Hofboek 1598-1686 acten en notities - diachronie.nl

het hun sall believen:/ solden mogen nominieren ende verscocht daervan signagtie ten Hoffprotocollo te geschieden, t’welck hem
bij desen vergunnet is ter goeder trouwe sonder argelist, namentlick dat sij luijden beijde
fol. 145 v – t’samen sulcke drie Kinderen vrij sullen genieten als voorschreven.
Sabbati 12 Junij 1641 – Hoffrichter Willem van Haersolte, Tegeders Jan Mierdinck, Jan Roerdinck, Reiner Grievinck Schulte ten
Ahave und Derick Tangenhorst, Schulte ten Borninckhave.
Erschenen Jan Onnekinck den olden ende gaf clagende t’erkennen, hoe dat hij voor eenige dagen door inductie Tonis Willincks
ende Jan Tenckinks tegens een geringes sijn recht van sijn Erve ende Hoffgoet Onnekinck voor den Bredevoortschen Gerichte an
voorgemelte Tenckinck ende Willinck gecediert hebbe, waerdoor also hij sich ende sijnen Kinderen ten hoochsten vernadeelt
fol. 146 – als wilde derwegen sodanich nichtich transport gerevociert hebben, gelijck hij t’selve revocirt bij desen.
Ende hefft dienvolgents t’selve voorschreven Goedt mit rijpen raede bij convocatie ende ten overstaen van hofflieden ende
Tegeders hierboven genoempt an sijnen Soon Jan Onnekinck nae Hoffrechten deses Haves thoe Miste, /: voerbeholtlick Sijn
Hoocheit van Orangien, sijn jaerlixe recognitie :/ gecediert ende opgedragen, daerop mit handt, halm ende monde tot proufijte
sijns Soons voorgemelt vertegen, voorbeholdende hem sijne portie van Lijfgtucht gelijck nae des Hoves vermoegen ende natuire
alsulcker goederen gebruijckelick. Sonder exception und argelist.
fol. 147 v – Mercurij 21 Julij 1641 – Hoffrichter Willem van Haersolte, Tegeders Jan Roerdinck Dderick Mierdinck, Reiner
Schulte ten Ahoff, Derick Schulte ten Borninckhave
Erschenen Jan Onnekinck die Jonge mitt sijnen Vader oock Jan Onnekinck, ende
fol. 148 – re-exhibierde die remonstrance opten 15. deses op het gewontlicke Hoffgerichte gepresentiert ende gelesen. Maer alsoe
doemaels wegens absentie vanden Heer Hoffrichter daerop niet is gedaen, so versoeckt Comparant dat op dit extraordinaris
Hoffgerichte so daertoe vergadert is, nae behoren moge versien worden ende steldt die Puncten daerin angetogen tott derselven
erkentnis. Mitz reelicke erlegginge voor het ordinaris recht vanden Heere selve iure addendi quatenus opus (het recht om
daaraan voorzover nodig iets toe te voegen) een R.dall. daerbeneffens het gewontlicke recht.
T’Hoffgerichte acceptiert Comparante Johan Onnekinck ende Derissken ten Drijhuijs ehluide vermits desen voor Hofflieden des
Haves toe Miste.
Hierop Erschenen Jan Onnekinck Derissken ten Drijhuijs eheluiden und hebben sich nae den Hoff toe Onnekinck, inden Kerspell
Wenterswick Buerschap Raetman gelegen, den Huijse Bredevoort Hoffhorich ergeven, der Hoffrechten gelijck andere Hoffhorige
Personen tegenieten und missgelden, elck een onbenoempt Kindt vrij voorbeholen, ende sijn sulcker gestalt voor Hoffluijden des
vorschreven goedes angenomen.
fol. 148 v – Opt 2. Punct van de remonstrance referierden sich die Tegeders tott het Hoffboeck ende hadde allen tijtt hares besten
Wetens sijn recht verwaert,
Opt 3 de Punct verclaerden die Tegeders dat so lange een Hoffman sijn Hoffrecht Jahrlix verwart, als mede die iaerlixe recognitie
ahn Sijn Hoocheit van Orangien als pandtholder van de Hoffgoederen des Hoves toe Miste verrichtet, een Hoffhorich Man
offschoon sijn goet in eenige schulden geraeckte, vanden goede niet conde verstoten werden.
fol. 151 – Veneris 15 Septembris 1643 – Drost und Hoffrichter Willem van Haersolte, Tegeders Reiner Schulte ten Ahoff,
Herman Leverdinck,
Alsoe nae den wille des Heeren Lotte ten Borninckhave, als rechte besittersche ende Erffgenaem des Hoffgoets Borninckhoff is
komen te overlijden naerlatende neffens haeren gewesen Eheman Derck Tangerinck genant Borninckhoff eenen onmondigen
Sohne ende drie onmondige Dochteren aen welcken haeren Kinderen nae haves rechte het voorschreven Hoffgoet nae haeren dode
is komen te vervallen, ende dan noch die voorschreven haere Sohne /: die welcke nae havesrechte soude sijn rechte besitter des
gemelten Hoffgoets als voorschreven noch onmondigh is ende dienvolgens ongequalificiert an t’ voorschreven Hoffgoet te
aenvaerden offte te gebruijcken; so ist dat die Rentmeister inder tijtt Joost ter Vijle uijt goede insichten ex officio als
administrateur
fol.151 v – der Bredefortsche Hoffgoederen verstaen ende geordonniert hefft, vertstaet ende ordonniert bij desen totte Profijte der
gemelte onmondige Kinderen ende behoudenisse des voorschreven Hoffgoedts, dat Derck Tangerinck, Schulte ten Borninckhave
der gementionierden Kinderen Vader sall sijn ende blijven besitter ende gebruijcker des meergemelten Hoffgoedts Borninckhoff.
ter tijtt ende wijle dat sijnen Sohn Jan ten Borninckhave tott sijnen Mondigen Jaeren sall sijn gekomen ende gequalificiert sijn om
t’vorschreven Hoffgoet selve te gebruijken, offte bij so verre hij Jan ten Borninckhave in sijnen minderiaren quame te overlijden,
sijne alssdan oudste Suster, ende so voort de eene op de andere tott die lestlevende toe, Bij so verre oock gemelten Jans ten
Borninckhaves susteren een offt meer geduijrende sijne minderiarigheit met haeres Vaders wille quame te trouwen, sall gemelte
fol. 152 – Vaeder ende besitter des vorschreven goedts Derck Schulte ten Borninckhave dieselve nae gebeur ende qualiteit des
goedes tott Last des voorschreven goedes offt volgenden besitters sijnes soons, mogen begiftigen ende eenen bruijtschat beramen.
Dewijle dan noch Derck Schulte ten Borninckhave sich aen desen Rentmeister beclaegt dat hij die regeeringe des meergemelten
Hoffgoets qualick konde genoech doen, ten waere saecke hij eene echte huijsfrouwe wederom trouwen ende /: dewijle hij nu den
Heere genoechsame Hoffhoerige Erven geprocreert hebbe:/ deselve op den voorschreven goede vrij ende sonder nae den goede
gequalificiert te sijn hebben ende houden mochte; So ist dat hem t’selve om goede consideratien ende tott nut ende profijt der
voorschreven Kinderen bij den Rentmeister voorschreven ex officio vergunnet ende geaccordiert is,
fol. 152 v –wort oock hem vergunnet ende geaccordiert bij desen. Alles sonder fraude ende argelist.