Masterplan Park Zandweerd maart 2001 - Gemeente Deventer
Masterplan Park Zandweerd maart 2001 - Gemeente Deventer
Masterplan Park Zandweerd maart 2001 - Gemeente Deventer
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
Maart <strong>2001</strong><br />
<strong>Masterplan</strong> <strong>Park</strong> <strong>Zandweerd</strong><br />
Vertaalde ambities
<strong>Masterplan</strong> <strong>Park</strong> <strong>Zandweerd</strong><br />
Vertaalde ambities<br />
Maart <strong>2001</strong><br />
Auteur: Mark Schipper<br />
Sector Werken en Vastgoed<br />
Afdeling Planeconomie en Locatie Ontwikkeling
Inhoudsopgave<br />
1. Algemeen<br />
1.1 Inleiding en status <strong>Masterplan</strong> 1<br />
1.2 Beleid 1<br />
1.3 Uitgangssituatie 2<br />
1.4 Planfasering 2<br />
1.5 Doelstellingen 3<br />
2. Ruimtelijke structuur<br />
2.1 Huidige situatie 5<br />
2.2 Locatiekenmerken 6<br />
2.3 Ontwikkelingsvisie 8<br />
2.4 Groen- en waterstructuur 10<br />
2.5 Ontsluiting 12<br />
2.6 Openbare ruimte en woonomgeving 12<br />
2.7 Sociale veiligheid 13<br />
2.8 Uitgangspunten planontwikkeling 13<br />
3. Woningbouwprogramma<br />
3.1 Algemeen 15<br />
3.2 Doelgroepen 15<br />
3.3 Plandelen 15<br />
3.4 Woningbouwprogramma 15<br />
3.5 Woonconcepten 16<br />
4. Werkwijze<br />
4.1 Algemeen 18<br />
4.2 Werkwijze planontwikkeling 18<br />
4.3 Selectie ontwikkelaars 18<br />
<strong>Park</strong> <strong>Zandweerd</strong><br />
Vertaalde ambities<br />
5. Duurzaam bouwen<br />
5.1 Inleiding 20<br />
5.2 Water 20<br />
5.3 Toekomstwaarde 20<br />
6. Technische en overige randvoorwaarden 21<br />
Bijlagen<br />
Plan van aanpak<br />
Programma van eisen duurzame ontwikkeling<br />
Technische en overige randvoorwaarden<br />
• Bomenkaart<br />
• Obstakelkaart<br />
• Kaartbeelden zonering RWZI<br />
• Kaartbeeld bouwen aan de dijk
1. Algemeen<br />
1.1 Inleiding en status masterplan<br />
Dit masterplan geeft de ontwikkelingsrichting aan voor woningbouw op de<br />
locatie Rembrandtkade. De locatie omvat behalve de voormalige ijsbaan,<br />
ook de sportveldenlocatie <strong>Zandweerd</strong> de direct aangrenzende bebouwing<br />
en openbare ruimte. Juist omdat de locatie een groter gebied omvat dan<br />
de vroegere locatie Rembrandtkade wordt voorgesteld om het plangebied<br />
aan te duiden als “<strong>Park</strong> <strong>Zandweerd</strong>”.<br />
In dit gebied is ruimte voor circa 330 woningen. Daarnaast kan de locatie<br />
ruimte bieden voor de realisatie van een beperkt aantal voorzieningen,<br />
zoals een kinderdagverblijf. De ontwikkeling van deze locatie wordt<br />
(grotendeels) projectmatig ter hand genomen. De organisatie en procedure<br />
is beschreven in het hoofdstuk Werkwijze.<br />
Als algemeen kader fungeert de structuurschets <strong>Deventer</strong> Visie (1994).<br />
Daarin is de locatie <strong>Park</strong> <strong>Zandweerd</strong> (Rembrandtkade) genoemd als<br />
binnenstedelijke inbreidingslocatie.<br />
In dit hoofdstuk wordt ingegaan op de uitgangssituatie en de doelstellingen<br />
met betrekking tot het plangebied.<br />
Hoofdstuk twee behandelt de beoogde ruimtelijke structuur. Een groot<br />
aantal aspecten op het vlak van techniek, programma e.d. wordt via<br />
bijlagen nader uitgewerkt. Bij elkaar vormt dit het programma van eisen<br />
voor de planontwikkeling.<br />
Hoofdstuk drie richt zich op het woningbouwprogramma. Hierin wordt met<br />
name ingezoomd op de ambities voor deze locatie.<br />
Het vierde hoofdstuk geeft vervolgens een beschrijving van de<br />
voorgestane werkwijze, inclusief planning.<br />
Tenslotte is in hoofdstuk 5 een omschrijving gegeven van de<br />
aandachtspunten in het kader van duurzaam bouwen. In het laatste<br />
hoofdstuk zijn de technische en overige randvoorwaarden beschreven.<br />
Het programma van eisen geeft op hoofdlijnen het ontwikkelingskader voor<br />
de betreffende locatie. Voor de benadering op de hoofdlijnen is gekozen<br />
<strong>Park</strong> <strong>Zandweerd</strong><br />
Vertaalde ambities<br />
om de ontwerpers bij de uitwerking van de plannen voor het gebied een<br />
maximale creatieve vrijheid te kunnen geven.<br />
1.2 Beleid<br />
“<strong>Deventer</strong>, Stad aan de IJssel” is een vaak gehoorde slogan. Het gebied<br />
<strong>Park</strong> <strong>Zandweerd</strong> is na de ontwikkeling van het Pothoofd vooralsnog voor<br />
<strong>Deventer</strong> de laatste locatie langs de IJssel waar woningbouw kan<br />
plaatshebben. De inzet voor de ontwikkeling van deze locatie is gezien de<br />
bijzondere locatiekenmerken, een hoog ambitieniveau met als doelgroep<br />
het hogere segment van de woningmarkt.<br />
De kunstijsbaan aan de Rembrandtkade is in 1992 verplaatst naar het<br />
sportcomplex “De Scheg”. Hierdoor kwam de locatie vrij voor woningbouw.<br />
In april 2000 is de nota Veldsportaccomodaties door de raad aangenomen.<br />
Hierin worden voorstellen gedaan om een deel van de bestaande<br />
sportvelden van het complex <strong>Zandweerd</strong> op te heffen. In dit masterplan is<br />
het gedeelte van het sportveldencomplex dan ook aangeduid als<br />
studiegebied; juist om te zorgen voor een integrale benadering van het<br />
gebied. Vanzelfsprekend wordt de uitkomst van de studie naar de<br />
verplaatsingsmogelijkheden afgewacht alvorens tot daadwerkelijke<br />
planvorming van dit deelgebied te komen. (Zie ook hoofdstuk 6).<br />
Onderzoek moet uitwijzen of een verplaatsing van sporthal <strong>Zandweerd</strong><br />
naar een locatie in de nabijheid tot de mogelijkheden kan behoren.<br />
Door het bouwen op inbreidingslocaties wordt invulling gegeven aan het<br />
compacte stadsbeleid, wordt de stedelijke structuur verbeterd, het<br />
draagvlak van voorzieningen vergroot en worden stedelijke woonmilieus<br />
aangeboden. Tevens wordt op deze wijze inhoud gegeven aan een aantal<br />
van de in het structuurplan 1994 gepresenteerde beleidsvoornemens.<br />
Deze voornemens zijn ondermeer het streven naar een meer evenwichtige<br />
bevolkingssamenstelling, het behoud en het aantrekken van de meer<br />
draagkrachtige bevolkingsgroepen, het realiseren van wervende<br />
woonmilieus en een verhoging van de ruimtelijke kwaliteit.<br />
In het rapport “In- en uitbreiden vraagt om strategische keuzen” van juni<br />
1993 wordt beschreven dat een meer gedifferentieerde bevolkingssamenstelling<br />
kan worden verkregen door op inbreidingslocaties een<br />
1
elatief groot aandeel van de woningbouw in de vrije sector te realiseren.<br />
Op locaties met een specifieke potentie, waaronder ook de locatie <strong>Park</strong><br />
<strong>Zandweerd</strong>, zijn de meer draagkrachtige bevolkingsgroepen een<br />
nadrukkelijke doelgroep.<br />
Om deze bevolkingsgroep te kunnen vasthouden of opnieuw te kunnen<br />
aantrekken zal hier een exclusief woonmilieu worden ontwikkeld.<br />
1.3 Uitgangssituatie<br />
Het plangebied <strong>Park</strong> <strong>Zandweerd</strong> is een unieke locatie aan de rand van de<br />
stad. De locatie is sterk verweven met het landschap en biedt uitzicht op<br />
de weidsheid van het IJsseldal en de uiterwaarden. De ligging aan de<br />
IJssel met de uiterwaarden, de aanwezigheid van een bestaande fraaie<br />
groen- en waterstructuur in en om het gebied en een groot aantal<br />
volwassen bomen zijn de sterke basiselementen van het gebied.<br />
De bestaande groen- en waterstructuur die de locatie doorsnijdt, legt op<br />
stedelijk niveau een relatie tussen de IJssel en het buitengebied via het<br />
Nieuwe Plantsoen.<br />
Foto 1.<br />
Foto 2.<br />
1.4 Planfasering<br />
Het plangebied <strong>Park</strong> <strong>Zandweerd</strong> valt uiteen in vier deelgebieden die elk<br />
hun eigen potenties, eigenschappen en uitdagingen kennen. Afhankelijk<br />
van de beschikbaarheid van deze deelgebieden kunnen zij worden<br />
ontwikkeld binnen de totale context die gevormd wordt door dit masterplan.<br />
De vier deelgebieden zijn de Rembrandtkade (de voormalige ijsbaan), de<br />
Hobbemastraat en de sportvelden die in twee fasen uiteen valt. Op dit<br />
moment wordt gesproken over twee actieve plandelen, namelijk de<br />
Rembrandtkade en een deel van de sportvelden. Afhankelijk van de<br />
mogelijkheden is de keuze voor de sportvelden nog open, hoewel vanuit<br />
de sector WCO een voorkeur is aangegeven welke sportvelden vrijkomen<br />
voor herontwikkeling.<br />
Dit is mede afhankelijk van de verplaatsingsmogelijkheden van<br />
sportaccommodaties en de uitkomst van de discussie over de toekomst<br />
van de veldsportaccommodaties in <strong>Deventer</strong>. Ook de sporthal <strong>Zandweerd</strong><br />
2<br />
<strong>Park</strong> <strong>Zandweerd</strong><br />
Vertaalde ambities
kan onderdeel uitmaken van de planontwikkeling mits hiervoor een<br />
alternatieve locatie in dit gebied kan worden geboden.<br />
De overige locaties zijn mede afhankelijk van medewerking van de huidige<br />
eigenaren en mogelijkheden tot herhuisvesting en herontwikkeling.<br />
De eerste twee deelgebieden dienen in een periode van circa 2 jaar in<br />
ontwikkeling te worden gebracht. Dit is pas mogelijk na uitwerking van dit<br />
masterplan.<br />
1.5 Doelstellingen<br />
Naast het doel te willen voldoen aan de kwantitatieve vraag naar<br />
mogelijkheden voor woningbouw is voor de planontwikkeling een aantal<br />
bijzondere kwalitatieve doelen gehanteerd:<br />
1. Behoud en versterking van landschappelijke en ruimtelijke relaties<br />
tussen het plangebied en de omgeving;<br />
2. Het realiseren van een hoogwaardige groen- en waterstructuur, met<br />
behoud en inpassing van bestaande waardevolle elementen en<br />
aandacht voor ecologische aspecten;<br />
3. Het realiseren van een parkstad als concept voor het woonmilieu,<br />
waarbij naast het groen ook het water beeldbepalend is;<br />
4. Het realiseren van een hoge stedenbouwkundige en architectonische<br />
kwaliteit;<br />
5. Een hoge en integrale milieukwaliteit in de vorm van duurzaam<br />
bouwen;<br />
6. Optimale kansen voor langzaam verkeer;<br />
7. Het realiseren van een plan, waarvan de marktacceptatie ook op<br />
lange termijn zo hoog mogelijk blijft;<br />
8. Het optimaliseren van de verhouding tussen kwaliteit en financiële<br />
investeringen, binnen de opzet van de grondexploitatie van het<br />
betreffende gebied. Daarbij dient rekening te worden gehouden met de<br />
kosten van toekomstig beheer.<br />
Dit dient als randvoorwaarde bij de planvorming te worden meegenomen.<br />
<strong>Park</strong> <strong>Zandweerd</strong><br />
Vertaalde ambities<br />
3
<strong>Park</strong> <strong>Zandweerd</strong><br />
Vertaalde ambities<br />
Beelden uit de omgeving<br />
4
2. Ruimtelijke structuur<br />
De kwaliteit van de ruimtelijke structuur is medebepalend door de wijze<br />
waarop het plangebied wordt ingepast in zijn omgeving. Daarnaast speelt<br />
de locatiespecifieke structuur en de wijze waarop een aantal deelaspecten<br />
tot een oplossing wordt gebracht een rol.<br />
Die laatste aspecten zijn niet specifiek voor deze locatie, maar zijn het<br />
resultaat van zich steeds evaluerend beleid in <strong>Deventer</strong>. De<br />
locatiespecifieke structuur komt aan bod in de paragrafen structurerende<br />
elementen, ontsluitings-, groen- en waterstructuur. De deelaspecten<br />
komen aan bod in de paragrafen openbare ruimte en parkeren, sociale<br />
veiligheid. Het hoofdstuk wordt afgesloten met een structuurbeeld dat een<br />
samenhangende conclusie vormt van met name de locatiespecifieke<br />
elementen.<br />
2.1 Huidige situatie<br />
<strong>Park</strong> <strong>Zandweerd</strong> vormt het meest noordwestelijke gedeelte van het<br />
verstedelijkt gebied van de stad en wordt daarbij ingesloten door de<br />
Rembrandtkade en de Roland Holstlaan. De stadsrand is ingebed door de<br />
fraai slingerende IJssel met haar unieke uiterwaarden en de jachthaven<br />
die zich ter hoogte van de Rembrandtkade bevindt. Een en ander vormt<br />
een zeer hoogwaardig attractief beeld als overgang tussen de stadsrand<br />
en het Overijsselse rivierengebied.<br />
De locatie is interessant vanwege de ligging aan de IJssel en de interne<br />
kwaliteiten waaronder een groen- en waterstructuur langs de<br />
Sportveldenlaan. Deze structuur heeft een gebiedsoverstijgende functie en<br />
maakt deel uit van een groennetwerk die de IJssel koppelt aan het Nieuwe<br />
Plantsoen en het buitengebied. Deze groen- en waterstructuur heeft<br />
enerzijds een functie als berging van het oppervlaktewater en anderzijds<br />
een esthetische, ecologische en recreatieve functie. Via het gemaal aan<br />
de Roland Holstlaan wordt het water uit deze waterpartijen afgevoerd op<br />
de IJssel.<br />
<strong>Park</strong> <strong>Zandweerd</strong><br />
Vertaalde ambities<br />
Naast deze groen- en waterstructuur wordt het gebied gekenmerkt door de<br />
aanwezigheid van veel opgaande beplanting met name rondom de<br />
voormalige ijsbaan en de sportvelden. De beplanting rondom de<br />
sportvelden wordt als ecologisch waardevol beschouwd, waarbij de<br />
oostelijke rand daarbinnen weer het meest waardevol is. Het gebied <strong>Park</strong><br />
<strong>Zandweerd</strong> is een zeer vogelrijk gebied. Aan de randen van de locatie<br />
komen een aantal interessante elementen voor met een landschappelijke<br />
betekenis. Aan de noordzijde van de locatie bevinden zich de Jan<br />
Luykenkolk met het bijbehorende plantsoen. Dit zijn nog restanten van<br />
dijkdoorbraken van de IJssel. Het plantsoen heeft een functie als wijkpark.<br />
Het Jan Luykenplantsoen maakt deel uit van de ecologische infrastructuur<br />
langs de noordrand van de stad.<br />
Aan de noordwest zijde van de locatie bevindt zich de dijk waarop de<br />
Roland Holstlaan ligt. De dijk heeft momenteel geen functie meer als<br />
hoofdwaterkering maar wordt als landschappelijk gegeven bewaard. De<br />
oeverbeplanting op de buitenteen (dit is de “onderzijde” van het talud) van<br />
deze dijk is waardevol.<br />
Aan de noord- westzijde van de Roland Holstlaan ligt een<br />
overgangsgebied tussen de stad en het rivierenlandschap en het<br />
landgoederenlandschap. Ook dit gebied is interessant als recreatief<br />
uitloopgebied. Een onderdeel van dit gebied is de Riool Water Zuiverings<br />
Installatie (RWZI) die door opgaande beplanting volledig aan het zicht<br />
onttrokken is. Ten noorden van de RWZI ligt een open zone die een<br />
visuele corridor vormt naar het rivierenlandschap. Het gebied aan<br />
weerszijden van de RWZI heeft een functie als trekgebied van dieren (m.n.<br />
amfibieën waaronder padden) van de IJssel naar de stad en wordt<br />
beschouwd als ecologische ‘poort’ van <strong>Deventer</strong>. De locatie vormt een<br />
scharnierpunt tussen de ecologische hoofdstructuur op nationaal<br />
(IJsselvlakte), provinciaal (landgoederenzone) en stedelijk niveau en vormt<br />
in die zin de koppeling tussen deze structuren.<br />
Aan de zuidoostzijde sluit het gebied aan op de Zwolsewijk, die gebouwd<br />
is in de jaren veertig en vijftig. Het is een gedifferentieerde wijk met een<br />
mix van eengezins- en gestapelde woningen. De wijk biedt een rustige<br />
volgroeide aanblik. De structuur van de wijk heeft een heldere opzet. Er is<br />
een fijnmazige structuur met een patroon van wegen loodrecht op de<br />
5
IJssel tot aan de Zwolseweg en een patroon van parallel aan de IJssel<br />
gesitueerde wegen richting de binnenstad. Centraal door de Zwolsewijk<br />
loopt de eerder beschreven groen- en waterstructuur. Binnen de<br />
Zwolsewijk zijn diverse voorzieningen gesitueerd waaronder winkels,<br />
onderwijs, maatschappelijke en culturele voorzieningen.<br />
De Rembrandtkade en de Roland Holstlaan maken deel uit van het<br />
stedelijke hoofdwegennet. Beide wegen zijn een onderdeel van een<br />
belangrijke invalsweg vanuit de richting Zwolle naar het centrum. Het vormt<br />
een deel van de verbindende schakel, langs de IJssel, tussen de uiteinden<br />
van het Hanzetracé en is een belangrijke ontsluitingsweg voor de<br />
aanliggende woonwijken. De overige wegen zijn gebiedsontsluitingswegen.<br />
Bij een verdere groei van <strong>Deventer</strong> zijn de mogelijkheden aan de<br />
noordzijde van de stad niet onbeperkt door natuur- en<br />
landschapswaarden. Het is niet ondenkbeeldig dat er in de toekomst een<br />
moment kan ontstaan dat de sprong over de IJssel een realiteit gaat<br />
worden. Bij de ontwikkeling van <strong>Park</strong> <strong>Zandweerd</strong> dient een eventuele<br />
toekomstige aanleg van de derde IJsselbrug op de hoek van de<br />
Rembrandtkade en Roland Holstlaan mogelijk te zijn in ruimtelijke en<br />
milieutechnische zin.<br />
De Roland Holstlaan, de Rembrandtkade, de Sportveldenlaan en de<br />
Hoevelmansweg maken deel uit van het hoofdfietsnetwerk van <strong>Deventer</strong>.<br />
Sociale controle – door woningbouw – op deze wegen is van groot belang.<br />
Bij de ontwikkeling van <strong>Park</strong> <strong>Zandweerd</strong> tot woningbouwlocatie dient<br />
rekening gehouden te worden met milieutechnische aspecten van de<br />
rioolwaterzuivering aan de Roland Holstlaan (geluid en stank). Ook spelen<br />
geluidstechnische aspecten als gevolg van het verkeer op de Rembrandtkade<br />
en Roland Holstlaan een rol. Daarnaast gelden richtlijnen voor de<br />
afstand van bebouwing tot sportvelden en sporthallen. Tevens moet<br />
rekening worden gehouden met de aanwezigheid van een garagebedrijf<br />
annex benzineverkooppunt aan de Rubensstraat.<br />
Bij de planontwikkeling van het gebied moet ook rekening worden<br />
gehouden met een woonwagenlocatie met vier standplaatsen en een<br />
<strong>Park</strong> <strong>Zandweerd</strong><br />
Vertaalde ambities<br />
wijkpost aan de Sportveldenlaan. Dit betekent echter niet dat handhaving<br />
en inpassing uitgangspunt is.<br />
2.2 Locatiekenmerken<br />
<strong>Park</strong> <strong>Zandweerd</strong> is een locatie aan de rand van de stad Dit gebied is sterk<br />
verweven met het landschap. De ligging aan de IJssel met zijn<br />
uiterwaarden, de aanwezigheid van een bestaande fraaie groen-en<br />
waterstructuur in de directe omgeving van het gebied (Sportveldenlaan<br />
e.o., Jan Luykenkolk) en een groot aantal waardevolle volwassen bomen<br />
vormen de sterke basiselementen.<br />
De bestaande groen- en waterstructuur die de locatie doorsnijdt, legt op<br />
een stedelijke schaal een relatie tussen de IJssel en het buitengebied via<br />
het Nieuwe Plantsoen. Deze structuur maakt onderdeel uit van de<br />
lobbenstructuur van <strong>Deventer</strong> waarbij het landschap tussen de diverse<br />
wijken tot ver in de stad doordringt (Basiskaart Stedelijke Groenstructuur).<br />
Het gebied <strong>Park</strong> <strong>Zandweerd</strong> vormt de ecologische ‘Poort van <strong>Deventer</strong>’.<br />
De locatie heeft twee gezichten, een naar buiten gekeerde zijde naar de<br />
IJssel en het grootschalige open rivierenlandschap en een naar binnen<br />
gekeerde zijde in het lager gelegen kleinschalige binnendijkse gebied.<br />
De stadsrand van <strong>Deventer</strong> maakt een duidelijk front naar de IJssel en<br />
vormt daarmee een abrupte overgang tussen de stad en het landschap.<br />
Het lager gelegen gebied binnen de dijk heeft een besloten karakter dat<br />
versterkt wordt door de vele groenelementen in het gebied.<br />
<strong>Park</strong> <strong>Zandweerd</strong> vormt een beëindiging van het IJsselfront. Bijzonder<br />
element is het uitzicht over de lengteas van de rivier vanaf de hoek van de<br />
Rembrandtkade en de Roland Holstlaan.<br />
Het gebied is relatief klein van omvang. De ontsluiting kan vanaf<br />
bestaande wegen rondom de locatie.<br />
De uitdaging bij de ontwikkeling van deze locatie ligt in:<br />
6
- het zoeken naar nieuwe hoogwaardige woonconcepten die aan-<br />
sluiten bij de bijzondere locatiekenmerken van het gebied,<br />
- de integratie van bestaande ruimtelijke, landschappelijke en<br />
ecologische kwaliteiten van het gebied en<br />
- het ontwikkelen van ecologische, landschappelijke en ruimtelijke<br />
kwaliteiten mede in relatie tot de directe omgeving en de stedelijke<br />
groenstructuur waar het betreffende gebied een onderdeel van<br />
vormt.<br />
<strong>Park</strong> <strong>Zandweerd</strong> heeft uitstekende potenties voor het ontwikkelen van een<br />
hoger segment van de woningmarkt. Ze is geschikt voor het ontwikkelen<br />
van een hoogwaardig en exclusief woonmilieu met een directe relatie op<br />
de groen en waterrijke structuur van het plangebied en de omgeving. Dit<br />
gebied leent zich uitstekend voor het toepassen van ecologische<br />
duurzaamheid.<br />
2.2.1 Structurerende elementen<br />
Het plangebied wordt omgeven door elementen die hun betekenis<br />
ontlenen aan een hoger schaalniveau dan van de locatie. Door de<br />
betekenis die ze aan een groter verband ontlenen zijn ze richtinggevend<br />
voor de structuur van <strong>Park</strong> <strong>Zandweerd</strong>.<br />
2.2.2 Rembrandtkade en Roland Holstlaan<br />
De Rembrandtkade en de Roland Holstlaan vormen niet alleen de<br />
hoofdontsluiting van de locatie maar zijn ook een belangrijke<br />
verbindingsroute vanuit het noorden van <strong>Deventer</strong> richting de binnenstad<br />
en de A1. Door het profiel en de ligging vormen ze ook een<br />
gemeenschappelijk herkennings- en oriëntatiepunt in de omgeving. De<br />
aanwezigheid van het dijklichaam en daarnaast de eenduidige verkeerskarakteristiek,<br />
zorgt voor een ruimtelijk structurerende betekenis. Deze<br />
verhoogde ligging vormt tevens de begrenzing naar de uiterwaarden en de<br />
IJssel.<br />
Deze wegen zijn voor het plangebied de hoofdontsluitingsweg met een 50<br />
km/uur regime. De hoofdrijbaan bestaat uit twee aanééngesloten rijbanen.<br />
Fietsverkeer wordt afgewikkeld via vrijliggende fietspaden. Aansluitingen<br />
met de locatie komen tot stand via de bestaande wegen, de Rubensstraat<br />
<strong>Park</strong> <strong>Zandweerd</strong><br />
Vertaalde ambities<br />
en de Sportveldenlaan, terwijl een ondergeschikte ontsluiting via de<br />
Brederodelaan mogelijk is.<br />
De structuur van het plangebied geeft geen aanleiding op meer plaatsen<br />
aansluitingen te realiseren, zodat hier bij de verdere uitwerking ook geen<br />
rekening hoeft te worden gehouden. Geen van de te realiseren<br />
woningbouwplannen krijgt een directe aansluiting op deze wegen.<br />
De Rembrandtkade en de Roland Holstlaan zijn over de volle lengte<br />
voorzien van een bomenstructuur die het karakter bepalen en zorgen voor<br />
een duidelijke overgang tussen de locatie en de omgeving. In verband met<br />
geluidhinder bedraagt de afstand van bebouwing tot de as van de weg<br />
minimaal 50 meter.<br />
Het totale IJsselfront vormt met uitzondering van de zogenaamde<br />
‘televisiewoningen’ direct gelegen naast de locatie een stedelijk front en is<br />
zodanig van schaal dat een rustig totaalbeeld ontstaat. Langs de Roland<br />
Holstlaan ontstaat juist door het ontbreken van bebouwing een geheel<br />
andere uitstraling.<br />
Foto 3.<br />
7
Foto 4.<br />
Vanwege de afstanden tussen de ontsluitingen wordt aangesloten op de<br />
bestaande structuren waarbij niet ieder woongebouw individueel<br />
bereikbaar is.<br />
2.2.3 Hobbemastraat<br />
De Hobbemastraat vormt de overgang tussen de bestaande bebouwing<br />
die zich in een degelijke vijftiger jaren stedenbouwkundige textuur<br />
presenteert en het nieuwe plangebied. Tevens is dit de ontsluitingsroute<br />
waarlangs het busverkeer de locatie kan bereiken. Vanaf deze weg, die de<br />
zuidgrens vormt kan een fraaie langzaam verkeersroute het plangebied<br />
doorkruisen.<br />
Op dit moment wordt eveneens de sporthal vanuit het zuiden ontsloten.<br />
2.2.4 Brederodelaan<br />
De oostgrens van het plangebied wordt gevormd door de Brederodelaan.<br />
Deze biedt de minste aanknopingspunten voor ontwikkeling, vanwege de<br />
aanwezigheid van bestaande, te handhaven bebouwing. Slechts nabij de<br />
<strong>Park</strong> <strong>Zandweerd</strong><br />
Vertaalde ambities<br />
Roland Holstlaan ontstaan mogelijkheden tot aanhechting. Voor de<br />
aanhechting voor langzaamrijdend verkeer is een extra mogelijkheid in het<br />
verlengde van Daniel Heinsiusstraat. Bij de verdere planontwikkeling hoeft<br />
geen rekening te worden gehouden met profiel en uitstraling van deze<br />
weg.<br />
2.2.5 IJssel<br />
De IJssel vormt een belangrijk structurerend element in de<br />
planontwikkeling. De locatie ontleent aan de rivier en zijn uiterwaarden één<br />
van zijn grootste kwaliteiten. Deze zal dan ook optimaal moeten worden<br />
vormgegeven zodat een contrast ontstaat tussen de stad en het<br />
landschap, waarbij als harde randvoorwaarde geldt dat geen<br />
aaneengesloten wand langs de Rembrandtkade mag ontstaan.<br />
Ter afronding van de stad kan op de hoek van de Rembrandtkade en de<br />
Roland Holstlaan een bijzonder bebouwingselement worden gesitueerd.<br />
Hierbij kan worden gedacht aan een aparte (elegante) verschijningsvorm<br />
of een hoogte onderscheid t.o.v. de andere bebouwing.<br />
2.3 Ontwikkelingsvisie<br />
De ontwikkeling van een visie voor deze locatie wordt met name bepaald<br />
door twee belangrijke landschapselementen:<br />
- de IJssel en de uiterwaarden<br />
- de locatie als geheel die op een stedelijk niveau een belangrijke<br />
groene verbindingszone vormt tussen de IJssel en het<br />
buitengebied, via andere belangrijke stedelijke groenstructuren<br />
(waaronder het Nieuwe Plantsoen)<br />
Daarnaast heeft de locatie twee gezichten:<br />
- een extroverte zijde gericht naar de IJssel en<br />
- een introverte zijde gericht naar het binnendijkse gebied<br />
2.3.1 De ligging aan de IJssel<br />
Een deel van de locatie ligt direct aan de IJssel en vormt daarmee een<br />
bouwsteen van het <strong>Deventer</strong> IJsselfront.<br />
Het bijzondere aan het gebeid is dat deze door de specifieke ligging, in de<br />
bocht van de Rembrandtkade en de Roland Holstlaan, niet alleen een<br />
onderdeel maar tevens een beëindiging van dit front vormt. Vanuit dit<br />
8
hoekpunt is er een spectaculair uitzicht over de as van de rivier en het<br />
uitgestrekte uiterwaarden landschap. De hoekligging wordt versterkt door<br />
de intern gelegen waterstructuur.<br />
Een kenmerk van het IJsselfront is het duidelijke contrast tussen de stad<br />
en het landschap en de spanning die hierdoor ontstaat. Het IJsselfront is<br />
nogal divers van verschijningsvorm waarbij duidelijk de gegroeide situatie<br />
in de verschillende tijdsperioden afleesbaar is. De bebouwingshoogte<br />
langs het IJsselfront loopt extreem uiteen van 2 tot 10 bouwlagen. Dit biedt<br />
nauwelijks een houvast voor de locatie <strong>Park</strong> <strong>Zandweerd</strong>.<br />
De bebouwing langs het IJsselfront is vanwege de prominente ligging het<br />
meest beeldbepalend van de totale locatie.<br />
De bebouwing langs het IJsselfront:<br />
- moet niet vormgegeven worden als een aanééngesloten<br />
bebouwingswand maar moet een transparant karakter hebben met<br />
doorzichten van de Rembrandtkade naar het achtergelegen terrein<br />
- dient een markante afronding op de hoek van de Rembrandtkade<br />
en de Roland Holstlaan te krijgen<br />
- moet de aanleg van een eventuele derde IJsselbrug in de bocht<br />
van de Rembrandtkade/Roland Holstlaan niet frustreren.<br />
2.3.2 Het binnengebied<br />
Bij de ontwikkeling van het gehele binnendijkse gebied zijn 3 thema’s van<br />
belang: groen, water en verbinding.<br />
In de bestaande situatie ligt reeds de basis voor de ontwikkeling van het<br />
gebied besloten. Op een hoger schaalniveau vormt de bestaande locatie<br />
een onderdeel van de stedelijke groenstructuur. De locatie vormt een<br />
belangrijke schakel binnen deze structuur. De locatie vormt een verbinding<br />
tussen de IJssel enerzijds en het Nieuwe Plantsoen anderzijds, die<br />
vervolgens weer in verbinding staat met het buitengebied en aansluit op de<br />
Ecologische hoofdstructuur aan de noordzijde van de stad. De<br />
verbindingen binnen de locatie spelen zich met name af langs de Roland<br />
Holstlaan in relatie tot de Jan Luykenkolk en de bestaande watergangen<br />
langs de Sportveldenlaan. Bij de ontwikkeling van de locatie is het<br />
versterken van de bestaande kwaliteiten en het aanbrengen van<br />
verbindingen tussen bestaande structuren van belang. Een van de<br />
<strong>Park</strong> <strong>Zandweerd</strong><br />
Vertaalde ambities<br />
uitgangspunten bij de ontwikkeling van de locatie is het aanbrengen van<br />
een groene, waterrijke verbinding langs de Roland Holstlaan vanaf de<br />
Sportveldenlaan tot de Jan Luykenkolk.<br />
De locatie is een binnendijks landschapspark waar woningen ‘te gast’<br />
zullen zijn. De nadruk in het gebied ligt op de aanwezige groenstructuur.<br />
Karakteristiek voor de locatie is het wonen in een landschappelijk<br />
ecologische context. Om de verbindingen tussen de diverse landschapselementen<br />
en de ecologie zo optimaal mogelijk vorm te geven wordt<br />
gestreefd naar een zo groot mogelijk gebied zonder onderbrekingen.<br />
De te bouwen woningen moeten zodanig gepositioneerd en uitgewerkt<br />
worden dat de beleving van het landschapspark maximaal herkenbaar blijft<br />
en ruimte wordt gegeven aan de integratie van ecologische aspecten. Het<br />
landschapspark is een gemeenschappelijk gebied.<br />
Bij de ontwikkeling van het binnengebied dient de omvang van het<br />
landschapspark zo groot mogelijk gemaakt te worden en een visueel open<br />
karakter te behouden.<br />
Hierbij kan gedacht worden aan:<br />
- een extensief bebouwingsveld van een beperkt aantal individuele<br />
woningen<br />
- een concentratie van woningen in een beperkt aantal gestapelde<br />
woongebouwen<br />
- een beperkt aantal kleinschalige clusters van woningen<br />
Mengvormen tussen de verschillende invalshoeken zijn mogelijk.<br />
Bij een extensief bebouwingsveld van individuele woningen worden ten<br />
behoeve van de kwaliteit en het beoogde karakter van het landschapspark,<br />
de navolgende eisen gesteld:<br />
- geen privé tuinen bij de woningen (buitenruimte van de woningen<br />
kunnen gerealiseerd worden in de vorm van patio’s, dakterrassen,<br />
loggia’s, courts e.d.). De overgang tussen privé en openbaar dient<br />
scherp te worden vormgegeven<br />
- de ontwikkeling van speciale woonvormen die het maaiveld zoveel<br />
mogelijk ongemoeid laten (bijvoorbeeld wonen op stelten) of de<br />
9
verschijningsvorm van de woning zoveel mogelijk maskeren<br />
(grondwoningen)<br />
- parkeren inpandig (extra ruim zodat de garage ook in de praktijk<br />
daadwerkelijk voor de stalling van de auto wordt gebruikt) of<br />
gemeenschappelijk parkeren aan de rand van het gebied<br />
- lichte stedenbouw, woningen optillen boven het maaiveld, wegen<br />
informeel karakter e.d.<br />
Binnen het landschapspark zou naast of in de plaats van een veld van<br />
individuele woningen ook een concentratie van woningen kunnen ontstaan<br />
die als eilanden in het veld worden gesitueerd en bijzondere posities<br />
markeren. Dit kan in de vorm van een aantal verticale elementen maar ook<br />
in de vorm van een kleinschalige clustering van woningen in een open<br />
omgeving. Door verdichting ontstaat ruimte voor verdunning en ontstaat<br />
als totaal een groter contrast over de gehele locatie. Plaatselijke<br />
verdichtingen binnen een extensief veld brengen enerzijds contrast en<br />
anderzijds spanning binnen het gebied en bieden woonmogelijkheden voor<br />
verschillende doelgroepen.<br />
De open ruimte moet niet teveel versnipperd raken. Een duidelijke<br />
presentatie van het gebied richting de Roland Holstlaan als stedelijke<br />
hoofdroute is gewenst. Om de relatie tussen de IJssel en het binnengebied<br />
te handhaven, is het behoud van transparantie en openheid loodrecht op<br />
deze verkeersader essentieel.<br />
Bij de ontwikkeling van de locatie worden verdergaande maatregelen en<br />
creativiteit verwacht op het gebied van ecologische duurzaamheid,<br />
maatschappelijke duurzaamheid en duurzaam bouwen.<br />
2.3.3 Structuurbeeld<br />
De voorafgaande aspecten zijn in de eerste plaats analytische en<br />
sectoraal benaderd. Geïntegreerd leveren ze een structuurbeeld op als<br />
hiernaast is weergegeven. Dat beeld is niet bedoeld als ontwerp, maar is<br />
een visualisering van de volgende bedoelingen.<br />
• De Rembrandtkade en de Roland Holstlaan zullen over de volle lengte<br />
worden begeleid door bebouwing die vanaf de binnenzijde van het<br />
plangebied wordt ontsloten. Deze bebouwing wordt onderbroken door<br />
<strong>Park</strong> <strong>Zandweerd</strong><br />
Vertaalde ambities<br />
de entrees van het plangebied en eventueel door vensters die de<br />
doorkijk het gebied in of juist naar de IJssel toe benadrukken<br />
• Vanaf de Hobbemastraat ontstaat een transparante toenadering van<br />
het gebied, waardoor een eigen identiteit ontstaat en de<br />
herkenbaarheid van het plan wordt versterkt<br />
• De ontsluiting van het gebied is direct herkenbaar, maar vormt geen<br />
doorkoppeling in het gebied en is ondergeschikt in het planconcept<br />
• De groenstructuur is hoofdzakelijk ingericht op de aanwezige groen-<br />
en waterstructuur die nu noord-zuid georiënteerd is<br />
• Luxueuze vrijstaande woningen zorgen voor het vergroten van de<br />
ruimtelijke differentiatie in het plangebied<br />
De stedenbouwkundige plattegrond wordt gekenmerkt door een zekere<br />
mate van complexiteit en is niet gebaseerd op een regelmatige herhaling<br />
van dezelfde elementen.<br />
2.4 Groen- en waterstructuur<br />
Vaste uitgangspunten voor de groen- en waterstructuur zijn de bestaande<br />
watergang in het gebied met het aangrenzend groen, waarin zich diverse<br />
waardevolle parkbomen bevinden. Uitgangspunt is deze zoveel mogelijk te<br />
behouden zodat deze in het stedenbouwkundig plan een toegevoegde<br />
waarde op leveren.<br />
Daarnaast moeten de gebiedsoverstijgende groen- en waterstructuren in<br />
het gebied te worden behouden en versterkt worden. Het aanwezige groen<br />
en water direct buiten het gebied in de vorm van de Jan Luykenkolk kan<br />
binnen het gebied een ‘gespiegelde’ voortzetting krijgen, langs de Roland<br />
Holstlaan, zo kan een landschappelijke en ecologische verbinding<br />
ontstaan tussen de IJssel en het kolkengebied in het Nieuwe Plantsoen.<br />
Tevens kan een interessant stedenbouwkundig beeld ontstaan aan deze<br />
kant van de stad. Eventuele aangrenzende bebouwing moet wel<br />
hedendaags van uitstraling zijn. De bestaande watergang langs de<br />
Sportveldenlaan vormt een onmisbare schakel in de waterhuishouding van<br />
<strong>Deventer</strong>-Noord en moet alleen om die reden al gehandhaafd blijven.<br />
De verbinding die deze watergang vormt naar de IJssel en de groen- en<br />
waterstructuur biedt kansen om de realisatie van een bijzonder thema uit<br />
te werken.<br />
10
Beelden uit de omgeving<br />
<strong>Park</strong> <strong>Zandweerd</strong><br />
Vertaalde ambities<br />
11
Belangrijkste opgave voor het <strong>Park</strong> <strong>Zandweerd</strong> is dan ook om een deels<br />
groen- en waterrijke omgeving te realiseren. Gevraagd wordt een bijzonder<br />
woonpark te ontwerpen met een vernieuwend, uitdagend concept<br />
gekoppeld aan niet alledaagse en uitgesproken woonmilieus.<br />
2.5 Ontsluiting<br />
2.5.1 Langzaam verkeer<br />
Op afbeelding 1, pagina 9a, zijn de belangrijkste oriëntatiepunten voor<br />
langzaam verkeer weergegeven.<br />
De inspanning moet er op gericht zijn om de oriëntatie naar het<br />
buitengebied zo optimaal mogelijk te maken, zonder hierbij de intrinsieke<br />
kwaliteiten uit het oog te verliezen. Door het maken van (visuele) relaties<br />
naar de IJssel (oost-west) en het versterken van de richtingen naar het<br />
buitengebied (noord-zuid) kan een gebied ontstaan met een bepaalde<br />
mate van openheid en intimiteit.<br />
2.5.2 Auto-ontsluiting<br />
De auto-ontsluiting wordt verzorgd door twee nieuwe insteken.<br />
De ontsluiting wordt zodanig ontworpen dat sprake is van een 30 km/uur<br />
regiem, zonder de expliciete oplossingen (drempels, etc.) daarvan.<br />
2.6 Openbare ruimte en woonomgeving<br />
2.6.1 Algemeen<br />
Er moet sprake zijn van een totale vormgeving van de openbare ruimte<br />
vanaf de entree van de wijk tot aan de voordeuren van de woningen. De<br />
inrichting van de wijk geeft uiting aan het concept; dit zal minutieus en<br />
consequent tot in de kleinste details worden doorgevoerd. Het betreft hier<br />
dan groenaanleg, speelgelegenheden, oevers, wegen, paden, parkeren,<br />
straatmeubilair, verlichting, afvalinzameling, etc.<br />
<strong>Park</strong> <strong>Zandweerd</strong><br />
Vertaalde ambities<br />
2.6.2 <strong>Park</strong>eren en ontsluiting<br />
Door de intensiteit van het autobezit heeft het parkeren een grote invloed<br />
op de kwaliteit en gebruiksmogelijkheden van de buitenruimte. De kwaliteit<br />
van de parkeeroplossing vraagt dan ook om veel aandacht.<br />
Voor de wijze van parkeren geldt geen standaardoplossing. Deze verschilt<br />
per deelgebied en hangt sterk samen met het te hanteren<br />
woningbouwprogramma en de ruimtelijke karakteristiek van het<br />
betreffende deelgebied. Per deelgebied wordt wel gestreefd naar een<br />
maximale uniformiteit qua parkeeroplossing. Op die manier levert dit een<br />
bijdrage aan de identiteit van het betreffende gebied.<br />
Een oplossing waarbij parkeren op eigen terrein wordt georganiseerd,<br />
heeft de voorkeur.<br />
Binnen het plangebied zal de ontsluitingsstructuur zodanig moeten worden<br />
ontworpen dat maximale ruimte wordt geboden aan de landschappelijke<br />
inrichting van het terrein. De vormgeving moet bijdragen aan een informele<br />
uitstraling door maatvoering en materiaalgebruik, waarbij begrippen als<br />
sober, eenvoudig en eenduidig de kernwoorden zijn. Het parkeren verdient<br />
extra aandacht, omdat een hoge kwaliteit van de inrichting van de<br />
openbare ruimte en een aantrekkelijk woonmilieu worden nagestreefd. In<br />
het straatbeeld en de inrichting van de openbare ruimte is de auto van<br />
ondergeschikt belang.<br />
2.6.3 Speelgelegenheid<br />
De realisatie van speelgelegenheid in het woongebied is van wezenlijk<br />
belang voor het woon- en leefklimaat. Er moet aandacht zijn voor<br />
speelgelegenheid voor de jongere kinderen in de directe woonomgeving.<br />
Deze speelplekken kunnen als onderdeel van het groen worden<br />
gerealiseerd.<br />
2.6.4 Afvalinzameling<br />
Bij de afvalinzameling van <strong>Park</strong> <strong>Zandweerd</strong> is gekozen voor een systeem<br />
van ondergrondse containers of andere vormen van collectieve<br />
inzameling. Ten behoeve van het ophalen zijn deze containers bereikbaar<br />
met een vrachtauto die in principe een route kan rijden zonder achteruit te<br />
hoeven steken.<br />
12
2.7 Sociale veiligheid<br />
Het creëren van een hoogwaardig woon- en leefmilieu is een belangrijk<br />
doel voor het plangebied en bovendien een essentieel belang voor de<br />
actuele en toekomstwaarde van het nieuw in te richten gebied. Sociale<br />
veiligheid is een van de eisen die aan een hoogwaardig leefmilieu kan<br />
worden gesteld.<br />
De algemene uitgangspunten voor een sociaal veilige omgeving zijn:<br />
• informeel toezicht<br />
• zichtbaarheid, overzichtelijkheid en duidelijkheid<br />
• betrokkenheid en attractiviteit.<br />
Informeel toezicht is van de genoemde factoren feitelijke de belangrijkste.<br />
Overzichtelijke en verlichte routes voor langzaam verkeer worden als<br />
onveilig ervaren indien toezicht ontbreekt.<br />
2.8 Uitgangspunten Planontwikkeling<br />
• Als voorwaarde bij de planontwikkeling van de locatie, geldt het<br />
aanstellen van een integraal multidisciplinair ontwerpteam. Deze<br />
voorwaarde is essentieel gezien de verbondenheid van de locatie met<br />
het landschap, de aanwezige kwaliteiten in het gebied en het streven<br />
naar een hoogwaardige stedenbouwkundige en architectonische<br />
invulling. In het ontwerpteam werken een landschapkundige, een<br />
ecoloog, een stedenbouwkundige, een architect en mogelijk een civiel<br />
ingenieur van begin af aan samen bij de totstandkoming van het plan.<br />
• Bij de ontwikkeling van de locatie <strong>Park</strong> <strong>Zandweerd</strong> dient inhoud<br />
gegeven te worden aan het aspect duurzaamheid in de breedste zin<br />
van het woord. Te denken valt hierbij aan:<br />
- ecologische duurzaamheid: het zodanig bouwen en gebruik<br />
maken van gebouwen en hun omgeving dat schade aan het<br />
milieu in alle fasen van ontwerp tot sloop zoveel mogelijk<br />
beperkt blijft<br />
- maatschappelijke duurzaamheid: aandacht voor flexibel en<br />
aanpasbaar bouwen en sociale veiligheid<br />
- duurzaam bouwen<br />
<strong>Park</strong> <strong>Zandweerd</strong><br />
Vertaalde ambities<br />
• Het plan wordt gefaseerd uitgevoerd. Elke fase dient afzonderlijk een<br />
mogelijke afronding te vormen zonder verdere vervolgfasen te<br />
frustreren<br />
• Uitgangspunt voor de locatie is de ontwikkeling van een hoogwaardig<br />
en exclusief woonmilieu voor het hogere segment van de markt<br />
• Hoofdthema voor de planontwikkeling van <strong>Park</strong> <strong>Zandweerd</strong> is het<br />
wonen in een landschappelijke ecologische context, bestaande uit een<br />
groene en waterrijke omgeving. Het ontwerp zal zich richten op een<br />
bijzonder exclusief woon – waterlandschap in combinatie met het<br />
ontwikkelen van nieuwe hoogwaardige woonconcepten die aansluiten<br />
bij de bijzondere locatiekenmerken van het gebied<br />
• Het concept dient recht te doen aan de bestaande en de mogelijk te<br />
ontwikkelen landschappelijke, ecologische en natuurwaarden van de<br />
locatie en mede bezien te worden op een stedelijk schaalniveau. Een<br />
sterk landschapsontwerp is essentieel voor de stedenbouwkundige<br />
invulling<br />
• De aanwezige gebiedsoverstijgende groen- en waterstructuren in het<br />
gebied dienen behouden en versterkt te worden. Het aanwezige groen<br />
en water (Jan Luykenkolk en waterpartijen langs en in het verlengde<br />
van de Sportveldenlaan -Vondellaan) vormen gezamenlijk<br />
structuurlijnen die verbindingen leggen tussen de IJssel en het Nieuwe<br />
Plantsoen en van daaruit verder gaan naar het buitengebied. Bij de<br />
ontwikkeling van de locatie is het versterken van de bestaande<br />
kwaliteiten en het aanbrengen van verbindingen tussen bestaande<br />
structuren van belang. Een uitgangspunt hierbij is het aanbrengen van<br />
een groen / waterrijke verbinding van voldoende omvang langs de<br />
Roland Holstlaan tussen de Jan Luykenkolk en de waterstructuur<br />
langs de Sportveldenlaan<br />
• De landschappelijke en stedenbouwkundige onderlegger moet zodanig<br />
worden vormgegeven dat elke woning en/of woongebouw door hun<br />
setting en typologie sterk en op een specifieke wijze verbonden is met<br />
zijn omgeving<br />
• De woningen zijn ‘te gast’ op de locatie. Het streven is het gebied zo<br />
min mogelijk te verstoren, door in geringe mate onderbrekingen op het<br />
maaiveld aan te brengen (dit principe geldt ook voor de aanleg van<br />
wegen). De positie en de uitwerking van de woningen moeten zodanig<br />
zijn dat de beleving van de landschappelijke ecologische drager<br />
maximaal is.<br />
13
• Om een open karakter van de landschappelijke ecologische drager te<br />
handhaven gelden de navolgende uitgangspunten voor individuele<br />
woningen:<br />
- buitenruimten van woningen niet realiseren in de vorm van<br />
tuinen (mits beperkt van omvang en begrenst met harde<br />
randen).<br />
- ontwikkelen van woonvormen die het maaiveld zoveel mogelijk<br />
ongemoeid laten.<br />
- parkeren inpandig en/of kleinschalige parkeerclusters aan de<br />
randen van het gebied<br />
- lichte stedenbouw.<br />
• De ligging aan de rand van de stad dient vormgegeven te worden als<br />
een kontrast tussen de stad en het landschap, waarbij als voorwaarde<br />
geldt:<br />
- geen aaneengesloten wand langs de Rembrandtkade maar<br />
een transparant karakter.<br />
- ter afronding van de stad op de hoek van de Rembrandtkade<br />
en Roland Holstlaan de situering van een bijzonder.<br />
bebouwingselement, qua verschijningsvorm en mogelijk qua<br />
hoogte (voorwaarde slank element).<br />
- een eventuele toekomstige aanleg van een derde IJsselbrug<br />
op de hoek van de Rembrandtkade en de Roland Holstlaan<br />
dient niet gefrustreerd te worden.<br />
- een duidelijke presentatie van het gebied langs de Roland<br />
Holstlaan.<br />
• Op de locatie staat een groot aantal waardevolle bomen die zoveel<br />
mogelijk behouden dienen te blijven (een inventarisatie moet inzicht<br />
verschaffen over de locatie en de waarde van deze bomen), de te<br />
handhaven bomen zouden een toegevoegde functie in het<br />
landschapsplan moeten krijgen.<br />
• Er dient sprake te zijn van een totaal vormgeving van de openbare<br />
ruimte vanaf de entrees van de wijk tot aan de voordeuren van de<br />
woningen, de inrichting van de wijk dient uiting te geven aan het<br />
concept. Het concept van de wijk dient minutieus en consequent tot in<br />
de kleinste details te worden doorgevoerd, niets dient aan het toeval te<br />
worden overgelaten (groenaanleg en overgangen privé -openbaar,<br />
speelgelegenheid, oevers, wegen, paden, parkeren, straatmeubilair,<br />
verlichting, afvalinzameling, trafo’s, ondergrondse infra etc).<br />
<strong>Park</strong> <strong>Zandweerd</strong><br />
Vertaalde ambities<br />
• De parkeer- en ontsluitingsstructuur moet zodanig zijn dat maximale<br />
ruimte geboden wordt aan een landschappelijke inrichting van het<br />
terrein. De vormgeving van de infrastructuur moet een bijdrage leveren<br />
aan een informele uitstraling door middel van maatvoering en<br />
materiaalgebruik (sober, eenvoudig en eenduidig). Het parkeren<br />
verdient extra aandacht omdat een hoge kwaliteit van de inrichting van<br />
de openbare ruimte en een aantrekkelijk woonmilieu wordt<br />
nagestreefd. In het straatbeeld en de inrichting van de openbare<br />
ruimte is de auto ondergeschikt. Daar waar wegen belangrijke<br />
ecologische structuren doorsnijden moeten mitigerende maatregelen<br />
worden genomen.<br />
• Aansluiting bij de bestaande bebouwde omgeving qua ontsluitingsstructuur<br />
en langzaam verkeersnetwerk en aandacht voor de<br />
overgangen in schaal en privacy naar bestaande woningen.<br />
14
3. Woningbouwprogramma<br />
3.1 Algemeen<br />
<strong>Park</strong> <strong>Zandweerd</strong> wordt een kwalitatief hoogwaardig woongebied, dat bij<br />
oplevering, maar ook nog decennia later een zeer gewaardeerde woonplek<br />
moet bieden. In dit perspectief is in het vorige hoofdstuk de ruimtelijke<br />
structuur belicht. Het voorliggende hoofdstuk gaat nader in op de<br />
doelgroepen, de plandelen en het woningbouwprogramma.<br />
3.2 Doelgroepen<br />
Het volkshuisvestingsbeleid van de gemeente <strong>Deventer</strong> is gericht op<br />
menging van financieringscategorieën in een woongebied binnen de<br />
mogelijkheden van de markt. Voor de locatie <strong>Park</strong> <strong>Zandweerd</strong> betekent dat<br />
de introductie van luxe, duurdere woningbouw, daar de overige<br />
woningbouw in de wijk <strong>Zandweerd</strong> vooral in de goedkopere en de midden<br />
te vinden is.<br />
Een belangrijke factor voor de woningbehoefte is ook de demografische<br />
ontwikkeling. Nederland vergrijst. Voor <strong>Deventer</strong> is de verwachting dat na<br />
2010 het percentage 65-plussers onder de bevolking flink zal toenemen.<br />
Dit betekent dat woningontwerpen zodanig flexibel moeten zijn dat de<br />
woning met eenvoudige aanpassingen aan de wensen van (nieuwe)<br />
bewoners kan voldoen.<br />
Gestreefd wordt naar een mix van gestapelde en eengezinswoningen ten<br />
behoeve van een gedifferentieerde bevolkingssamenstelling en ter<br />
verbijzondering van de stedenbouwkundige opzet van het gebied.<br />
3.3 Plandelen<br />
In hoofdstuk 1 is beschreven de locatie <strong>Park</strong> <strong>Zandweerd</strong> op te splitsen in<br />
een viertal deelgebieden met elk hun eigen karakteristiek, ontwikkelingspotentie<br />
en fasering. Door nu een totale programmering te bepalen kan het<br />
plangebied worden ontwikkeld langs die totaalvisie, terwijl het risico van<br />
versnippering sterk wordt verminderd. Het deelgebied Rembrandtkade<br />
<strong>Park</strong> <strong>Zandweerd</strong><br />
Vertaalde ambities<br />
leent zich uitermate goed voor een type woning dat recht doet aan het<br />
uitzicht. Appartementen of gestapelde woningen passen daarom<br />
uitstekend op deze locatie.<br />
Langs de Hobbemastraat kan aansluiting worden gevonden bij de<br />
bestaande bebouwde omgeving waarbij aandacht moet worden<br />
geschonken aan de overgang in schaal en privacy naar bestaande<br />
woningen. Een traditionele blokstructuur moet worden vermeden.<br />
Transparantie en luchtigheid zijn sleutelbegrippen.Hier is ruimte voor<br />
kleinschalig gestapeld wonen.<br />
Het eerste deelgebied van de sportvelden biedt door hun ligging en<br />
huidige inrichting prima mogelijkheden voor een woonlandschap met<br />
mogelijk op enkele specifieke plekken condensatiepunten, waar<br />
stedenbouwkundig ruimere mogelijkheden ontstaan. De bestaande<br />
structuur kan deels gemodificeerd worden (d.w.z. niet volledig weggooien,<br />
maar ook niet een te strak keurslijf).<br />
3.4 Woningbouwprogramma<br />
De doelstelling van waaruit het woningbouwprogramma van <strong>Park</strong><br />
<strong>Zandweerd</strong> is opgesteld is: voldoen aan de woningbehoefte voor een<br />
draagkrachtige bevolkingsgroep, zowel van <strong>Deventer</strong> huishoudens die toe<br />
zijn aan een (nieuwe) woning als van huishoudens van buiten <strong>Deventer</strong> die<br />
zich willen vestigen.<br />
Op basis van woningmarktinformatie gelden de volgende uitgangspunten<br />
voor het woningbouwprogramma voor <strong>Park</strong> <strong>Zandweerd</strong>:<br />
• <strong>Park</strong> <strong>Zandweerd</strong> is een gebied waarbinnen zich deelgebieden met<br />
verschillende dichtheidstypen van verkaveling onderscheiden<br />
• uitgangspunt is een gedifferentieerd woningaanbod in het eindbeeld<br />
• het accent ligt op koopwoningen<br />
• 40% van de woningen is geschikt voor bewoning door senioren<br />
• ieder deelgebied moet in zichzelf kwaliteit waarborgen<br />
• deelgebieden worden projectmatig ontwikkeld<br />
• het indicatieve woningbouwprogramma bedraagt circa 330 woningen,<br />
waarvan circa 210 op de voormalige ijsbaanlocatie en circa 120 op de<br />
sportvelden.<br />
15
3.5 Woonconcepten<br />
Voor de vorming van het mogelijke eindbeeld zijn hieronder diverse<br />
nieuwe woonconcepten beschreven die als ambities een vertaling kunnen<br />
krijgen in de ontwikkelingsvisie voor dit gebied.<br />
De concepten zijn hieronder nader beschreven<br />
• Wonen op niveau<br />
Aan de Rembrandtkade maar ook langs waterkanten in het overige<br />
deel van de locatie is het logisch, vanwege het uitzicht op water en<br />
natuur, de woonruimte op een hogere verdieping in de woning te<br />
situeren. Denkbaar is een woonruimte over meerdere verdiepingen die<br />
middels vides met elkaar zijn verbonden. Door bij de verdiepingen<br />
hoge ramen open te schuiven is de woonkamer zelf ineens<br />
buitenruimte geworden. Daarnaast kan een aparte buitenruimte op het<br />
dak worden gecreëerd. Het wonen op niveau biedt tevens de<br />
mogelijkheid om de binding van de woning met het maaiveld beperkt<br />
te houden en de ruimte zo open mogelijk te houden. Door de woning<br />
op palen te situeren met alleen een toegang tot de woning, een<br />
garage/berging kan de woning maximaal in het landschap worden<br />
geïntegreerd. Dit woningtype leent zich voor een losse positionering in<br />
het groen.<br />
• Individueel stedelijk wonen op een eiland<br />
Op een wooneiland kunnen individuele kavels worden uitgegeven in<br />
de vorm van bouwenveloppen, daarnaast worden een aantal<br />
spelregels opgesteld om de individuele ontwikkelingen qua basis op<br />
elkaar af te stemmen. De woningen hebben geen tuin maar privébuitenruimten<br />
in de vorm van een dakpatio, een dakterras of loggia’s<br />
• Individueel gestapeld wonen<br />
Binnen een bouwvolume kunnen meerdere type woningen worden<br />
gerealiseerd met verschillende woontypologie, omvang en<br />
buitenruimte. Met of zonder interne verdiepingen, met of zonder extra<br />
hoge woonruimten, met of zonder daklicht, etc. Zelfs een<br />
<strong>Park</strong> <strong>Zandweerd</strong><br />
Vertaalde ambities<br />
gemeenschappelijk zwembad op het dak met uitzicht op de IJssel is<br />
denkbaar of uitkragende woonkamers die uitzicht bieden over een<br />
groter vlak.<br />
• Gestapelde vrijstaande villa’s<br />
Luxe gestapeld wonen door slechts een of twee woningen per laag te<br />
realiseren. Bij een woning per laag kan de lift zelfs direct in het<br />
appartement uitkomen. Individualiteit en exclusiviteit van de woningen<br />
kan optimaal en alzijdig worden uitgebuit. Bijkomend voordeel is dat de<br />
bebouwing relatief slank kan worden uitgevoerd. Hierdoor is deze<br />
vorm van wonen relatief gemakkelijk te mengen met grondgebonden<br />
woningbouw.<br />
• Grondwoningen<br />
Een manier om woningen in de natuurlijke omgeving te integreren is<br />
het deels ingraven onder het maaiveld. Het landschap loopt deels over<br />
het dak van de woning heen, de woning heeft ingegraven privé-ruimtes<br />
in de vorm van uithollingen in het maaiveld, de lichttoetreding van de<br />
woning vindt plaats door lichthoven, patio’s e.d.<br />
• Maaiveld ontkoppelde woningen<br />
De woningen staan op een plateau wat de woning en het bijbehorende<br />
privé-gebied afkadert. De woningen zijn als losse objecten in het<br />
landschap geplaatst dat hierdoor zo min mogelijk wordt aangetast.<br />
• Expressieve sculpturale vormen langs de IJssel<br />
• De nadruk ligt hier op het totale landschap in tegenstelling tot de<br />
individuele woning. De woonblokken zijn als grote keien of<br />
kristallen aangespoeld aan de Rembrandtkade. De onorthodoxe<br />
vormgeving kan prima in een landschappelijke omgeving worden<br />
geïntegreerd en geeft de locatie een bijzondere uitstraling en<br />
anderzijds woonkwaliteiten aan het gebouw.<br />
• Kleinschalig gestapeld wonen<br />
Exclusief gestapeld wonen met een verschijningsvorm van een grote<br />
villa. Ook bij dit woningtype kan de omvang van de buitenruimte<br />
16
eperkt blijven, waardoor deze woonvorm gemakkelijk in het<br />
landschap kan worden ingepast.<br />
• Wonen op stelten<br />
De woning staat op kolommen met vrij doorzicht op het niveau van het<br />
maaiveld. Op het maaiveld zelf is slechts een minieme entree<br />
waarneembaar (villa Savoye, Le Corbusier, MVRDV). Een ander<br />
voordeel is dat de woonverdieping standaard hoog boven het maaiveld<br />
is gelegen wat gunstig is voor het uitzicht en de privacy.<br />
<strong>Park</strong> <strong>Zandweerd</strong><br />
Vertaalde ambities<br />
17
4. Werkwijze & selectie<br />
4.1 Algemeen<br />
Dit hoofdstuk beschrijft de werkwijze voor de planontwikkeling van gebied<br />
<strong>Park</strong> <strong>Zandweerd</strong>. Gezien de verbondenheid van de locatie met het<br />
landschap, de aanwezige kwaliteiten in het gebied en het streven naar een<br />
hoogwaardige stedenbouwkundige en architectonische invulling van de<br />
locatie worden voorwaarden gesteld om te komen tot een succesvolle<br />
samenwerking. In de bijlage Plan van aanpak is de werkwijze van de<br />
planontwikkeling en de selectie meer in detail beschreven.<br />
4.2 Werkwijze planontwikkeling<br />
De werkwijze voor de planontwikkeling van locatie <strong>Park</strong> <strong>Zandweerd</strong> wijkt<br />
niet noemenswaardig af van die zoals nu geldend is binnen <strong>Deventer</strong>.<br />
De te selecteren hoofdontwikkelaar zal aan de hand van dit masterplan<br />
een uitwerking geven.<br />
Het masterplan zal moeten worden vertaald in een landschapsplan, een<br />
verkavelingsopzet, een beschrijving van de daarbij behorende<br />
woonmilieus, een beeldkwaliteitplan voor de architectuur en de inrichting<br />
van de openbare ruimte, alsmede een garantieverklaring voor de kwaliteit<br />
en haalbaarheid van de plannen.<br />
De plannen moeten een krachtige basis vormen voor de verdere<br />
planontwikkeling.<br />
Randvoorwaarde bij de planontwikkeling moet zijn dat de landschappelijke<br />
en stedenbouwkundige onderlegger dusdanig is vormgegeven dat elke<br />
woning en/of woongebouw door hun setting en typologie sterk op een<br />
specifieke wijze is verbonden met zijn omgeving.<br />
<strong>Park</strong> <strong>Zandweerd</strong><br />
Vertaalde ambities<br />
4.3 Selectie ontwikkelaars<br />
Voor de keuze van de ontwikkelaars wordt aangesloten bij de door de<br />
Raad vastgestelde selectiemethode.<br />
De selectie van de ontwikkelaar(s) zal plaatsvinden uit de voor de 1 e fase<br />
van deze locatie aangemelde marktpartijen en zal worden opgesplitst in<br />
twee stromen. Enerzijds wordt de keuze gericht op de selectie van de<br />
hoofd-ontwikkelaar, anderzijds moet worden bepaald hoe en in welke mate<br />
eventuele andere partijen in beeld worden gebracht.<br />
De keuze voor de hoofdontwikkelaar zal vooral worden gemaakt op basis<br />
van de visie op de totale locatie.<br />
Met de geselecteerde ontwikkelaars/realisatoren worden afspraken<br />
gemaakt over de gemeenschappelijke ambities, programmatische<br />
uitgangspunten, budgetten en eventuele toevoegingen aan of bijstellingen<br />
van het programma van eisen.<br />
Wat bepaalt met name de uiteindelijke kwaliteit?<br />
De ontwikkeling van deze locatie is zeer kwetsbaar en vereist een<br />
bijzondere hoogwaardige uitwerking op stedenbouwkundig,<br />
architectonisch, ecologisch en landschappelijk gebied. Voor de<br />
ontwikkeling van deze locatie is een multidisciplinaire projectgroep<br />
ingesteld die een integraal concept voor deze locatie ontwikkelt. Het<br />
kwaliteit- en ambitieniveau moet op alle aspecten zo hoog mogelijk zijn.<br />
De ontwikkelaar dient het experiment te durven aan gaan, kan en wil<br />
vernieuwende concepten realiseren en is niet bang om buiten platgetreden<br />
paden te wandelen. Hij heeft de ambitie om tot de bodem te gaan daar<br />
waar het kwaliteit betreft en hij laat economisch gewin en kwaliteit hand in<br />
hand gaan.<br />
Het eindresultaat dient een integraal totaalproduct te zijn zonder<br />
compromissen voor allerlei deelbelangen die het resultaat nivelleren.<br />
De selectie voor de visieontwikkeling heeft plaats op basis van dit<br />
masterplan (en bijlagen). Het document fungeert tevens als toetsingkader.<br />
18
De planning van de werkzaamheden is als volgt:<br />
Maart <strong>2001</strong>:<br />
- vaststelling masterplan in college van B&W<br />
- uitnodigingen marktpartijen en vragenronde<br />
April:<br />
- presentatie door en selectie van marktpartij(en)<br />
Mei:<br />
- start vervolgproces<br />
- doorstart bestemmingsplan<br />
Reeds in 1995 is een voorontwerpbestemmingsplan in procedure<br />
gebracht. Hierin is de bestemming woningbouw opgenomen. Na<br />
een positief advies van de PCC is het plan om verschillende<br />
redenen tot stilstand gekomen. Na vaststelling van het masterplan<br />
kunnen de werkzaamheden weer worden opgestart.<br />
September:<br />
- stedenbouwkundig plan gereed<br />
Medio 2002:<br />
- woningontwerpen gereed<br />
- start BRM<br />
2 e helft 2002:<br />
- start bouw eerste fase/deelplan<br />
N.B. Start verkoop en start bouw kennen een directe relatie met het<br />
plan Pothoofd!<br />
<strong>Park</strong> <strong>Zandweerd</strong><br />
Vertaalde ambities<br />
19
5. Duurzaam bouwen<br />
5.1 Inleiding<br />
Duurzaam bouwen is in essentie gericht op het voorkomen van de<br />
negatieve consequenties van onder andere bouwactiviteiten zoals die op<br />
dit moment worden voorgenomen voor de volgende generaties. In zijn<br />
algemeenheid is dat terug te voeren op het directe en indirecte energie- en<br />
grondstoffengebruik, de belasting op het natuurlijke systeem en een<br />
optimale gebruikswaarde in de toekomst. Voor specifieke eisen wordt<br />
verwezen naar de bijlage ‘programma van eisen duurzame ontwikkeling’.<br />
5.2 Water<br />
Water speelt een specifieke rol in de planvorming. Op dit moment heeft<br />
nog een geohydrologisch onderzoek plaats dat uitsluitsel moet geven over<br />
de specifieke toepassingsmogelijkheden van en de omvang waarin<br />
(oppervlakte)water zich in het plangebied kan manifesteren.<br />
5.3 Toekomstwaarde<br />
5.3.1 Individualiteit<br />
Als reactie op de sterke gelijkheidsbeginselen in de architectuur is er op dit<br />
moment sprake van een hang naar individualiteit van het wonen. In dit<br />
plangebied is daar ruimte voor, zonder daarbij de noodzakelijke<br />
samenhang en eigen identiteit van dit plangebied te verstoren.<br />
5.3.2 Situering<br />
Een herkenbare situering van de woning wordt vereist en is afhankelijk van<br />
de volgende aspecten:<br />
• herkenbare hoofdstructuur<br />
• weinig complexe routes binnen plangebied<br />
<strong>Park</strong> <strong>Zandweerd</strong><br />
Vertaalde ambities<br />
• een stedenbouwkundige plattegrond die gebaseerd is op variatie en<br />
hoofdmomenten<br />
5.3.3 Woning<br />
Om een effectieve combinatie van individualiteit en collectiviteit, van<br />
differentiatie en samenhang te bewerkstelligen wordt ervoor gepleit om<br />
geen scheiding te maken tussen het gebied met individuele bebouwing en<br />
projectmatige bebouwing, maar om die twee op een effectieve wijze te<br />
integreren.<br />
De zones langs de Rembrandtkade en de Roland Holstlaan lijken zich het<br />
meest te lenen voor projectmatige bouw, terwijl op de binnengebieden<br />
eventueel ruimte geboden zou kunnen worden aan individuele<br />
bouwplannen.<br />
5.3.4 Aanpasbaarheid<br />
Een belangrijk aspect van individuele vrijheid is gelegen in flexibele<br />
bewoningsmogelijkheden. Flexibel naar samenstelling van het huishouden,<br />
naar het individuele levenspatroon, naar de inrichtingsmogelijkheden en<br />
naar het toevoegen van nieuwe functies of wijzigen van functies in de<br />
woning.<br />
Dit vraagt om een zekere mate van meerruimte in de woning (meer inhoud<br />
dan op basis van het bouwbesluit direct noodzakelijk is).<br />
5.3.5 Gemeenschapsvorming<br />
Naast processen van individualisering is er ook sprake van processen van<br />
gemeenschapsvorming, maar vaak op een ander schaalniveau dan dat<br />
van de directe woonomgeving. Dat is onontkoombaar, maar ook van<br />
blijvend belang. Alleen bij een zekere mate van gemeenschapsvorming<br />
kan er sprake zijn van sociale veiligheid, een goed beheer van de<br />
openbare ruimte en het voorkomen van overlast. Belangrijke<br />
stedenbouwkundige aandachtspunten hierbij zijn:<br />
• woningen die door hun indeling een directe relatie hebben met de<br />
openbare ruimte<br />
• het maken van een herkenbare eigen identiteit<br />
20
6. Technische en andere randvoorwaarden<br />
6.1 Ruimtegebruik<br />
Dit is mede afhankelijk van het uit te werken concept. Is nu slechts als<br />
norm aan te geven. Wordt mede bepaald door de uitkomsten van het<br />
hydrologisch onderzoeken studie sportvelden.<br />
6.2 Riolering<br />
Uitgegaan wordt van een verbeterd gescheiden stelsel, waarbij regenwater<br />
zoveel mogelijk wordt afgekoppeld.<br />
6.3 Waterhuishouding<br />
Mede afhankelijk van de uitkomsten van het geohydrologisch onderzoek<br />
zullen hierover nadere eisen worden gesteld aan de planontwikkeling.<br />
6.4 Akoestische situatie<br />
De Rembrandtkade en Roland Holstlaan zijn als onderdeel van de<br />
hoofdwegen structuur aan te merken en kennen daarom wettelijke<br />
geluidscontouren. De afstand tot deze wegen voor woonbebouwing<br />
bedraagt op grond van wettelijke geluidshinderminimaal 50 meter.<br />
Ook de RWZI kent een geluidscontour. De 55 dB(A) contour<br />
industrielawaai is afleesbaar in de bijlage en komt grotendeels overeen<br />
met de 55 dB(A) wegverkeerslawaai van de Roland Holstlaan.<br />
6.5 Milieuhinderlijke bedrijvigheid<br />
De RWZI is aan te merken als een milieubelastende activiteit. De afstand<br />
tot de woonbebouwing is weergegeven in kaartbeelden.<br />
Meer specifieke informatie is beschikbaar in de milieutechnische<br />
onderzoeken.<br />
6.6 Derde IJsselbrug<br />
In het kader van de structuurplandiscussie wordt gedacht over de<br />
IJsselsprong. In dit kader is een analyse gemaakt waar de noodzakelijke<br />
infrastructuur het best te situeren is. De locatie Rembrandtkade/ Roland<br />
<strong>Park</strong> <strong>Zandweerd</strong><br />
Vertaalde ambities<br />
Holstlaan komt daar als onderdeel van een van de ringen van <strong>Deventer</strong><br />
het best uit de bus. In het kader van dit masterplan zijn globaal de<br />
technische randvoorwaarden voor een landhoofd ter plaatse onderzocht.<br />
Hiermee dient bij de nadere planuitwerking rekening te worden gehouden.<br />
Toch dient het plan zodanig te worden uitgewerkt dat indien de derde brug<br />
niet wordt gerealiseerd er geen onlogische leemte in de stedelijke wand<br />
langs de IJssel ontstaat.<br />
6.7 Sportvelden<br />
Op dit moment is er in het kader van de nota veldsport accommodaties<br />
een discussie gaande over de sportvelden. Bij de uitwerking van het<br />
stedenbouwkundig plan moet daarom voorlopig worden uitgegaan van<br />
handhaving van 4 velden. Deze worden stedenbouwkundig ingepast,<br />
zodanig dat op termijn een logische eindsituatie ontstaat. Ook in de<br />
tussenliggende periode moet sprake zijn van een afgeronde situatie. Het<br />
vraagstuk over de definitieve invulling van alle plandelen uit het masterplan<br />
zal op structuurniveau moeten worden opgelost.<br />
21