Algemene VeiligheidsInstructies Posten - Elia
Algemene VeiligheidsInstructies Posten - Elia
Algemene VeiligheidsInstructies Posten - Elia
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
AVIP procedure PR005<br />
Het aarden van geïsoleerde elektrische installaties (kabels, transformatoren<br />
waarvan primaire en / of secundaire omkast en of niet bereikbaar is), dient dat te<br />
gebeuren zo dicht mogelijk bij de werkzone en aan weerzijden ervan in de<br />
respectievelijke aankomstcellen.<br />
Voorschriften voor laagspanningsinstallaties<br />
De verplichting tot het aarden en kortsluiten van laagspanningsinstallaties binnen<br />
de werkzone is enkel verplicht wanneer het risico aanwezig is dat deze installatie<br />
ongewild spanning kan voeren, bijvoorbeeld:<br />
bij bovengrondse leidingen die gekruist worden door andere lijnen of die<br />
elektrisch worden beïnvloed;<br />
installaties die gevoed kunnen worden door noodstroombronnen.<br />
Voorschriften voor hoogspanningsinstallaties<br />
Voor niet-geïsoleerde luchtlijnen en blanke geleiders geldt dat de aardingen en<br />
kortsluitingen aan weerszijden van de werkzone moeten worden uitgevoerd op alle<br />
geleiders die de werkzone binnenkomen; minstens één van de aardings- en<br />
kortsluitinrichtingen of -uitrustingen moet vanuit de werkzone zichtbaar zijn.<br />
Op die regels gelden de volgende uitzonderingen:<br />
voor specifieke werken en indien er tijdens die werken geen geleiders moeten<br />
worden onderbroken, kan de installatie van slechts één aardings- en<br />
kortsluitinrichting in de werkzone worden toegelaten.<br />
Dit betekent dat de andere verplichte aardings- en kortsluitinrichtingen of -<br />
uitrustingen zich buiten de werkzone zullen bevinden.<br />
wanneer het niet mogelijk is om de aardings- en kortsluitinrichtingen aan de<br />
grenzen van de werkzone te zien, moeten er een plaatselijke<br />
aardingsinrichting, een bijkomende signalisatie-inrichting of enig ander<br />
gelijkwaardig identificatiemiddel worden aangebracht.<br />
In het geval van geïsoleerde luchtlijnen, kabels of andere geïsoleerde geleiders<br />
moeten de aardingen en kortsluitingen worden uitgevoerd op de niet-geïsoleerde<br />
gedeelten van de scheidingspunten van de elektrische installatie of zo dicht<br />
mogelijk bij die punten aan weerszijden van de werkzone.<br />
Aandachtspunten i.v.m. aardingen<br />
Alle delen van een HS installatie welke men wil aanraken, moeten geaard en<br />
kortgesloten zijn.<br />
De aardings- en kortsluitinrichtingen of –uitrustingen moeten, telkens wanneer<br />
mogelijk, vanuit de werkzone zichtbaar zijn.<br />
Wanneer de aardingsverbindingen in het kader van metingen of<br />
proefnemingen worden verwijderd, mogen de geleiders niet meer aangeraakt<br />
worden. Dit wegnemen kan alleen gebeuren door een bevoegd agent <strong>Elia</strong><br />
(SB/LVB). Na de metingen moeten de geleiders terug geaard worden, alvorens<br />
ze aan te raken.<br />
De nodige voorzorgsmaatregelen moeten worden getroffen opdat de<br />
aardingen tijdens de duur van de werkzaamheden verzekerd blijven. Er is een<br />
uitzondering wanneer de aardingsverbindingen moeten verwijderd worden bij<br />
metingen of proeven die niet uitgevoerd kunnen worden met geïnstalleerde<br />
aardings- of kortsluitinrichtingen. In dit geval moeten bijkomende of<br />
alternatieve maatregelen genomen worden.<br />
Versie 02 – Datum 06/04/2011 Pagina 63 van 141