22.08.2013 Views

RAD 21: Vermeulen B. & M. H. Bartels, 2007. Boeren voor de stad ...

RAD 21: Vermeulen B. & M. H. Bartels, 2007. Boeren voor de stad ...

RAD 21: Vermeulen B. & M. H. Bartels, 2007. Boeren voor de stad ...

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

96<br />

6.3 Consumptie en smaak<br />

Was Deventer ontvankelijk <strong>voor</strong> veran<strong>de</strong>ring van smaak in het bier en zo ja, hoe<br />

snel vond dit zijn ingang in <strong>de</strong> ste<strong>de</strong>lijke maatschappij?<br />

Binnen het historisch on<strong>de</strong>rzoek zijn diverse aanwijzingen gevon<strong>de</strong>n <strong>voor</strong> <strong>de</strong> consumptie<br />

van gruitbier. In <strong>de</strong> Koopmansgil<strong>de</strong>rol van Deventer werd in 1255-1267 <strong>de</strong><br />

eerste achternaam met ‘gruit’ vermeld: Leyffardus Gutere. 2 In <strong>de</strong> 13 <strong>de</strong> en vroege<br />

14 <strong>de</strong> eeuw was <strong>de</strong> gruitmeester kennelijk een belangrijk persoon in <strong>de</strong> ste<strong>de</strong>lijke gemeenschap.<br />

Uit <strong>de</strong> achternamen en familieban<strong>de</strong>n blijkt, dat het gruitmeesterschap<br />

een ambt was, dat binnen <strong>de</strong> familie bleef. De vroegste vermelding van een ‘hop’<br />

familienaam dateert mogelijk al uit 1284, toen in het koopmansgil<strong>de</strong> een koopman<br />

met <strong>de</strong> naam Henso Hoppenbere <strong>voor</strong>kwam. 3 On<strong>de</strong>r <strong>de</strong> schepenen van Deventer<br />

waren twee gruitmeesters, ‘Magistri fermenti’ of ‘Deputati ad fementum’. Zij waren<br />

<strong>de</strong> opzichters over het gruithuis en kochten <strong>de</strong> daar<strong>voor</strong> benodig<strong>de</strong> grondstoffen<br />

in. Dit waren mout, gagel en granen. De smaakmakers waren serpentien (Laserpitium<br />

siler), ook wel slangekruid genoemd, en bekeler (laurierbes) (Laurus nobilis L.). 4 In <strong>de</strong><br />

eerste helft van <strong>de</strong> 14 <strong>de</strong> eeuw pachtte Deventer het gruitrecht van landsheer Jan<br />

van Diest. Dit lever<strong>de</strong> hem 110 pond kleine Penningen op. Ook werd in dat jaar een<br />

gruithuis ingericht. Het gruithuis lag aan <strong>de</strong> Polstraat, <strong>voor</strong>bij <strong>de</strong> lakenhal (Wanthuis)<br />

en het raadhuis. 5 In dit gruithuis, ook wel stamphuis genoemd, was <strong>de</strong> stampknecht<br />

aan het werk met het stampen van het gruitmengsel. Het mengsel, dat werd<br />

afgeleverd, had als eenheid ‘stampen’. Dit stampen gebeur<strong>de</strong> mogelijk door diertractie,<br />

omdat in het stamphuis een rosmolen stond. 6 Het is opmerkelijk dat het<br />

gruithuis vlak achter <strong>de</strong> <strong>stad</strong>smuur en <strong>de</strong> IJssel lag. Dat duidt erop dat <strong>de</strong> ingrediënten<br />

van <strong>de</strong> gruit, als het hier om een entrepot en tolkantoor ging, <strong>voor</strong>namelijk over<br />

water wer<strong>de</strong>n aangevoerd. Het belang van <strong>de</strong> belastingheffing blijkt uit <strong>de</strong> locatiekeuze<br />

pal achter het ste<strong>de</strong>lijk machtscentrum, het raadhuis. Vrijwel alle overheidsfuncties<br />

waren hier geconcentreerd.<br />

In 1347 werd gagel (Myrica gale L.) ingekocht. Het recht op belastingheffing over <strong>de</strong><br />

ingrediënten van bier was zo belangrijk, dat <strong>de</strong> <strong>stad</strong> dit afkocht door <strong>de</strong> landsheer<br />

een lening te geven in ruil <strong>voor</strong> een vrijstelling van <strong>de</strong>ze heffing. In het mid<strong>de</strong>n van<br />

<strong>de</strong> 14 <strong>de</strong> eeuw verdien<strong>de</strong> <strong>de</strong> <strong>stad</strong> geld aan <strong>de</strong> productie van gagelbier. 7 In <strong>de</strong> twee<strong>de</strong><br />

helft van <strong>de</strong> 14 <strong>de</strong> eeuw namen <strong>de</strong> inkomsten over het gruitrecht af, in 1427 bedroegen<br />

<strong>de</strong> inkomsten nog slechts vier gul<strong>de</strong>n. Of <strong>de</strong> consumptie van bier in het algemeen<br />

steeg gezien <strong>de</strong> toegenomen inkomsten heffingen, of dat <strong>de</strong> belasting per<br />

brouwsel (stoop) of eenheid grondstof (stamp) toenam, is niet dui<strong>de</strong>lijk. In 1369<br />

was <strong>voor</strong> het eerst sprake van hopbieren en in 1361 en 1372 van ‘hopmeesters’. In<br />

1365 wer<strong>de</strong>n hopbierdragers aangesteld, in 1366 benoem<strong>de</strong> <strong>de</strong> <strong>stad</strong> controleurs<br />

<strong>voor</strong> <strong>de</strong> hop. De inkomsten uit <strong>de</strong> import van hop als grondstof wer<strong>de</strong>n niet vermeld<br />

in <strong>de</strong> rekeningen, maar moeten fors zijn geweest. De <strong>stad</strong> was zelf vermoe<strong>de</strong>lijk<br />

geen importeur, dit was een private on<strong>de</strong>rneming gereguleerd door <strong>de</strong> overheid.<br />

Het recht op belasten van hop en hopbier was <strong>voor</strong>behou<strong>de</strong>n aan het <strong>stad</strong>sbestuur,<br />

maar zij kon<strong>de</strong>n dit ook verpachten. In 1389 werd een hopaccijns ingevoerd,<br />

waar op elk vat hopbier gebrouwen binnen <strong>de</strong> <strong>stad</strong> 1 Plak belasting moest<br />

wor<strong>de</strong>n betaald.<br />

2<br />

Van Ommeren, 1978: 1255-1267 Leyffardus Gutere, 1269-1272 Leffardus et Gerlacus filii Lefardi, 1297 Leffardus filius<br />

Gerlaci fermentarii, 1324 Henricus filius Lephardi dicti Gutere, 1337 Rodolphus Gruter <strong>de</strong> maiori en 1338-1343 Rodolphos<br />

Arnoldi fermentarii.<br />

3<br />

Ben<strong>de</strong>rs, 2004, 265.<br />

4<br />

Van Doorinck, 1888. 13, 26.<br />

5<br />

Zie Van Doorninck, 1887. 1361-1366: ‘<strong>de</strong>n hues in Poelstrate achter <strong>de</strong>n gruythues gheleghen’; Van Doorninck, 1889. 1367:<br />

’holtwerckes dat ghebroken waert tusschen <strong>de</strong>n gruythues en<strong>de</strong> <strong>de</strong>n waenthues bi Herberte van Rectem’; De Meyer, 1968.<br />

1400: ‘It. dieselve Gheerloch die die lo<strong>de</strong>ne ghote gestoppet had<strong>de</strong> tusschen <strong>de</strong>n Gruythues en<strong>de</strong> <strong>de</strong>n Raethuys en<strong>de</strong> voer<br />

tyn te gha<strong>de</strong>r’.<br />

6<br />

Ebbing & Van Vilsteren, 1994, 24.<br />

7<br />

Ben<strong>de</strong>rs, 2004, 261-263.

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!