Zonnestraling in Nederland - Knmi
Zonnestraling in Nederland - Knmi
Zonnestraling in Nederland - Knmi
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
10139 10945<br />
juli augustus<br />
10339 8370<br />
september oktober<br />
1207 777<br />
4648 3295<br />
november december<br />
Figuur 5J Resultaten van de met<strong>in</strong>gen van de globale stral<strong>in</strong>g, <strong>in</strong> kJm 2 dag 1 op het horizontale<br />
vlak en 11 schu<strong>in</strong>e vlakken <strong>in</strong> Cabauw voor de 12 maanden <strong>in</strong> het jaar. De waarden<br />
<strong>in</strong> het middelpunt geven de resultaten op het horizontale vlak weer en op de randen<br />
van de cirkels de resultaten op de erticale vlakken <strong>in</strong> de diverse w<strong>in</strong>dricht<strong>in</strong>gen<br />
In figuur 5.5 zien we, zoals te verwachten was, dat de op het zuiden georiënteerde vlakken<br />
de meeste globale stral<strong>in</strong>g ontvangen. De grootte van het maximum hangt af van de hell<strong>in</strong>gshoek<br />
en het seizoen. In de maanden oktober t/m februari krijgt een vlak met een hell<strong>in</strong>gshoek<br />
P = 67,5° de meeste stral<strong>in</strong>g, <strong>in</strong> de maanden maart, april en september een zuidvlak met (3 =<br />
45°. In de overige maanden (mei t/m augustus) is door de hoge zonnestand de meeste stral<strong>in</strong>g<br />
op een vlak met een hell<strong>in</strong>gshoek van 22,5° te verwachten.<br />
Hoeveel zonneënergie verliezen we, als het vlak niet op het zuiden is georiënteerd, maar<br />
bijvoorbeeld op het zuidwesten of zuidoosten? Omdat <strong>in</strong> die richt<strong>in</strong>gen alleen bij P = 45° is<br />
gemeten vergelijken we zuid 45° met zuidoost 45° en zuidwest 45°. We v<strong>in</strong>den dan <strong>in</strong> oktober<br />
t/m januari een verschil van 13 a 14%. Dit verschil loopt terug via 5 a 8% <strong>in</strong> februari,<br />
maart, april en september tot nul <strong>in</strong> juni en juli. In deze beide zomermaanden maakt het voor<br />
de te ontvangen zonneënergie dus niet zoveel uit of een collector precies op het zuiden is<br />
georiënteerd (zie ook Oke, 1987).<br />
Om een <strong>in</strong>druk te krijgen van de variabiliteit <strong>in</strong> <strong>Nederland</strong> van de stral<strong>in</strong>g op verschillende<br />
hellende vlakken beschouwen we een rapport van Van den Br<strong>in</strong>k en Schoonewille (1987), die<br />
met het Perezmodel (zie 5.2.2) bereken<strong>in</strong>gen hebben uitgevoerd voor De Bilt, Eelde en<br />
118