December 2007 - Divosa

December 2007 - Divosa December 2007 - Divosa

23.08.2013 Views

december 2007 organisatieverandering ******************************************************************************************************* * 26 De klantmanager heeft de regie Het is de klantmanager die de klant het beste in beeld heeft, en dus zou het ook de klantmanager moeten zijn die bepaalt hoe vaak de klant moet opdraven voor een heronderzoek. Zo gezegd zo gedaan in Amersfoort. tekst: Ronald de Kreij, fotografi e: Jan Lankveld Toen Odilia Hafkenscheid twee jaar geleden van de gemeente Drachten overkwam naar Amersfoort om daar teamleider op de afdeling Sociale Zekerheid te worden, viel het haar op dat de Amersfoortse klantmanagers wel erg veel tijd staken in het heronderzoeken van uitkeringsgerechtigden. De betreff ende personen opnieuw oproepen, opnieuw informatie verzamelen, opnieuw uitgebreid rapporteren… “Weinig inspirerend allemaal”, aldus Hafkenscheid, “en bovendien werk dat voor een belangrijk deel al eens eerder is gedaan. Jammer ook van de tijd die hierdoor niet in dienstverlening en handhaving kan worden gestoken.” Dat moet en kán anders, bedacht de teamleider, en ze opperde een idee voor verbetering: weg met het strakke heronderzoeksplan en meer regie bij de klantmanager zelf. Vanuit het project ‘Trossen Los’ was al een ontwikkeling ingezet naar meer verantwoordelijkheid voor de klantmanagers, en in overleg met afdelingshoofd Klantbeheer Peter Coenen werd een werkgroep opgericht die het idee van Hafkenscheid verder uitwerkte. Het nieuwe motto werd: opereren op basis van signalen en gebeurtenissen. Drie peilers Het Amersfoortse sociale zekerheidsbeleid is gestoeld op drie peilers: werk/zorg/activering, rechtmatigheid en minimabeleid/dienstverlening. Voor een goed begrip van de gemeentelijke situatie is inzicht noodzakelijk in de route die de uitkeringsgerechtigden er afl eggen. Coenen schetst hoe die er uit ziet: “Iedereen die zich bij het CWI meldt voor een uitkering komt na een korte scan terecht in de zogenoemde A- of B-route. De A-route leidt direct tot werk en heeft als naam ‘Morgen Beginnen’ meegekregen. De tweede route is voor mensen die niet direct aan de slag kunnen en aangewezen zijn op een uitkering. Hun intake doet niet het CWI maar onze Afdeling Sociale Zekerheid, want deze mensen komen uiteindelijk toch bij ons terecht. Het voordeel is dat we ze gelijk op een traject kunnen zetten. Aan de kant van het CWI komt hierdoor weer tijd vrij voor de begeleiding van mensen die wél al aan de slag kunnen. Ter illustratie: van hen zien we 60 tot 70 procent nooit meer terug.” Degenen die uiteindelijk toch bij de sociale dienst belanden, vallen onder het genoemde regime van werk, rechtmatigheid en dienstverlening. Met name dit laatste onderdeel speelt een steeds belangrijkere rol, omdat het aantal mensen bij de Amersfoortse sociale dienst dat geheel of gedeeltelijk kán werken steeds kleiner wordt. De groep die resteert bestaat vooral uit mensen die dit (tijdelijk) niét kunnen. Wie vooral aandacht wil besteden aan dienstverlening, wenst niet te veel tijd te verliezen aan heronderzoek. Maar de beoordeling van de rechtmatigheid van de uitkeringen kan natuurlijk ook niet helemaal losgelaten worden. Temeer omdat de wet voorschrijft dat gemeenten heronderzoekplannen moéten hebben waarin aan de hand van risicoprofi elen wordt aangegeven hoe vaak er voor welke doelgroepen periodieke heronderzoeken dienen te worden uitgevoerd. “De ene dakloze is de andere niet en dat geldt net zo goed voor bouwvakkers en mensen uit de horeca”, aldus Hafkenscheid. “Generieke risicoprofi elen per doelgroep met bijbehorende termijnen functioneren dan ook onvoldoende. Slimmer is het om de termijnen los te laten en meer te koersen op de bevindingen van de klantmanagers. Zij kennen hun klanten immers het best en weten doorgaans als eerste wanneer zich bepaalde veranderingen in de persoonlijke omstandigheden voordoen, zoals verhuizen, het vinden van deeltijdwerk of wat dan ook. Maar ze krijgen natuurlijk ook andere signalen. ‘Zolang je mensen aanspreekt op hun professionaliteit kan er veel’

Peter Coenen en Odilia Hafkenscheid Het Amersfoortse minimabeleid Het minimabeleid in Amersfoort is de laatste jaren ingrijpend gemoderniseerd en uitgebreid. Het omvat een pakket financiële regelingen en integrale schuldhulpverlening. Amersfoort doet het op dit punt, vergeleken met andere gemeenten, erg goed. In de armoedemonitor van het FNV, dat een beeld schetst van het sociaal beleid van gemeenten, behoort Amersfoort tot de best scorende gemeenten. Ook uit de inventarisatie van het armoedebeleid van de G-27 gemeenten van onderzoeksbureau SGBO komt Amersfoort zeer goed naar voren. De Amersfoortse regelingen zijn: - Bijzondere bijstand (tot 130 procent van het sociaal minimum) - Witgoedregeling (tot 100 procent) - Kwijtschelding van gemeentelijke belastingen (tot 100 procent) - Langdurigheidstoeslag (tot 100 procent) - Amersfoort plus toeslag voor 65-plussers (tot 110 procent) - Collectieve ziektekostenverzekering voor minima (tot 110 procent) - Regeling sociale participatie (tot 100 procent) - Regeling voor gezinnen met schoolgaande kinderen van 12 tot 18 jaar (tot 120 procent van het wettelijk minimumloon) 10 organisatieverandering Bijvoorbeeld iemand die nooit iets van zich laat horen, of een ander die geen gebruik maakt van bepaalde voorzieningen waar hij wel recht op heeft.” KAP’s Om te zien of de praktijk net zo uitpakt als de theorie, is Amersfoort begin oktober gestart met een pilot waarbij vier klantmanagers volgens de geschetste aanpak zijn gaan werken. Zij zijn vrijgesteld van de reguliere heronderzoeken en de bijbehorende termijnen en administratieve belasting. Hiervoor in de plaats gaan zij werken met zogenoemde KAP’s: KlantActiviteitenPlannen. Deze zijn digitaal beschikbaar en zullen van de klantmanagers veel fl exibiliteit vragen. Maar zover is het nog niet. De KAP’s moeten nog worden ontwikkeld. De klantmanagers zijn hiervoor één dagdeel vrijgeroosterd en hun caseload is tijdelijk teruggebracht. Het is de bedoeling dat de KAP’s al worden opgesteld bij het eerste klantcontact en dat ze gaandeweg verder worden ingevuld en eventueel aangepast. “We denken dat we hiermee de rechtmatigheid beter kunnen borgen en dat de klantmanagers tegelijkertijd meer tijd overhouden om aan dienstverlening te besteden”, aldus Coenen. “Daarmee krijgen ze ook nog meer de regie over hun werk.” Coenen en Hafkenscheid hopen dat de nieuwe werkwijze een succes wordt en zich straks langzaam als een olievlek over alle veertig klantmanagers verspreid. Hafkenscheid realiseert zich dat dit nog niet mee zal vallen, want de nieuwe aanpak vereist een andere werkwijze en mensen zijn nu eenmaal niet gemakkelijk te veranderen. “Een paar jaar geleden heeft Amersfoort de beweging ingezet om de klant beter te gaan bedienen. Alles is daar nu op gericht. Maar het is een opgave om je eigen mensen hierin mee te nemen.” Coenen is niettemin optimistisch. “Zolang je mensen aanspreekt op hun professionaliteit kan veel. Neem bijvoorbeeld onze accountant. Die hebben we via de afdeling interne controle vanaf het prille begin bij onze plannen betrokken. Hij had zo’n beweging als wij voor ogen hebben nog nooit eerder gezien en werd gaandeweg steeds enthousiaster. Hoewel het een andere manier is waarop we onze controle inrichten, heeft hij gezegd ‘ga door’. Dat is toch geweldig? Dit is onze manier waarop we de toonkamerprincipes vorm en inhoud willen geven.” * ****************************************************************************************************** 27

december <strong>2007</strong><br />

organisatieverandering<br />

******************************************************************************************************* *<br />

26<br />

De klantmanager heeft de regie<br />

Het is de klantmanager die de klant het beste in beeld heeft, en dus zou het<br />

ook de klantmanager moeten zijn die bepaalt hoe vaak de klant moet opdraven<br />

voor een heronderzoek. Zo gezegd zo gedaan in Amersfoort.<br />

tekst: Ronald de Kreij, fotografi e: Jan Lankveld<br />

Toen Odilia Hafkenscheid twee jaar geleden<br />

van de gemeente Drachten overkwam naar<br />

Amersfoort om daar teamleider op de afdeling<br />

Sociale Zekerheid te worden, viel het haar op dat<br />

de Amersfoortse klantmanagers wel erg veel tijd<br />

staken in het heronderzoeken van uitkeringsgerechtigden.<br />

De betreff ende personen opnieuw<br />

oproepen, opnieuw informatie verzamelen,<br />

opnieuw uitgebreid rapporteren… “Weinig<br />

inspirerend allemaal”, aldus Hafkenscheid, “en<br />

bovendien werk dat voor een belangrijk deel al<br />

eens eerder is gedaan. Jammer ook van de tijd die<br />

hierdoor niet in dienstverlening en handhaving<br />

kan worden gestoken.”<br />

Dat moet en kán anders, bedacht de teamleider,<br />

en ze opperde een idee voor verbetering:<br />

weg met het strakke heronderzoeksplan en<br />

meer regie bij de klantmanager zelf. Vanuit het<br />

project ‘Trossen Los’ was al een ontwikkeling<br />

ingezet naar meer verantwoordelijkheid voor de<br />

klantmanagers, en in overleg met afdelingshoofd<br />

Klantbeheer Peter Coenen werd een werkgroep<br />

opgericht die het idee van Hafkenscheid verder<br />

uitwerkte. Het nieuwe motto werd: opereren op<br />

basis van signalen en gebeurtenissen.<br />

Drie peilers<br />

Het Amersfoortse sociale zekerheidsbeleid is<br />

gestoeld op drie peilers: werk/zorg/activering,<br />

rechtmatigheid en minimabeleid/dienstverlening.<br />

Voor een goed begrip van de gemeentelijke<br />

situatie is inzicht noodzakelijk in de route die<br />

de uitkeringsgerechtigden er afl eggen. Coenen<br />

schetst hoe die er uit ziet:<br />

“Iedereen die zich bij het CWI meldt voor een<br />

uitkering komt na een korte scan terecht in de<br />

zogenoemde A- of B-route. De A-route leidt<br />

direct tot werk en heeft als naam ‘Morgen<br />

Beginnen’ meegekregen. De tweede route is voor<br />

mensen die niet direct aan de slag kunnen en<br />

aangewezen zijn op een uitkering. Hun intake<br />

doet niet het CWI maar onze Afdeling Sociale<br />

Zekerheid, want deze mensen komen uiteindelijk<br />

toch bij ons terecht. Het voordeel is dat we ze<br />

gelijk op een traject kunnen zetten. Aan de kant<br />

van het CWI komt hierdoor weer tijd vrij voor<br />

de begeleiding van mensen die wél al aan de slag<br />

kunnen. Ter illustratie: van hen zien we 60 tot 70<br />

procent nooit meer terug.”<br />

Degenen die uiteindelijk toch bij de sociale<br />

dienst belanden, vallen onder het genoemde<br />

regime van werk, rechtmatigheid en dienstverlening.<br />

Met name dit laatste onderdeel speelt<br />

een steeds belangrijkere rol, omdat het aantal<br />

mensen bij de Amersfoortse sociale dienst dat<br />

geheel of gedeeltelijk kán werken steeds kleiner<br />

wordt. De groep die resteert bestaat vooral uit<br />

mensen die dit (tijdelijk) niét kunnen.<br />

Wie vooral aandacht wil besteden aan dienstverlening,<br />

wenst niet te veel tijd te verliezen aan<br />

heronderzoek. Maar de beoordeling van de<br />

rechtmatigheid van de uitkeringen kan natuurlijk<br />

ook niet helemaal losgelaten worden. Temeer<br />

omdat de wet voorschrijft dat gemeenten heronderzoekplannen<br />

moéten hebben waarin aan<br />

de hand van risicoprofi elen wordt aangegeven<br />

hoe vaak er voor welke doelgroepen periodieke<br />

heronderzoeken dienen te worden uitgevoerd.<br />

“De ene dakloze is de andere niet en dat geldt<br />

net zo goed voor bouwvakkers en mensen<br />

uit de horeca”, aldus Hafkenscheid. “Generieke<br />

risicoprofi elen per doelgroep met bijbehorende<br />

termijnen functioneren dan ook onvoldoende.<br />

Slimmer is het om de termijnen los te laten<br />

en meer te koersen op de bevindingen van de<br />

klantmanagers. Zij kennen hun klanten immers<br />

het best en weten doorgaans als eerste wanneer<br />

zich bepaalde veranderingen in de persoonlijke<br />

omstandigheden voordoen, zoals verhuizen,<br />

het vinden van deeltijdwerk of wat dan ook.<br />

Maar ze krijgen natuurlijk ook andere signalen.<br />

‘Zolang je mensen aanspreekt op hun<br />

professionaliteit kan er veel’

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!