RAD 21: Vermeulen B. & M. H. Bartels, 2007. Boeren voor de stad ...
RAD 21: Vermeulen B. & M. H. Bartels, 2007. Boeren voor de stad ...
RAD 21: Vermeulen B. & M. H. Bartels, 2007. Boeren voor de stad ...
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
93 Spek, 2004, 529-535 en 546-547.<br />
94 S 32-183.<br />
Na alle bovenstaan<strong>de</strong> gewassen te hebben uitgesloten, kwam eigenlijk alleen <strong>de</strong><br />
teelt van bonen en hop in aanmerking. 93 Bonenstaken zijn sinds <strong>de</strong> 14 <strong>de</strong> eeuw maar<br />
weinig veran<strong>de</strong>rd. Ze zijn verhoudingsgewijs licht van constructie en relatief laag. Ze<br />
laten dan ook geen 0,4 m diepe paalkuilen in <strong>de</strong> bo<strong>de</strong>m achter. Hierdoor bleef<br />
alleen een hopplantage als mogelijke verklaring over. De afstan<strong>de</strong>n tussen <strong>de</strong> rijen<br />
waren groot genoeg om tussendoor te lopen en te werken. De paalkuilen lijken diep<br />
genoeg om <strong>de</strong> vaak 5-6 m hoge hopstaken voldoen<strong>de</strong> stabiliteit te bie<strong>de</strong>n. De oriëntering<br />
in west-oostelijke richting van <strong>de</strong> rijen maakte dat <strong>de</strong> zon vanuit het zui<strong>de</strong>n<br />
op <strong>de</strong> hopplanten kon schijnen, waardoor <strong>de</strong> planten een maximale hoeveelheid<br />
zonlicht kregen. Ook <strong>de</strong> bo<strong>de</strong>mkundige situatie van <strong>de</strong> vindplaats, met iets lemig<br />
zand op een relatief vochtige bo<strong>de</strong>m, was geschikt <strong>voor</strong> <strong>de</strong> hopteelt. De grondwaterspiegel<br />
lag gemid<strong>de</strong>ld 40-60 cm on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> on<strong>de</strong>rzij<strong>de</strong> van het es<strong>de</strong>k.<br />
Ook <strong>de</strong> meeste an<strong>de</strong>re sporen vallen door <strong>de</strong>ze interpretatie te verklaren. Vermoe<strong>de</strong>lijk<br />
vorm<strong>de</strong> <strong>de</strong> bre<strong>de</strong> sloot <strong>de</strong> grens van <strong>de</strong> hopplantage, want aan <strong>de</strong> zuidzij<strong>de</strong><br />
van <strong>de</strong> sloot zijn geen palenrijen meer teruggevon<strong>de</strong>n. Aangezien hopplanten<br />
veel water nodig hebben, is <strong>de</strong> sloot mogelijk ook gebruikt om <strong>de</strong> planten in droge<br />
tij<strong>de</strong>n van water te <strong>voor</strong>zien. De sloot stond in verbinding met een vennetje, dat in<br />
noordwesten tegen <strong>de</strong> plantage lag en <strong>de</strong> sloot kon voe<strong>de</strong>n. Ook <strong>de</strong> functie van <strong>de</strong><br />
rij paalkuilen haaks op <strong>de</strong> palenrijen is met een hopplantage in verband te brengen.<br />
Geen van <strong>de</strong> rijen hopstaken liep aan weerszij<strong>de</strong>n van <strong>de</strong>ze constructie op <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong><br />
lijn door. De palenrij moet dus in ie<strong>de</strong>r geval een obstakel hebben gevormd. De<br />
palen hebben mogelijk als windkering gediend om <strong>de</strong> kwetsbare planten in het begin<br />
van het groeiseizoen te beschermen. Hiertegen zijn twee argumenten aan te<br />
voeren. Allereerst moet wor<strong>de</strong>n opgemerkt, dat in dat geval een <strong>de</strong>el van <strong>de</strong> plantage<br />
<strong>voor</strong> <strong>de</strong> windkering zou liggen. Ook is <strong>de</strong> overwegen<strong>de</strong> windrichting in Ne<strong>de</strong>rland<br />
westelijk en zou <strong>de</strong> windkering dus aan <strong>de</strong> an<strong>de</strong>re zij<strong>de</strong> van <strong>de</strong> plantage moeten<br />
liggen.<br />
Mogelijk droeg <strong>de</strong> rij paalkuilen haaks op <strong>de</strong> hopstaken een soort waterleiding die<br />
het water over <strong>de</strong> rijen hopstaken moest ver<strong>de</strong>len. In <strong>de</strong> reconstructie van Peter<br />
Paul Hattinga Verschure (afb. 6.5, pag. 78) is <strong>de</strong>ze goot weergegeven. Deze interpretatie<br />
zou ook een verklaring bie<strong>de</strong>n <strong>voor</strong> <strong>de</strong> grondverkleuring op <strong>de</strong> plaats waar<br />
<strong>de</strong>ze palenrij in verbinding stond met <strong>de</strong> sloot. 94 Indien <strong>de</strong> goot op <strong>de</strong>ze plek<br />
doormid<strong>de</strong>l van emmers of een eenvoudige windmolen met water gevuld werd,<br />
zou<strong>de</strong>n gemorst water en vertrapping van <strong>de</strong> bo<strong>de</strong>m door <strong>de</strong> werknemers een<br />
<strong>de</strong>rgelijke grondverkleuring hebben kunnen veroorzaakt.<br />
Begrenzing van <strong>de</strong> vindplaats<br />
Het opgegraven <strong>de</strong>el van <strong>de</strong> vindplaats lag aan <strong>de</strong> rand van naar het noor<strong>de</strong>n iets<br />
hoger wor<strong>de</strong>nd terrein. De rijen hopstaken liepen tegen <strong>de</strong> noor<strong>de</strong>lijke putwand<br />
aan en <strong>de</strong> kans is groot dat <strong>de</strong> vindplaats ver<strong>de</strong>r doorloopt buiten het on<strong>de</strong>rzoeksgebied.<br />
Dat zou betekenen, dat <strong>de</strong> hopplantage nog groter was. Indien in <strong>de</strong> toekomst<br />
ook het terrein ten noor<strong>de</strong>n van <strong>de</strong> vindplaats zou wor<strong>de</strong>n bebouwd, moet<br />
rekening gehou<strong>de</strong>n wor<strong>de</strong>n met <strong>de</strong> rest van <strong>de</strong> hopplantage en het iets ver<strong>de</strong>rop<br />
gelegen mid<strong>de</strong>leeuwse erf Kreiken. Direct ten westen van <strong>de</strong> vindplaats, tussen <strong>de</strong><br />
vindplaats en <strong>de</strong> Ou<strong>de</strong> Rielerweg lag een vennetje. Dat <strong>de</strong>ze plek nog steeds erg nat<br />
was, bleek bij <strong>de</strong> aanleg van een proefsleuf door het vennetje. Na <strong>de</strong> aanleg liep<br />
<strong>de</strong>ze direct vol water. Het vennetje vorm<strong>de</strong> <strong>de</strong> natuurlijke westelijke begrenzing van<br />
<strong>de</strong> hopplantage. De oostelijke begrenzing is min<strong>de</strong>r eenduidig. Het aantal grondsporen<br />
werd naar het oosten min<strong>de</strong>r, maar toch zijn er ook ten oosten van <strong>de</strong><br />
93