Zonnestraling in Nederland - Knmi
Zonnestraling in Nederland - Knmi
Zonnestraling in Nederland - Knmi
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
voor de overige vier stations <strong>in</strong> Wnr 2 gegeven. In tabel 4.14 staan de resultaten van de diffuse<br />
stral<strong>in</strong>g <strong>in</strong> Wnr 2 , die zijn verkregen door de directe stral<strong>in</strong>g van de globale stral<strong>in</strong>g af te<br />
trekken.<br />
Uit tabel 4.13 blijkt b.v. dat tussen 11 en 12 uur UT <strong>in</strong> juni te De Bilt de gemiddelde directe<br />
stral<strong>in</strong>g 239 Wnr 2 is; tabel 4.14 geeft voor datzelfde uurvak <strong>in</strong> juni te De Bilt 292 Wm 2 aan<br />
diffuse stral<strong>in</strong>g. Het totaal van B en D, 531 Wm" 2 , is terug te v<strong>in</strong>den <strong>in</strong> tabel 4.4.<br />
De meeste directe stral<strong>in</strong>g wordt <strong>in</strong> het algemeen <strong>in</strong> uurvak 12 gemeten, maar ook enkele<br />
malen een uur later en tweemaal al <strong>in</strong> uurvak 11. De hoogste waarden van de diffuse stral<strong>in</strong>g<br />
treden voor 90% op <strong>in</strong> uurvak 12, viermaal <strong>in</strong> uurvak 13 en éénmaal, <strong>in</strong> april te De Bilt, <strong>in</strong><br />
uurvak 14.<br />
Vanwege de korte duur van de met<strong>in</strong>gen van de directe stral<strong>in</strong>g <strong>in</strong> De Bilt en het feit dat B<br />
voor de andere stations noodgedwongen moest worden berekend, wordt er van afgezien<br />
frequentieverdel<strong>in</strong>gen en runlengten van B en D te presenteren.<br />
4.3 De <strong>in</strong>vallende langgolvige stral<strong>in</strong>g<br />
Naast de irradiantie van de Zon ontvangt het aardoppervlak ook nog energie door <strong>in</strong>vallende<br />
langgolvige stral<strong>in</strong>g. Deze ontstaat door de stral<strong>in</strong>gsemissie van wolken, waterdamp en kooldioxyde<br />
<strong>in</strong> de atmosfeer.<br />
Omdat de <strong>in</strong>vallende langgolvige stral<strong>in</strong>g niet rout<strong>in</strong>ematig wordt gemeten zijn hiervan met<br />
behulp van formule (2.34) benaderende bereken<strong>in</strong>gen gemaakt. In deze paragraaf zullen de<br />
uitkomsten daarvan worden besproken.<br />
Uit de bereken<strong>in</strong>gen is gebleken dat de waarden van de <strong>in</strong>vallende langgolvige stral<strong>in</strong>g over<br />
het land we<strong>in</strong>ig spreid<strong>in</strong>g vertonen. Het grootste verschil tussen de gemiddelde etmaalsom<br />
van De Bilt en die van enig ander station <strong>in</strong> <strong>Nederland</strong> bedraagt niet meer dan 2,7%. Volgens<br />
Arnfield (1979) blijkt de gebruikte formule van Sw<strong>in</strong>bank (1963) de langgolvige radiantie<br />
van de atmosfeer voor onbewolkte hemel b<strong>in</strong>nen 5% te benaderen. Gezien deze onnauwkeurigheid<br />
zullen we de spreid<strong>in</strong>g over <strong>Nederland</strong> van de langgolvige <strong>in</strong>stral<strong>in</strong>g verder verwaarlozen<br />
en alleen de berekende waarden voor De Bilt beschouwen.<br />
4.3.1 De jaarlijkse gang<br />
Tabel 4.15 geeft de dagsommen van de langgolvige stral<strong>in</strong>g (L + ) gemiddeld per decade, per<br />
maand, per seizoen en per jaar. Ook hier geldt:<br />
de eerste decade I : dag 1 t/m dag 10 van de maand,<br />
de tweede decade II : dag 11 t/m dag 20 van de maand,<br />
de derde decade III : dag 21 t/m de laatste dag van de maand;<br />
w<strong>in</strong>ter : de maanden december, januari en februari,<br />
lente : de maanden maart, april en mei,<br />
zomer : de maanden juni, juli en augustus,<br />
herfst : de maanden september, oktober en november.<br />
80