 Empirisch on<strong>der</strong>zoek<br />

4.3.4.1 Wensen van de gebruiker<br />

Zoals uit het bovenstaande blijkt, zijn enkele van de elementen - zoals deze in het model voorkomen –<br />

ook voorgelegd aan de gebruikers. Per element wordt kort opgesomd wat de wensen van de<br />

gebruiker zijn.<br />

Inhoud<br />

Element Gewenste waarde door gebruiker<br />

Nieuws op maat Driekwart heeft hierin veel tot redelijke<br />

interesse<br />

Promotionele informatie / Advertenties Driekwart van de respondenten (77%)<br />

prefereren een e-mailkrant zon<strong>der</strong> advertenties.<br />

Viral marketing 56% zegt de ED-NieuwsMail nooit door te<br />

sturen, terwijl 44% zegt soms op de ‘forward’knop<br />

te drukken.<br />

Structuur<br />

Inhoudsopgave Meer dan driekwart van de respondenten (76<br />

%) geeft echter aan wél een index te willen, de<br />

rest heeft hier geen behoefte aan.<br />

Lengte van de e-mail Circa 3 schermen is voor 65% precies goed<br />

Weergave inhoud artikel 72% van de respondenten is tevreden met deze<br />

keuze. 16% zou liever de artikelen in hun<br />

totaliteit zien terwijl 12% alleen een lijst met<br />

(kranten)koppen prefereert.<br />

Tijdstip van bezorging De meeste respondenten gaven er de voorkeur<br />

aan de ED-NieuwsMail vóór 09:00 ’s ochtends<br />

te ontvangen.<br />

Frequentie Meer dan driekwart van de respondenten (78%)<br />

geeft aan tevreden te zijn met de frequentie van<br />

ma-za. 19% geeft er de voorkeur aan de emailkrant<br />

enkel op werkdagen te ontvangen<br />

Vorm<br />

Kolommen 45% verkiest de artikelen over meer<strong>der</strong>e<br />

kolommen te zien, 55% geeft de voorkeur aan<br />

één kolom met artikelen.<br />

Keuze formaat Over de huidige presentatie van de tekst (als<br />

HTML) zijn bijna alle respondenten (91%)<br />

tevreden. De rest (9%) ontvangt liever een email<br />

met ‘platte tekst’.<br />

Gebruiksvriendelijkheid<br />

Meer<strong>der</strong>e versies Op het gebied van gespecialiseerde<br />

nieuwsbrieven werd de meeste interesse geuit<br />

voor een nieuwsbrief met ‘breaking news’, een<br />

e-mailkrant met puur regionaal nieuws, een<br />

wekelijks nieuwsoverzicht per e-mail en een emailkrant<br />

bij speciale evenementen.<br />

Betaald versus gratis Een zeer groot deel van de respondenten<br />

(81%) kan zich niet voorstellen te betalen voor<br />

een e-mailkrant van het Eindhovens Dagblad.<br />

Wanneer er die bereidheid wel bestaat is deze<br />

groter voor een op maat gesneden nieuwsbrief,<br />

dan voor een uniform product.


Hoofdstuk 4 Empirisch on<strong>der</strong>zoek<br />

4.3.4.2 Bereiken doelen<br />

Je kunt je afvragen in hoeverre de doelen die de zen<strong>der</strong> heeft met het versturen van de e-mailkrant<br />

ook gehaald worden. Deze doelen zijn door de zen<strong>der</strong> als volgt geformuleerd:<br />

Verhogen van bezoek aan de website<br />

<br />

Interesse opwekken voor een papieren abonnement<br />

<br />

Verbreden van de service aan de lezers<br />

<br />

Verbeteren van het imago van de krant<br />

<br />

Op termijn is het doel ook met de e-mailkrant ‘an sich’ geld te verdienen, d.m.v. betaalde<br />

<br />

abonnementen of advertentieverkoop.<br />

Verhogen van bezoek aan de website<br />

Dit doel wordt met de e-mailkrant bereikt, 60% zegt immers vaker op de website te komen.<br />

Interesse opwekken voor een papieren abonnement<br />

Uit cijfers van de krant, blijkt het percentage dat geïnteresseerd is in een abonnement op de papieren<br />

krant, gering te zijn.<br />

Verbreden van de service aan de lezers<br />

Dit doel wordt bereikt met het versturen van nieuws via e-mail.<br />

De e-mailkrant wordt vooral gebruikt voor het ‘harde’ en ‘snelle’ / ‘breaking’ nieuws. Het<br />

consumeren van dit type nieuws is het doel van de ontvangers.<br />

De e-mailkrant wordt door een grote groep gebruikt als aanvulling op het overige geschreven<br />

nieuwsaanbod. De e-mailkrant heeft hiermee een complementaire functie en ‘kannibaliseert’ de<br />

papieren krant niet.<br />

Verbeteren van het imago<br />

Dit doel wordt slechts gedeeltelijk bereikt met het verzenden van nieuws via e-mail. 34% zegt meer<br />

waar<strong>der</strong>ing te hebben voor de krant als nieuwsuitgever, terwijl 65% zegt dat zijn waar<strong>der</strong>ing niet<br />

veran<strong>der</strong>d is.<br />

Geld verdienen d.m.v. betaalde abonnementen en / of advertentieverkoop.<br />

Dit doel lijkt niet op korte termijn te realiseren. De bereidheid om voor nieuws via e-mail te betalen, is<br />

nog zeer klein bij de lezers. Een zeer groot deel van de respondenten (81%) kan zich niet voorstellen<br />

te betalen voor een e-mailkrant van het Eindhovens Dagblad. Wanneer er die bereidheid wel bestaat<br />

is deze groter voor een op maat gesneden nieuwsbrief, dan voor een uniform product.<br />

Conclu<strong>der</strong>end kunnen we stellen dat het empirische on<strong>der</strong>zoek heeft aangetoond dat het brengen van<br />

nieuws via e-mail een positieve invloed kan hebben op het bezoekersaantal op de website en op het<br />

imago van de nieuwsaanbie<strong>der</strong>. Doordat lezers de e-mailkrant voor an<strong>der</strong>e doeleinden gebruiken dan<br />

de papieren krant, geeft het duidelijk een meerwaarde aan de lezer (verbreden service). Het<br />

opwekken van interesse voor de papieren krant en het verdienen van geld met de verkoop van<br />

abonnement op en advertenties in de e-mailkrant, zijn doelen die (nog) niet zo makkelijk door middel<br />

van het brengen van nieuws via e-mail gehaald zullen worden.


Hoofdstuk 5 Conclusie<br />

5 Conclusie<br />

5.1 Inleiding<br />

Dit hoofdstuk valt uiteen in vier on<strong>der</strong>delen. Eerst wordt uiteengezet hoe de praktijk afwijkt van de in<br />

hoofdstuk drie geformuleerde theorie. Hiervoor zullen enkele mogelijke verklaringen worden gegeven.<br />

Vervolgens zullen voorspellingen worden gedaan op grond van de resultaten. Ook doe ik enkele<br />

voorstellen voor ver<strong>der</strong> on<strong>der</strong>zoek. Tot slot volgen uit de globale conclusies en de voorspellingen<br />

enkele aanbevelingen.<br />

5.2 Praktijk versus theorie<br />

Het is interessant de on<strong>der</strong>zoeken – theoretisch en praktisch – naast elkaar te leggen. Hierdoor<br />

kunnen we zijn hoe theorie en praktijk uiteenlopen. Daarvoor kunnen vervolgens enkele verklaringen<br />

voor worden gegeven.<br />

Praktijk versus theorie<br />

Wat valt er op als we de praktijk en de theorie naast elkaar leggen? Op enkele punten wijkt de vorm<br />

van nieuwsoverdracht per e-mail in de praktijk af van vorm zoals deze in de theorie is voorgesteld:<br />

Inhoud<br />

Theorie Praktijk<br />

Naam afzen<strong>der</strong> Dit geeft de naam van de nieuwsuitgever Geeft vaak alleen de naam van de<br />

aan én dat het om nieuws per e-mail gaat nieuwsuitgever aan<br />

Informatie in de Moet het nieuws zelf bevatten Geeft vaak alleen aan dat het om<br />

“Subject line”<br />

nieuws gaat<br />

De naam van de e- Moet aangeven om welk type nieuws het Is te vaak onduidelijk en weinig<br />

mailkrant<br />

gaat en aansprekend zijn<br />

creatief<br />

Nieuws op maat Dit is dé kracht van nieuws per e-mail en E-mail wordt als een massamedium<br />

moet dus altijd worden aangeboden. gebruikt. De nieuwsconsument lijkt<br />

echter wel geïnteresseerd te zijn in<br />

nieuws op maat.<br />

Personalisatie Kan een meerwaarde bieden Wordt nagenoeg geen gebruik van<br />

gemaakt<br />

Type artikelen Nieuws per e-mail moet vooral hard en Het aanbod is divers en niet<br />

urgent nieuws zijn.<br />

geconcentreerd op het kort en<br />

Promotionele<br />

Kunnen in het geval deze customized /<br />

overzichtelijk presenteren van hard<br />

nieuws<br />

Wordt niet-customized aangeboden<br />

informatie /<br />

gepersonaliseerd worden aangeboden zelfs en zorgt vooral voor irritatie. De lezer<br />

Advertenties<br />

een meerwaarde opleveren<br />

heeft weinig behoefte aan dit type<br />

reclame.<br />

Doorsturen e-mail Moet aangemoedigd worden en kan voor Hier wordt nagenoeg geen aandacht<br />

meer abonnees zorgen.<br />

aan besteed en de lezer blijkt de<br />

mails ook bijna nooit door te sturen.<br />

Feedback De drempel tussen zen<strong>der</strong> en ontvanger is Er wordt bijna nergens om feedback<br />

lager bij nieuws per e-mail dan bij welke gevraagd en vaak is onduidelijk waar<br />

an<strong>der</strong>e vorm van nieuwsoverdracht dan men met vragen en opmerkingen<br />

ook. De interactie tussen redactie en heen kan.<br />

nieuwsconsument moet via het actief<br />

vragen om feedback bevor<strong>der</strong>d worden.<br />

Grootte van de e-mail Door de dagelijkse frequentie en de De meeste e-mailkranten voldoen<br />

(in kB)<br />

beperkte (opslag)capaciteit mag de emailkrant<br />

niet groter zijn dan 50 kB.<br />

aan deze eis.


Hoofdstuk 5 Conclusie<br />

Structuur<br />

Theorie Praktijk<br />

Inleiding Een inleiding is niet noodzakelijk In e-mailkranten wordt doorgaans<br />

geen inleiding aangetroffen<br />

Inhoudsopgave Een inhoudsopgave is gewenst – In de praktijk wordt bijna nergens een<br />

deze geeft direct overzicht inhoudsopgave aangetroffen. De<br />

lezer blijkt hier wel behoefte aan te<br />

hebben.<br />

Nieuws in rubrieken Dit vergroot de overzichtelijkheid Het indelen van het nieuws in<br />

rubrieken is gebruikelijk<br />

Lengte van de mail < 3 schermen Vaak wordt deze lengte<br />

Hyperlinks Zowel kop, ‘lees ver<strong>der</strong>’ en een<br />

overschreden.<br />

Vaak is alleen de kop een link of is er<br />

mogelijke foto zijn hyperlink. alleen een ‘lees ver<strong>der</strong>’ link<br />

Weergave inhoud artikel Kop & lead, waarbij de lead Kop & lead, waarbij de lead dezelfde<br />

afwijkt van de lead op de website is als op de website<br />

Tijdstip van bezorging Op elk gewenst moment, of (Laat) in de ochtend. De lezer geeft<br />

an<strong>der</strong>s vroeg in de ochtend de voorkeur aan een vroeg tijdstip<br />

De verschijningsfrequentie Dagelijks en bij breaking news Dagelijks<br />

Promotie op homepage Opvallend en duidelijk Onopvallend en onduidelijk<br />

Vorm<br />

Theorie Praktijk<br />

Beeld en geluid Met mate. Gebruik van stilstaand<br />

beeld kan de leesbaarheid<br />

Kolommen<br />

bevor<strong>der</strong>en, maar het bestand<br />

mag niet te groot te worden en de<br />

overzichtelijkheid moet bewaard<br />

worden<br />

De artikelen moeten in één kolom<br />

gepresenteerd worden<br />

Enkele e-mailkranten overdrijven het<br />

gebruik van grafische elementen wat<br />

ten koste gaat van de<br />

overzichtelijkheid. Geluid en<br />

bewegend beeld komen niet voor.<br />

Vaak worden de artikelen in één<br />

kolom gepresenteerd.<br />

Formaat Zowel in HTML als in platte tekst Soms enkel alleen HTML of platte<br />

tekst


Hoofdstuk 5 Conclusie<br />

Gebruiksvriendelijkheid<br />

Theorie Praktijk<br />

Registratiegegevens Enkel profielgegevens zullen naar<br />

waarheid worden ingevuld<br />

Inlogmodule website Het bevor<strong>der</strong>t het<br />

gebruikersgemak van de<br />

consument om zich eenmaal te<br />

registreren en daarna tot alle<br />

extra services toegang te hebben<br />

Soms wordt ook naar<br />

persoonsgegevens (zoals een<br />

huisadres) gevraagd<br />

Veel Ne<strong>der</strong>landse nieuwssites<br />

hebben nog geen registratie<br />

ingevoerd.<br />

Meer<strong>der</strong>e versies Hoe meer service, hoe beter Ne<strong>der</strong>landse nieuwsaanbie<strong>der</strong>s<br />

houden het vaak bij één of twee<br />

versies. Buitenlandse<br />

Voorbeeldversie Voor elke aanmelding moet een<br />

nieuwsaanbie<strong>der</strong>s bieden vaak wel<br />

meer<strong>der</strong>e versies<br />

Sporadisch is een voorbeeldversie te<br />

voorbeeldversie voor handen zijn zien<br />

Single versus double opt in Er kan het best voor single opt-in Ook double opt-in komt regelmatig<br />

gekozen worden<br />

Betaald versus gratis De komende jaren lijkt het<br />

onhaalbaar om van nieuws per email<br />

een betaalde dienst te<br />

maken<br />

Aan- en afmelden Informatie hierover moet in elke<br />

uitgave van de e-mailkrant staan<br />

en makkelijk uit te voeren zijn.<br />

Bovendien moet dat proces<br />

automatisch verlopen. Ook moet<br />

de nieuwsconsument zich tijdelijk<br />

af kunnen melden.<br />

Privacy policy Het moet bij het verschaffen van<br />

mijn gegevens duidelijk zijn, wat<br />

er met deze gegevens gebeurt.<br />

Administratie gegevens De nieuwsconsument moet op elk<br />

moment zijn eigen gegevens en<br />

voorkeuren kunnen wijzigen.<br />

Verklaringen en globale conclusies<br />

voor<br />

Slechts drie van de vierentwintig<br />

nieuwsuitgevers hebben van<br />

nieuwsoverdracht per e-mail een<br />

betaalde dienst gemaakt. De lezer<br />

lijkt nog niet bereid voor nieuws per<br />

e-mail te betalen.<br />

Vaak moet de zen<strong>der</strong> nog een actie<br />

on<strong>der</strong>nemen om de lezer af te<br />

melden, terwijl dit automatisch zou<br />

moeten gaan. Slechts in een enkel<br />

geval kan men zich tijdelijk voor de<br />

service afmelden.<br />

Nagenoeg alle nieuwsuitgevers<br />

bieden een duidelijke privacy policy<br />

Vaak loopt de administratie via een<br />

omweg en gebeurt het updaten van<br />

gegevens traag.<br />

Hoe komt het dat de praktijk op een aanzienlijk aantal punten afwijkt van de theorie? Ik geef hiervoor<br />

de volgende verklaringen:<br />

E-mail heeft nog geen serieuze plaats verworven in het scala aan nieuwsmedia. Nieuwsuitgevers<br />

lijken niet goed te weten wat zij met het medium aanmoeten. Met name het gebrek aan bereidheid van<br />

nieuwsconsumenten om voor de service te betalen, speelt hierin een rol. In deze tijden van<br />

economische recessie, kunnen nieuwsuitgevers zich geen risico’s veroorloven. Nieuws per web heeft<br />

niet opgeleverd wat ervan verwacht werd. Men is huiverig in een nieuw digitaal medium te investeren<br />

wanneer de vooruitzichten niet erg positief zijn. Er wordt door de nieuwsuitgevers niet genoeg<br />

nagedacht over de rol van de digitale media in het uitgeversbedrijf.<br />

Krantenuitgevers hebben niet duidelijk voor ogen wat zij met het verzenden van nieuws per e-mail<br />

willen bereiken. Ze proberen er lezers mee naar de website te lokken; ze willen er als zelfstandig<br />

product geld mee verdienen; ze willen de e-mailkrant inzetten als promotiemiddel voor de papieren<br />

krant en bovendien willen ze er profielgegevens van consumenten mee verzamelen: doelen en<br />

belangen die elkaar soms tegenspreken.


Hoofdstuk 5 Conclusie<br />

5.3 Voorspellingen<br />

Welke plaats zal nieuwsoverdracht via e-mail in gaan nemen in het totale scala van nieuwsmedia en<br />

hoe zal deze nieuwsoverdracht er in de toekomst uitzien? Er zijn enkele ontwikkelingen die hierbij van<br />

belang zijn. Ik schets eerst wat ontwikkelingen voor digitale nieuwsoverdracht in het algemeen.<br />

Daarna volgen enkele voorspellingen voor de rol die nieuwsoverdracht via e-mail hier specifiek in zal<br />

spelen.<br />

Digitale media zullen steeds belangrijker worden bij de overdracht van nieuws. De voordelen die<br />

deze media bieden boven de nieuwsoverdracht via krant, radio en tv (met name op het gebied van<br />

snelheid en gemak van productie en distributie) zijn zo aanzienlijk, dat de nieuwsoverdracht via<br />

deze media niet over het hoofd gezien kan worden. De traditionele media zullen niet verdwijnen.<br />

De nieuwsconsument zal enkel bewuster een keuze maken uit de ‘mediamix’. Hij zal kiezen voor<br />

de vorm die op een bepaald moment en op een bepaalde plaats bij hem past en wenst nu weer<br />

massaal en dan weer individueel te worden aangesproken.<br />

Digitale nieuwsoverdracht zal de komende jaren vooral een hoofdbreker en een kostenpost<br />

blijven. De consument is er niet aan gewend om voor dit type nieuws te betalen en het zal enkele<br />

jaren duren voordat die bereidheid er zal zijn.<br />

De gebruiksvriendelijkheid van digitale media zal toenemen. Computers en beeldschermen zullen<br />

lichter en handzamer worden. ‘Wireless’ online zijn, wordt steeds gebruikelijker. Door bijvoorbeeld<br />

de introductie van bijvoorbeeld de ‘Tablet PC’ (een draagbare en lichte PC die Hewlett-Packard in<br />

2002 introduceerde), is de digitale nieuwsoverdracht min<strong>der</strong> plaatsgebonden. Dit is een<br />

belangrijke voorwaarde voor de brede acceptatie en de ontwikkeling van digitale<br />

nieuwsoverdracht.<br />

De digitale media zullen het stadium van ‘imitation’ verlaten en overgaan in de fase van<br />

‘authenticy’. Dit betekent dat de digitale media niet meer alleen de uitingen van de oude media<br />

imiteren. De digitale media zullen een eigen kracht en eigen-aardigheden ontwikkelen die het<br />

medium on<strong>der</strong>scheiden van vertrouwde media. De eigen krachten (en zwaktes) van de digitale<br />

media zullen meer en meer ontdekt worden.<br />

De nieuwsconsument zal moeten leren om met nog meer verschillende nieuwskanalen om te<br />

gaan. Ook voor digitale nieuwsoverdracht zal in de toekomst betaald moeten worden en dit dwingt<br />

de consumenten keuzes te maken. Betaal ik voor de papieren krant, voor het web of voor nieuws<br />

via e-mail, mijn mobiele telefoon of via nieuws ‘devices’, die ongetwijfeld op de markt zullen<br />

komen?<br />

De verschillende media zullen steeds meer een eigen plaats en een uitgesproken eigen<br />

nieuwsfunctie gaan vervullen. Nieuwsconsumenten zullen zich met bepaalde behoefte tot een<br />

bepaald medium richten en het nieuwsmedium zal zich richten op die vraag.<br />

Nieuwsoverdracht via e-mail<br />

Nieuws zal zich in steeds meer verschillende vormen en op steeds meer momenten aanbieden<br />

aan de consument. E-mail zal een hulpmiddel zijn om hierin overzicht te scheppen. ‘Push’, snel,<br />

overzichtelijk en customized zijn de kenmerken waarmee nieuwsoverdracht via e-mail zich zal<br />

profileren. Gebruikers hebben behoefte aan een digitaal push-medium dat orde schept in het<br />

overvloedige aanbod. Nieuws via e-mail wordt gewaardeerd omdat het het leven van de lezer<br />

makkelijker maakt omdat het tijdsbesparing biedt. De nieuwsbrief verwijst de lezer naar specifieke<br />

content of biedt shortcuts naar grotere hoeveelheden informatie.<br />

De relatie die een lezer met een e-mailkrant aangaat, is veel emotioneler dan de band die hij met<br />

een website heeft. Dit medium kan veel makkelijker een band tussen krant en lezer creëren. Aan<br />

de an<strong>der</strong>e kant is de gebruiker veel gevoeliger voor gebruiksgemak en extra voor het gebrek<br />

hieraan. Een slecht ontworpen e-mailkrant kan meer schade aanrichten dan een slecht ontworpen<br />

website. Grote aandacht moet dus uitgaan naar het ontwerp.<br />

Spam en ongewenste e-mail zal een steeds groter probleem worden en dus ook<br />

nieuwsoverdracht via e-mail bedreigen. Consumenten worden meer alert als het om e-mail gaat.<br />

Vertrouwen, kwaliteit en gebruiksgemak zijn cruciaal om te ‘overleven in de mailbox’.


Hoofdstuk 5 Conclusie<br />

Bandbreedtes zullen toenemen en op den duur zal al het internetverkeer via kabel verlopen,<br />

<br />

waardoor ie<strong>der</strong>een vierentwintig uur per dag online is.<br />

Problemen met te grote e-mails of beperkte opslagcapaciteit in de mailbox, behoren tot het<br />

<br />

verleden. E-mails hoeven niet meer beperkt te worden tot een bepaalde grootte. Ook de<br />

overdracht van beeld en geluid zal via e-mail plaatsvinden. Aan de consument is de keuze of hij<br />

hier ook behoefte aan heeft.<br />

5.4 Voorstellen voor ver<strong>der</strong> on<strong>der</strong>zoek<br />

Op het brede terrein van digitale nieuwsoverdracht is nog veel on<strong>der</strong>zoek te verrichten, zowel in de<br />

journalistieke / communicatiekundige discipline als op het terrein van de informatietechnologie.<br />

Digitale nieuwsoverdracht<br />

Ten eerste is het zinvol meer inzicht te krijgen in de nieuwsconsument. In zeer korte tijd, hebben zich<br />

naast het ‘traditionele’ nieuwsaanbod (krant, radio en tv), allerlei nieuwe nieuwskanalen aangediend.<br />

In min<strong>der</strong> dan tien jaar tijd waren daar het web, e-mail en de mobiele telefoon, die naast an<strong>der</strong>e<br />

informatie inmiddels ook allemaal nieuws aan de man brengen. Het aantal manieren waarop een<br />

nieuwsconsument nieuws tot zich kan nemen, zal in de toekomst alleen maar toenemen. Het zou<br />

interessant zijn om te weten hoe mensen deze media naast elkaar gebruiken. Hebben zij een<br />

specifieke behoefte aan een bepaald type nieuws of amusement, waarmee ze zich tot een bepaald<br />

medium wenden? Een kleine steekproef van nieuwsconsumenten zou gevolgd kunnen worden in zijn /<br />

haar totale nieuwsconsumptie in een bepaalde periode. De diverse rollen die kranten, televisie, radio<br />

en Internet mogelijk spelen bij het bevredigen van een bepaalde nieuwsbehoefte, kunnen zo<br />

vergeleken worden.<br />

De aanbie<strong>der</strong> van het nieuws, de nieuwsuitgever en uiteindelijk de journalist, moet nadenken over zijn<br />

rol. Welke doelen streeft een journalist na met het brengen van nieuws en zijn deze eventueel an<strong>der</strong>s<br />

voor traditionele en digitale media? Veran<strong>der</strong>t de rol van de journalist en zijn lezerspubliek door<br />

ontwikkelingen in de informatietechnologie? De krantenuitgever moet tenslotte meer concreet<br />

nadenken hoe de verschillende media – krant, web, e-mail, sms en nieuwe, nog te ontwikkelen<br />

vormen – naast elkaar benut moeten worden.<br />

Nadat deze vragen zijn beantwoord, volgt het nodige on<strong>der</strong>zoek op het gebied van de<br />

informatietechnologie. De nieuwsuitgever zal snel en efficiënt aan de (veran<strong>der</strong>ende) wensen van de<br />

nieuwsconsument moeten kunnen voldoen. Dezelfde informatie, het nieuws, moet via verschillende<br />

media, in verschillende vormen en op verschillende tijdstippen de consument bereiken. De<br />

nieuwsuitgever moet weten hoe van dezelfde grondstof het meest doeltreffend verschillende<br />

eindproducten kunnen worden gemaakt, zodat de consument geheel vrij is op elk gewenst moment<br />

zijn geprefereerde kanaal te kiezen.<br />

Nieuwsoverdracht via e-mail<br />

In deze scriptie is één voorbeeld van digitale nieuwsoverdracht voor het voetlicht gebracht:<br />

nieuwsoverdracht via e-mail. Het zou het interessant zijn na<strong>der</strong> te bekijken hoe mensen specifiek<br />

omgaan met nieuwsoverdracht via e-mail. Zoals in hoofdstuk vier al is beschreven, zijn er<br />

verscheidene methoden om gebruikerson<strong>der</strong>zoeken uit te voeren. De methode die in dit on<strong>der</strong>zoek is<br />

toegepast, de vragenlijst, is met name geschikt voor het verkrijgen van oordelen van de gebruiker. Om<br />

inzicht te krijgen in het gedrag van de gebruiker en globale en specifieke problemen met<br />

nieuwsoverdracht via e-mail, moeten an<strong>der</strong>e on<strong>der</strong>zoeksmethoden worden toegepast. Een logscript<br />

(om nauwkeurig na te gaan wat wel en niet gelezen wordt), de ‘hardopdenkprocedure’, het interview<br />

en het groepsgesprek zijn methoden die toegepast zouden kunnen worden in het on<strong>der</strong>zoek naar<br />

nieuwsoverdracht via e-mail.<br />

Op technisch gebeid kan vervolgon<strong>der</strong>zoek op het terrein van nieuwsoverdracht via e-mail<br />

bijvoorbeeld antwoord geven op de vraag hoe ‘customization’ en personalisatie bij nieuwsoverdracht<br />

per e-mail het best gerealiseerd zouden kunnen worden.


Hoofdstuk 5 Conclusie<br />

5.5 Aanbeveling<br />

In het theoretisch hoofdstuk zijn reeds aanwijzingen voor de vorm gegeven in het ‘nieuws per e-mail<br />

model’. Hieron<strong>der</strong> geef ik aan welke positie nieuws per e-mail naast de an<strong>der</strong>e nieuwsmedia in moet<br />

nemen.<br />

Nieuwsoverdracht per e-mail biedt op verscheidene punten een meerwaarde naast<br />

nieuwsoverdracht per krant, tv, radio en web. Bij de nieuwsoverdracht per e-mail moet men zich<br />

concentreren op die aspecten waar e-mail an<strong>der</strong>e media voorbijstreeft. Dit zijn:<br />

1. Snelheid<br />

Om hier optimaal gebruik van te maken, moet nieuws per e-mail zich richten op ‘breaking news’.<br />

2. E-mail is een push-toepassing<br />

3. Overzichtelijkheid<br />

E-mail kan overzicht bieden. Nu er steeds meer en meer verschillende vormen van nieuws voor<br />

handen zijn, kan e-mail snel beknoptheid en overzichtelijkheid bieden.<br />

4. E-mail kan simpel customized nieuws bevatten<br />

E-mail is een ‘interpersoonlijk’ medium. De lezer is gewoon persoonlijke berichten in zijn mailbox<br />

te ontvangen. Nieuws per e-mail moet customized worden aangeboden: alleen op die manier<br />

brengt het een duidelijke meerwaarde boven nieuws via an<strong>der</strong>e nieuwsmedia.<br />

De aanwijzingen voor de vorm - zoals deze in het model van hoofdstuk drie zijn beschreven –<br />

moeten bij het brengen van nieuws per e-mail gevolgd worden.<br />

Het brengen van hard en urgent nieuws moet een belangrijke rol krijgen in het brengen van<br />

<br />

nieuws per e-mail.<br />

Krantenuitgevers moeten de verschillende kanalen die tot hun beschikking staan – de krant, het<br />

web, en e-mail, zelf op verschillende wijzen profileren en in de markt zetten. De drie kanalen<br />

bieden ie<strong>der</strong> een eigen nieuwsfunctie. De krant is er voor verdieping en achtergrond; de<br />

nieuwsconsument moet zich tot de website van een krant richten om zelf naar nieuws op zoek te<br />

gaan en in archieven te zoeken. E-mail brengt daarnaast snel en overzichtelijk het laatste nieuws<br />

naar je toe. Uitgevers moeten een visie ontwikkelen waarbij deze drie media elkaar<br />

complementeren en gedrieën een totaalaanbod bieden, waaruit de consument naar eigen<br />

behoefte kan putten. Hierbij heeft elk product en combinatie van producten een eigen prijs.<br />

Nieuws per e-mail moet als autonoom product worden beschouwd. Zolang het gezien blijft worden<br />

als een middel om de ‘echte kanalen’ (web en krant) te promoten, zal het medium voor de<br />

overdracht van nieuws nooit volwassen worden en niet in staat zijn haar eigen-aardigheden uit te<br />

buiten.<br />

De aanbevelingen die specifiek voor het Brabants Dagblad zijn geformuleerd, zijn te vinden in<br />

<br />

bijlage 4.


Hoofdstuk 6 Literatuur<br />

6 Literatuur<br />

Angell, D. en B. Heslop, Elements of e-mail style: communicate effectively via electronic mail<br />

(Reading, Mass 1994).<br />

Bardoel, J., Journalistiek in de informatiesamenleving (Amsterdam 1997).<br />

Bierhoff e.a. ed., The future of the printed press: challenges in a digital world (Maastricht 1999).<br />

Buck, P. de e.a., Zoeken en schrijven. Handleiding bij het maken van een historisch werkstuk<br />

(Haarlem 1992).<br />

Dillman, D., Mail and Internet surveys: the tailored design method (New York 2000).<br />

Driel, H. van, Digitaal communiceren (Amsterdam 2001).<br />

Dijk. T.A. van, News as discourse (Hillsdale 1988).<br />

Eindhovens Dagblad en Wegener, Verscheidene interne documenten o.a. E-mailkrant; plan van<br />

aanpak; E-mailkrant Wegener; Projectplan ED-EconomieMail (Wegener, 2001 / 2002).<br />

Jager, R. en P. Van Twist ed., Internetjournalistiek (Amsterdam 2001).<br />

Jupiter Communications, Digital news: revenu strategies, consumer usage, case studies (New York<br />

1998).<br />

Fidler, R., Mediamorphosis: un<strong>der</strong>standing new media (Thousand Oaks 1997).<br />

Grooff, D. De, De elektronische krant: een on<strong>der</strong>zoek naar de mogelijkheden van nieuwsverspreiding<br />

via elektronische tekstmedia en naar de mogelijke gevolgen daarvan voor de krant als bedrijf en als<br />

massamedium (Leuven 1986).<br />

Haas, E. de, Op zoek naar richtlijnen voor het schrijven van een elektronische nieuwsbrief. Een<br />

verkennend kwalitatief on<strong>der</strong>zoek naar mediakenmerken en functionaliteit (Doctoraalscriptie<br />

Ne<strong>der</strong>landse Taal- en Letterkunde RuG 2001).<br />

Hendriks, P., Newspapers: a lost cause? Strategic management of newspaper firms in the United<br />

States and the Netherlands (Dordrecht 1999).<br />

Hendrikx, W., Schrijven voor het beeldscherm. Internet, Intranet, Helpsystemen (Den Haag 1999).<br />

Heuvel, J.H.J. van den, Hoe schrijf ik een werkstuk of scriptie? (Utrecht 2000).<br />

Hooff, B. van den, Incorporating Electronic Mail. Adoption, use and effects of electronic mail in<br />

organizations (Amsterdam 1997).<br />

Kussendrager, N., D. van <strong>der</strong> Lugt en B. Rogmans, Basisboek journalistiek: achtergronden, genres,<br />

vaardigheden (<strong>Groningen</strong> 1997).<br />

McQuail, D., Mass communications theory: an introduction (Londen 1994).<br />

Mirande, M.J.A. en E. Wardenaar, Scriptieproblemen (<strong>Groningen</strong> 1997).<br />

Ne<strong>der</strong>hoed, P., Hel<strong>der</strong> rapporteren: een handleiding voor het schrijven van rapporten, scripties, nota’s<br />

en artikelen in wetenschap en techniek (Houten 1996).<br />

NIPO Interactive Amsterdam, WeM Profiel regioportals (Amsterdam 2001).


Hoofdstuk 6 Literatuur<br />

Rooijen, T. van, Het effect van communicatiemiddelen op internet (Doctoraalscriptie Communicatie en<br />

Informatiewetenschap, RuG 2001).<br />

Sterne, J. en A. Priore, Email marketing: using email to reach your target audience and build customer<br />

relationships (New York 2000).<br />

Summo / DGO, 2000/2001<br />

Wekema, S., Ply & Reply: e-mail en interactionalisatie (Doctoraalscriptie Communicatie- en<br />

informatiewetenschap, RuG 2000).<br />

Artikelen / Tijdschriften / Bundels<br />

Appel, M., ‘Het nieuwsmedium Internet’ in: G. Fauconnier en P. Porteman ed., Dag bladen:<br />

nieuwsuitgevers zoeken hun weg op het internet (Leuven 2000) 15 – 25.<br />

Bardoel, J., ‘Journalistiek en Internet’ in: G. Fauconnier en P. Porteman ed., Dag bladen:<br />

nieuwsuitgevers zoeken hun weg op het internet (Leuven 2000) 51 – 59.<br />

Gurchom, M. van, ‘Tien sprookjes over e-mail’, Computable 30 (1997), 40-41<br />

Houben, M., ‘Kranten strijden om jonge lezers’, NRC Handelsblad (06-04-2002), p.13 Economie<br />

Kruiningen, J.F. van, ‘Beelschermteksten. Een on<strong>der</strong>zoek naar de invloed van verschillende<br />

tekstpresentaties op tekstbegrip’, Tijdschrift voor Taalbeheersing 15 (1993), 36 - 45.<br />

Lowette, T., ‘De gebruiker van on line nieuws’ in: G. Fauconnier en P. Porteman ed., Dag bladen:<br />

nieuwsuitgevers zoeken hun weg op het internet (Leuven 2000) 33 – 38.<br />

Oostendorp, H. van en Peeters, A.L., ‘De verwerking van nieuws: waarom vinden mensen nieuws leuk<br />

en waarom onthouden ze er weinig van? Een on<strong>der</strong>zoeksoverzicht’, Tijdschrift voor Taalbeheersing,<br />

18:2 (1996) 133-160.<br />

Porteman, P., ‘Web electronic publishing: op weg naar een nieuw mediamodel?’, Communicatie:<br />

tijdschrift voor communicatiewetenschap en mediacultuur 27:3 (1998) 25 –43.<br />

Porteman, P., ‘Multimedia-journalistiek: de journalist en het internet’, Communicatie: tijdschrift voor<br />

communicatiewetenschap en mediacultuur 28:2 (1999) 2 – 19.<br />

Porteman, P. ‘De gebruiker van on line nieuws’ in: G. Fauconnier en P. Porteman ed., Dag bladen:<br />

nieuwsuitgevers zoeken hun weg op het internet (Leuven 2000) 39 – 49.<br />

Websites<br />

Allen, C., ‘Personalization vs. Customization’, 7-13-1999,<br />

http://www.clickz.com/mkt/precis_mkt/article.php/814811<br />

BBC News, ‘E-mail makes surfers emotional’, http://news.bbc.co.uk/2/hi/technology/2297057.stm, 06-<br />

10-02 (bezocht op 04/12/02)<br />

Clickz E-mail strategies, http://www.clickz.com/emailstrategies/<br />

Doubleclick 2002 Consumer Email study, http://www.doubleclick.com/us/knowledge/trend/email.asp<br />

Lavelle, A., ‘Designing customizable web environments: design strategies for dynamic data’, Seybold<br />

Seminars, Boston, 1999.<br />

http://seminars.seyboldreports.com/1999_boston/conferences/29/29_transcript.html


Hoofdstuk 6 Literatuur<br />

Lewenstein, M. e.a., ‘Stanford Poynter project: eyetracking online news’ St. Petersburg, Florida: The<br />

Poynter Institute (2000), http://www.poynter.org/eyetrack2000/<br />

Nielsen, J., ‘How users read on the web’, 1997, http://www.useit.com/alertbox/9710a.html<br />

Nielsen, J., ‘Personalization is Over-Rated’, 1998, http://www.useit.com/alertbox/981004.html<br />

Nielsen Norman group, Email newsletter usability, http://www.nngroup.com/reports/newsletters/<br />

NUA Internet surveys, http://www.nua.ie/surveys/how_many_online


Hoofdstuk 7 Bijlagen

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!